Dit studiemateriaal is ontwikkeld in het kader van een aansluitingsproject wo-vwo voor het wiskundeonderwijs

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Dit studiemateriaal is ontwikkeld in het kader van een aansluitingsproject wo-vwo voor het wiskundeonderwijs"

Transcriptie

1 Dit studiemateriaal is ontwikkeld in het kader van een aansluitingsproject wo-vwo voor het wiskundeonderwijs in de tweede fase. Andere titels zijn: Foutje? Dat verbeteren we toch! Kunjedecodekraken? Kunjemedekortstewegvertellen? Dynamische modellen in de biologie, scheikunde en natuurkunde Meer informatie: website:

2 Geef je leven meer dimensie Syllabus van de masterclass op 15 maart 2002 J. Molenaar/J. Essers Technische Universiteit Eindhoven Faculteit Wiskunde en Informatica 2

3 Geef je leven meer dimensie Inhoud 0. Inleiding 1. Wiskundig modelleren 2. Fysische dimensies 3. Fysische voorbeelden 4. Opgaven 5. Antwoorden 3

4 Geef je leven meer dimensie 0. Inleiding Punten, lijnen, oppervlakken en volumes hebben verschillende ruimtelijke dimensies, die we respectievelijk aangeven met 0, 1, 2, en 3. De term dimensie wordt echter ook anders gebruikt. Bijvoorbeeld, afstanden hebben de dimensie lengte en geschiedenisperioden hebben de dimensie tijd. Van het gegeven dat alle waarneembare verschijnselen fysische dimensies hebben kunnen we dankbaar gebruik maken bij het modelleren ervan. We noemen dat dimensie-analyse. 1. Wiskundig modelleren Om één of ander verschijnsel te kunnen begrijpen, helpt het geweldig als we er een wiskundig model voor kunnen opstellen. Zo n model beschrijft het waargenomen verschijnsel en kan gebruikt worden om voorspellingen te doen en technische toepassingen te realiseren. Lang geleden bedacht Newton een model voor de planeetbewegingen in ons zonnestelsel. De zwaartekrachtwet (de aantrekkingskracht tussen twee massa s is omgekeerd evenredig met hun afstand in het kwadraat) en zijn bewegingswet (kracht is gelijk aan massa maal versnelling oftewel F = ma) vormden daarvan de kern. Datzelfde model wordt gebruikt om het verschijnen van kometen te voorspellen en om een raket naar de maan te sturen. In een wiskundig model geven we alle grootheden die van belang zijn aan met een symbool en beschrijven we de relaties ertussen door middel van wiskundige vergelijkingen. Het is bij wiskundig modelleren de grote kunst om de goede vergelijkingen te vinden. Ze moeten zo eenvoudig mogelijk zijn, maar wel alle waargenomen verschijnselen kunnen beschrijven. Een voorbeeld van wiskundig modelleren luidt als volgt: Voorbeeld 1. Katapultschieten. We schieten met een katapult een steen loodrecht omhoog en meten hoe hoog hij komt en hoe lang het duurt voordat hij terug is, waarbij we de beginsnelheid variëren. We merken op dat als we de lanceersnelheid van de steen 2 maal zo groot maken, de steen niet 2 maal zo hoog komt, maar wel 2 maal zo lang wegblijft. Om dit te begrijpen stellen we een wiskundig model op. De positie van de steen geven we aan met z. Het is een functie van de tijd, dus z = z(t). Tijdens de reis ondervindt de steen de zwaartekracht met grootte mg (naar beneden gericht) met g de constante zwaartekrachtsversnelling. 4

5 Figuur 1: Baan van een verticaal omhoog gesloten massa in het (t, z) vlak. De beroemde tweede wet van Newton (kracht is massa maal versnelling) vertelt ons dat (1) mg = ma. Hierin is a de versnelling, die gelijk is aan de tweede afgeleide van de plaats naar de tijd, dus a = d 2 z/dt 2. De snelheid v wordt gegeven door de eerste afgeleide: v = dz/dt. We zien in (1) dat de massa eruit valt en we houden over: (2) d 2 z dt 2 = g. Omdat g constant is, kunnen we deze differentiaalvergelijking supergemakkelijk integreren. Daarvoor zijn nodig de positie en snelheid op tijdstip t = 0. Daarvan weten we: z(0) = 0. De beginsnelheid noteren we als v(0) = v 0.Alswe(2)één keer integreren vinden we de snelheid: (3) v(t) = dz dt = v 0 gt. Nogmaals integreren geeft de positie: (4) z(t) =v 0 t 1 2 gt2. Ons model bestaat uit vergelijking (2) en in dit geval is de oplossing (4) uiterst simpel te vinden. We kunnen nu allerlei vragen beantwoorden. Hoe lang duurt het voordat het projectiel z n hoogste punt bereikt? Op het hoogste punt, dat bereikt wordt na t max seconden, geldt v(t max ) = 0. Uit (3) volgt dan direct: (5) t max = v 0 g. 5

6 Hoe hoog komt de steen? De maximale hoogte z max volgt uit het invullen van t max in (4): (6) z max = z(t max )= 1 v0 2 2 g. Hoe lang duurt het voordat de steen terug is? Dit volgt uit z(t terug ) = 0. Vergelijking (4) geeft 2 oplossingen: t terug =0en (7) t terug = 2v 0 g. De oplossing in (7) is uiteraard degene die we bedoelen. Uit (6) leren we dat z max evenredig is met het kwadraat van v 0. We zeggen dan: z max schaalt met v 2 0,enwe noteren: (8) z max v 2 0. Uit (7) zien we dat t terug v 0 en uit (5) dat dit ook geldt voor t max. Bovendien geldt er t max = 1 2 t terug. In voorbeeld 1. kwamen we alle standaardingrediënten van een wiskundig model tegen: variabelen, parameters, vergelijkingen, oplossing. In dit speciale geval komen voor: (9) variabelen : z,t parameters : v 0,g,m vergelijking : d 2 z/dt 2 = g oplossing : z(t) =v 0 t 1 2 gt2. In het algemeen is het niet zo eenvoudig om de oplossing van een wiskundig model te vinden. Toch is het mogelijk om allerlei schalingseigenschappen van de oplossing te voorspellen zonder de oplossing zelf te bepalen. Deze krachtige techniek heet dimensie-analyse. In het volgende hoofdstukje passen we deze techniek toe op het katapultschieten. 2. Fysische dimensies In dimensie-analyse gaat het om de fysische dimensies van de variabelen en parameters van een model. De meest voorkomende dimensies zijn lengte, tijd en massa, die we in deze volgorde aangeven met L, T en M. De dimensie van een grootheid a geven we aan met [a]. Voor een dimensieloze grootheid zoals bijvoorbeeld een hoek ϕ geldt [ϕ] = 1. In voorbeeld 1. treden de volgende dimensies op: (10) [z] =L [t] =T [m] =M [v 0 ]=L/T [g] =L/T 2 6

7 Een belangrijk principe is dat in iedere vergelijking de dimensies van alle termen gelijk moeten zijn. Anders ben je appels met peren aan het vergelijken. Kontroleer zelf maar dat dat in vergelijkingen (1)-(7) steeds klopt. In de dimensie-analyse maak je er gebruik van dat voor ieder model het mogelijk is de variabelen en parameters zo te transformeren dat er alleen dimensieloze grootheden overblijven. De modelvergelijkingen kun je dan ook schrijven in termen van deze dimensieloze grootheden en het model als geheel is zodoende dimensieloos te maken. Dit heeft vele voordelen die zullen blijken uit de voorbeelden die we zullen geven. De volgende stelling speelt een centrale rol: Stelling van Buckingham: Als we in een mathematisch model het aantal variabelen en parameters tezamen aangeven met N 1 en het aantal fysische dimensies met N 2,dan kunnen we alle eigenschappen van het model beschrijven met behulp van N 1 N 2 dimensieloze grootheden. De dimensieloze grootheden, die we met een bovenindex zullen aangeven, krijg je door de variabelen en parameters zodanig met elkaar te vermenigvuldigen en op elkaar te delen, dat de fysische dimensies wegvallen. Voor het model in voorbeeld 1. is dit eenvoudig te demonstreren. Als variabelen en parameters hebben we (zie (9)): z, t, v 0, g, m dus N 1 = 5. De fysische dimensies die optreden zijn (zie (10)): M, L en T, dus N 2 = 3. Kortom, er moeten N 1 N 2 = 2 dimensieloze grootheden zijn. Hieruit blijkt meteen een groot voordeel van dimensieloze grootheden: een model met slechts 2 grootheden is heel wat eenvoudiger dan een model met 5 grootheden. Er is een systematische manier om de dimensieloze grootheden te vinden zoals we later zullen demonstreren. Vaak lukt het ook met proberen. In voorbeeld 1. leidt het tot: (11) t = gt v 0, z = gz v 2 0. Controle van de eerste grootheid: [t ]= Ga zelf na dat [z ]=1. L T 2 T L T = L T T L =1 Opmerking: De dimensieloze grootheden zijn niet uniek! Door bekende dimensieloze grootheden met elkaar te vermenigvuldigen of op elkaar te delen vind je andere mogelijke keuzes. Bijvoorbeeld: q 1 = 1 t = v 0 gt of q 2 = t z = gt/v 0 gz/v 2 0 = tv 0 z of q 3 = t z = gt v 0 gz v 2 0 = g2 tz v 3 0. Wat opvalt is dat de massa m nooit voorkomt in de dimensieloze grootheden. Uit (10) zie je onmiddellijk dat m met [m] =M met geen enkele andere grootheid te combineren valt zodanig dat de dimensie M wegvalt. Hieruit kunnen we direct concluderen dat het model onafhankelijk is 7

8 van m. Het gewicht van de steen heeft geen enkele invloed op zijn beweging! Dit correspondeert met het feit dat m wegvalt uit (1) en dus niet voorkomt in de oplossing (4). Dat hadden we dus al kunnen voorspellen zonder vergelijking (1) op te schrijven, laat staan op te lossen. De stelling van Buckingham impliceert dat de oplossing van het katapultmodel te schrijven is als een vergelijking waar alleen t en z in voorkomen. De stelling zegt absoluut niet hoe die vergelijking er uitziet, maar wel dat er één bestaat en dat is op zich al heel waardevol. We kunnen er namelijk allerlei schalingseigenschappen mee afleiden. We schrijven de vergelijking in de vorm (12) z = f(t ), waarbij de vorm van de functie f ons onbekend is. Deze vorm is onafhankelijk van de waarden van de parameters v 0, g (en m). Als we bedenken dat z en t niet veel anders voorstellen dan positie en tijd vermenigvuldigd met zekere factoren, dan kunnen we op grond van de waarnemingen de grove vorm van f wel ongeveer tekenen: Figuur 2: Verband tussen z en t. Omdat f niet afhangt van v 0 en g, doent max, z max en t terug dat ook niet. Het verband tussen deze dimensieloze getallen en de echte z max, t max en t terug is: (13) z max = gz max v 2 0, t max = gt max v 0, t terug = gt terug v 0, en we lezen bijvoorbeeld direct af dat (14) z max = v2 0 g z max oftewel (15) z max v

9 Op soortgelijke wijze concluderen we ook uit (13) dat zowel t max en t terug schalen met v 0 : (16) t max v 0, t terug v 0. Wat we niet kunnen vinden op grond van dimensie-analyse alleen is dat t terug =2t max. Deze gedetailleerde informatie kun je alleen afleiden door modelvergelijking (2) echt op te lossen. Vraag: Op de maan is de zwaartekrachtsversnelling ongeveer 6 maal kleiner dan op aarde. Wat voor consequenties heeft dat voor katapultschieten uit voorbeeld 1? Dimensie-analyse is ook toepasbaar als je de stelling van Pythagoras wilt bewijzen: Voorbeeld 2. Stelling van Pythagoras. We beschouwen een rechthoekige driehoek (zie Fig. 3) met hypothenusa (schuine zijde) c en rechthoekszijden a en b. Figuur 3: Dimensie-analyse en de stelling van Pythagoras. Volgens het bovenstaande moet iedere eigenschap van de driehoek geformuleerd (en bewezen) kunnen worden met behulp van dimensieloze grootheden. In die driehoek hebben we als variabele de oppervlakte O en als parameters bijvoorbeeld a en c. Bedenk dat een rechthoekige driehoek vastligt als je 2 zijden specificeert. In de stelling van Buckingham is N 1 = 3 en N 2 = 1. Er moeten dus N 1 N 2 = 2 dimensieloze grootheden zijn. We kiezen (17) O ABC = O ABC c 2, q = a c. Analoog aan de redenering in voorbeeld 1, geldt nu dat OABC en die functie hangt niet af van a en c. Er geldt dus een functie is van q 9

10 O ABC = f(q ) oftewel O ABC = c 2 f(q ). We merken op dat q voor alle gelijkvormige driehoeken hetzelfde is. De factor f(q ) is dus hetzelfde voor alle driehoeken die gelijkvormig zijn met driehoek ABC. Passen we dit inzicht toe op de driehoeken DBC en DAC, die gelijkvormig zijn met driehoek ABC, dan geldt (18) O DBC = a 2 f(q ) O DAC = b 2 f(q ). Uit O ABC = O DBC + O DAC volgt dan onmiddellijk (19) a 2 + b 2 = c 2. In fysische problemen kom je allerlei grootheden tegen. Hieronder zie je een aantal bekende grootheden met bijbehorende SI-eenheid en dimensie. grootheid SI-eenheid dimensie snelheid m/s L/T versnelling m/s 2 L/T 2 kracht N = kg m/s 2 ML/T 2 energie J = kg m 2 /s 2 ML 2 /T 2 druk N/m 2 = kg/m/s 2 M/(LT 2 ) dichtheid kg/m 3 M/L 3 temperatuur K Θ 3. Toepassingen Voorbeeld 3. Energie van explosies. Een voorbeeld waarbij de kracht van dimensie-analyse op verrassende wijze duidelijk wordt is het schatten van de kracht van een explosie uit een filmopname van het schokfront. De details van de kracht van de eerste experimentele atoomboom (in 1945) werden uiterst geheim gehouden door de Amerikanen. Een britse fysicus G.T. Taylor kreeg de beschikking over een filmopname van de vorming van de beruchte paddestoelwolk en kon op grond daarvan zeer nauwkeurig de kracht van de explosie schatten. Zijn methode is recent ook gebruikt om de vuurwerkexplosie in Enschede te analyseren. Ook daarvan was een filmopname beschikbaar. Rond een krachtige explosie vormt zich een schokgolf die zich met grote snelheid uitbreidt. Op films van explosies is de voortplanting van zo n golf zeer goed te volgen. In het algemeen is de schokgolf bolvormig met straal R en van de film is af te lezen hoe R toeneemt als functie van de tijd t. Dit zijn de variabelen van het fenomeen. De parameters zijn de energie E die instantaan vrijkomt, en de luchtdichtheid ρ en luchtdruk p buiten de schokgolf. 10

11 Figuur 4: Explosie. Figuur 5: Een schokgolf die zich uitbreidt. De dimensies zijn: (20) [R] =L, [t] =T, [E] = L2 M T 2, [ρ] = M L 3, [p] = M LT 2. Kortom, in de stelling van Buckingham geldt voor dit geval N 1 = 5, en N 3 = 3, zodat er 5 3 = 2 dimensieloze grootheden moeten zijn. Een systematische manier om deze te vinden gaat als volgt. We beschouwen al de producten (21) R r 1 t r 2 E r 3 ρ r 4 p r 5, waarbij r 1 tot en met r 5 rationale getallen zijn, die we nog niet kennen. Vervolgens vervangen we de variabelen en parameters door hun dimensies: (22) L r 1 T r 2 ( L 2 M ) r3 ( M ) r4 ( M ) r5 T 2 L 3 LT 2 = L r 1+2r 3 3r 4 r5 M r 3+r 4 +r5 T r 2 2r 3 2r 5 Vervolgens vragen we ons af voor welke waarden van r 1,...,r 5 deze combinatie dimensie 1 heeft. Uit het rechterlid van (22) volgt dat dit het geval is als (23) r 1 +2r 3 3r 4 r 5 =0 r 3 + r 4 + r 5 =0 r 2 2r 3 2r 5 =0 11

12 Dit zijn drie lineaire vergelijkingen voor vijf onbekenden. Zo n onderbepaald stelsel heeft oneindig veel oplossingen. Dat betekent dat we twee van de vijf onbekenden kunnen kiezen en dan liggen de drie andere vast. Dit principe geldt algemeen: het vinden van de dimensieloze grootheden van een systeem komt neer op het oplossen van een stelsel lineaire vergelijkingen en dat is niet zo moeilijk. In de praktijk kan het nog wel leiden tot een hoop gepruts om grootheden te vinden die handig zijn voor het trekken van conclusies. Voor de eerste dimensieloze grootheid koos Taylor: r 1 =0enr 5 = 1 Het stelsel dat je dan moet oplossen is: (24) 2r 3 3r 4 1 = 0 r 3 + r 4 +1 =0 r 2 2r 3 2 = 0 Dit stelsel heeft als oplossing r 3 = 2 5, r 4 = 1 r 3 = 3 5 en r 2 =2+2r 3 = 6 5 grootheid wordt dan:. De dimensieloze (25) q1 = t 6 5 E 2 5 ρ 3 ( t 6 ) 1/5 5 p = p. E 2 ρ 3 Voor de tweede dimensieloze grootheid koos hij: r 4 =1enr 5 = 0. Het stelsel dat je dan moet oplossen is: (26) r 1 +2r 3 3 = 0 r 3 +1 =0 r 2 2r 3 =0 Dit stelsel heeft als oplossing r 3 = 1,r 2 =2r 3 =2 ( 1) = 2enr 1 =3 2r 3 =3 2 ( 1) = 5. De dimensieloze grootheid wordt: (27) q 2 = R5 t 2 E 1 ρ = R5 ρ Et 2. Ga zelf na dat deze grootheden inderdaad dimensieloos zijn. De voortplanting van de schokgolf, oftewel R als functie van t, moet dus gegeven worden door een relatie tussen q 1 en q 2. Bijvoorbeeld, (28) q 2 = f(q 1 ), waarbij we de functie f niet kennen. Als we (28) een beetje herschrijven vinden we 12

13 Figuur 6: R tegen t op dubbellogaritmisch papier. ( Et 2 ) 1/5 (29) R = ρ f(q 1 ). Dus de functie R = R(t) moet deze vorm hebben. Het is jammer dat de tijd t ook in q 1 voorkomt, anders wisten we meteen hoe R schaalde met t. Wat deed Taylor? Hij mat op de filmopnamen op vele tijdstippen hoe R afhing van t. Vervolgens zette hij dat logaritmisch uit in een grafiek. Uit (29) volgt ( Ef(q (30) log R = 2 5 log t log 1 )). ρ Wat bleek: de gemeten punten lagen prachtig op een rechte lijn met helling 2 5. Daaruit concludeerde hij dat de factor f(q1 ) dus niet of nauwelijks van de tijd afhing. Dus kun je f(q 1 ) vervangen door een constante f(0), z n waarde op het begintijdstip. Aangezien ρ bekend is, zijn er nu nog 2 onbekende parameters in het systeem: E en f(0). Vervolgens deed Taylor nog een klein experimentje met een explosie waarbij hij E goed kende en kwam daaruit de waarde van f(0) te weten. Het bleek dat f(0) 1. Hiermee vereenvoudigt (30) dus tot: ( E ) (31) log R = 2 5 log t log. ρ Met behulp van deze relatie is het eenvoudig uit gemeten R(t) waarden de waarde van E/ρ, en dus van E, te schatten! Zie figuur 6. 13

14 Voorbeeld 4. Biedt het spoor van een regendruppel genoeg informatie om de treinsnelheid te schatten? Je zit in een trein. Het regent. De regendruppels op het raam glijden schuin naar beneden. Hoe harder de trein rijdt, hoe schuiner de baan van de druppels. De vraag bekruipt je of je met de hoek die banen maken met de horizon een betrouwbare schatting van de snelheid van de trein kunt verkrijgen. Daarvoor moet de situatie in een mathematisch model gegoten worden. Figuur 7: Hoe de treinsnelheid te schatten. Je bedenkt eerst dat de baan van een druppel bepaald wordt door de krachten die erop werken. Dat zijn de zwaartekracht F zw en de kracht die F wind van de langsstrijkende wind die de druppel probeert mee te slepen. Van F zw weten we alles: die is verticaal naar beneden gericht en er geldt F zw = mg met m de massa van de druppel en g de zwaartekrachtversnelling. Van F wind - die in het Engels de dragforce genoemd wordt - weten we dat die horizontaal naar achteren gericht is. De grootte van F wind is echter niet duidelijk. Naast F zw en F wind is er de cohesiekracht die de druppel tegen het raam laat plakken. Deze kracht zorgt voor wrijving als de druppel beweegt. De cohesiekracht heeft wel invloed op de snelheid waarmee de druppel naar beneden glijdt, maar niet op de wrijving. Vandaar dat we deze kracht verder buiten beschouwing kunnen laten. Figuur 8: Krachten op een druppel op het treinraam. 14

15 Uit de figuur zien we dat: (32) tan ϕ = F zw F wind. F zw is bekend, ϕ meten we, dus als we een relatie kunnen afleiden tussen F wind en v trein dan kunnen we uit (32) de treinsnelheid v trein berekenen. Laten we eens nagaan hoe ver we kunnen komen met dimensie-analyse. De grootheden die een rol spelen zijn: F wind met [F wind ]= ML T 2 v trein met [v trein ]= L T diameter D vandedruppelmet[d] =L dichtheid ρ vandeluchtmet[ρ] = M L 3 viscositeit η vandeluchtmet[η] = M LT De viscositeit van een stroming is een maat voor de stroperigheid ervan. Je kunt de viscositeit meten door bijvoorbeeld een bol in de vloeistof of het gas te laten vallen en te meten welke snelheid de bol na enige tijd heeft. Die snelheid wordt bepaald door het evenwicht van de zwaartekracht en de dragforce die de vloeistof of het gas uitoefent op de bol. Parachutisten maken hier dankbaar gebruik van. Er zijn dus 5 relevante grootheden waarin 3 dimensies optreden. Het aantal dimensieloze grootheden is dus 2. Controleer dat we hiervoor bijvoorbeeld kunnen kiezen: (33) F = F wind ρvtrein 2 en Re = v trein Dρ D2 η We laten de bovenindex hier weg en onthouden dat F en Re dimensieloos zijn. De grootheid Re, die het Reynoldsgetal genoemd wordt, speelt een grote rol in alle stromingsproblemen. Voor een (nog onbekende) functie f zal gelden:. F = f(re). Uit (33) volgt dan (34) F wind = ρv 2 trein D2 f(re). Als Re niet afhing van v trein, zouden we hiermee precies weten hoe F wind schaalt met v trein, namelijk F wind vtrein 2. De werkelijkheid is echter niet zo simpel. 15

16 Men heeft f moeten bepalen uit metingen waarin de waarde van Re varieerde. Daaruit is gebleken dat: (35a) f 1 Re = η v trein Dρ als Re < 100, (35b) f is constant als Re > Het gebied 100 <Re<1000 is een overgangsgebied. Uit (35) en (34) volgt nu: (36a) F wind v trein als Re < 100 (36b) F wind v 2 trein als Re > 1000 Voor 100 <Re<1000 is er een overgang van een lineair naar een kwadratisch schalingsgedrag. Om te weten welke waarden van Re realistisch zijn voor onze treinsituatie moeten we een schatting maken voor de waarde van Re. Uit tabellenboeken vinden we voor lucht: η =1, Pa.s en ρ =1, 3kg/m 3. De druppeldiameter is ongeveer 5 millimeter, dus D =510 3 m. Als de trein 100 km/uur rijdt, geldt er v trein 30 m/s. Uit formule (33) volgt dan dat: Re = , =1, Kortom, voor realistische treinsnelheden is Re groot en geldt dus F wind v 2 trein.als we nu formules (32) en (34) combineren met dit inzicht, kunnen we schrijven: (37) tan ϕ = mg cρd 2 v 2 trein. waarin c een nog onbekende constante voorstelt die niet afhangt van ρ, D of v trein. Uit (37) vinden we tenslotte het resultaat waarnaar we op zoek waren: mg (38) v trein = cρd 2 tan ϕ. We kunnen dit nog een beetje vereenvoudigen door aan te nemen dat de druppel een halve bol is met diameter D. Dan geldt m = πd3 12 (ga dat na!) waarbij we de dichtheid van water gelijk aan 1 genomen hebben. De constante c, zal eens en voor altijd bepaald moeten worden uit een meting. Aangezien ρ niet veel varieert en de druppeltjes meestal ongeveer dezelfde grootte hebben is een handige vuistregel: (38) v trein = c 2 1 tan ϕ, waarbij de constante c 2 één keer uit een experiment bepaald moet worden. Vraag: Schets v trein als functie van de hoek ϕ. Voor welke ϕ denk je dat de schatting het nauwkeurigst is? 16

17 4. Opgaven Opgave 4.1. Stelsels oplossen In de tekst heb je gezien hoe je twee oplossingen bepaalt van: r 1 +2r 3 3r 4 r 5 =0 r 3 + r 4 + r 5 =0 r 2 2r 3 2r 5 =0 Alle oplossingen kun je schrijven als functies van 2 willekeurig gekozen variabelen. Dat gaat als volgt: noem r 4 = α en r 5 = β. Dan volgt uit de tweede vergelijking: r 3 = α β. Vervolgens volgt uit de eerste vergelijking: r 1 = 2r 3 +3r 4 + r 5 = α β. En uit de derde vergelijking volgt: r 2 =2r 3 +2r 5 = 2α β. Alle oplossingen worden dus gegeven door: r 1 = α β r 2 = 2α β r 3 = α β r 4 = α r 5 = β Bij iedere waarde die je kiest voor het tweetal (α, β), vind je hiermee een oplossing van het gegeven stelsel. Men zegt dan: de oplossingen zijn geparametriseerd m.b.v. r 4 en r 5. We hadden ook andere variabelen als parameters kunnen kiezen. a) Bepaal op een soortgelijke manier de oplossingen van het stelsel: x + y z =1 x +2z =3 b) Bepaal op een soortgelijke manier de oplossingen van het stelsel: 2a +3b c + d +2e =0 a +2c d =1 3a +2b 3c + e =0 17

18 Opgave 4.2. Dimensies bepalen Dimensies van een fysische grootheid kun je bepalen als je een formule kent waarin de grootheid voorkomt en waarvoor je de dimensies van de andere grootheden kent. De dimensie van de grootheid kracht bepaal je bijvoorbeeld met de bekende formule F = m a. Dedimensievan kracht is volgens deze formule: [F ]=[m] [a] =M L T 2 = ML T 2. a) Laat zien dat de dimensie van energie ML 2 /T 2 is. b) Bepaal de dimensie van de grootheid vermogen. Opgave 4.3. Froudegetal voor schepen Beschouw eens een schip dat vaart in diep water. We verwaarlozen het effect van de wind. Doordat het schip het water in beweging zet ontstaan er golven. Een flink gedeelte van de voortstuwingsenergie van het schip wordt gebruikt om deze golven op te wekken. Het andere deel gaat verloren doordat het schip wrijving ondervindt van het water. Laten we ons concentreren op de golfopwekking. Het schip is goed gestroomlijnd. De breedte en diepte zijn dan voor de golfopwekking niet belangrijk maar wel de lengte l. En natuurlijk de snelheid v. De beweging van de golven wordt helemaal bepaald door de zwaartekracht. Vandaar dat de belangrijke parameter van de golven de zwaartekrachtsversnelling g is. Kortom, de belangrijke grootheden zijn l, v en g met: [l] =L, [v] = L T, [g] = L T 2. a) Vind de bijbehorende dimensieloze grootheid; die wordt het Froudegetal genoemd. b) Er wordt onderzoek gedaan voor een schip van 100 m lang dat kan varen met snelheid 35 km/uur. Daarvan bouwt men een schaalmodel waarmee in een grote watertank experimenten worden gedaan. In het laboratorium kan het schaalmodel maximaal 7 km/uur varen. Hoe lang moet het schaalmodel minimaal zijn om realistische resultaten te krijgen voor de golfopwekking? Bedenk dat het Froudegetal behouden moet blijven. Figuur 9: Houtvolume bepalen. 18

19 Opgave 4.4. Houtproductie Bij de productie van hout is het van groot belang het volume V van een boom te kennen door de hoogte h en diameter d te meten. Er zijn vele formules in gebruik geweest, die bedacht waren zonder te beseffen dat de stelling van Buckingham gold. Ze bleken in de praktijk dan ook slecht te voldoen. a) Laat zien dat moet gelden ( d V = h 3 f h) voor zekere (onbekende) functie f. b) Laat zien dat V toeneemt met een factor 8 als zowel d als h toenemen met een factor 2. Opmerking: In de praktijk voldoet het model V = h 3[ ( d ) ( d ) 2 ] c 0 +c 1 +c 2 prima. De constanten h h c 0, c 1 en c 2 in deze formule moeten voor iedere boomsoort apart geschat worden uit gemeten data. Opgave 4.5. Slinger In figuur 8 is een massa m aan een touw ter lengte l getekend. Figuur 10: Een wrijvingsloze slinger. Als je de massa een stukje uit de laagste stand trekt en loslaat gaat hij heen en weer slingeren. Bij die beweging spelen een aantal grootheden een rol: de tijd t, de lengte l van het touw, de massa m, de zwaartekrachtsversnelling g en de hoek φ. Deze laatste grootheid is dimensieloos en we kiezen deze als dimensieloze grootheid: q 1 = φ. Volgens de stelling van Buckingham is er echter nog een andere dimensieloze grootheid. a) Ga dat na en bepaal een tweede dimensieloze grootheid. Noem hem q 2. b) Ga na dat de beweging onafhankelijk is van de grootte van de massa. c) De tijd nodig voor een volledige zwaai heet de slingertijd of periode P. Hoe schaalt P met de lengte l? d) Een slinger heeft een slingertijd van P seconden. Wat gebeurt er met die tijd als je de slinger naar de maan verplaatst? 19

20 5. Antwoorden Opgave 4.1. Stelsels oplossen a) x =3 2α y = 2+3α z = a b) a =1 2α + β b = 5+15α + β c = α d = β e =7 21α +5β Opgave 4.2. Dimensies bepalen a) [E] =[F ] [s] = ML T 2 b) [P ]= [E] T = ML2 T 3 L = ML2 T 2 Opgave 4.3 Froudegetal voor schepen a) Froude = lg v 2 b) 4 m Opgave 4.4. Houtproductie a) Er zijn 3 grootheden met daarin slechts 1 dimensie. Er zijn dus twee dimensieloze grootheden. Kies als dimensieloze grootheden q 1 = d h en q 2 = V h 3. Uit q 2 = f(q 1 ) volgt het gevraagde verband. b) [f( d h )] = 1 dus V g3. Als h 3 keer zo groot wordt, dan wordt het volume 2 3 = 8 keer zo groot. Opgave 4.5. Slinger a) Er zijn 5 grootheden waarin 3 dimensies optreden. Dus zijn er 5-3=2 dimensieloze grootheden. Als tweede kun je bijvoorbeeld kiezen: q 2 = t. l/g ( t b) q 1 = f(q 2 )=f ),dehoek(q 2 = ϕ) is onafhankelijk van m. l/g c) P l. d) P 1 g. Op de maan is g ongeveer 6 maal kleiner dan op de aarde, de slingertijd wordt dan 6 2,4 keer zo groot. 20

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Biomedische Technologie, groep Cardiovasculaire Biomechanica

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Biomedische Technologie, groep Cardiovasculaire Biomechanica TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Biomedische Technologie, groep Cardiovasculaire Biomechanica Tentamen Fysica in de Fysiologie (8N7) deel A1, blad 1/4 maandag 1 oktober 27, 9.-1.3 uur Het tentamen

Nadere informatie

Wiskundige vaardigheden

Wiskundige vaardigheden Inleiding Bij het vak natuurkunde ga je veel rekenstappen zetten. Het is noodzakelijk dat je deze rekenstappen goed en snel kunt uitvoeren. In deze presentatie behandelen we de belangrijkste wiskundige

Nadere informatie

3 Veranderende krachten

3 Veranderende krachten 3 Veranderende krachten B Modelleren Een computermodel van bewegingen in SCYDynamics NLT-module Het lesmateriaal bij deze paragraaf vormt een onderdeel van de NLT-module Dynamische Modellen VWO. Wat gaan

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Beweging in beeld. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 1 Beweging in beeld. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 1 Beweging in beeld Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 1.1 Beweging vastleggen Het verschil tussen afstand en verplaatsing De verplaatsing (x) is de netto verplaatsing en de

Nadere informatie

Practicum hoogtemeting 3 e klas havo/vwo

Practicum hoogtemeting 3 e klas havo/vwo Deel (benaderbaar object) Om de hoogte van een bepaald object te berekenen hebben we geleerd dat je dat kunt doen als je in staat bent om een rechthoekige driehoek te bedenken waarvan je één zijde kunt

Nadere informatie

Waterweerstand. 1 Inleiding. VWO Bovenbouwpracticum Natuurkunde Practicumhandleiding

Waterweerstand. 1 Inleiding. VWO Bovenbouwpracticum Natuurkunde Practicumhandleiding VWO Bovenbouwpracticum Natuurkunde Practicumhandleiding Waterweerstand 1 Inleiding Een bewegend vaartuig ondervindt altijd weerstand van het langsstromende water: het water oefent een wrijvingskracht uit

Nadere informatie

BIOFYSICA: Toets I.4. Dynamica: Oplossing

BIOFYSICA: Toets I.4. Dynamica: Oplossing 1 ste jaar Bachelor BIOMEDISCHE WETENSCHAPPEN Academiejaar 006-007 BIOFYSICA: Toets I.4. Dynamica: Oplossing 1 Opgave 1 Een blokje met massa 0, kg heeft onder aan een vlakke helling een snelheid van 7,

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Biomedische Technologie, groep Cardiovasculaire Biomechanica

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Biomedische Technologie, groep Cardiovasculaire Biomechanica TECHNISCHE UNIVESITEIT EINDHOVEN Faculteit Biomedische Technologie, groep Cardiovasculaire Biomechanica Tentamen Fysica in de Fysiologie (8N070) deel A1, blad 1/4 maandag 29 september 2008, 9.00-10.30

Nadere informatie

Practicum algemeen. 1 Diagrammen maken 2 Lineair verband en evenredig verband 3 Het schrijven van een verslag

Practicum algemeen. 1 Diagrammen maken 2 Lineair verband en evenredig verband 3 Het schrijven van een verslag Practicum algemeen 1 Diagrammen maken 2 Lineair verband en evenredig verband 3 Het schrijven van een verslag 1 Diagrammen maken Onafhankelijke grootheid en afhankelijke grootheid In veel experimenten wordt

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1 Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1 Samenvatting door een scholier 1494 woorden 8 april 2014 7,8 97 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Systematische natuurkunde Grootheden en eenheden Kwalitatieve

Nadere informatie

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 20 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 20 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Eamen HAV 0 tijdvak woensdag 0 juni 3.30-6.30 uur wiskunde B (pilot) Bij dit eamen hoort een uitwerkbijlage.. Dit eamen bestaat uit 0 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 8 punten te behalen. Voor elk vraagnummer

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT Faculteit der Civiele Techniek en Geowetenschappen

TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT Faculteit der Civiele Techniek en Geowetenschappen TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT Faculteit der Civiele Techniek en Geowetenschappen TENTAMEN CTB1210 DYNAMICA en MODELVORMING d.d. 28 januari 2015 van 9:00-12:00 uur Let op: Voor de antwoorden op de conceptuele

Nadere informatie

In het internationale eenhedenstelsel, ook wel SI, staan er negen basisgrootheden met bijbehorende grondeenheden. Dit is BINAS tabel 3A.

In het internationale eenhedenstelsel, ook wel SI, staan er negen basisgrootheden met bijbehorende grondeenheden. Dit is BINAS tabel 3A. Grootheden en eenheden Kwalitatieve en kwantitatieve waarnemingen Een kwalitatieve waarneming is wanneer je meet zonder bijvoorbeeld een meetlat. Je ziet dat een paard hoger is dan een muis. Een kwantitatieve

Nadere informatie

Theorie: Snelheid (Herhaling klas 2)

Theorie: Snelheid (Herhaling klas 2) Theorie: Snelheid (Herhaling klas 2) Snelheid en gemiddelde snelheid Met de grootheid snelheid geef je aan welke afstand een voorwerp in een bepaalde tijd aflegt. Over een langere periode is de snelheid

Nadere informatie

vwo: Het maken van een natuurkunde-verslag vs 21062011

vwo: Het maken van een natuurkunde-verslag vs 21062011 Het maken van een verslag voor natuurkunde, vwo versie Deze tekst vind je op www.agtijmensen.nl: Een voorbeeld van een verslag Daar vind je ook een po of pws verslag dat wat uitgebreider is. Gebruik volledige

Nadere informatie

Het tentamen levert maximaal 30 punten op, waarvan de verdeling hieronder is aangegeven.

Het tentamen levert maximaal 30 punten op, waarvan de verdeling hieronder is aangegeven. TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN FACULTEIT DER TECHNISCHE NATUURKUNDE GROEP TRANSPORTFYSICA Tentamen Fysische Transportverschijnselen voor W (3B470) op donderdag 5 juli 2012, 09.00-12.00 uur. Het tentamen

Nadere informatie

Proef Natuurkunde Vallen en zwaartekracht

Proef Natuurkunde Vallen en zwaartekracht Proef Natuurkunde Vallen en zwaartekracht Proef door een scholier 1883 woorden 19 januari 2005 5,4 91 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Verband tussen massa en zwaartekracht Wat

Nadere informatie

Tentamen Fysica in de Fysiologie (8N070) deel AB herkansing, blad 1/5

Tentamen Fysica in de Fysiologie (8N070) deel AB herkansing, blad 1/5 ECHNISCHE UNIVERSIEI EINDHOVEN Faculteit Biomedische echnologie, groep Cardiovasculaire Biomechanica entamen Fysica in de Fysiologie (8N070) deel AB herkansing, blad 1/5 vrijdag 3 februari 2012, 9.00-12.00

Nadere informatie

Werkblad 3 Bewegen antwoorden- Thema 14 (NIVEAU BETA)

Werkblad 3 Bewegen antwoorden- Thema 14 (NIVEAU BETA) Werkblad 3 Bewegen antwoorden- Thema 14 (NIVEAU BETA) Theorie In werkblad 1 heb je geleerd dat krachten een snelheid willen veranderen. Je kunt het ook omdraaien, als er geen kracht werkt, dan verandert

Nadere informatie

Bal in de sloot. Hierbij zijn x en f ( x ) in centimeters. Zie figuur 2.

Bal in de sloot. Hierbij zijn x en f ( x ) in centimeters. Zie figuur 2. Bal in de sloot Een bal met een straal van cm komt in een figuur sloot terecht en blijft drijven. Het laagste punt van de bal bevindt zich h cm onder het wateroppervlak. In figuur zie je een doorsnede

Nadere informatie

a. Bepaal hoeveel langer. b. Bepaal met figuur 1 de snelheid waarmee de parachutist neerkomt.

a. Bepaal hoeveel langer. b. Bepaal met figuur 1 de snelheid waarmee de parachutist neerkomt. Deze examentoets en uitwerkingen vind je op www.agtijmensen.nl Bij het et krijg je in 100 minuten ongeveer 22 vragen Et3 stof vwo6 volgens het PTA: Onderwerpen uit samengevat: Rechtlijnige beweging Kracht

Nadere informatie

J De centrale draait (met de gegevens) gedurende één jaar. Het gemiddelde vermogen van de centrale kan dan berekend worden:

J De centrale draait (met de gegevens) gedurende één jaar. Het gemiddelde vermogen van de centrale kan dan berekend worden: Uitwerking examen Natuurkunde1 HAVO 00 (1 e tijdvak) Opgave 1 Itaipu 1. De verbruikte elektrische energie kan worden omgerekend in oules: 17 = 9,3 kwh( = 9,3 3, ) = 3,3 De centrale draait (met de gegevens)

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 2. Materiaal & Methode 3. Resultaten 5. Theoretisch Kader 6. Discussie 7. Bronnen 9. Appendix Onderzoeksvraag 2

Inhoud. Inleiding 2. Materiaal & Methode 3. Resultaten 5. Theoretisch Kader 6. Discussie 7. Bronnen 9. Appendix Onderzoeksvraag 2 Bifilaire slinger De invloed van de slingerlengte, de lengte van en afstand tussen de draden op de trillingstijd van een bifilaire slinger. Kiki de Boer, Sitti Romijn, Thomas Markhorst & Lucas Cohen Calandlyceum

Nadere informatie

Uitwerkingen oefeningen hoofdstuk 3

Uitwerkingen oefeningen hoofdstuk 3 Uitwerkingen oefeningen hoofdstuk 3 3.4.1 Basis Tijd meten 1 Juli heeft 31 dagen. Wanneer 25 juli op zaterdag valt, valt 31 juli dus op een vrijdag. Augustus heeft ook 31 dagen. 1 augustus valt dus op

Nadere informatie

tentamen stromingsleer (wb1225), Faculteit 3mE, TU Delft, 28 juni 2011, u

tentamen stromingsleer (wb1225), Faculteit 3mE, TU Delft, 28 juni 2011, u Dit tentamen bestaat uit twee delen: deel I bestaat uit 7 meerkeuzevragen en deel II bestaat uit twee open vragen. Deel I staat voor 40% van uw eindcijfer. Deel I invullen op het bijgeleverde formulier.

Nadere informatie

Werken met eenheden. Introductie 275. Leerkern 275

Werken met eenheden. Introductie 275. Leerkern 275 Open Inhoud Universiteit Appendix B Wiskunde voor milieuwetenschappen Werken met eenheden Introductie 275 Leerkern 275 1 Grootheden en eenheden 275 2 SI-eenhedenstelsel 275 3 Tekenen en grafieken 276 4

Nadere informatie

AAN DE SLAG Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1)

AAN DE SLAG Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1) Arbeid verricht door de wrijvingskracht (thema 1) Is de arbeid die moet verricht worden op een voorwerp om dat voorwerp over een afstand h omhoog te brengen, afhankelijk van de gevolgde weg? Kies een van

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Beweging in beeld. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 1 Beweging in beeld. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 1 Beweging in beeld Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 1.4/1.5 Significantie en wiskundige vaardigheden Omrekenen van grootheden moet je kunnen. Onderstaande schema moet je

Nadere informatie

Eindexamen vwo wiskunde B pilot 2014-I

Eindexamen vwo wiskunde B pilot 2014-I Eindeamen vwo wiskunde B pilot 04-I Formules Goniometrie sin( tu) sintcosu costsinu sin( tu) sintcosu costsinu cos( tu) costcosusintsinu cos( tu) costcosusintsinu sin( t) sintcost cos( t) cos tsin t cos

Nadere informatie

VAK: natuurkunde KLAS: Havo 4 DATUM: 20 juni 2013. TIJD: 10.10 11.50 uur TOETS: T1 STOF: Hfd 1 t/m 4. Opmerkingen voor surveillant XXXXXXXXXXXXXXXXXXX

VAK: natuurkunde KLAS: Havo 4 DATUM: 20 juni 2013. TIJD: 10.10 11.50 uur TOETS: T1 STOF: Hfd 1 t/m 4. Opmerkingen voor surveillant XXXXXXXXXXXXXXXXXXX VAK: natuurkunde KLAS: Havo 4 DATUM: 20 juni 2013 TIJD: 10.10 11.50 uur TOETS: T1 STOF: Hfd 1 t/m 4 Toegestane hulpmiddelen: Binas + (gr) rekenmachine Bijlagen: 2 blz Opmerkingen voor surveillant XXXXXXXXXXXXXXXXXXX

Nadere informatie

NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE. Tweede ronde - theorie toets. 21 juni beschikbare tijd : 2 x 2 uur

NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE. Tweede ronde - theorie toets. 21 juni beschikbare tijd : 2 x 2 uur NATIONALE NATUURKUNDE OLYMPIADE Tweede ronde - theorie toets 21 juni 2000 beschikbare tijd : 2 x 2 uur 52 --- 12 de tweede ronde DEEL I 1. Eugenia. Onlangs is met een telescoop vanaf de Aarde de ongeveer

Nadere informatie

P is nu het punt waarvan de x-coördinaat gelijk is aan die van het punt X en waarvan de y-coördinaat gelijk is aan AB (inclusief het teken).

P is nu het punt waarvan de x-coördinaat gelijk is aan die van het punt X en waarvan de y-coördinaat gelijk is aan AB (inclusief het teken). Inhoud 1. Sinus-functie 1 2. Cosinus-functie 3 3. Tangens-functie 5 4. Eigenschappen 4.1. Verband tussen goniometrische verhoudingen en goniometrische functies 8 4.2. Enkele eigenschappen van de sinus-functie

Nadere informatie

Samenvatting snelheden en 6.1 6.3

Samenvatting snelheden en 6.1 6.3 Samenvatting snelheden en 6.1 6.3 Boekje snelheden en bewegen Een beweging kan je op verschillende manieren vastleggen: Fotograferen met tussenpozen, elke foto is een gedeelte van een beweging Stroboscopische

Nadere informatie

De wortel uit min één, Cardano, Kepler en Newton

De wortel uit min één, Cardano, Kepler en Newton De wortel uit min één, Cardano, Kepler en Newton Van de middelbare school kent iedereen wel de a, b, c-formule (hier en daar ook wel het kanon genoemd) voor de oplossingen van de vierkantsvergelijking

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 18 juni 13.30-16.30 uur. Achter dit examen is een erratum opgenomen.

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 18 juni 13.30-16.30 uur. Achter dit examen is een erratum opgenomen. Eamen VW 04 tijdvak woensdag 8 juni.0-6.0 uur wiskunde B (pilot) Achter dit eamen is een erratum opgenomen. Dit eamen bestaat uit 6 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 76 punten te behalen. Voor elk vraagnummer

Nadere informatie

Vallen Wat houdt je tegen?

Vallen Wat houdt je tegen? Wat houdt je tegen? Inleiding Stroming speelt een grote rol in vele processen. Of we het nu hebben over vliegtuigbouw, de stroming van bloed door onze aderen, formule 1 racing, het zwemmen van vissen of

Nadere informatie

Eindexamen havo wiskunde B pilot II

Eindexamen havo wiskunde B pilot II Het gewicht van een paard Voor mensen die paarden verzorgen figuur 1, is het belangrijk om te weten hoe zwaar hun paard is. Het gewicht van een paard kan worden geschat met behulp van twee afmetingen:

Nadere informatie

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen. Eamen VW 04 tijdvak dinsdag 0 mei 3.30-6.30 uur wiskunde B (pilot) chter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen. Dit eamen bestaat uit 8 vragen. Voor dit eamen

Nadere informatie

Tentamen Mechanica ( )

Tentamen Mechanica ( ) Tentamen Mechanica (20-12-2006) Achter iedere opgave is een indicatie van de tijdsbesteding in minuten gegeven. correspondeert ook met de te behalen punten, in totaal 150. Gebruik van rekenapparaat en

Nadere informatie

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2014 TOETS 1. 23 APRIL 2014 10.30 12.30 uur

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2014 TOETS 1. 23 APRIL 2014 10.30 12.30 uur TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2014 TOETS 1 23 APRIL 2014 10.30 12.30 uur 1 RONDDRAAIENDE MASSA 5pt Een massa zit aan een uiteinde van een touw. De massa ligt op een wrijvingloos oppervlak waar het

Nadere informatie

wiskunde B Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen.

wiskunde B Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen. Eamen VWO 04 tijdvak dinsdag 0 mei 3.30 uur - 6.30 uur wiskunde B Bij dit eamen hoort een uitwerkbijlage. Achter het correctievoorschrift is een aanvulling op het correctievoorschrift opgenomen. Dit eamen

Nadere informatie

Technische Universiteit Eindhoven Bachelor College

Technische Universiteit Eindhoven Bachelor College Technische Universiteit Eindhoven Bachelor College Herkansing Eindtoets Toegepaste Natuurwetenschappen and Second Chance final assessment Applied Natural Sciences (3NBB) Maandag 15 April, 2013, 14.00 17.00

Nadere informatie

Grootheid: eigenschap die je kunt meten (met een meetinstrument) Eenheid: maat waarin de grootheid wordt uitgedrukt

Grootheid: eigenschap die je kunt meten (met een meetinstrument) Eenheid: maat waarin de grootheid wordt uitgedrukt 1.3 Grootheden en eenheden Grootheid: eigenschap die je kunt meten (met een meetinstrument) Eenheid: maat waarin de grootheid wordt uitgedrukt BINAS : BINAS 3A: BINAS 4: vermenigvuldigingsfactoren basisgrootheden

Nadere informatie

Maar het leidde ook tot een uitkomst die essentieel is in mijn werkstuk van een Stabiel Heelal.

Maar het leidde ook tot een uitkomst die essentieel is in mijn werkstuk van een Stabiel Heelal. -09-5 Bijlage voor Stabiel Heelal. --------------------------------------- In deze bijlage wordt onderzocht hoe in mijn visie materie, ruimte en energie zich tot elkaar verhouden. Op zichzelf was de fascinatie

Nadere informatie

Verbanden en functies

Verbanden en functies Verbanden en functies 0. voorkennis Stelsels vergelijkingen Je kunt een stelsel van twee lineaire vergelijkingen met twee variabelen oplossen. De oplossing van het stelsel is het snijpunt van twee lijnen.

Nadere informatie

Wiskundige Technieken 1 Uitwerkingen Hertentamen 23 december 2014

Wiskundige Technieken 1 Uitwerkingen Hertentamen 23 december 2014 Wiskundige Technieken Uitwerkingen Hertentamen 3 december 04 Normering voor 4 pt vragen andere vragen naar rato: 4pt 3pt pt pt 0pt goed begrepen én goed uitgevoerd, eventueel met enkele onbelangrijke rekenfoutjes

Nadere informatie

Inhoud. Eenheden... 2 Omrekenen van eenheden I... 4 Omrekenen van eenheden II... 9 Omrekenen van eenheden III... 10

Inhoud. Eenheden... 2 Omrekenen van eenheden I... 4 Omrekenen van eenheden II... 9 Omrekenen van eenheden III... 10 Inhoud Eenheden... 2 Omrekenen van eenheden I... 4 Omrekenen van eenheden II... 9 Omrekenen van eenheden III... 10 1/10 Eenheden Iedere grootheid heeft zijn eigen eenheid. Vaak zijn er meerdere eenheden

Nadere informatie

Een model voor een lift

Een model voor een lift Een model voor een lift 2 de Leergang Wiskunde schooljaar 213/14 2 Inhoudsopgave Achtergrondinformatie... 4 Inleiding... 5 Model 1, oriëntatie... 7 Model 1... 9 Model 2, oriëntatie... 11 Model 2... 13

Nadere informatie

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2019 TOETS APRIL 2019 Tijdsduur: 1h45

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2019 TOETS APRIL 2019 Tijdsduur: 1h45 TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2019 TOETS 1 17 APRIL 2019 Tijdsduur: 1h45 Enige constanten en dergelijke MECHANICA 1 Twee prisma`s. (4 punten) Twee gelijkvormige prisma s met een hoek α van 30 hebben

Nadere informatie

4. Maak een tekening:

4. Maak een tekening: . De versnelling van elk deel van de trein is hetzelfde, dus wordt de kracht op de koppeling tussen de 3e en 4e wagon bepaald door de fractie van de massa die er achter hangt, en wordt dus gegeven door

Nadere informatie

Het metriek stelsel. Grootheden en eenheden.

Het metriek stelsel. Grootheden en eenheden. Het metriek stelsel. Metriek komt van meten. Bij het metriek stelsel gaat het om maten, zoals lengte, breedte, hoogte, maar ook om gewicht of inhoud. Er zijn verschillende maten die je moet kennen en die

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B1

Examen VWO. wiskunde B1 wiskunde B Eamen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak Dinsdag 3 mei 3.3 6.3 uur 5 Voor dit eamen zijn maimaal 87 punten te behalen; het eamen bestaat uit vragen. Voor elk vraagnummer is

Nadere informatie

LOPUC. Een manier om problemen aan te pakken

LOPUC. Een manier om problemen aan te pakken LOPUC Een manier om problemen aan te pakken LOPUC Lees de opgave goed, zodat je precies weet wat er gevraagd wordt. Zoek naar grootheden en eenheden. Schrijf de gegevens die je nodig denkt te hebben overzichtelijk

Nadere informatie

Krachten (4VWO) www.betales.nl

Krachten (4VWO) www.betales.nl www.betales.nl Grootheden Scalairen Vectoren - Grootte - Eenheid - Grootte - Eenheid - Richting Bv: m = 987 kg x = 10m (x = plaats) V = 3L Bv: F = 17N s = Δx (verplaatsing) v = 2km/h Krachten optellen

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 Kracht en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 3 Kracht en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 3 Kracht en beweging Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 3.1 Soorten krachten Twee soorten grootheden Scalars - Grootte - Eenheid Vectoren - Grootte - Eenheid - Richting Bijvoorbeeld:

Nadere informatie

Het drie-reservoirs probleem

Het drie-reservoirs probleem Modelleren A WH01 Het drie-reservoirs probleem Michiel Schipperen (0751733) Stephan van den Berkmortel (077098) Begeleider: Arris Tijsseling juni 01 Inhoudsopgave 1 Samenvatting Inleiding.1 De probleemstelling.................................

Nadere informatie

koper hout water Als de bovenkant van het blokje hout zich net aan het wateroppervlak bevindt, is de massa van het blokje koper gelijk aan:

koper hout water Als de bovenkant van het blokje hout zich net aan het wateroppervlak bevindt, is de massa van het blokje koper gelijk aan: Fysica Vraag 1 Een blokje koper ligt bovenop een blokje hout (massa mhout = 0,60 kg ; dichtheid ρhout = 0,60 10³ kg.m -3 ). Het blokje hout drijft in water. koper hout water Als de bovenkant van het blokje

Nadere informatie

Examen VWO. Wiskunde B Profi

Examen VWO. Wiskunde B Profi Wiskunde B Profi Eamen VWO Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak Donderdag 25 mei 3.30 6.30 uur 20 00 Dit eamen bestaat uit 7 vragen. Voor elk vraagnummer is aangegeven hoeveel punten met een

Nadere informatie

Van slinger. tot seismograaf

Van slinger. tot seismograaf Van slinger tot seismograaf Leerlingenhandleiding Inleiding In de komende weken gaan jullie werken aan een mini-profielwerkstuk (mini- PWS). Het mini-pws is een voorbereiding voor je uiteindelijke PWS,

Nadere informatie

Samenvatting Wiskunde Aantal onderwerpen

Samenvatting Wiskunde Aantal onderwerpen Samenvatting Wiskunde Aantal onderwerpen Samenvatting door een scholier 2378 woorden 4 juni 2005 5,1 222 keer beoordeeld Vak Wiskunde Gelijkvormigheid Bij vergroten of verkleinen van een figuur worden

Nadere informatie

Natuurwetten »NIEUWE NATUURKUNDE VWO6 »UITWERKINGEN. a. = b. = = c. = = = d. = = Boorplatform naar links, Dan afstand = = Kabel is dan dus uitgerekt!

Natuurwetten »NIEUWE NATUURKUNDE VWO6 »UITWERKINGEN. a. = b. = = c. = = = d. = = Boorplatform naar links, Dan afstand = = Kabel is dan dus uitgerekt! »NIEUWE NATUURKUNDE VWO6 Natuurwetten»UITWERKINGEN HOOFDSTUK 1 - MODELLEN 1. a. A F shorizontaal F s vraag 1a C 40m Pythagoras: B Met gelijkvormigheid driehoeken vind je veerconstante (BINAS 35A-4 ) C

Nadere informatie

Opgaven bij het vormen van ruimte: van Poincaré tot Perelman

Opgaven bij het vormen van ruimte: van Poincaré tot Perelman Opgaven bij het vormen van ruimte: van Poincaré tot Perelman Roland van der Veen Inleiding Deze reeks opgaven is bedoeld voor de werkcolleges van de vakantiecursus Wiskunde in Wording, Augustus 2013. 1

Nadere informatie

Eindexamen vwo wiskunde B 2014-I

Eindexamen vwo wiskunde B 2014-I Eindexamen vwo wiskunde B 04-I Formules Vlakke meetkunde Verwijzingen naar definities en stellingen die bij een bewijs mogen worden gebruikt zonder nadere toelichting. Hoeken, lijnen en afstanden: gestrekte

Nadere informatie

Netwerkdiagram voor een project. AOA: Activities On Arrows - activiteiten op de pijlen.

Netwerkdiagram voor een project. AOA: Activities On Arrows - activiteiten op de pijlen. Netwerkdiagram voor een project. AOA: Activities On Arrows - activiteiten op de pijlen. Opmerking vooraf. Een netwerk is een structuur die is opgebouwd met pijlen en knooppunten. Bij het opstellen van

Nadere informatie

Significante cijfers en meetonzekerheid

Significante cijfers en meetonzekerheid Inhoud Significante cijfers en meetonzekerheid... 2 Significante cijfers... 2 Wetenschappelijke notatie... 3 Meetonzekerheid... 3 Significante cijfers en meetonzekerheid... 4 Opgaven... 5 Opgave 1... 5

Nadere informatie

Tentamen Natuurkunde 1A 09.00 uur - 12.00 uur vrijdag 14 januari 2011 docent drs.j.b. Vrijdaghs

Tentamen Natuurkunde 1A 09.00 uur - 12.00 uur vrijdag 14 januari 2011 docent drs.j.b. Vrijdaghs Tentamen Natuurkunde 1A 09.00 uur - 12.00 uur vrijdag 14 januari 2011 docent drs.j.b. Vrijdaghs Aanwijzingen: Dit tentamen omvat 6 opgaven met totaal 20 deelvragen Begin elke opgave op een nieuwe kant

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Biomedische Technologie, groep Cardiovasculaire Biomechanica

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Biomedische Technologie, groep Cardiovasculaire Biomechanica TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN Faculteit Biomedische Technologie, groep Cardiovasculaire Biomechanica Tentamen Fysica in de Fysiologie (8N070) vrijdag 9 januari 2009, 9.00-12.00 uur Het tentamen bestaat

Nadere informatie

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 18 juni uur

Examen VWO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 18 juni uur Eamen VW 04 tijdvak woensdag 8 juni.0-6.0 uur wiskunde B (pilot) Dit eamen bestaat uit 6 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 76 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat hoeveel punten met een goed

Nadere informatie

0. voorkennis. Periodieke verbanden. Bijzonder rechthoekige driehoeken en goniometrische verhoudingen

0. voorkennis. Periodieke verbanden. Bijzonder rechthoekige driehoeken en goniometrische verhoudingen 0. voorkennis Periodieke verbanden Bijzonder rechthoekige driehoeken en goniometrische verhoudingen Er zijn twee verschillende tekendriehoeken: de 45-45 -90 driehoek en de 30-0 -90 -driehoek. Kenmerken

Nadere informatie

****** Deel theorie. Opgave 1

****** Deel theorie. Opgave 1 HIR - Theor **** IN DRUKLETTERS: NAAM.... VOORNAAM... Opleidingsfase en OPLEIDING... ****** EXAMEN CONCEPTUELE NATUURKUNDE MET TECHNISCHE TOEPASSINGEN Deel theorie Algemene instructies: Naam vooraf rechtsbovenaan

Nadere informatie

Hoofdstuk 4: Meetkunde

Hoofdstuk 4: Meetkunde Hoofdstuk 4: Meetkunde Wiskunde VMBO 2011/2012 www.lyceo.nl Hoofdstuk 4: Meetkunde Wiskunde 1. Basisvaardigheden 2. Grafieken en formules 3. Algebraïsche verbanden 4. Meetkunde Getallen Assenstelsel Lineair

Nadere informatie

Als l groter wordt zal T. Als A groter wordt zal T

Als l groter wordt zal T. Als A groter wordt zal T Naam: Klas: Practicum: slingertijd Opstelling en benodigdheden: De opstelling waarmee gewerkt wordt staat hiernaast (schematisch) afgebeeld. Voor de opstelling zijn nodig: statief met dwarsstaaf, dun touw

Nadere informatie

NATUURKUNDE OLYMPIADE EINDRONDE 2013 PRAKTIKUMTOETS

NATUURKUNDE OLYMPIADE EINDRONDE 2013 PRAKTIKUMTOETS NATUURKUNDE OLYMPIADE EINDRONDE 13 PRAKTIKUMTOETS Opmerkingen 1. Schrijf bovenaan elk papier je naam.. Nummer elke bladzijde. 3. Schrijf op de eerste pagina het totale aantal bladen dat je inlevert. 4.

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie

Samenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie Samenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie Samenvatting door R. 2564 woorden 31 januari 2018 10 2 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Subdomein C1. Kracht en beweging Specificatie De kandidaat

Nadere informatie

7 College 01/12: Electrische velden, Wet van Gauss

7 College 01/12: Electrische velden, Wet van Gauss 7 College 01/12: Electrische velden, Wet van Gauss Berekening van electrische flux Alleen de component van het veld loodrecht op het oppervlak draagt bij aan de netto flux. We definieren de electrische

Nadere informatie

Werkblad havo 4 natuurkunde Basisvaardigheden

Werkblad havo 4 natuurkunde Basisvaardigheden Werkblad havo 4 natuurkunde Basisvaardigheden Grootheden en eenheden Bij het vak natuurkunde spelen grootheden en eenheden een belangrijke rol. Wat dat zijn, grootheden en eenheden? Een grootheid is een

Nadere informatie

Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 4 Trillingen en cirkelbewegingen Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal U (V) 4.1 Eigenschappen van trillingen Harmonische trilling Een electrocardiogram (ECG) gaf het volgende

Nadere informatie

tentamen stromingsleer (wb1225), Faculteit 3mE, TU Delft, 12 april 2011, u

tentamen stromingsleer (wb1225), Faculteit 3mE, TU Delft, 12 april 2011, u Dit tentamen bestaat uit twee delen: deel I bestaat uit 7 meerkeuzevragen en deel II bestaat uit twee open vragen. Deel I staat voor 40% van uw eindcijfer. Deel I invullen op het bijgeleverde formulier.

Nadere informatie

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 20 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. wiskunde B. tijdvak 2 woensdag 20 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Examen HAVO 2012 tijdvak 2 woensdag 20 juni 13.30-16.30 uur wiskunde B Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.. Dit examen bestaat uit 21 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 79 punten te behalen. Voor

Nadere informatie

Toegepaste wiskunde. voor het hoger beroepsonderwijs. Deel 2 Derde, herziene druk. Uitwerking herhalingsopgaven hoofdstuk 7.

Toegepaste wiskunde. voor het hoger beroepsonderwijs. Deel 2 Derde, herziene druk. Uitwerking herhalingsopgaven hoofdstuk 7. Drs. J.H. Blankespoor Drs.. de Joode Ir. A. Sluijter Toegepaste wiskunde voor het hoger beroepsonderwijs Deel Derde, herziene druk herhalingsopgaven hoofdstuk 7 augustus 009 HBuitgevers, Baarn Toegepaste

Nadere informatie

TENTAMEN NATUURKUNDE

TENTAMEN NATUURKUNDE CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN NATUURKUNDE TENTAMEN NATUURKUNDE tweede voorbeeldtentamen CCVN tijd : 3 uur aantal opgaven : 5 aantal antwoordbladen : 1 (bij opgave 2) Iedere opgave dient op een afzonderlijk

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 8, Bewegen in functies

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 8, Bewegen in functies Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 8, Bewegen in functies Samenvatting door een scholier 1016 woorden 19 januari 2003 5,6 80 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Samenvatting hoofdstuk

Nadere informatie

Mooie samenvatting: http://members.ziggo.nl/mmm.bessems/kinematica%20 Stencil%20V4%20samenvatting.doc.

Mooie samenvatting: http://members.ziggo.nl/mmm.bessems/kinematica%20 Stencil%20V4%20samenvatting.doc. studiewijzer : natuurkunde leerjaar : 010-011 klas :6 periode : stof : (Sub)domeinen C1 en A 6 s() t vt s v t gem v a t s() t at 1 Boek klas 5 H5 Domein C: Mechanica; Subdomein: Rechtlijnige beweging De

Nadere informatie

NATUURKUNDE. Figuur 1

NATUURKUNDE. Figuur 1 NATUURKUNDE KLAS 5 PROEFWERK HOOFDSTUK 12-13: KRACHT EN BEWEGING OOFDSTUK 12-13: K 6/7/2009 Deze toets bestaat uit 5 opgaven (51 + 4 punten) en een uitwerkbijlage. Gebruik eigen grafische rekenmachine

Nadere informatie

Naam:... Studentnummer:...

Naam:... Studentnummer:... AFDELING DER BEWEGINGSWETENSCHAPPEN, VRIJE UNIVERSITEIT AMSTERDAM INSTRUCTIE - Dit is een gesloten boek tentamen - Gebruik van een gewone (geen grafische) rekenmachine is toegestaan - Gebruik van enig

Nadere informatie

Tussendoelen wiskunde onderbouw vo vmbo

Tussendoelen wiskunde onderbouw vo vmbo Tussendoelen wiskunde onderbouw vo vmbo Domein A: Inzicht en handelen Subdomein A1: Vaktaal wiskunde 1. vmbo passende vaktaal voor wiskunde herkennen en gebruiken voor het ordenen van het eigen denken

Nadere informatie

Uitwerkingen Tentamen Natuurkunde-1

Uitwerkingen Tentamen Natuurkunde-1 Uitwerkingen Tentamen Natuurkunde-1 5 november 2015 Patrick Baesjou Vraag 1 [17]: a. Voor de veerconstante moeten we de hoekfrequentie ω weten. Die wordt gegeven door: ω = 2π f ( = 62.8 s 1 ) Vervolgens

Nadere informatie

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2013 TOETS APRIL :00 12:45 uur

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2013 TOETS APRIL :00 12:45 uur TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2013 TOETS 1 24 APRIL 2013 11:00 12:45 uur MECHANICA 1 Blok en veer. (5 punten) Een blok van 3,0 kg glijdt over een wrijvingsloos tafelblad met een snelheid van 8,0 m/s

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN FACULTEIT WERKTUIGBOUWKUNDE DIVISIE COMPUTATIONAL AND EXPERIMENTAL MECHANICS

TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN FACULTEIT WERKTUIGBOUWKUNDE DIVISIE COMPUTATIONAL AND EXPERIMENTAL MECHANICS TECHNISCHE UNIVERSITEIT EINDHOVEN FACULTEIT WERKTUIGBOUWKUNDE DIVISIE COMPUTATIONAL AND EXPERIMENTAL MECHANICS Tentamen Polymeerverwerking (4K550) vrijdag 2 juli 2004, 14:00-17:00. Bij het tentamen mag

Nadere informatie

Het gewicht van een paard

Het gewicht van een paard Het gewicht van een paard Voor mensen die paarden verzorgen figuur 1, is het belangrijk om te weten hoe zwaar hun paard is. Het gewicht van een paard kan worden geschat met behulp van twee afmetingen:

Nadere informatie

Kracht en beweging (Mechanics Baseline Test)

Kracht en beweging (Mechanics Baseline Test) Kracht en beweging (Mechanics Baseline Test) Gegevens voor vragen 1, 2 en 3 De figuur stelt een stroboscoopfoto voor. Daarin is de beweging te zien van een voorwerp over een horizontaal oppervlak. Het

Nadere informatie

TENTAMEN DYNAMICA (140302) 29 januari 2010, 9:00-12:30

TENTAMEN DYNAMICA (140302) 29 januari 2010, 9:00-12:30 TENTAMEN DYNAMICA (14030) 9 januari 010, 9:00-1:30 Verzoek: begin de beantwoording van een nieuwe vraag op een nieuwe pagina. En schrijf duidelijk: alleen leesbaar en verzorgd werk kan worden nagekeken.

Nadere informatie

M V. Inleiding opdrachten. Opgave 1. Meetinstrumenten en grootheden. Vul het schema in. stopwatch. liniaal. thermometer. spanning.

M V. Inleiding opdrachten. Opgave 1. Meetinstrumenten en grootheden. Vul het schema in. stopwatch. liniaal. thermometer. spanning. Inleiding opdrachten Opgave 1. Meetinstrumenten en grootheden Vul het schema in. Meetinstrument Grootheid stopwatch liniaal thermometer spanning hoek van inval oppervlak Opgave. Formules Leg de betekenis

Nadere informatie

De hoogte tijd grafiek is ook gegeven. d. Bepaal met deze grafiek de grootste snelheid van de vuurpijl.

De hoogte tijd grafiek is ook gegeven. d. Bepaal met deze grafiek de grootste snelheid van de vuurpijl. et1-stof Havo4: havo4 A: hoofdstuk 1 t/m 4 Deze opgaven en uitwerkingen vind je op www.agtijmensen.nl Bij het et krijg je in 1 minuten ongeveer deelvragen. Oefen-examentoets et-1 havo 4 1/11 1. Een lancering.

Nadere informatie

Uitwerkingen Mei 2012. Eindexamen VWO Wiskunde B. Nederlands Mathematisch Instituut Voor Onderwijs en Onderzoek

Uitwerkingen Mei 2012. Eindexamen VWO Wiskunde B. Nederlands Mathematisch Instituut Voor Onderwijs en Onderzoek Uitwerkingen Mei 01 Eindexamen VWO Wiskunde B A B C Nederlands Mathematisch Instituut Voor Onderwijs en Onderzoek Onafhankelijkheid van a Opgave 1. We moeten aantonen dat F a een primitieve is van de

Nadere informatie

a. Bepaal hoeveel langer. b. Bepaal met figuur 1 de snelheid waarmee de parachutist neerkomt.

a. Bepaal hoeveel langer. b. Bepaal met figuur 1 de snelheid waarmee de parachutist neerkomt. Deze examentoets en uitwerkingen vind je op www.agtijmensen.nl Bij het et krijg je in 100 minuten ongeveer 22 vragen Et3 stof vwo6 volgens het PTA: Onderwerpen uit samengevat: Rechtlijnige beweging Kracht

Nadere informatie

klas 3 havo Checklist HAVO klas 3.pdf

klas 3 havo Checklist HAVO klas 3.pdf Checklist 3 HAVO wiskunde klas 3 havo Checklist HAVO klas 3.pdf 1. Hoofdstuk 1 - lineaire problemen Ik weet dat de formule y = a x + b hoort bij de grafiek hiernaast. Ik kan bij een lineaire formule de

Nadere informatie

1 VRIJE TRILLINGEN 1.0 INLEIDING 1.1 HARMONISCHE OSCILLATOREN. 1.1.1 het massa-veersysteem. Hoofdstuk 1 - Vrije trillingen

1 VRIJE TRILLINGEN 1.0 INLEIDING 1.1 HARMONISCHE OSCILLATOREN. 1.1.1 het massa-veersysteem. Hoofdstuk 1 - Vrije trillingen 1 VRIJE TRILLINGEN 1.0 INLEIDING Veel fysische systemen, van groot tot klein, mechanisch en elektrisch, kunnen trillingen uitvoeren. Daarom is in de natuurkunde het bestuderen van trillingen van groot

Nadere informatie

IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica 29 juni Nummer vragenreeks: 1

IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica 29 juni Nummer vragenreeks: 1 IJkingstoets Wiskunde-Informatica-Fysica 29 juni 206 Nummer vragenreeks: IJkingstoets wiskunde-informatica-fysica 29 juni 206 - reeks - p. /0 Oefening Welke studierichting wil je graag volgen? (vraag

Nadere informatie

Afmetingen werden vroeger vergeleken met het menselijke lichaam (el, duim, voet)

Afmetingen werden vroeger vergeleken met het menselijke lichaam (el, duim, voet) Samenvatting door een scholier 669 woorden 2 november 2003 6 117 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Hoofdstuk 1: Druk 1.1 Druk = ergens tegen duwen Verband = grootheid die met andere

Nadere informatie