Knauf Gevelisolatie B1 De kostenbesparende en energie-efficiënte gevel

Transcriptie

1 P322 Pleister en gevelsystemen 05/2011 P322 Knauf Gevelisolatie B1 De kostenbesparende en energieefficiënte gevel P322a Knauf Gevelisolatie met mineraal pleistersysteem P322b Knauf Gevelisolatie met organisch/mineraal pleistersysteem P322c Knauf Gevelisolatie met krabpleistersysteem

2 Inhoud Bladzijde Inhoudstafel Eigenschappen, systeemopbouw, systeemvarianten 3 Technische gegevens 4 Thermische isolatie 5 Systeemonderdelen materiaalverbruik 9 Voorbereiding van de ondergrond 10 Verlijming, ondergrond voor het vastzetten met pluggen 11 Vastzetten met pluggen 12 Wapening, afwerkingspleister, aanbrengen van verf 14 Sokkelonderdelen materiaalverbruik 15 Details 18 Verwerkingsinstructies 23 P322a Knauf Gevelisolatie met mineraal pleistersysteem Natuurlijk sierpleistersysteem op basis van hoogwaardige minerale grondstoffen met marmerkorrels. Robuust, duurzaam, diffusieopen en met zelfreinigend effect voor een esthetisch pleisteroppervlak. Met vezelversterkte minerale wapeningslaag. Kleefmortel Afwerkingspleister Mineraal Organisch Systeemvarianten P322b Knauf Gevelisolatie met mineraal/organisch pleistersysteem Vezelversterkte minerale wapeningslaag, gecombineerd met een organisch gebonden afwerkingspleister. Kleefmortel Afwerkingspleister Mineraal Organisch P322c Knauf Gevelisolatie met mineraal krabpleistersysteem Decoratief krabpleistersysteem voor een grote robuustheid van het systeem. Kleefmortel Afwerkingspleister Mineraal Organisch 2 Informatie: De opgenomen details zijn voorstellen van oplossingen die een algemeen beeld geven, maar zij moeten worden aangepast aan de realiteit van elke bouw. De bouwfysische vereisten van de constructie moeten steeds in acht genomen en gecontroleerd worden. Aanpalende bouwelementen zijn slechts schematisch voorgesteld.

3 Eigenschappen / systeemopbouw / systeemvarianten Knauf Gevelisolatie de kostenbesparende en energieefficiënte gevel Knauf Gevelisolatie bestaat uit geëxpandeerd polystyreen (EPS). De lange zijde van de plaat is standaard voorzien van een tand en groefsysteem om een zekere en snelle aansluiting tussen de platen mogelijk te maken en een volkomen vlak oppervlak te garanderen. De afgeschuinde kanten op de rugzijde voorkomen thermische bruggen omdat ze verhinderen dat de kleefmortel in de voegen binnendringt. Op speciale aanvraag zijn de platen beschikbaar met eenvoudige rechte kanten. De isolatieplaten worden met kleefmortel verlijmd op de ondergrond en indien nodig vastgezet met pluggen. Eigenschappen : Brandreactieklasse: B s1, d0 volgens EN 13501, B1 of B2 volgens de Duitse DINnormen Toegelaten isolatiedikte tot max. 400 Thermische weerstand tot max. 12,5 (m²k)/w Rapporten: ATG 08/2738 belgisch attest ABZ Z Z duits attest ETA 07/187 europees attest Systeemopbouw Nieuwbouw Binnenpleister (vb. Knauf MP 75) Renovatie Kleefmortel Binnenpleister (vb. Knauf MP 75) Voorbeeld Isolatie (EPS tand & groef of rechte kant) Pleistersysteem: Kleefmortel Wapening (Primer), afwerkingspleister, (Verflaag) Quix XLelement Schematische tekeningen E 1:10 Metselwerk Metselwerk s d d Pleistersysteem: afwerkingspleister (ev. met een Knauf EG 0 verf) Isolatiemateriaal Kleefmortel Oude pleisterlaag Plug Pleistersysteem: afwerkingspleister (ev. met een Knauf EG 0 verf) Isolatiemateriaal Kleefmortel d = dikte van de isolatie (zie tabel p. 4) s = verankeringsdiepte (zie tabel p. 12) Op nieuwe ondergronden (metselwerk volgens DIN 1053, beton volgens DIN 1045) moet de isolatie niet worden vastgezet met pluggen. Verlijming van de platen volstaat (informatie over het vastzetten met pluggen: zie p. 23). Systeemvarianten P322a P322b P322c Pleistersysteem Mineraal Mineraal / organisch Mineraal Brandreactieklasse (met minerale kleef en wapeningsmortel Knauf SM 700) B s1, d0 B s1, d0 B s1, d0 Dikte van de isolatie Tot 400 Tot 400 Tot 400 Dikte van het pleistersysteem 6,5 12 6,5 8, Relatieve helderheidswaarde van het afwerkingspleister 25 voor een korrelgrootte van 1,5, anders voor een korrelgrootte van 1,5 30 voor een korrelgrootte van 2,0 Afwerkingspleister Noblo/RP /SP 2/ SKAP M Mak 202 Waterafstotend vermogen Diffusievermogen Vuilbestendigheid Variatie aan kleuren Verflaag EG 0 Aanbevolen Aanbevolen voor intense kleuren Geschikt Geschikt tot zeer geschikt Zeer geschikt 3

4 Technische gegevens Diktes en afmetingen van de isolatie Isolatie Schematische tekening Benaming Rekenwaarde van de warmtegeleidbaarheid W/(mK) Afmetingen l x L Beschikbare dikte d Gevel EPS Tand & Groef (rechte kant op aanvraag) Rhinopor 040 0, x 0 *) 400 EPS 035 0, x 0 *) 400 EPS 032 0, x 0 *) 400 Dagkanten EPS Rechte kant *) Dekmaat 485 x 0 Rhinopor 040 0, x Plintaansluiting Quix XLelement 0, x Sokkel EPS, hoge hardheid, rechte kant EPS HD 035 0, x

5 Thermische isolatie Warmteweerstand / Quix XL Warmteweerstand Isolatie EPS Rhinopor 040 EPS 035 EPS 032 Warmteweerstand R in (m²k)/w Dikte d van de isolatie in ,50 0,75 1,00 1,25 1,50 2,00 2,50 3,00 3,50 4,00 4,50 5,00 5,50 6,00 6,50 7,00 7,50 8,00 8,50 9,00 9,50 10,00 1,71 2,29 2,86 3,43 4,00 4,57 5,14 5,71 6,29 6,86 7,43 8,00 8,57 9,14 9,71 10,29 10,86 11,43 1,88 2,50 3,13 3,75 4,38 5,00 5,63 6,25 6,88 7,50 8,13 8,75 9,38 10,00 10,63 11,25 11,88 12,50 Op basis van de rekenwaarde van de warmtegeleidbaarheid en de dikte van de isolatie geeft de tabel de warmteweerstand R weer. De som van alle warmteweerstandsresultaten (pleister, metselwerk, isolatie, enz.) wordt toegevoegd aan de som van 0,17 (m²k)/w die overeenstemt met de twee warmteovergangsweerstanden aan het binnen en buitenoppervlak. De omgekeerde waarde van de som is de Uwaarde. Quix XL de plintaansluiting zonder thermische bruggen Aluminium sokkelprofiel Quix XLmontagehaak (zelfklevend) Quix XLelement EPSplaten Kleefmortel Kleefmortel Quix XLprofiel (met wapening) EPS HD Aluminium sokkelprofiel EPS HD Dichtingsband voor voegen Dichtingsband voor voegen Temperatuurprofiel Schematische tekeningen Plintaansluiting met het Quix XLelement Plintaansluiting met een aluminiumprofiel ± C C ± C C +20 C 10 C +20 C 10 C Buitenmuur Buitenmuur Quix XLelement Aluminium sokkelprofiel t min t min t min = 18,6 C = 0,017 W/(mK) t min = 16,7 C = 0,32 W/(mK) Binnen Buiten Binnen Buiten 5

6 Thermische isolatie Thermische verbetering van gangbare muren Overzicht van gangbare muren en benodigde isolatiediktes Type metselwerk Buitenmuren Dikte Rekenwaarde van de warmtegeleidbaarheid λ Uwaarde zonder isolatiesysteem 1) Buitenisolatie Dikte d Uwaarde in W/(m²K) Rekenwaarde van de warmtegeleidbaarheid λ in W/(mK) Type metselwerk Buitenmuren Dikte Rekenwaarde van de warmtegeleidbaarheid λ Uwaarde zonder isolatiesysteem 1) Buitenisolatie Dikte d Uwaarde in W/(m²K) Rekenwaarde van de warmtegeleidbaarheid λ in W/(mK) Type W/(mK) W/(m²K) 0,040 0,035 0,032 Type W/(mK) W/(m²K) 0,040 0,035 0,032 Beton 2,10 5,16 ca ,58 0,51 0,48 0,45 0,40 0,37 0,37 0,32 0,30 0,31 0,27 0,25 0,27 0,24 0,22 0,24 0,21 0,19 0,21 0,19 0,17 0,19 0,17 0,15 0,17 0,15 0,14 0,16 0,14 0,13 0,15 0,13 0,12 Snelbouwsteen hol ca ,35 2, ,49 0,44 0,42 0,39 0,35 0,33 0,33 0,29 0,27 0,28 0,25 0,23 0,25 0,22 0,20 0,22 0,20 0,18 0,20 0,18 0,16 0,18 0,16 0,15 0,17 0,15 0,13 0,15 0,14 0,12 0,14 0,13 0,12 Beton 300 2,10 4,14 ca ,56 0,50 0,46 0,44 0,39 0,36 0,36 0,32 0,29 0,31 0,27 0,25 0,26 0,23 0,22 0,23 0,21 0,19 0,21 0,18 0,17 0,19 0,17 0,15 0,17 0,15 0,14 0,16 0,14 0,13 0,15 0,13 0,12 Snelbouwsteen hol ca ,35 1, ,46 0,42 0,39 0,37 0,34 0,31 0,31 0,28 0,26 0,27 0,24 0,23 0,24 0,21 0,20 0,21 0,19 0,18 0,19 0,17 0,16 0,18 0,16 0,14 0,16 0,14 0,13 0,15 0,13 0,12 0,14 0,12 0,11 Volle baksteen 190 0,73 2,79 ca ,53 0,47 0,44 0,42 0,37 0,35 0,35 0,31 0,28 0,29 0,26 0,24 0,26 0,23 0,21 0,23 0,20 0,19 0,20 0,18 0,17 0,19 0,16 0,15 0,17 0,15 0,14 0,16 0,14 0,13 0,15 0,13 0,12 Snelbouwsteen hol 0 0,23 1, ,45 0,41 0,38 0,36 0,33 0,31 0,31 0,28 0,26 0,27 0,24 0,22 0,24 0,21 0,20 0,21 0,19 0,17 0,19 0,17 0,16 0,17 0,15 0,14 0,16 0,14 0,13 0,15 0,13 0,12 0,14 0,12 0,11 6 Volle baksteen 290 0,73 2,02 ca ,49 0,45 0,42 0,40 0,36 0,36 0,33 0,30 0,29 0,28 0,25 0,25 0,25 0,22 0,22 0,22 0,20 0,19 0,20 0,18 0,17 0,18 0,16 0,15 0,17 0,15 0,14 0,15 0,14 0,13 0,14 0,13 0,12 1) Alle muren bedekt met 10 Knauf binnenpleister MP 75 met λ = 0,35 W/(mK) Snelbouwsteen hol ,23 1, ,41 0,37 0,35 0,34 0,31 0,31 0,29 0,26 0,26 0,25 0,23 0,23 0,22 0,20 0,20 0,20 0,18 0,18 0,18 0,16 0,16 0,17 0,15 0,14 0,15 0,14 0,13 0,14 0,13 0,12 0,13 0,12 0,11

7 Thermische isolatie Thermische verbetering van gangbare muren Overzicht van gangbare muren en benodigde isolatiediktes Type metselwerk Buitenisolatie Buitenmuren Dikte Rekenwaarde van de warmtegeleidbaarheid λ Uwaarde zonder isolatiesysteem 1) Dikte d Uwaarde in W/(m²K) Rekenwaarde van de warmtegeleidbaarheid λ in W/(mK) Type W/(mK) W/(m²K) 0,040 0,035 0,032 0,56 0,50 0,46 0,44 0,39 0,36 0,36 0,32 0,29 Betonblok vol 0,30 0,27 0,25 0,26 0,23 0,21 0,90 3,94 1 0,23 0,21 0,19 ca ,21 0,18 0,17 0,19 0,17 0,15 0,17 0,15 0,14 0,16 0,14 0,13 2 0,15 0,13 0,12 0,55 0,49 0,45 0,43 0,38 0,35 0,35 0,31 0,29 Betonblok vol 0,30 0,27 0,25 0,26 0,23 0, ,00 3,47 1 0,23 0,20 0,19 ca. 0 0,21 0,18 0,17 0,19 0,17 0,15 0,17 0,15 0,14 0,16 0,14 0,13 2 0,15 0,13 0,12 0,49 0,45 0,42 0,40 0,36 0,33 Betonblok vol 0,33 0,30 0,27 0,28 0,25 0,23 0,25 0,22 0, ,48 2,02 1 0,22 0,20 0,18 ca ,20 0,18 0,16 0,18 0,16 0,15 0,17 0,15 0,14 0,15 0,14 0,12 2 0,14 0,13 0,12 Betonblok vol ca ,92 2, ,53 0,47 0,44 0,42 0,37 0,35 0,35 0,31 0,29 0,29 0,26 0,25 0,26 0,23 0,21 0,23 0,20 0,19 0,20 0,18 0,17 0,19 0,16 0,15 0,17 0,15 0,14 0,16 0,14 0,13 0,15 0,13 0,12 1) Alle muren bedekt met 10 Knauf binnenpleister MP 75 met λ = 0,35 W/(mK) 7

8 Thermische isolatie Thermische verbetering van gangbare muren Overzicht van gangbare muren en benodigde isolatiediktes Type metselwerk Buitenisolatie Buitenmuren Dikte Rekenwaarde van de warmtegeleidbaarheid λ Uwaarde zonder isolatiesysteem 1) Dikte d Uwaarde in W/(m²K) Rekenwaarde van de warmtegeleidbaarheid λ in W/(mK) Type W/(mK) W/(m²K) 0,040 0,035 0,032 Blok in cellenbeton (C2/400) 350 tot 400 Blok in cellenbeton (C2/400) 350 tot 400 Blok in cellenbeton (C2/400) 350 tot ,10 0,54 0,10 0,48 0,10 0, ,26 0,25 0,24 0,23 0,22 0,21 0,21 0,19 0,18 0,19 0,17 0,16 0,17 0,16 0,15 0,16 0,14 0,14 0,15 0,13 0,13 0,14 0,12 0,12 0,13 0,12 0,11 0,12 0,11 0,10 0,11 0,10 0,10 0,20 0,19 0,19 0,18 0,17 0,17 0,17 0,16 0,15 0,15 0,15 0,14 0,14 0,13 0,13 0,13 0,12 0,12 0,13 0,12 0,11 0,12 0,11 0,10 0,11 0,10 0,10 0,11 0,10 0,09 0,10 0,09 0,09 0,30 0,29 0,27 0,26 0,25 0,23 0,23 0,22 0,20 0,21 0,19 0,18 0,19 0,17 0,16 0,17 0,16 0,15 0,16 0,14 0,13 0,15 0,13 0,12 0,14 0,12 0,12 0,13 0,12 0,11 0,12 0,11 0,10 8 0,24 0,23 0,22 0,22 0,20 0,20 Blok in 0,19 0,18 0,17 cellenbeton 0,18 0,17 0,16 0,16 0,15 0,14 (C2/400) 0,10 0,48 1 0,15 0,14 0, tot 400 0,14 0,13 0,12 0,13 0,12 0,11 0,12 0,11 0,11 0,12 0,11 0,10 2 0,11 0,10 0,09 1) Alle muren bedekt met 10 Knauf binnenpleister MP 75 met λ = 0,35 W/(mK)

9 Systeemonderdelen materiaalverbruik Systeemonderdeel Beknopte beschrijving Verbruik bij benadering Materiaalverbruik per m² buitenmuur Systeemvariant P322a P322b P322c Plintaansluiting Quix XLelement Quix XLmontagehaak (zelfklevend) Plintaansluiting zonder koudebrug Bevestigingsmateriaal voor Quix XLelementen 1 m / m Set : 81 stuks Quix XLafsluitprofiel Voor de realisatie van pleistersystemen op Quix XLelementen 1 m / m 1 m / m Kleefmortel 1) SM700 SM700 PRO Mineraal, waterafstotend, vezelversterkt natuurwit of getint, waterafstotend, vezelversterkt 4,0 6,0 kg 4,0 6,0 kg Lustro Lichte, vezelversterkte mortel 1,8 3,1 kg 1,8 3,1 kg Pastol Organisch, vezelversterkt, enkel voor aangepaste houten panelen en in 2,8 kg 2,8 kg combinatie met isolatiematerialen met een rechte kant (houtskeletbouw) Isolatie zie tabel pagina 4 1 m² Pluggen 2) Lengte: Verankeringsdiepte s Slagpluggen Termofix ,5 voor pluggen met een lengte van SZ8 Plus / SZ voor pluggen met een lengte van STR U Schroefpluggen Berekening conform DIN voor de gebruikscategorie E cellenbeton Termofix H pluggen , enkel voor houten ondergronden Pleistersysteem SM700 of SM700 PRO Lustro Laagdikte 5 7 7,0 kg 4,3 kg 7,0 kg 4,3 kg Wapening Isoltex Mazen van 5x5, ca. g/m² 1,1 m² 1,1 m² Primer 3),4) PG 2 SP 2 RP Hechtprimer met kwarts, wit of gekleurd (met behulp van kleurstoffen) Afwerkingspleister Noblo Korrelgrootte: 1,5 Mineraal sierpleister met marmerkorrels 2,3 kg 2,0 Mortelgroep P II/ CS II 3,0 kg 3,0 3,7 kg SKAP M Mak 202 2,0 3,0 5,0 2,0 3,0 5,0 2,0 3,0 4,0 Mineraal sierpleister 3,2 kg Mortelgroep P II/ CS II 3,8 kg 5,0 kg Mineraal sierpleister Mortelgroep P II/ CS II Basispleister, kleur natuurwit, te overschilderen Korrelpleister op siliconenharsbasis Mineraal sierpleister (dikte 10 ) Mortelgroep P I/ CS II 0,2 kg 3,1 kg 3,8 kg 5,0 kg 4,2 kg 0,2 kg 2,2 à 3 kg 7,0 kg (gekamd) 4,3 kg (gekamd) 1,1 m² 20 kg 23 kg 26 kg Egalisatielaag EG 0 Verf Verf op basis van siliconenhars voor ondergronden in mineraal of synthetisch buitenpleister 1) Voor houten ondergronden Pastol gebruiken. 2) Voor een bijkomende bevestiging op houten ondergronden en platen, H schroefpluggen gebruiken. 3) Indien het afwerkingspleister gekleurd is; een PG 2 primer in een gelijkaardige kleur gebruiken om de uniformiteit en de uiteindelijke uitzicht van het buitenpleister te bevorderen. 4) Het gebruik van PG 2 is sterk aangeraden in combinatie met de dunne sierpleister Noblo, SP2, RP en SKAP M. PG 2 wordt niet gebruikt in het geval van een afwerking met SM700 PRO of MAK ,2 l 9

10 Voorbereiding van de ondergrond Verificatie van de ondergrond voor verlijming van de gevelisolatiesystemen Te verifiëren object Methode Vaststelling Technische informatie en maatregelen Resistentie van het oppervlak Onvoldoende draagkracht van bestaande pleisters/ afwerklagen Vocht Krastest van het oppervlak met een hard en scherp voorwerp Het oppervlak raakt beschadigd onder een gemiddelde druk Onstabiele of broze deeltjes handmatig of machinaal verwijderen; indien de ondergrond niet stabiel is, het gevelisolatiesysteem bevestigen met behulp van pluggen Afwrijven met de hand Bij licht wrijven Het oppervlak behandelen met een primer om het te fixeren (Primer Universeel) Bij intens en grondig wrijven Het oppervlak behandelen met een primer om het te fixeren (Primer Universeel) Onstabiel pleister/ afwerklagen verwijderen Bevochtigen tot verzadiging en krabtest Het oppervlak wordt week Onstabiel pleister/ afwerklagen verwijderen Krastest van het oppervlak met een hard en scherp voorwerp Plakbandtest: ca. 10 cm plakband aanbrengen, stevig aandrukken en in één keer losrukken; eerst in de testzone ruitvormige insnijdingen maken Visuele test en desgevallend krastest Deeltjes van de bekleding schilferen af onder een gemiddelde druk ; het spoor is vervormt of loskgekomen vertoont reliëf De oude laag komt makkelijk los ; deeltjes ervan blijven aan de plakband hangen Vochtige zones, kringen, zichtbare verkleuringen aan het oppervlak Uitbloeiingen Visuele test Grote hoeveelheden van witte zouten of van kalkuitbloeïngen De oude laag verwijderen De oude laag verwijderen De oorzaken in de constructie wegnemen; wachten tot de ondergrond volledig droog is De oorzaken in de constructie wegnemen; wachten tot de ondergrond volledig droog is en de zouten droog verwijderen Mos, algen of schiel Visuele test Groene of donkere afzettingen Mechanisch of met behulp van een algicide (gebruiksklare oplossing) verwijderen en met een hogedrukspuit reinigen Overige verontreinigingen Visuele test Verf, sporen van ontkistingsmiddelen of lijm Verwijderen Zuigvermogen Bevochtigen Sterke absorptie en snelle donkere verkleuring Afwijkingen van de Visuele test (parallel met het n Afwijkingen ten opzichte van de vlakheid 1) oppervlak uitlijnen) rechte lijn (golving) n Zeer opvallende en storende uitstulpingen of oversteken(vb. te wijten aan verdiepingsvloer) Afwijkingen m.b.t. de loodrechte stand (hoektoleranties) Compatibiliteit van de aansluitingen Visuele test Visuele test ; meting van de oversteek van bvb. dekstenen of vensterdorpels Zeer opvallende en storende afwijkingen: verschillende afstanden ten opzichte van de referentielijn, vb. verschillende breedtes van de dagkanten van vensteropeningen Onregelmatige of te kleine oversteken Ondergronden met een hoog of onregelmatig zuigvermogen met een primer behandelen De omvang van de afwijkingen vaststellen met behulp van een meettechniek ; Een egalisatiepleister aanbrengen, uitstekende delen verwijderen of overbruggen door middel van gepasta isolatiediktes De omvang van de afwijkingen vaststellen met behulp van een meettechniek ; corrigerende maatregelen laten nemen op het ogenblik van de voorbereidende werkzaamheden, eventueel egalisatielagen aanbrengen ; informatie: afwijkingen van het afgewerkte isolatiesysteem worden getolereerd voor zover vorm en uitzicht niet gewijzigd zijn en de (overeengekomen) technische functies niet aangetast zijn Aangrenzende bouwdelen (vb. dekstenen of vensterdorpels) aanpassen aan het voorziene isolatiesysteem 1) Bij oude en eventueel historische panden met aanzienlijke afwijkingen wordt geen egalisatie overwogen of toegelaten. Anders worden geval per geval gedetailleerde maatregelen genomen. Toleranties op de ondergrond volgens de TV 209 «Buitenbepleisteringen» van het WTCB TOLERANTIES KLASSE 2 GRAAD VAN BELANGRIJKHEID (*) Vlakheid: op lat van 2 m op lat van 0,2 m 12 5 Loodrechte stand (verticaliteit) 1/8 h 1/3 (cm) (**) 8 /2,5 m (*) Met de strenge eigenschappen van de graad van belangrijkheid b dient enkel rekening gehouden te worden indien zij zijn opgenomen in de contractuele documenten. (**) h is de hoogte van de muur uitgedrukt in cm. a b b 10

11 Verlijming/ ondergrond voor pluggen Verlijming Bij aanwezigheid van oude lagen (vb. sporen van verf, synthetische pleisters ) op de ondergrond de compatibiliteit met de kleefmortel door een expert laten nagaan. Oneffenheden tot 10 /m kunnen met met een kleefmortel geëgaliseerd worden. Oneffenheden tot 20 /m kunnen met met een kleefmortel geëgaliseerd worden. Vervolgens de isolatie vastzetten met pluggen. Grotere oneffenheden egaliseren met een pleisterlaag. De hechtsterkte en cohesie van het pleister na droging controleren. Handmatig aanbrengen van de lijm Volvlakkige verlijming Machinaal aanbrengen van de lijm Afmetingen in Aanbrengen op isolatieplaat Noppen en randverlijming Aanbrengen op isolatieplaat Contactoppervlak na verlijming 40% Verlijming van isolatieplaten in hoeken van gebouwen De isolatieplaten sluitend verlijmen, te beginnen van beneden en de voegen laten verspringen (verspringing van ca. 500 is aanbevolen zie pluggenschema) In het geval van machinale verlijming worden de isolatieplaten in de natte mortel geschoven Ter hoogte van de hoeken is het verlijmen mogelijk zonder een vertanding bij een isolatiedikte tot en met. De panelen met vertanding verlijmen met bij een isolatiedikte groter dan Vermijden dat de kleefmortel in de voegen dringt De afstand tussen de lijmstroken mag niet groter zijn dan Aanbrengen op de ondergrond Contactoppervlak na verlijming % In randbereik de kleefmortel in een doorlopende lijmstrook aanbrengen. Schematische tekening Verspringende voegen van Ondergrond voor bevestiging met pluggen Het muuroppervlak moet vlak, droog, vet en stofvrij zijn.in het geval dat een ondergrond (metselwerk, beton, bepleisterde vlakken) een cohesie 0,08 N/ 2 bezit (te bepalen via genormaliseerde trektesten) en op voorwaarde dat deze vlakken niet onderhevig zijn aan een windbelasting > 0 Pa (volgens NBN ENV en ATG ) is het gebruik van pluggen niet noodzakelijk. De duurzame hechting van het gevelisolatiesysteem wordt verzekerd door de verlijming (contactoppervlak na verlijming 40%) van de panelen. Gebaseerd op de actuele stand van kennis en ervaringen, zijn gevelvlakken van gebouwen in het binnenland met een hoogte 25 meter en in de kustregio met een hoogte 18 meter niet onderhevig aan een windbelasting groter als 0 Pa. Bij nieuwe onbepleisterde ondergronden zoals metselwerk volgens DIN 1053 en beton volgens DIN 1045, vertonen doorgaans een hechtsterkte 0,08 N/² Op de volgende onbepleisterde nieuwe ondergronden is bevestiging met pluggen niet nodig: Ondergrond Metselbaksteen Kalkzandsteenblokken Volle of geperforeerde baksteen Volle of holle blokken Cellenbeton Licht beton Metselblokken Beton Blokken Volle blokken Normaal Normaal beton De actueel geldende normen naleven! Informatie Bij isolatiediktes > bedraagt de totale hoeveelheid (nat) aangebrachte mortel en afwerkingspleister maximaal 22 kg/m². 11

12 Vastzetten met pluggen belastingsklassen / lengte van de pluggen Belastingsklasse / Toepassingsgebieden Gebruikscategorie Bouwmateriaal Volgens ETAG 014 Toegelaten belasting per plug SZ8 Plus Slagplug SZ8 Slagplug STR U Schroefplug Chi = 0,000 W/K kn Chi = 0,002 W/K kn Chi = 0,002 W/K kn A Beton (C12/15) Beton (C16/20 C50/) 0,30 0,30 0,20 0,25 0,50 0,50 Volle baksteen 0,30 0,30 0,50 B Volle kalkzandsteenblok 0,30 0,25 0,50 Volle blok in licht beton 0,20 0,20 Geperforeerde kalkzandsteenblok 0,167 0,25 0,50 C Baksteen met veel perforaties 0,20 0,20 0,40 Holle blok in licht beton 0,20 0,167 0,20 E Cellenbeton 0,25 Lengte van de pluggen in functie van de dikte van de isolatie Dikte van de Lengte van de pluggen isolatie SZ8 Plus Slagplug SZ8 Slagplug d STR U Schroefplug Nieuwbouw Renovatie*) Nieuwbouw Renovatie*) Nieuwbouw Zonder cellenbeton Met cellenbeton Renovatie*) Zonder cellenbeton Met cellenbeton *) 20 pleisterdikte inbegrepen + 5 lijmlaag **) Bij verzonken montage met de STR U rondelle is een isolatiedikte van niet mogelijk (de dikte is niet voldoende om de plug te verzinken) **) **) **) Lengte van de plug Berekening van de lengte van de plug: verankeringsdiepte + dikte van het oud pleisterwerk + dikte van de lijmlaag + dikte van de isolatie

13 Vastzetten met pluggen verdeling van de pluggen Er dienen steeds pluggen voorzien te worden in de volgende situaties: n Gevelvlakken van gebouwen in het binnenland met een hoogte > 25 meter n Gevelvlakken van gebouwen in de kustregio met een hoogte > 18 meter n Bij niet draagkrachtige ondergronden met een cohesie < 0,08N/² n Bij ondergronden met sporen van verf, vreemde stoffen, vuil of met dun of organisch pleisterlagen n Bij ondergronden bestaande uit hout (panelen of massiefbouw) n horizontale vlakken n Kritieke zones zoals overgangen van ondergronden, plaatselijk niet draagkrachtige ondergronden (folies), n Bij afwerking van het gevelisolatiesysteem met steenstrips Het aantal pluggen hangt af van de windsterkte, de ondergrond, het plugtype, de hoogte en de locatie. Over het algemeen zijn er minimaal 4 pluggen per m² geveloppervlak en minmaal 6 pluggen aan de kanten van de gevels te voorzien. Bij twijfel de technische dienst van Knauf contacteren. Schema van de verdeling van de pluggen Aantal pluggen Verdeling van de pluggen Aantal pluggen Verdeling van de pluggen Schematische tekeningen 4 Pluggen/m² 6 Pluggen/m² 8 Pluggen/m² 10 Pluggen/m² 12 Pluggen/m² 16 Pluggen/m² 13

14 Wapening/ afwerkingspleister/ verf Wapening van het oppervlak Systeemvariant Dikte van de laag Positie van de wapening Overlapping van de wapening P322a + P322b P322c SM700/SM700 PRO SM700/SM700 PRO In het bovenste derde deel van de wapeningslaag In het bovenste derde deel van de wapeningslaag Wapening vensteropening Illustratie 1 Illustratie 2 Schematische tekening Overlapping Voorgeplooide glavezelhoek Illustratie 3.1 Illustratie 3.2 Een bijkomende wapeningsband aanbrengen in de binnenhoeken van gevelopeningen of lateien (illustratie 1) Ook diagonaal op de hoeken van alle openingen een stuk wapening in de vorm van een pijl (illustratie 3.1) of een strook wapening van ca. 300x500 (illustratie 3.2) aanbrengen. Afwerkingspleister Variant systeem Korrelgrootte () Wapeningsgaas Helderheid (H) P322a 1,0 * 1x Knauf Isoltex 25 1,0 * 2x Knauf Isoltex ,5 1x Knauf Isoltex 25 2x Knauf Isoltex ,0 à 5,0 1x Knauf Isoltex 20 P322b 1,0 1x Knauf Isoltex 20 1,7 1x Knauf Isoltex 20 1,7 ** 1x Knauf Isoltex P322c 2,0 à 4,0 1x Knauf Isoltex 30 * Wapenings en afwerkingspleister Knauf ** Wapeningspleister Knauf Impregnering Bij toepassing van Mak 202 is het aanbevolen een impregnatie aan te brengen op lagen die blootgesteld worden aan water of zich in de buurt bevinden van water. Opbouw pleistersysteem Afmetingen in P322a / b P322c met wapening Afwerkingspleister 5 7 1,5 3 6, met wapening Afwerkingspleister (Mak 202) 14 Egalisatielaag Het is aanbevolen een egalisatielaag (EG0 verf) op minerale decoratieve afwerkingspleisters te voorzien. Bij organische afwerkingspleisters met intense kleuren is het aangeraden een verflaag Knauf EG 0 aan te brengen.

15 Sokkelonderdelen materiaalverbruik Sokkelonderdeel Kleefmortel SockelSM 307 1) / 1) Isolatie EPS HD 035 isolatieplaat voor plint Pluggen 2) SZ8 Slagpluggen Lengte: SZ8 Plus Slagpluggen STR U Schroefpluggen Pleistersysteem Beknopte beschrijving Mineraal, waterafstotend, vezelversterkt = 0,035 W/(mK) Max. diepte onder het Dikte van de isolatie maaiveld 3 m > 0,5 m Verankeringsdiepte s : 27,5 voor pluggen met een lengte van voor pluggen met een lengte van voor de gebruikscategorie E cellenbeton 4,0 kg (1 plaat = 0,5 m²) Verbruik bij benadering Materiaalverbruik per m² sokkel. Systeemvariant P322a P322b 4 tot 8 st./m² (De plug min. 15 cm boven het vloerniveau bevestigen DIN ) SockelSM 307 / Wapening Isoltex Afdichting SockelDicht RP SKAP M SKIN Sockel SM 307 (geschuurd) 3) / 3) Egalisatielaag Verf EG 0 2,0 Mineraal, waterafstotend, vezelversterkt Laagdikte 5 7 Mazen van 5x5, ca. g/m² Minimale laagdikte 2,5 (twee lagen) Mineraal sierpleister Mortelgroep P II/ CS II Korrelpleister op siliconenharsbasis Korrelpleister op siliconenharsbasis, kleur : donkergrijs of antraciet Laagdikte 2,0 3,0 Gevelverf op siliconenharsbasis 1) Bij verlijming op een bitumineuze dichtingslaag SockelDicht aanbrengen als hechtbrug. 2) Voor een bijkomende bevestiging op houten ondergronden en platen, Termofix H schroefpluggen gebruiken. 3) Verplicht twee lagen EG0Verf aanbrengen. 7,0 kg 1,1 m² 3,8 kg Primer PG2 Hechtprimer met kwarts, wit of gekleurd 0,2 kg Afwerkingspleister Korrelgrootte: Noblo 1,5 Mineraal sierpleister met marmerkorrels 2,3 kg 2,0 Mortelgroep P II/ CS II 3,0 kg 3,0 3,7 kg SP 2 2,0 3,0 5,0 2,0 3,0 5,0 Mineraal sierpleister Mortelgroep P II/ CS II 3,2 kg 3,8 kg 5,0 kg 3,1 kg 3,8 kg 5,0 kg 4,0 kg 0,17 0,25 l 7,0 kg 1,1 m² 3,8 kg 0,2 kg 2,2 à 3,0 kg/m² 4,8 kg/m² 4,0 kg Het plintbereik begint ter hoogte van de bovenkant van de vloer of bekleding en een minimalel hoogte van 30 cm hoog is aangeraden. Wij raden aan afdichting te voorzien (vb. Sockeldicht) tot minstens 5 cm boven het maaiveld. Het regenwater moet weggeleid worden van de gevel door constructieve maatregelen (vb. kiezel). Bekledingen in klinkers of plavuizen moeten uitgevoerd worden met een gepaste helling en met een constructieve scheiding met het gebouw. 15

16 Aansluitingen in plintbereik Gevelisolatie met terugliggende geïsoleerde en bepleisterde plint Knauf SM 700 / Knauf Isoltex wapeningsgaas Kleefmortel Knauf SM 700 / Knauf mineralesiliconepleister (bv. Knauf SKAP M) en voorbehandeling met Knauf PG 2 (indien nodig) Knauf SM 700 / Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf mineralesiliconepleister (bv. Knauf SKAP M) en voorbehandeling met Knauf PG 2 (indien nodig) Knauf zwelband voor voegen type 15 Knauf sokkelprofiel Alu Kleefmortel Knauf Sockel SM 307 / Afdichting Knauf Sockeldicht Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf plintpaneel EPS HD Knauf Sockel SM 307 / Knauf plintpaneel EPS HD Knauf zwelband voor voegen type 15 Knauf Sockel SM 307 / Knauf Isoltex wapeningsgaas Afdichting Knauf Sockeldicht Plug Knauf Thermofix SZ8 of SZ8 Plus Noppenfolie Waterkeringsmembraam Afdichting Gevelisolatie met geïsoleerde en bepleisterde plint in éénzelfde vlak Kleefmortel Knauf SM 700 / Kleefmortel Knauf Sockel SM 307 / Knauf plintpaneel EPS HD Kleefmortel Knauf Sockel SM 307 / Knauf plintpaneel EPS HD 2 lagen Knauf Isoltex wapeningsgaas Noppenfolie Afdichting Knauf Sockeldicht Kleefmortel Knauf Sockel SM 307 / Knauf mineralesiliconepleister (bv. Knauf SKAP M) en voorbehandeling met Knauf PG 2 (indien nodig) Knauf Sockel SM 307 / Kleefmortel Knauf Sockel SM 307 / Waterkeringsmembraam Plug Knauf Termofix SZ8 of SZ8 Plus Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf Sockel SM 307 / Knauf plintpaneel Grind EPS HD 400 SKIN 250 Knauf Knauf SM 700 / Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf mineralesiliconepleister (bv. Knauf SKAP M) en voorbehandeling met Knauf PG 2 (indien nodig) 2 lagen Knauf Isoltex wapeningsgaas lagen Knauf Isoltex wapeningsgaas 50m Noppenfolie Grind Afdichting Waterkeringsmembraam Afdichting 16 Informatie: De isolerende panelen onder het maaiveld worden aan de onderkant schuin afgesneden en met de wapeningsmortel bedekt. De wapeninsmortel wordt tot tegen de ondergrond getrokken. Na uitdroging dient het deel in het bereik van de bodem met een dichtingslaag zoals SockelDicht bedekt te worden die minimaal 50 boven het maaiveld reikt en die onderaand met de afdichting van de ruwbouw aansluit (ca. 50 à overlapping). Als mechanische bescherming dient na de uitharding een noppenfolie voorzien te worden.

17 Knauf Quix XL Knauf Quix XL sokkelaansluiting Knauf SM 700/Lustro / wapeningsmortel Knauf Isoltex wapeningsgaas voor gevelisolatie Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, (zonder PG 2) Opzetprofiel voor Knauf Quix XL Knauf Isoltex wapeningsgaas voor gevelisolatie Knauf Sockel SM 307 / wapeningsmortel Afdichting Knauf Sockeldicht Knauf zwelband voor voegen type 15 Knauf plintpaneel EPS HD Bevestigingshoek gekleefd Knauf SM 700 / Lustro / kleefmortel Knauf SM 700//Lustro wapeningsmortel Knauf Isoltex wapeningsgaas voor gevelisolatie Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, (zonder PG 2) Knauf Quix XL sokkelaansluiting Opzetprofiel voor Knauf Quix XL Knauf zwelband voor voegen type 15 Waterkeringsmembraam Knauf Sockel SM 307 kleefmortel Knauf Sockel SM 307 / wapeningsmortel Knauf Isoltex wapeningsgaas voor gevelisolatie Afdichting Knauf Sockeldicht Plug Knauf Termofix SZ8 of SZ8 Plus Knauf plintpaneel EPS HD Noppenfolie Waterkeringsmembraam Afdichting Informatie: De isolerende panelen onder het maaiveld worden aan de onderkant schuin afgesneden en met de wapeningsmortel bedekt. De wapeninsmortel wordt tot tegen de ondergrond getrokken. Na uitdroging dient het deel in het bereik van de bodem met een dichtingslaag zoals SockelDicht bedekt te worden die minimaal 50 boven het maaiveld reikt en die onderaand met de afdichting van de ruwbouw aansluit (ca. 50 à overlapping). Als mechanische bescherming dient na de uitharding een noppenfolie voorzien te worden 17

18 Details Aansluiting met terugliggend raamprofiel Knauf zwelband voor voegen type 15 Knauf zwelband voor voegen type 15 Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, (zonder PG 2) Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf SM 700/ 30 Soepele kit Knauf pleisterstopprofiel in inox of gelakt alu Knauf voorgeplooide glasvezelhoek Kleefmortel Knauf SM 700/ Soepele kit Knauf pleisterstopprofiel in inox of gelakt alu Knauf SM 700/ Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, (zonder PG 2) Knauf voorgeplooide glasvezelhoek Aansluiting met raamprofiel in hetzelfde vlak Knauf zwelband voor voegen type 15 Knauf zwelband voor voegen type 15 Soepele kit Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, (zonder PG 2) Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf SM 700/ 30 Soepele kit Knauf pleisterstopprofiel in inox of gelakt alu Knauf voorgeplooide glasvezelhoek Kleefmortel Knauf SM 700/ Knauf voorgeplooide glasvezelhoek Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, SM 700 PRO (zonder PG 2) Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf SM 700/ Knauf pleisterstopprofiel in inox of gelakt alu Knauf SM 700/ Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, (zonder PG 2) Knauf voorgeplooide glasvezelhoek Knauf voorgeplooide glasvezelhoek Aansluiting met uitstekend raamprofiel Knauf zwelband voor voegen type 15 Knauf bande SR Knauf SR band Knauf SM 700/ Knauf Isoltex wapeningsgaas Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, (zonder PG 2) Kleefmortel Knauf SM 700/ Knauf zwelband voor voegen type 15 Knauf Isoltex wapeningsgaas Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, (zonder PG 2) Knauf SM 700/ 18

19 Aansluiting zijkant vensterbank Schematische tekening Pleistersysteem Isolatie Dichtingsband voor voegen Vensterbank en zijkant stevig bevestigd SR band gekleefd Aansluiting met rolluikkast Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf SM 700/ Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, SM 700 PRO (zonder PG 2) Knauf voorgeplooide glasvezelhoek Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, SM 700 PRO (zonder PG 2) Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf SM 700/ Kleefmortel Knauf SM 700/ Knauf zwelband voor voegen type 15 Knauf voorgeplooide glasvezelhoek Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, (zonder PG 2) Knauf voorgeplooide glasvezelhoek Knauf SM 700/ Knauf pleisterstopprofiel in inox of gelakt alu Soepele kit Knauf pleisterstopprofiel in inox of gelakt alu Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, (zonder PG 2) Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf SM 700/ Soepele kit Knauf zwelband voor voegen type 15 Informatie aanpalende elementen zijn slechts schematisch voorgesteld 19

20 Aansluiting met dakoversteek Knauf SM 700/ Knauf Isoltex wapeningsgaas Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, (zonder PG 2) Knauf zwelband voor voegen type 15 Knauf SR band Knauf SR band Knauf zwelband voor voegen type 15 Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, (zonder PG 2) Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf SM 700/ Kleefmortel Knauf SM 700/ Zijdelingse aansluiting met hellend dak Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, SM 700 PRO (zonder PG 2) Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf SM 700/ Kleefmortel Knauf SM 700/ Knauf zwelband voor voegen type 15 Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, SM 700 PRO (zonder PG 2) Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf SM 700/ Knauf sokkelprofiel Alu Knauf zwelband voor voegen type 15 Voorgeplooid profiel Kleefmortel Knauf SM 700 Knauf sokkelprofiel Alu Plug Knauf Termofix SZ8 of SZ8 Plus Paneel in geëxtrudeerd polystyreen (XPS) Paneel in geëxtrudeerd polystyreen (XPS) Waterkeringsmembraam 20

21 Aansluiting met hellend dak Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, SM 700 PRO (zonder PG 2) Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf SM 700/ Kleefmortel Knauf SM 700/ Knauf zwelband voor voegen type 15 Knauf sokkelprofiel Alu Plug Knauf Termofix SZ8 of SZ8 Plus Paneel in geëxtrudeerd polystyreen (XPS) ± 150 Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, (zonder PG 2) Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf SM 700/ Knauf sokkelprofiel Alu Knauf zwelband voor voegen type 15 Voorgeplooid profiel Waterkeringsmembraam Kleefmortel Knauf SM 700/ Paneel in geëxtrudeerd polystyreen (XPS) Aansluiting met stenen muurkap Aansluiting met metalen muurkap 30 Knauf SR band Knauf zwelband voor voegen type 15 Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, SM 700 PRO (zonder PG 2) Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf SM 700/ Knauf zwelband voor voegen type 15 Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, (zonder PG 2) Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf SM 700/ Knauf SM 700/ Knauf Isoltex wapeningsgaas Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, SM 700 PRO (zonder PG 2) Knauf SM 700/ Knauf Isoltex wapeningsgaas Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, SM 700 PRO (zonder PG 2) Kleefmortel Knauf SM 700/ Kleefmortel Knauf SM 700/ 21

22 Aansluiting met plat dak Sierpleister Knauf SKAP M, RP, Noblo, SP 2 (voorbehandeling met Knauf PG 2) of Mak 202, (zonder PG 2) Kleefmortel Knauf SM 700 Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf SM 700/ Knauf sokkelprofiel Alu Knauf zwelband voor voegen type 15 Afdichting Knauf Sockeldicht Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf Sockel SM 307/ Knauf plintpaneel EPS HD Kleefmortel Knauf Sockel SM 307/ Afdichting Knauf Sockeldicht Knauf Isoltex wapeningsgaas Knauf Sockel SM 307/ Plug Knauf Termofix SZ8 of SZ8 Plus Kleefmortel Knauf Sockel SM 307/ 22

23 Verwerkingsinstructies Voorafgaande voorwaarden n De aansluitingen en details moeten voor de uitvoering van de werken vastgelegd worden. n De voorbereiding van de ondergrond uitvoeren in functie van de bouw en deze voorbereiding gedetailleerd opnemen in het lastenboek. Zie pagina 10 voor de testen die op het oppervlak kunnen worden uitgevoerd en voor de maatregelen die genomen kunnen worden. n Wat de vlakheid betreft moet de ondergrond conform zijn met de TV 209 «Buitenbepleisteringen». Oneffenheden tot 10 à 15 kunnen worden opgevangen door de kleefmortel (bij louter gekleefde systemen). Oneffenheden tot 20 kunnen ook geëgaliseerd worden met de kleefmortel maar de platen moeten vastgezet zijn met pluggen, ook wanneer het gaat om nieuwbouw. Grotere oneffenheden kunnen geëgaliseerd worden meteen gepaste pleisterlaag. n Opstijgend vocht vermijden. n Alle aansluitingen slagregendicht uitvoeren (vb. met behulp van dichtingsband voor voegen). n De verwerking van de binnenpleisters en dekvloeren dient bij voorkeur afgewerkt te zijn voor de plaatsing van het gevelisolatiesysteem. De pleisters en dekvloeren moeten voldoende droog zijn om een te hoge vochtconcentratie te vermijden. Indien de verwerking van de binnenpleisters of dekvloeren na de plaatsing van het gevelisolatiesysteem gebeurt, alle nodige maatregelen treffen (vb. voldoende ventilatie) om te vermijden dat er een te hoge vochtconcentratie optreedt die de kwaliteit van de gevelisolatiesysteem zou kunnen beïnvloeden. n De testen met betrekking tot de aard van de ondergrond en de bouwvoorwaarden worden uitgevoerd op verantwoordelijkheid van de klant. n Tijdens de hele verwerkings, drogings en uithardingsfase mogen de omgevingstemperatuur, de temperatuur van de ondergrond en de temperatuur van het materiaal niet lager zijn dan 5 C en niet hoger dan 35 C. n Ongunstige weersomstandigheden zoals hoge temperaturen, wind of direct zonlicht kunnen de verwerkingsvoorwaarden wijzigen. Extra maatregelen zoals de bescherming met een steigerzeil zijn in die gevallen aan te bevelen. n Voor de aanmaak enkel koud en zuiver water gebruiken (drinkwaterkwaliteit). n Voor werven in de herfst en de lente mag verwarmd water tot 30 C gebruikt worden. n Aanpalende bouwelementen die kunnen vervuild worden, afdekken en beschermen voor aanvang van de werken. Uitvoering van de isolatielaag Montage van het Quix XL plintelement n De zelfklevende Quix XL montagehaken om de 0,5 m op de ondergrond verlijmen en vastzetten met pluggen indien nodig. De bovenzijde van de haak is bestemd voor de bovenzijde van het Quix XL element. n Kleefmortel aanbrengen op het Quix XL element (verlijming over het hele oppervlak of noppen en randverlijming). n Het Quix XL element op de gelijmde haken schuiven en uitlijnen. n De Quix XL profielen onderling met de verbindingspennen verbinden en in de groef steken die aan de voorkant voorzien is. Een overlapping van de wapening van in acht nemen. Verlijming en plaatsing van de isolatie n De kleefmortel mengen met zuiver water conform het meest recente technische blad. Het aanbrengen van de lijm gebeurt over het algemeen in noppen en rondom de randen. Eens de plaat op de ondergrond is gedrukt, moet het lijmoppervlak 40% bedragen. Daarbij rondomrond op de randen van de isolatieplaten een lijmstrook van ongeveer 50 aanbrengen en verder ook 2 of 3 noppen of stroken van ongeveer 10 cm in het midden. n De lijm kan ook machinaal worden aangebracht. Om de golvende lijmstroken op de ondergrond spuiten en de platen plaatsen. Het lijmoppervlak na verkleving moet minimaal % bedragen. n Bij vlakke ondergronden kan de lijm over het hele plaatoppervlak aangebracht worden met behulp van een getande spaan. n Oneffenheden van de ondergrond tot 10 kunnen geëgaliseerd worden met de aangebrachte hoeveelheid lijm. n De isolatieplaten schuivend aandrukken en lichtjes aankloppen om loodrecht en waterpas te zetten. n De platen sluitend plaatsen, beginnend van beneden en met verspringende voegen van. n Indien gewenst de platen met een isolatiedikte tot verlijmen zonder vertanding, platen met een isolatiedikte boven steeds verlijmen met vertanding. n Vermijden dat de lijm in de voegen dringt. De eventueel ontstane, zuivere voegen dichtstoppen met stroken isolatie of geschikte isolatieschuim. n Blootstelling aan UV stralen, door direct contact met het zonlicht, vermijden voor isolatieplaten van het type Knauf EPS. Het is raadzaam extra maatregelen te nemen zoals de bescherming door middel van een steigerzeil. Vastzetten met pluggen n Als het nodig is de verlijmde platen ook te bevestigen met pluggen dient het aantal pluggen dat nodig is berekend te worden volgens DIN De richtlijnen op blz. 12 in acht nemen. n Wachten tot de kleefmortel volledig hard is. Dan pas beginnen met het aanbrengen van de pluggen. De diameter van de boor moet overeensteen met de nominale diameter van de schacht van de plug van 8. n Een klopboor of boorhamer alleen gebruiken voor beton of volle blokken. De boorgaten zo uitlijnen dat de betonwapening niet beschadigd wordt. Diepteaanslag voor het instellen van de boordiepte = lengte van de plug + 10 tot 15. De boorgaten reinigen alvorens de plug in te steken. n Op het moment dat men de pluggen plaatst, mag de temperatuur van de ondergrond niet lager zijn dan 0 C. De UVbelasting door rechtstreeks zonlicht op de pluggen en isolatiepanelen mag maximaal 6 weken bedragen. 23

24 Verwerkingsinstructies Uitvoering van het pleistersysteem Wapeningslaag n Een wapeningsband in de wapeningsmortel inbedden ter hoogte van de binnenhoeken van de vensteropeningen. Vervolgens een hoekwapening loodrecht en in één lijn plaatsen. Een laag van 5 7 wapeningsmortel aanbrengen en vlakzetten. Eveneens diagonaal op de hoeken van alle openingen een stuk wapening in de vorm van een pijl of een strook wapening van ongeveer 300x500 inbedden in de natte mortel. n Vervolgens de wapening over het hele oppervlak nat in nat aanbrengen in het bovenste derde deel van de wapeningslaag. Hierbij een overlapping van de banden van minstens in acht nemen. n De wapeningslaag niet overmatig gladstrijken om een overvloed aan fijne deeltjes en de aanwezigheid van een sinterhuid op het oppervlak te vermijden. n Een wachttijd van minimaal 1 dag/ dikte in acht nemen alvorens verder te gaan met de volgende werken. n Eventuele mortelbramen verwijderen na droging. P322c (krabpleistersysteem) n De dikte van de laag Lustro of SM 700 / dient 7 te bedragen. n Minimaal 23 kleefmortel voorzien bovenop de wapening en deze na droging opruwen met behulp van een pleisterkam. Aanbrengen van een primer n De primer kiezen in functie van de afwerkingslaag. Het gebruik van een primer is sterk aanbevolen maar niet verplicht. n De inhoud van de eer goed mengen en regelmatig nog eens doorroeren. n Bij dunne minerale en organische afwerkingspleisters de primer PG 2 gelijkmatig over het hele oppervlak aanbrengen met behulp van een rol of kwast of spuiten met behulp van een geschikt apparaat. gelijkmatig en met kruiselingse bewegingen uitstrijken. n Een wachttijd van minimaal 24 uur in acht nemen alvorens het afwerkingspleister aan te brengen. Afwerkingspleister Noblo/RP /SP 2/ n Aanmaak en waterhoeveelheid in functie van het meest recente technische blad. n Het pleister aanbrengen met behulp van een inox truweel of spaan, vlakzetten in de korreldikte en onmiddellijk structureren met geschikt gereedschap (schuurbord in PVC, rubberen truweel, schuurspons). SKAP M n De inhoud van de eer goed oproeren. n Aanbrengen in de korreldikte met behulp van een inox spaan en structureren met behulp van een schuurbord in PVC of PU. Mak 202 n Aanmaak en waterhoeveelheid in functie van het meest recente technische blad. n Het krabpleister machinaal aanbrengen in een dikte van ongeveer 13 (enkel handmatig aanbrengen voor de kleine oppervlakken), egaliseren met een getande rei. Vervolgens gladstrijken en aandrukken (risico op luchtbellen) met een geschikte lat. Wanneer het pleister begint uit te harden, eventueel dezelfde dag maar over het algemeen de volgende dag, krabben met cirkelvormige bewegingen en kleine oneffenheden wegwerken met behulp van een schraapijzer. Het ideale moment voor het krabben wordt bereikt wanneer de korrel bij het krabben springt. Te vroeg krabben kan ertoe leiden dat de kleur donkerder en de structuur vager en onduidelijker wordt. Adviezen n Vóór de verwerking de kleur op elke verpakking controleren. Materialen gebruiken met hetzelfde productienuer of voldoende mortel mengen om een volledig oppervlak te dekken. n Zorgen voor een regelmatige verdeling van de korrels. n Om storende aansluitingen in de structuur te vermijden, voldoende aantal arbeiders voorzien per verdieping van de stelling. Nat in nat en snel werken, vlakgezette oppervlakken niet meer corrigeren. Werkonderbrekingen vermijden op doorlopende oppervlakken. Afzonderlijke oppervlakken altijd in één keer afwerken. n Alle producten zijn zodanig samengesteld dat ze een preventieve en vertragende werking hebben tegen algen en schielvorming. het langdurig wegblijven van algen en schiels kan echter niet gegarandeerd worden. De kans dat er zich schiels of algen vormen hangt af van de lokale condities en de overheersende milieuomstandigheden. Het verlies van de technische functie van het afwerkingspleister of van de bekleding door aanwezigheid van algen of schiels op het oppervlak is praktisch uitgesloten. Bekleding EG 0 verf n Gevelverf op siliconenharsbasis die speciaal ontwikkeld is voor de egalisatie (in één laag) van witte of gekleurde minerale pleisters. Bestemd voor het egaliseren van eventuele kleurverschillen in het bepleisterde oppervlak die te wijten zijn aan droging, weersomstandigheden of verwerking. n De kleur van de verf controleren door een proef uit te voeren. geen verschillende eers gebruiken voor éénzelfde gevel of de verschillende eers eerst mengen in een zuivere recipiënt. De inhoud van de eers goed doorroeren alvorens de verf aan te brengen. n Twee verflagen aanbrengen indien de kleur van de ondergrond sterk afwijkt van de kleur van de verf. n De verwerkingsconsistentie kan gecorrigeerd worden conform het meest recente technische blad. n De EG 0 verf in een dunne en gelijkmatige laag (kruiselings), zonder naden en nat in nat aanbrengen op het stabiele, zuivere en droge afwerkingspleister. n Oppervlakken die zichtbaar zijn vanuit éénzelfde hoek dienen in één dag afgewerkt te worden info@knauf.be P322_NL_B_05.11_xxxxx Knauf, Rue du parc industriel 1, B44 Engis, Tel.: , Fax: Deze fiche heeft tot doel onze klanten te informeren. Ze doet alle vorige versies teniet. De gegevens steen overeen met onze meeste recente staat van kennis, maar wij kunnen er nooit aansprakelijk voor worden gesteld. Wij raden u aan contact op te nemen met onze technische dienst om de juistheid van de informatie te controleren. Alle rechten voorbehouden. Wijzigingen en overname van fotomateriaal, zelfs gedeeltelijk, vereisen de uitdrukkelijke toesteing van Knauf.