De Bijbel als vrij domein

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De Bijbel als vrij domein"

Transcriptie

1 Artikel Cees Houtman De Bijbel als vrij domein Over Guus Kuijers Hoe een klein rotodje God vermoordde theoloen moeten zich niet buitenspel laten zetten TD 28 Ter inleidin De theoloen van teenwoordi aan serieuze discussies uit de we. Zo liet de hoofdredacteur van dablad Trouw op zaterda 13 oktober 2007 de lezers weten in zijn wekelijkse rubriek naar aanleidin van neatieve reacties, met name ook van theoloen, op een bijdrae van H.M. Kuitert over odsdienst als verbeeldin in de krant van 6 oktober. Hij voede eraan toe dat het bijevol ook niet zo vreemd is dat de theoloische faculteiten een studenten meer trekken. De theoloie buiten spel. Het lijkt erop. Recente bestsellers over de Bijbel verschijnen bij alemene uiteverijen en zijn eschreven door auteurs die zich nadrukkelijk als onelovien afficheren zoals Guus Kuijer en de Blokkers. De tijd is voorbij dat schrijven over de Bijbel een privilee van vooral specialisten of elovien was. De Bijbel is een vrij domein en wie maar wil, ma zijn zeje doen. De theoloie buiten spel. Geraakt of ezet? Opmerkelijk is in elk eval dat zelfs in de beoordelin van de bestsellers theoloen een rol spelen. In het reeds enoemde dablad Trouw werd de besprekin van de Blokkerbijbel 1 toevertrouwd aan een historicus (11 november 2006), terwijl in dezelfde krant voor commentaar op een boek over Koran en Bijbel 2 alleen twee arabisten werden benaderd (19 oktober 2007). Buiten spel. Dat moet theoloen toch hun eer te na zijn. Zij doen er oed aan hun zwijen over boeken die de winkels uitvlieen te doorbreken om fair en open hun menin daarover kenbaar te maken en duidelijkheid te scheppen. Ik wil in dit artikel een voorzet even met een analyse van Guus Kuijers Hoe een klein rotodje God vermoordde 3 om aldus onder meer helderheid te scheppen omtrent de plaats van de Bijbel in het christendom. Kuijer schrijft over Bijbel en Koran. Ik beperk mij tot een beoordelin van wat hij over de Bijbel zet en betrek daarbij de door mij in het boek De Schrift wordt eschreven 4 verdedide standpunten.

2 Niet de Bijbel, maar de interpretatie ervan eniet eza Kuijer sinaleert bij herhalin dat niemand zich aan de Schrift van kaft tot kaft houdt, maar dat eleefd wordt bij een selectie van teksten en dat wie het anders voorstelt ons voor het lapje houdt. 5 Met reden. Niet de Schrift, maar de interpretatie ervan eniet onder christenen eza, zo houd ik de lezers van De Schrift wordt eschreven voor. Zij leven feitelijk bij een Nieuwer Testament, een door theoloische en stichtelijke literatuur en door de predikin eactualiseerde en herschreven Schrift, bij een concept van wat essentieel is in de Schrift, een Testament dat in vele estalten bestaat en voorwerp is van voortdurende herschrijvin. 6 Over de inhoud en het karakter ervan aat de discussie tussen christenen onderlin en handelt ook het boek van Kuijer. Als onelovie is hij op zijn wijze een soort van predikant met als ideaal dat oedwillende elovien en oedwillende niet-elovien de handen ineenslaan om estalte te even aan een wereld van rechtvaardiheid en barmhartiheid. Kuijer haalt op zo n 160 niet al te rote bladzijden heel veel overhoop. Heerlijk onbekommerd eeft hij zijn menin ten beste zonder literatuurverwijzinen. Hij citeert rijkelijk uit de Bijbel, in de reel zonder tekstplaats te noemen, in een klaarblijkelijk root vertrouwen in de kennis van zijn lezers. Zijn boek draat het karakter van een pamflet, ook wat betreft de stijl en het taalebruik, dat niet altijd parlementair is. Ik heb wel eens mooiere teksten van Kuijer elezen. Indertijd heeft zijn roman Izebel van Tyrus (1988) zowel wat betreft de vorm als de inhoud indruk op mij emaakt. Kuijer doet daarin wat in de afelopen tijd in avant-ardistische krinen in de Bijbelwetenschap een trend is eworden. Hij eeft het woord aan de andere partij. De in de Bijbel veruisde persoon ma haar belichtin van de eschiedenis even. Bijbelteksten worden herkenbaar als partijdie teksten als de Izebels en de Delila s hun verhaal doen, terwijl nationale helden als Simson kunnen ineenschrompelen tot mensen met suïcidale neiinen of tot zelfmoordterroristen. Izebel verraadde hartstocht. Ook in het nieuwe boek over de Bijbel spreekt de passie waarmee het eschreven is aan èn op meni punt ook de inhoud, de visie op wat er in het Nieuwere Testament behoort te staan en wat niet. Sinalement Het odsbeeld God zo houdt Kuijer ons voor bestaat bij de ratie van mensen. 7 Zij houden hem in leven door hun woorden en daden. Spreken zij niet over hem en beroepen zij zich niet op hem, dan sterft hij. 8 De God die recht heeft op bestaan, de rote God, is de God van liefde, barmhartiheid en recht, die ruwt van bloed en wreedheid en wars is van mannelijke stoerheid en de verachtin van de vrouw en de homoseksuele medemens. 9 Hij is de antipode van het rotodje, met een beroep op wie al wat God verafschuwt, in stand wordt ehouden en die, er enoe, de beschermin van de wetever eniet vanwee het taboe op odslasterin. 10 Het odsbeeld is in bewein. De Schrift zelf keert zich teen fossilisatie van het odsbeeld, 11 zoals de Schrift zich ook keert teen fossilisatie van de moraal, 12 wat door Kuijer op zijn wijze wordt verwoord: De Wet moet in elke situatie en op elk moment van de eschiedenis opnieuw worden. 13 Stem en teenstem klinken op en vraen om een reactie, die ook de estalte kan aannemen van een nieuwe stem. 14 Met Kuijer 15 waardeer ik de meerstemmiheid van de Schrift positief. Zij is er zelf vol van en door de eschiedenis heen is zij onder het oordeel door eaan van mensen die vanuit de kerk als instituut stem en teenstem klinken op in de Bijbel TD 29

3 Sinalement als hinderlijke critici en als dissidenten werden beschouwd in mijn boek krijen ze een ruime plaats, Marcion, de nostici, de manicheërs, Voltaire, Reimarus enz., al die lieden die de God van het Oude Testament als een rotodje beschouwden, maar ook bewoen mensen als Müntzer, Karlstadt en Franck die naar de mare werden eschoven 16, allen mensen die, wanneer men vanuit het heden op hen in al hun verscheidenheid terublikt, op zijn minst een zekere sympathie kunnen wekken vanwee hun hartstocht, hun zoeken naar de ware God, iets wat men bijvoorbeeld mist in de stukjes van Maarten t Hart over de Bijbel in NRC/Handelsblad, 17 die er een duivels enoeen in lijkt te scheppen de draak te steken met de Schrift en bewust een oed verstaander wil zijn. Stem, teenstem en nieuwe stem Stem, teenstem en nieuwe stem. Kuijer voet zich in het koor. Als een oudtestamentisch profeet kan hij bestaande vormen van reliie kritiseren. God, zo weet hij, verveelt zich te pletter met Zijn elovien. Op vrijda, zaterda en zonda doet God watjes in zijn oren, want dan is het eteem het erst. Ja hoor, kreunt hij, want God hoort helaas ook met watjes in zijn oren omdat Hij almachti is. 18 Jesaja of Amos zou het ezed kunnen hebben (zie Jesaja 1:10-17; Amos 5:21-27). Kuijer werpt zich op als interpreet van de Bijbel. Hij eeft rake typerinen, bijvoorbeeld van de Prediker, sympathiek, maar niet diepzinni 19, een wijze die niet oed uit zijn doppen [heeft] ekeken 20 en wiens uitspraken akeli verwend kunnen klinken. Hij voert de broedermoordenaar Kaïn (Genesis 4) ten tonele als de eerste onelovie, die niettemin berip vindt bij God en het prototype is van de mens die zichzelf door zijn oneloof in ballinschap [stuurt]. 21 Met evoel voor het verschil in reliieus klimaat tussen Genesis en de volende Bijbelboeken 22 tekent Kuijer Abraham, zoals hij beschreven wordt in het boek Genesis, als de elovie naar zijn hart, de mens die een innerlijke stem [volde] die hij God noemde en die, zonder het oude we te doen om het nieuwe vorm te even, God probeerde tot menselijke proporties teru te brenen. 23 De God van Genesis is zijn favoriet. Het is de God die creatief [is], een beetje naïef, drifti, maar ook bereid tot verzoenin, 24 de God die niet furieus reaeert op oneloof zoals de God in andere Bijbelboeken. 25 Het is de God naar wie Job, de hoofdpersoon in een prachti boek 26 op zoek is, een God van een eheel ander sla dan de oklustie 27 en brallende God 28 van het boek Job. TD 30 Actualisatie en nieuwe interpretatie Actualisatie en nieuwe interpretatie vinden plaats in het boek van Kuijer. De Schrift wordt eschreven en ook afeschreven, soms op een wijze die ik niet berijp of die me te machti is. Kuijer kan achter de katheder plaatsnemen en zich de rol aanmeten van een waar historisch-kritisch Bijbeleleerde, vol onberip over het ebruik van het Oude Testament in het Nieuwe. Zo verwijt hij bijvoorbeeld de apostel Paulus dat hij (in Romeinen 4) van Abraham een christen maakt en Abrahams eschiedenis net zolan verdraait totdat een jood hem meer als zijn voorvader herkent. 29 De metamorfose van Jezus tot de mens die zozeer liefheeft dat hij eraan sterft en daarom God is, in een anoniem Spaans edicht uit de zestiende eeuw, brent Kuijer onder de noemer theoloische ymnastiek [...] waar moderne christenen dol op zijn. 30 Is dan, zo kan men zich afvraen, alleen het oriinele, het oude echt van waarde en kan het nieuwe dat niet evenzeer zijn? We zijn toch teen fossilisatie? 31 In elk eval doet een christen er oed aan ruim te scheppen voor de Geest die het Woord in bewein houdt.

4 Soms lijkt het erop dat volens Kuijer het latere per definitie een plaats ma hebben in het Nieuwere Testament. Een weerkerend refrein in zijn boek is dat de voorstellinen van hemel en hel treffend door hem weezet als een metafoor voor de wijze waarop een mens zijn leven kan ervaren 32 pas laat ontstaan zijn. In dit verband wijst hij onder meer op het feit dat de idee van de opstandin pas in het jone boek Daniël (12:1-3) voorkomt en verbindt hij opstandin met de idee van hemelse existentie. De teneur is steeds jon dus niet relevant. 33 Nu aat het er mij niet om een lans te breken voor die voorstellinen binnen de christelijke theoloie ik heb trouwens het evoel dat Kuijer hier teen windmolens vecht en het ros van de hedendaase Nederlandse christenen de dood teemoet ziet op dezelfde wijze als zijn lieve en vrome schoonmoeder : in de rust en het vertrouwen dat God het oed met haar/ hem meende 34, maar het aat mij om het volende: ik verzet me teen de idee dat het oude per definitie het echte en waardevolle is, en het jonere of latere van minder of een waarde. Dat uitanspunt huldien we toch ook niet met betrekkin tot de moraal! De opvattin dat het oude het ware is lit ook ten rondsla aan Kuijers uitle van andere Bijbeledeelten. Zo maakt hij als was hij een academisch evormd literair-kritisch Bijbeleleerde in de evaneliën onderscheid tussen woorden van Jezus zelf klaarblijkelijk van waarde en woorden die de jone christelijke kerk hem in de mond heeft eled en die we klaarblijkelijk met zekere scepsis moen bezien. 35 In het verhaal over Abraham die de opdracht krijt Isaak als een brandoffer aan de Heer te brenen (Genesis 22), maakt Kuijer onderscheid tussen de opvattinen van de folkloristische schrijver en een latere auteur. De laatste in het om ehoorzaamheid; de eerste naar wie wij moeten luisteren om een aanmoediin het eien verstand, het eien evoel voor oed en kwaad niet alleen te hebben, maar ook te ebruiken. 36 De voorliefde voor het oorspronkelijke riekt naar wetenschappelijk biblicisme en is mijns inziens verwerpelijk. Debatwaardi? het jonere is niet van minder waarde De noodzaak van eoefend lezen Terecht wijst Kuijer erop dat de Bijbel eoefende lezers vraat elke beoefenaar van de Bijbelwetenschap weet uit ervarin dat oede uitle veel misverstanden kan wenemen. Geoefende lezers weten, aldus Kuijer, dat je soms een absurditeit voor lief moet nemen om een verhaal binnen te komen. 37 Zo moeten we naar zijn menin het zondvloedverhaal (Genesis 6-9) niet lezen als een beschrijvin van Gods moraliteit. 38 De verdrinkinsdood van alle mensen en dieren maakt een deel uit van de door de schrijver beoode tendens van het verhaal. De schrijver aat het om de betekenis van de reenboo. Inderdaad, eoefende lezin kan karikaturale interpretatie voorkomen. Je moet zien verhalen binnen te komen. Maar eldt dat ook niet van de verhalen over de maadelijke eboorte 39 en van voorstellinen als die van Jezus als zoon van God, 40 de drie-eenheid 41 en de erfzonde 42? Kuijer kan daarmee zacht ezed bepaald niet mee uit de voeten. Allerisch blijkt hij met name te zijn voor wat in het Nieuwe Testament over het lijden en het sterven van Jezus Christus wordt ezed en vooral voor de daarop ebaseerde christelijke theoloie. Zijn afschuw brent hij in plastische bewoordinen tot uitin. 43 Hij kan net zoals Thomas 44 de hoofdpersoon van het door hem eschreven jeudboek Het boek van alle dinen (2004), niet teen het verhaal van de kruisiin 45, een verhaal waarvan de jaarlijkse herhalin Jezus zelf ook, zo deelde hij Thomas in een verschijnin mee, meer dan enoe had. 46 Voor Thomas is Jezus niet de Verlosser van de mens- TD 31

5 Artikel heid daarvoor is er teveel redeloos leed 47, terwijl zij die eloven in Jezus Christus als Heer en Verlosser, zoals de steile orthodoxe vader van Thomas, nu niet bepaald het type van de verloste mens zijn en blijken te behoren tot de mensen die moeilijk te verlossen zijn. 48 Wel is Jezus voor Thomas deene die de vader ontmaskert als een schijterd, iemand die ter leitimatie van zijn autoritaire optreden zich verstopt als een ban kind achter Gods brede ru. 49 Ook wordt Jezus voor Thomas zichtbaar in de emolesteerde mens. De moeder van Thomas, slachtoffer van de losse handen van haar patriarchale echtenoot, lijkt op Jezus als ze haar haar los had. 50 Wat mijzelf betreft, ik moet zeen dat ik in toenemende mate eïmponeerd ben door de christelijke theoloie van de lijdende Christus. De God, Schepper van hemel en aarde en de Bevrijder, is ook deene die de estalte van een mens heeft aanenomen om mens te zijn te midden van de mensen: een God die uit eien ervarin weet wat mensen kunnen doormaken. Verbijsterend is het. 51 En natuurlijk, de verzoenin is er niet voor nette kerkmensen, maar voor mensen met vreselijk veel bloed aan hun handen, pleers van enocide en zo meer, die bezwijken onder hun schuld. Zij moen profiteren van het surplus aan erechtiheid van Jezus Christus. kerklid zijn is vaak lijden aan de kerk TD 32 De noodzaak van nieuwe wijsheid, nieuwe profetie en nieuwe verhalen Kuijer moet niet veel hebben van de lieden die de touwtjes in de kerk in handen hebben, priesters, de eestelijkheid of hoe ze ook verder aaneduid moen worden, deenen die het ezicht even aan de kerk als instituut. 52 Hoe invoelbaar is de erernis. Kerklid zijn is vaak lijden aan de kerk. Het is vol te houden onder meer vanwee het besef dat de kerk als instituut als beddin nodi is om de stroom van het evanelie door het landschap van de eschiedenis heen te leiden, een modderstroom waarin oddank ook telkens de linsterin van edelmetaal oplicht. Meer sympathie dan de kerkelijke kleine en rote elite enieten bij hem de profetische, ketterse stemmen en hun openbarin terecht niet verstaan als iets dat ineoten wordt, 53 maar als een zien van dinen die andere mensen niet zien 54. Hij eeft zich weer terecht niet kritiekloos aan hen over. Ze kunnen bepaald evaarlijk zijn. 55 Altijd moet wijsheid ezocht worden die eienwijsheid kan zijn en moet de elovie zijn verstand ebruiken. 56 God beleeft plezier aan nieuwe liederen, maar ook aan nieuwe wijsheid, nieuwe profetie 57 en, denk ik, aan nieuwe verhalen. Een mooi voorbeeld van een nieuw verhaal eeft Kuijer in Het boek van alle dinen. 58 Ik eef een korte impressie. Thomas, met wie we al kennis maakten, behoort tot een ezin dat deel uitmaakt van een orthodox-christelijk conventikelachti kerkenootschap. De daelijks schriftlezin aan tafel is in de periode waarin het verhaal zich afspeelt, ewijd aan de eschiedenis van de plaen in Eypte (Exodus 7-12). De lezin wordt verzord door de vader die in het leven van zijn vrouw en kinderen de rol van Farao vervult. Zijn eza houdt hij in stand met letterlijk harde hand. Evenals de Eyptische Farao is hij niet te vermurwen. 59 Wanneer zijn vader weer eens barbaars is opetreden, hoopt Thomas dat hij door God vreselijk estraft zal worden met builenpest of zo 60 of met alle plaen van Eypte, 61 en bidt hij God om de vader niet te vereven. 62 Maar ook komt hij op de edachte dat er een ander plan [moest] komen om het hart van de farao te veranderen. 63 Zelf wist hij een plan. Anderen elukki wel. Zij kreen de vader op de knieën, niet door plaen à la

6 Exodus, maar door voor de vader een vreselijke kwellin, evenwel één waarbij een bloed vloeide en doden vielen de revolte van vrouwen en kinderen die zelf het heft in handen namen en de vader in de mare manoeuvreerden door een ezellie voorleesavond met muziek, in zijn huis. Maak je een zoren Thomas, zei mevrouw Van Amersfoort, de eëmancipeerde buurvrouw, Je moet niet ban zijn. Je wilde toch de plaen van Eypte? Niet de kikkers, niet de muen en niet de builenpest, maar wij zijn de beste plaa. Wij vrouwen en kinderen. Daar kan een farao teen op. 64 De zachte krachten hebben ewonnen. Tot slot, waarvan ik onder de indruk ben en wat ik in De Schrift wordt eschreven tot uitdrukkin heb willen brenen, is de enorme potentie tot vernieuwin en veranderin waarover het christendom beschikt, de dynamiek aanwezi in zijn Schrift en traditie, de stuwende kracht achter de zoektocht naar het laatste Woord. Gevoel voor die dynamiek proef ik ook in het boek van Kuijer. Artikel Prof. dr. Cees Houtman is emeritus hooleraar Oude Testament van de Protestantse Theoloische Universiteit te Kampen. 1. J. Blokker, J. Blokker Jr., B. Blokker, Er was eens een God. Bijbelse eschiedenis, Contact, Amsterdam 2006; zie ook de besprekin in Theoloisch Debat 4/1 (2007), M. ter Bor, K. Bischop, Koran en Bijbel in verhalen, Unieboek, Houten G. Kuijer, Hoe een klein rotodje God vermoordde, Athenaeum-Polak & Van Gennep, Amsterdam C. Houtman, De Schrift wordt eschreven. Op zoek naar een christelijke hermeneutiek van het Oude Testament, Meinema, Zoetermeer Kuijer, Rotodje, p. 26; vl. pp. 106v., Houtman, De Schrift, pp , 165, 167, , 193, 195, Kuijer, Rotodje, pp. 6, 104v., a.w., pp. 81, a.w., pp. 6v., 21v., 35, 40, 53 e.a. 10. A.w., pp. 6v., 16, 29, 38, 50, 79, 159v. 11. Houtman, De Schrift, hoofdstuk a.w., hoofdstuk Kuijer, Rotodje, p. 31; vl. 107v., Houtman, De Schrift, Kuijer, Rotodje, pp. 34, 112, Houtman, De Schrift, hoofdstuk 15 en Ten dele ebundeld in M. t Hart, De Schrift betwist, Arbeiderspers, Amsterdam 1997, Kuijer, Rotodje, p a.w., p a.w., p a.w., pp. 58v. 22. Vl. Houtman, De Schrift, pp Kuijer, Rotodje, p. 155; vl. pp. 32, 65v., a.w., p a.w., p. 61; vl. pp. 69v., 75-77, 82, a.w., p a.w., p a.w., p a.w., pp. 86v. 30. a.w., p Vl. ook a.w., p a.w., p a.w., pp. 19v., 64v., 73, 88v., a.w., p a.w., p Noten TD 33

7 36. a.w., p a.w., p a.w., p a.w., p a.w., p a.w., p a.w., pp. 45v., a.w., pp , 33, 41v., 77, 89, 92v., 136, Vl. Johannes 20:24. Thomas heeft vanwee de onaantastbare machtspositie van zijn vader in het ezin zo n neatief beeld van God ekreen dat hij niet meer in God kan eloven. Hij is uit me weeslaen, zei Thomas [in een esprek met Jezus]. En toen is hij estorven, want Hij kon niet buiten mij. (G. Kuijer, Het boek van alle dinen, Querido, Amsterdam 2004, p. 79). Vl. Rotodje, 23v. 45. Kuijer, Het boek, p Kuijer, Het boek, pp. 25, 63. Thomas was altijd blij als het [de jaarlijkse kruisdood van Jezus] er weer op zat en de Heer ezond en wel uit Zijn raf was opestaan. (p. 23). Vl. ook Kuijer, Rotodje, p Kuijer, Het boek, p Kuijer, Het boek, p Kuijer, Het boek, p Kuijer, Het boek, p Vl. Houtman, De Schrift, Kuijer, Rotodje, pp. 69, , 122v. 53. Kuijer, Rotodje, pp. 8, a.w., p a.w., pp. 20, 34v., 117, , 155, 165v. 56. a.w., pp. 8, 30v., 32, 40, Houtman, De Schrift, pp. 168v., 193, Te verstaan als de theorie van alles (Rotodje, p. 166), een omvattende wereldbeschouwin? 59. Hij leitimeert zijn edra met een beroep op de aan hem door God eeven positie, vasteled in het enie echte boek, de bron van alle moraal (pp. 47, 66, 77v.), door hem als volt verwoord: De man heeft de taak zijn vrouw en kinderen te leiden en te onderrichten. (p. 66). Luisteren zij niet, dan ma hij stren inrijpen: Zo heeft God het inesteld. (p. 66). 60. Kuijer, Het boek, p a.w., p a.w., p a.w., p a.w., p. 87. TD 34