Studiegids. Bachelor Mondzorgkunde. Voltijd

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Studiegids. Bachelor Mondzorgkunde. Voltijd 2014-2015"

Transcriptie

1 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde Voltijd Hogeschool Utrecht, september 2013

2 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd Inhoudsopgave 1 Voorwoord 5 2 Inrichting van de opleiding Beroepsprofiel Beroep Uitwerking van beroepsprofiel Competenties beginnende beroepsbeoefenaar Vaardigheden afgestudeerde Werkveld en functies Opleidingsprofiel Algemeen Doelstelling opleiding Het hbo-niveau van de opleiding Didactische uitgangspunten Inrichting opleiding Opleidingsvarianten Verkorte en versnelde opleidingsroutes Getuigschriften Graden en titulatuur Opleidingsstructuur Propedeuse Programma Studieadvies Overstappen Hoofdfase Toelating hoofdfase Programma s Stages en stagewaardigheid Profileringsruimte Excelleren Afstuderen Vervolgopleidingsmogelijkheden Examencommissie Instelling en benoeming Samenstelling Taken en bevoegdheden Verzoekschrift Introductie- en begeleidingsdagen, excursies, werkweken en trainingen Voorzieningen Begeleiding ICT-faciliteiten Algemeen SharePoint OSIRIS Student Wachtwoord Informatiebeveiliging en privacy Registratie studievoortgang Onderwijsbalie Studievereniging Opleidingscommissies Contactgegevens Cursussen Cursusdeelname Inschrijving voor cursussen /211 Hogeschool Utrecht, september 2014

3 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd Aanwezigheidsplicht Ingangseisen Cursusbeschrijvingen Tentamens en examens Introductie Vrijstellingen Organisatie tentamens Tentamenvorm en -duur Tentamenrooster Inschrijving en deelname (her)tentamens Voorzieningen in geval van een functiebeperking Legitimatieplicht bij tentamens Gang van zaken tijdens tentamens Beoordeling Toekennen resultaat en inzage Onregelmatigheden / fraude Bewaring en teruggave tentamen- en examenwerk Geldigheidsduur resultaten Diplomering Procedure afgifte getuigschrift Aantekening cum laude of met genoegen Roosters HU-onderwijsjaarrooster Vakanties en vrije dagen Lesdagen en -tijden Openingstijden gebouwen Roosterinformatie en -wijzigingen Klachten, bezwaar en beroep Inleiding Bezwaar Beroep Beroep aantekenen Hoger beroep Klachten Klacht indienen Herzieningsverzoeken bij klachten Ongewenst gedrag Studentzaken Studiebegeleiding Profileringsfonds Studentendecaan Centrum Studiekeuze Vertrouwenspersoon Studentenarts Bureau Studentenpsychologen Mediation Studeren met een functiebeperking Verbetering taalvaardigheden Bibliotheek Internationalisering Study abroad Stage in het buitenland Medezeggenschap Inspraakorganen Ondersteuning bestuurlijk actieve studenten Studium Generale Studentenvereniging /211 Hogeschool Utrecht, september 2014

4 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd Algemeen Bestuursbeurs Topsport Trajectum Sport Veilig, gezond en milieuvriendelijk studeren Verzekeringen: aansprakelijkheid, ongevallen en reisverzekering Werken naast je studie Huisvesting Over de HU Algemene informatie Onderwijsprofiel HU Bachelor- en masterstelsel Hogeschool- en faculteitsregelingen Orderegels Kwaliteitszorg Organogram HU Locaties HU Algemene informatie faculteit Gezondheidzorg Algemeen Organogram Faculteit Gezondheidszorg Contactgegevens Plattegrond Praktische voorschriften en aanwijzingen Faciliteiten In- en uitschrijven voor de opleiding Toelatingsonderzoek Studiekosten, eigen bijdragen en tegemoetkoming Collegegeld Kosten voor boeken en leermiddelen Overige kosten Financiële tegemoetkoming Bijlagen Onderwijs- en examenreglement Cursusbeschrijvingen Bachelor Mondzorgkunde voltijd Deze studiegids is op 7 juni 2014 vastgesteld door Hans Merkx, Instituutsdirecteur Paramedische Studies gevolgd door een positief advies van de (G)OC en goedgekeurd door Harm Drost, faculteitsdirecteur op 19 juni /211 Hogeschool Utrecht, september 2014

5 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd Voorwoord Beste student, Voor je ligt de studiegids van de opleiding Mondzorgkunde. We hopen dat je bij onze opleiding een prettige en succesvolle studietijd hebt. In deze studiegids vind je belangrijke spelregels en informatie die je daarbij kunnen helpen. Hogeschool Utrecht biedt vraaggestuurd en competentiegericht onderwijs aan. Competentiegericht: dat wil zeggen dat jij goed voorbereid bent als je het beroepsleven begint ( 2.1). Vraaggestuurd: we streven ernaar het onderwijs en ook de ondersteuning eromheen zo in te richten dat jij je in en tijdens je studie kunt ontwikkelen op een manier die jij belangrijk vindt en die bij je past. Hieronder vind je informatie over de belangrijkste aspecten van je studie en de keuzes die jij kunt maken. Invloed van de student Veel van onze mogelijkheden zijn ontwikkeld of verbeterd op initiatief van je medestudenten. De hogeschool beschouwt je als partner, je maakt deel uit van onze kennisgemeenschap. De HU hecht daarom veel waarde aan jouw mening en ideeën. Dat begint al bij de evaluaties van alle cursussen, waar je als student je oordeel en verbetertips kunt geven. Ook organiseren we op opleidingen of faculteiten onderwijsdialogen, waarin we samen in gesprek gaan over je opleiding en alles eromheen. De HU ondersteunt actief deelname van studenten in opleidingscommissies en medezeggenschapsorganen (8.13). We vragen je elk jaar de NSE (Nationale Studenten Enquête) in te vullen. En ben je bijzonder tevreden over het onderwijs van die ene docent(e), nomineer hem/haar dan als docent(e) van het jaar! Excelleren De HU waardeert en stimuleert verschillende vormen van excellentie. Als je uitstekende resultaten in je studie behaalt, kun je bij je diploma de aantekening cum laude of met genoegen ontvangen (5.2). Maar je kunt ook uitblinken in andere aspecten, zoals innovatie en leiderschap. Ook dat wil de HU graag onderstrepen, hiervoor zijn honourstrajecten ontwikkeld. Je kunt met het volgen van deze trajecten Ster Verklaringen behalen. Als je vijf verschillende Ster Verklaringen behaalt, kun je het Honours Certificaat verkrijgen. Dit is een officieel HU-waardepapier dat je bij je afstuderen naast je diploma ontvangt (2.5.5). Verbreden en verdiepen Veel opleidingen kennen afstudeerrichtingen, waarin je je kunt specialiseren op een onderdeel van je vakgebied. Daarnaast kennen de meeste opleidingen de zogenaamde vrije profileringsruimte (van 30 EC, een halfjaar), die je kunt gebruiken om je te verdiepen binnen je eigen vakgebied, of om kennis te maken met een geheel ander vakgebied. Dit kan binnen jouw faculteit, of bij een opleiding van een andere faculteit maar ook een cursus aan een andere instelling is vaak mogelijk (2.5.4). Ook kun je een eigen examenprogramma ontwikkelen; je studieloopbaanbegeleider (slb er, 2.8.1) kan je hierover adviseren. De examencommissie van je opleiding (2.6) moet daar toestemming voor geven. Ook is er Studium Generale dat inspirerende programma s aanbiedt. Wat anders? Je kunt je studietijd natuurlijk ook willen benutten om je zo breed mogelijk te ontwikkelen, en juist ervaring buiten je reguliere studie op te doen. Wil je een tijdje studeren in het buitenland (8.11)? Of denk je erover bestuurlijk actief te worden in bijvoorbeeld je studievereniging, je gezelligheidsvereniging of je studentensportclub? (8.15, 8.18). Hiervoor noemden we al medezeggenschap en opleidingscommissies. Of combineer je topsport met een studie (8.16)? Er is van alles denkbaar dat door de HU actief ondersteund wordt. Studievertraging Door allerlei oorzaken kan je studie niet verlopen zoals je dat graag zou willen. Als dat komt door bijzondere omstandigheden, bijvoorbeeld door ziekte of familieomstandigheden, dan zijn er verschillende regelingen waarop je een beroep kunt doen. Als je door jouw persoonlijke situatie tentamens mist, kun je om een extra herkansing vragen (4.3.3). Haal je te weinig studiepunten en dreig je een negatief studieadvies te krijgen dan kun je hulp krijgen bij het maken van een studieplanning (2.4.2). En had je een studiebeurs, maar studeer je door deze omstandigheden zo lang dat je er geen recht meer op hebt? Dan is 5/211 Hogeschool Utrecht, september 2014

6 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd er wellicht een mogelijkheid tot financiële ondersteuning (8). In al deze gevallen geldt: meld het zo spoedig mogelijk aan je studieloopbaanbegeleider (2.8.1) of je studentendecaan (8.3)! Het is natuurlijk niet wenselijk dat je (veel) te lang over je studie doet. Om dat te voorkomen bieden opleidingen soms extra inhaaltrajecten aan. Die worden via intranet bekendgemaakt. En heb je een functiebeperking? Dan kun je mogelijk langer over je studie doen, maar dat hoeft lang niet altijd het geval te zijn. De hogeschool kent een breed scala aan voorzieningen die je in je studie kunnen ondersteunen (8.9). Problemen en klachten Heb je problemen die je studie negatief beïnvloeden? Of vragen omdat je niet precies weet waar je terecht kunt? Bij je slb er (2.8.1) of een studentendecaan (8.3) ben je aan het juiste adres; zij kunnen je adviseren of doorverwijzen. Als je klachten hebt over de bejegening door studenten of medewerkers, kun je ook een vertrouwenspersoon (8.5) inschakelen. Als er sprake is van een escalerende situatie kunnen onze studentmediators vaak helpen om verdere escalatie te voorkomen en de samenwerking weer te herstellen (8.8). En gaat er binnen de HU iets fout of ben je het niet eens met een besluit? Op elke faculteit of opleiding is een klachtenloket waar je terecht kunt met bezwaren en klachten (7.1). Ook hiervoor kun je bij de studentendecaan terecht. Wat verwacht de HU van jou? Wij streven ernaar je een opleiding en studieklimaat te bieden waarin je je optimaal kunt ontplooien. De HU verwacht van elke student dat hij/zij zich aan de interne regels houdt (9.1.4). Ongewenst gedrag (bijvoorbeeld intimidatie, hat s, verbaal of fysiek geweld) wordt niet getolereerd. Als je een diploma haalt, moet je dat ook verdiend hebben. Fraude (4.4.2) wordt niet getolereerd. Zeker als dit gevolgen heeft voor onschuldige medestudenten, doordat tentamenresultaten ongeldig worden verklaard, zijn de straffen zwaar. Zowel ongewenst gedrag als fraude kan leiden tot verwijdering van de opleiding. Je ziet, er zijn heel veel mogelijkheden bij de HU om een prettige studietijd te hebben. Je vindt het merendeel terug in deze studiegids. Lees de gids goed door, voordat je aan je studie begint. Via de inhoudsopgave kun je altijd achterhalen waar je iets kunt vinden. Maar is het niet duidelijk of kun je het niet vinden: kijk op intranet, of vraag het je slb er of de onderwijsbalie (2.8.3). We wensen je een prettige studietijd en veel succes in dit studiejaar. Mede namens alle collega s die aan jouw opleiding bijdragen, Hans Merkx Directeur Instituut Paramedische Studies 6/211 Hogeschool Utrecht, september 2014

7 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd Inrichting van de opleiding 2.1 Beroepsprofiel Beroep In de gezondheidszorg vinden dusdanige veranderingen in de verschillende beroepen plaats, dat er nieuwe of bijgestelde beroepsprofielen ontstaan. Door taakherschikking ontstaan er nieuwe samenwerkingsverbanden. Vanuit eigenstandige inhoudelijke deskundigheden zullen de mondhygiënisten in samenwerking zorg verlenen aan individuele patiënten vanuit de eigen functionele bevoegdheid. Gezien de variatie in de organisatie van de zorg en voorziene en onvoorziene ontwikkelingen dienen deze professionals op eigen terrein breed opgeleid te zijn. Dan zullen zij in de ongetwijfeld grote variëteit aan (steeds wijzigende) situaties en omstandigheden doelmatig kunnen functioneren. Dit vraagt een wijze van handelen waaraan geformuleerde uitgangspunten ten grondslag liggen. De beschrijving van het nieuwe opleidingsprofiel van de mondhygiënist Bachelor of Health (B Health) is voor een belangrijk deel gebaseerd op het beroepsprofiel mondhygiënist (2007). De mondhygiënist werkt in de (tandheelkundige) gezondheidszorg in teamverband met eigen functionele verantwoordelijkheid en specifieke deskundigheid. Hij draagt zorg voor primaire, secundaire en tertiaire preventie van aandoeningen van het gebit en de omringende weefsels, inclusief eenvoudige restauraties. Hij stemt zijn handelen af met en op andere beroepsbeoefenaren. De mondhygiënist stelt de patiënt centraal en houdt in het mondzorgplan rekening met zijn algemene gezondheidstoestand en welzijn. Hij vertoont flexibiliteit in het methodisch handelen, heeft een kritische instelling en een gepaste beroepshouding. De mondhygiënist handelt op basis van bewezen handelingen en onderzoek, zodat kwaliteit van zorg gewaarborgd blijft. Zie art. 15 OER-HU Uitwerking van beroepsprofiel Het beroepsprofiel is te vinden op: Brede professionalisering Het betreft hier competenties op de terreinen: zorgverlening, functioneren binnen een organisatie en het professionaliseren van zichzelf en het beroep. Zorgverlening Op basis van de wijze van formulering, namelijk brede professionalisering moet een mondhygiënist minimaal die competenties beheersen waar hij zelfstandig onder normale omstandigheden de benodigde handelingen kan toepassen bij regelmatig voorkomende zorgvragen in de mondzorg. Brede professionalisering houdt ook in dat de mondhygiënist in staat is preventieve taken te verrichten, voorlichting te geven en behandelingen uit te voeren in het eigen domein, binnen allerlei settings: van kind tot hoogbejaard, in westerse en in niet-westerse landen, bij gezonden en bij zieken. Brede professionalisering betekent ook: gebruik maken van een groot arsenaal hulpmiddelen, waaronder de moderne technologische ontwikkelingen. Organisatie Functioneren binnen een organisatie op hbo-niveau houdt in dat de mondhygiënist een hoogwaardige partner is in een interdisciplinaire praktijk en volwaardig gesprekspartner van en voor de collega's, ongeacht of dit nu tandartsen, assistenten of specialisten zijn. Ook is hij in staat om zich te verstaan met verzekeringsmaatschappijen, (regionale) overheid en leveranciers. 7/211 Hogeschool Utrecht, september 2014

8 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd Daarnaast is hij in staat om beleidsadviezen te formuleren en kwaliteitszorg uit te oefenen en de planning daarvoor te maken. Professionalisering Professionalisering van het beroep en de beroepsuitoefening houdt in dat de mondhygiënist op basis van deskundigheid selecties kan maken uit wetenschappelijke informatie. Ook behoort het tot het werk van de mondhygiënist om eigen ervaringen te toetsen aan wetenschappelijke inzichten. Dat betekent dat de mondhygiënist werkt vanuit een kritische, zelfreflecterende houding met kennis aangaande de denk- en werkwijze van wetenschappelijk onderzoek en ethiek. De mondhygiënist gedraagt zich professioneel: hij kan zelfstandig op het eigen deskundigheidsterrein besluiten nemen en daarover verantwoording afleggen, rekening houdend met kennis en vaardigheden, de mogelijkheden en wensen van de patiënt en de kaders gesteld vanuit de gezondheidszorg. De mondhygiënist kan reflecteren op eigen werkwijze en het ontwikkelen van nieuwe inzichten. Multidisciplinaire integratie De mondhygiënist is in staat om daar waar het zijn deskundigheidsterrein betreft samen te werken met tandartsen, specialisten en paramedici. De mondhygiënist kan binnen het eigen deskundigheidsterrein een zorg- en behandelplan opstellen dan wel bijstellen waarin in afstemming met andere beroepsbeoefenaren behandeltaken en zorg verdeeld kunnen worden. De mondhygiënist kan binnen het eigen deskundigheidsgebied behandelingen uitvoeren en evalueren. Zie art. 15 OER-HU Competenties beginnende beroepsbeoefenaar De eindtermen van de opleiding worden weergegeven in competenties die de beginnende beroepsbeoefenaar dient te bezitten. De competentiegebieden zijn: Werken met en voor cliënten (patiënten en opdrachtgevers) Werken in en voor een organisatie Werken aan professionalisering Binnen ieder competentiegebied wordt een aantal competenties beschreven en gedefinieerd. Iedere competentie is vervolgens uitgezet op een driepuntschaal zodat de student door de gehele opleiding heen op verschillende niveaus getoetst en beoordeeld kan worden. Competentiegebied: werken met en voor patiënten 1 Onderzoek uitvoeren en diagnosticeren 2 Zorgplan opstellen 3 Voorlichting geven (preventief handelen) 4 Behandeling uitvoeren, evalueren Competentiegebied: werken in en voor een organisatie 5 Bedrijfsvoering Competentiegebied: werken aan professionalisering 6 Toegepast onderzoek uitvoeren en innoveren 8/211 Hogeschool Utrecht, september 2014

9 OVERZICHT COMPETENTIES EN BEROEPSPRODUCTEN EN DIENSTEN OPLEIDING MONDZORGKUNDE Onderstaande competenties moeten ontwikkeld worden tijdens de opleiding. Een competentie bestaat uit een integratie van kennis, vaardigheden en beroepshouding. Deze drie onderdelen worden dan ook niet afzonderlijk beschreven binnen de competenties en beheersingsniveaus. In de beoordelingslijsten van de competenties worden deze aspecten gewaarborgd. Competentie Beheersingsniveau Competentie 1: Onderzoek uitvoeren en diagnosticeren Beheersingsniveau 1 Beheersingsniveau 2 Beheersingsniveau 3 De student kan op een medestudent of een fantoomkop een volledig mondonderzoek uitvoeren, de gegevens uit dit onderzoek interpreteren, een diagnose opstellen en de juiste vervolgstappen nemen en verantwoorden. De student kan in een gecontroleerde situatie bij patiënten een volledig (mond)onderzoek uitvoeren, de gegevens uit het onderzoek interpreteren, een diagnose opstellen en de juiste vervolgstappen nemen en verantwoorden. De student kan bij iedere willekeurige patiënt een volledig (mond)onderzoek uitvoeren, de gegevens uit het onderzoek interpreteren, een diagnose opstellen en de juiste vervolgstappen nemen en verantwoorden. Competentie 2: Zorgplan opstellen De student kan op basis van een papieren casus een zorgplan opstellen en de inhoud verantwoorden aan een medestudent en/of docent De student kan in een gecontroleerde situatie op basis van een uitgevoerd onderzoek bij een patiënt een zorgplan opstellen en de inhoud verantwoorden aan de patiënt/medestudent/docent/ stagebegeleider De student kan op basis van een uitgevoerd mondonderzoek bij een willekeurige patiënt een zorgplan opstellen en de inhoud verantwoorden aan de patiënt/medestudent/docent/ stagebegeleider. Competentie 3: Voorlichting geven (preventief handelen) De student kan voor een medestudent of een simulatiepatiënt een analyse maken van factoren die de mondgezondheid positief en negatief beïnvloeden. De student kan de analyse aan de medestudent of simulatiepatiënt verhelderen en informatie en instructie logisch op elkaar afstemmen om vastgestelde doelen te behalen. De student kan voor een patiënt in een gecontroleerde situatie een analyse maken van factoren die de mondgezondheid positief en negatief beïnvloeden. De student kan de analyse aan de patiënt verhelderen en informatie en instructie logisch op elkaar afstemmen om vastgestelde doelen te behalen. De student kan voor een willekeurige patiënt een analyse maken van factoren die de mondgezondheid positief en negatief beïnvloeden. De student kan de analyse aan de patiënt verhelderen en informatie en instructie logisch op elkaar afstemmen om vastgestelde doelen te behalen. Competentie 4: Behandeling uitvoeren De student kan met behulp van een vaste methode/richtlijn op een medestudent of een fantoomhoofd een behandeling uitvoeren en zijn handelen verantwoorden. De student kan met behulp van een vast protocol een patiënt behandelen en kan het handelen aanpassen en verantwoorden en evalueren. De student kan met behulp van een richtinggevend protocol bij een willekeurige patiënt een behandeling uitvoeren en kan het handelen aanpassen, verantwoorden en evalueren. Competentie 5: Bedrijfsvoering De student kan in de kliniek of in een oefensituatie de logistieke processen aansturen die nodig zijn voor het behandelen van een fantoomhoofd. De student kan in de kliniek of in een oefensituatie de logistieke processen aansturen die nodig zijn voor het behandelen van patiënten het draaiende houden van de kliniek. De student kan in een praktijk (kliniek) de logistieke processen aansturen die nodig zijn voor het behandelen van patiënten en het draaiende houden van de praktijk. Hogeschool Utrecht, september 2013

10 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd Competentie 6: Toegepast onderzoek uitvoeren en innoveren De student kan in opdracht een enkelvoudig relevant vraagstuk, waarbij alle structuur wordt aangeboden volgens gegeven instructies bewerken en beschrijven De student kan een relevant, laag complex praktijkvraagstuk waarbij veel structuur wordt aangeboden stapsgewijs volgens gegeven procedures bewerken en beschrijven De student kan een relevant praktijkvraagstuk, van complexiteit en beperkte impact, met mogelijk disciplineoverstijgende elementen (in groepsverband) en onder begeleiding op een doelgerichte en systematische wijze bewerken en beschrijven volgens daartoe geldende eisen. Het resultaat van het oplossingsproces is herkenbaar en bruikbaar voor de beroepspraktijk en heeft minimaal een beperkt innovatief gehalte 10/211 Hogeschool Utrecht, september 2014

11 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd Overzicht beroepsproducten en beroepsdiensten in relatie tot de competenties Competentie Competentie 1: Onderzoek uitvoeren en diagnosticeren Beroepsproducten/beroepsdiensten 1a. Onderzoeken 1b. Diagnosticeren Competentie 2: Zorgplan opstellen 2. Zorgplan Competentie 3: Voorlichting geven (preventief handelen) 3a. Advies geven 3b. Voorlichting geven/coachen/ begeleiden 3c. Voorlichtingsplan 3d. Patiëntenfolder Competentie 4: Behandeling uitvoeren 4a. Behandeling uitvoeren in het kader van secundaire preventie 4b. Behandeling uitvoeren in het kader van tertiaire preventie Competentie 5: Bedrijfsvoering Competentie 6: Toegepast onderzoek uitvoeren en innoveren 5a. Ondernemingsplan 5b. Praktijk managen 5c. Multidisciplinair/intercollegiaal overleg 5d. Rapportage brief 5e. Kwaliteitsjaarverslag 6a. Onderzoeksverslag/ systematic review/richtlijn 6b. Referaat 6c. Poster 11/211 Hogeschool Utrecht, september 2014

12 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd Competentiematrix In de competentiematrix staat per competentie aangegeven in welke thema s op welk niveau van Dreyfus deze integraal getoetst wordt. Competentie Niveau 1** Niveau 2** Niveau 3** 1 Onderzoek uitvoeren en diagnosticeren Zorgplan opstellen Voorlichting geven (preventief handelen) * * * * * * * 3.11* * 3.11* * * Behandeling uitvoeren 5 Bedrijfsvoering Toegepast onderzoek uitvoeren en innoveren * * * * * * * * *De thema s 2.5, 2.11, 3.6 en 3.11 zijn de stage thema s binnen de integrale mondzorgstage. Binnen deze stage worden competentie 1 t/m 5 allen getoetst op Dreyfus niveau 2, maar afhankelijk van de mogelijkheden van het stage adres vinden deze beoordelingen in willekeurige volgorde plaats. **Niveaus van Dreyfus Zie art. 15 OER-HU. Hogeschool Utrecht, september /211

13 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd Vaardigheden afgestudeerde Beoogde deskundigheid van de mondhygiënist De beoogde deskundigheid van de mondhygiënist heeft betrekking op de primaire, secundaire en tertiaire preventieve zorg voor specifieke patiëntengroepen: screenen van specifieke patiëntengroepen herkennen van problemen aan het gebit en de omringende weefsels diagnostiek binnen het eigen deskundigheidsterrein behandelplanning behandeling, inclusief eenvoudige restauraties evaluatie van zorg en behandeling Met de begrippen primaire, secundaire en tertiaire preventie wordt het volgende bedoeld: Primaire preventie Voorlichting en instructie om middels het beïnvloeden van het gedrag van de patiënt (of van ouders en/of verzorgers) er voor te zorgen dat de mondgezondheid gegarandeerd blijft. De voorlichting en de instructie gaat onder andere over het ontstaan van cariës, gingivitis, parodontitis en het reinigen van het gebit, het gebruik van hulpmiddelen, gezonde eet- en drinkgewoonten en de nadelige effecten van bepaalde mondgewoonten zoals duimzuigen en nagelbijten.. Secundaire preventie Gebitsreiniging (tandsteen verwijderen supra- en subgingivaal, extrinsieke verkleuringen verwijderen, polijsten, aanbrengen van fissuur verzegelingen). Aanbrengen tandbederfwerende- en ziektevoorkomende middelen. Tertiaire preventie Initiële parodontale therapie (inclusief nazorg). Eenvoudige curatieve tandheelkunde. De mondhygiënist verricht al deze taken uiteraard als iemand die is opgeleid op hbo-bachelor niveau, conform het door de Commissie Accreditatie Hoger Onderwijs geformuleerde beoordelingskader voor de hbo-bachelor waaraan iedere opleiding moet voldoen. Hieronder worden enkele aspecten van dit kader toegelicht en ingevuld voor de opleiding mondzorgkunde. Zie art. 15 OER-HU Werkveld en functies Sinds de inwerkingtreding van de AMvB van 21 februari 2006, behorende bij de Wet BIG, is de mondhygiënist vrij toegankelijk. Het werk van de mondhygiënist is primair gericht op preventie. Het werkveld van de mondhygiënist is de structurele mondzorg. De mondhygiënist is een zelfstandige paramedische zorgverlener die breed inzetbaar is in de (mond) gezondheidszorg. Zie art. 15 OER-HU 2.2 Opleidingsprofiel Algemeen De opleiding Mondzorgkunde van de Hogeschool Utrecht is een vierjarige voltijd bacheloropleiding. De opleiding is beroeps- en praktijkgeoriënteerd en besteedt veel aandacht aan het kritisch reflecteren op het therapeutisch Hogeschool Utrecht, september /211

14 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd handelen. Zelfstandigheid van de student staat hoog in het vaandel, maar er is ook een intensief studiebegeleidingsysteem Doelstelling opleiding De opleiding Mondzorgkunde Utrecht leidt op tot een zelfstandige paramedische zorgverlener. In de opleiding wordt aandacht besteed aan het algemene gezondheidsaspect van de patiënt. De opleiding leidt op tot een breed inzetbare mondhygiënist, die zelfstandig is en eigen verantwoordelijkheid draagt. De beginnend beroepsbeoefenaar is flexibel, kan zich aanpassen aan verschillende situaties, qua taken, patiëntencategorieën en samenwerkingsverbanden, en is in staat in complexe situaties probleemoplossend te denken en te handelen. De opleidingseisen en het deskundigheidsgebied van de mondhygiënist zijn vastgelegd in het bij de Wet BIG behorend besluit van 3 mei Zie art. 15 OER-HU Het hbo-niveau van de opleiding De HU heeft als taak jou op te leiden voor een functie op hbo-niveau. Daarom moet je als afgestudeerde voldoen aan een groot aantal (beroeps)competenties die zijn afgeleid van het beroepsprofiel. Om het niveau van beroepsuitoefening te bepalen worden de volgende vijf samenhangende criteria gehanteerd: - kennis en inzicht - toepassen kennis en inzicht - oordeelvorming - communicatie - leervaardigheden Het onderwijs van de opleiding voldoet aan deze Dublin-descriptoren op Bachelorniveau. Dit komt tot uiting in de volgende criteria: Wetenschappelijke toepassing Bij de beroepsuitoefening wordt expliciet gebruik gemaakt van wetenschappelijke inzichten die vertaald zijn of worden naar het eigen beroepsmatig handelen. Ontwikkelingen gaan snel waardoor de mondhygiënist zich op de hoogte moet blijven stellen van deze ontwikkelingen. Waar nodig worden vertalingen gemaakt naar het eigen beroepsmatig handelen. Door zijn kritische en onafhankelijke benadering, past de mondhygiënist uitsluitend nieuwe methodes, behandelingen en hulpmiddelen toe, wanneer hier een adequaat en verantwoord bewijs voor geleverd is. Ook neemt een mondhygiënist deel aan (toegepast wetenschappelijk) onderzoek aangaande de mondzorgkunde dan wel het brede domein van de mondzorg. Transfer en brede inzetbaarheid De mondhygiënist is op vele plaatsen in de samenleving die gerelateerd zijn aan de mondzorg inzetbaar. Hij beschikt over competenties die hem in staat stellen zelf de meest adequate vertaalslagen te maken naar nieuwe situaties. De mondhygiënist kan effectief en efficiënt samenwerken met andere beroepsbeoefenaren in de mondzorg in een variatie aan omstandigheden. Creativiteit en complexheid in handelen Binnen de mondzorg en verwijzende instanties is men er van overtuigd dat de mondhygiënist in staat is een oplossing te vinden voor een probleem, waarop standaardprocedures niet op voorhand van toepassing zijn. De mondhygiënist zal originele en improviserende acties en oplossingen kunnen bedenken en uitvoeren. Hij zal Hogeschool Utrecht, september /211

15 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd hierbij formele en informele informatie moeten kunnen combineren en bestaande oplossingen kunnen aanpakken en veranderen naar nieuwe ideeën. Probleemgericht werken De mondhygiënist kan binnen zijn deskundigheidsgebied zelfstandig complexe problemen analyseren op basis van zijn kennis en kunde. De mondhygiënist kan de mogelijkheden voor zorghandelingen identificeren, tot evidence based alternatieven komen en, in overleg met de patiën,t een keuze maken voor de gewenste en mogelijke zorg. De mondhygiënist kan in samenwerking met andere beroepsbeoefenaren informatie en gegevens verzamelen, deze ordenen en komen tot een besluit om zorg uit te voeren. Op basis van een degelijk onderzoek en diagnosestelling kan doorverwezen worden naar andere zorgverleners. Methodisch en reflectief denken en handelen De mondhygiënist is een goede planner die realistische doelen stelt. Hij richt zijn handelen op de gewenste staat van de mondgezondheid en kan zijn handelen beoordelen op effectiviteit. De mondhygiënist kan meetinstrumenten ontwikkelen om het handelen op effectiviteit te meten. Hij publiceert daarover en kan spreken op congressen, met vakgenoten en andere beroepsbeoefenaren. De mondhygiënist handelt hierbij op basis van bewezen handelingen, zelfreflectie en onderzoek. Sociaal communicatieve bekwaamheid Op grond van goede sociale en communicatieve competenties weet de mondhygiënist zijn plaats te vinden en te consolideren binnen de wereld van de mondzorg, met name in relatie tot de patiënt en in het teamverband waarbinnen hij werkzaam is. Basiskwalificaties voor managementfuncties De mondhygiënist beschikt over een basiskwalificatie voor het geven van leiding en het uitvoeren van managementtaken. Hij kan een eigen bedrijf opzetten, leiding geven aan collega's. Hij kan de kaders stellen voor onderhandelingen met leveranciers, zorgverzekeraars e.a.. In zijn algemeenheid is hij bekwaam in ondernemerschap. Hij zal kansen signaleren en deze omzetten in strategie en verbetering- of vernieuwingsacties. De mondhygiënist is daardoor meervoudig inzetbaar in grotere samenwerkingsverbanden. Besef van maatschappelijke verantwoordelijkheid Begrip en betrokkenheid zijn ontwikkeld met betrekking tot ethische, normatieve en maatschappelijke vragen samenhangend met de toepassing van kennis en de (toekomstige) beroepspraktijk. Zie art. 15 OER-HU Didactische uitgangspunten Alle opleidingen van Hogeschool Utrecht zijn opgebouwd volgens een competentiegericht onderwijsmodel. Een competentie is de combinatie van kennis, vaardigheden en attitudes die nodig is om een taak in een bepaalde (beroeps)context uit te oefenen. Voor ons onderwijs betekent dit het volgende: Het onderwijs richt zich op het verwerven van beroepscompetenties: het in samenhang verwerven van kennis, vaardigheden en houdingsaspecten waarmee beroepstaken worden uitgevoerd, binnen of buiten Nederland. Leren is een doelgerichte activiteit van jou als student. Het onderwijs stimuleert daarom actief en zelfstandig leren. De docent ondersteunt en coacht jouw leerproces en is inhoudelijk expert op een bepaald competentiegebied. Hogeschool Utrecht, september /211

16 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd Het leren vindt zoveel mogelijk plaats in realistische leeromgevingen, waarbij leertaken lijken op beroepstaken. Moderne media worden ingezet. Leermomenten op de opleiding en in de beroepspraktijk beïnvloeden elkaar positief. Leren is een sociaal en interactief proces, je leert nooit alleen. Daarom werk je in je opleiding veel samen: met andere studenten, met docenten en met professionals uit de praktijk. Om vast te stellen op welk niveau je de competenties beheerst, zijn er periodiek toetsen waaraan je deelneemt. De toetsen worden beoordeeld en geven je inzicht in de vorderingen van je leerproces. Het voorgaande betekent dat de opleiding verschillende onderwijsvormen kent: Hoorcolleges; Practicumonderwijs; Werkgroepbijeenkomsten; Stage; Casus-/projectonderwijs; 2.3 Inrichting opleiding Opleidingsvarianten De opleiding Mondzorgkunde wordt uitsluitend gegeven als voltijd opleiding. Voltijdopleiding Een voltijdopleiding veronderstelt dat je 40 uur per week beschikbaar bent voor het volgen van onderwijs aan de hogeschool. Voltijd opleidingen zijn bedoeld voor studenten die rechtstreeks van de havo, het vwo of mbo (niveau 4) komen Verkorte en versnelde opleidingsroutes De opleiding Mondzorgkunde kent geen standaard verkorte of versnelde opleidingsroutes. Een verkorte route is mogelijk doordat je, nadat je bent ingeschreven voor de opleiding, vrijstellingen voor delen van het curriculum kunt krijgen. Deze vrijstellingen moet je nog wel aanvragen bij de examencommissie, die ze moet goedkeuren. Voor meer informatie over vrijstellingen: zie paragraaf 4.2. Een versnelde route wil zeggen dat je in een aangepast hoger tempo het onderwijs volgt (en aan het einde 240 EC in minder dan vier jaar hebt behaald) Getuigschriften Als bewijs dat je (een deel van) de opleiding hebt afgerond (propedeuse of bachelor), wordt door de examencommissie een diploma uitgereikt. De wettelijke term hiervoor is getuigschrift maar omdat wij in het gangbare taalgebruik binnen de HU over diploma s spreken, zullen we in deze studiegids de term diploma gebruiken. We kennen binnen deze bacheloropleiding de volgende diploma s: het propedeutisch diploma na het behalen van het propedeutisch examen; het bachelordiploma na het behalen van het afsluitend examen. De voorzitter en een lid van de examencommissie ondertekenen het diploma. Aan het bachelordiploma wordt een Internationaal Diploma Supplement (IDS) volgens het Europese model toegevoegd. Hier zijn geen kosten aan Hogeschool Utrecht, september /211

17 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd verbonden. Het IDS geeft inzicht in de aard en de inhoud van de opleiding en de behaalde studieresultaten. Dit bevordert de internationale herkenbaarheid van de opleiding en het diploma. Je ontvangt per opleiding slechts één propedeutisch en één bachelordiploma. Het diploma wordt in beginsel in het Nederlands opgesteld. Op jouw verzoek kan er, in plaats van het Nederlandstalig diploma, een Engelstalig diploma worden verstrekt. Het Internationaal Diploma Supplement wordt altijd in het Engels opgesteld. Zie 5.1 voor de procedure voor afgifte van het diploma. Heb je meer dan een tentamen met goed gevolg afgelegd, maar krijg je geen diploma omdat je niet het hele examenprogramma hebt behaald, dan kun je de examencommissie vragen een verklaring af te geven. Daarop worden de behaalde tentamens vermeld. De verklaring wordt net als het diploma ondertekend door de voorzitter en een lid van je examencommissie Graden en titulatuur Als je een zogenaamde degree -opleiding (bacheloropleiding) bij de HU afrondt, krijg je een graad. De graad wordt namens het College van Bestuur verleend door de examencommissie. Bij een bacheloropleiding wordt de graad verleend, als je met goed gevolg het afsluitend examen hebt afgelegd. Aan de graad wordt een vermelding van het vakgebied, of het beroepenveld waarop de graad betrekking, heeft toegevoegd. Het verlenen van de graad Bachelor geeft je het recht om deze, afgekort tot B (met toevoeging), achter je eigen naam te vermelden. De graad Bachelor geeft je ook het recht om een titel te voeren. In dat geval mag je in plaats van de graadvermelding (dus niet in combinatie) de volgende titel gebruiken: Baccalaureus, afgekort tot bc. voorafgaand aan de naam Zie art. 43 OER-HU Opleidingsstructuur Studiefases De opleiding bestaat uit twee studiefases die in dit hoofdstuk verder uitgewerkt worden: de propedeutische fase en de hoofdfase. De opleiding begint met een propedeutische fase van een jaar. Deze fase sluit je af met het behalen van een propedeutisch diploma. Na de propedeuse volgt de hoofdfase van drie jaar. Deze fase sluit je af met het behalen van een bachelordiploma.. Zie verder 2.4 en 2.5. Wettelijke studieduur, studielast en studiepunten De studielast van de opleiding en de bijhorende cursussen wordt uitgedrukt in hele studiepunten (EC) volgens het European Credit Transfer System (ECTS). Dit is een studiepuntensysteem om opleidingen internationaal vergelijkbaar te maken. De studielast van 1 EC komt overeen met 28 studie-(klok)uren (inclusief contacttijd). De opbouw van de studielast van iedere cursus wordt nader omschreven in de studiehandleidingen van de verschillende cursussen. De reguliere bacheloropleiding duurt vier jaar. Bij de opbouw van de opleiding is een studielast van 60 EC per studiejaar als uitgangspunt genomen, oftewel 1680 uur. De totale studielast van de opleiding (onderwijs, zelfstudie en praktijktijd/stages) bedraagt dus 240 EC. De studiepunten zijn als volgt over de studiejaren verdeeld: propedeuse: 60 EC hoofdfase: 180 EC (major van 150 EC + profileringsruimte van 30 EC). Hogeschool Utrecht, september /211

18 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd Tabel verdeling studielast over opleiding: Propedeuse (60 EC) Major (150 EC) Hoofdfase (180 EC) Profileringsruimte (30 EC) In de bijlage Cursusbeschrijvingen is per cursus de studielast opgenomen, uitgedrukt in hele EC. EC worden pas toegekend nadat de desbetreffende cursus is afgerond met het bijbehorende tentamen. Als er deeltentamens worden afgenomen, krijg je pas EC als alle deeltentamens van een cursus zijn afgelegd en gezamenlijk tot een voldoende resultaat hebben geleid. Het kan zo zijn dat er ook eisen zijn gesteld aan de hoogte van het cijfer van het deeltentamen. Deze eisen zijn ook opgenomen in de cursusbeschrijving. Zie ook 4.4. Een goede intensiteit en verdeling van de studielast is belangrijk voor een optimaal studierendement. In de Faculteit Gezondheidszorg zijn hierover afspraken gemaakt die voor alle opleidingen zullen gaan gelden. We werken toe naar een studielast van 40 uur per week. Deze studielast is gelijk over het jaar verdeeld. De voltijdstudent is vijf dagen per week beschikbaar voor de studie; de uren waarop de student aanwezig is en onderwijs heeft zijn gespreid over vijf dagen. Dit alles om te voorkomen dat er piekbelasting is én om regelmatig studeren te bevorderen. Daarom wordt er ook regelmatig en gespreid over het jaar getoetst. Voor de opleidingen die voorbereiden op een BIG-geregistreerde titel, geldt dat er gemiddeld 12 contacturen per onderwijsweek zijn. Voor de opleiding Mondzorgkunde geldt dat er gemiddeld 15 contacturen zijn. Zelfstudie-uren zijn zichtbaar in de studiehandleiding of de onderwijscatalogus in Osiris. In de planning van de contacttijd wordt rekening gehouden met de zelfstudietijd die nodig is voor opdrachten. Zie art OER-HU Curriculumschema Studiejaar 1 Per studiejaar worden 60 European Credits (EC s) toegekend. Het eerste studiejaar omvat de volgende 12 thema s van 5 EC. Hogeschool Utrecht, september /211

19 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd Cursus EC Doelstelling Thema 1.1. Het handelen van de mondhygiënist bij screening Thema 1.2. Basiskennis, conceptueel de gezonde mond, zachte structuren Thema 1.3. Basiskennis, conceptueel de patiënt met gingivitis Thema 1.4. Het handelen van de mondhygiënist bij patiënten met gingivitis/parodontitis en primaire cariës, deel 1 Thema 1.5. Basiskennis, conceptueel de gezonde mond, harde structuren Thema 1.6. Basiskennis, conceptueel de patiënt met primaire cariës Thema 1.7. Het handelen van de mondhygiënist bij patiënten met gingivitis/parodontitis en primaire cariës, deel 2 Thema 1.8. Basiskennis, conceptueel de patiënt met DPSI cat. A en B (parodontologie) 5 Het inzicht verkrijgen in het handelen van de mondhygiënist bij het screenen van een patiënt en het verwerven van vaardigheden die nodig zijn om een patiënt te screenen 5 Het opbouwen van kennis van concepten behorend bij het thema de gezonde mond, zachte structuren 5 Het opbouwen van kennis van concepten behorend bij het thema de patiënt met gingivitis 5 Het verwerven van vaardigheden die nodig zijn om een patiënt met primaire cariës en gingivitis te kunnen behandelen 5 Het opbouwen van kennis van concepten behorend bij het thema de gezonde mond, harde structuren 5 Het opbouwen van kennis van concepten behorend bij het thema de patiënt met primaire cariës 5 Het inzicht verkrijgen over het handelen van de mondhygiënist bij de patiënt met gingivitis/parodontitis en primaire cariës en het verwerven van vaardigheden die nodig zijn om een patiënt met primaire cariës te kunnen behandelen 5 Het opbouwen van kennis van concepten behorend bij het thema de patiënt met DPSI cat. A en B (parodontologie) Thema 1.9. Casuïstiek DPSI cat. A en B (parodontologie) en EBP en kwaliteitszorg Thema 1.10 Integrale mondzorg 1 Thema 1.11 Basiskennis, conceptueel cariës prepareren en restaureren Thema 1.12 Casuïstiek cariës patiënt (prepareren en restaureren) en EBP en kwaliteitszorg 5 Inzicht verkrijgen in DPSI cat. A en B (parodontologie) en het opbouwen van kennis van concepten over EBP en kwaliteitszorg 5 Inzicht verkrijgen in het onderzoeken, diagnosticeren en behandelen van een patiënt met gingivitis/parodontitis waarbij gedragsbeïnvloeding centraal staat. En het verwerven van vaardigheden die nodig zijn om te prepareren (en restaureren ) bij een patiënt met primaire cariës 5 Het opbouwen van kennis van concepten behorend bij het thema cariës prepareren en restaureren 5 Inzicht verkrijgen in een patiënt met primaire cariës en inzicht verkrijgen in EBP en kwaliteitszorg SLB 0 Begeleiden in ontwikkeling professionele rol + of student het niveau van de opleiding aan kan (is student opleidbaar?) Totaal 60 19/211 Hogeschool Utrecht, september 2014

20 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd Schema jaar BLOK A BLOK B BLOK C BLOK D BLOK E THEMA 1.1: Fantoom Reflectie + Gesprekstechniek Simulatie Oriëntatie extern Zelfstudie THEMA 1.4 Caries Fantoom Reflectie + Gesprekstechniek Opwassen Zelfstudie THEMA 1.7 Caries Voorbereiding pat.beh. Reflectie + Gesprekstechniek Simulatie Zelfstudie THEMA 1.10 Integrale mondzorg Caries Reflectie + Gesprekstechniek Zelfstudie Herkansingen van de toetsen van blok C en D Toets 1: integraal Toets 2: vaardigheid Toets: vaardigheid Toets 1: integraal Toets 2: vaardigheid Toets 1: integraal Toets 2: vaardigheid THEMA 1.2 Basiskennis fysiologie Basiskennis gezonde mond Basiskennis anatomie THEMA 1.3 Fysiologie Embryologie DPSI A (gingivitis) Anatomie THEMA 1.5 Fysiologie Basiskennis harde structuren Tandanatomie Preventie cariës THEMA 1.6 Fysiologie (Preventie) Cariës THEMA 1.8 Fysiologie Psychologie Parodontologie Radiologie Toets: conceptueel THEMA 1.11 Fysiologie Cariës Voeding Radiologie Toets: conceptueel Toets: conceptueel Toets: conceptueel Toets: conceptueel Toets: conceptueel THEMA 1.9 EBP (theorie) + kwal.zorg Casuïstiek DPSI A en B THEMA 1.12 EBP (opdracht) + kwal.zorg Casuïstiek cariës patiënt Toets 1: integraal Toets 2: conceptueel(ebp) Herkansingen van de conceptuele toetsen blok A en B vinden plaats in de onderwijsluwe week in blok C Toets 1: integraal Toets 2: integraal(ebp) 20/211 Hogeschool Utrecht, september 2014

21 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd Toelichting jaar 1 In blok A en B wordt de voorkeur gegeven aan seriële planning van de thema s 1.2, 1.3, 1.5 en 1.6 zodat er een goede spreiding van toetsmomenten is 1. Tevens lenen deze thema s zich op basis van de inhoud ervoor om in een korte periode intensief te worden aangeboden waarna het mogelijk is om deze lesstof direct te toetsen. Herkansingen van de conceptuele toetsen van blok A en B vinden plaats in de onderwijsluwe week van blok C. De herkansingen van de conceptuele toetsen van blok C en D vinden plaats in blok E. Door de herkansingen buiten de reguliere onderwijsperioden te plannen, kan de focus van de student volledig op zijn in te halen studieonderdelen liggen 1. Studiejaar 2 Per studiejaar worden 60 European Credits (EC s) toegekend. Het tweede studiejaar omvat de volgende 12 thema s van 5 EC, met de stagethema s in grijs! Cursus EC Doelstelling Thema 2.1. Integrale mondzorg 2A en EBP Thema 2.2. Casuïstiek parodontologie deel 1 Thema 2.3. Integrale mondzorg 2B en EBP Thema 2.4. Casuïstiek cariës/kind deel 1 Thema 2.5. Stage algemene praktijk deel 1 Thema 2.6 Het handelen van de mondhygiënist bij de voorbehouden handelingen Thema 2.7. Integrale mondzorg 2C en EBP 5 Inzicht verkrijgen in integrale mondzorg en evidence based practice Advies geven, rapportagebrief, praktijk managen 5 Inzicht verkrijgen in screening, diagnostiek en de behandeling van een patiënt met parodontitis inclusief gedragsbeïnvloeding ASA, thk-, mh anam, EOO, IOO, opbouw parodontium, gingivitis, DPSI, parost, röntgen, SBI, PI, plaque, tst, voorl, instr, supra en sub ging reinigen, zorgplan, behandelplan, risico analyse, anesthesie, pathologie, farmacologie 5 Inzicht verkrijgen in integrale mondzorg en het opbouwen van kennis van concepten behorend bij evidence based pr actice Onderzoeken, diagnosticeren, voorlichting geven/coachen/begeleiden, praktijk managen 5 Inzicht verkrijgen in screening, diagnostiek en de behandeling bij een patiënt met initiële cariës inclusief gedragsbeïnvloeding (speciale aandacht kinderen) Communiceren met kinderen, voorlichtingsplan, preventieve maatregelen en behandeling, motivational interviewing, voeding, detectie en diagnose curatieve behandeling, restauratie materialen, anesthesie, pathologie, farmacologie 5 Externe praktijk algemene praktijk 5 Het verwerven en onderhouden van vaardigheden op het gebied van het behandelen van primaire cariës, het geven van anesthesie en het maken van röntgenfoto s (voorbehouden handelingen) en inzicht verkrijgen in deze vaardigheden. 5 Inzicht verkrijgen in integrale mondzorg en evidence based practice Zorgplan, behandeling uitvoeren in het kader van secunaire preventie, praktijk managen, schriftelijk plan ten aanzien van patiëntenbehandeling op basis van een systematisch literatuur onderzoek 1 Studiesucces bevorderen: het kan en is niet moeilijk! Bewezen rendementsverbeteringen in het hoger onderwijs Van Berkel, H. e.a., Boom Lemma, /211 Hogeschool Utrecht, september 2014

22 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd Thema 2.8. Casuïstiek parodontologie deel 2 Thema 2.9. Integrale mondzorg 2D en EBP Thema 2.10 Casuïstiek cariës/kind deel 2 5 Inzicht verkrijgen in screening, diagnostiek en de behandeling van een patiënt met parodontitis inclusief gedragsbeïnvloeding ASA, DPSI, parost, röntgenfoto s beoordelen, diagnosticeren, mh hulpmiddelen, chemische plaquebeheersing, supra en subgingivale reiniging. 5 Inzicht verkrijgen in integrale mondzorg en evidence based practice Behandeling uitvoeren in het kader van tertiaire preventie, multidisciplinair/intercollegiaal overleg, praktijk managen, betrouwbaarheidsonderzoek 5 Inzicht verkrijgen in screening, diagnostiek en de behandeling bij een patiënt met initiële cariës inclusief gedragsbeïnvloeding (speciale aandacht kinderen) Afwijkingen harde tandweefsels, afwijkingen van het gebit, zorgplan, verwijzen, behandelen van cariës, verkeerde mondgewoonten Thema 2.11 Stage algemene praktijk deel 2 Thema 2.12 Onderhouden van de Body of Knowledge 5 Externe praktijk algemene praktijk 5 Het onderhouden van de Body of Knowledge (BOK) van jaar 1 en 2, noodzakelijk als deel kennisbasisdeel voor het bereiken van competentieniveau 2 (eind jaar 3). SLB 0 Begeleiden in ontwikkeling professionele rol Totaal 60 Hogeschool Utrecht, september /211

23 Studiegids Bachelor Mondzorgkunde voltijd Schema jaar BLOK A BLOK B BLOK C BLOK D BLOK E THEMA 2.1 Int mz EBP THEMA 2.3 Int mz EBP THEMA 2.7 Int mz EBP THEMA 2.9 Int mz EBP Herkansingen van de toetsen van blok C en D Toets 1: integraal Toets: integraal Toets 2: conceptueel(ebp) THEMA 2.4 Casus cariës Toets 1: integraal Toets 2: integraal (EBP) THEMA 2.8 Casus paro Toets 1: integraal Toets 2: integraal (EBP) THEMA 2.10 Casus cariës THEMA 2.2 Casus paro Toets 1: integraal Toets 2: conceptueel Toets 1: integraal Toets 2: conceptueel THEMA 2.5 Externe Praktijk algemene praktijk Toets 1: integraal Toets 2: conceptueel Toets: integraal THEMA 2.11 Externe Praktijk algemene praktijk Toets: integraal Toets: integraal THEMA 2.6 Lint onderhouden vaardigheden (cariës, radiologie, anesthesie) Toets: vaardigheid SLB THEMA 2.12 Jaartoets BOK, jaar 1 +2 Toets: Conceptueel Herkansing jaartoets jaar Herkansingen van de conceptuele toetsen blok A en B vinden plaats in de onderwijsluwe week van blok C. Binnen jaar 2 van de opleiding Mondzorgkunde zijn de volgende thema s van 5 EC, met toestemming van de faculteitsdirectie, over een blok heen geprogrammeerd op basis van de volgende argumenten: 2.5 en 2.11 Externe praktijk (stage in een algemene tandartsenpraktijk) (A/B en C/D) In studiejaar 2 loopt de stage in de beroepspraktijk over twee blokken heen. De voornaamste reden hiervoor is dat de ontwikkeling die de student doormaakt binnen de (blok)thema s de ontwikkeling binnen de externe praktijk ondersteunt. De student kan, naar mate de tijd vordert, steeds meer doen binnen de externe praktijk. Daarnaast is de belastbaarheid van het stageadres een reden om de stage in de externe praktijk over meerdere blokken te verdelen. 2.6 Lint onderhouden van vaardigheden (blok A/C) In studiejaar 2 worden de klinische vaardigheden op het gebied van het behandelen van primaire carës, anesthesie en radiologie (ontwikkeld en) onderhouden. Deze vaardigheden worden in dit lint (nogmaals) geoefend en stuk voor stuk getoetst. Deze herhaling dient ervoor om een goede voorbereiding en aansluiting op de externe stage (in de beroepspraktijk) te bereiken Jaartoets 2 (blok B/D) In studiejaar 2 wordt de jaartoets afgenomen over de Body of Knowledge van studiejaar 1 en 2. Met deze toets wordt van studenten gevraagd de kennis van al de afgeronde thema s te onderhouden. Deze herhaling draagt bij aan een stevige kennisbasis aan het einde van de opleiding. Hogeschool Utrecht, september /211