hoofdstuk 9 Belastingen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "hoofdstuk 9 Belastingen"

Transcriptie

1 hoofdstuk 9 189

2

3 Inleiding Een volgend thema waarop de keuze van samenlevingsvorm een invloed heeft, zijn de belastingen. Of men kiest om te huwen, wettelijk of feitelijk samen te wonen kan gevolgen hebben op de te betalen belastingen. Het inkomen van een natuurlijk persoon is onderworpen aan de personenbelasting. Iedere partner wordt tijdens een bepaald aanslagjaar in de personenbelasting afzonderlijk belast op zijn netto belastbaar inkomen van het voorgaande jaar (inkomstenjaar). In het aanslagjaar 2012 bijvoorbeeld wordt men belast op alle inkomsten die men in 2011 heeft ontvangen 1. Vóór 2004 kende de fiscus slechts twee soorten belastingplichtigen: gehuwden en alleenstaanden. Sinds 2004 wordt daarnaast een bijkomend onderscheid gemaakt tussen fei telijk samenwonenden, die het fiscaal statuut van alleenstaanden hebben, en wettelijk samenwonenden, die fiscaal als gehuwden worden behandeld. Alle fiscale regels met betrekking tot gehuwden gelden sinds deze aanpassing automatisch ook voor de wettelijk samenwonenden. De wettelijk samenwonende partners hebben fiscaal dezelfde status als de echtgenoten en de schrapping van het wettelijk samenwonen bij de burgerlijke stand staat op dit vlak gelijk met een echtscheiding. Wettelijk samenwonenden vormen fiscaal gezien dus ook een gezin. Wettelijk samenwonende partners en gehuwden ontvangen samen een gemeenschappelijke belastingaangifte maar worden toch afzonderlijk belast. Op de voorbereidende belastingaangifte vindt men twee kolommen voor de afzonderlijke aangifte van de echtgenoten of wettelijk samenwonende partners. De linker kolom is bestemd voor de man of voor de oudste bij koppels van hetzelfde geslacht en de rechterkolom is bestemd voor de vrouw of de jongste bij koppels van hetzelfde geslacht. Iedere echtgenoot wordt belast op zijn eigen inkomsten en op de helft van de 1 De bedragen en tarieven die we in dit hoofdstuk zullen hanteren, gelden allemaal voor het inkomstenjaar 2011, aanslagjaar

4 inkomsten die gemeenschappelijk zijn, zoals de huurinkomsten van een woning. Om na te gaan wat eigen is en wat gemeenschappelijk zal men bij gehuwden kijken naar het huwelijksvermogensstelsel (cf. hoofdstuk 2, 2). Wettelijk samenwonenden hebben geen gemeenschappelijk vermogen en worden dus afzonderlijk belast op hun eigen inkomsten. Dit is dus vergelijkbaar met gehuwden die geopteerd hebben voor het huwelijksstelsel scheiding van goederen. Inkomsten uit goederen die tot de onverdeeldheid behoren, worden bij elke partner voor de helft belast. Feitelijk samenwonende partners krijgen elk een afzonderlijke aangifte. Elke feitelijk samenwonende partner wordt belast op zijn eigen inkomsten en er bestaat geen gemeenschap pelijk vermogen. Feitelijk samenwonenden hebben bijgevolg fiscaal hetzelfde statuut als alleenstaanden. In de praktijk kan dit tot moeilijkheden leiden, bijvoorbeeld indien twee feitelijk samenwonende partners een gemeenschappelijke lening hebben afgesloten om samen een woning aan te kopen. Indien men hiervoor een fiscaal voordeel wil genieten, moeten de leninglasten (betaalde intresten en terugbetaald kapitaal) dan verdeeld worden over twee verschillende aangiftes (cf. hoofdstuk 8, 2.2). In principe zou er geen verschil mogen zijn tussen de te betalen belasting van twee feitelijk samenwonende partners en twee gehuwde of wettelijk samenwonende partners. In de praktijk zullen we echter merken dat er toch nog steeds belangrijke verschillen zijn op fiscaal vlak. Dit zal ervoor zorgen dat in bepaalde situaties de keuze voor een bepaalde samenlevingsvorm een fiscaal voordeel kan opleveren, waardoor sommige vormen van samenleven ook louter fiscaal geïnspireerd zijn. 1 Gemeenschappelijke aangifte Gehuwden en wettelijk samenwonenden ontvangen een gemeenschappelijke belastingaangifte en er wordt, niettegenstaande zij afzonderlijk belast worden, een gemeenschappelijke belastingaanslag gevestigd. De belastingen worden per partner apart berekend en op het einde worden de verschuldigde belastingbedragen samengevoegd tot één bedrag. In het vakjargon duidt men het feit dat partners op hun eigen inkomsten worden belast aan met de term decumul. Vanaf het inkomstenjaar dat volgt op het jaar van het huwelijk of het jaar van het afleggen van de verklaring van wettelijke samenwoning moeten echtgenoten en wettelijk samenwonenden een gemeenschappelijke aangifte invullen. Voor het inkomstenjaar waarin men gaat wettelijk samenwonen of huwt, ontvangt men echter nog een afzonderlijke aangifte. 192

5 In een voorbeeld ziet er dat als volgt uit: Een koppel gaat in de loop van 2011 wettelijk samenwonen. Voor de aangifte van de inkomsten in het jaar 2011 (inkomstenjaar) krijgen beide partners in 2012 (aanslagjaar) nog een apart aangifteformulier van de belastingdiensten. In 2013 zullen zij voor het aangeven van de inkomsten van 2012 een gemeenschappelijk aangifteformulier ontvangen. Ook tijdens het jaar van echtscheiding, beëindiging van de wettelijke samenwoning of scheiding van tafel en bed worden beide echtgenoten of wettelijk samenwonenden als alleenstaanden beschouwd. Niet de datum van het echtscheidingsvonnis maar die van de overschrijving in de registers van de burgerlijke stand is bepalend. Als een partner in de loop van het jaar overleden is, dan moet men in principe voor dat jaar eveneens een afzonderlijke aangifte indienen. Men heeft dan wel de keuze tussen een gemeenschappelijke aanslag of een afzonderlijke aanslag. Doorgaans is een gemeenschappelijke aanslag voordeliger indien slechts één van de partners een belastbaar inkomen heeft, omdat men dan gebruik kan maken van het huwelijksquotiënt (cf. 4). De betere belastingberekeningsprogramma s berekenen de meest voordelige combinatie. Feitelijk samenwonende partners worden als fiscaal alleenstaanden aanzien en ontvangen een afzonderlijke aangifte. Een gezamenlijke belastingaangifte heeft als voordeel dat er in bepaalde gevallen fiscale optimalisatie mogelijk is tussen de partners, wat bijgevolg niet kan als men feitelijk samenwoont. Fiscale optimalisatie bestaat erin dat men de belastingaftrek vrij mag verdelen over beide partners, zodat men er voordeel uit kan halen door de belastingafdruk toe te passen bij de partner met het hoogste inkomen en bijgevolg ook de hoogste aanslagvoet. 2 Hoe worden inkomsten belast? In principe worden alle nettoinkomsten van iedere partner globaal belast. Dit betekent dat alle inkomsten worden opgeteld. Deze inkomsten bestaan uit inkomsten van onroerende goederen, roerende goederen en kapitalen, beroepsinkomsten en diverse inkomsten. De eigen inkomsten zijn in de eerste plaats de beroepsinkomsten. Dit is niet enkel het loon, maar ook het pensioen, de werkloosheidsuitkering of een ander vervangingsinkomen. Andere inkomsten moeten partners vaak onder elkaar verdelen. Dat zal onder andere gebeuren met de inkomsten van vastgoed (bijvoorbeeld het kadastraal inkomen van de woning waarin men woont en de ontvangen huurinkomsten), de roerende inkomsten (bijvoorbeeld intresten en dividenden van een gemeenschappelijke effectenrekening) en 193

6 sommige diverse inkomsten (bijvoorbeeld meerwaarden op onroerende goederen). Het principe is dat de inkomsten belast worden bij de partner van wie het inkomen eigen is. Bij huwelijkspartners wordt gekeken naar het huwelijksvermogensstelsel om te bepalen wat eigen is en wat gemeenschappelijk is. Indien de inkomsten niet aan één bepaalde partner kunnen worden toegewezen, dan behoren ze tot de onverdeeldheid en wordt iedere partner op de helft van de inkomsten belast. Om na te gaan wie in aanmerking komt voor belastingverminderingen is het belangrijk te weten wie belast wordt op de inkomsten. De berekening van de te betalen belasting op deze inkomsten wordt voor iedere partner afzonderlijk gemaakt. De nettoinkomsten worden opgeteld en belast volgens progressieve schijven. Om de belastbare nettoinkomsten te bepalen verminderen we het bruto inkomen met de sociale bijdragen en de forfaitaire of bewezen beroepskosten. Het belastbaar inkomen wordt opgedeeld in verschillende opeenvolgende schijven. Iedere inkomensschijf wordt progressief opgevuld van laag naar hoog. Op een hogere schijf van het inkomen betaalt men een hoger belastingtarief. De inkomensschijven worden elk jaar geïndexeerd en de belastingtarieven kunnen ook aan wijzigingen onderhevig zijn. De inkomensschijven en belastingtarieven voor het inkomstenjaar 2011 zien er als volgt uit: Tabel 9.1: Marginale aanslagvoet Schijven van nettobelastbaar inkomen Marginale aanslagvoet (Aanslagjaar 2012, inkomsten 2011) 1,00 euro tot 8 070,00 euro 25 % 8 070,01 euro tot ,00 euro 30 % ,01 euro tot ,00 euro 40 % ,01 euro tot ,00 euro 45 % ,01 euro en meer 50 % Op een netto belastbaar inkomen van euro bijvoorbeeld betaalt men 2 017,50 euro op de schijf tot euro (25 %), euro (30 %) op de volgende schijf tussen euro en euro, euro (40 %) op de schijf tussen euro en euro en ten slotte euro (45 %) op de schijf tussen euro en euro. In totaal betaalt men bij een netto belastbaar inkomen van euro 9 035,50 euro aan belastingen, zonder rekening te houden met de belastingvrije sommen. Het belastingtarief waaraan de hoogste schijf van het inkomen belast wordt, noemt men de marginale aanslagvoet. In het bovenstaande voorbeeld bedraagt de marginale aanslagvoet 45 %. De verschuldigde belasting wordt verminderd met belastingverminderingen en vermeerderd met de gemeentebelasting. Een deel van het netto belastbaar inkomen wordt vrijgesteld van belastingen, dit noemt men de belastingvrije som. De belastingvrije sommen worden aangerekend op de opeenvolgende inkomensschijven, te beginnen met 194

7 de laagste. Bij echtgenoten en wettelijk samenwonenden worden de bijkomende belastingvrije sommen voor kinderen ten laste toegerekend op de belastbare grondslag van de echtgenoot of wettelijk samenwonende met het hoogste inkomen. Iedere belastingplichtige heeft een vrijgestelde som van euro (inkomstenjaar 2011) op zijn eigen inkomen. Het belastingvoordeel bedraagt 25 % van euro of 1 642,50 euro. Dit bedrag wordt elk jaar geïndexeerd. Alleenstaanden, feitelijk samenwonenden, wettelijk samenwonenden en gehuwden ontvangen allemaal dezelfde belastingvrije som. Op het vlak van de basis-belastingvrije-som bestaat er dus geen discriminatie. Voor inkomens lager dan euro per jaar wordt deze basis-belastingvrijesom verhoogd tot euro (inkomstenjaar 2011). Indien de belastbare grondslag van één van de echtgenoten of wettelijk samenwonenden kleiner is dan euro (inkomstenjaar 2011), dan wordt het saldo van de belastingvrije som overgedragen naar de andere echtgenoot of wettelijk samenwonende partner. Dit is niet mogelijk bij feitelijk samenwonenden. Er bestaan bovendien bijkomende belastingvrije sommen voor kinderen en andere personen ten laste. Een zelfde kind mag nooit ten laste worden genomen door meerdere personen, tenzij bij fiscaal co-ouderschap waarbij de partners elk de helft van de bijkomende belastingvrije som voor de kinderen ten laste in rekening brengen. Bij echtgenoten en wettelijk samenwonenden worden de bijkomende belastingvrije sommen voor kinderen ten laste toegerekend op de belastbare grondslag van de echtgenoot of wettelijk samenwonende met het hoogste inkomen. Bij het invullen van de aangifte mogen de partners zelf aangeven wie van beide het kind ten laste neemt en bijgevolg de functie van gezinshoofd vervult. Tabel 9.2: Bijkomende belastingvrije sommen voor kinderen ten laste Bijkomende belastingvrije sommen Aanslagjaar 2012, inkomsten kind euro 2 kinderen euro 3 kinderen euro 4 kinderen euro Per kind boven het 4 de euro Bij feitelijke koppels kan een kind van de ene partner ten laste genomen worden door de andere partner op voorwaarde dat deze dit kind hoofdzakelijk ten laste heeft. Concreet betekent dit dat de andere partner de onderhoudskosten voor meer dan de helft betaalt. Dit kan gebeuren indien de ouder van het kind zelf geen of weinig inkomen heeft en geen onderhoudsuitkeringen ontvangt. Bijgevolg betaalt deze ouder geen belastingen en zou het belastingvoordeel van de belastingvrije som verloren gaan indien de andere partner het kind niet ten laste zou nemen. 195

8 Om ten laste te kunnen zijn moet men op 1 januari van het aanslagjaar deel uitmaken van het gezin, mag men niet bezoldigd worden door diegene van wie men ten laste is en mag men geen bestaansmiddelen genoten hebben die bepaalde grenzen overschrijden (cf. hoofdstuk 11, 1). Om beschouwd te worden als kind ten laste mag men in 2011 maar over een maximumbedrag aan bestaansmiddelen beschikken van euro netto. Kinderen van alleenstaanden worden als ten laste beschouwd zolang hun inkomen in 2011 minder dan euro netto bedraagt. Bij feitelijk samenwonende koppels, die fiscaal als alleenstaande worden beschouwd, ligt de grens van de bestaansmiddelen waarover een persoon ten laste mag beschikken dus euro (inkomstenjaar 2011) hoger dan bij wettelijk samenwonenden of gehuwden. Een kind van een feitelijk samenwonend koppel mag bijgevolg meer verdienen voordat het zijn statuut van fiscaal ten laste verliest. De inkomsten van kinderen jonger dan 18 jaar, met uitzondering van de beroepsinkomsten van de kinderen en de ontvangen onderhoudsuitkeringen, worden bij feitelijk samenwonende koppels voor de helft samengevoegd met de inkomsten van elke ouder. Bij gehuwde en wettelijk samenwonende ouders die gezamenlijk worden belast, worden de inkomsten aangegeven in hun gemeenschappelijke aangifte. Beroepsinkomsten en ontvangen onderhoudsuitkeringen van kinderen worden in hun eigen naam belast. Bovendien geniet een belastingplichtige die als alleenstaande wordt belast en één of meer kinderen ten laste heeft in 2011 een bijkomende belastingvrije som van euro die niet van toepassing is bij kinderen van gehuwden en wettelijk samenwonende partners. Vermits iedere alleenstaande ouder recht heeft op deze bijkomende belastingvrije som, is de werkelijke belastingvermindering voor kinderen ten laste hoger bij feitelijk samenwonenden dan bij echtgenoten of wettelijk samenwonenden, omdat feitelijk samenwonenden als fiscaal alleenstaanden worden beschouwd. Met een voorbeeld kunnen we dat als volgt illustreren (2011): Jan en Ann zijn gehuwd en hebben twee kinderen ten laste. Beide partners beschikken over de basis-belastingvrije-som van euro. Voor de twee kinderen hebben zij een bijkomende belastingvrije som van euro, die Jan in dit voorbeeld in rekening zal brengen bij zijn inkomen. De belastingvrije som voor Jan bedraagt dan euro en voor Ann euro. Indien Jan en Ann feitelijk samenwonen met twee kinderen ten laste en Jan neemt de kinderen ten laste, zal de belastingvrije som van Jan verhogen met euro, wat de totale belastingvrije som voor Jan op euro brengt. De belastingvrije som van Ann blijft euro. Bijgevolg wordt er bij Jan euro bijkomend vrijgesteld van belastingen, wat een belastingbesparing zou opleveren van ongeveer 428 euro. Indien Jan en Ann feitelijk samenwonen en elk een kind ten laste zouden nemen, bedraagt de belastingvrije som zowel voor Ann als voor Jan euro, wat 196

9 voor hen samen een belastingbesparing oplevert van 528 euro in vergelijking met de situatie waarbij ze gehuwd zijn. Bijgevolg worden wettelijk samenwonenden en gehuwden benadeeld met betrekking tot de bijkomende belastingvrije som en de toegelaten bestaansmiddelen voor kinderen ten laste. De grens van bestaansmiddelen ligt hoger bij feitelijk samenwonenden. De belastingvermindering op basis van de belastingvrije sommen mag niet hoger zijn dan de werkelijk te betalen belastingen. Er zullen met andere woorden geen terugbetalingen gebeuren op basis van de belastingvrije sommen. Hierop bestaat er echter een uitzondering: indien de belastingvermindering voor de kinderen niet volledig kan worden verrekend met de verschuldigde belastingen, dan heeft men recht op een terugbetaalbaar belastingkrediet dat in 2011 beperkt is tot 400 euro per kind ten laste. Indien de belastbare grondslag van de ene echtgenoot of wettelijk samenwonende partner ontoereikend is voor de belastingvrije sommen, mag het saldo van de belastingvrije sommen toegerekend worden op de belastbare grondslag van de andere echtgenoot of wettelijk samenwonende. Dit is niet mogelijk bij feitelijk samenwonenden. Bij gehuwden en wettelijk samenwonenden worden de bijkomende belastingvrije sommen automatisch toegewezen aan de echtgenoot of wettelijk samenwonende partner met het hoogste inkomen. Indien het hoogste inkomen van de huwelijkspartners of wettelijk samenwonenden een buitenlands inkomen is, kan de bijkomende belastingvrije som voor kinderen en andere personen ten laste niet worden toegekend. Feitelijk samenwonenden kunnen kiezen op welk inkomen de bijkomende belastingvrije sommen voor kinderen en andere personen ten laste worden aangerekend. Een feitelijk samenwonend koppel waarbij één van de partners een buitenlands inkomen geniet, kan de bijkomende belastingvrije sommen wel in rekening brengen bij het Belgische inkomen, wat een voordeel oplevert ten opzichte van wettelijk samenwonenden of gehuwden. Voor het jaar waarin men huwt of wettelijk samenwoont, wordt men fiscaal nog als alleenstaande beschouwd en dus afzonderlijk belast. Indien de partner voor het jaar van huwelijk of wettelijke samenwoning netto minder dan euro bestaansmiddelen had (inkomstenjaar 2011), mag men dit aanduiden op het aangifteformulier en geniet van een verhoging van de belastingvrije sommen met euro (inkomstenjaar 2011). Bij feitelijk samenwonenden is dit niet mogelijk omdat zij fiscaal altijd als alleenstaanden belast blijven. Ook vervangingsinkomens zoals een werkloosheidsuitkering of een ziekte-uitkering genieten een belastingvermindering (cf. hoofdstuk 11, 2). 197

10 Energiebesparende uitgaven voor een woning geven recht op een belastingvermindering van 40 % van de uitgaven met een maximum van euro per jaar en per woning (inkomstenjaar 2011). Bij uitgaven die betrekking hebben op bijvoorbeeld zonnepanelen of een zonneboiler ligt de maximumgrens op euro (inkomstenjaar 2011). De vermindering wordt aan iedere (mede)eigenaar of huurder toegestaan op de door hem betaalde werken in verhouding tot zijn aandeel in de woning. Bij echtgenoten en wettelijk samenwonende partners wordt de vermindering aan hen beiden toegestaan in verhouding tot hun gezamenlijk aandeel in de woning. De gezamenlijke belastingvermindering wordt vervolgens in de belastingberekening tussen de beide echtgenoten of wettelijk samenwonenden verdeeld in verhouding tot ieders belastbaar inkomen. Voor echtgenoten en wettelijk samenwonenden heeft het geen belang vanuit welke rekening de uitgaven zijn betaald (gemeenschappelijk of eigen) opdat ze beiden vermindering zouden kunnen genieten. Bij feitelijk samenwonenden is er slechts recht op vermindering voor beide partners indien zij beiden een aandeel hebben in de woning en de uitgaven betaald werden vanuit een gemeenschappelijke rekening ofwel wanneer de beide partners ieder vanuit hun eigen rekening de uitgaven hebben betaald. De vermindering wordt bij feitelijk samenwonenden berekend op die eigen uitgaven. Daarnaast zullen ook bepaalde uitgaven, zoals een storting voor een fiscaal pensioenspaarcontract, een belastingvermindering opleveren (cf. hoofdstuk 10, 1). De bedrijfsvoorheffing is een voorschot op de belastingen dat berekend wordt op de beroepsinkomsten. Het is een voorafbetaling van de verschuldigde persoonlijke belastingen. Deze voorheffing bestaat bijna volledig uit inhoudingen op het loon die door de werkgevers aan de belastingdienst worden doorgestort. Feitelijk samenwonenden worden fiscaal als alleenstaanden beschouwd. Indien zij kinderen ten laste hebben wordt de verhoging van de belastingvrije som verrekend in een vermindering van de bedrijfsvoorheffing. Gehuwden en wettelijk samenwonenden met kinderen ten laste komen hiervoor niet in aanmerking. Indien een beroepsactiviteit aanleiding geeft tot een verlies, zal dit afgetrokken worden van het eventuele positieve resultaat van de andere beroepsinkomsten. Als de inkomsten van één van de partners niet volstaan om deze beroepsverliezen aan te zuiveren, mag het saldo bij gehuwden en wettelijk samenwonenden verrekend worden met de inkomsten van de andere partner. Dit is echter niet mogelijk bij feitelijk samenwonenden. Het verlies dat in een belastbaar tijdperk niet kan worden afgetrokken omdat de inkomsten onvoldoende zijn, kan steeds overgedragen worden naar het volgende belastbaar tijdperk. 198

11 3 Aansprakelijkheid belastingschuld Ondanks het feit dat iedere echtgenoot afzonderlijk wordt belast, kan men toch aansprakelijk gesteld worden voor elkaars belastingschulden. Voor deze aansprakelijkheid moet men nagaan of de echtgenoten gehuwd zijn met gemeenschap van goederen (wettelijk stelsel of algehele gemeenschap) of met scheiding van goederen. Echtgenoten gehuwd met scheiding van goederen zijn niet aansprakelijk voor de belastingschuld op de eigen inkomsten van hun huwelijkspartner. Bij scheiding van goederen zijn alle eigen goederen en inkomsten in principe beschermd tegen inbeslagname voor de belastingschulden van de partner. Hiervoor moet men wel kunnen bewijzen dat de goederen wel degelijk eigen zijn en niet werden aangekocht met de inkomsten van de partner die belastingschulden heeft. Bij echtgenoten gehuwd met gemeenschap van goederen (wettelijk stelsel of algehele gemeenschap) zijn de belastingschulden wel gemeenschappelijk. Wanneer het gaat om belasting op persoonlijk verworven inkomsten, kan de belasting niet ingevorderd worden door beslag te leggen op de eigen goederen van de andere echtgenoot voor zover er uiteraard eigen goederen zijn. Het is echter niet altijd eenvoudig om te bewijzen dat bepaalde goederen eigen zijn. Eigen goederen bij echtgenoten die gehuwd zijn onder het wettelijk stelsel, zijn alle goederen die men bezat vóór het huwelijk en die men tijdens het huwelijk ontvangt via erfenis of schenking (cf. hoofdstuk 2, 2). Ook na een feitelijke scheiding blijft men aansprakelijk voor de belastingschuld van de echtgenoot. Indien men wordt aangesproken voor de betaling van de belastingschulden van zijn ex-echtgenoot kan men echter wel bezwaar indienen. Na de wettelijke echtscheiding kan men enkel worden aangesproken voor de belasting van de ex-echtgenoot die nog betrekking heeft op de inkomstenjaren waarin men gehuwd was. In geval van een feitelijke scheiding kan men echter niet meer worden belast op inkomsten van meer dan twee jaar na de feitelijke scheiding. Wettelijk samenwonenden worden op het vlak van de aansprakelijkheid voor de belastingschuld gelijkgesteld met echtgenoten gehuwd met scheiding van goederen en zijn dus niet aansprakelijk voor de belastingschuld op de inkomsten van hun partner. Feitelijk samenwonende partners kunnen in principe nooit aansprakelijk gesteld worden voor elkaars belastingschuld. In de praktijk is dit vaak wel het geval omdat de hele inboedel over het algemeen een onverdeeldheid betreft waarbij men niet exact kan bewijzen wie nu precies eigenaar is van welk goed. Bij gehuwden die uit de echt scheiden, geldt er een onderhoudsplicht. De ex-echtgenoot die de onderhoudsplicht betaalt, kan 80 % van het bedrag van de uitkering fiscaal aftrekken. De ex-echtgenoot die het bedrag ontvangt, moet dit aangeven bij zijn of haar inkomsten en wordt hierop belast. Dit is niet van toepassing bij feitelijk en wettelijk 199

12 samenwonenden. Bij samenwonenden bestaat er geen verplichte onderhoudsplicht. Eventuele vrijwillige onderhoudsuitkeringen zijn bij samenwonenden niet fiscaal aftrekbaar maar worden ook niet belast. 4 Huwelijksquotiënt Bij echtgenoten of wettelijk samenwonenden waarbij één van de partners over een gering of helemaal geen beroepsinkomen beschikt, kan een deel van het inkomen worden overgedragen naar de partner zonder of met een laag inkomen. Dit zorgt voor een verlaging van de totale verschuldigde belastingen omdat een deel van het inkomen wordt overgedragen van een hogere belastingschijf van de partner met het hoogste inkomen naar een lagere belastingschijf bij de partner die minder of niets verdient. Dit stelsel heet nog steeds huwelijksquotiënt, maar mag dus ook toegepast worden bij wettelijk samenwonenden, aangezien zij in de personenbelasting volledig gelijkgesteld worden met gehuwden. Feitelijk samenwonenden kunnen van deze regeling geen gebruikmaken, waardoor deze samenlevingsvorm een fiscaal nadeel oplevert bij feitelijk samenwonenden waarvan één van de partners niet werkt of weinig verdient. Het principe van het huwelijksquotiënt bestaat erin dat, indien één van de partners geen of een zeer laag inkomen heeft, er 30 % van het inkomen van de meest verdienende partner kan overgedragen worden naar de andere partner met een maximum van euro (inkomstenjaar 2011). Dit bedrag wordt elk jaar geïndexeerd. Men spreekt van een laag inkomen indien één van de partners een netto belastbaar beroepsinkomen heeft dat lager is dan 30 % van de beroepsinkomsten van beide echtgenoten of wettelijk samenwonende partners samen. Op die manier wordt het inkomen van de niet- of weinigverdiener dus opgetrokken tot maximum 30 % van het gezinsinkomen, met als maximum euro (inkomstenjaar 2011). Een deel van het inkomen van de ene echtgenoot of wettelijk samenwonende partner dat valt in een hogere belastingschijf, komt via de toepassing van het huwelijksquotiënt terecht bij de andere echtgenoot of wettelijk samenwonende partner met een lagere marginale aanslagvoet. We tonen de werking van het huwelijksquotiënt aan aan de hand van een voorbeeld: Kristof en Christine zijn gehuwd of wettelijk samenwonend en hebben geen kinderen. Christine heeft een beroepsinkomen van euro en Kristof heeft geen inkomen. We passen het huwelijksquotiënt toe en bijgevolg wordt er 30 % van het inkomen van Christine van euro (= euro) overgedragen naar Kristof. Indien het huwelijksquotiënt niet zou toegepast worden, zou Christine een marginale aanslagvoet hebben van 45 %, nu daalt haar marginale aanslagvoet naar 40 %. Kristof is op zijn inkomen van euro een marginale aanslagvoet verschuldigd van 25 %. Zonder de 200

13 toepassing van het huwelijksquotiënt in 2011 zou het koppel 7 134,50 euro aan belastingen betalen. Door de toepassing van het huwelijksquotiënt wordt het inkomen van Christine over beide partners verdeeld en worden beide delen apart belast tegen lagere tarieven. De te betalen belastingen bedragen dan 4 108,50 euro, wat een belastingbesparing oplevert van euro. Indien slechts één van de partners over een beroepsinkomen beschikt, is wettelijk samenwonen of huwen inzake personenbelasting interessanter dan feitelijk samenwonen omdat men op die manier een belastingvermindering via het huwelijksquotiënt kan genieten. Bovendien ontvangt de partner die over geen inkomen beschikt dankzij het huwelijksquotiënt toch een inkomen, waardoor ook hij een pensioenspaarcontract of een levensverzekering met belastingvermindering kan afsluiten. Om de belastingvermindering voor het pensioensparen of het langetermijnsparen te genieten, moet men immers over een inkomen beschikken en belastingen verschuldigd zijn (cf. hoofdstuk 10, 1). De fiscus zal het huwelijksquotiënt automatisch toepassen, behalve wanneer daardoor de verschuldigde belastingen hoger zouden zijn. Gezien vandaag beide partners meestal verplicht zijn om een volwaardig inkomen te verwerven om de financiële stabiliteit van het gezin te waarborgen, komt het huwelijksquotiënt in de praktijk steeds minder voor. 5 Toekenning aan de meewerkende partner Zelfstandigen (uitbaters van nijverheids-, handels- en landbouwondernemingen) en beoefenaars van vrije beroepen die gehuwd of wettelijk samenwonend zijn, kunnen tot 30 % van hun zelfstandig nettoberoepsinkomen toekennen aan de meewerkende echtgenoot of wettelijk samenwonende partner. Door deze toekenning van een meewerkinkomen kan, net zoals bij het huwelijksquotiënt, een overdracht gebeuren van inkomen belast aan een hogere aanslagvoet naar inkomen belast aan een lagere aanslagvoet. Dat brengt een belangrijke belastingbesparing met zich mee. Hier gelden wel meer voorwaarden dan bij het huwelijksquotiënt. De echtgenoot of wettelijk samenwonende partner moet de zelfstandige partner werkelijk helpen in de uitoefening van de zelfstandige activiteit en mag zelf niet over een nettoberoepsinkomen beschikken dat hoger is dan euro (inkomstenjaar 2011). De toekenning aan de meewerkende partner wordt door de fiscus niet automatisch toegepast, men moet hiervoor op de belastingaangifte een aantal zaken invullen. Ook de toekenning aan de meewerkende echtgenoot komt, gezien de gewijzigde gezinssituaties waar men dikwijls opteert voor twee volwaardige inkomens, minder voor. Een feitelijk samen wonende partner die zijn partner helpt in zijn zelfstandige beroepsactiviteit komt niet in aanmerking voor deze regeling. Als alternatief zou men de partner een loon kunnen uitkeren als werknemer dat dan aftrekbaar is als beroepskost. 201

14 6 Financiële rekeningen 6.1 Fiscale vrijstelling spaarrekening Op een gewone spaarrekening geniet men vrijstelling van belastingen op de intresten tot een bepaald vastgesteld bedrag. Indien partners gemeenschappelijke spaarrekeningen hebben, is het belangrijk om na te gaan in welke mate de intresten vrijgesteld zijn van belastingen. Voldoet een gewone spaarrekening aan de voorwaarden om belastingvrijstelling te genieten, dan zijn de eerste euro per belastingplichtige vrijgesteld van belastingen (inkomstenjaar 2011). Indien er meer intresten worden uitgekeerd, zal er door de financiële instelling op het excedent een roerende voorheffing van 15 % worden aangerekend. Betreft het een gezamenlijke rekening op naam van beide echtgenoten of wettelijke samenwonenden, dan wordt het vrijgestelde bedrag verdubbeld tot euro. Het betreft al de rekeningen van de echtgenoten of wettelijk samenwonenden en van de kinderen jonger dan 18 jaar samen. Het excedent van de intresten van alle gewone spaarrekeningen samen, boven de euro, moet men aangeven in de belastingaangifte en hierop zal afzonderlijk 15 % personenbelasting worden aangerekend, te vermeerderen met de gemeentebelasting. Feitelijk samenwonende koppels met kinderen worden als alleenstaanden belast. Bij hen geniet elke rekening apart een fiscale vrijstelling van euro, ook een gemeenschappelijke rekening, wat een nadeel inhoudt in vergelijking met wettelijk samenwonenden en gehuwden. Indien zij echter een attest bijvoegen van de verdeling van de intresten over de beide feitelijk samenwonende partners hebben zij ook recht op een vrijstelling van tweemaal euro. 6.2 Individuele en gemeenschappelijke rekeningen Om de gemeenschappelijke uitgaven van de ongehuwd samenwonende partners en echtgenoten gehuwd onder het stelsel van scheiding van goederen te financieren, kunnen zij samen bij een bankkantoor een gemeenschappelijke zichtrekening openen. Doorheen de relatie storten de partners op deze rekening elk op regelmatige basis een bijdrage. Met het geld van deze rekening kunnen de partners hun courante uitgaven betalen, alsook de uitgaven waarover ze in het eventuele samenlevingscontract overeengekomen zijn dat ze van de gemeenschappelijke rekening betaald zullen worden (cf. hoofdstuk 3, 3.1). Alle gemeenschappelijke kosten (boodschappen, huur, nutsvoorzieningen, wagen ) kunnen met deze rekening betaald worden. Voor echtgenoten gehuwd volgens het wettelijk stelsel of met het stelsel van algehele gemeenschap van goederen is de verdeling onder individuele en gemeenschappelijke rekeningen 202

15 minder van belang aangezien daar automatisch sprake is van een gemeenschappelijk vermogen dat verder gaat dan enkel de gemeenschappelijke financiële rekening. De gemeenschappelijke rekening is een gewone bankrekening die wordt geopend op naam van de beide partners. Het is uiteraard ook mogelijk om samen een andere financiële rekening te openen, zoals een spaarrekening of een effectenrekening. Bij het afsluiten van de rekening wordt bepaald wie van de partners zijn akkoord moet geven om verrichtingen met de middelen van de rekening uit te voeren. Men kan er bij voorkeur voor opteren om de beide partners volledige volmacht te geven, zodat ze verrichtingen kunnen uitvoeren zonder de toestemming van de andere partner. Veel koppels hebben hun geld verspreid over meerdere rekeningen bij verschillende financiële instellingen. Het beheer van al deze rekeningen is moeilijk en bovendien erg duur. Met betrekking tot de verdeling van de betalingen over de gemeenschappelijke en de individuele rekeningen zijn er voor het koppel in principe drie verschillende opties mogelijk: > twee individuele rekeningen; > één gemeenschappelijke rekening; > twee individuele rekeningen en één gemeenschappelijke rekening. Deze drie opties hebben hun voor- en nadelen en zoals bij heel wat thema s is het onmogelijk om de ideale keuze aan te duiden. Afhankelijk van de persoonlijke situatie zal een koppel een keuze maken uit deze drie opties. Zo heeft de eerste optie, waarin de partners elk een afzonderlijke individuele rekening aanhouden, als voornaamste voordeel dat men op die manier vermijdt dat één van de partners beduidend meer van het gemeenschappelijke geld uitgeeft dan de andere partner. Een bijkomend voordeel van dit stelsel bestaat erin dat het bij beëindiging van de relatie elke discussie vermijdt. De middelen op de eigen rekeningen blijven eigendom van de respectievelijke partners. Daartegenover brengt het ontbreken van een gemeenschappelijke rekening een aantal belangrijke nadelen met zich mee. Bij iedere uitgave zal moeten gekozen worden of ze betaald wordt van de rekening van de ene partner, dan wel van de rekening van de andere partner. Het gevaar van dit stelsel is dan ook dat alle uitgaven die eigenlijk gemeenschappelijk zijn door één van de partners betaald worden. Dit terwijl in principe steeds de beide partners moeten delen in de gezinsuitgaven. Om bepaalde voordelen en belastingverminderingen te genieten, moeten beide partners kunnen aantonen dat ze beiden wel degelijk hebben betaald. Indien een uitgave echter wordt betaald met de eigen rekening van één partner is het mogelijk dat de andere partner niet voor een belastingvermindering of een ander voordeel in aanmerking komt. 203

16 De tweede optie, waarbij enkel één gemeenschappelijke rekening afgesloten wordt en geen individuele rekeningen, heeft als belangrijkste voordeel dat alle discussies over wie wat moet betalen achterwege blijven. Beide partners betalen in dit stelsel alles samen, zonder dat ze daar telkens toestemming moeten voor geven. Tegenover dit voordeel staat het nadeel dat in dit stelsel meer kans bestaat op spanningen in de relatie wanneer één van de partners beduidend meer uitgeeft dan de andere, wanneer het inkomen van de ene partner hoger is dan dat van de andere, of wanneer een combinatie van die twee factoren zich voordoet. Bovendien brengt dit stelsel moeilijkheden met zich mee bij een beëindiging van de relatie. In dat geval is het moeilijk om te bepalen welke middelen van wie zijn. Er wordt verondersteld dat beide partners voor 50 % eigenaar zijn van de gelden op de rekening, tenzij er in een samenlevingscontract andere afspraken gemaakt zijn. In de derde oplossing worden er in totaal drie rekeningen afgesloten. Beide partners hebben een individuele rekening waarvan ze volledig eigenaar zijn en blijven. Daarnaast wordt nog een gemeenschappelijke rekening afgesloten waarvan ze in principe beiden voor 50 % eigenaar zijn. Aangezien er hier sprake is van drie rekeningen zal deze optie praktisch de meest complexe en op het gebied van de kosten ook vaak de duurste oplossing zijn. Daartegenover staat het voordeel dat deze optie de voordelen van de twee vorige opties combineert. Alle kosten voor de gemeenschappelijke huishouding kunnen betaald worden met de gemeenschappelijke rekening, terwijl beide partners een eigen rekening blijven bezitten waarmee ze eventuele persoonlijke uitgaven kunnen financieren. Bij een beëindiging van de relatie behouden beide partners het geld op hun eigen rekening. De middelen op de gemeenschappelijke rekening worden 50/50 verdeeld, tenzij er in het samenlevingscontract een andere afspraak gemaakt is. Indien men een grote som erft, is het niet aan te raden om dit bedrag op de gemeenschappelijke rekening te storten. Als één van de partners komt te overlijden of de relatie wordt beëindigd, zal het geld dat op de gemeenschappelijke rekening staat in principe 50/50 worden verdeeld, waardoor de helft van het geërfde bedrag zal terechtkomen bij de ex-partner of langstlevende partner. Partners die op latere leeftijd gaan samenwonen, houden hun rekeningen best gescheiden. Zo vermijden ze betwistingen met bijvoorbeeld kinderen uit een vorige relatie. Voor de kleine huishoudelijke kosten kunnen ze werken met een gemeenschappelijke rekening die ze regelmatig spijzen. 204

17 Echtgenoten en wettelijk samenwonenden kunnen na het overlijden van hun partner beschikken over de helft van de tegoeden op de bankrekeningen, met een maximum van euro en niet hoger dan de helft van de beschikbare saldo s van de zicht- en spaarrekeningen, gemeenschappelijk of in onverdeeldheid, waarvan de overledene of zijn echtgenoot titularis of co-titularis is of waarvan de wettelijk samenwonende partner co-titularis is. Deze beperkingen gelden voor de rekeningen van alle banken samen. Vroeger werden zowel de bankrekeningen van de overledene als die van de langstlevende geblokkeerd na het overlijden van één van de gehuwde of wettelijk samenwonende partners. Het afgehaalde geld kan dienen om de dagelijkse uitgaven te doen en wordt als voorschot beschouwd op de erfenis. Wie meer dan euro afhaalt, wordt automatisch geacht de erfenis te hebben aanvaard, ook als er meer schulden zijn dan bezittingen. Hierdoor vervalt de mogelijkheid om een erfenis te aanvaarden onder het voorrecht van boedelbeschrijving of om te verwerpen. Bij feitelijk samenwonenden geldt deze regeling uiteraard niet. De rekeningen van de langstlevende feitelijk samenwonende zullen niet geblokkeerd worden bij het overlijden van zijn partner. 7 Opname in een verzorgingsinstelling De definitieve opname van de gehuwde of wettelijk samenwonende partner in een verzorgingsinstelling, bijvoorbeeld een rusthuis, kan fiscaal gelijkgesteld worden met een feitelijke scheiding. Concreet betekent dit dat gehuwden of wettelijk samenwonende partners vanaf het jaar volgend op het jaar van opname in de instelling afzonderlijk als alleenstaanden zullen belast worden. De kosten van de verzorgingsinstelling zijn voor 80 % aftrekbaar van het totale inkomen van de andere partner die niet is opgenomen in een verzorgingsinstelling, vanaf het jaar dat volgt op dat van de opname, omdat deze kosten beschouwd worden als onderhoudsuitkering. Bijgevolg kunnen de kosten voor een groot deel fiscaal in mindering gebracht worden. De kosten zijn enkel aftrekbaar indien het om een definitieve en duurzame opname gaat en de onderhoudsplichtige de kosten van de instelling betaalt met zijn eigen inkomsten omdat de opgenomen partner niet beschikt over voldoende inkomsten om de kosten zelf te dragen. Feitelijk samenwonende partners kunnen van deze regeling niet genieten. 205

18 8 Besluit Op het vlak van de personenbelasting is de wettelijke samenwoning de meest flexibele vorm. Zowel de registratie als de schrapping van de wettelijke samenwoning zijn administratief eenvoudig en goedkoop. Men kan afhankelijk van de inkomenssituatie de wettelijke samenwoning verwerven of schrappen. Samenwonende éénverdienersgezinnen hebben er alle belang bij om zich te laten registreren als wettelijk samenwonenden om zo het huwelijksquotiënt te kunnen toepassen. Wettelijk samenwonenden en gehuwden worden benadeeld wat betreft de bijkomende belastingvrije sommen en de toegelaten bestaansmiddelen voor kinderen ten laste. In hoofdstuk 11 dat handelt over de sociale zekerheid zullen we merken dat ook op het vlak van de bijzondere bijdrage voor de sociale zekerheid de wettelijk samenwonenden en gehuwden ook benadeeld worden. Echtgenoten die gehuwd zijn met gemeenschap van goederen (wettelijk stelsel of algehele gemeenschap) zijn bovendien aansprakelijk voor elkaars belastingschuld. Men zou moeten kunnen komen tot een gezinsneutrale belasting waarbij alle fiscale discriminaties tussen gehuwden, wettelijk samenwonenden en feitelijk samenwonenden worden weggewerkt. Een volledige gelijkschakeling is op korte termijn echter niet mogelijk omdat er heel wat juridische, politieke en praktische belemmeringen zijn. 206

TROUWEN OF SAMENWONEN? Geachte heer / mevrouw,

TROUWEN OF SAMENWONEN? Geachte heer / mevrouw, TROUWEN OF SAMENWONEN? Geachte heer / mevrouw, De laatste jaren zijn de diverse wetgevers in dit land druk doende geweest met regelgeving teneinde de rechten en de plichten van gehuwden en (wettelijk)

Nadere informatie

Deel 2 Op weg naar een gelijkschakeling, maar toch nog belangrijke verschilpunten

Deel 2 Op weg naar een gelijkschakeling, maar toch nog belangrijke verschilpunten Samenwonen of huwen? Deel 2 Op weg naar een gelijkschakeling, maar toch nog belangrijke verschilpunten In onze vorige nieuwsbrief hebben we de verschillende samenwoningsvormen onder de loep genomen: Wat

Nadere informatie

hoofdstuk 12 Conclusie

hoofdstuk 12 Conclusie hoofdstuk 12 249 Tot slot vindt u een samenvattend overzicht met de belangrijkste verschilpunten tussen huwen, wettelijk samenwonen en feitelijk samenwonen binnen de verschillende domeinen die doorheen

Nadere informatie

inhoudstafel Hoofdstuk 1 Samenwonen 9 Hoofdstuk 2 Huwen 29 Hoofdstuk 3 Het samenlevingscontract 53 Voorwoord 3

inhoudstafel Hoofdstuk 1 Samenwonen 9 Hoofdstuk 2 Huwen 29 Hoofdstuk 3 Het samenlevingscontract 53 Voorwoord 3 voorwoord Samenleven met een partner, een broer, een beste vriend, de ouders... kan verschillende vormen aannemen. Het huwelijk is enkel mogelijk binnen een partnerrelatie, maar men kan ook opteren om

Nadere informatie

INHOUD. Huwelijk en fiscus

INHOUD. Huwelijk en fiscus Hoofdstuk 1. De periode voorafgaandelijk aan het huwelijk......... 1 Sectie 1. Het samenwonen van de toekomstige echtgenoten... 3 A. het vertrek uit de ouderlijke woonst... 3 B. Betaling van een onderhoudbijdrage....

Nadere informatie

HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONENDEN FEITELIJK SAMENWONENDEN

HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONENDEN FEITELIJK SAMENWONENDEN Wie: 2 ongehuwde personen die minstens 18 jaar zijn en geen dichte verwantschap hebben 2 ongehuwde personen die minimum 18 jaar zijn en bekwaam zijn om een contract af te sluiten contract ook enkel mogelijk

Nadere informatie

De fiscale begrotingsmaatregelen van de regering Di Rupo I: invloed op uw beleggingen

De fiscale begrotingsmaatregelen van de regering Di Rupo I: invloed op uw beleggingen De fiscale begrotingsmaatregelen van de regering Di Rupo I: invloed op uw beleggingen Eind 2011 werd het begrotingsakkoord door de regering Di Rupo goedgekeurd. Een aantal van deze maatregelen hebben rechtstreeks

Nadere informatie

HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONENDEN FEITELIJK SAMENWONENDEN

HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONENDEN FEITELIJK SAMENWONENDEN Wie: 2 ongehuwde personen die minstens 18 jaar zijn en geen dichte verwantschap hebben Hoe: men doet aangifte bij de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente waar één van beide partners woont

Nadere informatie

Afz.: Infocenter Gent Gaston Crommenlaan 6 B Gent. DELLAERT Kristof FELS Ellen Stationsstraat AALST

Afz.: Infocenter Gent Gaston Crommenlaan 6 B Gent. DELLAERT Kristof FELS Ellen Stationsstraat AALST Federale Algemene Administratie van de Fiscaliteit Rep.-Nr. : 987654320 pagina : / 5 Overheidsdienst FINANCIEN Afz.: Infocenter Gent Gaston Crommenlaan 6 B3 9050 Gent DELLAERT Kristof FELS Ellen Stationsstraat

Nadere informatie

HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONENDEN FEITELIJK SAMENWONENDEN

HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONENDEN FEITELIJK SAMENWONENDEN Wie: 2 ongehuwde personen die minstens 18 jaar zijn en geen dichte verwantschap hebben 2 ongehuwde personen die minimum 18 jaar zijn en bekwaam zijn om een contract af te sluiten contract ook enkel mogelijk

Nadere informatie

HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONENDEN FEITELIJK SAMENWONENDEN

HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONENDEN FEITELIJK SAMENWONENDEN Wie: 2 ongehuwde personen die minstens 18 jaar zijn en geen dichte verwantschap hebben 2 ongehuwde personen die minimum 18 jaar zijn en bekwaam zijn om een contract af te sluiten contract ook enkel mogelijk

Nadere informatie

3.163,01 BE6256789123 GKCC BEBB

3.163,01 BE6256789123 GKCC BEBB Federale Overheidsdienst FINANCIEN Algemene administratie van de FISCALITEIT Terugzendadres voor de Post: ONTVANGK. AALST VLAANDERENSTRAAT 9300 AALST DELLAERT Kristof FELS Ellen Stationsstraat 5 9300 Aalst

Nadere informatie

Het bedrag in uw voordeel :

Het bedrag in uw voordeel : Federale Overheidsdienst FINANCIEN FISCALITEIT Afz.: Gent Gaston Crommenlaan 6 B 09 9050 Ledeberg DELLAERT Kristof FELS Ellen Stationsstraat 5 9300 AALST pagina : /5 Mevrouw Ellen Fels, Mijnheer Kristof

Nadere informatie

Artikel WIB. (16 - aj. 2005) 518

Artikel WIB. (16 - aj. 2005) 518 Omschrijving WONINGAFTREK (oud stelsel) Forfaitaire aftrek eigen woning: - verhoging persoon ten laste: - maximumbedrag netto-inkomen woningaftrek: BEROEPSINKOMSTEN Artikel WIB (16 - aj. 2005) 518 Basisbedrag

Nadere informatie

Tarieven personenbelasting

Tarieven personenbelasting Tarieven personenbelasting Gezamenlijk belastbaar inkomen INKOMSTENSCHIJF BELASTING OP VORIGE INK13 AJ14 0,00 8 590,00 25 % 8 590,00 12 220,00 30 % 2 147,50 12 220,00 20 370,00 40 % 3 236,50 20 370,00

Nadere informatie

Gelieve de volledige lijst te doorlopen en fiches toe te voegen waar nodig

Gelieve de volledige lijst te doorlopen en fiches toe te voegen waar nodig Checklist aangifte personenbelasting aanslagjaar 2015 - inkomstenjaar 2014 Gelieve de volledige lijst te doorlopen en fiches toe te voegen waar nodig DEEL 1 Bijlagen: I ingevulde checklist aangifte personenbelasting

Nadere informatie

Studentenarbeid. Weerslag op de belastingtoestand van de student en die van zijn ouders - Inkomstenjaren 2013 en 2014 -

Studentenarbeid. Weerslag op de belastingtoestand van de student en die van zijn ouders - Inkomstenjaren 2013 en 2014 - EENDRACHT MAAKT MACHT Federale Overheidsdienst FINANCIEN Studentenarbeid Weerslag op de belastingtoestand van de student en die van zijn ouders - Inkomstenjaren 2013 en 2014 - Ik heb gewerkt als student.

Nadere informatie

Studentenarbeid. Weerslag op de belastingtoestand van de student en die van zijn ouders - Inkomstenjaren 2011 en 2012 -

Studentenarbeid. Weerslag op de belastingtoestand van de student en die van zijn ouders - Inkomstenjaren 2011 en 2012 - EENDRACHT MAAKT MACHT Federale Overheidsdienst FINANCIEN Studentenarbeid Weerslag op de belastingtoestand van de student en die van zijn ouders - Inkomstenjaren 2011 en 2012 - Ik heb gewerkt als student.

Nadere informatie

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2015

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2015 Indexatie Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2015 Hierna vindt u een overzicht van de geïndexeerde plafonds die op het gebied van de inkomstenbelastingen voor het aan

Nadere informatie

personalia BBB info ajr De Taxshift: Wet houdende maatregelen inzake versterking van jobcreatie en koopkracht (BS

personalia BBB info ajr De Taxshift: Wet houdende maatregelen inzake versterking van jobcreatie en koopkracht (BS De Taxshift: Wet 26.12.2015 houdende maatregelen inzake versterking van jobcreatie en koopkracht (BS 30.12.2015) Aj. 2016: basisbedrag 4095 4260 euro (NG) Ajr 2017: basisbedrag 4095 4260 euro (NG) Aj.

Nadere informatie

Studentenarbeid. Weerslag op de belastingtoestand van de student en die van zijn ouders - Inkomstenjaren 2010 en

Studentenarbeid. Weerslag op de belastingtoestand van de student en die van zijn ouders - Inkomstenjaren 2010 en EENDRACHT MAAKT MACHT Federale Overheidsdienst FINANCIEN Studentenarbeid Weerslag op de belastingtoestand van de student en die van zijn ouders - Inkomstenjaren 2010 en 2011 - Ik heb gewerkt als student.

Nadere informatie

Vak III. inkomsten van onroerende goederen. uitgangspunt bij de belastbare grondslag. België. Kadastraal Inkomen. Brutohuur. Buitenland.

Vak III. inkomsten van onroerende goederen. uitgangspunt bij de belastbare grondslag. België. Kadastraal Inkomen. Brutohuur. Buitenland. uitgangspunt bij de belastbare grondslag Vak III België Kadastraal Inkomen Brutohuur Buitenland inkomsten van onroerende goederen Brutohuur Brutohuurwaarde Hoe wordt het kadastraal inkomen betekend? Elk

Nadere informatie

FAQ Onroerende inkomsten Nieuwe versie

FAQ Onroerende inkomsten Nieuwe versie Eigenschappen Titel : FAQ Onroerende inkomsten Nieuwe versie Trefwoorden : onroerend inkomen Datum van het document : 30/04/2019 Publicatiedatum : 30/04/2019 Datum Fisconet plus : 30/04/2019 Notes Geef

Nadere informatie

PATRIMONIALE ACTUALITEIT

PATRIMONIALE ACTUALITEIT PATRIMONIALE ACTUALITEIT Moet u uw interesten en dividenden aangeven of niet? Enkele tips. Laurence Mertens estate planner Om uw verplichtingen te kennen op het vlak van de aangifte van uw interesten en

Nadere informatie

CONSCIENCE Hendrik BEERENS Martha Koning Albert II laan 15 1860 Meise

CONSCIENCE Hendrik BEERENS Martha Koning Albert II laan 15 1860 Meise Federale Overheidsdienst FINANCIEN Afz.: Ontvangkantoor Londerzeel Stationsstraat 90 B 2 1840 Londerzeel Algemene administratie van de FISCALITEIT CONSCIENCE Hendrik BEERENS Martha Koning Albert II laan

Nadere informatie

Indexering aj. 2016 aj. 2017

Indexering aj. 2016 aj. 2017 Van Belleghem Kluwer Opleidingen voor Bank Verzekering Accountancy Lieven Van Belleghem Indexering aj. 2016 aj. 2017 Indexcoëfficiënt belastingvrije som en bestaansmiddelen = aj.2016 = 1,7321 / aj.2017

Nadere informatie

Aangifte. Aangifte. Aangifte 2009-04-30. Aangifte Personenbelasting AJ 2009 Zwevegem 24 / 25 / 29 april 2009

Aangifte. Aangifte. Aangifte 2009-04-30. Aangifte Personenbelasting AJ 2009 Zwevegem 24 / 25 / 29 april 2009 mogelijkheden tot indiening van de aangifte Evelyn Decruyenaere Personenbelasting AJ 2009 Zwevegem 24 / 25 / 29 april 2009 Papieren aangifte TOW wijzigingen nieuw aangifteformulier code bestaat nu uit

Nadere informatie

Basisbedrag Geïndexeerd bedrag Artikel WIB 92 Omschrijving Aj. 2014

Basisbedrag Geïndexeerd bedrag Artikel WIB 92 Omschrijving Aj. 2014 I. Titel II van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (Coëfficiënt art. 178, 1 en 2, WIB 92: 1,7073) Art. 131, 1 ste lid, 1 Grensbedrag : 15.220 25.990 Belastingvrije som : 4.260 7.270 1 ste lid,

Nadere informatie

Belastinghervorming. Wet van 10 augustus Personenbelasting 2004 KPMG 1

Belastinghervorming. Wet van 10 augustus Personenbelasting 2004 KPMG 1 Belastinghervorming Personenbelasting Wet van 10 augustus 2001 2004 KPMG 1 Stappen in de personenbelasting 1. Bepaling wie onderworpen is aan de personenbelasting 2. Bepaling van de belastbare inkomsten

Nadere informatie

1. Belastingschalen in de personenbelasting. Aanslagjaar 2018 in euro

1. Belastingschalen in de personenbelasting. Aanslagjaar 2018 in euro 1. Belastingschalen in de personenbelasting Aanslagjaar 2018 in euro 0,00 1.070,00 0,00 25,00% 11.070,00 12.720,00 2.767,50 30,00% 12.720,00 21.190,00 3.262,50 40,00% 21.190,00 38.830,00 6.650,50 45,00%

Nadere informatie

hoofdstuk 8 Lenen Lenen 167

hoofdstuk 8 Lenen Lenen 167 hoofdstuk 8 167 Inleiding Iemand die een woning koopt, bouwt of verbouwt doet voor de financiering ervan meestal een beroep op een hypothecaire lening. Dankzij de hypothecaire lening beschikt men over

Nadere informatie

Van Belleghem Kluwer Opleidingen voor Bank Verzekering Accountancy

Van Belleghem Kluwer Opleidingen voor Bank Verzekering Accountancy Van Belleghem Kluwer Opleidingen voor Bank Verzekering Accountancy Lieven Van Belleghem Indexering fiscale bedragen aj. 2017 aj. 2018 Indexcoëfficiënt belastingvrije som en bestaansmiddelen = aj.2017 =

Nadere informatie

Deel 1 - U bent gehuwd. Wat betekent dit voor uw bezittingen?

Deel 1 - U bent gehuwd. Wat betekent dit voor uw bezittingen? Inhoudstafel Voorwoord 1 Deel 1 - U bent gehuwd Wat betekent dit voor uw bezittingen? 1 U bent gehuwd zonder huwelijks contract 5 11 Wat betekent dit eigenlijk? 5 12 Welke goederen zijn van wie? 5 121

Nadere informatie

FAQ - TAX REFORM. 1. Hoe weet men of de drempel van de 20.020 aan roerende inkomsten overschreden wordt?

FAQ - TAX REFORM. 1. Hoe weet men of de drempel van de 20.020 aan roerende inkomsten overschreden wordt? FAQ - TAX REFORM 1. Hoe weet men of de drempel van de 20.020 aan roerende inkomsten overschreden wordt? Hiervoor moet men in twee stappen te werk gaan. In eerste instantie moeten de intresten op «staatsbons

Nadere informatie

Aanslagjaar Inkomsten 2015

Aanslagjaar Inkomsten 2015 Aanslagjaar 2017 - Inkomsten 2015 Teneinde uw aangifte zo voordelig mogelijk in te vullen, vragen wij u volgende vragenlijst aandachtig te lezen en VOLLEDIG in te vullen. Ontbrekende elementen kunnen de

Nadere informatie

DE BELANGRIJKSTE KERNCIJFERS VAN 2018 VOOR LOONTREKKENDEN EN ZELFSTANDIGEN

DE BELANGRIJKSTE KERNCIJFERS VAN 2018 VOOR LOONTREKKENDEN EN ZELFSTANDIGEN DE BELANGRIJKSTE KERNCIJFERS VAN 2018 VOOR LOONTREKKENDEN EN ZELFSTANDIGEN Welke bedragen mag uw cliënt jaarlijks inbrengen in zijn belastingaangifte? Heeft uw cliënt nog ruimte voor fiscaal langetermijnsparen?

Nadere informatie

VERGELIJKING HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMEWONEN

VERGELIJKING HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMEWONEN VERGELIJKING HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMEWONEN HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMENWONEN = verbintenis tussen 2 ongehuwde personen van verschillend of hetzelfde geslacht die een

Nadere informatie

De aangifte in de personenbelasting inkomsten 2008

De aangifte in de personenbelasting inkomsten 2008 Rubriek fiscaliteit De aangifte in de personenbelasting inkomsten 2008 Het aangifteformulier heeft een nieuw uitzicht dit jaar. De belastingplichtige die nog gebruikt maakt van het papieren formulier,

Nadere informatie

Voor welke belastingplichtigen geldt die vrijstelling? Iedere aan de Belgische personenbelasting onderworpen belastingplichtige komt in aanmerking.

Voor welke belastingplichtigen geldt die vrijstelling? Iedere aan de Belgische personenbelasting onderworpen belastingplichtige komt in aanmerking. 1/7 Leidraad voor de terugvordering van de roerende voorheffing op de eerste schijf van 640 EURO aan gewone dividenden uit aandelen of rechten van deelneming De programmawet van 25 december 2017 bevat

Nadere informatie

Lieven Van Belleghem

Lieven Van Belleghem Praktische Belastingservice voor Bank Verzekering Accountancy Lieven Van Belleghem Indexering fiscale bedragen aj. 2018 aj. 2019 Indexcoëfficiënt belastingvrije som en bestaansmiddelen = aj.2018 = 1,7761

Nadere informatie

Om te beginnen: de gemeenschappelijke aanslag voor gehuwden

Om te beginnen: de gemeenschappelijke aanslag voor gehuwden Als u een fiscale schuld heeft, zal die fiscus die komen invorderen. Dat kan de fiscus niet alleen doen voor een persoonlijke schuld, maar ook voor de belastingschuld van uw echtgenoot. De fiscus hoeft

Nadere informatie

Nieuwe Vlaamse belastingvermindering vanaf aanslagjaar 2008: regeling in de personenbelasting

Nieuwe Vlaamse belastingvermindering vanaf aanslagjaar 2008: regeling in de personenbelasting Nieuwe Vlaamse af : regeling in de personenbelasting (inkomsten geldt een nieuwe Vlaamse voor al wie beroepsactief is en personenbelasting betaalt in een gemeente van het Vlaams Gewest. Deze stijgt geleidelijk

Nadere informatie

Bijlagen bij de aangifte personenbelasting inkomsten 2010

Bijlagen bij de aangifte personenbelasting inkomsten 2010 Bijlagen bij de aangifte personenbelasting inkomsten 2010 Aan: CONSIUS Accountants & Belastingconsulenten BVBA Gen. Slingeneyerlaan 87-2100 Deurne info@consius.be Tel: 03/325.49.87 Fax: 03/326.12.94 Van:

Nadere informatie

Personenbelasting en aanvullende belastingen - Belasting

Personenbelasting en aanvullende belastingen - Belasting Federale verheidsdienst FINANCIEN Afz.: Team Inning Antwerpen 2 Kruisbogenhofstraat 24 2500 Lier Algemene Administratie van de Fiscaliteit Rep.-Nr. : pagina : 1 / 5 Personenbelasting en aanvullende belastingen

Nadere informatie

Grafiek 1: inschrijvingen in Centraal Register van Huwelijksovereenkomsten

Grafiek 1: inschrijvingen in Centraal Register van Huwelijksovereenkomsten NOTARISBAROMETER FAMILIE WWW.NOTARIS.BE 2018 14 februari 2019 In deze familiebarometer leggen we ons toe op de in 2018 afgesloten huwelijkscontracten, wijzigingen van huwelijkscontracten alsook op de wijzigingen

Nadere informatie

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2012

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2012 Indexatie Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2012 Hierna vindt u een overzicht van de geïndexeerde plafonds die op het gebied van de inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar

Nadere informatie

niet verbeterde kopie

niet verbeterde kopie Rolnummer 4452 Arrest nr. 65/2009 van 2 april 2009 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 150 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals van toepassing vanaf het aanslagjaar

Nadere informatie

DE BELANGRIJKSTE CIJFERS VAN 2014 VOOR ZELFSTANDIGEN EN LOONTREKKENDEN

DE BELANGRIJKSTE CIJFERS VAN 2014 VOOR ZELFSTANDIGEN EN LOONTREKKENDEN DE BELANGRIJKSTE CIJFERS VAN 2014 VOOR ZELFSTANDIGEN EN LOONTREKKENDEN 1. DERDE PIJLER Pensioensparen Langetermijnsparen 950 euro/jaar 2.280 euro/jaar Beperkt tot 15% op belastbaar beroepsinkomen tot 1.900

Nadere informatie

Fiscaliteit voor lesgevers. Gregory Henin SBB Accountants & Adviseurs

Fiscaliteit voor lesgevers. Gregory Henin SBB Accountants & Adviseurs Fiscaliteit voor lesgevers Gregory Henin SBB Accountants & Adviseurs Inleiding Overzicht Occasionele prestaties of beroepsactiviteit? Zelfstandige activiteit in bijberoep Zelfstandige activiteit in hoofdberoep

Nadere informatie

Checklist aangifte personenbelasting inkomsten 2013- aanslagjaar 2014

Checklist aangifte personenbelasting inkomsten 2013- aanslagjaar 2014 Checklist aangifte personenbelasting inkomsten 2013- aanslagjaar 2014 Gelieve deze checklist te overlopen en in te vullen waar nodig en de nodige attesten bij te voegen. Deel 1 Bankrekeningnr. Indien verschillend

Nadere informatie

Auteur. Onderwerp. Datum

Auteur. Onderwerp. Datum Auteur Paul Van Eesbeeck Luc Vereycken Onderwerp De nieuwe vastgoedfiscaliteit anno 2005. Quid mede-eigendom echtgenoten? Datum april 2005 Copyright and disclaimer Gelieve er nota van te nemen dat de inhoud

Nadere informatie

DE BELANGRIJKSTE CIJFERS VAN 2016 VOOR ZELFSTANDIGEN EN LOONTREKKENDEN

DE BELANGRIJKSTE CIJFERS VAN 2016 VOOR ZELFSTANDIGEN EN LOONTREKKENDEN DE BELANGRIJKSTE CIJFERS VAN 2016 VOOR ZELFSTANDIGEN EN LOONTREKKENDEN 1. DERDE PIJLER Pensioensparen Langetermijnsparen 940 euro/jaar 2.260 euro/jaar Beperkt tot 15% op belastbaar beroepsinkomen tot 1.880

Nadere informatie

Het belastingvoordeel dat verbonden is aan een hypotheeklening, noemt men in Vlaanderen de woonbonus.

Het belastingvoordeel dat verbonden is aan een hypotheeklening, noemt men in Vlaanderen de woonbonus. Gepubliceerd op Wikifin (https://www.wikifin.be) Wat is de woonbonus? Wie een hypothecaire lening afsluit om een woning te kopen of bouwen, kan vaak genieten van bepaalde belastingvoordelen gekoppeld aan

Nadere informatie

TOEPASSING VAN DE ARTIKELEN 243, 243/1 EN 244, WIB 92: CATEGORIEËN VAN NIET-RIJKSINWONERS (AJ. 2015)

TOEPASSING VAN DE ARTIKELEN 243, 243/1 EN 244, WIB 92: CATEGORIEËN VAN NIET-RIJKSINWONERS (AJ. 2015) BIJLAGE 1 TOEPASSING VAN DE ARTIKELEN 243, 243/1 EN 244, WIB 92: CATEGORIEËN VAN NIET-RIJKSINWONERS (AJ. 2015) Artikelen van het WIB 92 (de overgangsbepalingen worden, met uitzondering van de artikelen

Nadere informatie

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2018

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2018 Indexatie Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar 2018 Hierna vindt u een overzicht van de geïndexeerde plafonds die op het gebied van de inkomstenbelastingen voor het aanslagjaar

Nadere informatie

3.4.1. Het Sociaal Statuut der Zelfstandigen

3.4.1. Het Sociaal Statuut der Zelfstandigen www.vdvaccountants.be 58 3.4. Motieven van sociaalrechterlijke aard Ieder natuurlijk persoon die in België een beroepsactiviteit uitoefent waarbij hij niet gebonden is aan een arbeidsovereenkomst of door

Nadere informatie

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor de aanslagjaren 2015 en 2016

Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor de aanslagjaren 2015 en 2016 Indexatie Geïndexeerde bedragen inzake inkomstenbelastingen voor de aanslagjaren 2015 en 2016 Het Belgisch Staatsblad van 21 januari 2015 publiceert de geïndexeerde bedragen die inzake inkomstenbelastingen

Nadere informatie

DE BELANGRIJKSTE CIJFERS VAN 2017 VOOR ZELFSTANDIGEN EN LOONTREKKENDEN

DE BELANGRIJKSTE CIJFERS VAN 2017 VOOR ZELFSTANDIGEN EN LOONTREKKENDEN DE BELANGRIJKSTE CIJFERS VAN 2017 VOOR ZELFSTANDIGEN EN LOONTREKKENDEN 1. DERDE PIJLER Pensioensparen Langetermijnsparen 940 euro/jaar 2.260 euro/jaar Beperkt tot 15% op belastbaar beroepsinkomen tot 1.880

Nadere informatie

Wijzigde uw (gezins)situatie in de loop van 2010? Ja Neen

Wijzigde uw (gezins)situatie in de loop van 2010? Ja Neen A A N G I F T E I N D E P E R S O N E N B E L A S T I N G V E R T R O U W E L I J K D O S S I E R I N K O M S T E N J A A R 2 0 1 0 - A A N S L A G J A A R 2 0 1 1 D E Z E V R A G E N T L I J S T I S E

Nadere informatie

EINDEJAARSTIPS 2015 1/5

EINDEJAARSTIPS 2015 1/5 EINDEJAARSTIPS 2015 Particulieren...2 Vermogenstoets voor zorgtoeslag en kindgebonden budget... 2 Verlaag uw box 3 grondslag... 2 Hypotheekrente vooruit betalen... 2 Let op lagere hypotheekrente in hoogste

Nadere informatie

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten...

Inhoudstafel. Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Art 36 Voordelen van alle aard Art 37 Auteurs rechten... Inhoudstafel Click op de titel of subtitel Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:... 3 Art 36 Voordelen van alle aard... 4 Art 37 Auteurs rechten... 5 Art 37 bis 2 Deeleconomie... 5 Art

Nadere informatie

Het zomerakkoord: Wat verandert er voor u?

Het zomerakkoord: Wat verandert er voor u? Het zomerakkoord Het zomerakkoord: Wat verandert er voor u? Het zomerakkoord van 26 juli 2017 werd op 1/02/2018 goedgekeurd in het parlement. Na de publicatie in het Staatsblad zal de Raad van State hierover

Nadere informatie

Afz.: ONTVANGK. DIKSMUIDE WOUMENWEG DIKSMUIDE. SADEGHI Dariush Lange Veldstraat(D) Diksmuide

Afz.: ONTVANGK. DIKSMUIDE WOUMENWEG DIKSMUIDE. SADEGHI Dariush Lange Veldstraat(D) Diksmuide Federale Overheidsdienst FINANCIEN Algemene administratie van de FISCALITEIT Afz.: ONTVANGK. DIKSMUIDE WOUMENWEG 49 8600 DIKSMUIDE SADEGHI Dariush Lange Veldstraat(D) 24 8600 Diksmuide Aanslagbiljet personenbelasting

Nadere informatie

Gelieve de volledige lijst te doorlopen, aan te vullen, fiches toe te voegen waar nodig en te ondertekenen

Gelieve de volledige lijst te doorlopen, aan te vullen, fiches toe te voegen waar nodig en te ondertekenen Vragenlijst aangifte personenbelasting aanslagjaar 2019 - inkomstenjaar 2018 Gelieve de volledige lijst te doorlopen, aan te vullen, fiches toe te voegen waar nodig en te ondertekenen Van: naam naam partner

Nadere informatie

Deel 1 - Bijzondere fiscale aftrek eigen woning (de zgn. woonbonus) als u leent voor uw verbouwing. 2. Voorwaarden waaraan de lening moet voldoen

Deel 1 - Bijzondere fiscale aftrek eigen woning (de zgn. woonbonus) als u leent voor uw verbouwing. 2. Voorwaarden waaraan de lening moet voldoen Deel 1 - Bijzondere fiscale aftrek eigen woning (de zgn. woonbonus) als u leent voor uw verbouwing 1. Voor wie? 2. Voorwaarden waaraan de lening moet voldoen 2.1. Een lening gesloten vanaf 1 januari 2005...5

Nadere informatie

FAQ belastingvermindering voor uitgaven voor de beveiliging van een woning tegen diefstal of brand

FAQ belastingvermindering voor uitgaven voor de beveiliging van een woning tegen diefstal of brand FAQ belastingvermindering voor uitgaven voor de beveiliging van een woning tegen diefstal of brand Wie kan aanspraak maken op deze belastingvermindering? Om aanspraak te maken op deze belastingvermindering

Nadere informatie

Een zelfstandige valt onder dezelfde tarieven van personenbelasting dan een loontrekkende.

Een zelfstandige valt onder dezelfde tarieven van personenbelasting dan een loontrekkende. 40. Voorafbetalingen zelfstandige 40.7 Zelfstandige Een zelfstandige valt onder dezelfde tarieven van personenbelasting dan een loontrekkende. De zelfstandige is echter niet verplicht bedrijfsvoorheffing

Nadere informatie

Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:

Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: p. 1/18 Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: Aanslagjaar Inkomsten 5 Interest spaarrekening : 1.250 1.880 1.880 6 dividenden van erkende coöperatieve vennootschappen : 125 190 190 10

Nadere informatie

Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:

Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: p. 1/17 Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: 5 Interest spaarrekening : 1.250 1.880 1.880 6 dividenden van erkende coöperatieve vennootschappen : 125 190 190 10 Interesten of dividenden

Nadere informatie

MAATREGELEN DI RUPO DE ONDERNEMER ZAL BETALEN

MAATREGELEN DI RUPO DE ONDERNEMER ZAL BETALEN MAATREGELEN DI RUPO DE ONDERNEMER ZAL BETALEN BENT U GESTRIKT OF BENT U GESTRIKT? INLEIDING» Feitelijk opheffen bankgeheim» Geheime commissielonen Bewust niet aangegeven - systematisch Taxatie 309 % Te

Nadere informatie

p. 1/12 Globaal overzicht

p. 1/12 Globaal overzicht p. 1/12 Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: 5 Interest spaarrekening : 1.250 1.880 1.880 6 dividenden van erkende coöperatieve vennootschappen : 125 190 190 10 Interesten of dividenden

Nadere informatie

JOBSTUDENTEN - INKOMSTEN 2014

JOBSTUDENTEN - INKOMSTEN 2014 SOCIAAL - JURIDISCHE DIENST GEZINSBOND JOBSTUDENTEN - INKOMSTEN 2014 I Zijn Sociale Zekerheidsbijdragen verschuldigd? De algemene regel stelt dat zowel de student als de werkgever sociale zekerheidsbijdragen

Nadere informatie

CONSCIENCE Hendrik BEERENS Martha Koning Albert II laan 15 1860 Meise

CONSCIENCE Hendrik BEERENS Martha Koning Albert II laan 15 1860 Meise Federale Overheidsdienst FINANCIEN Afz.: ONTVANGKANTOOR LONDERZEEL STATIONSSTRAAT 90/2 1840 LONDERZEEL Algemene administratie van de FISCALITEIT CONSCIENCE Hendrik BEERENS Martha Koning Albert II laan

Nadere informatie

KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning. Dienst Reglementering

KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning. Dienst Reglementering KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning Dienst Reglementering Bericht in verband met de automatische indexering inzake inkomstenbelastingen -

Nadere informatie

fiscale aspecten van de levensverzekering

fiscale aspecten van de levensverzekering fiscale aspecten van de levensverzekering Meer dan verzekerd Baloise Group FISCALE ASPECTEN VAN DE INDIVIDUELE LEVENSVERZEKERING Recht op belastingvermindering De premies van een individuele levensverzekering

Nadere informatie

De meerwaarden. Met meerwaarden bedoelt men het positieve verschil tussen de verkoopprijs van een goed en de aankoopprijs ervan (inclusief kosten).

De meerwaarden. Met meerwaarden bedoelt men het positieve verschil tussen de verkoopprijs van een goed en de aankoopprijs ervan (inclusief kosten). De meerwaarden Met meerwaarden bedoelt men het positieve verschil tussen de verkoopprijs van een goed en de aankoopprijs ervan (inclusief kosten). Als het onroerend goed voor beroepsactiviteiten wordt

Nadere informatie

Wijzigde uw (gezins)situatie in de loop van 2013? Ja Neen. Naam van de echtgeno(o)t(e) of van de wettelijk samenwonende 1

Wijzigde uw (gezins)situatie in de loop van 2013? Ja Neen. Naam van de echtgeno(o)t(e) of van de wettelijk samenwonende 1 A A N G I F T E I N D E P E R S O N E N B E L A S T I N G V E R T R O U W E L I J K D O S S I E R I N K O M S T E N J A A R 2 0 1 3 A A N S L A G J A A R 2 0 1 4 N A A M : D E Z E V R A G E N T L I J S

Nadere informatie

Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit:

Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: p. 1/18 Art. 21 Roerende inkomsten-vrijgestelde inkomsten uit: 5 Interest spaarrekening : 1.250 1.880 1.880 6 dividenden van erkende coöperatieve vennootschappen : 125 190 190 10 Interesten of dividenden

Nadere informatie

DE BELANGRIJKSTE CIJFERS VAN 2018 VOOR ZELFSTANDIGEN EN LOONTREKKENDEN

DE BELANGRIJKSTE CIJFERS VAN 2018 VOOR ZELFSTANDIGEN EN LOONTREKKENDEN DE BELANGRIJKSTE CIJFERS VAN 2018 VOOR ZELFSTANDIGEN EN LOONTREKKENDEN 1. DERDE PIJLER Pensioensparen Langetermijnsparen 960 euro/jaar 2.310 euro/jaar Beperkt tot 15% op belastbaar beroepsinkomen tot 1.920

Nadere informatie

Bedrijfsvoorheffing. vanaf 1 januari Vrije visie, eigen stem

Bedrijfsvoorheffing. vanaf 1 januari Vrije visie, eigen stem Bedrijfsvoorheffing vanaf 1 januari 2016 Vrije visie, eigen stem V.U.: Mario Coppens, Koning Albertlaan 95, 9000 Gent. 2016/01 Bedrijfsvoorheffing vanaf 1 januari 2016 De schalen van de bedrijfsvoorheffing

Nadere informatie

Nieuwsbrief 2014/4. Wat brengt het regeerakkoord?

Nieuwsbrief 2014/4. Wat brengt het regeerakkoord? Nieuwsbrief 2014/4 Wat brengt het regeerakkoord? Hierbij geef ik u een overzicht van de meest in het oog springende wijzigingen van de nieuwe regering. Let wel, sommige regelingen zijn nog niet definitief

Nadere informatie

Gelieve de volledige lijst te doorlopen en fiches toe te voegen waar nodig. Bij co-ouderschap; bij wie zijn de kinderen gedomicilieerd?.

Gelieve de volledige lijst te doorlopen en fiches toe te voegen waar nodig. Bij co-ouderschap; bij wie zijn de kinderen gedomicilieerd?. Checklist aangifte personenbelasting aanslagjaar 2013 - inkomstenjaar 2012 Gelieve de volledige lijst te doorlopen en fiches toe te voegen waar nodig DEEL 1 Bijlagen: I ingevulde checklist aangifte personenbelasting

Nadere informatie

Impact begrotingsmaatregelen van Di Rupo op uw Personenbelasting

Impact begrotingsmaatregelen van Di Rupo op uw Personenbelasting Voordelen alle aard Impact begrotingsmaatregelen van Di Rupo op uw Personenbelasting 1. Kosteloze terbeschikkingstelling woonst KI 745 EUR geïndexeerd KI

Nadere informatie

Deel 1 - Waarom zou een vennootschap hiervoor interessant kunnen zijn?

Deel 1 - Waarom zou een vennootschap hiervoor interessant kunnen zijn? Inhoudstafel Voorwoord... 1 Deel 1 - Waarom zou een vennootschap hiervoor interessant kunnen zijn? 1. Belastingen besparen?.... 5 1.1. Alle kosten van onroerende goederen in principe aftrekbaar... 5 1.1.1.

Nadere informatie

DE SUCCESSIE- EN SCHENKINGSRECHTEN: OFFICIËLE TARIEVEN

DE SUCCESSIE- EN SCHENKINGSRECHTEN: OFFICIËLE TARIEVEN DE SUCCESSIE- EN SCHENKINGSRECHTEN: OFFICIËLE TRIEVEN De successie- en schenkingsrechten verschillen per gewest.. DE SUCCESSIERECHTEN EN DE SCHENKINGSRECHTEN IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST 1. SUCCESSIERECHTEN

Nadere informatie

VOORAFBETALINGEN IN DE PERSONENBELASTING VOOR HET AANSLAGJAAR 2005

VOORAFBETALINGEN IN DE PERSONENBELASTING VOOR HET AANSLAGJAAR 2005 VOORAFBETALINGEN IN DE PERSONENBELASTING VOOR HET AANSLAGJAAR 2005 NIEUW Vanaf aanslagjaar 2005 (inkomstenjaar 2004) is voor de echtgenoten (zowel gehuwden als wettelijk samenwonenden) waarvoor een gemeenschappelijke

Nadere informatie

Rolnummer 2847. Arrest nr. 57/2004 van 24 maart 2004 A R R E S T

Rolnummer 2847. Arrest nr. 57/2004 van 24 maart 2004 A R R E S T Rolnummer 2847 Arrest nr. 57/2004 van 24 maart 2004 A R R E S T In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 394 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, vóór de wijziging ervan bij de

Nadere informatie

Richtlijnen fiscale aangifte

Richtlijnen fiscale aangifte Richtlijnen fiscale aangifte Inkomstenjaar 2015 Aanslagjaar 2016 SOCIALE BIJDRAGEN TOEKENNINGEN/BEZOLDIGINGEN AAN MEEWERKENDE ECHTGENOTEN BIJDRAGEN VAP EN PENSIOENSPAREN SOCIALE UITKERINGEN 1. Vooraf Waar

Nadere informatie

Schalen bedrijfsvoorheffing vanaf 1 januari 2015

Schalen bedrijfsvoorheffing vanaf 1 januari 2015 Onderstaande schalen gelden voor de maandlonen. Belastbaar : Schaal 1 : Schaal 2 : Schaal 3 : Schalen bedrijfsvoorheffing vanaf 1 januari 2015 Brutoloon - persoonlijke R.S.Z.-bijdragen. Indien het belastbare

Nadere informatie

AANGIFTE PERSONENBELASTING INKOMSTEN 2018 (aanslagjaar 2019)

AANGIFTE PERSONENBELASTING INKOMSTEN 2018 (aanslagjaar 2019) AANGIFTE PERSONENBELASTING INKOMSTEN 2018 (aanslagjaar 2019) Persoonlijke gegevens Naam: Naam partner Telefoon: Gsm: E-mailadres: Bankrekeningnummer teruggave (IBAN): Gelieve een kopie van uw identiteitskaart

Nadere informatie

Fiscaliteit van het hypothecair krediet

Fiscaliteit van het hypothecair krediet Fiscaliteit van het hypothecair krediet @# Inleiding DE AANKOOP, HET BOUWEN OF VERBOUWEN VAN EEN ONROEREND GOED FINANCIEREN MET EEN HYPOTHECAIR KREDIET LEVERT U IN HET ALGEMEEN EEN MOOIE BELASTINGBESPARING

Nadere informatie

Energiebesparende uitgaven Groene lening. Inkomsten 2011 (aangifte 2012) Federale Overheidsdienst FINANCIEN

Energiebesparende uitgaven Groene lening. Inkomsten 2011 (aangifte 2012) Federale Overheidsdienst FINANCIEN Energiebesparende uitgaven Groene lening Inkomsten 2011 (aangifte 2012) L UNION FAIT LA FORCE - EENDRACHT MAAKT MACHT Federale Overheidsdienst FINANCIEN Milieuvriendelijke belastingen De laatste jaren

Nadere informatie

KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning Administratie van Fiscale Zaken

KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN. Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning Administratie van Fiscale Zaken 1 KONINKRIJK BELGIE FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN Stafdienst Beleidsexpertise -en Ondersteuning Administratie van Fiscale Zaken Bericht in verband met de automatische indexering inzake inkomstenbelastingen

Nadere informatie

Voorstel van vereenvoudigde aangifte Inkomstenjaar 2018 (aanslagjaar 2019)

Voorstel van vereenvoudigde aangifte Inkomstenjaar 2018 (aanslagjaar 2019) FD FINANCIËN Afz.: B 92500-9050 GENT Voorstel van vereenvoudigde aangifte Inkomstenjaar 2018 (aanslagjaar 2019) Mevrouw Mijnheer Bij deze brief ontvangt u een voorlopige belastingberekening op basis van

Nadere informatie

VEELGESTELDE VRAGEN (FAQ)

VEELGESTELDE VRAGEN (FAQ) VEELGESTELDE VRAGEN (FAQ) Q1 Wat is een bijkomende heffing op roerende inkomsten? Q2 Wie is onderhevig aan de bijkomende heffing op roerende inkomsten? Q3 Hoe wordt de bijkomende heffing op roerende inkomsten

Nadere informatie

03-05-2016. Onbezorgd ouder worden. Ouder worden en zorg. Deel I Ouder worden en zorg. Wat is het probleem? Eigen bijdrage zorgkosten. Wanneer?

03-05-2016. Onbezorgd ouder worden. Ouder worden en zorg. Deel I Ouder worden en zorg. Wat is het probleem? Eigen bijdrage zorgkosten. Wanneer? Onbezorgd ouder worden Deel I Ouder worden en zorg Ouder worden en zorg Wat is het probleem? Eigen bijdrage zorgkosten Wanneer? U woont in een zorginstelling; U heeft een volledig pakket thuis of modulair

Nadere informatie

Werking box 3: inkomsten uit sparen en beleggen. Inleiding

Werking box 3: inkomsten uit sparen en beleggen. Inleiding Werking box 3: inkomsten uit sparen en beleggen Inleiding In box 3 wordt het inkomen uit vermogen van een belastingplichtige belast. Het vermogen bestaat uit de bezittingen van een belastingplichtige min

Nadere informatie

Bijlagen bij de aangifte personenbelasting inkomsten 2009

Bijlagen bij de aangifte personenbelasting inkomsten 2009 Bijlagen bij de aangifte personenbelasting inkomsten 2009 Aan: CONSIUS Accountants & Belastingconsulenten BVBA Gen. Slingeneyerlaan 87-2100 Deurne Van: (naam 1) (naam 2) (adres) Ik bezorgde reeds eerder

Nadere informatie

JOBSTUDENTEN - INKOMSTEN 2013

JOBSTUDENTEN - INKOMSTEN 2013 SOCIAAL - JURIDISCHE DIENST GEZINSBOND JOBSTUDENTEN - INKOMSTEN 2013 I Zijn Sociale Zekerheidsbijdragen verschuldigd? De algemene regel stelt dat zowel de student als de werkgever sociale zekerheidsbijdragen

Nadere informatie