Regels en Richtlijnen examencommissie Kunstmatige intelligentie / Artificial Intelligence

Transcriptie

1 Regels en Richtlijnen examencommissie Kunstmatige intelligentie / Artificial Intelligence Artikel 1 Preambule 1. De volgende Regels en Richtlijnen (hierna te noemen R&R) betreffen het functioneren van de examencommissie van de bacheloropleiding Kunstmatige intelligentie en de masteropleiding Artificial Intelligence, alsmede de goede gang van zaken met betrekking tot de examens van deze opleidingen en de tentamens van de daartoe behorende examenonderdelen. 2. De R&R dienen ter uitvoering van de taken die de examencommissie zijn opgedragen door de Wet op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk onderzoek, zoals aangeduid in artikel 4.8 van de Onderwijs- en examenregeling van deze opleidingen. 3. Waar bepalingen van deze R&R conflicteren met bepalingen in de OER van hetzelfde studiejaar gelden de laatste. Artikel 2 Begripsomschrijvingen De in deze R&R gebruikte termen hebben indien zij ook voorkomen in krachtens de Structuurregeling geldende regelingen de betekenis die die regelingen daaraan geven. Daarnaast wordt verstaan onder: - faculteit: de Faculteit der Sociale Wetenschappen van de Radboud Universiteit; - examencommissie: de examencommissie van de bacheloropleiding Kunstmatige intelligentie en de masteropleiding Artificial Intelligence; - OER: de onderwijs- en examenregeling van de bacheloropleiding Kunstmatige intelligentie en de masteropleiding Artificial Intelligence; - examinator: degene die door de examencommissie wordt aangewezen voor het afnemen van tentamens en het vaststellen van de uitslag; - examenonderdelen: de in de OER genoemde vakken (ook wel cursussen genoemd) die moeten worden gevolgd en waarvan het tentamen met positief resultaat moet worden afgerond om een propedeutisch, bachelor- dan wel masterexamen te behalen; - tentamen: een onderzoek naar de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de student met betrekking tot een bepaald examenonderdeel alsmede de beoordeling van dat onderzoek door minstens één daartoe door de examencommissie aangewezen examinator; onder 'tentamen' worden hier alle toetsvormen begrepen; - examinandus: degene die zich voorbereidt op het afleggen van het propedeutisch, het bachelor-, dan wel het masterexamen, en daartoe is ingeschreven; - geëxamineerde: degene die het propedeutisch, het bachelor-, dan wel het masterexamen heeft afgelegd. Artikel 3 Toepasbaarheid van de regeling 1. Deze R&R zijn van toepassing op de tentamens en de examens van de bacheloropleiding Kunstmatige Intelligentie en de masteropleiding Artificial Intelligence (hierna te noemen: de opleidingen). De opleidingen worden verzorgd door het onderwijsinstituut Psychologie en Kunstmatige intelligentie (hierna te noemen: het onderwijsinstituut) binnen de Faculteit der Sociale Wetenschappen (FSW) van de Radboud Universiteit (hierna te noemen respectievelijk: de faculteit en de universiteit). 2. Deze R&R zijn van toepassing op alle examinandi die in het studiejaar als student zijn ingeschreven voor de bacheloropleiding Kunstmatige Intelligentie of de masteropleiding Artificial Intelligence. 3. De examencommissie kan haar in deze R&R genoemde taken delegeren aan de examinator(en). Artikel 4 Samenstelling en werkwijze van de examencommissie 1. De decaan van de faculteit bepaalt het aantal leden van de examencommissie. In het huidige studiejaar bestaat de examencommissie uit vijf stafleden, die met het verzorgen van het onderwijs van de opleiding zijn belast voor een minimale omvang van 0.3 fte. Één van de leden is niet aan de opleiding verbonden. Daarnaast is de studieadviseur adviserend lid van de examencommissie. R&R kunstmatige intelligentie / artificial intelligence , inwerkingtredend op 1sep16 1 / 6

2 2. De voorzitter en de overige leden van de examencommissie worden, gehoord de huidige examencommissie, voor een periode van vier jaar benoemd door de decaan. 3. De examencommissie benoemt uit haar midden een vicevoorzitter, die bij ontstentenis de voorzitter vervangt. 4. De examencommissie benoemt al dan niet uit haar midden een secretaris die onder meer is belast met de voorbereiding van vergaderingen en de uitvoering van besluiten. 5. De voorzitter en de secretaris zijn belast met de dagelijkse gang van zaken van de examencommissie. 6. De examencommissie verleent de voorzitter en de secretaris tekenbevoegdheid om gezamenlijk dan wel afzonderlijk namens de examencommissie stukken te ondertekenen. 7. De examencommissie kan een huishoudelijk reglement vaststellen waarin haar werkwijze nader wordt geregeld. 8. De examencommissie stelt jaarlijks verslag op van haar werkzaamheden. De examencommissie verstrekt het verslag aan de decaan. Artikel 5 Afnemen van de tentamens 1. Voor het afnemen van de tentamens der in artikel 8.5 en 8.6 van de OER bedoelde examenonderdelen en de vaststelling van de uitslag daarvan wijst de examencommissie examinatoren aan. 2. De examinatoren als bedoeld in lid 1 maken bij het scoren van de examenonderdelen zoveel mogelijk gebruik van een expliciet scoringsschema, en beoordelen de examenonderdelen zodanig dat de scoring en de redenen daarvoor bij inzage als bedoeld in artikel 17 van deze R&R voor studenten inzichtelijk zijn. 3. De examinatoren als bedoeld in lid 1 stellen op verzoek het toetsingsmateriaal van een of meerdere examenonderdelen ter beschikking van de examencommissie ter controle, en rapporteren over de wijze waarop deze tot stand zijn gekomen. Met toetsingsmateriaal wordt hier bedoeld: de toetsingsvragen, de scoringsschema's, alsmede ieder ander voor de toetsing relevant materiaal. 4. De examencommissie stelt vast of een examinandus voldoet aan de voorwaarden voor de toelating tot het examen of tot één of meer onderdelen daarvan. Artikel 6 Verklaring van de uitslag Aan de examinandus die om dringende redenen voor de uitslag van een tentamen een aparte verklaring wenst, wordt deze verstrekt door de betreffende examinator. Artikel 7 Getuigschrift, cijferlijst en judicium 1. Ten bewijze dat het examen met goed gevolg is afgelegd, wordt door de examencommissie een getuigschrift uitgereikt. Het getuigschrift wordt ondertekend door tenminste twee examinatoren die daarvoor door de examencommissie zijn aangewezen. De uitreiking geschiedt in het openbaar, tenzij de examencommissie in bijzondere gevallen anders heeft bepaald. 2. Op de keerzijde van het getuigschrift, dan wel op een van het getuigschrift deel uitmakende bijlage worden de tot het examen behorende onderdelen en de behaalde resultaten vermeld. Daarenboven worden de onderdelen vermeld die niet tot het examen behoren en waarin, voordat de uitslag van het examen is vastgesteld, de examinandus op diens verzoek is geëxamineerd, mits die onderdelen met goed gevolg zijn afgelegd. 3. Het getuigschrift wordt gedateerd op de laatste werkdag van de maand waarin de student zijn examen aanvraagt. 4. Met inachtneming van het dienaangaande in de OER bepaalde, kent de examencommissie een judicium toe wanneer aan de in de OER genoemde voorwaarden is voldaan. Naar aanleiding van de examenaanvraag stelt OSIRIS op basis van de regels in de OER een judicium voor. Een student kan, indien hij/zij het niet eens is met het voorgestelde judicium, zelf ook een judicium voorstellen bij de examencommissie. De examencommissie kan besluiten af te wijken van het voorgestelde judicium R&R kunstmatige intelligentie / artificial intelligence , inwerkingtredend op 1sep16 2 / 6

3 Artikel 8 Inschrijving examenonderdelen 1. Studenten dienen zich voor examenonderdelen uiterlijk tien werkdagen voor de aanvangsdatum daarvan via OSIRIS in te schrijven. Als de inschrijftermijn voor het examenonderdeel is verlopen, is deelname daaraan alleen mogelijk na expliciete toestemming van de examinator. 2. Wanneer inschrijving via OSIRIS om technische redenen niet mogelijk is, dient de student zich zo spoedig mogelijk via bij het OSP in te schrijven. 3. In afwijking van het in lid 1 en 2 gestelde gelden voor inschrijving van examenonderdelen die door andere opleidingen worden verzorgd de aldaar heersende regels. 4. Indien aangepaste tentaminering noodzakelijk is kan dit direct bij de cursus en de tentameninschrijving worden aangevraagd in OSIRIS. De aanvraag moet minimaal tien werkdagen voor de tentamendatum in OSIRIS worden gedaan. Artikel 9 Inschrijving tentamens 1. Inschrijving voor een examenonderdeel geldt ook als inschrijving voor het tentamen dan wel alle deeltentamens daarvan. 2. Inschrijving voor het hertentamen dient te geschieden via OSIRIS, uiterlijk vijf werkdagen voor de datum van de herkansing, dan wel alle deelherkansingen. 3. In afwijking van het in lid 1 en 2 gestelde gelden voor inschrijving voor tentamens van examenonderdelen die door andere opleidingen worden verzorgd de aldaar heersende regels. 4. Indien aangepaste tentaminering noodzakelijk is kan dit direct bij de cursus en de tentameninschrijving worden aangevraagd in OSIRIS. De aanvraag moet minimaal tien werkdagen voor de tentamendatum in OSIRIS worden gedaan. Artikel 10 Plaats en tijdstip van schriftelijke tentamens 1. Onverminderd het bepaalde in de OER draagt de examencommissie zorg voor het vaststellen van het tijdstip van de schriftelijke tentamens. 2. De examencommissie draagt er zorg voor dat het tijdstip en de plaats bedoeld in het eerste lid tenminste drie weken tevoren via de roostersite alsmede via de digitale leeromgeving Blackboard van de desbetreffende cursus, worden bekendgemaakt. Daarna vinden geen wijzigingen in het tijdstip meer plaats, tenzij er naar het oordeel van de examencommissie sprake is van overmacht. Artikel 11 Aanmelding examens 1. Men behoeft zich voor het propedeutisch examen niet apart aan te melden. 2. Voor het bachelor- en masterexamen dient men zich aan te melden bij het OSP, dat deze aanmelding, doorgeleidt naar het Bureau Examens van de universiteit. 3. Voor het aanvragen van het bachelor-, respectievelijk masterexamen wordt een vaste procedure gehanteerd. Deze procedure staat op de website van het OSP. Artikel 12 Deelname aan tentamens 1. Een examinandus heeft deelgenomen aan een tentamengelegenheid van een examenonderdeel, wanneer hij/zij daarbij rechtmatig aanwezig was en/of indien de student voor de tentamengelegenheid staat ingeschreven. 2. In afwijking van het in lid 1 gestelde gelden voor examenonderdelen die door andere opleidingen worden verzorgd de aldaar heersende regels met betrekking tot wanneer aan een tentamengelegenheid is deelgenomen. 3. Het aantal deelnames aan tentamengelegenheden voor hetzelfde tentamen kan van invloed zijn op het judicium. Artikel 13 Orde tijdens de afname van schriftelijke tentamens 1. De examinator kan een of meerdere surveillanten benoemen die hem of haar assisteren of vertegenwoordigen tijdens de afname van een schriftelijk tentamen. Als de examinator niet zelf aanwezig is in de ruimte waarin het tentamen wordt afgenomen dient de surveillant hem of haar telefonisch te kunnen bereiken. 2. De examinandus dient zich bij deelname aan een schriftelijk tentamen desgevraagd te legitimeren met een geldige collegekaart of met een identiteitsbewijs met foto. R&R kunstmatige intelligentie / artificial intelligence , inwerkingtredend op 1sep16 3 / 6

4 3. De examinandus is verplicht de aanwijzingen van de surveillant(en) te volgen. Niet aan deze verplichting voldoen kan door de examencommissie worden aangemerkt als fraude. 4. Het is verboden boeken, dictaten, laptops, draagbare telefoons etc. mee te nemen in de ruimte waar het tentamen wordt afgenomen, tenzij dit uitdrukkelijk door de examinator is toegestaan. 5. In de ruimte waarin het tentamen wordt afgenomen is eten niet toegestaan. Drinken is toegestaan onder redelijke voorwaarden. 6. De examinandus die later dan een half uur na het officieel vastgestelde aanvangstijdstip verschijnt, is van deelname aan het tentamen uitgesloten. 7. Het is niet toegestaan de ruimte waarin het tentamen wordt afgenomen binnen een half uur na het officieel vastgestelde aanvangstijdstip te verlaten. Ingeval een tentamen langer dan twee uur duurt mag de examinandus de ruimte verlaten voor toiletbezoek, mits begeleid door een tweede surveillant die in de tentamenruimte aanwezig is of binnen redelijke tijd opgeroepen kan worden. 8. Bij het verlaten van de ruimte waarin het tentamen wordt afgenomen, moeten alle ter hand gestelde examenpapieren volledig worden ingeleverd, c.q. achtergelaten. 9. De examinandus is geboden tijdens het tentamen en bij het verlaten van de ruimte niemand van de aanwezigen op enigerlei wijze te storen. 10. Een examinandus die niet voldoet aan het bepaalde bij of krachtens lid 1 t/m 9 kan door de examinator worden uitgesloten van verdere deelname aan het tentamen. De aanwezige surveillant is in deze bevoegd te handelen namens de examinator. 11. Aan de examinandus wordt voldoende (van tevoren bekende) tijd geboden in een redelijkerwijs geschikte ruimte om naar behoren zijn/haar tentamen te kunnen afleggen. 12. In afwijking van het in voorgaande leden gestelde, gelden voor de orde tijdens het afnemen van tentamens van examenonderdelen die door andere opleidingen worden verzorgd de aldaar heersende regels. Artikel 14 Fraude en plagiaat 1. Onverminderd het bepaalde in artikel 1.2, lid 2 van de OER kan fraude bij een schriftelijk meerkeuze en/of open vragen tentamen bestaan uit: a. afkijken of spieknotities gebruiken; b. tijdens het tentamen gebruik maken van hulpmiddelen (woordenboeken, rekenmachine, mobiele telefoon, camera etc.) waarvoor geen toestemming is gegeven; c. binnen of buiten de tentamenruimte informatie uitwisselen gedurende het afnemen van het tentamen; d. zich tijdens het tentamen uitgeven voor iemand anders of zich tijdens het tentamen door iemand anders laten vertegenwoordigen; e. zich voor de afname van het tentamen in het bezit stellen van de opgaven van het desbetreffende tentamen; f. het tijdens of na het (her)tentamen of tijdens de inzage meenemen of dupliceren van het tentamen en/of het verspreiden daarvan, als daar door de examinator geen toestemming voor is gegeven. Bovengenoemde opsomming is niet uitputtend. 2. Bij andere tentamenvormen kan fraude bestaan uit fabricatie van gegevens en/of falsificatie van gegevens en/of plagiaat. Onder fabricatie wordt verstaan het verzinnen of anderszins fabriceren van onderzoekgegevens. Onder falsificatie wordt verstaan het manipuleren of valselijk presenteren van onderzoeksgegevens en -uitkomsten. Onder plagiaat wordt verstaan de volgende en vergelijkbare gedragingen: a. het overnemen van teksten, gedachten, redeneringen van anderen en deze laten doorgaan voor eigen werk; b. het indienen van een eerder ingediende of daarmee vergelijkbare tekst voor opdrachten van andere opleidingsonderdelen zonder bronvermelding; c. het indienen van werkstukken die verworven zijn van een commerciële instelling of die - al dan niet tegen betaling - door iemand anders zijn geschreven. Bovengenoemde opsomming is niet uitputtend. R&R kunstmatige intelligentie / artificial intelligence , inwerkingtredend op 1sep16 4 / 6

5 3. Ingeval van fraude en plagiaat kunnen - behalve de dader - ook medeplichtigen worden bestraft. Van medeplichtigheid als bedoeld in de vorige volzin is in ieder geval sprake indien het overnemen van werk van medestudenten gebeurt met toestemming en/of medewerking van de medestudent. 4. Vermoedens van fraude of plagiaat kunnen zowel voor, tijdens als na afloop van het tentamen worden vastgesteld. 5. Wanneer tijdens het afleggen van een schriftelijk tentamen de surveillant bij een deelnemer fraude meent te constateren, wordt hiervan door de surveillant terstond op een daartoe aanwezig protocol aantekening gemaakt. De surveillant maakt tevens een aantekening op het antwoordblad van de deelnemer die van fraude verdacht wordt, hetzij op het moment dat de fraude geconstateerd wordt, hetzij wanneer de deelnemer zijn/haar tentamenset inlevert. Na afloop van het tentamen maakt de surveillant een schriftelijk verslag op van de geconstateerde fraude. De examinandus wordt in de gelegenheid gesteld hieraan een schriftelijk commentaar toe te voegen. Het schriftelijke verslag en het eventuele commentaar hierop worden ter hand gesteld aan de betrokken examinator. Deze is verplicht contact op te nemen met de examencommissie ter verdere afhandeling. 6. Ter opsporing van plagiaat kan een examinator gebruik maken van een plagiaatopsporingsprogramma. 7. Ingeval de examinator of een andere betrokkene voor, tijdens of na het beoordelen van andere toetsvormen fraude of plagiaat meent te constateren, meldt hij/zij dit aan de examencommissie en overlegt daarbij een dossier met bewijsstukken. 8. De examencommissie stelt na onderzoek vast of er fraude is opgetreden. 9. Ingeval van geconstateerde fraude kan de examencommissie de examinandus uitsluiten van verdere deelname aan het desbetreffende examen of tentamen, alsmede van deelname aan andere tentamens voor ten hoogste één jaar nadat de fraude is geconstateerd. 10. Bij ernstige fraude kan het CvB op voorstel van de examencommissie de inschrijving voor de opleiding van de betrokkene definitief beëindigen. Artikel 15 Registratie van de uitslag 1. De uitslag van de tentamens wordt geregistreerd door het Onderwijs Servicepunt van de faculteit (OSP, Montessorilaan 3, A.01.07) en ter beschikking gesteld aan de examencommissie. 2. Het Bureau Examens van de universiteit draagt zorg voor de registratie van de uitslag van het examen. Dit bureau registreert tevens welke getuigschriften aan een geëxamineerde zijn uitgereikt. 3. De examinandus of geëxamineerde heeft nadat de uitslag van examen of examenonderdeel bekend is gemaakt maximaal zes weken de tijd om in beroep te gaan tegen de uitslag van het examen conform de procedure zoals vastgelegd in artikel 17 van deze R&R. Artikel 16 Procedure. inzage en nabespreking van tentamens 1. Het in dit artikel bepaalde is onverlet het bepaalde in artikel 4.8 van de OER, en dient als aanvulling daarop dan wel ter uitvoering daarvan. 2. Tegelijkertijd met de uitslag van een tentamen wordt via Blackboard bekendgemaakt, wanneer en waar inzage mogelijk is en op welke wijze een eventuele inschrijving voor de inzage en de inzage zelf geregeld zijn. 3. De examinator bepaalt het tijdstip en de plaats van de inzage, met inachtneming van de voorwaarden daarvoor zoals bepaald in artikel 4.8 van de OER. 4. Bij de inzage krijgt de examinandus op zijn/haar verzoek onder toezicht van een docent inzage in de tentamenopgaven en het beoordeelde werk, alsmede uitleg over de formele beoordelingsnormen. 5. Bij de inzage wordt de examinandus op zijn/haar verzoek tegen kostprijs een kopie verschaft van het beoordeelde werk (de antwoorden, maar niet de opgaven). Deze mogelijkheid bestaat niet voor multiple choice tentamens. 6. Het tijdstip en de plaats van een eventuele collectieve nabespreking worden via Blackboard bekendgemaakt. 7. De examinator bepaalt, hoe hij/zij de collectieve nabespreking vormgeeft. Artikel 17 Bezwaarprocedure beoordeling examenonderdelen 1. De examinandus kan, indien hij/zij het niet eens is met de beoordeling van een tentamen, tijdens of na de inzage of nabespreking bezwaar aantekenen bij de examinator. R&R kunstmatige intelligentie / artificial intelligence , inwerkingtredend op 1sep16 5 / 6

6 2. Wanneer de examinandus met de examinator geen overeenstemming heeft bereikt, kan hij/zij in beroep gaan bij het College van Beroep voor Examens. Dit beroep dient ingediend te worden binnen een termijn van zes weken na de tentamenuitslag. Wanneer binnen deze termijn van zes weken de examinator nog geen besluit heeft genomen kan de examinandus een zogenaamd pro forma beroep instellen bij het College van Beroep voor Examens, waarin hij/zij verzoekt om uitstel van dat beroep. Artikel 18 Klachtregeling 1. Klachten en bezwaarschriften met betrekking tot de gang van zaken tijdens een tentamen kunnen bij de examencommissie ingediend worden. 2. De in te dienen klachten en bezwaarschriften dienen aan de volgende vormvereisten te voldoen: a. schriftelijke en ondertekende brief (geen ); b. individuele brief (geen groepsbrief); c. brief met persoonlijke argumenten (geen standaardbrief). 3. Alleen klachten en bezwaarschriften, die aan de vormvereisten a t/m c voldoen, worden in behandeling genomen. Artikel 19 Wijzigingen van deze R&R Wijzigingen die van toepassing zijn op het lopende studiejaar vinden alleen plaats indien de belangen van examinandi of geëxamineerden hierdoor redelijkerwijs niet worden geschaad. Artikel 20 Inwerkingtreding Deze Regels en Richtlijnen treden in werking op 1 september Aldus vastgesteld door de examencommissie van de opleiding Kunstmatige intelligentie/artificial Intelligence. R&R kunstmatige intelligentie / artificial intelligence , inwerkingtredend op 1sep16 6 / 6