Wmo-raden in beeld. Over de invloed van Wmo-raden. Auteur(s) Datum MOVISIE

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Wmo-raden in beeld. Over de invloed van Wmo-raden. Auteur(s) Datum MOVISIE"

Transcriptie

1 Wmo-raden in beeld Over de invloed van Wmo-raden Auteur(s) Datum MOVISIE Rianne Cromwijk Anne Lucassen Aletta Winsemius Marleen Alblas Karin Sok Utrecht, 1 februari 2010

2 MOVISIE Kennis en advies voor maatschappelijke ontwikkeling MOVISIE is hét landelijke kennisinstituut en adviesbureau voor maatschappelijke ontwikkeling. We bieden toepasbare kennis, adviezen en oplossingen bij de aanpak van sociale vraagstukken op het terrein van welzijn, participatie, zorg en sociale veiligheid. In ons werk staan vijf actuele thema's centraal: huiselijk & seksueel geweld, kwetsbare groepen, leefbaarheid, mantelzorg en vrijwillige inzet. We investeren in de kracht en de onderlinge verbinding van burgers. We doen dit door maatschappelijke organisaties, overheden, maatschappelijk betrokken bedrijven en burgerinitiatieven te ondersteunen, te adviseren én met hen samen te werken. Lokaal of landelijk, toegesneden op het vraagstuk en de organisatie. Zo kunnen deze organisaties en hun professionals hun werk voor de samenleving zo goed mogelijk doen. Kijk voor meer informatie op COLOFON Auteur(s): Rianne Cromwijk Anne Lucassen Aletta Winsemius Marleen Alblas Karin Sok Projectnummer: P8239 Datum: 1 februari 2010 MOVISIE Bestellen:

3 Inhoudsopgave 1 Inleiding Aanleiding Doelstelling Vraagstelling Beleidsparticipatie en verwante begrippen Onderzoeksopzet Leeswijzer Eerder onderzoek naar Wmo-raden Het functioneren van Wmo-raden Invloed van Wmo-raden Conclusies uit de voorstudie Veldonderzoek: Wmo-raden in zes gemeenten Opzet van de Wmo-raden Rol en functie van de Wmo-raad Samenstelling en relatie met de achterban Samenwerking met de gemeente Gevraagd en ongevraagd advies Thema s van advisering Moment van advisering Informatie en communicatie Kwaliteit van advisering Tot slot Conclusies en aanbevelingen Formele invloed Feitelijke invloed Beleefde invloed Adviesraad of participatieraad Aanbevelingen De succesvolle Wmo-raad...32 Literatuur...34 Bijlage 1: Lijst van deelnemers...36 Bijlage 2: Protocol groepsgesprekken...37 Bijlage 3: Artikel 11 en 12 van de Wmo...40

4 1 Inleiding 1.1 Aanleiding De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) verplicht gemeenten om burgers en in het bijzonder cliënten te betrekken bij hun beleid (artikel 11 en 12 van de Wmo, zie bijlage 3). Over hoe gemeenten dit moeten doen, zijn de wetstekst en de Memorie van Toelichting niet expliciet. Een groot aantal gemeenten heeft gekozen voor de installatie van een Wmo-raad. Deze vorm van beleidsparticipatie sluit aan bij de lokale cliëntenraden die al voor de invoering van de Wmo bestonden. De opdracht om burgers te betrekken bij beleid en de komst van Wmo-raden heeft de afgelopen jaren verschillende onderzoeken opgeleverd. Deze onderzoeken gingen onder andere over het perspectief van de gemeente op de rol van de Wmo-raad en de mening van Wmo-raden zelf over hun functioneren. Over de daadwerkelijke invloed en effectiviteit van Wmo-raden is nog weinig bekend. Om die reden heeft MOVISIE eind 2009 een verkennend onderzoek uitgevoerd naar dit thema. 1.2 Doelstelling Het doel van het onderzoek is het verkrijgen van inzicht in de invloed van Wmo-raden. Het onderzoek moet leiden tot handvatten voor zowel gemeenten als Wmo-raden voor het optimaliseren van hun onderlinge relatie en uiteindelijk de invloed van de Wmo-raden. 1.3 Vraagstelling De centrale vraag van dit onderzoek luidt: Wat is de invloed van de Wmo-raden op het gemeentelijk beleid, waaruit blijkt dat en hoe kan de invloed van Wmo-raden worden geoptimaliseerd? Om antwoord te geven op deze onderzoeksvraag moet het begrip invloed verder uitgewerkt zijn. Immers, invloed is een veelzijdig begrip dat zich niet zomaar laat meten. We hebben invloed geoperationaliseerd aan de hand van de volgende driedeling. Formele invloed: wat staat er in verordeningen over de status en bevoegdheden van Wmoraden? Feitelijke invloed: is het beleid van de gemeente daadwerkelijk veranderd door toedoen van de Wmo-raad, zoals af te lezen is aan het aantal gegeven, en vervolgens wel of niet overgenomen adviezen? Beleefde invloed: hoe ervaren de Wmo-raden hun invloed, voelen zij zich serieus genomen, hebben ze het gevoel dat ze ertoe doen? De centrale onderzoeksvraag wordt aan de hand van de bovenstaande indeling uitgewerkt in de volgende deelvragen: 1. Hoe zijn de rol, taken en verantwoordelijkheden van Wmo-raden vastgelegd en wat betekent dat voor de formele invloed van Wmo-raden? 2. Welke invloed hebben Wmo-raden in de dagelijkse praktijk (feitelijke invloed)? 3. Hoe beleven de verschillende actoren de invloed van de Wmo-raden (beleefde invloed)? Utrecht, 1 februari 2010 * Wmo-raden in beeld 4

5 Niet overal wordt de term Wmo-raad gebruikt om de formele beleidsparticipatie van cliënten en burgers mee aan te duiden. Andere bekende termen zijn Wmo-platform, (Wmo-)participatieraad, Wmoadviesraad en Wmo-forum. Omdat in de meeste Nederlandse gemeenten van een Wmo-raad wordt gesproken, gebruiken wij in dit rapport deze term. Dat betekent echter niet dat we uitgaan van een standaard opzet en werkwijze van Wmo-raden. Advisering door Wmo-raden is een vorm van beleidsparticipatie. Dit is één van de vormen van participatie waarop de Wmo zich richt. Omdat verschillende mensen verschillende beelden hebben bij (beleids)participatie, geven we in de volgende paragraaf een toelichting op een aantal begrippen. We pretenderen met dit onderzoek niet een definitieve uitspraak te doen over de invloed van Wmoraden. Daarvoor is het onderzoek te beperkt van opzet. Wel willen we een bijdrage leveren aan de discussie over de invloed en daarmee de effectiviteit van Wmo-raden. 1.4 Beleidsparticipatie en verwante begrippen Met de komst van de Wmo zijn in veel gemeenten Wmo-raden ingesteld. Met deze raden geven gemeenten invulling aan de opdrachten uit de artikelen 11 en 12 van de Wmo. Volgens Artikel 11 moeten gemeenten burgers betrekken bij de voorbereiding van beleid. Burgers mogen ook zelfstandig voorstellen doen over maatschappelijke ondersteuning. De gemeente moet er op letten dat ook kwetsbare groepen bij deze beleidsvoorbereiding worden betrokken. Artikel 12 verplicht gemeenten om over voorgenomen beleid advies te vragen aan gezamenlijke vertegenwoordigers van representatieve organisaties aan de vraagkant van de Wmo. Dit officiële advies gaat over ontwerpplannen van Wmobeleid. De twee wetsartikelen kunnen op verschillende wijzen ingevuld worden. In veel gemeenten geeft de aanstelling van een Wmo-raad een invulling van een of beide artikelen. Inspraak via Wmo-raden is een vorm van beleidsparticipatie. Hierbij worden partijen en burgers betrokken bij het beleidsproces, in dit geval van gemeenten. Deze betrokkenheid kan gericht zijn op het agenderen van onderwerpen van gemeentelijk beleid, bij de ontwikkeling van beleid, bij de monitoring en evaluatie van gevoerd beleid. Invulling van beleidsparticipatie hoeft echter niet per se via het instellen van Wmo-raden. Aan de hand van de termen burgerparticipatie en cliëntenparticipatie zullen we meer zicht geven op de mogelijkheden en vormen die er zijn om mensen mee te laten participeren. Burgerparticipatie Burgerparticipatie omvat alle activiteiten van overheden om burgers te betrekken bij de plannen en het beleid. Deze vorm van participatie geldt voor alle inwoners van een gemeente, regio of gebied. Burgerparticipatie heeft een lange geschiedenis op verschillende beleidsterreinen. Vooral bij ruimtelijkeconomische vraagstukken worden burgers al lange tijd betrokken bij de vorming van beleid. In de huidige tijd, waarin de overheid zich terugtrekt en meer verantwoordelijkheid legt bij burgers en hun verbanden, neemt het belang van burgerparticipatie toe. Doelen van burgerparticipatie kunnen zijn: inhoudelijke verrijking van het beleid door gebruik te maken van kennis en ervaring van burgers, het vergroten van draagvlak en het democratiseren van de besluitvorming. De participatieladder geeft een indeling van de mate van betrokkenheid en invloed van de burgers op het beleid. De verschillende treden van de participatieladder zijn: informeren, raadplegen, adviseren, coproduceren, meebeslissen (Edelenbos en Monnikhof, 1998). Utrecht, 1 februari 2010 * Wmo-raden in beeld 5

6 In relatie tot de participatie van burgers worden ook wel de termen bewonersparticipatie en publieksparticipatie gebruikt. Bewonersparticipatie Bewonersparticipatie is een term die in relatie tot de Wmo (nog) niet overal voorkomt. Het gaat om de betrokkenheid van bewoners bij het beheer, het onderhoud en de ontwikkeling van hun woonomgeving. Dit kan betrekking hebben op fysieke ontwikkeling van de woonomgeving, maar ook de sociale ontwikkeling van een buurt kan hieronder verstaan worden. Vooral bij dit laatste valt een relatie te leggen naar burger- en cliëntenparticipatie in het kader van de Wmo. Een voorbeeld van bewonersparticipatie is het betrekken van burgers bij het opstellen van wijkactieplannen (Van Hulst e.a., 2008). Publieksparticipatie Publieksparticipatie wordt door het Centrum Publieksparticipatie gedefinieerd als: alle georganiseerde vormen waarin het publiek zijn ideeën naar voren kan brengen bij een project van de overheid, waarbij de overheid met die ideeën zoveel mogelijk rekening houdt. Publieksparticipatie is vooral van toepassing op participatie van burgers bij ruimtelijk-economische projecten. In 2006 heeft de Werkgroep Inspraak een nieuwe vorm van inspraak voorgesteld, namelijk Inspraak Nieuwe Stijl (INS). Deze vorm van inspraak heeft een impuls gegeven aan het denken over publieksparticipatie bij ruimtelijk-economische projecten. INS legt de nadruk op inspraak via consultatie, vooraf waarbij denkkracht van burgers benut wordt, en een formele toets achteraf (Tops, 2008). Cliëntenparticipatie Cliëntenparticipatie is een bijzondere vorm van burgerparticipatie. Het staat voor de beleidsparticipatie van een specifieke groep burgers, die met de term cliënten wordt aangeduid. Het zijn de gebruikers van de voorzieningen die de gemeente in het kader van maatschappelijke ondersteuning aan burgers aanbiedt. Als de Wmo breed wordt geïnterpreteerd, kunnen alle burgers als cliënt van de gemeente worden beschouwd. Bijvoorbeeld: burgers van een wijk waar de gemeente in het kader van het versterken van de leefbaarheid maatregelen neemt. In de praktijk wordt vaak gedoeld op de inspraak van burgers die minder zelfredzaam zijn en die vaak ondersteuning nodig hebben om zelfstandig te kunnen functioneren. Participatie betekent dan dat cliënten hun mening en ervaringen naar voren brengen en meedenken over het beleid of het beleidsproces. Voorbeelden van collectieve cliëntenparticipatie zijn Wmo- of cliëntenraden, panels en cliënttevredenheidsonderzoeken (Sok e.a., 2009). Cliëntenparticipatie kan gericht zijn op overheidsbeleid, maar ook op het beleid van de instellingen en organisaties waar cliënten veel mee te maken hebben. In dit onderzoek richten we ons op het eerste: de betrokkenheid van cliënten of hun vertegenwoordigers bij gemeentelijk beleid via de Wmo-raden. Belangenbehartiging Cliëntenparticipatie wordt nog wel eens verward met belangenbehartiging. Belangenbehartigers komen op voor de belangen van een specifieke achterban en zijn veelal verenigd in belangenorganisaties. Er kan een onderscheid worden gemaakt tussen individuele en collectieve belangenbehartiging. Bij het eerste gaat het om de behartiging van de belangen van een enkel persoon door een vertegenwoordiger van een belangenorganisatie, door een betrokkene (familie, vrijwilliger, vriend) of een professional. Collectieve belangenbehartiging gaat over het opkomen voor de belangen van een groep. Dit is nodig als een groep specifieke aandacht nodig heeft, onzichtbaar is of niet goed is georganiseerd (Sok e.a., 2009). Collectieve belangenbehartiging vindt plaats via cliëntenparticipatie op het moment dat op specifieke onderwerpen de belangen van cliënten vertegenwoordigd worden binnen een instelling of bij een overheid. Utrecht, 1 februari 2010 * Wmo-raden in beeld 6

7 Overigens worden in de Wmo naast beleidsparticipatie ook sociale en maatschappelijke participatie beoogd. Sociale participatie kan worden opgevat als deelname aan (informele) sociale verbanden, bij maatschappelijke participatie gaat het om deelname aan meer formele verbanden, zoals vrijwilligersorganisatie, sport- of culturele verenigingen of cliëntenorganisaties. Sociale en maatschappelijke participatie nemen in de Wmo twee vormen aan: participatie door kwetsbare groepen (ofwel deelhebben aan de samenleving; maatschappelijk verkeer) en participatie ten behoeve van anderen of de samenleving (ofwel bijdragen aan de samenleving; maatschappelijke inzet) (zie ook Kwekkeboom en Jager-Vreugdenhil, 2009). Deze vormen van participatie blijven in dit onderzoek buiten beschouwing, omdat we in dit onderzoek inzoomen op de participatie bij beleidsvorming. 1.5 Onderzoeksopzet Het onderzoek bestond uit twee delen: een inventarisatie van (uitkomsten van) bestaand onderzoek en een veldonderzoek onder zes gemeenten. Voorstudie Omdat de afgelopen jaren al divers onderzoek naar Wmo-raden is gedaan, hebben we dit eerst bestudeerd. Startpunt voor het vinden van relevante literatuur vormden twee afstudeeronderzoeken die in 2008 bij MOVISIE zijn uitgevoerd. Via internet en netwerkcontacten zijn we op zoek gegaan naar aanvullend materiaal. Tot slot hebben we onze blik uitgebreid naar onderzoeken naar de effectiviteit van beleidsparticipatie op andere beleidsterreinen. De resultaten van de voorstudie zijn te vinden in hoofdstuk 2. Veldonderzoek Omdat in eerder onderzoek nauwelijks aandacht bleek te zijn besteed aan de invloed van Wmo-raden, hebben we van november 2009 tot en met januari 2010 de praktijk opgezocht. In zes gemeenten zijn confronterende groepsgesprekken gevoerd. Aan deze gesprekken namen steeds een aantal leden van de Wmo-raad (inclusief voorzitter) deel en een betrokken ambtenaar. De gesprekken werden geleid door medewerkers van MOVISIE. Voorafgaand aan de gesprekken is deskresearch verricht om beschikbare informatie over de betrokken Wmo-raden te verzamelen. De gegevens uit de deskresearch vormden aanknopingspunten voor het gesprek. De groepsgesprekken zijn gevoerd aan de hand van een topiclijst. Deze lijst is samengesteld op basis van de drie vormen van invloed die wij onderscheiden. De topiclijst maakt deel uit van het gespreksprotocol dat is opgenomen in bijlage 2. Van elk gesprek is een verslag gemaakt dat ter goedkeuring is voorgelegd aan de betrokken Wmoraad en de gemeenteambtenaar. In een aantal gevallen zijn aanvullende vragen gesteld of wijzigingen doorgevoerd. De verslagen van de groepsgesprekken en de antwoorden op de aanvullende vragen vormen het empirische materiaal voor de analyse. Selectie Wmo-raden Voor het onderzoek zijn zes Wmo-raden geselecteerd. Vanzelfsprekend is dit geen representatieve vertegenwoordiging van alle Wmo-raden in Nederland. Daarvoor hadden we een veel grotere steekproef moeten nemen, wat niet mogelijk was gezien de beschikbare middelen voor dit onderzoek. Bij de selectie van de Wmo-raden is gelet op een aantal factoren. Allereerst is gekeken naar het moment van oprichting van de raad. Onze verwachting was dat naarmate Wmo-raden langer bestaan het beter mogelijk is iets te zeggen over hun invloed. De geselecteerde gemeenten hebben allen een Wmo-raad die al langere tijd actief is. Ten tweede is gekeken naar de bereidheid tot medewerking van Wmo-raden en gemeenten, omdat het onderzoek in een kort tijdsbestek moest worden uitgevoerd. Er Utrecht, 1 februari 2010 * Wmo-raden in beeld 7

8 is niet gekeken naar de omvang en ligging van de gemeenten, maar uiteindelijk bleek onze selectie toch een redelijke spreiding te vertonen. In tabel 1.1 staat een overzicht van de gemeenten die hebben meegedaan aan het onderzoek. Tabel 1.1 Overzicht van de onderzochte Wmo-raden Gemeente Jaar van oprichting Wmo-raad Inwoneraantal gemeente Bunnik Oktober Wijk bij Duurstede Januari Lochem Juli De Ronde Venen Veenendaal Zoetermeer Betekenis van de onderzoeksresultaten De omvang van dit onderzoek is beperkt en de selectie van Wmo-raden is niet representatief. De onderzoeksresultaten kunnen dan ook niet gegeneraliseerd worden naar het landelijke niveau. Het onderzoek is bedoeld als eerste verkenning van de invloed van Wmo-raden in Nederland. Het geeft zicht op enkele vraagstukken die spelen bij het onderzoeken en het beoordelen van de invloed van Wmo-raden. De onderzoeksresultaten geven een beeld van de aspecten die een rol spelen bij de invloed en effectiviteit van Wmo-raden. Op basis van de resultaten kunnen we enkele concrete handvatten aanreiken voor zowel gemeenten als Wmo-raden. Daarnaast dienen de resultaten als voeding voor verdere discussie over wat gewenste invloed is vanuit het perspectief van Wmo-raden en gemeenten. 1.6 Leeswijzer Dit rapport is als volgt opgebouwd. In hoofdstuk twee vindt u het resultaat van de voorstudie. We geven een overzicht van onderzoeken naar Wmo-raden. De resultaten van het empirisch onderzoek worden in hoofdstuk drie gepresenteerd. In hoofdstuk vier worden conclusies getrokken en aanbevelingen gedaan. Utrecht, 1 februari 2010 * Wmo-raden in beeld 8

9 2 Eerder onderzoek naar Wmo-raden Sinds de komst van de Wmo in 2007 is er veel aandacht van onderzoekers voor de beleidsparticipatie van burgers en cliënten, die de wet aan gemeenten opdraagt. De eerste stap van ons onderzoek bestond uit het verzamelen van het bestaande onderzoeksmateriaal. Wat zeggen deze onderzoeken over de invloed van Wmo-raden? Het meeste onderzoek dat wij vonden, had betrekking op de aard en het functioneren van Wmo-raden. Niet veel onderzoeken gingen in op de opbrengsten of effecten van deze vorm van beleidsparticipatie. Hieronder zetten we de bevindingen van onze voorstudie op een rij. We gaan eerst in op het functioneren van Wmo-raden en destilleren vervolgens uit het bestaande onderzoek informatie over de drie vormen van invloed waarin wij in ons onderzoek de focus leggen; formele, feitelijke en beleefde invloed. 2.1 Het functioneren van Wmo-raden Voor ons onderzoek naar de precieze invloed van Wmo-raden is het belangrijk om de achtergrond te kennen en te weten hoe Wmo-raden functioneren. Naar dit functioneren is veel onderzoek gedaan. Hieronder presenteren wij in het kort de belangrijkste resultaten. We staan stil bij de bevoegdheden van Wmo-raden, de samenstelling van de raad, de deskundigheid van de raadsleden en bij de representativiteit. Bevoegdheden van Wmo-raden Gemeenten zijn vrij in het vormgeven van het betrekken van hun burgers bij het Wmo-beleid. Veel gemeenten kiezen voor een Wmo-raad als formele vorm van burgerparticipatie. Uit een evaluatieonderzoek uitgevoerd onder 122 Wmo-raden blijkt dat 55% van de raden formele bevoegdheden heeft, 43% een huishoudelijk reglement en 44% officieel door de gemeenteraad is ingesteld bij verordening (Nederland e.a., 2009). Penning (2009) geeft op basis van onderzoek onder vijf Wmo-raden aan dat in de meeste gevallen de rol, de positie, het doel en de samenstelling zijn vastgelegd in een juridisch geldige verordening. Wmo-raden zijn daarmee een veelvoorkomende, officiële vorm van burgerparticipatie met vaak officieel vastgelegde bevoegdheden. De taak van Wmo-raden bestaat uit het geven van advies aan de gemeente, meer specifiek aan ambtenaren en wethouders. Wmo-raden geven in bijna alle gevallen gevraagd en ongevraagd advies aan de gemeente (96%). Dit gaat in de meeste gevallen hiervan (89%) over alle prestatievelden (Nederland e.a., 2009). Als het gaat over de beleidsfase waarin de Wmo-raden adviseren, blijkt uit hetzelfde onderzoek dat dit vooral in de voorbereidende fase is, bijvoorbeeld in de brainstormfase of het beoordelen van een conceptnota. Veel minder vindt de advisering plaats in de aanloop op de uitvoering of ten aanzien van de beleidsuitvoering zelf. Penning (2009) geeft aan dat in de praktijk meer gevraagd dan ongevraagd advies plaatsvindt. Omdat er verschillen blijken te zijn tussen Wmo-raden, in bijvoorbeeld hun rol, bevoegdheden en ambitieniveau, wordt in diverse onderzoeken aanbevolen om als Wmo-raad een heldere strategie uit te zetten en te bezinnen op de rol van de Wmo-raad in het beleidsproces (Nederland & Gülşen, 2008; Penning, 2009). Wanneer de rol, de bevoegdheden en de positie ten opzichte van bijvoorbeeld de gemeenteraad en overige inspraakorganen duidelijk zijn, kan er beter gereflecteerd worden op het functioneren van een Wmo-raad. Utrecht, 1 februari 2010 * Wmo-raden in beeld 9

10 Samenstelling van Wmo-raden De gemeentelijke beleidsvrijheid in de Wmo is terug te vinden in de samenstelling van lokale Wmoraden. In sommige gemeenten zijn vertegenwoordigers uit bestaande belangengroepen geworven, in andere gemeenten zijn sollicitatierondes gehouden (Van Leeuwen, 2009). Sommige leden zijn lid op persoonlijke titel, anderen vanuit ervaringsdeskundigheid, en weer anderen zijn vertegenwoordiger van cliëntenorganisaties of participeren namens een maatschappelijke organisatie. Oudenampsen (2008) benoemt de voordelen van een zekere variatie van deelnemende partijen. Deelname op persoonlijke titel heeft als voordeel dat de leden meer onafhankelijk zijn en geen verantwoording aan een organisatie af hoeven te leggen. Het voordeel van deelname vanuit vertegenwoordiging is dat de leden binding hebben met de doelgroepenorganisaties. De manier van werven en de achtergrond van Wmo-raadsleden hebben zowel invloed op de representativiteit als op de deskundigheid van de Wmo-raden. Representativiteit van Wmo-raden Representativiteit is belangrijk als het gaat over een eerlijke vertegenwoordiging van de verschillende doelgroepen. Op basis van de verschillende onderzoeken zijn Wmo-raden nog niet representatief te noemen. In de eerste tussenrapportage over gemeentelijk beleid in 2007 wordt geconcludeerd dat ouderen- en gehandicaptenorganisaties relatief vaak deelnemen aan het beleidsproces en daarnaast mantelzorg- en vrijwilligersorganisaties (Van Houten e.a., 2008). Doelgroepen die voor de invoering van de Wmo al betrokken waren bij het beleid (bijvoorbeeld gehandicaptenorganisaties in de Wet voorzieningen gehandicapten) en doelgroepen die georganiseerde verbanden kennen, hebben eerder aansluiting gevonden bij het Wmo-beleid. Resultaten van het Verwey-Jonker Instituut (Nederland & Gülşen, 2008) van eind 2007 en begin 2008 ondersteunen deze bevindingen. De sterkst vertegenwoordigde groepen zijn ouderen en mensen met een lichamelijke beperking, daarna zijn mantelzorgers, chronisch zieken en vrijwilligers het meest vertegenwoordigd. Meer dan driekwart van de onderzochte Wmo-raden geeft aan dat er doelgroepen gemist worden. Dit zijn voornamelijk jongeren en allochtonen, maar ook buurt- en wijkraden, mensen met een verstandelijke beperking, mensen met een psychische beperking, uitkeringsgerechtigden en verslaafden (Nederland & Gülşen, 2008). Het meest recente onderzoek van het Verwey-Jonker Instituut bevestigt dit beeld opnieuw (Nederland e.a., 2009). Het SGBO (2008) signaleert ook over- en ondervertegenwoordiging, maar dan naar prestatieveld. Doelgroepen van prestatieveld 6 (mensen met een beperking) worden het meest betrokken bij het Wmo-beleid. Doelgroepen van prestatieveld 7, 8 en 9 (OGGZ) het minst, zo concludeert het SGBO. Van Leeuwen (2009) heeft in haar recente onderzoek naar representativiteit van Wmo-raden eveneens geconcludeerd dat Wmo-raden nog matig representatief zijn. De Wmo-raden vormen volgens haar nog geen goede afspiegeling van de doelgroepen van de Wmo. De leden van de Wmo-raden delen bepaalde kenmerken. Zij zijn van oudere leeftijd (gemiddeld ongeveer 60 jaar), vaak actief voor een belangengroep en tevens actief in andere (vrijwilligers)functies (Van Leeuwen, 2009: 65). De doelgroepen van de Wmo kennen echter veel meer diversiteit dan de Wmo-raden nu tonen. Als verklaring voor de matige representativiteit noemt Van Leeuwen dat de Wmo-raad een formele vorm van burgerparticipatie is, waar sommige groepen slecht aansluiting vinden. De RMO signaleert in dit verband dat vooral bestuurders, politici en wetenschappers invloed hebben op het Wmo-beleid en pleit in een advies aan VWS voor meer daadwerkelijke participatie van kwetsbare groepen in Wmo-raden (RMO, 2009). Utrecht, 1 februari 2010 * Wmo-raden in beeld 10

11 Uit de verschillende onderzoeken en publicaties die variëren van het beginstadium van de Wmo (2007) tot zeer recente studies, ontstaat een overeenkomstig beeld. Georganiseerde verbanden die voor de invoering van de Wmo al beleidsmatig contact hadden met de gemeente, vinden sneller aansluiting bij Wmo-raden. Niet-georganiseerde verbanden of ongeorganiseerde burgers vinden minder makkelijk een plaats binnen de Wmo-raad. Sommige kwetsbare groepen vinden zelfs helemaal geen aansluiting. Deskundigheid van Wmo-raadsleden Van Wmo-raden wordt een brede deskundigheid gevraagd, zowel over de negen prestatievelden van de Wmo als over de uitvoeringspraktijk. Deskundigheid is te verdelen in twee soorten, namelijk ervaringsdeskundigheid en het beschikken over competenties die vereist zijn om te kunnen participeren in een Wmo-raad en advies te geven. Deze twee vormen van deskundigheid lijken niet altijd samen te gaan bij de individuele leden van de Wmo-raad (Van Leeuwen, 2009). Ervaringsdeskundigen uit kwetsbare groepen missen soms bepaalde competenties die nodig zijn om goed mee te denken en te praten in het beleidsproces. Beleidsdeskundigen missen vaak de aansluiting bij en kennis over de uitvoeringspraktijk. In de zelfevaluatie van Wmo-raden van het Verwey-Jonker Instituut uit 2008 worden duidelijke verbeterpunten aangegeven ten aanzien van kennis en kunde van de Wmo-raden. In 2009 lijkt hierin een verschuiving plaats gevonden te hebben. Zo hebben de 40 Wmo-raden die later zijn toegevoegd aan het onderzoek, aanmerkelijk minder ondersteuningsvragen dan de 82 Wmo-raden die vermeld zijn in 2008 (Nederland e.a., 2009: 28). Van Leeuwen (2009: 66) concludeert in haar onderzoek, in tegenstelling tot wat andere onderzoeken suggereren, dat de deskundigheid van Wmo-raadsleden voldoende tot ruim voldoende is. Haar verklaring daarvoor is dat Wmo-raden inmiddels ervaring hebben opgedaan en dat er geïnvesteerd is in deskundigheidsbevordering van de raadsleden. Penning (2009) geeft aan dat deskundigheidsbevordering aanbevelenswaardig is. De nadruk moet daarbij liggen op de werking van het gemeentelijk apparaat en hoe Wmo-raadsleden invloed kunnen uitoefenen. 2.2 Invloed van Wmo-raden Na een paragraaf over het functioneren van Wmo-raden, wordt in deze paragraaf kort geschetst wat uit verschillende onderzoeken bekend is over de invloed van Wmo-raden. De resultaten presenteren we aan de hand van de drie vormen van invloed die wij onderscheiden als basis voor dit onderzoek: formele, feitelijke en beleefde invloed. Formele invloed Onder formele invloed verstaan we in dit rapport: de rol van Wmo-raden zoals die is vastgelegd in officiële beleidsstukken en verordeningen. Hierin zijn onder meer de bevoegdheden, status en ondersteuning weergegeven. Uit de literatuur blijkt dat veel Wmo-raden verordeningen kennen en hun taken zijn vastgelegd, of dat gemeenten hieraan werken (Penning, 2009; Nederland & Gülşen, 2008; Nederland e.a., 2009; Cromwijk, 2009). Daarmee is hun positie grotendeels formeel vastgelegd. Voor zover wij weten is er echter tot op heden geen onderzoek gedaan naar deze verordeningen zelf. Wat staat erin en hoe werken ze in de praktijk? Wat gebeurt er bijvoorbeeld als niet voldaan wordt aan de in de verordening geregelde verhoudingen tussen gemeente en Wmo-raad? Feitelijke invloed Feitelijke invloed kan omschreven worden als het resultaat van de inzet van de Wmo-raad. Worden adviezen serieus genomen en/of overgenomen? Veranderen beleidsstukken daadwerkelijk op basis Utrecht, 1 februari 2010 * Wmo-raden in beeld 11

12 van de door de Wmo-raad uitgebrachte adviezen? Hoe wordt de inzet van de Wmo-raad zichtbaar in de praktijk? Deze feitelijke invloed is, zo blijkt uit de onderzoeken, niet zomaar gemakkelijk vast te stellen. Hier zijn een aantal redenen voor. Het beleidsproces duurt lang en bestaat uit verschillende fasen. Adviezen worden na een informeel advies vaak ambtelijk verwerkt in stukken, zodat de inbreng van de Wmoraad niet duidelijk traceerbaar is. Sommige beleidsvelden zijn in meer of mindere mate overgeheveld naar intergemeentelijke samenwerkingsverbanden waarop de gemeentelijke Wmo-raad veel minder invloed heeft. Daarnaast hebben leden van Wmo-raden (informele) contacten met andere partijen binnen de gemeente, bijvoorbeeld de gemeenteraad. Penning (2009) geeft aan dat Wmo-raden willen dat gemeenten vaker terugkoppelen wat zij gedaan hebben met het advies van de Wmo-raad. In het onderzoek Zelfevaluatie van Wmo-raden geeft 40% aan dat hierover niet tijdig wordt teruggekoppeld door de gemeente (Nederland e.a., 2009). Ook de Wmo-raden zelf hebben dus slecht zicht op hun feitelijke invloed. Beleefde invloed Beleefde invloed is, anders dan de andere vormen van invloed, wel vaker onderzocht (Nederland & Gülşen, 2008; Nederland e.a., 2009; Penning, 2009; Cromwijk, 2009). Uit deze onderzoeken blijkt dat leden van Wmo-raden zich serieus genomen voelen door de gemeente. Penning (2009) noemt het woord vertrouwen tussen Wmo-raadsleden en de gemeenten. Het Verwey-Jonker Instituut (2008) spreek van opvallend goed : uit de zelfevaluatie blijkt dat 58% van de raden tevreden is over wat er met adviezen gebeurt. Raden zijn vooral positief over de totstandkoming van het beleidsplan, de inhoud van de beleidsnota, individuele voorzieningen, individueel vervoer en het lokale loket. De raden zijn negatiever over cliëntgestuurde initiatieven, OGGZ/maatschappelijke opvang, herindicatie en hulp bij het huishouden en inkoop hulp bij het huishouden. Dit kan erop wijzen dat er onderwerpen zijn waarover de Wmo-raad meer te zeggen heeft dan over andere onderwerpen. Dit beeld wordt bevestigd uit de resultaten van de zelfevaluatie van het Verwey-Jonker Instituut uit Dat Wmo-raden zich serieus genomen voelen, betekent niet dat alle adviezen worden overgenomen. Ook lopen leden van Wmo-raden tegen barrières aan die de invloed beperken (Cromwijk, 2009). Dit kunnen politieke, financiële of ambtelijke barrières zijn. Wmo-raden gaan verschillend met deze barrières om. Zo zijn er Wmo-raden die via andere wegen invloed proberen uit te oefenen, door bijvoorbeeld het inschakelen van de pers en door contact te leggen met leden uit de gemeenteraad (Penning, 2009). Invloed op landelijk niveau Potting (2009) deed onderzoek naar de invloed van landelijke patiënten- en cliëntenorganisaties op de totstandkoming van de wetstekst van de Wmo. In haar conclusies gaat ze in op de betekenis van haar bevindingen voor lokale Wmo-raden. Een belangrijke voorwaarde voor de succesvolle landelijke lobby was de samenwerking tussen vijftien organisaties. Daardoor lukte het om een overtuigende groep te vormen waar Tweede Kamer en ministerie moeilijk omheen konden. Potting stelt dat een zekere professionele afstandelijkheid noodzakelijk is bij dergelijke samenwerking. Ze vraagt zich af of lokale vertegenwoordigers, die zitting hebben in Wmo-raden, in staat zijn tot dergelijke afstandelijkheid. Net zoals op lokaal niveau waren ook in de landelijke lobby de traditionele belangenbehartigers (ouderen, gehandicapten) dominant. Hierdoor ging er veel aandacht uit naar de zorgkant van de Wmo, terwijl deze wet toch vooral een participatiewet, en daarmee een welzijnswet is. Door die nadruk op de zorgkant verdween het welzijnsaspect buiten beeld. De welzijnssector bleek onvoldoende georganiseerd om een eigen geluid te laten horen. Potting vreest dat dit ook op lokaal niveau zal Utrecht, 1 februari 2010 * Wmo-raden in beeld 12

13 gebeuren. Voor de welzijnssector is het van belang het eigenaarschap van de Wmo terug te winnen (Potting, 2009: 165). Ook moet het lokale welzijnswerk lokale belangenbehartigingorganisaties ondersteunen, die niet tot de traditionele (ouderen, gehandicapten) behoren. 2.3 Conclusies uit de voorstudie Samenvattend kan gezegd worden dat op basis van de bestaande onderzoeksrapporten geen bevredigend beeld ontstaat over de invloed van Wmo-raden. De onderzoeken geven belangrijke informatie over bevoegdheden, representativiteit en deskundigheid van Wmo-raden, maar onderzoek naar invloed blijkt lastig. Wanneer invloed wordt uitgesplitst in verschillende vormen van invloed, komt ook naar voren waar de gaten in kennis of de problemen van onderzoek zitten. Onderzoek naar invloed gaat vaak over beleefde invloed. Gemeenteambtenaren maar vooral leden van Wmo-raden worden geënquêteerd of geïnterviewd. Daarbij wordt naar hun mening of ervaring gevraagd. De leden van Wmo-raden hebben weinig zicht op wat feitelijk hun invloed is. Conclusies van onderzoeken naar invloed komen tot nu toe niet veel verder dan: Leden van Wmo-raden voelen zich serieus genomen. Deze beleefde invloed is niet minder van belang dan de andere vormen, maar geeft geen compleet beeld van de invloed. Het belicht slechts één aspect van invloed. Formele en vooral feitelijke invloed zijn lastiger vast te stellen. Op grond van deze bevindingen, komen we voorlopig tot een aantal conclusies over hoe invloed van Wmoraden vastgesteld zou kunnen worden. Over beleefde invloed is bekend dat de nadruk vooral ligt op de beleving van de Wmo-raadsleden. Om een beter beeld te krijgen van deze vorm van invloed zal echter niet alleen naar de beleving van Wmoraadsleden gekeken moeten worden, maar ook naar de beleving van de andere betrokken actoren. Bijvoorbeeld gemeenteambtenaren, politici, vertegenwoordigde doelgroepen, maar ook nietvertegenwoordigde doelgroepen. Door de beleving van de verschillende actoren naast elkaar te leggen kan een meer geobjectiveerd, completer beeld ontstaan. Over formele invloed is geconcludeerd dat deze in veel gevallen is vastgelegd in verordeningen. Om een beter beeld te krijgen van formele invloed is het dus raadzaam om deze verordeningen zelf onder de loep te nemen. Vragen die daarbij centraal kunnen staan zijn: welke rol wordt toegedicht aan de Wmo-raad? Staat er iets in over terugkoppeling van adviezen? Worden adviezen openbaar gemaakt? In welke fase van het beleidsproces moet de advisering plaatsvinden? Feitelijke invloed blijkt het moeilijkst vast te stellen. Veel factoren moeten daarbij in ogenschouw worden genomen. Ten eerste impliciete invloed, wat wil zeggen dat beleidsmakers anticiperen op het advies van de Wmo-raad. Ten tweede de invloed van adviezen. Deze kan gemeten worden door het naast elkaar leggen van beleidsstukken voor en na de advisering van de Wmo-raad. Ten derde is het mogelijk om te kijken hoeveel adviezen wel of gedeeltelijk worden overgenomen. De vraag is echter wat de betekenis is van de opbrengsten van dergelijk onderzoek. Is het de bedoeling dat zo veel mogelijk adviezen worden opgevolgd? Of gaat het er vooral om dat er serieus geluisterd wordt naar de Wmo-raad? Het staat het College vrij om op grond van eigen overwegingen te besluiten een advies niet of gedeeltelijk op te volgen. En het is uiteindelijk de gemeenteraad die beslist. Misschien moet onderzoek naar feitelijke invloed vooral gericht zijn op het belang dat aan adviezen gehecht wordt. Wat gebeurt er met de adviezen? En wie neemt de adviezen ter harte? Is dat alleen de contactambtenaar, of zijn dat bijvoorbeeld ook gemeenteraadsleden? Van één partij of van meerdere politieke partijen? Misschien moet de leidende vraag voor dit gedeelte van het onderzoek zijn: leden van Wmo-raden voelen zich serieus genomen, wórden ze ook serieus genomen? Utrecht, 1 februari 2010 * Wmo-raden in beeld 13

14 De bevindingen uit deze voorstudie zijn leidend geweest voor de opzet en uitvoering van ons veldonderzoek. Vanwege het vaak eenzijdige beeld is in dit veldonderzoek gekozen om niet alleen met leden van de Wmo-raad te spreken, maar ook met de gemeenteambtenaar, die ook aanwezig was bij het gesprek. Daarnaast is naar aanleiding van de voorstudie gekozen om niet één vorm, maar de drie verschillende vormen van invloed onder de loep te nemen. Naast beleefde invloed hebben we ook formele en feitelijke invloed onderzocht. Door de drie vormen van invloed naast elkaar te leggen, kan een completer beeld gegeven worden van de totale invloed die Wmo-raden op dit moment hebben binnen hun eigen gemeente. In het volgende hoofdstuk worden de resultaten van deze veldstudie weergegeven. Utrecht, 1 februari 2010 * Wmo-raden in beeld 14

15 3 Veldonderzoek: Wmo-raden in zes gemeenten De voorstudie gaf een eerste inzicht in de aspecten die van belang zijn voor het vaststellen van de formele, feitelijke en beleefde invloed van Wmo-raden. De gesprekken met Wmo-raden en ambtenaren in zes gemeenten hebben dit inzicht verdiept en tegelijkertijd verbreed. De resultaten die hierna besproken worden, geven een beeld van vraagstukken die een rol spelen bij onderzoek naar de invloed van Wmo-raden. Tegelijk helpen de gesprekken en de hieronder weergegeven informatie om een stap verder te komen in het bepalen van welke factoren die invloed (mede)bepalen. Deze hierna uitgewerkte onderwerpen kwamen uit de groepsgesprekken naar voren als bepalend voor de invloed van Wmo-raden. In het volgende (vierde) hoofdstuk worden deze onderwerpen vervolgens in verband gebracht met de door ons onderscheiden drie vormen van invloed. 3.1 Opzet van de Wmo-raden Zoals de Wmo voortkomt uit verschillende wetten als de WvG, AWBZ en Welzijnswet, komen veel Wmo-raden voort uit bestaande adviesorganen voor de doelgroepen van ouderen en gehandicapten. De onderzochte Wmo-raden hebben gemeenschappelijk dat ze in een vroeg stadium van de Wmo zijn opgericht. In sommige gemeenten is al voordat de wet van kracht werd nagedacht over de gemeentelijke invulling van het beleid met hulp van de toen al bestaande (onafhankelijke) adviesorganen of belangenorganisaties. In de startfase van de Wmo-raad is in vijf van de zes onderzochte gemeenten een verordening opgesteld. In één gemeente door de gemeente en de Wmo-raad samen, in drie gemeenten door de gemeente en in één gemeente door de Wmo-raad zelf. In de gemeente Veenendaal heeft de Wmoraad in samenwerking met de gemeente een protocol opgesteld. Dit protocol is vergelijkbaar met de verordeningen in de andere gemeenten. Naast de verordeningen hebben twee Wmo-raden aanvullend een eigen huishoudelijk reglement. Eén gemeente heeft de wens een dergelijk huishoudelijk reglement op te stellen. Zo n huishoudelijk reglement is een praktische uitwerking van de verordening en de werkwijze van (de leden van) de Wmo-raad. Eén Wmo-raad heeft zelf geen huishoudelijk reglement, maar een werkplan opgesteld naast de verordening die er al lag vanuit de gemeente. In de verordeningen liggen de afspraken vast over het samenstellen en functioneren van de Wmo-raad in grote lijnen. De afspraken gaan over: de rol en taak die de Wmo-raad heeft in de gemeente; de vorm van de Wmo-raad; de werving en aanstelling van de Wmo-raadsleden; de wijze van ondersteuning vanuit de gemeente; de wijze en het moment van advisering van de Wmo-raad naar de gemeente. Wat er in de verordeningen staat, komt bij de volgende paragrafen aan de orde, waar deze thema s de revue passeren. In de startfase van de Wmo-raden gaven de verordeningen een kader voor het functioneren. En nog steeds is dat het geval, maar uit de gesprekken blijkt ook dat de verordeningen in de praktijk niet strikt nageleefd worden. Sommige zaken blijken moeilijk haalbaar, zoals het krijgen van een representatieve vertegenwoordiging van alle doelgroepen van de Wmo. De praktische (on)haalbaarheid van sommige afspraken in de verordening, heeft er in de gemeenten Ronde Venen, Veenendaal, Zoetermeer en Utrecht, 1 februari 2010 * Wmo-raden in beeld 15

16 Lochem toe geleid dat de verordening is bijgesteld. Of in andere gemeenten dat er in een ander document officieel afspraken zijn vastgelegd die beter aansluiten bij de praktijk. 3.2 Rol en functie van de Wmo-raad In de verordeningen staat als belangrijkste taak van Wmo-raden het adviseren van het college van B&W over maatschappelijke ondersteuning. Wmo-raden zien dit zelf ook als een belangrijke rol. Een Wmo-raad kan deze rol goed oppakken, omdat (nog steeds volgens de verordeningen) het advies van de raad niet zomaar van een aantal burgers komt, maar van de doelgroepen van de Wmo. Direct of indirect moeten deze in de Wmo-raad vertegenwoordigd zijn. De achterbanvertegenwoordiging vraagt van de leden van de Wmo-raad dat zij een dubbele informatiefunctie vervullen. Enerzijds geven ze informatie over de doelgroepen door aan de gemeente, anderzijds koppelen ze informatie van de gemeente terug aan de achterban. Dit kan direct als afgevaardigde van een doelgroep of indirect via het eigen netwerk in het geval ze op individuele titel zitting nemen in de raad. Deze informatie- en signaleringsfunctie worden ook specifiek in de verordeningen benoemd als andere belangrijke taken van de Wmo-raad. Het adviseren van het college van B&W wordt concreet gemaakt door het gevraagd en ongevraagd adviseren van het college van B&W is in alle gevallen de hoofdtaak van de Wmo-raad. In sommige gemeenten houdt de Wmo-raad het hierbij, zoals in Bunnik en Lochem. In een aantal gemeenten bewandelen Wmo-raden daarnaast af en toe ook andere, minder formele wegen om hun opvattingen te verspreiden. Ze nemen bijvoorbeeld contact op met gemeenteraadsleden of ze informeren de raadsfracties. Dit doen ze dan als Wmo-raad. In De Ronde Venen hebben dergelijke acties wel degelijk geleid tot een grotere invloed op het beleid, menen de Wmo-raadsleden en de ambtenaar. Maar hoewel deze minder formele wegen weleens bewandeld worden, geven alle bevraagde Wmo-raden wel aan voorzichtig te willen zijn met deze werkwijze. De Wmo-raad is volgens hen geen actiegroep, maar een officieel adviesorgaan. Liever worden formele lijnen aangehouden. Informele lijnen worden in enkele gevallen als noodmiddel gezien. 3.3 Samenstelling en relatie met de achterban De Wmo-raad vertegenwoordigt doelgroepen van de Wmo, maar de aard van de relatie van Wmoraadsleden met hun achterbannen verschilt per gemeente. In vijf van de zes gemeenten is gekozen voor onafhankelijke leden die op individuele titel zitting hebben in de Wmo-raad. De leden zijn in dit geval geen formele vertegenwoordigers en hoeven geen verantwoording aan hun achterban af te leggen. Er wordt van Wmo-raden verwacht dat de leden gezamenlijk de achterban van (kwetsbare) doelgroepen vertegenwoordigen. Bij de selectieronde van leden voor de lokale Wmo-raad is en wordt goed gekeken naar wie er zitting krijgen in de Wmo-raad. De specifieke doelgroepen die binnen de Wmo aandacht krijgen, zijn daarbij in het oog gehouden. Dit zijn onder andere ouderen, jongeren, mensen van allochtone afkomst, mensen met een fysieke of geestelijke beperking, mantelzorgers en vrijwilligers. Kijkend naar de samenstelling van de Wmo-raden in de zes onderzochte gemeenten, zijn de meeste doelgroepen wel vertegenwoordigd door een persoon. In de praktijk blijken de doelgroepen jongeren en allochtonen echter moeilijk te betrekken. Dit blijkt ook uit de zelfevaluatie van Wmo-raden van het Verwey-Jonker Instituut (Nederland e.a., 2009). Wmo-raadsleden geven aan dat het niet altijd Utrecht, 1 februari 2010 * Wmo-raden in beeld 16

17 makkelijk is om gemotiveerde leden te vinden. Er wordt een zekere kennis, expertise en tijdsinvestering gevraagd van Wmo-raadsleden. Met name voor het vinden van een Wmo-raadslid vanuit de doelgroepen jongeren en allochtonen is dit een bepalende factor volgens de Wmoraadsleden. Opvallend is dat bij navraag naar vertegenwoordiging van doelgroepen Wmo-raden ook aangeven niet meer teveel te willen groeien. In verordeningen is de grootte van Wmo-raden vastgelegd, vaak rond zo n mensen. Het betrekken van nieuwe leden zou de groep erg groot maken, wat niet als wenselijk werd beschouwd door leden van de Wmo-raden. De vraag is of er om die reden neergelegd moet worden bij een ontbrekende schakel in vertegenwoordiging. De voorzitter vertegenwoordigt in geen van de zes gevallen een specifieke doelgroep. In deze zes gemeenten is gekozen voor een onafhankelijk voorzitter. Het verschil tussen Veenendaal en de andere bevraagde gemeenten is dat in Veenendaal de achterbanraadpleging formeel plaats vindt via organisaties en in de andere gemeenten, waar leden op individuele titel deelnemen, via het informele netwerk van de individuele Wmo-raadsleden. Elk lid van het Wmo-forum heeft officieel een organisatie achter zich. De leden van het Wmo-forum koppelen terug naar hun achterban via de platforms en organisaties, zoals weergegeven in kader 3.1. Op die manier staat er achter het Wmo-forum een breed scala aan organisaties die op hun beurt een groot deel van de achterban en dus de vragers van de Wmo bereiken. Tegelijk kunnen zij gemakkelijk signalen doorspelen naar het Wmo-forum, waarmee ook de signalerende functie goed tot uiting kan komen. Kader 3.1 Achterbanvertegenwoordiging binnen Wmo-forum Vertegenwoordigde organisaties in Wmo-forum te Veenendaal Adviesraad diversiteitsbeleid Cliëntenraad Werk en Inkomen Seniorenplatform Veenendaal Veense Jongerenraad Veense Vrouwenraad Servicepunt GGZ Veenendaal Cliëntenraad Vitras/CMD Lokaal Diaconaal Platform Mantelzorgplatform NPV, afdeling Veenendaal Oudervereniging Helpende Handen' Oudervereniging Op weg met de ander Vertegenwoordiging chronisch zieken 3.4 Samenwerking met de gemeente Dat Wmo-raden en gemeenten met elkaar te maken hebben, zal duidelijk zijn. Maar uit dit onderzoek wordt ook duidelijk dat de Wmo-raden verschillende posities innemen ten opzichte van de gemeente. In sommige gemeenten wordt er bewust afstand bewaard tussen de Wmo-raad en de gemeente. In Utrecht, 1 februari 2010 * Wmo-raden in beeld 17

18 andere gemeenten is er juist sprake van nauwe samenwerking. Deze mate van afstand tussen de gemeente en de Wmo-raad wordt bepaald door de interpretatie van onafhankelijkheid en heeft gevolgen voor het functioneren en de invloed van de Wmo-raad. Zo vat men in Lochem de onafhankelijkheid strikt op. De raad wil om de onafhankelijkheid te bewaken geen ambtelijke ondersteuning vanuit de gemeente. Deze Wmo-raad vergadert buiten het gemeentehuis en heeft een eigen website die geen deel uitmaakt van de website van de gemeente. Als reden voor deze strikte scheiding noemt de Wmo-raad dat ze vrij willen kunnen brainstormen en adviseren. De ambtenaar van de gemeente Lochem geeft aan deze vorm van onafhankelijkheid te waarderen. De vijf andere onderzochte Wmo-raden zijn weliswaar onafhankelijk maar zijn minder strikt in hun opvatting over deze onafhankelijkheid. Ze bewaren minder afstand tot de gemeente. Deze raden maken wel gebruik van de faciliteiten van de gemeente. Ze vergaderen in het gemeentehuis en ze ontvangen (graag) ambtelijk ondersteuning. De ambtelijke ondersteuning wordt verschillend ingevuld. In Wijk bij Duurstede zorgt de ambtelijk ondersteuner er specifiek voor dat de Wmo-raad in een vroeg stadium wordt betrokken, dat de raad de juiste informatie krijgt en dat de Wmo-raad een belangrijke rol heeft in het ontwikkelen van het beleid. In Zoetermeer heeft de ambtelijk ondersteuner een grotere rol, waarvoor vanuit de gemeente ook meer uren gefaciliteerd zijn. Deze ambtenaar vormt niet alleen de schakel naar de gemeente, maar schrijft ook de adviezen van de Wmo-raad die aan het college van B&W gericht zijn. Ambtelijke ondersteuning is voor een aantal Wmo-raden belangrijk, maar nog belangrijker is dat er een duidelijke schakel naar de gemeente is. Cruciaal is, zo geven ambtenaren en Wmo-raden uit de zes gemeenten aan, dat er één vast contactpersoon is vanuit de gemeente die een overview over het brede terrein van de Wmo heeft. Een wisseling van contactpersonen en ambtenaren lastig is. Eén vast aanspreekpunt binnen de gemeente schept duidelijkheid en korte lijnen. Het bevordert de onderlinge communicatie over advisering, signalering en terugkoppeling van uitgebrachte adviezen. Hier is in verordeningen een vaste termijn aangesteld, zo rond de drie werkweken. Wanneer een vast aanspreekpunt ontbreekt, is deze terugkoppeling niet altijd op tijd, zo laat de praktijk zien. Een vast aanspreekpunt komt de afstemming en samenwerking ten goede, wat volgens de raadsleden een positieve uitwerking heeft op de doorwerking van uitgebrachte adviezen. De manier waarop contact met de gemeente is georganiseerd, bepaalt mede de beleving van Wmoraadsleden. Als er een vast aanspreekpunt is voelt men zich verhoudingsgewijs serieuzer genomen. Dat blijkt onder andere uit het feit dat de raadsleden in Bunnik over de tijd dat er geen vaste contactpersoon was en men de relatie, samenwerking en invloed als niet voldoende beschouwt. Dit vaste gemeentelijk aanspreekpunt kan op verschillende manieren ingevuld worden. Soms loopt dit contact alleen via de ambtelijk ondersteuner, maar dat is voor de betreffende ondersteuner een lastige positie. Op andere plaatsen is, om de scheiding duidelijk te houden, een specifieke Wmo-verantwoordelijk ambtenaar het aanspreekpunt vanuit de gemeente. Soms verschijnen ambtenaren in de Wmo-raad om hun beleidsstukken toe te lichten en deze met elkaar te bespreken. Naast het contact met ambtenaren, hebben de onderzochte Wmo-raden ook contact met de verantwoordelijk wethouder. Deze is dan één of twee keer per jaar bij een vergadering aanwezig of de voorzitter heeft contact met de wethouder. Dit wordt door de Wmo-raadsleden gewaardeerd, juist omdat de adviezen uiteindelijk aan de wethouders (en burgemeester) gericht zijn. Utrecht, 1 februari 2010 * Wmo-raden in beeld 18

19 Gekeken vanuit het gemeentelijk perspectief valt op dat de afstand tot de Wmo-raad soms bewust, soms onbewust groter is dan gewenst. De ambtenaren uit dit onderzoek geven aan dat lang niet alle, op sommige plekken zelfs veel collega-ambtenaren de Wmo-raad nog niet op het netvlies hebben. Volgens de ambtenaren moeten de collega s zich meer bewust worden (gemaakt) van het bestaan van de Wmo-raad en hen betrekken bij beleid dat de Wmo raakt. Maar ambtenaren moeten wennen aan de Wmo-raad en vergeten in de dagelijkse drukte de Wmo-raad om advies te vragen. Er zijn ook ambtenaren die de Wmo-raad op dit moment nog meer als verplichting zien. Dat wordt als jammer en gemiste kans ervaren door zowel ambtenaren als raadsleden. Het is tijd voor een bewustwordingsproces en cultuurverandering waarbij men de Wmo-raad leert zien als waardevolle toevoeging die kan meehelpen aan het realiseren van inhoudelijk goed beleid en kan helpen bij het creëren van meer draagvlak van het beleid. 3.5 Gevraagd en ongevraagd advies De kern van het werk van Wmo-raden is het uitbrengen van adviezen. Dit kunnen gevraagde of ongevraagde adviezen zijn. In de onderzochte gemeenten zijn in de eerste jaren van de Wmo vooral gevraagde adviezen uitgebracht. Het aantal uitgebrachte adviezen verschilt sterk per gemeente. In Veenendaal zijn tientallen, voornamelijk gevraagde adviezen uitgegeven. In Lochem zijn er sinds de oprichting van de Wmo-raad (juli 2008) twaalf gevraagde en twee ongevraagde adviezen uitgebracht. De Wmo-raad van Wijk bij Duurstede heeft er zo n 40 uitgebracht, waarvan geen enkel ongevraagd advies was. Dit heeft volgens raadsleden en ambtenaar vooral te maken met feit dat de gemeente en de Wmo-raad samen beleid maken. In de Ronde Venen heeft de Wmo-raad tot voor kort altijd alleen gevraagd advies gegeven, maar nu geeft men ook ongevraagde adviezen. In de gemeente Zoetermeer werd de Wmo-raad het eerste jaar vaak gevraagd om advies, maar later niet meer. De Wmo-raad is toen meer ongevraagde adviezen uit gaan brengen. Dat er in de eerste jaren vooral veel gevraagde adviezen uitgebracht zijn, is goed te verklaren. In de eerste jaren van de Wmo werd er veel beleid ontwikkeld en werden Wmo-raden gevraagd om al de plannen te reageren. Nu deze beleidsdrukte voorbij is, hebben de Wmo-raden tijd om na te denken over hoe men nu verder wil. Er is ook tijd om adviezen uit te brengen over thema s waarop ze niet door de gemeente gevraagd zijn advies uit te brengen. Men ziet in dat het geven van ongevraagde adviezen kansen biedt. Wanneer een Wmo-raad alleen gevraagde adviezen geeft kan het zijn dat men beperkt blijft tot de thema s die de gemeente op de agenda heeft. Met het geven van ongevraagde adviezen probeert de Wmo-raad thema s die voor de gebruikers van de Wmo belangrijk zijn, op de gemeentelijke beleidsagenda te krijgen. In verschillende gemeenten is te zien dat Wmo-raden zich bezinnen op wat ze zelf belangrijk vinden en steeds meer een eigen agenda maken. 3.6 Thema s van advisering Bij navraag over de invloed van Wmo-raden, kwam tijdens de groepsgesprekken ook naar voren dat de thematiek van advisering meespeelt. De invloed die de Wmo-raad heeft is niet op ieder thema altijd even groot. Over de thema s van advisering vallen een aantal dingen te zeggen. Zoals in de vorige paragraaf al naar voren kwam, hebben de Wmo-raden in de beginjaren vooral veel gevraagde adviezen gegeven. Ze reageerden voornamelijk op vragen van de gemeente. Bekend is ook dat gemeenten over het algemeen de eerste jaren van de Wmo gefocust waren op het regelen van Utrecht, 1 februari 2010 * Wmo-raden in beeld 19

20 individuele voorzieningen en andere voorzieningen voor kwetsbare burgers. Onder andere de prestatievelden 4, 5 en 6 kregen veel gemeentelijke aandacht. Omdat de Wmo-raden vooral gevraagd advies gaven, waren zij ook gefocust op beleid rond deze thema s. Andere deelthema s van de Wmo zijn door Wmo-raden niet altijd uitgebreid voorzien van advies. De invloed is daarmee niet op alle beleidsthema s even groot. Uit de gesprekken in dit onderzoek blijkt wel dat er nu, na enkele jaren gefunctioneerd te hebben als Wmo-raad in samenwerking met de gemeente, meer ruimte komt voor nieuwe thema s. Bij zowel de Wmo-raden als bij de gemeente zelf. Wmo-raden zijn (soms aangespoord door het groepsgesprek) aan het nadenken over thema s die zij willen agenderen of waarop zij ongevraagd advies willen uitbrengen. Zo willen leden van de Wmo-raad in Bunnik meer aandacht voor openbare gezondheidszorg. En ook ambtenaren zien ook kansen voor meer inspraak of invloed van de Wmo-raad op andere thema s. Als de blik van de gemeente verruimt en/of als de Wmoraad meer op het netvlies van ambtenaren komt, zullen Wmo-raden op meer thema s gevraagd worden mee te denken. Een ander signaal dat in dit onderzoek naar voren kwam, is dat het voor Wmo-raden lastig is om op prestatievelden 7, 8 en 9 actief advies te geven. Dit zijn thema s die regionaal opgepakt worden en waarop de centrumgemeente een belangrijke rol speelt. En aangezien niet alle gemeenten centrumgemeente zijn, geven een aantal Wmo-raden van deze gemeenten heel duidelijk aan dat zij het lastig vinden te bepalen wat zij met deze prestatievelden moeten. Wat is hun rol bij regionaal beleid? Het is de vraag wat hun inspraak en invloed is op dergelijke regionale plannen. 3.7 Moment van advisering Een aspect dat medebepalend is voor de invloed van de Wmo-raad, is het moment van advisering. Wanneer een gemeente de Wmo-raad in een vroegtijdig stadium van beleidsontwikkeling betrekt, kan de Wmo-raad meer inhoudelijk bijdragen aan een beleidsstuk. De raad wordt daarmee coproducent van beleid. Wanneer de Wmo-raad in een later stadium wordt ingeschakeld, kan de raad adviseren over bijvoorbeeld een conceptversie van een beleidsnotitie. Als de Wmo-raad net voor de besluitvorming wordt ingeschakeld, dan blijft de beleidsparticipatie beperkt tot informeren. In kader 3.2 wordt de participatie aan de hand van de uitgewerkte participatieladder inzichtelijk gemaakt. Kader 3.2 Participatieladder Omschrijving Rol participant Geïnstitutionaliseerd Participatieladder Informeren Nietgeïnstitutionaliseerd Politiek en bestuur bepalen zelf de agenda voor besluitvorming en houden betrokkenen hiervan op de hoogte. Zij maken geen gebruik van de mogelijkheid om betrokkenen een inbreng te geven in de beleidsontwikkeling Toehoorder Informatieavonden, wijkkranten Conferenties, debat, excursie, tentoonstellingen, campagnes, portiekgesprekken. Utrecht, 1 februari 2010 * Wmo-raden in beeld 20

Van Wmo-adviesraad naar een Adviesraad Sociaal Domein Katwijk

Van Wmo-adviesraad naar een Adviesraad Sociaal Domein Katwijk Van Wmo-adviesraad naar een Adviesraad Sociaal Domein Katwijk met lokale en regionale cliëntenraden, patiëntenverenigingen en belangengroepen De burger als adviseur van gemeenten 7 oktober 2015 Den Haag

Nadere informatie

Inventarisatie van Wmo-raden 2012 - de uitgewerkte antwoorden -

Inventarisatie van Wmo-raden 2012 - de uitgewerkte antwoorden - Inventarisatie van Wmo-raden 2012 - de uitgewerkte antwoorden - 27-9-2012 Vooraf De jaarlijkse inventarisatie van de Koepel van Wmo-raden onder Wmo-raden heeft ook in 2012 een goede respons gekregen. Uitgezet

Nadere informatie

Zelfevaluatie Wmo-raden 2014

Zelfevaluatie Wmo-raden 2014 Zelfevaluatie Wmo-raden 2014 Deze evaluatie is gericht op het functioneren van de Wmo-raad tot nu toe: doen we de goede dingen? En doen we die dingen op de goede manier? Daarmee krijgt u zicht op het huidige

Nadere informatie

Regeling burgerparticipatie Wet Maatschappelijke Ondersteuning

Regeling burgerparticipatie Wet Maatschappelijke Ondersteuning Burgemeester en wethouders van de gemeente Hellendoorn gelet op de verplichting tot burgerparticipatie in het kader van de artikel 1 1 en 1 2 van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning gelet op artikel

Nadere informatie

postbusŵgemëeñfeňoořdëľnveldľnl- uèťheenïe NOORDENVELD

postbusŵgemëeñfeňoořdëľnveldľnl- uèťheenïe NOORDENVELD G E M E E N T E R15.00047 III N O O R D E N V E L D B E Z O E K A D R E S t Raadhuisstraat 1 9301 AA Roden P O S T A D R E S Ť Postbus 109 9300 AC Roden î W E B S I T E / E - M A I L t www.gemeentenoordenveld.nl

Nadere informatie

VERORDENING WMO ADVIESRAAD SCHIEDAM

VERORDENING WMO ADVIESRAAD SCHIEDAM VERORDENING WMO ADVIESRAAD SCHIEDAM Vastgesteld: 19 juli 2007 VR2007/075 Inwerking: 01 augustus 2007 Artikel 1 Begripsomschrijvingen a. de gemeente: Schiedam b. de raad: de gemeenteraad van de gemeente

Nadere informatie

Verslag basiscursus Wmo d.d. 12 april 2013 LSR in (Utrecht)

Verslag basiscursus Wmo d.d. 12 april 2013 LSR in (Utrecht) Verslag basiscursus Wmo d.d. 12 april 2013 LSR in (Utrecht) De vier cursisten, die aanwezig waren, begonnen zich aan elkaar voor te stellen onder leiding van de cursusleidster. Van de vier cursisten waren

Nadere informatie

Verordening Sociale Adviesraad Waalwijk 2016

Verordening Sociale Adviesraad Waalwijk 2016 De raad van de gemeente Waalwijk; Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 22 maart 2016; Gelet op de Gemeentewet, artikel 149 en gelet op de cliënten- en burgerparticipatie

Nadere informatie

VERORDENING ADVIESRAAD SOCIAAL DOMEIN

VERORDENING ADVIESRAAD SOCIAAL DOMEIN VERORDENING ADVIESRAAD SOCIAAL DOMEIN De raad van de gemeente... overwegende dat er een verordening adviesraad sociaal domein moet komen, gelet op artikel 47 van de Participatiewet, artikel 2.1.3 derde

Nadere informatie

Nr.: 6 Onderwerp: Vaststellen Verordening Wmo-raad Lopik. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d.

Nr.: 6 Onderwerp: Vaststellen Verordening Wmo-raad Lopik. gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. Nr.: 6 Onderwerp: Vaststellen Verordening Wmo-raad Lopik De raad van de gemeente Lopik; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 17 november 2009; gehoord hebbende de inspraakreactie in

Nadere informatie

Adviesraad Wmo Arnhem Jaarplan 2017

Adviesraad Wmo Arnhem Jaarplan 2017 Adviesraad Wmo Arnhem Jaarplan 2017 1 Inhoudsopgave Pagina 1. Voorwoord 3 2. Missie, visie en uitgangspunten van de Adviesraad Wmo 2.1 De Verordening adviesraad Wmo 4 2.2 Missie 4 2.3 Visie 4 2.4 Uitgangspunten

Nadere informatie

18 nov Postreg.nr. Directeur: Tel.nr K. Burger

18 nov Postreg.nr. Directeur: Tel.nr K. Burger Voorstel voor de gemeenteraad Voorstelnummer V.2008-114 Datum: Behandelend F.A. Linthorst ambtenaar 18 nov. 2008 Postreg.nr. Directeur: Tel.nr 0345-636292 K. Burger ONDERWERP: Adviesraad Wet maatschappelijke

Nadere informatie

Informatienota voor de gemeenteraad

Informatienota voor de gemeenteraad Informatienota voor de gemeenteraad Datum 2 februari 2016 Behandelend ambtenaar P. Wieggers Team Sociaal Beleid Portefeuillehouder J.H.A.P. Sluiter/H.W.M. Witjes Registratienummer 16RDS00046 *16RDS00046*

Nadere informatie

B&W-Aanbiedingsformulier

B&W-Aanbiedingsformulier B&W.nr. 06.1256 d.d. 7 november 2006 B&W-Aanbiedingsformulier Onderwerp Uitgangspunten voor een Adviesraad WMO Leiden BESLUITEN Behoudens advies van de commissie OWZ 1.a. voor inspraak vast te stellen

Nadere informatie

Toelichting op de Regeling cliëntenparticipatie Rijswijk

Toelichting op de Regeling cliëntenparticipatie Rijswijk Toelichting op de Regeling cliëntenparticipatie Rijswijk Inleiding De Wmo, Participatiewet en Wsw hebben allen als doel meedoen aan de samenleving. Deze wetten geven aan dat cliëntgroepen dan wel hun vertegenwoordigers

Nadere informatie

Onderzoeksopzet wijkplatforms gemeente Barneveld

Onderzoeksopzet wijkplatforms gemeente Barneveld Onderzoeksopzet wijkplatforms gemeente Barneveld December 2011 1. Inleiding In 2003 bezocht de burgemeester van de gemeente Barneveld samen met de politie en de woningstichting de dorpskernen van de gemeente

Nadere informatie

Regeling Adviesraad Wmo gemeente Hardenberg

Regeling Adviesraad Wmo gemeente Hardenberg No. 2007/JKNE/123168 Onderwerp: Regeling Adviesraad Wmo. Burgemeester en Wethouders van de gemeente Hardenberg; Overwegende dat het wenselijk is ten behoeve van de beleidsvorming en de uitvoering van de

Nadere informatie

Wet Maatschappelijke Ondersteuning ( Wmo) Wmo-raad Westland

Wet Maatschappelijke Ondersteuning ( Wmo) Wmo-raad Westland Wet Maatschappelijke Ondersteuning ( Wmo) Wmo-raad Westland Wmo Wie of wat is de Wmo? Wet maatschappelijke ondersteuning. Deze wet is op 1 januari 2007 ingevoerd. - Zorgt ervoor dat iedereen zo lang mogelijk

Nadere informatie

BELEIDSNOTITIE PARTICIPATIERAAD GEMEENTE VENRAY

BELEIDSNOTITIE PARTICIPATIERAAD GEMEENTE VENRAY BELEIDSNOTITIE PARTICIPATIERAAD GEMEENTE VENRAY INLEIDING Met ingang van 1 januari 2015 krijgen gemeenten een groot aantal taken overgeheveld, de zogeheten decentralisaties AWBZ-Wmo, de Jeugdwet en de

Nadere informatie

Doel WMO Werkwijze Wmo-adviesraad Visie Wmo-adviesraad Plannen. WMO adviesraad gemeente Landerd

Doel WMO Werkwijze Wmo-adviesraad Visie Wmo-adviesraad Plannen. WMO adviesraad gemeente Landerd Gemeente Landerd Doel WMO Werkwijze Wmo-adviesraad Visie Wmo-adviesraad Plannen Wettelijke verplichting Wmo Adviesraad Convenant Plichten Bevoegdheden Verantwoordelijkheden 1. De leefbaarheid van de gemeente

Nadere informatie

Geef inhoud aan gemeentelijk beleid

Geef inhoud aan gemeentelijk beleid Geef inhoud aan gemeentelijk beleid met kennis, advies en trainingen van MOVISIE Decentralisatie van de jeugdzorg, de overheveling van de functie- begeleiding uit de AWBZ, de komst van de Wet Werken naar

Nadere informatie

Verordening op de Wmo-raad Oude IJsselstreek

Verordening op de Wmo-raad Oude IJsselstreek De raad van de gemeente Oude IJsselstreek, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 oktober 2006, gelet op de artikelen 84 en 149 van de Gemeentewet en gelet op de Wet

Nadere informatie

Agendapunt: 12. Aan de gemeenteraad

Agendapunt: 12. Aan de gemeenteraad Bijlagen 015 17 november 015 nr. 41/8[Vul hier nr. in] reg.nr.intb-15-006 Bijlagen: -- Agendapunt: 1 Voorstel tot het vaststellen van de Verordening cliëntenparticipatie sociaal domein 016 Aan de gemeenteraad

Nadere informatie

Verordening Participatieraad Sociaal Domein 2015 gemeente Losser

Verordening Participatieraad Sociaal Domein 2015 gemeente Losser CVDR Officiële uitgave van Losser. Nr. CVDR371829_1 8 november 2016 Verordening Participatieraad Sociaal Domein 2015 gemeente Losser De raad van de gemeente Losser; gelezen het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Cliëntenperspectief op de compensatieplicht

Cliëntenperspectief op de compensatieplicht Cliëntenperspectief op de compensatieplicht De Wmo-adviesraad Leerdam heeft samen met MOVISIE een visiedocument opgesteld over het cliëntenperspectief op de compensatieplicht. De Wmo-adviesraad wilde een

Nadere informatie

uw partner in toegankelijkheid

uw partner in toegankelijkheid Overleg Lichamelijk Gehandicapten Amstelland uw partner in toegankelijkheid Werkplan OLGA 2012 1. Inleiding. a. Wat is OLGA? b. Overleg OLGA c. Aandacht! d. Bewustwording 2. Activiteiten 2012. a. Extern

Nadere informatie

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ADVIES RAAD BRUMMEN

VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ADVIES RAAD BRUMMEN Verordening Maatschappelijke Advies Raad 2015 Brummen VERORDENING MAATSCHAPPELIJKE ADVIES RAAD 2015 BRUMMEN Verordening Maatschappelijke Advies Raad 2015 Brummen Inhoudsopgave Artikel 1 Begripsomschrijving...

Nadere informatie

Adviesraad Sociaal Domein ADVIESRAAD GILZE EN RIJEN

Adviesraad Sociaal Domein ADVIESRAAD GILZE EN RIJEN Adviesraad Sociaal Domein ADVIESRAAD GILZE EN RIJEN Inleiding De Adviesraad Sociaal Domein is in de huidige opzet gestart sinds eind 2013. De wijze waarop voorheen de WMO raad was ingericht voldeed voor

Nadere informatie

ONDERZOEK GEBIEDSGERICHT WERKEN

ONDERZOEK GEBIEDSGERICHT WERKEN ONDERZOEK GEBIEDSGERICHT WERKEN Gemeente Oss November 2017 www.ioresearch.nl ONDERZOEKSVRAGEN 1. Hoe is het beleid rondom gebiedsgericht werken vormgegeven? 2. Wat zijn de ervaringen van de intern en extern

Nadere informatie

eflectietool Reflectietool Reflectietool Reflectietool Test jezelf op professioneel ondersteunen

eflectietool Reflectietool Reflectietool Reflectietool Test jezelf op professioneel ondersteunen eflectietool Reflectietool eflectietool Reflectietool eflectietool Reflectietool Test jezelf op professioneel ondersteunen Redactie: Marieke Haitsma en Corrie van Dam Eindredactie: afdeling communicatie

Nadere informatie

De raad van de gemeente Heemskerk; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 19 december 2017;

De raad van de gemeente Heemskerk; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 19 december 2017; Bekendmaking vaststelling beleid De raad van Heemskerk maakt bekend de Verordening participatie sociaal domein gemeente Heemskerk 2018 op 22 februari 2018 te hebben vastgesteld. De Verordening participatie

Nadere informatie

Het V.O.S.-model. De maatschappelijke rol van vrijwilligerscentrales

Het V.O.S.-model. De maatschappelijke rol van vrijwilligerscentrales Het V.O.S.-model De maatschappelijke rol van vrijwilligerscentrales Het V.O.S.-model De maatschappelijke rol van vrijwilligerscentrales Auteur(s) Datum MOVISIE Wendy Stubbe, Koos Berkelaar, Hanneke Mateman

Nadere informatie

Verordening Adviesraad sociaal domein Baarle-Nassau 2016

Verordening Adviesraad sociaal domein Baarle-Nassau 2016 Verordening Adviesraad sociaal domein Baarle-Nassau 2016 De raad van de gemeente Baarle-Nassau; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders; Gelet artikel 108 en 147 van de Gemeentewet,

Nadere informatie

Platform Maatschappelijke Ondersteuning Jaarverslag 2012

Platform Maatschappelijke Ondersteuning Jaarverslag 2012 Platform Maatschappelijke Ondersteuning Jaarverslag 2012 Jaar van 'oprichting' Wij behartigen uw belangen zodat ook u mee kunt doen! Platform Maatschappelijke Ondersteuning Opgericht: 20 juni 2012 Adres:

Nadere informatie

Samenvatting Klanttevredenheidsonderzoek Wmo en de Benchmarks Wmo resultaten over 2013

Samenvatting Klanttevredenheidsonderzoek Wmo en de Benchmarks Wmo resultaten over 2013 Samenvatting Klanttevredenheidsonderzoek Wmo en de Benchmarks Wmo resultaten over 2013 Klanttevredenheidsonderzoek Het KTO is een wettelijke verplichting wat betreft de verantwoording naar de Gemeenteraad

Nadere informatie

Jaarplan 2016. Adviesraad Sociaal Domein 1 Maart 2016. Jaarplan 2016

Jaarplan 2016. Adviesraad Sociaal Domein 1 Maart 2016. Jaarplan 2016 Adviesraad Sociaal Domein 1 Maart 2016 Inhoudsopgave Inleiding 1. Adviesraad Sociaal Domein 1.1 Doelstelling 1.2 Leden 1.3 Organisatie 1.4 Aandachtsgebieden 2. 2.1 Interne organisatie 2.2 Externe contacten

Nadere informatie

Wmo prestatieveld 4? Goed voor Elkaar!

Wmo prestatieveld 4? Goed voor Elkaar! Wmo prestatieveld 4? Goed voor Elkaar! Waarom Goed voor Elkaar? In de Wmo (Wet Maatschappelijke Ontwikkeling) is in prestatieveld 4 vastgelegd dat u als gemeente verantwoordelijk bent voor de ondersteuning

Nadere informatie

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 december 2017

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 december 2017 De raad van de gemeente Leusden; gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 12 december 2017 gelet op artikel 2.1.3, derde lid van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015,

Nadere informatie

Evaluatie nota vrijwilligerswerkbeleid Oostzaan. Aan de Waterkant 2008-2011

Evaluatie nota vrijwilligerswerkbeleid Oostzaan. Aan de Waterkant 2008-2011 Evaluatie nota vrijwilligerswerkbeleid Oostzaan Aan de Waterkant 2008-2011 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Evaluatiekader 3 1.2 Leeswijzer 3 2 Vrijwilligerswerk Oostzaan 4 2.1 De situatie toen 4 2.2 De

Nadere informatie

Verordening Wmo-adviesraad gemeente Molenwaard

Verordening Wmo-adviesraad gemeente Molenwaard Verordening Wmo-adviesraad gemeente Molenwaard Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Vastgesteld door Onderwerp Gemeente Molenwaard Verordening Wmo-adviesraad

Nadere informatie

Zelfregie en professionele toerusting. Kennis en advies: praktisch en toepasbaar

Zelfregie en professionele toerusting. Kennis en advies: praktisch en toepasbaar Zelfregie en professionele toerusting Kennis en advies: praktisch en toepasbaar Hulpverlening & Activering Voor iedere burger zijn zelfredzaamheid, meedoen in de maatschappij én contacten met anderen belangrijk.

Nadere informatie

Verordening Adviesraad Sociaal Domein gemeente Zwartewaterland 2015

Verordening Adviesraad Sociaal Domein gemeente Zwartewaterland 2015 Verordening Adviesraad Sociaal Domein gemeente Zwartewaterland 2015 Artikel 1 Begrippen 1. 3D s: de drie decentralisaties binnen het sociaal domein die leiden tot extra taken voor de gemeente per 1 januari

Nadere informatie

gezien het voorstel het voorstel van Burgemeester en wethouders d.d. 19 december 2017;

gezien het voorstel het voorstel van Burgemeester en wethouders d.d. 19 december 2017; man ETTEN LEUR De raad van de gemeente Etten-Leur; gezien het voorstel het voorstel van Burgemeester en wethouders d.d. 19 december 2017; gezien het amendement zoals ingebracht door de fracties van CDA,

Nadere informatie

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier stimuleringsprogramma BORGINGS lokaal centraal 2006-2008 gemeentelijk participatiedossier Lochem 1 Conclusies De Zorgbelangorganisaties Bron Kenniscentrum Sociaal Beleid Demografische gegevens (prognose)

Nadere informatie

Verordening burger- en cliëntparticipatie sociaal domein Delft

Verordening burger- en cliëntparticipatie sociaal domein Delft Verordening burger- en cliëntparticipatie sociaal domein Delft De Raad van de gemeente Delft, gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 9 februari 2016, Gelet op: artikel 149 van de gemeentewet,

Nadere informatie

Doel cliëntenparticipatie (Bergeijk, Bladel, Eersel en Oirschot)

Doel cliëntenparticipatie (Bergeijk, Bladel, Eersel en Oirschot) Verordening cliëntenparticipatie ISD de Kempen 2015 Artikel 1 Begripsbepalingen 1. Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als

Nadere informatie

De Wmo adviesraad en het gemeentelijk beleid

De Wmo adviesraad en het gemeentelijk beleid De Wmo adviesraad en het gemeentelijk beleid Alle hens aan dek Presentatie door Gerda van der Lee, Voorzitter Wmo adviesraad s-hertogenbosch 12 maart 2013 De Wet Maatschappelijke Ondersteuning wil dat

Nadere informatie

Jaarverslag Mantelzorg Adviesraad Zwolle

Jaarverslag Mantelzorg Adviesraad Zwolle Jaarverslag 2014 Mantelzorg Adviesraad Zwolle Inhoud 1. Voorwoord... 3 2. De Mantelzorg Adviesraad... 4 3. PR en communicatie... 4 4. Activiteiten... 4 5. Advisering... 5 6. Deskundigheidsbevordering...

Nadere informatie

GEMEENTEBLAD. Nr Verordening Adviesraad Sociaal Domein

GEMEENTEBLAD. Nr Verordening Adviesraad Sociaal Domein GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Rijswijk. Nr. 91877 7 juli 2016 Verordening Adviesraad Sociaal Domein De gemeenteraad van Rijswijk, Bijeen in openbare vergadering op 5 juli 2016 Gelezen het

Nadere informatie

JAARPLAN 2015 WMO ADVIESRAAD BOXTEL

JAARPLAN 2015 WMO ADVIESRAAD BOXTEL JAARPLAN 2015 WMO ADVIESRAAD BOXTEL 1 INLEIDING De Wmo Adviesraad is op basis van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning bij besluit van de gemeenteraad van 27-9-2007 (de z.g. participatieverordening) door

Nadere informatie

Bijlage 1 Vragenlijst websurvey

Bijlage 1 Vragenlijst websurvey Bijlage 1 Vragenlijst websurvey Wmo monitor 2011 - uw organisatie Vraag 1 Welk type organisatie vertegenwoordigt u? (meerdere antwoorden mogelijk) Professionele organisaties Welzijnsorganisatie Vrijwilligerscentrale

Nadere informatie

Plan van aanpak. Jongerenraad Moerdijk

Plan van aanpak. Jongerenraad Moerdijk Plan van aanpak Jongerenraad Moerdijk Inhoud Aanleiding... 3 Jongerengemeenteraad 2015... 3 Beleid... 3 Missie... 3 De rol van de jongerenraad in gemeente Moerdijk... 3 Wat heeft de jongerenraad nodig?...

Nadere informatie

Wijkraad Lent - Rekenkamer Nijmegen

Wijkraad Lent - Rekenkamer Nijmegen Wijkraad Lent - Rekenkamer Nijmegen Hieronder een eerste en tweede reactie van de Rekenkamer. 1 Bijlage: Ambitiedocument Burgerparticipatie met bijbehorende Verordening te downloaden via deze link. Eerste

Nadere informatie

Voorstel voor een Maatschappelijke Verkenning naar de beleving van het begrip Veiligheid door de inwoners van Maassluis

Voorstel voor een Maatschappelijke Verkenning naar de beleving van het begrip Veiligheid door de inwoners van Maassluis Voorstel voor een Maatschappelijke Verkenning naar de beleving van het begrip Veiligheid door de inwoners van Maassluis Het instrument Een Maatschappelijke Verkenning is een instrument voor de gemeenteraad

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders nr ;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders nr ; GEMEENTERAAD Onderwerp: Verordening cliëntenparticipatie sociaal domein Borger-Odoorn 2016 Registratienummer: 16.07022 De raad van de gemeente Borger-Odoorn; gelezen het voorstel van het college van burgemeester

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk is geen containerbegrip

Vrijwilligerswerk is geen containerbegrip Vrijwilligerswerk is geen containerbegrip De veranderende politieke en maatschappelijke verhoudingen resulteren in minder overheid en meer burger. Door de terugtredende overheid ontstaat er meer ruimte

Nadere informatie

9 WMO Wet Maatschappelijke Ondersteuning

9 WMO Wet Maatschappelijke Ondersteuning Over de auteur: Wicher Pattje Wicher Pattje is oud-wethouder van de gemeente Groningen en beleidsadviseur in de sociale sector, gericht op overheden en non-profit instellingen. Voor meer informatie: www.conjunct.nl.

Nadere informatie

AVI-activiteiten 2014-2015. Aanbod van programma Aandacht voor iedereen

AVI-activiteiten 2014-2015. Aanbod van programma Aandacht voor iedereen AVI-activiteiten 2014-2015 Aanbod van programma Aandacht voor iedereen Januari 2014 Inhoudsopgave AVI-activiteiten 2014-2015... 3 Aandachtspunten... 4 Aandacht voor iedereen Het programma Aandacht voor

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 oktober 2016;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 4 oktober 2016; CVDR Officiële uitgave van Neerijnen. Nr. CVDR600899_1 28 januari 2019 Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Neerijnen houdende regels voor Adviesraad sociaal domein Verordening Adviesraad voor

Nadere informatie

Evaluatie Stimuleringsprogramma Lokaal Centraal juli oktober 2006

Evaluatie Stimuleringsprogramma Lokaal Centraal juli oktober 2006 Evaluatie Stimuleringsprogramma Lokaal Centraal juli oktober 2006 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Geplande activiteiten en gebruikte middelen... 4 Het bereik van Lokaal Centraal in 2006... 4 Samenwerking...

Nadere informatie

Evaluatie één jaar Wmo-raad Eindhoven.

Evaluatie één jaar Wmo-raad Eindhoven. Evaluatie één jaar Wmo-raad Eindhoven. De Wmo raad is benoemd door de gemeenteraad tijdens zijn vergadering van 11 juni 2009. ij de instelling van deze adviesraad is besloten na twee jaar te evalueren

Nadere informatie

Thema s voor diversiteitsbeleid. In de maatschappelijke opvang voor dak- en thuislozen

Thema s voor diversiteitsbeleid. In de maatschappelijke opvang voor dak- en thuislozen Thema s voor diversiteitsbeleid In de maatschappelijke opvang voor dak- en thuislozen MOVISIE Kennis en advies voor maatschappelijke ontwikkeling MOVISIE verzamelt, ontwikkelt en verspreidt kennis en adviseert

Nadere informatie

JAARVERSLAG WMO ADVIESRAAD SCHIEDAM 2010-2011

JAARVERSLAG WMO ADVIESRAAD SCHIEDAM 2010-2011 JAARVERSLAG WMO ADVIESRAAD SCHIEDAM 2010-2011 Inleiding Sinds 1 januari 2007 is de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) van kracht. Het doel van de wet is dat iedereen kan meedoen in de maatschappij,

Nadere informatie

Gelezen het voorstel van het college d.d. 7 januari 2014, nummer ;

Gelezen het voorstel van het college d.d. 7 januari 2014, nummer ; GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Leusden. Nr. 124595 12 september 2016 Verordening Wmo Adviesraad 2014 De raad van de gemeente Leusden, Gelezen het voorstel van het college d.d. 7 januari 2014,

Nadere informatie

Met het nieuwe welzijnsbeleid werkt de gemeente Tiel vanuit de volgende uitgangspunten:

Met het nieuwe welzijnsbeleid werkt de gemeente Tiel vanuit de volgende uitgangspunten: Opdrachtformulering kwartiermaker integrale welzijnsopdracht Aanleiding De gemeenteraad van de gemeente Tiel heeft in haar vergadering van juli 2014 het besluit genomen om een inhoudelijke discussie te

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. Jaarverslag Wmo-raad

INHOUDSOPGAVE. Jaarverslag Wmo-raad Jaarverslag 2014 INHOUDSOPGAVE 1. Voorwoord 2. Inleiding 3. Samenstelling Wmo-raad 4. Visie 5. Werkwijze Wmo-raad 6. Vergaderingen 7. Deskundigheidsbevordering 8. Externe bijeenkomsten 9. Financiële verslaglegging

Nadere informatie

b. De benoemingprocedure en zittingsduur van de leden, de plaatsvervangende leden en de voorzitter;

b. De benoemingprocedure en zittingsduur van de leden, de plaatsvervangende leden en de voorzitter; De raad van de gemeente Woudrichem, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 13 augustus 2007, gelet op de artikelen 9, 11 en 12 van de Wet maatschappelijke ondersteuning,

Nadere informatie

Natuurlijk... NUTH. NUTH... Natuurlijk DE WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING (WMO)

Natuurlijk... NUTH. NUTH... Natuurlijk DE WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING (WMO) DE WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING (WMO) Natuurlijk... NUTH NUTH... Natuurlijk Gemeente Nuth - Deweverplein 1 - Postbus 22000-6360 AA Nuth - 045-5659100 - www.nuth.nl VOORWOORD wethouder J.J.C van den

Nadere informatie

Bijlage 1: wetteksten met toelichting cliënten- en burgerparticipatie

Bijlage 1: wetteksten met toelichting cliënten- en burgerparticipatie In deze informatie-set vindt u voorbeelden van documenten en profielen die door Wmo Adviesraden zijn gebruikt in het Plan van aanpak bij de omvorming naar een brede Adviesraad Sociaal Domein of Participatieraad.

Nadere informatie

Verordening Cliëntenparticipatie Sociaal Domein (WMO, Participatiewet en Jeugdwet) Uithoorn 2015

Verordening Cliëntenparticipatie Sociaal Domein (WMO, Participatiewet en Jeugdwet) Uithoorn 2015 Verordening Cliëntenparticipatie Sociaal Domein (WMO, Participatiewet en Jeugdwet) Uithoorn 2015 Verordening Cliëntenparticipatie Sociaal Domein (WMO, Participatiewet en Jeugdwet) Uithoorn 2015 De raad

Nadere informatie

de hierna volgende Verordening cliëntenparticipatie Halte Werk gemeente Langedijk 2015 vast te stellen.

de hierna volgende Verordening cliëntenparticipatie Halte Werk gemeente Langedijk 2015 vast te stellen. GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Langedijk. Nr. 58371 30 juni 2015 Verordening cliëntenparticipatie Halte Werk gemeente Langedijk 2015 De raad van de gemeente Langedijk gelezen het voorstel

Nadere informatie

De parels benutten! Meedoen, meepraten en meedenken! Samenspraak! Medezeggenschap en participatie van vrijwilligers in de besluitvorming!

De parels benutten! Meedoen, meepraten en meedenken! Samenspraak! Medezeggenschap en participatie van vrijwilligers in de besluitvorming! Drie workshops over medezeggenschap en participatie van vrijwilligers in de besluitvorming 1. De parels benutten - voor leidinggevenden en medewerkers van organisaties 2. Meedoen, meepraten en meedenken

Nadere informatie

Verordening Wmo Adviesraad Woensdrecht 2015

Verordening Wmo Adviesraad Woensdrecht 2015 Verordening Wmo Adviesraad Woensdrecht 2015 Vrijgegeven voor inspraak: 25 maart 2015 De raad van de gemeente Woensdrecht; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 26 mei

Nadere informatie

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 22 december 2011;

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 22 december 2011; Nummer 15-01.2012 (gewijzigd) De raad van de gemeente Eemsmond Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 22 december 2011; Gelezen het erratum van het college van burgemeester

Nadere informatie

ONDERZOEKSPLAN HULP BIJ HET HUISHOUDEN

ONDERZOEKSPLAN HULP BIJ HET HUISHOUDEN ONDERZOEKSPLAN HULP BIJ HET HUISHOUDEN Rekenkamer Utrecht, 15 februari 2016 AANLEIDING Rijksbeleid Op 1 januari 2015 is de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo 2015) van kracht geworden. Op grond

Nadere informatie

Verordening. Participatieraad Sociaal Domein. (WMO, Participatiewet en Jeugdwet)

Verordening. Participatieraad Sociaal Domein. (WMO, Participatiewet en Jeugdwet) Verordening Participatieraad Sociaal Domein (WMO, Participatiewet en Jeugdwet) Aalten 2015 Verordening Participatieraad Sociaal Domein (WMO, Participatiewet en Jeugdwet) Aalten 2015. Artikel 1. Begripsbepalingen

Nadere informatie

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam,

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam, GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Rotterdam Nr. 122443 17 juli 2017 Regeling Brede Raad 010 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam, gelezen het voorstel van de

Nadere informatie

LINKEDIN DISCUSSIE status t/m 27 november 2011

LINKEDIN DISCUSSIE status t/m 27 november 2011 LINKEDIN DISCUSSIE status t/m 27 november 2011 Een van onze leden is op zoek naar een voorbeeld van een functieprofiel voor een onafhankelijk voorzitter voor hun Wmo-raad. Heeft iemand een dergelijk profiel

Nadere informatie

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier stimuleringsprogramma BORGINGS lokaal centraal 2006-2008 gemeentelijk participatiedossier Doetinchem 1 Conclusies De Zorgbelangorganisaties Bron Kenniscentrum Sociaal Beleid Demografische gegevens (prognose)

Nadere informatie

Jaarverslag 2011 WMO-raad Bloemendaal

Jaarverslag 2011 WMO-raad Bloemendaal Bloemendaal 1. Inleiding De gemeente heeft vormgegeven aan participatie van inwoners door het instellen van een Wmo-raad. De Wmo-Raad Bloemendaal adviseert het college van B&W geheel onafhankelijk over

Nadere informatie

uw partner in toegankelijkheid

uw partner in toegankelijkheid uw partner in toegankelijkheid Werkplan OLGA 2011-2012 (april) 1. Inleiding a. Wat is OLGA? b. Overleg OLGA c. Aandacht! d. Bewustwording 2. Activiteiten 2011 a. Extern overleg b. Uitgankelijkheid c. Politiek

Nadere informatie

AVI-nieuwsbrief #18 11 juli 2013

AVI-nieuwsbrief #18 11 juli 2013 AVI-nieuwsbrief #18 11 juli 2013 Beste lezers De decentralisaties komen steeds dichterbij. Gemeenten zijn druk met alle voorbereidingen. Want om de overgang in 2015 goed te kunnen maken, zou hun Wmo-beleidsplan

Nadere informatie

Verordening Adviesraad Sociaal Domein

Verordening Adviesraad Sociaal Domein Verordening adviesraad Sociaal Domein Urk Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is geldig tot (als de vervaldatum

Nadere informatie

Verordening cliëntenparticipatie sociaal domein gemeente Mook

Verordening cliëntenparticipatie sociaal domein gemeente Mook Verordening cliëntenparticipatie sociaal domein gemeente Mook en Middelaar 2016 Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door

Nadere informatie

RKC Medemblik Opmeer. Notitie onderzoeksopzet

RKC Medemblik Opmeer. Notitie onderzoeksopzet Notitie onderzoeksopzet Rekenkamerrapport: Burgerparticipatie en de rol van de raad 25 mei 2016 Rekenkamercommissie Medemblik - Opmeer 1 Inhoudsopgave 1 Aanleiding onderzoek 3 2 Inleiding, doelstelling

Nadere informatie

Onafhankelijke cliëntondersteuning vanuit cliëntenperspectief. De stand van zaken medio 2015

Onafhankelijke cliëntondersteuning vanuit cliëntenperspectief. De stand van zaken medio 2015 Onafhankelijke cliëntondersteuning vanuit cliëntenperspectief De stand van zaken medio 2015 AVI-toolkit 22 April 2015 Inhoudsopgave Onafhankelijke cliëntondersteuning... 3 1. Het belang van onafhankelijke

Nadere informatie

gelezen het voorstel van het college van Burgemeester en wethouders;

gelezen het voorstel van het college van Burgemeester en wethouders; De raad van de gemeente Menterwolde; gelezen het voorstel van het college van Burgemeester en wethouders; gelet op artikel 2.1.3 van de Wmo 2015; gelet op artikel 47 van de Participatiewet; BESLUIT: Vast

Nadere informatie

Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet gemeente s-hertogenbosch

Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet gemeente s-hertogenbosch GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente 's-hertogenbosch Nr. 163559 5 juli 2019 Verordening cliëntenparticipatie Participatiewet gemeente s-hertogenbosch 2019 De gemeenteraad van s-hertogenbosch,

Nadere informatie

Verordening Cliëntenparticipatie Wsw Wet Sociale Werkvoorziening

Verordening Cliëntenparticipatie Wsw Wet Sociale Werkvoorziening Verordening Cliëntenparticipatie Wsw Wet Sociale Werkvoorziening. De raad van de gemeente Hilversum, Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 29 april 2008; BESLUIT De Verordening cliëntenparticipatie

Nadere informatie

Nota van B&W. Onderwerp Verordening Wsw-raad

Nota van B&W. Onderwerp Verordening Wsw-raad Onderwerp Verordening Wsw-raad Nota van B&W Portefeuille H. van der Molen Auteur Dhr. P. Haker Telefoon 5114039 E-mail: phaker@haarlem.nl Reg.nr. SZW/BB/2008/84084 Bijlage A B & W-vergadering van 13 mei

Nadere informatie

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier

DOC UMENT] gemeentelijk participatiedossier stimuleringsprogramma BORGINGS lokaal centraal 2006-2008 gemeentelijk participatiedossier Lingewaal 1 Conclusies De Zorgbelangorganisaties Bron Kenniscentrum Sociaal Beleid Demografische gegevens (prognose)

Nadere informatie

Startnotitie nota mantelzorg en vrijwilligerswerk Hellevoetsluis 2015

Startnotitie nota mantelzorg en vrijwilligerswerk Hellevoetsluis 2015 Startnotitie nota mantelzorg en vrijwilligerswerk Hellevoetsluis 2015 Datum: maart 2015 Afdeling: Samenlevingszaken In- en aanleiding Voor u ligt de startnotitie voor de aankomende beleidsnota van de gemeente

Nadere informatie

Verordening cliëntenparticipatie sociaal domein gemeente Borger-Odoorn 2016

Verordening cliëntenparticipatie sociaal domein gemeente Borger-Odoorn 2016 Verordening cliëntenparticipatie sociaal domein gemeente Borger-Odoorn 2016 De raad van de gemeente Borger-Odoorn; gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Borger-

Nadere informatie

Verordening Beleidsplatform Welzijn Baarle-Nassau

Verordening Beleidsplatform Welzijn Baarle-Nassau Verordening Beleidsplatform Welzijn Baarle- Nassau Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is geldig tot (als

Nadere informatie

Competentiemanagement in zorg en welzijn Als kwaliteit van medewerkers telt

Competentiemanagement in zorg en welzijn Als kwaliteit van medewerkers telt Competentiemanagement in zorg en welzijn Als kwaliteit van medewerkers telt potaard e Auteur: Annelies Kooiman Eindredactie: Afdeling communicatie Fotografie: istock Vormgeving: Ontwerpburo Suggestie &

Nadere informatie

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 29 november 2016

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 29 november 2016 Verordening Adviesraad Sociaal Domein 2017 De raad van de gemeente Helmond Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 29 november 2016 Gelet op artikel 147 Gemeentewet, artikel 47 Participatiewet,

Nadere informatie

VERORDENING CLIENTENPARTICIPATIE HALTE WERK GEMEENTE HEERHUGOWAARD

VERORDENING CLIENTENPARTICIPATIE HALTE WERK GEMEENTE HEERHUGOWAARD VERORDENING CLIENTENPARTICIPATIE HALTE WERK GEMEENTE HEERHUGOWAARD Algemene bepalingen Artikel 1. Begripsbepalingen 1. In deze verordening wordt verstaan onder: a. Het bestuur: het bestuur van Halte Werk.

Nadere informatie

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 november 2006, nummer: 06/911;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 november 2006, nummer: 06/911; De raad van de gemeente Emmen; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 november 2006, nummer: 06/911; gelet op de verplichting in artikel 11 en 12 van de Wet maatschappelijke ondersteuning

Nadere informatie

De Participatie Advies Raad. Presentatie Gemeenteraad Waddinxveen

De Participatie Advies Raad. Presentatie Gemeenteraad Waddinxveen De Participatie Advies Raad Presentatie Gemeenteraad Waddinxveen 1-10-2018 1 De Participatie Adviesraad Aad van Holsteijn, onafhankelijk voorzitter Bram Abels, bestuurslid en voorzitter kamer Jeugd Opvoeding

Nadere informatie