Onderhandelingsresultaat Collectief Variabel Pensioen

Transcriptie

1 Onderhandelingsresultaat Collectief Variabel Pensioen Nieuwe pensioenregeling vanaf 2020 De nieuwe pensioenregeling is een individuele beschikbare premieregeling in de opbouwfase met beperkte keuzemogelijkheden voor invulling van het beleggingsbeleid en met een (mogelijke) collectiviteit vanaf 10 jaar voor pensioenrichtleeftijd én in de uitkeringsfase. De nieuwe regeling noemen we de CVP-regeling (Collectief Variabel Pensioen). Looptijd afspraak De looptijd van deze afspraak is 3 of 5 jaar. Dit wordt bepaald op basis van de mogelijkheden bij de te kiezen uitvoerder en de eventuele financiële consequenties van de keuze. Premie Het premiebudget in de nieuwe pensioenregeling is gedurende de looptijd van deze afspraak 23% van de pensioengevende salarissom. Dit komt overeen met de premieafspraken voor 2018 (23%; eenmalig verhoogd met 0,39%) en 2019 (23%). Vanuit het premiebudget wordt per 1 januari 2020 een premiestaffel vastgesteld (nadat de kosten voor de uitvoering en de risicopremies zijn betaald). Deze staffel bepaalt wat de beschikbare premie is voor een werknemer. Dit is afhankelijk van de leeftijd van de werknemer. Door wijzigingen in het werknemersbestand kan de totale premie in de jaren na 2020 leiden tot een wat hogere of een wat lagere premie dan 23%. Dit heeft geen effect op de vastgestelde staffel zolang de totale premie (inclusief kosten en risicopremies) zich binnen de bandbreedte van 22% - 24% bevindt. VIVAT en de vakorganisaties hebben afgesproken om met elkaar in overleg te gaan als de premie buiten de bandbreedte komt om nadere afspraken te maken over aanpassingen in de pensioenregeling zodanig dat de premie weer uitkomt op 23%. Het bijstellen van de staffel (naar beneden als de premie hoger dan 24% zou worden, naar boven indien fiscaal mogelijk als de premie onder de 22% komt) is een van die mogelijke aanpassingen. Eigen bijdrage werknemer De werknemer betaalt zelf mee aan de pensioenregeling. Deze eigen bijdrage is 4,5% van de pensioengrondslag (dit komt overeen met ongeveer 3,5% van het salaris). De rest van de premie wordt betaald door de werkgever. Dit is niet veranderd ten opzichte van de huidige afspraken Wat gebeurt er met de beschikbare premie? De beschikbare premie wordt belegd op een individuele pensioenrekening. Het kapitaal op de individuele pensioenrekening wordt belegd in een beleggingsprofiel (zie kader voor toelichting). De deelnemer krijgt keuze uit 5 verschillende beleggingsprofielen. Deze profielen zullen samen met de pensioenuitvoerder vorm worden gegeven en hebben elk hun eigen kenmerken qua risico s en verwacht resultaat. Het behaalde resultaat van het gekozen beleggingsprofiel wordt toegevoegd aan het pensioenkapitaal op de individuele pensioenrekening. Pagina 1-8

2 Beleggingsprofielen Het beleggingsprofiel houdt rekening met de leeftijd van de individuele deelnemer. Daarnaast heeft de deelnemer de keuze tussen verschillende beleggingsprofielen (met meer of minder risico). Zo kan de deelnemer het pensioen optimaal laten aansluiten bij de individuele situatie en wensen. Hoe dichter de deelnemer bij de pensioenrichtleeftijd komt (nu 68 jaar), hoe verder het risico wordt beperkt. Hiermee wordt zo veel mogelijk voorkomen dat het pensioenkapitaal vlak voor de pensioendatum nog hele grote schokken doormaakt. Verandert de situatie van de deelnemer (bijvoorbeeld financieel of persoonlijk), dan bestaat de mogelijkheid (eenmaal per jaar) om je keuze voor een beleggingsprofiel aan te passen naar een profiel met meer of juist minder risico. Kan of wil de deelnemer geen keuze maken? Dan wordt de deelnemer ingedeeld in de default beleggingsprofiel (middelste van de 5 aangeboden profielen). Keuzemoment vast of variabel pensioen op 58 jaar 10 jaar voor de pensioenrichtleeftijd (nu 68 jaar) krijgt de deelnemer een voorlopige keuze voorgelegd tussen een vast en variabel pensioen. Bij een vast pensioen wordt het kapitaal op pensioendatum gebruikt om een gegarandeerde uitkering in te kopen bij een verzekeraar. Deze garantie biedt zekerheid over de hoogte van de uitkering maar kost ook geld. De uitkering is daarom naar verwachting lager dan bij een variabele uitkering. Bij een variabel pensioen wordt het kapitaal ook na pensioendatum doorbelegd. Behaalde resultaten worden verwerkt in de uitkering. Doordat wordt doorbelegd en geen garantie ingekocht hoeft te worden, is de uitkering op en na de pensioendatum naar verwachting hoger dan bij een vaste uitkering. Als de deelnemer kiest voor een vast pensioen, dan blijft het gehele pensioenkapitaal tot pensioendatum belegd op de persoonlijke pensioenrekening (oranje route). Hierbij wordt de door de deelnemer gemaakte keuze voor een beleggingsprofiel voortgezet waarbij het risico binnen het beleggingsprofiel (op basis van de leeftijd van de deelnemer) verder wordt afgebouwd richting pensioendatum. De deelnemer kiest op pensioendatum zelf welke uitvoerder de vaste uitkering gaat uitkeren. Kiest de deelnemer voor een variabel pensioen, dan wordt in een periode van 10 jaar (thans tussen 58 jaar en 68 jaar) het pensioenkapitaal in stapjes omgezet naar de collectiviteit waarin voor alle deelnemers hetzelfde beleggingsbeleid geldt (blauwe route). Als gevolg hiervan wordt het risico minder ver afgebouwd dan bij voortzetting beleggen volgens gekozen beleggingsprofiel, waardoor naar verwachting meer rendement wordt behaald. Pagina 2-8

3 Defaultkeuze Waarom een voorlopige keuze op 58 jaar? Het eerste keuzemoment ligt op 58 jaar (10 jaar voor de pensioenrichtleeftijd - nu 68 jaar) omdat de overgang naar het collectief dan geleidelijk plaatsvindt. Het kapitaal van de individuele beleggingsrekening wordt over een periode van 10 jaar in stapjes overgezet naar het collectief. Er is gekozen voor een geleidelijke overgang om zo invulling te geven aan de wettelijk verplichte mogelijkheid om het beleggingsbeleid voor te sorteren op doorbeleggen na pensioendatum. Daarnaast wordt door de geleidelijke overgang met name het renterisico bij omzetting van kapitaal naar pensioenaanspraken gespreid. Definitief keuzemoment vast of variabel op pensioendatum Op pensioendatum maakt de deelnemer een definitieve keuze voor een vaste of variabele uitkering. Kiest de deelnemer voor een variabele uitkering dan wordt die ondergebracht bij het collectief. Kiest de deelnemer voor een vaste uitkering? Dan wordt het individuele kapitaal overgedragen aan de door de deelnemer geselecteerde uitvoerder. Heeft de deelnemer op 58 jaar gekozen voor het collectief maar wil de deelnemer op pensioendatum toch liever een vaste pensioenuitkering? Dan worden de daarvoor gemaakte kosten en de nog openstaande resultaten verrekend met het individuele kapitaal voordat dit kapitaal wordt overgedragen naar de door de deelnemer geselecteerde uitvoerder. Het collectief De variabele uitkering binnen de CVP-regeling van VIVAT wordt ondergebracht bij een VIVATcollectief. Binnen dit collectief geldt één beleggingsbeleid voor alle deelnemers die meedoen in het collectief. Het beleggingsbeleid wordt vastgesteld op basis van de populatie binnen het collectief. De resultaten van het gevoerde beleggingsbeleid (onder andere rendementen) worden door de deelnemers in het collectief samen gedeeld. De resultaten worden 1 keer per jaar vastgesteld en vervolgens verwerkt in de pensioenaanspraken en -uitkeringen. Zijn de resultaten positief? Dan wordt het pensioen van de deelnemers die in dat jaar mee hebben gedaan verhoogd. Zijn de resultaten negatief? Dan wordt het pensioen van de deelnemers die in dat jaar mee hebben gedaan verlaagd. Pagina 3-8

4 Om de fluctuaties van de variabele uitkering zoveel mogelijk te dempen, worden de jaarlijkse resultaten binnen het collectief niet in een keer verwerkt in de pensioenaanspraken en -uitkeringen maar worden deze uitgesmeerd over een periode van 10 jaar. Binnen het collectief kan er een keuze gemaakt worden voor de uitkeringsvorm. Dit kan een dalende vorm, een stijgende vorm of een gelijkblijvende vorm hebben. De verwerking van de resultaten vindt dan plaats op deze gekozen vorm. Ondersteuning bij keuzemogelijkheden In de nieuwe pensioenregeling zijn meer keuzemogelijkheden dan in de huidige pensioenregeling. Cao-partijen hebben onderkend dat extra begeleiding bij de te maken keuzes essentieel onderdeel is van de zorgplicht van de werkgever (bovenop de wettelijke zorgplicht van de pensioenuitvoerder). Dit wordt vorm gegeven door de faciliteit. De faciliteit betreft een digitale tool waar onder andere het financiële plaatje van een individuele deelnemer wordt gebruikt als input voor een te geven advies gericht op de beleggingskeuzes binnen de CVP-regeling. Deelnemers kunnen in de tweede helft 2019 en vervolgens 1 x per 3 jaar en bij specifieke life events (zoals trouwen, maar ook de keuzes op 58 jaar en pensioendatum) gebruik maken van deze faciliteit. Ook nieuwe collega s kunnen bij indiensttreding gebruik maken van de faciliteit. De faciliteit zal worden gemonitord door een interne pensioencommissie, bestaande uit vertegenwoordigers van werkgever en werknemers. Opvallende zaken (op collectief niveau) worden geanalyseerd en besproken binnen deze commissie. Dit kan leiden tot terugkoppeling van signalen naar werknemers (op collectief niveau) of nuanceringen in het beleid met betrekking tot de uitvoering van de faciliteit. In het proces voor de keuze uitvoerder (tender) wordt uitgevraagd wat de mogelijkheid is van een breder financieel adviesgesprek indien een individuele werknemer dat wenst. Dit betreft een collectieve voorziening (geen individuele voorziening) in aanvulling op het advies uit de faciliteit. Dit aspect wordt meegenomen in de totale beoordeling van het aanbod uitvoerder versus de daarmee gemoeide kosten (zonder garantie van afname) waarbij het uitgangspunt is dat dit valt binnen de beschikbare financiële kaders. Partnerpensioen Partnerpensioen gedurende dienstverband Het partnerpensioen wordt in de nieuwe pensioenregeling gedurende het dienstverband bij VIVAT verzekerd op risicobasis (dekking zolang je in dienst bent bij VIVAT). Partnerpensioen na pensionering De deelnemer heeft op pensioendatum zelf de keuze om van het beschikbare kapitaal ouderdomspensioen te financieren (geen partnerpensioen) of ouderdomspensioen met een bijbehorend partnerpensioen (70% van ouderdomspensioen). Afhankelijk van de gemaakte keuze wordt er na overlijden van de gepensioneerde wel of geen partnerpensioen uitgekeerd. In het proces voor de keuze uitvoerder (tender) wordt uitgevraagd wat de mogelijkheid is om naast de gebruikelijke bovenstaande mogelijkheden (geen partnerpensioen en 70%) ook andere percentages partnerpensioen in te kunnen kopen. Op basis van de mogelijkheden bij de potentiele uitvoerders en de bijbehorende kosten wordt een definitieve afweging gemaakt om te komen tot een besluit. Pagina 4-8

5 Partnerpensioen na beëindiging dienstverband anders dan pensionering Na beëindiging van het dienstverband, anders dan pensionering, geldt er geen risicodekking meer vanuit VIVAT. Om te voorkomen dat er geen partnerpensioen is bij overlijden voor pensioendatum is er afgesproken dat er vanuit het individuele pensioenkapitaal een partnerpensioen wordt voorzien over de jaren dat de deelnemer bij VIVAT heeft gewerkt. Als een deelnemer dit niet wil, dan kan hij/zij bij beëindiging van het dienstverband bij VIVAT de actieve ondertekende keuze maken om hier vanaf te zien. Een eventuele partner moet hier wel voor mee tekenen. De dekking vanuit het eigen pensioenkapitaal wordt dan niet voortgezet en er is dan geen uitkering partnerpensioen bij overlijden van de deelnemer. Uitdiensttreding met waardeoverdracht Als een werknemer op 58 jaar kiest voor het collectief en daarna uit dienst treedt, heeft de werknemer de mogelijkheid om het pensioen mee te nemen naar de uitvoerder van een nieuwe werkgever (waardeoverdracht). Als de werknemer hiervoor kiest, worden nog openstaande resultaten in het collectief ineens verwerkt met het kapitaal voordat tot overdracht van het kapitaal wordt overgegaan. Defaultroute Als de deelnemer geen keuze wil of kan maken of na herhaalde vraag geen reactie geeft, dan worden de volgende defaultkeuzes toegepast Op 58 jaar wordt verondersteld dat de deelnemer kiest voor een variabele uitkering. Er vindt geleidelijke overgang van het pensioenkapitaal naar het collectief plaats. Op pensioendatum wordt er verondersteld dat de deelnemer kiest voor een variabele uitkering. Als de deelnemer nog niet deelneemt aan het collectief, vindt er op pensioendatum een overgang van het volledige pensioenkapitaal naar het collectief plaats. Op pensioendatum wordt verondersteld dat de deelnemer kiest voor een gelijkblijvende uitkering. Op de in basis gelijkblijvende uitkering vindt wel de verwerking van de resultaten van het collectief plaats. Dit kan ervoor zorgen dat de uitkering hoger of lager wordt. Op pensioendatum wordt verondersteld dat de deelnemer kiest voor ouderdomspensioen met een bijbehorend 70% partnerpensioen Kosten Uitgangspunt is dat de uitvoeringskosten van de CVP-regeling, de kosten van de huidige pensioenregeling (welke kosten ten laste van de premie van 23% komen) niet overstijgen. De kosten van de huidige regeling zijn begroot op 1 miljoen per jaar. Onder uitvoeringskosten wordt niet verstaan de implementatiekosten en de kosten voor de faciliteit. VIVAT stelt eenmalig een bedrag tot een maximum van beschikbaar voor de implementatiekosten van de CVP-regeling. Dit bedrag kan gespreid worden over de looptijd van de uitvoeringsovereenkomst. Dit bedrag komt niet ten laste van de premie van 23%. VIVAT is bereid om gedurende de looptijd een bedrag per jaar tot een maximum van beschikbaar te stellen voor de kosten van de faciliteit, zoals de cao-partijen deze zijn overeengekomen. Dit bedrag komt niet ten laste van de premie van 23%. Als de implementatiekosten en/of de kosten van de faciliteit hoger zijn dan de hiervoor genoemde maximum bedragen én de uitvoeringskosten zijn lager dan 1 miljoen, dan treden partijen in overleg. Pagina 5-8

6 Ontbindende voorwaarde Partijen stellen de volgende ontbindende voorwaarde aan de invoering van de CVP-regeling: Indien VIVAT vóór 1 juni 2019 geen passende pensioenuitvoerder kan vinden voor de CVP-regeling, die deze regeling binnen de hiervoor genoemde maximale kosten kan uitvoeren, dan is VIVAT niet gehouden de CVP-regeling in te voeren per 1 januari 2020 en kan de huidige pensioenregeling worden voortgezet. Disclaimer Indien één of meer afspraken binnen de CVP-regeling leidt of leiden tot onvoorziene extra kosten, dan wel niet rechtsgeldig blijkt of blijken te zijn, zullen cao-partijen met elkaar in overleg treden met de bedoeling om de betreffende afspraak zo aan te passen dat deze waar van toepassing - niet langer tot extra kosten leidt, dan wel een vervangende regeling te treffen die wel rechtsgeldig is en zoveel mogelijk aansluit bij de strekking van de te vervangen regeling. Indien tijdens de looptijd van de CVPregeling wettelijke bepalingen wijzigen, die gevolgen hebben voor een of meer afspraken binnen de CVP-regeling, waardoor de CVP-regeling niet of niet langer tegen dezelfde kosten kan worden uitgevoerd, zullen cao-partijen eveneens in overleg treden. Wie gaat deze pensioenregeling uitvoeren? Als de leden van de vakorganisaties hebben ingestemd, worden verschillende uitvoerders benaderd om een voorstel uit te brengen. De COR heeft instemmingsrecht op de uitvoeringsovereenkomst die de werkgever sluit met de pensioenuitvoerder. In afstemming tussen cao-partijen en COR is afgesproken dat ook het traject rondom de uitvoering plaats zal vinden in nauwe afstemming tussen werkgever, vakorganisaties en COR. Wat gebeurt er met de pensioenaanspraken bij Pensioenfonds SNS Reaal? De pensioenen bij Pensioenfonds SNS Reaal die tot eind 2019 worden opgebouwd, blijven in principe bij Pensioenfonds SNS Reaal. Ook als de nieuwe pensioenregeling daar niet wordt ondergebracht. Cao-partijen hebben wel afgesproken om, nadat de uitvoerder voor de nieuwe pensioenregeling bekend is, te kijken of een overdracht van pensioenen wenselijk en mogelijk is. Indien partijen hier positief over zijn, zal de werkgever een verzoek indienen bij het bestuur van Pensioenfonds SNS Reaal. Pensioenfonds SNS Reaal beslist vervolgens zelfstandig om hier wel of niet aan mee te werken. Toekomst Vivat Zoals bekend heeft Anbang Insurance Group Co. Ltd. (Anbang) een strategische heroriëntatie van haar buitenlandse bezittingen aangekondigd. Een verkoop van VIVAT wordt hierbij niet uitgesloten. In beginsel gaan alle arbeidsvoorwaarden, inclusief de pensioenregeling ongewijzigd mee over bij een verkoop waarbij VIVAT als werkgever blijft bestaan. Dit is anders als er sprake is van een overgang van onderneming op grond van de wet. In dat geval kan het zo zijn dat een koper ervoor kiest zijn eigen pensioenregeling toe te passen in plaats van de VIVAT-pensioenregeling (dit geldt zowel voor de huidige CDC-regeling als voor de eventuele nieuwe CVP-regeling). Als vóór 1 juni 2019 duidelijk wordt dat er sprake zal zijn van een overgang van onderneming op grond van de wet, dan treden VIVAT en de vakorganisaties met elkaar in overleg of invoering van de nieuwe pensioenregeling vanaf 1 januari 2020 nog opportuun is. Pagina 6-8

7 Overgangsregeling Voor enkele werknemers is nog een overgangsregeling van toepassing. Deze loopt tot eind Deze wordt op gelijke wijze voortgezet. Indien dit niet kan bij de huidige uitvoerder wordt gekeken of het (fiscaal) mogelijk is om de regeling voor 2020 versneld in te kopen. Pagina 7-8

8 Bijlage: factsheet Pensioen 2020 Onderdeel Soort regeling Totaal premiebudget Invulling Collectief Variabel Pensioen Dit houdt in: Individuele beschikbare premieregeling in opbouwfase Vanaf 58 jaar de mogelijkheid om geleidelijk deel te nemen aan de collectiviteit (waarin voor alle deelnemers hetzelfde beleggingsbeleid geldt) Op pensioendatum de mogelijkheid tot variabel pensioen (doorbeleggen) in de collectiviteit 23% van pensioengevende salarissen Bandbreedte premie 22% - 24% Als de premie buiten de bandbreedte komt worden nadere afsopraken gemaakt over aanpassingen in de pensioenregeling, zodanig dat de premie weer uitkomt op 23%. Eigen bijdrage werknemer 4,5% van pensioengrondslag Aantal beleggingsprofielen 5 Ondersteuning bij keuzemogelijkheden Tenminste 1 keer per 3 jaar of bij specifieke life events (waaronder keuzemoment op 58 jaar) Pensioenrichtleeftijd Pensioengevend salaris Franchise Partnerpensioen tijdens dienstverband Vrijwillig tijdelijk partnerpensioen Premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid Keuzemogelijkheden mbt vervroeging/uitstel/deeltijdpensioen Looptijd afspraak IFRS 68 jaar Definitie ongewijzigd tov huidige regeling Definitie ongewijzigd tov huidige regeling op risicobasis verzekerd Mogelijkheid blijft bestaan. Ongewijzigd tov huidige regeling Ongewijzigd tov huidige regeling 3 of 5 jaar DC-kwalificatie blijft bestaan Pagina 8-8