BENCHMARK ARMOEDEBELEID Meting over 2006 Kring 3
|
|
- Bruno Bakker
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 BENCHMARK ARMOEDEBELEID 2007 Meting over 2006 Kring 3
2 BENCHMARK A RMOEDEBELEID INDEX 1. Inleiding Wat vindt u in het rapport Visie en beleid Organisatie en samenwerking De doelgroep Participatiebevorderende maatregelen19 7. Inkomensondersteunende maatregelen23 8. Aanvraagprocedure Resultaten Evaluatie Tot slot Bijlage 1 Rekenmethode Laag Inkomen Bijlage 2 beschrijving van gemeenten Bijlage 3 Doelgroepbepaling per gemeente
3 BENCHMARK A RMOEDEBELEID INLEIDING De gemeenten in Nederland vervullen een belangrijke rol in het armoedebeleid. Enerzijds hebben zij de verantwoordelijkheid voor het verstrekken van uitkeringen op grond van de in 2004 ingevoerde Wet werk en bijstand (WWB), waaronder ook de bijzondere bijstand. Anderzijds ontwikkelen gemeenten in aanvulling daarop zelf initiatieven voor inkomensondersteuning en participatiebevordering. Gemeenten hebben bij armoedebestrijding een grote mate van beleidsvrijheid. Gemeenten leveren ook steeds meer maatwerk aan hun burgers ter aanvulling op het generiek inkomensbeleid van het rijk. De afschaffing van de mogelijkheden van categoriale bijstand, anders dan aan ouderen (65+), chronisch zieken en gehandicapten, hebben bijgedragen aan de noodzaak hiervan. De Benchmark Armoedebeleid geeft samen met u antwoord op vragen op het gebied van de aanpak van de lokale of regionale armoedeproblematiek. Wat verstaan we onder armoede(beleid)? Bij de benchmark hanteren we een brede definitie van armoede en armoedebeleid. Armoede kent veel samenhangende dimensies zoals inkomen, maatschappelijke participatie, opleidingsniveau, gezondheid, zelfredzaamheid, wonen en leefomgeving. Het toekomstperspectief is een belangrijk onderscheidend kenmerk, vooral in situaties waarin niet of nauwelijks uitzicht is op werk of verbetering van leefsituatie. Armoede in deze brede betekenis is dus ook sociale uitsluiting. Gemeenten moeten alert zijn op de geestelijke en financiële noden van hun inwoners en hen hiervoor ondersteuning bieden. Door het leveren van maatwerk kunnen de leefsituatie en het toekomstperspectief van kwetsbare burgers verbeterd worden. In de eerste plaats gebeurt dit door financiële ondersteuning. Veel voorkomende lokale regelingen zijn: individuele bijzondere bijstand, kwijtschelding gemeentelijke belastingen, collectieve aanvullende ziektekostenverzekering, kortingspassen of een declaratiefonds, maaltijdvoorziening en een regeling directe of indirecte schoolkosten. Gemeenten richten deze regelingen vaak op specifieke doelgroepen zoals ouderen of gezinnen met kinderen. Maar armoede heeft ook subjectieve kanten. Waarom kan het ene huishouden beter uitkomen met het inkomen dat voor handen is dan het andere? Hoe komt het dat armoede soms van generatie op generatie overgaat? Ten slotte is armoedebeleid integraal beleid. De verschillende facetten van het armoedebeleid mogen niet los van elkaar worden gezien. Hierbij wordt door gemeenten gestreefd naar interne samenwerking tussen de verschillende gemeentelijke afdelingen en disciplines. Ook wordt er afgestemd en overlegd met tal van externe bij armoedebestrijding betrokken organisaties 3
4 BENCHMARK A RMOEDEBELEID zoals welzijnsorganisaties, kerken en voedselbanken. Al deze aspecten komen in de benchmark aan de orde. In deze kringrapportage toont de benchmarkorganisatie u de resultaten van de gegevens die u samen met de andere deelnemers in uw kring heeft aangeleverd over het jaar Wij hebben deze gegevens (die vooral betrekking hebben op 2006), omgezet in indicatoren, die de prestaties van uw gemeente in beeld brengen. Deze rapportage is het vertrekpunt om het verhaal achter de cijfers in uw kring op gang te brengen. Natuurlijk is het interessant om de prestaties van uw dienst te kunnen vergelijken. De indicatoren van de benchmark hebben echter een uitdrukkelijk leerdoel en zijn niet bedoeld om scoringslijsten op te stellen. Wel is het belangrijk om -naar aanleiding van de verschillen op zoek te gaan naar verbetermogelijkheden in uw eigen organisatie en goede voorbeelden bij anderen. Gemeenten kunnen in hun vergelijkingskring van elkaar leren door zogenaamde good practices te identificeren en als voorbeeld te gebruiken. Elk model is een vereenvoudiging van de werkelijkheid. Dat geldt ook voor de benchmark armoedebeleid. De resultaten zijn een indicatie voor de prestaties van de gemeente en dienen als zodanig te worden beschouwd. 4
5 BENCHMARK A RMOEDEBELEID WAT VINDT U IN HET RAPPORT In dit rapport komen in achtereenvolgende hoofdstukken de volgende onderwerpen aan de orde: Visie en beleid Organisatie en samenwerking De doelgroep Participatiebevorderende maatregelen Inkomensondersteunende maatregelen De aanvraagprocedure Resultaten Evaluatie Weergave De indicatoren zijn weergegeven in grafieken en tabellen. Niet alle gevraagde informatie is weergegeven, het rapport geeft de voornaamste gegevens. De gemeenten kunnen de overige informatie zelf downloaden waarbij een overzicht van de kringgemeenten gegeven wordt. Voor de grafieken geldt dat wanneer een indicator niet berekend kan worden (meestal omdat informatie ontbreekt), de betreffende gemeente niet vermeld staat. Wanneer een gemeente wel vermeld staat, maar zonder waarde, dan is de indicator voor de betreffende gemeente wel berekend, maar komt de waarde op nul uit. Bij de tabellen is dit vergelijkbaar. Een lege cel betekent dat de indicator niet berekend kan worden. Als de gemeente ergens 0 scoort, dan is de uitkomst van de berekening voor de betreffende indicator ook nul. Het bereik van de grafieken is van te voren vastgesteld op grond van ervaring. Extreme waarden die dat bereik te buiten gaan worden gearceerd weergegeven. Iedere grafiek is voorzien van het gemiddelde van de kring en het gemiddelde van de hele benchmark. Het kringgemiddelde wordt weergegeven door een extra staafje in de grafiek, het benchmarkgemiddelde door een gemiddeldelijn. Het benchmarkgemiddelde is gebaseerd op de uitkomsten van alle deelnemende gemeenten aan de benchmark armoedebeleid. Opgemerkt wordt nog dat niet alle deelnemende gemeenten een scherp onderscheid maken tussen inkomensondersteunende en participatiebevorderende regelingen. Hierdoor kunnen niet altijd kengetallen worden toegekend aan een van beide groepen. In die gevallen is een nauwgezette schatting gevraagd. 5
6 BENCHMARK A RMOEDEBELEID Ook ten aanzien van de uitvoeringskosten zijn er verschillen tussen gemeenten voor wat betreft de registratie van kostensoorten. In deze benchmark gaan we uit van de som van de direct bij de uitvoering betrokken kosten, de bij de uitvoering behorende personeelslasten, en de personeelslasten beleid en management en de kosten schuldhulpverlening. Wanneer gemeenten hiervan afwijken is een toelichting opgenomen onder de betreffende tabel. De opgave van budgetten is niet uitputtend. Veel gemeentelijk beleid is niet armoedespecifiek en als zodanig niet opgenomen in budgetten armoedebeleid. Maar mensen met een laag inkomen kunnen wel gebruik maken van meer algemene regelingen, bijvoorbeeld scholingskosten, die in andere budgetten opgenomen zijn. In het rapport worden verschillende kengetallen berekend per inwoner of waar ons dat relevant leek per huishouden met een inkomen tot 110% van het sociaal minimum. Hierbij hanteren we de definitie van CBS: een groep van twee of meer personen die in huiselijk verkeer samenwoont en een gemeenschappelijke huishouding voert, alsmede een persoon > 14 jaar die alleen een huishouding voert. Ook gebruiken we het lage inkomen. Zie voor uitleg hierover bijlage 1. 6
7 BENCHMARK A RMOEDEBELEID VISIE EN BELEID In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de visie en het beleid ten aanzien van het armoedebeleid. Daarbij komen ook de budgetten aan de orde. Dit zijn de kaders waarbinnen het armoedebeleid in uw gemeente wordt uitgevoerd. Voor de gemeenten in kring 3 geldt dat het armoedebeleid alleen is vastgesteld voor de eigen gemeente. Optimisd heeft in de begroting/buraps aandacht besteed aan ontwikkelingen op dit terrein, beleidsvoornemens en cijfers over uitgaven en het aantal aanvragen voor de div. voorzieningen voor de deelnemende ISD gemeenten. In WMO beleidsplannen wordt door ISD gemeenten gewezen op positie van minima. Alleen in Drimmelen zijn meer dan 50% van de doelstellingen SMART geformuleerd. In Duiven, Gemert- Bakel, Zevenaar en de gemeenten van Optimisd is dit minder dan 50%. Heiloo en Echt-Susteren hebben geen doelstellingen geformuleerd. Totaal budget en financiering Gemeenten bepalen zelf het budget voor bijzonder bijstand en armoedebeleid. In het verleden werden fictieve budgetten bijzondere bijstand per gemeente gepubliceerd door het Ministerie van BZK. Dat is met ingang van 2006 niet meer het geval. Het Rijk wil dat gemeenten daarin zelf keuzes maken. Het budget voor bijzondere bijstand is nu een onherleidbaar onderdeel van het gemeentefonds. Tabel 1 Budget armoedebeleid per inwoner (vraag 5A) deelnemer Regelingskosten (budget) Uitvoeringskosten (budget) Totaal (budget) Uden Duiven Gemert-Bakel Heiloo Echt-Susteren Zevenaar
8 BENCHMARK A RMOEDEBELEID Optimisd * Drimmelen Kringgemiddelde Benchmarkgemiddelde * De uitkomst is gebaseerd op de begroting begin 2005 is gemaakt op basis van een inschatting, dat wil niet automatisch zeggen dat dit het maximaal beschikbare budget is. Voor de benchmark is uitgegaan van een totaalbedrag van ,- uitgegeven is ,- Tabel 2 Uitgaven armoedebeleid per inwoner (vraag 5B) deelnemer Regelingskosten (uitgaven) Uitvoeringskosten (uitgavan) Totaal (uitgaven) % van het budget dat is uitgeven Uden Duiven % Gemert-Bakel % Heiloo % Echt-Susteren % Zevenaar % Optimisd * % Drimmelen % Kringgemiddelde % Benchmarkgemiddelde % SGBO: Alle kosten die voor het beleid en uitvoering van minimaregelingen gemaakt moeten worden: personeelskosten voor beleid management en uitvoering, administratieve kosten, ondersteunende diensten (ict, voorlichting, juridische zaken) huisvesting. Ook de kosten in verband met schuldhulpverlening worden toegerekend aan de uitvoeringskosten. Hierbij is het niet relevant of de schuldhulpverlening intern wordt georganiseerd of uitbesteed aan een externe partij. Duiven, Drimmelen, Optimisd, Heiloo en Zevenaar hanteren bovenstaande definitie. Echt-Susteren is hierop een uitzondering. Deze gemeente kon alleen de personeelskosten en kosten huisvesting leveren. 8
9 BENCHMARK A RMOEDEBELEID * Optimisd hanteert voor de uitvoeringskosten de loonsom plus een opslag van 56,9% voor de componenten huisvesting, facilitair en informatisering. Voor de benchmark is uitgegaan van een bedrag van ongeveer ,-. In tabel 3 geven we de voornaamste bronnen waaruit het armoedebeleid gefinancierd wordt. Het onderscheid tussen gemeentefonds en welzijns- en onderwijsbudgetten is niet eenduidig. De meeste gemeenten geven aan de kosten uit het gemeentefonds te voldoen, een relatief klein percentage van de totale kosten wordt uit welzijns- en onderwijsbudgetten voldaan. Tabel 3 Financieringsbronnen armoedebeleid uitgedrukt in % van het totale budget (vraag 5C) deelnemer Gemeentefonds I-deel WWB* W-deel WWB Welzijdsbudgetten Onderwijsbudgetten Andere Bronnen Uden Duiven Gemert-Bakel Heiloo Echt-Susteren Zevenaar Optimisd Drimmelen Kringgemiddelde Benchmarkgemiddelde * Het betreft hier met name de Langdurigheidstoeslag 9
10 BENCHMARK A RMOEDEBELEID Inkomensgrens Gemeenten kunnen zelf bepalen tot welke inkomensgrens burgers 100% van hun uitgaven vergoed krijgen. Tabel 4 Gehanteerde inkomensgrenzen armoedebeleid in % van het sociaal minimum (vraag 6) deelnemer Voor inkomensondersteunende maatregelen Voor participatiebevorderende maatregelen Uden Duiven Gemert-Bakel Heiloo Echt-Susteren Zevenaar Optimisd* Drimmelen * voor de regeling chronisch zieken geldt 120% Mensen met een inkomen boven deze inkomensgrens kunnen in bepaalde situaties nog een (gedeeltelijke) aanspraak maken op minimaregelingen. Er wordt dan vaak in meer of mindere mate rekening gehouden met de draagkracht. In tabel 5 staat weergegeven hoe gemeenten omgaan met de aanspraak op minimaregelingen boven de inkomensgrens. Overigens geldt voor kwijtschelding van gemeentelijke heffingen een wettelijk maximum van 100% van de bijstandsnorm. 10
11 BENCHMARK A RMOEDEBELEID Tabel 5 Aanspraak minimaregelingen boven de gehanteerde inkomensgrens (vraag 7) deelnemer Inkomensondersteunende maatregelen Participatiebevorderende maatregelen Uden Duiven Gedeeltelijk Gedeeltelijk Gemert-Bakel Nee Gedifferentieerd naar inkomensgroep Heiloo Anders Anders Echt-Susteren Nee Nee Zevenaar Gedifferentieerd naar Gedifferentieerd naar inkomensgroep inkomensgroep Optimisd Anders Nee Drimmelen Anders Anders Heiloo: Boven de inkomensgrens wordt een draagkrachtberekening gemaakt op jaarbasis. Indien de kosten de jaarlijkse draagkracht overstijgen wordt het meerdere vergoed als bijzondere bijstand. Echt-Susteren: Bij bijzondere bijstand wordt boven de inkomensgrens van 110% een eigen bijdrage bepaald van 35% van het meerinkomen ( behalve bij woonkosten, bijzondere bijstand voor levensonderhoud) Optimisd Bij individuele bijzondere bijstand wordt boven de inkomensgrens van 110% een eigen bijdrage van 35% opgelegd. Draagkracht B en W kan in het kader van de bijzondere bijstand rekening houden met de draagkracht van belanghebbende. Zij hebben hierbij de volledige vrijheid. Dit betekent dat zij zelf bepalen welk deel van de middelen bij de vaststelling van de draagkracht in aanmerking wordt genomen. Dat wil zeggen dat de gemeente zelf kan bepalen of de bijzondere kosten al dan niet kunnen worden voldaan uit de bijstandsnorm, het vermogen, de langdurigheidstoeslag en het inkomen voor zover dit meer bedraagt dan de bijstandsnorm. Afstemming met andere beleidsterreinen De meest kwetsbare burgers zijn personen met een cumulatie van armoederisico s, zoals een combinatie van slechte arbeidsmarktpositie, problematische schulden, laag opleidingsniveau, dakloosheid, en gezondheidsproblemen. Uitsluitend financiële ondersteuning is voor de meest kwetsbare burgers niet genoeg. Binnen het kader van het gemeentelijk armoedebeleid hebben gemeenten de mogelijkheid om (eventueel 11
12 BENCHMARK A RMOEDEBELEID gekoppeld aan activering) maatwerk te leveren. Dit vereist een sluitende keten van voorzieningen. De gemeente is als geen ander in staat de regie over de keten te voeren en om witte vlekken, overlap en aansluitingsproblemen te signaleren. Het is dus belangrijk dat armoedebeleid beleidsmatig en op uitvoerend niveau wordt afgestemd met andere taken van de gemeente. Hiermee kan al in het collegeprogramma rekening worden gehouden. In tabel 6 is weergegeven met welke beleidsterreinen een verband is gelegd met het armoedebeleid. Het kan hier gaan om beleidsmatige of organisatorische afstemming of samenwerking. Tabel 6 Samenhang armoedebeleid met andere beleidsterreinen (vraag 8) deelnemer Reintegratie/participa tie-banen Activering Kinder-opvang Welzijn Gezondheid (sociaaleconomische gezondheidsverschill en) Sport Onderwijs Maatschappelijke opvang Uden Duiven Nee Ja Ja Nee Ja Ja Ja Nee Gemert-Bakel Ja Ja Nee Ja Nee Nee Nee Nee Heiloo Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Echt-Susteren Nee Ja Nee Nee Nee Nee Nee Nee Zevenaar Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Optimisd Ja Ja Nee Nee Nee Ja Nee Nee Drimmelen Nee Nee Ja Ja Nee Nee Ja Nee Percentage ja 29% 57% 29% 29% 14% 14% 29% 0% Percentage nee 71% 43% 71% 71% 86% 86% 71% 100% deelnemer Vroegtijdig schoolverlaten (Sociale) huisvesting Achterstandswijken Zelfstandig ondernemen Openbaar vervoer Inburgering Uden Duiven Nee Nee Nee Nee Nee Ja Gemert-Bakel Ja Nee Nee Nee Nee Nee 12
13 BENCHMARK A RMOEDEBELEID Heiloo Nee Nee Nee Nee Nee Nee Echt-Susteren Nee Nee Nee Nee Nee Nee Zevenaar Nee Nee Nee Nee Nee Nee Optimisd Nee Nee Nee Nee Nee Ja Drimmelen Ja Nee Nee Nee Nee Ja Percentage ja 29% 0% 0% 0% 0% 43% Percentage nee 71% 100% 100% 100% 100% 57% Ja betekent in deze tabel dat het specifiek voor armoedebeleid geldt. Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo) In de volgende figuur zoomen we in op de relatie armoedebeleid Wmo. Individuele voorzieningen kunnen een grote kostenpost zijn voor burgers. Denk bijvoorbeeld aan de kosten van thuiszorg, mantelzorg, aangepast vervoer of woningaanpassing. De keuzes die gemeenten maken bij de invulling en uitvoering v an de Wmo hebben dus veel invloed op de positie van minima. De Wmo biedt ook mogelijkheden om de leefbaarheid in wijken te verbeteren en sociale uitsluiting tegen te gaan. Kortom, de Wmo en het armoedebeleid hebben vaak overlappende doelstellingen. In tabel 6 wordt aangegeven of het armoedebeleid wordt afgestemd met het Wmo-beleid en hoe deze afstemming sinds 2007 wordt vormgegeven. Daarbij wordt opgemerkt dat nog veel in ontwikkeling is in de gemeenten. Tabel 6 Afstemming armoedebeleid met Wmo-beleid in 2007 (vraag 9) deelnemer Armoedebeleid is afgestemd op Wmobeleid In het WMO-loket wordt informatie en advies gegeven over het armoedebeleid en inkomensondersteun ende voorzieningen aan klanten De twee beleidsgebieden verwijzen actief naar elkaar door Bij preventief jeugdbeleid wordt aandacht besteed aan armoede Bij maatschappelijke opvang, openbare geestelijke gezondsheidszorg en verslavingbeleid wordt aandacht besteed aan armoede Het verstrekken van de vergoedingen is ondergebracht in 1 organisatie of loket Er is afstemming tussen de eigen bijdrage individuele voorzieningen en verstrekking bijzondere bijstand Uden Duiven Ja Ja Ja Ja Nee Ja Ja Gemert-Bakel Ja Ja Ja Nee Nee Ja Nee Heiloo Ja Ja Nee Ja Ja Ja Ja Echt-Susteren Ja Ja Ja Nee Nee Ja Ja Zevenaar Ja Ja Ja Nee Nee Ja Ja Optimisd Ja Ja Ja Nee Nee Nee Ja Drimmelen Ja Ja Ja Nee Nee Nee Ja Percentage ja 100% 100% 86% 29% 14% 71% 86% Percentage nee 0% 0% 14% 71% 86% 29% 14% 13
14 BENCHMARK A RMOEDEBELEID ORGANISATIE EN SAMENWERKING Dit hoofdstuk gaat in op de organisatie en de uitvoering van het armoedebeleid. Daarbij gaat het zowel om de interne samenwerking tussen verschillende afdelingen van de gemeente als de afstemming en het overleg met uitvoerende partners Samenwerking met externe instellingen De gemeente is doorgaans de lokale regisseur van het armoedebeleid. Zij heeft bij de uitvoering van beleid een aantal partners die al of niet door de gemeente gesubsidieerd instrumenten voor het armoedebeleid uitvoeren. In tabel 8 wordt weergegeven met welke externe instellingen de gemeente samenwerkt op het terrein van armoedebeleid. In tabel 9 wordt per gemeente weergegeven welke particuliere voorzieningen c.q. fondsen aanwezig zijn. Tabel 8 Overzicht van instellingen waarmee gemeenten samenwerken bij het armoedebeleid (vraag 15)* deelnemer Belastingdienst UWV Kerken Voedselbank Lokale/particuliere fondsen Scholen Consultatiebureaus Maatschappelijk Werk Uden Duiven Ja Nee Nee Nee Nee Ja Nee Ja Gemert-Bakel Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Heiloo Nee Nee Ja Nee Nee Nee Nee Nee Echt-Susteren Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Zevenaar Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Optimisd Nee Nee Ja Ja Ja Nee Nee Ja Drimmelen Ja Nee Ja Ja Nee Nee Nee Ja Percentage ja 29% 0% 43% 29% 14% 14% 0% 43% Percentage nee 71% 100% 57% 71% 86% 86% 100% 57% * het betreft hier vormen van structurele (dus niet incidentele) samenwerking 14
15 BENCHMARK A RMOEDEBELEID deelnemer Sociale Verzekeringsbank (SVB) GGD cliëntenraad of zelforganisaties van burgers Anders, namelijk Met welke andere instellingen werkt de gemeente samen met betrekking tot armoedebeleid? Uden Duiven Ja Ja Ja Ja Met name op het terrein van SHV Gemert-Bakel Nee Nee Ja Nee Heiloo Nee Nee Ja Ja Hoogheemraadschap i.v.m. kwijtschelding gemeentelijke heffingen Echt-Susteren Nee Nee Ja Nee Zevenaar Nee Nee Ja Nee Optimisd Nee Nee Nee Ja Cliëntenraad Optimisd Drimmelen Ja Nee Nee Nee Percentage ja 29% 14% 71% 43% Percentage nee 71% 86% 29% 57% Tabel 9 Overzicht van bestaande particuliere voorzieningen binnen de gemeente (vraag 19) deelnemer Voedselbank Stichting Leergeld Jeugdsportfonds Charitatief/ particuliere fondsen Anders Uden Duiven Ja Nee Nee Ja Gemert-Bakel Ja Nee Nee Ja Stichting Leergeld is in oprichting Heiloo Ja Nee Nee Ja Cliënten kunnen terecht bij Voedselbank Echt-Susteren Nee Nee Nee nvt In de regio Voedselbank, kledingbank en Stichting Leergeld Zevenaar Nee Nee Nee Ja Optimisd Ja Nee Nee Ja Drimmelen Nee Ja Nee Ja Voedselbank in de regio 15
16 BENCHMARK A RMOEDEBELEID Percentage ja 57% 86% 0% 86% Percentage nee 43% 14% 100% 14% 16
17 BENCHMARK A RMOEDEBELEID DE DOELGROEP Inzicht in de omvang en samenstelling is om twee redenen van belang. Ten eerste hebt u deze gegevens nodig om de omvang en aard van de voorzieningen te kunnen afstemmen op de doelgroep. U kunt per voorziening het gebruik ervan monitoren. Ten tweede hebt u het inzicht nodig om een reële begroting te kunnen maken. Afbakening en omvang doelgroep In de volgende tabel is per gemeente weergegeven het aantal huishoudens met een inkomen tot 100%, 105%, 110%, 120% en 130% van het sociaal minimum. Het betreft hier een raming voor De aantallen zijn weergegeven in absolute aantallen huishoudens en als % van het aantal huishoudens met 52 weken inkomen. De raming is gemaakt met de Minimascan van StimulanSZ. In de bijlage vindt u een volledige raming van de doelgroep per gemeente en uitleg over de berekeningswijze. Bij de berekening is geen rekening gehouden met eventueel in een huishouden aanwezig vermogen. De berekende aantallen kunnen afwijken van de aantallen waar de gemeenten van uit gaan. Wij hebben bij het berekenen gebruik gemaakt van het lage inkomen zoals CBS dat hanteert (bewerking CBS gegevens 2004). Op deze wijze is een vergelijking van gemeenten met elkaar mogelijk. Tabel 10 Aantal huishoudens met een inkomen tot % van het sociaal minimum deelnemer <100% <100% (% van aantal huishoudens) <105% <105% (% van aantal huishoudens) <110% <110% (% van aantal huishoudens) <120% <120% (% van aantal huishoudens) <130% <130% (% van aantal huishoudens) Aantal inwoners Uden Duiven Gemert-Bakel Heiloo Echt-Susteren Zevenaar Optimisd Drimmelen Kringgemiddelde
18 BENCHMARK A RMOEDEBELEID
19 BENCHMARK A RMOEDEBELEID PARTICIPATIEBEVORDERENDE MAATREGELEN Een laag inkomen kan een belemmering zijn voor maatschappelijke en culturele participatie. Onvolwaardige deelname aan de maatschappij heeft een negatieve invloed op het gevoel van eigenwaarde, waardoor mensen in een maatschappelijk en sociaal isolement terecht kunnen komen en er bijvoorbeeld gezondheidsproblemen kunnen ontstaan (bron: Doen en meedoen, Aanbevelingen van de Denktank armoedebestrijding, 2004). Gemeenten kunnen minima financieel ondersteunen. Het armoedebeleid kan zich daarnaast ook richten op het vergroten van de zelfredzaamheid van minima en het tegengaan van sociale uitsluiting. Al dan niet met daarbij de doelstelling dat minima uiteindelijk zelf in hun inkomen kunnen voorzien. We noemen dit participatiebevordering of activerend armoedebeleid. In tabel 11 zijn participatiebevorderende voorzieningen per gemeente weergegeven. Opgemerkt wordt dat het in de categorie vrijwilligerswerk niet gaat om de vrijlatingen in het kader van de WWB. Tabel 11 Overzicht van participatiebevorderende voorzieningen (vraag 25) deelnemer Declaratiefonds voor sociaal-culturele en sportieve activiteiten Kortingspas/stadspa s voor sociaalculturele en sportieve activiteiten De gemeente organiseert sociale activiteiten voor groepen minima Vergoeding reiskosten (algemeen of in het kader van sociale activiteiten) Vergoeding vrijwilligerswerk Declaratiefonds voor sociaal-culturele en sportieve activiteiten Uden Duiven Ja Nee Nee Ja Ja Ja Gemert-Bakel Ja Nee Nee Nee Nee Nee Heiloo Ja Nee Nee Ja Ja Ja Echt-Susteren Ja Nee Nee Ja Ja Ja Zevenaar Ja Nee Nee Ja Ja Ja Optimisd Ja Nee Nee Ja Ja Ja Drimmelen Nee Nee Nee Ja Nee Nee Percentage ja 86% 0% 0% 86% 71% 71% Percentage nee 14% 100% 100% 14% 29% 29% 19
20 BENCHMARK A RMOEDEBELEID deelnemer Huisbezoeken (met als doel probleemsignalering en participatiebevorderi ng) Minima worden ingeschakeld bij voorlichting of coaching van andere minima Buurtprojecten gericht op participatie van de meest kwetsbare of sociaal geisoleerde buurtbewoners De gemeente maakt betaalbare vakanties mogelijk De gemeente verstrekt computers en/of internetaansluiting Subsidiering of facilitering van ontmoetingsplekken Armoede heeft aandacht in brede scholen Uden Duiven Ja Nee Nee Nee Ja Ja Nee Gemert-Bakel Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Heiloo Nee Nee Nee Nee Nee Nee Nee Echt-Susteren Ja Nee Nee Nee Nee Nee Nee Zevenaar Nee Nee Nee Nee Ja Nee Nee Optimisd Ja Nee Nee Nee Ja Nee Nee Drimmelen Ja Nee Nee Ja Nee Nee Nee Percentage ja 57% 0% 0% 14% 43% 14% 0% Percentage nee 43% 100% 100% 86% 57% 86% 100% deelnemer Bij contacten met minima in het kader van inkomensondersteun ing wordt altijd/meestal ook gekeken of er sprake is van sociaal isolement Anders Uden Duiven Ja Nee Gemert-Bakel Nee Nee Heiloo Ja Nee Echt-Susteren Nee Nee Zevenaar Ja Nee Optimisd Nee Nee Drimmelen Ja Nee Percentage ja 57% 0% Percentage nee 43% 100% In figuur 1 volgt een overzicht van de begrote budgetten van de participatiebevorderende maatregelen. Bij het vaststellen van het budget voor armoedebeleid maken we in de benchmark 20
21 BENCHMARK A RMOEDEBELEID onderscheid tussen de kosten van vergoedingen of kwijtschelding die direct ten goede komen aan de doelgroep en de uitvoeringskosten. Sommige participatiebevorderende regelingen zoals een kortingspas of declaratieregeling worden door gemeenten als inkomensondersteuning gezien. Daarom is bij beide groepen de mogelijkheid gegeven kengetallen te leveren. Om dubbeling van budgetten en uitgaven te voorkomen is gevraagd bedragen onder te brengen bij een van de twee groepen (tabel 12 of 13). Figuur 1a Budget van participatiebevorderende maatregelen per inwoner (vraag 26) De verticale streep geeft het benchmarkgemiddelde weer. Figuur 1b Uitgaven aan participatiebevorderende maatregelen per inwoner (vraag 26) 21
22 BENCHMARK A RMOEDEBELEID Optimisd: uitgaven aan maatschappelijke participatie zijn meegenomen bij het onderdeel inkomensondersteuning. Tabel 12 Uitsplitsing uitgaven van participatiebevorderende maatregelen per inwoner (vraag 26) deelnemer Declaratiefonds Kortingspas Organiseren sociale activiteiten Taalcursussen voor minima Vergoeding kinderopvang Vergoeding reiskosten Vergoeding vrijwilligerswerk Huisbezoeken Inzet bij voorlichting of coachen Buurtprojecten Betaalbare vakanties Verstrekken computers/internet Faciliteren van ontmoetingsplekken Aandacht in brede scholen Aandacht voor sociaal isolement bij andere contacten Anders Participatiebevorderende maatregelen Uden Duiven ,69 16 Gemert ,91 Bakel 78 Heiloo Echt- 1. Susteren 52 Zevenaar ,2 93 Optimisd Drimmelen Kringgemiddelde 1, 66 0,00 0,00 0,00 0,02 0,08 0,05 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,00 0,52 2,06 22
23 BENCHMARK A RMOEDEBELEID INKOMENSONDERSTEUNENDE MAATREGELEN In dit hoofdstuk wordt gekeken naar de vormgeving van inkomensondersteunende maatregelen. Daarbij gaat het met name om de budgetten en het bereik van de verschillende regelingen. In figuur 2 volgt een overzicht v an de begrote budgetten en gerealiseerde uitgaven van de inkomensondersteunende regelingen (exclusief de uitvoeringskosten). Wat betreft de gerealiseerde uitgaven kunnen deze in tabel 13 per regeling worden uitgesplitst. Figuur 2a Budget van inkomensondersteunende maatregelen per inwoner (vraag 28) De verticale streep geeft het benchmarkgemiddelde weer. 23
24 BENCHMARK A RMOEDEBELEID Figuur 2b Uitgaven aan inkomensondersteunende maatregelen per inwoner (vraag 28) Tabel 13 Uitsplitsing van inkomensondersteunende regelingen per inwoner (vraag 28) deelnemer Individuele bijzondere bijstand Categorale bijzondere bijstand Regeling Duurzame Gebruiksgoederen Collectieve aanvullende ziektekostenverzekering Kwijtschelding gemeentelijke belastingen Directe en indirecte schoolkosten Ouderen 65+ Regeling Maatschappelijke Activiteiten Maaltijdvoorziening Langdurigheids toeslag Overige gemeentelijke minimaregelingen Inkomens ondersteunende maatregelen Uden Duiven 5,14 1,45 0,98 0,9 4, ,19 1, ,11 Gemert-Bakel 5,45 0,06 0 0,68 3,64 0 0, ,63 8,06 19,61 Heiloo 2,84 1,4 0 2,76 3, ,01 1,47 0,5 12,46 Echt-Susteren 3,97 0, ,65 0 0, ,38 0 7,63 Zevenaar 8,31 1,55 0,32 0,35 4, ,38 0, ,79 Optimisd 4,72 1,05 0 0,48 0 0, ,8 3,53 14,10 Drimmelen 3, , ,14 0,5 0 6,66 Kringgemiddelde 4,87 0,79 0,19 0,74 2,96 0,04 0,10 0,00 0,25 1,16 1,73 13,20 24
25 BENCHMARK A RMOEDEBELEID Bereik inkomensondersteunende regelingen In de volgende tabel is weergegeven wat het verhouding is tussen het aantal aanvragen en het aantal verstrekkingen per regeling, uitgedrukt als percentage. Aandachtspunt is het vóórkomen van ambtshalve aanvragen die vaak niet als aanvragen worden geregistreerd in gemeenten. Tabel 14 Aantal toekenningen als % van het aantal aanvragen (vraag 29) deelnemer Individuele bijzondere bijstand Categorale bijzondere bijstand Regeling Duurzame Gebruiksgoederen Collectieve aanvullende ziektekosten verzekering Kwijtschelding gemeentelijke belastingen Directe en indirecte schoolkosten Ouderen 65+ Regeling Maatschappelijke Activiteiten Maaltijdvoorziening Langdurigheids toeslag Overige gemeentelijke minimaregelingen Uden Duiven Gemert-Bakel Heiloo Echt-Susteren Zevenaar Optimisd Drimmelen In tabel 15A is weergegeven wat het bereik is van de inkomensondersteunende regelingen. Het aantal ontvangers is afgezet tegen het aantal huishoudens met een inkomen tot 110% van het sociaal minimum. In Tabel 15B is het aantal toekenningen afgezet tegen het aantal huishoudens met een inkomen tot 110%. We geven beiden weer, omdat een persoon meerdere toekenningen kan krijgen. De indicatoren samen geven dan het meeste inzicht in het bereik en kunnen daarom het beste in relatie worden gezien. 25
26 BENCHMARK A RMOEDEBELEID Tabel 15A Bereik inkomensondersteunende regelingen: aantal ontvangers in relatie tot het aantal huishoudens tot 110% van het sociaal minimum (vraag 30) Deelnemer Individuele bijzondere bijstand Categorale bijzondere bijstand Regeling Duurzame Gebruiksgoederen Collectieve aanvullende ziektekostenverzekerin g Kwijtschelding gemeentelijke belastingen Directe en indirecte schoolkosten Ouderen 65+ Regeling Maatschappelijke Activiteiten Maaltijdvoorziening Langdurigheidstoeslag Overige gemeentelijke minimaregelingen Uden Duiven Gemert-Bakel Heiloo Echt-Susteren Zevenaar Optimisd Drimmelen Tabel 15B Bereik inkomensondersteunende regelingen: aantal toekenningen in relatie tot het aantal huishoudens tot 110% van het sociaal minimum (vraag 29) deelnemer Individuele Bijzondere Bijstand Categorale Bijzondere Bijstand Regeling Duurzame gebruiksgoederen Collectieve aanvullende ziektekosten verzekering Kwijtschelding gemeentelijke belastingen Directe en indirecte schoolkosten Oudren 65+ Regeling maatschappelijke activiteiten Maaltijd voorziening Langdurigheids toeslag Overige gemeentelijke minimaregelingen Uden Duiven Gemert-Bakel Heiloo Echt-Susteren Zevenaar
27 BENCHMARK A RMOEDEBELEID Optimisd Drimmelen
28 BENCHMARK A RMOEDEBELEID In de volgende figuur is weergegeven hoeveel procent van de huishoudens die bijzondere bijstand hebben ontvangen, op het moment van aanvraag een bijstandsuitkering had. Figuur 3 Aantal aanvragers Minimaregelingen met een WWB uitkering (uitgedrukt in %) (vraag 44) De verticale streep geeft het benchmarkgemiddelde weer In de volgende tabel leest u hoeveel procent van de verstrekkingen bijzondere bijstand in natura is, een periodiek karakter heeft en om niet is verstrekt. Tabel 16 % verstrekkingen bijzondere bijstand in natura, met een periodiek karakter en om niet (vraag 32,33,34) deelnemer In natura Periodiek karakter Om niet Uden Duiven Gemert-Bakel Heiloo Echt-Susteren Zevenaar Optimisd Drimmelen Kringgemiddelde
29 BENCHMARK A RMOEDEBELEID Natura In artikel 57 van de WWB is bepaald dat indien en zolang er gegronde redenen zijn om aan te nemen dat de klant zonder hulp niet in staat is tot een verantwoorde besteding van zijn bestaansmiddelen, kan het college: 1. aan de bijstand de verplichting verbinden dat de belanghebbende eraan meewerkt dat het college in naam van de belanghebbende noodzakelijke betalingen uit de toegekende bijstand verricht; 2. de bijstand in natura verstrekken. Geldlening, borgtocht of om niet In artikel 48 van de WWB is bepaald dat - tenzij in deze wet anders is bepaald - de bijstand wordt verleend om niet. Bijstand kan worden verleend in de vorm van een geldlening of borgtocht indien: 1. redelijkerwijs kan worden aangenomen dat de klant op korte termijn over voldoende middelen zal beschikken om over de betreffende periode in de noodzakelijke kosten van het bestaan te voorzien; 2. de noodzaak tot bijstandsverlening het gevolg is van een tekortschietend besef van verantwoordelijkheid voor de voorziening in het bestaan; 3. de aanvraag een door de klant te betalen waarborgsom betreft; 4. het bijstand ter gedeeltelijke of volledige aflossing van een schuldenlast betreft. Het college kan aan het verlenen van bijstand in de vorm van een geldlening verplichtingen verbinden die zijn gericht op meerdere zekerheid voor de nakoming van de aan deze bijstand verbonden rente en aflossingsverplichtingen. 29
30 BENCHMARK A RMOEDEBELEID AANVRAAGPROCEDURE In dit hoofdstuk komen aspecten van de aanvraag aan de orde. Drempelbedrag In de WWB is beleidsvrijheid voor het al dan niet hanteren van een drempel. De navolgende beleidsopties zijn te onderkennen. Afzien van drempelbedrag Allereerst kan de gemeente besluiten geen drempelbedragen te hanteren. De redenen hiervoor kunnen onder andere zijn dat: bij andere instanties vaak ook al een eigen bijdrage wordt gevraagd; de psychologische barrière om bijzondere bijstand aan te vragen wordt verkleind; de duidelijkheid naar de belanghebbende wordt vergroot; de bijzondere bijstand de laatste voorziening is welke voor belanghebbende openstaat. De draagkracht welke belanghebbende dan nog heeft, zou als voldoende kunnen worden aangemerkt voor het vaststellen van de eigen bijdrage. Om uitvoeringstechnische redenen is het zeer aan te bevelen om een administratieve drempel te hanteren voordat een aanvraag wordt ingenomen. Zodra iemand over de drempel heen is (met optelling van alle nota's), wordt het hele bedrag in behandeling genomen. Hiermee wordt voorkomen dat er veel administratieve kosten worden gemaakt voor vergoeding van zeer kleine bedragen. Selectieve toepassing drempelbedrag De drempel kan ook selectief worden toegepast. Dit betekent dit sommige doelgroepen wel en andere niet voor de toepassing van het drempelbedrag in aanmerking komen. De gemeente kan bijvoorbeeld besluiten belanghebbenden die langer dan een bepaald aantal jaren in de uitkering zijn geen drempel op te leggen, en overige groepen van belanghebbenden wel. Ook kan het drempelbedrag voor bepaalde kostensoorten niet van toepassing worden verklaard. Bijvoorbeeld: 30
31 BENCHMARK A RMOEDEBELEID kosten die voortvloeien uit aan bijstand verbonden verplichtingen gericht op zelfstandige voorziening in het bestaan zoals die voor: om-, her- en bijscholing, kinderopvang of van rechtskundige bijstand in alimentatieprocedures (verweer); kosten waarvoor bijstand in de vorm van een geldlening wordt verstrekt. De gemeente kan er ook voor kiezen een drempelbedrag te hanteren, maar wanneer de kosten dit bedrag te boven gaan, het totale bedrag vergoeden. Een andere mogelijkheid is dat de gemeente besluit alleen een drempelbedrag te hanteren voor die situaties, waarin de (mede)oorzaak van de noodzakelijke kosten geheel of ten dele moeten worden toegeschreven aan v erwijtbare gedragingen van de belanghebbende. In de volgende tabel is weergegeven hoe gemeenten omgaan met het drempelbedrag. Tabel 17 Wijze waarop gemeenten met het drempelbedrag omgaan (vraag 36) deelnemer Wat is het drempelbedrag voor minimaregelingen? Hoogte drempel (euro) Uden Duiven Administratieve drempel 45 Gemert-Bakel Geen Heiloo Geen Echt-Susteren Geen Zevenaar Administratieve 45 drempel Optimisd Geen Drimmelen Geen 0 31
32 BENCHMARK A RMOEDEBELEID Aanvraagprocedure In tabel 18 is weergegeven of de gemeenten gebruik maken van een verkorte aanvraagprocedure voor minimaregelingen voor mensen met een bijstandsuitkering Tabel 18 Gebruik verkorte aanvraagprocedure bij gemeenten (vraag 37) deelnemer Is er een verkorte aanvraagprocedure voor armoederegelingen voor bijstandsgerechtigden Uden Duiven Gemert-Bakel Heiloo Echt-Susteren Zevenaar Optimisd Drimmelen Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Een belangrijke vraag voor gemeenten is hoe zij het gebruik van voorzieningen in het kader van het armoedebeleid kunnen optimaliseren. Niet zelden maakt minder dan 25% van de doelgroep gebruik van de regelingen waar zij recht op heeft. Hiervoor zijn verschillende oorzaken aan te wijzen, zoals: onbekendheid van de regelingen bij de doelgroep; door de doelgroep ervaren ingewikkeldheid van de aanvragen; gêne bij de doelgroep om een aanvraag in te dienen bij de sociale dienst; de informatie bereikt niet de doelgroep; taalproblemen. Oplossingen zijn te vinden in het versimpelen van regelingen, het vergroten van de bekendheid, bestandskoppeling en het ondersteunen van cliënten bij het indienen van een aanvraag. Bij deze 32
33 BENCHMARK A RMOEDEBELEID maatregelen ligt het voor de hand dat de gemeente informatie vraagt aan, en samenwerking zoekt met lokale maatschappelijke organisaties. In de volgende tabel is weergegeven welke maatregelen gemeenten nemen om het niet-gebruik van voorzieningen tegen te gaan. Tabel 19 Maatregelen tegengaan niet-gebruik van voorzieningen (vraag 38) deelnemer Intermediairs worden getraind in het signaleren en/of het bieden van hulp (verstrekken informatie, formulieren invullen, hulp bij schulden, doorverwijzing) Huisbezoek en/of formulierenbrigade Persoonlijk schrijven aan potentiele client Telefonisch spreekuur Folders bij verschillende instanties Folders breed verspreid bij externe instanties Publicaties in lokale media Posters Uden Duiven Ja Ja Ja Ja Ja Ja Ja Nee Gemert-Bakel Ja Ja Nee Nee Nee Nee Ja Nee Heiloo Nee Ja Nee Ja Ja Ja Ja Ja Echt-Susteren Nee Nee Ja Ja Ja Ja Ja Nee Zevenaar Nee Nee Ja Ja Ja Nee Ja Nee Optimisd Nee Ja Ja Ja Ja Nee Ja Nee Drimmelen Ja Ja Nee Nee Ja Nee Ja Nee Percentage ja 43% 71% 57% 71% 86% 43% 100% 14% Percentage nee 57% 29% 43% 29% 14% 57% 0% 86% deelnemer Voorlichtingsbijeenkomsten voor risicogroepen Inloopspreekuren Internet (aanvragen en informeren) Mondelinge voorlichting aan intermediairs van bv. maatschappelijk werk, voedselbank, e.d. Er zijn afspraken gemaakt met schuldeisers over doorverwijzing naar gemeente/schuldhulp verlening Budgetteringscursus sen voor mensen om te leren met geld om te gaan DVD Actief doorverwijzen door consulenten Werk en Inkomen Uden Duiven Nee Ja Nee Ja Ja Nee Nee Ja Gemert-Bakel Nee Nee Nee Nee Ja Ja Nee Ja Heiloo Nee Ja Ja Nee Nee Nee Nee Ja Echt-Susteren Nee Nee Nee Ja Nee Ja Nee Ja Zevenaar Ja Ja Ja Nee Nee Ja Nee Ja 33
34 BENCHMARK A RMOEDEBELEID Optimisd Nee Nee Ja Ja Ja Nee Nee Ja Drimmelen Nee Ja Ja Ja Ja Ja Nee Ja Percentage ja 14% 57% 57% 57% 57% 57% 0% 100% Percentage nee 86% 43% 43% 43% 43% 43% 100% 0% 9. RESULTATEN Wat zijn de resultaten van het armoedebeleid in uw gemeente, hoeveel personen hebben gebruik gemaakt van de minimaregelingen? In figuur 4 wordt een overzicht gegeven van de gemiddelde doorlooptijd van aanvragen in het kader van het armoedebeleid. Hierbij gaan we uit van de tijd tussen het indienen van een aanvraag en het versturen van de beschikking. Figuur 4 Gemiddelde doorlooptijd van aanvragen armoedebeleid in kalenderdagen uitgedrukt (vraag 42) In dit hoofdstuk staan we ook kort stil bij het onderwerp schuldhulpverlening. In de volgende figuur is weergegeven het aantal geslaagde minnelijke regelingen per inwoners. Een geslaagde schuldregeling is een regeling waarbij een minnelijk akkoord tot stand is gekomen over de aflossing en/of kwijtschelding van de schulden. Dat betekent 34
35 BENCHMARK A RMOEDEBELEID overigens niet automatisch dat de aflossing ook goed verlopen is. In figuur 5 geven we het aantal geslaagde schuldregelingen. Figuur 5 Het aantal geslaagde schuldregelingen per 1000 inwoners (vraag 48.1) De verticale lijn is het benchmarkgemiddelde. Wanneer we het aantal geslaagde schuldregelingstrajecten (vraag 48.1) relateren aan het aantal opgestarte trajecten (vraag 47) hebben we het slagingspercentage. Deze is voor: - Duiven 25% - Gemert-Bakel 44% - Heiloo 78% - Echt-Susteren 21% - Zevenaar 100% - ISD-Optimisd 13% - Drimmelen 44% 35
36 BENCHMARK A RMOEDEBELEID Er zijn vele factoren die een positieve invloed kunnen hebben op de slagingskans. We noemen er een paar: Een goede relatie met schuldeisers. Beschouw de schuldeiser (ook) als klant van uw organisatie. Beschikking over een noodfonds. De mate waarin uw organisatie erin slaagt de cliënt te motiveren. Laagdrempeligheid van uw organisatie. Als schuldenaren op tijd uw organisatie weten te vinden, dan zijn de schulden nog niet hoog opgelopen en is het aantal schuldeisers beperkt. Toepassing van budgetbeheer. Geven van achtergrondinformatie over de cliënt. Toepassing van dwangakkoord. Screenen in voorfase ( fase 1 ). Moment waarop schuldregelingsovereenkomst wordt ondertekend. 36
37 BENCHMARK A RMOEDEBELEID EVALUATIE Bij evaluatie gaat het om de resultaatmeting van het armoedebeleid. Het betreft hier vragen als: Vindt er resultaatmeting plaats ten aanzien van de doeltreffendheid van het beleid (nietgebruik, terugdringing armoede, etc)? Vindt er resultaatmeting plaats ten aanzien van de doelmatigheid (kosten per klant, doorlooptijden, etc.)? Worden de resultaten van het armoedebeleid getoetst aan de doelstellingen van het beleid? Wordt het effect van het minimabeleid naar de aparte doelgroepen gemeten? Gemeentebesturen worden op verschillende manieren geïnformeerd over de resultaten van het beleid. Dit gebeurt onder andere via Managementrapportages (MARAP s), die echter vaak een hoog aggregatieniveau kennen. Via aparte beleidsrapportages wordt op gedetailleerder niveau over het armoedebeleid gerapporteerd. In de volgende tabel wordt weergegeven of en in welke mate de doeltreffendheid en doelmatigheid van het armoedebeleid wordt gemeten. Tabel 20 Resultaatmeting t.a.v. doeltreffendheid en doelmatigheid van armoedebeleid (vragen 49 en 50) deelnemer Resultaatmeting doeltreffendheid Resultaatmeting doelmatigheid Uden Duiven Gemert-Bakel Niet systematisch of minder dan eens per jaar Niet systematisch of minder dan eens per jaar Heiloo Nee Nee Niet systematisch of minder dan eens per jaar Nee 37
38 BENCHMARK A RMOEDEBELEID Echt-Susteren Niet systematisch of Nee minder dan eens per jaar Zevenaar Nee Niet systematisch of minder dan eens per jaar Optimisd Drimmelen Nee Nee 38
39 BENCHMARK A RMOEDEBELEID TOT SLOT Wij hopen dat u na het lezen van deze rapportage een beter beeld hebt gekregen van de situatie waar uw gemeente zich in bevindt. Vergelijken met andere gemeenten is belangrijk om die situatie op waarde te kunnen schatten. Dat geeft steun bij het zoeken naar mogelijkheden om uw organisatie te verbeteren. Naast de kringrapportage zal ook een managementsamenvatting beschikbaar worden gemaakt. U kunt de samenvatting gebruiken voor rapportage aan het gemeentebestuur. 39
40 BENCHMARK A RMOEDEBELEID BIJLAGE 1 REKENMETHODE LAAG INKOMEN Rekenmethode en verantwoording tabel 10 Tabel 10, het aantal huishoudens met een inkomen tot % van het sociaal minimum, is gebaseerd op gegevens uit de StimulanSZ-minimasite. De berekening volgt de methode van het boekje Kengetallen gemeentelijk armoedebeleid van het COELO (M.A. Allers en F.J. Sijtsma, VNG-Uitgeverij, 1997). Landelijk is bekend hoeveel huishoudens van een minimuminkomen moeten rondkomen. Op gemeenteniveau is dit anders. Gemeenten kunnen onderling sterk verschillen, en de situatie in een bepaalde gemeente kan sterk afwijken van het gemiddelde landelijke beeld. Daarom kunnen landelijke cijfers niet direct worden vertaald naar gemeenteniveau. Het CBS publiceert gegevens over het aantal huishoudens met een 'laag inkomen' en huishoudens met een inkomen tot 105% van het sociaal minimum per gemeente. Socaal minimum is volgens de gehanteerde definitie van het CBS de bijstandsnorm voor een echtpaar aangevuld met de (leeftijdsafhankelijke) kinderbijslag. Op basis van deze gegevens kan het aantal minimumhuishoudens worden geschat. De berekeningen worden uitgevoerd per sociaaleconomische groep (pensioenontvangers, werklozen e.d.). In de praktijk van het gemeentelijk beleid worden deze groepen veelvuldig gehanteerd. De bepaling van het aantal minima in een afzonderlijke gemeente gebeurt in drie stappen: 1. Er wordt uitgegaan van zo recent mogelijke CBS gegevens (2004) over het aantal huishoudens met een laag inkomen en huishoudens met een inkomen tot 105% van het sociaal minimum in de gemeente. 2. Per sociaal economische categorie wordt de verhouding vastgesteld tussen het aantal huishoudens met een minimuminkomen en het aantal huishoudens met een laag inkomen. Dit (landelijke) kengetal wordt toegepast op de gemeentelijke gegevens over laag inkomen. Dit levert een schatting op van het aantal minimumhuishoudens in de gemeente, uitgesplitst naar sociaal-economische groep, voor Landelijke verhoudingen ten opzichte van 105%-grens (bron: door StimulanSZ bewerkte CBS-cijfers 2004) Landelijke verhoudingen ten opzichte van 105%-grens (bron: door StimulanSZ bewerkte CBS-cijfers 2004) Aantal huishoudens met een inkomen tot % van het sociaal minimum 40
41 BENCHMARK A RMOEDEBELEID minimum 101% 105% 110% 115% 120% 125% 130% Zelfstandigen 95% 100% 106% 121% 138% 155% 170% Werknemers 87% 100% 118% 167% 231% 317% 435% WWB+WW 86% 100% 111% 121% 128% 133% 137% Arbeidsongeschikte 71% 100% 124% 161% 195% 231% 266% n Pensioenontvanger 57% 100% 144% 236% 320% 397% 469% s Niet ingedeeld 53% 100% 173% 220% 247% 260% 280% Totaal 78% 100% 122% 162% 202% 243% 286% 3. Op basis van de toe- of afname van de omvang van de verschillende sociaal-economische groepen in de gemeente wordt het aantal minimumhuishoudens in een recent jaar geraamd (na 2004). De tabel hieronder laat zien aan de hand van welke gegevens de schatting voor begin 2004 wordt geactualiseerd. Het aantal minimumhuishoudens met een bijstands-, WW- of arbeidsongeschiktheidsuitkering wordt geactualiseerd aan de hand van de mutatie in het aantal uitkeringen. Bij pensioenontvangers wordt gebruik gemaakt van het aantal 65-plussers. Actuele gegevens over zelfstandigen en werknemers per gemeente zijn niet beschikbaar. Daarom gaan we uit van de mutatie van het aantal inwoners, voor zover die niet behoren tot een van de hiervoor genoemde groepen. Actualisering van de minimaschatting voor 2004 Sociaaleconomische groep: Bijstandsontvangers WW-ontvangers Arbeidsongeschikten Pensioenontvangers Zelfstandigen Werknemers Actualisering via mutatie van aantal: Bijstandsuitkeringen WW-uitkeringen WAO-uitkeringen 65-plussers Overige inwoners (totaalbovengenoemde groepen) Inwoners (idem) Laag inkomen (CBS) De lage-inkomensgrens is vastgesteld op euro. Dit bedrag komt in koopkracht ongeveer overeen met de koopkracht van een bijstandsuitkering voor een alleenstaande in 1979, toen deze 41
42 BENCHMARK A RMOEDEBELEID op zijn hoogst was. Het inkomensbegrip dat in deze publicatie wordt gehanteerd, is het besteedbaar inkomen verminderd met eventueel ontvangen huursubsidie. Om te bepalen hoe het inkomen van een huishouden zich verhoudt tot de lage-inkomensgrens, wordt het inkomen van een huishouden gecorrigeerd voor verschillen in huishoudenssamenstelling en voor de prijsontwikkeling. De correctie voor verschillen in samenstelling vindt plaats met behulp van equivalentiefactoren. In de equivalentiefactor komen de schaalvoordelen tot uitdrukking die het gevolg zijn van het voeren van een gemeenschappelijke huishouding. Met behulp van de equivalentiefactoren worden alle inkomens herleid tot het inkomen van een eenpersoonshuishouden. Op deze wijze zijn de inkomensniveaus van huishoudens onderling vergelijkbaar gemaakt. Vervolgens wordt dit gestandaardiseerde inkomen (met consumentenprijsindices) herleid naar het prijspeil in Het resulterende inkomen is laag wanneer het minder is dan euro. 42
Gemeentelijk armoedebeleid. Martijn Schut Adviseur Stimulansz
Gemeentelijk armoedebeleid Martijn Schut Adviseur Stimulansz Armoede Armoede is een complex verschijnsel met veelal samenhangende dimensies zoals inkomen, maatschappelijke participatie, opleidingsniveau,
Nadere informatieNotitie categoriale bijzondere bijstand voor chronisch zieken, gehandicapten
Notitie categoriale bijzondere bijstand voor chronisch zieken, gehandicapten 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Categoriale bijzondere bijstand 3. Doelgroep 4. Meerkosten chronisch zieken en gehandicapten
Nadere informatieArmoede en schulden in Oostzaan en Wormerland. Martijnschut.wordpress.com
Armoede en schulden in Oostzaan en Wormerland Martijnschut.wordpress.com Armoede Armoede is een complex verschijnsel met veelal samenhangende dimensies zoals inkomen, maatschappelijke participatie, opleidingsniveau,
Nadere informatieDivosa Benchmark Armoede & Schulden Rapportage 2017 module armoedebeleid
Divosa Benchmark Armoede & Schulden Rapportage 2017 module armoedebeleid Inzicht in de prestaties van het armoedebeleid Loppersum Pagina 1 / 24 - Benchmarkrapportage 2017 - Divosa Benchmark Armoede en
Nadere informatieNota Evaluatie Minimabeleid 2009. Sociaal en maatschappelijke voorzieningen
Nota Evaluatie Minimabeleid 2009 Sociaal en maatschappelijke voorzieningen Inleiding Met een adequaat minimabeleid willen we voorkomen dat burgers met een minimuminkomen in een te grote achterstandspositie
Nadere informatieDeelplan Minimabeleid Beleidsplan sociaal domein 2015-2018
Deelplan Minimabeleid Beleidsplan sociaal domein 2015-2018 Gemeente Noordoostpolder 19 augustus 2014 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1. Inleiding... 3 2. Doelen en doelgroep... 4 2.1. Doelen... 4 2.1.1.
Nadere informatieNieuwsbrief Minimabeleid 2010 Gemeente Schagen
Nieuwsbrief Minimabeleid 2010 Gemeente Schagen JANUARI, 2010 In deze nieuwsbrief wordt u geïnformeerd over de volgende onderwerpen: de individuele bijzondere bijstand; de categoriale bijzondere bijstand;
Nadere informatieDatum vergadering: Nota openbaar: Ja
Nota Voor burgemeester en wethouders Nummer: 14INT01753 Datum vergadering: Nota openbaar: Ja 2? MEI 20Í4 Onderwerp: Planning aanpassing minimabeleid Advies:» Kennisnemen van deze nota» Instemmen met de
Nadere informatieNotitie chronisch zieken, gehandicapten en ouderen
Notitie chronisch zieken, gehandicapten en ouderen Werk en Inkomen Gemeente Hoogeveen 15 december 2004 Inhoudsopgave blz. Inleiding 3 Huidig beleid 4 Kostensoorten 4 Hoogte kosten 5 Omvang van de doelgroep
Nadere informatieOverzicht huidige minimaregelingen
Datum 10 juni 2014 1 (7) Overzicht huidige minimaregelingen Auteur Eveline Bal, Beleidsadviseur Werk & Inkomen Het huidige minimabeleid van de gemeente Nieuwegein kent verschillende instrumenten ter bestrijding
Nadere informatiebesluit vast te stellen de Verordening bijzondere bijstand 2015 gemeente Heerde.
Raadsbesluit De raad van de gemeente Heerde; gelezen het voorstel van het college d.d. 11 november 2014; gelet op artikel 35 van de Participatiewet; besluit vast te stellen de Verordening bijzondere bijstand
Nadere informatieMinimabeleid Beek, september 2014 Danielle Marting
Minimabeleid 2015 Beek, september 2014 Danielle Marting - 2-1. Inleiding In de afgelopen jaren heeft de gemeente Beek een stevig armoedebeleid opgebouwd. Sinds 2006 is Beek actief in het voorkomen en bestrijden
Nadere informatieArmoedebeleid. Welkom bij deze presentatie!
Armoedebeleid Welkom bij deze presentatie! Algemeen Armoede is een complex fenomeen waarin de dimensies van inkomen, gezondheid, opleiding, zelfredzaamheid en mogelijkheden tot participatie een belangrijke
Nadere informatieFinanciële regeling voor langdurige minima: langdurigheidstoeslag
Agendanr. : Doc.nr : B2003 14372 Afdeling: : Sociale Zaken en Werkgelegenheid B&W-VOORSTEL Onderwerp : Langdurigheidstoeslag 2003 Financiële regeling voor langdurige minima: langdurigheidstoeslag Algemeen:
Nadere informatieEVALUATIE MINIMABELEID GEMEENTE OLST-WIJHE
EVALUATIE MINIMABELEID GEMEENTE OLST-WIJHE Onderzoek naar de omvang en samenstelling van de doelgroep voor het minimabeleid en het gebruik van minimaregelingen in de gemeente Olst-Wijhe. Colofon Opdrachtgever
Nadere informatieNota no claimcompensatie en eenmalige tegemoetkoming in de schoolkosten van 12 tot en met 17-jarigen, Minimabeleid, gemeente Helmond, 2007
Nota no claimcompensatie en eenmalige tegemoetkoming in de schoolkosten van 12 tot en met 17-jarigen, Minimabeleid, gemeente Helmond, 2007 1. Inleiding..... 2 2. Aanleiding..... 2 3. De juridische basis...
Nadere informatieHoofdstuk 24. Financiële dienstverlening
Hoofdstuk 24. Financiële dienstverlening Samenvatting De gemeente voert diverse inkomensondersteunende maatregelen uit die bedoeld zijn voor huishoudens met een lager inkomen. Ruim zeven op de tien Leidenaren
Nadere informatieBeleidsplan minimabeleid 2014-2017
Beleidsplan minimabeleid 2014-2017 Pagina 1 Inleiding: Armoede is een complex fenomeen waarin de dimensies van inkomen, gezondheid, opleiding, zelfredzaamheid en mogelijkheden tot participatie een belangrijke
Nadere informatieSOCIALE ZAKEN. Ken uw doelgroep
Kengetallen voor een efficiënt De taken en bevoegdheden van gemeenten op het gebied van het armoedebeleid zijn de laatste tijd sterk uitgebreid. Hiermee zijn de financiële risico s en de verantwoordelijkheden
Nadere informatieBijzondere bijstand kunt u aanvragen binnen 12 maanden nadat u deze kosten hebt gemaakt. U moet wel alle rekeningen en nota s bewaren.
Weet u hoe u een bijdrage kunt krijgen voor de kosten die u maakt? Verschillende vergoedingen van de gemeente zijn mogelijk als de kosten voor u te hoog oplopen. Dat is mooi, maar tegelijkertijd lastig.
Nadere informatieBestuurlijke nota onderzoek armoedebeleid
1 Bestuurlijke nota onderzoek armoedebeleid Inleiding In haar jaarplan 2017 heeft de rekenkamercommissie een onderzoek naar het armoedebeleid aangekondigd. De armoedeproblematiek is lastig in kaart te
Nadere informatieBELEIDSREGELS MINIMABELEID GEMEENTE HOOGEVEEN
BELEIDSREGELS MINIMABELEID GEMEENTE HOOGEVEEN Het college van de gemeente Hoogeveen, gelet op artikel 35, Wet Werk en Bijstand, besluit vast te stellen de volgende beleidsregels: beleidsregels minimabeleid
Nadere informatieBijlage 1: Bijzondere bijstand
07.0001914 Bijlage 1: Bijzondere bijstand Individuele bijzondere bijstand Niet iedereen zal een duidelijk beeld hebben van wat bijzondere bijstand precies inhoudt. Daarom wordt hierbij een korte omschrijving
Nadere informatieINVENTARISATIE DOELGROEP ARMOEDEBELEID AMELAND
INVENTARISATIE DOELGROEP ARMOEDEBELEID AMELAND Inventarisatie doelgroep armoedebeleid gemeente Ameland Colofon Opdrachtgever Gemeente Ameland Datum december 2014 Auteurs Harry Piepers Tessa Schoot Uiterkamp
Nadere informatieGEMEENTE HAARLEMMERLIEDE EN SPAARNWOUDE
GEMEENTE HAARLEMMERLIEDE EN SPAARNWOUDE NOTULEN / VOLGNR.: ONDERWERP : Minimabeleid Haarlemmerliede en Spaarnwoude 2015 Voorgesteld besluit: 1. Met ingang van 1 januari 2015 de Beleidsregels minimabeleid
Nadere informatieAlleen ter besluitvorming door het College. Collegevoorstel Openbaar
Openbaar Onderwerp Subsidie voor Stichting Leergeld ten behoeve van verstrekken bijdrage schoolkosten uit Kinderfonds Programma / Programmanummer Werk & Inkomen / 1061 BW-nummer Portefeuillehouder T. Tankir
Nadere informatieOntwikkelprogramma armoede gemeente Leeuwarden 2014
Ontwikkelprogramma armoede gemeente Leeuwarden 2014 Inleiding Uit onze gemeentelijke armoedemonitor 1 blijkt dat Leeuwarden een stad is met een relatief groot armoedeprobleem. Een probleem dat nog steeds
Nadere informatieBijlage 1 Maatregelen terugdringen niet-gebruik in de afgelopen periode
Bijlage 1 Maatregelen terugdringen niet-gebruik in de afgelopen periode Het Sociaal Cultureel Planbureau heeft in haar rapport Geld op de plank (2007) het niet-gebruik van verschillende regelingen onderzocht
Nadere informatieb. WTOS: de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten;
GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Haarlem. Nr. 93478 12 juli 2016 Beleidsregels HaarlemPas Het college van de gemeente Haarlem Gelet op artikel 35, eerste lid van de Participatiewet; besluit
Nadere informatieDe leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus 250
gemeente Haarlemmermeer De leden van de gemeenteraad van Haarlemmermeer Postbus 250 2130 AG Hoofddorp Bezoekadres: Raadhuisplein 1 Hoofddorp Telefoon 0900 1852 Telefax 023 563 95 50 Organisatieonderdeel
Nadere informatieEffectiever minimabeleid in Amersfoort
Effectiever minimabeleid in Amersfoort Trudi Nederland Marieke Wentink Marian van der Klein M.m.v. Marie-Christine van Dongen en Monique Stavenuiter Oktober 2007 Verwey- Jonker Instituut Samenvatting
Nadere informatieBELEIDSVERSLAG 2012 AFDELING ZORG (gemeente Goes) Uitvoering voor gemeente Noord-Beveland
BELEIDSVERSLAG 2012 AFDELING ZORG (gemeente Goes) Uitvoering voor gemeente Noord-Beveland Sandra Sonke Marleen van der Maas Dirk Verburg Inhoudsopgave 1 Algemeen... 2 2 Wet maatschappelijke ondersteuning
Nadere informatieAanleiding en probleemstelling
No.: Portefeuillehouder: Wethouder Harmsen Afdeling: Welzijn en Onderwijs Behandelaar: C.H.A.M. Weterings De raad van de gemeente Tholen Tholen, 16 juni 2015 Onderwerp: voorstel om in te stemmen met de
Nadere informatieArmoedemonitor gemeente Menterwolde 2014
Armoedemonitor gemeente Menterwolde 2014 Twee onderdelen Onderzoek naar de omvang en samenstelling van de doelgroepen voor het gemeentelijke armoedebeleid en het gebruik van inkomensondersteunende regelingen
Nadere informatieBijlage 1 Opties voor gemeentelijke ondersteuning van chronisch zieken en gehandicapten en advies voor keuze uit opties
Bijlage 1 Opties voor gemeentelijke ondersteuning van chronisch zieken en gehandicapten en advies voor keuze uit opties In deze bijlage behandelen we kort vijf opties die de gemeente kan inzetten bij de
Nadere informatieHoofdstuk 25 Financiële dienstverlening
Hoofdstuk 25 Financiële dienstverlening Samenvatting De gemeente voert diverse inkomensondersteunende maatregelen uit die bedoeld zijn voor huishoudens met een lager inkomen. Zes op de tien Leidenaren
Nadere informatieBehandelend ambtenaar F. Tinselboer, 0595-750304 gemeente@winsum.nl (t.a.v. F. Tinselboer)
Vergadering : 16 mei 2006 Agendanummer: 7 Status: hamerstuk Behandelend ambtenaar F. Tinselboer, 0595-750304 E-mail: gemeente@winsum.nl (t.a.v. F. Tinselboer) Aan de gemeenteraad, Onderwerp: Aanvullend
Nadere informatieTabel 1 Statische Koopkrachtontwikkeling 2002 (in procenten)
Bijlage 5 In het overleg over het begrotingsonderzoek SZW van 22 november 2001 heb ik toegezegd u voor de begrotingsbehandeling nadere informatie te doen toekomen met betrekking tot de inkomensmaatregelen
Nadere informatieKadernota minimabeleid 2015
Kadernota minimabeleid 2015 1. UITGANGSPUNTEN... Pag. 2 1.1 Definitie Minima 1.2 Definitie Participatie 1.3 Doel 2 GEMEENTELIJKE BELEIDSVRIJHEID. Pag. 3 2.1 Landelijk beleid 2.2 Gemeentelijk Beleid 2.2.1
Nadere informatiewordt de draagkracht berekend over middelen waarover belanghebbende daadwerkelijk de beschikking
GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Haarlem Nr. 207856 1 oktober 2018 Beleidsregel HaarlemPas 2019 Het college van de gemeente Haarlem Gelet op de artikelen 35, eerste lid van de Participatiewet;
Nadere informatieVragenlijst Monitor Gemeentelijk Armoedebeleid 2001
Vragenlijst Monitor Gemeentelijk Armoedebeleid 2001 Gemeentenaam: Deloitte & Touche Bakkenist / Cebeon februari 2003 Algemene vragen Afbakening MGA In de Monitor Gemeentelijk Armoedebeleid moeten alle
Nadere informatieVerkenning probleemstelling. armoedebeleid Heerenveen. Rekenkamercommissie Heerenveen
Verkenning probleemstelling armoedebeleid Heerenveen Rekenkamercommissie Heerenveen April 2011 Inhoud. INLEIDING..2 ARMOEDEBELEID IN HEERENVEEN 3 AFBAKENING PROBLEEMSTELLING...4 3.1 AFBAKENING 4 3.2 OVERZICHT
Nadere informatieHoofdstuk 20. Financiële dienstverlening
Hoofdstuk 20. Financiële dienstverlening Samenvatting Dit hoofdstuk behandelt de bekendheid en het gebruik van zeven Leidse inkomensondersteunende regelingen onder respondenten met een netto huishoudinkomen
Nadere informatieNaam en telefoon. Sille Dohmen 5772 Afdeling. Portefeuillehouder
Onderwerp Minima Effect Rapportage 2017 Nibud Datum 28 mei 2018 Naam en telefoon Sille Dohmen 5772 Afdeling SMO Portefeuillehouder Kees van Geffen Waarover wil je informeren? Met de Minima Effect Rapportage
Nadere informatieSOCIAAL DOMEIN bezuinigingen
SOCIAAL DOMEIN bezuinigingen Presentatie voor de commissie Maatschappelijk Ontwikkeling op 3 oktober 2011 door wethouder(s) Visser & Turnhout- v.d. Bosch 1 Agenda 1. Opening en toelichting wethouder Kees
Nadere informatieHoofdstuk 8. Financiële dienstverlening
Hoofdstuk 8. Financiële dienstverlening Samenvatting Dit hoofdstuk behandelt de bekendheid en het van zeven Leidse inkomensondersteunende regelingen onder respondenten met een netto huishoudinkomen van
Nadere informatieBijlage nr. : 79-2007 AAN. Onderwerp : Armoedebeleid de gemeenteraad;
Bijlage nr. : 79-2007 AAN Onderwerp : Armoedebeleid de gemeenteraad; 1. Inleiding Sinds eind 2006 wordt in onze gemeente gewerkt aan de voorbereiding van een nieuw armoedebeleid. De bedoeling is om het
Nadere informatieMinimabeleid 't Hoogeland
Beleidskader BMWE- gemeenten Minimabeleid 't Hoogeland 3 september 2013 Inhoudsopgave Inhoud 1. Inleiding...3 1.1 Doelstelling...4 1.2 Het algemeen landelijk kader...5 1.3 Huidig kader Wet werk en bijstand
Nadere informatieFollow up onderzoek naar minimabeleid
Follow up onderzoek naar minimabeleid 1. Inleiding Op 20 mei 2009 is het rapport Onderzoek Minimabeleid Rekenkamercommissie Waterland verschenen. Dit rapport is in de raad van 27 oktober 2009 voor kennisgeving
Nadere informatieEVALUATIE MINIMABELEID BEEK EN AANBEVELINGEN VOOR 2013 e.v.
EVALUATIE MINIMABELEID BEEK 2012 EN AANBEVELINGEN VOOR 2013 e.v. Inleiding De gemeente heeft de mogelijkheid Øn de zorgplicht om de leefsituatie en het toekomstperspectief van kwetsbare burgers te verbeteren.
Nadere informatieStand van zaken Minimabeleid Maart 2016
Minimabeleid Maart 2016 Meer voor wie minder heeft! Minimabeleid 2015-2018 Op 7 juli 2015 heeft de gemeenteraad de nota Meer voor wie minder heeft vastgesteld. De nota richt zich op zes thema s: taboe
Nadere informatieCategoriale regelingen mogen worden verstrekt aan inkomens tot 110% van het minimum
Aan de gemeenteraad 13 december 2011 Onderwerp: Vaststelling Verordeningen wetswijzigingen WWB 2012 en de bijbehorende beleidsregels 1. Voorstel 1. Voorgesteld wordt om de Verordening Langdurigheidstoeslag
Nadere informatieCentraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Verdere daling langdurige minima. Aandeel langdurige minima gedaald
Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB02-138 3 juli 2002 9.30 uur Verdere daling langdurige minima In 2000 hadden 229 duizend huishoudens al ten minste vier jaar achtereen een inkomen onder
Nadere informatieVOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD
VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD Datum Raadsvergadering: Bestuurlijk hoofdthema: BBVnummer: 108667 Raadsvoorstel: 109814 Portefeuillehouder: Maret Rombout Paraaf controller: Datum Paraaf Onderwerp Vaststelling
Nadere informatieInterne Memo nr. commissie MO G.E. Oude Kotte Datum: december 2014 Onderwerp: BOT-overleg armoedebeleid 2015 Afschrift aan: vul in
Interne Memo nr. Aan: commissie MO Van: G.E. Oude Kotte Datum: december 2014 Onderwerp: BOT-overleg armoedebeleid 2015 Afschrift aan: vul in Inleiding Per 1 januari 2015 wijzigen een aantal zaken binnen
Nadere informatieArmoede in Voorschoten in beeld
Armoede in Voorschoten in beeld Gebruik en bereik van de minimaregelingen onder minimahuishoudens Gebruik en bereik bijzondere bijstand (per huishouden) 516 550 =18% =16% =15% 92 90 561 84 Daling -: -7%
Nadere informatieBereik minimaregelingen onder Leidse huishoudens
Bereik minimaregelingen onder Leidse huishoudens April 2018 Uitgave 2018/01 info@leidenincijfers.nl Inleiding en aanleiding De gemeente Leiden en het CBS hebben een samenwerkingsovereenkomst gesloten om
Nadere informatieArmoedemonitor Voorschoten 2012
Armoedemonitor Voorschoten 2012 Februari 2014 Opgesteld door te Groningen Databewerking: Wim Zijlema Redactie: Anne-Wil Hak en Tessa Schoot Uiterkamp In opdracht van de gemeente Voorschoten structureert
Nadere informatieProject Sociaal huis Opdrachtgever Hans Killaars i.o.v. het college van B&W Trekker Nog te bepalen Datum 22 oktober 2014
Project Sociaal huis Opdrachtgever Hans Killaars i.o.v. het college van B&W Trekker Datum 22 oktober 2014 Doel Waarvoor doen we het? In december 2013 heeft de gemeenteraad ingestemd met de kadernota minimabeleid
Nadere informatieB en W. nr d.d
B en W. nr. 14.0969 d.d. 28-10-2014 Onderwerp Beleidsregels koopkrachttegemoetkoming 2014 Besluiten: 1) De beleidsregels koopkrachttegemoetkoming lage inkomens 2014 vast te stellen en daarmee in te stemmen
Nadere informatieMANAGEMENTSAMENVATTING GEMEENTE ISD DRECHTSTEDEN
BENCHMARK WWB 2008 MANAGEMENTSAMENVATTING VIERDE KW ARTAAL GEMEENTE ISD DRECHTSTEDEN 1 MANAGEMENTSAMENVATTING GEMEENTE ISD DRECHTSTEDEN De benchmark maakt prestaties van sociale diensten zichtbaar door
Nadere informatieBeleidsregels financieel vangnet.
Algemeen: Met ingang van 1 januari 2015 krijgen de gemeenten er een groot aantal nieuwe taken bij. Het gaat om de decentralisatie van een aantal taken uit de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ),
Nadere informatieNotitie Minimabeleid Gemeente Rozendaal
Notitie Minimabeleid 2015-2018 Gemeente Rozendaal Vastgesteld in de raadsvergadering van 16 december 2014 Inhoudsopgave Inleiding 3 1. Landelijke ontwikkelingen 4 2. Lokale situatie 6 3. Uitgangspunten
Nadere informatieMagda Kamminga Beleidsadviseur Werk en Inkomen Regionale Sociale Dienst Kromme Rijn Heuvelrug
Magda Kamminga Beleidsadviseur Werk en Inkomen Regionale Sociale Dienst Kromme Rijn Heuvelrug EFFICIËNTE UITVOERING BIJZONDERE BIJSTAND EN MINIMABELEID Waarom? - Uitvoeringskosten laag houden. - Beperking
Nadere informatievoor de inwoners van de gemeente Dongeradeel
voor de inwoners van de gemeente Dongeradeel De collectieve (aanvullende) zorgverzekering Tegemoetkoming kosten schoolgaande kinderen Extra kosten chronisch zieken, gehandicapten en ouderen Bijzondere
Nadere informatieHeeft u een laag inkomen? Dan hebben wij een aantal regelingen waar u gebruik van kunt maken.
FOLDER: Minimabeleid inwoners gemeente Ooststellingwerf 2009 Heeft u een laag inkomen? Dan hebben wij een aantal regelingen waar u gebruik van kunt maken. Extra inkomen U krijgt een bijdrage van de gemeente
Nadere informatieAdviesnota aan B en W
Onderwerp Beleidsregels minimabeleid 2015 Datum 16 december 2014 Naam steller Sanne Bloemen Kenmerk Afdelingsmanager Hans Killaars Afdeling Maatschappelijke Diensten Coördinator Paul de Mulder Voorstel
Nadere informatieM E M O. Onderwerp: technische vragen brief van het college over tijdelijke aanvullende inkomensondersteuning
M E M O Aan: de Griffie Onderwerp: technische vragen brief van het college over tijdelijke aanvullende inkomensondersteuning Datum: 12-11-2014 Van: John Bannenberg D66 (Vic van Dijk) Daartoe vraagt hij
Nadere informatieNota van B&W. Samenvatting
Nota van B&W Onderwerp Minimabeleid in de gemeente Haarlemmermeer Portefeuillehouder dr T.C.M. Horn I 8 QLkb 10 &L- 2 Inlichtingen R.J. Kouwenhoven (023 567 66 15) Collegevergadering Regirtrabenummar z00
Nadere informatieInkomensondersteuning voor mensen met een laag inkomen. in Asten, Deurne, Gemert-Bakel, Helmond, Laarbeek en Someren
Inkomensondersteuning voor mensen met een laag inkomen in Asten, Deurne, Gemert-Bakel, Helmond, Laarbeek en Someren Regelingen voor mensen met een laag inkomen In de Peelgemeenten willen we graag dat iedereen
Nadere informatieVoortgangsrapportage Sociale Zaken
Voortgangsrapportage Sociale Zaken 2e e half 2013 gemeente Landsmeer [Geef tekst op] [Geef tekst op] [Geef tekst op] Afdeling Zorg en Welzijn April 2014 1. Inleiding Voor u ligt de voortgangsrapportage
Nadere informatieArmoedemonitor Leidschendam-Voorburg 2012
Armoedemonitor Leidschendam-Voorburg 2012 Februari 2014 Opgesteld door te Groningen Databewerking: Wim Zijlema Redactie: Anne-Wil Hak en Tessa Schoot Uiterkamp In opdracht van de gemeente Leidschendam-Voorburg
Nadere informatieOplegvel Collegebesluit
Onderwerp Eenmalige uitkering sociale minima 2008 Oplegvel Collegebesluit Portefeuille H. van der Molen Auteur Dhr. R. Kooijman Telefoon 5114042 E-mail: rkooijman@haarlem.nl SZW/BB Reg.nr. 2008/180630
Nadere informatieAfdeling Sociale Zaken
Afdeling Sociale Zaken Doelstelling en Visie Onze doelstelling is dat we op klantgerichte en kostenbewuste wijze onze inwoners ondersteunen, zodat deze zolang mogelijk zelfstandig kan blijven functioneren.
Nadere informatieArmoedemonitor 2014 gemeente Zoetermeer
Armoedemonitor 2014 gemeente Zoetermeer Een onderzoek naar de doelgroep, het beleid en de risicogroepen voor armoede in de gemeente Zoetermeer Maart 2014 Colofon Uitgave Deze publicatie is een uitgave
Nadere informatiegemeente Eindhoven Betreft rekenkameronderzoek, stand van zaken verbetering uitvoering.
gemeente Eindhoven Raadsnummer O8. R2 524. OOI Inboeknummer o8bstooyr6 Dossiernummer 8rS.por 8 april zoo8 Raads Inforn1atiebrief Betreft rekenkameronderzoek, stand van zaken verbetering uitvoering. 1 Inleiding
Nadere informatieBijzondere bijstand voor. chronisch zieken, gehandicapten. en ouderen
Bijzondere bijstand voor chronisch zieken, gehandicapten en ouderen 2005 Midden-Delfland, februari 2005 Inleiding Het kabinet heeft besloten om voor 2004 en 2005 extra geld ter beschikking te stellen om
Nadere informatieHoofdstuk 17. Financiële dienstverlening
Hoofdstuk 17. Financiële dienstverlening Samenvatting In dit hoofdstuk wordt allereerst gekeken naar de bekendheid en het gebruik van vijf inkomensondersteunende regelingen, te weten: Kwijtschelding gemeentelijke
Nadere informatieOverzicht inkomensondersteunende voorzieningen van Optimisd en van andere overheidsinstanties
Overzicht inkomensondersteunende voorzieningen van Optimisd en van andere overheidsinstanties In dit overzicht (matrix) van inkomensondersteunende voorzieningen van Optimisd en van andere overheidsinstanties
Nadere informatieBijlage 3. Inzake motie eigen bijdragen Wmo bij raadsvoorstel nieuw beleid Wmo
Bijlage 3. Inzake motie eigen bijdragen Wmo bij raadsvoorstel nieuw beleid Wmo Inleiding In de vergadering van de gemeenteraad van 1 juni jl. is een motie van de fractie van de PvdA aangenomen, waarin
Nadere informatieNota. Nota openbaar: Ja. Nummer: 14INT04226. Invulling Wet chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) en Compensatie Eigen Risico (CER) Onderwerp:
Nota Voor burgemeester en wethouders Nummer: 14INT04226 II Onderwerp: II Datum vergadering^ Ö Nota openbaar: Ja Invulling Wet chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) en Compensatie Eigen Risico (CER)
Nadere informatieHarmonisatie bijzondere bijstand Peel 6.1: Regels draagkracht bijzondere bijstand
Harmonisatie bijzondere bijstand Peel 6.1: Regels draagkracht bijzondere bijstand 1 Inhoudsopgave Inleiding 3 Samenvatting 3 Hoofdstuk 1 Wettelijk minimumloon versus sociaal minimum 4 Hoofdstuk 2 Wel niet
Nadere informatieAfdeling Samenleving Richtlijn 565 Ingangsdatum: 01-11-2012 DRAAGKRACHTBEREKENING
Afdeling Samenleving Richtlijn 565 Ingangsdatum: 01-11-2012 DRAAGKRACHTBEREKENING Algemeen Op grond van artikel 35 WWB heeft men recht op bijzondere bijstand voor zover men niet beschikt over de middelen
Nadere informatieWMO bijdrageregeling Uitwerking van 2 voorstellen. Raadscommissie S 8 februari 2010 Han Wingens
WMO bijdrageregeling Uitwerking van 2 voorstellen Raadscommissie S 8 februari 2010 Han Wingens Inhoud presentatie Inhoudelijke uitwerking in 2 voorstellen: WMO bijdrageregeling en inkomensgrens Taxbus
Nadere informatieBeleid minimaregelingen Datum indiening vragen: 10 maart Vragen:
Fractie: PvdA-GL Naam: K. Gerritsen Onderwerp: Beleid minimaregelingen Datum indiening vragen: 10 maart 2016 Vragen: De fractie van de PvdA-GL heeft hierover de volgende vragen: NB. Toelichting op vragen
Nadere informatieOplegvel Collegebesluit
Onderwerp Beleidsregels Haarlempas Oplegvel Collegebesluit Portefeuille H. van der Molen Auteur Dhr. F. Hermans Telefoon 5114046 E-mail: fhermans@haarlem.nl SZW/BB Reg.nr. 2009/23366 Te kopiëren: A B &
Nadere informatieEvaluatie. Minimabeleid. gemeente De Marne
Evaluatie Minimabeleid 2006 gemeente De Marne Inleiding De gemeente De Marne heeft haar minimabeleid in april 2006 geëvalueerd en besloten aanvullend op het reeds bestaande beleid een aantal regelingen
Nadere informatieBijlage bij raadsvoorstel
Bijlage bij raadsvoorstel Inleiding De PvdA De Marne heeft via een initiatiefvoorstel in de raadsvergadering van 22 november 2005 het college gevraagd aanvullend minimabeleid te formuleren. Dit voorstel
Nadere informatieUitvoeringsregeling -
Uitvoeringsregeling - Uitvoeringsregeling Tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten Gemeente Landgraaf 2016-2017 Artikel 1 Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: 1. het dagelijks
Nadere informatieCOLLEGEVOORSTEL. Onderwerp Aanpassing bijstandsbeleid / compensatie van de Wtcg en Cer
COLLEGEVOORSTEL Onderwerp Aanpassing bijstandsbeleid / compensatie van de Wtcg en Cer Te besluiten om 1. Het minimabeleid met ingang van 1 januari 2015 aan te passen door wijziging van de richtlijnen;
Nadere informatieVOORSTEL OPSCHRIFT AANHEF MOTIVERING BESLISSING BIJKOMENDE INFO BIJ HET BESLUIT. Vergadering van 24 februari 2015
VOORSTEL OPSCHRIFT Vergadering van 24 februari 2015 Besluit nummer: 2015_BW_00155 Onderwerp: Raadsmededeling over: motie armoedebeleid - Besluitvormend Beknopte samenvatting: Bij de behandeling van de
Nadere informatieB e s l u i t: Vast te stellen de Beleidsregels bijzondere bijstand zorg en minimabeleid gemeente Aalten.
Beleidsregels bijzondere bijstand zorg en minimabeleid Het college van burgemeester en wethouders, Gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht: B e s l u i t: Vast te stellen de Beleidsregels
Nadere informatieINKOMENSEFFECTEN LANDELIJKE EN GEMEENTELIJKE MINIMAREGELINGEN
INKOMENSEFFECTEN LANDELIJKE EN GEMEENTELIJKE MINIMAREGELINGEN Versie 1.2 15 maart 2015 Inkomenseffecten landelijke en gemeentelijke minimaregelingen Onderzoek naar de effecten van de landelijke en gemeentelijke
Nadere informatieMet ingang 2015 zijn er op het gebied van de bijzondere bijstand een aantal zaken veranderd.
Bijzondere bijstand U kunt onverwacht voor noodzakelijke uitgaven komen te staan als gevolg van bijzondere individuele omstandigheden. Als u daarbij een laag inkomen heeft en geen of weinig vermogen dan
Nadere informatieBeleidsregels minimabeleid 2015
Gemeente Gilze en Rijen Beleidsregels minimabeleid 2015 Iedereen doet mee en iedereen doet ertoe" sybver 1/1/2015 Inhoudsopgave Voorwoord 1. Voor wie? 2. Individuele aanvragen bijzondere bijstand 3. Individuele
Nadere informatieMeer vóór mensen met minder
Meer vóór mensen met minder Iedereen zit wel eens krap bij kas. Maar wie al jarenlang een laag inkomen heeft, zit altijd krap. Door de steeds maar stijgende lasten, onverwachte uitgaven of bijzondere kosten
Nadere informatieHoofdstuk 44. Financiële dienstverlening
Hoofdstuk 44. Financiële dienstverlening Samenvatting De gemeente voert diverse inkomensondersteunende maatregelen uit die bedoeld zijn voor huishoudens met een lager inkomen. Zeven op de tien Leidenaren
Nadere informatieVerordening persoonlijk participatiebudget Roerdalen 2014.
Verordening persoonlijk participatiebudget Roerdalen 2014. Artikel 1 Begripsbepalingen 1. In deze verordening wordt verstaan onder : a. wet: Wet werk en bijstand; b. bijstandsnorm: de bijstandsnorm bedoeld
Nadere informatieIedereen doet mee inspiratiebundel. Minimaregelingen
Iedereen doet mee inspiratiebundel Minimaregelingen Inhoudsopgave Minimaregelingen zijn regelingen voor mensen met een laag inkomen. Kijk voor de voorwaarden op www.geldermalsen.nl, zoek op minimaregelingen.
Nadere informatieVragen en antwoorden. Recht op en hoogte van de koopkrachttegemoetkoming
Vragen en antwoorden Recht op en hoogte van de koopkrachttegemoetkoming Wie heeft recht op een Recht op een koopkrachttegemoetkoming in 2014 hebben personen van 18 jaar of ouder met een inkomen van ten
Nadere informatie