Huiswerk Frans unité 1: Bonjour, moi je suis
|
|
- Esther Veenstra
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 1 Dam: Huiswerk Frans unité 1: Bonjour, moi suis dag, goeiedag ik ben Ellen (ik), ik ben Achmed. ja Ben jij Camle? En jij? Jij bent Manon! nee één twee drie vier vijf zes zeven acht negen tien
2 2 Naam: Dam: Huiswerk Frans unité 2: Tu es d où? Gaat het? Het gaat goed. Dat is tof! Vanwaar ben? goed dank, dank u vanwaar, waarvandaan? van Luik, uit Luik Mechelen Brussel Parijs Antwerpen Luik Rijsel Gent Kortrijk Leuven Enkele steden (in het Frans)
3 3 Dam: Huiswerk Frans unité 3: cherche un stylo. een potlood een balpen een blad (papier) een gom Wat zoek? Ik zoek een pen. Hier is een pen. Ziehier, hier heb een pen. ha, o, och, zo Lucas en Ria Ik zoek ook een gom. elf twaalf dertien veertien vijftien zestien zeventien achttien negentien twintig
4 4 Dam: Huiswerk Frans unité 4: Voici ma famle Wie is het? een vader een papa een broer een jongen een gezin, famie een moeder een mama een zus een meis een vriendin mijn vader jouw vriend mijn moeder jouw vriendin 2. Schrijf de vervoeging van het werkwoord être. Schrijf naast iedere vorm de vertaling. Je Tu Il C ÊTRE
5 5 Dam: Huiswerk Frans unité 5: Il est content! Schrijf een lidwoord indien nodig. Als het woord een mannelijke en een vrouwelijke vorm heeft, schrijf ze allebei! tevreden, blij sterk groot klein tof geweldig jong droevig, triestig 2. Schrijf de vervoeging van het werkwoord être met ne pas. Vertaal ook elke vorm. ne suis pas
6 6 Dam: Huiswerk Frans unité 6: Qu est la date? januari februari maart apr mei juni juli auguss september oktober november december eenentwintig tweeëntwintig drieëntwintig vierentwintig vijfentwintig zesentwintig zevenentwintig achtentwintig negenentwintig dertig eenendertig één januari (!) twee februari (!) drie maart (!) een verjaardag een dam een feest(dag) carnaval Nieuwjaar de vakantie
7 7 Pasen Kerstmis Vrolijk kerstfeest! Gelukkig Nieuwjaar! wanneer? vandaag Wanneer is jouw verjaardag? Wat is de dam? Vandaag zijn we
8 8 Dam: Huiswerk Frans unité 7: Bon anniversaire! een voetbal een geschenk een cd een dvd een spel een boek een T-shirt Dag! Hallo! Gelukkige verjaardag! Wat is het? Wat is dit? zeer, heel, erg (blij) Hartelijk bedankt! Geen dank, graag gedaan! voor mij, voor jou (mega)tof, cool, reuze geweldig, schitterend sympathiek, aardig 2. Schrijf de vervoeging van het werkwoord avoir. Vertaal ook elke vorm. AVOIR J ai Ik heb
9 9 Dam: Huiswerk Frans unité 8: Qu est-ce qu y a dans ta classe? Schrijf een lidwoord indien nodig. Als het woord een mannelijke en een vrouwelijke vorm heeft, schrijf ze allebei! Wat is er? Wat staat er? Er is, er zijn, er staan, er staat, in mijn klas op mijn tafel een leerkracht, leraar een leerkracht, lerares een leerling een leerlinge een klas, klaslokaal een kast een bureau een tafel een stoel een deur een raam een schrift een computer een radio een (school)bord blauw rood zwart groen een schrift schriften leerlingen tafels kasten bureaus cadeaus
10 10 spts borden een sterke vriend sterke vrienden een rode schrift rode schriften een sterke vriendin sterke vriendinnen een rode tafel rode tafels een rugzak gratis een prijs
11 11 Dam: Huiswerk Frans unité 9: Quel temps fait? Wat voor weer is het? vandaag het is mooi weer het is slecht weer het is warm (weer) het is koud (weer) het regent het sneeuwt een paraplu een seconde opgelet, let op het weer morgen Het gaat mooi weer zijn. Het gaat slecht weer zijn. Het gaat warm (weer) zijn. Het gaat koud (weer) zijn. Het gaat regenen. Het gaat sneeuwen. nu maar onmiddellijk binnen 10 seconden
12 12 Dam: Huiswerk Frans unité 10: Ah, êtes Francais! een Belg een Belgische België in België een Fransman een Franse Frankrijk in Frankrijk een zoon een dochter een kind een naam een voornaam mooi Ik ben Belg. meneer mevrouw hier klein of groot uw kinderen 2. Schrijf de vervoeging van het werkwoord être. Schrijf naast iedere vorm de vertaling. c ce s Elles 3. Schrijf de vervoeging van het werkwoord être met de ontkenning ne pas. Vertaal elke vorm. Je ne suis pas
13 13 Dam: Huiswerk Frans unité 11: Qui est qui? 1. Schrijf een lidwoord indien nodig. Als het woord een mannelijke en een vrouwelijke vorm heeft, schrijf ze allebei! een echtgenoot, een man een echtgenote, een vrouw een grootvader een grootmoeder ouders juffrouw bij Ria altijd daar is, daar heb Julie Hij heet Cédric. zijn/haar broer zij/haar zus mooi nieuw verliefd oud lief, aardig de zoon van Ria de zonen van Chantal de computer van Luc de computers van Ida de dochter van Paul de dochters van Yvon de kast van Olga de kasten van Julie de verjaardag de kast de leerling de computer
14 14 Dam: Huiswerk Frans unité 12: Il est qu heure? veertig vijftig zestig (het) Nederlands (het) Frans (de) muziek (de) sport een school een les een les (Frans) een uur een minuut s morgens, s ochtends s (na)middags Hoe laat is het? Het is 7.10uur. Het is middag. Hoe laat? Om 8 uur. beginnen De les begint eindigen De les eindigt. jullie/jouw school
15 15 2. Schrijf de vervoeging van dit werkwoord en vertaal ook elke vorm! COMMENCER Il/ Ils/s
16 16 Dam: Huiswerk Frans unité 13:Tu as quel âge? een dier dieren een kat, poes een hond een konijn een vogel een vis grootouders een foto een leeftijd Hou oud ben? een jaar Ik ben elf jaar. Hij is /al reeds 16 jaar. bij ons (thuis) bij jullie (thuis) mijn broers mijn zussen jouw vrienden jouw vriendinnen zijn/haar broers zijn/haar zussen 2. Schrijf de vervoeging van deze het werkwoord avoir en vertaal ook elke vorm! Doe dat ook met ne pas! AVOIR AVOIR j ai n ai pas Il/ Il/ Ils/s Ils/Elles
17 17 Dam: Huiswerk Frans unité 14: Qu est-ce que aimes porter? een lied, lied een hemd een ans een (lange) broek een trui een jas, vest een kledingsk kleding, kleren een laars een schoen van boeken houden graag zingen zingen spelen een ans dragen met een vriend nooit een baby een rok een pyjama een jurk, kleed een short een sportschoen bruin grijs geel paars oran zoeken voetbal spelen
18 18 2. Schrijf de vervoeging van deze werkwoorden. Vertaal ook elke vorm. AIMER PORTER / s / s JOUER / CHERCHER / CHANTER / s / s s / s s / s
19 19 Dam: Huiswerk Frans unité 15 : a les cheveux noirs een neus een oog ogen een oor een haar haren Ik heb zwart haar. Ik heb blauwe ogen. sorry blond kort lang ros denken kijken naar (een foto) blijven waar? daar hoe? Hoezo? achter jou Het gaat slecht. Het gaat vlug. eerste tweede derde 2. Vervoeg deze werkwoorden correct. Vertaal ook elke vorm. PENSER s
20 20 s RESTER s s REGARDER s s AVOIR j s s 3. Even oefenen. De getallen van 0 tot zéro
21 21 Dam: Huiswerk Frans unité 16: Qu est ton adresse? een adres een appartement een verdieping een huis een nummer een telefoonnummer een GSM een straat een telefoon een nul een meter een kometer wonen telefoneren naar Lucie Wat is adres? in Brussel thuis op de eerste verdieping Het is ver van hier. Ik woon niet ver van hier. vierde vijfde
22 22 2. Vervoeg deze werkwoorden correct. Vertaal ook elke vorm. Téléphoner s Elles Habiter s s
23 23 Dam: Huiswerk Frans unité 17: à pied, à vélo, en tram, een motor een voet een fiets een autobus een metro een trein een tram een auto naar school gaan naar huis gaan terug naar huis gaan met de motor te voet met de fiets met de autobus met de metro met de trein met de tram soms dikwijls, vaak naar Ria thuis gaan 2. Vervoeg dit werkwoord correct. Vertaal ook elke vorm. ALLER s Elles RENTRER s Elles
24 24 Naam: Dam: Huiswerk Frans unité 18: Voici votre maison de vacances een kamer een hoek een keuken een bed een badkamer een TV een boom een in goed binnenkomen voor het huis ssen 30 en 35 jaar onder de kast alsblief een bank een kantoor een douche een zetel een garage een lamp een woonkamer een wc een grote hond een tevreden meis een mooi geschenk een goede fiets een toffe vriendin een lieve jongen een grote klas een jonge hond
25 25 een nieuwe balpen een kleine tafel een oud schrift de eerste verdieping de tweede straat de derde trein een verliefde jongen een korte broek een fantastisch feest een sterk kind een lange pyjama een super mama een sympathieke leraar een verdrietige vriend een wit blad een blauw potlood blonde haren een bruine bank een grijze motor een paarse pyjama een gele stoel een zwarte paraplu een oran jurk een roze zetel rosse haren een groene tafel Hier heb vriendelijke honden (!) Het zijn mooie tafels (!) 2. Vervoeg dit werkwoord correct. Vertaal ook elke vorm. ENTRER j s Elles
26 26 Dam: Huiswerk Frans unité 19 Qu est-ce que aimes faire? een huiswerk, taak een oefening het internet het basketbal het voetbal het tennis basketbal spelen chatten dansen naar de radio spelen op internet surfen oefeningen maken huiswerk maken een sport beoefenen muziek maken 2. Vervoeg deze werkwoorden correct. Vertaal ook elke vorm. JOUER s Elles écouter j s Elles CHATTER s Elles
27 27 DANSER s Elles FAIRE s Elles
28 28 Dam: tonen pardon, sorry Hoe gaat het? Ik ben hier om te zingen Huiswerk Frans unité 20 Je m app Fanny! 2. Vervoeg deze werkwoorden correct. Vertaal ook elke vorm. MONTRER S APPELER s Elles
29 29
Goedendag! Ik, ik ben. Ben jij? En jij? Jij bent! nee. één. twee. drie. vier. vijf. zes. zeven. acht. negen. tien. Gaat het? Het gaat goed.
Vocabulaire En Action 5 : Nederlans naar Frans Unité 1 Goedendag! Ik ben Ik, ik ben ja Ben jij? En jij? Jij bent! nee één twee drie vier vijf zes zeven acht negen tien Unité 2 Gaat het? Het gaat goed.
Nadere informatiedag, goedendag Ik ben (Ellen) Ik, ik ben (Achmed) ja Ben jij (Camille)? En jij? Jij bent (Manon)! nee
dag, goedendag Ik ben (Ellen) Ik, ik ben (Achmed) ja Ben jij (Camille)? En jij? Jij bent (Manon)! nee 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Gaat het? Het gaat goed. Dat is tof. Vanwaar ben je? goed dank je, dank u vanwaar?
Nadere informatieDag! kennismaken. Ik ben Eric.
Vocabulaire Oefening 1 Woordweb Dag! Waar kom je vandaan? groeten Goedemorgen! de ontmoeting Hoe heet je? kennismaken Hoi! mensen Hallo! Ik ben Eric. nieuw Ik kom uit Engeland. Hallo, ik ben Mila. Ik ben
Nadere informatieLES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1
12/11/14 1 LES 3 Ik leer Nederlands. TESTEN TEST 1 1. (lezen) Ik.... een lange tekst. 2 Hij.... een moeilijk boek. 3. Zij.... een gemakkelijk tekstje. 4..... jullie veel? Ja, wij.... graag kinderboeken.
Nadere informatieMEMORY WOORDEN 1.1. TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1
MEMORY WOORDEN 1.1 TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 1 ik jij hij zij wij jullie zij de baby het kind ja nee de naam TaalCompleet A1 Memory Woorden 1 2 MEMORY WOORDEN 1.2 TaalCompleet A1 Memory Woorden
Nadere informatieAuteur: Mirjam Wind, docent en coördinator NT2, Educatie Video s: Gabe Dijkstra en Rick Biemolt, studenten Alfa-college, MultiMedia en Design
Woord voor Woord is een programma mondelinge vaardigheden NT2 voor analfabete beginners. Het omvat 12 lessen. De ontwikkeling van het programma en de daarbij behorende video s is mogelijk gemaakt door
Nadere informatieIMMI Montjoie Montjoielaan, Ukkel
IMMI Montjoie Montjoielaan, 93-95 1180 Ukkel Opgelet: Voor de grammatica: Herhaal de theorie in je leerboek en doeboek Denk goed na bij iedere oefening Voor het schrijven Denk aan je grammatica! Varieer
Nadere informatieLeesboekje de school
Leesboekje de school Leesboekje De School Pagina 1 Dit is de juf. Dit is de meester. Dit is de leerling. Dit is de groep. Dit is de pen. Dit is het potlood. Dit is het boek. Dit is de map. Dit is het papier.
Nadere informatieLes 2 Uit welk land kom jij? TESTEN TEST 1
15/10/14 1 Les 2 Uit welk land kom jij? TESTEN TEST 1 1. (komen) Waar.... jij vandaan? 2. Uit welk land.... u? 3. Brenda.... vandaag uit Engeland. 4. Wij.... uit België. 5. Wanneer.... zij thee drinken?
Nadere informatieCursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 3 Het weer
Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 3 Het weer 1 Woorden 1 de bliksem 2 de donder 3 de jas 4 de muts 5 het onweer 6 de paraplu 7 de plas 8 de regen 9 de regenboog 1 10 de sjaal 11 de sneeuw 12 de sneeuwbal
Nadere informatieLes 4: Les conversatie + grammatica Nederlands Conversatie Les 2 A-klas
Les 4: Les conversatie + grammatica Nederlands Conversatie Les 2 A-klas Leraar: Dag Jef. Jef: Dag mevrouw. Hoe gaat het met u? Leraar: Goed, dank je. En met jou? Jef: Ook goed. ----------- Mark: Hallo
Nadere informatieFebruari, de maand van Valentijnsdag. Daarom deze maand een lief bericht van de leerlingen van groep 6
Februari, de maand van Valentijnsdag. Daarom deze maand een lief bericht van de leerlingen van groep 6 Mama Een roos is roze viooltjes zijn blauw maar het allerliefst Hou ik van jou mama. Joshua De beste
Nadere informatieU leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen.
TOESTEMMING VRAGEN les 1 spreken inleiding en doel U leert in deze les "toestemming vragen". Toestemming vragen is vragen of u iets mag doen. Bij toestemming vragen is het belangrijk dat je het op een
Nadere informatieU21 mezelf en anderen voorstellen. Ik heet Ric. / M n naam is Verdonk. Wat is je voornaam? M n voornaam is Luc. Ziehier m n vriend. Hij heet Yvon.
U21 mezelf en anderen voorstellen. Ik heet Ric. / M n naam is Verdonk. Wat is je voornaam? M n voornaam is Luc. Ziehier m n vriend. Hij heet Yvon. Je m appelle Ric. / Mon nom est Verdonk. Quel est ton
Nadere informatieLes 5 Werkwoorden 22 Les 6 De persoonsvorm van het werkwoord 24 Les 7 De, het, een 26 Les 8 Het meervoud (op -en, -s of - s) 28 Herhalingstoets 2 30
Inhoud Deel 1 Grammaticale vormen Les 1 Letter, woord, zin, getal, cijfer 12 Les 2 Zinnen 14 Les 3 Persoonlijke voornaamwoorden (1) 16 Les 4 Hij / het / je / we / ze 18 Herhalingstoets 1 20 Les 5 Werkwoorden
Nadere informatieHEB JE HUISWERK VANDAAG?
BLAD 1 HEB JE HUISWERK VANDAAG? Je kind moet thuis werken voor school. In de agenda kan je kijken wat je kind moet doen. Wat moet je doen? 1 Maak oefening 1 op blad 2: Wat doet je kind na de school? 2
Nadere informatieWie is dat? thema. Hoe heet jij? Ik weet het niet! Beatriz. Marco. Hallo, ik heet Jürgen. Dag mevrouw. Dag meneer. Hoi! Ik heet Bushra. En jij?
thema 1 Ik weet het niet! 1 Hoe heet jij? Beatriz Hoe heet jij? Ik heet Jürgen. Dag meneer. Dag mevrouw. Hallo, ik heet Jürgen. Hoi! Ik heet Bushra. En jij? Jürgen, dit is Lei San. Leuk met je kennis te
Nadere informatieIk stel me voor VOCABULAIRE RAPPEL A RETENIR. domestique. Je suis en quatrième année. Ik zit in het vierde leerjaar. un cobaye, un cochon d Inde
Néerlandais Ik stel me voor VOCABULAIRE zich voorstellen se présenter RAPPEL wonen een huis (het) een flat een broer een zus een halfbroer habiter une maison un appartement un frère une soeur un demi-frère
Nadere informatieVeertien leesteksten. Leesvaardigheid A1. Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek. Ad Appel
Veertien leesteksten Leesvaardigheid A1 Te gebruiken bij : Basisexamen Inburgering Studieboek Ad Appel Uitgave: Appel, Aerdenhout 2011-2016 Verkoopprijs: 1,95 Ad Appel Te bestellen via www.adappelshop.nl
Nadere informatieREGELS. Onderstreep de pluralisvorm in de zin.
61 61 REGELS 1 Onderstreep de pluralisvorm in de zin. 1 Ik woon met mijn gezin in een rijtjeshuis met vier slaapkamers. 2 De vijf appartementen in deze flat zijn heel klein. 3 Hij heeft een groot huis
Nadere informatieLes 3. Familie, vrienden en buurtgenoten
www.edusom.nl Opstartlessen Les 3. Familie, vrienden en buurtgenoten Wat leert u in deze les? Een gesprek voeren over familie, vrienden en buurtgenoten. Antwoord geven op vragen. Veel succes! Deze les
Nadere informatieOpstartles 10. EXTRA Oefenen met woorden bij de lessen
www.edusom.nl Opstartles 10. EXTRA Oefenen met woorden bij de lessen Het is belangrijk om veel woorden te leren. In deze extra les vindt u extra woorden bij de Opstartlessen 1 t/m 5. Kijk ook eens naar
Nadere informatieMijn huis, mijn thuis
Les 5: Mijn huis, mijn thuis (A-klas) Mijn huis, mijn thuis 1. Mijn huis Mijn naam is Ik ben jaar oud. Ik woon in Ik woon samen met... mensen. Heb je een broer? JA / NEE Heb je een zus? JA / NEE Mijn huis
Nadere informatie2c nr. 1 zinnen met want en omdat
OPDRACHTKAART www.nt2taalmenu.nl nt2taalmenu is een website voor mensen die Nederlands willen leren én voor docenten NT2. Iedereen die Nederlands wil leren, kan gratis online oefenen. U kunt ook veel oefeningen
Nadere informatie- je kan me wat - module 2. docere delectare movere. tekeningen -
- je kan me wat - module 2 docere delectare movere je O kan ROC p e me n van S wat Amsterdam c h o o l - A nt2taalmenu.nl educatie m s t e r - d ROC a m van module Z Amsterdam u i d - O 2 o s t tekeningen
Nadere informatieThema Op zoek naar werk
Thema Op zoek naar werk Lesbrief 8. Praten en bellen over een baantje Inleiding Deze les gaat verder over het zoeken naar werk. De vrouw,, gaat weer naar de winkel om over werk te praten. Ze wil de manager
Nadere informatieVocabulaire januari juni Vijfde leerjaar klas Birgit
Vocabulaire januari juni Vijfde leerjaar klas Birgit 1. Kopieer de Franse woorden in de tweede kolom. Let op de accentjes en de hoofdletters! 2. Studeer de woorden in door af te dekken. Woordjes die je
Nadere informatieANTWOORDEN TAALCOMPLEET A2 THEMA 2 GELD
ANTWOORDEN TAALCOMPLEET A2 THEMA 2 GELD Opdracht 1: de pinpas de geldautomaten het geld het bedrag Opdracht 8 1. Hij betaalt in Nederland met de euro. 2. Wij wisselen geld. 3. Je hebt briefjes en munten.
Nadere informatieJ' à Amersfoort, Lindenlaan 23.
Unité Diagnose Kopieerblad Hier kun je jezelf evalueren: Prima! Lukt bijna. Nog even oefenen. Vul hier je antwoorden in en vergelijk met het antwoordenblad. Als je een antwoord niet goed hebt of niet wist,
Nadere informatieBEGINNERSCURSUS DAG 2
1 BEGINNERSCURSUS DAG 2 A. FORCING Tekst: Hans en Hilde B. GRAMMATICA Vorming O.T.T. Substantief: de/ het Vraagwoorden Vraagzin (inversie) C. CONVERSATIE Elkaar vragen stellen (cfr. Voorstelling) Een gewone
Nadere informatieBIJLAGEN LESPAKKET 1.2
BIJLAGEN LESPAKKET 1.2 BIJLAGE 1 A4 BLADEN THEMA S BIJLAGE 2 DOMINO EMOTIES BIJLAGE 3 MATCHING OEFENING GEVOELENS BIJLAGE 4 VRAGENLIJST FILM BIJLAGE 5 VRAGENSTROOKJES HOEKENWERK BIJLAGE 6 ANTWOORDENBLAD
Nadere informatieVERSJES: Mourik lou VADERDAG. Lieve papa, kom eens even met uw hoofd heel dicht bij mij. k wil u graag een zoentje geven en u krijgt daar nog wat bij!
VERSJES: Mourik lou VADERDAG Lieve papa, kom eens even met uw hoofd heel dicht bij mij. k wil u graag een zoentje geven en u krijgt daar nog wat bij! t Is geen zakdoek of sigaren, t is een heel, heel ander
Nadere informatieVakantietaak Nederlands
IMMI Montjoie Montjoielaan, 93-95 1180 Ukkel Vakantietaak Nederlands Opgelet: Voor de grammatica / Pour la grammaire Herhaal de theorie in je leerboek en doeboek Révise la théorie dans ta farde / ton doeboek
Nadere informatieProgramma Nederlands Praten
Nederlands Praten 1 / Basisvaardigheden, hoofdstuk 3 Oefeningen werkwoorden hebben en zijn Oefening 1: Wat is het juiste werkwoord? (zijn) Jij ben/bent een leerling (zijn) Hij is/bent een man (zijn) Zij
Nadere informatieVoorwoord 6. Woordenlijst 283
Inhoud Voorwoord 6 Thema s 1 Kennis maken en afspreken 10 2 Feesten 30 3 Boodschappen doen en winkelen 52 4 Vervoer 74 5 Vrije tijd 94 6 Wonen 116 7 Gezondheid 138 8 Uiterlijk en karakter 162 9 Opleiding
Nadere informatieafgeven de kleur gaat in de Dit rode overhemd moet je apart wassen, want het g a. andere kleren zitten
Woordenlijst bij hoofdstuk 7 Deel 1 aanhebben (kleren) dragen Hij h een warme trui a, want het is koud. afgeven de kleur gaat in de Dit rode overhemd moet je apart wassen, want het g a. andere kleren zitten
Nadere informatieWie helpt? Weet je het nog? Luister en kies de juiste foto. Datum:... Klas:... Naam:... Voornaam:...
Naam:... Voornaam:... Datum:... 65 Luister en kies de juiste foto. Éditions VAN IN Onderweg! 3 Reproduction autorisée. Weet je het nog? Wie helpt? Klas:... 142 Onderweg3 GUIDE PROF.indd 142 1/12/14 20:56
Nadere informatieCartes Samen : solutions 1
Cartes Samen : solutions 1 Samen Avontuur 1 A1-1 Alles goed? A1-2 Alstublieft! A1-3 Dag! A1-4 Dank u wel! A1-5 Hier is mijn vriend(in). A1-6 Heb jij een telefoon(gsm-)nummer? A1-7 Alex/Eve woont in Leval.
Nadere informatieOPA EN OMA DE OMA VAN OMA
Hotel Hallo - Thema 4 Hallo opdrachten OPA EN OMA 1. Knip de strip. Strip Knip de strip los langs de stippellijntjes. Leg de stukken omgekeerd en door elkaar heen op tafel. Draai de stukken weer om en
Nadere informatieSoms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram,
Soms is er thuis ruzie Dan is mama boos en roept soms omdat ik mijn speelgoed niet opruim Maar ik heb daar helemaal niet mee gespeeld Dat was Bram, mijn kleine broer Dat is niet van mij mama Dan zegt ze
Nadere informatieCursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 1 Het huis
Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 1 Het huis 1 Woorden 1 de badkamer 2 het bed 3 de deur 4 de doek 5 de doos 6 de douche 7 het huis 8 de huiskamer 9 de kapstok 1 10 de keuken 11 de muis 12 de muur 13
Nadere informatieLou en Lena in Ecuador
Mijn prentenboek Prentenboek voor leerlingen 1 e en 2 e leerjaar Lou en Lena in Ecuador Mijn naam:... Mijn klas:... Mondiale Vorming - Plan België Hallo, wij zijn Lou en Lena! Kom, we nemen je mee naar
Nadere informatieThema Op zoek naar werk. Lesbrief 8. Praten en bellen over een baantje
Thema Op zoek naar werk Lesbrief 8. Praten en bellen over een baantje Inleiding Deze les gaat verder over het zoeken naar werk. De vrouw,, gaat weer naar de winkel om over werk te praten. Ze wil de manager
Nadere informatieLes 2 Uit welk land kom jij?
00:00 19:27 15/10/14 1 Uit welk land kom jij? heeft 14 pagina s. Dit is pagina 1. Naam: Hugo Van de Voorde achternaam: Van de Voorde voornaam: Hugo Adres: straat: Frans Pauwelslei nummer: 35 plaats: Mechelen
Nadere informatieLieve broer! Je liefste zus!!! Camille Vandenbussche. 12-19 oktober
Lieve broer! 12-19 oktober Je bent nog maar 1 week weg, en ik mis je al! Hopelijk zie ik je nog terug! Ik heb gehoord dat er al heel wat mannen zijn gestorven! Jij nog niet,gelukkig! En,papa, alles goed
Nadere informatieNederlands. Contenido del curso Contenu du cours Kursinhalt Contenuto del corso. Holandés. Course Content. Level 1 VERSION 3
Nederlands Level 1 Dutch Holandés Néerlandais Niederländisch Olandese Course Content Contenido del curso Contenu du cours Kursinhalt Contenuto del corso VERSION 3 Nederlands Level 1 Dutch Holandés Néerlandais
Nadere informatieWoordenschat van unité 1 tot en met unité 20
Woordenschat van unité 1 tot en met unité 0 à: (aller) à (Namur) naar (Namen gaan) 1 à (Paris) in (Parijs) 16 une adresse een adres 16 Quelle est ton adresse? Wat is jouw adres? 16 un âge een leeftijd
Nadere informatieWat gaan we doen? Kies uit: bijzondere dagelijks gratis aanstaande praktisch. 1 Dick en Anna gaan vrijdag trouwen. Dat is over twee dagen.
103 103 HOOFDSTUK 7 Wat gaan we doen? WOORDEN 1 Kies uit: bijzondere dagelijks gratis aanstaande praktisch 1 Dick en Anna gaan vrijdag trouwen. Dat is over twee dagen. 2 Op 22 november zijn we 25 jaar
Nadere informatieTe huur HOOFDSTUK 4 WOORDEN. Kies het goede woord. 1 Ik woon in een flat op de vierde... a verdieping b appartement
51 51 HOOFDSTUK 4 Te huur WOORDEN 1 1 Ik woon in een flat op de vierde.... a verdieping b appartement 2 Het is een rijtjeshuis met een grote woonkamer en drie.... a tuinen b slaapkamers 3 Mijn woonkamer
Nadere informatieCursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 2 Het lichaam
Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 2 Het lichaam 1 Woorden 1 de arm 2 het been 3 de bil 4 de bril 5 de buik 6 het gezicht 7 het haar 8 de hand 9 het hoofd 1 10 de huid 11 de kam 12 de knie 13 het lichaam
Nadere informatieVertaling Frans Bobby
Vertaling Frans Bobby Vertaling door een scholier 2447 woorden 28 februari 2005 7,1 216 keer beoordeeld Auteur Karin de Koning Eerste uitgave 1995 Vak Frans Bobby -Léon wil jij bij mij thuis komen spelen?
Nadere informatieRia Massy. De film van Abel
DE FILM VAN ABEL Ria Massy De film van Abel De film van Abel 2018 Ria Massy & Uitgeverij Vrijdag Jodenstraat 16, 2000 Antwerpen www.uitgeverijvrijdag.be In samenwerking met Wablieft Frederik de Merodestraat
Nadere informatieWie ben jij? HOOFDSTUK 1 WOORDEN. Kies het goede woord. 1 Ik... Paula. a heet b naam. 2... kom je vandaan? a Hoe b Waar
5 5 HOOFDSTUK 1 Wie ben jij? WOORDEN 1 1 Ik... Paula. a heet b naam 2... kom je vandaan? a Hoe b Waar 3 Ik ga... mijn vriend naar het restaurant. a uit b met 2 1 Mijn... is Derek. a huisnummer b naam 2
Nadere informatieTalenquest Frans 2thv: Grammatica
Talenquest Frans 2thv: Grammatica Épisode 1: Onregelmatige werkwoorden Er zijn in het Frans naast regelmatige werkwoorden ook onregelmatige werkwoorden. Het is lastig om van onregelmatige werkwoorden de
Nadere informatieEEN BRIEF NAAR DE DOCENT
EEN BRIEF NAAR DE DOCENT Je hebt een vraag en je schrijft een brief naar je docent. Wat moet je doen? 1. Lees de e-mail op blad 2. Beantwoord de vragen. 2. Lees de e-mail op blad 3. Beantwoord de vragen.
Nadere informatieMAMA MIA! FLYNN IS AL GROOT. * 1. Flynn en zijn broers Gil en Kato Dit is Flynn. Hij is vier jaar.
MAMA MIA! FLYNN IS AL GROOT. * 1. Flynn en zijn broers Gil en Kato Dit is Flynn. Hij is vier jaar. -Wijs zelf Flynn aan -Zijn jullie even oud als Flynn /ook vier jaar? Wie is ouder dan Flynn /dus vijf
Nadere informatieLes 5 Werkwoorden 22 Les 6 De persoonsvorm van het werkwoord 24 Les 7 De, het, een 26 Les 8 Het meervoud (op -en, -s of - s) 28 Herhalingstoets 2 30
Inhoud Deel 1 Grammaticale vormen Les 1 Letter, woord, zin, getal, cijfer 12 Les 2 Zinnen 14 Les 3 Persoonlijke voornaamwoorden (1) 16 Les 4 Hij / het / je / we / ze 18 Herhalingstoets 1 20 Les 5 Werkwoorden
Nadere informatie3 Is dit een jongen of een meisje? 7 Is dit een vork of een mes?
A1 Woordenlijst boek jongen mes stoel glas kind pen tafel hand kopje plant telefoon hoed lamp potlood theepot hoofd land ring vinger huis man sigaar vork jas meisje sigaret vrouw OEFENING 1 Is dit een
Nadere informatieALFA A ANTWOORDEN STER IN LEZEN
STER IN LEZEN ALFA A LES 1: NAAR SCHOOL 1 Ziek 1 b 2 3 b 4 a a B maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag C Dit is een vraag Hoe gaat het? Het gaat wel. En met jou? Waarom kom je niet?
Nadere informatieVoorwoord. Bondi Sciarone
Voorwoord Woord en Beeld een leerwoordenboek. Om de beteken van losse woorden op te zoeken een standaard woordenboek, alfabetch geordend, de jute keus. In een leerwoordenboek het de bedoeling dat de curst(e)
Nadere informatieécoutez, lisez, jouez
Je hebt de vorige module knap gewerkt, dus mag je nu alleen verder werken met module 7. Lees steeds goed de opgave, zodat je weet wat je moet doen. Wanneer je een dialoog of een oefening moet beluisteren,
Nadere informatieLeestekst bij het spel SAMEN NAAR SCHOOL
Leestekst bij het spel SAMEN NAAR SCHOOL Bij het spel Samen naar school is er voor de eerste opdracht een video gemaakt. De video is te vinden via de website www.savedbythebell.be; doorklikken naar lesmateriaal
Nadere informatieKies uit: schiet op jarig ziekenhuis sport laat. 1 Morgen is mijn dochter. Ze wordt zes jaar. 3 Ik op maandag, woensdag en vrijdag.
21 21 HOOFDSTUK 2 Te laat! WOORDEN 1 Kies uit: schiet op jarig ziekenhuis sport laat 1 Morgen is mijn dochter. Ze wordt zes jaar. 2 Ron,! De bus komt bijna! 3 Ik op maandag, woensdag en vrijdag. 4 We komen
Nadere informatiewerkbladen thema 6 feestdagen en vrije tijd
werkbladen thema 6 feestdagen en vrije tijd 6.0 vragen bij de film alleen Kijk naar de film. Geef antwoord op de vragen. eerste ronde filmkijken Badria wordt vandaag 5 jaar. Jan koopt een boek voor Badria.
Nadere informatieAANWIJZEND VOORNAAMWOORD. A) Welk woord past in de zin? Kies uit die of dat. 1. Heb je het huiswerk gemaakt? 7. Ga je naar één van onze feestjes?
A) Welk woord past in de zin? Kies uit die of dat. 1. Heb je het huiswerk gemaakt? Ja, heb ik gedaan. 2. Komt Willem dit weekend? Nee, moet helaas werken. 3. Ga je met het vliegtuig naar Hamburg? Nee,
Nadere informatieHerhalingen over grammatica (voor de examens)
1. Modale hulpwerkwoorden Herhalingen over grammatica (voor de examens) Vertaal in het Nederlands. 1. Vous pouvez (avoir la possibilité) manger un plat ou un dessert. Jullie kunnen een hoofdgerecht of
Nadere informatieMIJN LAND. Oh mijn land. Ik mis het echt. Elke dag heb ik heimwee. Elke nacht droom ik erover. Ik mis mijn land. Ik mis elke straat. Ik mis alles.
MIJN LAND Oh mijn land Ik mis het echt. Elke dag heb ik heimwee. Elke nacht droom ik erover. Oh mijn land Ik mis mijn land. Ik mis elke straat. Ik mis alles. Oh mijn land Ik mis mijn familie. Mijn vrienden,
Nadere informatieCursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 4 De familie
Cursistenboek Taalklas.nl Hoofdstuk 4 De familie 1 Woorden 1 de baby 2 de broer 3 de familie 4 de fles 5 de luier 6 de melk 7 de moeder 8 de oma 9 de opa 1 10 de vader 11 de zus 12 de hond 2 Schrijf de
Nadere informatieWat zie je er leuk uit!
89 89 HOOFDSTUK 6 Wat zie je er leuk uit! WOORDEN 1 Kies uit: kort paars steil krullen kapper 1 Het haar van de vrouw is niet zwart. Het is! 2 Gisteren ben ik bij de geweest. 3 Mijn zoon heeft in zijn
Nadere informatieDe Nationale Stichting ter Bevordering van Vrolijkheid
In Nederland staan 40 asielzoekerscentra (AZC's). Dat zijn plekken waar asielzoekers wonen. Asielzoekers zijn mensen die naar Nederland zijn gevlucht. Omdat er in hun eigen land oorlog is bijvoorbeeld,
Nadere informatieBronnenboekje. Thema 2 Tellen Datum Plaats. Naam cursist:.
Bronnenboekje Thema 2 Tellen Datum Plaats Naam cursist:. Bronnenboekje 2 maandag 14 mei 2012 Bronnenboekje 2 Inhoud Getallen 1-30 en tientallen 3 Honderdveld 4 Cijfers schrijven (letters) & cijferdictee
Nadere informatienaam :.. nr. : klas :.. computer :..
Je hebt de vorige modules knap gewerkt, dus mag je nu alleen verder werken met module 8. Lees steeds goed de opgave, zodat je weet wat je moet Wanneer je een dialoog of een oefening moet beluisteren, beluister
Nadere informatiebasiszinnen spreekvaardigheid
basiszinnen spreekvaardigheid Formele en informele spreektaal In dit hoofdstuk krijg je allerlei uitdrukkingen die je in veel voorkomende gesprekssituaties kunt gebruiken. Er zijn, net zoals in het Nederlands,
Nadere informatieO, antwoordde ik. Verder zei ik niets. Ik ging vlug de keuken weer uit en zonder eten naar school.
Voorwoord Susan schrijft elke dag in haar dagboek. Dat dagboek is geen echt boek. En ook geen schrift. Susans dagboek zit in haar tablet, een tablet van school. In een map die Moeilijke Vragen heet. Susan
Nadere informatieHerhalingen over grammatica (voor de examens)
1. Modale hulpwerkwoorden Herhalingen over grammatica (voor de examens) Vertaal in het Nederlands. 1. Vous pouvez (avoir la possibilité) manger un plat ou un dessert. 2. Ils doivent aller au magasin de
Nadere informatieVocabulaire September - december Vijfde leerjaar klas Birgit
Vocabulaire September - december Vijfde leerjaar klas Birgit 1. Kopieer de Franse woorden in de tweede kolom. Let op de accentjes en de hoofdletters! 2. Markeer de mannelijke woorden in het blauw en de
Nadere informatieA) Onderstreep telkens de bijwoord in onderstaand zinnen (soms staat er geen).
A) Onderstreep telkens de bijwoord in onderstaand zinnen (soms staat er geen). 1. Je tekent mooi, zeg. 2. Wat een mooi schilderij! 3. Ik heb iets moois voor jou. 4. Mijn vader is een harde werker. 5. Het
Nadere informatiede aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop.
Woordenlijst bij hoofdstuk 4 de aanbieding reclame, korting De appels zijn in de a Ze zijn vandaag extra goedkoop. alleen zonder andere mensen Hij is niet getrouwd. Hij woont helemaal a, zonder familie.
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 4 Wonen
Spreekopdrachten thema 4 Wonen Opdracht 1 bij 4.1 ** Uitleg voor de docent: Op de volgende pagina vind je een blad met plaatjes. Knip de plaatjes uit en doe ze in een envelop. Geef elk tweetal een envelop.
Nadere informatieAntwoorden Thema 5 woonomgeving. Oefening 3. 1. mag 2. moest 3. Mag 4. moeten 5. Mag 6. moeten 7. moet 8. mogen 9. mocht 10.
Antwoorden Thema 5 woonomgeving Oefening 3 A 1. mag 2. moest 3. Mag 4. moeten 5. Mag 6. moeten 7. moet 8. mogen 9. mocht 10. moesten B 1. Kon 2. Willen 3. Kan 4. kunnen 5. mocht 6. Kan - kan 7. wilde 8.
Nadere informatieRia Massy. De taart van Tamid
DE TAART VAN TAMID Ria Massy De taart van Tamid De taart van Tamid 1 Hallo broer! Hallo Aziz! roept Tamid. Zijn hart klopt blij. Aziz belt niet zo dikwijls. Hij woont nog in Syrië. Bellen is moeilijk in
Nadere informatieSpreekoefeningen. Oefenen voor het eerste deel van het examen spreken: Vragen beantwoorden. 1 enkele vragen. (voor het inburgeringsexamen - spreken)
Spreekoefeningen (voor het inburgeringsexamen - spreken) Oefenen voor het eerste deel van het examen spreken: Vragen beantwoorden. 1 enkele vragen Eet u vaak brood? Wat voor groente eet u vaak? Wat vindt
Nadere informatieAls je ergens heel erg bang voor bent, dan heb je angst. Je hebt bijvoorbeeld angst voor de tandarts.
Thema 5 Les 1: De angst: Als je ergens heel erg bang voor bent, dan heb je angst. Je hebt bijvoorbeeld angst voor de tandarts. De schrik: Als iemand ineens achter je staat, dan schrik je. Je bent dan ineens
Nadere informatieNOM, Prénom :. Dit is een schrift. Dit is een boek. Dit is een papier Dit is een blad. Dit is een schoen. Dit is een schoe. Dit is een schoon.
1 NOM, Prénom :. Indiquez ce que c est. Wat is dit? Dit is een schrift. Dit is een boek. Dit is een papier Dit is een blad. Indiquez ce que c est. Wat is dit? Dit is een schoen. Dit is een schoe. Dit is
Nadere informatieKijk op YouTube spreekvaardigheid A1
Kijk op YouTube spreekvaardigheid A1 Oefenexamen Ad Appel Spreekvaardigheid A1 10 vragen serie A 1. Hoe vaak doet u boodschappen? 2. Wanneer bent u geboren? 3. Wat drinkt u het liefst? 4. Wat vindt u van
Nadere informatieANTWOORDEN TAALSTERK B1 THEMA 1 THUISKOMEN
ANTWOORDEN TAALSTERK B1 THEMA 1 THUISKOMEN Opdracht 4 1. Suze 2. Omdat Victor en Isabel trouwen. 3. uit Zuid-Amerika 4. Hij is getuige. 5. Dat weet niemand. Opdracht 13 Nieuw bericht Aan: Onderwerp: s.schoenmaker@hotmail.com
Nadere informatieHet is de familieblues. Je kent dat gevoel vast wel. Je zit aan je familie vast. Voor altijd ben je verbonden met je ouders, je broers, je zussen.
De familieblues Tot mijn 15e noemde ik mijn ouders papa en mama. Daarna niet meer. Toen noemde ik mijn vader meester. Zo noemde hij zich ook als hij lesgaf. Hij was leraar Engels op een middelbare school.
Nadere informatieVOORZETSEL. A) Vul in met een voorzetsel aan in met naast onder op uit. B) De klas : vul het juiste voorzetsel in. 1. Het boek ligt de tafel.
A) Vul in met een voorzetsel aan in met naast onder op uit 1. Het boek ligt de tafel. 2. Het kopje staat de kast. 3. Ik neem mijn schrift mijn boekentas. 4. De studenten hangen hun jas de kapstok. 5. Mijn
Nadere informatieBasisexamen inburgering in het buitenland. Auteurs: Karine Bloks-Jekel, Willemijn de Graaf, Marieta Plattèl, Rian Senden, Rosanne Vermaat
TAALCOMPLEET Basisexamen inburgering in het buitenland Inburgeringsexamen buitenland 1e druk 2014 ISBN Inburgeringsexamen buitenland: 978-94-90807-21-4 Copyright: KleurRijker B.V., info@kleurrijker.nl
Nadere informatieBijlage 1. Beste ouders/verzorgers van de leerlingen van groep 3/4,
Bijlage 1 Brief aan de ouders Beste ouders/verzorgers van de leerlingen van groep 3/4, De komende periode gaan wij aan de slag met het thema feesten. We bespreken allerlei feestelijke momenten in het jaar
Nadere informatieDe sprookjesdialogen van groep 3
De sprookjesdialogen van groep 3 In groep 3 kregen de kinderen, samen of in een tweetal, de opdracht om een dialoog tussen sprookjesgfiguren te schrijven, waarna ze een schilderij maakten bij hun dialoog.
Nadere informatie7.5 Script en plaatjes post-test
7.5 Script en plaatjes post-test De vorige keer waren we hier om Drakie wat beter te leren praten en Drakie heeft toen een heleboel van jou geleerd. Dat vond ie heel leuk. Vandaag gaan we wat dingen die
Nadere informatieKlaar, ik ben bruin en ik ben wit
Bruin &Wit Klaar, ik ben bruin en ik ben wit Mireille de Vries - Numbi A mani zit nog even bij haar papa. Ze hebben net twee geweldige vakantieweken met elkaar doorgebracht. Ze zijn tien dagen naar Afrika
Nadere informatiedecember 2012 vanaf 4 jaar tekst: Marian van Gog muziek: Paul Natte Kerstkaart
december 2012 vanaf 4 jaar tekst: Marian van Gog muziek: Paul Natte Kerstkaart Kerstkaart Refrein: Ik stuur een kerstkaart naar oom Rob en één naar tante Fee. Zeg postbezorger, breng je ook voor mij een
Nadere informatieLeesboekje het huis. Leesboekje Het Huis Pagina 1
Leesboekje het huis Leesboekje Het Huis Pagina 1 Dit is het huis. Dit is de tuin. Dit is de woonkamer. Dit is de keuken. Dit is de slaapkamer. Dit is de zolder. Dit is het dak. Dit is de trap. Dit is de
Nadere informatieThema In en om het huis
http://www.edusom.nl Thema In en om het huis Lesbrief 25. Een jurk ruilen. Wat leert u in deze les? Wat u kunt zeggen als u een jurk gaat ruilen. Verleden tijd gebruiken. Vragen stellen. Veel succes! Deze
Nadere informatieJaargang 3, eerste trimester 2002
Jaargang 3, eerste trimester 2002 BOEKJE VAN HET SAMENLEVINGSINITIATIEF VU : Gemeenschapscentrum Essegem, Heidi Herremans, Leopold I straat 329, 1090 Jette -2- Beste, Mijn naam is Heidi Herremans. Ik ben
Nadere informatieReizen 6 7 32 33 58 59 84 85. Wonen 8 9 34 35 60 61 86 87. Koken & genieten 10 11 36 37 62 63 88 89. Cultuur & vermaak 12 13 38 39 64 65 90 91
inhoud lente zomer herfst winter Reizen 6 7 32 33 58 59 84 85 Wonen 8 9 34 35 60 61 86 87 Koken & genieten 10 11 36 37 62 63 88 89 Cultuur & vermaak 12 13 38 39 64 65 90 91 Mode & schoonheid 14 15 40 41
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 4 Wonen
Boven: Spreekopdrachten thema 4 Wonen Opdracht 2 bij 4.1 * slaapkamer 2 trap Beneden: tuin garage TaalCompleet A1 Spreken Plus Thema 4-1 Opdracht 3 bij 4.1 ** Vertel. Wat voor huis heb jij? - Woon je in
Nadere informatieOefentoets 1 - Leesvaardigheid A1
Oefentoets 1 - Leesvaardigheid A1 Dit is een oefentoets Leesvaardigheid A1 voor het Basisexamen Inburgering. Bij het echte examen is de toets Leesvaardigheid digitaal je maakt de toets op de computer.
Nadere informatie