Supplement bij de Help-handleiding Tachycardiepulsgenerators

Transcriptie

1 Supplement bij de Help-handleiding Tachycardiepulsgenerators VOOR DE VOLGENDE PULSGENERATORS: Atlas Convert Atlas + Convert + Epic Epic II Epic + Epic II+ Atlas II Photon Atlas II+ Photon µ

2 2008 St. Jude Medical Cardiac Rhythm Management Division. All Rights Reserved. Tenzij anders vermeld, geeft aan dat de naam een handelsmerk is, of onder licentie is, van St. Jude Medical Inc. of een van haar dochterondernemingen.

3 INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1. Menu Tools ? Tools Sessiegegevens Instructies voor het bekijken van sessiegegevens die zijn opgeslagen op het Merlin PCS Instructies voor het bekijken van sessiegegevens op externe media PDFs Voorkeuren Audiovoorkeuren Printervoorkeuren Scherm printen Scherm exporteren Hoofdstuk 2. Hartritmeweergave Hartritmeweergave ECG Markers Basisgebeurtenismarkers Markers voor intervallen en refractaire periodes Markers voor speciale gebeurtenissen Markers voor detectie, diagnose en behandeling Morfologiemarkers Markers voor programmercommunicatie Testmarkers Markers voor golfvormkanalen EGM EGM-bronnen Instructies voor het instellen van de hartritmeweergave Weergave aanpassen ECG-configuratie EGM-configuratie Capture bevriezen Presenterend ritme Kanalen aanpassen Hoofdstuk 3. Scherm FastPath Summary FastPath Summary Waarschuwingen Informatie over de patiënt LV elektrodetype Opmerking Toetsenbord op het scherm Merlin PCS Help-handleiding Tachycardie-pulsgenerators i

4 Hoofdstuk 4. Episodes Brady-episode-directory Tachy-episode-directory Episodes printen Alle episodes printen Afzonderlijke episodes printen Brady-episodedetails Tachy-episodedetails Kanalen aanpassen Episode-boomdiagram EGM s ophalen uit de pulsgenerator Episodes en opgeslagen EGM s Hoofdstuk 5. Diagnostische gegevens Diagnostische gegevens over bradycardie Gebeurtenis-, hartfrequentie- en sensorhistogrammen Gebeurtenishistogram Ventriculair hartfrequentiehistogram AV-intervallen AF suppression -stimulatie AT/AF Burden Trend AT/AF-definitie Automatische mode-switch Log bekijken Diagnostische gegevens over tachycardie Diagnosesamenvatting Behandelingssamenvatting Afgebroken behandelingen Samenvatting HV-oplading Diagnostische gegevens van template Condensatoronderhoud en reversies Diagnostische gegevens over levensduur Geschiedenis van bradycardie-gebeurtenissen Geschiedenis van het laden van de pulsgenerator Hoofdstuk 6. Tests Capture Instructies voor een capture-test Het venster Freeze Capture: Capture Test Real-time metingen Integriteit van de HV-elektrodes Instructies voor het uitvoeren van een controle van de intregiteit van de hoogspanningselektroden..6-4 Condensator Informatie over condensatoronderhoud QuickOpt Timingcyclus-optimalisering QuickOpt Optimaliseringswizard Automatische meting was Automatische meting was niet succesvol QuickOpt -optimalisering: handmatige test ii Inhoudsopgave

5 QuickOpt -optimalisering: testvenster Instructies voor de QuickOpt handmatige test Instructies voor het programmeren van testresultaten QuickOpt Capture bevriezen Fibber & NIPS Fibber-test Instructies voor een Fibber-test Fibber-testparameters Beschrijving van testen met behulp van de pulsgenerator Behandeling na aritmie-inductie Parameters voor testen met behulp van de pulsgenerator NIPS-test Instructies voor NIPS- en S1 Burst-tests NIPS-testparameters Tijdelijke stimulatie Trends Hoofdstuk 7. Bradycardieparameters Stimulatiefrequenties en -vertragingen Mode Sensor Basisfrequentie Hysteresisfrequentie Frequentiehysteresis met zoekfunctie Rustfrequentie Maximum tracking-frequentie Gestimuleerd AV-delay Waargenomen AV-delay Frequentiegevoelig AV-delay Negatieve AV-hysteresis/zoekfunctie Kortste AV-delay Automatisch zoeken naar intrinsieke geleiding Stimulatie-output en refractaire periode Pulsamplitude Pulsduur Ventriculaire waarneming Ventriculaire stimulatie Interventriculair stimulatie-delay LV-pulsconfiguratie Refractaire periode ventriculaire stimulatie Refractaire periode atriale stimulatie PVARP Frequentiegevoelige PVARP/VREF Kortste PVARP/VREF Frequentiegevoelige refractaire periode (V.) Kortste refractaire periode (V.) :1 Block-frequentie Sensor Max. sensorfrequentie Merlin PCS Help-handleiding Tachycardie-pulsgenerators iii

6 Drempel Reactietijd Hersteltijd Slope Herstel automatische drempel Extra parameters Automatische mode-switch Atriale tachycardie-detectiefrequentie Basisfrequentie mode-switch AF Suppression -algoritme Aantal overdrive-stimulatiecycli PVC-opties PMT-opties PMT-detectiefrequentie Mode ventriculaire ruisreversie Ventriculaire veiligheidsstandby Episodische stimulatiemode Post-schok-stimulatie Post-schok-mode Post-schok-basisfrequentie Post-schok-pauze Post-schok-duur Pulsamplitude Pulsduur Hoofdstuk 8. Tachycardieparameters Venster Zoneconfiguratie Zoneconfiguratie Detectiecriteria Detectie-interval/frequentie Aantal intervallen SVT-discriminatiezone Informatie over SVT-discriminatie SVT-discriminatiemode SVT-discriminatie-time-out Behandeling na time-out SVT-discriminators Frequentiebranch Besturing van de Sinus Tach-frequentiebranch SVT-discriminatie in Sinus Tach AV-intervaldelta Morfologievenster Morfologie % Match Template-match-criterium Morfologie aantal matches Venstergrootte Automatisch bijwerken van een template Intervalstabiliteitsvenster iv Inhoudsopgave

7 Intervalstabiliteit Stabiliteitsdelta AV-associatiedelta SIH-telling Venstergrootte Venster Plotselinge start Plotselinge start Startdelta Diagnosecriteria tachycardie Een morfologietemplate verwerven/evalueren Automatisch verwerven Morfologiescores Tijdelijke stimulatie tijdens template-verwerving Venster Morfologiescoring Morfologiescoring Zonebehandeling VT-behandelings-time-out Time-out-zone Behandelingen ATP-details Aantal bursts Aantal stimuli Stimuli per burst toevoegen Burst-cycluslengte Minimale cycluslengte van een burst Heraanpasbaar Scannen Scanstap Max. stap Ramp Rampstap ATP-pulsamplitude ATP-pulsduur ATP-behandelingsconfiguraties ATP-behandeling Detail A ATP-behandeling Detail B ATP-behandeling Detail C ATP-behandeling Detail D ATP-behandeling Detail E ATP-behandeling Detail F ATP-behandeling Detail G ATP-behandeling Detail H DeFT Response -technologie-instellingen Golfvorm Golfvorm-mode Golfvorminstellingen SVC-elektrode RV-polariteit Merlin PCS Help-handleiding Tachycardie-pulsgenerators v

8 Schokimpedantie Programmeren van de off-configuratie Laatste instellingen herstellen Gedetailleerde beschrijvingen Zonebeschrijvingen Off Zone Zones Zones Legenda frequentiezones Beschrijving van tachyaritmiedetectie Gedetailleerde beschrijving van SVT-discriminatie Gedetailleerde beschrijving van frequentiebranch Gedetailleerde beschrijving van morfologie Gedetailleerde beschrijving van intervalstabiliteit Gedetailleerde beschrijving van plotselinge start Richtlijnen voor het programmeren van SVT-discriminatiecriteria Alleen-ventriculaire SVT-discriminatie Tweekamer SVT-discriminatie Beschrijving van SVT-discriminatie-time-out SVT-discriminatie-time-out in een Monitor Only-zone Beschrijving van tachyaritmiebehandeling Beschrijving van VT-behandelings-time-out VT-behandelings-time-out in een Monitor Only-zone Hoofdstuk 9. Parameters voor patiëntmelding Triggers voor patiëntmelding Afgifte van patiëntmelding Vibratieduur Aantal meldingen Tijd tussen meldingen Beschrijving van patiëntmelding Patiëntmeldingssequentie Dagelijkse metingen van patiëntmeldingen Hoofdstuk 10. Speciale parameters Instellingen voor Senseability -waarneming Waarnemingsmode Gevoeligheid Refractaire periode waarneming Parameters voor post-waargenomen/post-gestimuleerde Senseability -waarneming Vertraging van de afname Drempelstart Refractaire periode Nominale waarden selecteren Herdetectie- & post-detectiecriteria VT-herdetectie Herdetectie van sinus Post-detectie-interval/frequentie vi Inhoudsopgave

9 SVT-bovengrens Beschrijving van post-detectie Zone-configuratie Zones-configuratie Zones-configuratie Aanvullende parameters Condensatoronderhoudsinterval Aan het licht brengen van aritmie Far R-onderdrukking Magneetmode Ventriculaire blanking Hoofdstuk 11. Episode-instellingen EGM-besturingen Configuratie van EGMbron Aangepast Dynamisch bereik Episode-EGM s Atriale tachycardie PMT-detectie Gebeurtenistrigger Duur van pre-trigger Maximumduur Tachycardie-EGM-opslaggebeurtenissen Speciale opgeslagen EGM-gebeurtenissen Totale EGM-opslagtijd Hoofdstuk 12. Aangepaste parameters Instructies voor het aanmaken van aangepaste parameterinstellingen Instructies voor het laden van aangepaste parameterinstellingen Instructies voor het wissen van aangepaste parameterinstellingen Hoofdstuk 13. Programmeren van parameters bij Convert en Convert+ pulsgenerators Parameters van Convert en Convert+ pulsgenerators Bradycardieparameters VVI-stimulatie Sensor Hysteresis Pulsamplitude Pulsduur Post-schok stimulatie-interactie Parameters voor VT-behandeling ATP-behandeling VT-detectiefrequentie Parameters voor VF-behandeling HV-behandeling VF-detectiefrequentie Energie 1e schok Merlin PCS Help-handleiding Tachycardie-pulsgenerators vii

10 Aanvullende behandelingsinteractie Post-detectie Herdetectie van sinus Instellingen voor Senseability -waarneming Max. gevoeligheid Vertraging van de afname Drempelstart Post-waargenomen refractaire periode Post-gestimuleerde refractaire periode Tijdelijke stimulatie bij Convert en Convert+ pulsgenerators VVI-stimulatie Episode-EGM s Opgeslagen EGM-configuratie Totale EGM-opslagtijd Hoofdstuk 14. Wrap-up overzicht Wrap-up overzicht Gegevens exporteren Trends wissen Diagnostische gegevens wissen Beginwaarden herstellen Hoofdstuk 15. Mode-beschrijvingen DDD DDI DOO VVI VOO AAI AAT AOO Pacing Off Frequentiegevoelige modes Hoofdstuk 16. Aanvullende programmeringsinformatie Technische ondersteuning Ondersteunde tachycardiepulsgenerators Hoofdprogrammeringsvenster Tachycardie-behandeling inschakelen/uitschakelen Selectie van pulsgeneratorparameters en -instellingen Printmenu Reports Settings Bediening in noodgevallen Emergency-schok Hardware-reset Telemetriegegevens Real-time metingen Cardioversie-/defibrillatiemetingen viii Inhoudsopgave

11 Het scherm Samenvatting diagnostische gegevens Diagnostische gegevens van episodes Diagnostische gegevens van levensduur Appendix A. Technische gegevens Atlas pulsgenerators A-1 Fysieke specificaties a-1 Stroombron A-2 Tolerantiewaarden werkingsparameters a-2 Emergency VVI-instellingen A-4 Reset-instellingen A-4 Röntgen-identificatie A-5 Onderdelen en accessoires a-6 Appendix B. Technische gegevens Atlas II en Atlas II+ pulsgenerators B-1 Fysieke specificaties b-1 Stroombron B-2 Tolerantiewaarden werkingsparameters b-3 Emergency VVI-instellingen B-4 Reset-instellingen B-5 Röntgen-identificatie B-6 Onderdelen en accessoires b-7 Appendix C. Technische gegevens Atlas + pulsgenerators C-1 Fysieke specificaties c-1 Stroombron C-2 Tolerantiewaarden werkingsparameters c-3 Emergency VVI-instellingen C-4 Reset-instellingen C-5 Röntgen-identificatie C-6 Onderdelen en accessoires c-6 Appendix D. Technische gegevens Convert en Convert+ pulsgenerators D-1 Fysieke specificaties d-1 Stroombron D-2 Tolerantiewaarden werkingsparameters d-2 Emergency VVI-instellingen D-4 Reset-instellingen D-4 Röntgen-identificatie D-5 Onderdelen en accessoires d-5 Appendix E. Technische gegevens Epic pulsgenerators E-1 Fysieke specificaties e-1 Stroombron E-2 Tolerantiewaarden werkingsparameters e-2 Emergency VVI-instellingen E-4 Reset-instellingen E-4 Röntgen-identificatie E-5 Onderdelen en accessoires e-6 Merlin PCS Help-handleiding Tachycardie-pulsgenerators ix

12 Appendix F. Technische gegevens Epic II en Epic II+ pulsgenerators F-1 Fysieke specificaties F-1 Stroombron F-2 Tolerantiewaarden werkingsparameters F-2 Emergency VVI-instellingen F-4 Reset-instellingen F-5 Röntgen-identificatie F-6 Onderdelen en accessoires F-6 Appendix G. Technische gegevens Epic + pulsgenerators G-1 Fysieke specificaties G-1 Stroombron G-2 Tolerantiewaarden werkingsparameters G-3 Emergency VVI-instellingen G-4 Reset-instellingen G-5 Röntgen-identificatie G-6 Onderdelen en accessoires G-6 Appendix H. Technische gegevens Photon pulsgenerators H-1 Fysieke specificaties H-1 Stroombron H-2 Tolerantiewaarden werkingsparameters H-2 Emergency VVI-instellingen H-4 Reset-instellingen H-4 Röntgen-identificatie H-5 Onderdelen en accessoires H-5 Appendix I. Technische gegevens Photon µ pulsgenerators I-1 Fysieke specificaties I-1 Stroombron I-2 Tolerantiewaarden werkingsparameters I-2 Emergency VVI-instellingen I-4 Reset-instellingen I-4 Röntgen-identificatie I-5 Onderdelen en accessoires I-5 Index Index-1 x Inhoudsopgave

13 1. MENU TOOLS Inhoud:? (Help) Tools Sessiegegevens Voorkeuren Customer Support (Klantondersteuning). Geeft contactinformatie voor Technische ondersteuningsvertegenwoordigers. Zie tevens Technische ondersteuning. Scherm printen Scherm exporteren.? De? -toets opent een venster met Help-informatie of, voor sommige pulsgenerators, context-gevoelige hulp. U kunt de Helpfunctie tevens activeren door Tools > Educational Materials > Help te selecteren. Toegang vanaf: Help-toets TOOLS Het menu Tools geeft toegang tot een aantal geprogrammeerde tools, waaronder: PSA. Opent de PSA-toepassing. Zie de Referentiehandleiding bij de Merlin PCS PSA-telemetriekop. Session Records (Sessiegegevens): - Sessiegegevens. Opent gearchiveerde gegevens - PDF s. Opent het venster PDFs om rapporten die als PDF s op de harde schijf van de programmer zijn opgeslagen te beheren. Educational Materials (Educatieve materialen): - Help. Opent koppelingen naar de online Help voor alle ondersteunde pulsgenerators. - Demos (Demo s). Opent pulsgeneratordemonstraties. Maintenance (Onderhoud). Opent hulpprogramma s voor het onderhoud van de programmer (alleen voor gebruik door personeel van St. Jude Medical). Clinical Studies (Klinische studies). Opent informatie over studies (alleen voor gebruik door St. Jude Medical-personeel). Voorkeuren. Opent de Merlin PCS-instellingen voor taal, datum, notatie, geluid etc. Customer Support (Klantondersteuning). Zie Technische ondersteuning. Scherm printen. Drukt af wat zichtbaar is op het scherm. Scherm exporteren. Exporteert een beeld naar een USB-flash- of diskettestation. Toegang vanaf: Menu Tools Merlin PCS Help-handleiding Tachycardie-pulsgenerators 1-1

14 SESSIEGEGEVENS Vanuit het venster Session Records (Sessiegegevens) kunt u gegevens bekijken die zijn verworven tijdens eerdere programmeersessies. Instructies voor het bekijken van sessiegegevens die zijn opgeslagen op het Merlin PCS Instructies voor het bekijken van sessiegegevens op externe media Toegang vanaf: menu Tools > toets Session Records Instructies voor het bekijken van sessiegegevens die zijn opgeslagen op het Merlin PCS Gegevens bekijken die zijn verworven tijdens eerdere programmeersessies en zijn opgeslagen op het Merlin PCS gaat als volgt: 1. Selecteer Tools > Session Records. Om de beschikbare gegevens te sorteren selecteert u een kolomtitel. 2. Selecteer een pulsgenerator die u wilt bekijken. Om alle opgeslagen sessiegegevens en bestanden van het geheugenoverzicht van de geselecteerde pulsgenerator te kopiëren naar een extern opslagapparaat, selecteert u de toets Export All (Alles exporteren). Volg de instructies in het venster om commentaar op te slaan bij de sessiegegevens. 3. Selecteer een sessie die u wilt bekijken. Om alle opgeslagen sessiebestanden en bestanden van het geheugenoverzicht van de geselecteerde sessie te kopiëren naar een extern opslagapparaat, selecteert u de toets Export All. Volg de instructies in het venster om commentaar op te slaan bij de sessiegegevens. 4. Selecteer een bestand dat u wilt bekijken. De sessiebestandsinformatie wordt bovenaan het scherm weergegeven. Bekijk de opgeslagen sessiegegevens met behulp van standaard parameter- en diagnostische schermen. Zie voor het printen van rapporten Printmenu. Instructies voor het bekijken van sessiegegevens op externe media Gegevens bekijken die zijn verworven tijdens eerdere programmeersessies en zijn opgeslagen op externe media gaat als volgt: 1. Selecteer Tools > Session Records. 2. Selecteer de toets Read Ext. Media (Extern medium lezen). 3. Selecteer het mediumapparaat dat sessiegegevens bevat. 4. Selecteer een sessie die u wilt bekijken. Om alle opgeslagen sessiegegevens en bestanden van het geheugenoverzicht van de geselecteerde sessie te kopiëren vanaf een extern opslagapparaat, selecteert u de toets Copy to Merlin PCS (Kopiëren naar Merlin PCS). 5. Selecteer een bestand dat u wilt bekijken. De sessiebestandsinformatie wordt bovenaan het scherm weergegeven. Bekijk de opgeslagen sessiegegevens met behulp van standaard parameter- en diagnostische schermen. Zie voor het printen van rapporten Printmenu. PDFS Telkens wanneer u een Print-toets selecteert om een rapport te creëren, slaat de Merlin PCS-programmer het rapport op als PDF (portable document file) 1. Dit bestand kan worden geëxporteerd naar een flash-station dat 1-2 Menu Tools

15 aangesloten is op één van de USB-poorten van de programmer. U moet Adobe Acrobat Reader of Adobe Reader op uw pc installeren om de PDF te kunnen bekijken 2. Vanuit het venster PDFs kunt u het volgende doen: Het aantal PDF s op de harde schijf van de programmer controleren dat niet geëxporteerd is. Alle opgeslagen PDF s exporteren. De meest recente PDF s exporteren (die in de laatste actuele sessie of demosessie zijn gecreëerd, inclusief uw huidige sessie). Alle PDF s wissen. Wanneer u één van de Export-toetsen selecteert, verschijnt het scherm Export Data. De bestandsnaamgeving en opslag van de PDF s is als volgt: Alle PDF s worden opgeslagen in een map met de naam PDFs. Naam van de submap: Date of PDF creation Naam van de sub-submap: Patient Name_Model Number_Device Serial Number (gelezen vanuit de patiëntgegevens) Bestandsnaam: Device name_device Model Number_Device Serial Number_Reportname.pdf Voorbeeld: in de map PDFs bevindt zich een submap met de naam In deze submap bevindt zich een sub-submap met de naam John Smith_PromoteRF_ _ In deze sub-submap zit de PDF met de naam: PromoteRF_ _201399_TestResults.pdf met de testresultaten voor John Smith op 22/03/2008. Het Merlin PCS kan maximaal 30 submappen Date of PDF creation met PDF s opslaan. Als er 30 submappen zijn opgeslagen op de programmer, dan wordt de oudste submap gewist wanneer er een nieuwere submap wordt gecreëerd. Toegang vanaf: menu Tools > Session Records > PDFs VOORKEUREN In het venster Preferences (Voorkeuren) kunt u het volgende voor de programmer instellen: Datum Tijd De taal op het scherm en voor de Helpfunctie Notatie voor datum, tijd en getallen De frequentie van het ECG Notch Filter. De ECG Notch Filter-frequentie reduceert ECG-interferentie die afkomstig is uit de wisselstroomfrequentie van de programmer. Neem contact op met uw plaatselijke instantie voor de frequentie van uw plaatselijke stroomvoorziening. Audiovoorkeuren Printervoorkeuren Toegang vanaf: menu Tools > toets Preferences NB Het is belangrijk om de juiste datum en tijd in te stellen, omdat de diagnostische gegevens, tests en andere functies van de pulsgenerator de datum en tijd van de programmer gebruiken. 1. De programmer creëert geen PDF voor schermbevriezingen die geprint worden vanaf het opstartscherm, de Scherm printen-functie, real-time printen of de Helpfunctie op het scherm. 2. Adobe, Acrobat en Adobe Reader zijn handelsmerken van Adobe Systems Incorporated. Merlin PCS Help-handleiding Tachycardie-pulsgenerators 1-3

16 Audiovoorkeuren Dit scherm bevat twee panelen: General Audio (Algemene audio). Selecteer de On-toets om audio-cues voor programmeractiviteit toe te staan. U kunt ook een volumeniveau selecteren. De Off-toets schakelt alle geluiden uit (behalve Charging Audio). Charging Audio (Audio tijdens opladen). Selecteer de On-toets voor een audio-cue wanneer de condensatoren zich opladen tijdens een programmeersessie. Er wordt altijd een audio-cue uitgezonden tijdens het opladen voor een Emergency-schok, ongeacht de instelling van Charging Audio. Toegang vanaf: menu Tools > toets Preferences > tab Audio Printervoorkeuren Telkens wanneer u een Print-toets selecteert om een rapport te creëren, slaat de Merlin PCS-programmer het rapport op als PDF (portable document file) 3. Dit bestand kan worden geëxporteerd naar een flash-station dat aangesloten is op één van de USB-poorten van de programmer. U moet Adobe Acrobat Reader of Adobe Reader op uw pc installeren om de PDF te kunnen bekijken. Selecteer Tools > Session Records > PDFs om het aantal opgeslagen PDF s te bekijken en om PDF s te exporteren of te wissen. Het venster Printer Preferences (Printervoorkeuren) bestaat uit twee panelen: Selected Printer (Geselecteerde printer). U heeft drie keuzes: - PDF Only (zonder papier). Verzendt rapporten als een PDF (papierloos printen) naar de harde schijf van de programmer zonder papieren documenten. - Internal & PDF. Verzendt het rapport naar de interne printer van de programmer en creëert tegelijkertijd een PDF op de harde schijf. - External & PDF. Verzendt het rapport naar een externe USB-printer en creëert tegelijkertijd een PDF op de harde schijf. Voordat rapporten naar een externe printer kunnen worden verzonden, moet u de externe printer eerst aansluiten op één van de USB-poorten op de programmer. Zie de Merlin PCS Gebruikershandleiding voor meer informatie over het aansluiten van een externe printer. Number of Paper Copies (Aantal papieren exemplaren). Hiermee selecteert u hoeveel rapporten er worden geprint door de interne of externe printer wanneer u op een Print-toets drukt. NB Ondersteunde printers. Het Merlin PCS kan via verschillende laserjetprinters afdrukken. Neem voor een lijst met compatibele printers contact op met uw St. Jude Medical-vertegenwoordiger of de Technische ondersteuning. Toegang vanaf: menu Tools > Preferences > tab Printer SCHERM PRINTEN De toets Print Screen drukt af wat zichtbaar is op het huidige scherm. Om het beeld naar een externe printer te verzenden gaat u naar het Tools Menu > Preferences > tab Printer en selecteert u de knop External. Deze functie creëert geen PDF. Toegang vanaf: menu Tools > toets Print Screen 3. De programmer creëert geen PDF voor schermbevriezingen die geprint worden vanaf het opstartscherm, de Scherm printen-functie, real-time printen of de Helpfunctie op het scherm. 1-4 Menu Tools

17 SCHERM EXPORTEREN Via de toets Export Screen wordt het venster Gegevens exporteren geopend, waarin u het huidige scherm kunt opslaan als een elektronisch bestand (.png) en kunt verzenden naar een opslagapparaat (cd-station, diskettestation of flash-station) dat is aangesloten op een van de USB-poorten van de programmer. Het Merlin PCS detecteert alle aangesloten apparaten en vraagt u om een apparaat te selecteren voor ontvangst van de gegevens. Toegang vanaf: menu Tools > toets Export Screen Merlin PCS Help-handleiding Tachycardie-pulsgenerators 1-5

18 1-6 Menu Tools

19 2. HARTRITMEWEERGAVE Inhoud: Hartritmeweergave ECG Markers EGM Instructies voor het instellen van de hartritmeweergave Weergave aanpassen ECG-configuratie EGM-configuratie Capture bevriezen. HARTRITMEWEERGAVE In het Rhythm Display (Hartritmeweergave) in het Hoofdprogrammeringsvenster worden maximaal vijf golfvormen gelijktijdig weergegeven die apart kunnen worden geconfigureerd, verplaatst en aangepast. U kunt de weergave ook bevriezen of afdrukken in real-time. In het Rhythm Display kunnen drie types golfvormen worden getoond: ECG (elektrocardiogram) Markers EGM (intracardiaal elektrogram). De bedieningen voor het Rhythm Display zijn: Kanaalconfiguratielabels, die de bron van ieder kanaal aangeven De toets Weergave aanpassen De toets Capture bevriezen Zie Instructies voor het instellen van de hartritmeweergave. ECG Het Rhythm Display kan maximaal vijf ECG-golfvormen tegelijk weergeven vanuit zeven mogelijke ECG-vectoren. Selecteer de toets Weergave aanpassen om de ECG-golfvormbron en -configuratie te selecteren. Een gebruikelijke ECG-setup ziet u hieronder in figuur (Figuur 2-1). Zie ECG-configuratie. Merlin PCS Help-handleiding Tachycardie-pulsgenerators 2-1

20 1. R (Rood) 2. L (Geel) 3. N (Zwart) 4. F (Groen) 5. C (Wit) Figuur 2-1. Kleurcoderingen en de positie van de ECG-kabelaansluitingen MARKERS Markers zijn symbolen waarmee behandelingen, gestimuleerde en waargenomen gebeurtenissen, intervallen, refractaire periodes en algoritme-activiteit worden aangegeven. U kunt markers kiezen als één van de vijf golfvormen. Markers kunnen worden geconfigureerd vanuit het venster Weergave aanpassen als: Basic. Basisgebeurtenismarkers verschijnen langs een tijdlijn. Full. Naast de basisgebeurtenismarkers verschijnen de Markers voor intervallen en refractaire periodes en de Morfologiemarkers. De volgende markers verschijnen altijd bij zowel de configuratie Basic als Full: Markers voor speciale gebeurtenissen Markers voor detectie, diagnose en behandeling Morfologiemarkers Markers voor programmercommunicatie Testmarkers Markers voor golfvormkanalen. 2-2 Hartritmeweergave