Blz. 11. Blz. 14. Blz. 17. Blz. 12. Blz. 13. Blz. 15. Blz. 16. Blz. 18. Blz. 19 Blz. 20. Blz. 21. Blz. 22 Blz. 23. Blz. 24. Blz. 25. Blz.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Blz. 11. Blz. 14. Blz. 17. Blz. 12. Blz. 13. Blz. 15. Blz. 16. Blz. 18. Blz. 19 Blz. 20. Blz. 21. Blz. 22 Blz. 23. Blz. 24. Blz. 25. Blz."

Transcriptie

1 Editie augustus

2 Blz. 1 Blz. 2 Blz. 3 Blz. 4 Blz. 5 Blz. 6 Blz. 7 Blz. 8 Blz. 9 Blz. 11 Blz. 12 Blz. 13 Blz. 14 Blz. 15 Blz. 16 Blz. 17 Blz. 18 Blz. 19 Blz. 20 Blz. 21 Blz. 22 Blz. 23 Blz. 24 Blz. 25 Blz. 26 Blz. 28 Blz. 29 Voorblad Inhoudsopgave Inleiding 1.Visie op de ontwikkeling van het kind vanuit de ontwikkelingspsychologie 2. Basisdoelen voor de opvoeding in kinderopvang en gezin 2.1 Inhoud van het opvoedingsdoel emotionele veiligheid 2.2 Inhoud van het opvoedingsdoel persoonlijke competentie 2.3 Inhoud van het opvoedingsdoel sociale competentie 2.4 Inhoud van het opvoedingsdoel eigen maken van waarden en normen 2.5 Gewen dag bij Het Stekje 3. De kern van ons pedagogisch beleid. 4. Beschrijving van de wijze waarop binnen het Stekje de basisdoelen worden uitgewerkt Emotionele veiligheid en leidster-kind interactie Emotionele veiligheid en de binnen- en buitenruimte Emotionele veiligheid en de groep Emotionele veiligheid en activiteiten Emotionele veiligheid en spelmateriaal Persoonlijke competentie en de leidster-kind interactie Persoonlijke competentie en de binnen- en buitenruimte Persoonlijke competentie en de groep Persoonlijke competentie en activiteiten Persoonlijke competentie en spelmateriaal Sociale competentie en de leidster-kindinteractie Sociale competentie en de binnen- en buitenruimte Sociale competentie en de groep Sociale competentie en activiteiten Sociale competentie en spelmateriaal Eigen maken van normen en waarden en de leidster-kind interactie Eigen maken van normen en waarden en de binnen- en buitenruimte Eigen maken van normen en waarden en de groep Eigen maken van normen en waarden en activiteiten Eigen maken van normen en waarden en spelmateriaal 5. De maximale omvang, leeftijdsopbouw, leidster-kindratio en werkwijze van de stamgroep. 5.1 Maximale omvang, leeftijdsopbouw en leidster-kindratio van de stamgroep 5.2 Werkwijze van de stamgroep 5.3 Afspraken over de gewenningsperiode 5.4 Het gebruik van extra dagindelingen 5.5 Ondersteuning van beroepskrachten 5.6 Werkwijze met ouder(s)/verzorger(s) 6. De (spel) activiteiten die kinderen kunnen verrichten. 7.De wijze waarop onze werkzaamheden worden ondersteund 7.1 De taken van een stagiaire binnen het kinderdagverblijf. 8. Samen met ouders. 9. Slot. Mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke en sociale competentie. Voorbeelden vanuit de praktijk Wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt De Huisregels van buitenschoolse opvang Het Stekje. Literatuur en Bronnen. Achterwacht Dag structuur van BSO Het Stekje extra bijlages Wat wordt bedoeld met vier ogen principe Jaarlijkse GGD-Inspectie afname extra uren kdv - bso 2

3 Inleiding Kinderopvang is een verantwoordelijke taak. De wet kinderopvang legt dan ook uitgebreid vast waaraan kinderopvang dient te voldoen. Vervolgens wordt middels inspectie van de GGD (onder andere) het pedagogisch beleid en de pedagogische praktijk getoetst. In dit pedagogisch beleidsplan legt Het Stekje vast vanuit welk perspectief en waartoe we kinderen willen opvoeden. Pedagogische uitgangspunten gaan aan pedagogisch handelen vooraf. Om deze uitgangspunten in de praktijk te brengen is het nodig deze nader uit te werken in een pedagogisch beleidsplan. Dit beleidsplan is de basis van de nadere uitwerkingen en tevens de basis van het werk, dat in de groepen door de groepsleiding met veel enthousiasme en inzet wordt geleverd ten behoeve van alle kinderen. Daar waar gesproken wordt over leidster wordt uiteraard bedoeld de leidster binnen Het Stekje en eveneens de mannelijke collega. Evenzo waar het kind aangeduid wordt met hij dient ook zij te worden verstaan. 1.Visie op de ontwikkeling van het kind vanuit de ontwikkelingspsychologie Alvorens in te gaan op de visie op de ontwikkeling van het kind, onderstaand de missie van Het Stekje. Het Stekje stelt zich tot doel om middels het bieden en ontwikkelen van een breed aanbod van pedagogisch verantwoorde kinderopvang in daarvoor geschikte ruimte aan ouders respectievelijk verzorgers van de door hen verzorgde kinderen gedurende de gehele of een deel van de dag. Aan de ingeschreven kinderen wordt integrale zorg gegeven en integrale ontplooiingsmogelijkheden geboden onder leiding van de door Het Stekje aangesteld deskundig personeel. Het Stekje biedt opvang aan vanuit een ontwikkelingspsychologisch perspectief op het kind. Het is gebaseerd op het werk van Riksen-Walraven en vertoont grote overeenkomsten met de principes van basisontwikkeling binnen het onderwijs. De derde inspirator voor het pedagogisch handelen binnen onze kinderopvang is Thomas Gordon. Ontwikkelingspsychologisch onderzoek leert ons, dat een jong kind van nature gericht is op het onderzoeken van zijn omgeving en op het communiceren met anderen. Elk kind heeft in onze ogen een natuurlijke, aangeboren drang tot groei: geestelijk en lichamelijk. Een gewoon kind is van nature geïnteresseerd in zijn omgeving; in mensen, dieren, planten en dingen. Het kind is gericht op communicatie met de wereld om zich heen en is onbewust en onwillekeurig nieuwsgierig en geboeid door zelf te ontdekken en experimenteren. Het voeden en koesteren van die gerichtheid op exploratie en communicatie is een van de belangrijkste uitgangspunten binnen onze kinderopvang. Een ontwikkelingsgerichte benadering houdt in, dat volwassen vooruitlopen op de ontwikkeling van de kinderen en dat ze hen toe leiden naar hun toekomstige ontwikkeling, dat je kinderen een stap voor bent. We moeten het hier en nu zo inspirerend, uitdagend en stimulerend mogelijk voor hen te maken en de kinderen helpen dat te (leren) doen wat ze graag willen. De belangrijkste principes van zowel de ontwikkelingsgerichte benadering als de basisontwikkeling zijn: Uitgaan van de competentie van kinderen en niet van hun tekorten, daarom ook een zelfde benadering van en aanbod voor kinderen met achterstanden. 3

4 Nadruk op de ontwikkeling van brede persoonskenmerken zoals zelfvertrouwen, interesse, initiatiefrijkheid, reflectie, communicatie en samenwerken. Vooropstellen van gevoelens en veiligheid, of in termen van basisontwikkeling: welbevinden en het vrij zijn van emotionele belemmeringen. Kinderen laten leren door activiteiten, die betekenis hebben in de sociale en culturele context. Met andere woorden: dit zijn activiteiten met een thema dat alledaags en dichtbij huis is (kapper, bakker etc.), thema s die tot de verbeelding spreken (ridders, kastelen etc.), thema s ontleend aan de natuur en de seizoenen, thema s gebaseerd op de jaarlijkse feesten, thema s gericht op beroepen. Alle activiteiten hebben als doel kinderen helpen zelfstandigheid te verwerven. Daarbij staat voorop dat betrokkenheid en meedoen, belangrijker is dan een eindproduct. Spel als belangrijk middel tot ontwikkeling. Aandacht voor het bevorderen van de communicatie tussen de kinderen onderling. De centrale rol van de leidster in het pedagogisch proces; communicatie en dialoog als belangrijkste middelen. Aandacht voor en communicatie met en participatie van ouders. En zoals gezegd als derde inspirator: Thomas Gordon. Gordon s belangrijkste doel is een warme open relatie met het kind te ontwikkelen, gebaseerd op wederzijds respect en liefde, waardoor kinderen kunnen uitgroeien tot psychisch gezonde mensen. Gordons werk is een pleidooi voor een open en gevoelvol opvoedingsklimaat, een klimaat waarin ieder aan zijn trekken kan, mag en moet. Gordon reikt luister- en communicatievaardigheden aan, die de opvoeder en kind de kans geven om in conflicten en probleemsituaties effectief in actie te komen, zonder dat het de relatie schaadt. Dit is een manier van omgaan met anderen, zowel met kinderen als met volwassenen, die leidt tot meer zelfstandigheid, zelfvertrouwen en groei bij opvoeder en kind. Bij de Gordonmethode gaat het vooral om het bevorderen van plezier en evenwicht in relaties en het voorkomen en oplossen van problemen zonder verliezers. 2. Basisdoelen voor de opvoeding in kinderopvang en gezin In principe gaat het bij opvoeden, zowel binnen gezin als kinderopvang, altijd om: kinderen de kans te geven zich te ontwikkelen tot personen die goed functioneren in de samenleving. In de wet kinderopvang zijn vier basisdoelen opgenomen voor de opvoeding van kinderen in de kinderopvang. Deze doelen zijn: Het aanbieden aan kinderen van: 1. Veiligheid: een veilige basis, een thuis waar kinderen zich kunnen ontspannen en zichzelf kunnen zijn. 2. Gelegenheid tot het ontwikkelen van persoonlijke competentie. 3. Gelegenheid tot het ontwikkelen van sociale competentie. 4. Waarden en normen, cultuur. 2.1 Inhoud van het opvoedingsdoel emotionele veiligheid Het bieden van een gevoel van veiligheid is de meest basale pedagogische doelstelling voor alle vormen van kinderopvang. Het bieden van veiligheid is van primair belang, niet alleen omdat het bijdraagt aan het welbevinden van kinderen nu, maar ook omdat een veilig klimaat een voorwaarde is voor het realiseren van de andere pedagogische doelstellingen. In de kinderopvang zijn er drie bronnen te onderscheiden die het gevoel van veiligheid van kinderen bevorderen: >Vaste en sensitieve verzorgers. De beschikbaarheid van sensitief reagerende opvoeders in de eerste levensjaren blijkt bevorderlijk voor de veerkracht van kinderen, ook op langere termijn. De leidster vervult een centrale rol in het pedagogisch proces; communicatie en dialoog zijn de belangrijkste middelen. De affectieve kwaliteit van de interactie bevordert een gevoel van veiligheid en acceptatie 4

5 bij een kind. Hoe responsiever de leidster, hoe meer zij door een kind wordt gewaardeerd; het kind gaat zijn signalen en positieve gevoelens op haar richten en zich ook aan haar hechten. >Aanwezigheid van bekende leeftijdgenoten. In vaste groepen kunnen kinderen al in het tweede levensjaar een duidelijke voorkeur voor een of twee groepsgenoten ontwikkelen. Binnen zulke relaties is sprake van sociale uitwisselingen en van emotionele responsiviteit. Groepsgenoten kunnen al op jonge leeftijd een bron van veiligheid vormen, maar dan moeten zij elkaar wel zo regelmatig zien dat ze elkaar goed kunnen leren kennen. In een vertrouwde groep kunnen kinderen gevoelens van verbondenheid en sociale verantwoordelijkheid ontwikkelen. >De inrichting van de omgeving. Via de inrichting van een ruimte kan een bijdrage geleverd worden aan een gevoel van geborgenheid. Met aandacht voor akoestiek, licht, kleur en indeling van de ruimte is veel te bereiken. 2.2 Inhoud van het opvoedingsdoel persoonlijke competentie Met het begrip persoonlijke competentie wordt bedoeld op brede persoonskenmerken, zoals veerkracht, zelfstandigheid en zelfvertrouwen, flexibiliteit en creativiteit. Dit stelt een kind in staat om allerlei typen problemen adequaat aan te pakken en zich goed aan te passen aan veranderende omstandigheden. Bij jongere kinderen zijn exploratie en spel de belangrijkste middelen om greep te krijgen op hun omgeving. Door exploratie ontdekt het kind nieuwe handelingsmogelijkheden die vervolgens in spel worden uitgeoefend, uitgebouwd, gevarieerd en geperfectioneerd. Exploratie en spel zijn intrinsiek gemotiveerd, de kwaliteit van exploratie en spel is een latere voorspeller van hun creativiteit, onafhankelijkheid en veerkracht. Spel helpt kinderen bij het verwerken van emoties en bij ontwikkeling van allerhande cognitieve en sociale vaardigheden. Drie groepen factoren kunnen ingezet worden om exploratie en spel te bevorderen: >Inrichting van de ruimte en aanbod van materialen en activiteiten. De inrichting van ruimte moet zodanig zijn, dat een kind zich veilig voelt en ongestoord kan spelen. Vooral jonge kinderen moeten gelegenheid en uitdaging krijgen voor motorisch spel, omdat dit voor hen een belangrijke bron is voor competentie-ervaringen. Kinderen leren niet alleen in spel en in speciaal ontworpen leersituaties, maar vooral ook door het meedoen aan zinvolle dagelijkse activiteiten binnen de samenleving buiten de opvangsituatie zijn in dit kader van belang. >Vaardigheden van leidsters in het uitlokken en begeleiden van spel. Leidsters moeten condities scheppen voor spel door een aanbod van materialen en activiteiten, dat aansluit bij het ontwikkelingsniveau en interesse van een kind. Het begeleiden en eventueel verrijken van spel zonder een kind het initiatief uit handen te nemen, vereist speciale inzichten en vaardigheden van leidsters. In haar ondersteunende rol naar kinderen moet de leidster hen helpen met het opbouwen van kennis, vaardigheden en betekenis. Zij doet dit door deel te nemen aan activiteiten, daarin leermomenten te creëren door observatie en een kind door de juiste vragen en aanwijzingen te helpen om boven zichzelf uit te stijgen. >Aanwezigheid van bekende leeftijdsgenoten. Naarmate kinderen elkaar beter kennen, spelen zij meer samen en is hun spel van hoger niveau. Er wordt beter samengespeeld en de spelthema s worden beter uitgesponnen. Goede relaties met leeftijdgenoten bevorderen de kwaliteit van hun uitwisselingen en van hun spel. Het streven naar een zo groot mogelijke stabiliteit bij het samenstellen van groepen verdient dus hoge prioriteit, zowel vanwege het gevoel van veiligheid als vanwege de kwaliteit van samenspel. 5

6 2.3 Inhoud van het opvoedingsdoel sociale competentie Kinderen hebben een aangeboren sociale gerichtheid : ze zijn van nature geneigd hun aandacht en gedrag te richten op mensen in hun omgeving. Het begrip sociale competentie omvat een scala aan sociale kennis en vaardigheden, bij voorbeeld het zich in een ander kunnen verplaatsen, kunnen communiceren, samenwerken, anderen helpen, conflicten voorkomen en oplossen, het ontwikkelen van sociale verantwoordelijkheid. De interactie met leeftijdgenoten, het deel zijn van een groep en het deelnemen aan groepsgebeurtenissen biedt kinderen een leeromgeving voor het opdoen van sociale competenties. Het geeft aan kinderen kansen zich te ontwikkelen tot personen die goed functioneren in de samenleving. Kinderen in de kinderopvang krijgen al jong en gedurende een belangrijk deel van de dag/week te maken met interactie met leeftijdgenoten en aanwezigheid van een groep. Hoewel dit kansen biedt voor het werven van sociale kennis en vaardigheden, heeft het ook een risico in zich. Kinderen die al jong veel negatieve ervaringen opdoen in de omgang met andere kinderen lopen een verhoogd risico op de ontwikkeling van agressiviteit en sociale teruggetrokkenheid. De leidster speelt hier een cruciale rol; zij moet beschikken over de vaardigheid om de interacties tussen kinderen in goede banen te leiden. Het samenzijn met vertrouwde leidsters en bekende leeftijdgenoten bevordert de ontwikkeling van relaties en dus gevoel van veiligheid. Goede relaties met leeftijdgenoten bevorderen de kwaliteit van hun uitwisselingen en van hun spel. In een vertrouwde groep leeftijdgenoten kunnen kinderen gevoelens van verbondenheid en sociale verantwoordelijkheid ontwikkelen. 2.4 Inhoud van het opvoedingsdoel eigen maken van waarden en normen Kinderen moeten de kans krijgen om zich de waarden en normen, de cultuur eigen te maken van de samenleving waarvan zij deel uitmaken. Wat zijn waarden en normen? Waarden geven aan wat in abstracte zin goed, gewenst en waardevol wordt gevonden. Normen geven meestal veel concreter aan wat juist en gewenst wordt geacht. Waarden bepalen geen specifieke gedragingen, normen geven wel concreter richtlijnen voor gedrag. Kinderopvang biedt een bredere samenleving dan het gezin, waar kinderen in aanraking komen met andere aspecten van de cultuur en de diversiteit die onze samenleving kenmerkt. De groepssetting biedt daarom in aanvulling op de socialisatie in het gezin, heel eigen mogelijkheden tot socialisatie en cultuuroverdracht. In een groep doen zich relatief veel leermomenten voor, bijvoorbeeld bij conflicten tussen kinderen, bij verdriet of pijn. Het gedrag van de groepsleiding speelt een cruciale rol bij de ontwikkeling van kinderen. Door hun reacties ervaren kinderen de grenzen van goed en slecht, van anders, van mogen en moeten. De reacties van leidsters geven niet alleen richting en correcties aan het gedrag van kinderen, maar worden door kinderen ook gekopieerd in hun eigen gedrag naar andere kinderen of volwassenen. Leidsters hebben dus een belangrijke invloed op de ontwikkeling van het vermogen zich in anderen in te leven (empathie) en pro sociaal gedrag. Onder pro sociaal gedrag verstaat men: elke handeling die gericht is op het welzijn of welbevinden van een ander (voor het tegenovergestelde van pro sociaal handelen we de omschrijving asociaal gedrag). Ook in taalgebruik hebben leidsters een belangrijke voorbeeldfunctie. 2.5 Gewen dag bij Het Stekje Indien uw zoon of dochter bij Het Stekje is aangemeld, kunt u een afspraak maken om met uw zoon of dochter een wen dag in te plannen. Een wen dag is natuurlijk geheel vrijblijvend. 6

7 Wij hanteren een gewenmiddag en wordt voornamelijk gepland op de dag dat ook de opvang zal zijn. Heeft u bijvoorbeeld uw zoon of dochter opgegeven voor de donderdag, dan proberen wij die wen dag op de donderdag te plannen. Op deze manier leert u zoon of dochter ook de andere kindjes en leidsters van die dag kennen. Heeft u al uw zoon of dochter bij ons op Het Mini-Stekje zitten, dan mag uw zoon of dochter al wel eens mee om te wennen op de BSO. Op de afgesproken dag van wennen nemen wij u zoon of dochter mee van school en mag hij die middag meedraaien. Gaat het hier om een nieuwe aanmelding en een nieuw gezicht voor het Stekje, dan vragen wij u enkele dagen voor de wen dag nog even bij ons langs te komen. Zo weten wij welk kind er van school moet worden opgehaald en weet uw zoon of dochter met wie hij of zij mee moet naar de BSO. 3. De kern van ons pedagogisch beleid De kern van ons pedagogisch beleid is gelegen in hetgeen door Mevr. Riksen-Walraven is aangereikt. Zij definieert een goed pedagogisch beleid voor kinderopvang als; Een programma waarin kinderen, goed ondersteunend door hun opvoeder, samen met andere kinderen deelnemen aan: A. de dagelijkse activiteiten binnen de samenleving van het kinderdagverblijf; B. vrij spel; C. speciale activiteiten, afgestemd op hun ontwikkelingsniveau. Goede ondersteuning kenmerkt zich door een leidster-kind interactie waarin de dialoog centraal staat. Dialoog, dat wil zeggen, uitgesponnen wederzijdse interacties over een onderwerp waar de gezamenlijke aandacht opgericht is. De affectieve kwaliteit van de interactie bevordert een gevoel van veiligheid en acceptatie bij het kind. Het respecteren van de autonomie van het kind, door het geven van tijd en ruimte voor eigen initiatieven, geeft het de kans zichzelf als competent te ervaren. Vervolgens betekent goede ondersteuning, dat begeleiders kinderen in hun interacties helpen met het opbouwen van kennis, vaardigheden en betekenis. De interacties tussen de kinderen onderling zijn eveneens een belangrijke bron van persoonlijke en sociale competentie. Ad A. Kinderen leren niet alleen in spel en in speciaal ontworpen leersituaties, maar vooral ook door het meedoen aan dagelijkse activiteiten binnen de opvang. Kinderen vinden het niet alleen fijn om met volwassen mee te mogen doen bij het dagelijkse werk binnen de opvang, dit draagt ook bij tot hun zelfstandigheid, zelfvertrouwen, het vermogen tot samenwerken en sociale verantwoordelijkheid. Ad B. Exploratie en spel zijn bij (jonge) kinderen de belangrijkste middelen om grip te krijgen op hun omgeving. Zij komen vanuit het kind zelf en vormen een belangrijke bron van competentiegevoelens. De rol van de leidster is het goed begeleiden van kinderen van diverse leeftijden bij allerlei soorten spel. Ad C. Speciale activiteiten dienen ervoor om de competenties van kinderen op specifieke gebieden te versterken. Dat kan het beste wanneer gewerkt wordt in kleine groepjes, die ook de onderlinge interacties tussen de kinderen bevorderen. Dit werken in klein groepsverband vereist van leidsters de vaardigheid om verschillende groepjes zelfstandig te laten functioneren om ze afzonderlijk extra aandacht te kunnen geven. 7

8 4. Beschrijving van de wijze waarop binnen Het Stekje de basisdoelen worden uitgewerkt In dit hoofdstuk worden de basisdoelen, emotionele veiligheid, persoonlijke competentie, sociale competentie, eigen maken van waarden, normen en cultuur nader uitgewerkt. Voor ieder doel staan er binnen de opvang vijf middelen ter beschikking waarmee deze doelen kunnen worden gerealiseerd. Deze vijf middelen zijn: 1. Leidster-kind interactie. 2. De binnen- en buitenruimte. 3. De groep. 4. Activiteiten. 5. Spelmateriaal Emotionele veiligheid en leidster-kind interactie Een goede relatie met een vaste leidster vormt de basis van het pedagogisch proces: in een goede relatie staat een kind open voor communicatie met de opvoeder en de ondersteuning die deze biedt. Een gevoel van veiligheid is de basis om kinderen op te voeden als verantwoordelijke personen die goed functioneren in de maatschappij. Een gevoel van geborgenheid en veiligheid ontstaat wanneer het kind zich kan hechten aan zijn leidsters. De houding van de leidster naar het kind, haar reacties en initiatieven spelen daarom een grote rol. De grondhouding van de leidster maakt een veilige band tussen haar en het kind mogelijk. Het kind leert erop te vertrouwen, dat de leidster er voor hem is wanneer hij haar nodig heeft. In die grondhouding van de leidster zijn twee kenmerken van belang. Zij is sensitief; dat wil zeggen gevoelig voor de signalen die het kind uitzendt. De leidster doet telkens moeite aan te voelen en te begrijpen wat een kind wil, doet of bedoelt en geeft tijd en ruimte voor initiatieven van het kind. De leidster heeft niet alleen oog en begrip voor de uitingen en behoeften van het kind. Zij reageert ook tijdig en positief op de signalen van het kind zij is responsief. Zij vertaalt en verwoordt wat een kind doet en voelt. Leidsters praten met de kinderen tijdens alle onderdelen van het dagelijkse programma, zoals de verzorging, vrij spel en meer gericht interactief spel. Zij sluit aan op de taal, humor en gedrag van het kind en voert een dialoog waarbij de inbreng van het kind door beurt geven en nemen wordt bevorderd. Door haar positieve reactie voelt het kind zich gewaardeerd, begrepen en serieus genomen. Gevoelig zijn voor de signalen van het kind betekent dat de leidster actief de kinderen in haar groep volgt en (oog)contact met ze maakt, met of zonder woorden. Met elkaar plezier hebben, samen stoeien, grapjes uithalen en ook ondeugend zijn schept een band. Positieve aandacht voor het kind laat de leidster ook blijken door oogcontact met het kind te zoeken. Door haar gezichtsuitdrukking laat zij het kind merken dat zij aandacht voor hem heeft ; zij lacht even naar het kind, knipoogt of knikt hem toe. Ook uit haar lichaamshouding spreekt respect, betrokkenheid en interesse; zij draait of buigt zich naar het kind toe, of praat op ooghoogte van het kind. De leidster legt actief contact. Zij laat haar waardering en interesse horen door het kind liefdevol te begroeten en complimenten te maken. Zij praat regelmatig met het kind over mensen, dingen en situaties die voor het kind belangrijk of interessant zijn. Zij leeft met het kind mee en brengt dat ook in woorden aan het kind over. Door actief bij het kind betrokken te zijn, aan sluiten op persoonlijk emoties en ervaringen van een kind, in te schatten wanneer een kind wel of geen behoefte heeft aan aandacht, is de leidster steeds beter in staat om signalen van het kind op te merken en te begrijpen. Positief reageren betekent niet, dat een leidster altijd en onmiddellijk beschikbaar is voor het kind. Wanneer de leidster bezig is met een ander kind, laat zij het kind dat haar aandacht vraagt merken, dat ze zijn contactsignaal begrepen heeft. Ze kan het kind uitleggen waar ze mee bezig is, de andere leidster waarschuwen, of het kind betrekken bij haar activiteit van 8

9 dat moment. Naarmate kinderen ouder worden, stimuleert de leidster hen ook zelf een oplossing te bedenken in situaties waarin zij niet meteen voor hen beschikbaar is. Vaak positief reageren betekent evenmin, dat de leidster altijd instemt met dat wat het kind wil of juist niet wil. Beter is uit te leggen waarom iets niet toegestaan is, met het kind hierover in gesprek te gaan en kinderen af te leiden van storend gedrag en gewenst gedrag te belonen. Restrictieve uitingen, d.w.z. waarschuwen, verbieden, bevelen, aangeven wat niet mag, dienen tot een minimum beperkt te worden. Uit onderzoek is gebleken dat juist dit soort controlerende uitingen een negatief effect hebben op de ontwikkeling van een kind. De leidster heeft aandacht voor de eigen rituelen van het kind, eigenheden, gewoontes en wensen van het kind en handelt vanuit de kennis van het ontwikkelingsverloop van kinderen en individuele verschillen en met verstand van spel. Thomas Gordon, een Amerikaanse kinderpsycholoog, heeft een praktische methode ontwikkeld die ingaat op de behoeften en gevoelens van kinderen en hun zelfstandigheid bevordert Emotionele veiligheid en de binnen- en buitenruimte De vormgeving en inrichting van de opvang, van de groepsruimten, keuken en buitenspeelplaats, zijn afgestemd op de maat en belevingswereld van kinderen. Zowel binnen als buiten is een ruim en gevarieerd aanbod van spelmateriaal aanwezig en ruimte om vrij te bewegen en te spelen. De beschikbare binnen- en buitenruimte is volgens de normen, zoals te vinden in de Wet kinderopvang. De groepsruimten zijn overzichtelijk ingericht en gemeubileerd naar gelang de leeftijd. Het speelgoed heeft een vaste bergplaats in een bepaalde groepshoek ( denk aan een poppenhoek), of ligt uitnodigend, geordend en zichtbaar op planken of in kasten en laden. De inrichting biedt de mogelijkheid voor kinderen om zich te kunnen verliezen, op te gaan in hun eigen spel en om ongestoord en veilig te kunnen spelen en om samen pret te kunnen maken. Elke speelruimte (groepsruimte en buitenruimte) heeft eigen spelmateriaal, dat in principe in die ruimte blijft en wat kinderen die uitdaging biedt die ze nodig hebben Emotionele veiligheid en de groep In een groep met kinderen doen zich relatief veel leermomenten voor, bijvoorbeeld bij conflicten tussen kinderen of wanneer kinderen zich pijn doen of verdriet hebben. De leidster moet beschikken over de vaardigheid om de interacties van kinderen in goede banen te leiden om zo de emotionele veiligheid van de kinderen in de groep te bevorderen. Continuïteit in groepssamenstelling Ook de aanwezigheid van bekende leeftijdgenoten kan bijdragen aan een gevoel van veiligheid, maar dan moeten zij elkaar wel zo regelmatig zien dat ze elkaar goed kunnen leren kennen. Het samenstellen van vaste groepen heeft daarom een hoge prioriteit. De dagelijkse wisseling in samenstelling van de groep wordt beperkt doordat zo mogelijk elk kind in de kinderdagopvang minimaal twee vaste dagdelen per week komt. Hierdoor zien leidsters en kinderen elkaar onderling voldoende vaak om vertrouwd met elkaar te worden en te blijven. De leidsters bevorderen het contact tussen de kinderen onderling door bijvoorbeeld in kleine groepen activiteiten met hen te ondernemen. Zij stimuleren het samenspel van de kinderen, elkaar helpen, samen eten, praten, opruimen e.d. De leidsters reageren positief op onderling plezier en genegenheid. Op die manier hecht het kind zich ook aan andere kinderen uit zijn groep, wat sterk bijdraagt aan zijn gevoel van geborgenheid. Verticale groepen Wij binnen onze opvang werken we met een verticale groep met kinderen van verschillende 9

10 leeftijden. In verticale groepen leren de jongste van de oudere kinderen. Kinderen nemen deel aan activiteiten die passen bij hun interesse en ontwikkelingsniveaus. Bij het activiteitenaanbod en tijdens de groepsmomenten houden de leidsters rekening met de leeftijdssamenstelling van de groep door bijvoorbeeld twee verschillende activiteiten aan te bieden op verschillende ontwikkelingsniveaus. Structuur in het dagritme Er wordt op vaste tijden aan tafel gegaan. Voor we aan tafel gaan, word er eerst naar het toilet gegaan en de handen gewassen. De gehele dag door zorgt de leidster voor voldoende afwisseling tussen inspanning en ontspanning. Na druk, vermoeiend of rumoerig spel, bijvoorbeeld buitenspelen, begint de leidster met een rustige activiteit die word door de leidster voorgelegd (vaste activiteit: knutselwerkje) of ze mogen daarin een eigen keuze maken (vrij spel). Regels en gewoonten Duidelijke gedragsregels over wat wel en niet mag zijn nodig om het samenzijn in een groep voor alle kinderen plezierig te laten zijn. De leidsters gaan daarbij uit van de hoofdregel dat het kind in principe alles mag doen zolang dat de veiligheid van het kind zelf of anderen niet in gevaar brengt en het spel en plezier van andere kinderen niet verstoort. Voorspelbaarheid in het groepsgebeuren zit ook in de dagelijkse en feestelijke gewoonten en rituelen: bijvoorbeeld, het zingen en trakteren bij de verjaardag van het kind of bij het afscheid van de groep. Elk kind is welkom Op onze opvang zijn alle kinderen welkom. Binnen Het Stekje is een antidiscriminatiewetcode van kracht. De leidsters besteden aandacht aan verschillen tussen culturen met behulp van allerlei activiteiten en materiaal: lees- en prentenboeken, voedsel en speelgoed uit alle culturen. De leidster praat met kinderen over de verschillen en benadrukt daarbij dat anders niet raar of eng is; je kunt op vele manieren eten, je kleden, wonen en spelen. We verschillen allemaal van elkaar in uiterlijk en dat is heel gewoon. Een responsieve grondhouding van de leidster houdt in, dat zij verschillen tussen kinderen respecteert en waardeert. Ze houdt rekening met de leeftijd en ontwikkelingsfase van een kind als het er bijvoorbeeld om gaat zich aan een bepaalde regel te houden. Ook houdt ze rekening met specifieke behoeften of omstandigheden van kinderen. Een kind, dat bijvoorbeeld moeilijk heeft met wennen of met de geboorte van een broer of zus, geeft zij extra aandacht. De leidster is daarover ook duidelijk naar de andere kinderen; ze legt hen uit dat iedereen verschillend is en dat je daar rekening mee kan houden. Een ouder kind dat graag jongere kinderen aanraakt en knuffelt, zal ze uitleggen dat ze lief vindt, maar dat andere kinderen dat niet prettig vinden. Kinderen verschillen in interesse, ontwikkelingstempo, weerbaarheid, spontaniteit, verlegenheid, humeur etc. De leidster neemt de verschillende mogelijkheden en emoties van kinderen serieus. Niet alleen toont zij er zelf begrip voor, zij stemt haar reacties af op de behoefte van het kind. Zij brengt dit ook over aan de andere kinderen. Zij benadrukt, dat verschillen heel gewoon zijn en niemand beter is dan de ander. Verschillen tussen mensen zijn interessant en handig; je kunt van elkaar leren, elkaar helpen en samen kun je veel. Ook brengt de leidster de kinderen begrip bij voor het gedrag en de gevoelens van een ander kind. Zij doet dit door hen soortgelijke situaties, waarin zij zich ook zo voelden, in herinnering te brengen: als je hier pas bent, ben je soms verdrietig. Weet je nog dat jij eerst ook moest huilen? 10

11 4.1.4 Emotionele veiligheid en activiteiten Een veilige, uitnodigende, krachtige en rijke omgeving is van belang. Die zorgt ervoor, dat kinderen zich prettig voelen, uitgedaagd worden om tot actie te komen en initiatieven te nemen en met veel verschillende inspiratiebronnen in aanraking komen. De leidster komt met gezamenlijke activiteiten die betekenisvol en uitdagend en daardoor ontwikkeling bevorderend zijn. Betekenisvolle activiteiten zijn activiteiten waarin een kind zichzelf en zijn directe omgeving herkent. Gezamenlijk wil zeggen: waar meerdere kinderen en volwassenen aan deelnemen. Activiteiten bieden, die herhaling combineren met uitdaging. Alle activiteiten van grote mensen en grote kinderen zijn een bron van interesse om over te spelen en te praten; gebeurtenissen in en om het gezin zoals eten en afwassen, douchen en badderen, winkelen, op visite gaan en verjaardagen vieren, ziek zijn en beter worden. De seizoenen, Sinterklaas en Kerst. De houding van de leidster is uitnodigend en niet resultaatgericht; ze probeert met enthousiasme en een interessant aanbod de nieuwsgierigheid van het kind te prikkelen. Zij probeert op zoek te gaan naar wat de kinderen al kunnen of bijna kunnen. Wie daarop voortbouwt, lokt meer actie en initiatieven van kinderen uit dan volwassenen die beginnen met in kaart te brengen wat een kind minder goed kan dan leeftijdgenoten. In het vrije spel zijn kinderen vrij in de keuze van hun spel en activiteiten, binnen de grenzen van de veiligheid en het niet verstoren van het plezier van anderen. Voor de leidster is het plezier waarmee een kind bijvoorbeeld bouwt, verft of aan het puzzelen is belangrijker dan de blokkentoren, de tekening of de puzzel die uiteindelijk het resultaat is. De leidster heeft tot taak het spel te verdiepen en te verrijken door het inbrengen van een onbekend element in een bekende spelsituatie. Hierdoor wordt de ontwikkeling van de kinderen gestimuleerd. De leidster probeert een kind, dat vaak alleen speelt, te betrekken bij een spel met haar, of bij het spel van een ander kind, of de groep. Ze is er op uit kinderen van elkaar te laten leren en elkaar te laten helpen. Samengevat gaat het erom: >Kinderen te helpen om te doen wat ze zelf willen en (bijna) kunnen in activiteiten die op persoonsontwikkeling zijn gericht. >Betrokkenheid, interesse en motivatie stimuleren. >Bemiddelen tussen wat kinderen zelf belangrijk vinden en wat je als volwassenen voor een optimale ontwikkeling nodig vindt Emotionele veiligheid en spelmateriaal Door middel van spelmateriaal wat afgestemd is op de verschillende leeftijden van de kinderen zullen kinderen uitgedaagd moeten worden om zelf hierin te kiezen, zelfstandig en fantasievol met dit materiaal om te gaan. De wijze van ordening van materiaal moet kinderen houvast bieden om ook zelf het speelgoed op te ruimen na gebruik. De materialen worden opgeborgen in open kast in de ruimte waar kinderen ze zelf kunnen halen en weer terugbrengen. Het is belangrijk, dat deze materialen regelmatig wisselen, zodat kinderen steeds weer nieuwe mogelijkheden tegenkomen. Echte spullen afkomstig uit de leefwereld in en om het kind zijn vaak meer aantrekkelijk en prikkelen, meer de fantasie dan de zogenaamde ontwikkelingsmaterialen, zoals puzzels en andere spelletjes. 11

12 4.2.1 Persoonlijke competentie en de leidster-kind interactie De persoonlijke competentie (hiermee wordt gedoeld op brede persoonskenmerken, zoals veerkracht, zelfstandigheid en zelfvertrouwen, flexibiliteit en creativiteit die kinderen in staat stellen om allerlei typen problemen adequaat aan te pakken en zich goed aan te passen aan veranderende omstandigheden) van kinderen neemt toe door een stimulerende houding van de leidster. Zij bereikt dit door: > Belonen, prijzen en complimenteren. > Kinderen stimuleren om mee te doen. > Een gevarieerd aanbod. > Ingaan op initiatieven van een kind. > Aansluiten op leermomenten voor een specifiek kind. > Inspelen op grapjes, humor, gek doen of stout zijn van een kind. > Inbrengen van een onbekend of ontbrekend element in een bekende spelsituatie. > Adequate, functionele en non-directieve instructie. > Bewust maken, zichtbaar maken van de eigen capaciteiten van een kind. > Deelnemen aan en deel zijn van de dagelijkse activiteiten. > Grenzen ontdekken en verleggen van wat een kind kan, wil en durft. > Oefenen, uitbouwen van waar een kind goed in is, wat hij graag wil kunnen en leuk vindt. > Troostend of helpend optreden. > Bevestigen. > Steun bij het verder perfectioneren van wat een kind al doet en kan. > Sensitieve houding. > Helpen bij het verkennen van eigen mogelijkheden. > Alertheid op restrictieve, controlerende uitingen. De leidster heeft in dit alles een voorbeeldfunctie Persoonlijke competentie en de binnen- en buitenruimte De inrichting van en de materialen in de ruimte weerspiegelen wat je met kinderen wilt ondernemen, hoe je met hen wilt werken en moet erop gericht zijn dat kinderen zich veilig voelen en ongestoord kunnen spelen. In de inrichting komt tot uitdrukking, dat deze is afgestemd op kinderen en dat er rekening is gehouden met de ontwikkelingskenmerken en leeftijd. De ruimtelijke voorzieningen hebben een grote invloed op het spel van de kinderen. Voorop staat, dat er zowel binnen als buiten speelruimte moet zijn met veel gelegenheid en uitdaging tot motorisch spel. Het stimuleren van de kinderen om gebruik te maken van de ruimte vindt plaats door: > Het gelegenheid bieden voor eigen initiatief. > Respect voor autonoom spel. > Evenwicht tussen veiligheid en uitdaging. > Vertrouwde en herkenbare sfeer. > Herkenbare indeling met plaatsen voor rust en actie. > Heldere afspraken over omgangsvormen, huisregels en gedragsregels in de diverse ruimten Het bieden van veilige spelsituaties wordt bevorderd door: > Heldere en begrijpelijke afspraken en instructies. > Verwoorden van mogelijke risico s. > Bespreken van, napraten over ongelukken en bijna-ongelukken. Het uitdagen van kinderen tot spel vindt plaats door: >Een indeling die niet helemaal vastligt, plekken waar iets onverwacht spannends mee kan 12

13 gebeuren. >Plaatsjes/hoekjes om even alleen met jezelf te zijn Persoonlijke competentie en de groep Het verkeren in een groep met vertrouwde leeftijdgenoten bevordert niet alleen het gevoel van veiligheid maar ook de kwaliteit van het samenspel. Naarmate kinderen elkaar beter kennen (afhankelijk van hun ontwikkelingsniveau), spelen zij meer samen en is hun spel van hoger niveau. Door middel van het deel uitmaken van een groep ontstaat er een sociale leeromgeving voor een kind waarin er mogelijkheden zijn tot: >Oefenen van persoonlijke mogelijkheden, grenzen, aardigheden, en onaardigheden in relatie tot een ander. >Ervaringen leren delen met een of meerdere anderen; elkaar troosten, met elkaar plezier maken. >Omgaan met/ervaren van gewenst en ongewenst sociaal gedrag in relatie tot anderen. >Eigen emoties en behoeften leren communiceren naar anderen. >Leren omgaan met de consequenties van deel van een groep zijn : delen, wachten, aanpassen, accepteren, respecteren, incasseren, leiderschap, kleinste of grootste, jongste of oudste zijn. Daarnaast is het belangrijk, dat er voldoende zorg is voor het individuele kind binnen de groep. Dit wordt bereikt door: >Dagelijkse rituelen en activiteiten om een kind te zien, bijvoorbeeld door de namen op te noemen. >Activiteiten waarmee een kind zichzelf op onderscheidende wijze kan laten zien, bijvoorbeeld van foto s van thuis. >Werken in kleine groepjes. >Combinaties van vaste vriendjes in een groep. >Afstemmen van soort en mate van aandacht op karakter, ontwikkelingsfase en leeftijd Persoonlijke competentie en activiteiten Bij het organiseren en aanbieden van activiteiten gaat het erom een aanpak te kiezen die de ontwikkeling van de persoonlijke competenties van de kinderen stimuleert. Daarbij zijn de volgende zaken belangrijk: >Ruimte voor eigen initiatief en eigen ideeën met betrekking tot het aangaan en uitvoeren van een activiteit. >Ontdekken van eigen persoonlijkheidskenmerken zoals zelfvertrouwen, interesse en eigen initiatief. >Kansen voor individuele leermomenten. >Kansen voor zelfoverwinning, voor zelfstandigheid en zelfredzaamheid. >Werken in kleine groepjes >Uitdagen, mogelijkheden creëren voor jezelf meten aan een ander. Het aanbod van activiteiten is bij voorkeur zeer divers: >Aanbod dat een kind kennis laat maken met bezigheden in en van de echte, gewone wereld. >Aanbod dat leidt tot het verder oefenen, uitbouwen, perfectioneren van wat een kind kan of wil kunnen. >Gevarieerd aanbod van activiteiten op het gebied van muziek, beweging, creativiteit, cognitie, taal en motoriek. >Aanbod van projecten voor het versterken van communicatieve en creatieve competentie. >Aanbod van specifieke activiteiten die competentie op specifieke gebieden versterken. >Aanbod van herkenbare en bekende bezigheden en afspraken, als veilige uitvalsbasis voor zelfexploratie. >Aanbod dat tegemoet komt aan individuele behoeften binnen de mogelijkheden van de groep. 13

14 4.2.5 Persoonlijke competentie en spelmateriaal Het spelmateriaal moet kinderen uitnodigen tot eigen spel, het moet ruimte geven aan de eigen fantasie. Bij voorkeur is dit materiaal wat niet af is en waarbij de kinderen zelf hun verhaal kunnen ontwikkelen. Bij de keuze van het spelmateriaal bij de diverse leeftijden zijn de volgende vragen van belang: >Past het bij de leeftijd, ontwikkelingsfase, fysieke en geestelijke mogelijkheden van een kind. >Sluit het aan op de interesse, nieuwsgierigheid en durf van een kind. >Biedt het kansen voor individuele leermomenten. >Maakt het emoties los van plezier, verrassing, verwondering, (on)geduld, teleurstelling. >Biedt het kansen voor zelfoverwinning, voor zelfstandigheid en zelfredzaamheid. >Stimuleert het de ontdekking van eigen persoonlijkheidskenmerken zoals zelfvertrouwen, interesse, initiatief. Het spelmateriaal dient in voldoende mate afwisselend te zijn: >Spannend, uitdagend, interessant. >Vertrouwd, haalbaar en de mogelijkheid tot herhaling in zich te hebben. >Stimuleren tot overleg en communicatie. >Voor zowel individueel spel als samenspel. >Aan te zetten tot avontuur, tot grenzen verkennen en overwinnen, tot exploratie. >Te gebruiken in kleine groepjes, zodat een kind tot zijn recht kan komen. Goed omgaan met spelmateriaal vraagt om afspraken, gedragsregels, rond het moment en de manier van kiezen, gebruik en opruimen. Hierdoor wordt eveneens de persoonlijke competenties gestimuleerd Sociale competentie en de leidster-kind interactie De leidster is de stimulerende factor in de contacten tussen de kinderen onderling. Dit doet zij door: >Initiëren van dialogen voor inhoudsvolle onderlinge communicatie. >Stimuleren en ondersteunen van samenwerken, samen delen, samen ervaren. >Creëren van situaties om kinderen gezamenlijk betekenisvolle ervaringen op te laten doen. >Omgaan met hechte vriendschap, kameraadschap. >Conflictsituaties voor zijn door bijvoorbeeld kinderen in de ruimte een eigen plek te geven. >Conflicten tussen kinderen niet voorkomen, maar kinderen stimuleren zelf oplossingen te bedenken en hierover te communiceren. >Organiseren van specifieke activiteiten voor de groep, bepaalde kinderen. >Natuurlijke gezag relatie tussen leidster en groep. 14

15 4.3.2 Sociale competentie en de binnen- en buitenruimte De ruimte waarin kinderen spelen moeten prettig en leefbaar zijn. Ze moet hen als het ware verwelkomen en uitnodigen tot het doen van ontdekkingen. Het moet een omgeving zijn waar je als groep kan zijn en waar jij je als individu thuis voelt. Voor de jongere kinderen betekent dit een ruimte waarin men oogcontact kan zoeken met de leiding voor aanmoediging of ondersteuning. Voor de wat oudere kinderen een ruimte met plekken waar men uit het directe zicht van leidsters of andere kinderen kan spelen. De inrichting moet deels aangepast kunnen worden aan het favoriete spel van dat moment. Is er een groepje kinderen vaak aan het klimmen of klauteren, dan is veel ruimte daarvoor gewenst, zijn er veel bouwers in de groep, dan hebben die behoefte aan rustige plekken waar hun bouwwerken veilig kunnen blijven staan. Zo verandert de ruimte met de kinderen die er gebruik van maken. Onveilige situaties worden beperkt door heldere en begrijpelijke afspraken en instructies en verwoorden van mogelijke risico s. Met de binnen- en buitenruimte wordt met zorg omgegaan waarbij dit een gezamenlijke verantwoordelijkheid is Sociale competentie en de groep Het deel uitmaken van een groep biedt kinderen unieke extra ontwikkelingsmogelijkheden, zoals het zich in een ander kunnen verplaatsen, communiceren, samenwerken, andere helpen, conflicten voorkomen en oplossen, het ontwikkelen van sociale verantwoordelijkheid. De groep is daarmee een betekenisvolle leeromgeving Sociale competentie en activiteiten Middels het activiteitenaanbod zijn er tal van mogelijkheden tot een positieve beïnvloeding van de sociale competentie: >Stimulans tot samenspel, praten, luisteren, werken. >Gezamenlijk ervaren van plezier, pret, succes. >Stimulans om te delen met, wachten op, rekening te houden met anderen. >Gelegenheid om zich te meten aan anderen, kwaliteiten te tonen en te ervaren. >Momenten en plaatsen om ervaringen op te doen met de echte wereld. >Omgaan met emoties in situaties van plezier, grapjes, frustraties, conflict, boosheid, verdriet. >Ontwikkelen van sociale verantwoordelijkheid. >Aansluiten op diversiteit van sociale, culturele, leeftijd- en sekse gebonden aspecten in de groep. Ook in de wijze van organiseren van activiteiten is het belangrijk de sociale competentie positief te beïnvloeden: >Activiteiten die aanzetten tot wisselende groepssamenstellingen, omgaan met verschillende kinderen. >Variatie in bezigheden in kleine groepjes en in de grote groep. >Duidelijke verdeling tussen groepsmomenten en momenten die kinderen individueel invullen Sociale competentie en spelmateriaal Het spelmateriaal dient de volgende eigenschappen in zich te hebben: >Uitdagend, fantasie prikkelend (materiaal wat onaf is ). >Geschikt voor individueel en gezamenlijk spel. >Aansluiten bij de leefwereld, leeftijd, sekse, sociale en culturele achtergrond. >Een link te hebben naar de echte wereld. >Verschillen in concentratiemogelijkheid. >Verschillen in behoefte aan spanning, rust, gezelligheid en uitdaging. 15

16 4.4.1 Eigen maken van normen en waarden en de leidster-kind interactie Het deel uitmaken van een groep biedt extra mogelijkheden om de ontwikkeling van normen en waarden gunstig te beïnvloeden. De kinderopvang is een bredere samenleving dan het gezin waar kinderen in aanraking komen met andere aspecten van de cultuur en diversiteit die onze samenleving kenmerkt. Het leren van gedrag is vaak geen zaak van het koud opvolgen van regels maar eerder van het navolgen van een inspirerend voorbeeld. Dat veronderstelt een gemeenschap waarin men er voor elkaar is, elkaar opvangt en er een goede handhaving van de gedragsregels is. De kinderopvang is een dergelijke gemeenschap. Het gedrag van de leidster speelt daar een belangrijke rol. Zij laat door voorbeeldgedrag en in gesprekken zien welke de basale omgangsvormen en uitgangspunten zijn, de normen en waarden: >Elkaar met de naam aanspreken. >Op je beurt wachten. >Niet door elkaar heen praten. >Wat mag en moet tijdens maaltijden, tijdens het kiezen van spel, als je naar het toilet gaat en bent geweest, bij ruzie. >Iedereen is gelijkwaardig, ook al zijn sommige kinderen anders door gedrag, karakter beperkingen, problemen. >Respect en waardering voor diversiteit en verschillen in religie en cultuur. >Eerlijkheid. >Elkaar geen pijn doen, niet met woorden, niet met daden. >Conflicten oplossen middels dialoog. >Zorgzaamheid voor elkaar, maar ook voor het spelmateriaal en de inrichting binnen en buiten. >Rechtvaardigheid. >Verantwoordelijkheidsbesef. Dit alles vereist, dat de leidster inzicht in de eigen persoonlijke normen en waarden heeft en hoe die zich verhouden tot opvattingen van medegroepsleiding en de opvattingen die de organisatie voorstaat. Dit vindt onder andere plaats in de groeps- en teamoverleggen, in trainingen en in de functioneringsgesprekken Eigen maken van normen en waarden en de binnen- en buitenruimte het samenleven in een groep vraagt om heldere en eenduidige afspraken over wat kan en mag (gedrag, taalgebruik, geluid) in de diverse ruimtes, afspraken over hoe men elkaar kinderen en leidsters aan de afspraken gaan houden. Deze afspraken vormen de zogenaamde huisregels. Het is de bedoeling, dat er zorgzaam wordt omgegaan met de diverse ruimten en inrichting. Ruimten dienen leefbaar en aangenaam te zijn voor iedereen. Daarom zijn er afspraken nodig over de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de inrichting en aankleding, opruimen en schoonmaken Eigen maken van normen en waarden en de groep In een groep gaat het erom de individuele belangen ondergeschikt te maken aan het belang van de groep en om op een democratische manier samen te leven. Een groep is bij uitstek geschikt voor het bespreken en vaststellen van afspraken en omgangsvormen, bespreken om jezelf en elkaar daar aan te houden, om afspraken te maken over het omgaan met storend gedrag. Het biedt, door een veelheid en verscheidenheid aan gebeurtenissen de mogelijkheid hierover samen in gesprek te gaan, deze te verwoorden, samen plezier te maken en elkaar te ondersteunen bij verdrietige gebeurtenissen. In een groep, maar ook thuis begint het leren van democratisch gedrag en kritisch burgerschap. 16

17 4.4.4 Eigen maken van normen en waarden en activiteiten Het gaat er om waarden en normen dicht bij de kinderen te brengen. Dit wordt bereikt door een keuze van activiteiten die: >Aansluiten op gebeurtenissen in het echte leven, in het gezin, de omgeving, de wijk, in andere culturen. >Naar plaatsen gaan waar iets gebeurt zoals de supermarkt, bibliotheek. >Het praten over wat kinderen zien, meemaken, voelen en daar ook betekenis aan geven, stimuleren. >Aansluiten bij culturele en religieuze vieringen en rituelen. Bij de activiteiten gaat het er verder omdat er afspraken worden gemaakt die stimuleren, dat iedereen tijdens de activiteit rekening houdt met elkaar, samen deelt, elkaar helpt, zodat er onderlinge solidariteit kan ontstaan in plaats van rivaliteit Eigen maken van normen en waarden en spelmateriaal De keuze van spelmateriaal dient bij te dragen aan het eigen maken van normen en waarden. Het materiaal biedt de mogelijkheid kinderen wegwijs te maken in het alledaagse leven met al zijn diversiteit, zodat er allerlei rollen kunnen worden geoefend met de daarbij behorende omgangsvormen en normen. Voorbeelden hiervan zijn: Poppen, verkleedkleren, auto s, etc. Door middel van afspraken over kiezen, gebruiken en opruimen van spelmateriaal en kinderen bewust te maken van het juiste omgaan en gebruik van het materiaal, vindt ook hier weer een overdracht van normen en waarden plaats. 5.De maximale omvang, leeftijdsopbouw, leidster-kind ratio en werkwijze van de stamgroep en de werkwijze met ouder(s)/verzorger(s) 5.1 Maximale omvang, leeftijdsopbouw en leidster-kind ratio van de stamgroep Conform het bepaalde in de beleidsregels kwaliteit kinderopvang artikel 3 en 4, en de HKZ-normen wordt de opvang geboden in onderstaande groep: >Er is 1 verticale groep met leeftijden vanaf 4 jaar tot 12 jaar, maximaal 10 kinderen met één beroepskracht rekening houdend met de leidster-kind ratio. (zie bijgevoegde bijlage). Omdat er ook maar 1 groep is hoeft er met kinderen ook niet van de stamgroep afgeweken worden. Of er moet een stagiaire aanwezig zijn kan zij ook met een klein groepje kinderen op de achter speelplaats spelen en er kan ook altijd nog aan ouders toestemming gevraagd worden dat kinderen toestemming krijgen om alleen na buiten te mogen. Maar in principe gaan we gezamenlijk na buiten. 5.2 Werkwijze van de stamgroep Deze Buitenschoolsopvang heeft één groep met 1 vaste groepsleidster ook hierbij is er rekening gehouden met het leidster-kind ratio. Ook kan er op de groep een stagiaire aanwezig zijn, maar deze is altijd boventallig aanwezig en word niet meegerekend als vaste leidster. De leidster houden in de opvang door middel van kind verslagen het ontwikkelingsverloop van de kinderen bij. Ouders worden door middel van het jaarlijkse 10-minuten gesprek geïnformeerd over het welzijn van hun kind. 17

18 5.3 Afspraken over de gewenningsperiode De ouders worden door middel van een intake gesprek voorgelicht over de werkwijze van de BSO Het Stekje. Als ouders zich aanmelden krijgen zij een informatie pakket met daarin de nodige informatie over de BSO Het Stekje. De ouders en de BSO het Stekje leren tijdens de intake, wat men van beide partijen kan verwachten. De belangen van het kind staan bij de intake gesprek boven aan. In het belang van het kind is het wenselijk om het kind een dagje/middag mee te laten kijken op de BSO. Door het kind een dagje/middag mee te laten kijken op de BSO krijgen de ouders een indruk of de structuur van de BSO Het Stekje past bij de opvoeding van het kind. 5.4 Het gebruik van extra dagindelingen De BSO Het Stekje heeft een maximale capaciteit van 10 kinderen per dag. Als er dagen zijn waarbij er geen 10 kinderen aanwezig zijn kan er extra opvang worden aangeboden. De extra uren opvang zal wel in overleg met de begeleiding/beroepskrachten van de BSO Het Stekje worden ingepland. Natuurlijk zullen de extra uren worden verrekend op de maandelijkse factuur, waarbij de extra opvang word beschreven. De begeleiding/beroepskrachten moeten de aanvraag voor extra uren opvang bespreken met de leidinggevende van de BSO Het Stekje, die daarvoor een akkoord moet geven. Voor de extra opvang word opgeschreven op een lijst waar men de volgende zaken moet invullen:de >naam van het kind >Op welke dag/datum de extra opvang nodig is. >Hoeveel uur is de opvang nodig Deze lijst wordt aan het eind van de maand overhandigd aan de leidinggevende, zo dat de extra opvang kan worden verwerkt in de factuur. 5.5 Ondersteuning van beroepskrachten. De beroepskrachten van BSO Het Stekje kan worden versterkt met stagiaires of ander ondersteunend personeel, die boventallig op de groep aanwezig zijn. Voor het leerproces van de stagiaire is het van belang dat hij/zij de ruimte krijgen om het werk proces van een de BSO mee te lopen. Zij helpen bij het uitvoeren van taken die behoren tot de buitenschoolse opvang. Zo helpen zij kinderen indien nodig is naar de wc te gaan, fruit klaar maken, maar ook het helpen aan tafel met bijvoorbeeld knutselactiviteiten en/of assisteren bij leuke spelletjes. Van de beroepskracht word verwacht, dat zij de stagiaire begeleiden. Tijdens de begeleiding van een stagiaire is het belangrijk dat hij/zij de ruimte krijgen voor hun eigen ontwikkeling en leerproces. Een stagiaire is zelf verantwoordelijk voor het ontwikkelen van haar leerproces en leeropdrachten, die nodig zijn voor haar opleiding. Van ondersteunend personeel word verwacht, dat hij/zij de aanwijzingen van de beroepskrachten opvolgen. Het ondersteunend personeel is aanwezig voor het assisteren van de beroepskracht. Het ondersteunend personeel mag alleen taken verrichten onder begeleiding van een beroepskracht. 5.6 Werkwijze met ouder(s)/verzorger(s) Voor de communicatie met de ouder(s)/verzorger(s) zijn er de volgende mogelijkheden: > Dagelijkse overdracht bij het brengen en halen. > 10-minuten gesprekken. > Individueel gesprek op verzoek. > Periodieke nieuwsbrief. De communicatie met ouders gaat het over het kind zoals het zich thuis en in de groep ontwikkelt. 18

19 6.De (spel) activiteiten die kinderen kunnen verrichten De spelactiviteit die kinderen kunnen verrichten hangt nauw samen met de leeftijd en het ontwikkelingsstadium. Kinderen van 0-12 jaar maken een snelle ontwikkeling door waarin verschillende fasen zijn te onderscheiden. Hieronder daarom een overzicht van deze stadia. Stadia in spelontwikkeling Beweging en manipulerend handelen Het eerste stadium, bij één-/tweejarigen kenmerkt zich door veel beweging en manipulatieve handelingen. Het plezier in het bewegen zelf en het bewegen om contact te leggen zijn kenmerkend in dit stadium. Onder manipuleren wordt verstaan het hanteren van spullen en voorwerpen die de omgeving te bieden heeft. Je kunt dit manipuleren zien als kennismaking met en een oefening in het omgaan met de dingen. Spelactiviteiten hierbij zijn: bal laten rollen en weggooien, blokken stapelen, spelen met zand, kliederen met water, bewegingsspelletjes. Manipulerend spel en rol gebonden handelingen Bij twee-/driejarigen gaat het bewegen en manipuleren met objecten door: stapelen, gieten, rollen, rijden enz. en het groeit uit tot manipulerend spel. Kinderen benutten dan alle spullen en gelegenheden om te verplaatsen, voelen, rollen, gooien, schuiven, stapelen. Ze gaan volledig op in het maken van allerlei ordeningen en combinaties: stapelen, rijtjes maken, inpakken en weer uitpakken enz. Dit manipulerend spel lokt ook weer nieuwe activiteiten uit, als ze voorwerpen een (andere) functie of rol gaan toekennen: een stokje wordt een lepel, een blok een auto. Daarin zien we, dat kinderen voorwerpen een andere betekenis gaan geven en als vervanging van andere dingen gebruiken. In dit stadium zetten kinderen ook steeds meer taal in sturen hun eigen handelen als het ware door taal te gebruiken. Als voorwerpen een rol hebben gekregen, gaan kinderen ook al gauw zelf een rol aannemen. Eerst speelt het kind een rol nog zonder zichzelf in die rol te benoemen. Een volgende stap is dat het kind zichzelf of zijn eigen rol ook benoemt. Aanvankelijk bootsen kinderen na wat ze anderen (hebben) zien doen en vullen dat aan met handelingen naar eigen keuze. Als de fantasie en het voorstellingsvermogen toenemen, spelen kinderen vaak een werkelijkheid die er niet echt is. Spelactiviteiten hierbij zijn: Activiteiten met zand, water, klei. Met als materialen potten, pannen, emmertjes, lepels om te roeren, blikken, doosjes, lappen, auto s, beestjes, poppetjes, eikels, kastanjes, takjes, bladeren etc. Thematisch rollenspel (BSO) De ontwikkeling van het rollenspel vanuit manipulerend spel gaat door bij drie- tot ongeveer zevenjarige. De eerste eenvoudige rol gebonden handelingen worden gaandeweg uitgebreid met handelingen die relaties tussen personen aangeven en die te maken hebben met ervaringen en situatie die kinderen interessant vinden. In dit spel laten ze zien, dat ze zich een stukje werkelijkheid verbeelden en de rollen, handelingen en taal kennen die bij die situatie horen. De eenvoudige rol gebonden handelingen die kinderen aanvankelijk individueel spelen, ontwikkelen zich in de richting van gezamenlijk rollenspel over een gemeenschappelijk thema. Thematisch rollenspel heeft een uitgebreidere inhoud dan het eenvoudige rollenspel, omdat er meerdere rollen in het spel zijn en meerdere handelingen en gebeurtenissen. In het thematisch rollenspel gaat het eigenlijk om het spel spelen van een verhaal. De inhoud, of het gezamenlijk verhaal, maakt dat kinderen echt op elkaar in moeten spelen en samen het verhaal opbouwen. Spelactiviteiten hierbij zijn: boodschappen doen, huizen bouwen, afwassen etc. Hierbij zijn materialen uit de echte wereld favoriet. 19

20 Constructief spel (BSO) Parallel aan het rollenspel komt (eveneens vanuit het manipuleren) het constructieve spel tot stand. Het motief voor dit spel is, dat het kind iets wil onderzoeken, maken, samenstellen, produceren. Aanvankelijk ligt het accent op vrij experimenteren met voorwerpen en spullen, op handelingen die dicht bij het manipuleren liggen. Het uitproberen van de spullen en het plezier in het handelen en experimenteren gaat over in het bewust laten ontstaan van bepaalde constructies, als kinderen soms bij toeval ontdekken dat hun experimenten op iets lijken. Spelactiviteiten hierbij zijn: bouwen, tekenen, verven, plakken. Materialen hiervoor: blokken, plankjes, dozen, lappen, duplo, lego, touw, draad, papier, vingerverf. Van spelactiviteit naar leeractiviteit (BSO) Tijdens rollenspel en constructief spel ontstaat bij kinderen echter steeds meer behoefte om echt te handelen zoals volwassen doen. Dan zijn kinderen erop uit vaardigheden te beheersen die ze nodig hebben om echte activiteiten te ondernemen. Omdat een kind meer wil dan het feitelijk al kan, ontstaat het leermotief: willen weten hoe het moet, hoe het zit, hoe je iets onder de knie krijgt. Alle spelactiviteiten kunnen er als het ware op zijn ingesteld, dat kinderen oog krijgen voor teksten schrijven en boeken lezen. De boekenhoek nodigt uit om te lezen en te schrijven als er boeken, reclamefolders, enveloppen zijn. Spelactiviteiten hierbij zijn: knippen, lees- en schrijfactiviteiten die het rollenspel boeiender maken. Bijvoorbeeld een ansichtkaart maken en hem bezorgen. 7.De wijze waarop onze werkzaamheden worden ondersteund >Pedagogisch beleidsplan: hierin is vastgesteld hoe we kinderen de kans willen geven zich te ontwikkelen tot personen die goed functioneren in de maatschappij. >Collega s: bieden steun door middel van overleg en het geven van advies en raad. >Groepsoverleg: Dit is een overleg van de leidinggevende met de groepsleiding van de betreffende groep waarbij het groepsproces, het activiteitenaanbod, de ontwikkeling van de kinderen en de samenwerking tussen de leidsters wordt besproken. >Opleiding en training: zowel intern als extern gericht op het vergroten van de vaardigheden van de leidsters. >Observatie: bij twijfel aan de ontwikkeling van een kind of aan de gekozen aanpak van de groepsleiding kan er in beperkte mate beroep gedaan worden op extra personele inzet ter observatie. >Multidisciplinair team 0-12 jarigen: bij twijfel aan de ontwikkeling van een kind of aan de gekozen aanpak kan er, met toestemming van de ouders, advies ingewonnen worden bij een deskundigenteam. Denk aan een GGD of jeugdzorg enz. 7.1 De taken van een stagiaire binnen het kinderdagverblijf. De stagiaire werkt onder toezicht en onder de verantwoordelijkheid van een geschoolde leidster. Zij is een medewerkster bij het verzorgen en begeleiden van kinderen. De stagiaire werkt ten allen tijde boventallig op de groep, naast de reeds geschoolde leidster(s). En is in het bezit van een geldig VOG. De stage is gericht op het verkrijgen en vergroten van kennis, inzicht en vaardigheden, die voor de beroepsuitoefening nodig zijn. Onderwerpen die aan bod zouden kunnen komen om dit doel te kunnen bereiken, zijn: >in de praktijk leren omgaan met de theoretische kennis en daarnaast proberen te ontdekken waar kennis tekort schiet, zodat de stagiaire die kan aanvullen; >zicht krijgen op het kinderdagverblijf voor wat betreft de doelstelling, de werkwijze en de organisatievorm; 20

PEDAGOGISCH BELEID KINDERDAGVERBLIJF HOJPIEPELOJ TE BREDA

PEDAGOGISCH BELEID KINDERDAGVERBLIJF HOJPIEPELOJ TE BREDA PEDAGOGISCH BELEID KINDERDAGVERBLIJF HOJPIEPELOJ TE BREDA Breda, september 2005 INLEIDING: In de wet kinderopvang wordt o.a. aangegeven wat de overheid verstaat onder kwaliteit in de kinderopvang: verantwoorde

Nadere informatie

Pedagogisch beleidsplan. Kid@home

Pedagogisch beleidsplan. Kid@home Pedagogisch beleidsplan Kid@home Pedagogisch beleidsplan Inhoud: 1. Inleiding 2. Pedagogische visie 3. Verzorging 4. Emotionele veiligheid 5. Persoonlijke competenties 6. Sociale competenties 7. Normen

Nadere informatie

Pedagogisch Werkplan BSO In de Manne

Pedagogisch Werkplan BSO In de Manne Pedagogisch Werkplan BSO In de Manne Inhoud: 1. Inleiding 2. Indeling van de groepen 3. Dagindeling 4. Het team 5. Emotionele veiligheid 6. Persoonlijke competentie 7. Sociale competentie 8. Waarden en

Nadere informatie

Pedagogisch beleid Kinderdagverblijf de Harlekijn

Pedagogisch beleid Kinderdagverblijf de Harlekijn 1 Inhoud Inleiding... 3 Visie Kinderdagverblijf de Harlekijn... 4 Een gevoel van emotionele veiligheid en geborgenheid bieden... 5 Veiligheid en geborgenheid... 5 Persoonlijke competentie... 7 Ieder kind

Nadere informatie

Inhoudsopgave Pedagogische Visie

Inhoudsopgave Pedagogische Visie Inhoudsopgave Pedagogische Visie 1. Pedagogische visie 1.1 Persoonlijke competentie 1.2 Emotionele veiligheid 1.3 Sociale competentie 1.4 Overdracht van normen en waarden 2. Persoonlijke competentie 2.1

Nadere informatie

Visie (Pedagogisch werkplan)

Visie (Pedagogisch werkplan) Visie (Pedagogisch werkplan) Gastouderopvang De Krummeltjes stelt zich tot doel om een omgeving te bieden waarin kinderen kunnen opgroeien tot zelfstandige en evenwichtige mensen met respect voor anderen

Nadere informatie

Pedagogisch Beleid. Nanny Association

Pedagogisch Beleid. Nanny Association Pedagogisch Beleid Nanny Association Rijen, juni 2006 Inhoud Inleiding 1. Nanny Association 2. Profiel nanny 3. Functie- en taakomschrijving 4. Accommodatie en materiaal 5. Ouderbeleid 6. Pedagogische

Nadere informatie

Hoe kijken wij naar kinderen? Pedagogisch beleid

Hoe kijken wij naar kinderen? Pedagogisch beleid Hoe kijken wij naar kinderen? Pedagogisch beleid Inleiding Wij vinden het belangrijk dat u uw kind met een gerust hart naar één van onze kindercentra brengt. In deze brochure laten wij u zien dat wij

Nadere informatie

Pedagogisch beleid Kinderopvang Haarlem Spelend Groeien

Pedagogisch beleid Kinderopvang Haarlem Spelend Groeien Pedagogisch beleid Kinderopvang Haarlem Spelend Groeien Inleiding Kinderopvang Haarlem heeft één centraal pedagogisch beleid. Dit is de pedagogische basis van alle kindercentra van Kinderopvang Haarlem.

Nadere informatie

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch beleidsplan Pedagogisch beleidsplan Pedagogisch beleid van Kappio (locaties Seppelin en Gastouderbureau) Voor u ligt het pedagogisch beleid van Kappio (locaties Seppelin en Gastouderbureau). Hierin wordt beschreven

Nadere informatie

Pedagogisch Beleidsplan. Fris! Kinderdagverblijven

Pedagogisch Beleidsplan. Fris! Kinderdagverblijven Pedagogisch Beleidsplan Fris! Kinderdagverblijven Januari 2018 Welkom bij Fris! Kinderdagverblijven Uw kind maakt gebruik van opvang bij Fris! Kinderdagverblijven en u verwacht van ons dat er op een verantwoorde

Nadere informatie

Pedagogisch plan. Voorwoord

Pedagogisch plan. Voorwoord Pedagogisch plan Voorwoord Kinderopvang biedt unieke mogelijkheden voor kinderen om zich te ontwikkelen. Het is een aanvulling op de opvoeding door ouders/verzorgers. In dit plan beschrijven we onze manier

Nadere informatie

Observeerbare Termen. Pedagogisch basisdoel: Sociale en emotionele veiligheid. Pedagogisch basisdoel: Sociale en emotionele veiligheid 2

Observeerbare Termen. Pedagogisch basisdoel: Sociale en emotionele veiligheid. Pedagogisch basisdoel: Sociale en emotionele veiligheid 2 1 Observeerbare Termen Pedagogisch basisdoel: Sociale en emotionele veiligheid Leeftijdscategorie De kinderen worden opgevangen in een schone en veilige omgeving. 2 4 jaar 1. De leidster instrueert kind

Nadere informatie

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch beleidsplan Pedagogisch beleidsplan Inhoudsopgave Inleiding... 3 Pedagogische visie... 4 o Mijn doelstelling... 4 Emotionele veiligheid... 4 Persoonlijke competentie... 5 Sociale competentie... 6 Overdracht van normen

Nadere informatie

Pedagogisch beleidsplan buitenschoolse opvang het Zwammeke

Pedagogisch beleidsplan buitenschoolse opvang het Zwammeke Pedagogisch beleidsplan buitenschoolse opvang het Zwammeke Inhoud 1. Inleiding 2. Onze visie 3. Doelstellingen 4. Pedagogische uitgangspunten voor het kind 5. Pedagogische uitgangspunten voor de groepsleiding

Nadere informatie

Pedagogische Visie en Beleid

Pedagogische Visie en Beleid Pedagogische Visie en Beleid Inleiding Voor ouders, medewerkers en alle anderen die betrokken zijn bij, en geïnteresseerd zijn in onze kinderopvang. Voor verantwoorde kinderopvang is veel nodig, om te

Nadere informatie

Pedagogisch beleidsplan Buitenschoolse Opvang Mathil Rouveen

Pedagogisch beleidsplan Buitenschoolse Opvang Mathil Rouveen Pedagogisch beleidsplan Buitenschoolse Opvang Mathil Rouveen Inhoud: Voorwoord 2 Pedagogisch doel 3 Visie op ontwikkeling en opvoeding 4 Sociaal- emotionele veiligheid 5 Sociale ontwikkeling 5 Emotionele

Nadere informatie

Pedagogisch Beleidsplan

Pedagogisch Beleidsplan Pedagogisch Beleidsplan Peuterspeelzaal Versie Verandering datum Versie 1 Nieuw document Jan-2012 Versie 2 Pag.4 EMOTIONELE VEILIGHEID Mei-2015 Inzet vaste en sensitieve verzorgers Is aangepast Versie

Nadere informatie

Samenvatting pedagogisch beleid Kinderopvang Natuurlijk. Doel Doelstelling Doelgroep

Samenvatting pedagogisch beleid Kinderopvang Natuurlijk. Doel Doelstelling Doelgroep Samenvatting pedagogisch beleid Kinderopvang Natuurlijk. Het pedagogisch beleidsplan is bedoeld als leidraad bij de opvang van de kinderen van Chr. Kinderopvang Natuurlijk. Alle medewerkers van het kinderdagverblijf

Nadere informatie

Pedagogisch Beleidsplan Peuterspeelzaal De Torteltuin Mariaschool Paterswolde

Pedagogisch Beleidsplan Peuterspeelzaal De Torteltuin Mariaschool Paterswolde Pedagogisch Beleidsplan Peuterspeelzaal De Torteltuin Mariaschool Paterswolde Inhoud: 1. Inleiding 2. Dagindeling / werkwijze peuterspeelzaal 3. Emotionele veiligheid 4. Persoonlijke competentie 5. Sociale

Nadere informatie

Pedagogisch beleid KDV en BSO

Pedagogisch beleid KDV en BSO Pedagogisch beleid KDV en BSO INHOUD Inleiding Uitgangspunten Vier opvoedingsdoelen Vijf pedagogische middelen Ontwikkelingsgericht werken Inleiding NanniesNetwork biedt verschillende vormen van kinderopvang.

Nadere informatie

Pedagogisch beleid Tussenschoolse opvang

Pedagogisch beleid Tussenschoolse opvang Pedagogisch beleid Tussenschoolse opvang Introductie Introductie Het pedagogisch beleid van de tussenschoolse opvang SKN s Eetclub biedt een kader dat de overblijfkrachten en de coördinatoren tussenschoolse

Nadere informatie

De pedagogische visie

De pedagogische visie De pedagogische visie De peuterspeelzaal t Speulhuus is een algemeen toegankelijke en laagdrempelige voorziening waar ingespeeld wordt op wensen en behoeften van kinderen en ouders, met als achterliggend

Nadere informatie

>Werkmodel: Pedagogische

>Werkmodel: Pedagogische >Werkmodel: Pedagogische basisdoelen Vorm een groepje van vier personen met wie je aan de slag gaat. Ga dan als volgt te werk: 1. Beantwoord de vragen over de onderdelen van de matrix in de onderstaande

Nadere informatie

Pedagogisch beleidsplan Fris! Kinderdagverblijven

Pedagogisch beleidsplan Fris! Kinderdagverblijven Pedagogisch beleidsplan Fris! Kinderdagverblijven Algemeen Pedagogisch Beleid Fris! Kinderdagverblijven Inleiding Uw kind maakt gebruik van opvang bij Fris! Kinderdagverblijven en u verwacht van ons dat

Nadere informatie

Pedagogisch beleid gastouderbureau via Laura

Pedagogisch beleid gastouderbureau via Laura Pedagogisch beleid gastouderbureau via Laura Inleiding Gastouderbureau via Laura biedt kinderen een fijne en vertrouwde opvang waar zij kunnen groeien en de wereld om hen heen kunnen ontdekken. Terwijl

Nadere informatie

Inspectierapport Dikkertje Dap (KDV) Gerlachusstraat AK Loon op Zand Registratienummer

Inspectierapport Dikkertje Dap (KDV) Gerlachusstraat AK Loon op Zand Registratienummer Inspectierapport Dikkertje Dap (KDV) Gerlachusstraat 79 5175AK Loon op Zand Registratienummer 360380001 Toezichthouder: GGD Hart voor Brabant In opdracht van gemeente: Loon op Zand Datum inspectie: 18-10-2018

Nadere informatie

2 Algemene doelstelling en visie

2 Algemene doelstelling en visie 2 Algemene doelstelling en visie 2.1 Algemene doelstelling De groene kikker heeft als doel huiselijke en persoonlijke kinderopvang te bieden, die optimaal tegemoet komt aan de behoeften van de kinderen.

Nadere informatie

SKS Alles Kids. Ieder kind is uniek. Onze visie. De 5 speerpunten

SKS Alles Kids. Ieder kind is uniek. Onze visie. De 5 speerpunten GEEF ZE DE VIJF! SKS Alles Kids De wereld om ons heen verandert. Ook in de kinderopvang zijn nieuwe ontwikkelingen aan de orde van de dag. SKS Alles Kids biedt al jaren kinderopvang en loopt voorop als

Nadere informatie

Pedagogisch beleid Gastouderbureau Nederland

Pedagogisch beleid Gastouderbureau Nederland Pedagogisch beleid Gastouderbureau Nederland Het opvangen van kinderen van anderen is een grote verantwoordelijkheid. Zeker als kinderen voor langere tijd naar een gastouder gaan, zoals het geval is in

Nadere informatie

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch beleidsplan Pedagogisch beleidsplan Ieder kind is uniek en mag zich naar eigen tempo en karakter ontwikkelen. Home gastouderbureau gaat ervan uit dat een kind zich ontwikkelt vanuit een wisselwerking tussen aangeboren

Nadere informatie

1.1. Het creëren van een veilige en vertrouwde omgeving

1.1. Het creëren van een veilige en vertrouwde omgeving Pedagogisch Beleidsplan 1.1. Het creëren van een veilige en vertrouwde omgeving Een veilige en vertrouwde omgeving is de basis van waaruit een kind zich kan gaan ontwikkelen. Het is dus belangrijk dat

Nadere informatie

Pedagogisch beleid Flexkidz

Pedagogisch beleid Flexkidz Pedagogisch beleid Flexkidz Voor u ligt het verkorte pedagogisch beleidsplan van Flexkidz. Hier beschrijven we in het kort de pedagogische visie en uitgangspunten. In dit pedagogisch beleidsplan beschrijven

Nadere informatie

SKH Zonnelicht. Pedagogisch beleid: liefde, licht, lucht

SKH Zonnelicht. Pedagogisch beleid: liefde, licht, lucht SKH Zonnelicht Pedagogisch beleid: liefde, licht, lucht SKH Zonnelicht biedt opvang voor kinderen van 0-12 jaar in de Openbare Montessorischool op de Gording 123 in Hoorn. SKH Zonnelicht biedt kinderdagopvang

Nadere informatie

Pedagogisch Werkplan Gastouder

Pedagogisch Werkplan Gastouder Pedagogisch Werkplan Gastouder Versie Januari 2016 Pedagogisch werkplan gastouder De Wet Kinderopvang stelt als eis dat één keer per jaar het pedagogisch beleid met de gastouder wordt besproken. Het Pedagogisch

Nadere informatie

Pedagogisch werkplan gastouder

Pedagogisch werkplan gastouder Pedagogisch werkplan gastouder Versie 2017 Het pedagogisch werkplan beschrijft wat je doet als gastouder op de werkvloer, hoe je het doet en waarom je het zo doet. Pedagogisch werkplan gastouder De Wet

Nadere informatie

Pedagogisch beleidsplan. Inleiding. BSO Vrij Spel

Pedagogisch beleidsplan. Inleiding. BSO Vrij Spel Pedagogisch beleidsplan Inleiding U heeft gekozen voor Vrij Spel en mag erop vertrouwen dat wij goed voor uw kind zullen zorgen. Uw kind zal in uw afwezigheid liefdevol en veilig worden opgevangen. Wij

Nadere informatie

Veiligheid en welbevinden. Hoofdstuk 1

Veiligheid en welbevinden. Hoofdstuk 1 30 Veiligheid en welbevinden Kees (8) en Lennart (7) zitten in de klimboom. Kees geeft Lennart een speels duwtje en Lennart geeft een duwtje terug. Ze lachen allebei. Maar toch kijkt Lennart even om naar

Nadere informatie

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch beleidsplan Pedagogisch beleidsplan Auteur: Ingeborg van der Zanden Bartels Datum: 05 januari 2015 Plaats: Kerkdriel Versie: 0.1 Pedagogisch beleidsplan BSO VillaDriel 12 april 2015 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding...

Nadere informatie

Pedagogisch kader Kinderdagverblijf Filios

Pedagogisch kader Kinderdagverblijf Filios Pedagogisch kader Kinderdagverblijf Filios Onderdeel van: Pagina 1 van 5 Inleiding In het pedagogisch kader staan onze uitgangspunten en basisdoelen die ten grondslag liggen aan ons pedagogisch handelen.

Nadere informatie

SKS Alles Kids. Onze visie

SKS Alles Kids. Onze visie GEEF ZE DE VIJF! SKS Alles Kids De wereld om ons heen verandert. Ook in de kinderopvang zijn nieuwe ontwikkelingen aan de orde van de dag. SKS Alles Kids biedt al jaren kinderopvang en loopt voorop als

Nadere informatie

Inspectierapport Hompeltje en Pompeltje (PSZ) Celsusstraat VB Heerlen

Inspectierapport Hompeltje en Pompeltje (PSZ) Celsusstraat VB Heerlen Inspectierapport Hompeltje en Pompeltje (PSZ) Celsusstraat 99 6417VB Heerlen Toezichthouder: GGD Zuid Limburg In opdracht van gemeente: Heerlen Datum inspectie: 14-09-2017 Type onderzoek : Jaarlijks onderzoek

Nadere informatie

Pedagogische visie van Stichting Rijswijkse Kinderopvang. Ontdekkend spelen. Uitdagend werken

Pedagogische visie van Stichting Rijswijkse Kinderopvang. Ontdekkend spelen. Uitdagend werken Pedagogische visie van Stichting Rijswijkse Kinderopvang Ontdekkend spelen Uitdagend werken Onze missie In een veilig, geborgen en positief klimaat willen we kinderen helpen zich te ontwikkelen tot weerbare,

Nadere informatie

PEDAGOGISCH BELEID kdv

PEDAGOGISCH BELEID kdv PEDAGOGISCH BELEID kdv versie april 2018 Kinderdagverblijf t Klimrek Rijstegoed 4 Postbus 1096 3860 BB Nijkerk 033-2470750 klimrek@kdv-klimrek.nl BSO t Klimrek locatie Ichthusschool - Cornelis van Ramshorstlaan

Nadere informatie

Ons pedagogisch handelen kinderdagverblijf Kameleon & peutergroep t Snuffeltje

Ons pedagogisch handelen kinderdagverblijf Kameleon & peutergroep t Snuffeltje Ons pedagogisch handelen kinderdagverblijf Kameleon & peutergroep t Snuffeltje Op de website van KION zie je onder Zo werken wij hoe we in ons beleid vorm hebben gegeven aan de pedagogische doelen en onze

Nadere informatie

Inspectierapport Kinderdagverblijf KIJK (KDV) Scharnerweg 12 A 6224 JG Maastricht Registratienummer

Inspectierapport Kinderdagverblijf KIJK (KDV) Scharnerweg 12 A 6224 JG Maastricht Registratienummer Inspectierapport Kinderdagverblijf KIJK (KDV) Scharnerweg 12 A 6224 JG Maastricht Registratienummer 213253380 Toezichthouder: GGD Zuid Limburg In opdracht van gemeente: Maastricht Datum inspectie: 27-03-2017

Nadere informatie

Pedagogisch beleid House & Kids

Pedagogisch beleid House & Kids Pedagogisch beleid House & Kids Het opvangen van kinderen van anderen is een grote verantwoordelijkheid. Zeker als kinderen voor langere tijd naar een gastouder gaan, zoals het geval is in de gastouderopvang.

Nadere informatie

Inspectierapport PSZ De Kijkdoos (PSZ) Swierderkerkweg CJ WIJNANDSRADE

Inspectierapport PSZ De Kijkdoos (PSZ) Swierderkerkweg CJ WIJNANDSRADE Inspectierapport PSZ De Kijkdoos (PSZ) Swierderkerkweg 4 6363CJ WIJNANDSRADE Toezichthouder: GGD Zuid Limburg In opdracht van gemeente: Nuth Datum inspectie: 09-04-2015 Type onderzoek : Jaarlijks onderzoek

Nadere informatie

Inleiding Hoofdstuk 1 Pedagogische cyclus Pedagogisch beleidskader Pedagogische werkplannen... 3

Inleiding Hoofdstuk 1 Pedagogische cyclus Pedagogisch beleidskader Pedagogische werkplannen... 3 Pedagogisch beleid ASKA Inhoud Inleiding... 2 Hoofdstuk 1 Pedagogische cyclus... 3 1.1 Pedagogisch beleidskader... 3 1.2 Pedagogische werkplannen... 3 Hoofdstuk 2 Pedagogische kaders... 3 2.1 Wettelijke

Nadere informatie

Inspectierapport KDV De Vlinderboom (KDV) Herstallenstraat TE Goirle Registratienummer

Inspectierapport KDV De Vlinderboom (KDV) Herstallenstraat TE Goirle Registratienummer tineke.musters@kdvdevlinderboom.nl Inspectierapport KDV De Vlinderboom (KDV) Herstallenstraat 4 5051TE Goirle Registratienummer 235864936 Toezichthouder: GGD Hart voor Brabant In opdracht van gemeente:

Nadere informatie

Inspectierapport Duimelotje (KDV) Valkenburgerweg BN Heerlen Registratienummer

Inspectierapport Duimelotje (KDV) Valkenburgerweg BN Heerlen Registratienummer Inspectierapport Duimelotje (KDV) Valkenburgerweg 16 6411BN Heerlen Registratienummer 436998245 Toezichthouder: GGD Zuid Limburg In opdracht van gemeente: Heerlen Datum inspectie: 13-02-2017 Type onderzoek

Nadere informatie

Pedagogisch beleidsplan. De Avonturiers BSO

Pedagogisch beleidsplan. De Avonturiers BSO Pedagogisch beleidsplan De Avonturiers BSO Goirle, Juli 2005 Herzien Januari 2007 Inhoudsopgave 1. Beschrijving van de organisatie 2. Doel van de organisatie 3. Visie 4. Pedagogische doelstelling 5. Pedagogisch

Nadere informatie

Kwaliteit & pedagogiek

Kwaliteit & pedagogiek Pedagogisch beleidsplan buitenschoolse opvang Kwaliteit & pedagogiek Bij de rakkers is kwaliteit een continu verbeterproces;. Dit houdt in dat wij ons (pedagogisch) beleid en werkwijzen periodiek evalueren,

Nadere informatie

Pedagogisch beleid in een notendop. Inhoudsopgave. de eerste stap Een nieuwe wereld gaat open -------------------- 4

Pedagogisch beleid in een notendop. Inhoudsopgave. de eerste stap Een nieuwe wereld gaat open -------------------- 4 Pedagogisch beleid in een notendop Inhoudsopgave Een kind moet kunnen groeien voorwoord door Loek van de Loo ------------------------- 2 Ieder kind doet er toe ------------------------------ 3 de eerste

Nadere informatie

Dubbeldamseweg-Zuid 97, 3314 JC Dordrecht, 078-6139776

Dubbeldamseweg-Zuid 97, 3314 JC Dordrecht, 078-6139776 Versie 20 september 2010 Activiteitenprogramma VVE KDV De Huiskamer BV 1 Verdere professionalisering VVE activiteiten Kinderdagverblijf De Huiskamer is een zelfstandig en onafhankelijk kinderdagverblijf

Nadere informatie

Kwaliteit van leven Een hulpmiddel bij de voorbereiding van een zorgplan

Kwaliteit van leven Een hulpmiddel bij de voorbereiding van een zorgplan Kwaliteit van leven Een hulpmiddel bij de voorbereiding van een zorgplan De zorg en begeleiding van mensen met een verstandelijke beperking moet erop gericht zijn dat de persoon een optimale kwaliteit

Nadere informatie

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch beleidsplan Pedagogisch beleidsplan Hieronder wordt een aantal kernpunten uit het pedagogische beleidsplan van Kinderdagverblijf Het Sprookjesbos besproken. Het volledige pedagogische beleidsplan ligt ter inzage op

Nadere informatie

Inspectierapport De Berenburcht, locatie Herman Jozefschool (BSO) Pastoor Verlindenstraat HV Berlicum Registratienummer

Inspectierapport De Berenburcht, locatie Herman Jozefschool (BSO) Pastoor Verlindenstraat HV Berlicum Registratienummer Inspectierapport De Berenburcht, locatie Herman Jozefschool (BSO) Pastoor Verlindenstraat 22 5258HV Berlicum Registratienummer 125497039 Toezichthouder: GGD Hart voor Brabant In opdracht van gemeente:

Nadere informatie

Pedagogisch werkplan KomKids

Pedagogisch werkplan KomKids Pedagogisch werkplan KomKids Er wordt gewerkt volgens de 4 opvoedingsdoelen uit het pedagogisch beleid n.l.: 1. emotionele veiligheid 2. ontwikkelen van persoonlijke competentie 3. ontwikkelen van sociale

Nadere informatie

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch beleidsplan Gastouderbureau de Bengel Pedagogisch beleidsplan Een goede start voor elk kind November 2017 Inhoudsopgave 1 Waarom een pedagogisch beleidsplan?... 2 2 Over ons... 2 2.1 Onze missie... 2 2.2 Onze visie...

Nadere informatie

te tonen voor de cultuur en religie van de kinderen en hun ouders. Pedagogisch beleid OKC De Westhoek.

te tonen voor de cultuur en religie van de kinderen en hun ouders. Pedagogisch beleid OKC De Westhoek. Pedagogisch beleid OKC De Westhoek. Kinderen zijn bij ons in goede handen. In het Kinderdagverblijf, de peuterspeelzaal, het onderwijs en de Buitenschoolse Opvang. Wij zorgen voor ze, dragen bij aan hun

Nadere informatie

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch beleidsplan Pedagogisch beleidsplan 1: Inleiding 2: De Visie 3: Doelstelling 4: Uitgangspunten 5: Hygiëne en verzorging 6: Activiteiten 7: communicatie met ouders. 8: Feesten 1 1. Inleiding: Het pedagogische beleidsplan

Nadere informatie

Pedagogisch beleid KDV en BSO

Pedagogisch beleid KDV en BSO Pedagogisch beleid KDV en BSO INHOUD Inleiding Uitgangspunten Vier opvoedingsdoelen Vijf pedagogische middelen Ontwikkelingsgericht werken Inleiding Bij de meiden Kinderopvang biedt verschillende vormen

Nadere informatie

Pedagogisch werkplan Kinderdagverblijf Nanny s. November 2010

Pedagogisch werkplan Kinderdagverblijf Nanny s. November 2010 Pedagogisch werkplan Kinderdagverblijf Nanny s November 2010 Wat is een pedagogisch werkplan Een pedagogisch werkplan is een document waarin de werkwijze en procedures van het kinderdagverblijf worden

Nadere informatie

Pedagogisch beleid en werkplan BSO Versiedatum: 27 september 2016

Pedagogisch beleid en werkplan BSO Versiedatum: 27 september 2016 Pedagogisch beleid en werkplan BSO Versiedatum: 27 september 2016 Het pedagogisch beleid van KomKids is gebaseerd op de volgende uitgangspunten: Samenwerken met ouders Werken met kinderen houdt in dat

Nadere informatie

De e-learning van Gastouderland

De e-learning van Gastouderland De e-learning van Gastouderland Ook voor gastouders is het belangrijk te blijven ontwikkelen. Daarom bieden wij diverse modules aan die speciaal ontwikkeld zijn voor de kinderopvang. Gastouderland werkt

Nadere informatie

Inspectierapport BSO Bolderburen De Immenkorf (BSO) Weidestraat AR DEN DUNGEN Registratienummer

Inspectierapport BSO Bolderburen De Immenkorf (BSO) Weidestraat AR DEN DUNGEN Registratienummer l Inspectierapport BSO Bolderburen De Immenkorf (BSO) Weidestraat 18 5275AR DEN DUNGEN Registratienummer 135661833 Toezichthouder: GGD Hart voor Brabant In opdracht van gemeente: Sint-Michielsgestel Datum

Nadere informatie

STICHTING DE BROODTROMMEL. Pedagogisch Beleid Tussenschoolse Opvang

STICHTING DE BROODTROMMEL. Pedagogisch Beleid Tussenschoolse Opvang STICHTING DE BROODTROMMEL Pedagogisch Beleid Tussenschoolse Opvang Inleiding Tijdens de TSO (tussenschoolse opvang) houden wij rekening met het beleid van de basisschool St. Joseph. Om verwarring te voorkomen,

Nadere informatie

PEDAGOGISCH BELEIDSPLAN 0 4 JAAR

PEDAGOGISCH BELEIDSPLAN 0 4 JAAR PEDAGOGISCH BELEIDSPLAN 0 4 JAAR Inhoudsopgave Inleiding... 3 Kinderen... 4 Ik ben ik en jij bent jij... 4 Veiligheid... 4 Vertrouwde relaties... 4 Structuur en voorspelbaarheid... 5 Een gezonde omgeving...

Nadere informatie

Verkorte versie van de pedagogische visie en beleid van Happy Kids kinderdagverblijf en buitenschoolse opvang.

Verkorte versie van de pedagogische visie en beleid van Happy Kids kinderdagverblijf en buitenschoolse opvang. Verkorte versie van de pedagogische visie en beleid van Happy Kids kinderdagverblijf en buitenschoolse opvang. Kinderen worden beschermd en gekoesterd door hun ouder(s) of verzorgers. Daar wordt de basis

Nadere informatie

Pedagogisch beleid Kidscasa

Pedagogisch beleid Kidscasa Pedagogisch beleid Kidscasa Doel van Kidscasa. Het zorg dragen voor een zo breed mogelijk aanbod van professionele kinderopvang. Het aanbod is gericht op kinderen van 0 tot 12 jaar (of zolang zij de basisschool

Nadere informatie

Pedagogisch beleid Nanny Association

Pedagogisch beleid Nanny Association Pedagogisch beleid Nanny Association Het opvangen van kinderen van anderen is een grote verantwoordelijkheid. Zeker als kinderen voor langere tijd worden opgevangen in de woning van de ouders. Er is dan

Nadere informatie

PEDAGOGISCH Beleid Gastouderbureau van Twente

PEDAGOGISCH Beleid Gastouderbureau van Twente PEDAGOGISCH Beleid Gastouderbureau van Twente Inleiding Met dit Pedagogisch beleid willen wij u graag informeren over onze visie op opvoeden, welke voorwaarden worden gesteld en welke afspraken gemaakt

Nadere informatie

Inspectierapport 't Veldmuisje (BSO) Voorstraat 75 5334JR VELDDRIEL Registratienummer 204339273

Inspectierapport 't Veldmuisje (BSO) Voorstraat 75 5334JR VELDDRIEL Registratienummer 204339273 Inspectierapport 't Veldmuisje (BSO) Voorstraat 75 5334JR VELDDRIEL Registratienummer 204339273 Toezichthouder: GGD Gelderland-Zuid In opdracht van gemeente: Maasdriel Datum inspectie: 26-02-2016 Type

Nadere informatie

Pedagogisch beleidsplan. Buitenschoolse Opvang Goirle

Pedagogisch beleidsplan. Buitenschoolse Opvang Goirle Pedagogisch beleidsplan Buitenschoolse Opvang Goirle Juli 2005 Inhoudsopgave 1. Beschrijving van de organisatie 2. Doel van de organisatie 3. Visie 4. Pedagogische doelstelling 5. Pedagogisch klimaat veiligheid

Nadere informatie

ZORGBUREAU JOKIJO PEDAGOGISCHE BELEIDSDOCUMENTEN

ZORGBUREAU JOKIJO PEDAGOGISCHE BELEIDSDOCUMENTEN ZORGBUREAU JOKIJO PEDAGOGISCHE BELEIDSDOCUMENTEN MISSIE WIE IS ZORGBUREAU JOKIJO? JoKiJo is een kleinschalig, betrokken zorgbureau dat hulp richt op de specifieke hulpvraag, wensen en behoeften van iedere

Nadere informatie

Pedagogisch beleid Kids&Co

Pedagogisch beleid Kids&Co Pedagogisch beleid Kids&Co Doel van Kids&Co. Het zorg dragen voor een zo breed mogelijk aanbod van professionele kinderopvang. Het aanbod is gericht op kinderen van 0 tot 4 jaar. In een groep van max 8

Nadere informatie

Babyplan Dreumesplan Peuterplan Bsoplan

Babyplan Dreumesplan Peuterplan Bsoplan Kinderbeleid Kindkracht 0/12 Kaag en Braassem Inleiding Voor u ligt het pedagogisch beleid, genaamd het kinderbeleid van kinderopvangorganisatie Kindkracht 0/12, dat bestaat uit kinderdagverblijfopvang

Nadere informatie

KINDERDAGVERBLIJVEN BLUB, ZEGT DE VIS

KINDERDAGVERBLIJVEN BLUB, ZEGT DE VIS KINDERDAGVERBLIJVEN BLUB, ZEGT DE VIS Blub, zegt de vis zijn gezellige, kleinschalige en huiselijke kinderdagverblijven. De kinderdagverblijven bestaan uit groepen die opvang en verzorging bieden aan kinderen

Nadere informatie

Inspectierapport Wittering.nl (gevestigd in basisschool Wittering.nl) (BSO) Deltalaan JT ROSMALEN Registratienummer

Inspectierapport Wittering.nl (gevestigd in basisschool Wittering.nl) (BSO) Deltalaan JT ROSMALEN Registratienummer Inspectierapport Wittering.nl (gevestigd in basisschool Wittering.nl) (BSO) Deltalaan 140 5247JT ROSMALEN Registratienummer 248371459 Toezichthouder: GGD Hart voor Brabant In opdracht van gemeente: 's-hertogenbosch

Nadere informatie

Pedagogisch beleid gastouderbureau OOK-Thuis

Pedagogisch beleid gastouderbureau OOK-Thuis Pedagogisch beleid gastouderbureau OOK-Thuis Opvang door Nanny s Inleiding Kinderen moeten zich bij Kinderopvang OOK prettig voelen. Dat is waar alles om draait. Wij willen dat de opvang aantrekkelijk

Nadere informatie

Goed toegerust op ontdekkingsreis

Goed toegerust op ontdekkingsreis PE DAGO G I S C H B E L E I D S PL A N Goed toegerust op ontdekkingsreis Inhoudsopgave INLEIDING Voor alle duidelijkheid 5 Colofon SAMENVATTING Goed toegerust op ontdekkingsreis 7 TEKST Vlietkinderen UITGANGSPUNTEN

Nadere informatie

PEDAGOGISCH BELEIDSPLAN KINDCENTRUM HOFFERIE ENSCHEDE

PEDAGOGISCH BELEIDSPLAN KINDCENTRUM HOFFERIE ENSCHEDE PEDAGOGISCH BELEIDSPLAN KINDCENTRUM HOFFERIE ENSCHEDE Toevoegingen 2013: Toevoeging pedagogisch beleidsplan Hofferie inzake aanbieden peuteropvang op de groene groep. Pedagogisch beleidsplan Kindcentrum

Nadere informatie

PEDAGOGISCH BELEID VAN DE SKPC

PEDAGOGISCH BELEID VAN DE SKPC PEDAGOGISCH BELEID VAN DE SKPC Veilige, kindvriendelijke opvang creëren. Dat is het hoofddoel van de SKPC. Het klinkt eenvoudig, maar hoe gaat dat in de dagelijkse praktijk van de diverse opvangvormen

Nadere informatie

Het Pedagogisch Beleidsplan

Het Pedagogisch Beleidsplan 2015 BSO de Bosplaats M Moura MSvan Wijnen Het Pedagogisch Beleidsplan 1 Inleiding Voor u ligt het pedagogisch beleidsplan van BSO de Bosplaats. Dit pedagogisch beleidsplan is een leidraad van waaruit

Nadere informatie

Inspectierapport Duimelijntje (KDV) Hamerstraat CT Heerlen Registratienummer

Inspectierapport Duimelijntje (KDV) Hamerstraat CT Heerlen Registratienummer Inspectierapport Duimelijntje (KDV) Hamerstraat 35 37 6411CT Heerlen Registratienummer 154453158 Toezichthouder: GGD Zuid Limburg In opdracht van gemeente: Heerlen Datum inspectie: 21-02-2017 Type onderzoek

Nadere informatie

Algemeen Pedagogisch Beleid

Algemeen Pedagogisch Beleid Algemeen Pedagogisch Beleid Versie januari 2016 1 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1. Inleiding... 3 2. Doelstelling, visie en pedagogische uitgangspunten... 4 2.1 De doelstelling... 4 2.2 De visie...

Nadere informatie

Betrokkenheid. Competentie. De behoefte aan competentie wordt vervuld.

Betrokkenheid. Competentie. De behoefte aan competentie wordt vervuld. Betrokkenheid Autonomie Competentie Relatie leerkracht Relatie leerlingen De behoefte aan autonomie De behoefte aan competentie De behoefte aan een goede relatie met de leerkracht De behoefte aan goede

Nadere informatie

Pedagogisch werkplan Gastouderopvang Leuk enzo!

Pedagogisch werkplan Gastouderopvang Leuk enzo! Pedagogisch werkplan Gastouderopvang Leuk enzo! In het pedagogisch werkplan komt tot uitdrukking hoe ik met de kinderen omga en waarom ik dat zo doe. Als christelijke gastouder draag ik ook christelijke

Nadere informatie

5 pedagogisch medewerkers

5 pedagogisch medewerkers 5 pedagogisch medewerkers In dit hoofdstuk gaan we in op de pedagogisch medewerker. Zij heeft grote invloed op het welzijn en de ontwikkeling van kinderen in de opvang. Door individuele interactie met

Nadere informatie

Inspectierapport PSZ Jip en Janneke (PSZ) St. Remigiusstraat 1A 6333CW SCHIMMERT

Inspectierapport PSZ Jip en Janneke (PSZ) St. Remigiusstraat 1A 6333CW SCHIMMERT Inspectierapport PSZ Jip en Janneke (PSZ) St. Remigiusstraat 1A 6333CW SCHIMMERT Toezichthouder: GGD Zuid Limburg In opdracht van gemeente: Nuth Datum inspectie: 17-03-2015 Type onderzoek : Jaarlijks onderzoek

Nadere informatie

PEDAGOGISCH BELEID PIPELOI pagina 1 van 6

PEDAGOGISCH BELEID PIPELOI pagina 1 van 6 pagina 1 van 6 1. DOEL Het doel van dit document is het vastleggen van locatiespecifieke onderwerpen op het gebied van pedagogiek voor de locatie. Samen met het algemene pedagogisch beleid (PEDbel01) vormt

Nadere informatie

Inspectierapport BSO KeeT! (BSO) Oude Lindestraat EH Heerlen Registratienummer

Inspectierapport BSO KeeT! (BSO) Oude Lindestraat EH Heerlen Registratienummer Inspectierapport BSO KeeT! (BSO) Oude Lindestraat 57 6411EH Heerlen Registratienummer 119583896 Toezichthouder: GGD Zuid Limburg In opdracht van gemeente: Heerlen Datum inspectie: 11-05-2017 Type onderzoek

Nadere informatie

PEDAGOGISCH BELEID HUMMELTJESHOEK

PEDAGOGISCH BELEID HUMMELTJESHOEK PEDAGOGISCH BELEID HUMMELTJESHOEK Voor u ligt het Pedagogisch beleid van Kinderdagverblijf HUMMELTJESHOEK. Intern beschrijven wij wat wij kinderen bieden in een veilige omgeving. Wij bieden 4 basisdoelen:

Nadere informatie

Inspectierapport De Wizard (BSO) Andriessenplein GX Deventer Registratienummer

Inspectierapport De Wizard (BSO) Andriessenplein GX Deventer Registratienummer Inspectierapport De Wizard (BSO) Andriessenplein 13 7425GX Deventer Registratienummer 480091894 Toezichthouder: GGD IJsselland In opdracht van gemeente: Deventer Datum inspectie: 05-03-2019 Type onderzoek:

Nadere informatie

Voor Kinderen. b. In de omgang met het kind wordt rekening gehouden met het feit dat ieder kind uniek is en zich ontwikkelt naar eigen aard en aanleg.

Voor Kinderen. b. In de omgang met het kind wordt rekening gehouden met het feit dat ieder kind uniek is en zich ontwikkelt naar eigen aard en aanleg. Voor Kinderen Gastouderbureau PEDAGOGISCH BELEIDSPLAN GASTOUDERBUREAU VOOR KINDEREN Inleiding Gastouderbureau Voor Kinderen is een gastouderbureau dat samen met vraag- en gastouders wil werken vanuit de

Nadere informatie

Pedagogisch beleidsplan

Pedagogisch beleidsplan Pedagogisch beleidsplan Hieronder wordt een aantal kernpunten uit het pedagogische beleidsplan van Kinderdagverblijf Het Sprookjesbos besproken. Het volledige pedagogische beleidsplan ligt ter inzage op

Nadere informatie

Appendix bij Pedagogisch Beleidsplan voor Buiten Schoolse Opvang

Appendix bij Pedagogisch Beleidsplan voor Buiten Schoolse Opvang Appendix bij Pedagogisch Beleidsplan voor Buiten Schoolse Opvang INLEIDING Algemeen: Om tegemoet te komen aan de vraag van ouders vervullen wij op dezelfde locatie ook een BSO functie. Zij dit wel in beperkte

Nadere informatie

Inspectierapport KinderCentrum Mergelland B.V. (BSO) Groenstraat 17a 6267EM CADIER EN KEER Registratienummer 174839741

Inspectierapport KinderCentrum Mergelland B.V. (BSO) Groenstraat 17a 6267EM CADIER EN KEER Registratienummer 174839741 Inspectierapport KinderCentrum Mergelland B.V. (BSO) Groenstraat 17a 6267EM CADIER EN KEER Registratienummer 174839741 Toezichthouder: GGD Zuid Limburg In opdracht van gemeente: Eijsden-Margraten Datum

Nadere informatie

Inspectierapport Allerleefste Kinderopvang (KDV) Bettinumstraat 27a 6122 BL Buchten Registratienummer

Inspectierapport Allerleefste Kinderopvang (KDV) Bettinumstraat 27a 6122 BL Buchten Registratienummer Inspectierapport Allerleefste Kinderopvang (KDV) Bettinumstraat 27a 6122 BL Buchten Registratienummer 663996430 Toezichthouder: GGD Zuid Limburg In opdracht van gemeente: Sittard-Geleen Datum inspectie:

Nadere informatie