Datum en tijd afspraak: BRONCHOSCOPIE. Meld u bij de polikliniek Longziekten, balie 177 op de eerste verdieping

Transcriptie

1 Datum en tijd afspraak: BRONCHOSCOPIE Meld u bij de polikliniek Longziekten, balie 177 op de eerste verdieping

2 Afspraak Voor uw afspraak kunt u zich melden bij de polikliniek Longziekten, balie 177, op de eerste verdieping van het Sint Franciscus Gasthuis. Als u bent opgenomen op de verpleegafdeling of de Dagbehandeling, dan is bovenstaande voor u niet van toepassing. De arts die uw bronchoscopie verricht is: Dr. G.J. Braunstahl Longarts Drs. W.E.J.J. Hanselaar Longarts Dr. A. Rudolphus Longarts Drs. K.Y. Tan Longarts Dr. J.C.C.M. in t Veen Longarts Spoedeisende vragen Voor spoedeisende vragen na de bronchoscopie kunt u telefonisch contact opnemen met het Sint Franciscus Gasthuis, via telefoonnummer U kunt dan vragen naar de dienstdoend arts-assistent Longziekten.

3 Inleiding In overleg met uw behandelend longarts is besloten om een bronchoscopie te verrichten. Een bronchoscopie wordt uitgevoerd om meer te weten te komen over mogelijke longafwijkingen, zoals ontstekingen of gezwellen. In deze folder geven wij u informatie over dit onderzoek. Algemeen Een bronchoscopie is een onderzoek waarmee de luchtwegen (bronchiën) bekeken worden. Onderzoek Het onderzoek gebeurt met een bronchosoop (scoop), een dunne, flexibele bestuurbare slang. In het uiteinde hiervan (de tip) is een minuscule camera ingebouwd. Via de camerabeelden, die worden getoond op een beeldscherm, kan de arts de grootste takken van uw luchtwegen bekijken. De kleinere luchtwegen blijven onzichtbaar. Voorbereiding Om de bronchoscopie goed uit te kunnen voeren is het noodzakelijk dat u nuchter bent op de dag van het onderzoek. Dit wil zeggen dat u zes uur voor het onderzoek niet mag eten, drinken, roken of kauwgom kauwen. Anderhalf uur voor het onderzoek moet u drie tabletjes Codeïne innemen om de hoestprikkel te onderdrukken. U heeft bij het maken van deze afspraak drie tabletjes in een envelop meegekregen. Uw eigen medicatie kunt u de dag van het onderzoek gewoon innemen. Melding aan uw arts Vertel het uw arts als u: allergisch bent voor medicijnen of verdoving; (mogelijk) zwanger bent; hart- en vaataandoeningen heeft; een longaandoening heeft; diabetes heeft. U moet dit melden bij het maken van de afspraak, in verband met de planning en het innemen van uw medicatie. U dient het innemen van tabletten voor uw

4 diabetes dan wel spuiten van insuline uit te stellen tot na het onderzoek. Soms is ook een verlaging van de dosis noodzakelijk. Dit besluit neemt u in overleg met uw behandelend arts. een stoornis van de bloedstolling heeft; bloedverdunnende medicijnen (antistollingsmedicatie) gebruikt. Meer informatie vindt u in de volgende alinea. Bloedverdunnende medicijnen (antistollingsmedicatie) Als u bloedverdunnende medicijnen (antistollingsmedicatie) gebruikt, zoals Sintrom (ook wel: Acenocoumarol), Marcoumar (ook wel: Fenprocoumon), Clopidogrel (ook wel: Plavix) of Ascal (ook wel: Carbasalaatcalcium) overleg dan vooraf met de arts die het onderzoek aanvraagt. Hij adviseert u in de meeste gevallen deze medicijnen gedurende enkele dagen voor het onderzoek niet in te nemen. Dit verschilt per medicijn. Stop nooit op eigen initiatief met deze medicijnen! Indien u twijfelt of u moet stoppen met uw medicijnen, kunt u van maandag tot en met vrijdag tussen 8.00 en uur contact opnemen met de polikliniek Longziekten, via telefoonnummer Stoppen met antistollingsmedicatie U dient aan de trombosedienst door te geven dat uw aanvragend arts u heeft geadviseerd om uw antistollingsmedicatie tijdelijk te stoppen vanwege het onderzoek. Vrijwel altijd kunt u de antistollingsmedicatie direct na het onderzoek hervatten. Dit hoort u na het onderzoek van de arts die de bronchoscopie heeft uitgevoerd. Tevens maakt u dan een afspraak met de trombosedienst om een aantal dagen na het onderzoek bloed te prikken en aan de hand van de bloeduitslag de medicatie te hervatten. Voor deze procedure bent u zelf verantwoordelijk! Indien u bent opgenomen op de verpleegafdeling wordt in overleg met u en de afdelingsarts het beleid ten aanzien van de antistollingsmedicatie of de medicatie voor de diabetes bepaald.

5 Tips Neem de medicijnen die u gebruikt of uw medicatieoverzicht van de apotheek mee naar het ziekenhuis. Hierbij zijn ook de medicijnen die u bij de drogist haalt van belang. Als u diabetes heeft en insuline spuit verzoeken wij u uw prikpen en insuline mee te nemen naar het ziekenhuis. Zodoende kunt u tijdens uw verblijf in het ziekenhuis over insuline beschikken. Tijdens het onderzoek Verdoving Voorafgaand aan het onderzoek wordt u verzocht om losse gebitsdelen uit te doen. De assistente verdooft de slijmvliezen van uw neus, mond en keelholte met een verdovingvloeistof. Deze verdovingsvloeistoffen hebben een bittere smaak en zorgen ervoor dat het slijmvlies van uw neus, mond en keelholte gevoelloos wordt. Wel krijgt u het gevoel dat uw keel dik en stijf wordt. Dit is niet het geval, maar een teken dat de verdoving goed werkt. Zuurstof Tijdens het onderzoek wordt u nauwlettend in de gaten gehouden. Daarvoor krijgt u een knijpertje op uw vinger (saturatiemeter) waarmee gedurende het onderzoek uw hartslag en zuurstofgehalte in het bloed wordt gecontroleerd. Mocht het nodig zijn, dan wordt aanvullend wat zuurstof geven via een slangetje in uw neus. Bronchoscopie Bij voorkeur wordt de scoop via uw neus ingebracht. Wanneer dit niet mogelijk is, wordt de scoop via de mond ingebracht. Hiervoor krijgt u een bijtring tussen uw tanden om uw gebit en de scoop te beschermen. Tijdens het onderzoek kunt u niet praten. Het inbrengen van de scoop geeft kortdurend een benauwd gevoel, het helpt als u rustig blijft. Gedurende het onderzoek kunt u gewoon doorademen. Het kan voorkomen dat u tijdens het onderzoek een hoestprikkel krijgt. De longarts geeft u dan extra verdoving via de scoop.

6 De longarts bekijkt de binnenkant van de luchtpijp en de grootste takken van de luchtwegen. Tijdens het onderzoek kunnen stukjes weefsel (biopten) worden weggenomen. Ook kan de longarts besluiten uw luchtwegen te spoelen. Een kleine hoeveelheid water-zoutoplossing wordt dan via de scoop ingespoten en direct weer afgezogen. Het spoelen van uw luchtwegen en het nemen van biopten is niet pijnlijk. Het afgenomen materiaal wordt voor nader onderzoek naar het laboratorium gebracht. De bronchoscopie duurt meestal dertig minuten. Na de behandeling Omdat uw neus en keel verdoofd zijn, mag u tot twee uur na het onderzoek niet eten en drinken, om te voorkomen dat u zich verslikt. Na twee uur mag u voorzichtig beginnen met water drinken. Als u niet hoeft te hoesten kunt u ook weer eten. Na het onderzoek kan uw keel wat pijnlijk of gevoelig zijn, dit gevoel verdwijnt weer na enkele uren. Ook kan het voorkomen dat u na het onderzoek wat bloed ophoest. U hoeft zich hierover geen zorgen te maken. Het verdwijnt vanzelf weer binnen een tot twee dagen. Het is noodzakelijk dat u zorgt voor begeleiding naar huis. Het wordt ten sterkste afgeraden om zelf auto te rijden na het onderzoek. Complicaties Ernstige complicaties zijn zeer zeldzaam bij dit onderzoek. Iets bloederig slijm ophoesten en/of koorts op de dag van het onderzoek zijn normaal. Bij koorts mag u Paracetamol innemen. Blijft u de dag na het onderzoek nog bloed ophoesten en/of krijgt u aanhoudende koorts, dan moet u acuut contact opnemen met het Sint Franciscus Gasthuis. De informatie kunt u terugvinden op bladzijde twee van deze folder. Er is een erg kleine kans dat ten gevolge van het onderzoek de long gedeeltelijk samenvalt (klaplong). Wanneer dit optreedt, ervaart u dit door heftige kortademigheid. U dient dan acuut contact op te nemen met het Sint Franciscus Gasthuis. De

7 informatie kunt u terugvinden op bladzijde twee van deze folder. Uitslag Het kan zijn dat de longarts die het onderzoek verricht, u tijdens of na het onderzoek iets vertelt over zijn bevindingen. Vaak moet echter eerst het laboratoriumonderzoek worden afgewacht. Uw behandelend arts bespreekt het onderzoek met u wanneer de uitslag bekend is. Vragen Wij hopen dat u na het lezen van deze folder met vertrouwen het onderzoek tegemoet gaat. Als u nog vragen heeft, kunt u van maandag tot en met vrijdag tussen 8.00 en uur telefonisch contact opnemen met de polikliniek Longziekten, via telefoonnummer Als u bent opgenomen op de verpleegafdeling, kunt u altijd uw verpleegkundige om informatie vragen. April 2013