Inspectierapport. KinderRijk Brink (BSO) Brink NA AMSTELVEEN Registratienummer:

Transcriptie

1 Inspectierapport KinderRijk Brink (BSO) Brink NA AMSTELVEEN Registratienummer: Toezichthouder: GGD Amsterdam In opdracht van: Gemeente Amstelveen Datum inspectie: Type onderzoek: Jaarlijks onderzoek Status: definitief Datum vaststellen inspectierapport: KinderRijk Brink - Jaarlijks onderzoek /8

2 Inhoudsopgave Het onderzoek Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Personeel en groepen Inspectie-items Gegevens voorziening Gegevens toezicht KinderRijk Brink - Jaarlijks onderzoek /8

3 Het onderzoek Onderzoeksopzet Op 10 april 2015 is op grond van artikel 1.62, tweede lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen een onaangekondigd jaarlijks onderzoek uitgevoerd. In dit onderzoek is naar aanleiding van het risicoprofiel slechts een beperkt aantal kwaliteitseisen onderzocht, namelijk de kwaliteitseisen op het gebied van het pedagogisch klimaat, de eisen aan het personeel en aan de beroepskracht-kind-ratio. De kwaliteitseisen die zijn onderzocht staan achter in het rapport vermeld. Beschouwing Algemeen KinderRijk is een organisatie met 15 locaties voor kinderdagopvang voor kinderen van 0 tot 4 jaar in Amsterdam en Amstelveen. Daarnaast heeft KinderRijk 15 locaties buitenschoolse opvang voor kinderen van 4 tot 12 jaar en 6 locaties voor de halve-dagopvang voor kinderen van 2 tot 4 jaar in Amstelveen. Elke vestiging van KinderRijk staat onder leiding van een locatie- of clustermanager die verantwoordelijk is voor de inzet van personeel en het opstellen en implementeren van locatiespecifiek beleid. De locatie- of clustermanager kan in voorkomende situaties een beroep doen op de aandachtsfunctionarissen binnen KinderRijk. De locatie KinderRijk BSO Brink heeft twee groepen voor kinderen tot ongeveer 8 jaar. Vanaf 8 jaar kunnen de kinderen doorstromen naar BSO Sportlaan. De locatiemanager heeft naast deze locatie nog een andere buitenschoolseopvanglocatie en een halvedagopvang onder haar leiding. Tijdens het jaarlijks inspectieonderzoek in 2014 waren er veel personeelswisselingen en waren er (te) weinig vaste beroepskrachten in dienst op de locatie. Inmiddels is dat opgelost en zijn er voldoende vaste beroepskrachten en vaste invalkrachten werkzaam op de locatie. Klachtencoördinator en vertrouwenspersoon Er is zowel een klachtencoördinator als een vertrouwenspersoon aangesteld voor de hele organisatie. De functie van vertrouwenspersoon wordt bekleed door de bedrijfsmaatschappelijk werker. De functie van klachtencoördinator wordt door twee personen van de afdeling klantrelaties bekleed. Oudercommissie Er is een centrale oudercommissie (de ouderraad) actief bij KinderRijk. Deze oudercommissie krijgt adviesaanvragen met betrekking tot het algemene beleid voorgelegd. Daarnaast is er op de locatie KinderRijk BSO Brink sinds kort een eigen oudercommissie opgericht, die nog een oudercommissiereglement moet overeenkomen. De oudercommissie heeft de centrale oudercommissie nog niet gemandateerd voor organisatiebrede adviesaanvragen (bijvoorbeeld met betrekking tot het tarief en het algemeen pedagogisch beleid) maar is voornemens om dit te doen wanneer het oudercommissiereglement is vastgesteld. Op 17 april 2015 heeft een telefoongesprek met een lid van de oudercommissie plaatsgevonden. De oudercommissie is tevreden over de stabiliteit van het team van beroepskrachten dat sinds een jaar werkzaam is. Zij zijn van mening dat dit ten goede is gekomen van het pedagogisch klimaat op de opvang. De oudercommissie vertelt dat er na de zomer een groei van het kindaantal wordt verwacht. Met de leidinggevende is besproken hoe zij een nieuwe groep kunnen indelen. De oudercommissie heeft gesuggereerd dat er een 7+groep wordt gevormd om de oudste kinderen extra uitdaging te bieden. Ook heeft de oudercommissie geadviseerd om het vernieuwde planningssysteem met betrekking tot de opvang in de zomer te evalueren en indien nodig te herzien. De leidinggevende heeft deze adviezen in beraad genomen. Advies aan college van B&W Er zijn geen overtredingen geconstateerd. De toezichthouder adviseert om dit rapport ter kennisname in ontvangst te nemen. KinderRijk Brink - Jaarlijks onderzoek /8

4 Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk Tijdens het inspectiebezoek is er in alle groepen geobserveerd. Op basis van deze observaties constateert de toezichthouder dat er zorg wordt gedragen voor het waarborgen van de emotionele veiligheid van de kinderen, het stimuleren van de persoonlijke en sociale competenties van de kinderen en de overdracht van normen en waarden. Hieronder zijn enkele voorbeelden beschreven waarop dit oordeel is gebaseerd. Tijdens het inspectiebezoek wordt er buiten gespeeld. Er is divers speelmateriaal aanwezig zoals ballen, skeelers en grote banden. De beroepskrachten zitten op een bank. Wanneer er kinderen naar hen toe komen, reageren de beroepskrachten sensitief. Er is bijvoorbeeld een kind dat zich verveelt. De beroepskracht bedenkt samen met het kind wat ze wil doen. Wanneer het kind zegt te willen skeeleren maar dat alle skeelers al in gebruik zijn, maakt de beroepskracht samen met de kinderen afspraken over het delen van de skeelers. Een ander kind heeft buikpijn en blijft dichtbij de beroepskrachten zitten. Kinderen vanaf zes jaar mogen, indien ouders hiervoor een zelfstandigheidscontract hebben getekend, alleen boven spelen in de groepsruimte. Tijdens het inspectiebezoek voegt één van de beroepskrachten zich bij hen, en lezen ze samen een boek en wordt er getekend. Op deze wijze wordt er rekening gehouden met de behoefte van de kinderen. Kinderen worden aangesproken op ongewenst gedrag, en er wordt uitgelegd waarom het gedrag ongewenst is zodat de kinderen weten waar ze aan toe zijn. Gebruikte bronnen: - Observaties - Gesprek met de beroepskrachten KinderRijk Brink - Jaarlijks onderzoek /8

5 Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De toezichthouder heeft op basis van een steekproef beoordeeld dat de personen die werkzaam zijn bij het kindercentrum beschikken over een geldige verklaring omtrent het gedrag die voor aanvang van de werkzaamheden is overgelegd en op dat moment niet ouder is dan twee maanden. Deze steekproef is gehouden onder het personeel dat sinds het laatste reguliere inspectiebezoek in dienst is getreden. Passende beroepskwalificatie De toezichthouder heeft op basis van een steekproef beoordeeld dat alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao Kinderopvang is opgenomen. Deze steekproef is gehouden onder het personeel dat sinds het laatste reguliere inspectiebezoek in dienst is getreden. Opvang in groepen De buitenschoolse opvang heeft twee basisgroepen: de groep de Woestijn en de Vulkaan. Beide groepen bestaan uit maximaal twintig kinderen tussen de 4 en 8 jaar. Uit de plaatsingslijsten blijkt echter dat er op donderdagen 21 kinderen zijn geplaatst in een van de groepen. Met deze werkwijze bestaat het risico dat er meer dan het maximale toegestane aantal kinderen per groep worden opgevangen. Uit de presentielijsten blijkt dat dit dan ook één dag is voorgekomen, namelijk op 2 april De houder dient er zorg voor te dragen dat er niet meer dan twintig kinderen per groep worden opgevangen. De kinderen zijn geplaatst in één basisgroep. Het gebeurt echter dat kinderen op een andere groep worden opgevangen. Dit gebeurt echter alleen bij afname van extra dagen. Hiervoor is schriftelijke toestemming van de ouders voor de tijdelijke opvang in de andere groep. Er worden tevens kinderen opgevangen op deze locatie die zijn geplaatst bij een andere locatie van KinderRijk, namelijk BSO Sportlaan. Dit betreft kinderen vanaf 7 jaar die op vrijdag eerder uit school komen dan dat de BSO Sportlaan opent. Deze kinderen worden rond uur opgehaald en naar BSO Sportlaan gebracht. Er is geen schriftelijke overeenkomst overgelegd met de ouders waarin staat dat de kinderen op een andere dan de eigen locatie worden opgevangen. Deze werkwijze zal worden onderzocht bij het volgende jaarlijks inspectieonderzoek op de BSO Sportlaan. De beroepskrachten en de oudercommissie spreken tijdens het inspectieonderzoek over een verwachte groei van het aantal kinderen, en de mogelijkheid om een derde groep te openen. Voordat deze extra groep kan worden gerealiseerd, dient er een uitbreidingsverzoek te worden ingediend bij de gemeente. Beroepskracht-kind-ratio Tijdens het inspectiebezoek worden er in de groep Woestijn zestien kinderen opgevangen door twee beroepskrachten en in de groep Vulkaan worden achttien kinderen opgevangen door twee beroepskrachten. Op de dag van het inspectiebezoek worden hiermee voldoende beroepskrachten ingezet voor het aantal kinderen dat wordt opgevangen. Op basis van een steekproef uit de presentielijsten van week 12 tot en met 15 (van 2015) en de bijbehorende werkroosters van het personeel constateert de toezichthouder dat er ook in deze periode voldoende beroepskrachten zijn ingezet voor het aantal op te vangen kinderen. De beroepskrachten hebben de volgende werktijden: van tot of uur en van tot uur; zij pauzeren niet. Met deze roostertijden wordt er redelijkerwijs voldaan aan de vereiste beroepskracht-kindratio bij afwijking. Het komt niet voor dat een beroepskracht alleen in het kindercentrum aanwezig is omdat de roosters zodanig zijn opgesteld dat er te allen tijde door minimaal twee beroepskrachten wordt geopend en afgesloten. Bovendien is er tijdens openingstijden altijd personeel van het kinderdagverlijf dat in hetzelfde pand is gevestigd aanwezig. Gebruikte bronnen: - Gesprek met de beroepskrachten - Geprek met de leidinggevende - Telefoongepsrek met een lid van de oudercommissie (op 17 april 2015) - Overzicht van personeel met verklaringen omtrent het gedrag en beroepskwalificaties (ontvangen op 15 en 17 april 2015) - Overzicht inzet beroepskrachten van week 12 tot en met 15, 2015 (ingezien op locatie) - Presentielijsten van week 12 tot en met 15, 2015 (ingezien op locatie) KinderRijk Brink - Jaarlijks onderzoek /8

6 Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart Indien een verklaring omtrent het gedrag is afgegeven vóór 1 maart 2013 dan is deze niet ouder dan twee jaar. Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de CAO Kinderopvang is opgenomen. Opvang in groepen Ieder kind behoort bij een basisgroep. Indien een kind in een andere basisgroep dan de vaste basisgroep wordt opgevangen, dan duurt dat niet langer dan de tussen houder en ouder schriftelijk overeengekomen periode. Beroepskracht-kind-ratio A. De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op OF B. De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. Bij buitenschoolse opvang gedurende schooldagen, kunnen ten hoogste een half uur per dag minder beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kind-ratio vereist is. Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kind-ratio. KinderRijk Brink - Jaarlijks onderzoek /8

7 Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : KinderRijk Brink Vestigingsnummer : Website : Aantal kindplaatsen : 40 Gesubsidieerde voorschoolse opvang : Nee Gegevens houder Naam houder : KinderRijk Buitenschoolse Opvang B.V. Adres houder : Postbus 2027 Postcde en plaats : 1180 EA Amstelveen KvK nummer : Website : Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Amsterdam Inspectie kinderopvang Postadres : Postbus 2200 Postcode en plaats : 1000 CE AMSTERDAM Telefoonnummer : Onderzoek uitgevoerd door : Mw. E.A. Leyen, MSc. Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam : Gemeente Amstelveen Postadres : Laan Nieuwer-Amstel 1 Postcode en plaats : 1182 JR AMSTELVEEN Planning Datum inspectiebezoek : Opstellen concept inspectierapport : Zienswijze houder : Vaststellen inspectierapport : Verzenden inspectierapport naar houder : en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente : Openbaar maken inspectierapport : KinderRijk Brink - Jaarlijks onderzoek /8

8 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid om een zienswijze in te dienen. KinderRijk Brink - Jaarlijks onderzoek /8