Monumenten- en landschapszorg Een onderzoek naar de kwaliteit van de masteropleiding Monumentenen landschapszorg aan de Artesis Hogeschool Antwerpen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Monumenten- en landschapszorg Een onderzoek naar de kwaliteit van de masteropleiding Monumentenen landschapszorg aan de Artesis Hogeschool Antwerpen"

Transcriptie

1 ONDERWIJSVISITATIE Monumenten- en landschapszorg Een onderzoek naar de kwaliteit van de masteropleiding Monumentenen landschapszorg aan de Artesis Hogeschool Antwerpen Vlaamse Hogescholenraad 7 december 2010

2 De onderwijsvisitatie Monumenten - en landschapszorg Ravensteingalerij 27, bus Brussel tel.: info@vlhora.be Exemplaren van dit rapport kunnen tegen betaling verkregen worden op het VLHORA-secretariaat. Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op > evaluatieorgaan > visitatierapporten > huidige visitatieronde Wettelijk depot: D/2010/8696/20

3 voorwoord De visitatiecommissie brengt met dit rapport verslag uit over haar oordelen en de daaraan ten grondslag liggende motivering, conclusies en aanbevelingen die resulteren uit het onderzoek dat zij heeft verricht naar de onderwijskwaliteit van de masteropleiding Monumenten - en landschapszorg in Vlaanderen. De visitatiecommissie heeft hierbij de vernieuwde visitatieprocedure Handleiding Onderwijsvisitaties VLIR VLHORA, aangevuld protocol ter ondersteuning van de opleidingen in academisering, september 2008 gevolgd, waarbij zij niet enkel aanbevelingen en suggesties formuleert in het kader van de continue kwaliteitsverbetering van het hoger onderwijs, maar ook een oordeel geeft in het kader van de accreditatie van de opleiding. De visitatie en dit rapport passen in de werkzaamheden van de hogescholen en van de Vlaamse Hogescholenraad (VLHORA) met betrekking tot de kwaliteitszorg van het hogescholenonderwijs, zoals bepaald in artikel 93 van decreet van 4 april 2003 betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs. Met dit rapport wordt de bredere samenleving geïnformeerd over de wijze waarop de hogescholen en meer bepaald de betrokken opleiding omgaat met de kwaliteit van haar onderwijs. Toch is het rapport in de eerste plaats bedoeld voor de hogeschool die de opleiding aanbiedt. Op basis van de bevindingen van het rapport kan de hogeschool nu en in de nabije toekomst actie nemen om de kwaliteit van het onderwijs in de opleiding te handhaven en verder te verbeteren. De lezer moet er zich echter terdege bewust van zijn dat het rapport slechts een momentopname biedt van het onderwijs in de opleiding en dat de rapportering van de visitatiecommissie slechts één fase is in het proces van kwaliteitszorg. De VLHORA dankt allen die meegewerkt hebben aan het welslagen van dit proces van zelfevaluatie en visitatie. De visitatie was niet mogelijk geweest zonder de inzet van al wie binnen de hogeschool betrokken was bij de voorbereiding en de uitvoering ervan. Tevens is de VLHORA dank verschuldigd aan de voorzitter, de leden en de secretarissen van de visitatiecommissie voor de betrokkenheid en deskundige inzet waarmee zij hun opdracht hebben uitgevoerd. Marc Vandewalle secretaris-generaal Toon Martens voorzitter

4 4

5 inhoudsopgave voorwoord... 3 inhoudsopgave... 5 deel Hoofdstuk 1 De onderwijsvisitatie Monumenten - en landschapszorg Inleiding De betrokken opleidingen De visitatiecommissie Samenstelling Taakomschrijving Werkwijze Oordeelsvorming Indeling van het rapport Hoofdstuk 2 Het domeinspecifieke referentiekader Monumenten - en landschapszorg Inleiding Domeinspecifieke competenties Besluit deel Hoofdstuk 1 Artesis Hogeschool Antwerpen bijlagen

6 6

7 deel 1 algemeen deel 7

8 8 onderwijsvisitatie Monumenten - en landschapszorg

9 Hoofdstuk 1 De onderwijsvisitatie Monumenten - en landschapszorg 1.1 Inleiding In dit rapport brengt de visitatiecommissie verslag uit van haar bevindingen over de onderwijskwaliteit van de masteropleiding Monumenten - en landschapszorg, die zij op 2 en 3 maart 2010 in opdracht van de Vlaamse Hogescholenraad (VLHORA) heeft onderzocht. Dit initiatief past in de werkzaamheden van de hogescholen en van de VLHORA met betrekking tot de kwaliteitszorg van het hogescholenonderwijs, zoals bepaald in artikel 93 van het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 4 april 2003 betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen. 1.2 De betrokken opleidingen De masteropleiding Monumenten - en landschapszorg wordt door één hogeschool aangeboden. De visitatiecommissie bezocht op: - 2 en 3 maart 2010 Artesis Hogeschool Antwerpen 1.3 De visitatiecommissie Samenstelling De visitatiecommissie werd samengesteld conform de procedure van de Handleiding Onderwijsvisitaties VLIR VLHORA, aangevuld protocol ter ondersteuning van de opleidingen in academisering, september Meer in het bijzonder werden de richtlijnen van de Erkenningscommissie Hoger Onderwijs met betrekking tot de onafhankelijkheid van de commissieleden opgevolgd. De visitatiecommissie werd samengesteld door het bestuursorgaan van de VLHORA in zijn vergadering van 4 december 2009 en door het bestuursorgaan van de VLIR in de vergadering van 30 september De commissie voor de masteropleiding Monumenten- en landschapszorg aan de Artesis Hogeschool Antwerpen: Voorzitter en domeindeskundige: Onderwijsdeskundige: Domeindeskundige: Domeindeskundige: Linda Van Santvoort Joost Lowyck Inge Breedveldt Boer Marc Vanderauwera Voor een kort curriculum vitae van de commissieleden, zie bijlage 1. De waarnemer namens de VLIR was Ilse De Vooght. Onderwijsvisitatie Monumenten - en landschapszorg 9

10 Vanuit de VLHORA werden een projectbegeleider en een secretaris aangesteld. Voor de visitatie van de masteropleiding Monumenten - en landschapszorg was dit Sofie Landuyt Taakomschrijving De commissie geeft op basis van het zelfevaluatierapport van de opleiding en de gesprekken ter plaatse: - een oordeel over de onderwerpen en facetten uit het accreditatiekader van de NVAO; - een integraal oordeel over de opleiding; - suggesties om waar mogelijk te komen tot kwaliteitsverbetering Werkwijze De visitatie van de masteropleiding Monumenten - en landschapszorg aan de hogescholen gebeurde conform de werkwijze zoals die is vastgelegd in de Handleiding Onderwijsvisitaties VLIR VLHORA, aangevuld protocol ter ondersteuning van de opleidingen in academisering, september Voor de beschrijving van de werkwijze van de visitatiecommissie worden vier fasen onderscheiden. - fase 1, de installatie van de commissie; - fase 2, de voorbereiding; - fase 3, het visitatiebezoek; - fase 4, de schriftelijke rapportering. Fase 1 De installatie van de visitatiecommissie Op 16 december 2009 werd de visitatiecommissie officieel geïnstalleerd. De installatievergadering stond in het kader van een kennismaking, een gedetailleerde bespreking van het visitatieproces aan de hand van de Handleiding Onderwijsvisitaties VLIR VLHORA, aangevuld protocol ter ondersteuning van de opleidingen in academisering, september 2008 en een toelichting van het ontwerp van domeinspecifieke referentiekader. Daarnaast werden een aantal praktische afspraken gemaakt, onder meer met betrekking tot het bezoekschema, de bezoekdagen en de te lezen eindwerken en/of stageverslagen. Fase 2 De voorbereiding De visitatiecommissie heeft een domeinspecifiek referentiekader voor de opleiding opgesteld en aan de opleiding bezorgd. Elk commissielid heeft het zelfevaluatierapport en de bijlagen bestudeerd, de geselecteerde eindwerken gelezen en haar/zijn argumenten, vragen en voorlopig oordeel vastgelegd in een checklist, waarvan de secretaris een synthese heeft gemaakt. De synthese werd uitvoerig besproken en beargumenteerd door de commissieleden. Op 10 onderwijsvisitatie Monumenten - en landschapszorg

11 basis van de bespreking en de door de commissieleden opgestuurde vragenlijsten, inventariseerde de secretaris kernpunten en prioriteiten voor de gesprekken en het materialenonderzoek bij de visitatie. Fase 3 Het visitatiebezoek De VLHORA heeft een bezoekschema ontwikkeld dat desgevallend aangepast werd aan de specifieke situatie van de opleiding. Het bezoekschema werd opgenomen als bijlage 3. Tijdens de visitatie werd gesproken met een representatieve vertegenwoordiging van alle geledingen die bij de opleiding betrokken zijn. Tijdens de visitatie werd bijkomend informatiemateriaal bestudeerd en werd een bezoek gebracht aan de instelling met het oog op de beoordeling van de accommodaties en de voorzieningen voor de studenten. Tijdens de visitatie werd voor de verdere bevraging gebruik gemaakt van de synthese van de checklist en de vragenlijsten. Binnen het bezoekprogramma werden een aantal overlegmomenten voor de commissieleden voorzien om de bevindingen uit te wisselen en te komen tot gezamenlijke en meer definitieve (tussen)oordelen. Na de gesprekken met de vertegenwoordigers van de opleiding hebben de visitatieleden hun definitief (tussen)oordeel per facet en per onderwerp gegeven. Op het einde van het visitatiebezoek heeft de voorzitter een korte mondelinge rapportering gegeven van de ervaringen en bevindingen van de visitatiecommissie, zonder expliciete en inhoudelijk waarderende oordelen uit te spreken. Fase 4 De schriftelijke rapportering De secretaris heeft in samenspraak met de voorzitter en de commissieleden, op basis van het zelfevaluatierapport, de checklisten en de motiveringen een ontwerp opleidingsrapport opgesteld. Het ontwerprapport geeft per onderwerp en per facet het oordeel en de motivering van de visitatiecommissie weer. Daarnaast werden - waar wenselijk en/of noodzakelijk - aandachtspunten en eventuele aanbevelingen voor verbetering geformuleerd. Het ontwerp van opleidingsrapport wordt aan de opleiding gezonden voor een reactie. De reactie van de opleiding op het ontwerp opleidingsrapport werd door de commissie in een slotvergadering besproken. Het antwoord van de visitatiecommissie op de reactie van de opleiding en het definitieve opleidingsrapport worden aan de hogeschool toegezonden. Het definitieve opleidingsrapport en de bijlagen worden samengebracht in het visitatierapport van de master Monumenten - en landschapszorg Oordeelsvorming De commissie legt in een eerste fase een oordeel per facet vast. Daarna legt de commissie een oordeel per onderwerp vast op basis van de oordelen van de facetten die van het onderwerp deel uitmaken. Onderwijsvisitatie Monumenten - en landschapszorg 11

12 In de oordelen per onderwerp wordt steeds een overzicht gegeven van de oordelen per facet. In geval van een compensatie van facetten, wordt het oordeel op onderwerpniveau gevolgd door een motivering en aangevuld met de weging die de commissie hanteerde in de oordeelsvorming op onderwerpniveau. In de overige gevallen wordt voor de motivering van het oordeel op onderwerpniveau verwezen naar de argumentatie bij de facetten. De oordelen per facet en per onderwerp hebben betrekking op alle locaties, afstudeerrichtingen en varianten. Daar waar er een onderscheid in het oordeel per afstudeerrichting en/of locatie en/of variant nodig is, wordt dit aangegeven in het rapport. De commissie houdt in haar beoordeling rekening met accenten die de opleiding eventueel zelf legt, met het domeinspecifieke referentiekader en met de benchmarking ten opzichte van de gelijkaardige opleidingen in andere instellingen van hoger onderwijs. Alle oordelen en wegingen volgen de beslisregels zoals geformuleerd in de Handleiding Onderwijsvisitaties VLIR VLHORA, aangevuld protocol ter ondersteuning van de opleidingen in academisering, september Op het niveau van de facetten volgen de oordelen een vierpuntenschaal: onvoldoende, voldoende, goed en excellent. Op het niveau van de onderwerpen en op het niveau van de opleiding in haar geheel geeft de commissie een antwoord op de vraag of er in de opleiding voor dit onderwerp voldoende generieke kwaliteitswaarborgen aanwezig zijn. Hierbij kan het oordeel voldoende of onvoldoende luiden. 1.4 Indeling van het rapport Het rapport bestaat uit twee delen. In het eerste deel beschrijft de visitatiecommissie in hoofdstuk 2 het domeinspecifiek referentiekader op basis waarvan zij de gevisiteerde opleidingen heeft beoordeeld. In het tweede deel van het rapport brengt de commissie verslag uit over de gevisiteerde opleiding. 12 onderwijsvisitatie Monumenten - en landschapszorg

13 Hoofdstuk 2 Het domeinspecifieke referentiekader Monumenten - en landschapszorg 2.1 Inleiding Voor iedere opleiding wordt een domeinspecifiek referentiekader ontwikkeld dat door de commissie gebruikt wordt bij de beoordeling van opleidingen. De visitatiecommissie is verantwoordelijk voor de opmaak van het domeinspecifiek referentiekader. De VLHORA als evaluatieorgaan geeft de procedure 1 aan voor de opstelling ervan. Het referentiekader is niet bedoeld om een ideale opleiding te schetsen. Respect voor de eigenheid van een opleiding en voor de diversiteit binnen eenzelfde opleiding over de instellingen heen, veronderstelt immers dat in de eerste plaats wordt nagegaan of elke opleiding erin slaagt haar eigen doelstellingen te realiseren en dit zowel inhoudelijk als procesmatig. Dit belet niet dat wordt nagegaan of elke opleiding aan een aantal minimumeisen voldoet, die aan de betreffende opleiding worden gesteld vanuit het vakgebied en/of de relevante beroepspraktijk. 2.2 Domeinspecifieke competenties Gehanteerde input - referentiekaders van de opleiding Artesis Hogeschool Antwerpen - wettelijke bronnen Wet- decreet- en regelgeving. Monumenten, Stads- en dorpsgezichten, Landschappen, Archeologie en Varend Erfgoed, Vlaams Gewest. Meer in het bijzonder: Besluit van de Vlaamse Regering van 17 november 1993 tot bepaling van de algemene voorschriften inzake instandhouding en onderhoud van monumenten en stads- en dorpsgezichten (gewijzigd bij besluit(en) van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006, 5 juni 2009 en 4 december 2009). Besluit van de Vlaamse Regering van 26 april 1995 tot vaststelling van een premie voor werken aan beschermde archeologische goederen, (gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse Regering van 12 december 2003, 23 juni 2006 en 4 december 2009). Besluit van de Vlaamse Regering van 3 juni 1997 houdende algemene beschermingsvoorschriften, advies- en toestemmingsprocedure, instelling van een register en vaststelling van een herkenningsteken voor beschermde landschappen, (gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse Regering van 4 april 2003, 23 juni 2006 en 4 december 2009). Besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2001 houdende vaststelling van het premiestelsel voor restauratiewerkzaamheden aan beschermde monumenten, (gewijzigd bij besluiten van de Vlaamse regering van 20 september 2002, 23 juni 2006 en 30 april 2009 en 4 december 2009). 1 De procedure voor het opstellen van het domeinspecifiek referentiekader is beschikbaar op de website van de VLHORA onder de rubriek visitatie & accreditatie. domeinspecifiek referentiekader 13

14 Besluit van de Vlaamse Regering van 4 april 2003 tot instelling van een premiestelsel voor beschermde landschappen, (gewijzigd bij besluit van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006 en 4 december 2009). Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de samenstelling van het dossier van de aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning (17 januari 2002), gewijzigd bij besluit van 11 april 2003 ter aanwending van een unieke vergunning inzake stedenbouw en erfgoed. Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot vaststelling van de voorwaarden voor het toekennen van een subsidie voor werken tot behoud van een beschermd goed (30 april 2003). - Internationale referentiekaders Charter van Venetië (1964) Conventie van Granada (monumenten) (1985) Conventie van la Valetta (archeologie) (1992) Conventie van Firenze (landschappen) (2000) - brondocumenten onderschreven door werkveld SERV Beroepsprofiel: Bouwhistoricus (2009) SERV beroepsprofielen: restauratievakman, vakman moderne bouwrestauratie en conservator-restaurator. Ontwerp van SERV Beroepsprofiel: restauratiearchitect - andere bronnen Raymond Lemaire International Center for Conservation, Master of Conservation of Monuments and Sites (MCMS) Domeinspecifiek referentiekader voor de academisch gerichte masteropleiding De visitatiecommissie heeft de competenties eigen aan het domein van de academisch gerichte masteropleiding Monumenten- en landschapszorg bepaald. De visitatiecommissie is zich bewust dat de afgestudeerde master naast specifieke competenties eigen aan het domein ook algemene, algemeen-wetenschappelijke en wetenschappelijk disciplinaire competenties dient te verwerven. Voor de formulering van de algemene, de algemeen-wetenschappelijke en de wetenschappelijk disciplinaire competenties wordt verwezen naar het structuurdecreet van Het structuurdecreet (art ) onderscheidt volgende eindcompetenties voor een master. 2. De aanwezigheid van voldoende generieke kwaliteitswaarborgen garandeert dat de instellingen een onderwijs aanbieden dat de studenten bij de voltooiing van de opleiding brengt tot: 3 in de opleidingen leidend tot de graad van master : - het beheersen van algemene competenties op een gevorderd niveau als het vermogen om op een wetenschappelijke wijze te denken en handelen, het om kunnen gaan met complexe problemen, het kunnen reflecteren op het eigen denken en werken en het kunnen vertalen van die reflectie naar de ontwikkeling van meer adequate oplossingen, het vermogen tot communiceren van het eigen onderzoek en probleemoplossingen met vakgenoten en leken en het vermogen tot oordeelsvorming in een onzekere context; - het beheersen van algemene wetenschappelijke competenties op een gevorderd niveau als het kunnen gebruiken van methoden en technieken in onderzoek, het kunnen ontwerpen van onderzoek, het kunnen toepassen van paradigma's in het domein van de wetenschappen of kunsten en het kunnen aanduiden van 14 domeinspecifiek referentiekader

15 de grenzen van paradigma's, het vermogen tot originaliteit en creativiteit met het oog op het continu uitbreiden van de kennis en inzichten en het samen kunnen werken in een multidisciplinaire omgeving; - een gevorderd begrip van en inzicht in de wetenschappelijk-disciplinaire kennis eigen aan een bepaald domein van de wetenschappen of de kunsten, inzicht hebben in de nieuwste kennis van het vakgebied of delen ervan, in staat zijn om de wijze waarop de theorievorming beweegt te volgen en te interpreteren, in staat zijn om in een of enkele delen van het vakgebied een originele bijdrage aan de kennis te leveren en het bezitten van specifieke bij het vakgebied horende vaardigheden als ontwerpen, onderzoeken, analyseren, diagnosticeren; - hetzij het beheersen van de competenties nodig voor het zelfstandig kunnen verrichten van wetenschappelijk onderzoek of de zelfstandige beoefening van de kunsten op het niveau van een beginnend onderzoeker of kunstenaar, hetzij het beheersen van de algemene en specifieke beroepsgerichte competenties nodig voor de zelfstandige aanwending van wetenschappelijke of artistieke kennis op het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar. Domeinspecifieke wetenschappelijke competenties Kennis en inzicht: - onderkent de waarde en de betekenis van het historisch onroerend erfgoed, - kan het onroerend erfgoed plaatsen in een Europees perspectief, - kent de principes, de deontologie, de theorie en de geschiedenis van de Monumenten- en landschapszorg, - kent de verschillende wetenschappelijke disciplines, met hun specifieke methoden en technieken, relevant bij het behoud, herstel en beheer van onroerend erfgoed, - kent de internationale charters en conventies die van toepassing zijn op het onroerend erfgoed, - kent het beleid, de wet-, decreet- en regelgeving van diverse overheden inzake onroerend erfgoed, - kent de actuele conservatie- en restauratiepraktijk in Vlaanderen en Europa, - heeft inzicht in de fysische en de humane invloedsfactoren op het natuur- en het cultuurlandschap, - heeft inzicht in de typologische en de morfologische kenmerken van het onroerend erfgoed (monumenten en landschappen) in Vlaanderen en kan deze situeren in een cultuurhistorische context, - kent de traditionele materialen en structuren en heeft inzicht hoe die werden toegepast in historische gebouwen, - heeft inzicht in de mogelijkheden en de risico s bij toepassing van moderne materialen en technieken op historisch onroerend erfgoed. Toepassen kennis en inzicht: - koppelt de kennis, de wetenschappelijke methoden en de vaardigheden uit de vooropleiding aan de discipline specifieke competenties van de Monumenten- en Landschapszorg, - kan onderzoek uitvoeren voor conservatie- en restauratieprojecten, - beheerst de archivalische, de archeologische en de historisch-wetenschappelijke onderzoeksmethoden toegepast in functie van de Monumenten- en Landschapszorg, - kan erfgoedprojecten grafisch of fotografisch registreren en documenteren, - kan een diagnose stellen van degradatiefactoren en hun impact op het onroerend erfgoed, - is op de hoogte van de conservatie- en restauratietechnieken en hun toepassingsmogelijkheden, - kan oplossingen aanreiken voor complexe problemen in de erfgoedsector (zoals ontsluitings- en herbestemmingsinterventies), - kan aangereikte oplossingen inzake conservatie, restauratie, revalorisatie en herbestemming kritisch evalueren, domeinspecifiek referentiekader 15

16 - kan voorstellen opstellen vanuit een multidisciplinair perspectief met het oog op erfgoedinterventies en/of beheer en deze opvolgen, - kan gefundeerde adviezen formuleren. Oordeelsvorming: - kan een onderbouwde visie ontwikkelen en uitdragen over de verzoening van de noden en de eisen van de moderne samenleving met het historische patrimonium, - beschikt over een kritische en interdisciplinaire attitude inzake erfgoedprojecten. Communicatie: - communiceert over eigen onderzoek binnen de professionele context en naar het ruime publiek, - kan communiceren binnen een multidisciplinair verband, - heeft een attitude om inzichten met betrekking tot de valorisatie, de conservatie, het beheer en de ontsluiting van het onroerend erfgoed op het professionele en maatschappelijk forum te verdedigen. Leervaardigheden: - is in staat ontwikkelingen in het vakgebied te volgen en deze te integreren in eigen onderzoek en praktijk, - heeft een attitude om zich permanent bij te scholen. 2.3 Besluit De commissie heeft de domeinspecifieke competenties geformuleerd rekening houdend met de verifieerbaarheid van de gestelde competenties. De onroerend erfgoedzorg komt in een steeds breder perspectief te staan (onroerend/ roerend en immaterieel erfgoed). De Master in de Monumenten- en landschapszorg dient zich op te stellen met een grote nieuwsgierigheid en openheid ten aanzien van de dynamiek in de erfgoedsector in de ruime betekenis. De verwetenschappelijking van de sector betekent dat de kennis en de competenties niet meer door slechts één discipline kunnen worden opgeëist. Van een Master in de Monumenten- en landschapszorg wordt verwacht dat hij kan functioneren in een interdisciplinaire omgeving, bereid is kennis en inzichten met uiteenlopende disciplines te delen en de deskundigheid en expertise van andere specialisten waar nodig in te roepen. Er is een maatschappelijke evolutie naar het commercialiseren van het erfgoed met een directe impact op het onderzoek en projectontwikkeling. De Master in de Monumenten- en landschapszorg waakt mee over de integriteit van het vakgebied. In toenemende mate is er behoefte aan autonoom en overkoepelend onderzoek. Een Master in de Monumenten- en landschapszorg heeft aandacht voor inbedding van onroerend erfgoed in de context van de ruimtelijke ordening. Een Master in de Monumenten- en landschapszorg heeft oog voor het spanningsveld tussen behoud van erfgoedwaarden en duurzame ontwikkeling. De steeds groter wordende impact van internationale verdragen en charters op het nationale beleid, en de internationale ontwikkelingen m.b.t. conservatie, en restauratie op technisch vlak moeten op de voet worden gevolgd met als doel deze te implementeren in het eigen onderzoek, de methodiek en de praktijk. 16 domeinspecifiek referentiekader

17 De omgang met onroerend erfgoed is sterk cultureel bepaald. Openheid ten aanzien van andere culturen en hun omgang met onroerend erfgoed kan een inspiratiebron en voedingsbodem zijn voor innovatie in beheer en ontsluiting van onroerend erfgoed. domeinspecifiek referentiekader 17

18 18 opleidingsrapport

19 deel 2 opleidingsrapport 19

20 20 opleidingsrapport

21 Hoofdstuk 1 Artesis Hogeschool Antwerpen Algemene toelichting bij de masteropleiding Monumenten- en landschapszorg aan de Artesis Hogeschool Antwerpen De Artesis Hogeschool Antwerpen biedt 32 opleidingen aan in 11 studiegebieden. Sinds 2003 maakt de Artesis Hogeschool deel uit van de Associatie van Universiteit en Hogescholen Antwerpen (AUHA). De master in de Monumenten- en landschapszorg is een unieke opleiding in Vlaanderen die wordt georganiseerd door het departement Ontwerpwetenschappen van de Artesis Hogeschool. De master vindt zijn oorsprong in de postgraduaatopleiding Monumenten- en landschapszorg binnen het toenmalige Nationaal Hoger Instituut voor Bouwkunst en Stedenbouw in Antwerpen. Alleen kandidaten die al over een eerste basisdiploma van architect, ingenieur, licentiaat of een equivalent beschikten, werden toegelaten. In 1994 werden in het kader van een herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen de organisatie en het beheer van de postgraduaatopleiding Monumenten- en landschapszorg losgekoppeld van het Henry Van de Velde-instituut en overgedragen naar het Centrum voor Volwassenenonderwijs Deurne, onder de benaming Hogere Opleidingen voor Stedenbouw, Monumentenzorg, Technologie en Economie van het Gemeenschapsonderwijs. De opleiding Monumenten- en landschapszorg was initieel bedoeld als specialisatie voor architecten en ingenieurs. De opleiding stond open voor afgestudeerden uit de historische wetenschappen, maar het studieprogramma was hoofdzakelijk architectonisch georiënteerd. Het historische onderzoek dat aan belang won binnen de erfgoedsector leidde tot een herstructurering van het studieprogramma in 1991, met de bedoeling een meer directe aansluiting te krijgen op de toenemende inhoudelijke verschuiving van monumenten- en landschapszorg naar erfgoedzorg, en de vragen vanuit de arbeidsmarkt. Met de BaMa-hervorming werd in september 2004 de postgraduaatopleiding Monumenten- en landschapszorg omgevormd tot de initiële masteropleiding monumenten- en landschapszorg van 120 ECTS, gespreid over twee studiejaren. De omvorming tot de Masteropleiding in de Monumenten- en landschapszorg ging gepaard met een curriculumhervorming. In telde de masteropleiding Monumenten- en landschapszorg 45 studenten. De commissie is van mening dat de hogeschool de volle ondersteuning moet geven aan het unieke karakter van deze opleiding. De opleiding van haar kant moet de samenwerkingsmogelijkheden met de andere opleidingen binnen de hogeschool en de associatie verkennen en versterken. opleidingsrapport 21

22 Onderwerp 1 Doelstellingen van de opleiding Facet 1.1 Niveau en oriëntatie van de master Beoordelingscriteria master: - De opleidingsdoelstellingen zijn er op gericht de student te brengen tot: - het beheersen van algemene competenties op een gevorderd niveau als het vermogen om op een wetenschappelijke wijze te denken en te handelen, het om kunnen gaan met complexe problemen, het kunnen reflecteren op het eigen denken en werken en het kunnen vertalen van die reflectie naar de ontwikkeling van meer adequate oplossingen, het vermogen tot het communiceren van het eigen onderzoek en probleemoplossingen met vakgenoten en leken en het vermogen tot oordeelsvorming in een onzekere context; - het beheersen van algemene wetenschappelijke competenties op een gevorderd niveau als het kunnen gebruiken van methoden en technieken in onderzoek, het kunnen ontwerpen van onderzoek, het kunnen toepassen van paradigma s in het domein van de wetenschappen of kunsten en het kunnen aanduiden van de grenzen van paradigma s, het vermogen tot originaliteit en creativiteit met het oog op het continu uitbreiden van de kennis en inzichten en het samen kunnen werken in een multidisciplinaire omgeving; - een gevorderd begrip en inzicht in de wetenschappelijk-disciplinaire kennis eigen aan een bepaald domein van de wetenschappen of de kunsten, inzicht hebben in de nieuwste kennis van het vakgebied of delen ervan, in staat zijn om de wijze waarop de theorievorming beweegt te volgen en te interpreteren, in staat zijn om in een of enkele delen van het vakgebied een originele bijdrage aan de kennis te leveren en het bezitten van specifieke bij het vakgebied horende vaardigheden als ontwerpen, onderzoeken, analyseren en diagnosticeren; - hetzij het beheersen van de competenties nodig voor het zelfstandig kunnen verrichten van wetenschappelijk onderzoek of de zelfstandige beoefening van de kunsten op het niveau van een beginnend onderzoeker of kunstenaar, hetzij het beheersen van de algemene en specifieke beroepsgerichte competenties nodig voor de zelfstandige aanwending van wetenschappelijke of artistieke kennis op het niveau van een beginnend beroepsbeoefenaar. Het oordeel van de visitatiecommissie: goed De commissie is tot haar oordeel gekomen op basis van de volgende vaststellingen en overwegingen: De master Monumenten- en landschapszorg is een multidisciplinaire master gericht op academische criteria en professionele toepassingen. De opleiding omvat de studie van en de toepassing op het bouwkundige en landschappelijke erfgoed, met name het onroerende erfgoed. De opleiding richt zich op een ruim gamma van beroepsactiviteiten in het domein van de erfgoedzorg. De twee meest voorkomende beroepsgroepen zijn architecten en historici, die tijdens de opleidingen een specialisatie krijgen in conservatie- en/of restauratieopdrachten. In de opleiding vindt geen specifieke ontwerpvorming plaats, noch worden er methodes van historische kritiek aangeleerd. Gezien de verscheidene wetenschappelijke achtergronden van de instromende studenten enerzijds en de verschillende profielen werkzaam binnen een erfgoedproject/de erfgoedsector anderzijds, hecht de opleiding veel belang aan het leren interdisciplinair samenwerken. Het doel van de opleiding is de studenten een algemeen kritisch referentiekader bij te brengen, waarbij respect voor en maximaal behoud van erfgoedwaarden centraal worden gesteld. Belangrijk hierbij is de inbreng vanuit het wetenschappelijke onderzoek en de beroepspraktijk. De commissie is van mening dat deze onderwijsfilosofie en -visie blijk geeft van een dubbele ambitie: enerzijds om de opleiding sterk af te stemmen op de beroepspraktijk en anderzijds om het academiseringsproces effectief 22 opleidingsrapport

23 door te zetten. De commissie vindt de onderwijsfilosofie en -visie goed en waardeert ten zeerste de sterke oriëntatie op interdisciplinariteit. De commissie merkt wel op dat een meerjarenplan voor wetenschappelijk onderzoek recent ( ) werd opgesteld. De commissie vraagt de opleiding om deze ingeslagen weg verder te volgen en academisering als prioritair aandachtspunt te beschouwen. Ook merkt de commissie op dat de onderwijsfilosofie- en visie vaag is met betrekking tot de bovenlokale dimensie en de internationale/europese context. De competenties zijn het resultaat van een overleg binnen de opleiding. Voor het opstellen van de competenties werd gebruikgemaakt van de missieverklaring van de opleiding, de al bestaande opleidingsdoelstellingen, de bepalingen opgenomen in de regelgeving met betrekking tot monumenten- en landschapszorg, de competenties voor masters, zoals opgenomen in het Structuurdecreet, en de doelstellingen uit de SERV-beroepsprofielen van restauratiearchitect en bouwhistoricus. Het is de taak van de erfgoedzorger om dragers van herinneringen, die doorheen de tijd soms onleesbaar zijn geworden, te detecteren, ze opnieuw betekenis te geven, ze te integreren in de samenleving en ze goed te bewaren. Daarvoor streeft de master Monumenten- en landschapszorg de volgende competenties na: - De student heeft begrip voor de waarde en betekenis van het historische patrimonium. - De student zet de kennis, methodieken en vaardigheden uit de vooropleiding in de vakspecifieke competenties van Monumenten- en landschapszorg in. - De student bezit eveneens basiskennis, -methodieken en -vaardigheden over de vooropleidingen van zijn medestudenten. - De student kent de typologische en morfologische kenmerken van het onroerende erfgoed (monumenten en landschappen) in Vlaanderen, en kan een gebouw of landschap in zijn cultuurhistorische context plaatsen. - De student kan vergelijkingen trekken met het Europese erfgoed. - De student kent de traditionele materialen en structuren die toegepast zijn in oude gebouwen. - De student kent de degradatiefactoren en de mogelijke conservatie- en restauratietechnieken. - De student kent de fysische en humane invloedsfactoren op het natuur- en cultuurlandschap. - De student kent de archivalische, archeologische en historisch-wetenschappelijke onderzoeksmethodes die toegepast worden in Monumenten- en landschapszorg. - De student kent het beleid en de regelgeving van de diverse overheden op het vlak van onroerend erfgoed. - De student heeft een ruimtelijk voorstellingsvermogen. - De student kent de actuele conservatie- en restauratiepraktijk in Vlaanderen en Europa. - De student kent de principes en deontologie uit de theorie van de Monumenten- en landschapszorg en de historische evolutie van deze theorie. - De student kan een visie ontwikkelen en uitdragen over de verzoening van de noden en eisen van de moderne samenleving met het historische patrimonium. - De student kent de mogelijkheden en risico s bij de toepassing van moderne materialen en technieken op oude gebouwen. - De student kent de verschillende wetenschappelijke disciplines, met hun specifieke methodes en technieken, relevant bij het behoud, herstel en beheer van onroerend erfgoed. - De student kan bemiddelen. - De student bezit organisatievermogen. - De student kan communiceren over het eigen onderzoek en anderen overtuigen van zijn/haar visie. - De student bezit een kritisch beoordelingskader, zodat hij tot gefundeerde beslissingen kan komen binnen het werkmilieu, en gefundeerde adviezen kan formuleren. - De student kan voorbereidend onderzoek uitvoeren voor conservatie- en restauratieprojecten. - De student kan erfgoedprojecten grafisch of fotografisch registreren en documenteren. - De student kan dossiers en/of ontwerpen opstellen, met het oog op erfgoedinterventies en/of -beheer, en de uitvoering ervan opvolgen. opleidingsrapport 23

24 De commissie is van mening dat duidelijke en afgelijnde competenties zijn geformuleerd. Uit de gesprekken en het zelfevaluatierapport heeft de commissie vastgesteld dat de opleiding haar competenties heeft geformuleerd, rekening houdende met de decretale eisen voor de algemene, de algemene wetenschappelijke en de beroepsspecifieke competenties. De commissie is van mening dat alle relevante competenties zijn opgenomen. Er is een mooi evenwicht tussen de beroeps- en de academische gerichtheid in de doelstellingen. Het nog krachtiger formuleren van de competenties, met specifieke aandacht voor de belangrijkste wetenschappelijke, onderzoeks- en internationaal gerichte krachtlijnen, zou de oriëntatie en het niveau van de opleiding sterker in de verf zetten. De commissie heeft met betrekking tot de onderzoekcompetenties tijdens de gesprekken al een evolutie gezien ten opzichte van de informatie die opgenomen is in het zelfevaluatierapport. De volgende onderzoeksvaardigheden en -attitudes wil de opleiding aanleren: - De student voert zelf gefundeerd wetenschappelijk onderzoek uit. - De student past de deelgebieden, bouwtechnische restauratietechnieken, bouwhistorisch onderzoek en erfgoedbeheer op een theoretische, praktische en creatieve manier toe. - De student is in staat om op zelfstandige wijze onderzoeksvaardigheden, -methodes en -resultaten te hanteren, te rapporteren en te communiceren. - De student werkt in enkele gevallen actief mee aan een lopend onderzoeksproject. Binnen de masteropleiding Monumenten- en landschapszorg bestaan twee types van wetenschappelijk onderzoek. Het ontwerpende en toegepaste onderzoek draait rond onderzoeksactiviteiten die een concreet erfgoedobject als studieobject hebben en waarbij wordt gezocht naar de historiek en context, naar mogelijke procedures, strategieën en interventietechnieken voor een optimaal behoud en integratie van het erfgoedobject in kwestie. Het thematische of speerpuntenonderzoek is multidisciplinair onderzoek, met als doel het uitdiepen van een facet in het studiedomein van monumenten- en landschapszorg, met het oog op het genereren van nieuwe eindresultaten. Binnen het ruime studieterrein van monumenten- en landschapszorg werden recent de speerpunten van onderzoek geherdefinieerd, zodat die beter zouden aansluiten bij de doelstellingen van de opleiding: - theorie over en historiek van monumentenzorg in Vlaanderen en Brussel; - architecturale en constructieve typologie van bouwkundig of landschappelijk erfgoed; - technieken voor behoud en herstel van bouwkundig erfgoed of landschappen; - beheer en ontsluiting van stedelijke en landschappelijke erfgoedsites. De commissie is van mening dat in de context van de academisering de relatie onderzoek en opleiding op kruissnelheid dient te worden gebracht. Halfweg het academiseringsproces is dit voor de commissie het meest prioritaire verbeterpunt voor de opleiding. De commissie steunt de opleiding in het uitvoeren van de verbeterprojecten die de versterking van de academisering beogen. Aanbevelingen ter verbetering: De commissie adviseert de opleiding om blijvend prioritair aandacht te blijven schenken aan het academiseringsproces. De commissie is van mening dat in de context van de academisering de relatie tussen onderzoek en opleiding op kruissnelheid dient te worden gebracht. 24 opleidingsrapport

25 Facet 1.2 Domeinspecifieke eisen Beoordelingscriteria: - De doelstellingen van de opleiding (uitgedrukt in eindkwalificaties van de student) sluiten aan bij de eisen die door (buitenlandse) vakgenoten en het relevante beroepenveld gesteld worden aan een opleiding in het betreffende domein (vakgebied/discipline en/of beroepspraktijk of kunstpraktijk). Ze zijn, ingeval van gereglementeerde beroepen, in overeenstemming met de reglementering of regelgeving ter zake. - Voor academisch gerichte bacheloropleidingen en masteropleidingen zijn de eindkwalificaties ontleend aan eisen vanuit de wetenschappelijke en/of artistieke discipline, de internationale wetenschapsbeoefening en voor daarvoor in aanmerking komende opleidingen de praktijk in het relevante beroepenveld. Oordeel van de visitatiecommissie: goed De commissie is tot haar oordeel gekomen op basis van de volgende vaststellingen en overwegingen: De commissie is van mening dat het competentiekader van de opleiding degelijk is uitgewerkt. Het kader sluit aan bij de brede nieuwe maatschappelijke context waarin de actuele monumenten- en landschapszorg zich bevindt. De doelstellingen zijn afgestemd op het beroepenveld, het onderzoek en de academisering. De specifieke regelgeving die van toepassing is met het oog op de bescherming en de instandhouding van monumenten en landschappen en/of cultuurhistorisch erfgoed, en de bijzondere beroepsspecifieke diploma-eisen die worden gesteld bij bouwkundige en/of stedenbouwkundige interventies, en de wettelijke bescherming van de beroepstitels ter zake werden in acht genomen bij het opstellen van de competenties. Daarnaast werkte de opleiding mee aan de ontwikkeling van de SERV-beroepsprofielen voor de conservatie- en restauratiesector, met name het beroepsprofiel van restauratiearchitect, dat werd gepubliceerd in 2008, en het beroepsprofiel van bouwhistoricus, dat momenteel wordt opgesteld. Het nog krachtiger formuleren van het competentiekader, met specifieke aandacht voor de belangrijkste domeinspecifieke krachtlijnen vanuit het werkveld, kan mee bijdragen tot een verdere optimalisatie van het programma en het docentencorps. De opleiding heeft een analyse inzake benchmarking gemaakt. De commissie vindt de benchmarking van de opleiding goed uitgebouwd. De commissie is van mening dat de opleiding duidelijk zicht heeft op vergelijkbare opleidingen, zowel op nationaal vlak als in de ons omringende landen. Nationaal bestudeerde zij de opleiding Master of Conservation of Monuments and Sites van het Raymond Lemaire International Centre for Conservation. Die opleiding is meer gericht op de brede maatschappelijke context van monumenten- en landschapszorg, de internationale ontwikkelingen en de theoretisering rond de conservatiepraktijk. De master Monumenten- en landschapszorg is meer gericht op de lokale Vlaamse situatie en de restauratiepraktijk. Andere verwante opleidingen in Vlaanderen zijn het postgraduaat Renovatietechnieken en monumentenzorg aan de Hogeschool West-Vlaanderen, en de bachelor en master Conservatie en restauratie aan de eigen hogeschool. Internationaal maakte de masteropleiding Monumenten- en landschapszorg de vergelijking met de opleiding Ingenieur bouwkunde, afdeling restauratie, modificatie, interventie en transformatie aan de Technische Universiteit Delft in Nederland, en de master in Architectuur specialisatie monumentenzorg en de masters na master Monumentenen landschapszorg aan de Universita degli Studi di Genova in Italië. De commissie vindt de vermelde contacten met buitenlandse opleidingen positief. De contacten en eventuele samenwerking met verwante binnenlandse opleidingen verdienen het te worden geactiveerd. Dat geldt zeker voor de samenwerking met de opleiding Conservatie en restauratie die binnen de eigen hogeschool wordt aangeboden. De commissie vindt dat de nationale positionering van de opleiding, met een duidelijke keuze voor de Vlaamse situatie, aansluit bij de geschiedenis van de opleiding en de mogelijkheid van de huidige (gast)docenten. De commissie merkt wel op dat de opleiding nog zoekt hoe ze haar ambitie om in te spelen op de lokale (Vlaamse) noden van de beroepspraktijk, kan koppelen aan of verzoenen met een meer internationaal onderzoeksprofiel van fundamenteel onderzoek. In het kader van de profilering van de masteropleiding opleidingsrapport 25

26 Monumenten- en landschapszorg binnen het nationale en internationale kader is het belangrijk de sterke punten van deze profilering binnen de opleiding krachtig uit te bouwen en/of te versterken. De commissie denkt hierbij aan het academiseringsproces en de wetenschappelijk onderbouwde gerichtheid op de restauratiepraktijk in eigen land, maar gesitueerd binnen een internationale context. De commissie stelt vast dat de opleiding zich bewust is van de disciplinegerichte vragen vanuit het werkveld. De commissie kan dit afleiden uit het feit dat de opleiding zetelt in verschillende overlegorganen met betrekking tot monumenten- en landschapszorg: - lid van de European Association for Architectural Education - European Network of Heads of Schools of Architecture; - lid van het International Committee on Monuments and Sites - International Committee on Training; - deelname aan workshops van de Arbeitskreis Theorie und Lehre der Denkmalpflege; - deelname aan bijeenkomsten van het Restauratie-Kenniscentrum voor Modificatie, Interventie en Transformatie van de Technische Universiteit Delft; - lid van de klankbordgroep Erfgoedberoepen en Opleidingen. De commissie merkt op dat er een evenwicht is tussen de beroeps- en de academische gerichtheid in de doelstellingen. De opleiding sluit goed aan bij het referentiekader, zoals opgesteld door de commissie. Tijdens de gesprekken bevestigde de opleiding dat zij dat domeinspecifieke referentiekader erkent. Zoals de opleiding zelf aangeeft, ziet de commissie nog ruimte tot verbetering met betrekking tot de communicatie van de doelstellingen en competenties. Die worden aan de studenten gecommuniceerd via de studiegids. Externen worden verwezen naar de algemene website van de hogeschool. De opleiding dient er volgens de commissie over te waken dat de doelstellingen als perspectieven van de opleiding voldoende zijn geadopteerd door de studenten en het personeel. De commissie stelde tijdens het bezoek vast dat, mee door het proces van zelfevaluatie voorafgaand aan de visitatie, een sterke bewustwording is gegroeid rond de behoefte aan academische gerichtheid. De aangegeven onderzoekspistes gaan volgens de commissie in ieder geval in de goede richting, en geven blijk van de ambitie om de opleiding qua onderzoek op een hoger niveau te tillen. Aanbevelingen ter verbetering: De commissie adviseert de opleiding om meer aandacht te besteden aan de internationale dimensie van de discipline Monumenten- en landschapszorg, om zo de master een sterker profiel te geven. De commissie adviseert de opleiding werk te maken van contacten met de binnenlandse verwante opleidingen. Een samenwerking met de opleiding Conservatie en restauratie binnen de eigen hogeschool ligt voor de hand en moet met prioriteit worden geactiveerd. De commissie adviseert de opleiding aandacht te hebben voor de communicatie van de doelstellingen aan alle betrokkenen. De opleiding dient te bewaken dat de doelstellingen als perspectieven van de opleiding voldoende zijn geadopteerd door de studenten en het personeel. 26 opleidingsrapport

27 Oordeel over onderwerp 1, doelstellingen van de opleiding: voldoende Op basis van de oordelen over: facet 1.1, niveau en oriëntatie: facet 1.2, domeinspecifieke eisen: goed goed is de visitatiecommissie van mening dat er in de opleiding voor dit onderwerp voldoende generieke kwaliteitswaarborgen aanwezig zijn. opleidingsrapport 27

28 Onderwerp 2 Programma Facet 2.1 Relatie tussen doelstellingen en inhoud van het programma Beoordelingscriteria: - Het programma is een adequate concretisering van de eindkwalificaties van de opleiding qua niveau, oriëntatie en domeinspecifieke eisen. - De eindkwalificaties zijn adequaat vertaald in leerdoelen van (onderdelen van) het programma. - De inhoud van het programma biedt studenten de mogelijkheid om de geformuleerde eindkwalificaties te bereiken. Oordeel van de visitatiecommissie: voldoende De commissie is tot haar oordeel gekomen op basis van de volgende vaststellingen en overwegingen: De commissie heeft vastgesteld dat het huidige programma van Monumenten- en landschapszorg meerdere aanpassingen en wijzigingen heeft ondergaan. Bij de omvorming van de CVO-opleiding naar een master in 2004 werd de inhoud van het programma grondig herzien. De opleiding tracht evenwicht na te streven tussen fundamentele en toegepaste wetenschappelijke benaderingen, in het kader van bouwhistorisch onderzoek en de praktijkgerichtheid bij restauratietechnische studie of planvorming en erfgoedbeheer. De commissie is van mening dat het huidige programma een adequate concretisering is van de eindkwalificaties van de opleiding. De eerste vier doelstellingen worden nagestreefd in het eerste traject Monumenten- en landschapszorg, dat gericht is op basiskennis en algemene opleidingsonderdelen. Na dit eerste traject dienen studenten in staat te zijn een grondig en diepgaand onderzoek met betrekking tot een historisch gebouw interdisciplinair uit te werken. De laatste vier doelstellingen komen aan bod in het tweede traject, waarin vooral technische opleidingsonderdelen en de masterproef aan bod komen. Op het moment van de visitatie omvatte de opleiding elf modules en zes leerlijnen. In elke leerlijn komen meerdere opleidingsonderdelen aan bod: - Leerlijn 1: theorie en deontologie conservatie en restauratie onroerend erfgoed omvat een grondige studie van de geschiedenis van de zorg voor onroerend goed; - Leerlijn 2: identificatie en waardeanalyse van onroerend erfgoed behandelt de eerste stap in het proces van erfgoedzorg, namelijk: de student leert onroerend erfgoed in zijn ruimere context te plaatsen en een waarde toe te kennen; - Leerlijn 3: methodes voor technisch (voor)onderzoek en diagnose is een tweede stap in het proces van de erfgoedzorg, namelijk een technisch en historisch onderzoek van een welbepaald object of welbepaalde site ter voorbereiding van een conservatie- en restauratieproject; - Leerlijn 4: interventietechnieken en ontwerp bij restauratie en conservatie van onroerend erfgoed is de derde stap in het erfgoedzorgproces, waarbij de student technieken leert om een restauratie- en conservatieproject uit te voeren; - Leerlijn 5: beheer en ontsluiting van onroerend erfgoed behandelt de vierde stap in het erfgoedzorgproces, waarbij de student een attitude ontwikkelt om op een verantwoorde manier erfgoed te beheren en ontsluiten; - Leerlijn 6: voortgezet en/of vernieuwend wetenschappelijk onderzoek naar onroerend erfgoed is gericht op wetenschappelijk onderzoek; 28 opleidingsrapport

29 Aan de start van het visitatiebezoek heeft de commissie inzage gekregen in een voorstel van een nieuw ideaal curriculum. Het nieuwe curriculum zal van start gaan in Op basis van een SWOT-analyse van het huidige opleidingsprogramma stelde de opleiding een voorontwerp van nieuw curriculum op, waarin onder andere aandacht wordt geschonken aan de nexus onderwijs-onderzoek, internationalisering, trends en actualiteit binnen het vakgebied. Mogelijke leemtes en overlappen werden weggewerkt. Het voorontwerp van het curriculum is opgebouwd uit vijf clusters. De clusters zijn: - Filosofie en deontologie; - Identificatie en waardeanalyse; - Methodes voor technisch en historisch onderzoek; - Interventietechnieken en ontwerp; - Beheer en ontsluiting. De leerlijnen werden herzien en gelinkt aan de doelstellingen en de eindcompetenties: - Leerlijn 1: Beheer en ontsluiting stedelijke en landschappelijke sites; - Leerlijn 2: Restauratietechniek; - Leerlijn 3: Cultuurhistoriek; - Leerlijn 4: Herbestemming, beheer en ontsluiting bouwkundig erfgoed. De oorspronkelijke leerlijnen vormen in het ontwerp clusters die over de twee masterjaren lopen. De oorspronkelijke leerlijnen 2 tot en met 5 werden omgevormd tot clusters, en de cluster Filosofie conservatie en restauratie onroerend erfgoed werd toegevoegd. Opleidingsonderdelen die te specifiek zijn en niet in relatie staan tot de eindcompetenties werden verwijderd (zoals steensnede, bijzondere toepassingen van topografie en de evolutie van historische draagconstructies), nieuwe opleidingsonderdelen werden ingevoerd (zoals geografisch informatiesysteem GIS, herbestemming, duurzame monumentenzorg en stage) en verschuivingen in het programma werden doorgevoerd. Ook in dit nieuwe curriculum blijft de mogelijkheid van keuzemodules (jaarlijkse studiereis, ADSL-week, en een keuze uit het curriculum van de hogeschool en de universiteit Antwerpen) bestaan en zijn interdisciplinaire opleidingsonderdelen opgenomen. De commissie vindt dit positief. In een volgende fase zal de opleiding de doelstellingen, eindcompetenties en de relatie daartussen voorleggen aan een onderwijsdeskundige en de stakeholders, om zo te komen tot een ideaal en inzetbaar curriculum. De commissie merkt op dat voor het recente ontwerp van curriculum in het document Verbetertraject curriculum de gemaakte keuzes duidelijk werden onderbouwd en dat een planning voor de invoering is opgenomen. De commissie maakte kennis met dit curriculum tijdens het visitatiebezoek. De fasering om de doelstellingen in het programma te behalen, is duidelijk, net als de leerlijnen. De commissie stelt dan ook dat de doelstellingen vertaald zijn in het programma. De aangekondigde verbetertrajecten wat het curriculum betreft, zijn valabele denkpistes, maar deze dienen verder te worden uitgewerkt. Momenteel zijn het plannen die nog dienen te worden geoperationaliseerd en gerealiseerd. De commissie vindt dat de leerlijnen als leidraad kunnen dienen voor de verdere ontwikkeling en bijsturing van het curriculum. Het werken met clusters kan de duidelijkheid en samenhang van het programma ten goede komen. De commissie ziet nog een onduidelijkheid in verband met onderzoek, waar deze in de clusters niet geëxpliciteerd werd en ook in de leerlijnen niet nadrukkelijk is geformuleerd. In het aanvullende zelfevaluatierapport, dat de commissie tijdens het bezoek ontving, heeft de commissie een eerste aanzet gevonden van het uitbouwen van een onderzoekslijn die nog verder dient te worden geconcretiseerd. Hierbij komt tot uiting dat sommige leerlijnen meer worden beklemtoond en dat vooral technische, kennisgerichte en identificerende leerlijnen sterk zijn uitgewerkt, en dat de meer theoretische en deontologische aspecten van beheer en ontsluiting minder zijn uitgewerkt. De commissie steunt de bedenking van de opleiding om naar een groter evenwicht te streven. De commissie stelt wel vast dat de landschapsstudie in het referentieprogramma minder is vertegenwoordigd, ondanks het feit dat in 2005 het curriculum werd aangevuld met twee opleidingsonderdelen over landschapszorg. Het sterker uitbouwen van de landschapsstudie opleidingsrapport 29

Het domeinspecifieke referentiekader masteropleiding Monumenten- en landschapszorg

Het domeinspecifieke referentiekader masteropleiding Monumenten- en landschapszorg Uittreksel uit het visitatierapport, 7 december 2010 Het domeinspecifieke referentiekader masteropleiding Monumenten- en landschapszorg 1.1 Inleiding Voor iedere opleiding wordt een domeinspecifiek referentiekader

Nadere informatie

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Biomedische laboratoriumtechnologie

Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Biomedische laboratoriumtechnologie Uittreksel uit het visitatierapport biomedische laboratoriumtechnologie voedings- en dieetkunde, 15 december 2008 Het domeinspecifieke referentiekader professioneel gerichte bacheloropleiding Biomedische

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Toegepaste taalkunde, Journalistiek, Meertalige communicatie, Tolken en Vertalen Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloropleiding Toegepaste

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Industriële wetenschappen: verpakkingstechnologie. Ravensteingalerij 27, bus 3 1000 Brussel tel.: 02 211 41 90 info@vlhora.

De onderwijsvisitatie Industriële wetenschappen: verpakkingstechnologie. Ravensteingalerij 27, bus 3 1000 Brussel tel.: 02 211 41 90 info@vlhora. ONDERWIJSVISITATIE Industriële wetenschappen: verpakkingstechnologie Een onderzoek naar de kwaliteit van de academische bachelor en master Industriële wetenschappen: verpakkingstechnologie aan de Vlaamse

Nadere informatie

Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling

Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling Wie zijn wij? Patrick van den Bosch Expert Kwaliteitszorg Patrick.vandenbosch@vluhr.be Nieuw accreditatiestelsel: de opleidingsbeoordeling Wouter Teerlinck Expert Kwaliteitszorg Wouter.teerlinck@vluhr.be

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren.

Bijlage V. Bij het advies van de Commissie NLQF EQF. Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en Dublin descriptoren. Bijlage V Bij het advies van de Commissie NLQF EQF Tabel vergelijking NLQF-niveaus 5 t/m 8 en. Tabel ter vergelijking NLQF niveaus 5 t/m 8 en Dublindescriptoren NLQF Niveau 5 Context Een onbekende, wisselende

Nadere informatie

Informatievergadering. Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding

Informatievergadering. Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding Informatievergadering Hervisitatie Specifieke lerarenopleiding Wie zijn we? Besluit Vlaamse Regering Visitatieprotocol Planning ZER en beoordelingskader Visitatieproces Visitatiecommissie 23/04/2014 2

Nadere informatie

Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op http://www.vlhora.be>evaluatieorgaan>visitatierapporten>huidige visitatieronde

Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op http://www.vlhora.be>evaluatieorgaan>visitatierapporten>huidige visitatieronde ONDERWIJSVISITATIE Industriële wetenschappen: industrieel ontwerpen Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Industriële wetenschappen: industrieel ontwerpen

Nadere informatie

Industriële wetenschappen: industriële kunststofverwerking

Industriële wetenschappen: industriële kunststofverwerking O N D E R W I J S V I S I T A T I E Industriële wetenschappen: (industriële) kunststofverwerking Een onderzoek naar de kwaliteit van de masteropleiding Industriële wetenschappen: kunststofverwerking en

Nadere informatie

Opleiding Master in de industriële wetenschappen: bouwkunde. Competenties en gedragsindicatoren

Opleiding Master in de industriële wetenschappen: bouwkunde. Competenties en gedragsindicatoren Opleiding Master in de industriële wetenschappen: bouwkunde Competenties en gedragsindicatoren IW&T De competenties werden uitgeschreven in een meer begrijpbare taal. Vervolgens werden daar uit een beperkt

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Stedenbouw en ruimtelijke planning Een onderzoek naar de kwaliteit van de masteropleiding Stedenbouw en ruimtelijke planning aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Conservatie en restauratie Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Conservatie en restauratie aan de Vlaamse hogescholen

Nadere informatie

ERKENNING NIEUWE OPLEIDING VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS TOETS NIEUWE OPLEIDING

ERKENNING NIEUWE OPLEIDING VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS TOETS NIEUWE OPLEIDING ERKENNING NIEUWE OPLEIDING VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS TOETS NIEUWE OPLEIDING Opzet en structuur De sjabloon van het aanvraagdossier

Nadere informatie

Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op http://www.vlhora.be>evaluatieorgaan>visitatierapporten>huidige visitatieronde

Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op http://www.vlhora.be>evaluatieorgaan>visitatierapporten>huidige visitatieronde ONDERWIJSVISITATIE Industriële wetenschappen: milieukunde Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Industriële wetenschappen: milieukunde aan de Vlaamse hogescholen

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Industriële wetenschappen: informatica

De onderwijsvisitatie Industriële wetenschappen: informatica ONDERWIJSVISITATIE Industriële wetenschappen: informatica Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloropleiding en masteropleiding Industriële wetenschappen: informatica aan de Vlaamse

Nadere informatie

Productdesign Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Productdesign aan de Vlaamse hogescholen

Productdesign Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Productdesign aan de Vlaamse hogescholen O N D E R W I J S V I S I T A T I E Productdesign Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Productdesign aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e H o g e s

Nadere informatie

Arteveldehogeschool. Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs. (professioneel gerichte bachelor)

Arteveldehogeschool. Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs. (professioneel gerichte bachelor) Arteveldehogeschool Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs (professioneel gerichte bachelor) Accreditatie bestaande Opleiding NVAO Ontwerp van Accreditatierapport en besluit 2 december 2008 Inhoud

Nadere informatie

Bij de opmaak van deze leidraad werden de volgende uitgangspunten gehanteerd:

Bij de opmaak van deze leidraad werden de volgende uitgangspunten gehanteerd: Leidraad voor het ontwerpen van een domeinspecifiek referentiekader master inleiding Deze leidraad heeft de bedoeling een hulpmiddel te zijn voor voorzitter en secretaris van visitatiecommissies

Nadere informatie

Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op http://www.vlhora.be > evaluatieorgaan > visitatierapporten > huidige visitatieronde

Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op http://www.vlhora.be > evaluatieorgaan > visitatierapporten > huidige visitatieronde ONDERWIJSVISITATIE Industriële wetenschappen: chemie Industriële wetenschappen: biochemie Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Industriële wetenschappen:

Nadere informatie

VISITATIE TOEGEPASTE TAALKUNDE

VISITATIE TOEGEPASTE TAALKUNDE VISITATIE TOEGEPASTE TAALKUNDE EEN KIJK VAN ONDERUIT Prof.dr. Rita Godyns, decaan Faculteit Toegepaste Taalkunde Hogeschool Gent Universiteit Gent Overzicht: situering van de opleiding het visitatieproces

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Handelsingenieur en Handelswetenschappen Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleidingen Handelsingenieur, de academische gerichte

Nadere informatie

Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op http://www.vlhora.be > evaluatieorgaan > visitatierapporten > huidige visitatieronde

Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op http://www.vlhora.be > evaluatieorgaan > visitatierapporten > huidige visitatieronde ONDERWIJSVISITATIE Productontwikkeling Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Productontwikkeling aan de Vlaamse hogescholen Vlaamse Hogescholenraad 4 maart

Nadere informatie

Onderwijsvisitaties van de eerste academiserende opleidingen van de hogescholen afgerond

Onderwijsvisitaties van de eerste academiserende opleidingen van de hogescholen afgerond PERSBERICHT Onderwijsvisitaties van de eerste academiserende opleidingen van de hogescholen afgerond maandag 7 december 2009 van 14.00 tot 17.00 uur, Brussel Paleis der Schone Kunsten Volgens het structuurdecreet

Nadere informatie

DLR families Architectuur en Ingenieurswetenschappen Architectuur

DLR families Architectuur en Ingenieurswetenschappen Architectuur DLR families Architectuur en Ingenieurswetenschappen Architectuur Aard van de opleidingen: academiserende opleidingen en verwante universitaire opleidingen VLIR VLHORA procesbegeleider: Conny Devolder

Nadere informatie

Nota. Generieke leerresultaten van FIIW. 1 Genese van het document

Nota. Generieke leerresultaten van FIIW. 1 Genese van het document GROEP WETENSCHAP & TECHNOLOGIE FACULTEIT INDUSTRIËLE INGENIEURSWETENSCHAPPEN W. DE CROYLAAN 6 BUS 2000 3001 HEVERLEE, BELGIË HEVERLEE 30 juli 2013 Nota Generieke leerresultaten van FIIW 1 Genese van het

Nadere informatie

Visitaties in de hogescholen en universiteiten. VEP 7 december 2012

Visitaties in de hogescholen en universiteiten. VEP 7 december 2012 Visitaties in de hogescholen en universiteiten VEP 7 december 2012 1 Visitaties in de hogescholen en universiteiten 1. Situering van de visitaties in de kwaliteitsbewaking 2. Onderzoek van Belgische Rekenhof

Nadere informatie

Het domeinspecifiek referentiekader Interieurarchitectuur

Het domeinspecifiek referentiekader Interieurarchitectuur Uittreksel uit het visitatierapport Interieurarchitectuur, 7 juni 2012 Het domeinspecifiek referentiekader Interieurarchitectuur 1.1 inleiding Voor iedere (groep van) opleiding(en) wordt een domeinspecifiek

Nadere informatie

Arteveldehogeschool. Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs. (professioneel gerichte bachelor)

Arteveldehogeschool. Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs. (professioneel gerichte bachelor) Arteveldehogeschool Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs (professioneel gerichte bachelor) Accreditatie bestaande Opleiding NVAO Accreditatierapport en besluit 2 december 2008 Inhoud 1 Samenvattende

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Interieurarchitectuur Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Interieurarchitectuur aan de Vlaamse hogescholen V l a a

Nadere informatie

Drama Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Drama aan de Artesis Hogeschool Antwerpen

Drama Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Drama aan de Artesis Hogeschool Antwerpen A A N V U L L E N D E V I S I T A T I E Drama Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Drama aan de Artesis Hogeschool Antwerpen V l a a m s e H o g e s c h

Nadere informatie

Industriële wetenschappen: elektronica ICT e-media

Industriële wetenschappen: elektronica ICT e-media ONDERWIJSVISITATIE Industriële wetenschappen: elektronica ICT e-media Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloropleiding en de masteropleiding Industriële wetenschappen: elektronica-ict,

Nadere informatie

Brussel september 2008. Deel 1 Handleiding onderwijsvisitaties

Brussel september 2008. Deel 1 Handleiding onderwijsvisitaties Brussel september 2008 Deel 1 Handleiding onderwijsvisitaties Brussel september 2008 Handleiding onderwijsvisitaties DEEL 1 VLIR Ravensteingalerij 27 B 1000 Brussel t e l +32 (0)2 792 55 00 f a x +32 (0)2

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Milieu- en preventiemanagement Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Milieu- en preventiemanagement aan de Vlaamse hogescholen

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie

De onderwijsvisitatie ONDERWIJSVISITATIE Nautische wetenschappen Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Nautische wetenschappen aan de Vlaamse hogescholen Vlaamse Hogescholenraad

Nadere informatie

Handleiding onderwijsvisitaties aangevuld protocol ter ondersteuning an de opleidingen in academisering DEEL 1

Handleiding onderwijsvisitaties aangevuld protocol ter ondersteuning an de opleidingen in academisering DEEL 1 Brussel september 2008 Handleiding onderwijsvisitaties aangevuld protocol ter ondersteuning an de opleidingen in academisering DEEL 1 VLIR Ravensteingalerij 27 B 1000 Brussel TEL +32 (0)2 792 55 00 FAX

Nadere informatie

Handreiking aanvraag Toets Nieuwe Opleiding Nederland

Handreiking aanvraag Toets Nieuwe Opleiding Nederland Handreiking aanvraag Toets Nieuwe Opleiding Nederland 17 december 2015 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Wanneer een Toets Nieuwe Opleiding? 4 3 Werkwijze Toets Nieuwe Opleiding 5 4 Aanvraagdossier ten behoeve van

Nadere informatie

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST SAMENWERKINGSOVEREENKOMST werving kandidaat-student-commissieleden Algemeen Het decreet van de Vlaamse Gemeenschap van 4 april 2003 betreffende de herstructurering van het hoger onderwijs in Vlaanderen

Nadere informatie

Doelstellingen Onderwerp niet behandeld tijdens de verkorte procedure na tijdelijke erkenning.

Doelstellingen Onderwerp niet behandeld tijdens de verkorte procedure na tijdelijke erkenning. Ontwerp van accreditatierapport en -besluit met een positieve beoordeling van de accreditatieaanvraag voor de opleiding Master of Science in de architectuur (master) van de Universiteit Antwerpen (na tijdelijke

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Architectuur Architecture Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Architectuur en de masteropleiding Architecture aan de

Nadere informatie

2QWZHUS$FFUHGLWDWLHNDGHU EHVWDDQGHRSOHLGLQJHQKRJHU RQGHUZLMV9ODDQGHUHQ $SULO

2QWZHUS$FFUHGLWDWLHNDGHU EHVWDDQGHRSOHLGLQJHQKRJHU RQGHUZLMV9ODDQGHUHQ $SULO 2QWZHUS$FFUHGLWDWLHNDGHU EHVWDDQGHRSOHLGLQJHQKRJHU RQGHUZLMV9ODDQGHUHQ $SULO Lange Voorhout 20 Postbus 556 2501 CN Den Haag P.O. Box 556 2501 CN The Hague The Netherlands T +31 (0)70 312 2300 F +31 (0)70

Nadere informatie

Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op http://www.vlhora.be > evaluatieorgaan > visitatierapporten > huidige visitatieronde

Het rapport is ook elektronisch beschikbaar op http://www.vlhora.be > evaluatieorgaan > visitatierapporten > huidige visitatieronde ONDERWIJSVISITATIE Industriële wetenschappen: chemie Industriële wetenschappen: biochemie Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Industriële wetenschappen:

Nadere informatie

Concept Academisering Concrete vereisten Evolutie naar academisch: quid? Academisering. Anton Schuurmans. 8 oktober 2009

Concept Academisering Concrete vereisten Evolutie naar academisch: quid? Academisering. Anton Schuurmans. 8 oktober 2009 Concept 8 oktober 2009 Concept Wat vooraf ging... Invoering Bologna Concept Bolognaverklaring 19 juni 1999: verhoging mobiliteit binnen Europa bachelor-masterstructuur studiepunten (credits) uitwisseling

Nadere informatie

Visitatieprotocol. specifieke lerarenopleidingen november 2009

Visitatieprotocol. specifieke lerarenopleidingen november 2009 Visitatieprotocol specifieke lerarenopleidingen 9 10 12 november 2009 Programma 1. Wie zijn we? 2. Terminologie 3. De specifieke lerarenopleiding 4. Stelsel van kwaliteitszorg 5. Genese visitatieprotocol

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Industriële wetenschappen: bouwkunde Industriële wetenschappen: landmeten Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Industriële

Nadere informatie

Ontwerp Toetsingskader nieuwe opleidingen hoger onderwijs Vlaanderen April 2004

Ontwerp Toetsingskader nieuwe opleidingen hoger onderwijs Vlaanderen April 2004 Ontwerp Toetsingskader nieuwe opleidingen hoger onderwijs Vlaanderen April 2004 Lange Voorhout 20 Postbus 556 2501 CN Den Haag P.O. Box 556 2501 CN The Hague The Netherlands T +31 (0)70 312 2300 F +31

Nadere informatie

1.1 Inleiding. Gehanteerde input. - referentiekaders van de opleidingen:

1.1 Inleiding. Gehanteerde input. - referentiekaders van de opleidingen: Uittreksel uit het visitatierapport iw: elektromechanica, 7 december 2009 Het domeinspecifieke referentiekader academisch gerichte bachelor Industriële wetenschappen: elektromechanica en de academisch

Nadere informatie

Drama Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Drama aan de Vlaamse hogescholen

Drama Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Drama aan de Vlaamse hogescholen ONDERWIJSVISITATIE Drama Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Drama aan de Vlaamse hogescholen Vlaamse Hogescholenraad 18 december 2009 De onderwijsvisitatie

Nadere informatie

Gedragscode Onderwijstaal Universiteit Antwerpen UITGANGSPUNTEN

Gedragscode Onderwijstaal Universiteit Antwerpen UITGANGSPUNTEN Gedragscode Onderwijstaal Universiteit Antwerpen (Raad van Bestuur, 23 april 2013, 27 mei 2014, 31 maart 2015, 12 april 2016, 28 maart 2017 en 27 maart 2018) UITGANGSPUNTEN De Universiteit Antwerpen wenst

Nadere informatie

Elektrotechniek Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Elektrotechniek aan de Vlaamse hogescholen

Elektrotechniek Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Elektrotechniek aan de Vlaamse hogescholen O N D E R W I J S V I S I T A T I E Elektrotechniek Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Elektrotechniek aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e H o g e s c

Nadere informatie

PR V1. Beroepscompetentie- profiel RBCZ therapeuten

PR V1. Beroepscompetentie- profiel RBCZ therapeuten PR 180724 V1 Beroepscompetentie- profiel Afgeleid van de niveaubepaling NLQF, niveau 6 heeft RBCZ kerncompetenties benoemd voor de complementair/alternatief therapeut. Als uitgangspunt zijn de algemene

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Bestuurskunde en publiek management Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Bestuurskunde en publiek management aan de

Nadere informatie

PEER REVIEWS. Managementgroep Interactum September 2014

PEER REVIEWS. Managementgroep Interactum September 2014 PEER REVIEWS Managementgroep Interactum September 2014 Met peer review wordt een systeem bedoeld waarbij de betreffende opleidingen structureel gebruik maken van elkaars deskundigheid en elkaars critical

Nadere informatie

Welding engineering Een onderzoek naar de kwaliteit van de master-na-masteropleiding Welding engineering aan de Vlaamse hogescholen

Welding engineering Een onderzoek naar de kwaliteit van de master-na-masteropleiding Welding engineering aan de Vlaamse hogescholen O N D E R W I J S V I S I T A T I E Welding engineering Een onderzoek naar de kwaliteit van de master-na-masteropleiding Welding engineering aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e H o g e s c h o l e

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Industriële wetenschappen: bouwkunde Industriële wetenschappen: landmeten Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Industriële

Nadere informatie

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase

Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase Accreditatiekader bestaande opleidingen hoger onderwijs [hbo-bachelor]: uitwerking voor Associate degree-programma s tijdens de pilotfase 11 februari 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Accreditatiekader, toegespitst

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Interieurvormgeving en meubelontwerp Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Interieurvormgeving en de bachelor-nabacheloropleiding

Nadere informatie

Addendum (april 2014) bij de Handleiding onderwijsvisitatie Specifieke lerarenopleiding, Brussel, 2009

Addendum (april 2014) bij de Handleiding onderwijsvisitatie Specifieke lerarenopleiding, Brussel, 2009 Addendum (april 2014) bij de Handleiding onderwijsvisitatie Specifieke lerarenopleiding, Brussel, 2009 Nieuwe organisatiestructuur VLUHR Sinds 1 januari 2013 zijn de Cellen kwaliteitszorg van VLIR en VLHORA

Nadere informatie

BESLUIT: HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN

BESLUIT: HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN Reglement betreffende de vormvereisten voor aanvragen tot uitvoering van een accreditatie, een instellingsreview of een toets nieuwe opleiding ten aanzien van opleidingen in de Vlaamse Gemeenschap Gelet

Nadere informatie

COMMISSIE HOGER ONDERWIJS

COMMISSIE HOGER ONDERWIJS COMMISSIE HOGER ONDERWIJS SJABLOON T.B.V. DE AANVRAGENDE INSTELLINGEN EN VLIR EN VLHORA VOOR AANVRAAGDOSSIER MACRODOELMATIGHEIDSTOETS M.H.O. OP TOETS NIEUWE OPLEIDING /VRIJSTELLING VERPLICHTE AFBOUW Opzet

Nadere informatie

Brussel, 10 december _Advies_accreditatieverdrag. Advies. Accreditatieverdrag met Nederland

Brussel, 10 december _Advies_accreditatieverdrag. Advies. Accreditatieverdrag met Nederland Brussel, 10 december 2003 111903_Advies_accreditatieverdrag Advies Accreditatieverdrag met Nederland Inhoud Inhoud... 2 1. Inleiding en situering adviesvraag... 3 2. Samenvatting... 4 3. Advies...5 2 1.

Nadere informatie

Elektronica-ICT Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Elektronica-ICT aan de Vlaamse hogescholen

Elektronica-ICT Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Elektronica-ICT aan de Vlaamse hogescholen O N D E R W I J S V I S I T A T I E Elektronica-ICT Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Elektronica-ICT aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e H o g e s c

Nadere informatie

Projectmanagement Een onderzoek naar de kwaliteit van de master-na-masteropleiding Projectmanagement aan de Vlaamse hogescholen

Projectmanagement Een onderzoek naar de kwaliteit van de master-na-masteropleiding Projectmanagement aan de Vlaamse hogescholen O N D E R W I J S V I S I T A T I E Projectmanagement Een onderzoek naar de kwaliteit van de master-na-masteropleiding Projectmanagement aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e H o g e s c h o l e n r

Nadere informatie

In aanvulling op bovenstaande voorwaarden gelden de volgende aanvullende toelatingsvoorwaarden per track:

In aanvulling op bovenstaande voorwaarden gelden de volgende aanvullende toelatingsvoorwaarden per track: Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 De opleiding Kunst- en cultuurwetenschappen Arts and Culture bestaat uit de programma s: Gender Studies (see English EER) Arts & Society (voorheen Kunstbeleid en

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Landschaps- en tuinarchitectuur Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Landschaps- en tuinarchitectuur en de bachelorna-bacheloropleiding

Nadere informatie

Context. Instroom. 1 Een herkenbare leef- en werkomgeving. 2 Een herkenbare leef- en werkomgeving. 3 Een herkenbare, wisselende leef- en werkomgeving.

Context. Instroom. 1 Een herkenbare leef- en werkomgeving. 2 Een herkenbare leef- en werkomgeving. 3 Een herkenbare, wisselende leef- en werkomgeving. Context Een bekende, stabiele leef- en leeromgeving. 1 Een herkenbare leef- en werkomgeving. 2 Een herkenbare leef- en werkomgeving. 3 Een herkenbare, wisselende leef- en werkomgeving. 4 Een herkenbare,

Nadere informatie

AANVULLENDE VISITATIE

AANVULLENDE VISITATIE AANVULLENDE VISITATIE Industriële wetenschappen: elektronica-ict Een aanvullend onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloropleiding en de masteropleiding Industriële wetenschappen:

Nadere informatie

27 oktober Terugkomavond SLO-alumni

27 oktober Terugkomavond SLO-alumni 27 oktober 2011 Terugkomavond SLO-alumni SLO Liaison Officer: Mevr. C. Van Liedekerke Coördinator: Dhr. G. Walraevens Medewerkers SLO: Mevr. D. Bulckmans Mevr. T. Casteele Mevr. H. De Groote Dhr. O. Holz

Nadere informatie

Men komt in aanmerking voor toelating tot het programma Kunstgeschiedenis indien men aantoont te beschikken over de volgende competenties:

Men komt in aanmerking voor toelating tot het programma Kunstgeschiedenis indien men aantoont te beschikken over de volgende competenties: Opleidingsspecifieke deel OER, 2016-2017 De opleiding Kunst- en cultuurwetenschappen Arts and Culture bestaat uit de programma s: Kunstgeschiedenis Gender Studies (see English EER) Arts & Society (voorheen

Nadere informatie

Beeldende vormgeving Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Beeldende vormgeving aan de Vlaamse hogescholen

Beeldende vormgeving Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Beeldende vormgeving aan de Vlaamse hogescholen O N D E R W I J S V I S I T A T I E Beeldende vormgeving Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Beeldende vormgeving aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e H

Nadere informatie

Juridische kennis en professionele vaardigheden

Juridische kennis en professionele vaardigheden Eindtermen Bachelor Rechtsgeleerdheid master rechtsgeleerdheid De bachelor heeft kennis van en inzicht in het geldende recht alsmede recht met elkaar verbonden zijn. De bachelor is in staat om vanuit het

Nadere informatie

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies

Toetsplan Masteropleiding Midden-Oosten Studies Toetsplan Masteropleiding Studies 2017-2018 JAAR 1 semester 1 Blok 1 Blok 2 vaktitel vakcode week 1-7 colleges week 8/9/10 (her)toetsing week 11-17 colleges week 18/19/20 (her)toetsing Conflicten in het

Nadere informatie

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs

Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs Concept Beoordelingskader voor het bijzondere kenmerk residentieel onderwijs 2 december 2008 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Beoordelingskader 4 pagina 2 1 Inleiding Dit beoordelingskader bevat een aantal facetten

Nadere informatie

Doelstellingen van de opleiding Onderwerp niet behandeld tijdens de verkorte procedure na tijdelijke erkenning.

Doelstellingen van de opleiding Onderwerp niet behandeld tijdens de verkorte procedure na tijdelijke erkenning. nvao nederiands - viaamse accreditatieorganisatie Besluit datum 21 november 2016 onderwerp Definitief accreditatiebesluit (004107) bijlage 1 Intrekking en nieuwe vaststelling van het accreditatiebesluit

Nadere informatie

FUNCTIEFAMILIE 1.2 Klantenadviserend (externe klanten)

FUNCTIEFAMILIE 1.2 Klantenadviserend (externe klanten) Doel van de functiefamilie Vanuit een specialisatie professioneel advies of begeleiding geven aan externe klanten deze klanten oplossingen aan te reiken of maximaal te ondersteunen in het vinden van een

Nadere informatie

Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF

Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF Handreiking toelichting bij descriptoren NLQF CONTEXT Context Instroom Een bekende, stabiele leef- en leeromgeving. 1 Een herkenbare leef- en werkomgeving. Tussen niveau 1 en 2 is geen verschil in context;

Nadere informatie

COMMISSIE HOGER ONDERWIJS VLAANDEREN

COMMISSIE HOGER ONDERWIJS VLAANDEREN COMMISSIE HOGER ONDERWIJS VLAANDEREN SJABLOON AANVRAAGDOSSIER AMBTSHALVE GEREGISTREERDE INSTELLINGEN MACRODOELMATIGHEIDSTOETS M.H.O. OP TOETS NIEUWE OPLEIDING Opzet en structuur Dit sjabloon met richtlijnen

Nadere informatie

Advies over het nieuwe NVAO-reglement

Advies over het nieuwe NVAO-reglement Raad Hoger Onderwijs 8 oktober 2013 RHO-RHO-ADV-002 Advies over het nieuwe NVAO-reglement Vlaamse Onderwijsraad Kunstlaan 6 bus 6 BE-1210 Brussel T +32 2 219 42 99 F +32 2 219 81 18 www.vlor.be info@vlor.be

Nadere informatie

DLR Domeinspecifieke Leerresultaten (DLR) van de Master in Industriële Wetenschappen: Elektronica ICT

DLR Domeinspecifieke Leerresultaten (DLR) van de Master in Industriële Wetenschappen: Elektronica ICT KULeuven Opleidingen : Master in Industriële Wetenschappen: Elektronica ICT Master in Industrial Sciences: Electronic Engineering DLR Domeinspecifieke Leerresultaten (DLR) van de Master in Industriële

Nadere informatie

Omvorming naar de masteropleidingen

Omvorming naar de masteropleidingen Omvorming naar de masteropleidingen Herindiening van Masteropleiding Informatica - 120 studiepunten Juni 2004 I. Indiener 1. Faculteit / Gemeenschappelijke Raad - Onderwijscommissie WETENSCHAPPEN - Onderwijscommissie

Nadere informatie

O N D E R W I J S HERV I S I T A T I E

O N D E R W I J S HERV I S I T A T I E O N D E R W I J S HERV I S I T A T I E Onderwijs: lager onderwijs Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bachelor Onderwijs: lager onderwijs aan de Vlaamse hogescholen V l a a m

Nadere informatie

Dans Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bachelor Dans aan de Vlaamse hogescholen

Dans Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bachelor Dans aan de Vlaamse hogescholen O N D E R W I J S V I S I T A T I E Dans Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bachelor Dans aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e H o g e s c h o l e n r a a d 28 april 2010

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Sociale readaptatiewetenschappen Een onderzoek naar de kwaliteit van de opleiding Sociale readaptatiewetenschappen aan het Hoger Instituut voor Readaptatiewetenschappen

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Industriële wetenschappen: textieltechnologie Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Industriële wetenschappen: textieltechnologie

Nadere informatie

Luchtvaart Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bachelor Luchtvaart aan de Vlaamse hogescholen

Luchtvaart Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bachelor Luchtvaart aan de Vlaamse hogescholen O N D E R W I J S V I S I T A T I E Luchtvaart Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bachelor Luchtvaart aan de Vlaamse hogescholen V l a a m s e H o g e s c h o l e n r a a d 8

Nadere informatie

Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO

Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO 1. Persoonlijke gegevens Naam school:.. Provincie school: o Antwerpen o Limburg o Oost- Vlaanderen o Vlaams- Brabant o West- Vlaanderen Wat is je functie?

Nadere informatie

Indeling hoger onderwijs

Indeling hoger onderwijs achelor & master Sinds enkele jaren is de structuur van het hoger onderwijs in België afgestemd op die van andere Europese landen. Hierdoor kan je makkelijker switchen tussen hogescholen en universiteiten

Nadere informatie

Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis

Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis Eindkwalificaties van de bacheloropleiding Geschiedenis Afgestudeerden van de opleiding hebben de onderstaande eindkwalificaties bereikt: I. Kennis Basiskennis en inzicht: 1. kennis van en inzicht in het

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Maatschappelijke veiligheid

De onderwijsvisitatie Maatschappelijke veiligheid ONDERWIJSVISITATIE Maatschappelijke veiligheid Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Maatschappelijke veiligheid aan de Vlaamse hogescholen Vlaamse Hogescholenraad

Nadere informatie

De onderwijsvisitatie Pop- en rockmuziek

De onderwijsvisitatie Pop- en rockmuziek De onderwijsvisitatie Pop- en rockmuziek Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Pop- en rockmuziek aan de Vlaamse hogescholen www.vluhr.be Brussel - 21 maart 2013

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E cluster Audiovisuele technieken Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleidingen Audiovisuele technieken: assistentie, Audiovisuele

Nadere informatie

Journalistiek Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Journalistiek aan de XIOS Hogeschool Limburg

Journalistiek Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Journalistiek aan de XIOS Hogeschool Limburg H E R V I S I T A T I E Journalistiek Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Journalistiek aan de XIOS Hogeschool Limburg V l a a m s e H o g e s c h o l e n r

Nadere informatie

O N D E R W I J S V I S I T A T I E

O N D E R W I J S V I S I T A T I E O N D E R W I J S V I S I T A T I E Bestuurskunde en publiek management Een onderzoek naar de kwaliteit van de academisch gerichte bacheloren masteropleiding Bestuurskunde en publiek management aan de

Nadere informatie

1 Samenvattende conclusie 3. 2 Besluit 4

1 Samenvattende conclusie 3. 2 Besluit 4 Karel de Grote-Hogeschool - Katholieke Hogeschool Antwerpen Bachelor in de industriële wetenschappen: elektromechanica (academisch gerichte bachelor) Accreditatie bestaande Opleiding NVAO Accreditatierapport

Nadere informatie

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences

Opleidingsspecifieke deel OER, Opleiding / programma: BA Liberal Arts and Sciences Opleidingsspecifieke deel OER, 2017-2018 Opleiding / programma: Artikel Tekst 2.3 Colloquium doctum Het toelatingsonderzoek, bedoeld in art. 7.29 van de wet, heeft betrekking op de volgende vakken op het

Nadere informatie

Gelet op het decreet van 30 april 2009 betreffende de kwalificatiestructuur, inzonderheid op artikel 15/1, 15/2 en 15/3;

Gelet op het decreet van 30 april 2009 betreffende de kwalificatiestructuur, inzonderheid op artikel 15/1, 15/2 en 15/3; Nota van de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie betreffende de validatie van de gezamenlijke domeinspecifieke leerresultaten van de HBO5-opleidingen in de Vlaamse Gemeenschap Gelet op het decreet

Nadere informatie

Kwaliteitszorg en accreditatie

Kwaliteitszorg en accreditatie Infofiche Kwaliteitszorg en accreditatie Om kwaliteitsvol onderwijs te garanderen, worden opleidingen en instellingen beoordeeld. Enerzijds is er interne kwaliteitszorg die binnen de hogeschool of universiteit

Nadere informatie

BESLUIT: HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN

BESLUIT: HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN Reglement betreffende de erkenning van evaluatieorganen die een coördinerende taak hebben ten aanzien van de externe beoordeling van hogeronderwijsopleidingen in de Vlaamse Gemeenschap Gelet op het decreet

Nadere informatie

Toetsingskader nieuwe opleidingen hoger onderwijs Vlaanderen 2 de ronde

Toetsingskader nieuwe opleidingen hoger onderwijs Vlaanderen 2 de ronde Toetsingskader nieuwe opleidingen hoger onderwijs Vlaanderen 2 de ronde 25 januari 2013 Inhoud 1 Opzet 4 2 Generieke kwaliteitswaarborgen 4 2.1 Generieke kwaliteitswaarborg 1: beoogd eindniveau 4 2.2

Nadere informatie

Scheepswerktuigkunde Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Scheepswerktuigkunde aan de Hogere Zeevaartschool

Scheepswerktuigkunde Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Scheepswerktuigkunde aan de Hogere Zeevaartschool ONDERWIJSVISITATIE Scheepswerktuigkunde Een onderzoek naar de kwaliteit van de professioneel gerichte bacheloropleiding Scheepswerktuigkunde aan de Hogere Zeevaartschool Vlaamse Hogescholenraad 18 december

Nadere informatie