Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête"

Transcriptie

1 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

2

3 Colofon Dit rapport is tot stand gekomen met financiering van KWF Kankerbestrijding met medewerking van het Nationaal Programma Kankerbestrijding, werkgroep integratie psychosociale zorg met medewerking van de Nederlandse Vereniging voor Psychosociale Oncologie in samenwerking met Integraal Kankercentrum Zuid. Auteurs Mw. drs. D.P. van Namen de Nooijer (coördinator Oncologische zorg) Mw. F.C. Dalhuisen (coördinator Oncologische zorg) Versie 1 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Versie 1 Maart 2011

4

5 Inhoudsopgave Voorwoord 5 1 Inleiding Procedure en tijdspad Respons Opzet vervolgmeting 7 2 Resultaten Signalering Signaleringsinstrument Momenten van signaleren Aanbieden, invullen en bespreken signaleringsinstrument Gesprek en verwijzing Dossiervoering Deskundigheidsbevordering Psychosociaal overleg Randvoorwaarden Tevredenheid 21 3 Conclusies 23 B1 Vervolgenquete signaleren psycosociale problematiek 25 B2 Diagrammen vraag 6 33 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

6

7 Voorwoord Een van de doelstellingen uit het Nationaal Programma Kankerbestrijding (NPK) is dat bij alle patiënten de behoefte aan psychosociale zorg wordt gedetecteerd en indien nodig verwijzing plaatsvindt naar de gespecialiseerde hulpverleners. Om dit te bewerkstelligen hebben de Nederlandse Vereniging voor Psychosociale Oncologie (NVPO), Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL 1 ) en KWF Kankerbestrijding gezamenlijk de ontwikkeling van een landelijke evidence based richtlijn Detecteren behoefte psychosociale zorg op zich genomen. Sinds juni 2010 is deze richtlijn geautoriseerd en verschenen op Vanuit de NPK-werkgroep Integratie psychosociale zorg is bij KWF Kankerbestrijding subsidie verkregen voor een implementatie/evaluatietraject voor deze richtlijn. Dit traject beslaat de periode najaar medio 2011 en behelst: creëren van draagvlak voor de aanbevelingen in de richtlijn regionale ondersteuning bij het implementeren van de aanbevelingen evaluatie, identificeren goede ervaringen/barrières. Om bovenstaande doelstellingen te bereiken dienen een aantal stappen te worden ondernomen: nulmeting voorafgaand aan het implementatietraject PR en aanzet implementatie aanbevelingen middels een regiobijeenkomst ondersteuning op maat voor implementatie aanbevelingen in de ziekenhuizen eindmeting + anderhalf jaar na start implementatietraject en interviews. De resultaten uit het implementatie/evaluatietraject zullen als input dienen voor de revisie van de richtlijn, ongeveer drie jaar na verschijning. De uitgangsvragen voor het onderzoek zijn van een heel algemene aard: Hoe gaat men op dit moment om met het signaleren? Wat zijn de barrières en goede ervaringen rondom signaleren in het algemeen? Dit rapport beschrijft de uitkomsten van de eindmeting, ofwel de vervolgenquête. Het doel is te laten zien of er een verbetering is geweest, sinds het verschijnen van de richtlijn Detecteren behoefte psychosociale zorg en of men in meerdere mate werkt volgens deze richtlijn. Tevens kunnen de uitkomsten aanknopingspunten bieden voor de interviews die eveneens onderdeel zijn van de eindmeting. Dit rapport zal worden verspreid onder de coördinatoren psychosociale zorg van het IKNL, de NVPO werkgroep Psychosociale signalering, de NPK werkgroep Integratie psychosociale zorg en KWF Kankerbestrijding. Petra van Namen Floriske Dalhuisen 1 Destijds nog de Vereniging van Integrale Kankercentra, VIKC 5 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

8 1 Inleiding 1.1 Procedure en tijdpad In november en december 2010 werd de vragenlijst ontwikkeld en aangepast op basis van inbreng vanuit de coördinatoren psychosociale zorg van de diverse IKNL locaties. Er is een standaard opgesteld die de IKNL coördinatoren konden gebruiken om het enquêteverzoek naar de contactpersoon in de ziekenhuizen in hun werkgebied te versturen. In deze stond een link naar de online enquête in Survey Monkey. In alle regio s is de enquête uitgezet naar de ziekenhuizen. Tussen17 januari en 11 februari hebben de ziekenhuizen de gelegenheid gekregen de enquête online in te vullen. Een week voor de sluitingsdatum werden de ziekenhuizen die nog niet hadden gereageerd door de IKNL coördinator wan het betreffende werkgebied herinnerd aan de enquête. Na de sluitingsdatum hebben de IKNL coördinatoren hun regionale resultaten en gegevens ontvangen, zodat zij konden reageren op eventuele ondersteuningsvragen of ontwikkelingen in hun werkgebied. 1.2 Respons Aan in totaal 97 ziekenhuizen werd gevraagd de enquête in te vullen. 76 ziekenhuizen reageerden hierop. Dit geeft een respons van 79,2%. (17% meer dan bij de nulmeting). Per IKNL locatie / werkgebied is de respons als volgt: Responspercentage per IKNL locatie / werkgebied (en IKZ) 100% 100% 100% 100% 80% 90% 94% % 60% 40% 55% 75% 50% 20% 0% locatie Amsterdam locatie Enschede/Groningen locatie Nijmegen locatie Utrecht locatie Rotterdam locatie Leiden locatie Maastricht IKZ locatie / werkgebied 6 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

9 1.3 Opzet vervolgmeting In de vervolgenquête is door middel van 19 vragen navraag gedaan naar de huidige praktijk van het signaleren van psychosociale zorgbehoefte bij oncologiepatiënten in de ziekenhuizen. De aanbevelingen in de richtlijn vormden het uitgangspunt voor deze vragen. De respondenten kregen vragen over de volgende thema s: signalering signaleringsinstrument momenten van signaleren aanbieden, invullen en bespreken gesprek en verwijzing dossiervoering deskundigheidsbevordering psychosociaal overleg randvoorwaarden tevredenheid De vragen van de nulmeting en de vervolgenquête zijn niet geheel identiek. In de vervolgmeting kon er een vergelijking gemaakt worden met de aanbevelingen uit de in de tussentijd verschenen definitieve versie van de richtlijn Detecteren behoefte psychosociale zorg. Daarnaast zijn er ook verbeterde inzichten ten aanzien van de vraagstelling na de analyse van de nulmeting. Zo bleek bij de nulmeting dat sommige vragen verschillend geïnterpreteerd werden. Ook was er sprake van zeer veel open antwoordmogelijkheden, die de analyse zeer complex maakten. Opnieuw was het streven om één reactie per ziekenhuis te verkrijgen om zo min mogelijk vertekening te krijgen en een zo representatief mogelijk beeld te kunnen schetsen van de huidige situatie. Uiteraard is het denkbaar dat de stand van zaken op de ene afdeling verschilt van de andere afdeling. De vragen zijn hiervoor zoveel mogelijk aangepast en er is ruime mogelijkheid gegeven voor het geven van een toelichting. De richtlijn concentreert zich op het gebruik van de Lastmeter. Niet ieder ziekenhuis maakt van dit instrument gebruik. Daarom zijn de vragen zo geformuleerd dat er ook op geantwoord kon worden door ziekenhuizen die een ander instrument gebruiken. (Bijvoorbeeld Lastscore hoger dan 5, ofwel boven het afkappunt). De analyse is eenvoudig van aard. Er kunnen geen uitspraken gedaan worden over statistisch significante verschillen, toenames et cetera. 7 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

10 2 Resultaten In dit hoofdstuk worden de resultaten van de vervolgenquête besproken op volgorde van de thema s die in de enquête aan bod kwamen: signalering, signaleringsinstrument, momenten van signaleren, aanbieden, invullen en bespreken, gesprek en verwijzing, dossiervoering, deskundigheidsbevordering, psychosociaal overleg, randvoorwaarden en tot slot de tevredenheid. Vraag 1 en 2 gingen over het werkgebied en de naam van het ziekenhuis. Vanaf vraag 3 werd er gevraagd naar de werkwijze in het signaleren van psychosociale problematiek. De resultaten van de enquête zullen in dit hoofdstuk per paragraaf worden besproken. 2.1 Signalering Vraag 3: Wordt er op dit moment in uw ziekenhuis (met of zonder instrument) aan signalering van behoefte aan psychosociale zorg gedaan bij oncologische patiënten? Eén van de doelen van de richtlijn Detecteren behoefte psychosociale zorg' is te bewerkstelligen dat op systematische wijze gesignaleerd wordt of er sprake is van (verhoogde) distress. Bijna alle aan de enquête deelnemende ziekenhuizen (74 van de 76) geven aan te signaleren met of zonder instrument. Zeventien ziekenhuizen geven aan dat bij alle oncologische patiënten de signalering praktijk is. Dat zijn acht ziekenhuizen meer dan een jaar geleden bij de nulmeting. Deze toename van 16% naar 22,4% is duidelijk een stijgende lijn. Vraag 4: Bij welke patiëntengroepen wordt er gesignaleerd? De richtlijn Detecteren behoefte psychosociale zorg' is gericht op alle (volwassen) oncologische patiënten. Meer dan de helft van de ziekenhuizen antwoordt dat de mammacarepatiënten en de patiënten die chemotherapie ontvangen altijd worden gescreend op psychosociale zorgbehoefte. 8 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

11 Als we structurele signalering zouden definiëren als daar waar men antwoordt altijd of meestal te signaleren, dan is er zelfs bij meer dan 80% van de ziekenhuizen sprake van structurele signalering bij mammacarepatiënten en patiënten die chemotherapie ontvangen. Tweederde van de ziekenhuizen heeft psychosociale signalering geïmplementeerd bij de longkankerpatiënten. In ongeveer de helft van de ziekenhuizen signaleert men bij de hematologie en MDL/gastro-enterologie altijd of meestal op psychosociale zorgbehoefte. Bij de gynaecologie en urologie hebben we te maken met voornamelijk afwezigheid van structurele signalering (er wordt voornamelijk met soms en nooit geantwoord bij deze specialismen). Ook bij de dermatologiepatiënten, de patiëntengroepen bot- en weke delen, endocriene tumoren en neuro-oncologie vindt screening op psychosociale zorgbehoefte veelal niet plaats. Een helder aandachtspunt. 2.2 Signaleringsinstrument Vraag 5: Welk instrument wordt gebruikt bij het signaleren van behoefte aan psychosociale zorg? We zien dat bijna tweederde van de ziekenhuizen (65,8%) aangeeft de Lastmeter conform richtlijn te gebruiken en elf ziekenhuizen (15,1%) gebruiken de Lastmeter met eigen aanpassingen. 9 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

12 Dertien ziekenhuizen (17,8%) gebruiken een ander instrument. Zes daarvan noemen de SIPP 2. Dit is te verklaren doordat de SIPP in het werkgebied van IKNL locatie Maastricht gezamenlijk is ingezet. Het gaat dan ook om de zes ziekenhuizen in dit werkgebied. In vier toelichtingen komt naar voren dat men (soms in aanvulling op de Lastmeter) ook gebruik maakt van: anamnese, checklist (zorgdossier) of HADS 3. Drie toelichtingen maken duidelijk dat de Lastmeter binnenkort wordt geïmplementeerd. Slechts één ziekenhuis zegt geen instrument te gebruiken. Als we de resultaten van de vervolgmeting 4 vergelijken met de nulmeting een jaar hiervoor, dan zien we dat het aantal ziekenhuizen dat de Lastmeter gebruikt meer dan verdubbeld is (van 23 naar 48). Bij de nulmeting kwam een zeer grote variatie aan instrumenten naar voren. Het lijkt erop dat de diversiteit aan typen signaleringsinstrument nu afneemt en dat de nadruk vooral komt te liggen op de Lastmeter. Vraag 6: Hoe waardeert u dit signaleringsinstrument op: gebruiksgemak, toepasbaarheid voor alle patiënten, structuur/houvast voor het gesprek, inzicht in mate van distress, patiënttevredenheid, tijdsinvestering en houvast bij verwijzing? Men kon bij deze vraag per onderdeel de waardering van het gebruikte instrument aangeven met de keuze uit de antwoordcategorieën positief, enigszins positief, neutraal, enigszins negatief en negatief. Het meest positief is men over het gebruiksgemak en de structuur/houvast die het instrument biedt voor het gesprek; respectievelijk 71,4% en 62,9% oordeelt hierover positief. Ook op het gebied van de toepasbaarheid voor alle patiënten en de inzicht in de mate van distress is men voornamelijk positief 2 Screening Inventory of Psychosocial Problems 3 De Hospital Anxiety and Depression scales 4 Uitgaand van de gebruikers conform Lastmeter conform richtlijn. 10 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

13 gestemd. Op de gebieden patiënttevredenheid, tijdsinvestering en houvast bij verwijzing zijn de reacties zeer verdeeld. Met name over tijdinvestering en houvast bij verwijzing zien we relatief veel enigszins negatieve waarderingen. Dat is een interessant aandachtspunt: hoewel men tevreden is over het gebruiksgemak, de toepasbaarheid, de structuur/houvast en het inzicht dat de signalering biedt, laten met name de tijdsinvestering en de geboden houvast bij verwijzing nog te wensen over. Per signaleringsinstrument zijn verschillen in waardering op te merken. De volgende instrumenten zijn afzonderlijk nader geanalyseerd; de Lastmeter conform richtlijn (46 ziekenhuizen), Lastmeter met eigen aanpassingen (11 ziekenhuizen) en de SIPP (6 ziekenhuizen). De diagrammen van deze afzonderlijke groepsresultaten zijn te vinden in de bijlage. Lastmeter conform richtlijn (n=46) Gelijk aan het algemene beeld zien we bij de gebruikers van de Lastmeter conform richtlijn een grote tevredenheid over het gebruiksgemak en de structuur/houvast die het instrument biedt voor het gesprek; Ook op het gebied van de toepasbaarheid voor alle patiënten en de inzicht in de mate van distress is men voornamelijk positief gestemd. Op de gebieden patiënttevredenheid, tijdsinvestering en houvast bij verwijzing zijn de reacties zeer verdeeld. Met name over tijdinvestering en houvast bij verwijzing zien we relatief veel enigszins negatieve waarderingen. Kortom een beeld dat sterk overeenkomt met het beeld van de totale groep. Lastmeter met eigen aanpassingen De gebruikers van de Lastmeter met eigen aanpassingen antwoordt op veel gebieden een stuk genuanceerder. Het merendeel van de ziekenhuizen die de Lastmeter met eigen aanpassingen gebruikt oordeelt positief over het gebruiksgemak, echter met 63,6% positieve oordelen is dit ruim 10% lager dan de groep gebruikers van de Lastmeter conform richtlijn. Ook de toepasbaarheid voor alle patiënten, inzicht in mate van distress, patiënttevredenheid en houvast bij 11 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

14 verwijzing worden door deze groep gebruikers meer genuanceerd beoordeeld: het merendeel oordeelt hierover enigszins positief. Het is opvallend dat 45,5% enigszins negatief oordeelt over de tijdsinvestering. Het is niet duidelijk hoe het komt dat deze groep minder positief oordeelt. Wellicht heeft men te maken met implementatieproblemen waardoor men geneigd is te kiezen voor een aanpassing. Implementatieproblemen kunnen een oorzaak zijn van een minder goede waardering van het signaleringsinstrument. SIPP In de groep SIPP-gebruikers is men zeer tevreden over het gebruiksgemak; 100% hierover positief. Ook over de andere eigenschappen van het signaleringsinstrument oordeelt met onder de SIPPgebruikers erg positief. 83,3% is positief over structuur/houvast en het inzicht in mate van distress én de tijdsinvestering. Deze gebruikers hebben al enige jaren ervaring met hun instrument; dit kan een belangrijke rol spelen. 2.3 Momenten van signaleren Vraag 7: Op welke momenten in het patiëntentraject wordt er gesignaleerd? Ga hierbij uit van de patiëntengroepen waarbij signalering plaatsvindt. 12 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

15 In de richtlijn wordt geadviseerd regelmatig te signaleren in de periode vlak nadat de patiënt de diagnose kanker heeft gekregen. Het slechtnieuwsgesprek zelf is daarvoor geen geschikt moment. Het eerste vervolggesprek met de behandelend arts of verpleegkundige is daarvoor geschikter. We zien in de resultaten dat de praktijk hierin hetzelfde beeld geeft: signalering vindt zelden plaats tijdens het slechtnieuwsgesprek, maar het vervolggesprek, de start van elke behandeling en het in de richtlijn aanbevolen interval van drie maanden wordt veelal gehanteerd. Tevens wordt in de richtlijn aanbevolen tijdens de controleperiode regelmatig en bij het afsluiten van de controlefase en overdracht naar de eerste lijn te signaleren. Dat is in de praktijk in veel mindere mate het geval (zie tabel hieronder). Dat is een duidelijk aandachtspunt. Vraag 8: Wat geldt in uw ziekenhuis voor de afspraken rondom de meetmomenten? In de richtlijn wordt geadviseerd om in een zorgpad, een beleidsplan en/of een instellingsspecifiek protocol onder andere uit te werken op welke wijze de Lastmeter wordt aangeboden en wanneer de meting wordt herhaald. 75,7% van de ziekenhuizen werkt met vaste meetmomenten. 31,4% van de ziekenhuizen heeft dit ook uitgewerkt in een protocol. Uit de nulmeting konden we opmaken dat 54% van de ziekenhuizen toen werkte met vaste meetmomenten. Nu wordt in de vervolgmeting duidelijk dat dit percentage ruim 20% hoger ligt. Het is duidelijk dat er gewerkt wordt aan de implementatie van structurele signalering op psychosociale zorgbehoefte. 13 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

16 2.4 Aanbieden, invullen en bespreken signaleringsinstrument Vraag 9: In welke mate gelden onderstaande uitspraken ten aanzien van het aanbieden, invullen en bespreken van het signaleringsinstrument in uw ziekenhuis? Een aantal aanbevelingen uit de richtlijn rondom het aanbieden, invullenen bespreken van het signaleringsinstrument werden voorgelegd: Het signaleringsinstrument wordt uitgedeeld met een toelichting over het invullen, het doel en het vervolg ervan Het signaleringsinstrument wordt door patiënten zelf ingevuld. Er vindt een gesprek plaats met de patiënt over de resultaten van het signaleringsinstrument. Het inlevermoment is het bespreekmoment. De verpleegkundige of behandelende arts (basisbehandelaars) hebben een centrale rol in het proces van signaleren. In meer dan driekwart van de ziekenhuizen heeft de verpleegkundige of behandelende arts altijd (basisbehandelaars) een centrale rol in het proces van signaleren. Nog eens ruim 18% geeft aan dat dit meestal het geval is. In meer dan 60% van de ziekenhuizen wordt het signaleringsinstrument altijd uitgedeeld met een toelichting over het invullen, het doel en het vervolg ervan, wordt het instrument altijd door de patiënten zelf ingevuld en vindt er altijd een gesprek plaats met de patiënt over de resultaten van het signaleringsinstrument. Nog eens ongeveer een kwart van de ziekenhuizen werkt meestal op deze manier. Voor wat betreft het bespreekmoment wordt geantwoord in iets mindere mate van vastigheid: 53,6% van de ziekenhuizen koppelt dit altijd aan het inlevermoment. Toch antwoordt 30,4% dat dit meestal wel het geval is. 14 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

17 2.5 Gesprek en verwijzing Vraag 10: Bij een lage score op het signaleringsinstrument (bij Lastmeter <5) In de richtlijn wordt geadviseerd om bij een score lager dan 5 op de Lastmeter eventuele specifieke problemen uit de probleemlijst kort met de patiënt te bespreken. Bij behoefte aan psychosociale en/of (para)medische zorg dient de patiënt geattendeerd te worden op gangbare vormen van (zelf)hulp, zo nodig moet een vervolggesprek aangeboden worden. En ook al is de score lager dan het afkappunt van 5; als er vanuit de patiënt behoefte bestaat aan gespecialiseerde hulp dan dient verwijzing geregeld te worden. In verreweg de meeste ziekenhuizen (meer dan 80%) wordt bij een lage score altijd of meestal de score en de specifieke problemen kort met de patiënt besproken, wordt de patiënt bij psychosociale en/of (para)medische zorg altijd of meestal geattendeerd op gangbare vormen van (zelf)hulp en wordt bij behoefte aan gespecialiseerde hulp verwijzing altijd of meestal geregeld. Het zo nodig aanbieden van een vervolggesprek komt minder vaak voor: 14 ziekenhuizen (20,6%) antwoorden dat dit soms of nooit plaatsvindt. Dit vervolggesprek is een aandachtspunt voor de verdere implementatie van de aanbevelingen in de richtlijn. 15 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

18 Vraag 11: Bij een hoge score op het signaleringsinstrument (bij Lastmeter >5) In de richtlijn wordt geadviseerd om bij een score hoger dan 5 op de Lastmeter de verhoogde distress en specifieke problemen op de probleemlijst met de patiënt te bespreken. Samen met de patiënt gaat men dan na op welk vlak problemen liggen en wordt de behoefte en wenselijkheid gepeild om gespecialiseerde hulp in te zetten. Bij behoefte aan gespecialiseerde hulpverlening dient de patiënt verwezen te worden naar een bij de problemen passende gespecialiseerde psychosociale/(para)medische hulpverlener. Als de patiënt aangeeft hieraan geen behoefte te hebben dienen de basale behandelaars extra aandacht te hebben voor deze patiënt en wordt bespreking in een psychosociaal MDO geadviseerd (een gestructureerd multidisciplinair overleg met basale behandelaars en gespecialiseerde paramedische en psychosociale hulpverleners). In verreweg de meeste ziekenhuizen (meer dan 85%) wordt bij een verhoogde distress score: altijd of meestal deze score besproken met de patiënt altijd of meestal bij de patiënt de behoefte en wenselijkheid gepeild om gespecialiseerde hulp in te zetten altijd of meestal de patiënt bij behoefte aan hulp verwezen naar een bij de problemen passende gespecialiseerde psychosociale/paramedische hulpverlener. In 67,7% van de ziekenhuizen wordt altijd of meestal extra aandacht gegeven aan patiënten met een verhoogde distress score die géén behoefte hebben aan gespecialiseerde hulp. De vraag of een patiënt wordt besproken in een gestructureerd multidisciplinair overleg met basale behandelaars en gespecialiseerde paramedische en psychosociale hulpverleners wordt door de helft van de ziekenhuizen beantwoord met soms of nooit. Slechts 12 ziekenhuizen (17,9%) geven aan dit altijd te doen en 18 ziekenhuizen (26,9%) doen dit meestal. Dit is een aandachtspunt in de implementatie van psychosociale signalering. 16 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

19 2.6 Dossiervoering Vraag 12: Worden de uitkomsten van het signaleringsinstrument opgenomen in het patiëntendossier? De richtlijn vermeldt dat het de voorkeur heeft de ingevulde Lastmeter op te nemen in het (elektronisch) patiëntendossier. De score en het beloop van de Lastmeter dienen bovendien goed toegankelijk te zijn voor alle behandelaars. Bijna alle ziekenhuizen (95,6%) geven aan dat de signalering op enige wijze wordt opgenomen in het patiëntendossier. De manieren van vastlegging zijn, net als ten tijde van de nulmeting, nog steeds zeer divers. De grootste groep zegt dit vast te leggen in zowel het (electronisch) verpleegkundig als medisch dossier. Daarna is er een grote groep ziekenhuizen die zegt de signalering in één van beide typen dossiers vast te leggen. Ook wordt duidelijk dat men vaak bezig is met de mogelijkheden voor digitale vastlegging; vier ziekenhuizen noemden dit expliciet in hun toelichting. Vraag 13: Is deze dossiervoering toegankelijk voor alle behandelaars? Bijna tweederde van de ziekenhuizen geeft aan dat de dossiervoering t.a.v. het signaleren toegankelijk is voor alle behandelaars. In de toelichtingen wordt door zowel de ja- als de nee-antwoorders genuanceerd: drie ziekenhuizen lichten toe dat de dossiervoering alleen toegankelijk is voor de betreffende poli/specialist. Twee ziekenhuizen geven aan dat er wel toegang is tot de psychosociale dossiervoering voor een specialist, maar dat hier in de praktijk door de arts geen gebruik van wordt gemaakt. 17 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

20 2.7 Deskundigheidsbevordering Vraag 14: Hebben de basisbehandelaars (betrokken verpleegkundigen en behandelend artsen) extra scholing gehad bij de implementatie van signalering? Het wordt in de richtlijn aanbevolen dat de betrokken verpleegkundigen en behandelend artsen een training en/of nascholing volgen gericht op het omgaan met de Lastmeter. Het heeft daarnaast de voorkeur dat gespecialiseerde psychosociale hulpverleners van de instelling deskundigheidsbevordering geven aan de basisbehandelaars om distress op basis van de Lastmeter te herkennen, over de aangegeven problematiek te communiceren, geven van basale psychosociale zorg en optimaal te kunnen verwijzen. In bijna driekwart (72,1%) van de ziekenhuizen hebben de basisbehandelaars extra scholing gehad bij de implementatie van signalering (n=68). Acht toelichtingen gaven aan dat het voornamelijk om scholing voor verpleegkundigen gaat. Zeven ziekenhuizen nemen van deze gelegenheid gebruik om aan te geven dat het project rondom signalering (en dus de scholing) zich in een ontwikkelfase bevindt. Ten tijde van de nulmeting gaven 33 van de 48 ziekenhuizen (68,7%) aan dat degene die het gesprek voert naar aanleiding van de signalering op dit gebied scholing heeft gehad. Er zou in die zin sprake zijn van een lichte stijging. Waarschijnlijk is in werkelijkheid de toename aan extra scholing een stuk groter, omdat bij de nulmeting uit de toelichting bleek dat deze vraag naar scholing ook werd dacht aan de opleiding tot oncologieverpleegkundige, en dus niet aan zoals we het nu formuleerden: extra scholing. Vraag 15: Geven gespecialiseerde psychosociale hulpverleners (maatschappelijk werkers, psychologen) in uw ziekenhuis ondersteuning aan basisbehandelaars omtrent signaleren en bespreken van distress? 55 van de 68 ziekenhuizen (80,9%) geven aan dat de gespecialiseerde psychosociale hulpverleners ondersteuning bieden aan basisbehandelaars omtrent signaleren en bespreken van distress. Vier ziekenhuizen lichten toe dat dit gaat om ofwel intervisie, scholing of presentaties. Twee ziekenhuizen linken deze ondersteuning via de toelichting expliciet aan het bestaan van het psychosociale MDO. 2.8 Psychosociaal overleg Vraag 16 Is er een gestructureerd multidisciplinair psychosociaal overleg tussen basisbehandelaars en gespecialiseerde paramedische en psychosociale zorgverleners De richtlijn beveelt aan om patiënten met een score van 5 of hoger op de Lastmeter te bespreken in een gestructureerd multidisciplinair overleg met basale behandelaars en gespecialiseerde paramedische en psychosociale hulpverleners. Dit overleg (MDO of psychosociaal overleg) dient te worden gefaciliteerd door de instelling. De helft van de 68 ziekenhuizen die deze vraag beantwoordden heeft een gestructureerd multidisciplinair psychosociaal overleg tussen basisbehandelaars en gespecialiseerde paramedische en psychosociale zorgverleners. Van deze 34 ziekenhuizen geven 10 ziekenhuizen aan dat dit zich nog beperkt tot bepaalde afdeling(en) of dat het nog beperkt is van opzet. 18 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

21 In verhouding tot de uitkomsten van de nulmeting ruim een jaar geleden is dit opvallend; toen gaven 29 ziekenhuizen (58%) aan een gestructureerd multidisciplinair psychosociaal overleg tussen basisbehandelaars en psychosociale zorgverleners te hebben. Dit zou betekenen dat het percentage ziekenhuizen met een psychosociaal MDO is gedaald. Een andere verklaring is echter meer plausibel: door de bekendheid met de inhoud van de richtlijn is veel meer bewustwording ten aanzien van wat een gestructureerd multidisciplinair psychosociaal overleg inhoudt. Men is zich meer dan ten tijde van de nulmeting bewust welke deelnemers hierin vereist zijn. Men zal deze vraag daarom minder snel met ja beantwoorden. Het vermoeden bestaat dat ten tijde van de nulmeting het hebben van een algemeen MDO/oncologiebespreking als voldoende werd beschouwd om deze vraag met ja te beantwoorden. Ook weet men nu dat het hier niet gaat om overleg tussen gespecialiseerde psychosociale hulpverleners. Hier wordt namelijk in vraag 17 expliciet naar gevraagd. Het blijft hoe dan ook een duidelijk aandachtpunt dat de helft van de ziekenhuizen aangeeft geen multidisciplinair psychosociaal MDO te hebben. Vraag 17: Hebben gespecialiseerde psychosociale hulpverleners in uw ziekenhuis onderling gestructureerd overleg? Het is aan te bevelen dat de gespecialiseerde psychosociale hulpverleners onderling gestructureerd overleg hebben. Tweederde van de ziekenhuizen heeft een onderling gestructureerd overleg tussen gespecialiseerde psychosociale hulpverleners. 2.9 Randvoorwaarden Vraag 18: Wat geldt in uw ziekenhuis ten aanzien van onderstaande randvoorwaarden voor implementatie van psychosociale signalering? Een aantal aanbevelingen uit de richtlijn rondom het aanbieden, invullenen bespreken van het signaleringsinstrument werden voorgelegd: Er is een omschreven model voor ofwel een visie op optimale patiëntenzorg ontwikkeld en dit wordt levend gehouden. Elke instelling dient in een zorgpad, een beleidsplan en/of een instellingsspecifiek protocol uit te werken met de werkwijze rondom de Lastmeter. Er is voldoende menskracht en financiering voor de scholing van basisbehandelaars beschikbaar. Er dient voldoende tijd en formatie beschikbaar te zijn van de gespecialiseerde psychosociale hulpverleners voor zowel directe als indirecte patiëntenzorg. Onderlinge afstemming en verwijzing naar gespecialiseerde psychosociale disciplines dient te worden gefaciliteerd door de instelling. Structureel overleg van de basisbehandelaars met de gespecialiseerde psychosociale disciplines (MDO of psychosociaal overleg) dient te worden gefaciliteerd door de instelling. In de volgende figuur is te zien hoe geantwoord werd op de vraag of deze randvoorwaarden aanwezig zijn in het ziekenhuis. 19 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

22 Verreweg de meeste ziekenhuizen (86,6%) hebben een visie en beleid op psychosociale signalering Bij de nulmeting werd hier nog door slechts 21,6% van de ziekenhuizen positief op geantwoord 5. Met alle aandacht voor de richtlijn Detecteren behoefte psychosociale zorg zien we dat er meer en meer ziekenhuizen mee aan de slag zijn gegaan. Op het niveau van beleid en visie is dan in een jaar tijd een grote stap gezet. In meer dan driekwart van de ziekenhuizen wordt ook de onderling afstemming en verwijzing naar gespecialiseerde psychosociale disciplines gefaciliteerd. In ruim tweederde van de ziekenhuizen wordt er gewerkt met een instellingsspecifiek protocol met de werkwijze van signaleren. Een even grote groep ziekenhuizen geeft aan dat structureel overleg van de basisbehandelaars met de gespecialiseerde psychosociale disciplines (MDO of psychosociaal overleg) wordt gefaciliteerd door de instelling. Toch blijkt uit vraag 16 dat slechts de helft van de ziekenhuizen een dergelijk overleg in de praktijk heeft ingesteld. Het wordt uit de toelichtingen duidelijk dat in zeker vier ziekenhuizen een en ander zich nog in een ontwikkelfase bevindt. Waarschijnlijk is het faciliteren van een dergelijk overleg in deze ziekenhuizen wel geregeld, maar laat de implementatie nog op zich wachten. Ook één toelichting geeft een duidelijke verklaring: de instelling faciliteert wel de implementatie maar niet de financiering. De meerderheid van de respondenten (61,2%) vindt dat er onvoldoende menskracht en financiering voor scholing beschikbaar is. Een ongeveer even grote groep (59,7%) vindt dat er onvoldoende voldoende tijd en formatie van de gespecialiseerde psychosociale hulpverleners voor directe en indirecte patiëntenzorg beschikbaar is. Uit de toelichting bij deze vragen komt ook een aantal keren naar voren dat financiering een knelpunt is: vijf ziekenhuizen noemen dit expliciet: geen ruimte, reorganisatie psychosociale hulpverlening wegens bezuinigingen, beperkte middelen aanwezig. Deze randvoorwaarden zijn onvoldoende aanwezig. Een belangrijke conclusie voor deze evaluatie. 5 Daarbij moet worden aangetekend dat bij die vraagstelling expliciet gevraagd werd naar een visie op papier. 20 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

23 2.10 Tevredenheid Vraag 19: Geef een cijfer van 1-10 hoe tevreden u bent over de psychosociale signalering in uw ziekenhuis. De ziekenhuizen (n=69) geven hier gemiddeld een 6,6 als cijfer voor hun tevredenheid met de huidige situatie (binnen de range 3-9). Hieronder ziet u een overzicht met de gegeven cijfers: cijfer Aantal keren dat het cijfer werd gegeven De helft van de ziekenhuizen (n=35) gaf hierbij nog een toelichting. Deze toelichtingen geven het volgende beeld: Begin We hebben een goed begin gemaakt, we zitten in de beginfase, zijn in de startfase, etc. etc. De opmerking dat men aan het begin staat van een groter te implementeren werkwijze werd zeven keer gemaakt. Borging Sommige ziekenhuizen die voorbij de starfase zijn maakten een opmerking over dat zij zich nu bezighouden met hoe de nieuwe werkwijze te borgen. Het is nu afwachten hoe het gaat in de borgingsfase, er moet nog een goede inbedding plaatsvinden. Twee keer komt men ook over de zorgpaden te spreken: het afnemen van de Lastmeter moet nog beter in de zorgpaden opgenomen worden. En soms is er verschil tussen papier en praktijk: op papier is een en ander wel vastgelegd, echter de praktijk zal het moeten waarmaken en daar lopen we tegen diverse praktische problemen aan. 21 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

24 Verschillen per afdeling Regelmatig wordt aangehaald dat er verschillen zijn per afdeling. Afdeling Interne loopt, andere specialismen amper, we bereiken nog niet alle patiëntengroepen, het vangen van alle patiënten is een probleem. De ziekenhuizen zijn vaak bezig om ook andere patiëntengroepen bij de vroegsignalering te betrekken. Soms spreekt een ziekenhuis over het knelpunt van aantallen: alle oncologiepatiënten gestandaardiseerd vervolgen is niet te doen! Denk bijvoorbeeld aan de grote aantallen oudere mensen met prostaatkanker, huidkanker enz. Verpleegkundige cruciaal Dat de aanwezigheid van een verpleegkundige cruciaal is voor het succes van implementatie van psychosociale signalering wordt vijf keer expliciet genoemd:...omdat niet op iedere poli een verpleegkundige aanwezig is en omdat de meetmomenten lastig te bepalen zijn door baliepersoneel levert dat soms problemen op. En: Het is lastig de lastmeter in te zetten als er geen ondersteunend verpleegkundig spreekuur voorhanden is. Dat wordt bevestigd door een ziekenhuis waar dit nu juist wel het geval is: Omdat wij voor elke aandoening een COV-er beschikbaar hebben, is er alle ruimte voor psychosociale zorg. Een ander ziekenhuis meldt dat het naar aanleiding van de eisen van de inspectie voor de gezondheidszorg (IGZ) bezig is met de invulling van de eisen van aanspreekpunt en coördinator en verwacht daarmee uiteindelijk ook de psychosociale signalering te kunnen verwezenlijken in de trajecten waarbij het nog niet wordt toegepast. In de nulmeting gaf men nog gemiddeld een 6,3 (n=50). Een zeer lichte stijging van het tevredenheidscijfer in een jaar tijd. 22 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

25 3 Conclusies In dit hoofdstuk worden op volgorde van de behandelde thema s de conclusies verwoord uit de vervolgenquête signaleren psychosociale problematiek, waaraan 76 ziekenhuizen deelnamen. Signalering Bijna alle aan de enquête deelnemende ziekenhuizen geven aan te signaleren met of zonder instrument. Zeventien ziekenhuizen geven aan dat bij alle oncologische patiënten de signalering praktijk is. We zien na de nulmeting dus een stijgende lijn hierin ontstaan. Er vindt met name structurele signalering plaats bij mammacarepatiënten en patiënten die chemotherapie ontvangen. Een meerderheid van de ziekenhuizen past ook bij de longkankerpatiënten psychosociale signalering toe. In ongeveer de helft van de ziekenhuizen doet men dit ook bij de hematologie en MDL/gastro-enterologiepatiënten. Gynaecologie, urologie, dermatologie, bot- en weke delen, endocriene tumoren en neuro-oncologie zijn patiëntengroepen waarbij screening op psychosociale zorgbehoefte veelal niet plaatsvindt. Een helder aandachtspunt. Eén verklaring hiervoor vinden we in dat veel ziekenhuizen een oncologieverpleegkundige specifiek aangewezen hebben voor een afdeling. Vaak is dit voor de borstkankerzorg en/of de dagbehandeling voor chemotherapie. Bij de andere patiëntengroepen is veel minder vaak een (oncologisch) verpleegkundige beschikbaar. Signaleringsinstrument Bijna tweederde van de ziekenhuizen gebruikt de Lastmeter conform richtlijn. Elf ziekenhuizen (ruim 15%) gebruiken de Lastmeter met eigen aanpassingen. Zes ziekenhuizen gebruiken de SIPP. Het lijkt erop dat de diversiteit aan typen signaleringsinstrument nu afneemt en dat de nadruk vooral komt te liggen op de Lastmeter. Het meest positief is men over het gebruiksgemak en de structuur/houvast die het instrument biedt voor het gesprek. Ook op het gebied van de toepasbaarheid voor alle patiënten en het inzicht in de mate van distress is men voornamelijk positief gestemd. Met name over tijdinvestering en houvast bij verwijzing zien we relatief veel enigszins negatieve waarderingen. Dat is een interessant aandachtspunt: hoewel men tevreden is over het gebruiksgemak, de toepasbaarheid, de structuur/houvast en het inzicht dat de signalering biedt, laten met name de tijdsinvestering en de geboden houvast bij verwijzing nog te wensen over. Momenten van signaleren Driekwart van de ziekenhuizen werkt met vaste meetmomenten. Iets minder dan een derde van de ziekenhuizen heeft dit ook uitgewerkt in een protocol. Conform richtlijn vindt signalering veelal plaats in een vervolggesprek (na het slechtnieuwsgesprek) en de start van elke behandeling. Ook het aanbevolen interval van 3 maanden wordt veelal gehanteerd. De aanbeveling om ook te signaleren tijdens de controleperiode, bij het afsluiten van de controlefase en overdracht naar de eerste lijn is in de praktijk in veel mindere mate praktijk. Dit is een duidelijk aandachtspunt. Aanbieden, invullen en bespreken signaleringsinstrument De aanbevelingen rondom het aanbieden, invullen en bespreken van het signaleringsinstrument worden door de meeste ziekenhuizen in de praktijk toegepast. Dit betekent dat het signaleringsinstrument wordt geïntroduceerd bij de patiënt, de patiënten de lijst zelf invullen, er een gesprek plaatsvindt over de resultaten en de verpleegkundigen een belangrijke rol hebben in het signaleren. Alleen het direct bespreken van de resultaten met de patiënt is een punt dat iets minder goed scoort. 23 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

26 Gesprek en verwijzing De meeste aanbevelingen in de richtlijn met betrekking tot wat er moet gebeuren als de score op de Lastmeter lager is dan 5, worden door de meeste ziekenhuizen in de praktijk gebracht. Het zo nodig aanbieden van een vervolggesprek komt minder vaak voor en vormt een aandachtspunt voor de verdere implementatie van de aanbevelingen in de richtlijn. Ook het merendeel van de aanbevelingen in de richtlijn met betrekking tot wat er moet gebeuren als de score op de Lastmeter hoger is dan 5, worden door de meeste ziekenhuizen in de praktijk gebracht. Het gaat dan om het bespreken van de score, behoefte en wenselijkheid van specialistische hulp peilen en bij behoefte aan hulp verwijzen naar een passende hulpverlener. Dossiervoering Bijna alle ziekenhuizen geven aan dat de signalering op enige wijze wordt opgenomen in het patiëntendossier. De manieren van vastlegging zijn nog steeds zeer divers: het medisch dossier en/of het verpleegkundig dossier, al dan niet digitaal. Wat dat laatste betreft wordt uit de toelichtingen duidelijk dat men bezig is met de mogelijkheden voor digitale vastlegging. Bijna tweederde van de ziekenhuizen geeft aan dat de dossiervoering t.a.v. het signaleren toegankelijk is voor alle behandelaars. Of daar ook in de praktijk gebruik van wordt gemaakt is echter nog wel de vraag. Deskundigheidsbevordering In de meeste ziekenhuizen is er sprake van ondersteuning van de gespecialiseerde psychosociale hulpverleners aan basisbehandelaars omtrent signaleren en bespreken van distress. Ook hebben de basisbehandelaars extra scholing gehad op het gebied van psychosociale signalering. Multidisciplinair psychosociaal overleg Het is een duidelijk aandachtpunt dat de helft van de ziekenhuizen aangeeft geen multidisciplinair psychosociaal overleg te hebben. Het is dan ook voor circa de helft van de ziekenhuizen niet mogelijk om patiënten met een hoge lastscore te bespreken in een dergelijk gremium. Randvoorwaarden Verreweg de meeste ziekenhuizen hebben een visie en beleid op psychosociale signalering. Ook zaken als de onderlinge afstemming en verwijzing naar gespecialiseerde psychosociale disciplines wordt in de meeste gevallen gefaciliteerd. Het is opvallend dat een meerderheid van de ziekenhuizen aangeeft dat er onvoldoende menskracht en financiering voor scholing beschikbaar is en dat er onvoldoende voldoende tijd en formatie van de gespecialiseerde psychosociale hulpverleners beschikbaar is. Deze randvoorwaarden zijn onvoldoende aanwezig. Een belangrijke conclusie voor deze evaluatie. Tevredenheid Ondanks de lichte stijging in een jaar tijd van het tevredenheidscijfer ten aanzien van de signalering is er nog veel werk te verzetten. Veel ziekenhuizen staan aan het begin van de implementatie van psychosociale signalering. Anderen houden zich nu bezig met de uitdaging van het goede te borgen en de werkwijze in te bedden in bijvoorbeeld zorgpaden. Via de toelichting werd meermalen duidelijk gemaakt dat er vaak grote verschillen zijn per afdeling. Ook benadrukte men veelvuldig dat het succes van implementatie van psychosociale signalering afhangt van de aanwezigheid van een (oncologisch) verpleegkundige. 24 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

27 B1 Vervolgenquête signaleren psychosociale problematiek De vragen in deze enquête gaan over de huidige praktijk van het signaleren van psychosociale zorgbehoefte bij oncologiepatiënten in uw ziekenhuis. Door het invullen van de enquête geeft u feedback op de toepasbaarheid van de richtlijn detecteren behoefte psychosociale zorg. De resultaten van deze enquête, aangevuld met diepte interviews, worden gebruikt voor revisie van de richtlijn. Deze vervolgenquête is onderdeel van het landelijke evaluatie en implementatietraject van de richtlijn Detecteren behoefte psychosociale zorg. Dit traject wordt gefinancierd door KWF kankerbestrijding en uitgevoerd door de werkgroep psychosociale zorg vanuit het Nationaal Programma Kankerbestrijding en het Integraal Kankercentrum Nederland. Het is een vervolg op de landelijke nulmeting die in het najaar van 2009 werd gehouden. De enquête is inventariserend van aard. Het maakt dus niet uit in welke mate uw ziekenhuis de richtlijn heeft doorgevoerd. En ook als u niet heeft deelgenomen aan de nulmeting van najaar 2009 is uw reactie is van harte welkom. De resultaten van de enquête worden geanonimiseerd weergegeven in de rapportage. U bent als contactpersoon gevraagd om namens uw ziekenhuis de enquête in te vullen. We zijn ons ervan bewust dat de situatie kan verschillen tussen locaties, afdelingen en patiëntengroepen in het ziekenhuis. Kies bij twijfel voor het antwoord dat zoveel mogelijk recht doet aan de situatie in uw ziekenhuis. De enquête bestaat uit 19 vragen. U kunt de vragenlijst ook eerst als pdf uitprinten, wat u de mogelijkheid biedt deze met uw team/collega s in te vullen. U kunt de vragenlijst, mits geopend op dezelfde computer, tussentijds afsluiten en op een later moment verder gaan. De enquête staat open tot vrijdag 11 februari Mocht u problemen ondervinden met het invullen van de enquête of mocht u andere vragen hebben, neem dan contact op met Floriske Dalhuisen, IKNL locatie Rotterdam, of dalhuisen@ikr.nl Bij voorbaat hartelijk dank voor uw medewerking. 25 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

28 Algemeen 1. Aan welke IKNL-locatie is uw ziekenhuis verbonden? Locatie Amsterdam (IKA) Locatie Maastricht (IKL) Locatie Utrecht (IKMN) Locatie Enschede/Groningen (IKNO) Locatie Nijmegen (IKO) Locatie Rotterdam (IKR) Locatie Leiden (IKW) IKZ (locatie Eindhoven) 2. In welk ziekenhuis bent u werkzaam? Vervolgenquête signaleren psychosociale problematiek Signalering Voor de aanbevelingen uit de richtlijn 'detecteren behoefte psychosociale zorg' ten aanzien van signaleren klik hier. 3. Wordt er op dit moment in uw ziekenhuis (met of zonder instrument) aan signalering van behoefte aan psychosociale zorg gedaan bij oncologische patiënten? Signalering Ja, bij alle oncologische patiënten Ja, bij bepaalde patiëntgroepen Nee, omdat problematiek 4. Bij welke patiëntgroepen wordt er gesignaleerd? Altijd Meestal Soms Nooit N.v.t. Mamma Long Urologie Gynaecologie Hoofd-Hals / KNO MDL / gastroenterologie Hematologie Dermatologie Bot en Wekedelen Endocriene tumoren Neuro-oncologie Oncologiepatiënten die chemotherapie Ontvangen Anders (licht hieronder toe) 26 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

29 Signaleringsinstrument Voor de aanbevelingen uit de richtlijn 'detecteren behoefte psychosociale zorg' ten aanzien van het signaleringsinstrument klik hier 5. Welk instrument wordt gebruikt bij het signaleren van behoefte aan psychosociale zorg? Lastmeter conform richtlijn Lastmeter met eigen aanpassingen Geen instrument Ander instrument, namelijk 6. Hoe waardeert u dit signaleringsinstrument op Positief Neutraal Negatief Gebruiksgemak Toepasbaarheid voor alle patiënten Structuur/houvast voor het gesprek Inzicht in mate van distress Patiënttevredenheid Tijdsinvestering Houvast bij verwijzing Andere factor (licht hieronder toe) Momenten van signaleren Voor de aanbevelingen uit de richtlijn 'detecteren behoefte psychosociale zorg' ten aanzien van het meetmomenten klik hier 7. Op welke momenten in het patiëntentraject wordt er gesignaleerd? Ga hierbij uit van de patiëntgroepen waarbij signalering plaatsvindt. altijd meestal soms nooit n.v.t. Tijdens slecht nieuwsgesprek Eerste vervolggesprek na slecht-nieuwsgesprek Bij de start van elke behandeling Elke 3 maanden tijdens een langdurige behandeling Na afloop van elke behandeling Tijdens de controleperiode Bij afsluiten van de controlefase en overdracht naar de eerste lijn Anders (licht hieronder toe) 27 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

30 8. Wat geldt in uw ziekenhuis voor de afspraken rondom de meetmomenten? Er zijn (nog) geen vaste meetmomenten afgesproken Er zijn vaste meetmomenten afgesproken Er zijn vaste meetmomenten afgesproken die zijn uitgewerkt in een protocol Ruimte voor toelichting Aanbieden, invullen en bespreken van het signaleringsinstrument Voor de aanbevelingen uit de richtlijn 'detecteren behoefte psychosociale zorg' ten aanzien van het aanbieden, invullen en bespreken van het signaleringsinstrument klik hier 9. In welke mate gelden onderstaande uitspraken ten aanzien van het aanbieden, invullen en bespreken van het signaleringsinstrument in uw ziekenhuis? Altijd meestal soms nooit n.v.t. Het signaleringsinstrument wordt uitgedeeld met een toelichting over het invullen, het doel en het vervolg ervan Het signaleringsinstrument wordt door patiënten zelf ingevuld Er vindt een gesprek plaats met de patiënt over de resultaten van het Signaleringsinstrument Het inlevermoment is het bespreekmoment De verpleegkundige of behandelende arts (basisbehandelaars) Hebben een centrale rol in het proces van signaleren Ruimte voor toelichting 28 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

31 Gesprek en verwijzing Voor de aanbevelingen uit de richtlijn 'detecteren behoefte psychosociale zorg' ten aanzien van het gesprek en de verwijzing klik hier 10. Bij een lage score op het signaleringsinstrument (bij Lastmeter <5) Altijd meestal soms nooit n.v.t Worden de score en de specifieke problemen kort met de patiënt te besproken Wordt de patiënt bij behoefte aan psychosociale en/of (para)medische zorg geattendeerd op gangbare vormen van (zelf)hulp Wordt de patiënt zo nodig een vervolggesprek aangeboden Wordt bij behoefte aan gespecialiseerde hulp verwijzing geregeld Anders (licht hieronder toe), 11. Bij een hoge score op het signaleringsinstrument (bij Lastmeter 5) altijd meestal soms nooit n.v.t Worden de verhoogde distress score en de specifieke problemen met de patiënt besproken Wordt bij de patiënt de behoefte en wenselijkheid gepeild om gespecialiseerde hulp in te zetten Wordt de patiënt bij behoefte aan hulp verwezen naar een bij de problemen passende gespecialiseerde psychosociale/paramedische hulpverlener Wordt aan de patiënt zonder behoefte aan gespecialiseerde hulpverlening extra aandacht gegeven Wordt de patiënt besproken in een gestructureerd multidisciplinair overleg met basale behandelaars en gespecialiseerde paramedische en psychosociale hulpverleners. Anders (licht hieronder toe) 29 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

32 Dossiervoering Voor de aanbevelingen uit de richtlijn 'detecteren behoefte psychosociale zorg' ten aanzien van de dossiervoering klik hier 12. Worden de uitkomsten van het signaleringsinstrument opgenomen in het patiëntendossier? Nee Ja, alleen in het (elektronisch) verpleegkundig dossier Ja, alleen in het (elektronisch) medisch dossier Ja, zowel in het (elektronisch) verpleegkundig als in het medisch dossier Ja, op een andere manier (licht hieronder toe) 13. Is deze dossiervoering toegankelijk voor alle behandelaars? Ja Nee Ruimte voor toelichting Deskundigheidsbevordering Voor de aanbevelingen uit de richtlijn 'detecteren behoefte psychosociale zorg' ten aanzien van scholing klik hier 14. Hebben de basisbehandelaars (betrokken verpleegkundigen en behandelend artsen) extra scholing gehad bij de implementatie van signalering? Ja Nee Ruimte voor toelichting 15. Geven de gespecialiseerde psychosociale hulpverleners (maatschappelijk werkers, psychologen) in uw ziekenhuis ondersteuning aan de basisbehandelaars omtrent signaleren en bespreken van distress? Ja Nee Ruimte voor toelichting 30 Signaleren Psychosociale Problematiek Resultaten Vervolgenquête Maart 2011

Evaluatierapport implementatie richtlijn. Detecteren behoefte psychosociale zorg Onderzoeksresultaten diepte interviews

Evaluatierapport implementatie richtlijn. Detecteren behoefte psychosociale zorg Onderzoeksresultaten diepte interviews Evaluatierapport implementatie richtlijn Detecteren behoefte psychosociale zorg Onderzoeksresultaten diepte interviews September 2011 Colofon Dit rapport is tot stand gekomen met financiering van KWF

Nadere informatie

Richtlijn Detecteren behoefte psychosociale zorg : revisie 2017

Richtlijn Detecteren behoefte psychosociale zorg : revisie 2017 186 Richtlijn Detecteren behoefte psychosociale zorg : revisie 2017 Guideline Screening for psychosocial distress : revision 2017 dr. J.E.H.M. Hoekstra-Weebers 1 en dr. M.J. Velthuis 2, namens de werkgroep

Nadere informatie

Yes We Can Fellow onderzoek

Yes We Can Fellow onderzoek Yes We Can Fellow onderzoek Resultaten 2017 1 Inhoud Inleiding... 3 Respons... 3 Eigenschappen responsegroep... 3 Enkelvoudige of meervoudige problematiek... 4 Zorg voorafgaand aan opname... 4 Situatie

Nadere informatie

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers nderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Goirle DIMENSUS beleidsonderzoek April 2012 Projectnummer 488 Het onderzoek De gemeente Goirle is eind april 2010

Nadere informatie

Verdiepingsvariant Training 'Psychosociale problemen signaleren'

Verdiepingsvariant Training 'Psychosociale problemen signaleren' Verdiepingsvariant Training 'Psychosociale problemen signaleren' Anke van de Vegte, coördinator Deskundigheidsbevordering IKNL, locatie Rotterdam Tot stand gekomen in samenwerking met: - Mieke Groen, klinisch

Nadere informatie

BELEIDSPLA VPO 2011-2013. I. Inleiding - Missie - Visie - Organisatiestructuur

BELEIDSPLA VPO 2011-2013. I. Inleiding - Missie - Visie - Organisatiestructuur BELEIDSPLA VPO 2011-2013 I. Inleiding - Missie - Visie - Organisatiestructuur II. Terugblik beleidsperiode 2005-2010 - De NVPO en het NPK - Realisatie NVPO beleid m.b.t. de organisatie III. Vooruitblik

Nadere informatie

Leerlingtevredenheidsonderzoek

Leerlingtevredenheidsonderzoek Rapportage Leerlingtevredenheidsonderzoek De Meentschool - Afdeling SO In opdracht van Contactpersoon De Meentschool - Afdeling SO de heer A. Bosscher Utrecht, juni 2015 DUO Onderwijsonderzoek drs. Vincent

Nadere informatie

Implementatie van Samen Beslissen

Implementatie van Samen Beslissen Implementatie van Samen Beslissen Successen en uitdagingen Drs. Hoda Al-Itejawi, arts-onderzoeker VU Medisch Centrum Overzicht Implementatie-studie Implementatiegraad Evaluatie en gebruik van de keuzehulp

Nadere informatie

Uitkomsten enquête POH-GGZ voor jeugd. Inleiding

Uitkomsten enquête POH-GGZ voor jeugd. Inleiding Uitkomsten enquête POH-GGZ voor jeugd Inleiding Vanaf 2015 zijn de gemeenten verantwoordelijk voor een groot deel van de zorg voor jeugd tot 18 jaar. Tegelijk bieden huisartsenpraktijken ook zorg aan jeugdigen.

Nadere informatie

Openingstijden Stadswinkels 2008

Openingstijden Stadswinkels 2008 Openingstijden Stadswinkels 2008 Openingstijden Stadswinkels 2008 René van Duin & Maaike Dujardin Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) december 2008 In opdracht van Publiekszaken afdeling Beleid

Nadere informatie

UITKOMSTEN ENQUÊTE POH-GGZ VOOR JEUGD

UITKOMSTEN ENQUÊTE POH-GGZ VOOR JEUGD UITKOMSTEN ENQUÊTE POH-GGZ VOOR JEUGD 1 Inleiding Vanaf 2015 zijn de gemeenten verantwoordelijk voor een groot deel van de zorg voor jeugd tot 18 jaar. Tegelijk bieden huisartsenpraktijken ook zorg aan

Nadere informatie

Rapportage Cliënttevredenheid 2013 Zorggroep de Bevelanden Maart 2014

Rapportage Cliënttevredenheid 2013 Zorggroep de Bevelanden Maart 2014 Rapportage Cliënttevredenheid 2013 Zorggroep de Bevelanden Maart 2014 Rapportage Cliënttevredenheid 2013 Zorggroep de Bevelanden Maart 2014 Contactgegevens: Zorggroep de Bevelanden Markteffect B.V. Postbus

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek DBC COPD - Eerste lijn (2011)

Klanttevredenheidsonderzoek DBC COPD - Eerste lijn (2011) Klanttevredenheidsonderzoek DBC COPD - Eerste lijn (2011) Inhoudsopgave Verslag 2-4 Grafieken 5-10 Samenvatting resultaten 11-16 Bijlage - Vragenlijst 17+18 Cohesie Cure and Care Hagerhofweg 2 5912 PN

Nadere informatie

Invoering van de meldcode in de jeugdzorg

Invoering van de meldcode in de jeugdzorg Invoering van de meldcode in de jeugdzorg Inspectie Jeugdzorg Utrecht, april 2013 Samenvatting Eind december 2012 heeft de Inspectie Jeugdzorg via een digitale vragenlijst een inventariserend onderzoek

Nadere informatie

Goede kankerzorg is meer dan een medische behandeling

Goede kankerzorg is meer dan een medische behandeling Goede kankerzorg is meer dan een medische behandeling DEZE RAPPORTAGE IS AANGEPAST OP 16 JULI 2018 Als kankerpatiëntenorganisaties vinden wij dat ziekenhuizen aan specifieke randvoorwaarden moeten voldoen

Nadere informatie

REGISTRATIE VAN KANKER: VAN GROOT BELANG

REGISTRATIE VAN KANKER: VAN GROOT BELANG l0l00l00l0ll0l0l0ll0l0l0ll0l0l0l REGISTRATIE VAN KANKER: VAN GROOT BELANG 0l0l0ll0l HET BELANG VAN KANKERREGISTRATIE Wereldwijd vindt onderzoek plaats naar kanker. Bijvoorbeeld naar welke vormen veel voorkomen

Nadere informatie

Pilot Ondersteuning bij zelfregie

Pilot Ondersteuning bij zelfregie Pilot Ondersteuning bij zelfregie Achtergrond proces methodiek gespreksmodel Pilot voor zorgpaden long, mamma, colon & prostaat Inhoud presentatie Achtergrondinformatie zorg voor kankerpatiënten in Nederland

Nadere informatie

Palliatieve zorg in de eerste lijn

Palliatieve zorg in de eerste lijn Palliatieve zorg in de eerste lijn Resultaten van een landelijke behoefte-inventarisatie onder zorgverleners, patiënten en naasten en de rol van PaTz hierbij. Ian Koper Roeline Pasman Bart Schweitzer Bregje

Nadere informatie

Het invullen van de vragenlijst duurt ongeveer 10 minuten. Uw gegevens worden anoniem verwerkt.

Het invullen van de vragenlijst duurt ongeveer 10 minuten. Uw gegevens worden anoniem verwerkt. Inleiding IKNL geeft op basis van de oncologische richtlijnen en normen formats zorgpaden, stroomschema s en evaluatielijsten uit van de meest voorkomende tumorsoorten: mammacarcinoom, melanoom, colorectaalcarcinoom,

Nadere informatie

Onderzoek Passend Onderwijs

Onderzoek Passend Onderwijs Rapportage Onderzoek passend onderwijs In samenwerking met: Algemeen Dagblad Contactpersoon: Ellen van Gaalen Utrecht, augustus 2015 DUO Onderwijsonderzoek drs. Liesbeth van der Woud drs. Tanya Beliaeva

Nadere informatie

Tumorspecifieke visitatie longcarcinoom. Dhr. R.J.G. Limbeek, adviseur IKNL, Nijmegen Mevr. J.P. Salomé, VS oncologie, SFG, Rotterdam

Tumorspecifieke visitatie longcarcinoom. Dhr. R.J.G. Limbeek, adviseur IKNL, Nijmegen Mevr. J.P. Salomé, VS oncologie, SFG, Rotterdam Tumorspecifieke visitatie longcarcinoom Dhr. R.J.G. Limbeek, adviseur IKNL, Nijmegen Mevr. J.P. Salomé, VS oncologie, SFG, Rotterdam Inhoud presentatie Wat is visitatie? Waarom tumorspecifieke visitatie?

Nadere informatie

Rapport Thermometer cliëntwaarderingsonderzoek

Rapport Thermometer cliëntwaarderingsonderzoek Rapport Thermometer cliëntwaarderingsonderzoek RVZe: Fornhese Regio: Amersfoort Meetmoment: juni 2013 Meetprocedure: Thermometerweken Inleiding In juni 2013 is gedurende twee weken de Thermometer cliëntwaardering

Nadere informatie

O n c o l o g i s c h e f o l l o w - u p : k w a l i t e i t e n d o e l m a t i g h e i d g a a n h a n d i n h a n d

O n c o l o g i s c h e f o l l o w - u p : k w a l i t e i t e n d o e l m a t i g h e i d g a a n h a n d i n h a n d O n c o l o g i s c h e f o l l o w - u p : k w a l i t e i t e n d o e l m a t i g h e i d g a a n h a n d i n h a n d P I C A, 1 2 n o v e m b e r 2015 1 D i s c l o s u r e b e l a n g e n s p r e k

Nadere informatie

Resultaatsverslag. N.a.v. inspectiebezoek van Zorgcentrum Herema State in Heerenveen. op 14 februari 2017

Resultaatsverslag. N.a.v. inspectiebezoek van Zorgcentrum Herema State in Heerenveen. op 14 februari 2017 Resultaatsverslag N.a.v. inspectiebezoek van Zorgcentrum Herema State in Heerenveen op 14 februari 2017 Heerenveen, 31 juli 2017 Inleiding Op 14 februari heeft de Inspectie voor de Gezondheidszorg (hierna:

Nadere informatie

Vergelijking resultaten

Vergelijking resultaten Vergelijking resultaten 2016 2 e nameting Uitkomsten cliëntenraadpleging Careander Utrecht, december 2016 Geschreven door: Drs. Dominique van t Schip Postbus 8224 3503 RE Utrecht Telefoon: 030 293 76 64

Nadere informatie

Ervaringen en trainingsbehoefte professionals jeugdzorg

Ervaringen en trainingsbehoefte professionals jeugdzorg Ervaringen en trainingsbehoefte professionals jeugdzorg transformatie jeugdzorg FoodValley INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding... 2 1.1. Aanleiding... 2 1.2. Doel- en probleemstelling... 2 1.3. Methode... 2 1.4.

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek 2016 / Optisport Barneveld. Optisport Barneveld Erik Boelen

Klanttevredenheidsonderzoek 2016 / Optisport Barneveld. Optisport Barneveld Erik Boelen Klanttevredenheidsonderzoek / Optisport Barneveld Optisport Barneveld Erik Boelen Inhoudsopgave. Inleiding.... Onderzoeksopzet.... Resultaten.... Conclusie... Bijlage : Vragenlijst... . Inleiding Eind

Nadere informatie

Resultaten vrijwilligerstevredenheidsonderzoek SZMK 2013

Resultaten vrijwilligerstevredenheidsonderzoek SZMK 2013 Resultaten vrijwilligerstevredenheidsonderzoek SZMK 21 Oktober 21 1 Inhoudsopgave H1 Inleiding H2 Aantal vrijwilligers per sector/locatie en respons H Resultaten vrijwilligerstevredenheidsonderzoek 21

Nadere informatie

Zit de online burger wel online op u te wachten? Door: David Kok

Zit de online burger wel online op u te wachten? Door: David Kok Zit de online burger wel online op u te wachten? Door: David Kok Veel gemeenten zijn inmiddels actief op sociale media kanalen, zoals ook blijkt uit het onderzoek dat is beschreven in hoofdstuk 1. Maar

Nadere informatie

Pilot Brandveilig Leven in Meerzicht

Pilot Brandveilig Leven in Meerzicht Pilot Brandveilig Leven in rzicht Evaluatie huisbezoeken VERSIEBEHEER Versie Datum Auteur 1. juni 212 RP 1.1 2 juni 212 RP 1 Samenvatting Dit is de evaluatie van de pilot Brandveilig leven in rzicht, die

Nadere informatie

Verzamelen gegevens: december 2013

Verzamelen gegevens: december 2013 Verzamelen gegevens: december 2013 Interpretatie gegevens: april/mei 2014 Organisatiebeschrijving Inzowijs richt zich op de begeleiding van kinderen en jongeren in de leeftijd van 2 t/m 23 jaar. De problematiek

Nadere informatie

INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW

INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW INFORMATIEVOORZIENING URENAFTREK DOOR ZELFSTANDIGEN VANUIT WW - eindrapport - drs. L.F. Heuts drs. R.C. van Waveren Amsterdam, december 2009

Nadere informatie

SAMENWERKEN IN DE PALLIATIEVE ZORG IN DE EERSTELIJN

SAMENWERKEN IN DE PALLIATIEVE ZORG IN DE EERSTELIJN SAMENWERKEN IN DE PALLIATIEVE ZORG IN DE EERSTELIJN een onderzoek naar de ontwikkeling en implementatie van het Zorgprogramma Palliatieve Eerstelijnszorg in de deelgemeente Rotterdam Kralingen - Crooswijk

Nadere informatie

Casemanagement bij kankerpatiënten

Casemanagement bij kankerpatiënten Casemanagement bij kankerpatiënten Marieke Schreuder-Cats V&VN Oncologie Procesmanager projectteam 24 januari 2012 Aanleiding» Tekortkomingen in de ketenzorg: zorg te gefragmenteerd» Oncologische keten

Nadere informatie

Ondersteuning bij de diagnose kanker (de lastmeter)

Ondersteuning bij de diagnose kanker (de lastmeter) Ondersteuning bij de diagnose kanker (de lastmeter) De diagnose kanker kan grote impact op u en uw naaste(n) hebben. De ziekte en de behandeling kunnen niet alleen lichamelijke klachten met zich meebrengen,

Nadere informatie

Enquête Telefonische dienstverlening

Enquête Telefonische dienstverlening Enquête Telefonische dienstverlening Enquête Telefonische dienstverlening Colofon Titel:Enquête Enquete Telefonische dienstverlening Opdrachtgever: Gemeente Velsen Opdrachtnemer: Marieke Galesloot Datum:

Nadere informatie

Voorwoord. Namens Stichting IBASS T. Horstik en P. Fopma

Voorwoord. Namens Stichting IBASS T. Horstik en P. Fopma Voorwoord Al onze cliënten zijn uitgenodigd om anoniem via internet een enquête in te vullen over hun tevredenheid met de dienstverlening van Stichting IBASS. 34 cliënten (22 mannen en 12 vrouwen) hebben

Nadere informatie

Klantenpanel RVO.nl Resultaten peiling 36: Koopsubsidie Januari 2016

Klantenpanel RVO.nl Resultaten peiling 36: Koopsubsidie Januari 2016 Klantenpanel RVO.nl Resultaten peiling 36: Koopsubsidie Januari 2016 1. Inleiding Deze nieuwsbrief beschrijft de resultaten van de gebruikerspeiling over de regeling Koopsubsidie. Meer specifiek gaat het

Nadere informatie

Ondersteuning van mensen met kanker en hun naasten

Ondersteuning van mensen met kanker en hun naasten Ondersteuning van mensen met kanker en hun naasten Inhoudsopgave Pagina Inleiding 2 Algemene informatie 2 Artsen en verpleegkundigen 3 Psychosociale hulpverlening 4 Aanvullende zorg 5 Meer informatie

Nadere informatie

Dieteren, CM, Veer, AJE de, Groot, K de. Cliëntgebonden samenwerking over de grenzen van organisaties. Tabellen. Utrecht: NIVEL, 2017.

Dieteren, CM, Veer, AJE de, Groot, K de. Cliëntgebonden samenwerking over de grenzen van organisaties. Tabellen. Utrecht: NIVEL, 2017. Dieteren, CM, Veer, AJE de, Groot, K de. Cliëntgebonden samenwerking over de grenzen van organisaties. Tabellen. Utrecht: NIVEL, 07. CONTACTADRES NIVEL Dr. Anke J.E. de Veer Postbus 568 500 BN Utrecht

Nadere informatie

25 jaar Ambities van het IKMN. in beweging

25 jaar Ambities van het IKMN. in beweging 25 jaar Ambities van het IKMN in beweging Het Integraal Kankercentrum Midden Nederland (IKMN) is een samenwerkingsverband van hulpverleners, instellingen en patiëntenverenigingen in de provincie Utrecht

Nadere informatie

Rapport Onderzoek Toegang Wmo 2015

Rapport Onderzoek Toegang Wmo 2015 Z Rapport Onderzoek Toegang Wmo 2015 Maart 2015 In opdracht van het Transitiebureau Wmo Team Kennisnetwerk Wmo Inhoudsopgave 1. Inleiding 2 2. Over het onderzoek 3 3. De resultaten 4 3.1 Omvang deelnemende

Nadere informatie

Nazorg bij kanker; de rol van de eerste lijn. Hans Nortier 24-01-2013

Nazorg bij kanker; de rol van de eerste lijn. Hans Nortier 24-01-2013 Nazorg bij kanker; de rol van de eerste lijn Hans Nortier Nazorg Nazorg is een essentieel onderdeel van individuele patiëntenzorg na behandeling voor kanker Nazorg behelst voorlichting, begeleiding, ingaan

Nadere informatie

Inzicht in zorgrekeningen door verzekerden: stand van zaken 2013. Anne E.M. Brabers, Margreet Reitsma-van Rooijen en Judith D.

Inzicht in zorgrekeningen door verzekerden: stand van zaken 2013. Anne E.M. Brabers, Margreet Reitsma-van Rooijen en Judith D. Dit factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Anne E.M. Brabers, Margreet Reitsma-van Rooijen en Judith D. de Jong. Inzicht in zorgrekeningen door verzekerden: stand

Nadere informatie

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017

Gemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 20 juni 2017 DATUM 20 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

Rapport Uitkomsten cao enquête Netwerkbedrijven WENb

Rapport Uitkomsten cao enquête Netwerkbedrijven WENb Rapport Uitkomsten cao enquête Netwerkbedrijven WENb Opdrachtgever: WENb Opdrachtnemer: BIMBIM Nieuwe Media bv. Auteurs: Mevrouw C. (Cindy) van Hunen communicatieadviseur en de heer P. (Pim) Mulder Directeur

Nadere informatie

RAPPORTAGE ONDERZOEK COPANETWERKEN IN ZIEKENHUIZEN

RAPPORTAGE ONDERZOEK COPANETWERKEN IN ZIEKENHUIZEN RAPPORTAGE ONDERZOEK COPANETWERKEN IN ZIEKENHUIZEN Maris patiëntgericht communiceren, december 2010 1. Maris patiëntgericht communiceren, 2010 Niets uit dit rapport mag worden verveelvoudigd en/of openbaar

Nadere informatie

CLIëNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2011, van brief tot conclusie!!

CLIëNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2011, van brief tot conclusie!! CLIëNTTEVREDENHEIDSONDERZOEK 2011, van brief tot conclusie!! De brief: Het Venster F.D. Rooseveltlaan 18 Postbus 2157 5600 CD Eindhoven Eindhoven, 29 november 2011 Betreft: Enquete cliënttevredenheid Beste

Nadere informatie

Oncologische Revalidatie:

Oncologische Revalidatie: Oncologische Revalidatie: Verleden Heden - Toekomst dr. Jan Paul van den Berg, revalidatiearts Meander MC Doelstelling Oncologische Revalidatie Het verbeteren van de kwaliteit van leven van patiënten met

Nadere informatie

Rapport Klant Tevredenheid Onderzoek KDV/PSZ 2012.

Rapport Klant Tevredenheid Onderzoek KDV/PSZ 2012. Rapport Klant Tevredenheid Onderzoek KDV/PSZ 2012. In 2012 hebben wij een meting gehouden van de klanttevredenheid op onze kinderdagverblijven en peuterspeelzalen. Door 219 gezinnen zijn de vragenlijsten

Nadere informatie

Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Moerdijk

Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Moerdijk Samenwerkende gemeenten West- Brabant: gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2015 Definitieve rapportage 4 augustus 2016 DATUM 4 augustus 2016 TITEL Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2015 ONDERTITEL

Nadere informatie

Model. Zorgleefplan. Verantwoorde zorg. Een korte handreiking voor gebruik

Model. Zorgleefplan. Verantwoorde zorg. Een korte handreiking voor gebruik Model Zorgleefplan Verantwoorde zorg Een korte handreiking voor gebruik De cliënt m Het zorgleefplan als instrument voor Verantwoorde zorg Het model Zorgleefplan Verantwoorde zorg is bestemd voor de medewerkers

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek vrijwilligersorganisaties Actieradius najaar 2011

Klanttevredenheidsonderzoek vrijwilligersorganisaties Actieradius najaar 2011 Klanttevredenheidsonderzoek vrijwilligersorganisaties Actieradius najaar 2011 In het najaar van 2011 heeft Actieradius- vrijwillige inzet Land van Cuijk een klanttevredenheidsonderzoek uitgevoerd onder

Nadere informatie

Door Cliënten Bekeken voor Huisartsenpraktijken. Medisch Centrum 't Sant - Huisarts van Sichem

Door Cliënten Bekeken voor Huisartsenpraktijken. Medisch Centrum 't Sant - Huisarts van Sichem Door Cliënten Bekeken voor Huisartsenpraktijken Samenvatting rapportage voor: Medisch Centrum 't Sant - Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer ARGO Rijksuniversiteit Groningen BV www.argo-rug.nl SAMENVATTING

Nadere informatie

Samenvatting 1-meting en vergelijking met 0-meting DuurSaam Houten - Tevredenheid professionals zorg en ondersteuning ouderen

Samenvatting 1-meting en vergelijking met 0-meting DuurSaam Houten - Tevredenheid professionals zorg en ondersteuning ouderen Samenvatting 1-meting en vergelijking met 0-meting DuurSaam Houten - Tevredenheid professionals zorg en ondersteuning ouderen De samenwerking rondom (kwetsbare) ouderen is in 2017 door partijen in zorg

Nadere informatie

DE CLIËNTENRAAD BEOORDEELD. Onderzoek naar de tevredenheid met het functioneren van de cliëntenraad

DE CLIËNTENRAAD BEOORDEELD. Onderzoek naar de tevredenheid met het functioneren van de cliëntenraad DE CLIËNTENRAAD BEOORDEELD Onderzoek naar de tevredenheid met het functioneren van de cliëntenraad DE CLIËNTENRAAD BEOORDEELD Onderzoek naar de tevredenheid met het functioneren van de cliëntenraad -

Nadere informatie

Post-hbo opleiding psychosociale zorg door oncologieverpleegkundigen

Post-hbo opleiding psychosociale zorg door oncologieverpleegkundigen mensenkennis Ik heb ruime ervaring, maar door deze opleiding heb ik me gerealiseerd dat de zorg voor de patiënt beter kan. Post-hbo opleiding psychosociale zorg door oncologieverpleegkundigen Psychosociale

Nadere informatie

Fries burgerpanel Fryslân inzicht

Fries burgerpanel Fryslân inzicht Fries burgerpanel Fryslân inzicht Wij gaan er van uit dat we zo lang mogelijk in onze eigen woonomgeving kunnen blijven. Wij gaan er van uit dat we zo lang mogelijk in onze eigen woonomgeving kunnen blijven.

Nadere informatie

2. Wat zijn per sector/doelgroep de algemene inzichten ten aanzien van de inhoud van de continuïteitsplannen?

2. Wat zijn per sector/doelgroep de algemene inzichten ten aanzien van de inhoud van de continuïteitsplannen? Samenvatting Aanleiding en onderzoeksvragen ICT en elektriciteit spelen een steeds grotere rol bij het dagelijks functioneren van de maatschappij. Het Ministerie van Veiligheid en Justitie (hierna: Ministerie

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek Warmtenet (2015)

Klanttevredenheidsonderzoek Warmtenet (2015) Klanttevredenheidsonderzoek Warmtenet (2015) In het voorjaar van 2015 is een tevredenheidsonderzoek onder de particuliere klanten van Warmtenet Hengelo gehouden. Aan alle particuliere klanten van Warmtenet

Nadere informatie

Men verwart regelgeving met kwaliteitsbewaking in de zorg.

Men verwart regelgeving met kwaliteitsbewaking in de zorg. Gezondheid s zorg Men verwart regelgeving met kwaliteitsbewaking in de zorg. Z o r g s Zorgstandaarden geven antwoorden Patiënten: weten welke zorg zij kunnen verwachten en hun bijdrage daarin Zorgverleners:

Nadere informatie

OBS A.M.G. Schmidt 7 februari 2014

OBS A.M.G. Schmidt 7 februari 2014 OBS A.M.G. Schmidt 7 februari 2014 Managementrapportage Scholengemeenschap Veluwezoom wil periodiek meten hoe de tevredenheid is onder haar belangrijkste doelgroepen: leerlingen, ouders, leerkrachten en

Nadere informatie

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017

Gemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017 Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 26 juni 2017 DATUM 26 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515

Nadere informatie

Evaluatie leerlingenvervoer 2013

Evaluatie leerlingenvervoer 2013 Evaluatie leerlingenvervoer -Oordeel van ouders- januari 2014 Gemeente Nijmegen Onderzoek en Statistiek Evaluatie leerlingenvervoer -Oordeel van ouders- 1 Evaluatie leerlingenvervoer -Oordeel van ouders-

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting

Nederlandse samenvatting Dit proefschrift gaat over de invloed van inductieprogramma s op het welbevinden en de professionele ontwikkeling van beginnende docenten, en welke specifieke kenmerken van inductieprogramma s daarvoor

Nadere informatie

Verordening Individuele Voorzieningen. Een onderzoek onder leden van Digipanel Haarlem

Verordening Individuele Voorzieningen. Een onderzoek onder leden van Digipanel Haarlem Verordening Individuele Voorzieningen Een onderzoek onder leden van Digipanel Haarlem Onderzoek en Statistiek Haarlem, november 2009 1 Colofon Opdrachtgever: Samensteller: Gemeente Haarlem Programmabureau

Nadere informatie

Dit artikel is met toestemming van de redactie overgenomen uit TvZ Tijdschrift voor verpleegkundigen 2012, nr. 2

Dit artikel is met toestemming van de redactie overgenomen uit TvZ Tijdschrift voor verpleegkundigen 2012, nr. 2 Dit artikel is met toestemming van de redactie overgenomen uit TvZ Tijdschrift voor verpleegkundigen 2012, nr. 2 Nog steeds veel behoefte aan extra scholing levenseindezorg In 2002 is het landelijke Panel

Nadere informatie

De Grote (kleine) voicemail-poll

De Grote (kleine) voicemail-poll De Grote (kleine) voicemail-poll De Grote (kleine) voicemail-poll Maken mensen tegenwoordig nog gebruik van voicemail? En hoe staat men tegenover het gebruik van voicemails in het zakelijk verkeer? Mensen

Nadere informatie

Internetpanel Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Resultaten peiling 30: Communicatie nieuw Gemeenschappelijk Landbouwbeleid

Internetpanel Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Resultaten peiling 30: Communicatie nieuw Gemeenschappelijk Landbouwbeleid Internetpanel Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Resultaten peiling 30: Communicatie nieuw Gemeenschappelijk Landbouwbeleid 1. Inleiding Vanaf 2015 verandert het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (vanaf

Nadere informatie

Tactus Verslavingszorg t.a.v. raad van bestuur Postbus AD DEVENTER

Tactus Verslavingszorg t.a.v. raad van bestuur Postbus AD DEVENTER > Retouradres Postbus 2680 3500 GR Utrecht Tactus Verslavingszorg t.a.v. raad van bestuur Postbus 154 7400 AD DEVENTER Stadsplateau 1 3521 AZ Utrecht Postbus 2680 3500 GR Utrecht T 088 120 50 00 F 088

Nadere informatie

Evaluatie regiobijeenkomsten Vversterk. november december 2007

Evaluatie regiobijeenkomsten Vversterk. november december 2007 Evaluatie regiobijeenkomsten Vversterk november december 2007 Evaluatie regiobijeenkomsten Vversterk November - december 2007 Opdrachtgever: Sardes Utrecht, februari 2008 Oberon Postbus 1423 3500 BK Utrecht

Nadere informatie

Werkinstructie voor de CQI Naasten op de IC

Werkinstructie voor de CQI Naasten op de IC Werkinstructie voor de CQI Naasten op de IC 1. De vragenlijst Waarvoor is de CQI Naasten op de IC bedoeld? De CQI Naasten op de IC is bedoeld is bedoeld om de kwaliteit van de begeleiding en opvang van

Nadere informatie

Rapportage Weergave journaalregels in de ZorgDomein verwijsbrief

Rapportage Weergave journaalregels in de ZorgDomein verwijsbrief Rapportage Weergave journaalregels in de ZorgDomein verwijsbrief September 2013 Pieter Langers Laurens Pronk ZorgDomein, 2013 Inhoudsopgave 1 Inleiding... 3 Aanleiding... 3 Doel onderzoek... 3 Werkwijze

Nadere informatie

Richtlijn Herstel na kanker: aanzet tot nazorginnovatie

Richtlijn Herstel na kanker: aanzet tot nazorginnovatie Richtlijn Herstel na kanker: aanzet tot nazorginnovatie drs. Brigitte Gijsen, b.gijsen@iknl.nl adviseur productontwikkeling - programmaleider Herstel na kanker, IKNL Inhoud Oncologie: cijfers en ontwikkelingen

Nadere informatie

HBO-VERPLEEGKUNDIGEN HET MEEST POSITIEF OVER HUN COMPETENTIES BIJ VERSLAGLEGGING: TABELLEN. Kim de Groot, Anke de Veer, Wolter Paans en Anneke Francke

HBO-VERPLEEGKUNDIGEN HET MEEST POSITIEF OVER HUN COMPETENTIES BIJ VERSLAGLEGGING: TABELLEN. Kim de Groot, Anke de Veer, Wolter Paans en Anneke Francke HBO-VERPLEEGKUNDIGEN HET MEEST POSITIEF OVER HUN COMPETENTIES BIJ VERSLAGLEGGING: TABELLEN. Kim de Groot, Anke de Veer, Wolter Paans en Anneke Francke CONTACT NIVEL K. de Groot, MSc RN Postbus 1568 3500

Nadere informatie

Evaluatie SamenOud training Anders denken, anders doen Casemanagement

Evaluatie SamenOud training Anders denken, anders doen Casemanagement Evaluatie SamenOud training Anders denken, anders doen Casemanagement Deelprogramma voor wijkverpleegkundigen en ouderenadviseurs die opgeleid worden tot casemanager SamenOud R. Brans April 2013 Inhoud

Nadere informatie

Buurtenquête hostel Leidsche Maan

Buurtenquête hostel Leidsche Maan Buurtenquête hostel Leidsche Maan tussenmeting 2013 Onderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Utrecht (GG&GD) DIMENSUS beleidsonderzoek April 2013 Projectnummer 527 Inhoud Samenvatting 3 Inleiding

Nadere informatie

Psychosociale oncologische zorg. Afstemming en communicatie tussen eerste- en tweedelijn

Psychosociale oncologische zorg. Afstemming en communicatie tussen eerste- en tweedelijn Psychosociale oncologische zorg Afstemming en communicatie tussen eerste- en tweedelijn Psychosociale oncologische zorg binnen het st. Anna Ziekenhuis en de eerste lijn Input huidig procesverloop: Doorlopen

Nadere informatie

Handboek Verbeteren Psychosociale Zorg

Handboek Verbeteren Psychosociale Zorg Handboek Verbeteren Psychosociale Zorg Voor projectleiders in ziekenhuizen Mw. drs. D.P. van Namen - de Nooijer (coördinator oncologische zorg) Mw. G.W. de Bruin MSc. (coördinator oncologische zorg) Uitgave

Nadere informatie

Burgerpanel Horst aan de Maas - Meting 3

Burgerpanel Horst aan de Maas - Meting 3 Rapportage Burgerpanel meting 3: Juni 2013 In opdracht van: Contactpersoon: Gemeente Horst aan de Maas Dhr. F. Geurts Utrecht, juli 2013 DUO Market Research drs. Aart van Grootheest drs. Marjan den Ouden

Nadere informatie

Enquête over beleid en praktijk van instructies in Informatievaardigheden in Nederlandse universiteiten

Enquête over beleid en praktijk van instructies in Informatievaardigheden in Nederlandse universiteiten Enquête over beleid en praktijk van instructies in Informatievaardigheden in Nederlandse universiteiten Subgroep Informatievaardigheden van de UKB werkgroep Learning Spaces Anneke Dirkx (UL) Marjolein

Nadere informatie

Stichting Dichterbij unit Sterk voor Werk

Stichting Dichterbij unit Sterk voor Werk RAPPORT CLIËNTAUDIT 2012 / 2013 BLIK op WERK KEURMERK 1 Inhoudsopgave 2 Bevindingen 2.1 Algemeen 2.2 Voortraject inzicht in aanpak 2.3 Uitvoering 2.4 Begeleiding 2.5 Afronding 2.6 Communicatie en bereikbaarheid

Nadere informatie

Check Je Kamer Rapportage 2014

Check Je Kamer Rapportage 2014 Check Je Kamer Rapportage 2014 Kwantitatieve analyse van de studentenwoningmarkt April 2015 Dit is een uitgave van de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb). Voor vragen of extra informatie kan gemaild worden

Nadere informatie

Palliatieve zorg voor andere doelgroepen

Palliatieve zorg voor andere doelgroepen Palliatieve zorg voor andere doelgroepen CVA, Dementie, COPD, Hartfalen, psychiatrische aandoening, verstandelijke beperking 27 november Rob Krol en Annemiek Kwast Aanleiding IKNL activiteiten palliatieve

Nadere informatie

Nieuwsbrief Evaluatie

Nieuwsbrief Evaluatie Nieuwsbrief Evaluatie 8 e editie, 13 juli 2018 Een speciale uitgave van de nieuwsbrief, in deze editie worden de eerste uitkomsten van de enquête ter evaluatie van het Meldpunt Uitbraken Infectieziekten

Nadere informatie

Nederlanders aan het woord

Nederlanders aan het woord Nederlanders aan het woord Veteranen en de Nederlandse Veteranendag 2014 Trends, Onderzoek en Statistiek (TOS) Directie Communicatie Documentnummer: TOS-14-066a Belangrijkste inzichten Nederlander hecht

Nadere informatie

Cliënttevredenheid verslavingskliniek SolutionS Center in Voorthuizen 2012

Cliënttevredenheid verslavingskliniek SolutionS Center in Voorthuizen 2012 Cliënttevredenheid verslavingskliniek SolutionS Center in Voorthuizen 2012 Auteurs: Dr. Gert-n Meerkerk Dr. Tim M. Schoenmakers Rotterdam, november 2012 IVO Instituut voor Onderzoek naar Leefwijzen en

Nadere informatie

Cliënttevredenheidsonderzoek Wmo 2014-2015

Cliënttevredenheidsonderzoek Wmo 2014-2015 Cliënttevredenheidsonderzoek Wmo 2014-2015 Afdeling: Maatschappelijke ontwikkeling Auteur : Nick Elshof Datum: 25-09-2015 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Samenvatting... 4 Verantwoording en achtergrond...

Nadere informatie

Resultaten tevredenheidsonderzoeken cliënten en medewerkers

Resultaten tevredenheidsonderzoeken cliënten en medewerkers Resultaten tevredenheidsonderzoeken cliënten en medewerkers Ervaring in de driehoek Cello heeft in de periode mei juni van dit jaar onderzoek laten uitvoeren naar de ervaringen van cliënten, ouders / vertegenwoordigers

Nadere informatie

INLEIDING. Namens het managementteam van de SPGH, Mirjam Diderich. Directeur. Hellendoorn 15 januari 2015

INLEIDING. Namens het managementteam van de SPGH, Mirjam Diderich. Directeur. Hellendoorn 15 januari 2015 RESULTATEN OUDER-ENQUÊTE 01 INLEIDING In dit document worden de resultaten besproken van de ouderenquête die is afgenomen in november 01 (schooljaar 01-015). Doelstelling van de enquête is het meten van

Nadere informatie

Door Cliënten Bekeken voor Huisartsenpraktijken. Groepspraktijk Huizen

Door Cliënten Bekeken voor Huisartsenpraktijken. Groepspraktijk Huizen Door Cliënten Bekeken voor Huisartsenpraktijken Rapportage voor: Groepspraktijk Huizen Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer ARGO Rijksuniversiteit Groningen BV www.argo-rug.nl INHOUDSOPGAVE HOOFDSTUK

Nadere informatie

Onderzoek naar de nazorg bij dikke darmkanker door de huisarts of de chirurg en het gebruik van een persoonlijke interactieve website (I CARE studie).

Onderzoek naar de nazorg bij dikke darmkanker door de huisarts of de chirurg en het gebruik van een persoonlijke interactieve website (I CARE studie). Onderzoek naar de nazorg bij dikke darmkanker door de huisarts of de chirurg en het gebruik van een persoonlijke interactieve website (I CARE studie). Verbetert de zorg na de behandeling van dikke darmkanker

Nadere informatie

In 2015 is NV schade opnieuw goed beoordeeld door werknemers en werkgevers

In 2015 is NV schade opnieuw goed beoordeeld door werknemers en werkgevers In 2015 is NV schade opnieuw goed beoordeeld door werknemers en werkgevers Samenvatting KTO NV schade 2015 31 maart 2016 Situatie en centrale vraagstelling Onderzoek naar de tevredenheid en loyaliteit

Nadere informatie

Onderzoek VUmc onder huisartsen Amsterdam 2013 Samenvatting en verbeteracties

Onderzoek VUmc onder huisartsen Amsterdam 2013 Samenvatting en verbeteracties Onderzoek VUmc onder huisartsen Amsterdam 2013 Samenvatting en verbeteracties In april en mei 2013 heeft de dienst communicatie van VUmc een kwantitatief onderzoek onder huisartsen en specialisten ouderengeneeskunde

Nadere informatie

EVALUATIEPEILING BURGERPANEL MOERDIJK

EVALUATIEPEILING BURGERPANEL MOERDIJK EVALUATIEPEILING BURGERPANEL MOERDIJK Gemeente Moerdijk Juli 2019 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Piet Heinkade 55 1019 GM Amsterdam 020-3084800 Rapportnummer 2019/101 Datum Juli 2019 Opdrachtgever

Nadere informatie

Evaluatie gebruik ketenrichtlijn geboortezorg asielzoekers

Evaluatie gebruik ketenrichtlijn geboortezorg asielzoekers Evaluatie gebruik ketenrichtlijn geboortezorg asielzoekers Colofon Dit verslag is een publicatie van de Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen (KNOV). 2018 Koninklijke Nederlandse Organisatie

Nadere informatie

Ervaringen Wmo. Cliëntervaringsonderzoek Berg en Dal 2017

Ervaringen Wmo. Cliëntervaringsonderzoek Berg en Dal 2017 Ervaringen Wmo Cliëntervaringsonderzoek Berg en Dal 2017 Inhoud 1. Achtergrond van het onderzoek... 2 2. Het regelen van ondersteuning... 4 3. Kwaliteit van de ondersteuning... 6 4. Vergelijking regio...

Nadere informatie

[ENQUETE COMMUNICATIE]

[ENQUETE COMMUNICATIE] 13 [ENQUETE COMMUNICATIE] Enquête communicatie Brederode Wonen Inleiding Brederode Wonen zet zich in voor optimale communicatie met haar huurders en goede informatievoorziening voor een ieder die daar

Nadere informatie

Bevindingen getroffenen en betrokkenen monstertruck-drama

Bevindingen getroffenen en betrokkenen monstertruck-drama Bevindingen getroffenen en betrokkenen monstertruck-drama Resultaten van drie belrondes onder getroffenen en betrokkenen van het monstertruckdrama op 28 september 2014 F.D.H. Koedijk, A. Kok Bevindingen

Nadere informatie

Zorgbarometer 7: Flexwerkers

Zorgbarometer 7: Flexwerkers Zorgbarometer 7: Flexwerkers Onderzoek naar de positie van flexwerkers in de zorg Uitgevoerd door D. Langeveld, MSc Den Dolder, mei 2012 Pagina 2 Het auteursrecht op dit rapport berust bij ADV Market Research

Nadere informatie