Instructieboek Hulp bij het Huishouden

Transcriptie

1 Instructieboek Hulp bij het Huishouden

2 Inhoudsopgave 2. Inhoudsopgave 3. Welkom bij ThuiszorgInHolland 4. Belangrijke aandachtspunten 5. Contact, ziek melden en werkroosters 6. Normen en waarden 7. ThuiszorgInHolland 8. Huisregels 9. Basisbegrippen 11. De start 12. Sanitair reiniging 13. De volgorde van werken 14. Interieur reiniging 18. Sanitair reiniging; vervolg 19. De vloeren 20. De buitenzijde 21. Bloed, braaksel en ontlasting 22. Hoe schoon moet het zijn? 23. Gezondheid en veiligheid Zonder schriftelijke toestemming van ThuiszorgInHolland mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van fotokopie, microfilm, opslag in computerbestanden of anderszins, hetgeen ook van toepassing is op gehele of gedeeltelijke bewerking. 2

3 Welkom bij ThuiszorgInHolland Instructieboek Hulp bij het Huishouden Om het je makkelijk te maken ThuiszorgInHolland en onze werkwijze beter te leren kennen, hebben wij dit instructieboekje voor jou gemaakt. Je vindt er zaken in die voor jou, als medewerk(st)er van ThuiszorgInHolland belangrijk zijn. We gaan er dan ook van uit dat je deze tekst goed doorneemt en begrepen hebt. Ook als je al wat langer in de huishoudelijke verzorging werkt. Het is immers voor jou, je cliënten én voor ons van belang dat je weet wat we van elkaar mogen verwachten. Samen met onze opdrachtgevers, de gemeenten, zorgen we voor verantwoorde hulp bij het huishouden bij de cliënten. Cliënten willen het liefst zó ondersteund worden dat zij zoveel mogelijk het leven kunnen blijven leiden dat ze gewend zijn. De schoonmaak van hun woning is daar een belangrijk onderdeel van en jij hebt dus een verantwoordelijke taak. Verschillen per gemeente Wij leveren hulp bij het huishouden bij cliënten in een groot aantal gemeenten. Iedere gemeente stelt andere eisen en voorwaarden aan de ondersteuning die wij bieden. Apart van deze algemene instructie, word je tijdens het intakegesprek op de hoogte gebracht over specifieke zaken binnen de gemeente waar jij gaat werken. Deze instructie richt zich op hulp bij het huishouden en dat is een vak apart! Als je leert werken volgens onze werkmethode, zal je zien dat je je werk sneller en beter kunt uitvoeren en meer tijd overhoudt voor wat extra aandacht voor je cliënt. Met deze instructie probeert ThuiszorgInHolland je nog beter te leren om, onder de juiste veilige werkomstandigheden, met de juiste methoden een zo positief mogelijk resultaat te behalen. Van harte welkom bij ThuiszorgInHolland en veel succes bij het werk! 3

4 Belangrijke aandachtspunten De 5 gouden huishoudregels 1. Laat droog, wat droog verwijderd kan worden. 2. Stof is niet te vegen. 3. Plenzen heeft geen zin. 4. Gebruik handwarm water. 5. Doseer volgens voorschrift. Bij het woord veiligheid gaat het niet alleen om jouw veiligheid maar ook om die van de cliënt. Denk er bijvoorbeeld aan dat een cliënt zou kunnen struikelen over jouw schoonmaakspullen of het snoer van je stofzuiger als je daar geen rekening mee houdt. Eerst denken, dan doen dus! Middelen/materialen Gebruik verschillende doekjes voor het sanitair en het interieur. Je kunt het beste gebruik maken van twee verschillende kleuren doekjes, zodat je altijd hetzelfde doekje gebruikt voor het sanitair. Dit doen we zo in verband met de hygiëne. Het is natuurlijk niet fris om met hetzelfde doekje het toilet én het aanrecht schoon te maken. Voor de schoonmaak kun je gebruik maken van verschillende producten, afhankelijk van het product dat de cliënt in huis heeft. Let goed op wanneer je welk product gebruikt. Lees altijd het etiket en volg de gebruiksaanwijzing. Maak gebruik van de aangegeven beschermingsmiddelen, zoals handschoenen. Gebruik het product alleen waar het voor bedoeld is. Veiligheid Let er op dat je werkt met veilige materialen. Is materiaal, zoals stofzuiger of een huishoudtrap, niet veilig of kapot; overleg dan met de cliënt over vervanging. Gebruik nooit onveilig materiaal! Kom je er met de cliënt niet uit, meldt het dan aan je zorgcoördinator. Gebruik, voor je eigen veiligheid en die van de cliënt, geen chloor. Chloor is geen schoonmaak- maar een ontsmettingsmiddel! Jouw cliënten Als cliënten je iets willen vragen, of klachten hebben en je kunt ze zelf niet helpen; verwijs dan naar je zorgcoördinator of naar het hoofdkantoor. Het is belangrijk dat de cliënt de hulp krijgt die nodig is. Merk je dat er veranderingen zijn in de gezondheid of het gedrag van de cliënt, meldt dit dan altijd aan je zorgcoördinator of aan het hoofdkantoor. Gedraag je professioneel naar de cliënt toe. Bespreek geen persoonlijke zaken. Iedere cliënt van ThuiszorgInHolland krijgt een zorgmap waarin we gezamenlijk gegevens bijhouden. Als jouw cliënt geen zorgmap heeft, meldt dit dan aan het hoofdkantoor of je zorgcoördinator. Om misverstanden te voorkomen is het belangrijk dat je nooit geld of kados van de cliënt aanneemt en geen geld voor cliënt gaat pinnen. Het is niet toegestaan om alleen in de woning te werken. Moet de cliënt weg, dan mag je niet alleen in de woning achterblijven, ook niet voor een korte tijd. Spreek de cliënt er op aan en zoek samen een oplossing. Raak kostbare voorwerpen van cliënt niet aan. Verzoek de cliënt deze zelf schoon te maken. Gaat er per ongeluk iets kapot, meldt dit dan altijd direct aan de cliënt, je zorgcoördinator én het hoofdkantoor. 4

5 Contact, ziek melden en werkroosters Heb je algemene vragen, dan is je zorgcoördinator altijd bereid antwoord te geven. Ook op de afdeling planning, personeelszaken en salarisadministratie kun je terecht met al je vragen. Om je zo goed mogelijk te kunnen beantwoorden, verzoeken wij je de vragen schriftelijk of per aan ons toe te zenden. Algemene vragen Wil je iets persoonlijk bespreken dan is het fijn als je vooraf even een afspraak maakt. Los van dit instructieboekje ontvang je een overzicht met alle contactgegevens waarop duidelijk vermeld staat bij wie je met je vragen terecht kunt. Ziekmelding en vrij nemen Kun je niet komen werken, lees dan eerst even goed welke afspraken hierover gemaakt zijn. Onze uitgebreide procedure voor ziek- en betermelding kun je nalezen op onze website en eventueel opvragen via het hoofdkantoor. Om alles in goede banen te leiden, hebben we hiervoor duidelijke regels en zijn er ook voor het aanvragen van vakantie of vrije dagen duidelijke afspraken gemaakt binnen ThuiszorgInHollland. Samenvatting procedure ziekmelding Als je niet kunt komen werken omdat je ziek bent, geef dit dan zo snel mogelijk, maar in ieder geval vóór uur op de dag dat je ziek bent, telefonisch door via het centrale telefoonnummer van het hoofdkantoor. Uitsluitend telefonisch en dus nooit per of sms. Heb je diezelfde ochtend een cliënt, dan bel je zelf ook de cliënt om door te geven dat je ziek bent. Je andere cliënten bellen wij en natuurlijk proberen we ook vervanging te regelen als de cliënt dat wil. Contactgegevens ThuiszorgInHolland B.V. Prof. Van der Scheerstraat AM HAARLEM Antwoordnummer ThuiszorgInHolland B.V. Antwoordnummer VB HAARLEM Tel (hoofdkantoor) Tel (kantoor Breda) Fax Web Werkroosters Aan het eind van iedere periode stuur je op vrijdag je getekende werkrooster aan ons op. Zonder dit rooster kunnen wij je loon niet verwerken. Je kunt het mailen aan of gratis versturen naar het antwoordnummer. Als je het per post verstuurd, maak dan altijd een kopie voor jezelf. Mocht het rooster dan per ongeluk kwijt raken in de post, dan heb je nog altijd het origineel. Schrijf geen opmerkingen of vragen op je werkrooster! De roosters worden voor een groot deel automatisch verwerkt en je vragen of opmerkingen worden dan dus niet gezien door ons. Ook de tekst die je in het mailtje aan typt, wordt niet gelezen. We printen vanuit dit mailadres uitsluitend de werkroosters uit. Als je opmerkingen of vragen hebt, dan dus een apart mailtje of brief sturen aan het hoofdkantoor naar de planning of personeelszaken en dus niet maar het adres voor de werkroosters. Mail 5

6 Normen en waarden Om prettig met elkaar te kunnen werken, zijn door ThuiszorgInHolland normen en waarden opgesteld. Heb je hierover vragen, dan kun je terecht bij de afdeling personeelszaken. Als je je niet kunt vinden in deze normen en waarden of ze passen niet bij jouw manier van werken, dan is ThuiszorgInHolland voor jou niet de juiste werkgever. Wij hanteren deze normen strikt. Voor iedereen binnen onze organisatie! Lees ze goed door; laat ze op je inwerken en pas ze op een goede manier toe. Respect voor iedereen In ons bedrijf én bij onze cliënten verdient iedereen respect. Dat betekent: luisteren naar elkaar, elkaar uit laten praten, geen kwaad spreken over elkaar, geen intimiderende of racistische opmerkingen maken, geen aanrakingen met bijbedoelingen en geen kleinerende of nare opmerkingen, in welke zin dan ook. Het betekent tolerant zijn richting anderen. Behandel ieder ander altijd zoals je zelf behandeld wilt worden: de collega, de zorgcoördinator, maar zeker ook de cliënt. Veiligheid voor alles Veiligheid is erg belangrijk. Zorg dat je weet wat je moet doen bij brand of ongeval. Gebruik alle middelen op de juiste manier. Informeer je zorgcoördinator altijd over een onveilige situatie en neem geen onnodige risico s. Dit geldt natuurlijk voor je eigen veiligheid, maar zeker ook voor die van je cliënt! Afspraak is afspraak Doe wat je zegt en zeg wat je doet. Kom afspraken en beloftes na. Lukt dat niet, meldt dat dan tijdig aan degene met wie je iets hebt afgesproken. Afspraak is afspraak betekent ook op tijd komen: op het werk, bij de cliënt en de tijd netjes uitwerken. Ordelijk, opgeruimd en schoon We vinden het belangrijk om niet alles te laten slingeren, maar we ruimen het liever op. Dit geldt ook voor de werkmaterialen. Dat is ook voor onze cliënt veiliger. Ruim dus altijd alles netjes op en laat ook tijdens het werk niets slingeren. Wees extra voorzichtig met schoonmaakmiddelen als er kinderen in huis zijn. Praat met elkaar, niet over elkaar Als we een probleem hebben met een collega, dan bespreken we dat het eerst en bij voorkeur alleen met hem/haar. Dus niet achter diens rug om. In ons bedrijf is geen plaats voor roddel en achterklap. Kom je er samen niet uit; dan overleg je met je leidinggevende. Respect voor andermans goederen Behandel de spullen van de cliënt zoals je met je eigen spullen omgaat: zorgvuldig en met de bedoeling dat ze zo lang mogelijk meegaan. Diefstal en opzettelijke vernieling worden niet getolereerd en kunnen tot ontslag op staande voet leiden. 6

7 ThuiszorgInHolland Wie we zijn en waar we voor staan ThuiszorgInHolland is gericht op mensen. Dienstverlening (en dat is wat we doen) is vóór mensen, dóór mensen. Die mensen staan bij ons dus centraal en daar ben jij, maar ook jouw cliënt, er één van. In alles wat we doen, proberen we die gedachte centraal te stellen. Zijn er dus zaken waarvan jij, of je cliënt denkt dat het beter kan, laat het ons dan weten! Bij ThuiszorgInHolland doen we het samen! Iedereen heeft binnen ons bedrijf een eigen taak, iedereen is even belangrijk en iedereen wordt met respect behandeld, ongeacht je functie, geaardheid, afkomst of geloofsovertuiging. Omgekeerd verwachten wij dat natuurlijk ook van jou richting je collega s en cliënten. ThuiszorgInHolland investeert in langdurige samenwerking Wij investeren continu in die samenwerking. We hebben tijdens ons bestaan nog nooit een contract bij een gemeente verloren. Dit houdt in dat de kans dat je je baan verliest, omdat de gemeente voor een andere aanbieder kiest, maar heel klein is. We doen dus hard ons best om samen oud te worden; met elkaar, met onze cliënten en de verschillende gemeenten. ThuiszorgInHolland maakt ook fouten Bijna alles wat we binnen onze organisatie doen, wordt uitgevoerd door mensen. En mensen maken soms fouten. Wij dus soms ook. In dat geval wijzen we elkaar hier op en zoeken samen naar een oplossing om te voorkomen dat dezelfde fout nog een keer gemaakt wordt. ThuiszorgInHolland is een sterk groeiende organisatie Er zijn dus volop kansen om je verder te ontwikkelen als je dat zou willen. Vind je het leuk om, eventueel naast het werk bij je bestaande cliënten, leiding te geven aan collega s? Geef dat aan ons aan. De kans is groot dat we je uitnodigen voor een gesprek! 7

8 Huisregels op een rijtje Naast de informatie in dit boekje, kan je zorgcoördinator je altijd inlichten over de werkzaamheden die je te wachten staan. Heb je daarna nog vragen, stel ze dan. Vragen zijn NOOIT dom! Wees altijd vriendelijk en respectvol tegen de cliënten en collega s, ongeacht geaardheid, afkomst of geloofsovertuiging. Dat verwachten we van alle medewerkers en cliënten. Als je zelf lastig gevallen wordt, meldt dit dan onmiddellijk aan je zorgcoördinator of aan het hoofdkantoor. Zorg dat je op tijd bij je cliënt bent. Liefst 5 minuten eerder. En werk je tijd altijd netjes uit. Geef tijdig door als je door ziekte verhinderd bent om op het werk te verschijnen. Er kan dan op tijd voor vervanging gezorgd worden. Geef een vrije dag op tijd door. Voor de vakantie zal een planning gemaakt worden, zodat jij en je collega s niet allemaal tegelijk op vakantie zijn. Maak na het werk je materialen schoon en berg ze netjes op. Opruimen kost minder tijd dan zoeken. Gooi afval in de daarvoor bestemde container. Controleer of je alle werkzaamheden die van je verwacht worden hebt uitgevoerd en vraag altijd even of de cliënt tevreden is met het resultaat. Experimenteer nooit zelf met schoonmaakmiddelen. Als je niet zeker weet hoe iets gereinigd kan worden of hoe bepaalde middelen gebruikt moeten worden, vraag dan om advies. Een ongeluk zit in een klein hoekje en voorkomen is beter dan genezen. Schoonmaakmiddelen mogen nooit gemengd worden! Gebruik van alcohol en drugs tijdens en voor werktijd is verboden. Roken tijdens het werk mag uitsluitend met toestemming van de cliënt. Veelvuldig gebruik van je telefoon tijdens het werk is niet toegestaan. Draag geen sieraden. Je kunt er achter blijven haken en je kunt je huid onder je ringen niet goed wassen en drogen. 8

9 Basisbegrippen Hulp bij het huishouden Hulp bij het huishouden, of huishoudelijke verzorging, betekent dat je de cliënt ondersteuning biedt bij het huishouden. Je neemt de huishoudelijke taken dus geheel of gedeeltelijk over zodat de cliënt langer zelfstandig thuis kan blijven wonen. Belangrijk is dat je goed weet dat het uitsluitend gaat om de huishouding! Heeft je cliënt andere ondersteuning nodig, zoals bijvoorbeeld hulp bij het aankleden, douchen of medicijngebruik, dan is dat niet jouw taak! Alle taken waarbij je de cliënt moet aanraken of die te maken hebben met medicijnen, vallen onder persoonlijke verzorging en dat is echt een andere tak van de zorg. We begrijpen dat het niet altijd even makkelijk is om dit onderscheid te maken en aan de cliënt aan te geven dat je bepaalde zaken niet mag doen. Je wilt je cliënt immers graag helpen! Bedenk dan dat als jij per ongeluk iets verkeerds doet en de cliënt zou bijvoorbeeld vallen of verkeerde medicijnen slikken, jij hiervoor uitiendelijk verantwoordelijk bent. Vraagt je cliënt dus om persoonlijke verzorging of denk je zelf dat er meer nodig is dan alleen jouw hulp in de huishouding, neem dan altijd contact op met je zorgcoördinator of met kantoor. We gaan dan samen een goede oplossing bedenken. Naast het feit dat het belangrijk is dat jij een oogje in het zeil houdt bij je cliënt en ons op de hoogte houdt, is je belangrijkste taak het schoonmaken van de woning. Onderstaand, voor alle duidelijkheid, een korte uitleg van de basisbegrippen bij het schoonmaken. Hoe gaan we schoonmaken? Er zijn verschillende schoonmaakmethoden: 1. Vegen Vegen is, met behulp van een veger, op systematische wijze vuil bijeen brengen. Vegen wordt toegepast op ruwe, ongelijke vloeren. Een nadeel van vegen is het opjagen en dus verplaatsen van stof. Daarom heeft het geen zin om in de woning te vegen. Dit doe je alleen buiten. 2. Stofzuigen Stofzuigen is, met behulp van een zuiger, op systematische wijze opzuigen van vuil. Stofzuigen wordt toegepast op ruwe vloeren, zoals beton en natuursteen en zachte vloerbedekking. De stofzuiger is ook een ideaal hulpmiddel voor het verwijderen van spinrag. 3. Ragen Het verwijderen van spinrag in hoge en lagere ruimten en stofvrij maken van moeilijk bereikbare plaatsen 4. Dweilen/moppen Dweilen/moppen is het, met behulp van een dweil en trekker, op systematische wijze verwijderen van licht aangehecht vuil. Dweilen/moppen wordt toegepast voor onderhoud van gladde vloeren, zoals tegels, zeil, linoleum. Dweilen/moppen doe je op een schone vloer! Stof en vuil altijd eerst verwijderen met bijvoorbeeld de stofzuiger. 9

10 Basisbegrippen Traditionele methode: Dit is het, met behulp van schoonmaakmiddelen, water en een doek, op systematische wijze verwijderen van licht aangehecht vuil. Bij deze methode wordt het middel gedoseerd met water in een emmer. De doek wordt inde emmer gespoeld, uitgewrongen en gevouwen. In de volksmond noemen we dit soppen. Binnen de hulp bij het huishouden is dit de meest toegepaste methode. Sproeimethode: Dit is het, met behulp van een schoonmaakmiddelen en een doek, op systematische wijze verwijderen van licht aangehecht vuil. Bij deze methode sproei je het middel aan beide kanten op de doek (zorg ervoor dat je niet verneveld, maar met een straaltje spuit). Daarna wordt de doek gevouwen. Hierbij sproei je dus het verdunde schoonmaakmiddel op het werkdoekje. Als het doekje vuil is, neem je vervolgens een nieuwe, schone doek. Je spoelt de doek dus niet uit in een emmer met water. Waarmee gaan we schoonmaken? Om een juiste keuze te maken uit de verschillende schoonmaakmiddelen moet je iets weten over het karakter ervan. De ph-waarde geeft dat aan. Die PH-waarde staat altijd op de verpakking van het schoonmaakmiddel vermeld. Er zijn verschillende soorten schoonmaakmiddelen, zoals: 1. Zuren: Dit zijn middelen met een ph lager dan 7. Zuren zijn in staat kalk en urinesteen op te lossen en dus te verwijderen. Deze middelen worden vooral bij het sanitair gebruikt. Wil je kalkaanslag voorkomen, gebruik dan dus met regelmaat een dergelijk schoonmaakmiddel. 3. Alkalische middelen: Dit zijn middelen met een ph hoger dan 7. Hiermee kun je vette aanslag verwijderen, zoals huidvet, roetaanslag, bakvet, enz. Deze middelen worden vooral gebruikt als vetverwijderaar in de keuken. 2. Neutrale middelen : Dit zijn middelen met een ph rondom 7. Deze middelen kunnen lichte verontreinigingen verwijderen. Deze middelen worden vooral gebruikt voor interieurreiniging en zijn op bijna alle oppervlakken goed te gebruiken zonder dat ze schade aan kunnen richten. Schoonmaakmiddelen Gebruik het schoonmaakmiddel waar het voor bedoeld is en kijk altijd op de verpakking voor je het gaat toepassen. Op de verpakking staat ook altijd vermeld hoe je het schoonmaakmiddel moet doseren. Meng nooit schoonmaakmiddelen met elkaar! Overleg als je niet zeker weet welk product je kunt gebruiken, altijd vooraf met je cliënt. 10

11 De start Wat heb je nodig: 1. emmer 2. schoonmaakmiddel voor het interieur 3. schoonmaakmiddel voor het sanitair en wc-reiniger 4. doekjes voor het interieur 5. doekjes voor het sanitair 6. dweil of mop 7. handschoenen (huishoud- of wegwerphandschoenen) 8. vuilnis- en/of pedaalemmerzakken 9. stofzuiger 10. trekker 11. rager en/of bezem 12. wc-borstel 13. veilige huishoudtrap of werkkruk 1 Als de cliënt deze artikelen niet in huis heeft, vraag er dan om. Kan of wil je cliënt niet voorzien in het basismateriaal dat jij nodig hebt om je werk goed te kunnen doen, neem dan contact op met je zorgcoördinator of kantoor. Zorg dat je de middelen bij hand hebt, zodat je efficiënt kunt werken en niet telkens het hele huis door hoeft te lopen. Dat bespaart een hoop tijd. methode. Je kunt de schoonmaakmiddelen op twee manieren gebruiken: Traditionele methode (zie pag. 12) Sproeimethode (zie pag. 12) Vouw de werkdoek in een handzaam formaat en gebruik tijdens het werk regelmatig een schone kant. Je hoeft dan minder vaak je werkdoek uit te spoelen of te vervangen door een schone doek. Dit bespaart tijd en bovendien belast je je polsen minder met wringen. 11

12 Sanitair reiniging Vooraf even overleggen Overleg altijd even vooraf met de cliënt of je kunt beginnen met de schoonmaak van het toilet en de badkamer, zodat men weet dat deze even niet gebruikt kunnen worden. De middelen die zorgen dat kalkaanslag verdwijnt hebben even de tijd nodig om goed in te kunnen werken. Werkvolgorde en tips Trek handschoenen aan. Je kunt gebruik maken van gewone huishoudhandschoenen of wegwerphandschoenen. Vraag ernaar bij je cliënt. Grijp nooit met je handen in een afvalzak. Er kunnen scherpe dingen in zitten waardoor je je kunt bezeren! Neem de zak dus in zijn geheel uit de container en raak de inhoud ervan niet aan. 1 2 Spoel het toilet door. Maak de wastafel nat en zet deze in met een sanitair reinigingsmiddel 3 4 Spuit wc-reiniger onder de rand Vervang de afvalzakken, voor zover nodig. 5 6 Alle onderdelen grondig borstelen met stevige hand. Laat de borstel in de toiletpot staan en spoel niet door. 12

13 De volgorde van werken De schoonmaakmiddelen in het sanitair kunnen nu intrekken. Nu ga je dus eerst verder met de schoonmaakwerkzaamheden die met de cliënt zijn afgesproken. Werk, indien mogelijk, in onderstaande volgorde. 1. Sanitair inzetten met schoonmaakproduct 2. Keuken 3. Overige kamers en gangen 4. Sanitair afmaken 5. Vloeren reinigen De keuken Voor je met water aan de slag gaat, check je altijd even het plafond. Verwijder spinrag of hoog stof met een ragebol. Ga nooit op stoelen of tafels staan, maar gebruik als je er niet bij kunt, altijd een stevige (veilige) huishoudtrap. Een ongeluk zit in een klein hoekje. Voor het reinigen van roestvrijstaal (bijvoorbeeld afzuigkap) zijn vaak speciale schoonmaakproducten. Vraag hiernaar bij je cliënt. 3 4 Sproeimethode: Sproei op de droge doek (je hoeft dan niet te wringen). Vouw dan de doek in een handzaam formaat en gebruik tijdens het werk regelmatig een schone kant. Maak, voor zover nodig de deurtjes en apparatuur schoon. Doe dit van hoog naar laag en van links naar rechts of van rechts naar links Droog de wasbak en kraan goed na. Traditionele Methode: Doe het reinigingsmiddel met juiste dosering in de emmer met lauwwarm water. Spoel de doek uit en wring deze uit tot klamvochtig. Werk niet te nat dat geeft vaak strepen. Spoel de doek regelmatig en ververs het water ook regelmatig. Maak, voor zover nodig de deurtjes en apparatuur schoon. Doe dit van hoog naar laag en van links naar rechts of van rechts naar links. Droog de wasbak en kraan goed na. 13

14 Interieur reiniging In alle andere kamers en gangen beginnen we ook met een controle van het plafond. Net als in de keuken. 1 2 Verwijder spinrag met de rager of stofzuiger. Verwijder de vingertasten rond de deurknop en de deur zelf. Neem ook het deurkozijn regelmatig mee. Reinig altijd de klink aan beide zijden. Maandelijks reinig je in ieder geval de gehele deur. 3 4 Maak de bedden op of verschoon ze in overleg met de cliënt. Omdat dit zwaar werk is, is het extra belangrijk goed op je houding te letten Maak, in overleg met de cliënt droog of klamvochtig, het gehele interieur schoon van de overige ruimten 14

15 Sanitair reiniging (vervolg) Nadat het schoonmaakmiddel tijd heeft gekregen om goed in te trekken, kunnen we verder met het reinigen van het sanitair. 1 2 Bevochtig de spiegel met enkele druppels water en wrijf deze op met een zeem, droge doek of papier. Zo krijg je geen strepen. Gebruik hier weer de traditionele methode of de sproeimethode. 3 4 Reinig het planchet en de wastafel aan de binnen-, onder- en buitenkant, inclusief de kraan en sifon, de wanden er omheen en eventuele kastjes. Reinig de tegelwand rondom de wasbak. Daarna de overige wanden. Bij de douche/het bad eerst de wanden en daarna de douche/het bad zelf. Denk ook hier weer aan je houding: rechte rug en door je knieën buigen. 15

16 Sanitair reiniging (vervolg) 1 2 Reinig het waterreservoir, het doorspoelmechanisme en de toiletrolhouder. Verwijder vingertasten en vlekken van de pedaalemmer. 3 4 Verwijder de vingertasten rond de deurknop en de deur zelf. Neem ook het deurkozijn regelmatig mee. Reinig altijd de klink aan beide zijden. Maandelijks reinig je in ieder geval de gehele deur. Reinig de lichtschakelaar (niet te nat!). 16

17 Sanitair reiniging-vervolg Het toilet is altijd het laatste element in een sanitaire ruimte dat aan de beurt komt. Dit heeft te maken met de hygiëne. Na het schoonmaken van de toiletpot gebruik je het doekje niet meer voor andere zaken en ook het water met schoonmaakmiddel dient altijd ververst te worden. Voer werkzaamheden uit in een logische volgorde, van hoog naar laag en van links naar rechts of van rechts naar links. Net als bij het interieur reinig je de vloer altijd als laatste. 1 2 Borstel de toiletpot nogmaals en spoel daarna door waarbij je de toiletborstel in de pot houdt. Zo spoel je ook de borstel goed uit. Reinig de tegelwand achter de toiletpot. 3 4 Reinig ook de toiletborstelhouder en de borstelhandgreep. Als er behoorlijke aanslag op de houder/borstel zit, kun je deze een keer goed laten weken in een emmer met schoonmaakmiddel. Zet de schone toiletborstel terug in de houder. Reinig altijd als laatste het toiletdeksel en toiletpot zelf. De bril doe je aan de boven- en onderkant. Vergeet ook de buitenkant van de toiletpot niet. Doe de doek na gebruik in de was zodat deze niet nogmaals voor een ander klusje wordt gebruikt en verschoon altijd het water in je emmer. 17

18 Sanitair controle en hygiëne Controleer als je klaar bent altijd nog even of de ruimte weer schoon en netjes is. Dit geldt voor het sanitair maar natuurlijk ook voor alle andere ruimten. Was na het reinigen van het sanitair altijd je handen in het kader van de hygiëne. 1 2 Controleer het werk en herstel waar nodig. Was de handschoenen met zeep. 3 4 Was daarna je handen en droog ze goed af. Je hoeft hierbij geen zeep te gebruiken. Van te veel zeep kunnen je handen uitdrogen. Het is verstandig om regelmatig handcrème te gebruiken. Maak na het wassen, de wastafel weer droog en wrijf de kraan nog een keertje na. 18

19 De vloeren Als laatste komen alle vloeren in de woning aan de beurt. Stofzuigen Controleer regelmatig het snoer van de stofzuiger door deze met een (niet gevouwen, klamvochtige) doek door je handen te trekken. Is het snoer kapot, gebruik de stofzuiger dan niet! Meldt gebreken aan de stofzuiger (bijvoorbeeld kapot snoer of stekker) altijd aan de cliënt. Controleer de stofzuigerzak en vervang deze, indien nodig. Zet de stofzuigermond in de juiste stand. Zet de stang op de juiste hoogte en stofzuig de woning, waar nodig. Denk hierbij aan je houding, blijf zo veel mogelijk recht op staan. De zuigbuis moet je niet vooruit duwen, maar van links naar rechts voor je lichaam langs bewegen. Dit is misschien even wennen, maar zo voorkom je veel lichamelijke klachten. Denk ook aan de veiligheid van je cliënt. Geef aan waar je gaat zuigen en wijs je cliënt even op het snoer zodat hij of zij er niet over struikelt. Haal de stekker altijd met twee handen uit het stopcontact! 1 2 Dweil of mop alle harde vloeren. De badkamer en het toilet altijd als laatste. De mop of dweil moet klamvochtig zijn, dus niet te nat! Spoel je dweil of mop regelmatig en ververs ook je water op tijd. Dweil of mop altijd eerst een stukje van de kant af en daarna pas direct langs de kanten. Zo voorkom je vervuiling van de plinten. 3 4 Zet de natte mop ondersteboven weg, zodat deze goed kan drogen. Gebruik een dweil altijd in combinatie met een trekker. Dweil nooit op je knieën. 19

20 De buitenzijde Buitenwerkzaamheden Je eerste aandacht gaat altijd uit naar de binnenzijde van de woning. Als dat allemaal netjes op orde is, kun je in overleg met je cliënt ook het terras, stoep of balkon vegen. Zeker bij sneeuw is het voor oudere mensen prettig als het looptijd vrij gemaakt kan worden. Het wassen van de ramen aan de buitenzijde valt in veel gemeenten ook onder hulp bij het huishouden. Bij gemeenten houdt men gemiddeld rekening met het wassen van de buitenzijde van 4 keer per jaar. Wil jouw cliënt dit vaker, overleg dan met je zorgcoördinator of dit kan. Gebruik bij het ramen zemen altijd een stevige huishoudtrap. Plaats deze op een stevige ondergrond zodat je veilig kunt werken. Reik niet te ver naar links of rechts, maar verplaatst de trap wat vaker! Bij sommige gemeenten is het ramen wassen aan de buitenzijde niet bij de hulp inbegrepen en moet de cliënt hier een andere oplossing voor bedenken. Over de specifieke bijzonderheden binnen jou gemeente word je door het hoofdkantoor of je zorgcoördinator op de hoogte gehouden. Tuinwerkzaamheden vallen niet onder jouw werkzaamheden! Vraagt je cliënt je extra werkzaamheden te doen waarvan je denkt dat deze buiten jouw taakstelling vallen, neem dan altijd contact op met je zorgcoördinator of het hoofdkantoor om even te overleggen. Samen bedenken we dan een goede oplossing. 20

21 Braaksel, bloed en ontlasting Bij hoge uitzondering kan het voorkomen dat je braaksel, bloed(spatten) of ontlasting op moet ruimen. Braaksel, bloed of ontlasting kan besmet zijn met een virus, dat ook jou ziek kan maken. De kans dat je ziek wordt is erg klein, maar bestaat wel. Het is dus heel belangrijk dat je hiermee niet in aanraking komt en voorzichtig te werk gaat. Houd daarom rekening met de volgende zaken als je het op gaat ruimen en houdt onderstaande werkvolgorde aan: doe altijd eerst handschoenen aan; zorg dat je tijdens het opruimen niet spat op je lichaam; neem eerst het grote vuil op met papier (bijvoorbeeld keukenrol of wc papier); reinig nogmaals met papier na; gooi het papier direct weg in de afvalcontainer; reinig de plek vervolgens nat met een werkdoek of mop met een neutraal schoonmaakmiddel; spoel de doek of mop na gebruik direct goed uit en zorg dat deze daarna direct in de wasmachine op minimaal 60 graden wordt gewassen, maar bij voorkeur op kookwas; gooi het sopwater direct weg en spoel de emmer na, voordat deze opnieuw gebruikt wordt; was je handen met handschoenen aan met zeep; trek je handschoenen binnenstebuiten uit en gooi ze weg; was je handen met water en zeep. 21

22 Hoe schoon moet het zijn? Omdat iedereen een andere visie heeft op wat schoon is, zijn hiervoor een aantal richtlijnen opgesteld. Over het algemeen geldt dat alle onderdelen vrij moeten zijn van aangehecht vuil en stof. Hieronder staan de algemene richtlijnen: Aanrecht: Afzuigkap: Apparatuur: Badkuip: Deur en kast: Douchebak: Koelkast: Koffiezetapparaat: Kookapparatuur: Kozijn: Kraan: Lamp Muur: Nachtkastje: Afvalemmers: Put/rooster: Raam: Randen, richels en leidingen: Spiegel: Stoel: Tafel: Telefoon: Televisie: Toiletbril: Toiletrolhouder: Toiletpot: Trap: Vaatwasser: vrij van kringen, let vooral op zeefjes en strepen aan de onderzijde (rand). let vooral op de bedieningsknoppen en uitklapschermpje. let vooral op de bedieningsknoppen. vrij van aanslag en haren, let vooral op kringen rond het afvoerkanaal. let vooral op eventuele vervuiling rond de deurklinken. vrij van aanslag en haren, let vooral op kringen rond het afvoerkanaal. vrij van vlekken/spatten, let er vooral op, bij geheel reinigen, dat aan de achterzijde het rooster stofvrij wordt gemaakt. vrij van vlekken/spatten. vrij van vlekken/spatten, let vooral op de bedieningsknoppen en op de beschermkap. let vooral op stofophoping op het gedeelte van het kozijn waar de deur tegenaan komt. vrij van kringen. hoog/laag: let op vingertasten en op de plaats rond de schakelaar. let vooral op de plaats onder de trapleuningen in trappenhallen. vrij van vlekken, let vooral op scharnierende delen en rond de handgreep. vrij van spatvlekken, let vooral op de binnenzijde en onderkant van het deksel. let vooral op het binnenwerk (putemmertje). vrij van aanslag, vingertasten en strepen, let vooral op de hoeken. vrij van dicht stof en vingertasten. vrij van waterdruppels, spatvlekken, strepen en vingertasten. let vooral op de stoelpoten. let vooral op de onderrand van de tafel en de tafelpoten. vrij van aangehecht vuil en vingertasten, let vooral op de hoorn. let vooral op de bedieningsknoppen en beeldbuis. vrij van haren en strepen, let vooral op de scharnieren en onderzijde bril. let vooral op dat aan de binnenzijde geen stof ophoopt. binnenzijde: vrij van kringen en aanslag, let vooral op aanslag hals/water- reservoir, buitenzijde: vrij van haren en strepen, let vooral op scheiding van vloer en toiletpot. vrij van vlekken en strepen, let vooral op hoeken en moeilijk bereikbare plaatsen. vrij van vlekken/spatten, let vooral op rond bedieningsknoppen. 22

23 Gezondheid en veiligheid Iedereen die werkt, heeft te maken met risico s. Je kunt er zelf voor zorgen dat deze risico s zo klein mogelijk zijn. Let bijvoorbeeld goed op of de materialen waarmee je werkt, zoals een trap of stofzuiger, veilig zijn om mee te werken. Is dit niet het geval, werk er dan niet mee. Overleg met de cliënt over eventuele vervanging. Heb je een probleem, overleg dan met je zorgcoördinator of het hoofdkantoor. Let verder goed op het volgende. Houding Als je langdurig in een verkeerde houding werkt kan dat, op langere termijn, gezondheidsklachten opleveren, zoals rugpijn, schouderpijn en nekklachten. Je kunt dit voorkomen door goed op je houding te letten. Probeer dus tijdens je werk te denken aan: - werken met een rechte rug; - haaks voor je langs stofzuigen; - de stofzuigerstang op de juiste hoogte instellen zodat je niet voorover hoeft te bukken; - door de knieën te gaan of op een knie zitten gaan zitten; Stevig schoeisel Zorg ervoor dat je goede stevige schoenen draagt. Niet altijd even elegant, maar wel veilig! Werken op schoenen met hoge of smalle hakken is niet toegestaan. Tillen Als je onderdelen moet tillen, denk dan aan het volgende: - til te zware onderdelen niet op ga er ook niet mee schuiven!; - houd je rug altijd recht en ga door je knieën - til vanuit je armen en benen en nooit vanuit je rug. Sieraden Je kunt met je ketting ringen ergens achter blijven steken en je lelijk bezeren. Ook is er een grote kans dat je sieraden tijdens het werk beschadigen. Wij raden je dan ook ten zeerste aan om tijdens het werk geen sieraden te dragen. Huidbescherming Maak zo veel mogelijk gebruik van handschoenen, maar in ieder geval bij het reinigen van het sanitair, gebruik van schoonmaakmiddelen, verwijderen van bloed, braaksel of ontlasting en als cliënt of een van de huisgenoten een chemokuur volgt. Door gebruik van handschoenen voorkom je eventuele besmetting, werk je hygiënisch en je beschermt je handen. Regelmatig contact met vloeistoffen geeft een verhoogde kans op huideffecten (eczeem of afwashanden ) met symptomen als droge handen, kloofjes, roodheid en blaasjes. Smeer je handen regelmatig in met handcrème om uitdroging te voorkomen. 23

24 Cliëntveiligheid Zoals je hebt kunnen lezen willen we bij ThuiszorgInHolland dat jij kunt prettig kunt werken in een veilige werkomgeving met zo min mogelijk risico s. Er is dus veel aandacht voor jouw veiligheid en samen kunnen we die zo goed mogelijk borgen. Daarnaast is het belangrijk dat we kijken of er door het uitvoeren van onze werkzaamheden onveilige situaties kunnen ontstaan voor onze cliënten. In dit boekje hebben we bij de betreffende onderwerpen de meest voorkomend risico s al benoemd. Hieronder zetten we ze voor alle duidelijkheid nog een keer op een rij: Natte vloer: risico op uitglijden Een natte vloer kan glad zijn. Om te voorkomen dat jij of je cliënt uitglijden dweil/mop je de vloer dus niet nat maar klamvochtig. Hierdoor droogt de vloer veel sneller en beperken we het risico. Ook meldt je altijd even aan de cliënt dat hij de vloer pas weer kan betreden als deze is opgedroogd. Schoonmaakmaterialen: risico op struikelen Als je cliënt niet weet dat er een snoer van een stofzuiger of ander elektrisch apparaat op de vloer ligt, kan je cliënt hierover struikelen en vallen. Waarschuw je cliënt hiervoor en rol het snoer, als je het apparaat niet gebruikt, altijd op. Overigens geldt dit voor alle schoonmaakmaterialen die je gebruikt. Als je er niet mee werkt, ruim ze dan op en laat ze niet slingeren in de woning. Schoonmaakmiddelen: risico bij menging van producten Het mengen van schoonmaakproducten kan een chemische reactie veroorzaken die voor jou maar ook voor je cliënt schadelijk kan zijn. Meng dus nooit producten met elkaar! Schoonmaakmiddelen: risico bij jonge kinderen Als er jonge kinderen in huis zijn, bestaat er een risico dat ze ongewenst in contact komen met deze chemische producten. Zorg dus altijd dat deze producten tijdens het gebruik buiten het bereik van de kinderen staan en berg de producten na gebruik veilig op. Medische handelingen: risico op verkeerd handelen Als hulp bij het huishouden mag je geen enkele handeling verrichten waarvoor je niet gediplomeerd bent. Onze werkzaamheden hebben uitsluitend betrekking op ondersteuning in de huishouding. Je mag dus geen medicijnen uitdelen, geen steunkousen aandoen en je cliënt niet helpen bij de persoonlijke verzorging zoals wassen, aankleden, etc. Als leidraad kun je voor jezelf aanhouden dat je de cliënt niet aan mag raken om je werk te kunnen doen. We bedoelen dan natuurlijk niet een schouderklopje of een hand geven ter kennismaking. Maar alle handelingen waarbij lichamelijk contact, geneesmiddelen of hulpmiddelen (bijvoorbeeld steunkousen) nodig zijn, mag je in jouw functie niet uitvoeren. 24

25 Melding Incidenten Cliënten MIC Waar mensen werken, kunnen fouten gemaakt worden. We willen echter allemaal, als het mogelijk is, voorkomen dat we dezelfde fout twee keer maken. We doen dus ons best om dit zo veel mogelijk te voorkomen (preventie). Ontstaat er, om welke reden dan ook, een situatie waarbij de cliënt schade ondervindt, dan moet je dit melden via het MIC-formulier. Dit formulier staat op de speciale webpagina voor onze medewerkers en kun je ook opvragen via het hoofdkantoor. Welke incidenten moet je melden? Eigenlijk alles waardoor de cliënt schade ondervindt of zou kunnen ondervinden. Het gaat er daarbij niet om wie schade heeft veroorzaakt! Jij kunt bijvoorbeeld een fout hebben gemaakt, maar er kan ook een ongeluk(je) gebeuren door een oorzaak van buitenaf. Denk bijvoorbeeld aan een ongeluk door gladheid bij sneeuw of ijzel. Het MIC-formulier Het MIC-formulier is zeker niet bedoeld om iemand te beschuldigen maar vooral om inzichtelijk te maken welke risico s er zijn en hoe we fouten, ongelukken en bijna ongelukken in de toekomst beter kunnen voorkomen. Bij een calamiteit (nood/ spoedsituatie) neem je direct contact op met het hoofdkantoor of je zorgcoördinator. Het MIC-formulier wordt dan naderhand samen met je ingevuld. Ben je er niet zeker van of je iets wel of niet moet melden? Gewoon contact opnemen met het hoofdkantoor. Wij helpen je dan verder. 25

26 Hulp bij het Huishouden Vóór mensen, dóór mensen; samen dus! Contactgegevens ThuiszorgInHolland B.V. Prof. Van der Scheerstraat AM HAARLEM Antwoordnummer ThuiszorgInHolland B.V. Antwoordnummer VB HAARLEM Tel (hoofdkantoor) Tel (kantoor Breda) Fax Mail Web