Kunstonderwijs en Creativiteit 2/3. februari / maart Tijdschrift voor kunst en cultuur in het onderwijs

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Kunstonderwijs en Creativiteit 2/3. februari / maart 2012. Tijdschrift voor kunst en cultuur in het onderwijs"

Transcriptie

1 2/3 februari / maart 2012 Tijdschrift voor kunst en cultuur in het onderwijs

2 2 februari / maart Aan deze Kunstzone werkten de volgende vakverenigingen mee BDD Beroepsvereniging Docenten Theater en Drama Secretariaat & Administratie, Postbus 178, 8260 AD Kampen info@docentendrama.nl, NBDK Nederlandse Beroepsvereniging van Danskunstenaars Bureau NBDK: Postbus 1225, 1500 AE Zaandam Tel. (06) /(06) administratie@nbdk.nl VKAV Vereniging Audiovisuele Educatie Zwanenkamp 275, 3607 SE Maarssen nieuws@vkav.nl, VLLT Sectie Nederlands Vereniging Leraren Levende talen Binnenhof 62, 1412 LC Bussum Tel. (035) bureau@levendetalen.nl -> Talensecties -> Nederlands VLS Vereniging Leraren Schoolmuziek Secretariaat: Kluppelshuizenweg 32, 7608 RL Almelo Tel. (0546) info@vls-cmhf.nl Opzegtermijn: ieder jaar schriftelijk voor 1 november VONKC Vereniging Onderwijs Kunst en Cultuur Secretariaat: Kluppelshuizenweg 32, 7608 RL Almelo. Tel. (0546) info@vonkc.nl, Dit nummer gaat over misschien wel onze echte core-business: creativiteit. Wanneer ik naar mijn eigen lespraktijk kijk, dan is dit misschien wel het meest ongrijpbare van mijn vak. Het is mooi, krachtig, breekbaar. Creativiteit is daarom voor mij een vat vol tegenstellingen. Ik denk dat het voor een onderzoeker wellicht onmogelijk is hier vat op te krijgen, laat staan er voldoende vat op te krijgen om op effectieve wijze hier grote groepen leerlingen een grote stap in te laten doen. Toch pretenderen we dit met onze vakken en meestal lijkt het ook te werken. Is dit een gevolg van bewust didactisch handelen of is het een gevolg van de situatie waarin we de leerlingen plaatsen? Zet ze neer met een bak materiaal en gereedschap, geef ze een opdracht die aansluit bij hun belevingswereld en kijk vervolgens wat er gebeurt. Als leraar is mijn begeleiding in het creatief proces aan de buitenkant erg formalistisch: Ik probeer leerlingen stapsgewijs een proces te laten doormaken in de veronderstelling dat dit de creativiteit ten goed komt. Is dat zo en geldt dit dan voor alle leerlingen? Naar mijn idee zou dit kunnen gelden voor de leerlingen die systeemdenkend zijn, maar ik heb ook leerlingen die meteen een idee hebben. Een proces vormt voor hen overbodige ballast. Ik twijfel of het terugbrengen naar het proces een juiste keuze is. Ik heb kennelijk niet de juiste benadering om hen te verleiden intrinsiek gemotiveerd dat proces te doorlopen. Eenmaal in het proces zie ik in het werk van leerlingen dingen gebeuren. Mijn rol is dan misschien meestal intuïtief, deels gebaseerd op wat ik denk dat een leerling in zijn mars heeft, deels op mijn eigen ervaring op wat ik denk dat nog mogelijk is binnen de beperkingen van het materiaal en de techniek en deels op wat ik denk dat didactisch/pedagogisch juist is. Mijn Onvoorspelbaarheid creativiteit leraarschap voelt dan verre van een exacte wetenschap. Soms vind ik dat iets moois gemaakt is ondanks mijn bemoeienissen. Dat is natuurlijk niet helemaal waar. Als leraar ben ik minimaal voorwaardenscheppend bezig. Ik doe dat goed wanneer zowel mijn leerlingen als ikzelf helemaal opgaan in een vanzelfsprekend maakproces, waarbij iedereen aan het eind van de les het gevoel heeft dat de les wel erg snel voorbijging. Alles klopt aan de les: het proces, maar ook het resultaat. Deze toestand van flow ( Instrumentale-Didactiek-Article-Style) vraagt wel een heel intensieve begeleiding en is bijna onmogelijk bij grote groepen. Iedere leraar kent het gevoel dat ik hier beschrijf, maar is niet in staat om het iedere les weer te laten ontstaan. U kunt veel meer over mijn zin en onzin lezen in dit nummer van Kunstzone. Misschien blijft mijn conclusie wel dat de kern van mijn vak bijna ongrijpbaar is. In ieder geval genoeg om over na te denken. Voor dat laatste krijg ik de komende periode ruim de tijd. Per 1 februari mag ik zeven maanden genieten van een opfrisverlof. Saskia van der Linden neemt voor deze periode mijn taken over. Ik kan dus genieten in de wetenschap dat ik u en Kunstzone niet tekort doe. Ruud van der Meer Inhoud Thema: en creativiteit cre - a - ti - vi` - teit, de ~ (v) Wie heeft het en waar komt het vandaan? 4 Creativiteit bevorderen bij de kunstvakken Wat zegt de wetenschap over creativiteit? 6 Creatief zijn kun je leren Hoe kan ik mijn creatieve vaardigheden bevorderen 10 Ideeën waard om waar te maken TedTalk motiveert jongeren dromen te realiseren 12 Kunstvakken hebben geen antwoordenboekjes De fysiologie van creativiteit 14 Als ik minister van onderwijs was, dan... Een les over toegepaste creativiteit 16 Tien bronnen van inspiratie Boeken en websites over creativiteit 18 Ellis en het verbreinen Een boek over hersenen, gedrag en educatie 18 Conferentie Authentieke Cultuureducatie Wat zijn de resultaten sinds de introductie in 2001? 20 Danslessen saai? Creatieve manieren om danslessen te geven 22 De docent: onderwijzer en hulpnavigator Kritische bespreking van Edushock 25 Een modelcompositie Analyseren van een creatief schrijfproces 27 Boos, bang, en blij! Kinderen krijgen in groepen een rol in een muziekvoorstelling 29 Noorderlicht in Den Haag Workshops en uitvoeringen geïnspireerd op Kaija Saariaho 30 En verder Rechtsbijstand voor VLS- en VONKC-leden 11 Digizone 16 Opzegtermijn: ieder jaar schriftelijk voor 1 november Liedjes bij de geschiedeniscanon 28 Colofon Verkenningscommissie Kunstvakken 30 Waarom moeten kinderen weten over opera? 31 KUNSTZONE REDACTIE VERKOOP ADVERTENTIES STICHTING KUNSTZONE STICHTING Omslag: Faalangst in de muziekles 32 Abonnementen: binnenland 49,75 buitenland 72,50 Het abonnementsjaar loopt van 1 januari t/m 31 december. Opzegtermijn: ieder jaar schriftelijk voor 1 november. Tijdschrift voor kunst en cultuur in het onderwijs NUMMER 2/3, februari/maart 2012 Kunstzone wordt uitgegeven door Stichting Kunstzone. HOOFD- EN EINDREDACTIE Ruud van der Meer meervdr@home.nl Jan Verschaeren jhav7608@xs4all.nl Toine van Gaal Jan van Gemert Olga de Kort-Koulikova Saskia van der Linden Paul Rooyackers Thea Vuik Wil & Hans Weikamp Janneke van Wijk Jan Verschaeren Kluppelshuizenweg RL Almelo tel. (0546) jhav7608@xs4all.nl VORMGEVING EN DRUK Drukkerij Libertas Bunnik Jan Verschaeren Kluppelshuizenweg RL Almelo info@kunstzone.nl KUNSTZONE Niets uit deze uitgave mag worden verveelvuldigd en/of overgenomen zonder schriftelijke toestemming van de uitgever. ISSN: Lidwina Charpentier - Tot op mijn huid Zie: 20 jaar Viltkontakt (rubriek Actief met CKV) Gezamenlijke studiedag VLS & Gehrels Muziekeducstie 32 Je kunt spelen zodra het stil is 34 De cellosuites 36 Zomaar een dag 36 Boeksignalementen 37 Wit is de honderdkleur 38 FvOv Fotobewerking voor balorige jongens 41 Actief met CKV 42

3 4 februari / maart cre - a - ti - vi` teit, de ~ (v) Wie heeft het en waar komt het vandaan? Lukie Stalenhoef Het woord creativiteit komen we overal tegen. Originele ideeën, unieke associaties, verrassende gedachten: ze vallen zonder twijfel onder de noemer creativiteit, maar hoe zit het met jou en mij? Is creativiteit een vermogen wat je simpelweg moet hebben? Of kan creativiteit worden gestimuleerd? Project ARCITECT-toon!, gebouwen ontwerpen voor je eigen buurt. Foto s Lukie Stalenhoef Als we de Van Dale erbij pakken komen we de volgende definitie van creativiteit tegen: scheppend vermogen. Als je Google erop loslaat, kom je erg veel, maar ook verschillende, beschrijvingen tegen. Een eenduidige visie op creativiteit ontbreekt. Wel vind je een overvloed aan cursussen, trainingen en workshops op het gebied van creativiteit. Mensen die willen leren hoe ze optimaal kunnen brainstormen of een ster willen zijn in out-of-the-box denken kunnen hun geluk niet op. Dat deze cursussen in trek zijn, verbaast mij niks. Creatief denken wordt hoog gewaardeerd in onze maatschappij. Sla een gemiddelde vacaturesite er maar op na. Niet alleen van vormgevers, maar ook van account managers en webredacteuren wordt verwacht dat ze beschikken over creatieve skills. Het is natuurlijk opmerkelijk dat creativiteit van groot belang is in onze maatschappij, terwijl er onenigheid bestaat over wat het precies is. Het roept veel vragen op: Wanneer ben je creatief? Is creativiteit een aangeboren talent of kun je het leren? Vastberaden deze vragen te beantwoorden ben ik tijdens mijn master Nieuwe Media en Digitale Cultuur de boeken ingedoken. Mijn leencapaciteit bij de bibliotheek moest worden verhoogd en mijn rug had het zwaar te verduren. Dit alles had ik te danken aan mijn stage bij Creative Learning Lab (CLLab) van Waag Society, een organisatie die creativiteit in het onderwijs stimuleert door de inzet van nieuwe media. De menselijke anatomie ontdekken met Augmented Reality, rekensommen nakijken met je mobiel via QR codes. Voor de meeste docenten een ver van mijn bed show, voor CLLab de normaalste gang van zaken. Tijdens mijn stage kreeg ik de taak om de relatie tussen creativiteit, het onderwijs en nieuwe media te bestuderen. Hiervoor heb ik, heel oncreatief eigenlijk, theoretisch onderzoek uitgevoerd. Ook heb ik interviews gedaan met onder andere Bert Ouwens (Ministerie OCW), Katie Salen (Parsons) en Raoul Heertje. Hieronder een overzicht van mijn bevindingen. Onderzoeken Een van de eersten die zich waagde aan een onderzoek over creativiteit was psycholoog Mihaly Csikszentmihaly. Hij heeft onderzoek gedaan naar 91 internationaal erkende, creatieve individuen. Dertig jaar lang observeerde Mihaly deze creatievelingen en creëerde op basis daarvan een profielschets van een ultiem creatief individu. Hierin staat bijvoorbeeld dat zo n persoon enthousiast, introvert en gedisciplineerd is en beschikt over veel fantasie. In totaal benoemt hij bijna twintig karaktereigenschappen. Een groot probleem hierbij is natuurlijk dat weinig mensen voldoen aan dit beeld. Dit is erg ontmoedigend en benadrukt bovendien de opvatting dat creativiteit een gave is waarover niet iedereen beschikt. Gelukkig zijn er genoeg onderzoeken die dergelijke theorieën ontkrachten. Neem psycholoog Raymond Nickerson. Volgens hem blijkt uit de meeste theorieën niet of het gaat om een oorzaak-gevolgrelatie en zo wel, wat er wordt beschouwd als de oorzaak en wat als het gevolg, de karaktereigenschappen of de creativiteit. Wanneer we er bijvoorbeeld vanuit gaan dat creatieve personen veel energie hebben, betekent dit dan dat een energiek persoon meer kans heeft om creatief te zijn, of dat iemand door creatief te zijn meer energie krijgt? Bovendien biedt het gros van de onderzoeken geen antwoord op de vraag of deze eigenschappen genetisch bepaald zijn of dat deze deels worden gevormd door onze omgeving. Veel mensen zijn het erover eens dat creativiteit een cognitief proces is (een proces dat zich afspeelt in de hersenen). Berichten in de media ondersteunen deze gedachte vaak. Zo zou agressief gedrag worden veroorzaakt door een bepaald gen. Het is desalniettemin belangrijk om uit te zoeken of dit daadwerkelijk zo is. Ligt creativiteit vast in onze hersenen? Zien hersenen van kunstenaars er dus anders uit dan die van normale mensen? Creativiteit en talent De manier waarop onze hersenen werken is voor een groot deel nog een mysterie. Toch komen we steeds meer te weten. Cognitief neuropsycholoog Jelle Jolles heeft onderzoek gedaan naar de relatie tussen onze hersenen, creatieve processen en leren. Volgens hem staat creativiteit in verbinding met onze talenten, omdat talenten een noodzakelijke voorwaarde zijn voor creativiteit. Dit betekent overigens niet dat creativiteit een vermogen is dat vast ligt bij onze geboorte. Professor Jolles is van mening dat hersenen kunnen opereren als afhankelijke variabelen. Dat wil zeggen dat het vooral omgevingsfactoren zijn die bepalend zijn voor de uitgroei van het brein en de effectiviteit van het cognitieve functioneren. Met andere woorden, het gezin, de sociale omgeving en de aard en kwaliteit van het onderwijs zijn naast genetische en andere biologische factoren sterk medeverantwoordelijk voor het functioneren van het kind en voor de ontwikkeling van diens talenten. Creativiteit is in deze zin niet een gave, maar eerder een proces in wording. Een proces dat afhankelijk is van stimulatie vanuit onze omgeving. Dat het onderwijs hier een belangrijke rol in speelt, is vanzelfsprekend. Het is echter de vraag of aandacht voor creativiteit vanzelfsprekend is in het onderwijs. Wordt creativiteit wel voldoende gewaardeerd en gestimuleerd in de huidige onderwijspraktijk? Ondanks dat er in onze huidige maatschappij wordt verwacht dat mensen creatief denken, lijkt dit niet altijd een richtlijn te zijn voor de manier waarop jongeren en kinderen worden onderwezen. Vaak is het onderwijs niet dus danig ingericht om creatieve vaardigheden tot ontwikkeling te laten komen. Ken Robinson, bekend van zijn TEDTalk genaamd Do schools kill creativity?, schreef hier meerdere boeken over. Hij benadrukt dat iedereen creatief kan zijn. De enige voorwaarde is dat je de kans krijgt om te ontdekken waar je talenten liggen. Volgens hem biedt het huidige onderwijs onvoldoende mogelijkheden om dit te ontdekken. Hierdoor hebben we een beperkt idee van onze capaciteiten. Nieuwe media Er zijn tal van cursussen gericht op de vraag hoe creativiteit een prominentere rol kan spelen in het onderwijs. In mijn onderzoek heb ik deze vraag benaderd vanuit mijn studiediscipline: nieuwe media. (Hoe) stimuleer je creativiteit in het onderwijs door middel van nieuwe media? Ik concludeerde dat nieuwe media creativiteit kunnen bevorderen, mits ze op de juiste manier worden ingezet. Grofweg kunnen we zeggen dat nieuwe media in het onderwijs als televisie of als vingerverf ingezet worden. Een televisie staat gelijk aan een passieve vorm van informatie-overdracht. Bij vingerverf ligt de nadruk op het dynamische en interactieve karakter van nieuwe media. Het gaat hierbij om media die een actieve houding vereisen van leerlingen. In plaats van consumenten krijgen leerlingen de rol van producenten toegewezen. Ze bekijken niet alleen filmpjes, websites of spelen games, ze creëren zelf ook. Op deze manier betrekken nieuwe media leerlingen bij de totstandkoming van hun eigen lesstof en wordt er meer beroep gedaan op hun creativiteit. Waarom? Omdat nieuwe media in dit geval een bepaalde mate van keuzevrijheid bieden aan leerlingen. Uit onderzoek blijkt dat dit mensen niet alleen motiveert, maar ze ook een stuk creatiever maakt. De focus van CLLab op de actieve en creatieve input van leerlingen komt terug in verschillende projecten. Neem bijvoorbeeld het project ARCHITECT-toon!, waarbij leerlingen de mogelijkheid kregen om mee te denken over een nieuwbouwgebied in hun buurt. Als eerste voerden ze een buurtonderzoek uit. Ze interviewden bewoners, leerden hoe ze dit in een filmpje konden monteren en hielden een weblog bij. Hierna was het tijd voor het ontwerpproces. Met behulp van een 3D-scanner konden zij de klei-ontwerpen van huizen inscannen. Vervolgens gebruikten ze Google Sketch Up om hun huizen te pimpen en grafisch te bewerken. Uiteindelijk belandde hun droomwijk in Google Earth en presenteerden ze dit aan de burgemeester. Meer weten? Bekijk de website van Creative Learning Lab: Lukie Stalenhoef heeft de bachelor Liberal Arts & Sciences afgerond en daarna de master Nieuwe Media en Digitale Cultuur aan de Universiteit Utrecht behaald. Tijdens haar studie heeft ze voornamelijk onderzoek gedaan naar sociale media en de leermogelijkheden van games. Inmiddels werkt ze in het communicatieteam van Waag Society.

4 6 februari / maart Creativiteit bevorderen bij de kunstvakken Waarom is creativiteit belangrijk? Marie-Thérèse van de Kamp, Wilfried Admiraal en Gert Rijlaarsdam Kunstvakken dragen bij aan de creativiteitsontwikkeling van leerlingen, daarover zijn we het als kunstvakdocenten eens. Als een kritische collega ons vraagt wat we onder creativiteit verstaan, blijkt een veelheid van opvattingen. Ons intrigeerde de vraag: Wat zegt de wetenschap over creativiteit? In dit artikel willen wij daarom ingaan op de volgende vragen: - Waarom is creativiteit belangrijk? - Wat is creativiteit en hoe kan het gedefinieerd worden? - Wat zijn kenmerken van creatieve personen en creatieve omgevingen? - Welke factoren zijn van belang bij creatieve processen? - Wat is van belang voor creativiteit en creatieve leerprocessen? - Wat is hierover bekend uit wetenschappelijk onderzoek? Het zijn veel vragen. In dit korte bestek kunnen we niet meer dan de antwoorden aanstippen op basis van onderzoeksliteratuur. Wetenschappelijke ondersteuning? Welke van deze uitspraken zijn wetenschappelijk ondersteund? 1. Creativiteit komt voort uit het onderbewuste. - Ja/Nee 2. Kleine kinderen zijn creatiever dan volwassenen. - Ja/Nee 3. Creativiteit is de unieke expressie van het innerlijk van een individu. - Ja/Nee 4. Creativiteit is spontane inspiratie. - Ja/Nee 5. Je bent creatief of je bent het niet. - Ja/Nee Lees de antwoorden in het kader op de pagina s 9 en 10. Waarom is creativiteit belangrijk? Gardner (2006) schrijft dat de creating mind nieuwe gebieden ontwikkelt, waarin nieuwe ideeën, ongebruikelijke vragen en een frisse manier van denken naar voren gebracht worden, waaruit nieuwe antwoorden kunnen ontstaan. Winner & Hetland (2007) geven aan dat diegenen die de specifieke manieren van denken van het domein Kunst beheersen, zoals waarnemen, voorstellen/bedenken, uitvinden, creëren en denken, in staat zullen zijn nieuwe patronen te zien, zullen weten hoe zij van hun fouten moeten leren en hoe zij nieuwe oplossingen kunnen bedenken. Zij zijn ook degenen die met nieuwe antwoorden kunnen komen. Wat is creativiteit? Plucker, Beghetto en Dow (2004, p. 90) baseren hun definitie op een analyse van wetenschappelijke artikelen over creativiteit: De interactie tussen vaardigheid, proces en omgeving, waardoor een individu of groep een waarneembaar product maakt dat zowel nieuw als nuttig is binnen een bepaalde context. In een metaanalyse van 112 wetenschappelijke onderzoeken naar creativiteit kwam Ma (2009) echter uit op een andere definitie: De competentie om de beschikbare kennis, informatie, taken, feiten en/of vaardigheden waarover iemand beschikt te reorganiseren om daarmee nieuwe ideeën of zinvolle oplossingen te genereren. De problematiek van het begrip creativiteit wordt voor een groot deel veroorzaakt door het woord nieuw. De definitie van Plucker, Beghetto en Dow geeft aan dat de context medebepalend is of een product nieuw gevonden kan worden en deze definitie is daarom volgens ons vollediger. Wie is het die creatief is? Kenmerken van creatieve personen Over de persoonskenmerken die in verband worden gebracht met creativiteit, is veel onderzoek beschikbaar. Een persoon kan beschreven worden aan de hand van persoonlijkheidskenmerken, demografische kenmerken, intelligentie, cognitieve vaardigheden, schoolprestaties, cognitieve stijlen, leerstijlen, motivatie voor creativiteit, attitude ten opzichte van creativiteit en gegeven kenmerken, zoals geslacht en leeftijd. In Theories & Themes, een overzicht van wetenschappelijke onderzoeken naar creativiteit, noemde Runco (2007) twaalf persoonlijkheidskenmerken (1) onafhankelijkheid en autonomie, (2) flexibiliteit, (3) een voorkeur hebben Afbeelding van de herziene taxonomie van Bloom, door R. Heer gebaseerd op Anderson, Krathwohl et.al. (2001). voor complexiteit, (4) openstaan voor nieuwe ervaringen, (5) sensitiviteit, (6) playfulness, (7) om kunnen gaan met ambiguïteit, (8) risico s durven nemen, durven experimenteren, (9) intrinsieke motivatie, (10) psychologische androgynie, (11) self-efficacy en (12) een brede interesse hebben en nieuwsgierig zijn. Ma (2009) distilleerde in zijn meta-analyse uit 26 kenmerken, die in onderzoek gerelateerd werden aan creativiteit van een persoon, een aantal kenmerken die de grootste invloed uitoefenen. Daaruit bleek dat kenmerken als: academische prijzen, open staan voor nieuwe ervaringen, open staan voor mystieke ervaringen (de neiging om ongewone ervaringen als een mysterie te interpreteren) en affectieve gevoeligheid (waaronder de vaardigheid om de eigen emoties te kunnen identificeren en deze te kunnen beschrijven aan anderen, evenals empathisch vermogen) de creativiteit van personen het meest beïnvloeden. Als dit nu eigenschappen zijn van creatieve personen, is het dan de opdracht van het onderwijs om het vormen van deze eigenschappen te stimuleren? Dan dient zich de volgende vraag aan: welke eigenschappen zijn gemakkelijk te vormen en welke zijn minder goed te beïnvloeden? Creatieve omgevingen Er zijn natuurlijk ook omgevingsfactoren die creativiteit bevorderen. Amabile (1996, 1998a, 1998b) onderzocht welke factoren van belang zijn voor een creatieve (school-)omgeving en noemt er negen: (1) ruimte voor keuze en autonomie, (2) een leidinggevende (docent) die creatieve prestaties erkent, (3) voldoende toegang tot bronnen (informatie, faciliteiten, mensen), (4) een leidinggevende (docent) die creativiteit, Lichaamsobject met glanzende schubben van Sophie Poelman, leerling van het Theresialyceum te Tilburg. originaliteit en doorzettingsvermogen aanmoedigt, (5) mogelijkheid tot teamwerk en diversiteit in de samenstelling van teams, (6) algemene erkenning van het belang van creativiteit, (7) voldoende tijd, (8) uitdagende taken en (9) een bepaalde druk van buitenaf (competitie) of ervaren noodzaak die ertoe aanzet te creëren. Ma s meta-analyse toont aan dat een rustige werkomgeving een positief effect heeft op de creativiteit van leerlingen. Daarnaast bleek een goed leerklimaat voor creativiteit gekenmerkt te worden door veel uitdagingen en weinig spanning tussen leerlingen onderling en door het aanmoedigen van creatief en reflectief denken door de docent. De scores van creativiteitstesten waren hoger bij een leerklimaat waarin leerlingen voldoende ruimte kregen om met materialen te experimenteren, met elkaar te discussiëren en keuzevrijheid in opdrachten of onderzoek hadden. Dit lijkt erop te wijzen dat een dergelijk leerklimaat het openstaan voor nieuwe ervaringen door leerlingen bevordert. Creatieve processen Creatieve processen bestaan uit verscheidene componenten. Een nog steeds gehanteerde indeling van het creatieve proces noemt er vier: preparatie, incubatie, illuminatie, en verificatie (Wallas, 1926). Finke, Ward & Smith (1992) hanteren het Geneplore-model: een nieuwe vorm om de combinatie van generatieve en Cover van Visionaire Magazine 61 (november 2011) met Lady Gaga in zwarteschubbenjurk. Foto: Inez van Lamsweerde en Vinoodh Matadin (Courtesy Visionaire Magazine) exploratieve processen aan te duiden. Zij gaan vooral in op de specifieke cognitieve processen die bij creatief denken optreden. Generatieve processen dienen het genereren van nieuwe ideeën via bijvoorbeeld associëren of combineren. Exploratieve processen dienen het evalueren van de gegenereerde ideeën, door deze te beoordelen op bijvoorbeeld de innovatieve kwaliteit of op mogelijke contexten of functies waarbinnen deze ideeën kunnen functioneren. Mayer (2002) deelt creëren op in drie cognitieve processen: genereren, plannen en produceren. Ma (2009) geeft verschillende vaardigheden aan zoals problem finding, het ophalen van al aanwezige kennis, het genereren van oplossingen, het genereren van evaluatiecriteria en het selecteren van oplossingen. Volgens Lee & Cho (2007) is problem solving het proces waarin het probleem dat opgelost moet worden het hiaat is tussen beginpunt en einddoel, terwijl problem finding het proces is van het ontdekken en vaststellen van het in te vullen hiaat. Ma (2009) toonde aan dat juist problem finding veel verschillen in creativiteit verklaart. Problem finding kan volgens Lee & Cho (2007, p. 114) gedefinieerd worden als: De vaardigheid om vragen of probleemstellingen te bedenken, te initiëren en te formuleren binnen een weinig gestructureerde probleemsituatie. Belangrijk kenmerk van deze vaardigheid is dat het een beroep doet op divergent denken, het genereren van veel, verschillende soorten, originele oplossingen voor creatieve problemen (Runco, 2007). De laatste ideeën die worden gegenereerd, zijn dan vaak origineler dan de eerste associaties (Mednick, 1962). Getzels & Csikszentmihalyi (1976) toonden een verband aan tussen de vaardigheid problem finding en de originaliteit

5 8 februari / maart Wetenschappelijke ondersteuning? Onderstaande uitspraken zijn geen van allen wetenschappelijk ondersteund volgens Sawyer, R. (2006), Plucker, Beghetto & Dow (2004) van creatieve producten. Zij constateerden dat kunstenaars die een aanpak gericht op problem finding hanteerden, tot een nieuwere representatie van het probleem kwamen en daarnaast originelere oplossingen bedachten dan kunstenaars die een probleemoplossende aanpak hanteerden. Ma (2009) toonde het grote effect van problem finding op creatieve processen opnieuw aan in de analyse van andere onderzoeken. Ma voegt daaraan toe dat het ophalen van al aanwezige kennis de creatieve processen eveneens sterk beïnvloedt. Er is ook onderzoek naar beperkende omstandigheden. Volgens Ritchart & Perkins (2005) en Perkins (2009) wordt creativiteit tegengewerkt door een te eenzijdige of nadrukkelijke gerichtheid op het ontwikkelen van technische expertise/kennis. 1. Creativiteit komt voort uit het onderbewuste. Dit beeld over creativiteit ontstond in de Romantiek, waarbij creativiteit gezien werd als een mysterieuze, onderbewuste kracht. Maar creativiteit ontstaat volgens wetenschappelijk onderzoek uit hard werke n en alledaagse cognitieve processen. Creatieve originaliteit en inzicht kunnen verklaard worden als je de complexe processen (zoals problem finding, divergent denken) begrijpt die naar het moment van inzicht leiden. 2. Kleine kinderen zijn creatiever dan volwassenen. Veel mensen denken dat kinderen van nature meer creatief zijn dan volwassenen. Uit onderzoek is echter gebleken dat creativiteit door doorzettingsvermogen en scholing ontwikkeld wordt. The scientific explanation of creativity shows us that formal training and conscious deliberation are essential to creativity. (Dunbar (1999), Seifert, Meyer, Davidson, Patalano & Yaniv (1995)) 3. Creativiteit is de unieke expressie van het innerlijk van een individu. Dit idee is afkomstig uit de Renaissance, waarin kunstenaars beschouwd werden als genieën, die door hun innerlijke en visionaire inspiratie gedreven werden. Creativiteit blijkt echter niet verklaarbaar vanuit de expressie van het innerlijk van een persoon, maar is overwegend verklaarbaar vanuit culturele, maatschappelijke en historische factoren. 4. Creativiteit is spontane inspiratie. Dit is een van de meest hardnekkige misvattingen, ontstaan in de negentiendede eeuw, waarin de Romantische kunstenaar, een eenzame, gekwelde ziel, zogenaamd los van de maatschappij, zijn spontane inspiratie kreeg. Uit onderzoek is gebleken dat scholing (kennis), omgeving, training en bewuste/geplande overwegingen de basis voor creativiteit zijn (onderbouwing zie punt 2). 5. Je bent creatief of je bent het niet. Niet iedereen is creatief, of even creatief, maar iedereen heeft wel in de basis (aangeboren) mogelijkheden om creatief te worden. Creativiteit is te leren. Factoren als achtergrond (ouders, omgeving, scholing), geïnvesteerde tijd, aandacht en doorzettingsvermogen leiden tot mensen die creatiever zijn dan anderen. Kennis, creativiteit & leerprocessen Krathwohl (2002) ontwierp de herziende taxonomie van de onderwijsleerdoelen van Bloom. In deze herziende taxonomie zijn wijzigingen in de indeling van de vaardigheidsdimensie aangebracht. Creëren wordt, in plaats van evalueren, nu als de meest complexe vorm van hogere-orde-denkvaardigheden beschouwd. In de herziende taxonomie is naast deze herziening eveneens een structuur van de kennisdimensie toegevoegd, waarin feitenkennis, conceptuele kennis, procedurele kennis en metacognitieve kennis aangeduid worden. Voor parate kennis van termen, begrippen en technieken zijn lagere-orde-denkvaardigheden, dan is het leren gericht op onthouden en begrijpen van belang 1. In het schema van de herziende taxonomie van Bloom is te zien dat de combinatie van creatief denken en vaardigheden zoals het zelfmonitoren en zelfreguleren van het eigen creatieve proces tot de meest complexe vormen van leren behoren. Leeractiviteiten gericht op creëren in een domein zoals Kunst, zijn complexe leeractiviteiten gericht op het 2hogere-orde-denken 2. Doceren van creativiteit Uit een onderzoek van Hattie (2009), over wat effectief is in onderwijs (hij maakte daarbij gebruik van meer dan 800 meta-analyses), blijkt dat wat de docent doet van groot belang is. Hattie schrijft in hoofdstuk 3 van Visible Learning (2009) dat men directe instructie vaak tegenover constructivistisch leren plaatst, hoewel constructivisme volgens hem geen theorie van doceren is, maar een theorie over kennisverwerving en leerprocessen. Hattie bepleit dat het leren gericht is op een goede afwisseling tussen lagere-orde- en hogere-orde-denken. Een goede balans ontstaat volgens hem door een afwisseling tussen feitenkennis en conceptuele kennis en door deze kennis vervolgens ook in een bepaalde context te kunnen plaatsen. Hattie geeft als een van de belangrijkste Prijswinnende fotoserie Fear of Eternity in het kader van Capturing Eternity van Linde van Dijk, leerling van het Theresialyceum te Tilburg. bevinding van zijn onderzoek aan dat wanneer docenten leren denken over doceren vanuit het perspectief van het leren door hun leerlingen en leerlingen leren denken over leren vanuit het perspectief van doceren, de optimale situatie ontstaat voor effectief leren, dan laten leerlingen het zelfregulerende vermogen (selfmonitoring, self-evaluation, self-assessment, self-teaching) zien, dat het meest gewenst is bij het leren. 3 Hattie zette factoren op een rijtje die effectief zijn voor het leren van leerlingen. Creativiteitsprogramma s staan hoog in die rangorde, wat wil zeggen dat deze effectief zijn voor het leren creatief te denken. Hattie geeft aan dat creativiteitsprogramma s een groot positief effect laten zien op de leerresultaten. Die succesvolle creativiteitsprogramma s zijn gebaseerd op het idee dat training en oefening in en het stimuleren van creatieve denkvaardigheden de creatieve denkvaardigheden van leerlingen verbeteren. Creativiteit kun je dus kennelijk verwerven. Vragen, vragen, vragen De vraag blijft nog steeds: maar hoe dan? Hoe kun je creatieve denkvaardigheden het beste leren en instrueren bij de kunstvakken? Besteden we wel voldoende aandacht aan het ontwikkelen van creatieve denkvaardigheden bij de kunstvakken en doen we dat op een voldoende effectieve manier? Hoe kun je divergent denken stimuleren? De antwoorden op deze vragen zijn nog niet voorradig: al zijn er wel een paar tendensen, zoals het belang van observerend leren 4 en het belang van een metacognitieve instructie gericht op divergent denken 5. Voor het overige moeten we het doen met wat we al wel weten en zal nader onderzoek mogelijk uitkomst bieden. Marie-Thérèse van de Kamp is vakdidacticus, Wilfried Admiraal is universitair hoofddocent, Gert Rijlaarsdam is hoogleraar onderwijsontwikkeling. Allen zijn werkzaam bij de Universiteit van Amsterdam. Geraadpleegde literatuur - Amabile, T.M. (1996) Creativity in Context: Update to the Social Psychology of Creativity. Boulder, Colo.: Westview Press - Amabile, T.M., Burnside, R., Gryskiewicz, S.S. (1998a). User s Manual for KEYS: Assessing the Climate for Creativity. Greensboro, N.C.: Center for Creative Leadership. - Amabile, T.M. (1998b). How to Kill Creativity. In: Harvard Business Review, sept/oct. - Finke, R. A., Ward, T. B., & Smith, S. M. (1992). Creative Cognition: Theory, Research, and Application. Cambridge, MA: MIT Press. - Gardner, H. (2006). Five Minds for the Future. Boston, Harvard Business School Publishing. - Getzels, J. W., Csiksentmihalyi, M. (1976). The creative vision. A longitudinal study of problem finding in Art. New York: John Wiley & Sons Inc. - Hattie, J. (2009). Visible Learning. A Synthesis of over 800 meta-analyses relating to achievement. Oxon, Routledge. - Heer, R. (2009). A model of learning objectives. RevisedBlooms1.html, geraadpleegd op Hetland, L., Winner, E., Veenema, S., Sheridan, K. M. (2007) Studio Thinking. The Real Benefits of Visual Arts education. New York, London: Teachers College Press, Colombia University. - Krathwohl, D.R. (2002). A Revision of Bloom s Taxonomy. An Overview. In: Theory into Practice (41) Lee, H., Cho, Y. (2007). Factors Affecting Problem Finding Depending on Degree of Structure of Problem Situation. In: The Journal of Educational Research - Ma, H.-H. (2009). The effect size of variables associated with creativity: A meta analysis. Creativity Research Journal, 21 (1), Mayer, R.E. (2002). Rote versus Meaningful Learning. In: Theory into Practice (41) 4, pp Mednick, S. A. (1962).The Associative Basis of The Creative Process. In: Psychological Review, 69 (3) Perkins, D. (2009). Educating for the Unknown. Lezing tijdens the Future of Learning, 4-7 augustus, Harvard Graduate School of Education. - Plucker, J., Beghetto, R. A., & Dow, G. (2004). Why isn t creativity more important to educational psychologists? Potential, pitfalls, and future directions in creativity research. Educational Psychologist, 39, Ritchart, R., Perkins, D.N. (2005). Learning to Think: the challenges of teaching for thinking. In: K. Holyoak (Ed.) Cambridge Handbook of Thinking and Reasoning. - Runco, M. A. (2007). Theories and themes: Research, development, and practice. Burlington, VT: Elsevier Academic Press. - Sawyer, R.K. (2006) Explaining Creativity. The Science of Human Innovation. Oxford, New York: Oxford University Press. - Van Heusden (2010). Cultuur in de Spiegel. Pdf te downloaden via cis/issue/current. - Wallas, G. (1926).The Art of Thought. London: Cape. - Winner, E., Hetland, L. (2007). Art for our sake. In: Boston Globe, 2 september Artikel naar aanleiding van het onderzoek: Hetland, L., Winner, E., Veenema, S., Sheridan, K. M. (2007) Studio Thinking. The Real Benefits of Visual Arts education. New York, London: Teachers College Press, Colombia University. Noten 1 De herziene taxonomie van Bloom is door Heer (2009) in een overzichtelijk schema gezet, te vinden op 2 Interessant om te vermelden in dit kader is dat de wetenschappelijk zeer goed gefundeerde (herziene) taxonomie van Bloom aantoont dat de ordening van de culturele basisvaardigheden zoals Van Heusden deze hanteert in Cultuur in de Spiegel (2010), niet overeenkomt met de actuele wetenschappelijke inzichten over leerprocessen. Creëren (verbeelden) is bij Van Heusden ondergeschikt (ogenschijnlijk zelfs een lagereordevaardigheid) aan hogereordevaardigheden als conceptualiseren en analyseren, terwijl creëren volgens deze herziene taxonomie van Bloom ook in productieve zin juist de meest complexe, hogereordedenkvaardigheden betreft. Het is te hopen dat Van Heusden deze wetenschappelijke inzichten over leerprocessen alsnog een plaats gaat geven in zijn onderzoek naar een doorlopende leerlijn voor cultuuronderwijs. 3 Deze opvattingen sluiten aan bij het concept van Hybride kunsteducatie zoals ik eerder in Kunstzone (juni 2010) beschreven heb. 4 Onderzoek van T. Groenendijk, G. Rijlaarsdam, T. Janssen, ILO UvA. 5 Onderzoek van M.T. van de Kamp, W. Admiraal, G. Rijlaarsdam, ILO UvA.

6 10 februari / maart Creatief zijn kun je leren Hoe kan ik mijn creatieve vaardigheden bevorderen? Mark Vandael Eigenlijk is deze titel een leugen. Creatief zijn hoef je niet te leren, je bent het al! Als kind zijn we allemaal creatief geboren. Denk maar even aan het moment waarop je als peuter zo fier als een gieter een paar krabbels op een groot vel papier aan je ouders liet zien als jouw kunstwerk. Zij begrepen er helaas niks van, maar voor jou was het glashelder. scherp waarnemen van kansen. We zijn vaak heel gefocust bezig met onze dagelijkse activiteiten, zo gefocust dat we niet of nauwelijks merken wat er zich nog rondom ons heen afspeelt. Daardoor gaan heel wat kansen verloren. Uit de aangeboden overvloed van informatie, filtert ons brein het stukje waarvan het denkt dat het relevant is. Vraag maar aan elke politieagent hoe het gaat wanneer je vijf getuigen hebt van een ongeval: zes verschillende verhalen, en allemaal even overtuigd van wat ze zagen. De kunst is dus je te focussen op je kernactiviteit en tegelijkertijd ook nog te zien wat er in de rand gebeurt. Deze vaardigheid kun je onder andere oefenen door afstand te nemen, anders naar iets te kijken, een ander perspectief te zoeken, dwarsverbanden op te sporen, meerdere zintuigen te gebruiken, nieuwsgierig te zijn, vragen te stellen, De vierde vaardigheid heeft te maken met je associatievermogen. Iets doet je denken aan iets anders. Probeer maar eens om met een groepje mensen een kettingassociatie te maken: de eerste zegt een woord en de volgende associeert daarop telkens een ander woord waaraan het vorige woord je onmiddellijk doet denken. Lastig hè! Kinderen zijn hierin vaak veel sneller dan volwassenen. Wij moeten het allemaal teveel beredeneren, terwijl de jongeren er veel spontaner gewoon iets uit flappen. Prima spelletje trouwens om lange autoritten voor kinderen wat aangenamer te maken en voor ons een goede oefening om ons associatievermogen scherp te houden. Het mooiste daarbij is wanneer je contexten kunt doorbreken. Dat geeft immers de grootste kans op echt nieuwe inzichten. Zo associeerde laatst iemand van een (drank)blikje naar ogen. Heeft u hem? Mooi hè! In de praktijk gaan we vaak aan de slag met bloemassociaties. Daarbij associëren we zoveel mogelijk rondom één woord. Vervolgens gaan we vanuit de verwijdering terugkoppelen naar onze vraagstelling. Tenslotte wil ik een lans breken voor het aanwakkeren van onze verbeeldingskracht. Mensen moeten opnieuw veel meer durven dromen. The sky is the limit en dan nog. Albert Einstein zei ooit: If at first, the idea is not absurd, then there is no hope for it. We vertrekken al te vaak vanuit de haalbaarheid van een idee. Daardoor kunnen we maar amper de huidige realiteit ontstijgen. Pas wanneer we opnieuw durven dromen en vertrekken vanuit Zou het niet fantastisch zijn als kunnen we tot radicale vernieuwing komen. Alex Osborn, een van de grondleggers van brainstorming, formuleerde het als volgt: It s much easier to tame a wild idea than invigorate one that has no life in the first place. Laten we dus af en toe een rustpauze inbouwen in onze rat race en onze tredmolen even stilleggen om rond te kijken en opnieuw ons doel te bepalen. Samengevat: ga eerst alternatieven bedenken en stel daarbij je oordeel uit. Kijk goed om je heen, zodat je daarbij geen kansen mist en associeer bij wat je ziet naar wat het nog allemaal aan extra mogelijkheden bij je oproept. Durf daarbij te dromen, de gekte in. Ik wed dat er met zo n ingestelling en veel oefening schitterende nieuwe en nuttige ideeën bij je opkomen. Iedereen is creatief, enkel de mate waarin en vooral de wijze waarop kunnen verschillen. Ik wens je veel denkplezier! Mark Vandael is medewerker van het COCD (Centrum voor de Ontwikkeling van de Creatief Denken) in België en Nederland. Helaas verliest de meerderheid van ons deze creativiteit door de jaren heen of, om precies te zijn, ze komt wat te vervagen. Met wat goede wil (lees: een open houding) en wat oefening halen we die creatieve vaardigheden echter zo weer onder het stof vandaan. Mede doordat we op school aangeleerd krijgen dat er slechts één juiste oplossing is, verleren we het denken in alternatieven. Daarmee zijn we meteen aanbeland bij de eerste vaardigheid om je creativiteit opnieuw aan te scherpen. Stel je zelf dus vaker de vraag Hoe zou het ook nog kunnen?. Sterker nog, zodra je ergens een beslissing dient te nemen, ga je voortaan niet meer intensief denken tot je een oplossing hebt bedacht om die vervolgens stante pede te gaan uitvoeren, maar vanaf nu bedenk je eerst twee alternatieve oplossingen. Daarmee bedoel ik ook twee écht andere oplossingen, hou jezelf hierbij niet voor de gek. Pas daarna ga je kiezen welke van de drie je echt gaat uitvoeren. Vaak zul je daarbij merken dat je toch nog voor je eerste oplossing kiest. Dat is niet zo gek: vanuit je kennis en ervaring ben je immers goed in staat om in het merendeel van de situaties spontaan de juiste oplossing te bedenken. Je zult echter merken dat er ook situaties zijn waar je voorkeur naar de tweede of de derde oplossing gaat. Dat is het moment waarop je blij bent dat je eerst een paar alternatieven bedacht hebt! Vaardigheden Bij het bedenken van alternatieve mogelijkheden zul je misschien een paar ideeën bedenken die je spontaan ook weer weggooit. Vaak onterecht. We hebben als mens onmiddellijk een oordeel bij de ideeën die geopperd worden, zowel door onszelf als door anderen. Jammer, want hierdoor wordt onze creativiteit gefnuikt. Eén van de essentiële elementen van een creatief proces is het scheiden van het ideeën bedenken enerzijds en het kiezen van de meest beloftevolle ideeën anderzijds. Vaardigheid nummer twee: stel je oordeel uit. Voor alle duidelijkheid: dit is geen oproep om geen mening te hebben. Alleen, vorm je mening op het juiste moment en geef eerst het idee een kans. Om het belang hiervan te erkennen moet je gewoon even terugdenken aan een moment waarop jij een idee opperde dat onmiddellijk door iemand anders werd afgeschoten. Welk gevoel gaf dat bij jou? Reactie? Precies, je liet het bedenken van ideeën over aan de anderen. Onze motivatie loopt bij dergelijke reacties onmiddellijk weg. We noemen deze reacties dan ook idea killers, dodelijk voor elke vorm van creativiteit. Dit is wellicht de moeilijkste vaardigheid. Zelfs na jarenlang oefenen merk je zo af en toe dat je toch nog in deze val kunt lopen. Verloren kansen Creativiteit heeft ook veel te maken met het Rechtsbijstand voor VLS- en VONKC-leden De VONKC-helpdesk en de VLS-helpdesk worden bemand door Remko Littooij. De spreekuren zijn geconcentreerd op een ochtend en een avond. Voor algemene en specifieke vragen kunt u op genoemde tijden bij de helpdesk terecht: Hoe zit het met mijn Rechtspositie VLS/VONKC t.a.v. Remko Littooij Kluppelshuizenweg RL ALMELO (06) FPU?, Is mijn taakinvulling wel juist? Ik heb nog steeds geen benoemingsakte, wat nu? Enzovoort. VONKC: rechtspositie@vonkc.nl Handiger is om een te sturen met de uitleg van VLS: rechtspositie@vls-cmhf.nl uw probleem. Zo kan de helpdesk een duidelijk antwoord formuleren dat u naar wens telefonisch of via terugontvangt. Telefonische bereikbaarheid helpdesk: - maandagochtend van 9 tot 10 uur - woensdagavond van 17 tot 19 uur Als de helpdesk onbemand is of in gesprek, kunt u een bericht achterlaten. Dan wordt u zo spoedig mogelijk teruggebeld. Informatie

7 12 februari / maart Schilderen om je eigen buurt nog mooier te maken. Het resultaat is nog t/m3 februari te zien in de Stopera. Foto: Bart Hoekstra < TedTalk van van twee (ex-)vluchtelingen: Yossef Khallid, zeer jonge radiopresentator vanuit een asiezoekerscentrum, en George Tobal, theatermaker van de voorstelling Vertreksvergunning. Foto: Bart Hoekstra te wordt gezien. Maar hoe zwak is het om jouw vraag te stellen. Hoe zwak is het te zeggen: Ik weet het niet, maar wil het graag weten. Kun jij mij helpen? Juist door te vragen, kan een droom gerealiseerd worden. Niet door deze stil in je kamertje in een boekje te schrijven. Jongeren motiveren Baars: Het is het voorbeeld om jongeren juist te durven motiveren en op je bek te durven gaan. De jongste spreker tijdens het event, Yossef, is vanuit zijn liefde voor muziek zijn eigen radiostation begonnen in het asielzoekerscentrum waar hij nu zit. Ook hij is zijn jonge droom aan het verwezenlijken en dan hebben we het over een vluchteling! Om hiermee maar aan te geven dat je niet van goeden huize hoeft te komen of eerst moet studeren om dat te doen wat je wilt doen. Jongeren worden ook wakker geschud op TEDxYouth. Ideeën waard om waar te maken TedTalk motiveert jongeren dromen te realiseren Janneke van Wijk TEDxYouth@Amsterdam heeft zondag 20 november (Wereld Jongerendag) voor de tweede keer het TEDx Event voor jongeren tussen de 12 en 18 jaar georganiseerd in NEMO. TEDxAmsterdam werd twee jaar geleden bijgewoond door Evelyne Peeters. Zo n podium zou er ook voor jongeren moeten zijn, was het eerste dat ze dacht. En zo geschiedde. Een half jaar later was TEDxYouth@Amsterdam een feit. In dat jaar, 2010, vinden wereldwijd de eerste TEDx Events voor jongeren plaats in zo n 40 landen. In 2011 zijn dat er al meer dan 80. Dromen, durven, doen, zo opende de directeur van NEMO het event op zondag 20 november Dat is wat NEMO stimuleert en deelt met het gedachtegoed van TEDxYouth. TEDxYouth@Amsterdam is er om jongeren te inspireren. Om ze te laten zien en ervaren dat ze uniek zijn en in staat hun eigen idee en/of talent tot leven te brengen. Het thema is dit jaar Bringing Ideas Alive: dromen verwezenlijken en meer uit jezelf halen, ook als de omgeving van de jongeren hier niet altijd even geschikt voor is. Evelyne Peeters (initiator): De stem van de jongeren heeft nieuwe wijsheid en zij zijn de leiders van de toekomst. Door deze jongeren een platform te bieden waar zij hun eigen ideeën en talenten kunnen delen, verspreiden zij hun Ideas worth Spreading en - niet onbelangrijk - inspireren zij zowel hun eigen generatie als die daaronder en daarboven. Hoe inspirerend is het om van een 12-jarige jongen te horen dat hij zijn droom al aan het verwezenlijken is! Op zo n dag ontstaan nieuwe dromen. Dromen die worden omgezet in daden. Contact maken Myrddin Baars (hoofd communicatie): Wat je nu ziet, helemaal op zo n event, is dat jongeren heel snel contact met elkaar maken: wat zijn jouw interesses en wat doe jij, laat s zien. Screanings en netwerken die in de volwassen wereld vertragend werken, worden hier overgeslagen. Denk aan kleine kinderen in de zandbak. Die hoeven elkaar niet te kennen om met elkaar te spelen, dat ontstaat. Zo n platform biedt TEDxYouth ook, maar dan voor jongeren. Ondernemende jongeren die al in de zandbak spelen, of net aan komen fietsen en kijken wat er gebeurt. Al snel is de zandbak vol en worden de mooiste kastelen gebouwd! Evelyne Peeters: Dat is waar TEDxYouth@Amsterdam voor staat: ondernemende jongeren een podium geven en daarmee leeftijdgenoten inspireren. Ervaring te delen. Zo deelde Pelle Brakkee zijn ervaring hoe hij eerst werd gedemotiveerd door zijn leraar op de middelbare school. Hij liet zich niet uit het veld slaan. Hij heeft in zijn korte carrière al ervaren wat de kracht is van het durven vragen. Iets wat ook wel als een zwak- Technology, entertainment en design TED begon in 1984 als conferentie waarin mensen uit drie werelden bij elkaar werden gebracht; technology, entertainment en design. Er zijn twee jaarlijkse conferenties in Long Beach/Palm Springs en in Edingburg. Op deze conferenties krijgen denkers en doeners de ruimte om in 18 minuten de speech van hun leven te geven. Op zijn momenteel zo n 900 TedTalks beschikbaar. De video s staan onder Creative Commons-licentie en kunnen daarom vrij gedeeld en gepost worden. De onderwerpen op de website zijn ondergebracht in de categorieën technology, entertainment, design, business, arts, culture, science en global issues. Goed voor heel wat uren inspiratie. Een willekeurige greep Sir Ken Robinson bijvoorbeeld beweert in 2006 in zijn TedTalk dat school creativiteit doodt. Westerse scholen leveren goede werkers af, maar geen creatieve denkers, stelt de politiek adviseur. Hij pleit voor een drastische herziening van ons onderwijssysteem. Kunstenares Nathalie Miebach gebruikt weergegevens van zware stormen en creëert daarmee ingewikkelde sculpturen die de krachten van de natuur en tijd weergeven. Deze sculpturen worden daarna omgezet in muziekstukken die door een strijkkwartet worden uitgevoerd. Kunstenaar Raghava KK demonstreert zijn nieuwe kinderboek voor de ipad met een leuke eigenschap: als je het schudt, verandert het verhaal en je gezichtspunt. In zijn charmante korte talk nodigt hij ons uit om onze perspectieven wat op te schudden. Kunstenaar Theo Jansen demonstreert zijn wonderbaarlijk levensecht bewegende sculpturen die hij maakt van plastic buizen en limonadeflessen. Zijn schepsels zijn ontworpen om zelfstandig te bewegen en zelfs te overleven. Een verhaal, een kunstwerk, een gezicht, een ontworpen object; hoe weten we of iets mooi is? En waarom vinden we dat zo belangrijk? Designer Richard Seymour verkent onze reactie op schoonheid, en de verrassende kracht van objecten die haar bezitten. TEDTalks van jongeren Nu zijn er dus TEDTalks van jongeren bijgekomen. Deze zijn op YouTube te bekijken. Joeri Heegstra die zijn zelfgeschreven State of Youth voordroeg, schreef diezelfde avond nog: Er hing een sfeer in de zaal die moeilijk in woorden te vatten is. Zo n iedereen kan alles - gevoel. Alles wat er is, is er omdat het daarvoor bestond in een menselijk hoofd. Evelyne Peeters: Het gaat niet om succes. Het draait er om dat jongeren sterk worden, geloven in zichzelf en aan den lijve ondervinden hoeveel je zelf in de hand hebt. (Zelf)verantwoordelijkheid is hier een waanzinnig positief bij-effect, maar het mooiste is om te zien dat jongeren zelf ervaren dat ze invloed hebben op hun eigen leven. Dat je door fouten sterker wordt en dat je geen mislukkeling bent. Als je iets echt wilt, bijvoorbeeld zangeres worden of cabaretier, dan sta je niet bij je eerste optreden in Carré of Paradiso. Maar als dat je weg ernaartoe is en je hebt een mooi doel voor ogen, dan is zingen op het schoolfeest al een concrete eerste stap. Baars bevestigt dit: Willemijn die op de valreep een van de laatste kaartjes won via 7Days.nl, stapt aan het eind van de dag met twinkelende ogen naar me toe: Wat een te gekke dag! Ik dacht dat ik moest wachten tot ik ouder was om de dingen te doen die ik wil doen, maar ik kan vandaag beginnen. Zo n reactie voel, ruik en zie je bij de jongeren. Een aantal is al lekker op weg en begeeft zich dagelijks onder soortgenoten, maar een groot deel kent dit nog niet. Laat staan dat ze de positieve kracht kennen die er vrijkomt wanneer je iets doet dat uit jezelf komt. Een wens, een droom. Het ontdekken van je eigen ideeën en talenten en hoe haalbaar die zijn.

8 14 februari / maart Kunstvakken hebben geen antwoordenboekjes De fysiologie van creativiteit Thea Vuik Wat wetenschap te maken heeft met ons alledaagse leven, probeert wetenschapsjournalist en auteur Mark Mieras op verschillende manieren in woorden te vangen. Bepaalde inzichten binnen de wetenschap zijn alleen maar van waarde indien ze door de praktijk herkend worden. Er is momenteel veel belangstelling voor zijn boeken en zijn lezingen. Dit komt voornamelijk, zoals hij zelf zegt, door de stress van ons huidige bestaan. Alles is steeds meer aan verandering onderhevig: zo ook het onderwijs. We zijn heel opbrengstgericht bezig. Zo effectief mogelijk werken we in het onderwijs naar de eindtermen toe, maar Mieras vraagt zich af hoe opbrengstgericht deze eindtermen zijn. Creativiteit en spel liggen niet in de eindtermen verankerd, maar zijn wel van doorslaggevend belang voor het functioneren van de leerlingen van nu in de komende dertig, veertig jaar van hun carrière. Flexibel blijven is ontzettend belangrijk in een samenleving waarin de verandering zo snel gaat als de onze. Mieras vindt onze eindtermen eenzijdig. Er blijkt uit een recente analyse dat Amerikaanse kinderen nog steeds intelligenter worden, maar ondertussen hun creatieve vaardigheden verliezen. Voor Nederland geldt, denk ik, hetzelfde. En van die creativiteit moeten we het in de toekomst nu net hebben. Veel scholen kiezen er gelukkig voor om de eindtermen uit te breiden. Het is een minimaal pakket aan eisen. Denk even aan de Technasia en de CultuurProfielScholen. Die formuleren hun eigen eindtermen-plus, omdat ze willen dat hun leerlingen straks goed kunnen overleven. Creativiteit meten Het zou volgens Mieras waardevol zijn ook in Nederland de creativiteit te meten. Anders blijft het toch iets vaags. Meet naast de IQ gecorreleerde vaardigheden ook de zogenaamde creativiteit. Mieras noemt de torrance test of creative thinking die in Amerika hier en daar wordt afgenomen. Zo kun je vaststellen of een school ook op dit vlak goed presteert. Naast creativiteit pleit Mieras ervoor in het onderwijs systematisch aandacht te geven aan bevlogenheid. Leerlingen zouden in hun schoolloopbaan allemaal hun passie moeten kunnen vinden. rijk om flexibele hersenen te behouden. Alleen zo kunnen leerlingen in een steeds veranderende samenleving zich telkens opnieuw uitvinden. Alleen zo kunnen ze zich steeds meer nieuwe functies eigen maken. Functies die misschien nu nog helemaal niet bestaan en waarop we die leerlingen dus niet kunnen voorbereiden. Daarom moet je ze leren om zichzelf te ontwikkelen, om zichzelf in beweging te houden, zodat ze niet stoppen met zich te ontwikkelen op het moment dat ze de middelbare school verlaten. Doorlopende leerlijnen Mieras onderschrijft het belang van doorlopende leerlijnen: Mensen die te lang hun creatieve vaardigheden niet hebben aangesproken, weten niet meer aan welk touwtje ze moeten trekken in hun brein. Als je de hele basisschool en de middelbare school zo goed als geen aandacht hebt gegeven aan creativiteit en je komt daarna in een fase, misschien na een vervolgopleiding, waarin een appèl wordt gedaan op je creativiteit, dan zie je mensen in een soort hulpeloosheid schieten. Ze willen wel, maar ze hebben geen idee hoe ze dat voor elkaar moeten krijgen. Je moet niet onderschatten hoe actie. Stuk voor stuk zoeken ze naar een manier om de leerling te bevrijden van al die beperkingen die ze zichzelf opleggen. Hoe teken je een vogel? Hoe speel je een andere rol? Leerlingen hebben reeds sterk de neiging om zichzelf te beperken. Als je die beperkingen niet doorbreekt, dan is de kans groot dat ze die voor de rest van hun leven met zich meedragen. Een goede kunstdocent is bezig met bevrijden om een leerling meer speelruimte te geven. Dat is waar het vak over zou moeten gaan. Natuurlijk ben je ook bezig met het ontwikkelen van artistieke vaardigheden, maar het ontwikkelen van speelruimte plaatst alles in een breder perspectief. Het mooie van de kunstvakken is dat er geen antwoordboekjes zijn. Er is niet een juist of een verkeerd antwoord. Creativiteit zichtbaar in hersenscan? Bij functionele scans laten onderzoekers mensen vrijwel altijd taken uitvoeren. Mensen die hoog scoren op creativiteitstests hebben daarbij bepaalde kenmerken gemeen in hun brein, bijvoorbeeld het vermogen om het verkeerscentrum in de prefrontale cortex te kunnen uitschakelen, niet doelgericht te zijn, maar het gewoon even te laten gebeuren. Je ziet ook dat de samenwerking van de twee hersenhelften intensiever is bij mensen die creatief zijn. Je ziet in de hersenen dat ze met hun aandacht iets anders kunnen doen. Ze kunnen hun aandacht gericht loslaten. De meeste mensen hebben, op het moment dat ze gericht kijken, de neiging om te focussen, terwijl creatievere mensen de kunst verstaan om tegelijkertijd een soort geestelijke afstand te nemen. Als je die kenmerken, die wetmatigheden op een rijtje zet, dan heeft het allemaal met loslaten te maken. Dát vormt de rode draad in creativiteit: de kunst om los te laten. Niet gek dat die vaardigheid onder druk staat, want we trainen in het onderwijs vooral het vasthouden, het zich concentreren, van het aandacht geven, analyseren, onder woorden brengen. Allemaal dingen die te maken hebben met controle nemen. zijn om de chaos die binnenkomt, te ordenen. Die activiteit is dominant bij iedereen. Ons onderwijs sluit daarbij aan. Daarom is controle nemen makkelijker aan te leren dan het loslaten. Sommige methoden werken met creativiteitsstrategieën. Die zijn te beperkt, denk ik. Je probeert het weer in een methode te stoppen. Daarmee werk je toch weer doelgericht, terwijl het experiment de essentie zou moeten zijn en spel laat zich niet in een vaste methode stoppen. Per definitie niet. Dat is in strijd met elkaar. Het is echt een andere manier om je hersenen te gebruiken. Je zou kunnen zeggen dat je twee toestanden hebt. Een toestand van stress, waarbij er juist een enorme neiging is tot controle nemen, en toestand van spel, waarin je juist ziet dat je de controle los moet laten en dan enorm kunt variëren. Het is echter wel belangrijk om dat spel te sturen en daar kunnen goede docenten een rol in vervullen. Mark Mieras schreef Ben ik dat? (met een breed overzicht wat hersenonderzoek vertelt over onszelf) en Liefde (over hoe liefde werkt). Uitgegeven bij Nieuw Amsterdam. Mark Mieras Foto: Hein van den Heuvel Het gros van de leerlingen heeft daartoe een breed aanbod nodig. Mieras: Je ziet vaak een drive ontstaan op een moment wanneer kinderen succes ervaren. Dat dan kan op elk gebied zijn. Ik wist zelf al gauw dat ik in de natuurkunde verder wilde (Mieras is van origine theoretisch natuurkundige, red.) Wacht eens even, dit kan ik beter dan mijn omgeving. Dat is het cruciale moment waarbij de hersenen een soort versnelling gaan inzetten. Om alles wat daarmee te maken heeft te absorberen en dat te ontwikkelen en daarmee te spelen. Het gaat erom dat leerlingen hun bron van spel ontdekken. Dat ze ontdekken in welke richting ze speels kunnen blijven. Speels blijven is belang- sterk onze hersenen geprogrammeerd zijn om zich te conformeren aan het systeem. Dat zit hem voor een deel in onze reflexen: je gebruikt je hersenen zoals je dat geleerd hebt en het zit hem in overtuiging. Mensen denken na over zichzelf, ze hebben een beeld wie ze zijn. Dat beeld kan zich heel makkelijk schikken naar de situatie. Zo ontstaat gemakkelijk de overtuiging ik ben niet creatief of ik heb een heel slecht geheugen of noem maar op. Dat is geen gemakzucht, maar een heel diepe drang van ons brein om onszelf te duiden. Als je naar goede kunstdocenten kijkt, dan zijn die allemaal bezig met een soort bevrijdings- Andere benadering Die creativiteit is niet alleen doelgericht trainbaar, het vergt echt een heel andere benadering. Daar zijn de kunstdocenten goed in. Ik zei het al, dat begeleiden. Iedere sporter weet hoe moeilijk het is om iets af te leren. Een verkeerd aangeleerde slag bij het schaatsen is dodelijk. Iets aanleren is veel makkelijker dan iets afleren en datzelfde geldt voor controle. Controle nemen is makkelijker dan de controle loslaten. In onze hersenen is een soort basistrend om naar controle te zoeken. Hersenen hebben van nature een hele sterke fixatie op controle. Dat komt door de chaos om ons heen. Wij ervaren een heel ordelijke wereld, maar dat is omdat onze hersenen voortdurend bezig

9 16 februari / maart LMDB In november 2011 werd het 10 miljoenste leermiddel gedownload uit de Leermiddelendatabase (LMDB) van Digischool! Wie voor 15 december een nieuw leermiddel uploadde in de LMDB, maakte kans op een van de 600 waardebonnen die werden verdeeld door Digischool en Kennisnet. Voor de kunstvakken werden weer heel wat juweeltjes geupload. Een paar voorbeelden uit Beeldonderwijs. Bekijk vooral de Prezi-presentaties. Poelifinario Toon Hermans had in het theater groot succes met zijn conferences, zijn typetjes en zijn verbluffend gevoel voor woordspelingen. Eén van die conferences is De ornitholoog waarin de poelifinario ter sprake komt. Echter de poelifinario is, evenals de kroet, een door de cabaretier bedachte fictieve tropische vogelsoort. De leerlingen krijgen de opdracht die poelifinario op eigen wijze te verbeelden. Emotie-omslag De opdracht Emotie-omslag bestaat uit drie onderdelen: 1. Oefening: emoties 2. Schets: twee (dezelfde) portretten met een andere emotie 3. Eindproduct: Emotie-omslag. Op de binnenkant en buitenkant van de omklapbare rechthoek wordt een portret getekend. Primitivisme Een Prezi-presentatie bij de generieke tekst Wat van Ver komt: Primitivisme. Deze presentatie kan als kapstok worden gebruikt bij de generieke tekst. Metamorfose In deze opdracht staat het verschijnsel vervreemding centraal. Een gekozen onderwerp wordt door kleur-, vorm- en/of textuurverandering, extreme vergroting, een ongewone context of omgeving, een irreële voorstelling vervreemd tot een geheel nieuw beeld. Een bepaald voorwerp wordt door middel van een metamorfose veranderd in een totaal ander voorwerp of vorm. Bij vervreemding past het beeld dat wij waarnemen, niet binnen onze normale ervaringswereld. Het roept bij de beschouwer een gevoel op van Er klopt iets niet. De straat Wonen, al of niet in je eigen omgeving, staat centraal in deze opdracht en specifiek de verscheidenheid in woningbouw in de straat, in de wijk, in het dorp of in de stad waar je woont en leeft. Kunstpromotie! Het idee is van een collega Nederlands die boekpromoties deed in haar klassen. Leerlingen uit de brugklas wordt gevraagd een kunstwerk te promoten waar ze warm voor lopen in hun groep. Het is ontzettend leuk om te zien waar ze mee komen! En hoe goed ze naar elkaar luisteren! Aan het einde van het jaar kennen ze 20 tot 30 nieuwe kunstenaars en zijn ze veel meer betrokken bij kunst. Vlak na de presentatie kun je vaak even ingaan op beeldende aspecten of wat kunstgeschiedenis. Het meeste werk is de keuzebegeleiding. Hiervoor heeft deze docent een voor alle leerlingen toegankelijke PowerPoint gemaakt met honderden kunstwerken, tips voor websites, enzovoort. Voor de hogere leerjaren is deze docent momenteel bezig met: promoot een kunstenaar, een kunststroming, een gebouw. Het Verre Oosten Een Prezi-presentatie bij de generieke tekst Wat van Ver komt: Het Verre Oosten. Deze presentatie is geschikt om de tekst te verduidelijken. Kunstwerken vergelijken De leerlingen worden gevraagd in een essay twee kunstwerken te vergelijken. Via de website worden sets van steeds twee kunstwerken aangeboden die ogenschijnlijk veel gemeen hebben (portret, bos bloemen, enzovoort). De sets worden wel toegewezen, maar er wordt rekening gehouden met affiniteit en interesse. In het essay worden de achtergronden van het ontstaan van de kunstwerken onderzocht en een stelling ingenomen in de vorm van een eigen mening. Doel is dat de leerlingen oog krijgen voor de context waarin een kunstwerk ontstaat. Uploaden kan iedereen: Als ik minister van onderwijs was, dan Een les over toegepaste creativiteit Thea Vuik Een van de echte verschrikkingen die de kunst ons aandoet, is de mystificatie van het creatieve proces. Het schimmige aura rondom creativiteit wordt door Jeroen Busscher (docent op de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU)) in dit interview vakkundig neergesabeld. Hij is ooit zelf opgeleid als autonoom kunstenaar, maar vindt die magie rondom het maken van kunst niet meer van deze tijd. De maatschappij heeft veel behoefte, meer plaats en zelfs veel meer beloning voor mensen die op een autonome manier toegepast kunnen werken, vindt hij. Mensen die problemen maatschappelijk op kunnen lossen. Naast zijn werk op de hogeschool schrijft Busscher boeken, geeft adviezen aan bedrijven en heeft een keur aan pakkende lezingen op zijn naam staan. Hoe zijn instrumentele kijk op creativiteit eruit ziet en hoe hij dit toepast in zijn werk als executive lectorer creativiteit (hij wordt wel eens bestempeld als managementgoeroe) vertelt hij druk gebarend en vol enthousiasme. Het alom inzetten van creativiteit is Busschers werk op de eventafdeling (sector kunst en economie) van de HKU: Er is een klant met een behoefte, een vraag. Die heeft een belang, een probleem of die wil iets proberen te bereiken. Wij leiden professionals op die een creatieve vertaling van deze vraag van een klant kunnen maken. Ze hebben daarvoor op de HKU drie richtingen binnen de opleiding: accountmanagers die wat meer op de communicatieve kant van het proces zitten, creatievelingen die de vertaling maken en organisatoren die zorgen dat het allemaal geregeld wordt. Alle drie zijn uiteindelijk bezig met het vertalen van de vraag via creativiteit naar een oplossing. Die creativiteit speelt een hele centrale rol in de opleiding. Wat versta jij onder creativiteit? Busscher: We hebben hier een kunstwerk, noem het magie, God, weet ik veel, het ongrijpbare, voor wie er gevoelig voor is: prachtig, ontroerend of wat dan ook. Hier is iets gemaakt wat je niet in woorden kan vatten, wat je ontroert (of niet). Heel mystiek. Dat is het product. Het product is er gekomen in een heel instrumenteel aantoonbaar proces dat leidt tot een product dat niet te bevatten is, maar het proces zelf is heel instrumenteel. Stap een is de analyse van wat werkelijk de vraag is en de context waarin de vraag zich afspeelt en de kaders waarbinnen een mogelijk antwoord zich kan bevinden. Vervolgens is er het divergeren. Dat is het toelaten van alle mogelijke opties associërend op die vraagstelling. Je zou het verdwalen kunnen noemen. Dan volgt het convergerende gedeelte: het verzamelen van alle mogelijke bouwblokken die kunnen leiden tot een oplossing. Daarna zit er vaak een incubatie of een uitstelperiode tussen, waarin het lichaam die informatie verwerkt. Uiteindelijk volgt een analytisch proces, waarin je kijkend naar de vraag vanuit die opties (combinerend, stretchend, draaiend en met elkaar in verband brengend) de keuze maakt en dat is het he-e-le ding. Dan nog de toevalsfactor. Ook dat is geen mystiek. Het is je altijd openstellen voor de vraag: Kunnen we hier iets mee? Alles bij elkaar is dit een hele instrumentele manier van denken wat je kunt oefenen: dat kun je leren. Zoals bij alles komt er ook nog eens de combinatie van talent en training bij kijken. Talent maakt dat je een hele goede bent of een middelmatige. En training, je ermee bezig houden om je vermogens te ontwikkelen geeft je zeker een extra voorsprong. Je kunt het ontwikkelen van die creativiteit fysiek gezien met sport vergelijken, maar heeft je brein daar (in de vorm van intelligentie) ook invloed op? Creatief denken is een mentaal proces. Dus het helpt als je goed werkende hersenen hebt die veel data kunnen verwerken. Ik denk niet dat het per se nodig is. Ik heb lesgegeven op de mime-opleiding. Daar zag je twee soorten spelers: ik noemde ze altijd de dieren en de denkers. Je had hele goede mimers, maar daar kwam geen zinnig woord uit. Dankzij de rol kunnen ze iets met hun lichaam dat vibreert. Dat is fantastisch, dat ontroert, maar heel dierlijk, heel intuïtief. En je hebt de denkers die een concept maken en daar dan vorm aan geven. Ik vind dat wel een mooie tweedeling. Miro en Picasso zijn de dieren, die doen en daar is niets superieurs aan. Marcel Duchamp daarentegen was echt een intellectueel en ze hebben alle drie gigantisch veel voor de kunst betekend. Jij denkt dat de kunstvakken dat losweken van creativiteit kunnen bevorderen? Jeroen Busscher Foto: Thea Vuik Ja, maar! Stel, ik heb de ambitie niet, maar als ik minister van onderwijs was, zou ik me eerst eens heel goed afvragen waar wij nu werkelijk toe opleiden en hoe we dat beter kunnen aanpakken. Wij proberen toch burgers te helpen hun weg te vinden in de maatschappij?! We faciliteren, ondersteunen. Met die dingen die ze later nodig zouden kunnen hebben. Zo kun je allemaal dingen verzinnen die wel handig zijn. Wat maakt burgers succesvol, en dan gaat het niet om de mensen die rijk worden, maar wat maakt dat ze gelukkig kunnen zijn, dat ze hun weg kunnen vinden, dat ze niet afhankelijk worden, dat ze het gevoel hebben dat ze hun leven kunnen leven. Dat ze zin kunnen creëren. Wat zijn nou de zaken bij mensen die daarin werkelijk belangrijk zijn? Ik denk vooral aan de mogelijkheid analytisch te denken, een situatie kunnen analyseren, jezelf kunnen beschouwen, zelfkennis. Ik vind het een gotspe dat op de basisschool en de middelbare school niet het vak zelfkennis is. Dus kijk nou eens naar mensen die succesvol zijn in de maatschappij. Dat gaat vrijwel altijd gepaard met zelfkennis. Wat kan ik wel, wat kan ik niet, waarom voel ik me gelukkig, waarom voel ik me ongelukkig? We gaan allemaal een keer in therapie en waarom is het dat de zelfkennis tekortschiet? Volgens mij moet dat echt in het curriculum. Heb je om geluk te vinden zoveel creativiteit nodig? In bijna elk vak, op bijna elk moment in je leven heb je er ongelofelijk veel aan. Het is echt een van de kernvaardigheden van deze eeuw. Belangrijk voor het terugvinden van je sleutels tot aan het samenstellen van een leuk cv toe. Sociale vaardigheden, trouwens, (nog eentje die je ook onder die kernvaardigheden kan scharen) bepalen een heel groot deel van je carrière en je vermogen bijvoorbeeld om een liefje te vinden. Ik vind dat we geen kunstvakken moeten geven, maar ik vind dat er creativiteit moet worden gegeven. Daar kan kunst inzitten, prima, helemaal geen probleem, maar ik denk dat het om die vaardigheid gaat en niet om de kunst. Nu wordt het middel het doel: het is omgedraaid. We gaan kunstlessen geven, want men moet iets van kunst weten en je moet van cultuur Playing with trains Busscher trekt in zijn betoog parallellen met het boek Playing with trains van Sam Posey. Hierin wordt beschreven hoe iemand vijftien jaar aan zijn modelspoorbaan werkt. Busscher: Je begint met een treintje en dan komt er een wissel bij. Dan is het al waardevoller, want dan heb je een en twee verbonden. Drie komt erbij en het wordt al meer en als je dan op 16 miljoen onderdelen zit, is het één verworven woud geworden: dan heeft alles met alles te maken. In het boek van Posey zie je eigenlijk hoe betekenis ontstaat voor diegene die in die wereld zelf zit. Hoe die insider zegt: Daar zit geschiedenis in, daar filosofie, daar zitten alle elementen in die ook in het leven zitten. Wat je eigenlijk in dat boek ziet, is hoe iemand zijn referentiekader en betekenis opbouwt. Zo denken mensen die in de kunst zitten dat de betekenis die zij hebben ontdekt voor iedereen interessant is en dat is zeker niet zo! houden. Daarmee is er ook creativiteit. Dat vind ik echt negentiende eeuws. Als minister van onderwijs zou ik alle kunstacademies sluiten en alle kunstvakken op de middelbare school onmiddellijk afschaffen. Daarvoor in de plaats komen creativiteitsacademies. Iedereen die een creatief talent vermoedt bij zichzelf en daar iets mee wil in zijn/haar leven, kan zich melden bij zo n creativiteitsacademie. De docenten kijken hoe zij die creativiteit kunnen ontwikkelen en of je met die creativiteit een beroep kunt gaan uitoefenen. In deze school moet het gaan over de ontwikkeling van het talent voor creativiteit. Daar krijg je kennis voor en vaardigheden. Als minister van onderwijs vind ik dat wij dingen bij elkaar brengen, waarmee de leerlingen na zes jaar in de maatschappij verder kunnen. We moeten dus steeds naar de maatschappij kijken en een beetje in de toekomst kijken, zodat de leerlingen over vijf, zes jaar goed in staat zijn een baan te vinden. Dat zijn nou de dingen die belangrijk zijn: welke kennis en welke vaardigheden zijn dán handig? Wat doen wij nu in het huidige onderwijssysteem? Wij dringen de leerlingen onze werkelijkheid op, omdat we ze niet vertrouwen. Waarom zouden we bijvoorbeeld niet open staan voor schoonheid? Het mooiste meisje en het mooiste jongetje van de klas zijn toch nog steeds het populairste? Je kunt natuurlijk bediscussiëren wat schoonheid is. Maar doe dát dan, want zolang de kunst blijft nadenken vanuit een soort hoger, vanuit een verheffen van het volk, dan zitten ze in hun eigen Playing with trains. In hun eigen wereldje hebben ze gelijk, maar het blijft voor hen eeuwig onbegrijpelijk dat andere mensen de rijkdom van modelspoorbanen niet begrijpen.

10 18 februari / maart 2012 Tien bronnen van inspiratie Saskia van der Linden Ellis en het verbreinen 19 Boek over hersenen, gedrag en educatie Marc Heleven ( struint voor het Centrum voor de Ontwikkeling van het Creatief Denken (COCD) dagelijks het web af op zoek naar bruikbare sites over creativiteit en innovatie. Zie ook > Links 1 De kracht van het beelddenken, Ghislaine Bromberger. Beelddenken van A tot Z beschreven. Het betreft hier een boek over gericht en gekozen beelddenken en verschilt in die zin van boeken over die aangeboren manier van denken, beelddenken, handelen en de taalproblemen die dit soms voor beelddenkers geeft. 2 Ideafarming, Jeff Gaspersz. Deze site van Jeff Gaspersz biedt, naast publicatie-overzichten, praktische tips voor meer innovatie en inspiratie en innovatie- en inspiratieblogs lezen. 3 En.Actie!, Joost Kadijk en Cyriel Kortleven. Uitgangspunt van dit boek is dat zonder actie nieuwe ideeën en visies geen waarde hebben. De site is verder leuk om inzicht te krijgen op welke gebieden inspirators en consultant als deze zich bewegen. > what we do > workshops & training > En Actie! 4 Ideeën genoeg, Wichert van Engelen (red.). Ook de auteurs van Ideeën genoeg menen dat innovatie vooral een kwestie is van doen ideeën per dag, Koen de Vos ideeën is een volledig handboek over brainstormen. De website biedt ruim inzicht in inhoud en opbouw van het boek. 6 Nieuwe producten bedenken, Gijs van Wulfen. Volgens Marc Heleven is dit boek onmisbaar in elke innovatieboekenkast. De site behoort in elk geval in je favorietenmap. De ietwat lelijke website biedt een enorme rijkdom aan tips, links, voorbeelden en inspiratie van boeken, tips tot films en tools in verbluffende heldere ordening gepresenteerd. > Over het boek 7 Doelgericht vernieuwen. De kracht van Systematic Inventive Thinking, Paul Heere en Annina van Logtestijn e.a. Een Nederlandstalig boek over Systematic Inventive Thinking. Gepresenteerd op de smaakvolle website van Limetree met meer informatie over handige technieken en werkvormen. > wat we doen > tools gebruiken > (links) systematic inventive thinking (sit) 8 Creativiteit? Hoe zo!, Igor Byttebier. Dit is een toepassingsboek, een doeboek voor je zelf. De website geeft uitgebreid inzicht in de inhoud van dit populaire boek dat al aan zijn negende druk toe is. Janneke van Wijk Er verschijnen veel boeken over het brein. Ellis en het verbreinen, over hersenen, gedrag & educatie gaat behalve over hersenen ook over gedrag en educatie. De eerste druk van dit boek verscheen in 2010, naar aanleiding van de oratie van Jelle Jolles. In deze tweede druk zijn recente artikelen toegevoegd. Het boek gaat vooral over talentontwikkeling. Een geschikt boek voor iedereen die geïnteresseerd is in het lerende brein en talentontwikkeling. Jolles deelt de nieuwe inzichten over het functioneren van de hersenen in de hoop dat deze bevindingen een rol kunnen spelen in de dialoog met praktijkprofessionals uit onderwijs en opvoeding. Ellis verwijst naar Alice in Wonderland en de grote rol van nieuwsgierigheid, van taal en verbeeldingskracht. Naast Ellis is het verbreinen een tweede motto van het boek. Dit begrip duidt aan dat de verhouding tussen kind en adolescent dezelfde is als die tussen larve en pop. En de laatste moet letterlijk ook nog verpoppen om zich tot vlinder te ontwikkelen. Analoog moet de adolescent verbreinen tot volwassene. Het verbreinen verwijst ook naar het veranderende brein van kinderen, wanneer ze zich van kind tot adolescent ontwikkelen. Dit proces wordt gestuurd door de omgeving waarin het zich ontwikkelende kind bevindt. Niet alleen ouders en vriendjes/vriendinnetjes maken deel uit van die omgeving, ook docenten spelen een belangrijke rol. Er wordt ingegaan op wat de omgeving zou kunnen doen om het proces van verbreinen bij kind en jongere optimaal te stimuleren. Er wordt gesproken over het belang van steun, sturing en inspiratie. Jolles geeft tips voor docenten en ouders. Uitgangspunt is dat veel tieners er nog niet aan toe zijn om geheel zelfstandig te werken. Welke factoren bepalen individuele verschillen in schoolprestaties en cognitief functioneren? Wat zijn de verschillen in de hersenontwikkeling tussen jongens en meisjes? Waarom hebben tieners het zo moeilijk met plannen en kiezen en waarom nemen ze zo makkelijk risico s? De rol van biologische factoren en ook sociale en cognitieve processen worden in aparte hoofdstukken besproken. Jolles pleit voor onderzoek naar de aard van onderwijsinventies van de middelbare en oudere docent. Wat moet er gedaan worden om optimaal gebruik te maken van diens ervaring en hoe kan beter rekening gehouden worden met functieveranderingen die ook samenhangen met het ouder worden? Verder stelt hij dat een intrigerende vraag nog niet is onderzocht: hoe komt het dat sommige mensen naarmate ze ouder worden steeds minder openstaan voor nieuwe ervaringen, nieuwe kennis en voor het in beweging blijven in de maatschappij? Jolles stelt: Is het denkbaar dat vormen van brain joggen ook voor de oudere docent gelden, dus dat een zekere verandering van aanpak, het opnieuw zich moeten verdiepen in het vak (of in een ander vak) stimulerend zijn voor de verdere persoonlijke groei van de middelbare of oude docent? 9 The Tipping Point, Malcolm Gladwell. Slideshare samenvatting van en filmpje over dit bekende boek. en 10 En tot slot meer dan 50 recensies. Beleidsimpuls zet de recensies van meer dan 50 boeken rond creatief denken op een rij. > Recensies Informatie Ellis en het verbreinen, over hersenen, gedrag & educatie Jelle Jolles Neuropsych Publishers, Amsterdam-Maastricht, pagina s ISBN Prijs: 22,00 Meer informatie over Jelle Jolles op Zie ook het interview met Jelle Jolles door Thea Vuik in We hebben elkaar nodig! in Kunstzone :

11 20 februari / maart Conferentie Authentieke Cultuureducatie Van ideaal naar praktijk, een balans Bea Ros In 2001 formuleerde Folkert Haanstra, lector Kunst- en cultuureducatie aan de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten (AHK) en bijzonder hoogleraar aan de Universiteit Utrecht, in zijn oratie De Hollandse Schoolkunst een ideaal: Laten we het concept van authentiek onderwijs toepassen op kunsteducatie. Ofwel, laten we in ons kunstonderwijs streven naar complexe opdrachten die een relatie hebben met de buitenschoolse kunstbeoefening en kunstbeleving van leerlingen en met ontwikkelingen in de professionele kunstwereld. Tien jaar later is tijdens de Conferentie Authentieke Cultuureducatie, georganiseerd door de AHK en Cultuurnetwerk Nederland de balans opgemaakt van wat verdere theorievorming en praktische toepassingen ons hebben geleerd. Haanstra besprak in zijn keynote de kenmerken van authentieke kunsteducatie en zette op basis van onderzoek en praktijkervaringen de voor en tegens op een rijtje. Rob van Gerwen (Universiteit Utrecht) leerde de aanwezigen met andere ogen kijken naar artistieke authenticiteit. Volgens hem is in de kunst alles authentiek wat maakt dat het publiek de kunstenaar in het werk waarneemt. En Lucy Green (University of London), lijfelijk verhinderd wegens de mist, maar virtueel aanwezig, schotelde de zaal via Skype geluidsfragmenten voor van leerlingen die in school samen muziek leren maken. De drie keynotes, en artikelen van Judith Gulikers en Brent Wilson, zijn na te lezen in de publicatie Cultuur + Educatie 31, Authentieke kunsteducatie. In dit artikel wordt een korte impressie van de workshops gegeven. 1. Authentiek leren op de docentenopleiding beeldende vorming De opleiding beeldende vorming van de AHK is de afgelopen jaren meer op de leest van authentieke kunsteducatie geschoeid. Docenten Paul Meijer en Emiel Heijnen gaven een inkijkje in de omslag van kunstacademie naar docentenopleiding. De opleiding formuleerde vijf professionele rollen van de kunstdocent: praktijkdocent, theoriedocent, kunstenaar/vormgever, ontwikkelaar van lesprogramma s en onderzoeker. Iedere docent haakt aan bij deze rollen, bijvoorbeeld via stage-opdrachten. Door de stage centraal te stellen komen afgestudeerden op de werkvloer beter beslagen ten ijs. Al kunnen ze in de praktijk niet altijd aan de slag met authentiek leren, weet Meijer, vanwege bezwaren van stagedocenten. Heijnen presenteerde een excursie, verzorgd door derdejaarsstudenten tijdens de jaarlijkse studiereis naar Istanbul, als voorbeeld van een complexe authentieke opdracht. Vroeger waren de docenten reisleider, nu doen studenten het werk en leren ze hun eigen beroepsrollen oefenen. Onze rol als coach is belangrijker dan onze rol als inhoudelijk expert, aldus Heijnen. Voordeel van deze authentieke opdracht noemden deelnemers het samenwerkend leren en het beroep op de vindingrijkheid en het improvisatievermogen van studenten. 2. Authentieke beoordeling Judith Gulikers (Wageningen Universiteit) stond stil bij de kansen die authentieke beoordeling biedt voor kunsteducatie. Gulikers gebruikt de Piramide van Miller (1990), waarin (beroeps) bekwaamheid is opgebouwd uit de volgende lagen: weten, weten hoe, tonen en doen. Hoe hoger in de piramide, hoe belangijker authenticiteit is. Kennis (laag 1) is bijvoorbeeld te toetsen met een eenvoudige multiplechoicetest, maar die voldoet niet om te beoordelen hoe de student functioneert op zijn stageplek. Een goede aansluiting tussen instructie, leren en toetsing is erg belangrijk. Een authentieke toets moet de werkelijke praktijksituatie zoveel mogelijk benaderen en kent vijf dimensies: taak, fysieke context, sociale context, vorm ofwel beoordelingsmethode en beoordelingscriteria. Hoe authentieker een leerling de toets ervaart, hoe groter de leeropbrengsten. Dit vraagt om bezinning van de docent op vragen als: Hoe zie ik de kunst- en cultuurpraktijk? Wat wil ik mijn leerlingen bijbrengen? 3. Vakoverstijgend onderwijs en authentieke kunsteducatie De vraag hoe authentieke kunsteducatie ingezet kan worden als motor voor vakoverstijgend onderwijs stond centraal in de workshop van Esther Bos (Hogeschool voor de Kunsten Utrecht en Universiteit van Leiden, ICLON) en Floor den Uyl (Spinoza Lyceum Amsterdam). Bos definitie van CGO (Competentie Gericht Onderwijs) luidt: levensecht onderwijs met als uitgangspunt een culturele stimulus, zoals een excursie of ervaring, waarbij wordt aangesloten bij de leefwereld en eigen inbreng van leerlingen. Leerstof wordt vakoverstijgend en thematisch aangeboden. Den Uyl gaf als voorbeeld haar lesmodule Kerken Kijken Utrecht: de leerling als gids. Daarna discussieerden de deelnemers over suggesties voor vakoverstijgend werken bij dit project. Vakken als geschiedenis, godsdienst en zelfs natuurkunde werden genoemd. Ook droegen ze kwesties aan die leerlingen zouden kunnen uitzoeken, zoals zingeving, ruimtebeleving, rol van opdrachtgevers of verschillen in oorspronkelijke en huidige functie van het gebouw. 4. Discussie over het onderzoek van Lucy Green Lucy Green onderzocht hoe popmuzikanten precies te werk gaan en formuleerde die kenmerken als uitgangspunten voor muziekonderwijs (zie Deelnemers discussieerden onder leiding van Adri Schreuder (Conservatorium van Amsterdam) over de praktische haalbaarheid van haar uitgangspunten: laat leerlingen werken vanuit een vriendengroep, stimuleer peer-directed leren, leren start vanuit de muziek die leerlingen zelf kiezen en waarmee ze zich kunnen identificeren en leren luisteren zonder notatie. Kenmerkend is bovendien dat er een nauw verband bestaat tussen de vaardigheden luisteren, componeren, improviseren en uitvoeren. Leren gaat niet lineair, maar kriskras. De vragen die dit opriep werden later op de dag door Green beantwoord. Ze beval docenten aan zich in het leerproces terughoudend op te stellen en vooral te observeren wat er gebeurt. De docenten gingen ervan uit dat de leerlingen niet aan de slag zouden gaan, maar het tegendeel bleek waar: leerlingen bleken juist zeer gemotiveerd. 5. Tien jaar Wanita: ambities, ervaringen en inzichten In haar workshop vertelde Wil Oud (Kohnstamm Instituut) over het Wanita-concept, waarbij verwondering en eigen vragen van leerlingen de basis zijn voor kunsteducatie. De klas kiest een thema, waarna leerlingen in groepjes subthema s gaan uitwerken en hun bevindingen presenteren aan medeleerlingen. De leerkracht fungeert als coach: iemand die wel de weg, maar niet het antwoord wijst. Oud monitorde tussen de ontwikkeling en de praktijk van het Wanita-concept op vier basisscholen. Het blijkt dat de scholen een eigen draai aan het concept geven. Zo wordt kunsteducatie vaak niet met alle vakken geïntegreerd, maar alleen met wereldoriëntatie. De randvoorwaarden deskundigheid en organisatie blijken in praktijk obstakels om authentieke kunsteducatie te realiseren. Het kost tijd alvorens leerkrachten echt in staat zijn papieren principes te vertalen naar de lespraktijk. Verder blijven kunstenaars, van binnen of buiten de school, nog te veel aanbodgericht werken. 6. Het nieuwe leren: uitgangspunten en effecten Thea Peetsma (Universiteit van Amsterdam) vertelde hoe authentiek leren de motivatie van leerlingen kan vergroten. Zin in leren heeft namelijk alles te maken met iemands doelen voor, verwachtingen over en welbevinden in het onderwijs. Onder de noemer Het nieuwe leren hebben scholen hun onderwijs vernieuwd, gericht op verbetering van de motivatie, leervaardigheden en leerprestaties van leerlingen. Deze vernieuwingen (in instructie of onderwijsconcept) vertrekken vanuit zes uitgangspunten: aandacht voor zelf gereguleerd leren en metacognitie, ruimte voor zelfverantwoordelijk leren, authentieke leeromgeving, leren als sociale activiteit en gebruik van ict. Uit een reviewstudie naar de effecten hiervan op de motivatie en het leren van leerlingen bleek onder meer dat onbegeleid leren niet effectief is. Begeleide instructie of ondersteuning door een stimulerende docent laten wel goede resultaten zien. Ook bleek dat portfolio s weinig effectief zijn zolang er geen einddoel is bepaald en docent en leerling er niet over in gesprek gaan. Een authentieke leeromgeving tenslotte blijkt motiverend en het lijkt erop dat leerlingen opgedane kennis ook weten toe te passen in nieuwe contexten. (advertentie) Ben jij goed in het stellen van de juiste vragen? Ben jij een creatieve en vakbekwame docent, die graag met de vakinhoud en toetsing bezig is? Cito zoekt docenten die vanaf 1 augustus 2012 beschikbaar zijn voor de constructie van de volgende centrale examens: Vmbo: beeldende vakken (gl/tl) Havo/vwo: kunst algemeen havo Meer weten? Kijk dan vanaf 11 februari op De consternatiecompetentie: authentiek leren in het MBO In deze workshop liet dansdocent Marga Alta- Douma de aanwezigen al doende ontdekken wat een authentieke lesopdracht is. De dansopleiding van het Art & Entertainment College van het ROC Amsterdam leidt studenten op tot allround uitvoerend danser en (zelfstandig) choreograaf. In de opleiding wordt niet alleen veel aandacht besteed aan vaktechnische vaardigheden, maar ook aan beroepsvaardigheden als samenwerken, organiseren en problemen oplossen. Al vanaf het eerste jaar lopen de studenten stages. Douma-Alta vertelde hoe docenten hun studenten met een authentieke opdracht opzettelijk in het diepe gooien: Net als in een echte werksituatie moeten ze onder tijdsdruk intensief samenwerken en worden ze afgerekend op hun prestaties. Competitie en stress zorgen, net zoals in het echte leven, voor de consternatiecompetentie. Op staat het uitgebreide verslag. De publicatie Cultuur + Eductatie 31, Authenntieke Kunsteducatie is binnenkort als PDF beschikbaar.

12 22 februari / maart Paul Rooyackers Danslessen saai? Creatieve manieren om danslessen te geven Of je nu binnenkomt in een balletstudio of in een klas op een basisschool of middelbare school waar dans wordt gegeven, vaak is de structuur van de dansles die je ziet hetzelfde en daarom op den duur ongelooflijk saai. De opbouw is hetzelfde, je ziet bijna geen pogingen om creatief om te gaan met vernieuwingen of andere manieren om de les aantrekkelijk te maken. Hoe zit het met dansles voor pubers en hoe kun je creatief omgaan met dans in de klas? Vooral in balletscholen zie je de meest saaie lesopzetten: docenten draaien er hun vaste patroon af. Ze hebben manieren geleerd om hun les te kunnen geven en veranderen daar in twintig jaar tijd niets meer aan. Is het echt zo erg? Ja, en nog erger. Alleen de (pop)muziek die men gebruikt in de les, is veranderd en de tijd waardoor men gretig kopieert van videoclips of van anderen als men een dans maakt. Al toen ik op de theaterschool op de dansafdeling zat, waren er docenten die altijd dezelfde riedel afstaken om de les op te bouwen. De opwarming was hetzelfde, de manier van opdrachten geven was hetzelfde, de rest van de les was ongelooflijk voorspelbaar en het einde, een eventueel te tonen dans, werd er door de docent doorheen geramd. Dit gold vooral voor de lessen moderne dans en klassieke dans. Ook bij folkloredans, dat tegenwoordig opgepimpte termen kent als internationale dans of werelddans, was het patroon van de les altijd hetzelfde. Bij dansimprovisatielessen waren er gelukkig verschillen te proeven, niet in het minst omdat men zelf aan de slag kon met de verwerking van de opdracht. Maar ook hier was de opzet van de les echter heilig en nooit anders: eerst de opwarming, dan de exploratiefase, dan het leermoment (dansbeleving, danspresentatie en cooling down). Op VO-scholen zie je vergelijkbare processen. De docent geeft de les volgens een vast patroon en houdt daar angstvallig aan vast. Gek genoeg vinden veel leerlingen het geen probleem om iedere keer dezelfde opzet te moeten meemaken. Gewenning doet eten blijkbaar beter smaken. Opleidingen Op opleidingen zie je navenante patronen. De scholen die ik de afgelopen 40 jaar van binnen heb gezien, zowel MBO als HBO, kennen hun maniertjes en overal zie je die maniertjes terugkomen. Jonge docenten nemen patronen over van hun docenten en knallen de les op dezelfde manier de studio s in. Vaak vergezeld van hetzelfde gebrul of dezelfde toon en zelfs dezelfde taal die hun docent er ook al op na hield en de standaard correcties die men uit het hoofd heeft geleerd. Ook hier: opleidingen waar men ook improvisatie geeft of choreografisch leert denken, onderscheiden zich regelmatig van deze genoemde saaiheid. Is het Hollands? Nee, het komt overal voor. Of je nu in Engeland, Frankrijk, Spanje of in Amerika gaat kijken, overal dezelfde manieren om een les op te bouwen en dezelfde oefeningen om op te warmen, aan de barre om de oefeningen voor te bereiden en op de vloer, om zittend, liggend of daarna staand de dans uit te voeren. Over de diagonaal dansend, springend, veelal zie je dezelfde aangeleerde kunstjes. Experimentele muziek Werd in de jaren zestig en zeventig in danslessen nog veel experimentele muziek gebruikt, nu zie je dat de muziek evenzo bepalend is voor de beleving in de les, maar dat de muziek veelal omgeturnd is door de ontwikkelingen op gebied van popmuziek en onder invloed van de videoclipcultuur en de YouTube-filmpjes. Klassieke dans wordt natuurlijk nog steeds gegeven op basis van een pianist die soms eigen riedels speelt, maar meestal op instigatie van de docent die de telling hanteert die tijdens de oefeningen handig is, vaak dus met een klassieke touch. De popmuziek en de videoclip hebben vooral in de balletstudio s een revolutie veroorzaakt. Tevens is het kopieer gedrag naar aanleiding van dansen die in de clips voorkomen er de oorzaak van dat men op veel balletscholen dezelfde danscombinaties tegenkomt. Jazzdans of meer streetdance drijft op de Foto: Paul Rooyackers

13 24 februari / maart nieuwe muziek die met bakken tegelijk uitkomt en een korte tijdspanne interessant wordt gevonden. Kopieergedrag komt dus heel veel voor en dat heeft ook een enorme invloed op hoe leerlingen die op balletles zitten, vervolgens in een dansklas op school proberen hun dansen en muziek door te geven aan anderen die misschien nog maar weinig geïnfecteerd zijn door deze muziek. Choreografisch lesgeven Een dansles op school kan natuurlijk meeliften met deze tijdsbeelden, maar kan, afhankelijk van de docent, een eigen koers inslaan. Lesgeven in dans kan iedere dag anders zijn en de zogenaamde fysieke opbouw kan middels een andere aanzet nieuwe impulsen stimuleren. Het kan de leerling direct in een bewegingsstroom brengen waar hij meteen de creatieve stimulans voelt om de ideeën om te zetten in bewegingen, alleen of samen met anderen. Film en dans, lesgeven via internet, is op dit moment een nieuwe vorm waarmee in de les meteen geëxperimenteerd wordt. Aan de hand van filmpjes op internet kunnen opdrachten meteen geadapteerd worden en omgezet in bewegingsvormen, in dansbewegingen. Muziek kan daarbij ook weer experimenteel zijn omdat het via YouTube binnenkomt, live in de les. Een voorbeeld: Bottle Ghost van Roly Kovac and his Fingers. Dit is muziek uit 1972 en bijvoorbeeld te downloaden van YouTube en het is verre van een normaal stukje muziek. Het is de vraag of de platenhoes die bij het filmpje getoond wordt, ook tijdens de les levensgroot vertoond moet worden, maar soms kan dat functioneren als filmische achtergrond via de beamer. Leerlingen van nu accepteren namelijk heel veel als het maar via YouTube binnenkomt. Erg gek Dezelfde muziek kan ook gepaard gaan met een tekenfilm die tijdens de les groot gedraaid wordt, zonder geluid. Een les kan anders opgebouwd worden, vanuit andere principes en natuurlijk kun je opdrachten instant geven, zodat men meteen met enkele aan te reiken dansbewegingen aan de slag kan. Veel dansvoorstellingen gebruiken de mix van beelden als achtergrond tijdens hun voorstelling in een theater. In een les wordt zoiets nog als erg gek ervaren, terwijl het wel werkt zoals ik uit eigen ervaring kan melden. Maak daarom meer danstheater in je les. Vind creatieve manieren om oude conventies in het lesgeven los te laten en anderszins te gaan experimenteren. Kijk bijvoorbeeld eens wat Dubstep-filmpjes voor een rage teweeg hebben gebracht op internet, onder andere met dansklassen. Foto: Gerlofke Smit NIEUW (advertentie) Deel 3 verschijnt juli 2012 artekeducatieve uitgeverij kunst leer- en werkboek neemt de docenten van een kunstvak veel werk uit handen maar biedt ook voldoende ruimte voor eigen initiatief. De onderwerpen worden breed thematisch aangeboden.de inhoudelijke informatie met voorstellen voor alternatieve onderwerpen dient als basis voor eigen invulling en variatie. De drie delen van deze methode voorzien in de eindtermen voor de kunstvakken. De leerling bezit een uitstekende basis voor een eindexamen in een kunstvak, CKV of KUA. Voor meer informatie: artek@home.nl De leerlingen zijn vreselijk enthousiast zowel bij tekenen als bij handvaardigheid. Ze hebben allemaal een tweedehandse schoen meegenomen die ze gaan veranderen in een andere schoen. De ideeën zijn al erg leuk. Ik ben dus benieuwd wat het gaat worden. Henry, Deurne. De docent: onderwijziger en hulpnavigator Kritische bespreking van Edushock Saskia van der Linden Edushock is bedoeld als een inspiratiegids, een doeboek voor docenten, leerlingen, beleidsmakers en zelfs ouders. In vijf hoofdstukken, die trendy met tweets geïntroduceerd worden, en twintig paragrafen (trends) passeert een mooie selectie aan onderwerpen de revue. Hoofdstukken en paragrafen inderdaad, want al heb je het over tweets en trends, al kleur je alles fluorroze, het blijft gewoon een ouderwets boek. Nu is er niets mis met een goed boek, maar een boek voor de toekomst is lastig. Omstandig wordt uitgelegd wat een tweet is: nog geen 6 maanden oud is het al verouderd. Tenenkrommend zijn die uitlegjes overigens. Duidelijk geschreven voor de wat oudere docent die zo slecht op de hoogte is van alle mooie nieuwe ontwikkelingen. Nu zijn die stukjes gedrukt in witte letters op een fluorroze achtergrond, onleesbaar voor die oudere docent met slechte ogen, je kunt ze beter overslaan. Een onbegrijpelijke kleurcombinatie die elke, ook hippe, usability-expert zou afraden: onleesbaar. De wereld verandert Het zal bedoeld zijn om te choqueren, het onderwijs wakker te schudden, in die vorm is immers de boodschap te lezen. En die boodschap is: de wereld verandert, dus het onderwijs moet mee veranderen. Het boek gaat uit van veranderen als doel op zich. Nergens worden we aangemoedigd om iets te veranderen op basis van een beschouwing van de huidige situatie of de analyse van een probleem. We lezen in ietwat oubollige verhaaltjes hoe de toekomst eruit kan gaan zien, dat is uitgangspunt. Het onderwijs moet zich vervolgens voegen naar die toekomst. Ondanks de herkenbare waarde van de praktische voorbeelden, leuke tips, creatieve ideeën en een frisse aanpak mis ik voortdurend de kritische blik. Het vragen stellen, dat overigens in het onderwijs van de toekomst gelukkig wel een plek toebedeeld krijgt. De toon is die van de altijd glimlachende evangelist: alles is leuk, blij en vrolijk. Wat is er eigenlijk mis aan saai? Dat leren ook al ploeterend waarde kan hebben en inspirerend is, wordt vergeten. Dat leren ook iets heel moeilijks is, heel bevredigend kan zijn, wordt overgeslagen. Jammer, want je kunt wel van dit boekje leren. Het is zeker de inspiratiegids die het beoogt te zijn. Spetterende pagina s De toekomstverhalen, concrete voorbeelden, handige tabellen, schema s, inzichtelijke mindmaps, lijstjes met tips en webverwijzingen, stellige beweringen, paginagrote leercartoons en ondersteunende iconen spetteren van de pagina s af. Op alle manieren worden de zintuigen geprikkeld. Aangenaam verrassen de auteurs je met inventief gevonden begrippen. Docenten moeten onder-wijziger worden, of een hulpnavigator voor de lerende. Een glimlach ontlokten ze me bij het voorstel om een tweede leerplicht in te stellen voor de 50- tot 55-jarigen, om het leven lang leren te stimuleren. En ja, al dat roze ten spijt, de auteurs hebben wel een punt, het onderwijs moet op zijn minst reageren op al die veranderingen, bij voorkeur pro-actief zijn plan trekken. Links programma De keuze van onderwerpen klinkt aangenaam in de oren. School, Humaniteit, Ontwikkeling, Cultuur en Kennis: SHOCK. De didactische aanpak ook. Leren door kunst of door vrijwilligerswerk, leren en denken over een duurzamere wereld, actief burgerschap en culturen in opkomst, toegepast leren, leren in en met een peer group, intergenerationeel leren: een links georiënteerd programma dus. Of, anders gezegd, Edushock zal door BON (Beter Onderwijs Nederland) niet direct met open armen ontvangen worden. Echter, op de kritiek van die kant en de vraag naar goed spellende en rekenende leerlingen zullen we in het onderwijs ook creatief moeten inspelen. Dat redden we niet met het ad-hoc toepassen van de in het boek genoemde tips. Edushock besluit gelukkig wel met een voorbeeldmindmap waarin de docent constructief nadenkt over wat hij kan en wil aanpakken. Meeveranderen of tegenwicht? Tot slot, er zit een vreemde tegenspraak in het geheel. Terwijl onze wereld verandert en steeds meer nadruk op kennis en kennissystemen dreigt te leggen, steeds meer door ratio en techniek aangestuurd wordt, put Edushock zich uit in tips en voorbeelden die bij leren een andere oriëntatie vragen. Een oriëntatie op zintuigen of motoriek, op bezinning en natuur of op intergenerationeel leren. Vragen stellen aan je oma en het bekijken van het kistje op zolder met de gekopieerde voedselbonnen uit de oorlog, leren door in het bos hutten te bouwen of de wilde appels tot moes te koken en daar een handige zakcent mee te verdienen, leren zoals vroeger dus? Het informele leren van vroeger institutionaliseren? Wat is het nu? Veranderen we nu mee of geven we op een ouderwets creatieve manier, maar ondersteund door nieuwe technologieën, tegenwicht aan de ontwikkelingen in de wereld? Lezen dus Is Edushock het nieuwe onderwijsdenken, een ingenieuze gids om het onderwijs van binnenuit te veranderen, zoals lovende recensies schrijven? Nee, om het onderwijs van binnen uit te veranderen is meer nodig dan alleen creatief en innovatief dingen bedenken. Het structureren van al die ideeën, het borgen van al dat nieuws of draagvlak creëren, om maar eens wat te noemen. En nogmaals nee, het betreft veel oude ideeën in een nieuw jasje, maar daarom niet minder bruikbaar, want allemaal bij elkaar in één boek! Vergeten ideeën die creatief en trendy vormgegeven toch, of vooruit dan maar, dus, prikkelen tot nadenken. Edushock lezen? Zeker, en de website (in zacht oranje) gebruiken. Daar een selectie van die waardevolle verwijzingen in een onderwijscloudje opslaan om er, blijvend en samen met je collega s, inspiratie uit te putten. Edushock, breinoptimizer voor leren in de toekomst Dirk de Boe, Bernard Lernout en Pieter Sprangers LannooCampus/Scriptum, Leuven pagina s ISBN Prijs: 19,95

14 Een modelcompositie Analyseren van een creatief schrijfproces 27 Caroline Grasmeijer Het onderwijsprogramma Beeldende kunst en vormgeving omvat een gestructureerde opbouw van de leerstof, met in ieder geval doorlopende leerlijnen voor: Visualiseren beeldende basisvaardigheden; Creatief denken over het proces van beeldend vormgeven; Beschouwen beeldbeschouwing, kunstgeschiedenis en cultuurgeschiedenis. De organisatie van het onderwijsprogramma Beeldende kunst en vormgeving biedt alle leerlingen de gelegenheid om hun talenten maximaal te ontwikkelen. Wie is Eefje? Eefje is veertien jaar. Zij volgde de onderbouw van het voortgezet onderwijs, het laatste deel van het onderwijs waarin Beeldende kunst en vormgeving tot het verplichte curriculum hoort. Eefje heeft het onderwijsprogramma met het leerplan voor Beeldende kunst en vormgeving met succes doorlopen. In het leerplan staat beschreven wat Eefje dan kent en kan. Leerplan beeldende kunst en vormgeving Het nieuwe leerplan voor het vakgebied Beeldende kunst en vormgeving, voor 4- tot 14-jarigen is een belangrijk document voor de Vereniging Onderwijs Kunst en Cultuur, omdat onderwijs in Beeldende kunst en vormgeving een sine qua non is voor leerlingen die opgevoed worden tot beeldbekwame mensen, die in onze gemedialiseerde maatschappij een plek moeten verwerven. Omdat inzichten en accenten zich in de loop van de tijd altijd verder ontwikkelen, blijven we dit leerplan voortdurend kritisch tegen het licht houden en waar nodig aanpassen. Uw inbreng is daarbij van wezenlijk belang. Wij zijn benieuwd naar uw reacties. kijk op voor de beknopte versie en meer informatie Writing process model van Flower & Hayes Creativiteit in het maakproces van eigen composities van muziekdocenten is soms een magisch, ongrijpbaar gebeuren. Naast een muze zijn er factoren die het proces mede bepalen, zowel bij de docent als bij de leerlingen. De leerlingen van 5-HAVO van de Gereformeerde Scholengemeenschap Randstad (GSR) te Rotterdam ontwierpen hun eigen compositie. Na observatie door de docent en het analyseren van het eigen werkproces ontstonden er nieuwe inzichten. Op allerlei gebieden, naast de kunstwetenschappen, is er onderzoek gedaan naar creativiteit, bijvoorbeeld bij neurowetenschappen, biologie, economie, filosofie en sociologie. Creativiteit heeft te maken met de persoon, het product en het proces. Over de eerste twee zaken is veel geschreven. Creativiteit analyseren in het proces is van een andere orde. Het is mogelijk om een slecht gewaardeerd creatief product te hebben, maar tegelijkertijd wel een interessant creatief proces. Door middel van interviews, biografieën, historisch materiaal en observaties kunnen data verzameld worden waarmee je een creatief proces kunt analyseren. In een creatief proces spelen een aantal zaken mee. Allereerst de persoonlijke kwaliteiten die een artistiek persoon bezit. Tien jaar training is het tweede: het werken aan vaardigheden mag niet onderschat worden. De factoren die een creatief proces beïnvloeden worden wel de ingrediënten genoemd. En dan zijn er nog de fases die te onderscheiden zijn in het creatieve proces. Fasemodel Wanneer je fases herkent in een creatief proces, kun je blokkades makkelijker herkennen en voorkomen. Nirav Christoph, lector Theatrale Maakprocessen aan de Hogeschool voor de Kunsten Utrecht (HKU), heeft verschillende theorieën samengevoegd tot het zogenaamde fasemodel. Flower & Hayes hebben in 1980 een Writing process model vastgesteld. Dit gaat over het herkennen van de ingrediënten van schrijfprocessen. Daniela Moosmann, dramaturg en onderzoekster bij de HKU, heeft dit model uitgebreid. Een model als dit kan helpen om zicht te krijgen op een creatief proces om er vervolgens meer sturing aan te kunnen geven. Jochem Naafs, eveneens dramaturg en onderzoeker bij de HKU, koppelt het fasemodel aan het ingrediëntenmodel. Een analysemodel is geen recept voor creativiteit, maar biedt wel een manier om een creatief proces te analyseren en interpreteren. In het muziekonderwijs wordt continu gewerkt met creatieve processen. Wanneer leerlingen studeren op een speelstuk, met bodypercussie bezig zijn of eigen teksten schrijven, zijn zij onbewust een proces ingestapt. Het analyseren en interpreteren hiervan is ook dagelijks aan de orde. Een muziekdocent moet een mening geven over vorderingen in het maakproces en dit beoordelen. Naast het beoordelen of een leerling zich aan de opdracht heeft gehouden, waaraan doorgaans heldere beoordelingskenmerken of competenties vastzitten, staat ook de creativiteit ter discussie. Creativiteit in een proces kan door middel van het ingrediëntenmodel makkelijker aan het licht komen. Het creatief maakproces van een kunstenaar wordt bepaald door een aantal factoren die we hier ingrediënten noemen. Aan de hand van het model kun je zien waarop een kunstenaar zijn/haar gedachten richt. Niet in ieder maakproces zijn alle ingrediënten aanwezig, hebben ze dezelfde benamingen, en verloopt het proces op dezelfde manier. Hieronder richten we ons op een schrijfproces. In het model van Flower & Hayes (zie hiernaast) zijn drie gebieden te onderscheiden, waar de aandacht van een schrijver zich op kan richten. Bovenaan de taakomgeving, links het langetermijngeheugen en rechts de cognitieve schrijfprocessen. De schrijver schakelt met zijn aandacht voortdurend tussen deze onderdelen en tussen de ingrediënten die deel uitmaken van deze onderdelen. In het model zijn alle werkzame ingrediënten uit een schrijfproces aangegeven, maar het verloop van de aandacht kun je hier niet in lezen. Er is geen aanbevolen route om het proces te doorlopen, dit is voor iedereen verschillend. Stappenplan Het ontwerpen van een eigen compositie komt in de examenklassen muziek vaak aan bod. Zo ook in 5-HAVO van de GSR in Rotterdam. De leerlingen kregen uitleg over de specifieke opdracht en een stappenplan voor componeren aangereikt. In dit stappenplan mochten ze zelf de volgorde bepalen met de aantekening dat het zinvol was om ze wel allemaal door te lopen. Bijvoorbeeld het bepalen van een thema, het zoeken van inspiratiebronnen, het ontwerpen van een akkoordenschema voor het refrein en het schrijven van tekst. Hieronder kun je volgen waar de leerlingen hun aandacht bij het schrijven, componeren achtereenvolgens op richten: op hun taak, de planning, hun geheugen, enzovoort. Monitor: Derde persoon spreekt - Heb echt nog geen inspiratie Planning: Ordenen - Noem dingen op met muziek. - Iets met noten, haha. Writing assignment: Terug naar eerste idee - Wel in het Engels. Planning: Ordenen - Notes, haha. - G-sleutel muzieksleutel, chicky. Observatie is een manier om inzicht te krijgen in een creatief proces. Tijdens een muziekles heb ik de leerlingen geobserveerd, terwijl ze aan het componeren waren. Zonder iets te zeggen ben ik in de buurt gaan zitten en heb alles genoteerd wat gezegd werd. Iedere groep heb ik op deze manier tien minuten gevolgd.

15 28 februari / maart 2012 PO 29 Translating: Schrijven - In het water staat een prullenbak - speelt. - Die zit echt hartstikke vol - speelt. - En daar staat ie helemaal alleen - speelt. Review: Inhoud beoordelen - Ja, dat is wel iets, maar of dat nou - Of dat nou iets is om over te gaan zingen, Menno. Monitor: Derde persoon - Maar ik kan geen zinnige tekst verzinnen. Writing assignment: Onderwerp, bedoelingen, normen - De volgende keer, zegt mevrouw, moet de tekst wel zinnig zijn. Ik kan wel horen dat ze dat opschrijft. Translating: Schrijven - Ok, er loopt in de verte een meisje over straat - speelt. - Een meisje waar ik heel graag mee praat - speelt. Review: Vorm beoordelen - Wat rijmt er op ja, dat kan niet. Translating: Schrijven - Ze woont in Appelscha. - Ja vla, we eten samen bananenvla. Long time memory: Ervaring, opvattingen, stored writing plans - Aardbeienvla zou ik doen. Dat is romantischer - speelt. Vervolgens heb ik de zinnen van de leerlingen in het model van Flower & Hayes geplaatst. De complete analyse heb ik meegenomen naar de volgende les en daar aan de leerlingen voorgelegd. De leerlingen kregen uitleg over het fasemodel en het ingrediëntenmodel. In de groepen hebben ze genoteerd welke fases van Nirav Christoph bij hen al de revue waren gepasseerd en in welke fase ze nu dachten te zitten. De analyse was gemaakt aan de hand van het ingrediëntenmodel. De leerlingen moesten turven hoe vaak ze in ieder blok waren geweest, iedere zin had tenslotte een ingrediënt toegewezen gekregen. Vervolgens kwam de interpretatie van de leerlingen. Writing assignment: Voornemen van wachten, normen - Wacht ff hoor, - Bram. Liedjes bij de geschiedeniscanon De canon van Nederland bestaat uit 50 vensters, gebeurtenissen, personen en ontwikkelingen die samen de Nederlandse samenleving zoals die nu is gevormd hebben. Van de hunebedden, via de eerste treinen tot Annie M.G. Schmidt, alles komt voorbij. Vanaf augustus 2010 is de canon opgenomen in de kerndoelen van het primair onderwijs. De canonvensters zijn bedoeld ter illustratie van de tien tijdvakken. Speciaal voor kinderen van groep 6 t/m 8 heeft Majel Lustenhouwer (bekend van Kinderen voor Kinderen) liedjes gemaakt. Met behulp van deze liedjes leren kinderen op een leuke en speelse manier meer over Karel V, Aletta Jacobs of de Romeinse Limes. Inmiddels zijn er bij SchoolTV twee CD s met elk tien lied- jes verschenen. Ook zijn er lessen voor het digibord bij de liedjes gemaakt. De liedjes kunnen natuurlijk worden ingezet bij het vak geschiedenis of muziek, maar ze kunnen ook gebruikt worden bij kunstprojecten. Meer info: Review: Inhoud beoordelen - Dus we hebben dat van tudutududu. - En dan te te te, toch. - Ja best. Writing assignment: Persoonlijke normen - Jongens even stil. Translating: Produceren Zo Bram. - Dus speelt. Plannen: Ordenen - Waar doen we het nou? - Vanaf waar doen we het nou? - Vanaf die twee keer en dan nog de solo. - Zoiets? Planning: Bedoelingen van de schrijver - Niet te snel. - Hij moet ts ts ts - speelt. - Dat is te snel. - Even ts ts ts - speelt. Writing assignment: Motivatie Wel nice dat je het met de base doet. Thanx. Een groep concludeerde dat ze veel in het blok van Review en Writing assignment zaten. Ze vonden dat ze veel terughaalden van wat ze al hadden geoefend. Een ander duo zag dat ze veel in het blok van Review zaten. Ze waren continu hun eigen werk aan het beoordelen. De conclusie van het duo was dat ze meer moesten durven en niet steeds weer het lied van voren af aan moesten spelen. We zijn veel in Planning blijven hangen, vond een groepje meiden. Ze concludeerden dat het niet erg is wanneer het een beetje rommelig is. Want hun manier van steeds structureren bleek nu niet te werken. Ook zagen ze dat ze zichzelf of hun werk veel afkraakten. De monitor gebruikten ze op een negatieve manier. Besloten werd dat negatieve opmerkingen niet meer toe te staan. Ze moesten motiverend gaan werken. Creatief proces Wat er gebeurt door de analyseopdracht, is dat de leerlingen eigenaar worden van hun eigen creatieve proces. Ze zien wat er gebeurt, kunnen een moment erbuiten treden en van een afstandje het eigen proces interpreteren. Dat betekent dat ze zien welke ingrediënten er in meer of mindere mate naar voren komen, en wellicht zelfs wat dit tot gevolg heeft. Ook kijken ze zo naar het groepsproces. Ze zien hoe de groep zich globaal gezien ontwikkeld heeft. De functie van de monitor als ingrediënt is hierin belangrijk. Leerlingen leren zo niet alleen hun creatieve proces, maar ook het groepsproces te ontdekken. Een model is een spiegel van het creatieve proces, maar schrijft het proces niet voor. Het meest interessante in dit model speelt zich af tussen de blokken. Het gaat er om hoe de aandacht wordt verdeeld tussen de verschillende ingrediënten. Ritme en dynamiek zijn als het ware de pijlen tussen de verschillende ingrediënten. Zinnen kunnen een overgang van blok naar blok aangeven. Soms gaat de aandacht razendsnel van het ene blok naar het andere. En juist dan gebeurt er iets. Misschien wel datgene wat ook wel een Aha-Erlebnis of flow genoemd wordt. Bijvoorbeeld een cruciale zin, een goed muzikaal idee of het samenbindende gevoel dat alles op zijn plek valt. Csikszentmihalyi noemt de optimale ervaring in een creatief proces flow. Dit zou kunnen plaatsvinden in moeilijke, zware, riskante situaties die veel eisen en waarin een element van nieuwsgierigheid en ontdekking zit. Wanneer vaardigheden en uitdaging toenemen, is een status van flow eerder te bereiken. Dit betekent dat dit ook goed plaats kan vinden in een proces van componeren. Een creatief proces is een van de meest ongrijpbare en onbegrijpbare processen in de kunst. Dat roept wellicht de neiging op om dit ook zo te laten. Maar het verliest haar magie niet wanneer er geprobeerd wordt haar in een model te laten passen. Voor schrijfprocessen - zoals een compositie - kan het model van Flower & Hayes hierbij verhelderend zijn. In het onderwijs heeft het begrijpelijk maken van een creatief maakproces een meerwaarde voor de leerlingen. Ook voor de docent heeft het meerwaarde, maar er bestaat geen modelcompositie. Iedere creatief proces van een compositie kent haar eigen dynamiek. Een model kan alleen helpen om dit in kaart te brengen. Boos, bang, en blij! Música! geeft kinderen actieve rol bij concert Machiel Swillens De kinderen actief laten meedoen aan een concert, dat was de uitdaging die Het Brabants Orkest en Kunstbalie zich stelden bij het ontwikkelen van Música!. Op 17 november 2011 ging de voorstelling in première. Nog dit concertseizoen maken zo n 5000 kinderen kennis met een symfonie-orkest en klassieke muziek. Terwijl het orkest zachtjes inspeelt, ijsbeert de uitvinder over het podium. In gedachten verzonken. Witte overjas. Haren in de war. Hij is aan het uitvinden, dat zie je zo. Zijn laboratorium dat naast de dirigent is opgesteld, ziet er indrukwekkend uit. Opeens merkt hij dat de zaal vol kinderen zit. Hallo, ik ben wetenschapper, ik schep weten, spreekt hij tot zijn publiek, maar het lukt niet, ik zit vast. Hij klinkt vertwijfelt. De kinderen leven al met hem mee. Ah, wat zielig, fluistert een meisje. Even later is het de beurt aan de kinderen zelf. Zij kunnen hem helpen. Gevoelens, daar ontbreekt het de uitvinder aan. En die kunnen de kinderen hem geven. Idee Het idee om kinderen actief bij een voorstelling te betrekken kwam voor Het Brabants Orkest niet uit de lucht vallen. Het orkest werkt al langer met een methode die Componeren in de klas wordt genoemd. Een aantal orkestmusici kreeg hiertoe een speciale training. Zij geven workshops aan groepen kinderen uit het basis- en voortgezet onderwijs. In deze serie workshops die op school plaatsvindt, componeren kinderen hun eigen muziekstuk. Dit leidt vaak tot prachtige en verrassende composities die de kinderen vervolgens ook uitvoeren. Later bezoeken deze groepen dan een concert van het orkest. Adeline van Campen, educatief medewerker van Het Brabants Orkest: Door onze bijzondere ervaringen met deze werkvorm lag het voor de hand de kinderen nu ook een actieve rol te geven bij onze educatieve concerten. Nieuw verhaal De muziek El Amor Brujo van de Spaanse componist Manuel de Falla vormde het uitgangspunt voor Música!. Het blijkt een goede keuze voor een kinderconcert. Deze typisch Spaanse muziek spreekt direct tot het gevoel. De grootse klank van het symfonie-orkest wordt fraai afgewisseld met momenten waarop de individuele solo-instrumenten kunnen schitteren. Omdat het verhaal van dit stuk zich minder goed leent voor kinderen van groep vijf en zes, Foto: Josje Leen verzon regisseur Gienke Deuten een heel nieuw verhaal, speciaal voor deze doelgroep. Ik luisterde naar de muziek, de beelden die dat bij mij opriep, daar ging ik mee aan de slag. Zo ontstond de uitvinder die zijn hoofd vol heeft met cijfers en tabellen, maar zich met zijn emoties geen raad weet. Zij brengen hem in verwarring, zitten hem dwars. Daarom werkt hij aan een uitvinding: het binnenstebuitenkoord. Door dat koord zal hij in zichzelf naar binnen kunnen stappen om zijn gevoelsleven te onderzoeken. Wat zit er in zijn binnenste? Een heel orkest, een Spaanse zangeres om verliefd op te worden, meeslepende muziek. Wat de kinderen ervan vonden Stampen, klappen en zingen Tegelijkertijd bedachten Ingrid Ruijgh van Kunstbalie en Adeline van Campen met haar team van muzikanten uit het orkest een plan om de kinderen een rol te geven in de voorstelling. De kinderen die Música! bezoeken, worden ingedeeld in vijf groepen. Elk van die groepen vertegenwoordigt een emotie: onrust, boos, bang, verliefd en blij. Voorafgaand aan de voorstellin g oefenen alle groepen, onder leiding van een musicus uit het orkest, een kort muziekstukje dat een van deze emoties verklankt. De leerlingen stampen, klappen en zingen, maar er wordt ook gebruik gemaakt van ritmische teksten. De motieven die zij gebruiken zijn ontleend aan El Amor Brujo, het stuk dat ze tijdens de voorstelling horen. Ingrid Ruijgh: We hopen natuurlijk dat de kinderen hun eigen stukje herkennen als het terugkomt in het concert. Kinderconcert Ik kom er niet uit, roept de uitvinder getergd, maar jullie kunnen mij helpen. Dan is het grote moment aangebroken. Het kinderconcert kan beginnen. Een voor een laten de vijf groepen, begeleid door muziek van het orkest, hun muziekstuk horen, aangevuurd door hun musicus die bij hen in de zaal zit. Er klinkt dreigend gestamp, gesis en vrolijk geklap. Een ijselijke gil van het groepje bang. Het groepje verliefd doet een dans. Tenslotte zingen de kinderen van blij hun lied: Dit is voor jou De uitvinder vangt alle kindermuziek op met een enorme trechter, zijn opvang-unit. Hij giet de opgevangen componenten in het apparaat en, met een lichtflits en een rookwolk, is daar het binnenstebuitenkoord. De uitvinding is gelukt. Het concert kan beginnen! Música! Het Brabants Orkest Arjan Tien - dirigent Gienke Deuten - regisseur Steven Stavast - acteur Erminia Fernandez Cordoba - zangeres/cantoara

16 30 februari / maart 2012 VO VO 31 Noorderlicht in Den Haag Educatieproject van Saariaho Festival Olga de Kort-Koulikova Waarom moeten kinderen weten over opera? CKV-workshop van De Nederlandse Opera Ineke Geleijns Noorderlicht (poollicht, zuiderlicht): een lichtverschijnsel in de aardatmosfeer dat bij duisternis kan worden waargenomen. Men ziet het vooral op hoge geografische breedtes als een lichte gloed of bewegende bogen, stralenbundels of gordijnen van licht. (Wikipedia) Van alle natuurverschijnselen is het noorderlicht waarschijnlijk het laatste dat je in Den Haag kunt tegenkomen. Toch zit ik deze regenachtige oktoberavond in de Dr. Anton Philipszaal in afwachting van het aurora borealis. Buiten verschuilen mensen zich onder paraplu s of capuchons, en proberen ze diepe regenplassen te ontwijken. Af en toe werpt iemand een nieuwsgierige blik door de grote ramen naar binnen, maar de meeste natgeregende voorbijgangers haasten zich met een gebogen hoofd verder. Zij kunnen zich niet eens voorstellen dat er op dit moment meer in de wereld is dan regen, het noorderlicht bijvoorbeeld. Mijn noorderlicht wordt mede mogelijk gemaakt door het New European Ensemble dat gedurende drie dagen de werken van Kaija Saariaho speelt. Vanavond is dag twee, en naast Saariaho s Lichtbogen krijg ik de kans om nog drie workshopcomposities van Haagse scholieren te horen. Van alle deelnemers is de Finse componiste ongetwijfeld de enige die naar de poolcirkel is geweest; de jongeren haalden hun inspiratie uit natuurfilms, foto s en de muziek van Saariaho. Het beroemde lichtspel komt in drie totaal verschillende gedaantes terug. In de eigenzinnige creaties hoor ik de fluitende wind, het gehuil van de wolven en het zachte zilveren geluid van de vallende sterren. De verstilde klankbogen en lichte stijgende geluidgolven van Kaija Saariaho zelf komen tijdens het eerste deel van het concert aan bod. De voor het concert gebleven scholieren besparen geduldig al hun energie voor het luide applaus, dat meteen na de laatste en in de zaal nog steeds zwevende klanken uitbarst. In de pauze gaan de kinderen en hun begeleiders naar huis, druk gesticulerend en pratend over het beste noorderlicht van vanavond. Ik betwijfel of iemand van de aanwezigen docenten, ouders, musici van het New European Ensemble en speciaal voor de presentatie gekomen publiek het beste noordenlicht zou kunnen kiezen. Alle drie muziekstukken zijn volkomen origineel en de creativiteit van de deelnemers is alleen met hun enthousiasme te vergelijken. Dit enthousiasme valt niet alleen het publiek op, ook direct bij het project betrokken musici van het New European Ensemble en educatieprojectleider Krista te Brake voelen zich erdoor aangestoken. Te Brake: De energie van jongeren werkt zo enthousiasmerend! Nog tijdens de drie workshops konden we merken dat de scholieren het prachtig vonden om composities te bedenken waarin hun eigen visie kon worden verwerkt. De wereld van de Finse componiste Kaija Saariaho is geïnspireerd door de natuur en de mens en hoe deze de natuurlijke en culturele omgeving beleeft. Het stuk Lichtbogen is op zijn beurt geïnspireerd op het spectaculaire Scandinavische noorderlicht en vertaald in uiteenlopende instrumentale en elektronische klankkleuren. De leerlingen werden in het componeerproces begeleidt door de professionele docenten Janneke Daalderop, Nikola Tosic en Niels Vermeulen. Je kon gewoon merken hoe de leerlingen en docenten steeds meer enthousiast en leergierig werden. Te Brake zag de stukken gedurende drie workshops groeien, totdat ze hun uiteindelijke vorm Verkenningscommissie Kunstvakken kregen: Alle composities zijn zo anders geworden: de negen meiden van de Deutsche Schule (docent Traute Lanz) maakten een heel ingetogen stuk, terwijl bij de dertig dertienjarige leerlingen van het Haags Montessori Lyceum (docent Floris Louist) juist de humor opviel. Heel opvallend was het opzwepende stuk van The International School of The Hague (docenten José Pouwels en Cherryl Oosterman) dat met een eigen dirigent werd uitgevoerd. Tijdens de presentatie was er backstage een hoop gegiechel, maar eenmaal op het podium waren alle kinderen heel geconcentreerd en speelden ze met plezier voor de 150 bezoekers. Speelplezier, creativiteit, enthousiasme en gewekte nieuwsgierigheid naar de onbekende muziek, dat was juist de bedoeling van het Saariaho Festival-project. Te Brake: Wij wilden graag de concertervaring e en nieuwe impuls geven en zo een nieuwe generatie luisteraars te bereiken. Een nieuwe generatie luisteraars is te vinden op scholen en het is fantastisch om met leerlingen te werken aan een muziekstijl die ze vaak onbekend is. Het New European Ensemble maakt vaak gebruik van enscenering, visuele kunst en multimedia. Juist met gebruik van bovengenoemde werkvormen kan de voor jonge luisteraars onbekende wereld een stukje dichterbij komen. Dit resulteert vaak in prachtig nieuw werk, verrassende uitspraken en verborgen talenten. En dat is precies het resultaat van ons Noorderlicht-project. Foto: Krista te Brake Als u mij een jaar geleden had gevraagd naar het meest voldoening gevende aspect van mijn vak, had ik ongetwijfeld geantwoord: De waardering van het publiek tijdens en na optredens. Sinds een klein jaar is daar een tweede antwoord bij gekomen: Kunnen zien wat het doet met jongeren als ze op hoog niveau bezig gaan met alle aspecten van de opera. De afdeling Educatie en Participatie van De Nederlandse Opera is onder bezielende leiding van onder andere Esther Linssen een nieuwe richting ingeslagen wat betreft haar workshops voor middelbare scholieren. Deze workshops bestonden al langer, maar worden nu op een hoger plan getild door de uit Engeland afkomstige Dominic Harlan. Deze pianist, musicus, operakenner en componist is met een enorme hoeveelheid energie Het Muziektheater Amsterdam binnengestormd en heeft de workshopleiders met veel liefde een nieuwe richting doen inslaan die hen allen zeer bevalt. Bovendien benadrukt hij dat een pianist bij workshops over opera eigenlijk niet gemist kan worden. Daar kwam ik om de hoek kijken. Alweer enige tijd werk ik nu als begeleider bij de workshops, waarbij ik zorg voor de muzikale ondersteuning en de begeleiding van de workshopleider en zanger(es). Ik ben bovendien actief aanwezig in de workshops, doe mee en zorg er voor dat het zangniveau van de jongeren naar een hoger plan wordt getild. Juist dit aspect maakt het voor de scholieren zo interessant om bezig te zijn met opera: ze komen binnen, worden direct meegenomen in allerlei theatrale opwarm oefeningen, gaan tableaus maken over de thema s uit de opera en spelen een aantal scènes. Vervolgens zingen zij zelf, met de bijbehorende theatrale gebaren en met vertaalde teksten op muziek uit de opera zelf. Onvergetelijke ervaring Het feit dat we met elkaar streven naar een hoog niveau van kennis over de opera, maar ook naar een hoog niveau van zingen met goede begeleiding en een gastoptreden van een professionele operazanger of -zangeres, maakt deze workshops zo aantrekkelijk voor de deelnemers. Ze hebben allemaal het gevoel dat ze iets groots bereiken waar ze nog nooit mee in aanraking zijn geweest. En dat is voor velen van hen een onvergetelijke ervaring! afloop van de workshops nog lang gezongen wordt in de gangen van Het Muziektheater! Het is ook vaak na afloop dat we als workshopleiders de mooiste cadeautjes van de jongeren krijgen: een spontaan piano-optreden van de meest verlegen leerling, een hand, oprechte bedankjes en de leukste opmerkingen zoals: Ik twijfelde echt of ik mee moest gaan, maar ik ben zo blij dat ik ben gekomen! Op die momenten gaat ook mijn bloed sneller stromen; ik krijg een enorme hoeveelheid energie van deze jongeren en ik probeer ze altijd mee te geven hoe bijzonder ze zijn. Ik ontmoet de mooiste, creatieve, lieve en intelligente jongeren bij De Nederlandse Opera! Lang geleden, tijdens het werken met een regisseur aan een kindervoorstelling, kreeg ik ooit de vraag: Waarom moeten kinderen weten over opera? Destijds vond ik die vraag moeilijk te beantwoorden. Wat ik tegenwoordig meemaak bij De Nederlandse Opera, maakt voor mij die vraag van ondergeschikt belang. Ik weet nu wat het met ze doet om met alle aspecten van de podiumkunst bezig te zijn. En opera is bij uitstek een goed middel hiertoe. Idomeneo voor VMBO-scholen In november 2011 werden er een tweetal workshops georganiseerd voor VMBO-scholieren over Idomeneo van Mozart. De CKV-workshops bij De Nederlandse Opera zijn doorgaans alleen voor HAVO- en VWO-leerlingen, maar bij uitzondering hadden we op een dag twee VMBOgroepen. Het was spannend om te zien wat er gebeurde: sommigen wilden helemaal niets, anderen voelden zich onveilig en zonder uitzondering hadden ze allemaal een groot gevoel van onbekendheid met wat we aan het doen waren. Dat uitte zich regelmatig in gedonder of brutale vragen, en vergde geduld, maar vooral veel liefde en enthousiasme van de workshopleiders. De workshops verliepen zoals verwacht niet helemaal zonder kleerscheuren, maar bij beide workshops heb ik intens genoten van het moment waarop de jongeren dat prachtige koor uit Idomeneo mochten zingen, waarin de zon aanbeden wordt door het volk: Finally peace has found us werd er door het grootste deel van de kinderen meegezongen en voor het eerst vanaf het moment dat ze binnenkwamen werden ze echt stil van de muziek. Als muzikaal cadeau zong mezzosopraan Maria de Moel de prachtige aria Soavi sospiri, waarna de kinderen zelf mochten afsluiten met het nogmaals zingen van de koorpartij. Bij beide groepen ontstond er een rust, concentratie en grote mate van genieten en dat was precies waar we als workshopleiders op hadden gehoopt. Die dag ben ik oprecht blij naar huis gegaan. Ze doen goed werk bij De Nederlandse Opera. Zonder uitzondering gaan de opera s die we in de workshops behandelen erin als zoete koek. Natuurlijk zijn sommige opera s erg lang, erg modern of saai om naar te kijken, maar alle jongeren gaan s avonds goed voorbereid naar de voorstelling en genieten ervan, ieder op zijn/haar manier. Als ze de betreffende opera die ze bezocht hebben vonden tegenvallen, weet ik nu zeker dat een groot deel van de jongeren toch vaker zal komen. Naar een bioscoop ga je toch ook gewoon weer, ook al is de film je tegengevallen? Ineke Geleijns is professioneel pianiste en theatermaker bij Opera della Casa, Glorious Divas, Cantaloupe en La Sopera. Ze studeerde aan de Conservatoria van Utrecht en Rotterdam en werkt veelvuldig als freelance begeleider, bij voorkeur met zangers. Naast haar werkzaamheden als begeleidend pianiste, begeleidt ze vast de workshops van de afdeling Educatie en participatie van De Nederlandse Opera en verzorgt ze haar eigen workshops over diverse aspecten van het (begeleiders)vak. Hierbij wil de Verkenningscommissie Kunstvakken eenieder bedanken voor de uitvoerige en positieve manier waarop zij de commissie feedback hebben gegeven. De reacties tijdens de docenten- en vaksectiebijeenkomsten, de digitale reacties op het preadvies en de reacties van tijdens de expertmeeting op 1 oktober, dragen bij aan de verdere afronding van het advies Kunstvakken Tweede fase. De commissie hoopt in maart 2012 haar werkzaamheden te kunnen afronden met het aanbieden van het definitieve advies aan de minister. Namens de verkenningscommissie Kunstvakken, Toine Wevers - Ange Taminiau - Pascal Marsman Door de opwarmoefeningen ontstaat een losse, ontspannen werksfeer, waarin iedereen zich veilig voelt om te experimenteren en onverwachte kanten van zichzelf te laten zien. Het is geen uitzondering dat tijdens de rondleiding na Foto: Ineke Geleijns

17 32 februari / maart 2012 VO 33 Faalangst in de muziekles Start in nieuwe keuzevakgroep voor veel leerlingen spannend Faalangst bij de leerlingen is al lang geen nieuws meer op school. Net als bij dyslexie hebben veel scholen tegenw oordig speciaal opgeleide docenten die een faalangstreductietraining kunnen geven. De trainingen richten zich op sociale en cognitieve faalangst in het algemeen. Er wordt in deze trainingen geen accent op bepaalde vakken gelegd, terwijl faalangst juist heel specifiek en vakgebonden kan zijn. In mijn onderzoek, ten behoeve van mijn masterstudie Muziekwetenschap: educatie en communicatie, was ik daarom heel benieuwd of leerlingen de muziekles als heel spannend ervaren en wat de redenen daarvoor zijn (bijvoorbeeld prestatiedruk, competitiegevoel of competentiegevoel). Tot nu toe is er weinig onderzoek naar faalangst in de muziekles gedaan. De meest gerelateerde onderzoeken behandelen de faalangst bij professionele volwassen muzikanten, of bij kinderen op de muziekschool die zich toch in een andere situatie bevinden dan kinderen op de schoolmuziekles. De resultaten van dit kleinschalig onderzoek zijn gebaseerd op antwoorden van 50 leerlingen op drie vragenlijsten, gesprekken met de leerlingen van vier verschillende klassen tijdens de muziekles en op de workshop Podiumpresentatie en omgaan met faalangst/plankenkoorts. Twee vragenlijsten waren in feite zelfevaluatieformulieren met volkomen identieke vragen. Ze waren wel voor verschillende situaties bedoeld. Zo konden de leerlingen aangeven hoe ze zich tijdens de muziekles op school voelden, en hoe ze zich meestal voelden, dus buiten deze les. Ze hadden keuze uit vier antwoorden: bijna nooit, soms, vaak en bijna altijd. De derde vragenlijst bevatte een aantal uitspraken waarmee men zijn gevoelens vlak vóór of tijdens een muziekuitvoering kon omschrijven. De keuze hier was iets breder: van 0 (helemaal oneens) tot 6 (helemaal mee eens). De leerlingen kwamen uit vier klassen van twee verschillende docenten: 2-HAVO/VWO (13-15 jaar), 3-HAVO/VWO (14-16 jaar), 4-VWO (16-17 jaar) en 5-VWO (17 jaar). Geen van deze klassen was groter dan 16 leerlingen, want op deze school krijgen de tweede en derde klassen muziekles in groepen op verschillende momenten van het jaar. De twee oudere groepen waren klein (15 en 4 leerlingen), omdat het in hun geval een keuzevak betreft en niet iedereen voor muziek kiest. Aangezien er in alle klassen sprake was van enig leeftijdsverschil, is besloten om dit verschil buiten beschouwing te laten en in het onderzoek op de klas als groep te concentreren. Faalangstreductietraining Uit de gesprekken met de leerlingen blijkt dat faalangst een nogal bekend verschijnsel is. Niet dat de leerlingen meteen toegeven er zelf aan te lijden, maar iedereen kent altijd wel iemand die het zeker heeft, of iemand die na de faalangstreductietraining wel degelijk beter is geworden. De docent faalangsttraining bevestigt dat niemand op school heel geheimzinnig over de trainingen doet. De deelnemers (maximaal tien per groep) worden door hun mentoren doorverwezen of melden zich zelf aan. Vervolgens komt het groepje acht keer voor anderhalf uur bij elkaar. Op een van de bijeenkomsten zijn ook de ouders welkom. De uitverkoren leerlingen doen adem- en ontspanningsoefeningen en leren omgaan met hun angst. Na afloop van de trainingen wordt er verwacht dat de leerlingen de oefeningen verder zelf blijven doen, maar soms ziet de trainer in de bovenbouw toch een paar bekende gezichten terugkeren. En dat kan, want de trainingen in de school zijn zowel voor de bovenbouwleerlingen als voor de onderbouwleerlingen bedoeld. In het begin van het jaar organiseert de trainer eerst bijeenkomsten voor de bovenbouw (aan het eind van het jaar hebben ze het veel te druk). De onderbouw krijgt op deze manier de tijd om aan de nieuwe omgeving, docenten en klasgenoten te wennen. Wat kunnen zij? En wat kan ik niet? Tijdens de muziekles worden de onderbouwklassen met een andere samenstelling van de groep geconfronteerd dan in hun eigen klas. De leerlingen van 5-VWO konden zich nog steeds herinneren hoe ze aan een nieuwe groep moesten wennen, hoe eng het in het begin was, en hoe relaxt het later werd toen ze elkaar en elkaars capaciteiten al kenden. Het blijkt dus dat de eerste muzieklessen al voor veel spanning kunnen zorgen. Elke leerling moet namelijk opnieuw naar zijn of haar plaats in de groep zoeken. Ineens moet er gespeeld en gezongen worden, soms alleen, soms in de groep. Iedereen luistert naar elkaar en misschien vindt men elkaars stem helemaal niet mooi of men denkt dat het gewoon veel beter kan. Al deze spanning blijkt echter niets in vergelijking met het nieuwe begin in de keuzevakgroep, want hier word je geconfronteerd met medeleerlingen die soms veel verder zijn in de muziek dan jezelf bent. De leerlingen die al jaren op een muziekschool zitten, of privé muziekles krijgen, hebben een zekere voorsprong, want ze zijn gewend om voor te spelen. Maar zelfs voor deze leerlingen zijn de eerste lessen heel belangrijk. Je moet laten zien wat je kan, hoe mooi je kunt zingen of hoe goed je het muziekinstrument kunt bespelen. Op zo n moment biedt de muziekles een uitstekende grond voor het ontwikkelen, groeien en bloeien van de faalangst en het minderwaardigheidsgevoel, want de competentie en prestatiedruk zijn aan het begin zeker aanwezig. De plaats in de groep De meeste vragen van de zelfevaluatieformulieren gingen over het functioneren in de groep. Uit de reacties op de stelling Ik voel me goed in de groep bleek dat de muziekles alles in zich heeft om voor een goed groepsgevoel te zorgen. Zo had de 5-VWO klas na een paar jaar muziekles geen enkele moeite meer met de groep. Iedereen gaf aan zich bijna altijd goed te voelen in de muziekles, in tegenstelling tot het wisselende van bijna altijd goed tot vaak goed in hun dagelijkse leven. In de 4-VWO klas, die in de lessen en tijdens hun optredens als een heel sterke en hechte klas overkwam, voelden vooral de jongens zich bijna altijd goed in de groep, ongeacht of het over de muziekles ging of over de andere situaties in hun leven. Enkele jongens gaven aan zich alleen in de muziekles zo goed in de groep te kunnen plaatsen, n de andere situaties bleef het bij soms. Deze antwoorden kwamen overeen met de reële lessituaties. Bijna alle jongens uit deze klas bespeelden een muziekinstrument (saxofoon, drums, basgitaar, gitaar, piano, keyboard) en lieten graag hun stem bij het zingen horen. Ze voelden zich geaccepteerd en zelfs onmisbaar, want hun bijdrage aan de groep was heel groot. Twee jongens waren pas begonnen met spelen, maar ze werden door iedereen gesteund en het competentiegevoel van de jongens groeide naarmate ze zich verder in het spel bekwaamden. Bij de meisjes was het goede groepsgevoel iets minder sterk vertegenwoordigd. Ruim de helft kon zich bijna altijd goed in deze groepssamenstelling vinden, de andere helft vaak. Twee meisjes waren aanzienlijk gelukkiger buiten het muzieklokaal en konden zich slechts soms goed in de groep vinden. Aangezien deze antwoorden overeenkomsten met het gedrag van de twee concrete meisjes vertoonden, kon de verklaring in hun persoonlijke situatie gezocht worden. Eén van de meisjes zat op de faalangsttraining, en probeerde in de groep altijd zo weinig mogelijk op te vallen. Het andere meisje bespeelde geen muziekinstrument en zong niet graag. Bij het samen spelen werd altijd naar een oplossing voor haar gezocht (in de vorm van een eenstemmig keyboardpartij of percussies), maar ze merkte zelf duidelijk dat ze veel minder aan het eindresultaat kon bijdragen dan de anderen. In de tweede klas hadden de leerlingen tijdens de muziekles veel minder moeite met de groep dan daarbuiten. Het verschil tussen de meisjes en jongens was in deze groep minimaal, iedereen voelde zich hier duidelijk thuis. Ergens anders moesten de meisjes zich iets meer aanpassen. Bij de derde klas was de verdeling verrassend genoeg niet in het voordeel van de muziekles, het goede gevoel bleef als het ware buiten het klaslokaal. De mogelijke verklaring moet waarschijnlijk gezocht worden in het feit dat deze klas les kreeg van de andere, minder ervaren, docent. Vergeleken met de hogere klassen, werd er tijdens de les minder samengespeeld, waardoor het groepsgevoel ook veel minder kans kreeg om zich te manifesteren en te ontwikkelen. Iedereen functioneerde onafhankelijk van elkaar en had elkaar niet zo veel nodig. Rolverdeling De andere groepgerelateerde vragen beschreven de rolverdeling in de groep (Ik voel me leider, Ik wil een voorbeeld geven, Ik voel me beter op de achtergrond), het beleven van de situatie in de groep (Ik ben bang, Ik ben verlegen, Ik lijd onder prestatiedwang, Ik wil niet terugkomen) of ze hadden een competitiegerichte achtergrond (Ik wil laten zien wat ik kan, Ik twijfel aan mijn capaciteiten). In de antwoorden op deze vragen demonstreerden de leerlingen van de 5-VWO klas zich als een heel evenwichtige groep. Ze waren absoluut niet bang of verlegen, leden ook niet onder prestatiedwang en twijfelden niet aan hun capaciteiten. Alle drie leerlingen voelden zich vaak leiders en wilden soms best een voorbeeld geven. En ze wilden zeker terugkomen op de les. De 4-VWO ers waren nog niet zo zeker van zichzelf. De meisjes voelden zich vaak verlegen en veel beter op de achtergrond. De jongens daarentegen hadden geen moeite om hun kunnen te demonstreren en namen het leiderschap veel te graag over. Maar buiten de muziekles telden de muzikale prestaties van zowel jongens als meisjes waarschijnlijk minder zwaar, want er werd 25% vaker voor de achtergrond gekozen, twijfel aan de capaciteiten kwam 35% vaker voor en de prestatiedwang in de categorie vaak vloog met 40% omhoog. De leerlingen van de tweede klas stonden nog aan het begin van hun muzikale loopbaan. Ze twijfelden wel aan hun capaciteiten, maar wilden tegelijkertijd 20% vaker dan ergens anders laten zien wat ze al konden. Verlegenheid en angst werden slechts soms ervaren, 15% minder dan in de andere buitenmuzikale situaties. Voor de derde klas waren de ervaringen in de muziekles niet veel anders dan in alle andere situaties van hun leven, of ze vonden het niet de moeite waard om enige verschillen aan te geven. De verschillen waren echt minimaal. Op sommige niet ingevulde lijsten stond vaak hetzelfde geschreven. De vragen over de gemoedstoestand tijdens de muziekles en ergens anders brachten genoeg tevreden en gelukkige leerlingen naar voren. In 5-VWO 100% (tegen 65% vaak en 35% soms elders anders), in 4-VWO stond het percentage gelijk met het goede groepsgevoel. De derde klas was vrij neutraal in hun uitspraken en in de tweede klas waren jongens vaker tevreden dan de meisjes. Succeservaring Aangezien de vragenlijsten een relatief rustig beeld over de muziekles schetsten, zou men kunnen denken dat faalangst niet meer Gezamenlijke studiedag VLS & Gehrels Muziekeducatie Zaterdag 24 maart 2012 Amadeus Lyceum - Vleuten Programma uur Ontvangst uur Inzingen onder leiding van Jim Gilloffo uur Workshopronde I (ochtend) uur Lunch uur Lezing Leo Samama uur Thee uur Workshopronde II (middag) uur Einde Olga de Kort-Koulikova Workshopronde 1 José Retra - Onderzoek. Spannend! Maar wat kan je er nu mee? (VVE) Maria Speth - Hoe mobiel zijn we? Jim Gilloffo - Van unisono tot meerstemmigheid Kees Sijbrandij - Muziek in de midden- en bovenbouw van de basisschool Jeroen Schipper - De Liedsmederij Bas Meijndert - Boomwhackers in de klas Huub de Vriend - Instant composing (onderbouw VO) Saul de Caluwé - Differentiëren: te leren? (onderbouw VO) Marja Reinders - Estill Voice Training (onderbouw VO) Collin Hoeve - Gitaar in het klaslokaal (onderbouw VO) Workshopronde 2 Yvonne Dingejan - Peuterdansen (VVE) Monic Jansen - Heen en weer; Meegaan op de golven van een kleutergroep Marcel van Os - Wereldmuziek; Liedrepertoire vanuit de rijkdom van culturen Kees Sijbrandij - Muziek in de midden- en bovenbouw van de basisschool Liselot ten Broeke - MuziYoga Bas Meijndert - Boomwhackers in de klas Maria Speth - Dansen in het VO? (onderbouw VO) Suzan Lutke - De VMBO-leerling (onderbouw VO) Jeroen Katier - Het Klassenconcert (onderbouw VO) Renee Jonker - Het creatieve aspect in groepslessen (onderbouw VO) Voor meer informatie en het uitgebreide programma kunt u kijken op de website > nieuws. U kunt zich via deze website tevens aanmelden voor deze landelijke studiedag.

18 34 februari / maart bestaat. De laatste vragenlijst over de gevoelens vlak of tijdens een muziekuitvoering wees er echter op dat plankenkoorts toch springlevend is. Gelukkig herkenden slechts 10% van de leerlingen de lichamelijke verschijnselen van de faalangst (zich ziek voelen, een droge mond en buikpijn), 85% bleek zich zorgen te maken over de eventuele negatieve reacties, 70% had trillende handen en benen en 65% speelde liever voor vreemden dan voor klasgenoten. Naar aanleiding van deze resultaten heb ik in de groepen over plankenkoorts gepraat en een workshop Podiumpresentatie en omgaan met plankenkoorts gegeven. Er kwamen vier jongens die ik al uit mijn muzieklessen kende. Naast de vragen over podiumpresentatie, zoals hoe kom je overtuigend op je publiek over, wilden ze ook alles over plankenkoorts weten: hoe ga je om met de fysieke gevolgen van zenuwen zoals buikpijn, trillende knieën, adem in je keel, wat moet je doen als je door onzekerheid overvallen wordt, zodra je op het podium staat en je stem, bijvoorbeeld, niet tot zijn recht komt door de zenuwen. Ik was verrast door hun openhartigheid en bereidheid om hun ervaringen met elkaar te delen. Het bleek dat de leerlingen spanning niet associeerden met de faalangst. Volgens hen hoorden de zenuwen er gewoon een beetje bij. Ze waren het ook met elkaar eens dat als je het spelen en zingen echt leuk vindt en als je het steeds beter kunt, je uiteindelijk geen faalangst meer hebt. Zij hadden het, namelijk, zo vaak al op de muziekles ervaren. Ik vond het een opmerkelijke stelling. Het wijst er op dat de muziekles situaties van faalangst (voorzingen, voorspelen, met anderen vergeleken worden) niet per se voor de angstontwikkeling hoeven te zorgen, maar het juist helpen te overwinnen. In het algemeen kwam uit de vragenlijsten bij de klassen 2, 4 en 5 naar voren dat in de muziekles alle leerlingen zich veel veiliger en meer op hun gemak voelen dan daarbuiten. Een goed groepsgevoel bleek de doorslaggevende rol te spelen. De leerlingen die zich moeilijk in de groep konden plaatsen of dachten dat ze geen wezenlijke bijdrage aan het samenspel konden leveren, vielen meteen op met hun antwoorden en ook met hun gedrag in de reële lessituaties. Rol van de muziekdocent De rol van de muziekdocent is hierbij heel belangrijk. De docent moet niet alleen zorgen dat de kinderen iets spelen en zingen, maar dat ze zich in de les veilig en op hun plaats voelen en steeds willen terugkomen. Niet toevallig, denk ik, zit er zo n groot verschil in de antwoorden van de leerlingen van twee docenten. De ene docent heeft veel ervaring, en bovendien is ze een gediplomeerd muziektherapeut. De andere docent is pas een paar jaar bezig. Uit het gesprek met de eerste muziekdocent bleek dat ze zich heel erg bewust is van het feit dat de angst van de leerlingen bij een goed groepsgevoel kan afnemen. Daarom ziet ze haar voornaamste doel in het creëren van een goed groepsgevoel waarin veiligheid en respect bovenaan staan. Van competitiegevoel moet ze niets hebben. Bij de eerste tekenen hiervan probeert ze streberigheid en competitie zo snel mogelijk de grond in te drukken. In haar lessen staat wederzijds respect voorop. Een te uitdagende en dominante leerling kan meteen op een persoonlijk gesprek rekenen, wat als gevolg heeft dat spelen in de klas (in de groep) door niemand meer als zo eng ervaren wordt. Een paar keer per jaar worden er door de muziekklas ook schoolpresentaties en uitvoeringen gedaan. Dat is weer iets anders dan veilig in een al bekend groepje klasgenoten spelen. Als ervaren muziekdocent ziet ze aan de leerlingen meteen of ze moeite zullen krijgen of al hebben met het op de planken staan: Zij zijn vaak wat onzekerder, rustiger, ingetogener. Deze leerlingen krijgen dan vanaf het begin veel complimenten van de muziekdocent: Bijna te pas en te onpas, zegt ze zelf. Ook individuele gesprekken horen daarbij. Tijdens de evaluaties benadrukt ze dat wat ze doen prima is. Uit ervaring weet ze dat dit echt helpt. Maar niet alleen de woorden genezen. Een ervaren docent kan ook muzikaal gezien het leed van de onzekere leerling verzachten. Een van de mogelijkheden: bij het instuderen van een muziekstuk zelf arrangementen te schrijven. Zo n strategie is onmisbaar in de groepen met vergevorderde leerlingen die vaak alles zo van blad kunnen spelen. Bij een leerling met minder ervaring kan snel een minderwaardigheidsgevoel ontstaan. Door goed naar iedereen te luisteren tijdens de les, komt de docent er al snel achter wat de mogelijkheden van zijn leerlingen zijn. Vervolgens is het de kunst om elke partij op elke leerling te schrijven. Groeit het niveau van de jonge muzikant, dan groeit de moeilijkheidsgraad van zijn nieuwe partij. Op deze manier kan elke leerling tijdens de muziek les succeservaringen krijgen. Op het moment dat die leerling toch onderdeel van de groep uitmaakt, met een door hem/haar uit te voeren partij, groeit het zelfvertrouwen, zegt de muziekdocent. Van zelfvertrouwen naar een goed en veilig groepsgevoel is dus niet meer zo n lange weg. Zodra het stil is, kun je gaan spelen. Het blijft een van mijn favoriete opdrachten in een workshop, een opdracht die altijd werkt. Nadat de groep is opgesplitst en er in kleine groepjes hard is gewerkt aan een muzikale opdracht, zijn ze klaar om het resultaat aan de anderen te presenteren. Renee Jonker Leren door samen te musiceren Je kunt spelen zodra het stil is Altijd vinden zij die spelen een publiek met aandacht. Wie toehoort, heeft immers net zelf ook geprobeerd om die opdracht uit te werken. Ziedaar wat ik als de essentie beschouw van de werkvormen, na een jaar of tien onderwijs aan het Koninklijk Conservatorium en daarbuiten. Werkvormen die gebaseerd zijn op de gedachte dat je beter luistert naar muziek als je eerst geleerd hebt om zelf muziek te maken. Dirigent Oliver Knussen zette mij op het spoor van werkvormen die met succes in Engeland waren ontwikkeld door leden van symfonieorkesten, operahuizen en ensembles die een breed scala van educatieve activiteiten aanboden. Inspanningen die werden ingegeven door de extreme bezuinigingen op onder meer onderwijs en cultuur die iron Lady Margaret Thatcher haar land oplegde. Een overlevingsreflex van de gevestigde gezelschappen in het Engeland van de jaren tachtig die toekomstige generaties publiek verloren zagen gaan, waar we anno 2012 in Nederland misschien een voorbeeld aan moeten nemen. Ik zelf spande me zo n twintig jaar geleden als slagwerker van het Asko Schönberg Ensemble reuze in om publiek te werven voor de serie met nieuwe muziek die we op dat moment door Martijn Sanders in Het Concertgebouw aangeboden kregen. Een zaal die enkele maatjes groter is dan Paradiso, waarin we tot dan toe hadden opgetreden. Zestienhonderd stoelen. Hoe krijg je die gevuld? Oliver Knussen Speld Naïef, gedreven en onbekend met pedagogische en didactische grondslagen trok ik langs een zestal Amsterdamse middelbare scholen om eersteklassers enthousiast te maken voor een bezoek aan de muziektempel aan de Van Baerlestraat. Ik bedacht een luisterproef. Stel dat de scholieren in het klaslokaal, als ik ze eenmaal stil had gekregen, een speld zouden kunnen horen vallen, dan beloofde ik dat ze die ook zouden kunnen horen vallen in de grote zaal van Het Concertgebouw. Speciaal voor deze scholieren hielden we aan het eind van de generale repetitie een zogenaamd voorproefconcert. Ensemble en dirigent op het podium, honderd kinderen onwennig in een verder angstwekkend lege zaal. Na een korte inleiding hoorden zij, uiteraard muisstil en vanuit de verste hoeken, hoe ik op het podium een speld liet vallen. Om vervolgens het uiterst zachte begin van Quasi una fantasia van György Kurtág, een compositie uit 1986, aandachtig te beluisteren. In Engeland leerde ik dat er een veel breder aanbod was van activiteiten om kinderen en jongeren, niet alleen in scholen, maar ook in buurthuizen, instellingen en jeugdgevangenissen te betrekken bij de muziekpraktijk van orkesten en ensembles. De Guildhall School of Music & Drama in Londen bleek daarbij de bakermat van werkvormen die met succes in heel Groot-Brittannië werden toegepast. Door gelukkige omstandigheden was ik in de gelegenheid die werkvormen in Nederland te introduceren, om te beginnen bij mijn collega s. Ik organiseerde trainingen waarin ervaren workshopleiders afkomstig van de Guildhall School of Music & Drama hun kennis en vaardigheden konden overdragen op Nederlandse musici. Bovendien was de toenmalige afdeling Schoolmuziek aan het Koninklijk Conservatorium geïnteresseerd om deze werkvormen in projectvorm onderdeel te maken van het curriculum. Ruim tien jaar later geef ik zelf het vak het leiden van creatieve workshops aan de opleiding Docent Muziek in Den Haag, geef ik leiding aan de Music Master for New Audiences and Innovative Practice aan datzelfde conservatorium waarin deze vaardigheden een belangrijke rol spelen en zijn inmiddels tientallen musici, die door de Engelsen en mijzelf zijn opgeleid, actief bij educatieve diensten van onder meer Het Concertgebouw en diverse Nederlandse symfonieorkesten. De honger van dergelijke instellingen valt niet te stillen. Er is meer emplooi voor gekwalificeerde workshopleiders dan we momenteel kunnen leveren. Leuk Wat houden deze werkvormen nu precies in? De oplettende lezer heeft opgemerkt dat ik het woord methode niet gebruik. Hoewel er nu volop methodologisch onderzoek wordt gedaan naar wat deze vorm van overdracht in muziek precies vermag, blijf ik bescheidenheid propageren voor wat betreft de heilzame werking ervan. Wat je er nu echt van opsteekt en of daar een degelijke methode aan ten grondslag ligt, wordt nog onderzocht. Wel kan ik na honderden van dergelijke workshops stellen dat deelnemers deze vrijwel altijd als leuk waarderen. Het minste dat je van deze workshops kunt zeggen, is dat ze zich kennelijk lenen voor het overdragen van het plezier dat gezamenlijk muziek maken met zich meebrengt. Drie principes liggen aan deze werkvorm ten grondslag: - Leren door te doen. - Leren door samen te musiceren. - En leren door creatief te zijn. Vooral dit derde principe maakt het verschil. Gehoorzaamheid Een groot deel van het muziekonderwijs is gebaseerd op het reproduceren van bestaande modellen. Als kind leer je liedjes na te zingen. Bij instrumentaal onderwijs dienen bestaande stukken en etudes als voorbeeld en leer je dat er behalve goede, vooral ook veel foute noten zijn. Hoe anders gaat dit bij het leren tekenen. Ouders oefenen veel geduld met het interpreteren van getekende streepjes en rondjes die zich laten herleiden tot de koppoot die uitdrukt dat een kind zichzelf als een uniek schepsel ervaart. Dat is het begin van een hele ontwikkeling waarin het kind wordt toegestaan zich met eigen middelen in verf en kleur op witte vlakken uit te drukken. In de muzikale opvoeding is dat geduld veelal afwezig. Ieder vogeltje mag dan spreekwoordelijk zingen zoals het gebekt is, binnen het muziekonderwijs piepen de jongen vooral zoals de ouderen zingen. Muziekonderwijs is voor een belangrijk deel gebaseerd op gehoorzaamheid en biedt weinig ruimte aan het creatieve aspect, het zelf vormgeven van muzikaal materiaal. Mijn ervaring leert dat wie nu juist uitgedaagd wordt om zelf creatief met muzikaal materiaal aan de slag te gaan en zelf muziek te bedenken (waarbij dit proces zoveel mogelijk intuïtief op gang gebracht wordt), minder drempels ondervindt om deel te nemen aan gezamenlijke muziekbeoefening. Per definitie zal een deelnemer aan een creatieve workshop, daartoe uitgenodigd, iets eigens bijdragen dat hij/ zij ook zelf kan uitvoeren of zingen. Er komt een creatief proces op gang waaraan alle deelnemers naar vermogen kunnen bijdragen. Dit bevordert zowel het participerend leren als het plezier in het gezamenlijk musiceren. Men neme Deze vorm van overdracht kent een aantal ingrediënten. Om te beginnen dient de groep deelnemers een zekere massa te hebben, maar ook niet te groot te zijn. Ideaal is het aantal van 15 tot 20 deelnemers. Die krijgen bij voorkeur in een serie van 3 tot 6 workshops van bijvoorbeeld twee uur (afhankelijk van de leeftijd, die kan variëren van ongeveer 6 jaar tot hoog bejaard) een reeks oefeningen die zich laten categoriseren als: - oefeningen om een prettige leeromgeving te scheppen; - oefeningen om muzikale vaardigheden te verwerven; - oefeningen om muzikaal creatief te worden. Dit alles levert ruw muzikaal materiaal op, waarmee composities gemaakt kunnen worden. De deelnemers slaan collectief aan het componeren. Vervolgens wordt er gerepeteerd om de compositie zo goed mogelijk tot klinken te kunnen brengen en tenslotte worden alle inspanningen bekroond met de uitvoering van een nieuw muziekstuk. De toepassingen van deze werkvormen zijn velerlei. Er is aanleiding om te veronderstellen dat ze een belangrijke plek kunnen innemen in zeer uiteenlopende vormen van muziekonderwijs.

19 36 februari / maart Zomaar een dag Boeksignalementen Olga de Kort-Koulikova Zomaar een dag is niet zomaar een CD. Het is een vrolijke kleuterliedjes-cd om samen te zingen of naar te luisteren met oma s, opa s, ouders en iedereen die dat leuk vindt. Over wat? Over alles wat je in een dag als kleuter mee maakt. En dat is best veel! In de speeltuin spelen (Hé jij), naar de bloemen en vlinders kijken (Vlinder), naar balletles (Op ballet) of naar een circusvoorstelling (Het circus) gaan. Je kunt ook lekker rijmen en liedjes rappen (Rijmrap) of gewoon van alles doen omdat het Omadag is, en bij oma mag alles, of bijna alles. En er zijn nog wel leuke dagen wanneer je naar school mag of zelfs de kaarsjes op de taart uitblazen (Hiep Hiep Hoera). Maar dat doe je als je jarig bent. En als de dag om is, kijk je nog even onder het bed of er geen De cellosuites Olga de Kort-Koulikova Er zijn muziekwerken die jaren op hun eigen Bach revival moeten wachten, maar eenmaal herontdekt, verdwijnen ze nooit meer uit het concertrepertoire. Bij de première niet opgemerkt, door tijdgenoten snel vergeten of in de loop der tijd verloren gegaan, danken ze hun wedergeboorte vaak aan de nieuwe vertolker die zijn fascinatie op iedereen weet over te brengen. Sinds de eerste uitvoeringen door Pablo Casals in houden de zes cellosuites van J.S. Bach al enkele generaties van cellisten, musicologen en toegewijd publiek in hun ban. De Cellosuites van Siblin vertellen de levensverhalen van twee musici, die verbonden zijn door de suites. Door één van hen zijn ze gecomponeerd, door de ander wereldberoemd gemaakt. grote groene draak of een krokodil zit (Net alsof) en dan slaap je en droom over een prins, kasteel of gewoon over de volgende dag. Zes suites worden zes hoofdstukken, die ook inhoudelijk de opbouw van de gestileerde danssuites proberen te volgen. Triest en vrolijk, opgewekt en melancholiek, vredig en dramatisch, de gebeurtenissen in elk menselijk leven volgen elkaar op als bewegingen en danspassen van Allemande, Menuet of Gigue. De jonge en verliefde Bach maakt plaats voor de Bach-weduwnaar, de gevierde hofcomponist wordt de aan strikte reglementen gebonden cantororganist. Altijd omringd door zijn leerlingen en familieleden, altijd aan het componeren en spelen, en altijd in de weer met inkomsten en steeds veranderende werkvoorwaarden. Het levensverhaal van Bach speelt zich af in Arnstadt, Mühlhausen, Weimar, Köthen en Leipzig, dat van Pablo Casals in Spanje en Catalonië. Daar ontdekt de toen nog dertienjarige cello-leerling van de Gemeentelijke Muziekschool van Barcelona de kopie van de suites van Bach. Het duurt nog twaalf jaar voordat De vrolijke vormgeving van het CD-hoesje - met vlinders, feestvlaggetjes en een waaier van muzieknoten - nodigt uit om het boekje met de teksten de cellist ze in zijn concertprogramma s begint te spelen en nog meer dan dertig jaar tot de eerste opnamen. De suites lijken Casals op het lijf geschreven, ze worden zijn levenswerk. Net als bij vele andere musici, geïnspireerd door het spel van Casals. Voor de één zijn ze een persoonlijke bijbel (Misha Maisky), voor de andere - de muziek die echt bedoeld [is] om je aan het lachen of aan het huilen [ ] te maken (Matt Haimovitz). Niet alleen de musici lijken de levens- van Marianne van den Berg snel uit te vouwen en de CD af te spelen. De aanstekelijke muziekritmes van componiste Gon Hoefsloot en levendige instrumentatie (piano, gitaren, drums en percussie) passen goed bij allerlei dans- en draaibewegingen, sprongetjes en klappen. Ook als luisterliedjes zullen de Zomaar een dag-liedjes het prima doen. Meezingen zal nog even tot de refreinen beperkt moeten blijven. De teksten werken wel mee aan het uitbreiden van de woordenschat van de kleuters, en zijn daarom ook geschikt voor de wat oudere kinderen die de liedjes zelf kunnen lezen en de teksten beter kunnen onthouden. Zie ook Zomaar een dag: 11 kleuterliedjes Gon Hoefsloot (muziek en piano) Marianne van den Berg-Schoofs (tekst en zang), Paul van der Heijden (basgitaar en gitaar), Tim Tichelaar (drums en percussie) 2010 Prijs: 15,00 lange fascinatie voor de cellosuites te hebben. De Canadese muziekjournalist Eric Siblin leert zelf cello spelen om de suites beter te begrijpen. De suites overkomen hem tijdens één van de concerten en laten hem niet meer los. Hij bezoekt de lezingen en Bachs festivals, praat met de cellisten, bestudeert de bewerkingen, interpretaties en de talloze opnamen van de suites. Zo ontstaat het derde levensverhaal in dit boek: dat van Eric Siblin zelf en van zijn zoektocht naar de geschiedenis, betekenis en essentie van de cellosuites van Bach. De cellosuites. J.S.Bach, Pablo Casals en de speurtocht naar een meesterwerk Eric Siblin Vertaald door Frits van der Waa De Bezige Bij, Amsterdam 2011 Geïllustreerd, 350 pagina s ISBN Prijs: 24,90 Creativiteit en kleuters Een methode met als doel de creativiteit van kleuters te bevorderen. Maar hoe werk je hieraan? Hoe ontdek je creativiteit bij kleuters? En hoe stimuleer je het? Het project bestaat uit zes delen, waarin verschillende aspecten worden besproken hoe je de methode kunt integreren in de klas. Bij elk deel hoort een prentenboek. Aan de hand van praktische oefeningen en voorbeelden worden manieren getoond om aan de slag te gaan, aansluitend bij verschillende eindtermen en onderwijsdoelen. De tas van...: over creativiteit en kleuters / K. Moons. - Brussel : CANON Cultuurcel, Aantal pagina s verschilt Atelier in School In dit onderzoek komen vragen naar de overeenkomsten tussen creatieve strategieën van kunstenaars en kinderen en naar het beeld dat kunstenaars en leerkrachten hebben van de creatieve vermogens van kinderen aan de orde. Om die vragen te beantwoorden voerde Marike Hoekstra tijdens het project Atelier in School gesprekken met kunste naars en leerkrachten en deed ze observaties naar de interacties tussen kinderen en kunstenaars. Het per ongelukke goed proberen te doen: onderzoek naar de rol van de kunstenaar in het creatieve leerproces van kinderen tijdens het project Atelier in School / M. Hoekstra, F. Haanstra (auteur van voorwoord). - Amsterdam : AHK, pag. - In opdracht van het lectoraat Kunst- en Cultuureducatie van de Amsterdamse Hogeschool voor Uitgelicht het per ongelukke goed proberen te doen onderzoek naar de rol van de kunstenaar in het creatieve leerproces van kinderen tijdens het project Atelier in School Marike Hoekstra de Kunsten, het Centrum voor Beeldende Kunst Rotterdam en de stichting Toeval Gezocht. - ISBN > lectoraten > kunst en cultuureducatie > artikelen en verslagen > Hoekstra, M. (2010) Het per ongelukke goed proberen te doen.pdf Muziekdocenten en creativiteit Onderzoek naar de manier waarop muziekdocenten de creativiteit van hun leerlingen kunnen beïnvloeden. Literatuur toont aan de de opvatting van de docent over creativiteit invloed heeft op de leeromgeving. Zes muziekdocenten in het voortgezet onderwijs werden geobserveerd en geïnterviewd. De resultaten van het onderzoek geven grond voor de aanname dat er een positieve relatie is tussen de opvatting van de docent ten aanzien van creativiteit en de mate van speelruimte die hij zijn leerlingen biedt. Het belang van tijd om te prutsen in het muziekonderwijs: een onderzoek naar de relatie tussen opvattingen van muziekdocenten in het VO over creativiteit en de speelruimte die zij hun leerlingen bieden in de les / S.R. Lutke. - Utrecht: HKU Lectoraat Kunsteducatie, [2010] pag. Creatief proces Toeval gezocht Centraal in het project Toeval gezocht stond de verbinding van een museum voor hedendaagse kunst met jonge kinderen. Binnen het project versterkten kunstenaars het leerkrachtenteam op school. Zij ontdekten de enorme creativiteit van kinderen van vier tot zeven jaar wanneer ze een rijk en inspirerend atelier als leeromgeving krijgen aangeboden. Deze publicatie geeft een verslag in woord en beeld van het avontuur van 324 kinderen op 15 scholen met 15 kunstenaars. Als pedagogisch fundament diende de Italiaanse Reggio Emilia-benade ring. Het proces en de resultaten van Toeval gezocht werden getoond in het Stedelijk Museum Amsterdam. De publicatie biedt tevens een stap-voor-stap beschrijving van het project zodat andere scholen en culturele instellingen het project ook kunnen uitvoeren. De bijbehorende DVD bevat filmfragmenten van het project op verschillende scholen. Zie Toeval gezocht: kunst, kunstenaars en jonge kinderen / A. Huisingh (projectleider), R. Hulshoff Pol (redacteur), E. van den Bomen (redacteur), R.H.A. Plasterk (auteur van voorwoord). - Amsterdam : Lemniscaat, pag. + DVD. - ISBN Wat is creativiteit en hoe kun je creativiteitsontwikkeling, en in het bijzonder de beeldende, aansturen? Wat zijn bevorderlijke voorwaarden en werkzame bestanddelen in een creatief proces? Hoe verhoudt het proces zich tot de producten die er uit voortkomen? Tot welke didactische en (ped)agogische aanbevelingen voor de actieve beeldende kunsteducatie kunnen de antwoorden op voorgaande vragen leiden? Creatieve procestheorie en de beeldende kunsteducatie: mogelijkheden voor aansturing en begeleiding van een beeldend creatief proces / K. Wolff pag. - Met samenv. - Masterscriptie Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten, Masteropleiding Kunsteducatie. Handboek over creativiteit Een handboek over de creativiteit gezien vanuit het perspectief van psychologen, onderzoekers en docenten. Het omvat uiteenlopende onderwerpen over de relatie van creativiteit met hersenen, kunst, onderwijs, maatschappij, en het dagelijks leven. Aan de orde komen vragen als: Wat is creativiteit? Kan creativiteit gemeten worden? Kan neuro wetenschap creativiteit verklaren? The Cambridge handbook of creativity / J.C. Kaufman (redacteur), R.J. Sternberg (redacteur). - Cambridge : Cambridge University Press, XV, 489 pag. - ISBN Alle vermelde publicaties zijn uitleenbaar en te vinden in de bibliotheek van Cultuurnetwerk Nederland, expertisecentrum cultuureducatie. Deze bibliotheek met complete collectie kunst- en cultuureducatie is op werkdagen openbaar toegankelijk. Meer informatie en online catalogus: info@cultuurnetwerk.nl, (030)

20 38 februari / maart 2012 PO 39 Wit is de honderdkleur Herrekijken met groep 5 en 6 Marije Visser De kinderen in groep 6 van de Delftse Daltonschool weten nog goed van de vorige keer dat Carolien Euser op school was. Je moest je ogen dicht doen en dan luisteren wat je om je heen hoorde. Het werd anders. Omdat alle kinderen stil waren, kon je opeens allemaal andere geluiden horen, vertelt Anoushka. Een van de andere kinderen weet nog dat dat Oorkijken heette. Voor de kinderen van groep 5 in deze combinatiegroep is Herrekijken nieuw, zij zaten vorig schooljaar nog in de onderbouw en hebben toen niet meegedaan met het project. Delft, 4 november 2011, 18 graden: de lucht is blauw en de bladeren hebben de prachtigste kleuren. Een uitgelezen dag om te gaan herrekijken. Carolien Euser, ontwikkelaar van het project Herrekijker, vertelt: Herrekijken is opnieuw leren kijken. Door het doen van speciale opdrachten en het maken van foto s zie je opeens dingen die je anders zo snel niet ziet. De opdrachten heten bijvoorbeeld Bladkijken, Kleurkijken, Speurkijken, Straatloeren of Broekzakzoeken. Dit roept wel een aantal vragen op, maar als Carolien het toelicht snappen de leerlingen meteen wat er verwacht wordt en begint een aantal kinderen onrustig op hun stoel heen en weer te schuiven: zij zijn klaar om te beginnen. Herrekijken doe je zelf Voordat de kinderen buiten aan het werk gaan, krijgen ze per tweetal een tasje met daarin potloden, schrijfboekjes en opdrachtkaarten. Er zijn twee fototoestellen beschikbaar. Carolien legt uit: Herrekijken doe je helemaal zelf. Je bent met zijn tweeën om elkaar te helpen en samen voor de spullen te zorgen. Maar herrekijken doe je ook alleen, want iedereen ziet andere dingen. En er is geen goed of fout antwoord. Buiten gekomen verdwijnen de tweetallen op het terrein om de school heen. De kinderen lezen de verschillende opdrachtkaarten en kiezen een opdracht. Anoushka en Zaineb gaan bijvoorbeeld Bladkijken. Op de opdrachtkaart staan prikkelende vragen om kinderen te stimuleren beter naar boombladeren te kijken en de leukste te selecteren. Zorgvuldig kiezen de meisjes een paar mooie bladeren die in de tas worden gestopt. Later in de klas zullen alle schatten bekeken worden. Er is al een paar keer het woord museum gevallen. Het liefst willen ze, net als de vorige keer, weer een minimuseum maken. Broekzakzoeken Tijdens het Broekzakzoeken en Speurkijken werden mooie of interessante dingen op straat gevonden. De kinderen hebben toen in drietallen een minimuseum gemaakt. Ze zijn heel serieus bezig geweest met het mooi ordenen en etaleren van die kleine vondsten en ze wilden allemaal een derde van hun museum mee naar huis! vertelt Yvonne van de Beest, de leerkracht van deze middenbouwgroep. Yvonne is erg positief over het project Herrekijker, dus toen ze gebeld werd om nog een keer mee te doen, zei ze meteen ja. Het is leuk om te zien hoe combinaties van kinderen heel verrassend kunnen uitpakken. Kinderen die bijvoorbeeld niet goed samen kunnen rekenen, hebben nu plezier in het samen kijken en ontdekken. Als ik ze bezig zie, weet ik dat ze over een jaar of vier nog weten dat ze dit gedaan hebben, dit blijft ze bij. De opdrachten lenen zich ook goed om een keer tussendoor te doen. Wij werken als Dalton-school met opdrachtkaarten waaruit ze kunnen kiezen, deze opdrachten passen daar heel goed tussen. En ze kennen nu het principe van anders kijken. Naamstraten Ondertussen zijn Justin en Tim aan het Naamstraten. Ze bekijken de straten in de buurt goed, denken na over de vragen op de opdracht kaart en bedenken nieuwe namen voor de straten. Justin: Ik noem deze straat de Huizerstraat, want er zijn veel huizen achter elkaar. Ik noem deze straat Bomenstraat omdat er bomen in staan, zegt Tim. Het schors van de bomen op het plein spreekt meer tot de verbeelding als ze gaan Boomkijken, in boomschors valt van alles te ontdekken. Ik zie een poemahoofd in de vorm van een kikker!, zegt Justin als hij een foto maakt. Peter leest de tekst voor aan Loyd als ze gaan Natuurkijken. Het gaat over natuur die doordringt in dingen die mensen gemaakt hebben. Als hij klaar is, blijft het lang stil. Het was mooi voorgelezen, maar weet hij ook waar het over gaat? Loyd, die alleen maar hoefde te luisteren, vertelt het in zijn eigen woorden na. Dit zijn geen opdrachten waar een eenduidig antwoord op te vinden is. Het duurt even voordat Peter begrijpt wat de opdracht is. Hij kijkt om zich heen en rent dan plotseling vastberaden weg. Daar, dat wil ik op de foto zetten. Hij ziet een kuil in het wegdek. Loyd ontdekt een putdeksel in de straat, waar gras omheen groeit. Nauwkeurig maakt ook hij een foto. Tim en Justin zijn aan het Kleurkijken. Ze turen over het schoolplein. Het is een zonovergoten dag, maar in de kleuren om hen heen is het grijs van de tegels en het vale baksteenrood van de huizen overheersend. Toch komt Tim met een paar mooie nieuwe namen voor kleuren op de proppen: vuurrood, grasgroen en wit is de honderdkleur. Ik noem het de honderdkleur, omdat wit uit alle kleuren bestaat. Grijs is de kleur van het niets en zwart is de kleur van de dark. In het Engels, want dat is cooler. Ruime keuze Kleurkijken levert waarschijnlijk nog meer op in een stuk natuur, waar meer variatie in kleur te zien is. Kleuren in de bebouwde omgeving hebben minder schakeringen en zijn vaak minder diep en daardoor minder aansprekend. Een opdracht als Letterkijken, waarbij de kinderen de eerste letter van hun voornaam moeten fotograferen, leent zich wel goed voor de bebouwde omgeving. Voor de buitenles zijn 23 Foto s gemaakt door leerlingen van de Delftse Daltonschool: Tim (8 jaar), Zaineb (9 jaar), Loyd (9 jaar), Justin (9 jaar), Ilse (10 jaar), Anoushka (10 jaar) en Peter (11 jaar). opdrachten ontwikkeld, 23 manieren van kijken naar de werkelijkheid. Er is voor de leerkracht en de leerlingen een ruime keus. Afhankelijk van de omgeving en het seizoen kan hier uit worden gekozen. Kunstkijken Als voorbereiding hebben de kinderen met juf Yvonne de foto s en filmpjes van kunstwerken bekeken op het digibord. Ze kunnen nog precies omschrijven hoe sommige kunstwerken eruit zagen en welke gedachten er bij ze opkwamen. Op de website van het project staat een grote verzameling hedendaagse kunstwerken: beeldend werk, sculpturen en filmpjes van onder andere Anish Kapoor, Banksy en Jan Rothuizen. Het zijn toegankelijke kunstwerken, vaak met een verrassingselement en voor kinderen herkenbare humor. Dat maakt dat kinderen er gemakkelijk betekenis aan kunnen verlenen. De kunstwerken zijn op thema geordend, waardoor het verband met de opdrachten gelegd kan worden. Voor de leerkrachten is een PDF met informatie over de kunstenaars en hun werk beschikbaar, maar alleen al het samen met de kinderen naar de kunstwerken kijken levert al hele leuke gesprekken op, want daar lenen ze zich voor. Verwerking in de klas Als we nog even napraten in de klas, vraagt Carolien of er wat veranderd is. Ilse: Ja, je kijkt anders naar de dingen. Eerst zou je zeggen: Bah, afval, maar nu ga je er iets moois van maken zoals de vorige keer een afvalmuseum. Peter vult aan: Ik vond het heel leuk dat je dingen mocht oprapen. Mogen we de spullen op de kijktafel leggen, juf? Dat mag en juf Yvonne belooft na het weekend met de gevonden voorwerpen en foto s samen met de kinderen verder aan de slag te gaan. Trainen van opmerkzaamheid Carolien legt uit hoe ze tot het project Herrekijker is gekomen: Het idee voor dit project is ontstaan uit mijn jarenlange ervaring als consulent audiovisueel bij de steunfunctie kunsteducatie in Hilversum. Ik wilde naar de kern van wat belangrijk is voor kinderen bij het ontwikkelen van beeldend vermogen: leren kijken. Ervaren dat je de werkelijkheid op vele manieren kunt zien en dat je een eigen blik op de wereld mag hebben. Kinderen in de onderen middenbouw hebben nog die eigen blik op de wereld, ze zien gezichten in huizen of blaadjes. Aan het eind van de middenbouw beginnen ze dat kwijt te raken. Verbeelding wordt verdrukt door de werkelijkheid, de feiten en de gewenste antwoorden. Kunstenaars hebben ook dat vermogen om met een eigen blik naar de wereld te kijken. Dat vermogen maakt dat wij verrast kunnen worden door hun kunst en er plots door geraakt kunnen zijn. Het project Herrekijker gaat over het stimuleren of het nietafleren van dat vermogen. Het gaat niet over de inhoud van de kunstwerken die de kinderen in de voorbereidingsles op het digibord zien. Doel is ook niet een eindproduct in de klas, dat minimuseum of die verzameling foto s. Fotograferen is een middel om de leerlingen bewuster te laten kijken. De foto s zijn er om de beelden te ordenen, om samen te delen, uit te wisselen en te reflecteren. Herrekijker gaat over een manier van kijken naar de werkelijkheid. Het doel is kinderen dit te laten ervaren, zodat ze leren kijken en een eigen betekenis geven aan wat ze zien, zoals kunstenaars dat doen. Het is het trainen van opmerkzaamheid en het ontwikkelen van ontvankelijkheid. Marije Visser is projectmedewerker bij Cultuurnetwerk Nederland. Het project Herrekijker Herrekijker wordt geheel digitaal aangeboden. Een school kan een inlogcode kopen voor 25,00 en zo gebruik maken van het lesmateriaal en de databank met hedendaagse kunstwerken. Het lesmateriaal is ontwikkeld voor de middenbouw van de basisschool en bestaat uit een introductieles, een buitenles, een verwerkingsles en extra lessuggesties. Daarnaast is er voor 12,50 het boek Hoor de zon met inspirerende artikelen en foto s van hedendaagse kunstwerken. In overleg kan een instructie op school gegeven worden. Het project kan ook gebruikt worden op de buitenschoolse opvang of bij centra voor natuur- en milieu-educatie. Herrekijker is ontwikkeld door Carolien Euser en Madelinde Hageman. Meerdere scholen hebben meegewerkt aan de pilots van het project. Zie voor meer informatie. Cultuurnetwerk Nederland selecteert jaarlijks een aantal projecten die extra aandacht verdienen. Het zijn goede voorbeelden van projecten die culturele instellingen hebben ontwikkeld voor het onderwijs. Ga voor meer informatie naar > onderwijs [+ bijzondere projecten].

Creativiteit bevorderen bij de Kunstvakken Marie-Thérèse van de Kamp, Wilfried Admiraal, Gert Rijlaarsdam

Creativiteit bevorderen bij de Kunstvakken Marie-Thérèse van de Kamp, Wilfried Admiraal, Gert Rijlaarsdam Creativiteit bevorderen bij de Kunstvakken Marie-Thérèse van de Kamp, Wilfried Admiraal, Gert Rijlaarsdam (Van de Kamp, M. T., Admiraal, W., Rijlaarsdam, G. (2012). Creativiteit bevorderen bij de kunstvakken.

Nadere informatie

B a s S m e e t s w w w. b s m e e t s. c o m p a g e 1

B a s S m e e t s w w w. b s m e e t s. c o m p a g e 1 B a s S m e e t s w w w. b s m e e t s. c o m p a g e 1 JE ONBEWUSTE PROGRAMMEREN VOOR EEN GEWELDIGE TOEKOMST De meeste mensen weten heel goed wat ze niet willen in hun leven, maar hebben vrijwel geen

Nadere informatie

CREATIVITEIT KUN JE LEREN! ICC netwerkdag, 31 mei 2018 Ellie van den Bomen

CREATIVITEIT KUN JE LEREN! ICC netwerkdag, 31 mei 2018 Ellie van den Bomen CREATIVITEIT KUN JE LEREN! ICC netwerkdag, 31 mei 2018 Ellie van den Bomen Programma Wat is creativiteit? Creatieve mensen en hun kenmerken Het creatief proces Hoe herken je creativiteit bij kinderen?

Nadere informatie

HEY WAT KAN JIJ EIGENLIJK GOED? VERKLAP JE TALENT IN 8 STAPPEN

HEY WAT KAN JIJ EIGENLIJK GOED? VERKLAP JE TALENT IN 8 STAPPEN E-blog HEY WAT KAN JIJ EIGENLIJK GOED? VERKLAP JE TALENT IN 8 STAPPEN In talent & groei Het is belangrijk om je talent goed onder woorden te kunnen brengen. Je krijgt daardoor meer kans om het werk te

Nadere informatie

Begaafde leerlingen komen er vanzelf... Implementatie van een verandering van de pedagogische beroepspraktijk op basis van praktijkgericht onderzoek.

Begaafde leerlingen komen er vanzelf... Implementatie van een verandering van de pedagogische beroepspraktijk op basis van praktijkgericht onderzoek. Begaafde leerlingen komen er vanzelf... toch? Implementatie van een verandering van de pedagogische beroepspraktijk op basis van praktijkgericht onderzoek. Teambijeenkomsten Anneke Gielis Begaafde leerlingen

Nadere informatie

Zelfstandig werken = actief en zelfstandig leren van een leerling. Het kan individueel of in een groep van maximaal 6 leerlingen.

Zelfstandig werken = actief en zelfstandig leren van een leerling. Het kan individueel of in een groep van maximaal 6 leerlingen. Zelfstandig werken Zelfstandig werken = actief en zelfstandig leren van een leerling. Het kan individueel of in een groep van maximaal 6 leerlingen. Visie Leerlinggericht: gericht op de mogelijkheden van

Nadere informatie

Bronnenbank Onderwijstheorie Tessa van Helden. Inhoudsopgave Pagina. Bron 1 Design Marcel Wanders. 2. Bron 2 ADHD in de klas. 2

Bronnenbank Onderwijstheorie Tessa van Helden. Inhoudsopgave Pagina. Bron 1 Design Marcel Wanders. 2. Bron 2 ADHD in de klas. 2 Bronnenbank Onderwijstheorie Tessa van Helden Inhoudsopgave Pagina Bron 1 Design Marcel Wanders. 2 Bron 2 ADHD in de klas. 2 Bron 3 Recensie over Boijmans van Beunigen 3 Bron 4 Flip in de klas. 4 Bron

Nadere informatie

CREATIEF DENKEN in ONDERWIJS Worskhops, training, begeleiding en materialen.

CREATIEF DENKEN in ONDERWIJS Worskhops, training, begeleiding en materialen. in NDERWIJS Creativiteit en Creatief Denken Creativiteit is een unieke eigenschap van de mens. Kijk om je heen, alles wat verzonnen en gemaakt is, vindt zijn oorsprong in het menselijk brein. Dat geldt

Nadere informatie

Als je nog steeds hoopt dat oplossingen buiten jezelf liggen dan kun je dit boekje nu beter weg leggen.

Als je nog steeds hoopt dat oplossingen buiten jezelf liggen dan kun je dit boekje nu beter weg leggen. Theoreasy de theorie is eenvoudig. Je gaat ontdekken dat het nemen van verantwoordelijkheid voor je eigen denken en doen dé sleutel is tot a beautiful way of life. Als je nog steeds hoopt dat oplossingen

Nadere informatie

Workshop voorbereiden Authentieke instructiemodel

Workshop voorbereiden Authentieke instructiemodel Workshop voorbereiden Authentieke instructiemodel Workshop voorbereiden Uitleg Start De workshop start met een echte, herkenbare en uitdagende situatie. (v.b. het is een probleem, een prestatie, het heeft

Nadere informatie

Leren in contact met paarden Communicatie die is gebaseerd op gelijkwaardigheid (Door Ingrid Claassen, juni 2014)

Leren in contact met paarden Communicatie die is gebaseerd op gelijkwaardigheid (Door Ingrid Claassen, juni 2014) Leren in contact met paarden Communicatie die is gebaseerd op gelijkwaardigheid (Door Ingrid Claassen, juni 2014) Inleiding De kern van (autisme)vriendelijke communicatie is echt contact, gebaseerd op

Nadere informatie

Van huidige situatie ------------ naar --------------------------------- gewenste situatie

Van huidige situatie ------------ naar --------------------------------- gewenste situatie Doelen stellen NLP is een doelgerichte, praktische en mensvriendelijke techniek. NLP = ervaren, ervaren in denken, voelen en doen. Middels een praktisch toepasbaar model leren we om de eigen hulpmiddelen,

Nadere informatie

1 Aanbevolen artikel

1 Aanbevolen artikel Aanbevolen artikel: 25 november 2013 1 Aanbevolen artikel Ik kan het, ik kan het zélf, ik hoor erbij Over de basisingrediënten voor het (psychologisch) welzijn Een klassieke motivatietheorie toegelicht

Nadere informatie

Hele fijne feestdagen en een gezond en vrolijk 2017! Raymond Gruijs. BM Groep ARBO West Baanzinnig

Hele fijne feestdagen en een gezond en vrolijk 2017! Raymond Gruijs. BM Groep ARBO West Baanzinnig De tijd vliegt voorbij en voor je weet zijn we al weer een jaar verder. Ik zeg wel eens: mensen overschatten wat je in een jaar kunt doen, maar onderschatten wat je in 3 jaar kan realiseren. Laten we naar

Nadere informatie

MODULE #7 CORE PURPOSE

MODULE #7 CORE PURPOSE MODULE #7 CORE PURPOSE Welkom bij het 90 dagen mindset coachings programma. Dit programma heeft de potentie om jouw leven compleet te veranderen de komende 90 dagen. Daarin is het belangrijk dat je de

Nadere informatie

6 HET GROTE VINDINGRIJKBOEK

6 HET GROTE VINDINGRIJKBOEK 6 HET GROTE VINDINGRIJKBOEK CREATIVITEIT KUN JE LEREN Ieder mens wordt geboren met creativiteit. Het vermogen om creatief te denken en te handelen; bekende dingen anders zien, nieuwe combinaties maken

Nadere informatie

4 - daagse podiumtraining BUSINESS AS UNUSUAL. Dez e t r a i n i n g i s e c h t een

4 - daagse podiumtraining BUSINESS AS UNUSUAL. Dez e t r a i n i n g i s e c h t een 4 - daagse podiumtraining BUSINESS AS UNUSUAL Dez e t r a i n i n g i s e c h t een a a n r a d er o m t e l ere n m e n s e n e c h t t e b e t re k k e n e n t e r a k e n m e t j o u w v er h a a l.

Nadere informatie

De kracht van ons creatief vermogen

De kracht van ons creatief vermogen De kracht van ons creatief vermogen Kijken naar creativiteit indeling van Mel Rhodes 1. Creatieve personen 2. Creatief proces 3. Creatieve omgeving 4. Creatief product Creatief vermogen Mel Rhodes de 4

Nadere informatie

Presentatie Tekst Top plan (talentontwikkelingsplan) Amy Kouwenberg OABCE1A

Presentatie Tekst Top plan (talentontwikkelingsplan) Amy Kouwenberg OABCE1A Presentatie Tekst Top plan (talentontwikkelingsplan) Amy Kouwenberg OABCE1A INLEIDING Ik heb vandaag een cadeautje meegenomen. Niet voor jullie, maar voor mijzelf. Het cadeautje staat voor de verrassingen

Nadere informatie

Creativiteit bij jonge

Creativiteit bij jonge VHJK-Kwaliteitskaart Creativiteit bij jonge kinderen stimuleren Creativiteit is het laten stromen van ideeën, deze uitwerken, analyseren en presenteren. Creativiteit is een belangrijke competentie, het

Nadere informatie

Hybride kunsteducatie

Hybride kunsteducatie MARIE-THÉRÈSE VAN DE KAMP (UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM) Hybride kunsteducatie Leren over en door kunst is belangrijk voor elke leerling, omdat je door kunst-leerprocessen affectieve, sensomotorische, (meta)cognitieve,

Nadere informatie

WELKOM. Walter Groenen. Anneke van der Vaart. Directeur CJP. Account manager CJP

WELKOM. Walter Groenen. Anneke van der Vaart. Directeur CJP. Account manager CJP WELKOM Walter Groenen Anneke van der Vaart Directeur CJP Account manager CJP Wat is de CJP Cultuurkaart? CJP Cultuurkaart HET CONCEPT: Leerlingen in het VO krijgen een Cultuurkaart met CJP-korting CJP

Nadere informatie

CKV EEN KWALITEITSIMPULS

CKV EEN KWALITEITSIMPULS CKV EEN KWALITEITSIMPULS M.T.A. van de Kamp MA, MSc ILO-UvA/ Expertisecentrum Kunsttheorie VOORGESCHIEDENIS Zowel de Raad voor Cultuur als de Verkenningscommissie Kunstvakken, hebben benadrukt dat het

Nadere informatie

~VISIE ~VERBINDING~VERBEELDING~ pilot directeuren p.o. 3 oktober 2018

~VISIE ~VERBINDING~VERBEELDING~ pilot directeuren p.o. 3 oktober 2018 ~VISIE ~VERBINDING~VERBEELDING~ pilot directeuren p.o. 3 oktober 2018 Albert Einstein Imagination is more important than knowledge. For knowledge is limited, whereas imagination embraces the entire world.

Nadere informatie

Erfgoedonderwijs. 1. Wat is erfgoed? 2. Waarom erfgoedonderwijs? 3. Erfgoedonderwijs en 21e eeuws leren. 4. Erfgoed in de klas voorbeelden

Erfgoedonderwijs. 1. Wat is erfgoed? 2. Waarom erfgoedonderwijs? 3. Erfgoedonderwijs en 21e eeuws leren. 4. Erfgoed in de klas voorbeelden Erfgoedonderwijs 1. Wat is erfgoed? 2. Waarom erfgoedonderwijs? 3. Erfgoedonderwijs en 21e eeuws leren 4. Erfgoed in de klas voorbeelden ERFGOED DOEN! Wat is erfgoed? Wat is erfgoed? Definitie Materiële

Nadere informatie

Sprankelend Spraakmakend Verrassend Inspirerend Waanzinnig

Sprankelend Spraakmakend Verrassend Inspirerend Waanzinnig Grijp je Ambities Sprankelend Spraakmakend Verrassend Inspirerend Waanzinnig Je dromen verwezenlijken in 7 stappen. Grijp je ambities Brengt je dichterbij je ideaal Laat je talenten leven Helpt je het

Nadere informatie

A1) Kennismakingsgesprek over sociale media en internetgebruik

A1) Kennismakingsgesprek over sociale media en internetgebruik Mediawijsheid A1) Kennismakingsgesprek over sociale media en internetgebruik Ik heb samen met de kinderen een gesprek gevoerd over de sociale media en het internet gebruik. Ik heb voor mezelf thuis een

Nadere informatie

Cultuureducatie met Kwaliteit

Cultuureducatie met Kwaliteit ontwerp fourpack Cultuureducatie met Kwaliteit Onze ambities 1 2 3 Stappenplan Het kwadrant Drie domeinen 1 Intake 5 Scholingsactiviteiten VERBREDEN 2 Assessment 6 Meerjarenvisie In huis 3 Ambitiegesprek

Nadere informatie

Zelfbeeld. Het zelfvertrouwen wordt voor een groot deel bepaald door de ideeën die het kind over zichzelf heeft: het zelfbeeld.

Zelfbeeld. Het zelfvertrouwen wordt voor een groot deel bepaald door de ideeën die het kind over zichzelf heeft: het zelfbeeld. Zelfbeeld Het zelfvertrouwen wordt voor een groot deel bepaald door de ideeën die het kind over zichzelf heeft: het zelfbeeld. Een kind dat over het algemeen positief over zichzelf denkt, heeft meer zelfvertrouwen.

Nadere informatie

ONTSLA JEZELF Jouw Eerste Stap Naar Werken Met Energie En Voldoening Dit rapport is geschreven voor iedereen die al lang op zoek is naar werk dat echt voldoening gaat geven en in een ideale wereld het

Nadere informatie

Waarom Wetenschap en Techniek W&T2015

Waarom Wetenschap en Techniek W&T2015 Waarom Wetenschap en Techniek W&T2015 In het leven van alle dag speelt Wetenschap en Techniek (W&T) een grote rol. We staan er vaak maar weinig bij stil, maar zonder de vele uitvindingen in de wereld van

Nadere informatie

PROJECT 2014 FLL WORLD CLASS SM

PROJECT 2014 FLL WORLD CLASS SM PROJECT 2014 FLL WORLD CLASS SM In het FLL World Class SM Project zal jullie team: Een onderwerp kiezen waar jullie enthousiast over zijn of altijd al meer over hebben willen weten. Een innovatieve oplossing

Nadere informatie

Uitleg boekverslag en boekbespreking

Uitleg boekverslag en boekbespreking Uitleg boekverslag en boekbespreking groep 7 schooljaar 2014-2015 Inhoudsopgave: Blz. 3 Blz. 3 Blz. 3 Blz. 4 Blz. 6 Blz. 7 Blz. 7 Stap 1: Het lezen van je boek Stap 2: Titelpagina Stap 3: Inhoudsopgave

Nadere informatie

Ecologie van het leren

Ecologie van het leren Ecologie van het leren Beneluxconferentie dr Manon C.P. Ruijters MLD Apeldoorn 17 oktober 2013 Ecologisch? Ecologie is verbindingen en samenhang diversiteit interacties tussen organismen en hun omgeving

Nadere informatie

Competent talent in de praktijk

Competent talent in de praktijk Competent talent in de praktijk Competent talent in DE PRAKTIJK CURSISTENBOEK Talent ontdekken, ontwikkelen & inzetten Competent talent in de praktijk Cursistenboek Talent ontdekken, ontwikkelen & inzetten

Nadere informatie

ONDERNEMEN IS VOOR HELDEN

ONDERNEMEN IS VOOR HELDEN ONDERNEMEN IS VOOR HELDEN EXCLUSIEF PROGRAMMA OVERZICHT 2016 LEF IN ACTIE Ontdek waarom het zo moeilijk is je hart te volgen en heb het lef dit toch te doen! De achtergrond van het programma Jij weet dat

Nadere informatie

5 manieren om je eigen pad te bewandelen

5 manieren om je eigen pad te bewandelen 5 manieren om je eigen pad te bewandelen Hierbij het nieuwe artikel met als onderwerp: 5 manieren om je eigen pad te bewandelen. Het is geschreven door wandelcoach Tineke Franssen. Tineke wandelt al een

Nadere informatie

OBSERVATIELIJST van de MUZISCHE ONTWIKKELING Van kleuters IN 5 CATEGORIEËN

OBSERVATIELIJST van de MUZISCHE ONTWIKKELING Van kleuters IN 5 CATEGORIEËN OBSERVATIELIJST van de MUZISCHE ONTWIKKELING Van kleuters IN 5 CATEGORIEËN Mijn muzisch enthousiasme Mijn muzische durf en creativiteit Mijn relatie met en begrip van de kunsttalen Mijn muzische expressie

Nadere informatie

Zelfsturend leren met een puberbrein

Zelfsturend leren met een puberbrein Zelfsturend leren met een puberbrein Jacqueline Saalmink In het hedendaagse voortgezet onderwijs wordt een groot beroep gedaan op zelfsturend leren. Leerlingen moeten hiervoor beschikken over vaardigheden

Nadere informatie

Hoe observeer je in de klas?

Hoe observeer je in de klas? Hoe observeer je in de klas? Een vliegende start Donderdag 15 oktober 2015 Rosanne Zwart Welkom en voorstellen Ik begeleid startende docenten Ik werk op een school Ik werk op een universiteit of Hogeschool

Nadere informatie

Bewegen tot leren: Perspectieven voor een krachtige leeromgeving

Bewegen tot leren: Perspectieven voor een krachtige leeromgeving Bewegen tot leren: Perspectieven voor een krachtige leeromgeving Jouw ervaring Neem iets in gedachten dat je nu goed kunt en waarvan je veel plezier hebt in je werk: Vertel waartoe je in staat bent. Beschrijf

Nadere informatie

Welkom. ONDERZOEKEND excelleren. Excellentiebevordering door het stimuleren van een vraagcultuur. Een structurele aanpak!!

Welkom. ONDERZOEKEND excelleren. Excellentiebevordering door het stimuleren van een vraagcultuur. Een structurele aanpak!! Welkom ONDERZOEKEND excelleren Excellentiebevordering door het stimuleren van een vraagcultuur. Een structurele aanpak!! Wat gaan we vandaag doen? Introductie onderzoekend leren + excellentie Nieuwe aanpak:

Nadere informatie

Kwaliteit in Beeld. Leren door te kijken, te doen en te delen

Kwaliteit in Beeld. Leren door te kijken, te doen en te delen Kwaliteit in Beeld Leren door te kijken, te doen en te delen De Educatieve Kijkwijzer De Educatieve Kijkwijzer Kwaliteit Functies Extra s Kwaliteit Kwaliteit Cognitieve Theorie van Multimedia Leren Mayer,

Nadere informatie

Projectdefinitie. Plan van aanpak

Projectdefinitie. Plan van aanpak Projectplan DOT2 Projectdefinitie ICT is niet meer weg te denken uit ons onderwijs (Hasselt, 2014). Als (toekomstige) leerkracht is het belangrijk dat je daar op inspeelt en kennis hebt van de laatste

Nadere informatie

De bruistablet. Creatief zoeken naar

De bruistablet. Creatief zoeken naar De bruistablet Creatief zoeken naar sprankelende oplossingen Op de jeugddienst word je dagdagelijks geconfronteerd met kleine en/of grote problemen, vraagstukken, uitdagingen die een antwoord van je vragen.

Nadere informatie

Doelen Bereiken. Van wens naar doel en van doel naar realiteit in 6 stappen. Greater Potentials Ltd. 2007 Koenraad Rau http://www.zensatie.

Doelen Bereiken. Van wens naar doel en van doel naar realiteit in 6 stappen. Greater Potentials Ltd. 2007 Koenraad Rau http://www.zensatie. Doelen Bereiken Van wens naar doel en van doel naar realiteit in 6 stappen Inleiding: - Doelen Bereiken Van Wens Naar Doel En Van Doel Naar Realiteit In 6 Stappen. In dit programma zal ik je verschillende

Nadere informatie

Doorbreek je belemmerende overtuigingen!

Doorbreek je belemmerende overtuigingen! Doorbreek je belemmerende overtuigingen! Herken je het dat je soms dingen toch op dezelfde manier blijft doen, terwijl je het eigenlijk anders wilde? Dat het je niet lukt om de verandering te maken? Als

Nadere informatie

Masterclass Productief Denken, Creatief Probleem Oplossen & Innovatie Leiderschap. Flexibel schakelen, met leiderschap van de 21e eeuw

Masterclass Productief Denken, Creatief Probleem Oplossen & Innovatie Leiderschap. Flexibel schakelen, met leiderschap van de 21e eeuw Innovatief doen Masterclass Productief Denken, Creatief Probleem Oplossen & Innovatie Leiderschap Flexibel schakelen, met leiderschap van de 21e eeuw In een omgeving die voortdurend verandert, hangt het

Nadere informatie

Jaar Werkboek 4 weken Challenge

Jaar Werkboek 4 weken Challenge Coach jezelf naar succes Jaar Werkboek 4 weken Challenge 10 Focus Sociaal zijn, jezelf kunnen wegcijferen en altijd klaar staan voor anderen zijn mooie eigenschappen, en... Jij bent ook belangrijk Hij

Nadere informatie

Ontwikkel je specialiteit! TOPklas leerjaar 1 Cultuur, Sport, ICT en Science

Ontwikkel je specialiteit! TOPklas leerjaar 1 Cultuur, Sport, ICT en Science Ontwikkel je specialiteit! TOPklas leerjaar 1 Cultuur, Sport, ICT en Science Op het Picasso Lyceum sta jij centraal. En de leraren doen er alles aan om jouw talenten verder te ontwikkelen. Daar staat natuurlijk

Nadere informatie

CREATIEF CONCEPTEN OP BASIS VAN CREATIVITEIT HOE? ZO!

CREATIEF CONCEPTEN OP BASIS VAN CREATIVITEIT HOE? ZO! CREATIEF CONCEPTEN OP BASIS VAN CREATIVITEIT HOE? ZO! INHOUDSOPGAVE STARTFASE VOORAF - IS HET EEN ONDERWERP VOOR CREATIVITEIT? - ANALYSEVRAGEN - BRIEFING MET PROBLEEMEIGENAAR DE CREATIEVE SESSIE - SPELREGELS

Nadere informatie

Sprankelend Spraakmakend Verrassend Inspirerend Waanzinnig

Sprankelend Spraakmakend Verrassend Inspirerend Waanzinnig Grijp je Ambities Sprankelend Spraakmakend Verrassend Inspirerend Waanzinnig Je dromen verwezenlijken in 7 stappen. Grijp je ambities Brengt je dichterbij je ideaal Geeft je inzicht in jouw persoonlijke

Nadere informatie

Fianne Konings en Marjo Berendsen over Culturele instellingen en een doorlopende leerlijn cultuuronderwijs door Jacolien de Nooij

Fianne Konings en Marjo Berendsen over Culturele instellingen en een doorlopende leerlijn cultuuronderwijs door Jacolien de Nooij Fianne Konings en Marjo Berendsen over Culturele instellingen en een doorlopende leerlijn cultuuronderwijs door Jacolien de Nooij De publicatie van Fianne Konings, Culturele instellingen en een doorlopende

Nadere informatie

Coalitielid met hart en ziel

Coalitielid met hart en ziel Coalitielid met hart en ziel Samenwerken vind ik belangrijk omdat... Peter Rooze 29 januari 2011 Teambuilding en samenwerking. Resultaten: 1. Kennismaking met - motieven van - collega s. 2. Betere samenwerking.

Nadere informatie

Creatief Innoveren hoe begin je er aan?

Creatief Innoveren hoe begin je er aan? Creatief Innoveren hoe begin je er aan? M a r k V a n d a e l C r e A r r a n g e u r A n t w e r p e n Centrum voor de Ontwikkeling van het Creatief Denken vzw Sint-Jacobsmarkt 9-13 2000 Antwerpen tel.

Nadere informatie

Workshop Handleiding. Verhalen schrijven. wat is jouw talent?

Workshop Handleiding. Verhalen schrijven. wat is jouw talent? Workshop Handleiding Verhalen schrijven wat is jouw talent? Inhoudsopgave Hoe gebruik je deze workshop? Hoe kun je deze workshop inzetten in je klas? Les 1: Even voorstellen stelt zich kort voor en vertelt

Nadere informatie

Tel: 06 239 475 38 esther@ikhouvanmij.eu www.ikhouvanmij.eu

Tel: 06 239 475 38 esther@ikhouvanmij.eu www.ikhouvanmij.eu Tel: 06 239 475 38 esther@ikhouvanmij.eu www.ikhouvanmij.eu Met dit Ebook wil ik je graag inzichten geven in hoe je van jezelf kunt (leren) houden. Dit bereik je (wellicht helaas) niet door even een knop

Nadere informatie

Van mij. Een gezicht is geen muur. Jan Bransen, Universiteit Utrecht

Van mij. Een gezicht is geen muur. Jan Bransen, Universiteit Utrecht [Gepubliceerd in Erik Heijerman & Paul Wouters (red.) Praktische Filosofie. Utrecht: TELEAC/NOT, 1997, pp. 117-119.] Van mij Een gezicht is geen muur Jan Bransen, Universiteit Utrecht Wij hechten veel

Nadere informatie

Bas Smeets page 1

Bas Smeets  page 1 Bas Smeets www.bsmeets.com page 1 JE ONBEWUSTE PROGRAMMEREN VOOR EEN GEWELDIGE TOEKOMST De meeste mensen weten heel goed wat ze niet willen in hun leven, maar hebben vrijwel geen idee wat hoe hun ideale

Nadere informatie

Creatief Denken. Een huis vol verhalen Groep 1 en Groep 2

Creatief Denken. Een huis vol verhalen Groep 1 en Groep 2 Creatief Denken Een huis vol verhalen Groep 1 en Groep 2 Inleiding Creativiteit is een proces waardoor je laat zien dat alles wat is ook altijd anders kan zijn. Kijken naar de werkelijkheid, dat koppelen

Nadere informatie

Motivatie: presteren? Of toch maar leren?

Motivatie: presteren? Of toch maar leren? Arjan van Dam Motivatie: presteren? Of toch maar leren? Een van de lastigste opgaven van managers is werken met medewerkers die niet gemotiveerd zijn. Op zoek naar de oorzaken van het gebrek aan motivatie,

Nadere informatie

Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W

Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W 1 Naam student: Studentnummer: Datum: Naam leercoach: Inleiding Voor jou ligt het meetinstrument ondernemende houding. Met dit meetinstrument

Nadere informatie

Begeleidende tekst film Moos

Begeleidende tekst film Moos Begeleidende tekst film Moos Thijs Roovers Auteur Thijs Roovers Student nr. OvUu17990 Master Professioneel Meesterschap Inleiding De bijdrage die ik gemaakt heb voor de Master Professioneel Meesterschap

Nadere informatie

Games & Interactie 2015 1c Art, Media & Me Saskia Freeke Sonja van Vuuren Martin Lacet John Hennequin

Games & Interactie 2015 1c Art, Media & Me Saskia Freeke Sonja van Vuuren Martin Lacet John Hennequin Games & Interactie 2015 1c Art, Media & Me Saskia Freeke Sonja van Vuuren Martin Lacet John Hennequin 1. Intro 1 2. Wat is mijn selfie 2 3. Waarom mijn selfie 4 4. Evaluatie medestudenten 5 5. Bijlage

Nadere informatie

Lesbrief HyperISH. ISH_lesplan.indd 1 18-02-13 11:23

Lesbrief HyperISH. ISH_lesplan.indd 1 18-02-13 11:23 Lesbrief HyperISH I don t even know what I was running for - I guess I just felt like it. Holden Caulfield in The Catcher in the Rye door J.D. Salinger De maatschappij zit vol verwachtingen, de eisen zijn

Nadere informatie

Stap 3 Leeractiviteiten begeleiden

Stap 3 Leeractiviteiten begeleiden Stap 3 Leeractiviteiten begeleiden Bij het begeleiden van leeractiviteiten kun je twee aspecten aan het gedrag van leerkrachten onderscheiden, namelijk het pedagogisch handelen en het didactisch handelen.

Nadere informatie

KUNST ONDERZOEK EDUCATIE VISIE VERNIEUWING OMGEVING PUBLIEK WERK BEELD TEKST FASCINATIE

KUNST ONDERZOEK EDUCATIE VISIE VERNIEUWING OMGEVING PUBLIEK WERK BEELD TEKST FASCINATIE ARTISTIEK ONDERZOEK MASTER KUNSTEDUCATIE Willem de Kooning Academie Piet Zwart Instituut te Rotterdam april 2012 Marieke van der Hoek-Vijfvinkel begeleiding: Annette Krauss - MaikoTanaka ? KUNST ONDERZOEK

Nadere informatie

Deel 1: Wat is mindset? 7. Deel 2: Met vallen en opstaan 25. Deel 3: Gerichte inzet 43. Deel 5: Metacognitieve vaardigheden 79

Deel 1: Wat is mindset? 7. Deel 2: Met vallen en opstaan 25. Deel 3: Gerichte inzet 43. Deel 5: Metacognitieve vaardigheden 79 Inhoud Pagina Deel 1: 7 Deel 2: Met vallen en opstaan 25 Deel 3: Gerichte inzet 43 Deel 4: Feedback: beter dan compliment en beloning 59 Deel 5: Metacognitieve vaardigheden 79 Deel 6: Let op je taalgebruik

Nadere informatie

Fernando Halman CommunicateTour

Fernando Halman CommunicateTour FERNANDO HALMAN Rotterdam RAH! We nodig je uit voor de unieke seminar van Fernando Halman waarbij hij zijn krachtige boodschap levert aan hogescholen en universiteiten. Colourful Business presents Fernando

Nadere informatie

Hoofdstuk 3: Jij als leider!

Hoofdstuk 3: Jij als leider! Kijk eens in de spiegel Hoofdstuk 3: Jij als leider Elke dag als je opstaat, sta je waarschijnlijk een moment voor de spiegel. Misschien let je er niet meer bewust op, maar als je voor de spiegel staat

Nadere informatie

PLE SCH BV Coaching, Consultancy en Conflictoplossing

PLE SCH BV Coaching, Consultancy en Conflictoplossing PLE SCH BV Coaching, Consultancy en Conflictoplossing In company Workshop Inspirerend Leiderschap Een workshop voor leidinggevenden die authentiek contact willen met de bronnen van persoonlijk leiderschap

Nadere informatie

CREATIEF VERMOGEN. Andrea Jetten, Hester Stubbé

CREATIEF VERMOGEN. Andrea Jetten, Hester Stubbé CREATIEF VERMOGEN Andrea Jetten, Hester Stubbé OPDRACHT Creativitief vermogen meetbaar maken zodat de ontwikkeling ervan gestimuleerd kan worden bij leerlingen. 21st century skills Het uitgangspunt is

Nadere informatie

1/06/15. Hoe kunnen we ac+viteiten meer betekenisvol maken voor de oudere? (Bete)ken(n)is maken. Doel van deze workshop INLEIDING OP CREATIEF DENKEN

1/06/15. Hoe kunnen we ac+viteiten meer betekenisvol maken voor de oudere? (Bete)ken(n)is maken. Doel van deze workshop INLEIDING OP CREATIEF DENKEN 1/06/15 Hoe kunnen we acviteiten meer betekenisvol maken voor de oudere? Vernieuwend werken in bestaande acviteiten Oefening in creaef denken Valerie Desmet en Elise Cornelis 2 (Bete)ken(n)is maken Wie

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Inleiding 4. Les 1. Introductie filosofie Hebben alle vragen een antwoord? 10. Les 2. Denken Kunnen dieren denken?

Inhoudsopgave. Inleiding 4. Les 1. Introductie filosofie Hebben alle vragen een antwoord? 10. Les 2. Denken Kunnen dieren denken? >> Inhoudsopgave Inleiding 4 Les 1. Introductie filosofie Hebben alle vragen een antwoord? 10 Les 2. Denken Kunnen dieren denken? 14 Les 3. Geluk Wat is het verschil tussen blij zijn en gelukkig zijn?

Nadere informatie

Doel van deze presentatie is

Doel van deze presentatie is Doel van deze presentatie is Oplossingsgericht? Sjoemelen? Evaluatie van de praktische oefening. Verbetersuggesties qua oplossingsgerichtheid (niet met betrekking tot de inhoud van de gebruikte materialen)

Nadere informatie

De Multitaskende Digital Native en andere Broodje Aap Verhalen in het Onderwijs

De Multitaskende Digital Native en andere Broodje Aap Verhalen in het Onderwijs De Multitaskende Digital Native en andere Broodje Aap Verhalen in het Onderwijs Prof. dr. Paul A. Kirschner Vooraf 1: Ben jij student? docent? onderzoeker? ondernemer? geïnteresseerd publiek? anders???

Nadere informatie

Zonder dieet lekkerder in je vel!

Zonder dieet lekkerder in je vel! Zonder dieet lekkerder in je vel! Vijf vragen en vijf stappen om te ontdekken hoe je jouw eetpatroon kunt veranderen en succesvol kunt afvallen. Overgewicht neemt ernstige vormen aan, veel volwassenen

Nadere informatie

Gandhitraining. Ongekende effecten in de praktijk

Gandhitraining. Ongekende effecten in de praktijk Gandhitraining Ongekende effecten in de praktijk Van persoonlijk naar inspirerend leiderschap Wil je jouw persoonlijke leiderschap verdiepen tot inspirerend leiderschap; je ambities vormgeven en anderen

Nadere informatie

Visible Learning - John Hattie. Miljoenen leerlingen. Effect van het leerkracht. Effectgrootte

Visible Learning - John Hattie. Miljoenen leerlingen. Effect van het leerkracht. Effectgrootte Visible Learning - John Hattie Wat maakt de school tot een succes? Daar is veel onderzoek naar gedaan. Maar wat werkt nu echt? In het baanbrekende boek Visible Learning verwerkt John Hattie de resultaten

Nadere informatie

Inleiding. Inleiding

Inleiding. Inleiding Inleiding Inleiding Voor jou als professional is het van belang dat je vakkundig kunt presenteren. Dat begint wellicht met jezelf introduceren op een bijeenkomst of het geven van een workshop. Later kan

Nadere informatie

Broodje aap in het onderwijs maar wat zegt de wetenschap? Prof. dr. Paul A. Kirschner

Broodje aap in het onderwijs maar wat zegt de wetenschap? Prof. dr. Paul A. Kirschner Broodje aap in het onderwijs maar wat zegt de wetenschap? Prof. dr. Paul A. Kirschner Wat is een broodje aap verhaal? Weergave van een (vaak fictieve) gebeurtenis Breed gecirculeerd / doorverteld Vaak

Nadere informatie

MODULE #6 DREAMBOARD PROCES

MODULE #6 DREAMBOARD PROCES MODULE #6 DREAMBOARD PROCES Welkom bij het 90 dagen mindset coachings programma. Dit programma heeft de potentie om jouw leven compleet te veranderen de komende 90 dagen. Daarin is het belangrijk dat je

Nadere informatie

De manus branding stichting

De manus branding stichting De manus branding stichting ontwikkelt programma s, die door lessen relationele en musische vorming sociale vaardigheden aanleren, waardoor jongeren beter in staat zijn op een, zowel voor hen zelf als

Nadere informatie

2013-2017. Huiswerkbeleid

2013-2017. Huiswerkbeleid 01-017 Huiswerkbeleid Inhoudsopgave Beschrijving doelgroep Visie op onderwijs Basisvisie Leerinhouden/Activiteiten De voor- en nadelen van het geven van huiswerk Voordelen Nadelen Richtlijnen voor het

Nadere informatie

JONG HOEZO ANDERS?! EN HOOGGEVOELIG. Informatie, oefeningen en tips voor hooggevoelige jongeren

JONG HOEZO ANDERS?! EN HOOGGEVOELIG. Informatie, oefeningen en tips voor hooggevoelige jongeren Ellen van den Ende in samenwerking met Mariëtte Verschure JONG EN HOOGGEVOELIG HOEZO ANDERS?! Informatie, oefeningen en tips voor hooggevoelige jongeren Uitgeverij Akasha Inhoud Hooggevoelig, hoezo anders?!

Nadere informatie

Gesprekstechniek voor de manager met o.a. The one minute manager

Gesprekstechniek voor de manager met o.a. The one minute manager Gesprekstechniek voor de manager met o.a. The one minute manager 1 Executive Leadership Foundation - ELF 2005-2011 Dit materiaal mag vrij gebruikt worden, mits netjes de bron wordt vermeld Lastige dingen

Nadere informatie

Opbrengstgericht werken bij andere vakken. Martine Amsing, Marijke Bertu, Marleen de Haan

Opbrengstgericht werken bij andere vakken. Martine Amsing, Marijke Bertu, Marleen de Haan Opbrengstgericht werken bij andere vakken Martine Amsing, Marijke Bertu, Marleen de Haan Doel Leerkrachten kunnen een les tekenen of geschiedenis ontwerpen volgens de uitgangspunten van OGW die ze direct

Nadere informatie

18 tips om te werken aan je eigen inzetbaarheid

18 tips om te werken aan je eigen inzetbaarheid 18 tips om te werken aan je eigen inzetbaarheid Goed, gezond en gemotiveerd aan het werk tot je pensioen? Dat bereik je door kansen te pakken op het werk. Leer aan de hand van onderstaande punten hoe je

Nadere informatie

J L. Nordwin College Competentiemeter MBO - 21st Century & Green Skills. Vaardigheden Gedragsindicatoren. 21st Century Skill - -

J L. Nordwin College Competentiemeter MBO - 21st Century & Green Skills. Vaardigheden Gedragsindicatoren. 21st Century Skill - - Nordwin College Competentiemeter MBO - 21st Century & Green Skills 21st Century Skill Jouw talent Vaardigheden Gedragsindicatoren J L Ik weet wat ik wil Ik weet wat ik kan Ik ga na waarom iets mij interesseert

Nadere informatie

maandag 9.30-12.30 dinsdag 9.30-12.30, 11.00-14.00, 19.30-22.30 woensdag 19.30-22.30 donderdag 9.30-12.30

maandag 9.30-12.30 dinsdag 9.30-12.30, 11.00-14.00, 19.30-22.30 woensdag 19.30-22.30 donderdag 9.30-12.30 Workshops! Meer creativiteit in je werk Interactieve bijeenkomsten vormgeven Ideeën voor promotie van jouw onderneming Nieuwe producten voor jouw bedrijf Creatieve werkvormen (serie van 4 workshops) Wegens

Nadere informatie

ZO WORDEN VERGADERINGEN INTERESSANT VOOR JE. 4 SIMPELE TACTIEKEN

ZO WORDEN VERGADERINGEN INTERESSANT VOOR JE. 4 SIMPELE TACTIEKEN E-BLOG ZO WORDEN VERGADERINGEN INTERESSANT VOOR JE. 4 SIMPELE TACTIEKEN In carriere Zo worden vergaderingen interessant voor je. 4 simpele tactieken De vergadering is bij uitstek een plaats waar je kunt

Nadere informatie

Let s Ynnovate! Let s Ynnovate! LET S YNNOVATE! OVER FLEUR & ESTHER FLEUR PULLEN & ESTHER VAN DER STORM

Let s Ynnovate! Let s Ynnovate! LET S YNNOVATE! OVER FLEUR & ESTHER FLEUR PULLEN & ESTHER VAN DER STORM LET S YNNOVATE! Als je doet wat je altijd deed, krijg je wat je altijd kreeg, riep Einstein al een dikke eeuw geleden. Wil je innoveren, dan zul je uit je routine moeten stappen. Maar hoe kun je succesvol

Nadere informatie

Creativiteit in de onderneming

Creativiteit in de onderneming Creativiteit in de onderneming TWIGA inspiration Creatief Adviesbureau Aniek Bax AniekBax@yahoo.com 06-38929100 Gevel van het hoofdkantoor van Rabobank Rotterdam is een creatief adviesbureau in 2007 opgericht

Nadere informatie

REMIND. Bij u op SCHOOL?

REMIND. Bij u op SCHOOL? REMIND Bij u op SCHOOL? Inhoudsopgave Slim jezelf zijn voor professionals 3 Slim jezelf zijn 3 Programma over persoonlijke ontwikkeling 3 Kostenoverzicht 4 Over Remind 5 Wij willen 5 Trainersopleiding

Nadere informatie

Welke ruimte en skills hebben leerlingen nodig om bevlogen en gemotiveerd te werken. Astrid van den Hurk 22 januari 2015

Welke ruimte en skills hebben leerlingen nodig om bevlogen en gemotiveerd te werken. Astrid van den Hurk 22 januari 2015 Welke ruimte en skills hebben leerlingen nodig om bevlogen en gemotiveerd te werken Astrid van den Hurk 22 januari 2015 Doelen Zicht op basisbehoeftes van leerlingen om gemotiveerd te kunnen werken; Zelfdeterminatietheorie

Nadere informatie

F A B S C H O L K I D S

F A B S C H O L K I D S F A B S C O H O L K I D S Over FabSchool Kids In Fabschool Kids staat zelf dingen maken, creativiteit en samenwerken centraal. In hands-on workshops in het Fablab Amsterdam leren kinderen alles over digitale

Nadere informatie

Het gedragmodel. 1. Inleiding

Het gedragmodel. 1. Inleiding Het gedragmodel 1. Inleiding Het gedragmodel is een NLP-techiek, ontwikkeld door Peter Dalmeijer (zie www.vidarte.nl) en Paul Lenferink. Het model leert ons feedback te geven waarbij we anderen op hun

Nadere informatie

ecourse Moeiteloos leren leidinggeven

ecourse Moeiteloos leren leidinggeven ecourse Moeiteloos leren leidinggeven Leer hoe je met minder moeite en tijd uitmuntende prestaties met je team bereikt 2012 Marjan Haselhoff Ik zou het waarderen als je niets van de inhoud overneemt zonder

Nadere informatie

CKV Festival 2012. CKV festival 2012

CKV Festival 2012. CKV festival 2012 C CKV Festival 2012 Het CKV Festival vindt in 2012 plaats op 23 en 30 oktober. Twee dagen gaan de Bredase leerlingen van het voortgezet onderwijs naar de culturele instellingen van Breda. De basis van

Nadere informatie

MISSIE - VISIE - MOTTO

MISSIE - VISIE - MOTTO MISSIE - VISIE - MOTTO Mei 2015 Versie 4.0 Inhoudsopgave INLEIDING 3 WAAR KOMT DIT VANDAAN? 3 MISSIE: WAAR STAAN WE VOOR? 4 VISIE: WAT DOEN WE EN WAAROM? 4 MOTTO, KORT EN KRACHTIG 5 2 INLEIDING Elke organisatie,

Nadere informatie