Failure to thrive: van symptoom naar diagnose

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Failure to thrive: van symptoom naar diagnose"

Transcriptie

1 Failure to thrive: van symptoom naar diagnose Annette van den Elzen, Barbara Sibbles en Edward Nieuwenhuis Dr. A.P.M. van den Elzen, aios kindergeneeskunde, Erasmus mc/sophia Kinderziekenhuis, Rotterdam Drs. B.J. Sibbles, kinderarts, Erasmus mc/sophia Kinderziekenhuis, Rotterdam Dr. E.E.S. Nieuwenhuis, kinderarts-gastro-enteroloog, Erasmus mc/sophia Kinderziekenhuis, Rotterdam Leerdoelen Na het lezen van dit artikel: hebt u een uitgebreide differentiaaldiagnose voor een kind met failure to thrive (ftt); hebt u een plan van aanpak voor een kind dat zich presenteert met ftt; weet u welke diagnostiek u op welk moment moet inzetten; weet u wanneer u een kind moet doorverwijzen naar een (tertiair) centrum. Trefwoorden failure to thrive, groei, gewicht, stappenplan, energiebehoefte, differentiaaldiagnose Samenvatting Wanneer een kind wordt verwezen wegens onvoldoende groei, moet eerst bepaald worden of het voldoet aan de criteria voor failure to thrive. Voor failure to thrive bij kinderen jonger dan 3 jaar hanteren wij de volgende definitie: Een niet gedijend kind, dat verder voldoet aan een of meer van de volgende criteria: gewichtsgroei 2,5 sd, een afbuiging in gewichtsgroei > 2 grote percentielen in zes maanden tijd, of gewicht-naarlengte < -2 sd. De differentiaaldiagnose is uitgebreid waardoor de diagnostiek en eventuele behandeling door de kinderarts ingewikkeld kunnen zijn. Doel van dit artikel is om een plan van aanpak op te stellen voor een kind dat zich presenteert met failure to thrive. Nauwkeurige evaluatie van de energie-inname en -behoefte differentieert tussen onvoldoende inname of verhoogd verbruik en verlies. Hierna kan via een stappenplan worden bepaald wanneer welke specifieke diagnostiek moet worden ingezet en of eventuele verwijzing naar een tertiair centrum nodig is. Casus Anna spuugt vanaf de geboorte, waarvoor ze met succes behandeld wordt met antirefluxmedicatie. Vanaf de leeftijd van 10 maanden buigen haar gewichts- en lengtegroei af. Anna heeft geen klachten: ze spuugt niet meer, heeft een normaal ontlastingspatroon, ontwikkelt zich goed, maar is vaak humeurig. Bij evaluatie van haar voeding wordt gedacht aan onvoldoende voedselinname. Adviezen van de diëtiste (energieverrijkte volwaardige voeding) leiden echter niet tot verbetering van de groei. Op de leeftijd van 1 jaar wordt bij lichamelijk onderzoek een meisje gezien met een gewicht van 1 sd (ten opzichte van referentiewaarden voor de leeftijd) en een gemiddelde lengte en schedelomtrek. Ze oogt wat tenger. De buik heeft een normaal aspect maar de billen zijn afgeplat. Er wordt gedacht aan coeliakie. Aanvullend onderzoek toont positieve antistoffen voor coeliakie ( anti-ttg), duodenumbiopten tonen vlokatrofie met een toename van intra-epitheliale lymfocyten. De diagnose luidt: coeliakie. Katja vertoont vanaf de geboorte een matige gewichtstoename, ondanks adequate voeding. Ze spuugt niet, heeft een normaal ontlastingspatroon en ontwikkelt zich goed. Ze is zelden ziek, is niet onrustig, maar slaapt veel. Op de leeftijd van 1 jaar heeft ze een gewicht van 3 sd bij een gemiddelde lengte en schedelomtrek. Bij lichamelijk onderzoek worden geen afwijkingen gevonden. Ze wordt opgenomen voor nadere diagnostiek. Tijdens opname blijkt ze niet te groeien, terwijl ze een ruime voedselinname heeft en een normaal rustmetabolisme (gemeten met calorimetrie). Er zijn geen tekenen van 48 nummer 2 december 2007 Praktische Pediatrie

2 verlies of verhoogd verbruik van energie. Wanneer ze echter door de verpleging in afwezigheid van moeder per maagsonde wordt gevoed, toont ze voldoende gewichtstoename. De diagnose luidt: voedingsmanipulatie door moeder; münchhausensyndroom by proxy. Kees eet vanaf de leeftijd van 4 maanden slecht, waarbij hij onrustig en huilerig is. Hij spuugt veel, heeft een matige eetlust, een normaal ontlastingspatroon en een iets vertraagde ontwikkeling. Op de leeftijd van 1 jaar heeft hij een gewicht van 3 sd, een lengte van 2 sd en een normale schedelomtrek. Bij lichamelijk onderzoek wordt een weinig tierig, mager jongetje gezien. Bij aanvullend onderzoek wordt een rachitis gevonden, die blijkt te berusten op renaal verlies van calcium en fosfaat bij een fanconisyndroom. In leukocyten wordt een verhoogd gehalte aan cystine gevonden. De diagnose luidt: cystinose De term failure to thrive (ftt) wordt sinds de jaren dertig van de vorige eeuw wereldwijd gebruikt voor onvoldoende groei bij jonge kinderen. Toch is er geen consensus over de voorwaarden waaraan deze verminderde groei moet voldoen voordat er sprake is van failure to thrive. 1 Aanvankelijk werden gedrags- en psychosociale criteria en groeiparameters betrokken bij de definitie. Vanaf 1985 worden echter alleen antropometrische parameters gebruikt, 2 waarbij onvoldoende gewichtstoename en een afwijkende gewicht-naar-lengte -verhouding de belangrijkste zijn. 1,3 Wij vinden dat de term failure to thrive toch uit twee componenten bestaat: onvoldoende groei én slecht gedijen van een jong kind. De afwijkende groei kan vastgesteld worden door een van de volgende criteria bij een kind dat jonger is dan 3 jaar: 4,5 gewichtsgroei < 2,5 sd, een afbuiging in gewichtstoename > 2 grote percentielen (overeenkomstig 1,3 sd) 6 binnen zes maanden tijd, of een gewicht-naar-lengte < 2 sd. 4,7 Failure to thrive is in feite een symptoom en geen diagnose. Alle kinderen met FTT Geen diagnose Psycho-sociale oorzaak Combinatie psychosociale + somatische oorzaak Somatische oorzaak Figuur 1 Percentuele weergave van diagnoses by failure to thrive. De grote cirkel duidt op kinderen met FTT bij wie geen onderzoek wordt gedaan. De differentiaaldiagnose is zeer uitgebreid, waardoor het vaststellen van de oorzaak vaak moeilijk en tijdrovend is. Het doel van dit artikel is om een leidraad te geven voor de aanpak van een kind met failure to thrive. Epidemiologie Failure to thrive is een veel voorkomend probleem: bij 1-5% van de verwijzingen naar een kinderarts is de reden onvoldoende groei bij een jong kind. 8 Het probleem wordt vaker gezien bij kinderen die opgroeien in een lager sociaaleconomisch milieu. 3,6 Geschat wordt dat bij 20-33% van de kinderen met failure to thrive geen diagnose gesteld wordt. 9 Bij de meerderheid van de kinderen waarbij wél een diagnose wordt gesteld, wordt geen somatische oorzaak gevonden. 6,10,11 Ten slotte is bij een kwart van de kinderen sprake van een combinatie van somatische en psychosociale factoren (figuur 1). 11,12 De prognose voor herstel van groei is redelijk goed, hoewel 25-60% van de kinderen klein blijft met een lengte of gewicht onder de P Plan van aanpak (zie figuur 2) Failure to thrive is het gevolg van een disbalans tussen voedingsinname en -behoefte. De eerste stap is dan ook om vast te stellen of er sprake is van onvoldoende inname, bijvoorbeeld leeftijd (jaar) calorieën* (kcal/dag) eiwitten (g/kg/dag) vetten (en %) koolhydraten (en %) voedingsvezels (gram/dag) 0-0,5 2, geen 0,5-1 h (60,9 kg) 54 1, geleidelijke introductie 1-2 f (61,0 kg) , h (22,7 kg) ,45 f (22,5 kg) ,35 mono-/disachariden: minimaal: h 1,25 leeftijd (jaar) verzadigd vet polysachariden: f 1,20 maximaal: < leeftijd (jaar) h (17,5 kg) f (12,2 kg) * Rustmetabolisme; zie ook schofieldformule. Tabel 1 Normale behoefte. 16,17 h 1,10 f 0,95 h 0,95 f 0,90 Praktische Pediatrie nummer 2 december

3 Flowchart aanpak FTT FAILURE TO THRIVE BLOK 1 inadequate inname BLOK 2 verhogen inname BLOK 3 adequate inname acute stoornis? Follow-up groei leeftijd kind (maanden) groei (gram/dag) follow-up groei nee chronische stoornis ja goed effect op inname en groei geen effect BLOK 4 behandelen acute stoornis + follow-up groei persisterende voedselweigering geen groei afwijkingen geen afwijjkingen zie oorzaken inadequate inname (tabel 3) behandeling naar bevindingen BLOK 5 doorverwijzing tertiair centrum Legenda Diagnostische categorieën Blokken in te zetten diagnostiek In te zetten interventie of follow-up Figuur 2 Schematisch stappenplan (beslisboom) voor een kind dat zich presenteert met het symptoom failure to thrive. door een psychosociaal of opvoedkundig probleem, of een verhoogde behoefte op basis van een somatische oorzaak. De voedingsinname kan beoordeeld worden door het gebruik van voedingslijsten die gedurende minimaal drie dagen nauwkeurig moeten worden bijgehouden en beoordeeld door een diëtiste. Deze voedingslijsten kunnen thuis door de ouders worden ingevuld; bij twijfel aan de betrouwbaarheid is ziekenhuisobservatie noodzakelijk. Berekening kan via de schofieldformule 18 voor rustmetabolisme (bij kinderen > 1 jaar) met extra factoren voor activiteit, ziekte, (inhaal)groei en energie-absorptiecoëfficiënt: zie Werkboek enterale voeding bij kinderen 14 of Enterale voedingswijzer kinderen 15 rmr (af + zf-1) gf igf Ei = eac Ei = energie-inname rmr = rustmetabolisme berekend volgens schofieldformule af = activiteitsfactor zf = ziektefactor gf = groeifactor igf = inhaalgroeifactor eac = energieabsorptiecoëfficiënt Bepaling kan via indirecte calorimetrie (bijvoorbeeld de Delta- Track 19,20 : meting van respiratoir quotiënt (rq) is maat voor onder- of overvoeding. Tabel 2 Berekening/bepaling energiebehoefte. De normale behoefte aan calorieën, eiwitten, vetten en koolhydraten staat weergegeven in tabel 1. De energiebehoefte van een kind kan berekend of gemeten worden. Bij kinderen vanaf 1 jaar kan de energiebehoefte berekend worden via de schofieldformule (tabel 2). 14,15 Voor een exactere bepaling van de energiebehoefte kan een calorimetrie worden verricht, maar deze methode is slechts in een aantal centra beschikbaar. Bij onbegrepen, onvoldoende groei ondanks een adequate voedingsinname, adviseren wij dan ook een verwijzing naar een centrum voor een calorimetrie. Bij ernstig ondervoede kinderen blijkt het gemeten rustmetabolisme vaak hoger te zijn dan op grond van de schofieldformule berekend wordt. In het geval van onvoldoende voedingsinname is het waarborgen van een adequate inname van voeding van groot belang voor het stellen van de diagnose. Als er tijdens poliklinisch controle(s) onvoldoende groei blijkt te zijn ondanks dieet- en opvoedingsadviezen is opname geïndiceerd. Na enkele dagen observatie van voedingsinname, eetpatroon, ouder-kindinteractie en eventueel bijkomende symptomen, wordt adequate voeding gegarandeerd, zo nodig per enterale sonde. Indien hierna een normale gewichtstoename wordt waargenomen, is een groot deel van het aanvullende onderzoek niet nodig. De oorzaak van de deficiënte voedingsinname moet nader worden uitgezocht: er kan bijvoorbeeld sprake zijn van een gestoorde ouder-kindinteractie of voedselweigering door een somatische oorzaak zoals slikstoornissen of gastro-oesofageale reflux met pijnklachten. Als de voedselweigering geen organische oorzaak heeft, kan behandeling door een multidisciplinair eetteam, waarvan een kinderarts, kinderverpleegkundige, pedagogisch medewerker of kinderpsycholoog, diëtiste en logopediste deel uitmaken, goede resultaten opleveren. 50 nummer 2 december 2007 Praktische Pediatrie

4 inadequate inname psychosociale problemen: anorexia/voedselweigering interactieproblemen ouder-kind opvoedkundige problemen ondervoeding (kwasjiorkor)/armoede emotionele deprivatie/kindermishandeling (münchhausensyndroom by proxy ) slik/eetstoornissen door organische factoren: congenitale anomalieën gastro-oesofageale reflux chronische ernstige dyspnoe adenoïd/tonsilhypertrofie ernstige motorisch onrust (neonataal abstinentiesyndroom) neuromusculaire aandoening disfunctie mondmotoriek psychomotore retardatie spasticiteit andere voedingsproblemen: inadequate (borst)voeding te lang/te frequent geven van vloeibaar voedsel verlies / inadequate verwerking van voedingsstoffen diarree/inadequate vertering: gastro-enteritis (parasitair) coeliakie voedselallergie lactose-intolerantie/koemelkallergie koolhydraatmalabsorptie inflammatoire darmziekte protein-losing enteropathy pancreasinsufficiëntiesyndromen: cystische fibrose schwachman-diamondsyndroom congenitale chloorsecretoire diarree kortedarmsyndroom ziekte van Hirschprung (megacolon) braken: gastro-oesofageale reflux regurgitatie Helicobacter-pylori-infectie oesofagusafwijking cardiale insufficiëntie pylorusstenose/hyperplasie duodenumstenose pseudo-obstructie verhoogde intracraniële druk diëncefaal syndroom metabole ziekten toename caloriebehoefte/verhoogd metabolisme psychosociaal excessief huilen of overactiviteit infectiologisch langdurig koorts recidiverende acute of chronische infecties prenataal viraal infect neonatale bacteriële sepsis (perinatale infectie) tuberculose intestinale parasitaire infectie: cryptosporidiose, lambliasis histoplasmose urineweginfecties sepsis luchtweginfecties immunodeficiëntie (m.n. T-lymfocytaire stoornis); hiv-infectie oncologisch maligniteit cardiaal cyanotisch cor vitium chronische decompensatio cordis pulmonaal/kno chronische (hypoxische) longziekten: bronchopulmonale dysplasie cystische fibrose bronchiëctasieën obstructief slaapapneusyndroom (osas) nefrologisch chronische nierinsufficiëntie leidend tot metabole acidose renale tubulaire acidose, syndroom van Bartter cystinose chronische pyelonefritis chronische glomerulonefritis ernstige hydronefrose polycysteuze nieren gastro-enterologisch leverfalen chronische cholestase hematologisch chronische anemie endocrinologisch hyperthyreoïdie hypothyreoïdie diabetes mellitus diabetes insipidus bijnierinsufficiëntie groeihormoondeficiëntie feochromocytoom leprechaunisme (ziekte van Donohue) neurologisch hydrocefalus cerebrale parese mentale retardatie syndroom van Leigh subduraal hematoom diëncefaal syndroom metabole aandoeningen stapelingsziekten inborn errors of metabolism mitochondriële ziekten, waaronder ademhalingsketendefecten cdg-syndroom paroxismale aandoeningen andere oorzaken overdosering vitamine A progressieve diafysaire dysplasie chondrodysplasia punctata (skeletdysplasieën) chronische graft-versus-hostziekte systemische lupus erythematosus chromosomale afwijkingen syndroom (vacterl/charge) prenatale factoren intra-uteriene ondervoeding (sga) prematuriteit foetaal alcoholsyndroom foetaal abstinentiesyndroom foetaal anti-epilepticasyndroom congenitale infecties Tabel 3 Differentiaaldiagnose van niet groeien (naar Green 21 en Kliegman 22 ). Praktische Pediatrie nummer 2 december

5 Alvorens uitgebreide diagnostiek naar de oorzaak van failure to thrive in te zetten, is het van belang een gedetailleerde anamnese (inclusief familieanamnese) af te nemen, een nauwkeurig lichamelijk onderzoek te verrichten en zo volledig mogelijke groeicurven op te stellen. Groeicurven kunnen tegenwoordig uitstekend elektronisch geconstrueerd worden, bijvoorbeeld met de growth analyser ( Bovendien zijn er groeicurven voor kinderen van verschillende topografische en etnische afkomst beschikbaar. Het stroomdiagram (figuur 2) geeft aan wanneer de verschillende vormen van aanvullende diagnostiek kunnen worden ingezet. Op deze manier kan bij het kind systematisch gezocht worden naar een oorzaak. Het eerste deel van de analyse kan vaak poliklinisch verlopen, waardoor een eventueel klinisch traject optimaal benut kan worden. Het moment waarop verschillende diagnostische tests worden ingezet, wordt bepaald door epidemiologische, financiële en praktische overwegingen. Verteringsonderzoek van de feces kan bijvoorbeeld al poliklinisch worden uitgevoerd in verband met de te verwachten lange wachttijd op uitslagen. Als een kind echter diarree heeft, is de verzameling thuis meestal onbetrouwbaar door verlies van feces, wegtrekken van vocht in de luier en bijmenging van urine. In dit geval geniet nauwkeurige verzameling van feces tijdens een opname de voorkeur. Oorzaken van niet groeien zijn onder te verdelen in onvoldoende inname, onvoldoende absorptie van voedingsstoffen en toename van energiebehoefte. Het aantal mogelijke oorzaken is bijna eindeloos. In tabel 3 wordt een groot aantal van deze oorzaken weergegeven, maar zelfs dit overzicht is niet volledig. Conclusie Wanneer een kind wordt doorverwezen met onvoldoende groei en niet gedijen, moet eerst bekeken worden of het voldoet aan de criteria voor ftt. Het symptoom ftt kent een uitgebreide differentiaaldiagnose. Het verdient aanbeveling energie-inname en energiebehoefte te bepalen alvorens uitvoerige diagnostiek in te zetten. Hierna kan via een stappenplan bepaald worden of specifieke diagnostiek moet worden ingezet en of eventuele verwijzing naar een tertiair centrum nodig is. Referenties 1 Olsen EM. Failure to thrive: still a problem of definition. Clin Pediatr 2006;45:1. 2 Drotar D. Summary of discussion at NIMH conference October 1984: New directions in failure to thrive research. New York: Plenum Press, 1985, pp Bithoney WG, Dubowitz H, Egan H. Failure to thrive-growth deficiency. Pediatr Rev 1992;13: Kliegman RM, Greenbaum LA, Lye PS. Practical strategies in pediatric diagnosis and therapy. (2nd ed.), Harcourt Health Sciences, p Olsen EM, Petersen J, Skovgaard AM, Weile B, Jørgensen, Wright CM. Failure to thrive: the prevalence and concurrence of anthropometric criteria in a general infant population. Arch Dis Child 2007;92:109. Voor meer referenties verwijzen wij u naar Geen financiële banden. Aanpak bij failure to thrive Blok 1 Poliklinisch Anamnese: aandacht voor voedselinname, eetpatroon (voedselweigeraar?), spugen, defecatiepatroon, interactie ouder-kind. Familieanamnese: aandacht voor consanguïniteit, land van herkomst, doodgeboortes, allergieën, ontwikkelings- en groeiproblemen, familiaire ziekten. Lichamelijk onderzoek inclusief inschatting psychomotorische ontwikkeling, bij twijfel eventueel beoordeling door neuroloog en/of fysiotherapeut. Evalueren groeigegevens (gewicht, lengte, schedelomtrek) (groeicurve elektronisch construeren op Berekening energiebehoefte volgens Schofield. Evalueren voedselinname via dieetlijst gedurende minimaal drie dagen, beoordeling door diëtiste. Opstellen differentiaaldiagnose Blok 2 Poliklinisch Evaluatie voedselinname met voedingslijsten: hoeveelheid, calorieën, samenstelling/deficiëntie. Voedingsadviezen door diëtiste. Evaluatie eetpatroon + interactie/relatie ouders-kind. Zie differentiaaldiagnose tabel 3 inadequate inname, ook voor het vaststellen van aanvullende diagnostiek. Blok 3 Poliklinisch (aanvullend onderzoek op geleide van differentiaaldiagnose) Bloed: volledig bloedbeeld inclusief leukocytendifferentiatie, reticulocyten, ijzerstatus; bse, crp, ureum, creatinine, natrium, kalium, calcium, fosfaat, Astrup, alkalische fosfatase, asat, alat, albumine, glucose; specifiek IgE tegen voor allergie verdachte voedingsmiddelen; coeliakieserologie: IgA, IgA anti-endomysiumantistoffen, IgA anti-tissue-transglutaminase-antistoffen. Urine: portie: algemeen onderzoek; reductie; urinekweek. Feces (bij gastro-intestinale klachten): portie: parasitair onderzoek; leukocyten, occult bloed; alfa-1-antitrypsine; ph-waarde, lactaat, reductie, elastase, chymotrypsine; 72-uurs feces: vetbalans (+ bijhouden voedselinname). Blok 4 Klinisch (aanvullend onderzoek op geleide van differentiaaldiagnose) Klinische observatie eetpatroon, gedrag en interactie (eetteam). Naar aanleiding van symptomen en bevindingen: beoordeling door klinisch geneticus en/of neuroloog en/of fysiotherapeut en/of logopedist. Bloed: zo nodig aanvullen met: vrij T4, tsh; plasma metabool onderzoek. Zweettest. ecg + op indicatie echo cor. Urine: zie blok 3, zo nodig aanvullen met: 24-uurs urine: natrium, kalium, creatinine, osmolariteit, eiwit; aminozuren; urine metabool onderzoek. Feces: zie blok 3, zo nodig aanvullen met: portie: Helicobacter-pylori-antigeen. Radiologie: X-thorax; echo abdomen: lever, milt, nieren; echo cerebrum/mri cerebrum; X-slik/pH-metrie. Blok 5 Indicaties voor doorverwijzing naar tertiair centrum Bepaling energiebehoefte met calorimetrie. Gastro-/colonoscopie inclusief afname darmbiopten. Herbeoordeling mri-cerebrum door kinderradioloog. Indien evaluatie door meerdere subspecialisten noodzakelijk is. 52 nummer 2 december 2007 Praktische Pediatrie

Failure to thrive bij zuigelingen en peuters

Failure to thrive bij zuigelingen en peuters Dienst kindergastroenterologie Failure to thrive bij zuigelingen en peuters Alarmtekens Initiële aanpak Failure to thrive? Failure to thrive? Definitie Geen diagnose, maar een fysische toestand Onvoldoende

Nadere informatie

De Eetpoli Diagnostisch Centrum Voedingsproblemen

De Eetpoli Diagnostisch Centrum Voedingsproblemen De Eetpoli Diagnostisch Centrum Voedingsproblemen 17 maart 2018 Nee-Eten contactdag Drs. Hilde Krom, arts-onderzoeker Dr. Angelika Kindermann, kinderarts-mdl INLEIDING INLEIDING Fysiologie Respiratoir

Nadere informatie

Inhoud Presentatie. Femke Mensen, diëtist. Definitie voedingstoestand

Inhoud Presentatie. Femke Mensen, diëtist. Definitie voedingstoestand Inhoud Presentatie ingebouwd in Epic Femke Mensen Diëtist nefrologie Wie ben ik? Voedingstoestand Aanleiding Wat is de? in Elektronisch dossier Epic inbouwen, hoe ziet dat eruit? Disclosure belangen spreker

Nadere informatie

Transmurale Afspraak Nierfunctiestoornis. 30 september 2010

Transmurale Afspraak Nierfunctiestoornis. 30 september 2010 Transmurale Afspraak Nierfunctiestoornis 30 september 2010 Onderwerpen 1. Definitie 2. Prevalentie 3. Richtlijnen 4. Diagnostiek 5. Preventie nierfunctieverlies 6. Behandeling metabole complicaties 7.

Nadere informatie

Overzichtskaart. Voeding en eetgedrag

Overzichtskaart. Voeding en eetgedrag Overzichtskaart Voeding en eetgedrag Stroomdiagram 0-19 jaar Standaardzorg: biometrie basisanamnese lichamelijk onderzoek ontwikkelingsonderzoek Ouder of kind/jongere komt met vragen over voeding of eetgedrag

Nadere informatie

PEG en Mickey button: Wanneer wel, wanneer niet? dr.harma A.Koetse Kinderarts MDL Beatrix Kinderziekenhuis UMCG Groningen 14november 2012 Introductie Indicaties / contra-indicaties Verwachtingen ouders/professionals

Nadere informatie

Protocol Obesitas St. Antonius Ziekenhuis. Gera Hoorweg-Nijman & Marja van der Vorst kinderartsen

Protocol Obesitas St. Antonius Ziekenhuis. Gera Hoorweg-Nijman & Marja van der Vorst kinderartsen Protocol Obesitas St. Antonius Ziekenhuis Gera Hoorweg-Nijman & Marja van der Vorst kinderartsen Kinderen en adolescenten met obesitas 1. Definities 2. Indicatie verwijzing 3. Poliklinische verwijzing

Nadere informatie

Een zuigeling met een infectie

Een zuigeling met een infectie Een zuigeling met een infectie Katja Heitink-Pollé, kinderarts, hematoloog-oncoloog WKZ en Flevoziekenhuis Masja de Haas Sanquin Casus Meisje van 6 maanden oud 3e kind van Surinaamse ouders Reden van komst:

Nadere informatie

Minisymposium voedselallergie. 28 april 2011 Chris Nieuwhof, internistallergologe/immunologe

Minisymposium voedselallergie. 28 april 2011 Chris Nieuwhof, internistallergologe/immunologe Minisymposium voedselallergie 28 april 2011 Chris Nieuwhof, internistallergologe/immunologe Verschillende noten Verschillende noten Voedsel allergie Wat is allergie? Allergie is een afweerreactie (van

Nadere informatie

Een hypotone pasgeborene. Drs. J.E. Deelen, Dr. S. Peeters, Prof. Dr. Y. Vandenplas, Drs. E.A. Smit-Kleinlugtenbeld

Een hypotone pasgeborene. Drs. J.E. Deelen, Dr. S. Peeters, Prof. Dr. Y. Vandenplas, Drs. E.A. Smit-Kleinlugtenbeld Een hypotone pasgeborene Drs. J.E. Deelen, Dr. S. Peeters, Prof. Dr. Y. Vandenplas, Drs. E.A. Smit-Kleinlugtenbeld Moeder 2 G3P2 Bloedgroep A positief Serologie negatief GBS positief Moeder Graviditeit

Nadere informatie

Reflecterend testen in de huisartsenpraktijk. Rein Hoedemakers / Peter van t Sant Klinisch chemici

Reflecterend testen in de huisartsenpraktijk. Rein Hoedemakers / Peter van t Sant Klinisch chemici Reflecterend testen in de huisartsenpraktijk Rein Hoedemakers / Peter van t Sant Klinisch chemici Wat kunt u verwachten? Wat is reflecterend testen? Waarom reflecterend testen? Voorbeelden uit de praktijk.

Nadere informatie

Ondervoeding. 1.1 Begrippen

Ondervoeding. 1.1 Begrippen 1 Ondervoeding Wanneer is er sprake van ondervoeding? Welke soorten ondervoeding zijn er? En wat is eraan te doen? Voor een antwoord op deze en andere vragen volgt eerst een uiteenzetting van de diverse

Nadere informatie

(n.a.v. Richtlijn koorts bij kinderen NVK aangepast voor Medisch Centrum Alkmaar)

(n.a.v. Richtlijn koorts bij kinderen NVK aangepast voor Medisch Centrum Alkmaar) Koorts bij kinderen van 0 tot 1 maand (0-28 dagen) (n.a.v. Richtlijn koorts bij kinderen NVK aangepast voor Medisch Centrum Alkmaar) Betreft: kinderen (jonger dan 1 maand) met koorts, verdacht van een

Nadere informatie

29-6-2011. Jeroen de Wilde, Arts M&G-onderzoeker JGZ 4-19 CJG Den Haag 29 juni 2011 2. Ondergewicht = Westerse landen: 2-15% Asian enigma

29-6-2011. Jeroen de Wilde, Arts M&G-onderzoeker JGZ 4-19 CJG Den Haag 29 juni 2011 2. Ondergewicht = Westerse landen: 2-15% Asian enigma Jeroen de Wilde, Arts M&G-onderzoeker JGZ 4-19 CJG Den Haag 29 juni 2011 2 29 juni 2011 1 Ondergewicht = A. Een gewicht of BMI onder een bepaalde grenswaarde Gewicht naar lengte, per geslacht Gewicht naar

Nadere informatie

CASUSSCHETSEN. Op het CB wordt aan voedselallergie gedacht en hypo-allergene voeding geadviseerd.

CASUSSCHETSEN. Op het CB wordt aan voedselallergie gedacht en hypo-allergene voeding geadviseerd. INTERLINE LABORATORIUM april 2006 CASUSSCHETSEN Casusschets 1 Wouter Berghuis, vijf maanden oud. Groeit net boven de P 10 lijn. Klachten (volgens moeder): buikkrampjes, eczeem, onrustig gedrag en veel

Nadere informatie

Ketogeen dieet bij refractaire epilepsie. Liesbeth Rietveld Carly Jansen

Ketogeen dieet bij refractaire epilepsie. Liesbeth Rietveld Carly Jansen Ketogeen dieet bij refractaire epilepsie Liesbeth Rietveld Carly Jansen Voorstellen Inhoud Epilepsie; gevolgen en behandelingen Ketogeen dieet Verpleegkundige interventies Samenvatting - Epilepsie Tijdelijke

Nadere informatie

12-10-2012. Voedingszorg rondom de COPD-patiënt. 2. In welke gold klasse valt mevrouw?

12-10-2012. Voedingszorg rondom de COPD-patiënt. 2. In welke gold klasse valt mevrouw? Voedingszorg rondom de COPD-patiënt Landelijk Diëtisten Netwerk COPD (LDN COPD) Gonnie Geraerts Heleen Froon Paula van Melick Anke Kalisvaart 1. Welke gegevens vraag je na en welke antropometrie voer je

Nadere informatie

Voedingszorg rondom de COPD-patiënt

Voedingszorg rondom de COPD-patiënt Voedingszorg rondom de COPD-patiënt Landelijk Diëtisten Netwerk COPD (LDN COPD) Gonnie Geraerts Heleen Froon Paula van Melick Anke Kalisvaart 1. Welke gegevens vraag je na en welke antropometrie voer je

Nadere informatie

Betreft: kinderen (1 tot 3 maanden) met koorts, verdacht van een infectie, met uitsluiting van de gehospitaliseerde neonaat.

Betreft: kinderen (1 tot 3 maanden) met koorts, verdacht van een infectie, met uitsluiting van de gehospitaliseerde neonaat. Koorts bij kinderen van 1 tot 3 maanden (28 dagen tot en met 12 weken) (n.a.v. Richtlijn koorts bij kinderen NVK aangepast voor Medisch Centrum Alkmaar) Betreft: kinderen (1 tot 3 maanden) met koorts,

Nadere informatie

Joep, en zijn vermoeide ouders

Joep, en zijn vermoeide ouders Casus 1 Joep 1 Joep, en zijn vermoeide ouders Joep is 3 maanden oud en komt met zijn jonge ouders op het spreekuur. Ouders zien er vermoeid en gespannen uit. Joep huilt veel en is moeilijk te troosten,

Nadere informatie

3.1. DIAGNOSTIEK BIJ EEN NEONAAT MET AMBIGUE GENITALIA

3.1. DIAGNOSTIEK BIJ EEN NEONAAT MET AMBIGUE GENITALIA 3. DIAGNOSTIEK BIJ VERDENKING OP AGS Indicatie Diagnostiek naar AGS kan geindiceerd zijn in 3 situaties: 1. Een neonaat met ambigue genitalia 2. Afwijkende neonatale screeningsuitslag voor AGS 3. Potentiële

Nadere informatie

Referentiewaarden. 1/11 Documentnummer 314, versie 44

Referentiewaarden. 1/11 Documentnummer 314, versie 44 A AAT 0,9-2,0 g/l ALAT m < 45 U/l v < 34 Albumine 35-50 g/l Albumine/kreatinine ratio m < 2,5 v < 3,5 Alkalische fosfatase 0-14 d < 248 U/l 15 d - 1 j < 470 1-10 j < 335 10-13 j < 417 m 13-15 j < 468 m

Nadere informatie

CMV, EBV, Toxoplasma. Diagnostiek. Inge Gyssens Dienst infectieziekten Internist infectioloog

CMV, EBV, Toxoplasma. Diagnostiek. Inge Gyssens Dienst infectieziekten Internist infectioloog CMV, EBV, Toxoplasma Diagnostiek Inge Gyssens Dienst infectieziekten Internist infectioloog Man, 50 jaar Sinds 8d uit Thailand, 1 maand verblijf (nieuwe partner aldaar) Branderig gevoel ter hoogte van

Nadere informatie

Ondervoeding bij Ouderen 14/11/2013. S. Lonterman; Klinisch Geriater

Ondervoeding bij Ouderen 14/11/2013. S. Lonterman; Klinisch Geriater Ondervoeding bij Ouderen 14/11/2013 Inhoud Presentatie Definitie Ondervoeding Verschillende schalen Ouderen Centrum & Ondervoeding HagaZiekenhuis & Ondervoeding Eigen Onderzoek Voedingsgebied Supplementen

Nadere informatie

Chronische nierschade A. van Tellingen. Smeerolie voor de poli 2015

Chronische nierschade A. van Tellingen. Smeerolie voor de poli 2015 Chronische nierschade A. van Tellingen Smeerolie voor de poli 2015 Wie dient verwezen te worden? 52-jarige vrouw met diabetische nefropathie: MDRD 62 ml/min/1.73m 2 en albuminurie 28 mg/l? 68-jarige man:

Nadere informatie

Klinische hongerprovocatie

Klinische hongerprovocatie Klinische hongerprovocatie Kinderen die voor hun voeding en groei gedurende lange tijd afhankelijk zijn geweest van enterale voeding (sondevoeding) via een neus-maagsonde of een PEG-sonde, kunnen het zelf

Nadere informatie

De NVD heet je van harte welkom bij deze sessie!

De NVD heet je van harte welkom bij deze sessie! De NVD heet je van harte welkom bij deze sessie! Uitgebreide antropometrie in de praktijk: meten is, goed kunnen adviseren in, weten wat te eten! Cora Jonkers Academisch Medisch Centrum Nutritional assessment

Nadere informatie

Voedingsmanagement in de Psychiatrie

Voedingsmanagement in de Psychiatrie Voedingsmanagement in de Psychiatrie Anneke van Hellemond, diëtist Anneke Wijtsma, diëtist 1 Inhoud presentatie Voedingsproblemen Overgewicht Metabool syndroom Verwijzen naar gespecialiseerd diëtist Behandelwijze

Nadere informatie

Van sepsis tot orgaanfalen

Van sepsis tot orgaanfalen Van sepsis tot orgaanfalen Hoe een infectie uit de hand kan lopen in neutropene patiënten 21 januari 2015 J.C. Regelink, internist hematoloog 4 th Nursing Symposoim Inhoud Historie Begrippen Sepis en orgaanfalen

Nadere informatie

Voedingskundige ondersteuning bij ALS

Voedingskundige ondersteuning bij ALS Voedingskundige ondersteuning bij ALS Post-HBO cursus Voeding bij Spierziekten 4 juni 2009 Nicole Broekman-Peters, diëtist UMCU en De Hoogstraat Contact: n.broekman-peters@umcutrecht.nl Inhoud Diëtistisch/methodisch

Nadere informatie

Dermatitis herpetiformis

Dermatitis herpetiformis 88 08 Samenvatting Richtlijnen Dermatologie 2015 Dermatitis herpetiformis Dr. A.C. de Groot, dr. T.J. Stoof De richtlijn dateert uit 2008. De tekst van de samenvatting is niet gewijzigd. Inleiding De richtlijn

Nadere informatie

Op weg naar een gezonder voedingspatroon

Op weg naar een gezonder voedingspatroon Op weg naar een gezonder voedingspatroon Wanneer is maatwerk van de kinderdiëtist nodig? Ir. Brenda Glas, voedingskundige/kinderdiëtist Brenda Glas, Consultancy in kindervoeding Voorzitter NKD Disclosure

Nadere informatie

Hartfalen bij verpleeghuisbewoners; waar liggen de uitdagingen?

Hartfalen bij verpleeghuisbewoners; waar liggen de uitdagingen? Hartfalen bij verpleeghuisbewoners; waar liggen de uitdagingen? Drs. Mariëlle AMJ van der Velden-Daamen Prof. Dr. Jan PH Hamers Prof. Dr. Hans Peter Brunner la Rocca Dr. Frans ES Tan Prof. Dr. Jos MGA

Nadere informatie

Allemaal Beestjes. Eline van der Hagen Kcio 15 juni 2017

Allemaal Beestjes. Eline van der Hagen Kcio 15 juni 2017 Allemaal Beestjes Eline van der Hagen Kcio 15 juni 2017 Voorgeschiedenis Vrouw, 68 jaar Diabetes type 2 (1995), hypertensie (2010), chronische nierinsuffiëntie (2012) Presentatie op de SEH In de nacht

Nadere informatie

JGZ richtlijn voeding en eetgedrag

JGZ richtlijn voeding en eetgedrag JGZ richtlijn voeding en eetgedrag netwerkdag NKD 20 september 2013 Brenda Glas Wat gaan we tot ons nemen? Najaar 2013 JGZ-richtlijn Voeding en eetgedrag 2012 NVK-richtlijn Signalering van somatische oorzaken

Nadere informatie

Richtlijn Diagnostiek van Koemelkallergie bij Kinderen in Nederland

Richtlijn Diagnostiek van Koemelkallergie bij Kinderen in Nederland Richtlijn Diagnostiek van Koemelkallergie bij Kinderen in Nederland OVERZICHT VAN DE DOOR DE NVK GEAUTORISEERDE AANBEVELINGEN Uitgangsvraag 1 Bij welke symptomen, aanwijzingen uit de (voedings)anamnese

Nadere informatie

Samenvatting en conclusies

Samenvatting en conclusies Samenvatting en conclusies 8 Chapter 8 74 Samenvatting Hoofdstuk 1 geeft een algemene inleiding op dit proefschrift. De belangrijkste doelen van dit proefschrift waren achtereenvolgens: het beschrijven

Nadere informatie

CHAPTER 12. Samenvatting

CHAPTER 12. Samenvatting CHAPTER 12 Samenvatting Samenvatting 177 In hoofdstuk 1 wordt een toegenomen overleving gerapporteerd van zeer vroeggeboren kinderen, gerelateerd aan enkele nieuwe interventies in de perinatologie. Uitkomsten

Nadere informatie

Gastro-Intestinal Diet

Gastro-Intestinal Diet GASTRO-INTESTINAL DIET Voeding speelt een belangrijke rol bij de behandeling van maag-darmaandoeningen. Daarom zal uw dierenarts uw hond meestal een speciale dieetvoeding voorschrijven. Bij de behandeling

Nadere informatie

3. DIAGNOSTIEK BIJ VERDENKING OP AGS IN DE NEONATALE PERIODE

3. DIAGNOSTIEK BIJ VERDENKING OP AGS IN DE NEONATALE PERIODE 3. DIAGNOSTIEK BIJ VERDENKING OP AGS IN DE NEONATALE PERIODE Diagnostiek naar AGS kan geïndiceerd zijn in 3 situaties: 1. Een neonaat met ambigue genitalia 2. Afwijkende neonatale screeningsuitslag voor

Nadere informatie

Agenda. Help, strijd aan tafel. Wanneer eetgedrag een probleem is. Wanneer eten geven een probleem is. Signalering.

Agenda. Help, strijd aan tafel. Wanneer eetgedrag een probleem is. Wanneer eten geven een probleem is. Signalering. Help, strijd aan tafel Agenda DOK h Esther Konijn, kinderdiëtist De Bloei Diëtistenpraktijk voor Jeugd en Gezin Ellen Blom, kinderdiëtist Voeding op Maat Kennismakingsrondje met verwachtingen Begrippen

Nadere informatie

Voeding bij kinderen met een neurologische / neuromusculaire aandoening. Coby Wijnen, diëtist

Voeding bij kinderen met een neurologische / neuromusculaire aandoening. Coby Wijnen, diëtist Voeding bij kinderen met een neurologische / neuromusculaire aandoening Coby Wijnen, diëtist Rooijmans 2005 Inf V&D Onderwerpen: kauw / slikstoornissen obesitas antropometrie energiebehoefte macro / micronutriënten

Nadere informatie

Bijlage KA.1 Diagnostisch instrument overgewicht kinderen

Bijlage KA.1 Diagnostisch instrument overgewicht kinderen Bijlage KA.1 Diagnostisch instrument overgewicht kinderen Doel Met behulp van het Diagnostisch instrument overgewicht kinderen kan de kinderarts signaleren in welke mate er sprake is van overgewicht, een

Nadere informatie

Medische begeleiding van mensen met Sotos syndroom

Medische begeleiding van mensen met Sotos syndroom Medische begeleiding van mensen met Sotos syndroom Informatie en advies voor (huis)arts en tandartsen D. Tanir AVG i.o Juni 2014 1 Algemeen Sotos syndroom is genetisch bepaalde overgroei en ontwikkeling

Nadere informatie

Koorts. Diagnostische valkuilen bij de oudere patiënt

Koorts. Diagnostische valkuilen bij de oudere patiënt Koorts Diagnostische valkuilen bij de oudere patiënt Koorts Sinds de Oudheid weet men dat verhoogde lichaamstemperatuur een teken van ziekte kan zijn Vanaf 16-17 e eeuw worden thermometers ontwikkeld 1868

Nadere informatie

Inhoud en inleiding. Op zoek naar de balans bij ziekte-specifiek darmfalen. Diagnostiek en praktische voedingsaspecten

Inhoud en inleiding. Op zoek naar de balans bij ziekte-specifiek darmfalen. Diagnostiek en praktische voedingsaspecten Op zoek naar de balans bij ziekte-specifiek darmfalen. Diagnostiek en praktische voedingsaspecten Inhoud en inleiding Als gevolg van radicale darmoperaties bij inflammatoire darmziekte, ontstond bij twee

Nadere informatie

(n.a.v. Richtlijn koorts bij kinderen NVK aangepast voor Medisch Centrum Alkmaar)

(n.a.v. Richtlijn koorts bij kinderen NVK aangepast voor Medisch Centrum Alkmaar) Koorts bij kinderen > 3 maanden ( > 12 weken oud) (n.a.v. Richtlijn koorts bij kinderen NVK aangepast voor Medisch Centrum Alkmaar) Betreft: kinderen (vanaf 3 maanden) met koorts, verdacht van een infectie.

Nadere informatie

INLEIDING (7 pp.) Katelijne Van Hoeck, VWVJ

INLEIDING (7 pp.) Katelijne Van Hoeck, VWVJ INLEIDING (7 pp.) Katelijne Van Hoeck, VWVJ & BASISTEKST VAN SIGNAAL NAAR ZORG : EEN AANBEVELING VOOR DE DETECTIE VAN EET- EN GEWICHTSPROBLEMEN (19 pp.) VWVJ en vzw Eetexpert Schematisch traject van signaal

Nadere informatie

Bijna alle levensmiddelen bevatten eiwit. Het komt voor in zowel plantaardige als dierlijke producten.

Bijna alle levensmiddelen bevatten eiwit. Het komt voor in zowel plantaardige als dierlijke producten. Elk kind wegen bij opname, groeicurve invullen Anamnese : allergie, nierinsufficiëntie, gluten intolerantie, Hoe is zijn eetlust? Is hij vegetariër? Heeft hij pijn? Koolhydraten zijn een belangrijke energieleverancier.

Nadere informatie

Workup Plan Neonatale Erythrodermie EEN PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR ARTSEN. Op basis van de flowchart uit het protocol

Workup Plan Neonatale Erythrodermie EEN PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR ARTSEN. Op basis van de flowchart uit het protocol Wrkup Plan Nenatale Erythrdermie EEN PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR ARTSEN Op basis van de flwchart uit het prtcl Drs. E. Cuperus, dermatlg Prf. Dr. S.G.M.A. Pasmans, kinderdermatlg-immunlg 1 Flwchart aanpak

Nadere informatie

Nieuwe ESPGHAN richtlijnen bij obstipatie

Nieuwe ESPGHAN richtlijnen bij obstipatie Nieuwe ESPGHAN richtlijnen bij obstipatie Dr. S. Vande Velde Dienst kindergastro-enterologie UZ Gent Prof Dr Van Winckel Prof Dr Van Biervliet Dr De Bruyne 1 Meisje 8 jaar oud Op spoed met mama, al 2 maand

Nadere informatie

INFO VOOR PATIËNTEN KLEINE GESTALTE ERFELIJKHEIDSONDERZOEK

INFO VOOR PATIËNTEN KLEINE GESTALTE ERFELIJKHEIDSONDERZOEK INFO VOOR PATIËNTEN KLEINE GESTALTE ERFELIJKHEIDSONDERZOEK INHOUD 01 Wat is een kleine gestalte? 4 02 Wat bepaalt de uiteindelijke gestalte? 4 03 Inschatting uiteindelijke gestalte 5 04 Verklaring voor

Nadere informatie

MRI van de hersenen bij congenitale cytomegalovirus infectie

MRI van de hersenen bij congenitale cytomegalovirus infectie MRI van de hersenen bij congenitale cytomegalovirus infectie Department of Pediatrics / Child Neurology Center for Childhood White Matter Disorders VU University Medical Center Amsterdam, NL Hersenen en

Nadere informatie

Protocol Chronische nierschade op basis van de LTA

Protocol Chronische nierschade op basis van de LTA Protocol Chronische nierschade op basis van de LTA A. Doel en achtergrondinformatie Doel Patiënten met chronische nierschade in een vroege fase diagnosticeren en het juiste behandeltraject inzetten om

Nadere informatie

Kick-off symposium Transmuraal zorgpad longaanval COPD Voeding en beweging

Kick-off symposium Transmuraal zorgpad longaanval COPD Voeding en beweging Kick-off symposium Transmuraal zorgpad longaanval COPD Voeding en beweging H. de Blank, diëtist MCH I. Zuliani, diëtist MCH L. Albeda, fysiotherapeut HagaZiekenhuis Disclosure belangen sprekers (potentiële)

Nadere informatie

Vroege herkenning en behandeling van ondervoeding in het ziekenhuis

Vroege herkenning en behandeling van ondervoeding in het ziekenhuis Vroege herkenning en behandeling van ondervoeding in het ziekenhuis Uitgangspunten: Vroege herkenning: - binnen 24 uur na opname - hoogrisicopatiënten tijdens polikliniekbezoek Snelle en optimale behandeling

Nadere informatie

Beoordeling van de voedingsstatus, vertering en absorptie bij patiënten met lokaal uitgebreide alvleesklierkanker

Beoordeling van de voedingsstatus, vertering en absorptie bij patiënten met lokaal uitgebreide alvleesklierkanker Beoordeling van de voedingsstatus, vertering en absorptie bij patiënten met lokaal uitgebreide alvleesklierkanker PAN-NUTRIENT STUDIE Drs. CM Lochtenberg Potjes, JE Witvliet MSc, Dr. MAE De van der Schueren,

Nadere informatie

Kankerregistratie gebeurt volgens de richtlijnen van de Stichting Kankerregister

Kankerregistratie gebeurt volgens de richtlijnen van de Stichting Kankerregister 6. Kankerregistratie 1. Formulieren Kankerregistratie gebeurt volgens de richtlijnen van de Stichting Kankerregister Zie bijlage 3 en 4 Handleiding voor het invullen van de formulieren van de Stichting

Nadere informatie

Mijn baby is te klein. Wat als initieel bilan? Welke zijn alarmtekens?

Mijn baby is te klein. Wat als initieel bilan? Welke zijn alarmtekens? Mijn baby is te klein Wat als initieel bilan? Welke zijn alarmtekens? Seminarie kindergeneeskunde, de Montil, 17/04/2018 Belang van vroege herkenning van groeivertraging Normale groei teken van gezondheid

Nadere informatie

Chronische Nierschade

Chronische Nierschade Chronische Nierschade Uitingen nieraandoeningen: Verlies van eiwit via de urine, albuminurie Specifieke sedimentsafwijkingen Afname van de glomerulaire filtratiesnelheid Micro-albuminurie: In een willekeurige

Nadere informatie

Waarom worden uw risico s in kaart gebracht?

Waarom worden uw risico s in kaart gebracht? Deze folder is ontwikkeld door het Expect onderzoeksteam van de Universiteit Maastricht. Meer informatie over het Expect onderzoek vindt u op www.zwangerinlimburg.nl Waarom worden uw risico s in kaart

Nadere informatie

Koorts bij zuigelingen

Koorts bij zuigelingen Koorts bij zuigelingen En waarom we er altijd een beetje bang van moeten zijn Herfstsymposium 2015 ZNA Koningin Paola Kinderziekenhuis Mark van Oort Definitie Waar hebben we het over: rectaal gemeten temperatuur

Nadere informatie

Voeding na ontslag. Eerste symposium regionale neonatologie. Sophie van der Schoor OLVG, Amsterdam

Voeding na ontslag. Eerste symposium regionale neonatologie. Sophie van der Schoor OLVG, Amsterdam Voeding na ontslag Eerste symposium regionale neonatologie Sophie van der Schoor OLVG, Amsterdam Presentatie 1. Belang groei eerste jaar 2. Wel of niet verrijkte voeding/bmf 3. Best practice 4. Conclusie

Nadere informatie

Nupie t Olifantje GENEESKUNDE 2DE DOC KINDERGENEESKUNDE

Nupie t Olifantje GENEESKUNDE 2DE DOC KINDERGENEESKUNDE GENEESKUNDE 2DE DOC KINDERGENEESKUNDE 2007-2008 KINDERGENEESKUNDE Prof. K. De Boeck Prof. C. Van Geet Prof. L. Lagae Leerstof Geïntegreerde colleges: slides (= leerstof) Responsiecolleges (teksten op toledo):

Nadere informatie

BMI protocol. Doel protocol Gezamenlijk protocol van de 1 e en 2 e lijn met als doel een eenduidig beleid voor alle zwangeren met een BMI > 30.

BMI protocol. Doel protocol Gezamenlijk protocol van de 1 e en 2 e lijn met als doel een eenduidig beleid voor alle zwangeren met een BMI > 30. BMI protocol Doel protocol Gezamenlijk protocol van de 1 e en 2 e lijn met als doel een eenduidig beleid voor alle zwangeren met een BMI > 30. BMI onderverdeling (kg/m2) Ondergewicht: BMI

Nadere informatie

Meten caloriebehoefte door middel van indirecte caloriemetrie van de IC-patiënt met een endotracheale tube of canule.

Meten caloriebehoefte door middel van indirecte caloriemetrie van de IC-patiënt met een endotracheale tube of canule. # Doel* Gebruik van de metabole monitor. # Toepassingsgebied Intensive Care. # Indicatie Meten caloriebehoefte door middel van indirecte caloriemetrie van de IC-patiënt met een endotracheale tube of canule.

Nadere informatie

6 e mini symposium Ouderenzorg

6 e mini symposium Ouderenzorg 6 e mini symposium Ouderenzorg Aanvullende diagnostiek bij dementie in de 1 e lijn Suzanne Boot, specialist ouderengeneeskunde, kaderarts psychogeriatrie i.o. 28-09-2015 Pagina 1 6 e Mini symposium ouderenzorg

Nadere informatie

De rol van voeding bij darmkanker

De rol van voeding bij darmkanker De rol van voeding bij darmkanker Stefanie Mortier Oncologisch centrum 26 maart 2015 Inhoud 1. Oorzaken 2. Preventie 3. De nog niet behandelde patiënt 4. Radio- en chemotherapie 5. Chirurgie 6. Herstel,

Nadere informatie

Medische begeleiding van mensen met. Rubinstein-Taybi syndroom (RTS) Informatie en advies voor (huis)arts en tandarts. Verantwoording op www.nvavg.

Medische begeleiding van mensen met. Rubinstein-Taybi syndroom (RTS) Informatie en advies voor (huis)arts en tandarts. Verantwoording op www.nvavg. Medische begeleiding van mensen met Rubinstein-Taybi syndroom (RTS) Informatie en advies voor (huis)arts en tandarts. Verantwoording op www.nvavg.nl Algemeen Het RTS is een goed omschreven MR-MCA syndroom

Nadere informatie

Congenitaal gehoorverlies en de kinderarts. CDS symposium 17 maart 2010 Margot Mulder, kinderarts

Congenitaal gehoorverlies en de kinderarts. CDS symposium 17 maart 2010 Margot Mulder, kinderarts Congenitaal gehoorverlies en de kinderarts CDS symposium 17 maart 2010 Margot Mulder, kinderarts Kindergeneeskundig onderzoek naar de oorzaak van het congenitaal gehoorverlies doel Patiënt: te verwachten

Nadere informatie

Beademen: kan het nog beter? De rol van voeding

Beademen: kan het nog beter? De rol van voeding Refereeravond Multidisciplinaire route naar detubatie Beademen: kan het nog beter? De rol van voeding 17 juni 2014, Geertje Raemakers-van Driel, diëtist Inleiding doel voeden op IC eiwitstofwisseling,

Nadere informatie

Waarom worden uw risico s in kaart gebracht?

Waarom worden uw risico s in kaart gebracht? Deze folder is ontwikkeld door het Expect onderzoeksteam van de Universiteit Maastricht. Meer informatie over het Expect onderzoek vindt u op www.zwangerinlimburg.nl Waarom worden uw risico s in kaart

Nadere informatie

het anemieprotocol in de eerstelijn

het anemieprotocol in de eerstelijn Interpreteren en becommentariëren van uitslagen: het anemieprotocol in de eerstelijn Dr. ing. M.P.G. Leers, klinisch chemicus PAOKC Consultverlening NVKC 2013 Anemie Hb concentratie < ondergrens ref.waarde

Nadere informatie

Spijsverteringsstoornissen

Spijsverteringsstoornissen Spijsverteringsstoornissen Indicaties Voor pups tot 12 maanden: Acute en chronische diarree Maldigestie, malabsorptie Bacteriële overgroei Herstel Colitis Contra-indicaties Hyperlipidemie Lymfangiëctasie

Nadere informatie

Ontstekingsparameters in de huisartspraktijk. Warffum 2012

Ontstekingsparameters in de huisartspraktijk. Warffum 2012 Ontstekingsparameters in de huisartspraktijk Warffum 2012 Onderwerpen CRP, bezinking of beide CRP bij acuut hoesten CRP sneltest voor andere indicaties? CRP, bezinking of beide? Indicaties - infectie/ontsteking

Nadere informatie

Wijzigingen laboratoriumbepalingen ten opzichte van de richtlijn 2006

Wijzigingen laboratoriumbepalingen ten opzichte van de richtlijn 2006 RICHTLIJN LABORATORIUMBEPALINGEN EN PERIODIEK ONDERZOEK BIJ STABIELE CHRONISCHE HD EN PD PATIËNTEN Wijzigingen laboratoriumbepalingen ten opzichte van de richtlijn 2006 - Bepaling van de aluminiumspiegel

Nadere informatie

VSV Preventie groep B streptokokken ziekte neonaat september 2011

VSV Preventie groep B streptokokken ziekte neonaat september 2011 VSV Preventie groep B streptokokken ziekte neonaat september 2011 1.0 EPIDEMIOLOGIE In Nederland is circa 20% van alle zwangeren draagster van GBS. Naar schatting zal gemiddeld 50% van alle kinderen, van

Nadere informatie

Zwangerschapsdiabetes

Zwangerschapsdiabetes Zwangerschapsdiabetes Zwangerschapsdiabetes U bent zwanger en halverwege de zwangerschap krijgt u te horen dat u diabetes heeft. Er komt dan veel op u af. U wilt weten wat zwangerschapsdiabetes precies

Nadere informatie

Chapter 10. Samenvatting

Chapter 10. Samenvatting Chapter 10 Samenvatting 1 Hoofdstuk 1 beschrijft de achtergrondinformatie van de relatie tussen intrauteriene groeivertraging, waarvan het lage geboortegewicht een uiting kan zijn, en de gevolgen in de

Nadere informatie

De Kindercarrousel voor huisartsen en kinderartsen

De Kindercarrousel voor huisartsen en kinderartsen De Kindercarrousel voor huisartsen en kinderartsen 15-05-2013 Workshop Urineweginfecties bij kinderen Mijke Breukels, kinderarts Nicolien de Bie, huisarts Leerdoelen ס Definities (recidiverende UWI s,

Nadere informatie

Kwetsbaarheid bij ouderen is een proces van het opeenstapelen van lichamelijke, psychische en/of sociale tekorten in het functioneren dat de kans

Kwetsbaarheid bij ouderen is een proces van het opeenstapelen van lichamelijke, psychische en/of sociale tekorten in het functioneren dat de kans 1 Kwetsbaarheid bij ouderen is een proces van het opeenstapelen van lichamelijke, psychische en/of sociale tekorten in het functioneren dat de kans vergoot op negatieve gezondheidsuitkomsten (functiebeperkingen,opname

Nadere informatie

Parkinson en voeding. Melissa van der Plaats, diëtist Meander Medisch Centrum, voorheen ook Norschoten

Parkinson en voeding. Melissa van der Plaats, diëtist Meander Medisch Centrum, voorheen ook Norschoten Parkinson en voeding Melissa van der Plaats, diëtist Meander Medisch Centrum, voorheen ook Norschoten Wie ben ik? Diëtist Norschoten te Barneveld / Meander Medisch Centrum te Amersfoort Sinds 2012 aangesloten

Nadere informatie

Diabe&sche ketoacidose. Diana Jansen, ANIOS IC 6 maart 2015

Diabe&sche ketoacidose. Diana Jansen, ANIOS IC 6 maart 2015 Diabe&sche ketoacidose Diana Jansen, ANIOS IC 6 maart 2015 Casus 38- jarige man VG: blanco Buiten bewustzijn aangetroffen, onduidelijk of hij voordien klachten had Bij verdenking hypoglycemie in ambulance

Nadere informatie

Refeedingsyndroom in de Oncologie Marleen Ariëns en Esther Heijkoop Diëtisten

Refeedingsyndroom in de Oncologie Marleen Ariëns en Esther Heijkoop Diëtisten Refeedingsyndroom in de Oncologie Marleen Ariëns en Esther Heijkoop Diëtisten 2015 Agenda Historie Ondervoeding en oncologie Refeeding Casus tijdens de presentatie 1ste lijn Refeeding? Historie Belegeringen

Nadere informatie

Coeliakie bij kinderen

Coeliakie bij kinderen Coeliakie bij kinderen Bij uw kind is coeliakie geconstateerd, of wordt er onderzoek gedaan naar coeliakie. Coeliakie (spreek uit seuliakie, met de klemtoon op de laatste lettergreep) is een levenslange

Nadere informatie

Ketenprotocol. Kraamconsulten kinderartsen. Auteurs: E.D. Stam

Ketenprotocol. Kraamconsulten kinderartsen. Auteurs: E.D. Stam Ketenprotocol Kraamconsulten kinderartsen Auteurs: E.D. Stam Datum: 19 januari 2017 Algemeen Het Verloskundig Samenwerkings Verband Zoetermeer (VSV Zoetermeer ) is in 2012 formeel opgericht ter verbetering

Nadere informatie

Vroege diagnose van nieraandoeningen met behulp van urine onderzoek bij katten

Vroege diagnose van nieraandoeningen met behulp van urine onderzoek bij katten Vroege diagnose van nieraandoeningen met behulp van urine bij katten Methode en interpretatie van de resultaten Ontwikkeld in samenwerking met Tjerk Bosje, Specialist Interne Geneeskunde Inleiding Chronische

Nadere informatie

Down syndroom. Voorbeeld van transitie

Down syndroom. Voorbeeld van transitie Down syndroom Voorbeeld van transitie Tijdschr Kindergeneeskd 2013 81 nr 4 Down syndroom Trisomie 21 Meest voorkomende chromosomale afwijking bij levend geborenen (1 op 650) Meest voorkomende oorzaak van

Nadere informatie

(Chronische) Nierfalen

(Chronische) Nierfalen (Chronische) Nierfalen Algemene gegevens 1. Gegevens eigenaar: Wat is uw achternaam? Wat is de naam van uw huisdier, dat gezondheidsproblemen heeft? Gegevens huisdier met gezondheidsproblemen: Opmerking

Nadere informatie

Voorwoord 13. Hoofdstuk 1 Fysiologisch en anatomisch rappel 15

Voorwoord 13. Hoofdstuk 1 Fysiologisch en anatomisch rappel 15 Inhoudstafel Voorwoord 13 Hoofdstuk 1 Fysiologisch en anatomisch rappel 15 1.1 Menstruele cyclus 15 1.1.1 Ovulatie 15 1.1.2 Menstruele cyclus ter hoogte van het endometrium 17 1.2 Gametogenese 18 1.3 De

Nadere informatie

Voeding bij kanker. Rolverdeling diëtist, patiënt en verpleegkundige. Multidisciplinaire Zorg: Samen Werken. Liesbeth Haverkort MSc - 10 januari 2014

Voeding bij kanker. Rolverdeling diëtist, patiënt en verpleegkundige. Multidisciplinaire Zorg: Samen Werken. Liesbeth Haverkort MSc - 10 januari 2014 Voeding bij kanker Rolverdeling diëtist, patiënt en verpleegkundige Multidisciplinaire Zorg: Samen Werken Liesbeth Haverkort MSc - 10 januari 2014 Rolverdeling en interactie patiënt - diëtist - verpleegkundige

Nadere informatie

Moeheid. Robert Rozenberg, sportarts Sportgeneeskunde Rotterdam

Moeheid. Robert Rozenberg, sportarts Sportgeneeskunde Rotterdam Moeheid Robert Rozenberg, sportarts Sportgeneeskunde Rotterdam Robert Rozenberg Sportarts Sportgeneeskunde Rotterdam Rijndam Revalidatie Onderzoeker Erasmus MC Wat doet de sportarts? Consulten Bewegingsanalyses

Nadere informatie

Ziek zijn en voeding Informatie voor de ondervoede patiënt met een natrium- en/of vochtbeperkt dieet

Ziek zijn en voeding Informatie voor de ondervoede patiënt met een natrium- en/of vochtbeperkt dieet Ziek zijn en voeding Informatie voor de ondervoede patiënt met een natrium- en/of vochtbeperkt dieet Deze folder is bedoeld voor patiënten met een natrium en/of vochtbeperkt dieet waarbij ondervoeding

Nadere informatie

Nefrotisch syndroom Symptomen

Nefrotisch syndroom Symptomen Nefrotisch syndroom Het Nefrotisch Syndroom (NS) is een zeldzame aandoening van de nieren. Het is geen ziekte op zich, maar een combinatie van ziekteverschijnselen (symptomen) die samen optreden. Verschillende

Nadere informatie

Workup Plan Neonatale Erythrodermie en Collodion Baby EEN PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR ARTSEN. Op basis van de flowchart uit het protocol

Workup Plan Neonatale Erythrodermie en Collodion Baby EEN PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR ARTSEN. Op basis van de flowchart uit het protocol Workup Plan Neonatale Erythrodermie en Collodion Baby EEN PRAKTISCHE HANDLEIDING VOOR ARTSEN Op basis van de flowchart uit het protocol Drs. E. Cuperus, dermatoloog-onderzoeker Prof. Dr. S.G.M.A. Pasmans,

Nadere informatie

Tiener met abdominale klachten. Pauline Naessens ASO Pediatrie

Tiener met abdominale klachten. Pauline Naessens ASO Pediatrie Tiener met abdominale klachten Pauline Naessens ASO Pediatrie Oproep 14-jarig meisje Koorts tot 42 C Braken en waterige diarree Collaps Presentatie A : Vrije luchtweg B : AF 25/min, Kussmaul-ademhaling,

Nadere informatie

Onderzoek naar koemelkallergie

Onderzoek naar koemelkallergie Onderzoek naar koemelkallergie Uw kind heeft verschijnselen die wijzen op een allergie voor koemelk. In deze folder wordt uitgelegd wat een allergie voor koemelk bij jonge kinderen inhoudt. Ook krijgt

Nadere informatie

Consequenties voor de voeding

Consequenties voor de voeding Alleen Diabetes? Chronische Nierschade Diabetes Mellitustype 2 wat betekent dat voor de voeding? DieGo, diëtisten Gooi en Omstreken Mariëtte Hoogers, diëtist te Hilversum Bron: DieGo Caresharing Nevendiagnoses

Nadere informatie

Glucose-screening en Hypoglycemie

Glucose-screening en Hypoglycemie Inleiding is een frequent voorkomend probleem op een neonatologie afdeling. Het is belangrijk om hierop te anticiperen en daarom pasgeborenen, met een verhoogd risico op hypoglycemie, te screenen. Het

Nadere informatie