Master-na-masteropleidingen aan de Universiteit Antwerpen

Transcriptie

1 Master-na-masteropleidingen aan de Universiteit Antwerpen 2012

2

3 Beste student Met een masterdiploma op zak ben je in principe klaar voor de arbeidsmarkt. Toch mag je gerust ook een beetje langer aan de universiteit blijven. Via een master-na-masteropleiding kan je je kennis verder uitdiepen en je specialiseren binnen je vakgebied. In deze brochure vind je een overzicht van alle master-na-masteropleidingen die je aan de Universiteit Antwerpen kan volgen, of die de Universiteit Antwerpen in samenwerking met andere universiteiten organiseert. Niet alleen Nederlandstalige, maar ook Engelstalige opleidingen. Het volledige studieaanbod van de Universiteit Antwerpen vind je op Een master-na-masteropleiding sluit, zoals de naam het zegt, aan op een andere masteropleiding. Je moet dus over de juiste papieren beschikken om te kunnen deelnemen aan de opleiding van je keuze: voor elke master-na-master gelden specifieke toelatingsvoorwaarden. Daarnaast vind je in deze brochure ook informatie over de doelstellingen, studieprogramma s, evaluatievormen,... van de opleidingen. Een opleiding gevonden die bij jou past? Raadpleeg om te weten hoe, waar en wanneer je kan inschrijven. De Universiteit Antwerpen organiseert doorheen het jaar ook verschillende informatiemomenten: een overzicht hiervan vind je op

4 Faculteiten en instituten FFBD Faculteit Farmaceutische, Biomedische en Diergeneeskundige Wetenschappen FGGW Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen FLW FPSW FREC FTEW Faculteit Letteren en Wijsbegeerte Faculteit Politieke en Sociale Wetenschappen Faculteit Rechten Faculteit Toegepaste Economische Wetenschappen Faculties and institutes FTEW Faculty of Applied Economics IOB Institute of Development Policy and Management IMDO ITMMA Institute of Environment & Sustainable Development Institute of Transport and Maritime Management Antwerp Campussen De Universiteit Antwerpen heeft vier campussen. In deze brochure ontdek je op welke campus jij straks les zal volgen in Antwerpen. Bekijk ook het plannetje op bladzijde 60 of surf naar voor meer informatie. CST Stadscampus / City Campus CGB Campus Groenenborger CMI Campus Middelheim CDE Campus Drie Eiken Afkortingen In deze brochure worden afkortingen gebruikt voor de namen van faculteiten, instituten en campussen van de Universiteit Antwerpen. Je vindt alle afkortingen in het geel terug op deze bladzijde.

5 Inhoud Nederlandstalige opleidingen sp. blz. Industriële farmacie 60 6 Ziekenhuisfarmacie 60 8 Arbeidsgeneeskunde Huisartsgeneeskunde Jeugdgezondheidszorg Specialistische geneeskunde Verzekeringsgeneeskunde en medische expertise Ziekenhuishygiëne Archivistiek: erfgoed- en hedendaags documentbeheer Literatuurwetenschappen Internationale betrekkingen en diplomatie Fiscaal recht Ondernemingsrecht Maritieme wetenschappen Maritieme wetenschappen (interuniversitair) Zee- en vervoerrecht Programmes in English credits page Economics of Globalisation and European Integration Development Evaluation and Management Globalisation and Development Governance and Development Technology for Integrated Water Management Transport and Maritime Economics Transport and Maritime Management 60 57

6

7 Nederlandstalige opleidingen industriële farmacie ziekenhuisfarmacie arbeidsgeneeskunde huisartsgeneeskunde jeugdgezondheidszorg specialistische geneeskunde verzekeringsgeneeskunde en medische expertise ziekenhuishygiëne archivistiek: erfgoed- en hedendaags documentbeheer literatuurwetenschappen internationale betrekkingen en diplomatie fiscaal recht ondernemingsrecht maritieme wetenschappen maritieme wetenschappen (interuniversitair) zee- en vervoerrecht Ontdek het volledige opleidingsaanbod van de Universiteit Antwerpen op Een studiekeuze gemaakt? Raadpleeg om te weten hoe, waar en wanneer je kan inschrijven.

8 Industriële farmacie interuniversitaire opleiding 60 sp. FFBD CDE Doelstellingen Als industrieapotheker heb je een zeer uitgebreid en gevarieerd takenpakket. Enkele belangrijke taken zijn: methodeontwikkeling, opvolging en kwaliteitsbewaking bij de productie en controle van geneesmiddelen; het opstellen en opvolgen van registratiedossiers en andere taken naar de overheid toe zoals verspreiding van informatie over geneesmiddelen en terugbetalingsmodaliteiten van geneesmiddelen; het opstellen en opvolgen van klinische studies met nieuwe geneesmiddelen; beheer en leiding van een farmaceutisch bedrijf. De master in de industriële farmacie heeft als doelstelling de basiskennis van de apotheker verder uit te breiden zodat hij of zij optimaal voorbereid is voor de functie en taken van de industrieapotheker. De opleiding is daarom zeer beroepsgericht. Als afgestudeerde heb je de mogelijkheid om een officiële erkenning als industrieapotheker aan te vragen. Je moet dan, na het behalen van je diploma, nog zes maanden stage lopen in een farmaceutisch bedrijf. Doelgroep en toelatingsvoorwaarden De master in de industriële farmacie kan enkel gevolgd worden na het behalen van het diploma van master in de geneesmiddelenontwikkeling of van master in de farmaceutische zorg. Hoewel het diploma van industrieapotheker niet noodzakelijk is om in de farmaceutische nijverheid aan de slag te gaan, garandeert deze opleiding een uitstekende uitgangspositie voor een loopbaan in het bedrijfsleven. Hoe verlopen de lessen? De opleiding komt tot stand dankzij een samenwerking tussen de vier Vlaamse universiteiten, met medewerking van enkele farmaceutische bedrijven. Je kan inschrijven aan elk van de vier universiteiten. De masterproef voer je uit aan de universiteit waar je ingeschreven bent. De theoretische lessen worden afwisselend aan de vier universiteiten gedoceerd. Aan de Universiteit Antwerpen gaan deze lessen door op Campus Drie Eiken. De interuniversitaire coördinatie berust bij de Faculteit Farmaceutische Wetenschappen van de Universiteit Gent. 6

9 Studieprogramma Master in de industriële farmacie sp. sem. docent Verplichte opleidingsonderdelen Analyse en kwaliteitscontrole 5 2 E. Adams en Y. Michotte Biotechnologie 3 2 D. Deforce en P. Declerck Farmaceutische technologie 7 2 J.-P. Remon en G. Van den Mooter Beheer, wetgeving, economie 8 2 R. Kemel Klinisch onderzoek 5 2 Y. Michotte Keuzeopleidingsonderdelen 3 2 Masterproef 29 1 Behalve theoretische lessen bevat het studieprogramma ook een masterproef met rapportering. Je krijgt de mogelijkheid om dit eindwerk uit te voeren in een farmaceutisch bedrijf of aan een buitenlandse universiteit in het kader van Erasmus. Een gedetailleerd studieprogramma kan je raadplegen op > onderwijs > studeren > specialisaties. Contactgegevens Universiteit Antwerpen Departement Farmaceutische Wetenschappen Prof. dr. R. Kemel (opleidingscoördinator): T , roger.kemel@ua.ac.be Eva Sterckx (secretariaat): T , eva.sterckx@ua.ac.be 7

10 Ziekenhuisfarmacie interuniversitaire opleiding 60 sp. FFBD CDE Doelstellingen De master in de ziekenhuisfarmacie heeft tot doel studenten op te leiden voor een specifieke maatschappelijke loopbaan in de ziekenhuisfarmacie. Aan het einde van de opleiding beschik je over: een grondige kennis van de geneesmiddelenproductie in een ziekenhuisapotheek een degelijke kennis van de andere aspecten van geneesmiddelen en de ziekenhuisomgeving (wetgeving, toepassing, hygiëne,...) de vaardigheid om te communiceren rond de eigenschappen van geneesmiddelen, hun aanwending, hun productie, enzovoort de vaardigheid om te functioneren in een wetenschappelijke of geneeskundig ondersteunende functie in een ziekenhuis de kennis en vaardigheden om te participeren aan onderzoek. Structuur Sinds het academiejaar wordt de opleiding tot ziekenhuisapotheker opgesplitst in een interuniversitaire, academische master-na-masteropleiding van 60 studiepunten en een beroepsbekwaming in de vorm van een stage in een ziekenhuisapotheek. De academische opleiding wordt vanaf het academiejaar gespreid over twee academiejaren. Tijdens het eerste academiejaar worden alle hoorcolleges, seminaries, practica en de daarbijhorende examens gepland (samen 44 studiepunten). Tijdens het tweede academiejaar wordt de masterproef (16 studiepunten) uitgevoerd op de stageplaats en verdedigd. Toelatingsvoorwaarden De opleiding staat open voor kandidaten met een diploma van apotheker, masters in de farmaceutische zorg-apotheker of masters in de geneesmiddelenontwikkeling-apotheker. Stage en masterproef Om erkend te worden als ziekenhuisapotheker moet je zowel de opleiding als een stage in een erkende ziekenhuisapotheek afronden. De stage is geen onderdeel van de master-na-masteropleiding, maar behoort tot de praktische beroepsopleiding. Er zijn vier modules: distributie, nosocomiale infecties, klinische farmacie en bereidingen. De eerste module leg je af in de periode tussen het einde van het eerste jaar en het begin van het tweede jaar van de opleiding. De andere drie modules lopen tijdens het tweede jaar. De stage kan bezoldigd zijn. Hiervoor moet je je tijdig kandidaat stellen bij de universiteit waar je afstudeert of afgestudeerd bent. In het kader van je stage en in samenspraak met de stagemeester maak je een masterproef, die je aflevert en voorstelt aan het einde van de opleiding. 8

11 Studieprogramma Master in de ziekenhuisfarmacie docenten * th. pr. sem. mas. uren sp. Eerste jaar Ziekenhuishygiëne H. Nelis, J. Verhaegen Farmaceutische technologie voor het ziekenhuis Radiofarmaca en contrastverhogende producten Medische hulpmiddelen en implantaten Farmacotherapie: capita selecta A. Ludwig, G. Van den Mooter, J. Vervaet G. Bormans, V. Caveliers, D. Vanderghinste, F. De Vos, A. Verbruggen S. Craeye, N. Janssens, T. Leysen, A. Verbiest, S. de Mûelenaere, B. Thiessen, J. Swartenbroeckx J. Ceuppens, L. De Pourcq, A. Dupont, W. Peetermans, B. Rombaut, G. Verhoef Fysiopathologie: capita selecta D. Knockaert Organisatie en beheer van de ziekenhuisapotheek H. Collier, H. Robays, J. Swartenbroeckx, L. Willems Wetgeving C. Decoster 22, Inleiding tot de klinische A. Somers, S. Steurbaut, farmacie I. Spriet, J. Swartenbroekx Inleiding tot management P. Gemmel 22, Tweede jaar Meesterproef H. Collier, H. Robays, J. Swartenbroeckx, L. Willems * de namen van de coördinatoren zijn cursief gedrukt th. = aantal uren hoorcollege pr. = aantal uren praktische oefeningen sem. = aantal uren seminarie mas. = aantal uren besteed aan masterproef met inbegrip van stage uren = studiebelasting in uren sp. = aantal studiepunten Contactgegevens Universiteit Antwerpen Faculteit Farmaceutische, Biomedische en Diergeneeskundige Wetenschappen Prof. dr. Annick Ludwig: T , annick.ludwig@ua.ac.be 9

12 Arbeidsgeneeskunde interuniversitaire opleiding 120 sp. FGGW CDE Doelstellingen Het doel van de master in de arbeidsgeneeskunde is je, via efficiënt gebruik van verschillende onderwijsvormen, in staat te stellen als preventieadviseur-arbeidsgeneeskundige de gezondheid en het welzijn van werknemers in en door hun werk te bevorderen, beschermen en behouden. Achtergrond hierbij is dat arbeidsgeneeskunde: veeleer preventieve geneeskunde, en zelden curatieve geneeskunde is; zich zowel naar het individu als naar het collectief richt; een multidisciplinaire benadering en samenwerking vereist; zich beweegt in het spanningsveld tussen meerdere actoren, onder andere werknemer, werkgever, wetgever, vakbond,...; een wetenschappelijke basis nastreeft voor haar functioneren (evidence-based occupational medicine). De bedrijfsarts in opleiding kan al vanaf het eerste jaar van de master-na-masteropleiding deeltijds onder toezicht werken op een externe of interne preventiedienst. Doelgroep en toelatingsvoorwaarden De opleiding staat open voor houders van een diploma van arts, doctors in de genees-, heel- en verloskunde of masters in de geneeskunde, die zich in de arbeids geneeskunde willen bekwamen. Hoe verlopen de lessen? De master in de arbeidsgeneeskunde telt 120 studiepunten, wat in de regel overeenkomt met 2 jaar voltijds studeren. Je neemt deel aan hoorcolleges, practica en stages en schrijft een masterproef. Na de opleiding volg je een permanente vorming van 2 jaar: een stage op een erkende dienst voor preventie en bescherming op het werk onder begeleiding van een erkende stagemeester. Universiteit Antwerpen Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen Prof. dr. Marc van Sprundel (opleidingscoördinator) Femke Van den Audenaeren (secretariaat): T , femke.vandenaudenaren@ua.ac.be Contactgegevens 10

13 Studieprogramma Het studieprogramma is modulair opgebouwd: de vijf modules omvatten elk één of meerdere opleidingsonderdelen. Module I: Mens en arbeid Deze module gaat in op de individuele relatie mens-arbeid (bedrijfsarts-werknemer). Opleidingsonderdelen: Arbeidsfysiologie Gezondheidseffecten door chemische agentia Gezondheidseffecten door fysische agentia Gezondheidseffecten door biologische agentia Probleemgeoriënteerde gevallenbespreking Arbeids- en milieutoxicologie Module II: Mens en bedrijf Deze module gaat in op de relatie werknemer-bedrijf. Opleidingsonderdelen: Arbeidshygiëne Methoden van risico-analyse, -evaluatie en -beheersing Ergonomie Arbeidsveiligheid Psychologie van arbeid en gezondheid Arbeidsorganisatie Module III: Arbeid en maatschappij Deze module situeert de arbeid in de context van maatschappij en organisatie. Opleidingsonderdelen: Organisatie en taken van de arbeidsgeneeskunde Arbeidsrecht Medische evaluatie van arbeidsongeschiktheid en menselijke schade Milieugezondheidkunde Module IV: Onderzoeksmethoden en praktijkvaardigheden Opleidingsonderdelen: Epidemiologie en biostatistiek 1 Epidemiologie en biostatistiek 2, m.i.v. kwalitatieve onderzoeksmethoden Seminarie en praktijkgerichte vaardigheden Module V: Masterproef Je voert zelfstandig een onderzoek in het domein van de arbeidsgeneeskunde uit en rapporteert hierover. 11

14 Huisartsgeneeskunde interuniversitaire opleiding 120 sp. FGGW CDE Doelstellingen Om de academische graad van huisarts te verwerven moet je de master in de huisartsgeneeskunde volgen. Tijdens de opleiding ben je dan alvast huisarts in opleiding (HAIO). De totale duur van de beroepsopleiding is drie jaar (waarbij het eerste jaar kan samenvallen met het zevende jaar van het basiscurriculum geneeskunde). De master-namasteropleiding omvat het tweede en derde jaar van de specifieke opleiding in de huisartsgeneeskunde. De twee studiejaren bestaan uit een voltijdse en bezoldigde praktijkuitvoering (bij een aangestelde praktijkopleider) en deelname aan groepsbijeenkomsten (seminaries) die worden begeleid door een stagemeester-coördinator. Daarnaast zijn er ook thematische opleidingssessies en vormen van afstandsleren. Als afronding van de opleiding wordt een masterproef afgelegd. Doelgroep en toelatingsvoorwaarden De opleiding richt zich tot doctors in de genees- of heel- en verloskunde en artsen die een functie als erkend huisarts in de gezondheidszorg beogen. De opleiding huisartsgeneeskunde is alleen toegankelijk als je ten minste zes studiejaren van het basiscurriculum geneeskunde met succes hebt afgerond. Als je het basisdiploma van arts behaalde en geslaagd bent in de proeven van het eerste jaar van de huisartsopleiding word je eveneens toegelaten. Niet-Nederlandstalige studenten krijgen het geschiktheidsattest enkel als zij ook geslaagd zijn in een taaltest Nederlands niveau 5; het is immers belangrijk dat zij zeer goed Nederlands spreken en verstaan om de taken van huisarts adequaat te kunnen uitvoeren. Evaluatie Het eindexamen bestaat uit: een schriftelijke kennistoets met multiplechoicevragen; een mondelinge proef waarbij je via zelf aangebrachte casussen toont in welke mate je de essentiële kennisaspecten, attituden en metacognitieve vaardigheden verworven hebt; een stationsproef met twintig stations, waarbij je door praktijkopleiders geobserveerd en gescoord wordt via observatieschalen; een beoordeling van de praktijkstages, persoonlijke opleidingsportfolio en seminaries; een masterproef bestaande uit een wetenschappelijk project (met een scriptie en mondelinge verdediging). 12

15 Studieprogramma Tweede jaar sp. th. pr. i. titularis Praktijkstages P. Van Royen, J. Denekens, R. Remmen, m.m.v. C. Stubbe Begeleide praktijkreflectie P. Van Royen, J. Denekens, R. Remmen, J. De Maeseneer, D. Devroey, B. Aertgeerts Verdieping van kennis en inzicht in de huisartsgeneeskunde Consultatie-, communicatie- en managementvaardigheden P. Van Royen, J. Denekens, R. Remmen, J. De Maeseneer, D. Devroey, B. Aertgeerts, J. Wens P. Van Royen, J. Denekens, R. Remmen, J. De Maeseneer, D. Devroey, B. Aertgeerts, K. Hendrickx Masterproef P. Van Royen, J. Denekens, R. Remmen, E. Vermeire, S. Coenen, J. Wens, H. Bastiaens, B. Van den Eynden, V. Verhoeven, K. Hendrickx, m.m.v. L. Peremans, J. Lebeer, H. Philips Derde jaar sp. th. pr. i. titularis Praktijkstages P. Van Royen, J. Denekens, R. Remmen, m.m.v. C. Stubbe Begeleide praktijkreflectie P. Van Royen, J. Denekens, R. Remmen, J. De Maeseneer, D. Devroey, B. Aertgeerts Verdieping van kennis en inzicht in de huisartsgeneeskunde Consultatie-, communicatie- en managementvaardigheden P. Van Royen, J. Denekens, R. Remmen, J. De Maeseneer, D. Devroey, B. Aertgeerts P. Van Royen, J. Denekens, R. Remmen, J. De Maeseneer, D. Devroey, B. Aertgeerts, J. Wens Masterproef P. Van Royen, J. Denekens, R. Remmen, E. Vermeire, S. Coenen, J. Wens, H. Bastiaens, B. Van den Eynden, V. Verhoeven, K. Hendrickx, m.m.v. L. Peremans, J. Lebeer, H. Philips Contactgegevens Universiteit Antwerpen Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen Prof. dr. Paul Van Royen (opleidingscoördinator): T , paul.vanroyen@ua.ac.be Chris Monteyne (secretariaat): T , chris.monteyne@ua.ac.be 13

16 Jeugdgezondheidszorg interuniversitaire opleiding 120 sp. FGGW CDE Doelstellingen Het doel van de master in de jeugdgezondheidszorg is je, via efficiënt gebruik van verschillende onderwijsvormen, in staat te stellen als preventiearts in de jeugdgezondheidszorg de gezondheid, groei en ontwikkeling van jongeren (0 tot 18 jaar) te helpen bevorderen, bewaken en behouden. Algemene uitgangspunten hierbij zijn: omstandigheden waarin de jongeren leven de collectieve dimensie van gezondheid in de ruime zin van het woord de samenwerking met andere disciplines een wetenschappelijke basis voor het functioneren (evidence-based). Dit veronderstelt in het algemeen van de jeugdarts: een sociale en ethische attitude een preventieve attitude in de ruime zin van het woord een wetenschappelijke attitude en de wil om levenslang te leren. Doelgroep en toelatingsvoorwaarden De master in de jeugdgezondheidszorg staat open voor houders van een diploma van arts, doctors in de genees-, heel- en verloskunde of masters in de geneeskunde. De opleiding richt zich tot artsen die een taak ambiëren in de preventieve gezondheidszorg voor kinderen en jongeren (0 tot 18 jaar). Daarnaast richt de opleiding zich ook tot artsen die tewerkstelling nastreven bij overheidsdiensten van volksgezondheid (zoals de federale of Vlaamse administraties gezondheidszorg) of een medische functie bij Kind en Gezin. Het diploma is een wettelijke bekwaamheidsvereiste voor tewerkstelling in de Centra voor Leerlingenbegeleiding (CLB s). Hoe verlopen de lessen? De opleiding telt 120 studiepunten, wat in de regel overeenkomt met twee jaar voltijds studeren. Je kan de opleiding ook deeltijds volgen door de studiejaren te spreiden over twee academiejaren. De lessen vinden overdag plaats, op vrijdag en af en toe ook op zaterdag. 14

17 Studieprogramma Modulair onderwijs één inleidend, overwegend kennisgericht opleidingsonderdeel acht leeftijdsgebonden, geïntegreerde opleidingsonderdelen Drie onderwijslijnen een wetenschappelijke lijn, inclusief een wetenschappelijk groepswerk en de individuele masterproef een vaardigheidslijn, inclusief een stage een beleids- en communicatielijn Contactgegevens Universiteit Antwerpen Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen, Vaxinfectio Prof. dr. Pierre Van Damme en dr. Heidi Theeten (opleidingscoördinatoren) Emmy Engelen (secretariaat): T

18 Specialistische geneeskunde 120 sp. FGGW CDE Doelstellingen De master in de specialistische geneeskunde beoogt de vorming van artsen-specialisten die over de adequate kennis en vaardigheden beschikken om hoogwaardige patiëntenzorg te verlenen binnen hun specialisatiedomein, en dit op een economisch verantwoorde manier en rekeninghoudend met de sociale en ethische aspecten van de medische praktijk. De opleiding komt tegemoet aan de wettelijke bepalingen voor de erkenning van artsenspecialisten, die een minimum aantal uren (academische) opleiding in communicatie met patiënten en in evidence-based medicine opleggen aan de kandidaat-specialist. Toelatingsvoorwaarden De opleiding staat, mits selectie, open voor houders van een diploma van arts en masters in de geneeskunde. Toelating tot de opleiding is afhankelijk van een bekwaamheidsonderzoek dat zich vertaalt in een stageplan, vergezeld van een aanvaardingsattest van de Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen. Dit stageplan moet goedgekeurd worden door het Ministerie van Volksgezondheid. Studieprogramma De opleiding wordt opgedeeld in drie niveau s: een specialiteitsoverschrijdende opleiding (voor alle disciplines gemeenschappelijk); een basisopleiding die de kern van de discipline beschrijft (voor 22 (groepen van) disciplines); een disciplinespecifieke opleiding (voor de 30 disciplines afzonderlijk). Per niveau worden de aangeboden opleidingsonderdelen ingedeeld in vier rollen die je als de arts-specialist van morgen moet kunnen invullen: medisch expert: je medische kennis onder de knie krijgen doe je door te leren op de werkplek, van in de ziekenzaal tot in de operatiekamer; manager: managementvaardigheden ontwikkel je tijdens drie korte opleidingen, waarna je de aangereikte theorie toepast in een verplichte opdracht; communicator: optimaal communiceren met patiënten, verplegend personeel en collega s leer je tijdens een korte opleiding, inclusief een opdracht gerelateerd aan je stageplaats; wetenschapper: je rol als wetenschapper komt naar voren tijdens wetenschappelijke stafs, journal clubs, besprekingen van artikels,... waarbij je aanwezig bent of zelf een presentatie geeft. Evaluatie Via een transparant begeleidings- en beoordelingssysteem en aan de hand van een persoonlijke portfolio wordt regelmatig gepeild naar je vooruitgang. 16

19 Specialisaties Specialisatie duur (in jaren) coördinerend stagemeester Anesthesie-reanimatie 5 prof. dr. M. Vercauteren Cardiologie 6 prof. dr. C. Vrints Dermato-venereologie 4 prof. dr. J. Lambert Fysische geneeskunde en revalidatie 5 prof. dr. G. Stassijns Gastro-enterologie 6 prof. dr. P. Pelckmans Gerechtelijke geneeskunde 5 prof. dr. W. Jacobs Geriatrie 6 prof. dr. M. Vandewoude Gynaecologie-verloskunde 5 prof. dr. Y. Jacquemyn Heelkunde 6 prof. dr. W. Vaneerdeweg Inwendige geneeskunde 5 prof. dr. G. Moorkens Kind- en jeugdpsychiatrie 5 N. Klinische biologie 5 prof. dr. H. Goossens Medische oncologie 6 prof. dr. P. Specenier Neurochirurgie 6 prof. dr. A. Maas Neurologie 5 prof. dr. P. Cras Nucleaire geneeskunde 5 prof. dr. S. Stroobants Oftalmologie 4 prof. dr. M.J. Tassignon Orthopedische heelkunde 6 prof. dr. J. Somville Otorhinolaryngologie 5 prof. dr. P. Van de Heyning Pathologische anatomie 5 prof. dr. P. Pauwels Pediatrie 5 prof. dr. J. Ramet Plastische heelkunde 7 dr. M. Mertens Pneumologie 6 prof. dr. W. De Backer Radiotherapie 5 prof. dr. D. Van den Weyngaert Reumatologie 6 prof. dr. L. De Clerck Röntgendiagnose 5 prof. dr. P.M. Parizel Stomatologie (mond, keel en aangezicht) * 5 à 6 prof. dr. N. Nadjmi Urgentiegeneeskunde / acute geneeskunde 6 prof. dr. K. Monsieur Urologie 6 prof. dr. J.J. Wyndaele Volwassenenpsychiatrie 5 prof. dr. B. Sabbe * Voor instroom in de specialisatie stomatologie is als bijkomende toelatingsvoorwaarde een diploma van master in de tandheelkunde vereist. Universiteit Antwerpen Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen Ellen Jeursen: T , ellen.jeursen@ua.ac.be Contactgegevens 17

20 Verzekeringsgeneeskunde en medische expertise interuniversitaire opleiding 120 sp. FGGW CDE Doelstellingen De master in de verzekeringsgeneeskunde en de medische expertise biedt aan artsen een gespecialiseerde vorming in het domein van de evaluatie van menselijke schade en in de beoordeling van de geneeskundige prestaties in het kader van de sociale verzekering en de private verzekering tegen gezondheidsrisico s. De opleiding stelt je in staat om op zelfstandige en wetenschappelijk verantwoorde wijze je opdrachten uit te voeren als onafhankelijk gerechtelijk expert of als verzekeringsgeneeskundige binnen de sociale verzekering en de private verzekering. Als master in de verzekeringsgeneeskunde en de medische expertise kan je bovendien een specifieke bijdrage leveren aan de verdere kennisontwikkeling en het beleid binnen je werkingsdomein. Doelgroep en toelatingsvoorwaarden De opleiding staat open voor houders van een diploma van arts, doctors in de genees-, heel- en verloskunde of masters in de geneeskunde. Evaluatie en diploma De master-na-masteropleiding telt 120 studiepunten, wat in de regel overeenkomt met twee jaar voltijds studeren. Na het afleggen van examens over de theoretische opleidingsonderdelen, het verdedigen van een masterproef en het volbrengen van een stage van acht weken, behaal je het diploma van master in de verzekeringsgeneeskunde en de medische expertise. Studieprogramma Eerste jaar Evaluatie menselijke schade Menselijke schadeleer Medische evaluatie van menselijke schade Menselijke schade door interne en sensoriële aandoeningen Menselijke schade door locomotorische aandoeningen Menselijke schade door psychische aandoeningen Seminaria Kwantitatieve methoden Epidemiologie en statistiek Medisch databeheer Professioneel en extra-professioneel functioneren en revalideren Arbeid, gezondheid en ziekte 18

21 Masterproef m.i.v. de stage Verzekeringsgeneeskunde binnen de private verzekeringsstelsels Organisatie van de private verzekering (medisch en juridisch luik) Verzekeringsgeneeskunde binnen de sociale verzekeringsstelsels Arbeidsongeschiktheid in de ziekteverzekering en de professionele risicoverzekering Organisatie van de sociale verzekering (medisch en juridisch luik) Interdisciplinaire gevallenbespreking: sociale verzekering Tweede jaar Evaluatie menselijke schade Deontologie en ethiek in de verzekeringsgeneeskunde Seminaria Masterproef m.i.v. de stage Professioneel en extra-professioneel functioneren en revalideren Psychologie van arbeid en gezondheid Beroepenkunde en arbeidsmarkt Revalidatie van functiestoornissen, beperkingen en participatieproblemen Orthesen, prothesen en rolstoelen Bijzondere technieken van revalidatie en herstel en hulpmiddelen Verzekeringsgeneeskunde binnen de private verzekeringsstelsels Medische expertise Aansprakelijkheids- en verzekeringsrecht Interdisciplinaire gevallenbespreking: private verzekering Verzekeringsgeneeskunde binnen de sociale verzekeringsstelsels Organisatorische en economische aspecten van de gezondheidszorg De colleges worden gegeven aan de Universiteit Antwerpen, de Universiteit Gent en de Katholieke Universiteit Leuven. Universiteit Antwerpen Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen Prof. dr. Marc van Sprundel (opleidingscoördinator) Femke Van den Audenaeren (secretariaat): T , femke.vandenaudenaren@ua.ac.be Contactgegevens 19

22 Ziekenhuishygiëne interuniversitaire opleiding 60 sp. FGGW CDE Doelstellingen De doelstellingen die nagestreefd worden, zijn het verwerven of bereiken van: een doorgedreven kennis van de organisatie van de medische en verpleegkundige activiteiten; een parate kennis van maatregelen ter preventie van ziekenhuisinfecties en -epidemieën alsook kennis van de methodologie van informatieverwerking, literatuurstudie en analyse van nieuwe aanbevelingen; de vaardigheid om bijvoorbeeld in het kader van een epidemische situatie een vraagstelling te kunnen formuleren en een epidemiologisch onderzoek in te stellen, data te verzamelen, te interpreteren en statistisch te verwerken volgens wetenschappelijke methoden; de vaardigheid om de resultaten van een epidemiologische investigatie samen te vatten en door middel van teamwork en met de nodige communicatieve vaardigheden de informatie over te brengen aan de betrokkenen; de kundigheid om een gedetailleerde procesanalyse uit te voeren ter verbetering van de kwaliteit van de zorg; sociale en communicatieve vaardigheden. De master in de ziekenhuishygiëne heeft als einddoel om afgestudeerden voor te bereiden op de taak van geneesheer-ziekenhuishygiënist conform de Belgische wetgeving. Doelgroep en toelatingsvoorwaarden De opleiding staat open voor houders van een diploma van arts, doctors in de genees-, heel- en verloskunde, masters in de geneeskunde en apothekers-klinisch biologen die minimaal drie jaar in opleiding zijn en met succes de examens van de master in de klinische biologie hebben afgelegd. Voorbereidingsprogramma Afhankelijk van je vooropleiding moet je een voorbereidingsprogramma van 3 of 6 studiepunten volgen. Het voorbereidingsprogramma bestaat uit: een klinische stage microbiologie van 3 studiepunten, te volgen door: artsen-niet-klinisch biologen; apothekers-klinisch biologen, uitgezonderd zij die minstens drie jaar in opleiding zijn waarvan één jaar opleiding in microbiologie; de semeiologie van de geneeskundige aandoeningen van 3 studiepunten (theoretisch gedeelte en kijkstage), te volgen door alle apothekers-klinisch biologen. Het voorbereidingsprogramma kan je tegelijkertijd met de master in de ziekenhuishygiëne volgen. 20