Inhoudsopgave. Jaarverslag 2013

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Inhoudsopgave. Jaarverslag 2013"

Transcriptie

1

2 Inhoudsopgave Kerncijfers 4 Bestuursverslag 6 Woord van de voorzitter 7 Personalia 9 1. Financiële positie en beleid in Inleiding Financiële opzet en positie Totstandkoming herstelplan Ontwikkeling herstelplan en korting Beleid en beleidskeuzes Toeslagbeleid Financieringsbeleid Herverzekeringsbeleid Beleggingsbeleid Financiële Instellingen Risicoanalyse Methode (FIRM) Beleggingen Algemeen Aandelen Vastrentende waarden Vastgoedbeleggingen Overige beleggingen Terugblik Vooruitblik Corporate Governance Z-score Pensioenen Inleiding Pensioenadministratie Pensioencommunicatie Uitvoeringskosten Pensioenregeling Pensioenregeling Ontwikkelingen in 2013 en daarna Actuariële paragraaf Besturing en naleving wetgeving Algemeen Organisatie en uitvoering Bestuursaangelegenheden Goed pensioenfondsbestuur Verslag van de visitatiecommissie Verslag van het verantwoordingsorgaan (incl. reactie bestuur) Informatie vanuit toezicht van DNB en AFM Gedragscodes Geschillencommissie Statutenwijziging 40 2

3 5.9 Verplichtstelling en vrijstellingsbeleid 40 Jaarrekening Jaarrekening Balans per 31 december Staat van baten en lasten Kasstroomoverzicht Toelichting op de jaarrekening Algemeen Grondslagen Algemene grondslagen Grondslagen voor waardering van activa en passiva Grondslagen voor bepaling van het resultaat Kasstroomoverzicht Toelichting op de balans per 31 december Niet in de balans opgenomen verplichtingen Verbonden partijen Toelichting op de staat van baten en lasten over Verbonden partijen 73 Overige gegevens Overige gegevens Statutaire regeling omtrent de bestemming van het saldo van baten en lasten Gebeurtenissen na balansdatum Actuariële verklaring Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 78 Bijlagen 80 Bijlage 1 Recapitulatie deelnemersbestand 80 Bijlage 2 Begrippenlijst 81 3

4 Kerncijfers Bedragen x Aantal verzekerden (per eind van het jaar) Deelnemers, actief en voortgezet Gewezen deelnemers Ingegane pensioenen Totaal aantal verzekerden Aantal aangesloten werkgevers Pensioenen Kostendekkende premie Gedempte premie Feitelijke premie Uitvoeringskosten Uitkeringen Reguliere toeslagverlening (per 1 januari) Actieve deelnemers 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% Gewezen deelnemers en ingegane pensioenen 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% 0,0% Korting 0,0% 3,2% 2 0,0% 2,1% 3 0,0% Vermogen en solvabiliteit Aanwezig eigen vermogen Voorziening pensioenverplichtingen Dekkingsgraad in % 107,1% 100,2% 89,4% 96,9% 93,0% Dekkingsgraad bij minimaal vereist eigen vermogen 104,3% 104,3% 104,3% 104,3% 105,0% Dekkingsgraad bij vereist eigen vermogen 111,4% 111,3% 112,1% 112,9% 109,0% Rentetermijnstructuur (RTS) 2,8% 2,5% 2,7% 3,4% 3,9% 1 Met ingang van 2013 worden deelnemers met prepensioen en arbeidsongeschiktheidsuitkering meegeteld onder de actieve deelnemers in plaats van onder ingegane pensioenen. Het effect hiervan betreft 76 deelnemers die gezien de voortzetting in opbouw als actief worden aangemerkt. 2 Eind 2012 is een evaluatie uitgevoerd, in 2013 komt de korting uit op 3,2%. 3 Het besluit tot korting is in 2010 genomen en met ingang van 1 januari 2011 doorgevoerd. 4

5 Bedragen x Beleggingen Netto balanswaarde Beleggingsopbrengsten Beleggingsportefeuille Vastgoedbeleggingen Aandelen Vastrentende waarden Derivaten Overige beleggingen Totaal Beleggingsrendement in % 3,06% 16,29% 8,39% 15,93% 8,68% Benchmarkrendement portefeuille in % 3,85% 16,76% 5,19% 10,83% 10,00% Jaarlijkse Z-score 0,59 0,82 2,14 4,94 1,23 Performance toets 4 5,62 7,27 6,38 5,74 3,75 4 De jaarlijkse z-score kent een volatiel verloop, afhankelijk van marktbewegingen en portefeuillebeheer. Voor de bepaling van de z-score 2013 wordt verwezen naar paragraaf

6 Bestuursverslag 6

7 Woord van de voorzitter Beste belangstellende en belanghebbende bij het fonds, Het jaar 2013 was het laatste jaar van het korte termijn herstelplan. Dat herstelplan is in 2009 opgestart in verband met het dekkingstekort dat toen was ontstaan. Het bestuur is blij te kunnen vaststellen dat het herstelplan heeft gewerkt. Tezamen met andere relevante omstandigheden en acties was de dekkingsgraad per 31 december ,1%. De minimaal vereiste dekkingsgraad was 104,3%, zodat er gelukkig een ruime marge was. Teneinde u een kijkje in de keuken te gunnen, licht ik één van de relevante acties bijgaand toe. Zoals bij vrijwel alle pensioenfondsen is ook ons fonds heel gevoelig voor rente-ontwikkelingen. Mede aangezien die de laatste maanden van het jaar nog onvoorspelbaarder waren dan anders én de dekkingsgraad zich positief ontwikkelde achtte het bestuur het opportuun om het beleggingsbeleid tijdelijk aan te passen. Het bestuur heeft daarbij voor ogen gehad dat het waarborgen van de pensioenaanspraken van de deelnemers één van de hoofddoelstellingen van het fonds is. In samenspraak met onze vermogensbeheerder en beleggingsadviseur zijn maatregelen getroffen om het risico te verkleinen dat per het einde van het jaar 2013 de pensioenrechten verder zouden moeten worden gekort. Per 1 april 2013 waren de rechten immers reeds gekort met 3,2%. Diverse mogelijkheden zijn onderzocht en afgewogen op effectiviteit, complexiteit, kosten, implementatiemogelijkheden etcetera. Zowel De Nederlandsche Bank als de deelnemersraad en het verantwoordingsorgaan zijn doorlopend op de hoogte gehouden. Uiteindelijk is het besluit genomen om alleen de methode te gebruiken van het verlagen van het percentage aandelen en is als resultaat hiervan het aandelenbelang teruggebracht tot 25% van de totale beleggingsportefeuille. Dat gaf tevens de mogelijkheid (waar overigens geen gebruik van is gemaakt) om de rente afdekking omlaag te brengen. Na de jaarwisseling is het aandelenbelang weer teruggebracht op het oude niveau, nadat eerst de actie was geëvalueerd. Een voorwoord bij een jaarverslag is te kort om een compleet overzicht te geven van wat er zich in het verslagjaar heeft voorgedaan, en ook te kort om alle komende ontwikkelingen toe te lichten. Maar toch, naast hetgeen waarmee ik ben begonnen, kan over het jaar 2013 gezegd worden dat het fonds thans een systeem heeft opgezet met betrekking tot Integraal Risico Management. Samen met specialisten van TKP is gekomen tot een zogenaamd IRM-dashboard waarmee op kwartaalbasis alle relevante risico's die het fonds loopt in kaart worden gebracht. Het bestuur heeft een IRM-commissie ingesteld die in de controle de leiding heeft en pro-actief risico's benoemt en het dashboard mede onderhoudt. Het bestuur verwacht met dit systeem alle risico's zoveel als mogelijk te beheersen zodat waar nodig acties kunnen worden ondernomen. Voor wat betreft de communicatie van en door het fonds is door middel van een representatieve steekproef een nulmeting onder de actieve deelnemers uitgevoerd, hetgeen resulteerde in een kleine voldoende. Verder dient het vertrouwen en pensioenbewustzijn vergroot te worden. Dit signaal is door het bestuur opgepakt. Ook is een risicobereidheidsonderzoek uitgevoerd, mede in verband met een heroriëntatie op de toekomst. Gebleken is dat het merendeel van de respondenten zekerheid prefereert boven het lopen van risico's. Overigens was de respons op het onderzoek helaas gering. Zoals gezegd heeft het bestuur zich beraden op de toekomst van het fonds. Dat proces is in het najaar van 2012 opgestart. Diverse vragen kwamen aan de orde. Is er nog een bestaansrecht voor dit fonds? Denk bijvoorbeeld aan de alsmaar krimpende (arbeids)markt in het notariaat. Hoe voldoet het bestuur aan de toenemende eisen op het gebied van toezicht, governance, controle, deskundigheid, communicatie en dergelijke? Daarenboven is in augustus 2013 de Wet Versterking Bestuur Pensioenfondsen in werking getreden. Per 1 juli 2014 dienen pensioenfondsen aan diverse voorwaarden te voldoen. 7

8 De studies en assessments die het bestuur heeft gehouden, hebben ertoe geleid dat in 2013 besprekingen zijn opgestart met het Notarieel Pensioenfonds om de mogelijkheden te onderzoeken om te komen tot één pensioenfonds voor de totale beroepsgroep. U heeft hierover inmiddels bericht ontvangen. De Nederlandsche Bank staat positief tegenover een mogelijk samengaan. De deelnemersraad en het verantwoordingsorgaan zijn ook van dit proces steeds op de hoogte gehouden en zij hebben zich laten bijstaan door een externe deskundige. Men ziet vooralsnog geen beletselen om door te gaan. Dit jaar wordt, zeker wat dit onderwerp betreft, zeer spannend en uitdagend. Tenslotte vermeld ik dat in 2013 een externe visitatie is uitgevoerd. Dat heeft geresulteerd in een kritisch rapport. U leest daarover in dit jaarverslag. Vanaf 2014 (meer precies vanaf 1 juli) worden de taken van de driejaarlijkse visitatiecommissie overgenomen door een permanente raad van toezicht, waarin drie onafhankelijke en deskundige personen zitting hebben. Zij zullen ook het eventueel samengaan met het Notarieel Pensioenfonds moeten goedkeuren. Ik sluit af met het uitspreken van de wens dat dit jaarverslag u de informatie geeft die u zoekt. Vanzelfsprekend kunt u te allen tijde contact opnemen met de pensioendesk (telefoonnummer of pensioendesk@bpfmedewerkersnotariaat.nl) indien u nog vragen heeft of een nadere toelichting verlangt. Den Haag, 27 mei 2014 Mr. A.J.A. Marks werkgeversvoorzitter 8

9 Personalia Benoemd namens de werkgevers: Naam Functie in bestuur Bestuurslid vanaf Bestuurslid tot Functie Mr. M.A. van Bestuurslid Notaris te Aalsmeer Gaalen Mw. mr. K.A.J. van Plv Bestuurssecretaris KNB Geest Bestuurslid Mr. J.P. Loof Secretaris Notaris te Terneuzen Mr. A.J.A. Marks Voorzitter Notaris te Oirschot Benoemd namens de deelnemers en pensioengerechtigden: Naam Functie in bestuur Bestuurslid vanaf Bestuurslid tot Functie/in dienst van A.B.M. Baakman Voorzitter Gepensioneerd L. Bosselaar Plv. Bestuurslid Secretaris BMN / Notarisklerk te Kampen A. Hoekstra Secretaris Bestuurslid BMN / Gepensioneerd M.J. van der Werf Bestuurslid Voorzitter BMN / Gepensioneerd In de even jaren is een werkgeversbestuurslid voorzitter en een werknemersbestuurslid secretaris. In de oneven jaren is een werknemersbestuurslid voorzitter en een werkgeversbestuurslid secretaris. Administratiecommissie A.B.M. Baakman L. Bosselaar Mw. mr. K.A.J. van Geest A. Hoekstra (voorzitter) Beleggingscommissie Mr. M.A. van Gaalen Mr. J.P. Loof (voorzitter) Mr. A.J.A. Marks M.J. van der Werf Commissie integraal risicomanagement L. Bosselaar Mr. M.A. van Gaalen (voorzitter) Jaarwerkcommissie A.B.M. Baakman (voorzitter) A. Hoekstra Mr. M.A. van Gaalen Verantwoordingsorgaan Mr. P.I.J.M. de Lepper (voorzitter), namens de werkgevers 9

10 M.S.P. Botman 5 en mw. H.W.E. van der Weele, namens de werknemers J. Kaptein, namens de pensioengerechtigden Deelnemersraad M.S.P. Botman en mw. H.W.E. van der Weele, namens de werknemers J. Kaptein, namens de pensioengerechtigden Visitatiecommissie Prof. dr. J. Koelewijn (voorzitter) Drs. J.H.H. Tuijp AAG Mw. drs. E.H. Janssen MPLA Certificeerders PricewaterhouseCoopers accountants, externe accountant Towers Watson Netherlands B.V., externe actuaris Compliance officer Mr. J.P. van der Stap Organogram van de situatie ultimo Per 1 juli 2013 is de heer M.S.P. Botman benoemd als opvolger van de heer H. Sieders in de deelnemersraad en het verantwoordingsorgaan. 10

11 1. Financiële positie en beleid in Inleiding Een belangrijk risico voor het pensioenfonds is dat het pensioenfonds niet beschikt over voldoende vermogen om de pensioenverplichtingen na te kunnen komen, ook wel het solvabiliteitsrisico genoemd. Als de solvabiliteit zich negatief ontwikkelt, bestaat het risico dat het pensioenfonds de premie moet verhogen en dat er geen ruimte is voor (volledige) toeslagverlening. In het uiterste geval kan het noodzakelijk zijn dat het pensioenfonds de verworven pensioenaanspraken en pensioenrechten moet verminderen (afstempelen). De solvabiliteit van een pensioenfonds wordt gemeten op basis van de hoogte van de dekkingsgraad van het pensioenfonds. De dekkingsgraad is een maatstaf voor de financiële positie van een pensioenfonds. De dekkingsgraad kan wijzigen door talrijke invloeden, zoals de ontwikkeling van de marktrente, de ontwikkeling van het beleggingsresultaat of demografische ontwikkelingen. In paragraaf 1.2 zal het verloop van de dekkingsgraad over 2013 nader toegelicht worden. De ontwikkeling van het beleggingsresultaat zal in paragraaf 2.6 worden toegelicht. Naast het solvabiliteitsrisico loopt het pensioenfonds nog diverse andere risico's, die in de risicoparagraaf van de jaarrekening worden behandeld. De hoofddoelstelling van het pensioenfonds is het op lange termijn garanderen van de nominale pensioenaanspraken en pensioenrechten, evenals het streven (voorwaardelijk: voor zover de middelen van het pensioenfonds het toelaten en afhankelijk van de dekkingsgraad) naar het zo veel mogelijk waardevast houden van ingegane pensioenen en premievrije pensioenaanspraken. Het beleggingsbeleid (inclusief het toeslagenbeleid) is er op gericht om deze doelstelling te realiseren. Het bestuur heeft beleid ontwikkeld op het gebied van financiering, beleggingen en toeslagen om de risico's en de financiële positie van het pensioenfonds te beheersen. In paragraaf 1.3 wordt hier uitgebreid op ingegaan. 11

12 1.2 Financiële opzet en positie De financiële positie van het pensioenfonds komt tot uitdrukking in de zogeheten dekkingsgraad, die de verhouding aangeeft tussen enerzijds het pensioenvermogen en anderzijds de technische voorzieningen, te weten de Voorziening Pensioenverplichtingen (VPV) en overige technische voorzieningen. Het pensioenvermogen is daarbij de som van de technische voorzieningen en het vermogen van het pensioenfonds. De dekkingsgraad bedraagt ultimo ,1%. Ontwikkeling dekkingsgraad Onderstaande tabel geeft aan hoe de dekkingsgraad zich in het afgelopen jaar heeft ontwikkeld Dekkingsgraad 1 januari 100,2% 89,4% Effect premies -0,1% 0,0% Effect uitkeringen 0,0% -0,3% Effect overrendement 2,8% 12,4% Effect rentetermijnstructuur voorziening 3,4% -5,1% pensioenverplichtingen Overige effecten 0,8% 0,7% Dekkingsgraad 31 december (voor korting) 107,1% 97,1% Effect korting 0,0% 3,1% Dekkingsgraad 31 december (na korting) 107,1% 100,2% In 2013 zijn de pensioenverplichtingen opgerent met de 1-jaarsrente van de RTS-curve zijnde 0,351%, wat overeenkomt met een bedrag van 2.900K. De stijging van de rente heeft een stijgend effect op de dekkingsgraad gehad van 3,4%. Bij het vaststellen van de technische voorzieningen is gebruik gemaakt van de Prognosetafel van het AG in combinatie met de fondsspecifieke Towers Watson-ervaringssterfte Het fonds heeft in 2012 aangekondigd om per 1 april 2013 een korting van 3,2% door te voeren. Deze korting is reeds meegenomen in de dekkingsgraad ultimo 2012 en had destijds een stijgend effect op de dekkingsgraad van 2,8%. Voor het komende jaar heeft het fonds op grond van de financiële positie per 31 december 2013 niet opnieuw een korting hoeven aankondigen. In totaal zijn de technische voorzieningen afgenomen met Daarnaast is het vermogen in het verslagjaar met gestegen. Het pensioenfonds heeft een positief resultaat behaald van Hierdoor is het eigen vermogen gestegen tot De dekkingsgraad per 31 december 2013 komt door deze oorzaken per saldo 6,9%-punt hoger uit. Ultimo 2013 bedraagt de RTS circa 2,8% (2012: 2,5%). De dekkingsgraad ultimo jaar (zoals deze in de jaarrekening is gerapporteerd) heeft zich de afgelopen jaren als volgt ontwikkeld: Dekkingsgraad ultimo 107,1% 100,2% 89,4% 96,9% 93,0% De minimaal vereiste dekkingsgraad zoals die voortvloeit uit de solvabiliteitsvoorschriften volgens de Pensioenwet bedraagt 104,3% (2012: 104,3%). De dekkingsgraad die voortvloeit uit de bepaling van het vereist eigen vermogen (VEV) bedraagt 111,4% (2012: 111,3%). Ultimo 2012 was er sprake van een 12

13 dekkingstekort en een reservetekort, ultimo 2013 was er alleen nog sprake van een reservetekort. Het in 2009 ingegane korte termijn- en lange termijnherstelplan is nog altijd van toepassing Totstandkoming herstelplan In 2009 heeft het pensioenfonds een korte termijn herstelplan ingediend bij DNB omdat de dekkingsraad in 2008 was gedaald tot minder dan 105% (eind 2008 is de dekkingsgraad 88%). Op 8 februari 2011 heeft het bestuur de goedkeurende beschikking van DNB voor het herstelplan verkregen. Beschrijving van het korte termijn herstelplan op hoofdlijnen Eind maart 2009 heeft het pensioenfonds zijn korte termijn herstelplan ingediend bij De Nederlandsche Bank. In augustus 2009 heeft het pensioenfonds een aangescherpte versie ingediend. Het pensioenfonds heeft gekozen voor een hersteltermijn van vijf jaar om op de dekkingsraad van 105% uit te komen. Het kortetermijnherstelplan van het pensioenfonds bevat de volgende maatregelen: Vanaf 2009 wordt een extra premiebijdrage gedurende de herstelperiode van 2 procentpunt van de pensioengrondslagsom geheven, waarmee de premie in de herstelperiode op 20% van de pensioengrondslag is gebracht. Per 1 januari 2009 is een verlaging van het belang in aandelen van 35% naar 27,5% doorgevoerd. Het toeslagbeleid is aangepast. De geformuleerde ambitie in het fondsreglement is aangepast van 100% naar 50% van de prijsindex. In de versie van augustus 2009 is hieraan toegevoegd: Een voorgenomen korting van 6,8% per 1 januari 2012 op alle pensioenaanspraken. Daarnaast had het bestuur reeds besloten de duration van de bezittingen tijdelijk in overeenstemming te brengen met de duration van de verplichtingen, waarmee het renterisico volledig is afgedekt. De negatieve rentespiraal had aldus in de situatie van het pensioenfonds ook geen effect meer op de hoogte van de dekkingsgraad. Met deze maatregelen heeft het pensioenfonds op basis van de gehanteerde aannames - voldoende herstelkracht om binnen vijftien jaar het gewenste vereiste vermogen te bereiken. Het herstelplan is opgesteld met inachtneming van de uitgangspunten zoals die door DNB zijn voorgeschreven. Nadrukkelijk merkt het bestuur op dat inherent aan de modelmatige aanpak het herstelplan een benadering van de werkelijkheid is. Dit betekent dat de werkelijke ontwikkeling van de dekkingsgraad in positieve of negatieve zin kan afwijken van het verwachte herstelpad, waardoor de financiële positie van het pensioenfonds zich sneller of langzamer kan herstellen dan voorzien. De belangrijkste uitkomsten van het herstelplan zijn cijfermatig als volgt: Effect op dekkingsgraad Korte termijn Lange termijn Dekkingsgraad per 31 december 2008 resp ,0% 105,0% Sturings middelen Rentetermijnstructuur Premie De premie is kostendekkend 1,1% -8,9% Toeslagen Geen toeslagverlening tot ,0% -4,5% Beleggingen 9,7% 13,1% Aanpassing van de rentecurve vanaf 2014 met toestemming van DNB 0,6% 6,3% (forward rates) Overige 5,6% 4,2% Dekkingsgraad per 31 december 2013 resp. 31 december ,0% 6 115,2% 6 Het minimum vereist eigen vermogen is later vastgesteld op 104,3%. 13

14 In 2013 heeft de dekkingsgraad zich ten opzichte van het herstelplan als volgt ontwikkeld: Verwacht 2013 Werkelijk 2013 Dekkingsgraad 1 januari 97,0% 100,2% Effect premies 0,2% -0,1% Effect uitkeringen -0,1% 0,0% Effect toeslagverlening 3,2% 0,0% Effect overrendement 3,8% 2,8% Effect rentetermijnstructuur voorziening pensioenverplichtingen 0,0% 3,4% Overige effecten 0,2% 0,8% Dekkingsgraad 31 december 104,3% 107,1% Ontwikkeling herstelplan en korting Eerste korting van 2,1% per 1 januari 2011 In het herstelplan worden de maatregelen uiteengezet die het pensioenfonds neemt om uit herstel te komen. Op 23 november 2010 heeft het bestuur definitief besloten de (opgebouwde) pensioenen met 2,1% op 1 januari 2011 te verlagen. De verlaging van 2,1% is minder dan de 6,8% die in het herstelplan van 2009 staat. Wel is de verlaging een jaar eerder ingegaan. Tweede kortingsbesluit 3,2% per 1 april 2013 Jaarlijks voert het pensioenfonds een evaluatie uit van het herstelplan. Ondanks de eerdere korting bleef het pensioenfonds achterlopen op het herstelpad. Op basis van de cijfers ultimo 2012 is wederom een evaluatie uitgevoerd, die heeft geresulteerd in een korting van 3,2% per 1 april Deze korting is met ingang 31 december 2012 reeds verwerkt in de voorziening pensioenverplichting. 1.3 Beleid en beleidskeuzes De voornaamste financiële doelstellingen van het pensioenfonds zijn: het waarborgen van de opbouw van de pensioenaanspraken overeenkomstig de in het reglement vastgelegde bepalingen; het minimaliseren van de kansen op een dekkings- en reservetekort, alsmede van de mate van dekkings- en reservetekort; het maximaliseren van het beleggingsrendement om de toeslagambitie te realiseren. In de komende paragrafen wordt het in 2013 gevoerde beleid in samenhang met de pensioenregeling beschreven Toeslagbeleid Het toeslagbeleid, dat is gerelateerd aan de ontwikkeling van de consumentenprijsindex, is strikt voorwaardelijk en is afhankelijk van de financiële positie van het pensioenfonds. Het bedraagt sedert 1 januari 2012 maximaal 25% van de ontwikkeling van de consumentenprijsindex. Er is geen recht op toeslagen en het is ook voor de langere termijn niet zeker of en in hoeverre een toeslag (indexatie) zal plaatsvinden. Voor deze voorwaardelijke toeslagverlening houdt het pensioenfonds geen specifieke reserve aan en wordt geen premie betaald. De toeslagverlening wordt uit beleggingsrendement gefinancierd. Sinds 1 januari 2010 zijn gezien de financiële positie geen toeslagen verleend Financieringsbeleid De effectiviteit van het premiebeleid is beperkt gezien de relatief beperkte omvang van de premie-inkomsten. Het pensioenfonds hanteert conform de gemaakte afspraken - een doorsneepremie. De jaarpremie in 2013 voor de pensioenregeling bedroeg 22% van de pensioengrondslag van het ouderdomspensioen. De pensioenpremie die de werkgevers en werknemers voldoen is een doorsneepremie, die op basis van wetgeving onafhankelijk van leeftijd en sekse van de deelnemer wordt vastgesteld. De 14

15 herverzekeringspremie, die het pensioenfonds aan de herverzekeraar voldoet, is op verzekeringsgrondslagen, dus wel afhankelijk van leeftijd en sekse van de deelnemer. Volgens het financieel toetsingskader (FTK) moet de kostendekkende premie uit een aantal onderdelen bestaan: - de actuarieel benodigde premie voor de onvoorwaardelijke onderdelen van de pensioenregeling; - de solvabiliteitspremie voor het bereiken dan wel in stand houden van het vereist eigen vermogen; - de premie om de uitvoeringskosten te financieren; - de toeslagpremie voor de financiering van de verwachte (voorwaardelijke) toeslagen volgens de geformuleerde ambitie, voor zover van toepassing. Het pensioenfonds hanteert een intern financieringsbeleid dat uitgaat van een gedempte premie. De gedempte premie wordt op grond van de voorschriften geacht kostendekkend te zijn. De gedempte premie bestaat uit dezelfde componenten als de kostendekkende premie. De gedempte kostendekkende premie voor 2013 bedraagt 15,1 miljoen (2012: 16,1 miljoen). De feitelijke premie voor het jaar 2013 bedraagt 21 miljoen[tb1] (2012: 23,1 miljoen). Het pensioenfonds voldoet aan de eis dat de feitelijke premie minimaal gelijk moet zijn aan de gedempte kostendekkende premie. Hantering gesplitste premie In 2012 is de doorsneepremie verhoogd naar 22% en is in de pensioenregeling opgenomen dat de jaarlijkse opbouw verlaagd kan worden als de premiedekkingsgraad te laag is, de zogeheten gesplitste premiesystematiek. Hiermee wordt gewaarborgd dat de premie bijdraagt aan herstel. Bij de evaluatie van het herstelplan is besloten dat de opbouw in ,1915% bedraagt. Dit percentage is tot stand gekomen door het formeel volgens de abtn bepaalde opbouwpercentage van 2,0% te corrigeren voor de samenloop met de pensioenkorting van 3,2% Herverzekeringsbeleid Het pensioenfonds heeft het herverzekeringscontract in 2010 verlengd voor een periode van vijf jaar. Aegon beheert vanaf februari 2012 volledig het vermogen. Het pensioenfonds draagt het volledige beleggingsrisico. Het actuariële risico gedurende de contractperiode is beperkt. Het technisch resultaat wordt vastgesteld op basis van de door De Nederlandsche Bank gepubliceerde rentetermijnstructuur. Het technisch resultaat wordt eveneens, mits positief, jaarlijks aan het pensioenfonds uitgekeerd. Het gedeelte van het verlies dat minder bedraagt dan - 8,5% van de geboekte bruto premie, uitgezonderd bruto eenmalige koopsommen, is voor rekening van de verzekeraar Beleggingsbeleid De algemene doelstelling is een zo goed mogelijk rendement behalen binnen de randvoorwaarden van een aanvaardbaar risico. Teneinde de beoogde pensioenuitkeringen op korte en lange termijn veilig te stellen wenst het bestuur de toevertrouwde middelen op een verantwoorde en solide wijze te beleggen. Het pensioenfonds belegt vanuit de zogeheten prudent person gedachte. Daarbij moeten de beleggingen voldoen aan kwalitatieve beginselen van veiligheid, kwaliteit en spreiding van risico s. In lijn hiermee is de hoofddoelstelling van het beleggingsbeleid: het op lange termijn realiseren van een zo hoog mogelijk rendement uitgaande van het strategische beleggingsbeleid bij een acceptabel risico, rekening houdend met de verplichtingenstructuur van het pensioenfonds. Hoewel het rendement op de portefeuille een hoge prioriteit heeft, staan een enigszins defensief karakter van het beleggingsbeleid en een voorzichtige afweging van risico en rendement voorop. Het fonds hanteert een passieve beleggingsstijl. Het bestuur heeft de overtuiging dat de extra risico s en kosten van actief beheer, niet opwegen tegen de positieve kans op extra rendementen. De strategische allocatie is de verdeling van het vermogen over beleggingscategorieën waarbij op langere termijn optimalisatie van het rendement wordt verwacht. Randvoorwaarde is dat de pensioenverplichtingen nagekomen kunnen worden en het risico aanvaardbaar is. Om deze reden vindt spreiding over meerdere beleggingscategorieën plaats en worden minimum en maximum wegingen gehanteerd voor de beleggingscategorieën. In de beleggingsportefeuille komen zowel zakelijke waarden als vastrentende waarden voor. 15

16 Voor de uitvoering van het beleggingsbeleid wordt tevens gebruikgemaakt van derivaten. Als hoofdregel geldt dat derivaten uitsluitend worden benut voor zover dit passend is binnen het algemene beleggingsbeleid. De portefeuillestructuur en het risicoprofiel, berekend inclusief de economische effecten van derivaten, dienen zich binnen de door het bestuur vastgestelde grenzen te bevinden. Maandelijkse monitoring en bijsturing zorgen ervoor dat deze grenzen niet overschreden worden. Het strategisch beleggingsbeleid wordt door middel van een zogeheten ALM-studie afgestemd op de verplichtingen van het pensioenfonds. Door het strategisch beleggingsbeleid periodiek te herijken aan de hand van een ALM-studie, kan worden ingespeeld op wijzigingen in het risicoprofiel van de pensioentoezeggingen en in de risicoperceptie van het bestuur. In 2011 is een ALM-studie uitgevoerd waaruit is gebleken dat de door het bestuur gekozen beleggingsmix voldoet. Ook volgde uit deze studie dat de huidige mate van renteafdekking (70%) volstaat. Wel volgde uit de studie dat de feitelijke premie in veel scenario s lager uitvalt dan de kostendekkende premie. Deze bevinding heeft bijgedragen aan de besluitvorming omtrent de nieuwe pensioenregeling en doorsneepremie vanaf Voor het verslagjaar heeft het bestuur de volgende strategische allocaties vastgesteld. Beleggingsmandaat Notariaat per Beleggingscategorieën Beleggingscategorieën Minimum % Strategisch % Maximum % Feitelijke allocatie % per Benchmark Vastrentende waarden 56,50 66,50 76,50 66,75 * Aandelen 20,00 30,00 40,00 29,87 MSCI All country World Net Index (USD, GBP, JPY, hedged to ) cst Grondstoffen 0,00 2,00 5,00 2,01 S&P GSCI Index ER (hedged) overnight Vastgoed 0,00 1,50 5,00 1,36 TKP Pensioen Real Estate Top Funds Liquide middelen -5,00 0,00 5,00 0,01 1-maands euribor Totale portefeuille 100,00 100, Financiële Instellingen Risicoanalyse Methode (FIRM) Risicomanagement staat nadrukkelijk op de agenda van het pensioenfonds om een actueel en volledig beeld te kunnen verschaffen van alle relevante risico s, zodat eventuele noodzakelijke beheersmaatregelen kunnen worden genomen. Daarbij gaat het niet alleen om financiële risico s, maar evenzeer om niet-financiële risico s, zoals operationele en uitbestedingsrisico s. Ook De Nederlandsche Bank heeft het toezicht op het beheersen van de risico s door pensioenfondsen aangescherpt, mede naar aanleiding van de conclusies uit het rapport van de commissie Frijns in Het beleid van het bestuur van het pensioenfonds is gericht op beheersing van de thans geïdentificeerde risico s en speelt in op de complexiteit van de risico s, de van toepassing zijnde wet- en regelgeving en de toenemende eisen van de toezichthouders. 16

17 Het bestuur heeft besloten om het integraal risico management (IRM) het jaar rond te agenderen en ieder kwartaal een riscodashboard vast te stellen en te behandelen. Op deze wijze zullen gedurende het gehele jaar tijdens de bestuursvergaderingen alle facetten van het IRM worden doorgenomen waarna direct eventuele noodzakelijk maatregelen door het bestuur kunnen worden genomen. Op deze wijze is sprake van een constante risicoanalyse door het bestuur. 17

18 2. Beleggingen Het bestuur van het pensioenfonds is verantwoordelijk voor het strategische beleggingsbeleid. Onder het strategisch beleggingsbeleid wordt verstaan de vaststelling van het doel en de stijl van het beleggingsbeleid, de strategische beleggingsportefeuille en bandbreedtes, de benchmarks en de selectie en aanstelling van de vermogensbeheerders. De beleggingscommissie heeft een voorbereidende en adviserende rol inzake het strategische beleggingsbeleid richting het bestuur. Daartoe onderhoudt de commissie de contacten met de externe vermogensbeheerders. Het bestuur heeft Aegon Asset Management aangesteld als de externe vermogensbeheerder om binnen de gestelde doelstellingen het beleggingsbeleid uit te voeren. De vermogensbeheerder voert het beleggingsbeleid uit binnen de geformuleerde randvoorwaarden. De vermogensbeheerder is verantwoordelijk voor het administreren van de beleggingen en rapporteren over de beleggingen aan bestuur en beleggingscommissie. 2.1 Algemeen Het beleggingsbeleid is gebaseerd op een Asset Liability Management (ALM) studie en continuïteitsanalyses. Op basis hiervan is een beleggingsportefeuille gekozen met een naar de mening van het bestuur acceptabele combinatie van netto-premieniveau, premievolatiliteit, kansen op onderdekking en kansen op toeslagverlening. Er wordt in drie verschillende hoofdcategorieën belegd om de verhouding tussen rendement en risico te optimaliseren: - vastrentende waarden; - aandelen; - vastgoed. De beleggingspositie in grondstoffen, die in 2013 tot één van de beleggingscategorieën behoorde, is in 2013 volledig afgebouwd De performance over 2013 per beleggingscategorie in vergelijking met de benchmark wordt in onderstaande tabel weergegeven, de genoemde percentages zijn exclusief in rekening gebrachte kosten Gerealiseerd % Benchmark % Aandelen 22,91 22,13 Vastrentende waarde -4,56-3,75 Vastgoed -4,45-4,45 Overig -0,79-1,62 Totaal 3,06 3, Aandelen Geheel 2013 is het aandelenbeheer uitgevoerd door Aegon. Het beleggingsbeleid van de aandelenportefeuille is passief met een brede spreiding over internationale markten. Binnen de aandelenportefeuille wordt uitsluitend belegd in het AEGON World Equity Ind Fund. 2.3 Vastrentende waarden Binnen de vastrentende portefeuille wordt belegd in uiteenlopende fondsen van Aegon, waaronder staatsobligaties van EU-landen, bedrijfsobligaties, bedrijfsobligaties in opkomende landen, particuliere hypotheken en Long Duration Overlay (LDO). Deze laatste categorie heeft als doel de rentegevoeligheid van de beleggingsportefeuille te verhogen om deze in een afgesproken verhouding te brengen met de 18

19 rentegevoeligheid van de verplichtingen. Afgelopen jaar gold een verhouding van 70% voor het afdekken van het renterisico. Per 2013 is besloten om naar een verhouding van 65% te gaan. 2.4 Vastgoedbeleggingen Voor vastgoed wordt gebruik gemaakt van het TKP Real Estate Top Funds dat belegt in aandelen van vastgoedbedrijven en is wereldwijd gespreid. 2.5 Overige beleggingen De belegging in grondstoffen geschiedde afgelopen jaar in het AEGON Global Commodity Fund. Dit fonds betreft een (passieve) belegging in grondstofderivaten waarbij de Goldman Sachs Commodity Index gevolgd werd. Gedurende 2013 is de gehele positie in dit fonds, conform de wens van het bestuur, afgebouwd naar nul, waardoor er ultimo 2013 voor het pensioenfonds niet belegd wordt in grondstoffen. 2.6 Terugblik begon met een aantal dreigende en vergaande bezuinigingsmaatregelen in de Verenigde Staten. Het was de vraag of deze bezuinigingen een grote negatieve impact zouden hebben op de Amerikaanse economie. Uiteindelijk bleek dit mee te vallen. Ondanks bezuinigingen en belastingverhogingen wist de economie een mooie groei neer te zetten. Dit heeft ertoe geleid dat de Fed in december uiteindelijk besloot tot het temperen van de monetaire verruiming. De werkgelegenheid nam toe, de werkloosheid daalde. Om de effecten te beperken heeft de Fed tegelijkertijd aangegeven de rente langdurig op een laag niveau te houden. Halverwege het jaar had de Amerikaanse centrale bank al aangekondigd dat het overwoog om de monetaire verruiming te gaan afbouwen. De reactie van financiële markten hierop was heftig. Na een toelichting vanuit de centrale bank kalmeerden de markten. De Europese schuldencrisis verbeterde gedurende het jaar. Europa maakte langzaam vorderingen naar verdere integratie. Ook verbeterden de economische data. De krimp in verschillende landen sloeg om naar een lichte groei en de werkloosheid stabiliseerde. De Europese economie komt langzaam uit de recessie, al zal de groei voorlopig nog zeer beperkt blijven en de werkloosheid hoog. De hervormingsprogramma s in de Zuid-Europese landen beginnen hun vruchten af te werpen. In Japan had de nieuwe Japanse premier, Shinzo Abe, eind 2012 aangekondigd dat hij een einde wilde maken aan de deflatie. De Japanse centrale bank ging akkoord en besloot daarom om onbeperkt obligaties op te kopen. Dit gaf de Japanse markt in 2013 lucht. In de tweede helft van 2013 heeft het bestuur vooruitlopend op de expiratie van het kortetermijn herstelplan besloten tot kortingsmitigerende maatregelen. De beleggingscommissie is mandaat verleend om tijdelijk wijzigingen in het strategisch beleggingsbeleid aan te brengen met als doel de kans op een aanvullende kortingsmaatregel ultimo 2013 te beperken. In oktober 2013 is een deel van de aandelenbeleggingen (ter waarde van 70 mln.) liquide gemaakt om het beleggingsrisico te verkleinen. Aanvullende maatregelen zijn niet noodzakelijk gebleken. Begin januari 2014 is het oorspronkelijke strategische beleggingsmandaat weer ingenomen. In het afgelopen jaar lag het rendement op de portefeuille, exclusief de renteafdekking via het Long Duration Overlay (LDO), op 7,06% (benchmark 6,42%). De grootste bijdrage hieraan werd geleverd door aandelen met een rendement van 22,91% (benchmark 22,13%). De vastrentende waarden rendeerden zonder LDO 0,82% (benchmark -0,47%). De performance inclusief renteafdekking lag op 3,06%. De performance van verschillende onderdelen binnen de vastrentende portefeuille was zeer verschillend. Zo lag het rendement op High Yield obligaties op 9,41%. Het rendement van obligaties in opkomende markten (Emerging Market Debt) lag daarentegen op -6,11%. Bedrijfsobligaties (Credits) behaalden een rendement van 3,18% en staatsleningen -1,57%. Hypotheken rendeerden een bescheiden 1,36%. 19

20 Ten opzichte van de benchmarks van de verschillende categorieën was de performance, met uitzondering van het rendement op EMD, van alle fondsen positief of rond de benchmark. Het Tactical Interest Rate Overlay (TIRO) boekte absoluut en relatief gezien een zeer goede performance (rendement van 11,36%; benchmark 0,65%). 2.7 Vooruitblik 2014 Hieronder worden kort de te verwachten economische ontwikkelingen geschetst voor de komende periode. De hervormingen binnen Europa beginnen hun vruchten af te werpen. De kans dat de eurozone uiteenvalt, is afgenomen en de schuldencrisis in Europa verdwijnt langzamerhand naar de achtergrond. De Europese centrale bank en de steunfondsen zorgen voor een zekere mate van veiligheid. Ook is de langzame, maar gestage vooruitgang naar meer economische integratie positief. Door de hoge werkloosheid stijgen lonen niet snel. Daarnaast zorgen een structureel lagere kredietgroei en een langdurig traject van het afbouwen van overcapaciteit in bedrijven voor lage inflatie in Europa. De verwachting is dan ook dat de Europese centrale bank de rente langer laag houdt. Ook in de Verenigde Staten vordert het economisch herstel gestaag en zorgen de dalende werkloosheid en stabiliserende huizenmarkt voor een toenemend vertrouwen. Investeringen en consumentenuitgaven groeiden al sterk, daarom verwachten we geen groeispurt. De vooruitzichten ten aanzien van aandelen zijn komend jaar positief, maar verschillen per regio. Voor rendementen op Europese aandelen en aandelen uit opkomende landen zijn de verwachtingen hoger dan voor Amerikaanse aandelen. Dit komt voort uit het feit dat de bedrijfswinsten in de Verenigde Staten in de afgelopen periode flink omhoog zijn gegaan terwijl de bedrijfswinsten in Europa door de eurocrisis sterk zijn afgenomen. Met name de rendementen op vastrentende waarden zijn laag. Dit komt omdat de verwachting is dat de rente langzaam zal oplopen door het economisch herstel. Het resultaat is dat veel vastrentende beleggingen slechts een minimaal positief rendement zullen laten zien. Binnen vastrentende waarden wordt positief gedacht over ABS (Asset Backed Securities) en hypotheken. Op wat langere termijn nemen door de aantrekkende economie de kansen op een wat oplopende inflatie en stijgende rentes toe. Beleggingsmandaat 2014 Beleggingsmandaat Notariaat per Beleggingscategorieën Beleggingscategorieën Minimum % Strategisch % Maximum % Feitelijke allocatie % per Benchmark Vastrentende waarden 58,70 68,70 78,70 73,12 * Aandelen 20,00 30,00 40,00 25,53 MSCI All country World Net Index (USD, GBP, JPY, hedged to ) cst Vastgoed 0,00 1,30 5,00 1,24 TKP Pensioen Real Estate Top Funds Liquide middelen -5,00 0,00 5,00 0,01 1-maands euribor Totale portefeuille 100,00 100,00 * Deze beleggingscategorie bestaat uit meerdere onderliggende fondsen met ieder een eigen benchmark, daarom kunnen wij voor deze categorie géén benchmark noemen. In onderstaande tabel staan de benchmarks. De genoemde strategische wegingen gelden per 1 januari Deze strategische wegingen zijn anders dan in Om die reden is de feitelijke allocatie in de portefeuille per 31 december 2013 al aangesloten op de gewijzigde strategische wegingen voor

21 Beleggingsmandaat Vastrentende waarden Notariaat Fixed Income Beleggingscategorieën Minimum % Minimum % Core Eurozone (IDX) European Credits High Yield Long Duration Overlay Tactical Interest Rate Overlay Emerging Market Debt Hypotheken AEGON Core Eurozone Government Bond Index Fund AEGON European Credit Fund AEGON Global High Yield Fund (EUR) AEGON Long Duration Overlay AEGON Tactical Interest Rate Overlay AEGON Emerging Market Debt Fund (EUR) AEGON Hypothekenfonds Totale portefeuille 100, Corporate Governance Strategisch % Maximum % Benchmark 35,70 41,50 50,00 Merrill Lynch Core Eurozone Government Bond Index (cst) 10,00 22,50 30,00 Barclays Capital Euro Corp Bond Index 0,00 4,50 8,00 70%Barclays Capital USHV (EUR,cst)- 30%Barclays Capital HYEUR(cst) 2,80 7,00 14,00 0,00 2,00 4,00 Merril Lynch European Union Government Bond Index 0,00 4,50 8,00 JP Morgan Emerging Markets Bond Index Global Diversified (hedged) 10,00 18,00 20,00 JP Morgan Government Bond Index Traded Netherland Het bestuur is van mening dat het pensioenfonds een maatschappelijke verantwoordelijkheid heeft die zich ook uitstrekt op het gebied van beleggingen. Maar het pensioenfondsbestuur streeft primair naar een zo hoog mogelijk beleggingsrendement om de pensioenbelangen van de betrokkenen zo goed mogelijk te waarborgen. Daarbij wil het bestuur waar mogelijk duurzaamheid mede in ogenschouw nemen. Hierin past het streven om niet te beleggen in diensten, producten, productiewijzen, enzovoort, die een bedreiging vormen voor die duurzaamheid. Onderstaand is aangegeven hoe de beide vermogensbeheerders van het pensioenfonds omgaan met het fenomeen maatschappelijk verantwoord beleggen. Aegon, als vermogensbeheerder van de vastrentende- en vastgoedportefeuille van het pensioenfonds, sluit met haar beleggingsbeleid aan bij de Code of Conduct die Aegon wereldwijd voert. De in deze code vastgelegde standaarden gelden voor de bedrijven waarin Aegon belegt. Beleggingen volgens deze Code of Conduct sluiten 21

22 actieve beleggingen uit in bedrijven die clusterbommen en chemische wapens produceren, ernstige milieuverontreinigende bedrijven en bedrijven die kinderarbeid toestaan. Wanneer het bestuur op dit gebied keuzes maakt, zullen die ook uitvoerbaar moeten zijn voor de beheerders. Wanneer dit niet het geval zou blijken te zijn, zal dus ook de relatie met de vermogensbeheerder als zodanig moeten worden geëvalueerd. Van belang hierin is vanzelfsprekend de visie van deelnemersraad en verantwoordingsorgaan. Bij dit onderwerp past de kanttekening dat de verschillende Social Responsible Indices verschillende maatstaven hanteren in hun definitievorming inzake maatschappelijk verantwoord beleggen. En ook wetenschappers op dit gebied lijken nauwelijks in staat exact te formuleren hoe in hun ogen de grenzen van toelaatbare gradaties getrokken kunnen worden. Gezien het feit dat het onderwerp maatschappelijk verantwoord beleggen sectorbreed een actueel onderwerp van gesprek is, volgt het bestuur de ontwikkelingen op dit gebied nauwlettend. Het bestuur maakt hierbij o.a. gebruik van de onderzoeken die de Vereniging van Bedrijfstakpensioenfondsen Pensioenfederatie voor de gehele sector uitvoert. 2.9 Z-score Bedrijfstakpensioenfondsen met een door de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid afgegeven verplichtstelling, zijn wettelijk verplicht de beleggingsperformance van het pensioenfonds vast te stellen. De werkelijk gerealiseerde performance wordt afgezet tegen het (fictieve) rendement van de tevoren gekozen normportefeuille voor dat jaar (de benchmark). Het verschil tussen deze twee rendementen wordt jaarlijks volgens wettelijke regels vastgesteld (de z-score). De gemiddelde z-score over een periode van 5 jaar bepaalt de score voor de zogenoemde performancetoets. In 2007 is het Vrijstellingsbesluit aangepast. Een van de aanpassingen is dat voortaan bij de performancetoets 1,28 moet worden opgeteld, zodat een pensioenfonds geen onvoldoende meer haalt bij de score van 1,28. Als de performancetoets lager is dan 0, kan een bij het pensioenfonds aangesloten werkgever vrijstelling van de verplichting tot deelneming aan het pensioenfonds krijgen, onder de voorwaarde dat hij een pensioenregeling treft die ten minste gelijkwaardig is aan die van het pensioenfonds. De z-score en performancetoets van het pensioenfonds over de afgelopen vijf jaar is als volgt (ook de cijfers over de jaren vóór 2007 zijn opgesteld op basis van de nieuwe methodiek): * Z-score (1-jaars) 0,59 0,82 2,14 4,94 1,23 Performance toets (5-jaars) 5,62 7,27 6,38 5,74 3,75 * De vergelijkende cijfers met betrekking tot de z-score en performancetoets over 2011 zijn aangepast ten opzichte van het jaarverslag van 2011, omdat na vaststelling van het jaarverslag deze cijfers zijn gecorrigeerd en opnieuw zijn ingediend bij DNB. De performancetoets over de laatste vijfjaarsperiode is vastgesteld op 5,62, met inachtneming van het aangepaste Vrijstellingsbesluit. De wettelijke minimumscore die behaald moet worden bedraagt 0, zodat geconcludeerd kan worden dat het pensioenfonds voor deze toets ruimschoots boven de kritieke grens zit. De jaarlijkse z-score kent een volatiel verloop, afhankelijk van marktbewegingen en portefeuillebeheer. De bepaling van het benchmarkrendement heeft plaatsgevonden op basis van het strategische beleggingsbeleid, rekening houdend met het feitelijke gevoerde renteafdekkingsbeleid en het reguliere rebalancingbeleid. 22

23 3. Pensioenen 3.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt ingegaan op activiteiten op het gebied van pensioencommunicatie en -administratie die in 2013 hebben plaatsgevonden. Tevens worden de belangrijkste kenmerken van de pensioenregeling toegelicht. Tot slot wordt in dit hoofdstuk ingegaan op (voorstellen voor) nieuwe wetgeving op pensioengebied. 3.2 Pensioenadministratie Portaal Voor de werkgevers en gemachtigde administratiekantoren is een werkgeversportaal aanwezig. Op het werkgeversportaal kunnen salarisgegevens worden aangeleverd, in-en uitdienstmeldingen worden doorgeven, aangeleverde gegevens geraadpleegd, contactgegevens worden onderhouden en notaspecificaties worden ingezien. Het portaal is 24 uur per dag, 7 dagen per week opengesteld. Gegevensaanlevering Elke wijziging in de gegevens van werknemers, kunnen via het portaal worden doorgegeven. In 2013 zijn er geen problemen geweest met de gegevensaanlevering. Aangeleverde gegevens zijn door pensioenuitvoerder TKP binnen de afgesproken termijn verwerkt in de pensioenadministratie. Nota s Elke maand worden de premienota s opgesteld en gecontroleerd conform de gemaakte afspraken. Deze nota s worden maandelijks achteraf verstuurd. De specificatie van de nota s zijn door de werkgevers te raadplegen via het werkgeversportaal. Alle nota s zijn door pensioenuitvoerder TKP binnen de afgesproken termijn verstuurd naar de werkgevers. Assurance rapport Ieder jaar worden de Assurance rapporten opgevraagd bij alle aangesloten werkgevers. Het doel van het Assurance rapport is te controleren of de gegevens bij pensioenuitvoerder TKP overeenkomen met de gegevens van de werkgever. Het Assurance rapport wordt opgesteld door een accountant. Rapporten kunnen met of zonder bevindingen terug gestuurd worden. De rapporten moeten uiterlijk vóór 1 mei binnen zijn, anders wordt een boete opgelegd. Begin[TB2] 2014 is het proces gestart over werkgevers is gevraagd een Assurance rapport op te sturen. Hiervan is 98% voor 1 mei 2014 aangeleverd; 14 werkgevers komen in aanmerking voor de boete, maar dit moet nog worden besproken met de administratiecommissie. Bij 153 Assurance rapporten heeft de controlerende accountant van de werkgever een afwijking geconstateerd ten opzichte van de administratie, dit proces is echter nog niet geheel afgerond. 3.3 Pensioencommunicatie Net als voorgaande jaren stonden de pensioenfondsen in 2013 volop in de belangstelling. De Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor medewerkers in het Notariaat moest in 2013 een korting van 3,2% toepassen op de opgebouwde pensioenen van alle deelnemers. Daarnaast werd de pensioenopbouw verlaagd naar 1,915%. Deze pijnlijke korting en de verlaging van de pensioenopbouw hadden hun effect op het imago van het fonds. Essentieel in slechte tijden is duidelijk en op het juiste moment communiceren met de verschillende doelgroepen. Met goede communicatie kan het pensioenfonds de juiste verwachtingen scheppen, mensen bewuster maken van hun pensioen en een bijdrage leveren aan de beeldvorming over pensioenen in het algemeen en die van het pensioenfonds in het bijzonder. Tegelijkertijd kan gezegd worden dat de communicatie van het pensioenfonds niet de meeste invloed heeft op wat mensen weten van pensioenen en 23

24 hoe ze denken over pensioenen. Met name de media spelen een belangrijke rol in de informatievoorziening en beeldvorming. Desondanks blijft de communicatie van het pensioenfonds belangrijk. Daarom stelt het pensioenfonds ieder jaar een communicatieplan vast waarin de communicatiedoelstellingen en de in te zetten communicatiemiddelen worden vermeld. Het pensioenfonds onderscheidt de volgende doelgroepen: deelnemers; gewezen deelnemers (slapers); gewezen partners van de deelnemers (bij scheiding); pensioengerechtigden (mensen die een arbeidsongeschiktheid-, ouderdoms-, partner- of wezenpensioen ontvangen); werkgevers. Nulmeting communicatie pensioenfonds Eind 2012 is tijdens een nulmeting het imago van het pensioenfonds en het pensioenbewustzijn onder deelnemers onderzocht. Ook is de deelnemers gevraagd om de communicatie vanuit het pensioenfonds te beoordelen. Het algemene oordeel over het fonds werd door de deelnemers gewaardeerd met een 5,9. De communicatie van het pensioenfonds werd gewaardeerd met een 6,4. De uitkomsten zijn in de administratiecommissie en het bestuur verder besproken in Hieruit is het advies gekomen om een aanpassing te doen in de samenstelling van de nieuwsbrieven. De nieuwsbrieven van deelnemers en gepensioneerden zijn samengevoegd en hebben een vernieuwd uiterlijk gekregen. Belangrijkste aanpassing is het opnemen van het verkort jaarverslag in de nieuwsbrief. In het communicatie jaarplan voor 2014 is het cijfer 6,4 als uitgangspunt gebruikt voor het formuleren van de communicatiedoelstellingen. Website pensioenfonds In het eerste kwartaal van 2013 is besloten een korting van 3,2% toe te passen. Daarnaast is besloten om de opbouw in 2013 te verlagen naar 1,915%. Beide besluiten zijn op de website gecommuniceerd. De content van de website is in 2013 met regelmaat ververst. Ook werd de dekkingsgraad iedere maand gepubliceerd. In 2013 werd op de website tweemaal een poll geplaatst. Bezoekers van de site kunnen via de poll reageren op een stelling over pensioen. De poll heeft als doel de website interactiever te maken. Brief kortingsbesluit en verlaging pensioenopbouw In februari 2013 hebben alle betrokkenen een brief ontvangen over de korting en de verlaging van de pensioenopbouw. De strekking van de brief was dat het fonds genoodzaakt was dit besluit te nemen, maar dat het fonds de korting zo laag mogelijk heeft gehouden en zo eerlijk mogelijk over alle deelnemers heeft verdeeld. In het eerste kwartaal steeg het aantal telefonische vragen. Deze stijging had te maken met de berichtgeving over de korting. In juli 2013 hebben ook alle slapers per brief een overzicht ontvangen waarin de gevolgen van de korting van 3,2% per 1 april 2013 zichtbaar zijn gemaakt voor hun eigen pensioen. Alle actieve deelnemers zijn door middel van het Uniform Pensioenoverzicht (UPO) geïnformeerd. Digitale nieuwsbrief voor werkgevers In april 2013 is voor de tweede keer een digitale nieuwsbrief verstuurd naar de werkgevers. De nieuwsbrief voor werkgevers heeft circa 300 abonnees waarvan circa 53% de nieuwsbrief heeft gelezen. 24

Verkort jaarverslag 2014. In de verkorte versie van het jaarverslag leest u op hoofdlijnen hoe het jaar 2014 voor het pensioenfonds is verlopen.

Verkort jaarverslag 2014. In de verkorte versie van het jaarverslag leest u op hoofdlijnen hoe het jaar 2014 voor het pensioenfonds is verlopen. Verkort jaarverslag 2014 In de verkorte versie van het jaarverslag leest u op hoofdlijnen hoe het jaar 2014 voor het pensioenfonds is verlopen. U kunt het volledige jaarverslag downloaden op www.bpfmedewerkersnotariaat.nl.

Nadere informatie

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram

2013 verkort in beeld. Ontwikkelingen. Pensioenen Beleggingen Organogram 02 verkort in beeld 03 Ontwikkelingen 05 08 10 Pensioenen Beleggingen Organogram Aantal deelnemers dat pensioen opbouwt Aantal personen dat een ouderdomspensioen ontvangt Aantal deelnemers met slapende

Nadere informatie

SPNG. veranderingen. was voor. een jaar van grote. Verkort jaarverslag 2013 >

SPNG. veranderingen. was voor. een jaar van grote. Verkort jaarverslag 2013 > 2013 was voor SPNG een jaar van grote veranderingen. Verkort jaarverslag 2013 > 2013 was voor SPNG een jaar van grote veranderingen. Eind 2012 liep het herverzekeringscontract met Nationale-Nederlanden

Nadere informatie

Persbericht. Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011

Persbericht. Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011 Persbericht Kwartaalbericht: vierde kwartaal 2011 Hoofdpunten: Dekkingsgraad van 94% is te laag: aanvullende maatregelen nodig Beschikbaar vermogen stijgt met ruim 11 miljard Door gedaalde rente nemen

Nadere informatie

Verkort jaarverslag Woord van de voorzitter

Verkort jaarverslag Woord van de voorzitter Verkort jaarverslag 2015 Verkort jaarverslag 2015 In deze verkorte versie van het jaarverslag leest u op hoofdlijnen hoe het jaar 2015 voor het pensioenfonds is verlopen. U kunt het volledige jaarverslag

Nadere informatie

Herstelplan 2015 Compartiment SPDHV

Herstelplan 2015 Compartiment SPDHV Herstelplan 2015 Compartiment SPDHV Versie 1.0 17 juni 2015 Auteur: Corné van Bokhoven Status: vastgesteld door bestuur Inleiding Nadat Stichting Pensioenfonds DHV in 2008 in dekkingstekort kwam heeft

Nadere informatie

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015. Samenvatting cijfers per 31 december 2014

Kwartaalbericht. 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015. Samenvatting cijfers per 31 december 2014 Kwartaalbericht 4e kwartaal 2014 Den Haag, 30 januari 2015 Samenvatting cijfers per 31 december 2014 Dekkingsgraad: 111,5% Beleidsdekkingsgraad: 112,6% Belegd vermogen: 19,6 miljard Rendement 2014: 27,6%

Nadere informatie

Een overzicht van de kerncijfers vindt u op <pagina 8 en 9> van het volledige jaarverslag.

Een overzicht van de kerncijfers vindt u op <pagina 8 en 9> van het volledige jaarverslag. 12 vragen over het jaarverslag 2013 De hoofdpunten uit het jaarverslag van Stichting Pensioenfonds voor Verloskundigen (SPV) behandelen we aan de hand van 12 vragen en antwoorden. Een volledig exemplaar

Nadere informatie

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 2011 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het jaarverslag legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

Persbericht. ABP verlaagt pensioen in 2013 met 0,5% Ondanks goed rendement stijgt dekkingsgraad in 2012 onvoldoende

Persbericht. ABP verlaagt pensioen in 2013 met 0,5% Ondanks goed rendement stijgt dekkingsgraad in 2012 onvoldoende Persbericht ABP verlaagt pensioen in 2013 met 0,5% Ondanks goed rendement stijgt dekkingsgraad in 2012 onvoldoende Hoofdpunten: Verlaging pensioen met 0,5% per 1 april 2013 definitief Mogelijk aanvullende

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Eerste kwartaal 2017-1 januari 2017 t/m 31 maart 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad eind maart 2017 is 112,6% en is gestegen ten opzichte

Nadere informatie

VERKORT JAARVERSLAG 2017

VERKORT JAARVERSLAG 2017 VERKORT JAARVERSLAG 2017 De belangrijkste ontwikkelingen in 2017 bij Pensioenfonds TNT Express op een rij in deze verkorte en vereenvoudigde versie van het jaarverslag. Het volledige jaarverslag vindt

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2013

Verkort jaarverslag 2013 Verkort jaarverslag 2013 Wat waren in 2013 de belangrijkste feiten en gebeurtenissen voor GE Pensioen? U leest het in deze verkorte versie van het jaarverslag 2013. Naast deze bondige versie treft u ook

Nadere informatie

J a a r v e r s l a g 2 0 1 2

J a a r v e r s l a g 2 0 1 2 J a a r v e r s l a g 2 0 1 2 Inhoudsopgave Kerncijfers 4 Woord van de voorzitter 7 Personalia 8 1. Financiële positie en beleid in 2012 10 1.1 Inleiding 10 1.2 Financiële opzet en positie 11 1.2.1 Totstandkoming

Nadere informatie

Kwartaalbericht. 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli 2015. Samenvatting cijfers per 30 juni 2015

Kwartaalbericht. 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli 2015. Samenvatting cijfers per 30 juni 2015 Kwartaalbericht 2e kwartaal 2015 Den Haag, 14 juli 2015 Samenvatting cijfers per 30 juni 2015 Dekkingsgraad (UFR): 108,3% Beleidsdekkingsgraad: 110,0% Belegd vermogen: 19,6 miljard Rendement 2015 1 e halfjaar:

Nadere informatie

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds

Geef pensioen de aandacht die het verdient. Jaarbericht Stichting Pensioenfonds Geef pensioen de aandacht die het verdient Jaarbericht Stichting Pensioenfonds Vijf mythes over pensioen Over pensioenen zijn meerdere mythes in omloop. Het is belangrijk om te weten hoe het wel zit. De

Nadere informatie

Terugblik 2011 in cijfers

Terugblik 2011 in cijfers Terugblik 2011 in cijfers U vindt hier een samenvatting van het jaarverslag 2011. Het volledige jaarverslag kunt u downloaden via www.pensioenfondsricohnederland.nl. Financiële situatie Door de kredietcrisis

Nadere informatie

2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG

2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG 2013 in het kort SAMENVATTING VAN HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het Jaarverslag 2013 legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

VERKORT JAARVERSLAG 2016

VERKORT JAARVERSLAG 2016 VERKORT JAARVERSLAG 2016 2016: wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen van 2016 bij Pensioenfonds TNT Express? U leest het in deze verkorte en vereenvoudigde versie van het jaarverslag. Het volledige

Nadere informatie

2010: Pensioen wereld volop in de schijnwerpers

2010: Pensioen wereld volop in de schijnwerpers Verkort jaarverslag 2010 nr 13 - januari 2009 Stichting Pensioen fonds KPN 2010: Pensioen wereld volop in de schijnwerpers Inleiding Het jaar 2010 is wederom een enerverend jaar geweest voor de pensioenwereld.

Nadere informatie

Marktwaardedekkingsgraad per 30 september ,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013.

Marktwaardedekkingsgraad per 30 september ,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013. Kwartaalbericht 2013 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 30 september 2013 122,8%, een toename van 1,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2013. Meer informatie vindt u op de website. Beleggingsrendement

Nadere informatie

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Dit financieel crisisplan is geschreven in het kader van artikel 145 van de Pensioenwet. Het crisisplan maakt deel uit van de beschrijving van de beheerste en integere

Nadere informatie

Belanghebbendenvergadering. 24 september 2015

Belanghebbendenvergadering. 24 september 2015 Belanghebbendenvergadering 24 september 2015 Agenda 1. Opening 2. Actuele ontwikkelingen Ballast Nedam N.V. 3. Jaarverslag 2014 4. Nieuwe pensioenregelgeving en herstelplan 5. Toekomst pensioenfonds 6.

Nadere informatie

Dekkingsgraad 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012.

Dekkingsgraad 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012. Kwartaalbericht 2012 Samenvatting 121,8% per 30 september 2012, toename van 9,3%-punt ten opzichte van 30 juni 2012. Meer informatie over de dekkingsgraad vindt u op de website. Beleggingsrendement 4,2%

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Tweede kwartaal april 2012 t/m 30 juni Samenvatting: Lage rente drukt dekkingsgraad

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Tweede kwartaal april 2012 t/m 30 juni Samenvatting: Lage rente drukt dekkingsgraad Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal 2012-1 april 2012 t/m 30 juni 2012 Samenvatting: Lage rente drukt dekkingsgraad Nominale dekkingsgraad is gedaald van 110,0% naar 105,1% Beleggingsrendement

Nadere informatie

De Nederlandsche Bank NV T.a.v. de heer S. Keereweer AA Postbus 98 1000 AB AMSTERDAM

De Nederlandsche Bank NV T.a.v. de heer S. Keereweer AA Postbus 98 1000 AB AMSTERDAM De Nederlandsche Bank NV T.a.v. de heer S. Keereweer AA Postbus 98 1000 AB AMSTERDAM Wormerveer, 12 december 2011 Betreft: Herstelplan Stichting Pensioenfonds De Fracties Geachte heer Keereweer, De dekkingsgraad

Nadere informatie

2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG

2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 2012 in het kort TOELICHTING OP HET JAARVERSLAG 1 Toelichting op het jaarverslag In het Jaarverslag 2012 legt het pensioenfonds uitgebreid verantwoording af over de ontwikkelingen, besluiten en gebeurtenissen

Nadere informatie

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het tweede kwartaal gestegen van 15.941 miljoen naar 16.893 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013).

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het tweede kwartaal gestegen van 15.941 miljoen naar 16.893 miljoen ( 15.008 miljoen ultimo Q4 2013). Kwartaalbericht 2014 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 30 juni 2014 129,5%, een toename van 0,9%-punt ten opzichte van 31 maart 2014. Over de eerste zes maanden steeg de marktwaardedekkingsgraad

Nadere informatie

1.3.5 Financiële Instellingen Risicoanalyse Methode (FIRM) 16 2. Beleggingen 17 2.1 Algemeen 17

1.3.5 Financiële Instellingen Risicoanalyse Methode (FIRM) 16 2. Beleggingen 17 2.1 Algemeen 17 Inhoudsopgave Kerncijfers 4 Bestuursverslag 5 Woord van de voorzitter 6 Personalia 8 1. Financiële positie en beleid in 2014 10 1.1 Inleiding 10 1.2 Financiële opzet en positie 10 1.2.1 Totstandkoming

Nadere informatie

NOTULEN DEELNEMERSVERGADERING VAN DE STICHTING JAN HUYSMAN WZ. FONDS 25 september 2012 Datum : 25 september 2012 Steller : D.W. Slok-Uittenbogaard

NOTULEN DEELNEMERSVERGADERING VAN DE STICHTING JAN HUYSMAN WZ. FONDS 25 september 2012 Datum : 25 september 2012 Steller : D.W. Slok-Uittenbogaard Datum : 25 september 2012 Steller : D.W. Slok-Uittenbogaard Voorzitter: R.J.P. Siebesma AGENDA: 1. Opening 2. Notulen deelnemersvergadering d.d. 20 september 2011 3. Samenstelling bestuur en verantwoordingsorgaan

Nadere informatie

Verkort Jaarverslag 2011

Verkort Jaarverslag 2011 Verkort Jaarverslag 2011 Stichting Bedrijfspensioenfonds voor medewerkers in het Notariaat Datum rapport 12 juni 2012 Auteur Bestuur Nummer/versie concept Woord van de voorzitter Voor u ligt het verkort

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Avery Dennison. Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Oegstgeest, 3 september 2018

Stichting Pensioenfonds Avery Dennison. Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Oegstgeest, 3 september 2018 Stichting Pensioenfonds Avery Dennison Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Oegstgeest, 3 september 2018 Agenda 1. Opening 2. Vaststelling notulen jaarvergadering 4 september 2017 3.

Nadere informatie

Datum Briefnummer Behandeld door Doorkiesnummer 15-2-2012 20120215 N.W. Dijkhuizen 630

Datum Briefnummer Behandeld door Doorkiesnummer 15-2-2012 20120215 N.W. Dijkhuizen 630 Pensioenfonds Productschappen Bezoekadres Laan van Zuid Hoorn 165 2289 DD Rijswijk Postadres Postbus 3042 2280 GA Rijswijk Telefoon 070 4138630 Fax 070 4138650 E-mail info@pbodnl Website wwwpbodnl KvK

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Avery Dennison. Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Leiden, 3 september 2012

Stichting Pensioenfonds Avery Dennison. Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Leiden, 3 september 2012 Algemene Vergadering van Deelnemers en Gepensioneerden Leiden, 3 september 2012 Agenda 1. Opening 2. Vaststelling notulen jaarvergadering 8 september 2011 3. Jaarverslag 2011 4. Beleggingsbeleid 5. Terugblik

Nadere informatie

Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden. Oktober 2013

Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden. Oktober 2013 Informatiebijeenkomst Pensioenfonds KPN Pensioengerechtigden Oktober 2013 1 Pensioenstelsel Individueel Pensioen fonds Overheid Lijfrente Pensioen AOW B E L A S T I N G 2 Programma bestuur en taken bestuur

Nadere informatie

Overige. Wijziging rente. Rendement. Toeslagen. Uitkeringen. Premies

Overige. Wijziging rente. Rendement. Toeslagen. Uitkeringen. Premies Memo Aan : Het bestuur van Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Meubelindustrie en de Meubileringsbedrijven Van : Remco Dijkstra Datum : 08 maart 2019 Betreft : Herstelplan 2019 Kenmerk : SV-2019-0379

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2017 t/m 31 maart Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2017 t/m 31 maart Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Eerste kwartaal 2017-1 januari 2017 t/m 31 maart 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is gestegen van 105,7% naar 110,5%; De beleidsdekkingsgraad

Nadere informatie

1e kwartaal 2017 Den Haag, april 2017

1e kwartaal 2017 Den Haag, april 2017 Kwartaalbericht 1e kwartaal 2017 Den Haag, april 2017 Samenvatting cijfers per 31 maart 2017 Dekkingsgraad (UFR): 103,3% Beleidsdekkingsgraad: 100,4% Belegd vermogen: 23,5 miljard Rendement 2017 t/m maart:

Nadere informatie

Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux

Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux Kort jaarverslag Stichting Pensioenfonds nv Linde Gas Benelux Beleggingen Het totaal rendement over het afgelopen boekjaar 2010 is uitgekomen op 15,6%. Als we naar de onderverdeling kijken zien we het

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2015

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2015 KWARTAALVERSLAG DERDE KWARTAAL 2015 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 september 2015 bedroeg 112,6% Het rendement van 1 juli tot en met 30 september 2015 bedroeg -1,6% Het pensioenvermogen

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics. Verkort Jaarverslag 2009

Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics. Verkort Jaarverslag 2009 Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics Verkort Jaarverslag 2009 Inleiding 2009 is voor de Stichting Pensioenfonds SABIC Innovative Plastics (hierna Pensioenfonds SABIC-IP) weer een bijzonder

Nadere informatie

4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016

4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016 Kwartaalbericht 4e kwartaal 2015 Den Haag, 21 januari 2016 Samenvatting cijfers per 31 december 2015 Dekkingsgraad (UFR): 100,5% Beleidsdekkingsgraad: 104,4% Belegd vermogen: 19,9 miljard Rendement 4 e

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Vierde kwartaal 2017-1 oktober 2017 t/m 31 december 2017 Samenvatting: De (12 maands)beleidsdekkingsgraad is gestegen van 112,7% eind september 2017 naar 115,3%

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal 2014-1 april 2014 t/m 30 juni 2014. Samenvatting: dalende rente

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal 2014-1 april 2014 t/m 30 juni 2014. Samenvatting: dalende rente Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Tweede kwartaal 2014-1 april 2014 t/m 30 juni 2014 Samenvatting: dalende rente Nominale dekkingsgraad gestegen van 123,6% naar 123,7% Reële dekkingsgraad

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2016

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2016 KWARTAALVERSLAG EERSTE KWARTAAL 2016 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 maart 2016 bedroeg 109,6% Het rendement van 1 januari tot en met 31 maart 2016 bedroeg 5, Het pensioenvermogen per 31

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2017-1 juli 2017 t/m 30 september 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad eind september 2017 is 117,8% en is gestegen ten opzichte

Nadere informatie

Buitengewone vergadering van deelnemers 22 november 2010

Buitengewone vergadering van deelnemers 22 november 2010 Buitengewone vergadering van deelnemers 22 november 2010 Agenda 1. Opening, mededelingen en ingekomen stukken 2. Pensioenregeling uitgevoerd door BNPF 3. Vergelijking andere pensioenfondsen 4. Herstelplan

Nadere informatie

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan

Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Bijlage 3 Het Financieel Crisisplan Dit financieel crisisplan is geschreven in het kader van artikel 145 van de Pensioenwet. Het crisisplan maakt deel uit van de beschrijving van de beheerste en integere

Nadere informatie

Verkort jaarverslag

Verkort jaarverslag Verkort jaarverslag 2014 1 Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Meubelindustrie en Meubileringsbedrijven Hoe deed ons pensioenfonds het in 2014? Waar hield het bestuur zich mee bezig? En wat waren

Nadere informatie

Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013.

Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013. Kwartaalbericht 2014 Samenvatting Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013. Meer informatie vindt u op de website. Beleggingsrendement

Nadere informatie

De pensioenleeftijd zal omhoog gaan

De pensioenleeftijd zal omhoog gaan Jaarbericht 2011 Ruim 1.600 mensen ontvangen op dit moment een pensioenuitkering via ons pensioenfonds. Nog eens ruim 2.300 (oud) DuPont-medewerkers zullen in de toekomst een pensioenuitkering ontvangen.

Nadere informatie

Het jaarverslag 2012 in vogelvlucht

Het jaarverslag 2012 in vogelvlucht Het jaarverslag 2012 in vogelvlucht De hoofdpunten uit het jaarverslag van Stichting Pensioenfonds voor Verloskundigen (SPV) behandelen we aan de hand van 10 vragen en antwoorden. Een volledig exemplaar

Nadere informatie

Beleggingsrendement 3% over het vierde kwartaal van 2012 (14,4% over geheel 2012); waarde van de beleggingen gestegen naar miljoen.

Beleggingsrendement 3% over het vierde kwartaal van 2012 (14,4% over geheel 2012); waarde van de beleggingen gestegen naar miljoen. Kwartaalbericht 2012 Samenvatting DNB-dekkingsgraad 125,2% per 31 december 2012, toename van 3,6%-punt ten opzichte van 30 september 2012. Meer informatie over de dekkingsgraad vindt u op de website Beleggingsrendement

Nadere informatie

Herstelplan ultimo 2017

Herstelplan ultimo 2017 Stichting Pensioenfonds NIBC Herstelplan ultimo 2017 3 juli 2018 - samenvatting (1) - Het Pensioenfonds NIBC (PF NIBC) verkeert sinds 30 juni 2015 in een tekort situatie en daarom dient jaarlijks het Herstelplan

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2016

Verkort jaarverslag 2016 Verkort jaarverslag 2016 Wat waren in 2016 de belangrijkste feiten en gebeurtenissen voor GE Pensioen? U leest het in deze verkorte versie van het jaarverslag. Naast deze bondige versie treft u ook het

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal 2015-1 april 2015 t/m 30 juni 2015. Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal 2015-1 april 2015 t/m 30 juni 2015. Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Tweede kwartaal 2015-1 april 2015 t/m 30 juni 2015 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is fors gestegen van 105,7% naar 115,4%. Dit komt

Nadere informatie

Stichting Voorzieningsfonds Getronics 11 februari 2015. Stand van zaken SVG. 1 van 19

Stichting Voorzieningsfonds Getronics 11 februari 2015. Stand van zaken SVG. 1 van 19 Stichting Voorzieningsfonds Getronics 11 februari 2015 Stand van zaken SVG 1 van 19 Programma Pensioenfonds SVG Financiële positie SVG Terugblik 2014 Vooruitblik 2015 Vragen 2 van 19 Pensioenfonds SVG

Nadere informatie

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014

Pensioenfonds Robeco. Populair Jaarverslag 2014 Pensioenfonds Robeco Populair Jaarverslag 2014 2014 was een bewogen jaar voor Pensioenfonds Robeco door de sterk dalende rente en de veranderende wet- en regelgeving. In het jaarverslag blikken wij als

Nadere informatie

Financieel crisisplan

Financieel crisisplan In werking : 1 oktober 2018 Inhoudsopgave 1. Beschrijving crisissituatie 3 2. Beleidsdekkingsgraad waarbij het fonds er zonder korten niet meer uit kan komen 4 3. Maatregelen die ter beschikking staan

Nadere informatie

Herstelplan ultimo 2016

Herstelplan ultimo 2016 Stichting Pensioenfonds NIBC Herstelplan ultimo 2016 16 juni 2017 - samenvatting (1) - Het Pensioenfonds NIBC (PF NIBC) verkeert sinds 30 juni 2015 in een tekort situatie en daarom dient jaarlijks het

Nadere informatie

2e kwartaal 2017 Den Haag, juli 2017

2e kwartaal 2017 Den Haag, juli 2017 Kwartaalbericht 2e kwartaal 2017 Den Haag, juli 2017 Samenvatting cijfers per 30 juni 2017 Dekkingsgraad (UFR): 104,9% Beleidsdekkingsgraad: 101,8% Belegd vermogen: 23,5 miljard Rendement 2017 t/m juni:

Nadere informatie

Samenvatting: positief sentiment en gewijzigde rekenrente (UFR) stuwen dekkingsgraad

Samenvatting: positief sentiment en gewijzigde rekenrente (UFR) stuwen dekkingsgraad Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2012-1 juli 2012 t/m 30 september 2012 Samenvatting: positief sentiment en gewijzigde rekenrente (UFR) stuwen dekkingsgraad Nominale dekkingsgraad

Nadere informatie

Goed jaar Metro Pensioenfonds, toch geen verhoging pensioenen

Goed jaar Metro Pensioenfonds, toch geen verhoging pensioenen Verkort jaarverslag 2014 In dit verkorte jaarverslag 2014 zetten we de hoofdpunten uit het volledige jaarverslag van Metro Pensioenfonds voor u op een rij: we blikken terug op het pensioenjaar 2014 en

Nadere informatie

Herstelplan. Stichting Personeelspensioenfonds APG

Herstelplan. Stichting Personeelspensioenfonds APG Herstelplan Stichting Personeelspensioenfonds APG PPF APG Herstelplan versie: juni 2015 Herstelplan PPF APG 2015 juni 2015 1. Inleiding In dit herstelplan 2015 voor PPF APG leest u eerst welke uitgangspunten

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal 2014-1 oktober 2014 t/m 31 december 2014

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal 2014-1 oktober 2014 t/m 31 december 2014 Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Vierde kwartaal 2014-1 oktober 2014 t/m 31 december 2014 Samenvatting: dalende euro en dalende rente Nominale dekkingsgraad gedaald van 117,4% naar 115,1%

Nadere informatie

In de Pensioenwet is vastgelegd dat wanneer een pensioenfonds niet langer voldoet aan de gestelde eisen ten aanzien van:

In de Pensioenwet is vastgelegd dat wanneer een pensioenfonds niet langer voldoet aan de gestelde eisen ten aanzien van: Financieel Crisisplan 1. Elementen crisisplan In de Pensioenwet is vastgelegd dat wanneer een pensioenfonds niet langer voldoet aan de gestelde eisen ten aanzien van: vereist eigen vermogen (ultimo 2011

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal 2014-1 januari 2014 t/m 31 maart 2014. Samenvatting: stijgende aandelen

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal 2014-1 januari 2014 t/m 31 maart 2014. Samenvatting: stijgende aandelen Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Eerste kwartaal 2014-1 januari 2014 t/m 31 maart 2014 Samenvatting: stijgende aandelen Nominale dekkingsgraad gestegen van 123,0% naar 123,6% Reële dekkingsgraad

Nadere informatie

jaarverslag 2014 Stichting Pensioenfonds Randstad

jaarverslag 2014 Stichting Pensioenfonds Randstad jaarverslag 2014 Stichting Pensioenfonds Randstad 11 - dekkingsgraad SPR gestegen van 102,9% (104,5%) naar 109,1%; - positief resultaat van 51,8 miljoen; - SPR kampt nog met dekkingstekort: geen winstbijschrijving

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2016

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 DERDE KWARTAAL 2016 KWARTAALVERSLAG DERDE KWARTAAL 2016 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 september 2016 bedroeg 107,9% Het rendement van 1 juli tot en met 30 september 2016 bedroeg 2,3% Het rendement van 1 januari

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2012 t/m ultimo juni Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2012 t/m ultimo juni Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Tweede kwartaal 2012-1 april 2012 t/m ultimo juni 2012 Samenvatting: Nominale dekkingsgraad gedaald van 107,6% naar 101,9% Beleggingsrendement is 1,6%

Nadere informatie

AMF een goed geregeld pensioen. Bulletin Algemeen Mijnwerkersfonds 2005

AMF een goed geregeld pensioen. Bulletin Algemeen Mijnwerkersfonds 2005 AMF een goed geregeld pensioen Bulletin Algemeen Mijnwerkersfonds 2005 Het bestuur van het Algemeen Mijnwerkersfonds (AMF) wil haar rechthebbenden van goede en belangrijke informatie voorzien. Leest u

Nadere informatie

In werking : 1 juli 2015 Vastgesteld door het bestuur : 26 juni 2015

In werking : 1 juli 2015 Vastgesteld door het bestuur : 26 juni 2015 In werking : 1 juli 2015 Vastgesteld door het bestuur : 26 juni 2015 Inhoud Inleiding 3 1. Beschrijving crisissituatie 3 2. Beleidsdekkingsgraad waarbij het fonds er zonder korten niet meer uit kan komen

Nadere informatie

Kwartaalbericht 2e kwartaal 2009

Kwartaalbericht 2e kwartaal 2009 Kwartaalbericht 2e kwartaal 2009 Dekkingsgraad 100% Belegd vermogen 74,7 miljard Rendement tweede kwartaal 8,4% Herstelplan goedgekeurd In het tweede kwartaal heeft Pensioenfonds Zorg en Welzijn een rendement

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 TWEEDE KWARTAAL 2017

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 TWEEDE KWARTAAL 2017 KWARTAALVERSLAG TWEEDE KWARTAAL 2017 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 juni 2017 bedroeg 112,5% Het rendement van 1 april tot en met 30 juni 2017 bedroeg 0,8% Het rendement van 1 januari tot

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2017 Pensioenfonds Cargill

Verkort jaarverslag 2017 Pensioenfonds Cargill Verkort jaarverslag 2017 Pensioenfonds Cargill Pensioenfonds Cargill 2017 in beeld Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen van 2017 van Pensioenfonds Cargill? U leest het in dit verkort jaarverslag. Financiële

Nadere informatie

Reservetekort weggewerkt, pensioenen verhoogd

Reservetekort weggewerkt, pensioenen verhoogd Verkort jaarverslag 2013 In dit verkorte jaarverslag 2013 zetten we de hoofdpunten uit het volledige jaarverslag van Metro Pensioenfonds voor u op een rij: we blikken terug op het pensioenjaar 2013 en

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 VIERDE KWARTAAL 2017

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 VIERDE KWARTAAL 2017 KWARTAALVERSLAG VIERDE KWARTAAL 2017 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 december 2017 bedroeg 117,2% Het rendement van 1 oktober tot en met 31 december 2017 bedroeg 3,0% Het rendement van 1

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 TWEEDE KWARTAAL 2016

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 TWEEDE KWARTAAL 2016 KWARTAALVERSLAG TWEEDE KWARTAAL 2016 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 juni 2016 bedroeg 108,2% Het rendement van 1 april tot en met 30 juni 2016 bedroeg 5,1% Het pensioenvermogen per 30 juni

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland

Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Stichting Pensioenfonds Capgemini Nederland Papendorpseweg 100 3528 BJ Utrecht Ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel onder nummer 41184467

Nadere informatie

Kwartaalverslag Tweede kwartaal 2019

Kwartaalverslag Tweede kwartaal 2019 Kwartaalverslag Q2-2019 Kwartaalverslag Tweede kwartaal 2019 1 In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 juni 2019 bedroeg 117,3%. Het rendement van 1 april tot en met 30 juni 2019 bedroeg 3,5%. Het pensioenvermogen

Nadere informatie

HERSTELPLAN 31 maart 2009

HERSTELPLAN 31 maart 2009 HERSTELPLAN 31 maart 2009 Naam pensioenfonds: Stichting Pensioenfonds Akzo Nobel Nummer fonds: 07781 Dekkingsgraad per 31 december 2008: 95,6% Status financiële positie (reservetekort, dekkingstekort):

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Derde kwartaal juli 2013 t/m 30 september 2013

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Derde kwartaal juli 2013 t/m 30 september 2013 Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2013-1 juli 2013 t/m 30 september 2013 Nominale dekkingsgraad is gestegen van 113,3% naar 120,3% Beleggingsrendement is 1,8% Het belegd vermogen

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2013 t/m 31 december Samenvatting: stijgende aandelen

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2013 t/m 31 december Samenvatting: stijgende aandelen Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Vierde kwartaal 2013-1 oktober 2013 t/m 31 december 2013 Samenvatting: stijgende aandelen Nominale dekkingsgraad gestegen van 120,6% naar 123,0% Reële

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal 2017-1 april 2017 t/m 30 juni 2017 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad eind juni 2017 is 115,7% en is gestegen ten opzichte van

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Derde kwartaal 2015-1 juli 2015 t/m 30 september 2015. Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Derde kwartaal 2015-1 juli 2015 t/m 30 september 2015. Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Derde kwartaal 2015-1 juli 2015 t/m 30 september 2015 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is fors gedaald van 115,4% naar 103,7%. Dit

Nadere informatie

Financieel crisisplan Centraal Beheer APF Collectiviteitskring RBS 2017 Hoofdstukindeling

Financieel crisisplan Centraal Beheer APF Collectiviteitskring RBS 2017 Hoofdstukindeling Financieel crisisplan Centraal Beheer APF Collectiviteitskring RBS 2017 Hoofdstukindeling Het financieel crisisplan van Centraal Beheer APF Collectiviteitskring RBS bevat de volgende hoofdstukken: 1. Inleiding

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal juli 2016 t/m 30 september 2016

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal juli 2016 t/m 30 september 2016 Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2016-1 juli 2016 t/m 30 september 2016 De maandelijkse nominale dekkingsgraad ultimo september is 102,4% en is gestegen ten opzichte van eind juni

Nadere informatie

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam. Financieel crisisplan 2015

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam. Financieel crisisplan 2015 Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam Financieel crisisplan 2015 1 Inhoudsopgave 1.1 Inleiding en onderdelen financieel crisisplan... 3 1.1.1 Inleiding... 3 1.1.2 Relatie financieel crisisplan met de doelstelling

Nadere informatie

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2015-1 juli 2015 t/m 30 september 2015

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2015-1 juli 2015 t/m 30 september 2015 Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal 2015-1 juli 2015 t/m 30 september 2015 De maandelijkse nominale dekkingsgraad ultimo september is gedaald ten opzichte van eind juni; De beleidsdekkingsgraad

Nadere informatie

Deelnemersbijeenkomst Stichting Jan Huysman Wz fonds 27 September 2016

Deelnemersbijeenkomst Stichting Jan Huysman Wz fonds 27 September 2016 Deelnemersbijeenkomst Stichting Jan Huysman Wz fonds 27 September 2016 1 1: OPENING & AGENDA Opening Notulen deelnemersvergadering 2015 Deelnemersvergadering juli 2016 Samenstelling bestuur en verantwoordingsorgaan

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 DERDE KWARTAAL 2017

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/6 DERDE KWARTAAL 2017 KWARTAALVERSLAG DERDE KWARTAAL 2017 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 30 september 2017 bedroeg 114,8% Het rendement van 1 juli tot en met 30 september 2017 bedroeg 1,4% Het rendement van 1 januari

Nadere informatie

2009: een actief jaar met interessante ontwikkelingen

2009: een actief jaar met interessante ontwikkelingen Verkort jaarverslag 2009 2009: een actief jaar met interessante ontwikkelingen Het jaar 2009 stond in het teken van het treffen van maatregelen om de financiële positie van het fonds weer op het gewenste

Nadere informatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2015 t/m 31 december Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2015 t/m 31 december Samenvatting: Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel Vierde kwartaal 2015-1 oktober 2015 t/m 31 december 2015 Samenvatting: De maandelijkse nominale dekkingsgraad is gestegen van 103,7% naar 106,3%; De beleidsdekkingsgraad

Nadere informatie

Verkort jaarverslag 2013. Inclusief de pensioenkrant:

Verkort jaarverslag 2013. Inclusief de pensioenkrant: Verkort jaarverslag 2013 Inclusief de pensioenkrant: In deze pensioenkrant: Nieuwe streefdatum fusie: 1 januari 2016 Wijzigingen pensioenregeling per 1 januari 2015 Naar een nieuw financieel toetsingskader

Nadere informatie

Jaarinformatie Stichting Pensioenfonds C1000 over het verslagjaar 2012. (opgesteld op basis van het jaarbericht 2012)

Jaarinformatie Stichting Pensioenfonds C1000 over het verslagjaar 2012. (opgesteld op basis van het jaarbericht 2012) Jaarinformatie Stichting Pensioenfonds C1000 over het verslagjaar 2012 (opgesteld op basis van het jaarbericht 2012) 1 1 Inhoud Algemeen 5 De bestuursleden van Pensioenfonds C1000 6 Uw pensioen van Pensioenfonds

Nadere informatie

Later AOW en pensioen

Later AOW en pensioen Pensioenflits Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Betonproductenindustrie + Verkort jaarverslag Juli 2017 De Pensioenflits is een uitgave van uw Bedrijfstakpensioenfonds voor de Betonproductenindustrie

Nadere informatie

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2019

KWARTAALVERSLAG. Philips Pensioenfonds. 1. In het kort. 2. Financiële positie Philips Pensioenfonds 1/5 EERSTE KWARTAAL 2019 KWARTAALVERSLAG EERSTE KWARTAAL 2019 1. In het kort De beleidsdekkingsgraad per 31 maart 2019 bedroeg 118,7%. Het rendement van 1 januari tot en met 31 maart 2019 bedroeg 7,1%. Het pensioenvermogen per

Nadere informatie