Nota Bestrijding inheemse en exotische Plaagsoorten. Waterschap Rivierenland. Plaagsoorten

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Nota Bestrijding inheemse en exotische Plaagsoorten. Waterschap Rivierenland. Plaagsoorten"

Transcriptie

1 Nota Bestrijding inheemse en exotische Plaagsoorten Waterschap Rivierenland Plaagsoorten

2 COLOFON Datum: 18 november 2009 Auteurs: T. Ruigrok, R. Gylstra, M. Dekker, H. Merks, M. Muller Bijdragen: J. H. Vos (Team Invasieve Exoten, Ministerie LNV) Foto s rapport: R. Gylstra, C. Zonneveld Piek Foto s omslag: foto akkerdistel: Provincie Friesland; Bron: Distelverordening foto Chinese wolhandkrab; Bron: foto waterpartij met eendenkroos; R. Gylstra foto trichobilharzia; Bron: foto watergang met gedooornd hoornblad; C. Zonneveld Piek foto eikenprocessierups; Bron milieuleefomgeving.rivmvoorlichtingscentrum.nl foto handmatig verwijderen waternavel; R. Gylstra foto waterteunisbloem; R. Boerma

3 Beleidsnota EXOTISCHE EN INHEEMSE PLAAGSOORTEN Waterschap Rivierenland

4 SAMENVATTING Waterschap Rivierenland heeft als taken waarborgen van veiligheid (o.a. dijkbeheer), het watersysteembeheer (waterkwantiteit en waterkwaliteit) en het wegbeheer (in de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden). Steeds vaker wordt binnen de eigen organisatie en door inwoners gesignaleerd dat specifieke soorten planten en dieren problemen veroorzaken. Deze plaagsoorten (zowel exotische als inheemse) geven hinder bij de primaire taakuitoefening door het waterschap en/of geven hinder aan inwoners in het gebied op het gebied van bijvoorbeeld economie en gezondheid. Voorbeelden van deze soorten zijn grote waternavel en jacobskruiskruid. Met deze beleidsnota wordt invulling gegeven aan het plaagsoortenbeleid voor het gehele waterschap Rivierenland. Dit beleid is van toepassing voor de hierboven genoemde taken Bij het opstellen van de beleidsnota is de huidige praktijk leidinggevend geweest en zijn bestaand en nieuw beleid samengevoegd in één nota. De nota biedt duidelijkheid over de te bestrijden soorten, over de aanpak van de bestrijding en de organisatie hiervan. Hierdoor kan de bestrijding van plaagsoorten meer eenduidig plaatsvinden in de organisatie.

5 INHOUDSOPGAVE SAMENVATTING 1 INLEIDING Aanleiding, probleemanalyse Plaagsoorten Toename van exoten Beleid als opstap naar beheer Beleid als opstap naar beheer Doelstelling, resultaat 3 2 VISIE EN UITGANGSPUNTEN Uitgangspunten Over welke soorten gaat deze nota? Beleidskader Huidige verspreiding van de plaagsoorten Algemene Beleidsvisie Strategie Goede buur Aansprakelijkheid Voorkomen is beter dan genezen 8 3 AANPAK PROBLEMATIEK Strategie en aanpak per soortsgroep Beslisboom type waternavel Organisatie bestrijding grote waternavel Onderhoudstrategie type waterpest Kroosprotocol Onderhoudstrategie type distel Muskusrat en beverrat Protocol blauwalgen en aanpak zwemmersjeuk Leidraad beheersing eikenprocessierups Gebruik van bestrijdingsmiddelen 16 4 ORGANISATIE Organisatie Communicatie Samenwerking met andere partners 19

6 5 MONITORING EN EVALUATIE BELEID Registratie en onderzoek Beleidsevaluatie 21 6 FINANCIËN Bestrijdingskosten plaagsoorten Tactiek en bestrijdingskosten grote waternavel in de Alblasserwaard 23 7 ACTIEPLAN 25 8 BEGRiPPENLIJST 26 9 LITERATUURLIJST 27 BIJLAGE 1: OVERZICHT EXOTISCHE EN INHEEMSE PLAAGSOORTEN RIVIERENLAND 2 BIJLAGE 2: BESTAANDE BELEIDSKADERS 3 BIJLAGE 3: VERSPREIDING EXOTEN 8 BIJLAGE 4: AANPAK PLAAGSOORTEN 9 BIJLAGE 5: BESLISBOOM WATERNAVEL 10 BIJLAGE 6: KROOSPROTOCOL 11 BIJLAGE 7: BESLISSCHEMA BEHEERSING EIKEN-PROCESSIERUPS 12 BIJLAGE 8: BLAUWALGEN PROTOCOL 13 BIJLAGE 9: BESLISBOOM BESTRIJDINGSMIDDELEN 14 BIJLAGE 10: FOTO S PLAAGSOORTEN 15

7 1 INLEIDING 1.1 AANLEIDING, PROBLEEMANALYSE Plaagsoorten Waterschap Rivierenland heeft als taken het waarborgen van veiligheid tegen overstroming (o.a. dijkbeheer), het watersysteembeheer (waterkwantiteit en waterkwaliteit) en het wegbeheer (Alblasserwaard en Vijfheerenlanden). Bij de uitoefening van haar primaire taken heeft het waterschap steeds vaker last van plaagsoorten. Plaagsoorten zijn soorten van planten, dieren of micro-organismen die een plaag (kunnen) vormen bij de uitvoering van de primaire taken van het waterschap en/of overlast geven aan burgers in het gebied. De schade door plaagsoorten kan zich uiten in: Ondergraving van waterkeringen (muskusrat, beverrat en mogelijk bij rivierkreeften) en aantasting erosiebestendige dijkbegroeiïng (onder andere reuzenbereklauw, Japanse duizendknoop); Stremming van afwatering en aanvoer van water (onder andere grote waternavel en gedoornd hoornblad) Verstoring van biodiversiteit en aantasting waterkwaliteit (bijvoorbeeld zuurstoftekort door kroos) waardoor KRW-doelen niet gehaald worden; Aantasting gezondheid van dier en mens (onder andere reuzenbereklauw, jacobskruiskruid, blauwalgen en alsem ambrosia); Aantasting van economische functies bijvoorbeeld door verwaaiing van onkruidzaden (bijvoorbeeld akkerdistel). Een neveneffect van onkruiddruk vanuit natuur, is dat er minder draagvlak is bij agrariërs voor de aanleg van natuurvriendelijke oevers Toename van exoten Door de toename van transport en door handel in soorten komen exoten, zowel planten als dieren, meer en meer voor in ons land en in ons beheergebied (zie figuur 1). Ook het in verbinding stellen van de Donau met de Rijn via het Main-Donau-kanaal (afronding in 1992) heeft geleid tot een instroom van nieuwe soorten die we terugvinden in het rivierengebied. Sommige exoten komen al geruime tijd voor in ons gebied en zorgen niet voor problemen. Denk hierbij onder andere aan kalmoes en zeelt. Andere soorten vermeerderen zich echter zo snel dat ze problemen veroorzaken. Het ontbreken van natuurlijke vijanden is vaak de oorzaak van een explosieve groei die overlast geeft. Een voorbeeld hiervan is de grote waternavel die vanaf 1995 in Nederland voorkomt. In zeer korte tijd heeft deze soort zich verspreid in grote delen van het land. Klimaatverandering draagt er aan bij dat sommige (subtropische) exoten steeds beter kunnen overleven en meer overlast geven. Sommige soorten zijn vorstgevoelig, maar kunnen zich goed handhaven bij minder strenge winters. Verder blijkt een warmer klimaat er voor te zorgen dat sommige exoten zich wel kunnen voortplanten (graskarper). Exoten hebben invloed op de biodiversiteit van het ecosysteem, onder andere door verdringing van de gebiedseigen soorten. Een voorbeeld is de Europese rivierkreeft die bijna geheel verdrongen is door de Amerikaanse rivierkreeft. De verdringing van de inheemse flora en fauna kan het halen van KRW doelen frustreren. Ook kunnen er problemen optreden met het bereiken van doelen voor Natura2000, HEN-SED en anti-verdroging. In hoeverre deze problemen zich kunnen gaan voor doen is nog weinig onderzocht. 1

8 Veldwerkers van het waterschap nemen steeds vaker exoten waar in het veld. Onbekend is vaak nog hoe groot de verspreiding is van deze soorten en hoe groot de effecten zijn in het watersysteem of hoe groot deze kunnen worden (potentieel probleem). 60 Aantal nieuwe soorten (cumulatief) Figuur 1: het aantal vestigingen van exoten uit vier verschillende Jaar soortgroepen (H2O/ ) eleid als opstap macrofauna naar beheer vissen waterplanten reptielen-amfibieën Figuur 1. Aantal exotische aquatische soorten, weergegeven cumulatief in de periode 1900-heden (Bron: PBL, Mileu en NatuurCompendium en Werkgroep Ecologisch Waterbeheer, subgroep exoten) Beleid als opstap naar beheer Landelijk begint de aandacht voor exotische plaagsoorten toe te nemen. Het ministerie van LNV heeft een nota over invasieve exoten opgesteld. De waterbeheerders onderling wisselen ervaringen uit en de Unie van Waterschappen werkt met een aantal partners aan het afsluiten van een convenant waarbij de verspreiding van specifieke exoten via de handel moet worden voorkomen. De externe ontwikkelingen en beleidskaders die relevant zijn voor de bestrijding van plaagsoorten worden uitgewerkt in bijlage 2. Vooruitlopend op externe beleidsontwikkelingen stelt WSRL met deze beleidsnota haar prioriteiten en geeft richting aan de aanpak van de bestrijding van plaagsoorten. Een uniform beleid ten aanzien van bestrijding van plaagsoorten ontbreekt op dit moment. In het Bestuursprogramma van waterschap Rivierenland (2009) is het ontwikkelen van beleid voor exoten opgenomen als één van de hoofdpunten van het programma. Vanuit de praktijk van het onderhoud zijn er regelmatig vragen over welke soorten bestreden moeten worden en welke aanpak mogelijk is om schade door plaagsoorten te voorkomen. Naast een strategisch beleid is het dus de bedoeling dat deze beleidsnota bruikbaar is voor de praktijk van het beheer. 2

9 1.2 DOELSTELLING, RESULTAAT Deze beleidsnota behandelt de plaagsoorten voor de taken Watersystemen, Waterkeringen én Wegen. Voor Watersystemen bestaat behoefte om meer richting te krijgen voor de aanpak van plaagsoorten. Met name betreft het een aantal (water)planten dat problemen geeft. Voor deze aanpak worden onderhoudstrategieën beschreven. Bij het onderhoud aan waterkeringen en wegen bestaat veelal al een aanpak voor plaagsoorten. Deze aanpak kan ongewijzigd blijven. Wel heeft deze algemene beleidsvisie consequenties voor algemene strategie, interne organisatie, registratie en onderzoek. Deze beleidsnota dient bruikbaar te zijn voor de praktijk van het beheer. We presenteren in deze nota daarom een overzicht van plaagsoorten (bijlage 1 en 4) met daaraan gekoppeld onderhoudstrategieën en protocollen. Deze beleidsnota zal zich focussen op de aanpak van de belangrijkste plaagsoorten in het gebied en hiervoor een onderhoudstrategie beschrijven. Het gaat hierbij om plaagsoorten die nu (actueel) of mogelijk straks (potentieel) een probleem kunnen vormen. Het doel van het beleid voor exotische en inheemse plaagsoorten is: terugdringen en voorkomen van overlast door plaagsoorten die een actueel probleem vormen; voorkomen dat andere soorten die nog geen probleem zijn een probleem kunnen worden; meer inzicht verkrijgen in het probleem (verspreiding en kosten). In het beleidsvoorstel komen de volgende zaken aan de orde: het formuleren van een algemene beleidsvisie voor plaagsoorten. Het betreft onder andere zaken zoals algemene strategie, prioritering, communicatie, kennisopbouw en onderzoek; het formuleren van onderhoudstrategieën voor plaagsoorten die (actuele) hinder geven bij de uitvoering van de primaire taken van het waterschap en voor soorten die overlast veroorzaken voor burgers (gezondheid) en aangelanden (economie); het formuleren van een aanpak om te voorkomen dat potentiële plaagsoorten een probleem worden; De consequenties van de aanpak (personeel en financieel). Het is de bedoeling om de aanpak van plaagsoorten jaarlijks bij te stellen naar aanleiding van de verspreiding van plaagsoorten, nieuwe inzichten en externe kaders. Naar mate er in de praktijk behoefte bestaat aan nog meer handvatten voor bestrijding van exotische of inheemse plaagsoorten dan kunnen deze in de toekomst ontwikkeld worden. In 2012 willen we de beleidsnota evalueren en bijstellen. 3

10 2 VISIE EN UITGANGSPUNTEN 2.1 UITGANGSPUNTEN Over welke soorten gaat deze nota? Deze nota gaat over exotische én inheemse plaagsoorten. Dit kunnen zowel planten, dieren als microorganismen zijn. Definities exoot (Minister Verburg, uit Beleidsnota invasieve exoten, 12 oktober 2007): Ik definieer een exoot als een uitheemse soort (onder andere planten, dieren, micro-organismen) die Nederland niet op eigen kracht kan bereiken, maar door menselijk handelen (transport, infrastructuur) terecht is gekomen in de Nederlandse natuur of dat in de nabije toekomst dreigt te doen. Soorten die Nederland op eigen kracht bereiken, bijvoorbeeld door klimaatverandering, vallen buiten deze definitie en dus buiten dit beleid. plaagsoort: Soorten van planten, dieren of micro-organismen die een plaag (kunnen) vormen bij de uitvoering van de primaire taken van het waterschap en/of soorten die een plaag vormen voor ingelanden bij uitoefening economische functie (bijvoorbeeld onkruiddruk), recreatie (blauwalgen), gezondheid en dergelijke. Plaagsoorten kunnen zowel inheems zijn als van exotische herkomst. Actuele plaagsoorten zijn soorten waarvan nu in de praktijk bekend is dat ze hinder geven. Potentiële plaagsoorten zijn soorten die nu nog geen hinder geven maar dat in de toekomst mogelijk wel kunnen doen. Om een eerste idee te krijgen welke soorten behandeld worden in deze nota is het voorbeeld gegeven in tabel 1. Tabel 1. Voorbeeld exotische en inheemse soorten en plaagsoorten. Geen plaag Inheems watermunt dotterbloem Wel plaag akkerdistel eendenkroos Exoot zeelt kalmoes grote waternavel muskusrat Een volledig overzicht van de soorten die in het beheersgebied van Rivierenland problemen (kunnen) geven is bijgevoegd als bijlage 1. Van de soorten die genoemd worden in bijlage 1 zijn foto s te vinden in bijlage 10. Voor gedetailleerde informatie over een aantal van deze soorten (waterplanten) wordt verwezen naar de Veldgids Invasieve waterplanten in Nederland, Plantenziektenkundige Dienst, Min. LNV. Deze gids verschijn eind 2009 of begin hierin worden de planten beschreven die opgenomen zijn in het waterplantenconvenant, zoals genoemd in en Door de soorten in te delen in groepen qua leefstrategie, zoals watergebonden dieren of niet watergebonden planten, zijn er combinaties te maken van soorten die op dezelfde wijze aangepakt kunnen worden. Er is op deze wijze onderscheid gemaakt in zeven vergelijkbare groepen met soorten die een actueel of potentieel probleem veroorzaken. 4

11 Welke soorten geven in de praktijk de grootste problemen? De aanpak van muskusratten en beverratten heeft voor het waterschap de hoogste prioriteit. De bestrijding van deze soorten wordt al vele jaren groots aangepakt om onze waterkeringen en watersystemen in goede staat te houden. Deze beleidsnotitie gaat niet over de muskusrattenbestrijding; hiervoor is apart beleid ontwikkeld. In de praktijk van het waterbeheer blijken vooral planten veel overlast te geven. Dit zijn de groepen 1 t/m 4 uit het overzicht in bijlage 1. Hier staan de meeste soorten genoemd bij actuele problemen. Deze nota zal specifiek handvatten geven voor alle soorten die actueel problemen veroorzaken Beleidskader Op Europees, nationaal en regionaal niveau bestaan al diverse protocollen en afspraken die betrekking hebben op hoe om te gaan met exotische en inheemse plaagsoorten. Met deze beleidsnota zijn de bestaande kaders bij elkaar gebracht zodat het duidelijk is welke afspraken er al gemaakt zijn. Deze bestaande beleidskaders staan beschreven in bijlage 2 en vormen een uitgangspunt voor dit beleid. Europese en nationale kaders Biodiversiteitsverdrag; Convention on the Conservation of European Wildlife and Natural Habitats; LNV beleid invasieve exoten/team invasieve exoten (in ontwikkeling); Flora- en Faunawet en gedragscode voor waterschappen; Convenant waterplanten, UvW 2009 (in ontwikkeling); Ambrosia convenant (in ontwikkeling, Min LNV, Plantenziektenkundige Dienst); Kaderrichtlijn Water; Visserijwet; De Wet Gewasbeschermingsmiddelen en Biociden (Wgb); Handreiking voor beleid ten aanzien van overzomerende ganzen; Blauwalgenprotocol; Protocol Zwemmersjeuk (Trichobilharzia), Veilig zwemmen; preventie van Zwemmersjeuk ; Afspraken bestrijding wilde haver; Afspraken bestrijding knolcyperus; Regelgeving en leidraad eikenprocessierups. Regionale kaders Distelverordening provincie Utrecht; Afsprakendocument jacobskruiskruid, provincie Utrecht; Afsprakendocument Jacobskruiskruid, provincie Gelderland; Distelverordening provincie Zuid-Holland; Akkerdistelverordening Noord-Brabant (2007); Distelbeleid waterschap Rivierenland (2004); Muskusrattenbestrijding; Beverprotocol waterschap Rivierenland (2009, in ontwikkeling); Werkprotocollen FF-wet + evaluatie Flora en Faunawet WSRL. In de FFwet en Gedragscode voor waterschappen van de Unie van Waterschappen vallen de muskusrat en grote waternavel onder de plaagsoorten. De gedragscode geldt niet als vrijstelling voor het beheer en de schadebestrijding van plaagorganismen, zoals de muskusrat of de grote waternavel. Voor deze situaties gelden de artikelen 65 t/m 74a uit de Flora en Faunawet. Op het moment van schrijven van dit document heeft de rechter de gedragscode FF-wet voor de waterschappen ongeldig verklaard. De code is strijdig met de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn. Een nieuwe code is nog niet beschikbaar. 5

12 2.2 HUIDIGE VERSPREIDING VAN DE PLAAGSOORTEN In het verleden is bij Rivierenland geen aparte registratie bijgehouden van plaagsoorten. Er is daarom geen goed beeld van verspreiding en omvang van de problemen. In voorjaar 2009 is een inventarisatie gestart in de onderhoudrayons naar de belangrijkste plaagsoorten. Het resultaat van deze inventarisatie is ingetekend op kaart bijlage 3. Daarbij zijn niet alle plaagsoorten meegenomen. De registratie van de verspreiding van soorten zal structurele opgepakt moeten worden om een goed beeld te krijgen van de verspreiding van de soorten en van het effect van de bestrijding. De herkomst van de plaagsoorten is verschillend. Een belangrijke bron voor exoten is de particuliere handel. Uitheemse water- en oeverplanten, schildpadden en vissen worden verkocht aan particulieren die de planten en dieren soms in de vrije natuur loslaten. Het is dan ook zichtbaar dat verspreiding van een aantal soorten vanuit de bebouwde omgeving plaatsvindt. Voorbeelden zijn de grote waternavel (bijvoorbeeld vanuit vijvers Nijmegen) en de roodwangschildpad (grachten in Tiel). Voor deze en andere soorten is het aan te raden om speciale aandacht te richten op het stedelijk gebied omdat hier een bron van verspreiding ligt. 2.3 ALGEMENE BELEIDSVISIE Strategie De te kiezen strategie voor bestrijding van de plaagsoorten is afhankelijk van de aard van de soort (zie groepen bijlage 1), de schade die ze veroorzaken, mate van verspreiding, de effectiviteit van de bestrijding en de kosten die hiermee samenhangen. We kunnen op verschillende manieren omgaan met de aanwezigheid van exoten en plaagsoorten. We kunnen het probleem accepteren, proberen te controleren of elimineren. Voorop staat natuurlijk het vooorkomen van het probleem; preventie. Bij deze strategieën gelden de volgende beschrijvingen: Accepteren betekent dat geen specifieke onderhoudstrategie ingezet wordt om de soort te bestrijden. De hinder/schade van de soort is beperkt en er is geen aanleiding om aan te nemen dat het op lange termijn wel het geval zal zijn. De strategie controleren geldt voor een beheersbare situatie en als de omvang van het probleem dusdanig is dat het verder terugdringen van de soort niet noodzakelijk is. De inzet richt zich op het voorkómen van de overlast. Het elimineren van soorten passen we toe als de inspanning van het bestrijden effectief is, en opweegt tegen de (te verwachten) overlast. Het doel van elimineren is het uitroeien van de soort of de populatie zo klein mogelijk te houden. We spreken in dit laatste geval van decimeren. Elimineren kan uitgevoerd worden door als waterschap actief op zoek te gaan naar de soorten en deze vervolgens te bestrijden. Ook kan een passieve strategie gehanteerd worden. Hierbij wordt pas tot actie overgegaan op basis van meldingen of wanneer ze worden aangetroffen in het veld tijdens overige activiteiten. Deze beleidsnota richt zich vooral op de bestrijding van de exoten en plaagsoorten via het beheer. Het is echter effectief om ook te voorkómen dat plaagsoorten gaan ontstaan. Preventie van aanwezigheid en verdere verspreiding van deze soorten is een belangrijk aandachtspunt. Dit wordt verder toegelicht in paragraaf Definities: Accepteren: Geen specifieke onderhoudstrategie inzetten om de soort te bestrijden. Beheer volgens het reguliere beleid. Bijvoorbeeld kalmoes. Controleren: Extra beheer met als doel om overlast te voorkomen. Bijvoorbeeld waterpest. 6

13 Elimineren: Extra beheer met als doel de soort uit te roeien (= echt elimineren) of de populatie zo klein mogelijk te houden (= decimeren). Bijvoorbeeld muskusrat of grote waternavel. Preventie: Het voorkomen van het vestigen van plaagsoorten die hinder veroorzaken. Als voorbeeld nemen we de bestrijding van muskusratten en beverratten. Het belang van het in stand houden van onze dijken en de taluds van watergangen is evident. De insteek van de bestrijding van beverratten is het elimineren. Toch is het volledig elimineren van het bestand van muskusratten niet mogelijk, onder andere omdat er aanvoer blijft vanuit buurlanden waar de bestrijding anders georganiseerd is. In de praktijk komt het er dan op neer dat de aanpak vanuit het waterschap erop gericht is de populatie zo laag mogelijk te krijgen. Dit vraagt in het begin een grote investering; zeker ook omdat de rattenpopulatie in het begin van een intensieve bestrijding reageert met een grotere aanwas. Op termijn resulteert de aanpak wel tot een kleinere populatie die beter in de hand te houden is. In Nederland wordt jaarlijks miljoen uitgegeven aan de muskusrattenbestrijding; in de provincie Gelderland 3 miljoen. In figuur 2 is aangegeven hoe bij verschillende strategieën in de tijd de kosten zich zullen ontwikkelen voor de bestrijding van invasieve exoten. Het is te verwachten dat bij accepteren, dus niets doen, op termijn de problemen zullen toenemen en derhalve de (herstel)kosten zullen oplopen. Bij controleren zullen de toekomstige kosten hoger zijn dan nu, omdat het aantal nieuwe exoten zal blijven toenemen. Bij een (pro)actieve inzet kiezen we er voor om de organisatie zodanig op te zetten dat op korte termijn extra inspanning nodig is, die op lange termijn eventuele nieuwe problemen helpt voorkomen. kosten-inzet actief-proactief huidig beheer controleren huidig tijd Figuur 2. De relatie tussen kosten en tijd bij drie bestrijdingsstrategieën voor invasieve exoten; accepteren, controleren en actief elimineren Goede buur Waterschap Rivierenland staat niet alleen in de bestrijding van exoten. De verspreiding van soorten gaat over grenzen heen en ook andere partijen hebben hiermee te maken. De soorten laten zich veelal niet tegenhouden door eigendoms- en beheersgrenzen (particulier, gemeente, waterschap, provincie en Rijk). De bestrijding van plaagsoorten heeft baat bij een goede afstemming tussen de verschillende beheerders. Een voorbeeld is de verschillende bestrijding van muskusratten en beverratten aan weerszijden van de grens. 7

14 Het gegeven dat grote waternavel zich vooral verspreidt vanuit bebouwde omgeving (steden en dorpen) vraagt om aandacht. Ook het gegeven dat een soort zoals de reuzenbereklauw niet alleen op onze terreinen voorkomt maar zich vanuit andere gebieden kan verspreiden pleit voor meer afstemming in aanpak tussen partijen. De organisatie van deze afstemming ligt niet bij het waterschap. Hiervoor zullen met name het ministerie van LNV en de provincies het voortouw moeten nemen. Het waterschap zal echter wel vorm geven aan haar eigen verantwoordelijkheid in de bestrijding en daar waar mogelijk de afstemming met andere organisaties bevorderen en samenwerken. Ten behoeve van onze aangelanden werken we volgens het principe van de goede buur. Wij zullen plaagsoorten en exoten die in grote hoeveelheden voorkomen op onze terreinen en overlast geven actief bestrijden. Dit zal onder meer het geval zijn bij de aanleg van nieuwe oevers waarbij in het beginstadium soms veel distels kunnen voorkomen. Dit principe is deels al geregeld in een aantal bestaande beleidskaders zoals het akkerdistelbeleid en afspraken rond jacobskruiskruid (bijlage 2). Bij het maaien van wegbermen in het westen van het beheersgebied doet zich nog het specifieke probleem voor dat er door klepelen veel distels en brandnetels ontstaan waarvan met name agrariërs schade ondervinden. Het maaibeleid is hier niet in overeenstemming met de wijze waarop we willen omgaan met de belangen in het gebied. Het maaibeleid leidt tot overlast bij anderen waarbij het waterschap zelf weer moet ingrijpen om de distels conform provinciale verordeningen te bestrijden. Voorgesteld wordt om opnieuw te overwegen of het klepelmaaien de juiste beheersvorm is voor de wegbermen. Beleidspunt: Ten behoeve van onze aangelanden werken we volgens het principe van de goede buur. Wij zullen plaagsoorten en exoten die in grote hoeveelheden voorkomen op onze terreinen en overlast geven actief bestrijden Aansprakelijkheid Het operationele beleid reikt niet verder dan datgene wat het waterschap via beheer en instrumenten (keur, e.d.) kan doen om exotische en inheemse plaagsoorten te bestrijden in haar beheersgebied. Voor de bestrijding van bijvoorbeeld ganzen is het waterschap niet de competente overheid en is het uitgangspunt dat het rijk en de provincies hierin het voortouw nemen. Wel zal het waterschap de bestrijding van dergelijke soorten op de agenda zetten van verantwoordelijke overheden indien het waterschap overlast ondervindt van deze soorten. Het waterschap Rivierenland kan niet aansprakelijk worden gesteld voor overlast door exoten en plaagsoorten. Dit omdat wij niet de macht hebben over wilde planten en dieren. Het waterschap dient wel te werken binnen richtlijnen zoals verordeningen indien deze voor soorten zijn opgesteld Voorkomen is beter dan genezen Het voorkomen dat exoten en plaagsoorten zich vestigen en verspreiden is een effectieve aanpak aan de voorkant die vaak minder kost dan het jaarlijks terugkerende beheer. In deze paragraaf wordt de strategie preventie genoemd, maar niet in alle facetten tot maatregelen uitgewerkt. De algemene ervaring met exoten en plaagsoorten is dat, als ze eenmaal gevestigd zijn, ze niet gemakkelijk meer weggaan. Als het gevaar van de grote waternavel tijdig was onderkend, dan had bijvoorbeeld een handelsverbod veel problemen en kosten kunnen voorkomen. Op dit moment is een convenant in de maak tussen Ministerie van LNV, Unie van Waterschappen,de Tuincentra-branche en waterplanten kwekers, waarin onder andere wordt afgesproken dat een aantal problematische exotische waterplanten niet meer verhandeld gaat worden. 8

15 Bij een aantal minder problematische soorten wordt d.m.v. voorlichting de koper geïnformeerd over de mogelijke risico s voor het milieu van het uitzetten van exotische water- en oeverplanten. Beleidspunt: Waterschap Rivierenland ondersteunt het convenant Waterplanten dat ondertekend wordt door de Unie van Waterschappen, het ministerie van LNV, de tuincentra-branche en waterplanten kwekers. Ook binnen Waterschap Rivierenland is de waternavelproblematiek lang onderbelicht gebleven waardoor grote delen van het gebied (met name in de Alblasserwaard) besmet zijn. De laatste twee jaar is een kentering zichtbaar waarbij met meer energie en deskundigheid de waternavel aangepakt wordt. Deze kentering is ingegeven door de overlast die nu al ontstaat en het besef dat deze overlast alleen maar gaat toenemen bij het uitblijven van effectief handelen. Het is van belang om de aandacht voor de plaagsoorten structureel te verankeren in de organisatie door een verbetering van onder andere registratie en coördinatie van de problematiek. Beleidspunt: Het waterschap gaat de aandacht voor plaagsoorten structureel verankeren in de organisatie door o.a. registratie en coördinatie van de problematiek Het voorkomen van vestiging (preventie) van exotische en inheems en plaagsoorten heeft het waterschap ook deels in eigen hand. Dit is onder andere het geval bij: Het verplaatsen van grond in het kader van dijkverzwaringen of projecten langs wegen of watergangen. Bij hergebruik van gronden waarop specifieke plaagsoorten staan (zie hoofdstuk 3) dient stilgestaan te worden bij eventuele risico s van verspreiding en daar waar dit realistisch is zal deze verspreiding voorkomen moeten worden. Het plegen van onderhoud in watergangen. Het onderhoudsmaterieel kan grote waternavel verspreiden naar schone gebieden. Door het materieel te controleren op restanten van waterplanten kan dit voorkomen worden. Ook verspreiding van grote waternavel uit besmette naar schone gebieden door afstroming van maaisel kan voorkomen worden door isolatiemaatregelen. Verstoring en verrijking van gronden door maaisel op de oever te deponeren en te lang laten liggen. Dit draagt bij aan de ontwikkeling van vegetatie van brandnetels en bramen. Ook hebben aangelanden last van onkruiddruk die vanuit het maaisel optreedt. Door het maaisel tijdig af te laten voeren kan het ontstaan van plaagsoorten deels worden voorkomen. Dit vraagt om een heroverweging over hoe om te gaan met het maaisel uit watergangen. Het ontstaan van veel bagger in watergangen zoals in de Alblasserwaard. Door het ontstaan van een dikke baggerlaag neemt de waterdiepte af. De hoeveelheid nutriënten neemt toe, er komen meer plaagsoorten voor zoals kroos en problemen met de zuurstofhuishouding nemen toe. Dit is ongunstig voor de waterkwaliteitsdoelen zoals geformuleerd voor de KRW. Om de ondergedoken plaagsoorten te verwijderen moet er in te ondiep water gemaaid worden waardoor opwerveling niet te vermijden is en zuurstofloosheid en sterfte van organismen het gevolg is. Het is gewenst te verkennen waar maatwerk in baggeren nodig is. Door verbetering van de samenwerking met andere instanties (bijvoorbeeld met gemeenten) en door voorlichting willen we voorkomen dat exoten en plaagsoorten zich verspreiden. Door klepelonderhoud van wegbermen door het waterschap ontstaan er plaagsoorten zoals distels en brandnetels. Hiervan ondervinden agrariërs veel overlast en er zijn dan ook veel klachten hierover. Door een ander maaibeheer te hanteren kan het probleem voorkomen worden. Beleidspunt: Het waterschap gaat naast bestrijding ook maatregelen en onderzoeken uitvoeren die zorgen voor preventie van overlast van exoten en plaagsoorten. 9

16 3 AANPAK PROBLEMATIEK Met dit beleidsvoorstel worden onderhoudstrategieën beschreven voor het aanpakken van (groepen van) exoten en plaagsoorten die momenteel problemen veroorzaken. De strategieën en de soorten waarvoor ze van toepassing zijn te vinden in bijlage 4. De onderhoudstrategieën vragen nog een uitwerking naar operationeel niveau. 3.1 STRATEGIE EN AANPAK PER SOORTSGROEP De soortgroep Oeverplanten (m.n. grote waternavel) geeft nu al veel overlast en in potentie kan het probleem nog veel groter worden. De keuze voor de strategie elimineren is ingegeven door de snelheid van de verspreiding van de grote waternavel, de hardnekkigheid van voorkomen, door de hinder die de plant veroorzaakt en de kosten om het probleem onder controle te brengen. Uiteraard willen we ook voorkomen dat de soort zich verder verspreid (preventie). Overwegingen bij deze strategiën zijn: Accepteren: Maaien volgens het reguliere maaibeleid. Het is geen aanvaardbare strategie voor het waterschap omdat naast de toename van het probleem ook de kosten toenemen in de tijd (zie figuur 2). Controleren: Extra verwijderen als aan- en afvoer of waterkwaliteit in gevaar dreigen te komen. Bij het maaien opletten dat er geen verspreiding plaatsvindt van de waternavel vanuit het gebruikte onderhoudsmaterieel. De planten groeien uit tot grote matten die vooral machinaal te verwijderen zijn. Hierbij neemt de overlast voor aangelanden toe als gevolg van het verplicht accepteren van grote hoeveelheden maaisel en schade aan gewassen door toepassing van grote machines bij het onderhoud. Controleren levert op termijn een toename van overlast, werk en kosten. Deze uitwerking heeft dan ook geen voorkeur. Elimineren: Volledig verwijderen. De wijze van elimineren is afhankelijk van het voorkomen van de soort in de watergangen. Daar waar het elimineren op korte termijn niet haalbaar en/of betaalbaar is, is het doel de populatie zo klein mogelijk te houden. Dan spreken we van Decimeren. Preventie: Voorkomen van verspreiding. Een risico is dat de bestrijding zelf bijdraagt aan de verspreiding van de planten en vervolgens ook aan de verdere verspreiding van het probleem. Bij inzet van onderhoudsmaterieel dient er op gelet te worden dat er geen resten van waternavel op het materieel achterblijven bij verplaatsing naar andere wateren. Ook moet afstroming van stukjes grote waternavel naar andere schone peilvakken voorkomen worden door het isoleren van de wateren waar geschoond wordt. Er zijn bij andere waterschappen ervaringen dat een intensieve bestrijding van de grote waternavel na enkele jaren leidt tot afname van de beheerskosten. Dit in tegenstelling tot ervaringen waarbij waterschappen door te weinig beheer (accepteren of controleren) steeds hogere kosten maken. De aanpak die we hier voorstellen is vergelijkbaar met de aanpak van de muskusrattenbestrijding (zie Voor de overige soortgroepen volstaat het om te controleren; tijdig in te grijpen om overlast te voorkomen. Een uitzondering is de soortgroep landgebonden planten waarbij het nodig is om enkele soorten plaagsoorten (Japanse duizendknoop, reuzenberenklauw) te elimineren. Dit omdat het invasieve exoten zijn die na vestiging zeer hardnekkig te bestrijden zijn. Daarnaast levert reuzenberenklauw gevaar voor de volksgezondheid op. Vooralsnog kunnen we kiezen voor de aanpak passief elimineren, dat wil zeggen bestrijden naar aanleiding van meldingen en eigen waarnemingen. Tabel 2 geeft een overzicht van de te volgen strategie en aanpak voor de verschillende groepen van plaagsoorten. Voor alle groepen geldt ook dat preventie een belangrijk aandachtspunt is. 10

17 Tabel 2. De strategie van bestrijding en bijbehorende aanpak voor de verschillende soortgroepen. Soortgroep Hinder WSRL Omvang Strategie Aanpak en derden Oeverplanten Zeer groot Woekerend (Alblasserwaard) Lokaal (Nijmegen) of Indicenteel Elimineren Beslisboom type waternavel Drijvende kroossoorten Ondergedoken waterplanten Landgebonden planten Groot Lokaal Controleren Kroosprotocol Matig Verspreid Controleren Aanpak type waterpest Matig, Algemeen verspreid Controleren Aanpak type distel jacobskruiskruid of groot elimineren Muskusratten Zeer groot Algemeen verspreid Elimineren Eikprocessierups Matig Alblasserwaard + Vijfheerenlanden Controleren Schema beheersing eikenprocessierups Plaagsoorten zwemwater Gering Zeer lokaal in zwemplassen Controleren Protocol blauwalgen en aanpak zwemmersjeuk Beleidspunt: Strategie voor de soortgroep oeverplanten (o.a waternavel) is elimineren. Strategie voor kroos, ondergedoken en landgebonden planten en plaagsoorten in zwemwater is controleren. Enkele specifieke landgebonden plaagsoorten (Japanse duizendknoop, reuzenbereklauw) willen we passief elimineren. Preventie van verspreiding is een belangrijk aandachtspunt voor alle soortgroepen. 3.2 BESLISBOOM TYPE WATERNAVEL Grote waternavel komt vanaf 1995 voor in Nederland en is de laatste jaren sterk toegenomen. Voor Rivierenland is de overlast vooral in de Alblasserwaard een punt van zorg. De plant belemmert de doorstroming en veroorzaakt zuurstoftekorten door de groeivorm waarbij de plant het wateroppervlak als een lappendeken afsluit. De aanpak van de grote waternavel is beschreven in beslisboom grote waternavel in bijlage 5. De uitwerking van deze beslisboom is afhankelijk van de vorm en omvang waarin de problematiek zich voordoet. In de Alblasserwaard is de omvang van de waternavelproblematiek zo groot dat uitroeien niet haalbaar en betaalbaar is. De aanpak richt zich dan op het terugdringen tot een gering populatie (decimeren). 11

18 In vijvers in Nijmegen komt de waternavel lokaal woekerend voor. Deze vijvers ontvangen veel kwelwater en fungeren als bron voor het achterliggende gebied Land van Maas en Waal. De verspreiding van grote waternavel vanuit dit brongebied begint nu al zichtbaar te worden in dit deelgebied. Elimineren van de grote waternavel uit deze vijvers lijkt haalbaar en betaalbaar. Enerzijds door het herinrichten van de oevers van de vijvers en anderzijds door intensief beheer aangevuld met mogelijk de inzet van chemische middelen. Onderzoek naar de juridische mogelijkheden hiervoor vindt momenteel plaats. De bestrijding van grote waternavel in nieuwe gebieden heeft ook prioriteit waarbij het de bedoeling is het eerste de beste plantje verwijderen: elimineren om problemen voor te zijn. Deze beslisboom kan ook toegepast worden voor de exoten parelvederkruid en waterteunisbloem. De operationele uitwerking van het elimineren van waternavel is afhankelijk van het voorkomen: Woekerend in grote gebieden: Plan van aanpak Alblasserwaard. Handmatig wordt in de groeiperiode eenmaal per twee weken de planten uit de sloot verwijderd (A en B watergangen). Aangelanden worden verzocht vindplaatsen te melden. Grote hoeveelheden worden zo mogelijk machinaal verwijderd. Zo nodig in combinatie met handmatig verwijderen van losse plantendelen. Lokaal woekerend: Volgens plan van aanpak Vijvers Nijmegen. Intensief handmatig verwijderen van de planten. Zo nodig in combinatie met herinrichting van de oevers. Sporadisch voorkomend: Wordt meegenomen in het reguliere werk. Locaties waar voorkomen bekend is worden regelmatig bezocht en geplukt. Bestrijding waternavel in Alblasserwaard. Foto: Ronald Gylstra 12

19 3.3 ORGANISATIE BESTRIJDING GROTE WATERNAVEL Werkzaamheden voor het bestrijden van plaagsoorten worden uitgevoerd binnen de bestaande budgetten voor onderhoud in de rayons. De mogelijkheid bestaat echter dat er (onvoorziene) situaties voordoen, waardoor de plaagsoortenbestrijding volgens een apart bestrijdingsplan projectmatig(er) aangepakt dient te worden. Deze situaties zijn: risico s voor de kerntaken van WSRL: indien de plaagsoorten risico s vormen voor de kerntaken van Waterschap Rivierenland (kwantiteit, kwaliteit en veiligheid) zullen de risico s snel ingeperkt moeten worden. Is de verwachting dat de omvang van de situatie ervoor zorgt dat de risico s niet snel in te perken zijn, dan zal er volgens een apart bestrijdingsplan worden gewerkt; op veel plaatsen aanwezig: wanneer een plaagsoort in een groot deel van een rayon veelvuldig voorkomt, zal er extra mankracht ingezet moeten worden om de plaagsoort te kunnen bestrijden; een groot verspreidingsrisico: wanneer er bovenstrooms van een watersysteem een brandhaard van bijvoorbeeld grote waternavel ontstaat, is het risico groot dat de er grote waternavel terecht komt in de watergangen benedenstrooms. Om dit te voorkomen zal er extra onderhoud plaats moeten vinden, wat waarschijnlijk buiten de beschikbare capaciteit van een rayon valt; Wanneer er sprake is van één van de, of een combinatie van, bovenstaande situaties zal de plaagsoorten bestrijding de mogelijkheden van een rayon overstijgen. In dat geval zal er een bestrijdingsplan worden opgesteld door het Bedrijfsbureau van de afdeling Onderhoud en Peilbeheer in samenwerking met het betreffende rayon. Uit het bestrijdingsplan zal blijken welke financiële, materiele en personele middelen nodig zijn voor de aanpak. Wanneer bij een extreme situatie geen mogelijkheden zijn om de benodigde middelen binnen de afdeling Onderhoud en Peilbeheer te vinden, zal er extra capaciteit en/of financiële inzet gevraagd worden. Het bovenstaande is verwerkt in de beslisboom waternavel, zie daarvoor bijlage ONDERHOUDSTRATEGIE TYPE WATERPEST Problemen met smalle waterpest, gedoornd hoornblad en aarvederkruid zijn al langere tijd bekend. Met name in voedselrijke situaties, bij warm weer en als er dikke baggerlaag aanwezig is, kunnen deze soorten snel het doorstroomprofiel blokkeren en een zuurstof tekort veroorzaken in de nacht en vroege ochtend als de biomassa zuurstof vraagt. De problemen met deze soorten komen verspreid door het beheersgebied voor. De huidige strategie is controleren; met andere woorden ingrijpen als de groei van deze waterplanten dusdanig is dat er kwantiteits- en/of kwaliteitsproblemen verwacht worden. Bedekkingspercentages van de planten in de waterkolom waarbij ingegrepen moet worden zijn niet te geven. Dit is maatwerk dat het beste beoordeeld kan worden door de teamleider en onderhoudmedewerkers. Van belang is het voorkómen van aan- en afvoer problemen én het voorkomen van sterke schommelingen in zuurstofgehalten. Het heeft de voorkeur om de watergang te schonen met een maaikorf of met een boot met riek aan voorzijde. Bij ondiepe watergangen is het zaak om de waterbodem zo min mogelijk op te wervelen. Dit is niet altijd mogelijk in de ondiepe watergangen en met frequent voorkomende (te) dikke sliblagen. Het verwijderen dient het liefst zo laat mogelijk in het groeiseizoen plaats te vinden (juni tot begin augustus). Het is belangrijk dat het maaisel verwijderd wordt omdat de afgeknipte stukjes van bijvoorbeeld waterpest weer snel kunnen aangroeien tot nieuwe planten. Met name bij maaien in het voorjaar als er voldoende voedingsstoffen zijn kunnen deze ondergedoken waterplanten zich in enkele weken weer explosief vermeerderen. Uiteraard is het vooral een beoordeling in het veld of er eerder ingegrepen moet worden. Dit omdat de hydrologische afvoersituatie maatwerk vraagt of verdere groei wel of niet toegestaan kan worden. 13

20 Overlast van gedoornd hoornblad en bestrijding met maaikorf en riekboot. Foto: Cees Zonneveld Piek 3.5 KROOSPROTOCOL Als kroossoorten het oppervlak van een water grotendeels afdekken, ontstaan er problemen met de waterkwaliteit. Er kan een zuurstoftekort ontstaan, waardoor het risico op onder andere vissterfte sterk toeneemt. Ook gaat het water stinken en gaat de beleving van het watersysteem achteruit. Klachten over kroos doen zich vaak voor in stedelijk gebied. Kroos voorkómen is een belangrijk aandachtspunt. Lagere nutriëntenconcentraties, op het juiste moment baggeren en geen ondergedoken duikers lijken goede maatregelen. Voor de aanpak van kroos is een protocol opgesteld dat als handvat dient om keuzen te maken welke maatregelen in welke situaties genomen kunnen worden. Maatregelen kunnen zijn het verwijderen van kroos, het doorspoelen van waterpartijen en het kroos-passeerbaar maken van duikers. Ook voor dit protocol geldt dat maatwerk in de beoordeling door teamleider/onderhoudsmederwerker in het veld de doorslag geeft. Zie bijlage 6. 14

21 Een aaneengesloten kroosdek, zelfs nog in de winter. Foto: Ronald Gylstra 3.6 ONDERHOUDSTRATEGIE TYPE DISTEL Niet watergebonden planten geven zowel overlast aan het waterschap als aan derden. Een duidelijk voorbeeld hiervan is jacobskruiskruid. Dit plantje met gele bloemen is in het beheersgebied van Waterschap Rivierenland lokaal sterk toegenomen doordat bij dijkverzwaringen tot medio jaren negentig taluds zijn ingezaaid met een wild zadenmengsel dat jacobkruiskruid bevat. Het vee dat van dit plantje eet kan ziek worden door het binnenkrijgen van pyrrolizidine alkaloïden (PA s). Dit kan leiden tot blijvende schade of zelf de dood. Maaisel dat veel jakobskruiskruid bevat wordt niet meer afgenomen door agrariërs. De kosten voor transport en verwerking van het maaisel zijn hierdoor toegenomen. Specifiek voor jacobskruiskruid worden proeven gedaan op waterkeringen om te bepalen welke onderhoudstrategie het beste toegepast kan worden. Anno 2009 zijn nog geen éénduidige conclusies bekend over de meest effectieve onderhoudstrategie. Naast deze inheemse plant zijn ook de exotische plaagsoorten reuzenberenklauw en Japanse duizendknoop op dijken te vinden. De aanwezigheid van deze soorten kan leiden tot het verdwijnen van de ondergroei waardoor er open plekken in de grasmat van het dijktalud ontstaan. Door het ontbreken van een goede beworteling van de bovenste bodemlagen en beschaduwing van het talud ondermijnt de plant de stabiliteit van de oevers van watergangen. Japanse duizendknoop en reuzenbereklauw zijn hardnekkig woekerende planten die na vestiging zeer moeilijk weg te krijgen zijn. Deze planten geven ook overlast bij aanliggende eigenaren. Reuzenbereklauw levert daarbij ook gezondheidsklachten bij burgers. Door die status voor de volksgezondheid is het binnen de DOBcertificering toegestaan de plant chemisch te bestrijden. Voor de bestrijding van deze twee invasieve exoten is de gewenste aanpak een passieve eliminatie op basis van waarnemingen en meldingen. Een belangrijke bron van verspreiding is het verslepen van grond. Onder andere bij dijkverzwaringsprojecten wordt grond verplaatst door het waterschap. Voorgesteld wordt om als randvoorwaarde in de bestekken op te nemen dat grond met Japanse duizendknoop of reuzenberenklauw niet hergebruikt wordt in oevers, wegbermen of dijktaluds. Tot slot zijn er nog diverse inheemse kruidachtigen die, onder andere, bij de aanleg van nieuwe oevers (distels) of bij verrijking (brandnetels, braam) ontstaan. Deze planten geven overlast bij agrariërs en zijn er mede reden van dat er weinig animo is voor de aanleg van waterbergingsoevers en natuurvriendelijke oevers. 15

22 Voor de bestrijding van distels hanteert het waterschap Rivierenland de provinciale verordeningen en een eigen beleid. Dit komt neer op een selectieve vroegtijdige extra maaibeurt en bij extreem grote distelhaarden eventueel bestrijding middels selectieve chemische onkruidbestrijding. Gelet op onze intentie om zo min mogelijk chemische bestrijding toe te passen (zie paragraaf 3.10) is het de bedoeling zoveel mogelijk met maaien de distels te bestrijden. Ditzelfde geld ook voor brandnetelhaarden, jacobskruiskruid, en de andere soorten uit deze groep. Deze vroegtijdige maaibeurt wordt uitgevoerd binnen randvoorwaarden die de Flora- en Faunawet biedt. Naast beheer of bestrijding is het van belang om het ontstaan van distels, brandnetels en bramen te voorkomen. Het plaatsen van maaisel op de oever en dit een poos laten liggen leidt tot verrijking van deze oever waardoor in veel gevallen de plaagsoorten verschijnen. Dit geldt ook voor het klepelen van wegbermen. Enerzijds zullen het waterschap en de aangelanden deze plaagsoorten weer te lijf moeten. Daar waar dit gebeurd met bestrijdingsmiddelen kan dit een gevaar opleveren voor de waterkwaliteit. Anderzijds leidt de onkruiddruk en overlast tot ongenoegen bij de aangeland (zie paragraaf ). 3.7 MUSKUSRAT EN BEVERRAT De bestrijding van muskus- en beverratten is gedelegeerd vanuit de provincies naar het waterschap en is geregeld in de wet Houdende enige voorzieningen ten behoeve van de inzet en bekostiging van muskusrattenbestrijding (1985). De bestrijding is gebaseerd op het principe elimineren, goed georganiseerd en wordt in dit beleidsrapport niet verder uitgeschreven. Voor de bever (beschermde soort) is door het waterschap een apart protocol opgesteld waarin opgenomen is hoe om te gaan met deze soort bij schade en in relatie tot de bestrijding van muskus- en beverratten. 3.8 PROTOCOL BLAUWALGEN EN AANPAK ZWEMMERSJEUK Zie protocol blauwalgen (bijlage 8) hoe te opereren bij het aantreffen van blauwalgen in een zwemplas. Naast blauwalgen kan de parasiet Trichobilharzia overlast veroorzaken bij zwemmers. De gastheer van deze parasiet zijn slakken en de overlast is bekend als zwemmersjeuk. Het waterschap onderzoekt bij klachten van zwemmersjeuk het voorkomen van deze parasiet bij slakken uit de zwemplas. Naar aanleiding hiervan kunnen de provincie en de eigenaar van de plas maatregelen treffen om de overlast te voorkomen. 3.9 LEIDRAAD BEHEERSING EIKENPROCESSIERUPS Waterschap Rivierenland heeft de wegen in de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden in eigen beheer. De overlast van eikenprocessierupsen is de laatste jaren toegenomen. Het wordt inmiddels ook bij Waterschap Rivierenland als een probleem ervaren en als zodanig opgepakt. Het schema Beheersing Eikenprocessierups (bijlage 7) uit De Leidraad Beheersing Eikenprocessierups van het ministerie van LNV wordt als handvat gebruikt. Uitgangspunt is dat er geen bestrijdingsmiddelen toegepast worden; werken in de geest van zilver. De bestrijding wordt gedaan door zuigen, branden of door biologische bestrijding GEBRUIK VAN BESTRIJDINGSMIDDELEN Het actief bestrijden van soorten kan op verschillende wijzen (onder andere schieten, vangen, maaien, uitgraven, toepassing bestrijdingsmiddelen). Aan deze methoden zijn randvoorwaarden gebonden en ze hebben consequenties voor personele capaciteit en kosten. Het is van belang om voor de organisatie een duidelijk kader te scheppen wat wel en niet is toegestaan met betrekking tot het gebruik van bestrijdingsmiddelen en hoe het waterschap beleidsmatig hiermee wil omgaan. 16

23 Water en drassige oever De middelen glyfosaat en MCPA zijn bij wet niet toe te passen op, in of bij het water (drassige oever). De afdeling handhaving van het waterschap treedt streng op als burgers of aangelanden deze middelen bij het water toepassen. Bestrijding van grote waternavel op deze plaatsen door het Waterschap met bestrijdingsmiddelen is niet toegestaan. Toch kunnen er uitzonderingssituaties ontstaan waarbij selectieve toepassing van bestrijdingsmiddelen gewenst is om verspreiding van exotisch en inheemse plaagsoorten te voorkomen. Dit kan het geval zijn als de verwachte schade bij niet ingrijpen groter is dan wanneer we wel middelen toepassen. Daarbij moet het dan ook zo zijn dat alternatieve bestrijdingsmethoden niet het gewenste resultaat opleveren. In hoeverre het mogelijk is om in uitzonderingssituaties bestrijdingsmiddelen op het water toe te passen zal de komende tijd verkend worden. Er zijn mogelijkheden om bij het ministerie van LNV een ruimere toepassing te verkrijgen van bestrijdingsmiddelen. 1. Het betreft een tijdelijk uitbreiding van de toelating van een gewasbeschermingsmiddel ter bestrijding van de grote Waternavel. Daarvoor is een 120-dagen vrijstelling nodig conform artikel 38 Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden. 2. Daarnaast wordt onderzocht of middelen en toepassingen die toegelaten zijn elders in Europa vanuit de Europese richtlijnen ook aangewend kunnen worden in Nederland. De mogelijkheden voor ontheffing worden verkend maar zullen niet op korte termijn tot resultaat leiden. Indien een ontheffing wordt verleend dan zal dit omkleed zijn met allerlei randvoorwaarden. Daarnaast is het van belang om goed uit te leggen (communicatie) waarom het waterschap de middelen bij of op het water toepast. Verhard oppervlak Wat betreft de verharde oppervlakten (rwzi s en gemalen) heeft het waterschap gekozen voor de aanpak certificaat zilver waarbij criteria verbonden zijn aan specifiek gebruik van bestrijdingsmiddelen. Groene terreinen en droge oevers Bij toepassing van chemische bestrijdingsmiddelen op droge oevers van wateren, wegen en dijken werken we in de geest van certificaat zilver. Dit betekent geen gebruik van bestrijdingsmiddelen met uitzondering van specifiek gebruik voor een aantal te noemen soorten. De wettelijke mogelijkheden voor toepassing van glyfosaat en MCPA en hoe we beleidsmatig omgaan met deze middelen in de eigen organisatie is uitgewerkt in stroomschema bijlage 9. Beleidspunt : Bij toepassing van chemische bestrijdingsmiddelen op droge oevers van wateren, wegen en dijken werken we in de geest van certificaat zilver. Dit betekent geen gebruik van bestrijdingsmiddelen met uitzondering van specifiek gebruik voor een aantal te noemen soorten. 17

Studiedag Rivierkreeft: Exoot uit de sloot. Jeffrey Samuels

Studiedag Rivierkreeft: Exoot uit de sloot. Jeffrey Samuels Studiedag Rivierkreeft: Exoot uit de sloot Jeffrey Samuels 14-11-2018 Kreeftenproblematiek bij Waterschap Brabantse Delta Wat ga ik vertellen? Waar wij als WSBD tegen aanlopen als het om invasieve (uitheems)

Nadere informatie

Nota plaagsoorten. Datum 18 april 2013

Nota plaagsoorten. Datum 18 april 2013 Opgemaakt door afdeling Datum 18 april 2013 Planvorming Pagina 2 van 37 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding... 4 1.1. Aanleiding... 4 1.2. Doel... 5 1.3. Afbakening... 5 2. Bestaande beleidskaders... 6 2.1. Europa...

Nadere informatie

COLOFON. december 2014, 2 e druk. H. Merks, T. Ruigrok, R. Gylstra, M. Dekker J. Vos, H. Knotter, M. Wolfert, S. de Wit

COLOFON. december 2014, 2 e druk. H. Merks, T. Ruigrok, R. Gylstra, M. Dekker J. Vos, H. Knotter, M. Wolfert, S. de Wit COLOFON Datum: Auteurs: Bijdragen van: Foto s rapport: Foto s omslag: december 2014, 2 e druk H. Merks, T. Ruigrok, R. Gylstra, M. Dekker J. Vos, H. Knotter, M. Wolfert, S. de Wit R. Gylstra, C. Zonneveld

Nadere informatie

Lezing waterschap en exoten bestrijding

Lezing waterschap en exoten bestrijding Lezing waterschap en exoten bestrijding -Wie -Waarom -Wat -Hoe 20 mei 2017 Jeff Samuels, afd.kennis & Advies Samenwerken! Bestrijding van invasieve exoten vraagt om: Een gezamenlijke aanpak! Het maken

Nadere informatie

Brabantbrede aanpak Exoten en plaagsoorten. 6 mei 2014 Bart Brugmans, waterschap Aa en Maas Amersfoort

Brabantbrede aanpak Exoten en plaagsoorten. 6 mei 2014 Bart Brugmans, waterschap Aa en Maas Amersfoort Brabantbrede aanpak Exoten en plaagsoorten 6 mei 2014 Bart Brugmans, waterschap Aa en Maas Amersfoort Aanleiding Brabantbrede samenwerking Interreg project Invasieve exoten (2009-2012) Partners o.a. Waterschap

Nadere informatie

Invasieve exoten in de tuin. KNPV Najaarsbijeenkomst, 22 november 2018

Invasieve exoten in de tuin. KNPV Najaarsbijeenkomst, 22 november 2018 Invasieve exoten in de tuin KNPV Najaarsbijeenkomst, 22 november 2018 In de media 2 Invasieve exoten (definitie) dieren, planten en micro-organismen die door menselijk handelen in een nieuw gebied terechtkomen

Nadere informatie

Oplegnotitie bestrijding Japanse duizendknoop.

Oplegnotitie bestrijding Japanse duizendknoop. Oplegnotitie bestrijding Japanse duizendknoop. Bij brief van 19 juli 2018 heeft het College van B&W de raad geïnformeerd over de locaties waar de Japanse duizendknoop in IJsselstein is gelokaliseerd en

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401

Nadere informatie

Opzet van de presentatie. Beleidscontext Team Invasieve Exoten Risicoanalyses Maatregelen Water gerelateerde projecten Juridische vragen Afsluiting

Opzet van de presentatie. Beleidscontext Team Invasieve Exoten Risicoanalyses Maatregelen Water gerelateerde projecten Juridische vragen Afsluiting Opzet van de presentatie Beleidscontext Team Invasieve Exoten Risicoanalyses Maatregelen Water gerelateerde projecten Juridische vragen Afsluiting 2 En wat doet het Team Invasieve Exoten? Wiebe TIE bestaat

Nadere informatie

6/4/2010. Beleidscyclus. Opzet van de presentatie. En wat doet het Team Invasieve Exoten? Wiebe TIE bestaat uit: José Tom. Team Invasieve Exoten

6/4/2010. Beleidscyclus. Opzet van de presentatie. En wat doet het Team Invasieve Exoten? Wiebe TIE bestaat uit: José Tom. Team Invasieve Exoten Opzet van de presentatie Beleidscontext Risicoanalyses Maatregelen Water gerelateerde projecten Juridische vragen Afsluiting 2 En wat doet het? Wiebe TIE bestaat uit: Biodiversiteitsverdrag (1992) (Convention

Nadere informatie

1nvexo. Interreg Vlaanderen Nederland. minder invasieve planten en dieren. Europese Unie Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling

1nvexo. Interreg Vlaanderen Nederland. minder invasieve planten en dieren. Europese Unie Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling 1nvexo minder invasieve planten en dieren Interreg Vlaanderen Nederland Europa investeert in uw regio Europese Unie Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling Casus Grote waternavel en andere invasieve

Nadere informatie

Veelgestelde vragen schouw dagelijks onderhoud

Veelgestelde vragen schouw dagelijks onderhoud Veelgestelde vragen schouw dagelijks onderhoud Wat is gewoon onderhoud? Gewoon onderhoud is het jaarlijks verwijderen van een overmaat aan begroeiing, vuil enzovoort dat zich in en direct naast de watergang

Nadere informatie

Bestrijding Invasieve wateren oeverplanten

Bestrijding Invasieve wateren oeverplanten Bestrijding Invasieve wateren oeverplanten wet- en regelgeving 2 mei 2014 Doel presentatie: Inzicht nieuwe/aankomende wet- en regelgeving m.b.t. aanpak invasieve water- en oeverplanten Inzicht nieuwe/aankomende

Nadere informatie

KRW en Gedragscode: Houvast of last? Janneke van Goethem Platform beek- en rivierherstel17 april 2014

KRW en Gedragscode: Houvast of last? Janneke van Goethem Platform beek- en rivierherstel17 april 2014 en Gedragscode: Houvast of last? Janneke van Goethem Platform beek- en rivierherstel17 april 2014 Resultaatgericht /gedragscode Doelgericht Werkwijze gericht Resultaatgericht d.m.v. maatlatten Abundantie

Nadere informatie

Veelgestelde vragen schouw buitengewoon onderhoud

Veelgestelde vragen schouw buitengewoon onderhoud Veelgestelde vragen schouw buitengewoon onderhoud Wat is buitengewoon onderhoud? Het buitengewoon onderhoud omvat het op de juiste afmetingen (breedte, diepte en helling van taluds) houden van een watergang.

Nadere informatie

planten voor planten en plantengemeenschappen

planten voor planten en plantengemeenschappen Formele beoordeling van risico s s van planten voor planten en plantengemeenschappen Johan van Valkenburg en Ton Rotteveel Plantenziektenkundige Dienst Wageningen g 11 december 2008 Inhoud Internationale

Nadere informatie

Dossiernummer: 23-10-2013 Projectnummer:

Dossiernummer: 23-10-2013 Projectnummer: Bijlagen bij verordening subsidies natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen 2014: 1. Inrichtingseisen natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen; 2. Richtlijnen voor natuurvriendelijk onderhoud.

Nadere informatie

Waterplantenbeheer, vis en sportvisserij. Willie van Emmerik Sportvisserij Nederland

Waterplantenbeheer, vis en sportvisserij. Willie van Emmerik Sportvisserij Nederland Waterplantenbeheer, vis en sportvisserij Willie van Emmerik Sportvisserij Nederland Aanleiding Laatste jaren veel klachten over toename waterplanten Project waterplantenbeheer Een aanzet geven tot een

Nadere informatie

Invasieve exoten: Japanse duizendknoop. Rotterdam, 7 november 2017

Invasieve exoten: Japanse duizendknoop. Rotterdam, 7 november 2017 Invasieve exoten: Japanse duizendknoop Rotterdam, 7 november 2017 Inhoud presentatie Invasieve exoten, wat zijn dat? Voorbeeld: Japanse duizendknoop Regelgeving Hoe nu verder? Invasieve exoten dieren,

Nadere informatie

Stadswateren en blauwalgen

Stadswateren en blauwalgen Stadswateren en blauwalgen Voedselrijk Stilstaand Onnatuurlijke inrichting Waterdiepte soms beperkt Divers gebruik Vele tientallen overlastlocaties (West-Brabant) Typen maatregelen symptoombestrijding

Nadere informatie

Water in beeld. Toestand en toekomst van het West-Brabantse watersysteem

Water in beeld. Toestand en toekomst van het West-Brabantse watersysteem Water in beeld Toestand en toekomst van het West-Brabantse watersysteem Waterschap Brabantse Delta zorgt zowel voor de aan- en afvoer van water als ook voor de kwaliteit ervan. Zo kunnen recreanten op

Nadere informatie

Bestrijding exoten met exoten Mogelijkheden voor de graskarper? Willie van Emmerik Sportvisserij Nederland

Bestrijding exoten met exoten Mogelijkheden voor de graskarper? Willie van Emmerik Sportvisserij Nederland Bestrijding exoten met exoten Mogelijkheden voor de graskarper? Willie van Emmerik Sportvisserij Nederland Laatste jaren veel klachten over waterplanten Waterplanten, ecosysteem en vis Waterplanten van

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 47570 21 augustus 2017 Besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 15 augustus 2017, nr. 17122018 houdende

Nadere informatie

Bestrijding exotische waterplanten

Bestrijding exotische waterplanten Bestrijding exotische waterplanten Exotische waterplanten komen sinds circa 2000 steeds meer voor in sloten en vaarten. Door de sterke, woekerende groei belemmeren ze de doorstroming van de watergangen.

Nadere informatie

Ecologisch maaien en schouwen: de ecokleurenkoers

Ecologisch maaien en schouwen: de ecokleurenkoers Ecologisch maaien en schouwen: de ecokleurenkoers Status definitief Versie 1 Rotterdam, maart 2009 Inhoud 1. Inleiding... 3 2. Doel... 4 3. Ecokleurenkoers... 5 3.1 Inleiding... 5 3.2 Hoofdwatergangen...

Nadere informatie

Beleidsnotitie bescherming en beheer ree Fryslân

Beleidsnotitie bescherming en beheer ree Fryslân Beleidsnotitie bescherming en beheer ree Fryslân Inhoud 1. Doel van de notitie 2. Vigerend beleid ree in Fryslân 3. Wettelijke status ree 4. Schade, overlast en risico s 5. Wettelijk kader bescherming

Nadere informatie

Biologisch baggeren van veenkoloniale waterpartijen met Krabbenscheer en Groene glazenmaker

Biologisch baggeren van veenkoloniale waterpartijen met Krabbenscheer en Groene glazenmaker Persbericht Platform Berend Botje Biologisch baggeren van veenkoloniale waterpartijen met Krabbenscheer en Groene glazenmaker Inleiding De afgelopen jaren heeft stichting Platform Berend Botje er regelmatig

Nadere informatie

Gedragscode Flora- en faunawet voor de Waterschappen

Gedragscode Flora- en faunawet voor de Waterschappen Gedragscode Flora- en faunawet voor de Waterschappen Werkprotocollen Definitief Waterschap Zuiderzeeland Grontmij Nederland bv Lelystad, 28 november 2007 Verantwoording Titel : Gedragscode Flora- en faunawet

Nadere informatie

Aanpak Invasieve exoten. Henk Siebel mei 2014

Aanpak Invasieve exoten. Henk Siebel mei 2014 Aanpak Invasieve exoten Henk Siebel mei 2014 Aanpak probleem met invasieve exoten in bos- en natuurgebieden Waar hebben we het over? Welke strategie is de beste? Algemene opties Struiken, bomen en ruigtekruiden

Nadere informatie

lastige exotische invasieve water- en oeverplanten in de kleine stromende wateren

lastige exotische invasieve water- en oeverplanten in de kleine stromende wateren Invasieve exootplanten en KRW, in kleine wateren Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Voorbeelden Waterlichamen 3. Wanneer probleem en wanneer zegen Maarten Zonderwijk, ws Regge en Dinkel, dec 2009 4. Beheer

Nadere informatie

Nieuwsbrief Agrariërs

Nieuwsbrief Agrariërs Nieuwsbrief Agrariërs Baggeren landelijk gebied 2014 en 2015 Eén van de verbeteringen voor baggeren in landelijk gebied is het invoeren van meerjarige contracten. Hierdoor is voor minimaal 2 jaar en maximaal

Nadere informatie

Waterhuishouding bouwkavel Merwededijk, sectie F 4137, Gorinchem

Waterhuishouding bouwkavel Merwededijk, sectie F 4137, Gorinchem Waterhuishouding bouwkavel Merwededijk, sectie F 4137, Gorinchem Status: definitief Datum: 23 februari 2012 INHOUDSOPGAVE 1. Waterhuishouding... 3 1.1 Beleid Waterschap Rivierenland... 3 1.2 Veiligheid...

Nadere informatie

Projectnummer 111769 Bedrijventerrein Smilde aspect Water"

Projectnummer 111769 Bedrijventerrein Smilde aspect Water Memo Ter attentie van Gemeente Midden-Drenthe Datum 4 december 2012 Opgesteld door Maarten van Vierssen Projectnummer 111769 Onderwerp Bedrijventerrein Smilde aspect Water" In deze memo zijn de watertoetsen

Nadere informatie

Telefoonnummer(s) 0165301851

Telefoonnummer(s) 0165301851 Aanvraag Ontheffing artikel 75 Flora- en faunawet Wilt u een ontheffing aanvragen voor activiteiten die gevolgen voor beschermde dier- en plantsoorten? Namelijk voor: ruimtelijke ingrepen beheer en schadebestrijding,

Nadere informatie

Richtlijnen Dierplaagbeheersing laatst bijgewerkt: 14-4-2009

Richtlijnen Dierplaagbeheersing laatst bijgewerkt: 14-4-2009 Kip (Gallus gallus domesticus) Ontwikkelingssnelheid Afhankelijk van menselijk voeren Afhankelijk van zwerfvuil Risico om ziek te worden Schadelijk gedrag Samenvattend werkprotocol voor beheerder Bij Kippenoverlast

Nadere informatie

Ontwerp-projectplan Plaatsen van twee Beaver deceiver bij een duiker ter hoogte van de Beugense Maasstraat te Beugen

Ontwerp-projectplan Plaatsen van twee Beaver deceiver bij een duiker ter hoogte van de Beugense Maasstraat te Beugen Ontwerp-projectplan Plaatsen van twee Beaver deceiver bij een duiker ter hoogte van de Beugense Maasstraat te Beugen Auteur: N. van Rooij District: Raam Inhoudsopgave Pagina 1 van 7 Leeswijzer... 3 DEEL

Nadere informatie

MEMO. Ecoloog: Michiel Schaap ( ) Dijkbeheerder: Ruud de Vries ( ) en Rens Huuskes ( )

MEMO. Ecoloog: Michiel Schaap ( ) Dijkbeheerder: Ruud de Vries ( ) en Rens Huuskes ( ) MEMO Aan : Organisatieonderdeel : Waterkering; K&A; Communicatie Van : Kennis en Advies Organisatieonderdeel : Michiel Schaap Datum : 14-09-2016 Onderwerp : Proef bestrijding Japanse duizendknoop Projectnummer

Nadere informatie

Waterkwaliteit verbeteren!

Waterkwaliteit verbeteren! Waterkwaliteit verbeteren! Erwin Rebergen Beheerder grond- en oppervlaktewater 6 juni 2013 1 Onderwerpen Waarom spant zich in om de waterkwaliteit te verbeteren? Wat willen we bereiken? Hoe willen we een

Nadere informatie

Bestuursrapportage 2014 waterschap Vechtstromen Versie 24 november 2015

Bestuursrapportage 2014 waterschap Vechtstromen Versie 24 november 2015 Bestuursrapportage 204 Vechtstromen Versie 24 november 205 Deze rapportage bevat een overzicht op hoofdlijnen van de voortgang van de uitvoering van het waterbeleid en dient als basis voor jaarlijks bestuurlijk

Nadere informatie

Diepte-/profielschouw Kromme Rijngebied 2014

Diepte-/profielschouw Kromme Rijngebied 2014 Diepte-/profielschouw Kromme Rijngebied 2014 1 Diepte-/profielschouw, wat en waarom? EEN SLOOT MOET EEN SLOOT BLIJVEN. Het is om meerdere redenen belangrijk dat de diepte en breedte van een sloot door

Nadere informatie

Watercrassula en Grote waternavel. Paul Hendriks en Saskia de Vries

Watercrassula en Grote waternavel. Paul Hendriks en Saskia de Vries Watercrassula en Grote waternavel Paul Hendriks en Saskia de Vries Inhoud Watercrassula Bekende informatie Ervaringen uit werkveld Grote waternavel Bekende informatie Ervaringen uit werkveld Onze verplichtingen

Nadere informatie

Spiegelplas en Ankeveense plassen

Spiegelplas en Ankeveense plassen Spiegelplas en Ankeveense plassen Stand van de natuur en herstelmaatregelen Gerard ter Heerdt Bart Specken Jasper Stroom Floor Speet Winnie Rip Een tienminuten gesprek. Hoe staan onze kinderen er voor?

Nadere informatie

Bijlage 8: Uitvoeringsprogramma

Bijlage 8: Uitvoeringsprogramma Bijlage 8: Uitvoeringsprogramma Hoofdstuk Omschrijving acties Betrokken instanties Hoofdstuk 1 1.6.3 de Natuurwetgeving Het waterschap implementeert de Flora- en faunawet door de werkwijze uit de gedragscode

Nadere informatie

Kansenkaart energie uit waterkracht

Kansenkaart energie uit waterkracht Kansenkaart energie uit waterkracht Bedoeling van de kansenkaart In de zoektocht naar duurzame energie gaat de belangstelling ook uit naar energie uit water. Als waterschap hebben we, net als onze regio,

Nadere informatie

Aquarium-/vijverplant over? Gooi ze in de GFT-bak!

Aquarium-/vijverplant over? Gooi ze in de GFT-bak! Aquarium-/vijverplant over? Gooi ze in de GFT-bak! Gooi overtollige aquariumen vijverplanten niet in de sloot, maar in de GFT-bak. De veelal exotische planten kunnen in de sloot en ander buitenwater zorgen

Nadere informatie

BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT FLORA- FAUNAWET VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 2 december 2014 Onderwerp Activiteit/betreft Verlenen/afwijzen : Flora- en faunawet - zaaknummer 2014-014975 - Groesbeek :weren

Nadere informatie

Projectplan Verplaatsen stuw Arendsduinbrug (Waalblok)

Projectplan Verplaatsen stuw Arendsduinbrug (Waalblok) Projectplan Verplaatsen stuw Arendsduinbrug (Waalblok) Opsteller: P. Verhulst Status: Definitief Projectfase: Projectnummer: DO NVT Datum: 27 04-2011 Kopie: Archief Opdrachtgever Teamleider Projectleider

Nadere informatie

het Nederlandse invasieveexotenbeleid

het Nederlandse invasieveexotenbeleid ALV zoogdiervereniging VZZ 18 april 2009 het Nederlandse invasieveexotenbeleid Edo Knegtering (Directie Natuur, Landschap en Platteland i.o.) Exotenbeleid Nederlands exotenbeleid vroeger recent Nederlands

Nadere informatie

Bijlage 3: Notitie Aanvullend onderzoek vissen wijzigingsplannen N359, knooppunten Winsum, Húns-Leons en Hilaard

Bijlage 3: Notitie Aanvullend onderzoek vissen wijzigingsplannen N359, knooppunten Winsum, Húns-Leons en Hilaard Bijlage 3: Notitie Aanvullend onderzoek vissen wijzigingsplannen N359, knooppunten Winsum, Húns-Leons en Hilaard Notitie aanvullend onderzoek vissen - aanpassingen kruisingen N359 De provincie Fryslân

Nadere informatie

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. A.H.K. van Viegen (Partij voor de Dieren) (d.d. 25 september 2011) Nummer 2551

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. A.H.K. van Viegen (Partij voor de Dieren) (d.d. 25 september 2011) Nummer 2551 van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (Partij voor de Dieren) (d.d. 25 september 2011) Nummer 2551 Onderwerp Verleende vergunning Natuurbeschermingswet voor gebruik glyfosaat Aan de leden

Nadere informatie

invasieve exotische planten en dieren in onze waterlopen

invasieve exotische planten en dieren in onze waterlopen invasieve exotische planten en dieren in onze waterlopen Wat zijn invasieve exoten? Invasieve exotische planten en dieren zijn uitheems. We treffen ze steeds meer in onze streken aan. Ze doen het bij ons

Nadere informatie

Overeenkomst overdracht stedelijk water van de gemeente Lingewaal aan Waterschap Rivierenland

Overeenkomst overdracht stedelijk water van de gemeente Lingewaal aan Waterschap Rivierenland Overeenkomst overdracht stedelijk water van de gemeente Lingewaal aan Waterschap Rivierenland De ondergetekenden: Gemeente Lingewaal gevestigd te Asperen, op grond van artikel 171 eerste lid van de Gemeentewet

Nadere informatie

Monitoring Nut en noodzaak van het in beeld brengen en houden van exoten. Baudewijn Odé en Jeroen van Zuidam

Monitoring Nut en noodzaak van het in beeld brengen en houden van exoten. Baudewijn Odé en Jeroen van Zuidam Monitoring Nut en noodzaak van het in beeld brengen en houden van exoten Baudewijn Odé en Jeroen van Zuidam Bedekt oppervlak Bestrijdingskosten Het probleem van exoten Soort afwezig Vestiging voorkomen!

Nadere informatie

Invasieve uitheemse planten in het beheer

Invasieve uitheemse planten in het beheer Invasieve uitheemse planten in het beheer Casper de Groot september 2011 Aanleiding project Keuze voor zes soorten: Japanse duizendknoop, reuzenberenklauw, reuzenbalsemien, Amerikaanse vogelkers, rododendron

Nadere informatie

VOORSTEL AB AGENDAPUNT :

VOORSTEL AB AGENDAPUNT : VOORSTEL AB AGENDAPUNT : CATEGORIE : A-STUK (Afdoeningsstuk) PORTEFEUILLEHOUDER : H.J. Pereboom AB 0 VERGADERING D.D. : 31 januari 2012 0 NUMMER : WS/ZOM/GVe/6946 OPSTELLER : ing. G. Verstoep, 0522-278621

Nadere informatie

Cabomba!caroliniana!A.!Gray!

Cabomba!caroliniana!A.!Gray! CabombacarolinianaA.Gray Eenhandleidingvooridentificatie,risicobeoordelingenmanagement NationaalReferentieCentrum,NVWA,Wageningen,NL CentreforEcologyandHydrology"Wallingford,UK juni2011 Achtergrondinformatieenecologie

Nadere informatie

Natuurvriendelijke oevers: mogelijkheden per standplaats. Emiel Brouwer en Pim de Kwaadsteniet

Natuurvriendelijke oevers: mogelijkheden per standplaats. Emiel Brouwer en Pim de Kwaadsteniet Natuurvriendelijke oevers: mogelijkheden per standplaats Emiel Brouwer en Pim de Kwaadsteniet Aanleiding Aanleg natuurvriendelijke oevers belangrijk in waterbeheer Bij aanleg mist vaak de relatie met de

Nadere informatie

E u r o p e e s w a t e r b e l e i d N a t i o n a a l W a t e r b e l e i d

E u r o p e e s w a t e r b e l e i d N a t i o n a a l W a t e r b e l e i d B i j l a g e 1 : Beleidskader water Europees waterbeleid Kaderrichtlijn Water (KRW) De kaderrichtlijn Water richt zich op de bescherming van landoppervlaktewater, overgangswater, kustwater en grondwater.

Nadere informatie

Aanvraag. Ontheffing artikel 75 Flora- en faunawet. Waarom dit formulier? Uw gegevens. In te vullen door Dienst Regelingen.

Aanvraag. Ontheffing artikel 75 Flora- en faunawet. Waarom dit formulier? Uw gegevens. In te vullen door Dienst Regelingen. Aanvraag Ontheffing artikel 75 Flora- en faunawet o A o B Waarom dit formulier? Met dit formulier vraagt u ontheffing aan voor activiteiten die gevolgen hebben voor beschermde dier- en plantensoorten.

Nadere informatie

De Wet natuurbescherming

De Wet natuurbescherming Consequenties voor gemeenten De Wet natuurbescherming Omgevingsdienst West-Holland, Leiden, 28-1-2016 Wim Heijligers m.m.v. Vincent Wisgerhof Opbouw presentatie 1. Natuurbeschermingswetgeving; bescherming

Nadere informatie

Enquête waterplanten en sportvisserij

Enquête waterplanten en sportvisserij Sportvisserij Nederland Leijenseweg 115, 37 AD Bilthoven T. -584 www.sportvisserijnederland.nl Rapport (exclusief bijlagen) Enquête waterplanten en sportvisserij Omvang van het probleem en probleemlocaties

Nadere informatie

Aanpak stedelijke waterprojecten. Dorien Roubos Vissen in de stad 16 juni 2011

Aanpak stedelijke waterprojecten. Dorien Roubos Vissen in de stad 16 juni 2011 Aanpak stedelijke waterprojecten Dorien Roubos Vissen in de stad 16 juni 2011 Inleiding Waterprojecten bij WVE Kwaliteitsbeelden (streefbeelden) Aanleiding Inhoud Toekenning Uitvoer baggerproject(en) Aandachtspunten

Nadere informatie

Praktijkproef bestrijding duizendknoop

Praktijkproef bestrijding duizendknoop Praktijkproef bestrijding duizendknoop Casper de Groot en Jan Oldenburger Startbijeenkomst 26 september 2013 Inhoud 1. Duizendknoop 2. Aanleiding praktijkproef 3. Opzet praktijkproef a) Deelnemers b) Locaties

Nadere informatie

Evaluatie Maai- en graasplan uitvoering 2016

Evaluatie Maai- en graasplan uitvoering 2016 Evaluatie Maai- en graasplan uitvoering 2016 Kenmerk: IT17.01282 datum: 22 maart 2017 Pagina 1 van 8 Inhoud Inhoud... 1 Samenvatting... 3 1. Evaluatie uitvoering maai- en graasplan... 5 1.1. Inleiding...

Nadere informatie

ONTWERP-PROJECTPLAN WATERWET ex art. 5.4 Waterwet

ONTWERP-PROJECTPLAN WATERWET ex art. 5.4 Waterwet ONTWERP-PROJECTPLAN WATERWET ex art. 5.4 Waterwet Datum: 10 februari 2016 Kenmerk: 201600150 Onderwerp: ontwerp-projectplan voor de realisatie van maatregelen ten behoeve van het nieuwe peilgebied Nieuw-Lekkerland

Nadere informatie

Een ongenode gast: Amerikaanse rivierkreeft

Een ongenode gast: Amerikaanse rivierkreeft Amerikaanse rivierkreeft Een ongenode gast: Opzet workshop Een ongenode gast: Inleiding (Fabrice Ottburg; WUR) Nader inzoomen op een aantal projecten (Winnie Rip; Waternet) Praktijk ervaring aanpak (Jouke

Nadere informatie

De das in de nieuwe wet natuurbescherming. Beleven, benutten en beschermen

De das in de nieuwe wet natuurbescherming. Beleven, benutten en beschermen De das in de nieuwe wet natuurbescherming Beleven, benutten en beschermen Integratie van bestaande natuurwetten Natuurbeschermingswet 1998 gebieden hoofdstuk 2 Flora- en faunawet soorten hoofdstuk 3 Boswet

Nadere informatie

WERKPROTOCOLLEN VOOR WERKZAAMHEDEN IN HET KADER VAN BESTENDIG BEHEER EN ONDERHOUD.

WERKPROTOCOLLEN VOOR WERKZAAMHEDEN IN HET KADER VAN BESTENDIG BEHEER EN ONDERHOUD. WERKPROTOCOLLEN VOOR WERKZAAMHEDEN IN HET KADER VAN BESTENDIG BEHEER EN ONDERHOUD. In onderstaande werkprotocollen geeft de tabel aan waneer de werkzaamheden kunnen worden uitgevoerd. In de tabel wordt

Nadere informatie

Natuurvriendelijke oevers. Droge voeten, schoon water

Natuurvriendelijke oevers. Droge voeten, schoon water Natuurvriendelijke oevers Droge voeten, schoon water VOOR WIE IS DEZE FOLDER BESTEMD? Deze folder is bestemd voor eigenaren van oevers die in aanmerking komen om hun oever natuurvriendelijk in te richten.

Nadere informatie

Onderhoudsbeelden wateren en waterkeringen Overzicht beschermde flora en fauna Overzicht probleemflora en -fauna

Onderhoudsbeelden wateren en waterkeringen Overzicht beschermde flora en fauna Overzicht probleemflora en -fauna Onderhoudsbeelden wateren en waterkeringen Overzicht beschermde flora en fauna Overzicht probleemflora en -fauna Onderhoudsbeeld wateren 3. Eén droog talud en één natte oever begroeid Na de maaibeurt staat

Nadere informatie

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PVDD) Nummer Onderwerp Hoogheemraadschap van Delfland.

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PVDD) Nummer Onderwerp Hoogheemraadschap van Delfland. van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PVDD) (d.d.) 3 april 2012) Nummer 2644 Onderwerp Hoogheemraadschap van Delfland. Aan de leden van Provinciale Staten Toelichting vragensteller De

Nadere informatie

Amerikaanse rivierkreeft in veenweidegebied. Onderzoek naar de verspreiding, abundantie en beheer in relatie tot het bereiken van de KRWdoelen

Amerikaanse rivierkreeft in veenweidegebied. Onderzoek naar de verspreiding, abundantie en beheer in relatie tot het bereiken van de KRWdoelen Amerikaanse rivierkreeft in veenweidegebied Onderzoek naar de verspreiding, abundantie en beheer in relatie tot het bereiken van de KRWdoelen Inhoud exotische kreeften in Nederland autecologie geknobbelde

Nadere informatie

Helder water door quaggamossel

Helder water door quaggamossel Helder water door quaggamossel Kansen en risico s Een nieuwe mosselsoort, de quaggamossel, heeft zich in een deel van de Rijnlandse wateren kunnen vestigen. De mossel filtert algen en zwevend stof uit

Nadere informatie

Visie Water en Ruimtelijke Ontwikkeling bijlage 1

Visie Water en Ruimtelijke Ontwikkeling bijlage 1 Visie Water en Ruimtelijke Ontwikkeling bijlage 1 Kaarten Waterbelangen DM: 303052 1 Wateropgaven 2015 / 2027 Kaart 1. Gebieden met een WB21 wateropgave In 2005 is een studie wateropgave uitgevoerd (conform

Nadere informatie

Praktijkproef duizendknoop

Praktijkproef duizendknoop Praktijkproef duizendknoop Joyce Penninkhof november 2018 Wie herkent de duizendknoop? Is duizendknoop een probleem of een kans? Wie weet waar de duizendknoop zich bevindt in het gebied dat hij/zij beheert?

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 20077 21 april 2016 Besluit van de Staatssecretaris van Economische Zaken 8 april 2016, nr. 16052648, houdende tijdelijke

Nadere informatie

Dolf Moerkens. Hoogheemraadschap van Rijnland

Dolf Moerkens. Hoogheemraadschap van Rijnland Onderhoudsbeheerplan hoofdwatergangen Implementatie van de gedragscode op basis van de Flora & Faunawet Flora & Faunawet 2002 1 april 2002 in werking getreden Regelt de bescherming van soorten In de wet

Nadere informatie

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PVDD) (d.d. 14 mei 2014) Nummer 2935

Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PVDD) (d.d. 14 mei 2014) Nummer 2935 van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (PVDD) (d.d. 14 mei 2014) Nummer 2935 Onderwerp Provinciaal maaibeleid en bermbeheer: bescherming broedvogels en andere dieren Aan de leden van Provinciale

Nadere informatie

Aan de slag met uw watergang Dit moet u weten over onderhoud aan watergangen

Aan de slag met uw watergang Dit moet u weten over onderhoud aan watergangen Aan de slag met uw watergang Dit moet u weten over onderhoud aan watergangen 13.0634 brochure WT.indd 1 Onderhoud is belangrijk Watergangen zorgen voor aanvoer, afvoer en berging van water. Goed onderhoud

Nadere informatie

Collegevoorstel Inleiding: Feitelijke informatie: Terugdringen chemiegebruik onkruidbestrijding

Collegevoorstel Inleiding: Feitelijke informatie: Terugdringen chemiegebruik onkruidbestrijding Collegevoorstel Inleiding: De gemeente Heusden wil de chemische onkruidbestrijding terugdringen en op termijn zelfs totaal afschaffen, uit milieuoverwegingen, maar ook omdat de gemeente een groene gemeente

Nadere informatie

P R O V I N C I A A L B L A D

P R O V I N C I A A L B L A D P R O V I N C I A A L B L A D V A N /,0%85* 2003 *HGHSXWHHUGH6WDWHQYDQ/LPEXUJ JHOHWRSKHWEHSDDOGHLQDUWLNHOYDQGH)ORUDHQIDXQDZHWHQGH5HJHOLQJ EHKHHUHQVFKDGHEHVWULMGLQJGLHUHQVWFUWQU JHOHWRSGHRSVHSWHPEHUYDVWJHVWHOGH%HOHLGVQRWD8LWYRHULQJ)ORUDHQ

Nadere informatie

Zwerfafval bij waterschappen

Zwerfafval bij waterschappen Zwerfafval bij waterschappen Een verkenning Joan Meijerink Waterschap Zuiderzeeland Zwerfafval, plas?c en water Zwerfvuil nummer 3 in top 10 Ergernissen van burgers in de openbare ruimte 77% van zwerfafval

Nadere informatie

Voorstellen. Waterschap Hollandse Delta. John Ebbelaar Hoofd afdeling Plannen en Regie

Voorstellen. Waterschap Hollandse Delta. John Ebbelaar Hoofd afdeling Plannen en Regie Voorstellen Waterschap Hollandse Delta John Ebbelaar Hoofd afdeling Plannen en Regie Waterschap Hollandse Delta Dynamiek in de Delta [2] Inhoud De taken van het waterschap De dynamiek in de tijd Een dynamische

Nadere informatie

38 Afrasteringen bij een waterkering

38 Afrasteringen bij een waterkering 38 Afrasteringen bij een waterkering 38.1 Inleiding In dit hoofdstuk staat het plaatsen en verwijderen van afrasteringen (paaltjes met schapengaas of paaltjes met draden ertussen) centraal. Het plaatsen

Nadere informatie

Subsidie voor aanleg natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen

Subsidie voor aanleg natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen Subsidie voor aanleg natuurvriendelijke oevers en vispaaiplaatsen Heeft u een perceel of grenst uw woning of bedrijf aan een watergang en wilt u uw oever veranderen in een natuurvriendelijke oever? Dan

Nadere informatie

titel Opbouw Vis, exoten en KRW Visexoten en achtergrond MWTL 2008 Visexoten in Nederland Oorzaken

titel Opbouw Vis, exoten en KRW Visexoten en achtergrond MWTL 2008 Visexoten in Nederland Oorzaken Opbouw Vis, exoten en KRW visexoten- achtergrond en ecologie KRW-maatlatten en visexoten andere exoten (rivierkreeften) en vis signalering nieuwe visexoten Themadag exoten en de KRW 10 dec 09 Willie van

Nadere informatie

MEMO. 1. Aanleiding. Datum: 22-oktober Aan: Joep de Koning (WSK) Van: Martijn Tilma en Mia Süss (B&O-WH)

MEMO. 1. Aanleiding. Datum: 22-oktober Aan: Joep de Koning (WSK) Van: Martijn Tilma en Mia Süss (B&O-WH) MEMO Aan: Joep de Koning (WSK) Van: Martijn Tilma en Mia Süss (B&O-WH) Datum: 22-oktober 2015 Onderwerp: Capaciteit duikers Wilhelminapark, Plaspoel- en Schaapweipolder 1. Aanleiding Het Wilhelminapark

Nadere informatie

Opbouw. Het belang van natuurvriendelijke oevers. EU Kaderrichtlijn Water (KRW) Waterbeleid. Doel KRW voor oevers. EU Kaderrichtlijn Water Maatregelen

Opbouw. Het belang van natuurvriendelijke oevers. EU Kaderrichtlijn Water (KRW) Waterbeleid. Doel KRW voor oevers. EU Kaderrichtlijn Water Maatregelen Het belang van natuurvriendelijke oevers Christa Groshart Hoogheemraadschap Schieland en de Krimpenerwaard Opbouw Beleid en Maatregelen Verwachtingen Knelpunten KRW innovatie-onderzoek Waterbeleid Europese

Nadere informatie

Beeldenboek. Onderhoud watergangen en oevers Krimpen aan den IJssel

Beeldenboek. Onderhoud watergangen en oevers Krimpen aan den IJssel Beeldenboek Onderhoud watergangen en oevers Krimpen aan den IJssel Meijer, N. 28-10-2014 Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, Gemeente Krimpen aan den IJssel 1. Inleiding Het Hoogheemraadschap

Nadere informatie

veronderstelde voordelen van Natuurvriendelijke oevers.

veronderstelde voordelen van Natuurvriendelijke oevers. 1 veronderstelde voordelen van Natuurvriendelijke oevers. verbeteren van chemische water kwaliteit verbeteren van de oever stabiliteit verbeteren van de ecologische kwaliteit 2 waarom aandacht voor NVO

Nadere informatie

Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Economische Zaken;

Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Economische Zaken; Vrijstelling op grond van artikel 46, eerste lid, Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden inzake de biociden VectoBacWG, VectoMax en Aqua-K-Othrine (Vrijstelling biociden exotische muggen 2014) IENM/BSK-2014/103462

Nadere informatie

Bermenplan Assen. Definitief

Bermenplan Assen. Definitief Definitief Opdrachtgever: Opdrachtgever: Gemeente Assen Gemeente Mevrouw Assen ing. M. van Lommel Mevrouw M. Postbus van Lommel 30018 Noordersingel 940033 RA Assen 9401 JW T Assen 0592-366911 F 0592-366595

Nadere informatie

Natuurbescherming VS Wet natuurbescherming. Aanpak exoten niet mogelijk Janneke van der Loop

Natuurbescherming VS Wet natuurbescherming. Aanpak exoten niet mogelijk Janneke van der Loop Natuurbescherming VS Wet natuurbescherming Aanpak exoten niet mogelijk Janneke van der Loop Overheidsadvies exoten Meld waarnemingen: Waarnemingen kunnen helpen deze schadelijke exoten snel op te sporen.

Nadere informatie

Impulsregeling Kwaliteitswater in de Stad 2017

Impulsregeling Kwaliteitswater in de Stad 2017 Impulsregeling Kwaliteitswater in de Stad 2017 Inleiding Met de impulsregeling kwaliteitswater in de stad stimuleert het Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden gemeenten financieel om de waterkwaliteit

Nadere informatie

Aquatische exoten. Didier Soens Directeur dienst Waterbeleid Provinciebestuur Antwerpen. Departement Leefmilieu. Departement Leefmilieu

Aquatische exoten. Didier Soens Directeur dienst Waterbeleid Provinciebestuur Antwerpen. Departement Leefmilieu. Departement Leefmilieu Aquatische exoten Didier Soens Directeur dienst Waterbeleid Provinciebestuur Antwerpen Dienst Waterbeleid Uitheemse soorten Via tuinvijvers, aquaria, in milieu Niet elke soort zorgt voor problemen 2 Drie

Nadere informatie

Utrecht, 19 mei 2009 Pythagoraslaan 101 Tel

Utrecht, 19 mei 2009 Pythagoraslaan 101 Tel Utrecht, 19 mei 2009 Pythagoraslaan 101 Tel. 030-2589111 Afdeling nummer : BEW : 2009ONT236040 Onderwerp: Beantwoording schriftelijke vragen ex artikel 47 van het RvO aan het college van GS, gesteld door

Nadere informatie

Bestrijding Duizendknoop

Bestrijding Duizendknoop Bestrijding Duizendknoop (Japanse) duizendknoop: een invasieve soort Invasieve soorten zijn soorten die niet van nature in Nederland voorkomen en vormen een bedreiging voor de Nederlandse planten en dieren.

Nadere informatie

Water in Tiel. 1 Naast regionale wateren die in beheer zijn bij de waterschappen, zijn er rijkswateren (de hoofdwateren

Water in Tiel. 1 Naast regionale wateren die in beheer zijn bij de waterschappen, zijn er rijkswateren (de hoofdwateren Water in Tiel Waterbeleid Tiel en Waterschap Rivierenland Water en Nederland zijn onafscheidelijk. Eigenlijk geldt hetzelfde voor water en Tiel, met de ligging langs de Waal, het Amsterdam Rijnkanaal en

Nadere informatie

5.15 Het (ver)graven van (nieuwe) watergangen. Kader

5.15 Het (ver)graven van (nieuwe) watergangen. Kader 5.15 Het (ver)graven van (nieuwe) watergangen Kader Keur Deze beleidsregel gaat over keurartikel 3.2 Zonder vergunning van het bestuur is het verboden waterkeringen en oppervlaktewaterlichamen (met inbegrip

Nadere informatie