Gemeente Brasschaat Woonbeleidsplan

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Gemeente Brasschaat Woonbeleidsplan 2014-2019"

Transcriptie

1 Gemeente Brasschaat Woonbeleidsplan Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan - 1 -

2 Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan - 2 -

3 INHOUDSTAFEL Inhoudstafel... 3 Overzicht tabellen en grafieken... 6 Inleiding... 8 DEEL 1: HUISVESTING IN BRASSCHAAT: ANALYSE De bestaande toestand Demografisch profiel Bevolkingsevolutie Natuurlijke aangroei en migratiesaldo Vreemdelingen Leeftijdsstructuur Leeftijdsstructuur in Evolutie Bevolkingsratio s Gezinnen Prognose Bevolkingsevolutie Leeftijdsopbouw Gemiddelde gezinsgrootte Besluit Socio-economische aspecten Inkomens Werkzaamheids-, werkloosheids- en activiteitsgraad Doorstromingscoëfficiënt Leefloongerechtigden Woningmarktgegevens Woningenbestand Aantal woningen en woongelegenheden Type van de woningen Ouderdom van de woningen Comfort Verleende vergunningen Betaalbaarheid: prijzen van woningen en evolutie Ongeschikt- en onbewoonbaarverklaring Tweede verblijven Profiel van de bewoner: eigenaar versus huurder Wonen en welzijn Wonen voor ouderen Programmatiecijfers Behoeftenonderzoek seniorenhuisvesting Besluit Sociale huisvesting Bindend sociaal objectief Nulmeting Sociale huurwoningen Sociale koopwoningen en kavels Overzicht sociaal objectief Bestaand sociaal woningpatrimonium Ligging Sociale koopwoningen Sociale kavels Sociale huurwoningen Aandeel sociale woningen t.o.v. totaal aantal woningen Wachtlijsten Sociale koopwoningen Sociale huurwoningen Analyse van het woonaanbod Analyse van het theoretisch woonaanbod Juridisch aanbod aan bouwpercelen Juridisch aanbod in binnengebied Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan - 3 -

4 Samenvatting Woonbehoefte in herziening RSPA Taakstelling RSPA Confrontatie sociaal objectief met taakstelling RSPA Reëel aanbod aan bouwpercelen Realisatiegraad verkavelingen Realisatiegraad kavels buiten verkavelingen Toepassing realisatiegraden Berekening van het reëel aanbod Behoefte aan bijkomende woongelegenheden Confrontatie van behoefte en aanbod Principes voor de confrontatie van behoefte en aanbod Confrontatie van behoefte en aanbod in Brasschaat Beleidsopties Sociaal en betaalbaar wonen Woongebied Woonuitbreidingsgebied Premies en financiële tegemoetkomingen De federale overheid Vlaanderen Sociale lening Verbeterings- en aanpassingspremie Vlaamse verbeteringspremie Vlaamse aanpassingspremie voor senioren Renovatiepremie De tegemoetkoming in de huurprijs (huursubsidie) Vlaams agentschap voor personen met een handicap (VAPH) Provincie Antwerpen Advies voor toegankelijkheid woning Gemeente Brasschaat Aanvullende aanpassingspremie Duurzaamheid en milieu Eandis Lokale actoren actief in huisvesting Publieke actoren Gemeentebestuur OCMW Sociale huisvestingsmaatschappij De Voorkempen SVK Het SaS Arro IVLW Noord Igean Autonoom gemeentebedrijf CDSCA Initiatieven voor de opvang van woonbehoeftige doelgroepen Diensten- en begeleidingscentrum Openluchtopvoeding vzw Kinderen en jongeren Volwassenen Rotonde Woonbegeleiding Buurthuis op maat De Vrije Vlinder De Sprong Privé-actoren Aanverwante beleidsdomeinen Ruimtelijke ordening Ruimtelijk structuurplan Vlaanderen Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Antwerpen Bebouwd perifeer landschap Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Brasschaat Algemeen Bestaande nederzettingenstructuur van de gemeente Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan - 4 -

5 Bestaande nederzettingenstructuur per deelruimte Ontwikkelingsperspectieven en acties Beleidsplan Brasschaat, een nieuwe dynamiek Stedenbouwkundige instrumenten BPA s en RUP s Verkavelingen Stedenbouwkundige verordening Recht van voorkoop Grond- en pandenbeleid Algemeen Bescheiden last Gemeentelijk verordening bescheiden wonen Activeringsplicht Woonuitbreidingsgebieden Andere beleidsplannen gerelateerd aan wonen De beleids- en beheerscyclus en de meerjarenplanning Algemeen Doelstellingen rond woonbeleid Doelstellingen rond lokaal sociaal beleid/welzijnsbeleid Mobiliteitsbeleid Rijdend verkeer Stilstaand verkeer (parkeren en stallen) Sociale woningbouwprojecten projecten met meervoudig grondgebruik Conclusie: SWOT DEEL 2: HUISVESTING IN BRASSCHAAT: DOELSTELLINGEN EN ACTIEPLAN Strategische doelstellingen SD 1. Krachtdadig aanpakken van leegstand en verkrotting SD 2. Realiseren van een betaalbaar en kwalitatief woonaanbod voor jonge gezinnen SD 3. Ouderen ondersteunen zodat zij langer zelfstandig in hun eigen thuisomgeving kunnen blijven wonen en de kwaliteit van leven behouden SD 4. Realisatie van sociale woningen volgens de opgelegde norm uit het Grond- en Pandendecreet (het bindend sociaal objectief) SD 5. Brasschaat handelt proactief binnen het domein van de maatschappelijke dienstverlening SD 6: Aangepaste woonvormen realiseren voor personen met een handicap Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan - 5 -

6 OVERZICHT TABELLEN EN GRAFIEKEN Tabel 1: Evolutie van het bevolkingsaantal in de periode , bevolking op 1 januari Tabel 2: Natuurlijke en migratoire groei in de periode Tabel 3: Natuurlijke en migratoire groei IVLW Noord in de periode , gemiddelde per jaar 12 Tabel 4: Evolutie van het aandeel vreemdelingen in de periode (%) Tabel 5: Evolutie van het aandeel vreemdelingen, EG-vreemdelingen en Nederlanders t.o.v. de totale bevolking in Brasschaat, in de periode (%) Tabel 6: Leeftijdsgroepen IVLW Noord en externe omgeving in Tabel 7: Bevolkingsratio s in de periode Tabel 8: Gemiddelde gezinsgrootte Tabel 9: Evolutie van de gezinssamenstelling in Brasschaat voor de periode Tabel 10: Gezinssamenstelling in 2009; aandeel naar aantal personen per gezin (%) Tabel 11: Gezinshoofden in Tabel 12: Leeftijdsopbouw in Brasschaat: 2008 en 2012 versus 2020 (%) Tabel 13: Aantal belastingaangiften en gemiddeld inkomen per aangifte en per inwoner Tabel 14: Werkloosheids-, werkzaamheids- en activiteitsgraad (%) Tabel 15: Doorstromingscoëfficiënt in de periode (%) Tabel 16: Aantal leefloongerechtigden in de periode Tabel 17: Aandeel woongelegenheden in een- en meergezinswoningen in 2000, 2008 en Tabel 18: Aantal woningen en woongelegenheden naar bebouwingsvorm in Tabel 19: Aantal woningen naar bebouwingsvorm in 2012 vergelijking IVLW Noord-gemeenten, arrondissement, provincie en Vlaams Gewest Tabel 20: Aantal bewoonde woningen naar oppervlakte in Tabel 21: Ouderdom van de woningen in 2001 (%) Tabel 22: Kwaliteit van de woningen in 2001 (%) Tabel 23: Afgeleverde vergunningen voor een- en meergezinswoningen Tabel 24: Evolutie gem. verkoopprijs vastgoed en bouwgronden in de periode Tabel 25: Aantal transacties van vastgoed in de periode Tabel 26: Eigendomstitel van de woningen in Tabel 27: Bestaand woonaanbod voor ouderen Tabel 28: Evolutie van het aantal plaatsen in rusthuizen, serviceflats, centra voor kortverblijf en dagverzorgingscentra in de periode Tabel 29: Nulmeting gemeente Brasschaat (31/12/2007) Tabel 30: Overzicht sociaal objectief Tabel 31: Overzicht sociale koopwoningen Tabel 32: Evolutie aantal sociale huurwoningen Tabel 33: Bestaand patrimonium van SHM De Voorkempen bij de nulmeting en nadien Tabel 34: Gerealiseerde sociale huurwoningen sinds nulmeting Tabel 35: Woningen in beheer bij SVK Het Sas Tabel 36: Wachtlijst Arro Antwerpen en SHM De Voorkempen voor koopwoningen, Tabel 37: Wachtlijst SHM en SVK per type woning Tabel 38: Algemeen overzicht van kandidaat-huurders per leeftijdscategorie die op de wachtlijst staan voor een woning in Brasschaat Tabel 39: Theoretisch beschikbaar aanbod aan onbebouwde percelen in Tabel 40: Juridisch aanbod in binnengebieden Tabel 41: Juridisch beschikbaar aanbod aan onbebouwde percelen in Tabel 42: Confrontatie BSO met taakstelling RSPA in de periode tot Tabel 43: Reëel aanbod aan bijkomende percelen en woningen Tabel 44: Confrontatie van behoefte en aanbod in Brasschaat Tabel 45: Verbeteringspremies Tabel 46: Verloop huursubsidie Tabel 47: Overzicht van de uitgereikte premies Tabel 48: Overzicht realisatie BSO Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan - 6 -

7 Figuur 1: Natuurlijke en migratoire groei in de periode Figuur 2: Herkomst vreemdelingen in Brasschaat in het jaar Figuur 3: Leeftijdsstructuur in Figuur 4: Bevolkingspiramide Figuur 5: Leeftijd 0 tot 19 jaar, evolutie periode Figuur 6: Leeftijd 20 tot 34 jaar, evolutie periode Figuur 7: Leeftijd 35 tot 49 jaar, evolutie periode Figuur 8: Leeftijd 50 tot 64 jaar, evolutie periode Figuur 9: Leeftijd 65 tot 74 jaar, evolutie periode Figuur 10: Leeftijd +75 jaar, evolutie periode Figuur 11: Evolutie van de gemiddelde gezinssamenstelling in Brasschaat Figuur 12: Prognose bevolkingsevolutie Brasschaat Figuur 13: Bevolkingspiramide in Figuur 14: Evolutie van de lonen in Brasschaat in de periode Figuur 15: Aantal leefloners in Brasschaat per leeftijdsgroep (%) Figuur 16: Leefloners in Brasschaat naar geslacht Figuur 17: Gemeente Brasschaat: indeling bewoonde woningen naar oppervlakte in Figuur 18: Ouderdom van de woningen in Figuur 19: Comfort van de woningen in Brasschaat in Figuur 20: Verleende vergunningen Figuur 21: Gemiddelde verkoopprijs voor een gewoon woonhuis per gemeente, in 2012, in euro Figuur 22: Evolutie van de gemiddelde verkoopprijs van vastgoed in Brasschaat Figuur 23: Evolutie van de gemiddelde verkoopprijs van bouwgrond in Brasschaat Figuur 24: Aantal transacties van vastgoed in Brasschaat in de periode Figuur 25: procedure tot opname in het leegstandsregister Figuur 26: Bestaand en gepland woonaanbod voor ouderen Figuur 27: Ligging bestaande sociale woningen Figuur 28: Woonuitbreidingsgebied Neervelden Figuur 29: Woonuitbreidingsgebied Neervelden - watertoets Figuur 30: Woonuitbreidingsgebied Het Leeg-Rietbeemden Figuur 31: Woonuitbreidingsgebied Het Leeg-Rietbeemden - watertoets Figuur 32: RUP Verbod meergezinswoningen Figuur 33: Het Leeg - Rietbeemden: verkoop gronden Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan - 7 -

8 INLEIDING Iedereen heeft recht op wonen. Daartoe moet de beschikking over een aangepaste woning, van goede kwaliteit, in een behoorlijke woonomgeving, tegen een betaalbare prijs en met woonzekerheid worden bevorderd. (artikel 3 uit de Vlaamse wooncode) Menswaardig wonen is een belangrijke voorwaarde om te kunnen participeren aan het maatschappelijk leven en is daarmee één van de pijlers van welvaart en welzijn. Wonen is meer dan alleen maar een woonst hebben. Beleidskeuzes op het vlak van wonen en woonomgeving hebben dan ook een belangrijke invloed op deze en de volgende generaties. Om een duurzaam en doeltreffend woonbeleid te kunnen voeren, is er dan ook nood aan een duidelijke langetermijnvisie, die rekening houdt met alle facetten van wonen. Deze langetermijnvisie krijgt haar neerslag in een gefundeerd woonbeleidsplan, gebaseerd op gedegen onderzoek en gericht op het voeren van een coherent en geïntegreerd beleid. Het lokale bestuursniveau is een belangrijke actor om dit ideaal waar te maken. Het Decreet Grond- en Pandenbeleid en de Vlaamse wooncode stellen de gemeente aan als regisseur van het lokaal woonbeleid en coördinator van alle huisvestingsinitiatieven op haar grondgebied. Dit woonbeleidsplan schept een kader en geeft de krachtlijnen en keuzen voor het lokaal woonbeleid voor Brasschaat weer. Bart Brughmans Schepen woonbeleid, lokaal sociaal beleid en financiën Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan - 8 -

9 DEEL 1: HUISVESTING IN BRASSCHAAT: ANALYSE Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan - 9 -

10 1. DE BESTAANDE TOESTAND 1.1. Demografisch profiel Bevolkingsevolutie Tabel 1: Evolutie van het bevolkingsaantal in de periode , bevolking op 1 januari 1 absoluut Brasschaat Brecht Essen Kalmthout Kapellen Schoten Stabroek Wijnegem Wuustwezel Arr. A pen Prov. A pen Vl. Gewest relatief Brasschaat 100% 99,6% 99,4% 100,1% 100,4% 100,4% Brecht 100% 108,3% 109,2% 110,0% 110,8% 111,2% Essen 100% 106,1% 107,5% 108,5% 109,2% 110,2% Kalmthout 100% 101,8% 101,9% 102,7% 104,0% 105,0% Kapellen 100% 102,2% 102,4% 102,9% 103,0% 103,4% Schoten 100% 101,6% 101,6% 101,9% 102,6% 103,2% Stabroek 100% 103,5% 104,0% 104,8% 104,8% 105,2% Wijnegem 100% 102,6% 103,6% 103,7% 104,4% 104,4% Wuustwezel 100% 107,3% 108,3% 109,5% 110,4% 111,4% Arr. A pen 100% 104,0% 104,9% 105,7% 107,1% 108,4% Prov. A pen 100% 104,4% 105,3% 106,1% 107,3% 108,4% Vl. Gewest 100% 103,7% 104,5% 105,2% 106,2% 106,9% Uit bovenstaande gegevens blijkt dat het bevolkingsaantal in Brasschaat in de periode nagenoeg constant bleef. Uit de vergelijking van 2012 blijkt dat Brasschaat de laagste bevolkingsaangroei heeft ten aanzien van de andere IVLW Noord-gemeenten en ten aanzien van het arrondissement Antwerpen, de Provincie Antwerpen en het Vlaams Gewest. In buurgemeenten Brecht en Wuustwezel groeide de bevolking het sterkst aan. Kapellen en Schoten kenden een eerder lage bevolkingsgroei. Vanaf 2010 is het bevolkingsaantal terug gestegen. Begin 2009 telde Brasschaat inwoners, begin 2011 waren dat er : een stijging van ongeveer 1%. Deels is deze stijging te danken aan de gevolgen van de strengere controle op leegstand. In 2013 telde Brasschaat een totaal aantal inwoners van bron: dienst bevolking gemeente Brasschaat Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

11 Natuurlijke aangroei en migratiesaldo Figuur 1: Natuurlijke en migratoire groei in de periode natuurlijke aangroei aantal geboorten aantal sterfgevallen - intern migratiesaldo interne immigratie interne emigratie - extern migratiesaldo externe immigratie externe emigratie Tabel 2: Natuurlijke en migratoire groei in de periode periode natuurlijke intern extern aangroei migratiesaldo migratiesaldo totaal periode (gemiddelde per jaar) -25,92-27,67 66,25 12,67 Sinds 2002 heeft Brasschaat een negatieve natuurlijke aangroei, wat duidt op minder geboortes ten opzichte van het aantal sterfgevallen. De gemiddelde natuurlijke aangroei per jaar in de periode bedraagt -25,92. In 2013 bedraagt de natuurlijke groei Het intern migratiesaldo - het verschil van de interne in- en uitwijkingen (binnen het land) - was negatief van 2002 tot en met 2008, met uitzondering van het jaar 2005 waar een positief saldo van 84 werd geregistreerd. Vanaf 2009 is het intern migratiesaldo positief. Deze omwenteling is vermoedelijk mee te danken aan de strengere controles op leegstand. Waar tijdens controles bewoners worden aangetroffen, worden deze aangemaand zich in te schrijven in het bevolkingsregister. Deze aanpak heeft op veel adressen (42 adressen in 2010 en 31 adressen in 2011) al bijkomende inschrijvingen opgeleverd, samen goed voor 179 inwoners. Ook in 2013 is het intern migratiesaldo met 309 positief. 2 bron: dienst bevolking gemeente Brasschaat (gegevens 2013) 3 bron: dienst bevolking gemeente Brasschaat (gegevens 2013) Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

12 Het gemiddelde interne migratiesaldo in de periode bedraagt voor Brasschaat -27,67. Er weken dus gemiddeld meer personen uit naar andere gemeenten in het land dan dat er zich personen uit het eigen land in Brasschaat kwamen vestigen. In Onderzoek naar woontendensen en -behoeften binnen de provincie Antwerpen wordt dit negatief intern migratiesaldo toegeschreven aan de uitwijking van jonge volwassenen naar voornamelijk Antwerpen en andere steden zoals Brussel, Gent en Leuven (mensen die blijven plakken na de studies). Uit dit document blijkt eveneens de sterke uitwisseling van bevolking tussen de stad Antwerpen en Brasschaat. 4 Het extern migratiesaldo is over de gehele periode positief op 2009 na, met een gemiddelde van 66,25 per jaar. Dit betekent dat er zich meer mensen vanuit het buitenland in de gemeente kwamen vestigen dan dat er vanuit de gemeente uitgeweken werd naar het buitenland. Het betreft voornamelijk inwijkelingen vanuit Nederland. Ondanks de negatieve natuurlijke aangroei is de totale bevolkingsaangroei over de periode gemiddeld toch positief, dankzij de positieve interne en externe migratiesaldo s. Tabel 3: Natuurlijke en migratoire groei IVLW Noord in de periode , gemiddelde per jaar 5 natuurlijke aangroei intern migratiesaldo extern migratiesaldo totaal Brasschaat -25,92-27,67 66,25 12,67 Brecht 33,08 136,75 36,75 206,58 Essen 27,08-45,83 134,08 115,33 Kalmthout 5,33 14,92 49,25 69,50 Kapellen -26,92 45,25 43,83 62,17 Schoten 15,75 7,33 64,08 87,17 Stabroek 43,33-14,17 5,08 34,25 Wijnegem -17,83 60,58 6,17 48,92 Wuustwezel 48,92 25,42 59,42 133,75 Arr. A pen 1.108, , , ,92 Prov. A pen 1.845,83-943, , ,42 Vl. Gewest 4.714, , , ,33 De gemiddelde bevolkingsaangroei van de IVLW Noord-gemeenten is positief in de periode Het gemiddelde extern migratiesaldo ligt doorgaans hoger dan het intern migratiesaldo. De gemeenten Brecht, Wijnegem en in mindere mate Kapellen vormen hierop een uitzondering. Enkel Brasschaat, Kapellen en Wijnegem hebben gemiddeld een negatieve natuurlijke aangroei. In vergelijking met de andere IVLW Noord-gemeenten heeft Brasschaat een lage gemiddelde bevolkingsaangroei. 4 bron: Onderzoek naar woontendensen en -behoeften binnen de provincie Antwerpen - eindrapport februari 2010 (dienst ruimtelijke planning provincie Antwerpen) Actualisatie woonbehoeftestudie Igean, juni bron: Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

13 Vreemdelingen Tabel 4: Evolutie van het aandeel vreemdelingen in de periode (%) 6 totaal EU-vreemdelingen Brasschaat 7,2 7,5 7,7 8,0 8,7 5,9 6,1 6,3 6,4 - Brecht 3,1 3,4 4,1 4,2 4,6 2,8 3,0 3,6 3,8 - Essen 14,2 15,6 16,6 18,2 19,8 13,7 15,0 15,9 17,6 - Kalmthout 9,3 9,8 10,3 10,8 10,9 8,8 9,1 9,6 10,2 - Kapellen 7,7 8,1 8,3 8,5 8,7 6,9 7,2 7,4 7,8 - Schoten 4,6 4,8 5,1 5,4 5,7 3,6 3,7 3,9 4,0 - Stabroek 2,8 2,7 3,0 3,1 3,3 2,3 2,3 2,5 2,6 - Wijnegem 2,4 2,1 2,4 2,6 3,2 1,5 1,5 1,8 2,0 - Wuustwezel 4,8 5,4 5,7 6,1 6,8 4,4 4,9 5,1 5,6 - Arr. A pen 8,1 7,7 8,2 9,2 10,4 3,6 3,7 3,9 4,7 - Prov. A pen 6,2 6,1 6,5 7,2 8,2 3,1 3,3 3,5 4,1 - Vl. Gewest 4,7 4,7 4,9 5,4 6,1 2,8 2,9 3,0 3,4 - Uit bovenstaande tabel blijkt dat Brasschaat, samen met Kapellen, een relatief hoog aandeel vreemdelingen heeft ten aanzien van de buurgemeenten Brecht, Schoten en Wuustwezel. De gemeenten Essen en Kalmthout hebben nog een groter aandeel vreemdelingen. Zowel voor Brasschaat als voor de andere IVLW Noord-gemeenten geldt dat het merendeel van deze vreemdelingen afkomstig is uit Europa. Er kan worden aangenomen dat het vooral Nederlanders betreft. Voor het arrondissement en de provincie bedraagt het aandeel vreemdelingen uit Europa ongeveer de helft van het totaal aantal vreemdelingen. Wellicht heeft het hogere aantal niet- Europeanen in de steden een invloed op dit cijfer. Tabel 5: Evolutie van het aandeel vreemdelingen, EG-vreemdelingen en Nederlanders t.o.v. de totale bevolking in Brasschaat, in de periode (%) 7 totaal % vreemdelingen % EU-vreemdelingen % Nederlanders ,10% 6,02% 4,38% ,40% 6,23% 4,49% ,65% 6,38% 4,67% ,75% 6,49% 4,64% ,35% 6,62% 4,83% ,68% 6,94% 5,06% ,19% 7,11% 5,05% Uit bovenstaande tabel kunnen we afleiden dat meer dan de helft van de vreemdelingen in Brasschaat van Nederland afkomstig zijn. Tussen 2010 en 2012 bleef het aandeel Nederlanders constant. Ook in 2013 werd deze trend voorgezet met 5,04%. Figuur 2: Herkomst vreemdelingen in Brasschaat in het jaar bron: Gemeentelijk woondossier, Provincie Antwerpen 7 bron: dienst bevolking gemeente Brasschaat 8 bron: dienst bevolking gemeente Brasschaat Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

14 Leeftijdsstructuur Leeftijdsstructuur in 2012 Figuur 3: Leeftijdsstructuur in Uit bovenstaande grafiek kan worden afgeleid dat Brasschaat een verouderende bevolking heeft, met ten aanzien van het arrondissement Antwerpen, de provincie Antwerpen en het Vlaams Gewest een hoger aandeel 50-plussers en een lager aandeel in de groep 0- tot 19- en 20- tot 34-jarigen. Tabel 6: Leeftijdsgroepen IVLW Noord en externe omgeving in jaar jaar jaar jaar jaar 75+ Brasschaat 20,67% 16,09% 20,02% 22,31% 10,45% 10,47% Brecht 22,44% 17,09% 22,90% 21,67% 9,00% 6,91% Essen 23,62% 17,60% 21,53% 21,02% 8,95% 7,27% Kalmthout 23,14% 16,77% 20,54% 20,96% 9,97% 8,62% Kapellen 21,04% 15,64% 20,55% 21,19% 11,23% 10,36% Schoten 21,60% 16,98% 20,60% 20,46% 10,07% 10,29% Stabroek 22,38% 18,94% 21,88% 22,21% 8,54% 6,07% Wijnegem 20,24% 16,46% 20,84% 21,29% 9,36% 11,81% Wuustwezel 24,01% 18,57% 21,98% 21,05% 8,04% 6,36% Arr. Antwerpen 22,78% 19,61% 20,51% 18,96% 8,91% 9,23% Prov. Antwerpen 22,29% 18,99% 21,03% 19,66% 9,05% 8,98% Vlaams Gewest 21,85% 18,40% 21,15% 20,01% 9,33% 9,25% Brasschaat heeft ten opzichte van de andere IVLW Noord-gemeenten, het arrondissement en de provincie het op één na laagste aandeel in de leeftijdsgroep 0-19 jarigen. Enkel Wijnegem telt minder 0- tot 19-jarigen. Ook het aandeel jarigen is laag ten opzichte van de omgeving. Enkel Kapellen scoort lager. Voor de bevolkingsgroep jarigen scoort Brasschaat het laagst, gevolgd door Kapellen en Schoten. De bevolkingsgroep jarigen is in Brasschaat het sterkst vertegenwoordigd. Brasschaat heeft in deze leeftijdsgroep ook het hoogste aandeel in vergelijking met de IVLW Noord-gemeenten, het arrondissement, de provincie en het Vlaams Gewest. 9 bron: dienst bevolking gemeente Brasschaat (gegevens 2013) 10 bron: Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

15 In de leeftijdsgroepen jarigen en 75-plussers hebben Brasschaat, Kapellen en Schoten een relatief hoog aandeel ten opzichte van de overige IVLW Noord-gemeenten, het arrondissement, de provincie en het Vlaams Gewest. Enkel Wijnegem heeft een groter aandeel 75-plussers. Figuur 4: Bevolkingspiramide Uit een vergelijking tussen Brasschaat en het arrondissement Antwerpen naar leeftijdsgroepen en geslacht kunnen volgende conclusies getrokken worden: In 2008 was de bevolkingsgroep jarigen, zowel voor mannen als voor vrouwen, sterker vertegenwoordigd in Brasschaat dan in het arrondissement Antwerpen. 12 In 2012 is dit verschoven naar de groep jarigen. Ook in 2013 stellen we vast dat dit gegeven zich verder zet. Het aandeel 50-plussers ten opzichte van de totale bevolking bedraagt 44,49%. Voor de 85-plussers zijn de percentages in Brasschaat en het arrondissement vergelijkbaar voor beide geslachten. Bij de 80-plussers is het percentage mannen in Brasschaat groter dan dat van het arrondissement. Zowel voor Brasschaat als het arrondissement geldt dat de vrouwelijke bevolking in deze leeftijdscategorie sterker vertegenwoordigd is. Duidelijke verschillen tussen Brasschaat en het arrondissement zijn te vinden in de leeftijdsgroepen 0-9 jarigen en jarigen, met een significant lager aandeel in Brasschaat voor beide seksen. 11 bron: 12 bron: woonbeleidsplan gemeente Brasschaat, december 2011 Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

16 Evolutie 13 Figuur 5: Leeftijd 0 tot 19 jaar, evolutie periode In de woonbehoeftenstudie van 1998 en tot 2002 lag het percentage jongeren (0 tot 19 jaar) in Brasschaat nog hoger dan dat van het arrondissement en de provincie. 14 De laatste jaren is echter een tegengestelde evolutie merkbaar, en sinds 2006 is het aandeel jongeren in Brasschaat kleiner dan dat van de externe omgeving. Figuur 6: Leeftijd 20 tot 34 jaar, evolutie periode Het aandeel jongvolwassenen (20 tot 34 jaar) is in Brasschaat beduidend minder dan in het arrondissement, de provincie en het Vlaams Gewest. Figuur 7: Leeftijd 35 tot 49 jaar, evolutie periode Het percentage inwoners van 35 tot 49 jaar is overal gedaald. In Brasschaat heeft deze daling zich sterker doorgezet dan in de externe omgeving. 13 bron: 14 bron: actualisatie woonbehoeftestudie Igean, juni 2011 Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

17 Figuur 8: Leeftijd 50 tot 64 jaar, evolutie periode Het aandeel inwoners in de leeftijdsgroep jarigen is de afgelopen jaren sterk toegenomen: van 17,76% in 2000 naar 22,31% in 2012 en 22,64% in Figuur 9: Leeftijd 65 tot 74 jaar, evolutie periode Ten opzichte van het arrondissement, de provincie en het Vlaams Gewest telt Brasschaat een relatief hoger aandeel jarigen. Figuur 10: Leeftijd +75 jaar, evolutie periode Het percentage inwoners ouder dan 75 jaar is de afgelopen tien jaar overal gestegen. In Brasschaat is deze leeftijdsgroep sterker toegenomen dan in de externe omgeving. 15 bron: dienst bevolking gemeente Brasschaat Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

18 Bevolkingsratio s Tabel 7: Bevolkingsratio s in de periode familiale zorgindex (%) afhankelijkheidsratio (%) Brasschaat 24,26 32,81 34,88 38,29 67,26 68,37 69,57 71,21 Brecht 16,77 21,57 22,64 23,36 63,48 62,14 62,31 62,20 Essen 23,24 26,02 25,98 27,76 66,43 64,80 64,82 66,24 Kalmthout 26,80 33,18 33,19 34,75 68,28 69,48 70,64 71,62 Kapellen 28,40 38,30 40,52 42,14 67,97 72,11 73,77 74,29 Schoten 25,46 35,85 38,28 40,22 69,55 71,68 72,43 72,28 Stabroek 15,79 18,52 19,79 22,04 53,80 54,21 56,10 58,68 Wijnegem 46,62 45,84 46,86 43,81 75,91 70,85 71,65 70,68 Wuustwezel 21,70 20,47 21,75 22,87 64,81 61,14 61,59 62,35 Arr. A'pen 32,39 38,94 39,83 40,95 69,49 68,66 69,00 69,27 Prov. A'pen 29,81 35,36 36,31 37,60 66,91 66,50 67,01 67,55 Vl. Gewest 28,65 34,79 36,20 38,06 66,06 66,48 67,14 67,87 grijze druk (%) groene druk (%) interne vergrijzing (%) Brasschaat 26,81 32,24 34,05 35,81 40,45 36,13 35,52 35,39 18,61 25,63 26,82 28,90 Brecht 19,46 22,85 24,32 25,80 44,02 39,29 37,99 36,40 16,61 21,02 22,30 23,27 Essen 21,65 24,53 25,19 26,97 44,79 40,27 39,63 39,27 21,70 24,54 24,04 25,24 Kalmthout 25,90 29,01 30,37 31,91 42,37 40,46 40,27 39,71 22,51 27,09 26,87 27,63 Kapellen 28,80 33,98 36,11 37,61 39,17 38,13 37,66 36,68 22,56 27,00 27,68 28,99 Schoten 30,08 33,08 34,51 35,08 39,47 38,60 37,93 37,21 17,34 25,37 27,04 28,79 Stabroek 16,93 19,79 21,19 23,17 36,87 34,42 34,91 35,50 18,55 22,93 22,84 23,21 Wijnegem 35,47 34,90 35,54 36,13 40,44 35,95 36,11 34,55 24,11 30,63 32,90 33,07 Wuustwezel 18,91 21,38 22,36 23,37 45,90 39,76 39,23 38,98 19,91 21,37 23,32 24,34 Arr. A'pen 30,19 30,39 30,55 30,70 39,30 38,27 38,45 38,57 21,59 28,05 29,08 30,28 Prov. A'pen 28,22 29,28 29,68 30,20 38,69 37,22 37,33 37,35 20,90 26,74 27,81 29,04 Vl. Gewest 27,78 29,73 30,34 31,19 38,28 36,75 36,80 36,68 20,31 26,26 27,42 28,80 - Familiale zorgindex bevolking 80+ ten opzichte van de bevolking jaar - Afhankelijkheidsratio bevolking 0-19 jaar en 65+ ten opzichte van de bevolking jaar - Grijze druk bevolking 65+ ten opzichte van de bevolking jaar - Groene druk bevolking 0-19 jaar ten opzichte van de bevolking jaar - Interne vergrijzing bevolking 80+ ten opzichte van bevolking 65+ De familiale zorgindex is in het arrondissement, de provincie en in alle IVLW Noord-gemeenten met uitzondering van Wijnegem toegenomen in de periode De sterkste stijgingen zijn waar te nemen in de gemeenten Brasschaat, Kapellen en Schoten. De afhankelijkheidsratio nam eveneens toe in de meeste IVLW Noord-gemeenten, de provincie en het Vlaams Gewest. In de gemeenten Brecht, Essen Wijnegem en Wuustwezel daalde de ratio. In alle gemeenten, het arrondissement en de provincie nam de grijze druk toe, met een sterke stijging in Brasschaat en Kapellen. De groene druk bleef min of meer gelijk in het arrondissement Antwerpen, maar daalde in alle IVLW Noord-gemeenten, de provincie en het Vlaams Gewest. Brasschaat heeft, op Wijnegem na, de laagste groene druk ten opzichte van de andere IVLW Noord-gemeenten, het arrondissement en de provincie. In alle onderzochte gebieden neemt de interne vergrijzing toe. In Brasschaat en Schoten neemt de interne vergrijzing het sterkst toe in de periode De interne vergrijzing in het arrondissement, de provincie en het Vlaams Gewest kent eveneens een relatief grote stijging. 16 bron: Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

19 Gezinnen Tabel 8: Gemiddelde gezinsgrootte 17 aantal personen in particuliere huishoudens totaal aantal private huishoudens gemiddelde gezinsgrootte Brasschaat ,51 2,39 2,36 Brecht ,73 2,59 2,55 Essen ,69 2,56 2,52 Kalmthout ,71 2,56 2,54 Kapellen ,52 2,43 2,41 Schoten ,45 2,39 2,37 Stabroek ,58 2,44 2,41 Wijnegem ,47 2,37 2,35 Wuustwezel ,76 2,62 2,58 Arr. A'pen ,28 2,25 2,27 Prov. A'pen ,38 2,32 2,32 Vl. Gewest ,45 2,36 2,35 Figuur 11: Evolutie van de gemiddelde gezinssamenstelling in Brasschaat Hoewel de gemiddelde gezinsgrootte in de gemeente Brasschaat in de periode is gedaald (van gemiddeld 2,51 in 2000 naar 2,36 in 2009) 18, blijft deze groter dan in het arrondissement en de provincie Antwerpen en is deze vergelijkbaar met de gemiddelde gezinsgrootte van het Vlaams Gewest. In 2010 en 2011 bleef de gemiddelde gezinsgrootte in Brasschaat nagenoeg onveranderd. Tabel 9: Evolutie van de gezinssamenstelling in Brasschaat voor de periode p. 2p. 3p. 4p. 5p. 6p. 7p. 8+ p % 102,1% 104,2% 105,3% 108,3% 109,5% 110,2% 111,8% 113,9% 119,9% % 102,5% 103,6% 105,3% 105,8% 107,0% 107,6% 110,2% 111,7% 110,8% % 99,5% 98,6% 97,8% 97,5% 98,9% 99,8% 99,1% 99,2% 99,3% % 99,4% 101,0% 99,7% 98,9% 95,2% 94,1% 93,2% 90,8% 89,1% % 96,5% 94,5% 91,6% 90,0% 91,8% 92,3% 89,1% 89,8% 87,1% % 99,6% 93,0% 97,4% 94,3% 96,1% 99,6% 92,5% 94,7% 92,5% % 100% 102,1% 89,6% 83,3% 87,5% 77,1% 70,8% 70,8% 72,9% % 80,0% 80,0% 90,0% 110,0% 100,0% 100,0% 80,0% 90,0% 75,0% Tot bron: 18 bron: woonbeleidsplan gemeente Brasschaat, december bron: Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

20 Het aantal eenpersoonshuishoudens is in de periode het sterkst toegenomen (namelijk met bijna 20%). De tweepersoonshuishoudens, die in Brasschaat de grootste groep vormen, groeiden aan met 10,8%. Het aantal huishoudens met drie personen bleef in de periode nagenoeg constant. Het aantal huishoudens met meer dan drie personen daalde over het algemeen. In totaal steeg het aantal huishoudens in Brasschaat met 5,8% over de periode Tabel 10: Gezinssamenstelling in 2009; aandeel naar aantal personen per gezin (%) 20 1-pers 2-pers 3-pers 4-pers 5-pers > 5-pers Brasschaat 28,89% 35,46% 15,37% 13,46% 5,13% 1,69% Brecht 21,03% 36,95% 16,72% 17,28% 5,92% 2,09% Essen 23,32% 35,41% 15,99% 17,07% 6,23% 1,98% Kalmthout 23,47% 35,92% 15,04% 16,48% 6,83% 2,26% Kapellen 26,28% 36,77% 15,08% 15,30% 4,96% 1,61% Schoten 27,77% 36,36% 14,91% 14,27% 5,05% 1,65% Stabroek 24,32% 37,12% 18,50% 14,63% 4,09% 1,35% Wijnegem 28,25% 36,40% 15,32% 13,86% 4,63% 1,54% Wuustwezel 22,29% 34,13% 16,98% 17,85% 6,78% 1,96% Arr. A'pen 36,12% 32,07% 13,34% 11,46% 4,51% 2,49% Prov. A'pen 32,28% 33,51% 14,58% 12,78% 4,62% 2,23% Vl. Gewest 29,92% 34,24% 15,64% 13,64% 4,67% 1,89% Ten opzichte van de andere IVLW Noord-gemeenten hebben Brasschaat, Kapellen, Schoten en Wijnegem een relatief hoog aandeel eenpersoonshuishoudens. Het arrondissement Antwerpen heeft met 36,12% het hoogste aandeel alleenstaanden. Het aandeel tweepersoonsgezinnen is in alle IVLW Noord-gemeenten hoger dan de cijfers voor het arrondissement Antwerpen, de provincie Antwerpen en het Vlaams Gewest. Brecht, Stabroek en Wuustwezel hebben een relatief hoger aandeel 3-, 4- en 5-persoonsgezinnen. Het aandeel in de overige IVLW Noord-gemeenten is lager, maar nog steeds hoger dan de berekende percentages voor arrondissement en provincie. Het aandeel 3- en 4-persoonsgezinnen in Brasschaat is wel vergelijkbaar met dat in het Vlaams Gewest. Het arrondissement en de provincie hebben een groter aandeel aan huishoudens met meer dan 5 personen ten opzichte van de IVLW Noord-gemeenten. Brasschaat, Kapellen, Schoten, Stabroek en Wijnegem hebben relatief het laagste aandeel huishoudens met meer dan 5 personen. Tabel 11: Gezinshoofden in ongehuwd gehuwd Weduwe / gescheiden weduwnaar man vrouw man vrouw man vrouw man vrouw geen kinderen een kind twee kinderen drie kinderen en meer Uit de cijfers van de gezinshoofden in 2013 blijkt dat ook in 2013 het grootste aandeel gezinnen bestaat uit één- en tweepersoonsgezinnen zonder kinderen of met 1 kind. 20 bron: Gemeenten/1_Huishoudens_per_gemeente.xls 21 bron: dienst bevolking gemeente Brasschaat Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

21 Prognose De Studiedienst van de Vlaamse Regering maakte projecties op van de bevolking en huishoudens in de Vlaamse gemeenten voor de periode Bevolkingsevolutie Volgens de bevolkingsprognoses zal Brasschaat in inwoners hebben, een lichte stijging ten opzichte van het bevolkingsaantal in Onderstaande grafiek toont de evolutie van de bevolking in Brasschaat van 2009 tot 2030: Figuur 12: Prognose bevolkingsevolutie Brasschaat 22 Op voorgaande grafiek is een stijgende trend in de bevolkingsevolutie te zien tot circa 2017, met daarna een daling van het inwonersaantal tot In 2030 zal volgens de prognose het geschatte inwonersaantal bedragen, wat duidt op een lichte daling ten opzichte van de gemeten waarde in Zowel in de provincie Antwerpen als het arrondissement Antwerpen wordt een stijgende trend inzake bevolkingsaangroei verwacht. De prognose voor Brasschaat wijkt dus af van de algemene trend in de provincie en het arrondissement en behoort daarmee tot de 12% gemeenten waarvan de bevolkingsaangroei negatief is in de periode Leeftijdsopbouw Onderstaande tabel geeft een vergelijking van het procentuele aandeel van de bevolking in respectievelijk de leeftijdsgroepen 0-19 jarigen, jarigen en 65-plussers in 2008, 2012 en Tabel 12: Leeftijdsopbouw in Brasschaat: 2008 en 2012 versus 2020 (%) jaar jaar ,46% 59,39% 19,15% ,67% 58,41% 20,92% ,24% 56,11% 24,64% Hieruit blijkt de verdere vergrijzing en ontgroening van Brasschaat in de toekomst. Waar in 2008 de bevolkingsgroep 0-19 jarigen nog iets sterker vertegenwoordigd is dan de groep 65-plussers, wordt in 2020 een omgekeerde evolutie verwacht, met een duidelijke stijging van het aandeel 65-plussers. Deze trend is in 2012 reeds duidelijk merkbaar. 22 bron: gegevens Studiedienst Vlaamse Regering; actualisatie woonbehoeftestudie Igean, juni bron: gegevens Studiedienst Vlaamse Regering; Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

22 Figuur 13: Bevolkingspiramide in mannen vrouwen De grootste bevolkingsgroep situeert zich in 2020 in de leeftijdsgroep jarigen, de groep jarigen uit de bevolkingspiramide van De basis van de bevolkingspiramide is ten aanzien van 2012 versmald: het aandeel minderjarigen is bij beide geslachten gedaald ten opzichte van 2012 met uitzondering van de mannelijke groep 4 tot 10-jarigen, die lichtjes steeg.. De leeftijdsgroepen 0-4 jarigen en jarigen zullen in 2020 het minst vertegenwoordigd zijn in Brasschaat bij zowel mannen als vrouwen. Door de toenemende vergrijzing is de top van de bevolkingspiramide in 2020 aanzienlijk breder ten aanzien van de bevolkingspiramide in Gemiddelde gezinsgrootte De daling van de gemiddelde gezinsgrootte zal zich volgens de prognose in de toekomst verder zetten, als gevolg van een groeiend aantal 1- en 2-persoonshuishoudens en een verdere daling van het aantal huishoudens met meer dan 2 personen Aantal huishoudens Tussen 2007 en 2012 zal het aantal huishoudens volgens de prognose toenemen met 469, tussen 2007 en 2022 bedraagt de toename Huishoudensgrootte Wanneer de stijging van het aantal huishoudens ten opzichte van de huishoudensgrootte wordt geplaatst, dan stijgt zoals verwacht het aantal 1- en 2-persoonshuishoudens, terwijl het aantal huishoudens van 3 of meer personen verder afneemt bron: 25 bron: actualisatie woonbehoeftestudie Igean, juni 2011 Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

23 Besluit Uit deze analyse van demografische gegevens kunnen we een aantal vaststellingen doen die van belang zijn voor het woonbeleid van Brasschaat. Het bevolkingsaantal van de gemeente Brasschaat is in de periode licht gestegen. De daling voortkomend uit een negatief intern migratiesaldo en een negatieve natuurlijke aangroei wordt gecompenseerd door een positief extern migratiesaldo, voornamelijk door inwijkelingen vanuit Nederland. In 2009 werd deze trend voor het eerst doorbroken: het intern migratiesaldo is positief en er is een negatief extern migratiesaldo. Dit betekent enerzijds dat er meer mensen uit eigen land zich in Brasschaat vestigen dan andersom en anderzijds dat er meer mensen uit Brasschaat uitwijken naar het buitenland dan dat er in de gemeente komen wonen. De natuurlijke aangroei blijft echter wel negatief. Het effect van de strengere controles op leegstand uit zich in een sterke stijging van het intern en extern migratiesaldo in 2010 en Ten opzichte van de andere IVLW Noord-gemeenten, het arrondissement en de provincie, heeft Brasschaat een laag aantal 0-19 jarigen en een laag aandeel jarigen. De bevolkingsgroep jarigen is in Brasschaat het sterkst vertegenwoordigd. Hier scoort Brasschaat ook hoger dan de andere IVLW Noord-gemeenten. Brasschaat heeft een sterk verouderende bevolking: ruim 40% van de Brasschaatse bevolking is ouder dan vijftig jaar. Dit wordt veroorzaakt door: de negatieve natuurlijke aangroei sinds 2002; de uitwijking van jonge volwassen (die na de studententijd blijven hangen ) en jonge gezinnen, voornamelijk naar de stad Antwerpen; de inwijking vanuit Nederland en uit eigen land van bevolking op middelbare leeftijd en ouderen. In tegenstelling tot de in de voorbije jaren stagnerende bevolkingsaangroei, is het aantal huishoudens wel toegenomen. Dit is te wijten aan een stijging van het aantal één- en tweepersoonsgezinnen. Deze trend zet zich ook verder in een daling van de gemiddelde gezinsgrootte. Uit de verkregen gegevens valt echter niet af te leiden wie deze één- en tweepersoonsgezinnen eigenlijk zijn (echtscheidingen, jongeren, alleenstaande senioren, eenoudergezinnen met kind, koppels, senioren van wie de kinderen het huis uit zijn). In de prognose die de Vlaamse Studiedienst uitvoerde rond bevolkingsevolutie, wordt voornamelijk het verder zetten van de huidige trends voorspeld: een verdere vergrijzing van de bevolking, een daling van de gemiddelde gezinsgrootte en een toename van het aantal huishoudens. Ook verwacht Vlaanderen voor Brasschaat in de toekomst een lichte daling van het bevolkingsaantal. Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

24 1.2. Socio-economische aspecten Inkomens Tabel 13: Aantal belastingaangiften en gemiddeld inkomen per aangifte en per inwoner 26 totaal aantal aangiften gemiddeld totaal gemiddeld inkomen / aantal inkomen / inwoner aangiften aangifte gemiddeld inkomen / aangifte gemiddeld inkomen / inwoner evolutie Brasschaat % Brecht % Essen % Kalmthout % Kapellen % Schoten % Stabroek % Wijnegem % Wuustwezel % Arr. A pen % Prov. A pen % Vl. Gewest % In vergelijking met het arrondissement, de provincie en de andere IVLW Noord-gemeenten beschikken de inwoners van Brasschaat gemiddeld over een hoger inkomen. Enkel in Kapellen zijn de inkomens iets hoger. De lonen in Brasschaat zijn in de periode met 43% gestegen. Ten opzichte van de andere IVLW Noord-gemeenten ligt deze stijging net onder het gemiddelde. Figuur 14: Evolutie van de lonen in Brasschaat in de periode bron: 27 bron: Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

25 Werkzaamheids-, werkloosheids- en activiteitsgraad Tabel 14: Werkloosheids-, werkzaamheids- en activiteitsgraad (%) 28 Werkloosheidsgraad Werkzaamheidsgraad Activiteitsgraad Brasschaat 6,2 4,7 5,7 5,2 40,8 43,2 42,8 42,9 43,5 45,3 45,4 45,3 Brecht 5,1 4,5 5,5 5,3 44,6 46,9 47,0 47,2 47,1 49,1 49,8 49,8 Essen 5,8 4,4 5,5 5,6 38,4 42,2 42,4 43,0 40,8 44,2 44,9 45,6 Kalmthout 4,5 3,9 4,6 4,9 40,5 42,9 43,3 43,3 42,4 44,7 45,4 45,5 Kapellen 5,9 4,5 5,9 5,6 39,8 42,3 42,2 42,6 42,4 44,3 44,8 45,2 Schoten 6,7 5,7 6,7 6,8 41,1 43,0 43,1 43,1 44,1 45,6 46,2 46,3 Stabroek 5,6 4,5 5,9 5,4 47,6 49,4 48,4 47,8 50,5 51,7 51,4 50,5 Wijnegem 4,8 4,1 5,9 5,5 43,0 45,5 45,1 45,1 45,2 47,5 48,0 47,7 Wuustwezel 4,6 3,8 4,7 4,6 44,3 47,8 47,7 47,9 46,5 49,7 50,0 50,2 Arr. A'pen 9,9 7,9 9,9 9,6 40,0 41,8 41,2 41,3 44,4 45,4 45,7 45,7 Prov. A'pen 8,7 6,8 8,5 8,1 41,6 43,4 42,9 43,0 45,5 46,6 46,9 46,8 Vl. Gewest 7,5 5,8 7,0 6,5 42,9 44,4 43,9 44,1 46,4 47,2 47,3 47,2 - werkloosheidsgraad % werklozen in de bevolking op beroepsactieve leeftijd (18-64 jarigen) - werkzaamheidsgraad % werkenden t.o. v. de bevolking op beroepsactieve leeftijd - activiteitsgraad % werkenden, werkzoekenden en werklozen (arbeidskrachten) t.o.v. bevolking op beroepsactieve leeftijd (18-64 jarigen) De werkloosheidsgraad is in de periode in Brasschaat (met 1%), het arrondissement en de provincie gedaald. Deze daling hangt samen met een stijgende werkzaamheidsgraad in de periode , met een stijging van 2,1% in Brasschaat. In de overige IVLW Noord-gemeenten is de werkloosheidsgraad in de periode min of meer gelijk gebleven of zelfs gestegen. De werkzaamheidsgraad nam overal toe. Ten opzichte van de andere IVLW Noord-gemeenten heeft Brasschaat in 2011 de op één na laagste werkzaamheidsgraad en de op één na laagste activiteitsgraad. Enkel buurgemeente Kapellen scoort nog lager. De werkzaamheidsgraad van de gemeente Brasschaat is in 2011 wel vergelijkbaar met die van de provincie en ligt hoger dan de werkzaamheidsgraad van het arrondissement Antwerpen Doorstromingscoëfficiënt Tabel 15: Doorstromingscoëfficiënt in de periode (%) Brasschaat 106,90 104,17 99,02 93,93 87,08 83,36 80,79 Brecht 112,96 112,69 109,86 105,8 99,45 91,51 86,60 Essen 115,10 112,26 108,05 102,17 97,77 95,12 90,76 Kalmthout 105,77 104,23 100,12 96,61 95,39 93,30 91,63 Kapellen 86,66 89,41 91,87 90,97 87,29 87,10 82,17 Schoten 94,89 98,69 99,87 95,53 91,21 89,79 87,67 Stabroek 112,52 102,8 90,79 80,87 77,16 74,00 74,90 Wijnegem 110,25 113,26 111,79 106,72 92,83 88,27 79,74 Wuustwezel 135,13 128,44 123,44 115,63 107,53 98,37 92,00 Arr. Antwerpen 100,82 102,00 101,80 98,74 95,10 92,46 91,24 Prov. Antwerpen 102,15 102,13 100,88 97,04 92,37 89,06 86,88 Vlaams Gewest 102,79 101,49 99,41 95,23 90,20 87,09 84,85 Doorstromingscoëfficiënt = bevolking jaar ten opzichte van de bevolking jaar 28 bron: 29 bron: Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

26 Als de coëfficiënt groter is dan 1 (of 100%) wil dit zeggen dat de leeftijdsklassen die de arbeidsmarkt zullen verlaten meer dan volledig vervangen worden door jonge instromers. Omgekeerd duidt een coëfficiënt lager dan 1 (of 100%) erop dat de bevolkingsstructuur de vervanging van uittreders niet volledig zal kunnen opvangen door jonge intreders. Een coëfficiënt gelijk aan 1 (of 100%) duidt aan dat de potentiële intreders en uittreders elkaar in evenwicht houden. De doorstromingscoëfficiënt daalde tussen 2000 en 2012 met 26,11% in Brasschaat. Dit is toe te schrijven aan het lage aandeel instromers (10-24 jarigen) ten opzichte van een groeiend aantal ouderen in Brasschaat. Met een doorstromingscoëfficiënt van 80,79% heeft Brasschaat daarmee de op twee na laagste ratio ten aanzien van de overige IVLW Noord-gemeenten, het arrondissement en de provincie Leefloongerechtigden Tabel 16: Aantal leefloongerechtigden in de periode absoluut Brasschaat Brecht Essen Kalmthout Kapellen Schoten Stabroek Wijnegem Wuustwezel Arr. A'pen Prov. A'pen Vl. Gewest relatief Brasschaat 100% 104% 110% 130% 118% 112% 95% Brecht 100% 97% 109% 94% 127% 106% 118% Essen 100% 98% 124% 118% 129% 131% 116% Kalmthout 100% 107% 102% 120% 82% 109% 100% Kapellen 100% 103% 106% 119% 81% 106% 100% Schoten 100% 91% 64% 53% 65% 72% 63% Stabroek 100% 65% 54% 69% 77% 85% 104% Wijnegem 100% 94% 63% 50% 75% 50% 50% Wuustwezel 100% 108% 102% 118% 122% 130% 120% Arr. A'pen 100% 85% 94% 85% 80% 89% 81% Prov. A'pen 100% 88% 96% 88% 84% 94% 87% Vl. Gewest 100% 88% 96% 95% 96% 110% 103% Na een daling in 2002 steeg het aantal leefloongerechtigden in Brasschaat tot 2006 met circa 30%. Vanaf 2006 daalde het aantal leefloongerechtigden geleidelijk aan, met een sterke daling van 17% in Ten opzichte van het jaar 2000 is het aantal leefloongerechtigden in Brasschaat in 2011 afgenomen met circa 5%. De grootste daling vond plaats in Schoten en Wijnegem, waar het aantal leefloners in 2011 nagenoeg daalde tot respectievelijk 63% en 50% van het aantal leefloners in In het arrondissement Antwerpen en de provincie Antwerpen daalde het aantal leefloongerechtigden in de periode met respectievelijk circa 20% en 16%. In 2010 steeg dit aantal met respectievelijk 9% en 10%, terwijl in 2011 het aantal leefloongerechtigden opnieuw afnam. 30 bron: Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

27 Brecht, Essen, Stabroek en Wuustwezel volgen de dalende trend in de periode niet. Het aantal leefloners steeg er met respectievelijk 18%, 16%, 4% en 20%. In de gemeenten Kalmthout en Kapellen bedraagt het aantal leefloners in 2011 even veel als in Ten opzichte van 2010 is in Essen, Kalmthout, Kapellen en Wuustwezel het aantal leefloongerechtigden wel gedaald. De gemeenten Brecht en Stabroek zijn de enige IVLW Noord-gemeenten waar het aantal leefloongerechtigden in 2011 is gestegen ten opzichte van het vorige jaar. Figuur 15: Aantal leefloners in Brasschaat per leeftijdsgroep (%) (*) 0 tot 17 jaar 1% 1% 0% 0% 0% 18 tot 19 jaar 3% 6% 6% 2% 4% 20 tot 24 jaar 4% 18% 13% 18% 17% 25 tot 29 jaar 4% 12% 8% 12% 14% 30 tot 34 jaar 4% 6% 8% 12% 11% 35 tot 39 jaar 13% 5% 10% 8% 9% 40 tot 44 jaar 13% 6% 9% 13% 12% 45 tot 49 jaar 16% 7% 10% 8% 6% 50 tot 54 jaar 13% 9% 8% 4% 4% 55 tot 59 jaar 15% 12% 13% 7% 8% 60 tot 64 jaar 6% 15% 13% 11% 11% 65+ 6% 4% 4% 5% 4% (*) gegevens dateren van januari 2014 en kunnen mogelijk nog wijzigen De meeste leefloongerechtigden in de gemeente situeerden zich in 2008 zich tussen 20 en 30 jaar en tussen 55 en 60 jaar met respectievelijk 30% en 27%. Vooral het aantal leefloners tussen 20 en 24 jaar en tussen 60 en 64 jaar was toen met 14% fel gestegen tegenover het jaar In 2010 was voor de groep tussen 20 en 30 jaar een sterke daling van circa 9% vast te stellen. In 2012 steeg het aandeel leefloners voor deze leeftijdsgroep ten opzichte van 2010 terug met 9% en ook in 2013 neemt dit aandeel nog toe. Hierdoor vormen de leefloners tussen 20 en 30 jaar in 2013 met 31% de grootste groep. Het aandeel leefloners tussen 55 en 65 jaar daalde in 2012 naar 18%. 31 bron: OCMW Brasschaat Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

28 Figuur 16: Leefloners in Brasschaat naar geslacht Uit voorgaande grafiek kan worden afgeleid dat het grootste aandeel leefloners in Brasschaat vrouwen zijn. Er is wel een dalende trend merkbaar: in 2000 waren 73% van de leefloners in Brasschaat vrouwen; in 2011 is dat nog 65% Besluit De inwoners van Brasschaat hebben een relatief hoog inkomen, dat gemiddeld hoger ligt dan dat van de meeste andere IVLW Noord-gemeenten. Tussen 2000 en 2010 steeg het gemiddeld inkomen per inwoner met 43%. Deze stijging is vergelijkbaar met die van het Vlaams Gewest. Ten opzichte van de andere IVLW Noord-gemeenten ligt de stijging net onder het gemiddelde. De werkloosheidsgraad nam af tussen 2003 en 2011, het aandeel werkende bevolking ten opzichte van de bevolking op beroepsactieve leeftijd nam toe. Wanneer de vergelijking tussen het aantal potentiële arbeidskrachten (namelijk werkenden, werkzoekenden en werklozen) ten opzichte van de beroepsbevolking wordt gemaakt, kan besloten worden dat dit voor Brasschaat relatief de op één na laagste ratio oplevert ten aanzien van de andere IVLW Noord-gemeenten, het arrondissement, de provincie en het Vlaams Gewest. Brasschaat heeft ten opzichte van de andere IVLW Noord-gemeenten een eerder lage doorstromingscoëfficiënt. In de periode is deze doorstromingscoëfficient voor Brasschaat sterker gedaald dan in het arrondissement, de provincie en het Vlaams Gewest. Dit is het gevolg van het relatief lage aandeel jongeren en het toenemend hoger aandeel ouderen in de gemeente. Vergeleken met de andere IVLW Noord-gemeenten, ligt de daling van de doorstromingscoëfficiënt eerder rond het gemiddelde. Het aantal leefloongerechtigden nam in de periode geleidelijk aan af, met een sterke daling in De meeste leefloongerechtigden zijn nog steeds vrouwen, maar er is wel een dalende trend merkbaar. De grootste groep leefloners situeert zich niet langer tussen de 55 en 65 jaar, maar tussen de 20 en 30 jaar. Het aandeel leefloners voor deze leeftijdsgroep is de laatste twee jaar sterk toegenomen. 32 bron: Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

29 1.3. Woningmarktgegevens Woningenbestand Aantal woningen en woongelegenheden In Brasschaat bevinden zich in woningen, waarin zich in totaal woongelegenheden bevinden. Het cijfer van het aantal woongelegenheden komt nagenoeg overeen met het aantal private huishoudens in Brasschaat (ongeveer gezinshoofden in 2012) Type van de woningen Aandeel een- en meergezinswoningen Tabel 17: Aandeel woongelegenheden in een- en meergezinswoningen in 2000, 2008 en eengezinswoningen meergezinswoningen eengezinswoningen meergezinswoningen eengezinswoningen meergezinswoningen Brasschaat 73% 27% 71% 29% 70% 30% Brecht 92% 8% 88% 12% 86% 14% Essen 93% 7% 90% 10% 87% 13% Kalmthout 90% 10% 87% 13% 85% 15% Kapellen 83% 17% 81% 19% 80% 20% Schoten 74% 26% 72% 28% 70% 30% Stabroek 75% 25% 74% 26% 74% 26% Wijnegem 81% 19% 78% 22% 75% 25% Wuustwezel 91% 9% 87% 13% 85% 15% Arr. A pen 63% 37% 62% 38% 60% 40% Prov. A pen 73% 27% 71% 29% 69% 31% Vl. Gewest 79% 21% 77% 23% 75% 25% Het aandeel meergezinswoningen is in alle onderzochte gebieden toegenomen in de periode In Brasschaat groeide het aandeel meergezinswoningen tussen 2000 en 2012 relatief traag aan. Hierbij dient wel te worden vermeld dat Brasschaat, net als Schoten, in 2000 reeds een hoger aandeel meergezinswoningen had ten aanzien van de overige buurgemeenten. Het aandeel meergezinswoningen in 2012 ligt voor Brasschaat en Schoten nog steeds hoger dan de overige IVLW Noord-gemeenten. In het arrondissement en de provincie Antwerpen is het hoger aandeel meergezinswoningen het gevolg van het grote aantal appartementen en studentenkamers in stedelijke gebieden (Antwerpen, Mechelen). De gemeente Brasschaat beschikt over een RUP Verbod meergezinswoningen (zie BPA s en RUP s ) om de bouw van meergezinswoningen te kunnen beperken. 33 bron: dienst bevolking gemeente Brasschaat 34 bron: FOD Economie, statbel.fgov.be, statistieken gebouwenpark Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

30 Bebouwingsvorm Tabel 18: Aantal woningen en woongelegenheden naar bebouwingsvorm in huizen in gesloten bebouwing huizen in halfopen bebouwing huizen in open bebouwing, hoeven en kastelen buildings en flatgebouwen met appartementen TOTAAL aantal gebouwen ,5% ,2% ,2% 973 8,1% ,0% aantal woongelegenheden ,2% ,3% ,6% ,9% ,0% Tabel 19: Aantal woningen naar bebouwingsvorm in 2012 vergelijking IVLW Noordgemeenten, arrondissement, provincie en Vlaams Gewest 36 huizen in gesloten bebouwing huizen in halfopen bebouwing huizen in open bebouwing, hoeven en kastelen buildings en flatgebouwen met appartementen Brasschaat 23,5% 33,2% 35,2% 8,1% Brecht 4,6% 21,8% 70,7% 2,9% Essen 13,5% 21,9% 61,5% 3,2% Kalmthout 3,7% 27,0% 65,4% 3,9% Kapellen 28,7% 21,6% 45,5% 4,3% Schoten 45,5% 17,7% 29,2% 7,7% Stabroek 44,6% 27,3% 21,0% 7,1% Wijnegem 45,9% 29,2% 17,0% 7,9% Wuustwezel 8,3% 25,2% 62,5% 4,0% Arr. Antwerpen 45,2% 18,5% 25,5% 10,8% Prov. Antwerpen 33,6% 21,8% 37,3% 7,4% Vl. Gewest 29,5% 25,5% 40,1% 4,9% Het gebouwenpark van Brasschaat bestaat voornamelijk uit open en halfopen bebouwingen, samen goed voor ongeveer 68% van het totale aantal. Daarnaast heeft de gemeente ten aanzien van de overige IVLW Noord-gemeenten met meer dan 8% het hoogste aandeel appartementsgebouwen Oppervlakte van de woningen Figuur 17: Gemeente Brasschaat: indeling bewoonde woningen naar oppervlakte in m² > 125 m² < 35 m² m² m² m² 35 bron: FOD Economie, statbel.fgov.be, statistieken gebouwenpark 36 bron: FOD Economie, statbel.fgov.be, statistieken gebouwenpark 37 bron: Gemeentelijk Woondossier provincie Antwerpen Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

31 Tabel 20: Aantal bewoonde woningen naar oppervlakte in <35m² 35-54m² 55-84m² m² m² >125m² Brasschaat 5,83% 15,52% 27,03% 22,79% 13,97% 14,86% Brecht 5,15% 16,49% 29,17% 23,67% 14,40% 11,13% Essen 6,93% 17,66% 29,41% 21,38% 13,16% 11,46% Kalmthout 4,96% 14,74% 25,67% 24,65% 16,03% 13,95% Kapellen 5,75% 15,92% 27,04% 22,17% 14,47% 14,67% Schoten 6,94% 17,15% 28,30% 21,87% 13,14% 12,59% Stabroek 5,17% 18,09% 32,80% 25,70% 11,31% 6,94% Wijnegem 7,10% 17,54% 29,94% 22,77% 12,96% 9,69% Wuustwezel 5,63% 16,76% 27,43% 23,86% 14,94% 11,39% Arr. Antwerpen 9,02% 20,05% 29,36% 20,93% 11,41% 9,24% Prov. Antwerpen 8,27% 19,41% 28,55% 21,88% 12,16% 9,74% Vlaams Gewest 8,04% 19,24% 26,78% 22,08% 13,29% 10,56% De oppervlaktecijfers in Brasschaat zijn over het algemeen vergelijkbaar met die van de andere IVLW Noord-gemeenten. Het aandeel woningen met een oppervlakte van meer dan 125 m² is in Brasschaat het hoogst. De gemeenten Schoten en Wijnegem hebben, in vergelijking met de andere IVLW Noord-gemeenten, een groter aandeel kleinere woningen. De gemeente Wijnegem heeft daarbij ook, net als de gemeente Stabroek, een kleiner aandeel grote woningen. In het arrondissement en de provincie Antwerpen komen relatief meer kleinere woningen voor en minder grotere woningen Ouderdom van de woningen Figuur 18: Ouderdom van de woningen in Tabel 21: Ouderdom van de woningen in 2001 (%) 40 aandeel aandeel woningen < 1945 woningen aandeel woningen >1990 onbekend 1990 Brasschaat 16,9% 51,8% 15,3% 16,0% Brecht 9,8% 53,9% 22,8% 13,5% Essen 18,3% 48,9% 19,6% 13,2% Kalmthout 20,0% 50,9% 15,8% 13,3% Kapellen 18,4% 53,4% 13,3% 14,9% Schoten 18,3% 51,1% 12,6% 18,0% Stabroek 12,6% 55,0% 14,6% 17,8% 38 bron: Gemeentelijk Woondossier provincie Antwerpen 39 bron: Gemeentelijk Woondossier provincie Antwerpen 40 bron: Gemeentelijk Woondossier provincie Antwerpen Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

32 Wijnegem 21,7% 49,3% 10,4% 18,6% Wuustwezel 12,0% 53,0% 21,5% 13,6% Arr. A'pen 20,5% 45,4% 9,6% 24,5% Prov. A'pen 18,7% 47,9% 11,6% 21,8% Vl. Gewest 19,5% 48,2% 12,2% 20,0% Brecht en Wuustwezel hebben een relatief laag aantal oude woningen (daterend van voor WOII) en een hoog aandeel jonge woningen, gebouwd na Brasschaat heeft met 16,9% een eerder laag aandeel oudere woningen (gebouwd vóór 1945). Het aandeel jongere woningen in Brasschaat (gebouwd na 1990) bedraagt 15,3%. Dit aandeel is lager dan in de gemeenten Brecht, Essen, Kalmthout en Wuustwezel, maar hoger dan in de andere IVLW Noord-gemeenten en het Vlaams Gewest Comfort Figuur 19: Comfort van de woningen in Brasschaat in Tabel 22: Kwaliteit van de woningen in 2001 (%) 42 zonder klein middelmatig groot klein comfort comfort comfort comfort onbekend Brasschaat 2,05% 13,87% 12,38% 69,83% 1,87% Brecht 2,82% 26,47% 8,33% 60,23% 2,15% Essen 3,10% 22,86% 10,30% 61,72% 2,02% Kalmthout 2,57% 19,30% 9,51% 66,61% 2,01% Kapellen 2,41% 17,42% 11,22% 66,92% 2,03% Schoten 2,64% 20,46% 13,22% 60,93% 2,74% Stabroek 2,59% 15,66% 11,47% 67,89% 2,39% Wijnegem 3,22% 20,98% 12,28% 60,77% 2,74% Wuustwezel 2,45% 25,48% 9,03% 60,91% 2,14% Arr. A'pen 3,33% 20,72% 18,26% 54,82% 2,87% Prov. A'pen 3,50% 21,00% 15,78% 57,04% 2,69% Vl. Gewest 4,80% 24,33% 13,63% 54,51% 2,74% Onder een woning met klein comfort verstaat men een woning die beschikt over: een wc met spoeling; een bad of douche; aansluiting op het openbare waterbedelingsnet. Ten opzichte van de onderzochte gebieden is er slechts een laag aandeel van de woningen (samen circa 16%) zonder en met klein comfort. 41 bron: Gemeentelijk Woondossier provincie Antwerpen 42 bron: Gemeentelijk Woondossier provincie Antwerpen Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan

33 12% van de woningen beschikt over middelmatig comfort. Dit betekent dat deze woningen naast klein comfort ook over centrale verwarming beschikken. Nagenoeg 70% van de woningen in Brasschaat beschikt over groot comfort. Dit betekent WC en badkamer, centrale verwarming, keuken of geïntegreerde keuken, telefoon of gsm en een auto. Dit aandeel ligt hoger in Brasschaat dan in alle andere onderzochte gebieden Verleende vergunningen 43 Figuur 20: Verleende vergunningen Tabel 23: Afgeleverde vergunningen voor een- en meergezinswoningen eengezinswoningen meergezinswoningen nieuwbouw verbouwing van/tot of verbouwing van/tot of nieuwbouw uitbreiding van uitbreiding van In 2005 en 2007 piekte het aantal vergunningsaanvragen voor de bouw van eengezinswoningen. In 2005 en 2006 werden relatief meer vergunningsaanvragen voor de bouw van meergezinswoningen goedgekeurd. In de daaropvolgende jaren bleef het aantal vergunningen min of meer constant. In 2010 en 2013 nam het aantal vergunningsaanvragen voor meergezinswoningen opnieuw toe. In de eerste helft van 2010 werd een relatief hoog aantal vergunningen voor nieuwe een- en meergezinswoningen afgeleverd. Wellicht hangt deze toename in beide gevallen samen met de opheffing van het verlaagde BTW-tarief voor nieuwbouw bij vergunningsaanvragen ingediend na 31 maart Na 2010 daalde het aantal vergunningsaanvragen voor de bouw van eengezinswoningen. In 2012 en 2013 bleef dit aantal min of meer constant. 43 bron: dienst ruimtelijke ordening gemeente Brasschaat Gemeente Brasschaat - Woonbeleidsplan