Ingekomen 2 7 NOV 20H. Kopie aan:

Transcriptie

1 Aan de Gemeenteraad van Lelystad Stadhuisplein 2, 8232 ZX Lelystad Postbus 91, 8200AB Lelystad Gemeente Lelystad Ingekomen 2 7 NOV 20H Kopie aan: DVL-STW Gemeente Lelystad 2 7 NOV ZOU Lelystad, Betreft: Groot transport in woonwijken. Geachte Gemeenteraad, Mijn verzoek en op en aanmerking is gericht op het gegeven dat bijna dagelijks er grote vrachtwagens in onze woonwijk rijden en laden en lossen, wat met zich mee brengt dat er buiten verkeershinder er ook het plaatselijk groen wordt kapot gereden en het milieu wordt aangetast. Onder grote vrachtwagens versta ik dat deze zwaarder zijn dan TA ton en langer zijn dan 10 meter. In vele steden geld er een voorschrift dat deze vrachtwagens dienen over geladen te worden in kleinere vrachtwagen op een distributiecentrum. Er is voldoende ruimte op de Artemisweg om deze daar te realiseren. Er is op de artemisweg Lelystad, al een transport bedrijf met kleinere vrachtwagens en is het niet veel gevraagd om te verordenen dat grote megatrailers niet is woonwijken mogen rijden. Ik zou dan ook graag op hoofdlijnen met betrekking tot het zwaar verkeer door de Gemeenteraad een standpunt geformuleerd willen zien. Zwaar verkeer bestaat uit middelzware en zware vrachtauto's, touringcars en openbaar vervoerbussen. Tot nu toe is er in Lelystad geen specifiek beleid voor zwaar verkeer vastgelegd. Het reguliere beleid voor het autoverkeer in het algemeen, is gedeeltelijk ook van toepassing op het zwaar verkeer. Het doel om autoverkeer zoveel mogelijk te concentreren op hoofdroutes, geldt bijvoorbeeld ook voor het zwaar verkeer. Er zou gewerkt moeten worden aan maatregelen om vracht te bundelen. Verschillende maatregelen om de negatieve aspecten van het zwaar verkeer te beheersen en terug te dringen, zouden besproken en afgewogen moeten worden in de gemeentelijke raad. Over dit afwegingsproces tussen voor- en nadelen van maatregelen, zijn al verschillende rapporten geschreven en bij verschillende Gemeentes op te vragen Zoals uit bijgesloten nota blijkt, kan de Gemeente Lelystad hier nog veel aan doen, om het terug dringen van zwaar vervoer binnen de Gemeente Lelystad te beperken. Gaarne ontvang ik van u een antwoord op mijn vraag. In afwachting van uw berichten, verblijf ik, Hoogachtend, ' ^ > F.M. Fellinga. Bijlage: 7 foto, s"en Nota Zwaar Verkeér in Den Haag Postbank: Rabobank: , K.v.K , BTW nr: NL B01 enf@fellinga.nl, Website:

2 Euro Night liner Facilities voff Nota Zwaar Verkeer in Den Haag Op basis van bovengenoemd DHV- rapport is een "concept-0"-versie van de nota Zwaar Verkeer in Den Haag opgesteld. Deze is in oktober 2005 ter becommentariëring voorgelegd aan belanghebbenden. Hierop zijn diverse reacties binnengekomen. Mede op basis van deze reacties en naar aanleiding van nader onderzoek naar de milieueffecten van de voorgestelde maatregelen (zie bijlage 4), zijn vervolgens een "concept 1 "-versie en later een concept 2-versie van de nota opgesteld. Deze laatste versie is op 6 juni 2006 door het college vrijgegeven voor inspraak. De belangrijkste conclusies in de nota Zwaar Verkeer in Den Haag zijn: - De omvang van het zware verkeer in de gemeente Den Haag is relatief gering. Ongeveer 5% van het totale verkeer kan tot deze groep gerekend worden, in vergelijking met ongeveer 9% in Amsterdam en 15% op het nationale hoofdwegennet; - Het zware verkeer bevindt zich vooral op de belangrijkste routes naar de haven, de bedrijventerreinen in de stad en de binnenstad; - Dit impliceert dat er sprake is van een zeer directe relatie tussen de stedelijke economie en het zwaar verkeer op het stedelijk wegennet van Den Haag. Bevoorradend verkeer, bouwverkeer, toeristisch en openbaar personenvervoer zijn allen van belang voor het functioneren van Haagse stedelijke economie. Er rijdt in den Haag met andere woorden dus nauwelijks onnodig zwaar verkeer (sluipverkeer). Een gemakkelijke aanpak van het zwaar verkeer zonder pijn is daarom niet mogelijk; - Het zwaar verkeer levert een onevenredig grote bijdrage aan de luchtkwaliteitsproblemen in de stad. Ongeveer 5% van het verkeer (het zwaar verkeer) zorgt voor bijna een kwart van de verkeersbijdrage aan de uitstoot van fijn stof en bijna voor bijna 50% van de verkeersbijdrage aan de uitstoot van stikstofoxiden; - Lang en zwaar verkeer zorgt in de (historische) binnenstad voor overlast door trillingen en voor schade aan het wegdek en de gevels; - Zwaar verkeer levert ook een specifieke bijdrage aan de verkeersonveiligheid. De kans op een ongeval waarbij zwaar verkeer is betrokken is weliswaar kleiner dan die met lichte motorvoertuigen (auto's, motoren en bestelwagens), maar als er een ongeval plaatsvindt waarbij zwaar verkeer is betrokken dan zijn de gevolgen meestal wel ernstiger: er is dan meer kans op ernstig letsel of op een dodelijke afloop. Naar aanleiding van de conclusies zijn in de nota de volgende beleidsvoornemens (maatregelen) beschreven: - Het zwaar verkeer moet worden gefaciliteerd op routes waar het qua capaciteit, inrichting en inpassing kan. Dit houdt in dat op andere trajecten de overlast zal verminderen. Door de bundeling van vrachtverkeer op minder routes zullen de maatregelen gericht op vermindering van de overlast ook meer effect sorteren. In de huidige situatie wordt - door middel van communicatie via brancheorganisaties, een website en een folder - aan vervoerders gevraagd zo veel mogelijk gebruik te maken van Buitenruit en Centrumring. In de toekomst kan door inzet van dynamisch verkeersmanagement, directer worden gestuurd op routekeuze. Bovendien wordt onderzocht Postbank: , Rabobank: , K.v.K , BTW nr: NL B01 K-mail: enf@fellinga.nl. Website:

3 Euro Nightliner Facilities vof Raadsvoorstellen 2007 Hoe in routeplanners en navigatiesystemen voor het vrachtverkeer, de meest geschikte wegen en route kunnen worden aangeven. Raadsvoorstellen Hiervoor zal onder verantwoordelijkheid van het stadsgewest Haaglanden een kwaliteitsnet Goederenvervoer moet worden opgesteld. In samenhang daarmee zal aan een betere Positionering van vrachtverkeer in routeplanners en navigatiesystemen vorm worden gegeven. De maatregelen op de routes voor het vrachtverkeer waaraan nu wordt gedacht betreffen vooral doorstromingsmaatregelen, ook specifiek voor het vrachtverkeer om remmen en optrekken (waarbij de meeste uitstoot ontstaat) zoveel mogelijk te voorkomen. Dit laatste kan worden bereikt door bijvoorbeeld toepassen van "tovergroen" bij verkeerslichten, waarbij specifiek voor het vrachtverkeer een langere groenperiode wordt gerealiseerd. In Den Haag zijn de aandelen zwaar verkeer echter te klein om dit goed en effectief te kunnen invoeren. Ook kunnen de negatieve effecten van zwaar verkeer worden verminderd door fysieke maatregelen, zoals de aanleg van tunnels of overkruizingen waarbij de lucht wordt gefilterd; - Het stimuleren van initiatieven voor bundeling van lading (hogere beladingsgraad van voertuigen), om daarmee het aantal voertuigbewegingen terug te dringen. Omdat deze maatregel direct invloed heeft op het aantal gereden vrachtautokilometers in de stad, is dit de beste manier om de negatieve effecten van zwaar verkeer terug te dringen. Deze maatregel leidt zowel tot (financiële) winst voor de verladers en vervoerders als tot maatschappelijke winst, in de vorm van verbetering van de luchtkwaliteit. Het stimuleren van bundeling van lading is echter wel een moeilijke opgave, omdat er samenwerking tussen vervoerders onderling, ontvangende partijen onderling en alle partijen gezamenlijk moet worden opgezet. In Den Haag lopen hiervoor al initiatieven, zoals De Schone Stad en Stedinet; - Het stimuleren van het gebruik van schonere voertuigen. Openbaar vervoer per bus wordt (in het centrum) zo veel mogelijk vervangen door vervoer per tram. In de concessieverlening van het openbaar vervoer, maar ook daarnaast, wordt veel aandacht besteed aan schone motoren en roetfilters. Ook wordt er gestreefd naar het inzetten van bussen die op aardgas rijden. De hiervoor beschreven maatregelen maken reeds onderdeel uit van het vigerende Haagse verkeers- en vervoersbeleid. Daarboven wordt in de nota Zwaar Verkeer in Den Haag het volgende voorgesteld: - Te onderzoeken of een restrictie voor lange (bijvoorbeeld langer dan 10 meter) en/of zware (bijvoorbeeld zwaarder dan 7500 kg.) voertuigen in de historische binnenstad/ het kernwinkelgebied zinvol is. Deze maatregel is vooral bedoeld om schade aan het wegdek en de gevels te verminderen en om de doorstroming van het autoverkeer tijdens venstertijden te verbeteren; - Het weren van oudere en meer vervuilende vrachtwagens uit bepaalde gebieden, door het instellen van een milieuzone. De milieuzone Bij de uitwerking van de milieuzone is in de conceptversies van de Nota Zwaar Verkeer in Den Haag uitgegaan van een milieuzone naar Amsterdams model. In Amsterdam is een restrictie opgelegd aan vrachtverkeer boven 7,5 ton, met als minimumeis een leeftijd van het voertuig van maximaal 8 jaar en een motor die moet voldoen aan de EURO 2-norm. In de Haagse variant is dit ten behoeve van de doorrekening aangepast tot een minimumeis van EURO 3 per eind De milieuzone geldt in dit model voor het Centrum met uitzondering van een aantal hoofdroutes. Er is bewust aansluiting bij het Amsterdamse model gezocht, omdat dat de enige werkende zone in Nederland is en omdat er bij het vervoerende, verladend en ontvangend bedrijfsleven draagvlak voor deze maatregel bestaat. Postbank: , Rabobank: , K.v.K , BTW nr: NL B01 enf@fellinga.nl, Website:

4 * * Euro Nightliner Facilities De weerstand van het bedrijfsleven bij invoering van een dergelijk model werd dan ook klein geacht. De effecten van een milieuzone naar Amsterdams model zijn positief maar beperkt van omvang. De verkeersbijdrage aan de uitstoot van zowel fijn stof als stikstofoxiden zal hierdoor met ongeveer 2% worden verminderd. Intussen is er door het ministerie van VROM een traject gestart om in Nederland milieuzones in te voeren. In het kader daarvan is in 2005 een overleg georganiseerd tussen de ministeries van VROM en Verkeer en Waterstaat, een aantal gemeenten met plannen voor een milieuzone (o.a. Delft, Haarlem, Tilburg, Nijmegen, Rotterdam en Utrecht) en de brancheorganisaties in het goederenvervoer (TLN, EVO en KNV). Dit overleg heeft geresulteerd in het convenant Stimulering Schone Vrachtauto's en Milieuzonering, dat op 23 maart 2006 door de gemeente Den Haag is getekend (zie bijlage 5). In dit convenant verplichten de aangesloten gemeenten zich tot een gedegen onderzoek naar de effecten van een milieuzone en - indien de zone in potentie een positief effect heeft - tot een zo spoedig mogelijke invoering (vanaf 1 april 2007). De milieuzone legt in de steden beperkingen op aan al het vrachtverkeer (voertuigen met een gewicht boven de 3500 kg). De betreffende vrachtvoertuigen moeten aan minimale eisen wat betreft de uitstoot van de motor gaan voldoen. Vanaf de invoeringsdatum (streefdatum 1 april 2007) geldt een eis van EUR02 met roetfilter of EUR03 met roetfilter of een hogere Euroklasse. Vanaf 1 januari 2010 zal een verplichting gelden van minimaal EUR04. Dit betekent dat vanaf de invoering een positief effect op de fijne stofuitstoot wordt verwacht. Vanaf 2010 wordt ook de stikstofoxidenuitstoot teruggedrongen. Hoe verder Raadsvoorstellen Op de concept 2-versie van de nota Zwaar Verkeer in Den Haag, kon van 13 juni tot en met 10 juli 2006 worden ingesproken. Er zijn naar aanleiding daarvan diverse schriftelijke reacties ontvangen. Daarnaast heeft een tweetal personen in de vergadering van de commissie Verkeer, Milieu en Leefomgeving van 13 september 2006, mondeling ingesproken. De inspraakreacties en de beantwoording door het college, is verwoord in een Inspraaknota Zwaar Verkeer in Den Haag (bijlage 1). De reacties en de beantwoording hebben op een aantal punten tot aanpassing van de nota geleid. De strekking en aanbevelingen van de nota zijn echter onveranderd gebleven. Dat houdt in dat, naast het formaliseren en continueren van het huidige beleid op het gebied van zwaar verkeer, een onderzoek naar het instellen van de milieuzone en een onderzoek naar het mogelijk beperken van voertuigen in de historische binnenstad worden voorgesteld. Voordat de milieuzone volgens het convenant Stimulering Schone Vrachtauto's en Milieuzonering op straat zichtbaar is, zal in overleg met een aantal belanghebbenden het onderzoek naar de effecten van de milieuzone moeten worden uitgevoerd. Belangrijke vragen die daarbij nog moeten worden beantwoord zijn: - Wat is de precieze locatie en omvang van het gebied waarin de milieuzone moet worden ingevoerd? - Wat is het effect van de invoering van de milieuzone op de luchtkwaliteit en de bereikbaarheid? - Hoe wordt de handhaving geregeld? - Welke voertuigen krijgen een ontheffing voor het gebied en op welke wijze moet die worden aangevraagd, beoordeeld en verstrekt? Voor de beantwoording van bovenstaande vragen zal een werkgroep met belanghebbenden uit de stad en vertegenwoordigers van de Dienst Stadsbeheer/Milieu & Vergunningen en de Dienst Stedelijke Ontwikkeling/Verkeer & Infrastructuur worden ingesteld. De handhaving van de milieuzone zal een belangrijk deel uitmaken van het onderzoek naar de implementatie van de milieuzone. De zone moet goed te handhaven zijn, dat heeft consequenties voor de locatie en omvang, en dus de effecten. Naast de inzichten van de lokaal betrokkenen in de eerder genoemde werkgroep (o.a. politie) zullen ook de inzichten van de landelijke werkgroep handhaving Postbank: , Rabobank: , K.v.K , BTW nr: NL B01 enf@fellinga.nl. Website:

5 Euro Nightliner Facilities voff Milieuzones worden meegenomen. Handhaving zal plaats kunnen vinden door middel van cameratoezicht, waarbij de politie van het vrachtverkeer bij de gegevens van de rijksdienst voor het wegverkeer kan nagaan of dit voertuig toegang tot de milieuzone heeft. Lokaal kunnen afspraken worden gemaakt over uitzonderingen. Een ander model van handhaving is het meer incidenteel controleren van vrachtwagens door politie of speciale ambtenaren. Een uitgewerkte analyse van de handhaving van de milieuzone waaronder de kosten, het beheer en de "pakkansen" wordt in het onderzoek naar de implementatie van de milieuzone opgesteld. Deze zal na het onderzoek, met de uitkomsten aan de gemeenteraad worden voorgelegd. De kosten voor het opstellen van de nota Zwaar Verkeer in Den Haag, inclusief externe onderzoeken, zijn gedekt door gelden uit het grote stedenbeleid (GSB III). Hieruit kunnen naar verwachting ook de kosten naar het onderzoek van implementatie van een milieuzone worden gedekt. Voor de daadwerkelijke implementatie en beheer van de milieuzone zullen andere gelden moeten worden gevonden. Verwacht wordt dat er hiervoor vanuit het ministerie van VROM geld beschikbaar komt. Over de financiering van het beheer van de milieuzone zal de gemeenteraad met de uitkomsten van het onderzoek naar de implementatie van de milieuzone nader worden geïnformeerd. Het onderzoek naar de mogelijke beperking van voertuigen in de historische binnenstad zal in eerste instantie binnen de Dienst Stedelijke Ontwikkeling worden opgezet. Besluitvorming Gezien het vorenstaande stelt het college de raad voor het volgende besluit te nemen: De raad van de gemeente Den Haag, Gezien het voorstel van het college van 9 januari 2007, Besluit: Raadsvoorstellen I. de nota Zwaar Verkeer in Den Haag vast te stellen als beleidskader voor het verkeer zwaarder dan 7500 kg in Den Haag; II. de drie in de nota voorgestelde hoofdlijnen van beleid te volgen, teneinde daardoor zoveel mogelijk: a. het zwaar verkeer te faciliteren waar het kan en dus te concentreren op hoofdroutes; b. het bundelen van vracht te stimuleren met als doel het aantal vrachtritten in de stad zoveel mogelijk te verminderen; c. het gebruik van schone voertuigen te stimuleren; III. in te stemmen met een onderzoek naar de implementatie van een milieuzone, conform het Convenant Stimulering Schone Vrachtauto's en Milieuzonering; * IV. de uitkomsten van het onderzoek naar de implementatie, tezamen met een plan van aanpak ter besluitvorming aan de raad voor te leggen; V. in te stemmen met een onderzoek naar de noodzaak en de mogelijkheden van het instellen van een (gewichts- en/of lengte)beperking voor het zware verkeer in de historische binnenstad van Den Haag; * VI. in te stemmen met een onderzoek, teneinde te komen tot het realiseren van een stadsdistributietransferium met als doel de luchtverontreiniging terug te dringen. Hollandse Hout 38, 8244 GA Postbank: , R; d, Tel.: (0320) , Fax: (0320) , Mobile: 06 : K.v.K , BTW nr: NL enf@fellinga.nl, Website: 45

6 INTERNATIONAAL TRANSPORTBEDRIJF Brink H INTERNATIONAAL TRANSPORTBEDRIJF van den Brink « INTO VBR/NKTR4NSPORT NI >NT RNA7IQNAAL TWIN SPOR rotdw/f «den Brink

7 o wi ON _ t- o - CO o M 8 (N 00 -J z C O \0 bu S oo > c. si i' n,, - c