Tweede Kamer der Staten-Generaal

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Tweede Kamer der Staten-Generaal"

Transcriptie

1 Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar Opleidingsbeleid bij de Rijksoverheid Nr. 6 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal 's-gravenhage, 25 februari 1986 Ter voldoening aan een eerder gedane toezegging om u op de hoogte te houden van de gang van zaken met betrekking tot het opleidingsbeleid deel ik u het volgende mee. Als vervolg op de nota «Opleidingsbeleid bij de rijksoverheid» (Tweede Kamer, zitting , , nrs. 1-2) is een Aktieplan Vorming en Opleiding uitgewerkt. Het aktieplan is op 4 april 1985 door de ministerraad aanvaard. Een samenvatting van het aktieplan voeg ik hierbij. Het plan houdt in dat de opleidingsinspanningen ten behoeve van het burgerlijk rijkspersoneel volgens een meerjarenplan zullen worden verhoogd, waarbij voorrang zal worden gegeven aan het opleidingsbeleid op een vijftal prioriteitsgebieden, namelijk management en beleidsvorming, informatica, financieel-economisch beleid en beheer, veranderingsoperaties en leerlingwezen. De ministerraad bepaalde daarbij dat dit opleidingsbeleid decentraal zal worden uitgevoerd, dat wil zeggen onder de verantwoordelijkheid en onder het beheer van de departementsleidingen. Deze operatie zal worden beheerst door middel van jaarlijkse, taakstellende departementale opleidingsplannen. Het Rijks Opleidingsinstituut (ROI) van mijn ministerie zal daarbij een centrale ondersteunende rol vervullen en mij bijstaan in mijn coördinerende taak in het opleidingsbeleid in de rijksdienst. De decentrale aanpak van het opleidingsbeleid waartoe de ministerraad heeft besloten betreft ook de financiering. Dit wil zeggen dat de uitbreiding van de opleidingsinspanningen van de departementen geheel uit de departementale begrotingen dient te worden gefinancierd. Om u een indruk te geven van de orde van grootte van de bedragen die met het opleidingsbeleid zijn gemoeid geef ik u het volgende overzicht. De bedragen gelden voor de rijksdienst als geheel en betreffen de materiële opleidingsuitgaven (exclusief de loon- en salariskosten van het opleidingspersoneel). Uitgaven in 1984: f64 min. Begroot voor de uitvoering van het Aktieplan 1985: f 94 min.; 1986: f 118 min.; 1987: f 139 min.; 1988: f161 min. Tweede Kamer, vergaderjaar , 17317, nr. 6 1

2 Hoewel deze bedragen ten aanzien van de totale personele begrotingen en meerjarenramingen niet buitensporig hoog lijken, zal de bepaling van endogene financiering de departementsleidingen ongetwijfeld voor problemen plaatsen om de benodigde financiële ruimte te vinden. De departementen zijn inmiddels door middel van een circulaire op de hoogte gebracht van de beslissing van de ministerraad en van de wijze waarop het aktieplan naar mijn mening het beste kan worden uitgevoerd. Een afschrift van deze circulaire (nr. ROI/BO/85/085) voeg ik ter kennisneming bij. De Minister van Binnenlandse Zaken, J. G. Rietkerk Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 2

3 AKTIEPLAN VORMING EN OPLEIDING Het Aktieplan betreft de vorming en opleiding van het burgerlijk rijkspersoneel van de ministeries. Het Aktieplan is een beleidsplan van de Minister van Binnenlandse Zaken en omvat richtlijnen voor het eigen opleidingsbeleid van de ministeries. Het Aktieplan is aanvaard in de Ministerraad van 4 april 1985, met de bepaling dat het plan decentraal wordt uitgevoerd, dat wil zeggen per departement onder ministeriële verantwoordelijkheid en dat de kosten van de opleidingen ten laste komen van de departementale begrotingen. SAMENVATTING VAN HET AKTIEPLAN I. Uitgangspunten en doelstellingen Nog meer dan voorheen moeten thans hoge eisen worden gesteld aan de kwaliteit en de efficiency van de bedrijfsvoering van de overheid. Hierdoor worden ook hoge eisen gesteld aan de bekwaamheden van de ambtenaren. Dit geldt temeer in tijden van grote veranderingen, zoals thans door de zogenaamde grote operaties. De beoogde resultaten van de grote veranderings-operaties in de rijksdienst zullen niet «als vanzelf» voortvloeien uit de ter zake genomen beslissingen van de regering. De resultaten kunnen alleen worden bereikt door de inspanningen van het rijkspersoneel. Aan de bereidheid van de ambtenaren om zich voor het uitvoeren van de veranderingsoperaties in te zetten behoeft niet te worden getwijfeld. Maar er zal ook een beroep moeten worden gedaan op nieuwe bekwaamheden. De uitvoering van de operaties - ook in hun samenhang - en het laten functioneren van de rijksdienst onder veranderde omstandigheden, vragen nieuwe vaardigheden. Met deze nieuwe eisen kon nog geen rekening worden gehouden bij de selectie, opleiding en vorming van het huidige personeel. Ook afgezien van het realiseren van de nu op handen zijnde grote veranderingen vraagt de dagelijkse gang van zaken thans veel van de inzet en de bekwaamheden van het personeel. Hierop is in de laatste jaren herhaaldelijk en van verschillende kanten gewezen, onder andere in de nota «Opleidingsbeleid bij de rijksdienst» (Tweede Kamer, zitting , , nrs. 1-2), waarin de toenmalige Ministervan Binnenlandse Zaken uiteenzet welke eisen aan het personeel gesteld dienen te worden en hoe daar door middel van een goed opleidingsbeleid aan tegemoet kan worden gekomen. Zonder een investering in de kwalitatieve versterking van de benodigde personeelscapaciteit op de navolgende gebieden is het bereiken van de doelen van de operaties uitgesloten en zal een goede en efficiënte bedrijfsvoering ernstig worden belemmerd. - Belangrijke aspecten van de personeelscapaciteit zijn in dit verband de bekwaamheden voor het management op alle niveaus van de rijksdienst en voor de beleidsvorming. Management en beleidsvorming betreffen zowel het intern functioneren van het overheidsapparaat als wel het functioneren van de overheid ten opzichte van de samenleving. Aan de bekwaamheden daarvoor van alle leidinggevenden in de rijksdienst dienen zeer hoge eisen te worden gesteld. Volgens moderne inzichten moeten deze bekwaamheden vooral worden ontleend aan de bestuurs-, de bedrijfs- en de organisatiekunde en worden ontwikkeld in opleiding en praktijk. - Verbetering van het functioneren van de overheid kan onder meer worden bereikt door een bedrijfsmatige aanpak van de bedrijfsvoering. Hiermee wordt bedoeld een meer zakelijke besturing van het overheidsapparaat, waarbij ondoelmatigheden, die voortkomen uit het bureaucra- Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 3

4 tisch karakter van de overheid, zoveel mogelijk worden vermeden. Het is van belang dat het personeel wordt gemotiveerd tot het aanvaarden van nieuwe ideeën over organisatie en management. Het optreden van topmanagers in het kader van interne opleidingen is in dit verband bij grote bedrijven zeer effectief gebleken en zou ook bij de overheid overwogen dienen te worden. - De veranderingsoperaties kunnen niet tot een goed einde worden gebracht, wanneer niet tijdig afdoende maatregelen worden genomen voor het opvangen van de personele gevolgen. Bevordering van mobiliteit, flexibiliteit en herplaatsbaarheid dienen onlosmakelijke onderdelen van de veranderingsoperaties te zijn. Niet alleen de grote operaties waartoe reeds een aanzet is gegeven zullen veranderingen teweeg brengen. Het lijkt dat verandering in de rijksdienst in de komende jaren structureel zal zijn. Opleiding («vorming») is een van de meest effectieve middelen om de ambtenaren, op alle niveaus, in staat te stellen om onder frequent wisselende condities te werken en goede oplossingen te vinden voor nieuwe vraagstukken. Als voorbeeld kan worden gewezen op het belangrijke vraagstuk van de herverdeling van de arbeid, waarmee ook het overheidsapparaat zal worden geconfronteerd. Het oplossen van dit vraagstuk vereist (niet alleen bij het management) een grote mate van flexibiliteit in handelen en in de bereidheid tot het ondergaan van veranderingen. - Een bron van toenemende bezorgheid is het beheer van de informatisering in de rijksdienst. Er zijn jaarlijks zeer grote bedragen (in 1983 f600 min.) gemoeid met de aanschaf, de ontwikkeling en het onderhoud van systemen. De verantwoordelijkheid voor het nemen van beslissingen over, het kunnen ontwikkelen van en het kunnen omgaan met deze systemen vragen een hoog niveau van deskundigheid zowel bij informatici als bij managers en gebruikers. Geconstateerd is dat deze deskundigheid in de rijksdienst in onvoldoende mate aanwezig is. De Algemene Rekenkamer heeft in haar jaarverslag over 1983 gewezen op de schade die daardoor is ontstaan. Er kan niet langer worden gewacht met het opbouwen van voldoende deskundigheid in de rijksdienst. - De financieel-economische aspecten van het management en van de beleidsvorming in de rijksdienst worden steeds meer gerekend tot de verantwoordelijkheden van managers en hogere beleidsfunctionarissen. Behalve bij de (schaarse) specialisten is deskundigheid op het specifieke terrein van de openbare financiën in onvoldoende mate aanwezig. Maatregelen om in dit tekort te voorzien dienen onverwijld te worden genomen. - De overheid zal, ook als werkgever, een bijdrage leveren aan de oplossing van het vraagstuk van de jeugdwerkloosheid. Mogelijkheden daarvoor, bij voorbeeld door ruimere toepassing van het leerlingwezen in de rijksdienst, worden thans in beschouwing genomen. In de sfeer van het opleidingsbeleid dienen voorzieningen te worden getroffen voor een begeleiding van jongere werknemers die in het leerlingwezen aan onderwijsactiviteiten deelnemen. Resumerend kan worden gesteld dat binnen de rijksdienst maatregelen moeten worden genomen voor de kwalitatieve versterking van de personele capaciteit op de gebieden: - management en beleidsvorming - het uitvoeren van veranderingsoperaties en het in goede banen leiden van de gevolgen daarvan - informatisering - financieel-economisch beleid en beheer - invoering van het leerlingwezen. Deze maatregelen dienen te bestaan uit met elkaar samenhangende acties op het gebied van het personeels- en het organisatiebeleid. De Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 4

5 benodigde personeelscapaciteit kan worden opgebouwd en ondersteund door werving en selectie, loopbaanplanning en begeleiding, programma's voor het opdoen van ervaring op verschillende terreinen, personeels- en vacatureplanning en vorming en opleiding. De Stuurgroep Opleidingsbeleid Rijksoverheid heeft de Minister van Binnenlandse Zaken 1984 geadviseerd over het in dit verband in de toekomst te voeren opleidingsbeleid voor het personeel van de burgerlijke rijksdienst. De ervaringen die zijn opgedaan met de ontwikkeling van het beleid dat was neergelegd in de nota «Opleidingsbeleid bij de rijksoverheid», dienen vertrekpunt te zijn voor het concipiëren van nieuw opleidingsbeleid. De Stuurgroep heeft derhalve tevens rapport uitgebracht over de huidige stand van zaken met betrekking tot het opleidingsbeleid. De aanbevelingen van de Stuurgroep zijn door de Minister van Binnenlandse Zaken in grote lijnen overgenomen bij het ontwikkelen van een Aktieplan voor het opleidingsbeleid van de departementen - en op centraal niveau het interdepartementale opleidingsbeleid van Binnenlandse Zaken - in de komende jaren. Op één belangrijk punt heeft de Minister van Binnenlandse Zaken evenwel gemeend van het advies van de Stuurgroep te moeten afwijken. De Stuurgroep, samengesteld uit vertegenwoordigers van de topleiding van verschillende departementen, adviseerde een opleidingsbeleid waarvan de financiële consequenties in de periode f203 min. per jaar bedragen. De minister is ervan uitgegaan dat dit in de huidige financieel-economische situatie een te zware belasting betekent. Het Aktieplan is gebaseerd op een minstens noodzakelijke uitgave van f161 min. per jaar, te bereiken door vier jaarlijkse verhogingen van respectievelijk f30 min., f54, f75 en f97 min. boven het voor 1985 reeds deels in de departementale begrotingsvoorstellen, inclusief het begrotingsvoorstel voor het Rijks Opleidingsinstituut, vastgelegde niveau van f64 min. II. Het aktieplan, zoals het aan de ministerraad is voorgelegd Het Aktieplan voor de concrete uitvoering van het beleid geeft aan welke acties zullen worden ondernomen door het Ministerie van Binnenlandse Zaken, met name door het Rijks Opleidingsinstituut R0I en voor een deel in samenwerking met de Directie Overheidsorganisatie en automatisering. Het R0I levert specifieke opleidingsbijdragen in samenhang met de ondersteunende en adviserende taken van genoemde directie ten behoeve van het management, de organisatie en de informatievoorziening van de rijksdienst. Voor de binnen de departementen te ondernemen acties wordt volstaan met het aangeven van een algemeen model, op basis waarvan een aan departementale eisen aangepast beleid kan worden ontwikkeld. Het Aktieplan dient te worden beschouwd als het om budgettaire redenen maximaal haalbare in de periode 1985/88. Nadat in de RRD overeenstemming is bereikt over het voornemen het Aktieplan uit te voeren, dient dit plan te worden vertaald in departementale opleidingsplannen. Pas dan zal een concreet beeld ontstaan van de bedragen die per departement in de loop van de planperiode moeten worden uitgegeven. Aan de uitvoering van het Aktieplan in de departementen en departementsonderdelen zal, met inachtneming van de coördinerende en dienstverlenende taken van het R0I en de SOR (zie verder in deze nota), gestalte worden gegeven onder de verantwoordelijkheid van de ministers. Het is derhalve niet mogelijk en ook niet wenselijk om in het Aktieplan al een realistische begroting op te nemen van de bedragen die met de te ondernemen acties zijn gemoeid. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 5

6 Voor de besluitvorming in de Ministerraad is het niettemin noodzakelijk te kunnen beschikken over een indicatie van de orde van grootte van de investeringen die, op het gebied van opleidingen, moeten worden gedaan voor de opbouw van de kwaliteit van het personeel. De Stuurgroep Opleidingsbeleid Rijksoverheid gaat er, op basis van ramingen door het Rijks Opleidingsinstituut, vanuit dat voor de rijksdienst als geheel jaarlijks f 203 min. zou moeten worden besteed. In wordt f 64 min. aan opleiding besteed. Deze bedragen zijn geen begrotingscijfers, maar kunnen worden gehanteerd als een indicatie van de omvang van de opleidingsinspanning van de rijksdienst als geheel. Per departement en per departementsonderdeel zal gedifferentieerd beleid dienen te worden gevoerd, afgestemd op de behoeften en mogelijkheden ter plaatse. Het Rijks Opleidingsinstituut kan worden ingeschakeld om, in overleg met personeels-, organisatie- en opleidingsafdelingen en met de dienstleiding, opleidingsplannen uit te werken. De financiering van deze plannen komt in het algemeen ten laste van de departementale begrotingen. De genoemde bedragen betreffen zowel de materiële uitgaven (voor onder meer cursusmateriaal, externe opleidingsinstituten, externe docenten) alswel de personeelslasten van de opleidingssector. De verhouding tussen de materiële en de personele uitgaven is ongeveer 2:1. Indien in het kader van de heroverwegingen zou worden besloten tot een nog verder gaande privatisering van de opleidingen in de rijksdienst (thans ca. 40 %), zal deze verhouding enigszins verschuiven. Dit zal evenwel niet leiden tot een verlaging van het totaal van de opleidingsuitgaven. De door de Stuurgroep Opleidingsbeleid Rijksoverheid geadviseerde relatief grote toename van de opleidingsuitgaven van f64 min. tot f203 min. per jaar dient te worden beoordeeld ten opzichte van de omstandigheid dat de huidige opleidingsinspanning bij de rijksdienst, gemeten naar alle denkbare maatstaven, bijzonder gering is. Dit blijkt in de eerste plaats uit de te constateren tekorten aan bekwaamheden die het saneren van de organisatorische en bestuurlijke problematiek belemmeren. Het blijkt ook uit vergelijking met een aantal omringende landen en grote ondernemingen die met overeenkomstige bestuurlijke problemen kampen en waar enkele jaren geleden is begonnen met het nemen van maatregelen. Een uitgave van f 203 min. zou overeenkomen met ca. 2% van de totale personeelslasten van de rijksdienst. In andere EG landen wordt het dubbele aan opleiding van overheidspersoneel besteed. In «excellente» (dat wil zeggen goed bestuurde) ondernemingen wordt het drievoudige als normaal beschouwd. Niettemin beschouwde de Minister van Binnenlandse Zaken, gezien de financiële positie van het Rijk, de uitgave van een bedrag van f203 min. per jaar als niet realiseerbaar. Het Aktieplan, dat uiteindelijk aan de Ministerraad is voorgelegd, is gebaseerd op een maximale besteding in de orde van grootte van f161 min. per jaar in 1988, te bereiken via een geleidelijke verhoging ten opzichte van het niveau van 1984: (In f min., prijspeil 1984) Management en beleid Informatica Financieel-economisch Veranderingsoperaties Leerlingwezen Overige opleidingen Totaal 64' Totaal van de uitgaven in beleid van de departementen eind Deze cijfers blijken in overeenstemming De verzamelde gegevens betreffen de te zijn met de uitkomsten van een diep- begrotingen 1985 en meerjarenramingen gaand onderzoek naar het opleidings t/m 1988 van de departementen. Tweede Kamer, vergaderjaar , 17317, nr. 6 6

7 Het Aktieplan heeft voornamelijk betrekking op de opleidingscategorieën die in het verleden, in het algemeen gesproken, te weinig als noodzakelijk voor het goed functioneren van de dienst werden erkend. Hiervoor zijn in het Aktieplan vijf prioriteitsgebieden aangewezen. Niet tot deze prioriteiten worden gerekend de z.g. primaire vakopleidingen. Deze - meestal vaktechnische - opleidingen worden algemeen erkend als voorwaarden voor het kunnen vervullen van specifieke functies in de dienstonderdelen. De gebieden, waarop de opleidingsinspanningen moeten worden verhoogd worden hieronder uitgewerkt. De mate waarin deze inspanningen volgens het Aktieplan door de departementen en door het ROI per jaar op een hoger niveau moeten worden gebracht, is af te lezen uit de indicatieve tabel. Het plan omvat de volgende acties: 1. Akties op het gebied van opleidingen management en boleids vorming 1.1. Het creëren van management opleidingsmogelijkheden voor het lager- en middenkader (tot max. schaal 9). Van de leidinggevende functionarissen in deze categorie worden meer instrumentele managementvaardigheden geëist. In verband met de voortstrijdende decentralisatie van beheersbevoegdheden zijn dit vooral beheersvaardigheden. Het opleidingsbeleid op dit gebied sluit aan bij recente rapporten in het kader van het project Reorganisatie Rijksdienst 1 en van de Heroverwegingen 2. Ongeveer de helft van de ± leidinggevenden in deze categorie kan hiermee uiteindelijk worden bereikt. De opleidingen zullen door of vanwege de departementen dienen te worden verzorgd Dito voor hoger kader (schaal 10 t/m 12). Tot het hoger kader worden gerekend functionarissen in de categorie schaal 10 t/m 12 (totaal 18000), voor zover zij in meerdere of mindere mate met leidinggevende taken zijn belast. Accenten dienen te liggen op organisatiekunde, bestuurskunde, intern-politieke vaardigheden en managementvaardigheden: het gaat voor deze categorie vaak om een optimale integratie van beleids- en managementtaken. Ook deze opleidingsactiviteiten zullen door of vanwege de departementen worden verzorgd. 1 - «Beter bestuur door decentralisatie», eindrapport van de werkgroep Formatiebeleid (mei 1984). - «Herinrichting van het Personeelsbeleid voor de burgerlijke Rijksdienst», eindrapport van de werkgroep Personeelsbeleid (novenv ber 1983). 2 - «Zelfbeheer», de rapporten van de Heroverwegingswerkgroep Verbetering Bedrijfsvoering Overheid, (december 1983) 1.3. Voor het topmanagement (schaal 13 en hoger, totaal 3500 managers) zullen interdepartementale leeractiviteiten worden georganiseerd in de vorm van de Management Leergangen Overheid en kort durende seminars (onder andere het seminar overheid - bedrijfsleven). Voor de top-500 zullen specifieke mogelijkheden worden gecreëerd voor ondersteuning bij het functioneren op de hoogste bestuurlijke niveaus. Bepaalde vormen van opleiding zullen hierbij een rol spelen. Mede gezien de beperkte omvang van de bedoelde categorie topfunctionarissen in de rijksdienst heeft het ROI voor dit project samenwerking gezocht met het instituut voor de opleiding van ambtenaren bij provincies en gemeenten, het CIVOB. De interdepartementale opleidingsactiviteiten zullen vanwege het ROI worden verzorgd of gecoördineerd Opleiding nieuwe beleidsmedewerkers. Deze opleiding bestaat in de vorm van twee leergangen beleidskunde (I en II). Zij zijn respectievelijk bestemd voor jonge beleidsmedewerkers die recentelijk in rijksdienst gekomen zijn en voor hen die al enkele jaren ervaring hebben. De opleiding is vaak de eerste leermogelijkheid op het terrein van beleidsontwikkeling en -uitvoering. Het aantal potentiële deelnemers is ± 150 per jaar. Gezien het karakter van de leergangen (interdepartementale vakop- Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 7

8 leiding voor een afgebakende doelgroep) zullen deze door of vanwege het ROI worden verzorgd Opleiding van docenten. Het specifieke bedrijfsinterne karakter van de onder 1.1 t/m 1.4 bedoelde opleidingen brengt met zich mee, dat op ruime schaal gebruik wordt gemaakt van kennis van ervaren managers, en staf- en beleidsfunctionarissen. Ter ondersteuning van hun optreden als gastdocent zullen kortdurende trainingsprogramma's ter beschikking staan. De programma's worden ontwikkeld door het ROI en kunnen binnen de departementen worden uitgevoerd Het ROI zal een ondersteunende rol spelen bij 1.1 en 1.2, en een organiserenden/coördinerende rol bij 1.3, 1.4 en 1.5. Daarbijzal het met name een bijdrage leveren aan de totstandkoming van een interdepartementaal opleidingsbeleid voor het topmanagement, waarover in 1986 adviezen zullen worden uitgebracht. Daarbij moet het managementopleidingsbeleid gezien worden als één van de pijlers van managementontwikkeling; in dit verband zal het ROI nauw samenwerken met de Directie Overheidsorganisatie en automatisering, die het tot haar taak rekent de ontwikkeling van het management bij de rijksdienst te bevorderen. 2. Akties op het gebied van opleidingen informatica Naast het bestaande opleidingsaanbod (departementaal, centraal, extern) zal op korte termijn een behoorlijke extra inspanning noodzakelijk zijn om gesignaleerde tekorten op het gebied van informatievoorzieningsopleidingen geleidelijk op te vullen. Deze inspanning bevat de volgende acties: 2.1. Voorlichting aan directeuren, directeuren-generaal en secretarissen-generaalover automatisering en informatievoorziening en de hieraan gerelateerde organisatievraagstukken. Doel van deze voorlichting is onder andere inzicht te verschaffen op welke wijze effectieve toepassing van geautomatiseerde informatiesystemen een belangrijke bijdrage kan leveren aan de verhoging van de doelmatigheid van het overheidsapparaat en verbetering van de dienstverlening door de overheid Uitbouw van het bestaande aanbod van opleidingen voor beleidsfunctionarissen die betrokken zijn bij de bepaling van het automatiseringsbeleid en als leden van een stuurgroep onder andere automatiseringsvoorstellen en -plannen dienen te beoordelen naar informatische, personele, financiële en organisatorische aspecten Oriëntatiecursussen voor middenkader en materiedeskundigen. Inleidende cursussen bedoeld voor ieder die zich een inzicht wil verschaffen in de mogelijkheden van automatisering, informatiesystemen en de toepassing ervan binnen een organisatie Inleidende cursussen voor functionarissen van stafafdelingen zoals financieel-economische zaken, personeelszaken, organisatie en informatievoorziening en voor accountants. Deze cursussen verschaffen automatiseringskennis benodigd voor de uitvoering van advies- en beheerstaken Opleidingen voor informatievoorzienings-vakspecialisten: funct\onarissen die direct verantwoordelijk zijn voor de opzet, invoering en het beheer van geautomatiseerde informatiesystemen. Bedoelde functionarissen zijn voor het merendeel werkzaam in departementale rekencentra en 0 en I directies en in de algemene rijksrekencentra. Tevens kan hierbij gedacht worden aan ervaringsuitwisseling. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 8

9 2.6. Naast en tegelijk met de opzet en uitvoering van de opleidingsactiviteiten zal nader onderzoek worden gedaan naar de kwalitatieve en kwantitatieve opleidingsbehoeften bij de departementen. Onder meer op basis daarvan zal een concreet opleidingsplan voor de middellange termijn worden opgesteld. Ten behoeve van het onderzoek, het opstellen van het opleidingsplan en de evaluatie van de uitvoering daarvan zal - onder auspiciën van de Stuurgroep Opleidingsbeleid Rijksoverheid - een begeleidingsgroep worden ingesteld. Deze groep krijgt tevens de taak nieuwe activiteiten te initiëren Van het Nationaal Inhaalprogramma Informatica-opleidingen zijn in dit verband twee projecten van belang: - een nationaal programma voor de opleiding van informaticadeskundigen en - een specifiek op de overheid gericht inhaalprogramma voor de opleiding van managers en beleidsfunctionarissen. Het tweede project zal worden opgezet door het Rijks Opleidingsinstituut. In het eerste project - in eerste instantie geëntameerd door de departementen van Economische Zaken en Sociale Zaken en Werkgelegenheid, zal ook het departement van Binnenlandse Zaken participeren middels het Rijks Opleidingsinstituut. De opleidingsactiviteiten zullen in het algemeen bij de departementen (gebruikersopleidingen) of extern (opleiding vakspecialisten) plaatsvinden, waarbij het ROI een ondersteunende en deels coördinerende rol zal vervullen. Sommige specifieke informaticacursussen zullen door het ROI worden uitgevoerd. 3. Akties op het gebied van financieel-economische opleidingen 3.1. Onder auspiciën van de Stuurgroep Opleidingsbeleid Rijksoverheid wordt door het Instituut voor Opleiding van Inspecteurs van 's Rijksbelastingen, met medewerking van het Directoraat-Generaal van de Rijksbegroting, een Vakopleiding Openbare Financiën ontwikkeld. Na evaluatie van een eerste proefcursus in 1984 zal de vakopleiding in de komende jaren door genoemd Instituut worden gegeven voor hogere ambtenaren van het Ministerie, van Financiën en van de afdelingen financieel-economische zaken van de departementen, alsmede voor financieel-economische medewerkers van beleidsafdelingen Naast de vakopleiding voor hogere ambtenaren, met in het algemeen een academische vooropleiding, zal zo spoedig mogelijk een Vakopleiding Openbare Financiën voor middelbare ambtenaren worden ontworpen. Er zal worden gelet op een goede afstemming op elkaar van beide vakopleidingen. 4. Akties met betrekking tot de uitvoering en de gevolgen van de veranderingsoperaties 4.1. Impliciet in de acties met betrekking tot de opleiding van management- en beleidsfunctionarissen worden accenten gelegd op de vormgeving en de uitvoering van veranderingsoperaties Daarnaast zal een begin moeten worden gemaakt met een opleidingsbeleid voor de medewerkers wier werk door de operaties wordt beïnvloed en van wie actieve medewerking wordt gevraagd In het bijzonder - en op grote schaal - zullen programma's voor her-, om- en bijscholing dienen te worden ontworpen en uitgevoerd ten Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 9

10 behoeve van medewerkers die door herplaatsing kunnen worden behoed voor reorganisatie-ontslag. De indicaties voor de omvang en de richting van dergelijke programma's zijn thans wel zichtbaar, maar het ontbreekt de opleidingsafdelingen in het algemeen aan capaciteit om adequate maatregelen te nemen. De niet meer te vermijden achterstand kan worden ingelopen door met ingang van 1986, maar zo mogelijk reeds eerder, opleidingscapaciteit op te bouwen. Naar alle waarschijnlijkheid zal de positie van ruim een kwart van het rijkspersoneel, ca ambtenaren, in de periode tot en met 1988 door veranderingsoperaties worden beïnvloed. Ongeveer de helft van hen, ca , zal daarbij door gerichte opleidingsactiviteiten kunnen worden ondersteund. Tot nu toe zijn reeds enkele geïsoleerde grotere reorganisaties in de rijksdienst uitgevoerd. In sommige daarvan blijkt bij evaluatie achteraf dat daarbij geen of weinig omscholingsbehoeften zijn gebleken en dat ook weinig omscholing heeft plaatsgevonden. Hieruit kan evenwel niet zonder meer de conclusie worden getrokken dat belangrijke veranderingsoperaties zonder omscholingsplannen tot een goed einde kunnen worden gebracht. Met alleen incasseringsvermogen en improvisatietalent is de individuele werknemer onvoldoende toegerust om tijdens en na een organisatieverandering optimaal te functioneren. 5. Akties met betrekking tot de toepassing van het leerlingwezen 5.1. Open Overleg Wagner In mei 1983 zijn door de Adviescommissie inzake de voortgang van het industriebeleid, de zogenaamde commissie-wagner, aanbevelingen gedaan om te komen tot een verbetering van beroepsopleiding en een betere aansluiting tussen onderwijs en bedrijfsleven. Sinds 1984 hebben de organisaties van werknemers en werkgevers (inclusief de overheid) intensief overleg gevoerd ten aanzien van het te voeren beleid met betrekking tot het beroepsonderwijs. De resultaten van dit zogenaamde Open Overleg Wagner zijn vastgelegd in een eindrapport met de veelzeggende titel: «Op weg naar een gezamenlijke verantwoordelijkheid». Een van de afspraken uit het Open Overleg betreft de verdubbeling van de instroom van het primair leerlingwezen. Ook de overheid als werkgever heeft zich uitgesproken voor een inspanningsverplichting om de verdubbeling van de instroom van het leerlingwezen bij de overheid te realiseren. Voor de overheidssector betekent dit dat er een aanbod van ca leer-arbeidsplaatsen gecreëerd moet worden, dit inclusief het nu al bestaande aanbod (ca. 5800). Van deze toename van ca leer-a rbeidsplaatsen zou de rijksoverheid op basis van werkgelegenheidsomvang een aandeel van ca leer-arbeidsplaatsen voor haar rekening moeten nemen. Deze schoksgewijze uitbreiding van het aantal leerlingplaatsen bij de overheid vraagt om een goede voorbereiding en planning. Voor het R0I betekent dit vooral de verzorging van voorlichting aan personeelsfunctionarissen en het middenkader; meewerken aan de vormgeving van de overheidsdeelname aan het voortgezette overleg met betrekking tot beroepsopleidingen. Voorts zal er een aanzienlijke investering in de opleiding van chefs tot hun rol als praktijkbegeleider (mentor) gedaan moeten worden. Verder zullen voor sommige typen van lagere beroepsopleidingen, bij voorbeeld in de informatica of in de economisch-administratieve richting nog onderwijsprogramma's ontwikkeld moeten worden. Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 10

11 5.2. Economische-administratieve beroepen bij de overheid Gelet op de samenstelling van de werkgelegenheid bij de rijksoverheid waarin administratieve functies een groot aandeel hebben, zal uitbreiding van het leerlingwezen vooral in deze beroepssector moeten plaatsvinden. Onder auspiciën van het Rijks Opleidingsinstituut is reeds in 1982 op experimentele basis gestart met een opleiding tot administratief ambtenaar in het kader van het leerlingwezen ten behoeve van de jongere ambtenaren met een volledige dienstbetrekking en met een beperkte vooropleiding. In 1982 en 1984 hebben 120 leerlingen aan dit experimentele programma deelgenomen. De opleiding als zodanig valt onder de verantwoordelijkheid van de stichting ECABO. De schoolcomponent is verzorgd door streekscholen te Voorburg, Zwolle en Groningen. Met het cursusjaar wordt de experimentele periode van het ambtenaren-programma afgesloten Opleidingskosten De cursuskosten bij opleiding in het leerlingwezen komen in de regel voor rekening van de werkgever, in dit geval de departementen. Het Ministerie van O&W neemt de kosten van het onderwijs op de streekscholen voor zijn rekening. 6. Akties op andere opleidingsgebieden Buiten het bestek van het Aktieplan vallen de functie-opleidingen die in sommige grotere dienst-onderdelen voor gespecialiseerde functies zijn ontwikkeld. Tot deze categorie behoren onder meer de opleidingen bij de Belastingsdienst, Rijkswaterstaat, het Gevangeniswezen en het parket. Functie-opleidingen op interdepartementaal niveau, die wel in het Aktieplan zijn opgenomen, zijn bij voorbeeld de vakopleidingen voor functionarissen van personeels-, organisatie- en opleidingsafdelingen en voor archiefmedewerkers. Voorts blijft het opleidingsbeleid gericht op de verzorging van tal van opleidingsmogelijkheden die het personeel en de departementen en departementsonderdelen ten dienste staan. Tot deze categorie kunnen onder meer worden gerekend algemene cursussen in communicatieve vaardigheden, trainingen voor persoonlijke ontwikkeling en cursussen ter voorbereiding op de pensionering. Op de hier bedoelde gebieden van opleidingsbeleid wordt op korte termijn geen grote expansie voorgenomen. Wel wordt het beleid stelselmatig getoetst en zonodig bijgesteld. In de komende jaren worden acties ondernomen in verband met: 6.1. het streven naar doelmatigheid bij de inzet van interne en externe opleidingscapaciteit; 6.2. een eind begonnen onderzoek in het kader van de Heroverwegingen Collectieve Uitgaven naar de mogelijkheden van en voorwaarden voor privatisering van interne opleidingen in de rijksdienst; 6.3. een stelselmatige inbreng vanuit het emancipatiebeleid in opleidingsactiviteiten voor leidinggevenden - op alle niveaus - en voor personeelsfunctionarissen; 6.4. afstemming van opleidingsactiviteiten op deeltijdarbeid en naar aanleiding van arbeidstijdverkorting; 6.5. het scheppen van voorwaarden voor opleidingen die noodzakelijk zijn bij de invoering van de Arbeidsomstandighedenwet en bij het gaan functioneren van de dienstcommissies-nieuwe-stijl. Deze nieuwe oplei- Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 11

12 dingsactiviteiten zullen door de departementen ter hand worden genomen. Het Rijks Opleidingsinstituut kan daarbij opleidingskundige ondersteuning bieden. 7. Consequenties voor het functioneren van het Rijks Opleidingsinstituut ROI Het Rijks Opleidingsinstituut zal ten aanzien van de hierboven genoemde acties een stimulerende, ondersteunende, en deels coördinerende en uitvoerende rol vervullen. Meer dan voorheen zal het accent daarbij komen te liggen op advies en bijstand ten behoeve van het management en de opleidingsfunctie bij de departementen. Het instituut zal een voortrekkersrol dienen te spelen bij de implementatie in de rijksdienst van nieuwe ontwikkelingen en inzichten op het terrein van het bedrijfsintern opleiden. Het zal tevens stimulerend en ondersteunend moeten optreden bij vernieuwingen van het functioneren van het overheidsapparaat, deels voortvloeiend uit het project Reorganisatie Rijksdienst en de Heroverwegingen. (Zie de rapporten, die reeds zijn genoemd in de voetnoten onderaan blz. 6.) Het ROI zal eveneens een adequate bijdrage op opleidingsgebied moeten leveren als onderdeel van het managementontwikkelingsbeleid. Managementontwikkeling in de Rijksdienst wordt gestimuleerd en ondersteund vanuit het Ministerie van Binnenlandse Zaken. De opleidingsbijdragen van het ROI worden gecoördineerd met activiteiten van andere beleidsonderdelen van het Directoraat-Generaal voor Overheidspersoneelsbeleid en van de Directie Overheidsorganisatie en automatisering. De uitvoering van opleidingsactiviteiten door het ROI wordt geconcentreerd op datgene wat niet bij de departementen of andere instanties kan worden gedaan. Een en ander brengt mee dat het karakter van het instituut zal worden gewijzigd: het accent zal komen te liggen bij beleidsontwikkeling en ondersteuning, terwijl de uitvoeringstaak verder zal worden teruggebracht. De samenstelling van het personeelsbestand zal in de komende jaren met deze accentverschuiving in overeenstemming worden gebracht. In het bijzonder zal de personele capaciteit op het gebied van ondersteuning en beleidsontwikkeling worden versterkt.dit is mogelijk door het aantrekken van een aantal gekwalificeerde krachten en door verdere vermindering van het opleidingspakket met ca. 30%. De vermindering van het opleidingspakket zal tevens leiden tot ruimte in het materiële budget. Deze ruimte zal voor een belangrijk deel worden aangewend voor de financiering van projecten op de gebieden management en informatievoorziening: - interdepartementale managementopleidingsprojecten; - ondersteuning van informatica-opleidingen binnen departementen. III. Rol coördinerend bewindsman Het is de taak van de Minister van Binnenlandse Zaken om de uitvoering van het kabinetsbesluit over het Aktieplan Vorming en Opleiding Rijksoverheid te bevorderen. De Stuurgroep Opleidingsbeleid Rijksoverheid (SOR) zal de minister van Binnenlandse Zaken bij deze taken in adviserende zin bijstaan. In het algemeen betreffen de in het Aktieplan opgenomen aktiepunten het autonome verantwoordelijkheidsgebied van de departementsleidingen. Het Aktieplan houdt in dat de departementen te werk gaan aan de hand van opleidingsplannen. Het ROI zal een algemeen toepasbaar planningsmodel ontwikkelen. Bij de instelling is reeds bepaald dat de SOR bevoegd is om aan de departementsleidingen gegevens op te vragen over de ontwikkeling en uitvoering van departementale opleidingsplannen. (Zie Besluit SOR, d.d. 25 februari 1982, ROI-82/00.620, gepubliceerd in de Staatscourant nr. 50 van 11 maart 1983.) Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr. 6 12

13 Er bestaat daardoor de overleglijn: departementsleiding - SOR - Minister van Binnenlandse Zaken - Ministerraad voor de ontwikkeling en uitvoering van departementale opleidingsplannen conform het Aktieplan Vorming en Opleiding Rijksoverheid In dit overleg kan de Minister van Binnenlandse Zaken, geadviseerd door de SOR, een stimulerende invloed uitoefenen. Hierbij is het van betekenis dat in de SOR de departementsleidingen op het hoogste ambtelijke niveau, alsmede de ambtenarencentrales, zijn vertegenwoordigd. Waar nodig kan de minister ondersteunende bijdragen van het ROI, dat tevens optreedt als secretariaat van de SOR, aanbieden. De departementale opleidingsinstanties zullen het ROI, volgens een nader te bepalen procedure, van informatie voorzien. Deze overleglijn is geïnspireerd op nieuwe denkbeelden over de decentralisatie van bevoegdheden (beslissingen op decentraal niveau, verantwoording achteraf), zoals die ten aanzien van het opleidingsbeleid zijn neergelegd in het rapport «Herinrichting personeelsbeleid Rijksdienst (november 1983)». Tweede Kamer, vergaderjaar , 17317, nr. 6 13

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1995 1996 24 420 Beleidsvoornemens Politie 1996 Nr. 2 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN VAN JUSTITIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1988-1989 Rijksbegroting voor het jaar 1989 20 800 Hoofdstuk VIM Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen Nr. 95 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1996 378 Wet van 3 juli 1996, houdende algemene regels over de advisering in zaken van algemeen verbindende voorschriften of te voeren beleid van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 28 000 VIII Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (VIII) voor

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 99-992 22 032 Verslag van de Algemene Rekenkamer over 990 Nr. 26 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1990-1991 Het midden en kleinbedrijf in hoofdlijnen BRIEF VAN DE MiNISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

het project "Informatie- en communicatietechnologie (ICT) in het onderwijs" in 2002

het project Informatie- en communicatietechnologie (ICT) in het onderwijs in 2002 Accountantsdienst OCenW Servicegroep Cultuur en Apparaatskosten Bredewater 8 Postadres Postbus 25000 2700 LZ Zoetermeer Telefoon (079) 323 31 55 Telefax (079) 323 39 20 Rapport over het project "Informatie-

Nadere informatie

PLAN VAN AANPAK PROJECT VINKENSLAG, versie 4 september 2008

PLAN VAN AANPAK PROJECT VINKENSLAG, versie 4 september 2008 PLAN VAN AANPAK PROJECT VINKENSLAG, versie 4 september 2008 1. Achtergrond en aanleiding De Rekenkamer Maastricht doet onderzoek naar de doeltreffendheid, doelmatigheid en rechtmatigheid van het gevoerde

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 30714 5 november 2013 Besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Minister van Wonen en

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 240 VIII Jaarverslag en slotwet Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap 2011 Nr. 8 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld 14 juni

Nadere informatie

ADVIES I.V.M. HET POSITIEF ACTIEPLAN ALLOCHTONEN EN ARBEIDSGEHANDICAPTEN 2002

ADVIES I.V.M. HET POSITIEF ACTIEPLAN ALLOCHTONEN EN ARBEIDSGEHANDICAPTEN 2002 ADVIES I.V.M. HET POSITIEF ACTIEPLAN ALLOCHTONEN EN ARBEIDSGEHANDICAPTEN 2002 Brussel, 13 februari 2002 2. Op 4 januari 2002 vroeg de heer Van Grembergen, Vlaams minister van Binnenlandse Aangelegenheden,

Nadere informatie

Hoofdstuk 17 wordt inclusief koptekst gewijzigd en komt als volgt te luiden

Hoofdstuk 17 wordt inclusief koptekst gewijzigd en komt als volgt te luiden Bijlage 1 bij ledenbrief ECCVA/U201201556 Bijlage 1 CAR Teksten A Hoofdstuk 17 wordt inclusief koptekst gewijzigd en komt als volgt te luiden HOOFDSTUK 17 OPLEIDING EN ONTWIKKELING Ontwikkeling en mobiliteit

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 27 127 Financiële verantwoordingen over het jaar 1999 Nr. 1 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1986-1987 19 582 Het toeristisch en recreatief onderwijs Nr. 2 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS EN WETENSCHAPPEN Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 33 416 Wet inzake houdbare financiën van de collectieve sector (Wet houdbare overheidsfinanciën) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid AV/IR/2003/20105. Datum 10 maart 2003

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid AV/IR/2003/20105. Datum 10 maart 2003 Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1a DEN HAAG Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Telefoon (070) 333

Nadere informatie

Besluit van houdende regels ter uitvoering van artikel 36 van de Politiewet 2012 (Besluit verdeling sterkte en middelen politie)

Besluit van houdende regels ter uitvoering van artikel 36 van de Politiewet 2012 (Besluit verdeling sterkte en middelen politie) Besluit van houdende regels ter uitvoering van artikel 36 van de Politiewet 2012 (Besluit verdeling sterkte en middelen politie) Op voordracht van Onze Minister van Veiligheid en Justitie van * 2012, nummer

Nadere informatie

verantwoordingsonderzoek 2017 bij het Ministerie van Financiën en Nationale

verantwoordingsonderzoek 2017 bij het Ministerie van Financiën en Nationale BEZORGEN De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Lange Voorhout 8 Postbus 20015 2500 EA Den Haag T 070 342 43 44 E voorlichting@rekenkamer.nl W www.rekenkamer.nl

Nadere informatie

Nota van B&W. Onderwerp Onderzoek verzelfstandiging OSK

Nota van B&W. Onderwerp Onderzoek verzelfstandiging OSK Onderwerp Onderzoek verzelfstandiging OSK Nota van B&W Portefeuille M. Divendal Auteur Dhr. P. Platt Telefoon 5115629 E-mail: plattp@haarlem.nl MO/OWG Reg.nr. OWG/2006/935 Bijlagen kopiëren: A B & W-vergadering

Nadere informatie

- 1 - De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

- 1 - De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, - 1 - Regeling van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 3 augustus 2012, nr. JOZ/378065, houdende regels voor het verstrekken van aanvullende bekostiging ten behoeve van het stimuleren

Nadere informatie

De Minister voor Wonen en Rijksdienst, Handelend in overeenstemming met het gevoelen van de ministerraad;

De Minister voor Wonen en Rijksdienst, Handelend in overeenstemming met het gevoelen van de ministerraad; Regeling van de Minister voor Wonen en Rijksdienst van 2015, nr. , tot instelling van het tijdelijk Bureau ICT-toetsing (Instellingsbesluit tijdelijk Bureau ICT-toetsing) Handelend

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rijksoverheid.nl/venj

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1984-1985 17 877 Werving en Selectie Nr. 3 De vroegere stukken zijn gedrukt in de zitting 1982-1983 en in het vergaderjaar 1983-1984 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS

Nadere informatie

Raad voor Cultuur. Telefax

Raad voor Cultuur. Telefax Aan De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen p/a de algemene rijksarchivaris Postbus 90520 2509 LM 's-gravenhage Ondenverp R.J. Schimmelpennincklaan 3 ontwerp-selectielijst archiefbescheiden

Nadere informatie

s-gravenhage, 14 januari 2000 De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E. Borst-Eilers

s-gravenhage, 14 januari 2000 De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E. Borst-Eilers Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal s-gravenhage, 14 januari 2000 Onderwerp: Beleidsvisie landelijk kennis/behandelcentrum eetstoornissen Hierbij doe ik u een mijn «beleidsvisie voor

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 832 Wijziging van de Wet privatisering ABP in verband met de wijziging van de aanwijzingsvoorwaarden voor deelneming in het ABP Nr. 3 Het advies

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 27372 1 september 2015 Besluit van de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van 18 augustus 2015, nr. MBO/803345,

Nadere informatie

Uitwerking aanbevelingen rapport Berenschot Evaluatie van de interne en externe Governance van de Stichting Energy Valley

Uitwerking aanbevelingen rapport Berenschot Evaluatie van de interne en externe Governance van de Stichting Energy Valley Bijlage Uitwerking aanbevelingen rapport Berenschot Evaluatie van de interne en externe Governance van de Stichting Energy Valley Bestuurlijk Overleg Noord-Nederland (BONN) 23 mei 2014 Aanleiding In 2013

Nadere informatie

Checklist strategisch opleidingsplan voor ondernemingsraad. mei 2014

Checklist strategisch opleidingsplan voor ondernemingsraad. mei 2014 strategisch opleidingsplan voor ondernemingsraad mei 2014 De zorg die algemene ziekenhuizen, categorale instellingen en revalidatiecentra moeten bieden wordt steeds complexer. De ligduur wordt in zijn

Nadere informatie

Afsprakenkader. Partners in Leren en Werken in. Zorg en Welzijn Zeeland. Vastgesteld in de FluenZ Adviesraad. ViaZorg

Afsprakenkader. Partners in Leren en Werken in. Zorg en Welzijn Zeeland. Vastgesteld in de FluenZ Adviesraad. ViaZorg Afsprakenkader Partners in Leren en Werken in Zorg en Welzijn Zeeland ViaZorg 2014 Vastgesteld in de FluenZ Adviesraad INHOUD Inleiding 1. Hoe kunnen de opleidingen kwalitatief beter en vooral uitdagender?

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Zitting 1980-1981 16815 Toelatingscriteria numerus fixus-studierichtingen voor het studiejaar 1981-1982 Nr. 2 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS EN WETENSCHAPPEN Aan de

Nadere informatie

Functiebeschrijving Manager Kwaliteitsbeleid

Functiebeschrijving Manager Kwaliteitsbeleid Functiebeschrijving Manager Kwaliteitsbeleid Binnen O2A5 staat een belangrijke verandering voor de deur, namelijk de invoering van zgn. onderwijsteams. Voor een succesvolle implementatie van deze organisatieverandering

Nadere informatie

Aan de commissie Inwonerszaken

Aan de commissie Inwonerszaken Vergaderdatum 29 augustus 2007 Made, 14 mei 2007 Agendapunt Aan de commissie Inwonerszaken Onderwerp Leesstuk indicatie en levering Hulp bij het huishouden Voorstel Financiële paragraaf Ter kennísname:

Nadere informatie

Reorganisatiecode Universiteit Leiden

Reorganisatiecode Universiteit Leiden Reorganisatiecode Universiteit Leiden 1. Voorbereidingsfase 2. Aankondiging 3. Uitwerkingsfase 4. Centraal overleg 5. Uitvoeringsfase 1. Voorbereidingsfase De voorgenomen reorganisatie wordt door de decentrale

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 0 0 33 050 Wijziging van de Wet op de medische keuringen in verband met het opnemen van de mogelijkheid tot onderbrenging van de klachtenbehandeling bij aanstellingskeuringen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1974-1975 13 412 Protocol van de regeringsconferentie Nederland, Suriname en de Nederlandse Antillen, van 20 en 21 mei te Paramaribo, en de conclusies van het

Nadere informatie

Onderwerp Ontwerp-selectielijst archiefbescheiden zorgdrager minister van BZK, beleidsterrein Nationale Ombudsman over de periode

Onderwerp Ontwerp-selectielijst archiefbescheiden zorgdrager minister van BZK, beleidsterrein Nationale Ombudsman over de periode Aan De Staatssecretaris van Onderwijs, en Wetenschappen P/a de algemene rijksarchivaris Postbus 90520 2509 LM s-gravenhage Onderwerp Ontwerp-selectielijst archiefbescheiden zorgdrager minister van BZK,

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1997 31 Besluit van 13 januari 1997, houdende regeling van het overleg met centrales van overheidspersoneel en sectorwerkgevers verenigd in de Raad

Nadere informatie

Onderwerp ontwerp-selectielijst archiefbescheiden beleidsterrein "Invoerrechten en accijnzen" over de periode

Onderwerp ontwerp-selectielijst archiefbescheiden beleidsterrein Invoerrechten en accijnzen over de periode Raad voor Cultuur Aan de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen p/a de algemene rijksarchivaris Postbus 90520 2509 LM 's-gravenhage Onderwerp ontwerp-selectielijst archiefbescheiden beleidsterrein

Nadere informatie

een faculteit of dienst. Bij een reorganisatie van de Universiteit Twente als geheel geldt de UT als eenheid.

een faculteit of dienst. Bij een reorganisatie van de Universiteit Twente als geheel geldt de UT als eenheid. óa REORGANISATIECODE peejs~!e~!sjea!un BEGRIPPENLIJST Werkgever: Beheerder: Eenheid: het College van Bestuur de decaan van een faculteit of de directeur van een dienst. Bij een reorganisatie van de Universiteit

Nadere informatie

FUNCTIEBESCHRIJVING EN -WAARDERING. Stichting Talent Adjunct-algemeen directeur

FUNCTIEBESCHRIJVING EN -WAARDERING. Stichting Talent Adjunct-algemeen directeur FUNCTIEBESCHRIJVING EN -WAARDERING Adjunct-algemeen directeur januari 2013 Opdrachtgever Nieuwstraat 23 A 1621 EA Hoorn Auteur P.P.J.G. Janssen Project 5POBA4560 1 FUNCTIE INFORMATIE Functienaam Adjunct-algemeen

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1996 4 Besluit van 20 december 1995, houdende wijziging van het Rijkswachtgeldbesluit 1959 en de Uitkeringsregeling 1966 Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

Regiovisie Bergen-Gennep-Mook en Middelaar

Regiovisie Bergen-Gennep-Mook en Middelaar Bijlage 5 bij Raadsvoorstel Regionale Agenda dd 16 mei 2011 Bestuursovereenkomst Regiovisie Bergen-Gennep-Mook en Middelaar Vastgesteld door de Stuurgroep Regiovisie Bergen, Gennep, Mook en Middelaar op

Nadere informatie

Functie: Medewerker administratieve organisatie en interne controle

Functie: Medewerker administratieve organisatie en interne controle Advies Nr. 51 Functie: Medewerker administratieve organisatie en interne controle In haar vergadering van 3 december 1998 heeft de bezwarencommissie functiewaardering politie het bezwaar behandeld van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1980-1981 Rijksbegroting voor het jaar 1981 16 400 Hoofdstuk XII Departement van Verkeer en Waterstaat Nr. 60 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Nadere informatie

INTENTIEVERKLARING. De Vereniging voor Christelijk Onderwijs Groningen. De Vereniging voor Christelijk Basisonderwijs Hoogkerk,

INTENTIEVERKLARING. De Vereniging voor Christelijk Onderwijs Groningen. De Vereniging voor Christelijk Basisonderwijs Hoogkerk, INTENTIEVERKLARING De Vereniging voor Christelijk Onderwijs Groningen en De Vereniging voor Christelijk Basisonderwijs Hoogkerk, verder te noemen: de besturen, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd, overwegende

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID VAN 15 MAART 2007 TOT WIJZIGING VAN HET BESLUIT TOT ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN

Nadere informatie

FORMULIER FUNCTIEPROFIEL

FORMULIER FUNCTIEPROFIEL FORMULIER FUNCTIEPROFIEL Basisgegevens Datum 9-6-2015 Naam van de functie: HR Manager Plaats in de organisatie Rapporteert aan of werkt onder leiding van: directie Geeft leiding aan: afdeling P&O Doel

Nadere informatie

een faculteit of dienst. Bij een reorganisatie van de Universiteit Twente als geheel geldt de UT als eenheid.

een faculteit of dienst. Bij een reorganisatie van de Universiteit Twente als geheel geldt de UT als eenheid. REORGANISATIECODE BEGRIPPENLIJST Werkgever: Beheerder: Eenheid: OPUT: Lokaal overleg: Universiteitsraad: het College van Bestuur de decaan van een faculteit of de directeur van een dienst. Bij een reorganisatie

Nadere informatie

Foech ried/kolleezje: De vaststelling van verordeningen als bedoeld in artikel 8 en artikel 35 IOAW dient door de gemeenteraad te gebeuren.

Foech ried/kolleezje: De vaststelling van verordeningen als bedoeld in artikel 8 en artikel 35 IOAW dient door de gemeenteraad te gebeuren. Riedsútstel Ried : 14 februari 2013 Status : Besluitvormend Agindapunt : 6 Eardere behandeling : Informerend: 10 januari 2013 Opiniërend: 24 januari 2013 Portefúljehâlder : K. Antuma Amtner : Mw. R. Schievink-de

Nadere informatie

Onderwerp Besluit organisatie, mandaat, volmacht en machtiging Consumentenautoriteit 2007

Onderwerp Besluit organisatie, mandaat, volmacht en machtiging Consumentenautoriteit 2007 Datum 3-01-2007 Kenmerk CA/6113295 Onderwerp Besluit organisatie, mandaat, volmacht en machtiging Consumentenautoriteit 2007 De Consumentenautoriteit, Gelet op afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht,

Nadere informatie

u\\ kenmeik on;, kenmeik ARZ/404601 Lbr. 94/154.- CvA 94/15

u\\ kenmeik on;, kenmeik ARZ/404601 Lbr. 94/154.- CvA 94/15 LOG A CvA ACOP AC CCOOP CMHF De leden (t.a.v Burgemeester en Wethouders) 1994404601 Landelijk Overleg Gemeentelijke Arbeidsvoorwaarden dooi kiesnummei (070) 3738884 onderwelp LOGA-advies Overeenstemmingsvereiste

Nadere informatie

Functiebeschrijving Manager Personeelsbeleid

Functiebeschrijving Manager Personeelsbeleid Functiebeschrijving Manager Personeelsbeleid Binnen O2A5 staat een belangrijke verandering voor de deur, namelijk de invoering van zgn. onderwijsteams. Voor een succesvolle implementatie van deze organisatieverandering

Nadere informatie

Raad voor Cultuur. Mijnheer de Staatssecretaris,

Raad voor Cultuur. Mijnheer de Staatssecretaris, Aan De Staatssecretaris van Onderwijs, en Wetenschappen P/a de algemene rijksarchivaris Postbus 90520 2509 LM s-gravenhage Onderwerp Ontwerp-selectielijst archiefbescheiden zorgdrager minister van Volkshuisvesting,

Nadere informatie

B CAO afspraken persoonlijk budget en extra budget

B CAO afspraken persoonlijk budget en extra budget B CAO afspraken persoonlijk budget en extra budget Looptijd CAO Bij de nadere uitwerking van de vernieuwing van de CAO UMC is ervan uitgegaan dat de eerstkomende CAO een looptijd van drie jaar en twee

Nadere informatie

Uiterst voorstel CAO PARENCO juni 2017

Uiterst voorstel CAO PARENCO juni 2017 Uiterst voorstel CAO PARENCO 2017-2019 13 juni 2017 Na drie intensieve onderhandelingsrondes over een nieuwe CAO hebben wij op 13 juni jl. een uiterst voorstel gedaan aan vakorganisaties om te komen tot

Nadere informatie

Eindbod CAO PARENCO maart 2016

Eindbod CAO PARENCO maart 2016 Eindbod CAO PARENCO 2016 18 maart 2016 Na een groot aantal onderhandelingsrondes over een nieuwe CAO hebben partijen op 18 maart jl. een ultieme poging gedaan om te komen tot een nieuwe cao. Parenco heeft

Nadere informatie

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag > Retouradres Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Directie Constitutionele Zaken en Wetgeving Afdeling Wetgeving Staatsinrichting en Bestuur Turfmarkt

Nadere informatie

Onderwijshuisvestingsbeleid gemeente Utrecht. Onderzoeksplan

Onderwijshuisvestingsbeleid gemeente Utrecht. Onderzoeksplan Onderwijshuisvestingsbeleid gemeente Utrecht Onderzoeksplan Rekenkamer Utrecht 16 februari 2009 1 Inleiding Vanuit de raadsfracties van het CDA en de VVD kwam in 2008 de suggestie aan de Rekenkamer om

Nadere informatie

BIJLAGE 1, BEDOELD IN ARTIKEL B.8 VAN DE COLLECTIEVE AR- BEIDSVOORWAARDENREGELING PROVINCIES (Spelregels en flankerend beleid bij reorganisaties)

BIJLAGE 1, BEDOELD IN ARTIKEL B.8 VAN DE COLLECTIEVE AR- BEIDSVOORWAARDENREGELING PROVINCIES (Spelregels en flankerend beleid bij reorganisaties) BIJLAGE 1, BEDOELD IN ARTIKEL B.8 VAN DE COLLECTIEVE AR- BEIDSVOORWAARDENREGELING PROVINCIES (Spelregels en flankerend beleid bij reorganisaties) A. PROCEDURELE KADERS BIJ REORGANISATIES 1. De provincie

Nadere informatie

Communicatieplan Energie- & CO 2

Communicatieplan Energie- & CO 2 Communicatieplan Energie- & CO beleid Versie 9 - Januari 013 Akkoord Directie: Inhoud: 1. Inleiding 1.1 Ambitie 1. Aansluiting op de marktontwikkelingen 1.3 Doelstellingen en voorgenomen acties in 01 1.4

Nadere informatie

Leidraad jaarverslag Kwaliteitsimpuls 2015

Leidraad jaarverslag Kwaliteitsimpuls 2015 Leidraad jaarverslag Kwaliteitsimpuls 2015 Deze leidraad is door de NVZ beschikbaar gesteld als onderdeel van de afspraken bij de subsidieregeling Kwaliteitsimpuls Personeel Ziekenhuiszorg December 2015

Nadere informatie

Bestuurlijke planning en control en concernsturing

Bestuurlijke planning en control en concernsturing Miniconferentie 19 september 2003 Bestuurlijke planning en control en concernsturing Respons voor provincies Hoe sluit de ambtelijke cyclus aan op de bestuurlijke? Wat is de balans tussen sturing en verantwoording?

Nadere informatie

Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING

Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING 29311 Wijziging van de Algemene wet gelijke behandeling en enkele andere wetten naar aanleiding van onderdelen van de evaluatie van de Algemene wet gelijke behandeling, de Wet gelijke behandeling van mannen

Nadere informatie

RAAMWERK BEDRIJFSOPLEIDINGSPLAN MODE- EN INTERIER-INDUSTRIE

RAAMWERK BEDRIJFSOPLEIDINGSPLAN MODE- EN INTERIER-INDUSTRIE RAAMWERK BEDRIJFSOPLEIDINGSPLAN MODE- EN INTERIER-INDUSTRIE 1. Inleiding Het opleiden van medewerkers vormt een belangrijk middel om uw bedrijfsvoering te verbeteren. Onder andere met opleidingen, cursussen

Nadere informatie

Datum 12 april 2012 Onderwerp Inspectie Openbare Orde en Veiligheid rapport "Follow the Money"

Datum 12 april 2012 Onderwerp Inspectie Openbare Orde en Veiligheid rapport Follow the Money 1 > Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Schedeldoekshaven 100 2511 EX Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den

Nadere informatie

BESLUITNOTA. Sluitende aanpak jongeren naar startkwalificatie en werk. Regio Hoogezand-Sappemeer, Haren en Slochteren

BESLUITNOTA. Sluitende aanpak jongeren naar startkwalificatie en werk. Regio Hoogezand-Sappemeer, Haren en Slochteren BESLUITNOTA Sluitende aanpak jongeren naar startkwalificatie en werk Regio Hoogezand-Sappemeer, Haren en Slochteren Aan : Bestuurlijk overleg: gemeenten Hoogezand-Sappemeer, Haren en Slochteren provincie

Nadere informatie

1.Inleiding. 2.Profielen per 1 augustus 2007

1.Inleiding. 2.Profielen per 1 augustus 2007 logoocw De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Den Haag Ons kenmerk VO/OK/2003/53723 Uw kenmerk Onderwerp tweede fase havo/vwo 1.Inleiding In het algemeen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1987-1988 Minderhedenbeleid BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERK GELEGENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal 's-gravenhage,

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 1987-1988 19790 Sectorvorming en vernieuwing in het middelbare beroepsonderwijs Nr. 24 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS EN WETENSCHAPPEN Aan de

Nadere informatie

In deze brief licht ik het voornemen tot oprichting van deze rechtspersoon nader toe.

In deze brief licht ik het voornemen tot oprichting van deze rechtspersoon nader toe. > Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Bestuur, Democratie & Financiën Europa en Binnenlands Bestuur Schedeldoekshaven 200 2511 EZ Den Haag Postbus

Nadere informatie

Nadere uitleg is opgenomen in de implementatiehandleiding, onderdeel van de bij deze modelverordening behorende ledenbrief.

Nadere uitleg is opgenomen in de implementatiehandleiding, onderdeel van de bij deze modelverordening behorende ledenbrief. Modelverordening cliºntenparticipatie Participatiewet Leeswijzer modelbepalingen - [...] of [iets] = door gemeente in te vullen, zie bijvoorbeeld artikel 2, derde lid. - [iets] = facultatief, zie bijvoorbeeld

Nadere informatie

Aan dtkv. 2017/ Uw brief van: 23 maart 2017 Ons nummer: Willemstad, 11 april 2017

Aan dtkv. 2017/ Uw brief van: 23 maart 2017 Ons nummer: Willemstad, 11 april 2017 Aan dtkv De Raad van Ministers De Minister van Economische Ontwikkeling De heer E. Goeloe AmiDos Building, Pletterijweg 43 Curaçao Uw nummer (letter): Onderwerp: Bijlage(n): 2017/010888 Uw brief van: 23

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2003 2004 29 200 X Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2004 Nr. 66 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE

Nadere informatie

Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid. Overeenkomst inzake de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid

Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid. Overeenkomst inzake de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid Overeenkomst inzake de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid Versie geldig vanaf 01 februari 2003 De minister van Binnenlandse Zaken, de minister van Onderwijs,

Nadere informatie

Kadernota xteme inhuur

Kadernota xteme inhuur Kadernota Externe inhuur Stuknummer: b!07.00560 gemeente Den Helder Concept Kadernota xteme inhuur Inhoudsopgave Kadernota Externe inhuur 1. Inleiding 3 2. Kaders 3 2.1. Definitie 3 2.2. Reikwijdte van

Nadere informatie

Verordening Cliëntenparticipatie Wsw Wet Sociale Werkvoorziening

Verordening Cliëntenparticipatie Wsw Wet Sociale Werkvoorziening Verordening Cliëntenparticipatie Wsw Wet Sociale Werkvoorziening. De raad van de gemeente Hilversum, Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 29 april 2008; BESLUIT De Verordening cliëntenparticipatie

Nadere informatie

Advies van de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid inzake de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen

Advies van de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid inzake de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen Advies van de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid inzake de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen Advies nummer 23 's-gravenhage, 17 maart 2000 1 Advies van de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid

Nadere informatie

Aan dtkv. 2017/ Uw brief van: 22 februari 2017 Ons nummer: Willemstad, 6 april 2017

Aan dtkv. 2017/ Uw brief van: 22 februari 2017 Ons nummer: Willemstad, 6 april 2017 Aan dtkv De Raad van Ministers De Minister van Economische Ontwikkeling De heer E. Goeloe AmiDos Building, Pletterijweg 43 Curaçao Uw nummer (letter): Onderwerp: Bijlage(n): 2017/006934 Uw brief van: 22

Nadere informatie

De Rekenkamer is verder nagegaan of de verantwoording van de verschuldigde vergoeding over 2011, 2012 en 2013 volledig is.

De Rekenkamer is verder nagegaan of de verantwoording van de verschuldigde vergoeding over 2011, 2012 en 2013 volledig is. 1 Managementsamenvatting De managementsamenvatting is geschreven in het Nederlands en het Papiamentu. De Rekenkamer wil hiermee bereiken dat meer mensen kennis kunnen nemen van de inhoud van het rapport.

Nadere informatie

Plan van Aanpak. Servicepunt Vrijwilligerswerk Hengelo. Onderdeel. Maatschappelijke Stage

Plan van Aanpak. Servicepunt Vrijwilligerswerk Hengelo. Onderdeel. Maatschappelijke Stage Plan van Aanpak Servicepunt Vrijwilligerswerk Hengelo Onderdeel Maatschappelijke Stage 2012 Concept 0.2 Inhoud Deel I Kaders 1. Inleiding 2. Doelgroep 3. Doelstelling 4. Kerntaken 4.1 Makelen en verbinden

Nadere informatie

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. Clusius College te Alkmaar

ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU. Clusius College te Alkmaar ONDERZOEK NAAR KWALITEITSVERBETERING MBO OPLEIDINGSNIVEAU Clusius College te Alkmaar Natuur en groene ruimte 3 (Vakbekwaam medewerker groenvoorziening) 97252 Bloemendetailhandel (Medewerker bloembinden)

Nadere informatie

14 april 2008 PO/B&B/2008/9198

14 april 2008 PO/B&B/2008/9198 Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Den Haag Ons kenmerk 14 april 2008 PO/B&B/2008/9198 Onderwerp verlichting leergang bewegingsonderwijs Inleiding

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT Registratienummer raad 1076608 Behorend bij het B&W-advies met registratienummer 1076607 Moet in elk geval behandeld zijn in de raadsvergadering van de gemeente Ptjrmerend

Nadere informatie

Evaluatie paragraaf Personeelsbeleid uit Collegeprogramma

Evaluatie paragraaf Personeelsbeleid uit Collegeprogramma Evaluatie paragraaf Personeelsbeleid uit Collegeprogramma 2003-2007 Realisatie inrichtingsplannen Directie Beleid Utrecht, 12 januari 2006 Inhoud 1. Inleiding 2. Kwantitatieve doelstellingen 3. Kwalitatieve

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal Vergaderjaar 1988-1989 19 455 Marinebasis Den Helder Nr. 6 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal 's-gravenhage,

Nadere informatie

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID;

DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID; Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Regeling van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van 14 december 2004, Directie Arbeidsmarktbeleid Bijzondere Groepen, nr. ABG/GA/2004/85773

Nadere informatie

Verordening. Participatieraad Sociaal Domein. (WMO, Participatiewet en Jeugdwet)

Verordening. Participatieraad Sociaal Domein. (WMO, Participatiewet en Jeugdwet) Verordening Participatieraad Sociaal Domein (WMO, Participatiewet en Jeugdwet) Aalten 2015 Verordening Participatieraad Sociaal Domein (WMO, Participatiewet en Jeugdwet) Aalten 2015. Artikel 1. Begripsbepalingen

Nadere informatie

Notitie beschut werk. Aanleiding. Indicatiestelling beschut werk UWV

Notitie beschut werk. Aanleiding. Indicatiestelling beschut werk UWV Notitie beschut werk Aanleiding Met de inwerkingtreding van de Participatiewet is per 1 januari 2015 de toegang tot de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) afgesloten voor nieuwe instroom en kunnen personen

Nadere informatie

Verordening cliëntenparticipatie WerkSaam Westfriesland 2015

Verordening cliëntenparticipatie WerkSaam Westfriesland 2015 Verordening cliëntenparticipatie WerkSaam Westfriesland 2015 Het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling WerkSaam Westfriesland, gevestigd te Hoorn; Gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur

Nadere informatie

Concept-Convenant verlaging caseload gezinsvoogdij. Convenant. 1. De Minister voor Integratie, Jeugdbescherming, Preventie en Reclassering

Concept-Convenant verlaging caseload gezinsvoogdij. Convenant. 1. De Minister voor Integratie, Jeugdbescherming, Preventie en Reclassering Concept-Convenant verlaging caseload gezinsvoogdij De ondergetekenden: Convenant 1. De Minister voor Integratie, Jeugdbescherming, Preventie en Reclassering en 2. De provincies en de grootstedelijke regio

Nadere informatie

Instruerend Bestuur Quickscan en checklist

Instruerend Bestuur Quickscan en checklist Instruerend Bestuur Quickscan en checklist Stade Advies BV Kwaliteit van samenleven Quickscan Instruerend Bestuur (0 = onbekend; 1 = slecht; 2 = onvoldoende; 3 = voldoende; 4 = goed; 5 = uitstekend) 1.

Nadere informatie

Raadsbijlage Voorstel inzake de sanering Stichting Peuterspeelzalen Eindhoven naar aanleiding van de Rapportage Ernst 5

Raadsbijlage Voorstel inzake de sanering Stichting Peuterspeelzalen Eindhoven naar aanleiding van de Rapportage Ernst 5 gemeente Eindhoven Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling Raadsbijlage nummer 145 Inboeknummer OOU001696 Beslisdatum BRW 9 juni 2000 Dossiernummer 024.202 Raadsbijlage Voorstel inzake de sanering Stichting

Nadere informatie

Omvang Collectief Mentaal Verzuim in organisaties

Omvang Collectief Mentaal Verzuim in organisaties Omvang Collectief Mentaal Verzuim in organisaties Feitelijk Energie het & Potentie Onbenut in Vermogen uw Bedrijf in en van organisaties in percentages en euro s! Hans Visser - United Sense Per 23 juli

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1999 2000 27 073 Wet houdende een nieuwe regeling voor verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds (Wet verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds

Nadere informatie

Raad voor Cultuur. Mijnheer de Staatssecretaris,

Raad voor Cultuur. Mijnheer de Staatssecretaris, Aan De Staatssecretaris van Onderwijs, en Wetenschappen P/a de algemene rijksarchivaris Postbus 90520 2509 LM s-gravenhage Onderwerp Ontwerp-selectielijst archiefbescheiden beleidsterrein Middelbaar beroepsonderwijs

Nadere informatie

ITEMLIJST voor EXTERNE GESPREKKEN

ITEMLIJST voor EXTERNE GESPREKKEN ITEMLIJST voor EXTERNE GESPREKKEN opgesteld in het kader van de ontwikkeling van strategisch beleid voor de SOIG te Groningen Groningen, mei 1995, Klaas Brouwer Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd

Nadere informatie

Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties

Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties Regeling Begeleiding Van Werk Naar Werk bij reorganisaties Pre-ambule In de cao provincies 2012-2015 zijn uit oogpunt van goed werkgeverschap afspraken gemaakt over een sectorale regeling Van Werk Naar

Nadere informatie

BESTUURSOPDRACHT MAJEURPROJECT VOORTGEZET ONDERWIJS Gemeenteraad

BESTUURSOPDRACHT MAJEURPROJECT VOORTGEZET ONDERWIJS Gemeenteraad BESTEMD VOOR BESTUURSOPDRACHT MAJEURPROJECT VOORTGEZET ONDERWIJS Gemeenteraad STATUS Openbaar DATUM BESTUURLIJKE Wethouder F. Strik OPDRACHTGEVER AMBTELIJKE OPDRACHTGEVER H. Damen hoofd Afdeling Beleid

Nadere informatie

Bijlagen: ontwerpbesluit (het rapport Omgevingsonderzoek provincie Noord- Holland is u al in december '97 toegestuurd).

Bijlagen: ontwerpbesluit (het rapport Omgevingsonderzoek provincie Noord- Holland is u al in december '97 toegestuurd). Voordracht 21 Haarlem, 17 maart 1998 Onderwerp: omgevingsonderzoek provincie Noord-Holland Bijlagen: ontwerpbesluit (het rapport Omgevingsonderzoek provincie Noord- Holland is u al in december '97 toegestuurd).

Nadere informatie