SBZ. extra. Uw pensioen meenemen? Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Zorgverzekeraars

Transcriptie

1 SBZ extra Uw pensioen meenemen? Alles over het meenemen van uw pensioen bij verandering van werkgever Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Zorgverzekeraars

2 Waarom waarde-overdracht? Nog niet zo lang geleden kregen mensen die van baan veranderden te maken met de beruchte pensioenbreuk. Doordat men bij de overstap naar een nieuwe werkgever z n opgebouwde pensioenrechten niet kon meenemen, bleef het oude pensioen achter in waarde-ontwikkeling. Op 8 juli 1994 is daar iets aan gedaan. Sindsdien heeft iedereen het wettelijk recht om pensioenrechten mee te nemen van de ene werkgever naar de andere. Pensioenoverdracht (of waardeoverdracht, zoals de officiële term luidt) gaat echter niet vanzelf; u moet het zelf aankaarten bij uw nieuwe pensioenuitvoerder, volgens de regels binnen 2 maanden na uw indiensttreding. De hele procedure kan vervolgens, afhankelijk van de beschikbaarheid van de benodigde gegevens bij de beide pensioenuitvoerders, een aantal maanden in beslag nemen. Deze folder is geschreven voor iedere SBZ-deelnemer die pensioenrechten wil laten overdragen van SBZ naar een ander pensioenfonds, of van een ander pensioenfonds naar SBZ. Mocht het zo zijn dat u door het lezen van deze folder op het idee wordt gebracht om pensioenrechten die al geruime tijd geleden bij een vorige pensioenuitvoerder zijn achtergebleven toch maar eens over te laten dragen, dan is het goed om te weten dat pensioenfondsen alleen verplicht zijn daaraan mee te werken als u na 8 juli 1994 vertrokken bent. Bent u eerder vertrokken, dan heeft u geen wettelijk recht tot waarde-overdracht, maar de meeste pensioenfondsen doen er niet moeilijk over. SBZ werkt in principe altijd mee aan waarde-overdracht. Mocht u na het lezen van deze brochure nog vragen hebben, neemt u dan contact op met SBZ, telefoon pensioen meenemen

3 De voordelen van waarde-overdracht Waarde-overdracht heeft drie belangrijke voordelen: Door al uw pensioenrechten in één regeling onder te brengen sluiten al uw pensioenrechten beter aan op uw huidige arbeidsvoorwaarden. Het grote voordeel van waarde-overdracht is dat uw oude pensioenrechten dan naadloos aansluiten op de arbeidsvoorwaarden van uw nieuwe werkgever. In de SBZ-regeling is de pensioenleeftijd 62 jaar, in uw vorige of volgende pensioenregeling geldt wellicht een hogere of lagere pensioenleeftijd. Als u uw rechten niet laat overdragen dan kunt u bij uw pensionering in een situatie terecht komen dat u volgens de ene regeling al met pensioen kunt, maar volgens de andere nog niet. Met wat kunst en vliegwerk valt dat vaak wel op te lossen, maar het brengt dan wel een hoop rompslomp met zich mee. Het is natuurlijk veel handiger om de rechten te laten overdragen en er één geheel van te laten maken. Het is overzichtelijker. Het tweede voordeel is de overzichtelijkheid. Als uw pensioenrechten bij meerdere fondsen zijn ondergebracht ontvangt u jaarlijks meerdere pensioenoverzichten, die betrekking hebben op verschillende pensioenregelingen en dus niet goed met elkaar te vergelijken zijn. Als u al uw pensioenrechten in één regeling onderbrengt, krijgt u jaarlijks één pensioenoverzicht, waarin al uw rechten zijn herberekend naar die ene regeling. Daardoor weet u exact waar u in de toekomst aan toe bent. Ook als u eenmaal met pensioen bent, zult u het waarschijnlijk veel prettiger vinden om (naast uw AOW, die u van de de Sociale Verzekeringsbank krijgt) slechts van één andere organisatie pensioen te krijgen, dan om bij allerlei verschillende loketten stukjes pensioen te moeten afhalen. Waarde-overdracht kan geld opleveren. Het grootste voordeel van waarde-overdracht is dat het financieel voordeel kan opleveren: meer pensioen! Dat is zeker het geval: - als u overstapt van een middelloonregeling (zoals die van SBZ, uw pensioen wordt daarin afgeleid van uw gemiddeld verdiende salaris) naar een eindloonregeling (uw pensioen wordt afgeleid van het salaris dat u aan het eind van uw carrière verdient), zeker als u nog verwacht carrière te gaan maken. Het laten overdragen van uw oude pensioenrechten heeft dan als grootste voordeel dat uw oude rechten gaan meegroeien met uw salarisontwikkeling bij uw nieuwe werkgever. - als u overstapt naar een middelloonregeling met een gunstiger indexeringssysteem dan dat van uw oude regeling. Uw oude rechten worden dan als het ware geplant in dezelfde vruchtbare grond als waar uw nieuwe rechten in groeien. Verderop in deze brochure leest u er meer over.

4 Waarde-overdracht: hoe het werkt Als u uw rechten die u heeft opgebouwd in de pensioenregeling van een vorige werkgever wilt overdragen naar SBZ, dan verloopt de procedure als volgt: U vraagt het formulier Verzoek offerte waardeoverdracht aan bij uw afdeling personeelszaken. Dit levert u ingevuld en ondertekend in bij PZ. Officieel moet u dit binnen twee maanden na indiensttreding doen. SBZ neemt contact op met uw vorige pensioenfonds en stuurt daarvan een bevestiging naar u. Als SBZ van uw vorige pensioenfonds bericht heeft gekregen over de hoogte van uw aanspraken en de waarde daarvan, dan wordt deze waarde omgerekend naar aanspraken bij SBZ. U krijgt daarvan een opgave, de zogeheten offerte. Als u deze offerte voor akkoord ondertekent, dan wordt de waarde-overdracht in gang gezet. Gaat u niet akkoord, dan blijven uw rechten bij uw vorige pensioenuitvoerder. Over de offerte en de omrekening van pensioenrechten van de ene regeling naar de andere krijgen we bij SBZ veel vragen. Op de volgende bladzijde kunt u uitgebreid lezen hoe een en ander in z n werk gaat. Na uw akkoord wordt de contante waarde van uw pensioenrechten overgemaakt van uw vorige pensioenuitvoerder naar SBZ en daar weer omgezet in rechten. U krijgt bericht zodra de procedure is afgerond. Op het eerstvolgende pensioenoverzicht dat u van ons krijgt zult u zien dat uw nieuwe rechten uit waarde-overdracht aan uw bestaande rechten zijn toegevoegd. De hele procedure kan, afhankelijk van de beschikbaarheid van de benodigde gegevens bij de beide pensioenuitvoerders, enige maanden tot een jaar in beslag nemen. Als u vertrekt van SBZ en u wilt uw SBZ-pensioenrechten meenemen naar uw nieuwe werkgever, dan moet u dat aankaarten bij uw nieuwe pensioenuitvoerder. In grote lijnen zal dezelfde procedure gevolgd worden als hierboven staat beschreven.

5 Waarde-overdracht: de offerte In de waarde-overdachtsofferte staat te lezen hoe SBZ uw oude pensioenrechten heeft herberekend naar rechten bij SBZ. Die herberekening is nodig, omdat geen twee pensioenregelingen precies gelijk zijn. De ene regeling biedt meer dan de ander, bijvoorbeeld een vroegere pensioenleeftijd, een hoger pensioenniveau of een beter nabestaandenpensioen. Hoe beter de regeling, hoe duurder hij natuurlijk is. En, ook logisch: de pensioenrechten die iemand in een royale regeling opbouwt zijn meer waard dan de pensioenrechten uit een soberder regeling. De consequenties daarvan vindt u terug in de offerte die u van SBZ krijgt. Als u pensioenrechten meeneemt uit een regeling die beter was dan die van SBZ, dan zult u bij SBZ meer pensioenjaren terugkrijgen dan u bij uw vorige werkgever hebt opgebouwd. U heeft bijvoorbeeld 10 jaar bij uw vorige werkgever pensioen opgebouwd, en u krijgt daar bij SBZ 10,33 pensioenjaren voor terug. Komt u echter uit een pensioenregeling die minder goed was dan die van SBZ, dan krijgt u minder pensioenjaren terug dan u had. Uw oude rechten zijn dan niet genoeg waard om er hetzelfde aantal jaren in de betere pensioenregeling van terug te kopen. In de offerte ziet u verder wat er gebeurt als uw oude rechten (gebaseerd op de pensioensystematiek die bij uw vorige werkgever gold) worden overgeheveld naar de pensioensystematiek van SBZ. Als u bijvoorbeeld uit een regeling komt met een pensioenleeftijd van 65, en daarin rechten had opgebouwd voor een levenslang jaarlijks ouderdomspensioen van per jaar, dan moet dat omgerekend worden naar de systematiek van SBZ, waar we een pensioenleeftijd van 62 hanteren. In dit voorbeeld komt dat uit op per jaar aan tijdelijk ouderdomspensioen van 62 tot 65 jaar en 950 aan levenslang ouderdomspensioen vanaf uw 62ste jaar, ofwel voor de periode jaar en daarna 950 per jaar. Bij deze herberekening is aan waarde overigens niets verloren gegaan. Het is te vergelijken met het overgieten van vloeistof van een breed glas naar een smal glas. In het smalle glas zal het waterpeil hoger zijn, maar de hoeveelheid vloeistof is hetzelfde als in het brede glas. Bij waarde-overdracht kunt u nooit geld verliezen. De betrokken pensioenfondsen houden niets op uw rechten in, en bij de omrekening gaat niets aan waarde verloren. De hele procedure verloopt volgens spelregels die in de wet zijn beschreven.

6 Waarde-overdracht: wanneer wel, wanneer niet? Eerder in deze brochure heeft u kunnen lezen dat waarde-overdracht financieel voordeel kan opleveren. Er zijn echter ook situaties denkbaar waarin het beter is om pensioenrechten te laten staan waar ze stonden. Om te weten wat het beste is, zou u eigenlijk een klein vergelijkend warenonderzoekje moeten doen tussen uw oude en uw nieuwe pensioenregeling. Allereerst is het belangrijk om te weten of uw nieuwe pensioenuitvoerder een eindloonregeling hanteert. Eerder in deze brochure heeft u kunnen lezen dat waarde-overdracht u in dat geval financieel voordeel kan opleveren. Daarnaast is het belangrijk om te kijken naar de manier waarop uw pensioenrechten geïndexeerd worden, dat wil zeggen wat eraan gedaan wordt om uw rechten waardevast te houden. In principe bent u beter af met een pensioenfonds dat uw pensioenrechten baseert op de loonindex dan bij een fonds dat indexeert met de prijsindex de lonen stijgen immers gewoonlijk harder dan de prijzen. Bij sommige fondsen (SBZ is er zo een) worden de rechten van de werkenden geïndexeerd met de loonindex, en die van de slapers (mensen die niet meer werken bij een bij SBZ aangesloten organisatie maar nog wel pensioenrechten bij SBZ hebben staan) met de prijsindex. Vertrekt u van SBZ naar een fonds dat met de loonindex indexeert, dan is het dus over het algemeen verstandig om uw rechten mee te nemen. Er zit echter een addertje onder het gras. De indexatie is namelijk vaak afhankelijk van de financiële positie van het pensioenfonds. Heeft de nieuwe pensioenuitvoerder een mindere financiële positie dan bestaat de kans dat de nieuwe uitvoerder (voorlopig) niet meer indexeert. Ook dat is iets om rekening mee te houden. U bent natuurlijk altijd beter af bij een financieel gezond fonds dat indexeert, ook al is het maar met de prijsindex, dan bij een pensioenfonds dat in principe de loonindex biedt, maar niet meer indexeert omdat de financiële middelen dat niet toestaan. SBZ geeft geen ongevraagd advies voor of tegen waarde-overdracht. Daarom treft u daar in de offerte niets over aan. Natuurlijk zijn we wel bereid u een onpartijdig advies te geven als u contact met ons opneemt. U kunt bellen, en of een afspraak maken.

7 Bijzondere omstandigheden Er zijn omstandigheden waarin waarde-overdracht iets afwijkt van wat we hiervoor hebben beschreven: Als in uw vorige pensioenregeling het nabestaandenpensioen op risicobasis verzekerd was: Als het nabestaandenpensioen op risicobasis verzekerd is, dan wil dat zeggen dat een pensioenfonds een verzekering heeft afgesloten die nabestaandenpensioen uitkeert als een deelnemer tijdens zijn of haar dienstverband komt te overlijden. Er worden geen rechten opgebouwd, anders gezegd: er wordt geen spaarpot gevormd. Omdat verzekeren goedkoper is dan rechten opbouwen, kiezen steeds meer pensioenfondsen voor een nabestaandenpensioen op risicobasis. (Bij SBZ is dit overigens niet het geval.) In een pensioenregeling met een nabestaandenpensioen op risicobasis heeft een partner dus geen recht op nabestaandenpensioen als de deelnemer overlijdt na beëindiging van zijn dienstverband - bijvoorbeeld na de pensionering. Daarom bieden dergelijke regelingen de mogelijkheid om bij pensionering een deel van het ouderdomspensioen in te ruilen voor nabestaandenpensioen. Het ouderdomspensioen wordt daardoor uiteraard lager. Komt u uit een pensioenregeling met een nabestaandenpensioen op risicobasis, dan heeft dat gevolgen voor de berekening van de waarde-overdracht. De over te dragen waarde is namelijk (behoorlijk) gering doordat er voor het nabestaandenpensioen geen rechten zijn opgebouwd. SBZ moet deze waarde nu vertalen naar de eigen pensioenregeling, waarin wél rechtenopbouw voor het nabestaandenpensioen plaatsvindt. Een gedeelte van de waarde van het ouderdomspensioen zal (precies zoals u waarschijnlijk bij pensionering bij de vorige pensioenuitvoerder had gedaan) worden gebruikt om een nabestaandenpensioen in te kopen. Hierdoor zal het ouderdomspensioen uit waarde-overdracht lager zijn dan bij de vorige pensioenuitvoerder. Voordeel is echter dat er vanaf het moment van de overdracht wél een opgebouwd nabestaandenpensioen voor uw partner is. Deelnemers kunnen overigens op de pensioendatum het verzekerde nabestaandenpensioen weer uitruilen ten behoeve van een hoger ouderdomspensioen. Een soortgelijk verschijnsel doet zich voor als uw vorige pensioenuitvoerder andere onderdelen van de pensioenregeling op risicobasis verzekerd had. Als u uit een pensioenregeling komt met een (gedeeltelijk) beschikbaar premiesysteem: In een beschikbaar premiesysteem wordt uw pensioenpremie op uw naam belegd in een beleggingsfonds. De waarde van uw pensioen fluctueert als het ware mee met de ontwikkelingen op de financiële markten. Bij sommige

8 beschikbare premiesystemen worden uw beleggingen direct verkocht zodra u uit dienst treedt en het geld dat daarbij vrijkomt, wordt omgezet in een pensioenrecht. In dat geval verloopt de waarde-overdracht exact zoals in deze folder wordt beschreven. In enkele pensioenregelingen met een beschikbaar premiesysteem echter, worden de beleggingen niet direct bij uw uitdiensttreding verkocht, maar wacht men ermee tot het moment van waardeoverdracht. In dat laatste geval kan het gebeuren, dat uw beleggingen meer of minder waard worden in de tijd die de waarde-overdracht in beslag neemt. Dat kan ertoe leiden dat u uiteindelijk een ander bedrag aan extra pensioen krijgt dan in de offerte stond vermeld. Uw beleggingen zijn dan voor meer of minder verkocht dan ze waard waren toen SBZ de offerte opstelde. Als u gescheiden bent: Sinds 1 mei 1995 worden bij een echtscheiding pensioenrechten verdeeld volgens de principes van de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding. In de SBZ-pensioenbrochure Goed geregeld kunt u bij vraag 23 lezen hoe dit werkt. Als u bij de verevening van de pensioenrechten heeft gekozen voor conversie (zie Goed geregeld voor een toelichting), dan blijven de pensioenrechten van uw ex bij de vorige pensioenuitvoerder en komen alleen uw eigen pensioenrechten naar SBZ. Heeft u niet gekozen voor conversie, dan blijft alleen het zogeheten bijzonder nabestaandenpensioen (het nabestaandenpensioen dat was opgebouwd tot de scheidingsdatum en dat blijft toekomen aan uw ex) achter bij de vorige pensioenuitvoerder. Uw recht op ouderdomspensioen plus het recht van uw ex op een deel van uw ouderdomspensioen (het verevende deel) gaan dan over naar de nieuwe pensioenuitvoerder. Hiervoor is geen toestemming van uw ex nodig. Als u deelnam aan de Achmeapensioenregeling die werd uitgevoerd door SBZ en gaat werken bij een zorgverzekeraar Sommige Achmea-medewerkers vallen onder een pensioenregeling die wordt uitgevoerd door het SBZ-bureau. Deze regeling is echter op een aantal punten verschillend van de regeling van SBZ zélf. Als u vanuit Achmea gaat werken bij een andere zorgverzekeraar, dan blijft u aangesloten bij SBZ, maar dat wil niet zeggen dat uw Achmeapensioenrechten automatisch worden samengevoegd met de rechten die u onder de SBZ-pensioenregeling gaat opbouwen. Wat we maar willen zeggen is dit: als u de Achmea-rechten wilt toevoegen aan uw rechten uit de SBZregeling, dan dient u zelf actie te ondernemen door een verzoek hiertoe in te dienen bij SBZ. SBZ Hoofdstraat LK Driebergen-Rijsenburg Postbus 109, 3970 AC Driebergen-Rijsenburg tel fax info@sbz.nl website: Heeft u vragen over waarde-overdracht, neemt u dan contact met ons op. Onze medewerkers helpen u graag verder. Tekst en productie: A-vier Communicatie, Amsterdam A-vier Communicatie, 2004