6 Hoe functioneert precies de zeggenschap van partners (zorgverzekeraar, zorgaanbieder en verzekerde) tijdens de overgangsregeling?

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "6 Hoe functioneert precies de zeggenschap van partners (zorgverzekeraar, zorgaanbieder en verzekerde) tijdens de overgangsregeling?"

Transcriptie

1 Vragen CDA-fractie 1 Is het waar dat het al of niet ergens verschijnen van eerstelijnscentra volstrekt afhankelijk is van afspraken tussen zorgverzekeraar en zorgaanbieders? 1 Volgens de systematiek van de nieuwe Zorgverzekeringswet zijn het de zorgverzekeraars die, namens de verzekerde/patiënt, afspraken maken met de zorgaanbieders. Bij het contracteren worden deze afspraken vastgelegd. Overigens kunnen ook andere partijen lokaal hun invloed gebruiken bij het stimuleren en faciliteren van geïntegreerde eerstelijnssamenwerkingsverbanden in de eerstelijnsgezondheidszorg (bijvoorbeeld gemeenten, patiëntenplatforms etc.). Het is hierbij van belang een breed draagvlak te creëren. Het verschijnen van eerstelijnscentra is niet volstrekt afhankelijk van de module geïntegreerde eerstelijnssamenwerkingsverbanden. Eerstelijnssamenwerkingsverbanden kunnen op basis van de reguliere Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)-tarifering ook opgezet worden. 2 Met welke zorgverzekeraar maakt een eerstelijnscentrum afspraken? Als er sprake is van een dominerende zorgverzekeraar hoe kan een verzekerde dan nog stemmen met de voeten, zoals hij bij de inwerkingtreding van de Zorgverzekeringswet (Zvw) massaal gedaan heeft? 2 In principe zullen zorgaanbieders afspraken maken met de grootste verzekeraar in zijn werkgebied. De andere verzekeraars zijn vrij om deze afspraken te volgen. Indien de verzekerde het niet eens is met de afspraken die de zorgverzekeraar(s) met de zorgaanbieders maken, kan hij/zij door middel van stemmen met de voeten een andere verzekeraar kiezen. Ook wijs ik erop dat er begin 2006 in een aantal regio s ook sprake was van een dominante zorgverzekeraar zonder dat dit voor verzekerden een belemmering bleek te zijn om te kiezen voor een andere zorgverzekeraar. 3 Op welke wijze worden dan witte plekken voorkomen? Zoals in nieuwe Vinex-wijken waar bijvoorbeeld nog te weinig verzekerden wonen om een investering door de zorgverzekeraar aantrekkelijk te maken? 3 Verzekeraars hebben een zorgplicht en worden geacht voldoende (eerstelijns)zorg in te kopen. In Vinex-wijken is inderdaad in eerste instantie een probleem bij het opzetten van een geïntegreerd eerstelijnssamenwerkingsverband doordat de bewonerspopulatie niet op peil is. De Vinex-locaties verdienen daarom een specifieke aanpak in verband met de voorinvestering die gemaakt wordt. De komende twee jaar worden Vinex-locaties daarom nog gesubsidieerd uit het zorgverzekeringsfonds via het College voor Zorgverzekeringen. Met partijen is afgesproken te kijken hoe we dit technisch vorm kunnen geven. Tevens is met partijen afgesproken te bezien op welke wijze centra in de Vinex-gebieden worden bekostigd. Verder merk ik op dat ook gemeenten een rol hebben bij de totstandkoming van geïntegreerde eerstelijnssamenwerkingsverbanden in wijken (inclusief Vinex). Gemeenten kunnen bijvoorbeeld actief op zoek gaan naar panden voor huisvesting van eerstelijnsberoepsbeoefenaren of verhuren een bestaand gebouw aan eerstelijnsberoepsbeoefenaren. Daarnaast dragen gemeenten soms in de randvoorwaardelijke sfeer bij aan de totstandkoming van een samenwerkingsverband (bv. voldoende parkeergelegenheid bij gezondheidscentrum). 1

2 4 Op welke wijze wordt toezicht gehouden op de afspraken tussen de zorgverzekeraars en zorgaanbieders? Welke inspraak hebben de verzekerden c.q. de bewoners van het werkgebied van het eerstelijnscentrum? 4 Om voor de module in aanmerking te komen moeten zorgverzekeraars en zorgaanbieders hun overeenkomst over structurele multidisciplinaire samenwerking in de eerstelijnszorg voorleggen aan de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). De NZa zal, indien akkoord, een beschikking afgeven zodat de module in rekening kan worden gebracht aan de contracterende verzekeraar. Het is niet de bedoeling dat de module in rekening wordt gebracht aan individuele patiënten. De contracterende zorgverzekeraars en de deelnemers aan de structurele eerstelijnssamenwerking regelen zelf de mate van de inspraak van hun patiënten. In het kader van de toezichtstaak bekijkt de NZa of de zorgverzekeraars uiterlijk 1 november de medezeggenschap van verzekerden geregeld hebben in hun statuten. Indien zorgverzekeraars dit op die datum nog niet hebben geregeld, zal de NZa actie gaan ondernemen. Voor het structurele geïntegreerde eerstelijnssamenwerkingsverband is de Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen van toepassing. 5 Met ingang van 2009 wordt een nieuwe bekostigingsstructuur ontwikkeld waarin vraagsturing en onderhandelingsvrijheid van verzekeraars het uitgangspunt is. Zijn hierover al afspraken gemaakt? 5 De NZa is inderdaad een overleg met partijen hierover gestart. Er zijn nog geen concrete afspraken gemaakt, aangezien met partijen is afgesproken dat zij tot 30 juni 2008 de tijd krijgen een bekostigingsconstructie te ontwikkelen. 6 Hoe functioneert precies de zeggenschap van partners (zorgverzekeraar, zorgaanbieder en verzekerde) tijdens de overgangsregeling? 6 De zeggenschap van partners functioneert in het jaar 2007 volgens de systematiek dat verzekeraars en aanbieders over grofweg 10% van de totale in 2005 bestede subsidiegelden specifieke prestatieafspraken maken. 90% wordt door het College voor zorgverzekeringen (CVZ) betaald aan gezondheidscentra als uitkering uit het Zorgverzekeringsfonds. In 2008 zal voor 40% van de totale in 2005 bestede subsidiegelden specifieke prestatieafspraken worden gemaakt tussen zorgverzekeraars en aanbieders. De verzekerde wordt in deze vertegenwoordigd door zijn zorgverzekeraar. Het overige deel (60%) wordt uit het zorgverzekeringsfonds uitgekeerd door het CVZ. 7 Het bezwaar dat de huisartsenzorg wel erg veel verantwoordelijkheden via deze constructie bij zichzelf neergelegd heeft, wordt op beleidsregelniveau ondervangen, aldus de brief van de minister. Wat is precies het bezwaar? Het was toch de bedoeling dat via onderhandeling tussen zorgverzekeraar en zorgaanbieder de afspraken worden gemaakt? Is met deze module dan sprake van meer invloed van de huisarts ten opzichte van de verzekeraar en zo ja, waarom? En hoe wordt dit dan precies ondervangen? 7 De bekostiging van de samenwerking door een module op het inschrijftarief van de betrokken huisarts zou ten onrechte de suggestie kunnen wekken dat deze ook volledig verantwoordelijk is voor de onderhandelingen met de zorgverzekeraars en voor de uitvoering van de samenwerkingsovereenkomst. Dat is niet het geval. Ook anderen kunnen namens de betrokken 2

3 zorgaanbieders met de zorgverzekeraar de afspraken maken. Het is niet de bedoeling de indruk te wekken dat op basis van de wijze van bekostiging van de samenwerking een hiërarchie ontstaat tussen de samenwerkende zorgaanbieders. 8 Ten aanzien van bladzijde 5, punt 3: wordt hiermee gedoeld op de uitzondering dat huisartsenzorg niet onder de no-claimregeling valt? 8 Ja. 9 Ten aanzien van bladzijde 5, vrije prijs in 2007 en Hoe wordt voorkomen dat zorgverzekeraars uiterst minimale afspraken maken? Op welke wijze heeft de verzekerde hierin zeggenschap, vooral als de dominerende zorgverzekeraar de afspraken maakt? 9 Het uitgangspunt van de zorgverlening door de afzonderlijke zorgaanbieders van het samenwerkingsverband is dat de kwaliteit op een aanvaardbaar niveau ligt. De meerwaarde van de samenwerkingsafspraken zal moeten liggen in een verhoging van de kwaliteit van zorg of service in de dienstverlening aan de verzekerde patiënt. Het belang van goede afspraken moet afgedwongen worden door de inhoud van die afspraken. Hoe meer resultaatgericht de afspraken kunnen zijn, hoe aantrekkelijker het voor de verzekeraar is deze met de zorgaanbieders te contracteren. Ziet de verzekeraar geen meerwaarde voor de door hem vertegenwoordigde verzekerden in te maken afspraken dan zal er geen overeenkomst tot stand komen. Ook is hier van belang voor de (dominante) zorgverzekeraar dat de verzekerde stemt met de voeten als hij/zij niet goed wordt vertegenwoordigd door zijn verzekeraar. 10 Op welke wijze kunnen innovatieve ontwikkelingen van de grond komen, kan de verzekeraar dat tegenhouden of liever: waarom zou een verzekeraar hiervoor budget vrijmaken? Hoe worden innovatieve ontwikkelingen inclusief ontwikkelingen waarvoor intensievere multidisciplinaire samenwerking noodzakelijk is, aangemoedigd? 10 Innovatieve ontwikkelingen kunnen van de grond komen door voor specifieke prestatie afspraken te maken. Te denken valt aan speciale zorgprogramma s rond specifieke ziektecategorieën (COPD, Astma etc.) maar ook afspraken over serviceverlening, openingstijden en dergelijke. Uiteraard moet de informatie hierover toegankelijk zijn voor de burger. Het belang voor de verzekeraar ligt vooral in de doelmatigheid (dicht bij huis, substitutie bevorderend etc.) en de kwaliteit (betere zorg). Hierin ligt ook de aanmoediging voor verzekeraars om innovatie te stimuleren. Het praktijkplan is een geschikt instrument om afspraken te maken over de bekostiging van de prestaties van verdergaande samenwerkingsverbanden. 11 Hoe wordt het budget dat een verzekeraar beschikbaar stelt, vastgesteld? 11 Op basis van de afspraken, die de verzekeraars met de geïntegreerde eerstelijnssamenwerkingsverbanden maken, bepalen de verzekeraars zelf het bedrag dat zij voor een samenwerkingsverband beschikbaar stellen. Hiervoor wordt niet op centraal niveau een budget vastgesteld. 12 Wat zijn de voorwaarden dat een gezondheidscentrum in aanmerking kan komen voor de status van eerstelijnscentrum? 3

4 12 Ik neem mij voor in de aanwijzing op te nemen dat de module uitsluitend in rekening kan worden gebracht door een zorgaanbieder aan een ziektekostenverzekeraar met wie de zorgaanbieder een overeenkomst heeft gesloten ter bevordering van structurele multidisciplinaire samenwerking in de eerstelijnsgezondheidszorg en waarbij die samenwerking in ieder geval bestaat uit samenwerking tussen een huisarts en andere zorgaanbieders. Het is daarna aan het veld zelf of van de module gebruik wordt gemaakt. 13 Staat u nog steeds achter de intentieverklaring versterking eerstelijnszorg die u mede heeft ondertekend en waarin in algemene zin meer samenhang en integratie wordt nagestreefd door niet vrijblijvende multidisciplinaire afspraken over samenwerking? Waaruit blijken uw intenties bij de financieringsstructuur? 13 Ik sta volledig achter de intentieverklaring eerstelijnszorg. Het voorstel voor bekostiging van de lichte en zware structurele eerstelijnssamenwerkingsverbanden sluit aan bij de voorwaarden die in de intentieverklaring zijn beschreven voor een bekostigingssysteem eerstelijnszorg. Het voorstel is daarmee in de geest van de intentieverklaring versterking eerstelijnszorg, die door alle partijen, waaronder Zorgverzekeraars Nederland en de Landelijke Vereniging voor de Georganiseerde eerste lijn is getekend. Deze partijen hebben hiermee aangegeven hun verantwoordelijkheid te nemen en de samenwerking in de eerste lijn te bevorderen. Er wordt binnen de systematiek van de nieuwe Zorgverzekeringswet veel meer ruimte gegeven aan partijen om afspraken te maken over samenwerkingsverbanden. De oude regeling bood die ruimte niet en was door het subsidiekarakter financieel beperkt. 14 Erkent u dat intensievere samenwerking in de eerstelijnszorg vooral gezondheidswinst kan opleveren naast een verbeterde mogelijkheid voor substitutie? 14 Ja (zie antwoord 10). 15 Bij de behandeling van de Zvw is de positie van de huisarts en verloskundige wettelijk verstevigd. Zijn er ook risico s in de door de minister gekozen constructie van vrije prijzen die tegen deze wettelijk geregelde positie bedreigen en zo ja, welke? Zo neen waarom niet? 15 De wettelijk verankerde positie van huisarts (c.q. verloskundige) is niet in het geding. Voor de huisartsenzorg geldt de basisbekostiging zoals afgesproken in het Vogelaar Akkoord en voor de verloskundige zorg blijven ook de NZa beleidsregels gelden. Het vrije tarief geïntegreerde eerstelijnszorg is een module op het inschrijftarief huisartsenzorg. Hierover kunnen zorgaanbieders apart met verzekeraars afspraken maken. Het is geen vervanging van de bestaande tarieven huisartsenzorg of verloskundige zorg. 16 Wat is uw mening over de opvatting van de Zorgautoriteit i.o. dat er eigenlijk een algemene regeling op grond van de Wet Tarieven Gezondheidszorg (WTG) of de Wet Marktordening Gezondheidszorg (WMG) tot stand zou moeten komen waarvan in algemene zin in de eerstelijnszorg via overeenkomsten tussen zorgaanbieders en zorgverzekeraars gebruik gemaakt kan worden voor nieuwe innovatieve ontwikkelingen? 16 In de WMG is een experimenteer artikel opgenomen. Momenteel wordt samen met de NZa gewerkt aan de nadere invulling van dit artikel die ruimte moet bieden aan innovatieve ontwikkelingen. Het streven is een beleidsregel per in te voeren ten behoeve van 4

5 kleinschalige experimenten van ziektekostenverzekeraars en zorgaanbieders. Ik zal het parlement daarover berichten. Met kleinschalig wordt bedoeld dat een experiment naar gelang de doelstelling op een specifieke doelgroep, prestatie, een of meerdere zorgaanbieders, een of meerdere ziektekostenverzekeraars of in een beperkte regio plaats kan hebben. ( Kamerstukken II, 2003/04, 29379, nr. 6 ). 17 De nieuwe bekostigingsregeling is bedoeld voor geïntegreerde samenwerkingsverbanden en niet specifiek voor de huidige gezondheidscentra. Het kan daarbij gaan om zwaardere en lichtere vormen van samenwerking. Wat bedoelt u hiermee? Waar moeten zorgaanbieders aan voldoen om voor de regeling in aanmerking te komen? 17 Er is geen sprake meer van een (subsidie)regeling zoals deze tot nu toe werd uitgevoerd door het CVZ. In de nieuwe bekostiging staat het contracteren tussen zorgverzekeraars en aanbieders centraal. Dat betekent dan ook dat deze partijen bepalen wanneer men in aanmerking komt voor extra bekostiging via bedoelde module. Daartoe is door partijen al een gezamenlijk document opgesteld. (zie ook antwoorden 12 en 13) 18 Zorgverzekeraars zijn verantwoordelijk voor het wel of niet contracteren en zijn ook honderd procent risicodragend (bladzijde 6). Hoe verhoudt zich dit tot de beperkte risicodragendheid van zorgverzekeraars voor de kosten van tweedelijnszorg? Welke garantie hebben zorgverleners dat zorgverzekeraars bereid zullen zijn te investeren in de eerste lijn als zij hiervoor honderd procent risicodragend zijn? 18 De mate waarin verzekeraars risico dragen over verschillende zorgvormen maakt deel uit van het systeem van risicoverevening in de Zvw. De beperkte risicodragendheid van verzekeraars voor de kosten van tweedelijnszorg is voor een belangrijk deel ingegeven door de onzekerheid over Diagnose Behandeling Combinatie (DBC)-informatie en doordat verzekeraars deze kosten nu nog beperkt kunnen beïnvloeden. Door goede resultaatgerichte afspraken met verzekeraars te maken kunnen eerstelijnszorgverleners bereiken dat zorgverzekeraars bereid zijn te investeren. Daarbij is van belang dat verzekeraars uit hoofde van de in de Zvw vastgelegde zorgplicht er voor verantwoordelijk zijn dat verzekerden hun recht op verzekerde prestaties, ook op het terrein van de eerstelijnszorg, kunnen waarmaken. 19 De minister maakt een nadrukkelijke keuze voor financiering via een toeslag op het Inschrijftarief van huisartsen. Kunt u deze keuze beargumenteren? Waarom worden andere mogelijkheden uitgesloten? 19 Zoals ik ook in mijn brief heb aangegeven heb ik gekozen de module geïntegreerde eerstelijnssamenwerkingsverbanden te koppelen aan het inschrijftarief huisartsenzorg omdat de essentiële aanspraak bij samenwerkingsverbanden voor geïntegreerde eerste lijn de geneeskundige zorg, waaronder de integrale eerstelijnszorg zoals die door huisartsen en verloskundigen pleegt te geschieden, is. De huisartsenzorg is de centrale zorgvorm die ook de verbinding legt met (en zonodig tussen) de overige in het centrum aanwezige zorgdisciplines die de patiënt nodig heeft. De module op het inschrijftarief huisartsenzorg is daarom een redelijke en praktisch uitvoerbare beslissing. 20 Welke gevolgen heeft het hoofdaannemerschap van de huisarts in de zin van extra administratieve rompslomp en onderhandelingen voor de huisarts? 5

6 20 De huisarts hoeft geen hoofdaannemer te zijn. Over het algemeen zal een apart opgerichte rechtspersoon voor het samenwerkingsverband de drager zijn voor de bekostiging van het centrum. Dit betekent dat de huisarts er in principe geen extra administratieve rompslomp voor onderhandeling bij zal krijgen (zie ook antwoord vraag 7). 21 Hoe zijn de avond- nacht- en weekenddiensten geregeld binnen de eerstelijnscentra? 21 De avond- nacht- en weekenddiensten van de huisartsenzorg zijn over het algemeen in regionaal verband geregeld via de huisartsendienstenstructuur. De huisartsen uit de centra nemen over het algemeen deel aan die structuur. De plaats van de huisartsenposten is dan ook per locatie verschillend en hoeft niet perse verbonden te zijn aan een geïntegreerd eerstelijnssamenwerkingsverband. 22 Wat is de stand van zaken met de introductie van een regulier avondspreekuur, niet behorend tot avonddienst? 22. In mijn brief van 20 september 2006 (CZ/EZ/ ) is aangegeven dat er geen wettelijke beperkingen zijn om als huisarts een avondspreekuur te houden. Ik verwijs voor de stand van zaken naar deze brief. 23 De eerstelijnspsycholoog zou per 1 januari 2007 ook onderdeel kunnen uitmaken van een eerstelijnssamenwerkingsverband. Waarom is dat uitgesteld? 23 Zorgverzekeraars Nederland (ZN), GGZ Nederland en ik zijn overeengekomen dat de uitvoering van de geneeskundige geestelijke gezondheidszorg (geneeskundige GGZ) in 2007 ongewijzigd blijft. Met deze afspraken wordt mogelijk gemaakt dat de invoering van de DBC s in de GGZ en volledige opname in de Zorgverzekeringswet (Zvw) in de tijd gezien parallel lopen. Tot aan 1 januari 2008 blijven de bekostiging en de financiering voor het naar de Zvw over te hevelen deel van de GGZ, waaronder de eerstelijnspsychologische zorg, ongewijzigd ten opzichte van dit jaar. Dit staat eerstelijnspsychologen echter niet in de weg om onderdeel uit te maken van een eerstelijnssamenwerkingsverband. Er zijn bijvoorbeeld al diverse gezondheidscentra waaraan eerstelijnspsychologen zijn verbonden. De financiering van hun prestaties geschiedt via de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) of de aanvullende verzekering. 24 Welke toezeggingen heeft u gedaan aan huisartsen en andere eerstelijnsorganisaties op financieel gebied om de deskundigheidsbevordering te kunnen waarborgen binnen eerstelijnssamenwerkingsverbanden, bij de opheffing van de Districten Huisartsen Vereniging (DHV s)? 24 Er zijn door mij geen toezeggingen gedaan op financieel gebied met betrekking tot de deskundigheidsbevordering. Er is een beleidsregel gemaakt voor de financiering van de regionale ondersteuningsstructuur en daarnaast is een globaal kader geschetst van de taken in de brief over de toekomstbestendige eerstelijnszorg (CZ/EZ ). Het regionaal implementeren van een landelijk ontwikkeld kwaliteitsbeleid is daar onderdeel van. Afgesproken is dat de taken decentraal worden ingevuld door contracten tussen zorgverzekeraars en zorgaanbieders. 6

7 25 Wat is de stand van zaken van de regionale ondersteuningsstructuur? 25 Met mijn brief van 8 juni 2006 (CZ/EZ ) heb ik u geïnformeerd over de laatste stand van zaken van de ondersteuningsstructuren in de eerste lijn. Een door mij gevraagd rapport van het College Toezicht Zorgverzekeringen was als bijlage bij de brief gevoegd. Voor de laatste stand van zaken verwijs ik naar deze brief en rapportage (Kamerstukken II vergaderjaar , 29247, nr 40). Vragen PvdA-fractie 26 Kan worden toegelicht waarom vraagsturing en onderhandelingsvrijheid van verzekeraars als uitgangspunt is gekozen? Wat wordt in dit verband precies verstaan onder onderhandelingsvrijheid van verzekeraars? 26 Dit is als uitgangspunt gekozen omdat het conform de zorgverzekeringswet en de Wet Marktordening Gezondheidszorg (WMG) is. Verzekeraars onderhandelen namens hun verzekerden over zorgproducten met de zorgaanbieders en contracteren deze producten. Daarom is gekozen om de verzekeraars en aanbieders meer ruimte te bieden aan het ontwikkelen van geïntegreerde eerstelijns samenwerkingsverbanden dan tot nu toe het geval is. Verzekeraars en zorgaanbieders zijn dan niet meer afhankelijk van de vrij rigide subsidieregeling waar ze nauwelijks invloed op konden uitoefenen. Verzekeraars kunnen zelf bepalen of en met welke zorgaanbieders zij contracteren. De verzekeraars hebben dan ook de vrijheid om door middel van substitutie meer financiële middelen vrij te spelen voor specifiek eerstelijnszorg waarbij samenwerken leidt tot meer doelmatige en effectieve zorg. 27 Is het denkbaar dat de 10 procent respectievelijk 40 procent door de verzekeraar niet gegarandeerde uitkering niet wordt uitgekeerd? En in welke gevallen? 27 De invulling van de 10% en 40% zal over het algemeen gekoppeld worden aan specifieke prestatieafspraken die zorgverzekeraars maken met zorgaanbieders. Het is derhalve geen gegarandeerde uitkering meer. In theorie is het denkbaar dat als men geen overeenstemming krijgt over de te leveren prestaties, er niet wordt uitgekeerd. 28 Hoe ver strekt in theorie de zeggenschap van de verzekeraar over de omvang/inhoud van de geboden zorg in de gezondheidscentra gezien het feit dat de module geïntegreerde eerstelijnssamenwerkingsverbanden een vrij tarief krijgt in 2007 en 2008? 28 De zeggenschap van de zorgverzekeraar over het vrije tarief betreft de desbetreffende module, die als kop op het inschrijftarief van de huisartsenzorg wordt opgenomen. Deze module is bedoeld voor de zorg in een geïntegreerd eerstelijnssamenwerkingsverband die leidt tot meer efficiëntie, kwaliteitsverbetering in de zorg en betere service aan patiënten. De hoogte van het tarief en de zorg die daarvoor geleverd worden, komen tot stand na onderhandeling van zorgaanbieders met zorgverzekeraars. Over de basiszorg die door diverse beroepsgroepen wordt geleverd wordt onderhandeld op basis van de reeds bestaande NZa tarieven. 29 Betekent de keuze voor een module op het inschrijftarief huisartsenzorg dat alle huisartsen die in een eerstelijnscentrum c.q. gezondheidscentrum werken een vaste opslag krijgen per ingeschreven patiënt? 7

8 29 Ja, doch de hoogte is vrij ter onderhandeling aan partijen. Deze opslag komt ten goede aan het geïntegreerde eerstelijnssamenwerkingsverband en wordt over het algemeen toegekend als er specifieke afspraken zijn gemaakt. 30 Als de huidige tarieven voor vrije beroepers gehandhaafd blijven betekent de module op het inschrijftarief huisartsenzorg dan een extra investering? Zo ja, om hoeveel gaat het? 30 Ja, doch een investering die alleen ten behoeve van structurele multidisciplinaire samenwerking kan worden aangewend op basis van een overeenkomst met een zorgverzekeraar. De investering is moeilijk exact in geld uit te drukken omdat het mede afhankelijk is van de ruimte die zorgverzekeraars willen gebruiken om de samenwerkingsverbanden te financieren. Hierbij kan ook substitutie van zorg plaatsvinden van de tweede- naar de eerste lijn. In 2009 vormt de overheveling van circa 33 mln. uit het Zorgverzekeringsfonds via de WMG ten laste van de zorgverzekeringswet de basis voor de module. In 2007 is dit circa 10% en in 2008 circa 40% van dit bedrag. 31 Wat wordt precies betaald uit de module op het inschrijftarief huisartsenzorg? 31 Uit de module op het inschrijftarief worden specifieke afspraken betaald die zorgverzekeraars en zorgaanbieders maken ten behoeve van een geïntegreerd eerstelijnssamenwerkingsverband. De afspraken die gemaakt kunnen worden kunnen verschillend van aard zijn, bijvoorbeeld zorginhoudelijk door middel van zorgprogramma s (Diabetes, CVA, COPD), maar ook servicegerichtheid in de vorm van bijvoorbeeld ruimere openingstijden (zie ook antwoord 10). 32 Betekent het feit dat onderzocht wordt of bekostiging via een zelfstandige beleidsregel kan worden opgehangen aan een geïntegreerd eerstelijnssamenwerkingsverband in plaats van te koppelen aan de beleidsregel huisartsenzorg, dat de module waarschijnlijk tijdelijk van aard is? 32 Ja, de module is tijdelijk van aard voor de afbouwperiode van twee jaar of zoveel eerder als partijen tot een andere oplossing komen. Dat wordt ter beoordeling aan partijen in NZa verband overgelaten. Met partijen is afgesproken dat er in de periode tot uiterlijk 30 juni 2008 een nieuwe bekostigingsconstructie wordt ontwikkeld. 33 Waarop is de overtuiging gebaseerd dat door de vrije module zorg een betere prijs/kwaliteit verhouding geleverd zal worden? 33 Zorgverzekeraars krijgen door de vrije module de vrijheid om in de contracten met de zorgaanbieders specifieke prestatie afspraken over zowel de kwantiteit als de kwaliteit van zorg (bijv. Diabetes, COPD e.d.). Deze afspraken worden gemaakt om tot betere zorg te komen voor de patiënt. Het geïntegreerde eerstelijnssamenwerkingsverband kan hierop worden aangesproken. In de huidige bekostigingssystematiek van de gezondheidscentra zijn deze specifieke afspraken niet mogelijk, omdat verzekeraars nauwelijks een rol spelen bij het beschikbaar stellen van extra financiële middelen. Dit betekent dat samenwerkingsverbanden die meer en beter presteren daar in de toekomst beter voor kunnen worden beloond. 8

9 34 Is het waar dat verzekeraars alleen voldoen aan de voorwaarde dat zij zich inzetten voor een doelmatige inkoop én organisatie van de zorg waarbij zij rekening houden met de wensen van patiënten/verzekerden als zij zich baseren op het praktijkplan? In hoeverre is de verzekeraar verplicht zich aan het praktijkplan te houden? 34 Nee, verzekeraars zijn ook met eigen instrumenten/ contracten in staat zich in te zetten voor een doelmatige inkoop en organisatie van zorg. In mijn brief (CZ/EZ ) adviseer ik partijen te onderhandelen op basis van het praktijkplan. Het praktijkplan is namelijk een geschikt instrument om duidelijke afspraken te maken over de zorg die een geïntegreerd samenwerkingsverband levert. Partijen zijn niet verplicht dit instrument te gebruiken. 35 Zijn patiënten- en consumentenorganisaties betrokken bij het opstellen van het praktijkplan? Zo ja, op welke wijze? Zo neen, waarom niet? 35 Nee, patiënten- en consumentenorganisaties zijn niet betrokken bij het opstellen van het praktijkplan. Het praktijkplan is in eerste instantie bedoeld voor afspraken tussen zorgaanbieders en zorgverzekeraars. Het uitgangspunt voor deze afspraken moet de zorgvraag zijn. Om deze vraag goed in beeld te brengen hebben de Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie (NPCF) en het Nivel een instrument ontwikkeld, de Vraag Aanbod Analyse Monitor (VAAM). Ik adviseer dat verzekeraars en zorgaanbieders dit instrument in de toekomst gaan gebruiken. 36 Zijn de betrokken partijen ook van mening dat zij voldoende tijd krijgen zich voor te bereiden op een andere bekostigingswijze in 2009 en dat een redelijke termijn in acht is genomen om partijen te informeren? 36 Ja. In de Zorgnota 2001 op pagina B105 heeft mijn voorganger aangekondigd dat wordt bezien of gezondheidscentra vanaf 2002 via de Wet Tarieven Gezondheidszorg (WTG) bekostigd zullen worden. In mijn brief van 23 november 2005 (CZ/EZ/ ) heb ik u gemeld dat vanaf 1 januari 2007 gezondheidscentra zullen worden bekostigd vanuit de WTG. Vijf jaar geleden was verandering van bekostiging al aangekondigd. Bovendien is er nu een tweejarig overgangstraject afgesproken. Er is hier overeenstemming over met partijen. Vragen SP-fractie 37 Is het waar dat met de nieuwe regeling financieringsregeling het ministerie van VWS minder verantwoordelijkheden krijgt als het gaat om de oprichting van nieuwe eerstelijnsgezondheidscentra? Zo ja, wat blijft in deze nog de verantwoordelijkheid van het ministerie? 37 Als minister draag ik systeemverantwoordelijkheid in de zorg. Systeemverantwoordelijkheid houdt in dat er gekeken wordt of verzekeraars onder meer hun zorgplicht waarmaken, ongeacht of dit via samenwerkingsverbanden/centra of losse eerstelijnsaanbieders gebeurt. Dit is geheel in overeenstemming met de uitgangspunten van de nieuwe zorgverzekeringswet. De zorg moet voor iedereen toegankelijk en kwalitatief verantwoorde zorg zijn en betaalbaar blijven. Er zijn toezichthouders zoals de NZA en IGZ die bewaken of het systeem naar behoren werkt. VWS kan, indien dit niet het geval blijkt te zijn, maatregelen nemen c.q. de wetgeving aanpassen. 9

10 38 Is het waar dat in deze nieuwe regeling de financiering tot stand moet komen tussen zorgverzekeraars en het betreffende centrum? Zo ja, gaat het dan om onderhandelingen met Zorgverzekeraars Nederland (ZN) of moet het centrum met iedere bestaande zorgverzekeraar afzonderlijk afspraken maken? 38 De afspraken over structurele multidisciplinaire samenwerking moeten tussen zorgaanbieders en individuele zorgverzekeraars worden gemaakt, wil de module aan de desbetreffende zorgverzekeraar in rekening kunnen worden gebracht. De afspraken kunnen met meerdere verzekeraars worden gemaakt. 39 Wie is er verantwoordelijk op het moment dat contracten niet afgesloten kunnen worden en een centrum met sluiting bedreigd gaat worden? 39 Zowel de zorgaanbieders als de zorgverzekeraars hebben ieder hun eigen verantwoordelijkheid voor het leveren van de zorg. Zorgverzekeraars hebben een zorgplicht naar hun verzekerden. Bij een sluiting van een centrum zullen zorgverzekeraars de continuïteit van zorg voor zijn verzekerden moeten waarborgen. De zorgaanbieders daarentegen zullen kwalitatief goede producten moeten leveren zodat zorgverzekeraars met deze aanbieders contracten willen afsluiten. 40 Hoe wordt voorkomen dat bij het niet rond krijgen van de financiering de bereikbaarheid van onder andere een huisarts in het gedrang komt? 40 De zorgverzekeraar heeft de zorgplicht en is verantwoordelijk voor het leveren van zorg en dient de continuïteit van zorg te waarborgen (zie antwoord 38). Bij het mogelijk niet contracteren van een eerstelijns samenwerkingsverband is de zorgverzekeraar verantwoordelijk voor een alternatief. De huisartsenzorg kan als basiszorg gecontracteerd blijven worden zonder extra afspraken te maken over de module met een vrij tarief. 41 Is er een bereikbaarheidsnorm als het gaat om de eerstelijnszorg en met name huisartsenzorg? 41 Er zijn veldnormen die door huisartsen in samenspraak met patiëntenorganisaties en zorgverzekeraars zijn afgesproken. Ook de Inspectie voor de Gezondheidszorg is hierbij betrokken en toetst de naleving. 42 Bent u van mening dat zorgverzekeraars minder snel contracten zullen afsluiten in nieuwe Vinexwijken, vanwege een onvoorspelbaar bewonerspopulatie? Zo neen, waarom niet? 42 Hierbij verwijs ik naar het antwoord van vraag Waarom komt er geen subsidieregeling voor op te richten gezondheidscentra in Vinex-wijken zodat het ook aantrekkelijk is om in die wijken een centrum op te richten? 43 Hierbij verwijs ik naar het antwoord van vraag 3. 10

11 44 Is met deze nieuwe beleidsregel het investeringsprobleem door banken, waardoor startende gezondheidscentra de financiering voor een lokatie niet rond kregen, verdwenen? 44 In de investeringsproblematiek vindt naar verwachting geen wijziging plaats en opzichte van de huidige bekostiging. De planvorming en de ontwerpfase die ten grondslag ligt aan een investeringsplaatje voor banken moet realistisch begroot worden. Dat wil zeggen duurzaam, niet te royaal en zonder onnodige luxe. Een verzoek om financiering wordt door een bank alleen gehonoreerd indien er voldoende rendement wordt behaald tegen voor de bank acceptabele risico s. Vertrouwen in het management is de belangrijkste pijler van de bancaire kredietverlening. Indien de kwaliteit van het management in de ogen van de bank onvoldoende is, volgt direct een afwijzing. Banken geven wel aan dat moeilijk van te voren te bepalen is of het management bekwaam genoeg is. Een goed bedrijfsplan is een belangrijke indicatie voor een bank dat het management bekwaam is en voldoende ondernemersvaardigheden heeft. Verder is er ook een rol weggelegd voor verzekeraars, gemeenten en in sommige gevallen woningcorporaties bij het doen van investeringen in de zorg. 45 Hoe wordt voorkomen dat, door korte termijn contracten tussen zorgverzekeraars en centra, banken niet willen investeren in een gezondheidscentrum omdat banken niet voor langere tijd zijn gewaarborgd van de inkomsten bij een centrum? 45 Banken vinden het belangrijk dat de continuïteit van een instelling is verzekerd. In de zorg kan er vanuit gegaan worden, zeker met het oog op de vergrijzing, dat de continuïteit van een instelling gewaarborgd is, tenzij blijkt dat er teveel zorgaanbod is ten opzichte van de vraag. Bij het beoordelen van de kredietaanvraag wordt steeds gekeken naar de samenhang: een onvoldoende eigen vermogen of onvoldoende rentabiliteit op zich is nooit reden om een aanvraag af te wijzen. Evenmin is het hebben van voldoende dekking op zich nooit een reden om een aanvraag goed te keuren. Uitzondering daarop vormt de kwaliteit van het management. Indien dat in de ogen van de bank onvoldoende is, volgt direct een afwijzing. 46 Bent u van mening dat contracten in principe voor langere termijn afgesloten moeten worden om investeringsproblemen te voorkomen? Zo neen, waarom niet? 46 Naar verwachting zullen zowel de verzekeraars als de geïntegreerde eerstelijnssamenwerkingsverbanden behoefte hebben aan langere termijn afspraken om de continuïteit van de zorg te waarborgen. Dit blijft echter een zaak van het lokale overleg tussen zorgverzekeraar en het geïntegreerde eerstelijnssamenwerkingsverband. 11

Overzicht Financiering eerste lijn

Overzicht Financiering eerste lijn Overzicht Financiering eerste lijn Wat gaan we doen? Terugblik inventarisatie ZonMw onder 22 praktijkprojecten Overzicht financieringsbronnen Goed voorbeeld In dialoog met Waarom deze workshop? Quickscan

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-7073

BELEIDSREGEL BR/CU-7073 BELEIDSREGEL Stoppen-met-rokenprogramma Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 30 186 Regels inzake marktordening, doelmatigheid en beheerste kostenontwikkeling op het gebied van de gezondheidszorg (Wet marktordening gezondheidszorg)

Nadere informatie

3.1 Experiment Een experiment op basis van een beleidsregel als bedoeld in artikel 58 Wmg.

3.1 Experiment Een experiment op basis van een beleidsregel als bedoeld in artikel 58 Wmg. BELEIDSREGEL AL-BR-0006 Tijdelijke instandlating gevolgen experimenten Op grond van artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse

Nadere informatie

Deze regeling is van toepassing op zorgaanbieders voor zover deze de prestatie Stoppen-met-rokenprogramma leveren.

Deze regeling is van toepassing op zorgaanbieders voor zover deze de prestatie Stoppen-met-rokenprogramma leveren. REGELING Stoppen-met-rokenprogramma Gelet op de artikelen 36 derde lid, 37 eerste lid aanhef onder a, 38 derde en zevende lid van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), heeft de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

3.1 Experiment Een experiment op basis van een beleidsregel als bedoeld in artikel 58 Wmg.

3.1 Experiment Een experiment op basis van een beleidsregel als bedoeld in artikel 58 Wmg. Bijlage 28 bij circulaire Care/AWBZ/14/10c BELEIDSREGEL Tijdelijke instandlating gevolgen experimenten Op grond van artikel 57, eerste lid, onderdeel b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg),

Nadere informatie

Deze regeling is van toepassing op zorgaanbieders voor zover deze de prestatie Stoppen-met-Rokenprogramma leveren.

Deze regeling is van toepassing op zorgaanbieders voor zover deze de prestatie Stoppen-met-Rokenprogramma leveren. Regeling CU/NR-703 Stoppen-met-Roken-programma Gelet op de artikelen 36, derde lid, 37, zevende lid, 38, derde lid, en artikel 40, vierde lid, van de Wet marktordening gezondheidszorg - (Wmg), heeft de

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU 2148 EERSTELIJNSDIAGNOSTIEK

BELEIDSREGEL BR/CU 2148 EERSTELIJNSDIAGNOSTIEK BELEIDSREGEL BR/CU 2148 EERSTELIJNSDIAGNOSTIEK Op grond van artikel 57, eerste lid, onderdeel en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

Bijlage 5 zorginkoopbeleid Huisartsenzorg en multidisciplinaire zorg

Bijlage 5 zorginkoopbeleid Huisartsenzorg en multidisciplinaire zorg Bijlage 5 zorginkoopbeleid Huisartsenzorg en multidisciplinaire zorg 1 Bijlage 5 GEZ-module 2017 Via de GEZ-module worden de personele inzet, organisatie en infrastructuur van samenwerkingsverbanden bekostigd

Nadere informatie

BELEIDSREGEL AL/BR Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw

BELEIDSREGEL AL/BR Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw BELEIDSREGEL Overheveling GGZ budget AWBZ-Zvw Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

Tijdelijke instandlating gevolgen experimenten

Tijdelijke instandlating gevolgen experimenten BELEIDSREGEL Tijdelijke instandlating gevolgen experimenten Op grond van artikel 57, eerste lid, onderdeel b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

Nadere informatie

Brief van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Brief van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport 29689 Herziening Zorgstelsel 25424 Geestelijke gezondheidszorg Nr. 599 Brief van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den

Nadere informatie

Regeling innovatie voor kleinschalige experimenten

Regeling innovatie voor kleinschalige experimenten REGELING Regeling innovatie voor kleinschalige experimenten Ingevolge de artikelen 36, derde lid, 37, 38 derde en zevende lid van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), heeft de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU Ketenzorg dementie Zvw

BELEIDSREGEL BR/CU Ketenzorg dementie Zvw BELEIDSREGEL Ketenzorg dementie Zvw Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels vast

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP Den Haag www.rijksoverheid.nl Bijlage(n)

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-5066

BELEIDSREGEL BR/CU-5066 BELEIDSREGEL Afschrijvingskosten dubieuze debiteuren curatieve GGZ Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 27141 16 mei 2018 Aanwijzing van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 26 april 2018, kenmerk

Nadere informatie

4.1 Geneeskundige zorg in het kader van individuele zorg bij tuberculose en infectieziekten

4.1 Geneeskundige zorg in het kader van individuele zorg bij tuberculose en infectieziekten BELEIDSREGEL Beleidsregel overige geneeskundige zorg Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 18 december 2009 Betreft ziekenhuisverplaatste zorg

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 18 december 2009 Betreft ziekenhuisverplaatste zorg > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 23 juni 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 23 juni 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Beleidsregel Macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2018

Beleidsregel Macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2018 Beleidsregel Beleidsregel Macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2018 Gelet op artikel 57, eerste lid, aanhef en onder d van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

3.1 Algemeen gegevensbeheer code (AGB-code) Unieke code die aan iedere zorgaanbieder wordt toegekend, waarmee deze kan worden geïdentificeerd.

3.1 Algemeen gegevensbeheer code (AGB-code) Unieke code die aan iedere zorgaanbieder wordt toegekend, waarmee deze kan worden geïdentificeerd. BELEIDSREGEL Macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2016 Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder d van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 18 juni 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 18 juni 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX DEN HAAG T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 9 december 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG. Datum 9 december 2015 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Wat splitst Klink ons in de maag?

Wat splitst Klink ons in de maag? Wat splitst Klink ons in de maag? Materiaal om over na te denken Stelling Huisartsen hebben koudwatervrees, want na de vorige herziening zijn ze ook meer gaan verdienen 3 Overheidsbeleid Zorg Nieuwe Bekostiging,

Nadere informatie

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Leijten (SP) over de gevolgen van extramuralisering voor zorgaanbieders (2013Z05339).

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Leijten (SP) over de gevolgen van extramuralisering voor zorgaanbieders (2013Z05339). > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP Den Haag www.rijksoverheid.nl Kenmerk

Nadere informatie

Integrale bekostiging multidisciplinaire zorgverlening chronische aandoeningen (DM type 2, VRM, COPD)

Integrale bekostiging multidisciplinaire zorgverlening chronische aandoeningen (DM type 2, VRM, COPD) BELEIDSREGEL Integrale bekostiging multidisciplinaire zorgverlening chronische aandoeningen (DM type 2, VRM, COPD) Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg

Nadere informatie

Protocol. de Inspectie voor de Gezondheidszorg. de Nederlandse Zorgautoriteit

Protocol. de Inspectie voor de Gezondheidszorg. de Nederlandse Zorgautoriteit Protocol tussen de Inspectie voor de Gezondheidszorg en de Nederlandse Zorgautoriteit inzake samenwerking en coördinatie op het gebied van beleid, regelgeving, toezicht & informatieverstrekking en andere

Nadere informatie

Datum 19 maart 2018 Betreft reactie op VSO inzake de facultatieve prestatie eerstelijnsdiagnostiek in de medische specialistische zorg ( )

Datum 19 maart 2018 Betreft reactie op VSO inzake de facultatieve prestatie eerstelijnsdiagnostiek in de medische specialistische zorg ( ) > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2012 2013 29 248 Invoering Diagnose Behandeling Combinaties (DBCs) Nr. 239 Ontvangen ter Griffie op 2 oktober 2012. Het besluit tot het doen van een aanwijzing

Nadere informatie

a. Deze beleidsregel is van toepassing op zorg als bedoeld in artikel 1 sub b van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg).

a. Deze beleidsregel is van toepassing op zorg als bedoeld in artikel 1 sub b van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg). BELEIDSREGEL Innovatie ten behoeve van nieuwe zorgprestaties 1. Algemeen a. Deze beleidsregel is van toepassing op zorg als bedoeld in artikel 1 sub b van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg). Dit

Nadere informatie

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Slob (CU) over contant betalen bij de apotheek (2013Z00311).

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Slob (CU) over contant betalen bij de apotheek (2013Z00311). > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 25 VX DEN HAAG T 070 340 79 F 070 340 78 34

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-5094

BELEIDSREGEL BR/CU-5094 BELEIDSREGEL Dyslexiezorg Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels vast met betrekking

Nadere informatie

Bekostiging ketenzorg. 18 november 2009

Bekostiging ketenzorg. 18 november 2009 Bekostiging ketenzorg De veranderingen 2010 18 november 2009 Huidige bekostiging Ontwikkelingen bekostiging Basisaanbod (overdag) - Inschrijftarieven - Consulttarieven A. Nieuwe - Opslagmodules Bekostigingsstructuur

Nadere informatie

Deze beleidsregel is van toepassing op Zintuiglijk gehandicaptenzorg als bedoeld in artikel 2.5a van het Besluit zorgverzekering

Deze beleidsregel is van toepassing op Zintuiglijk gehandicaptenzorg als bedoeld in artikel 2.5a van het Besluit zorgverzekering BELEIDSREGEL Macrobeheersinstrument Zintuiglijk gehandicaptenzorg 2015 Ingevolge artikel 57, eerste lid, onderdeel d, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Onderwerp Bijlage(n) Uw brief Kamervragen 19 februari 2008

Onderwerp Bijlage(n) Uw brief Kamervragen 19 februari 2008 De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 0018 00 EA Den Haag Ons kenmerk Inlichtingen bij Doorkiesnummer Den Haag Onderwerp Bijlage(n) Uw brief Kamervragen 19 februari 008 Hierbij

Nadere informatie

Dit wil overigens niet zeggen dat dit project volledig en definitief van tafel is. Met de ICF¹ in gedachten kan het nu eenmaal niet anders dat er een

Dit wil overigens niet zeggen dat dit project volledig en definitief van tafel is. Met de ICF¹ in gedachten kan het nu eenmaal niet anders dat er een Waarom CLIQ Mail Ron Legerstee Ik ga er vooralsnog vanuit dat de behoefte aan een classificatie van hulpmiddelen bestaat. Of CLIQ daarop hét antwoord is en zal blijven weet ik niet. Wel denk ik dat enige

Nadere informatie

Beleidsregel experiment bekostiging verpleging en verzorging

Beleidsregel experiment bekostiging verpleging en verzorging Beleidsregel Beleidsregel experiment bekostiging verpleging en verzorging Gelet op artikel 57, eerste lid, onderdeel b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU Macrobeheersinstrument curatieve geestelijke gezondheidszorg 2013

BELEIDSREGEL BR/CU Macrobeheersinstrument curatieve geestelijke gezondheidszorg 2013 BELEIDSREGEL BR/CU-5098 Macrobeheersinstrument curatieve geestelijke gezondheidszorg 2013 Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder d van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse

Nadere informatie

BELEIDSREGEL CA-BR-1508. Prestatiebeschrijvingen en tarieven ZZPmeerzorg. Bijlage 11 bij circulaire Care/AWBZ/14/04c

BELEIDSREGEL CA-BR-1508. Prestatiebeschrijvingen en tarieven ZZPmeerzorg. Bijlage 11 bij circulaire Care/AWBZ/14/04c Bijlage 11 bij circulaire Care/AWBZ/14/04c BELEIDSREGEL Prestatiebeschrijvingen en tarieven ZZPmeerzorg Wlz Ingevolge artikel 57, eerste lid, onderdeel b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-5059

BELEIDSREGEL BR/CU-5059 BELEIDSREGEL Voorschotten en rentevergoeding onderhanden DBC's GGZ Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Langdurige ggz: De zorg geleverd aan verzekerden als bedoeld in artikel van de Wet langdurige zorg (Wlz).

Langdurige ggz: De zorg geleverd aan verzekerden als bedoeld in artikel van de Wet langdurige zorg (Wlz). BELEIDSREGEL Overheveling ggz budget Wlz-Zvw Grondslag Gelet op artikel 57, eerste lid, onderdelen b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Ministerie van VWS DLZ Bezoekadres Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T

Nadere informatie

2. De dieetadvisering die vergoed wordt op basis van dit standpunt over artikel 2.6 lid 7 Bzv, valt onder het verplichte eigen risico binnen de Zvw.

2. De dieetadvisering die vergoed wordt op basis van dit standpunt over artikel 2.6 lid 7 Bzv, valt onder het verplichte eigen risico binnen de Zvw. 2012095565 DE UITVOERING VAN ARTIKEL 2.6 lid 7 Bzv In het bijgevoegde standpunt legt CVZ artikel 2.6 lid 7 Bzv uit. Op 1 januari 2012 is de omschrijving van de prestatie 'dieetadvisering' in het Besluit

Nadere informatie

Macrobeheersinstrument geneeskundige geestelijke gezondheidszorg 2015

Macrobeheersinstrument geneeskundige geestelijke gezondheidszorg 2015 BELEIDSREGEL Macrobeheersinstrument geneeskundige geestelijke gezondheidszorg 2015 Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder d van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse

Nadere informatie

Datum Doorkiesnummer Behandeld door «ZV_SC_SIGNEDON 088 222 40 40 Zorginkoop Huisartsenzorg

Datum Doorkiesnummer Behandeld door «ZV_SC_SIGNEDON 088 222 40 40 Zorginkoop Huisartsenzorg «CM_USER_LONGTITLE» «CM_USER_FULLNAME» «CM_PRACTICE_STREET» «CM_PRACTICE_NUMBER»«CM_PRACTICE_ EXTRA» «CM_PRACTICE_ZIPCODE» «CM_PRACTICE_CITY» Postbus 640 7500 AP ENSCHEDE www.menzis.nl/huisarts Zorgverlenernummer:

Nadere informatie

Macrobeheersinstrument multidisciplinaire zorg 2018

Macrobeheersinstrument multidisciplinaire zorg 2018 BELEIDSREGEL Macrobeheersinstrument multidisciplinaire zorg 2018 Gelet op artikel 57, eerste lid, aanhef en onder d van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

Nadere informatie

BELEIDSREGEL AL/BR-0023. Innovatie ten behoeve van nieuwe zorgprestaties

BELEIDSREGEL AL/BR-0023. Innovatie ten behoeve van nieuwe zorgprestaties BELEIDSREGEL Innovatie ten behoeve van nieuwe zorgprestaties Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van juli 2013, Z-;

Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van juli 2013, Z-; Besluit van houdende wijziging van het Besluit zorgverzekering in verband met wijziging van het zorgpakket Zvw 2014 Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van juli 2013,

Nadere informatie

BELEIDSREGEL TH/BR-008. Overmacht continuïteit van zorg. Vastgesteld op 20 december 2012

BELEIDSREGEL TH/BR-008. Overmacht continuïteit van zorg. Vastgesteld op 20 december 2012 BELEIDSREGEL Overmacht continuïteit van zorg Vastgesteld op 20 december 2012 Op grond van artikel 16 sub b en sub d van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg) is de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

Nadere informatie

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Bruins Slot (CDA) over omzetplafonds in de zorg (2014Z22725).

Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Bruins Slot (CDA) over omzetplafonds in de zorg (2014Z22725). > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 255 XP DEN HAAG T 070 340 79 F 070 340 78 34

Nadere informatie

Proces en toelichting

Proces en toelichting Substitutie Zorgvernieuwing Proces en toelichting 1 Substitutie Samenwerkingsverbanden kunnen met Achmea onderhandelen over: Astma/COPD op basis s van substitutie substtute (komt dan in plaats van bestaand

Nadere informatie

Deze beleidsregel is van toepassing op Zintuiglijk gehandicaptenzorg als

Deze beleidsregel is van toepassing op Zintuiglijk gehandicaptenzorg als BELEIDSREGEL Macrobeheersinstrument Zintuiglijk gehandicaptenzorg Ingevolge artikel 57, eerste lid, onderdeel d, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

Nadere informatie

4.1 Geneeskundige zorg in het kader van individuele zorg bij tuberculose en infectieziekten

4.1 Geneeskundige zorg in het kader van individuele zorg bij tuberculose en infectieziekten BELEIDSREGEL Beleidsregel overige geneeskundige zorg Gelet op artikel 57, eerste lid, onderdelen b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

Overzicht Ketenzorg 2015

Overzicht Ketenzorg 2015 Overzicht Ketenzorg 2015 De Amersfoortse/ BeterDichtbij/Ditzo Voor iedere verzekerde van achttien jaar of ouder geldt een verplicht eigen risico van 375,- aan kosten van zorg of overige diensten die voor

Nadere informatie

4.1 Geneeskundige zorg in het kader van individuele zorg bij tuberculose en infectieziekten

4.1 Geneeskundige zorg in het kader van individuele zorg bij tuberculose en infectieziekten BELEIDSREGEL Beleidsregel overige geneeskundige zorg Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

Nadere informatie

BELEIDSREGEL AL/BR-0021

BELEIDSREGEL AL/BR-0021 BELEIDSREGEL Verpleging in de thuissituatie, noodzakelijk in verband met medisch specialistische zorg Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 2631 Vragen van het lid

Nadere informatie

Algemeen gegevensbeheer code (AGB-code) Unieke code die aan iedere zorgaanbieder wordt toegekend, waarmee deze kan worden geïdentificeerd.

Algemeen gegevensbeheer code (AGB-code) Unieke code die aan iedere zorgaanbieder wordt toegekend, waarmee deze kan worden geïdentificeerd. REGELING Regeling macrobeheersinstrument verpleging en verzorging 2018 Gelet op de artikelen 36, 37, 62 en 68 en 76 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), besluit de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Beleidsbrief Integrale geboortezorg 28 oktober 2015

Beleidsbrief Integrale geboortezorg 28 oktober 2015 Aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Mevrouw drs. E.I. Schippers postbus 20350 2500 EJ S-GRAVENHAGE Newtonlaan 1-41 3584 BX Utrecht Postbus 3017 3502 GA Utrecht T 030 296 81 11 F 030 296

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 27 januari 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 27 januari 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 25 VX Den Haag T 070 340 79 F 070 340 78 34

Nadere informatie

Transitie huisartsenlaboratoria en zelfstandige trombosediensten

Transitie huisartsenlaboratoria en zelfstandige trombosediensten BELEIDSREGEL Transitie huisartsenlaboratoria en zelfstandige trombosediensten Op grond van artikel 57, eerste lid, onderdelen b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse

Nadere informatie

Experiment bekostiging verpleging en verzorging

Experiment bekostiging verpleging en verzorging BELEIDSREGEL Experiment bekostiging verpleging en verzorging Ingevolge artikel 57, eerste lid, onderdeel b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

Nadere informatie

Consultatiebijeenkomst Eerstelijnspsychologische zorg. 1 juni 2007

Consultatiebijeenkomst Eerstelijnspsychologische zorg. 1 juni 2007 Consultatiebijeenkomst Eerstelijnspsychologische zorg 1 juni 2007 Programma 12.45-13.00u Ontvangst 13.00-13.05u Algemene introductie 13.05-13.15u Voorstelronde + bespreken agenda 13.15-13.40u Vraag en

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 30 juni 2014 Betreft Kortdurend eerstelijns verblijf

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 30 juni 2014 Betreft Kortdurend eerstelijns verblijf > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP Den Haag www.rijksoverheid.nl Datum

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/REG-17150

BELEIDSREGEL BR/REG-17150 BELEIDSREGEL Prestatiebeschrijvingen voor logopedie Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

Macrobeheersinstrument geneeskundige geestelijke gezondheidszorg 2016

Macrobeheersinstrument geneeskundige geestelijke gezondheidszorg 2016 BELEIDSREGEL Macrobeheersinstrument geneeskundige geestelijke gezondheidszorg 2016 Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder d van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse

Nadere informatie

NADERE REGEL NR/CU-531

NADERE REGEL NR/CU-531 NADERE REGEL Tijdelijke regeling dyslexiezorg Gelet op de artikelen 37, 38, 62 en 68 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) de volgende regeling vastgesteld:

Nadere informatie

Declaratievoorschrift multidisciplinaire zorgverlening chronische aandoeningen (DM type 2 1, CVR 2 )

Declaratievoorschrift multidisciplinaire zorgverlening chronische aandoeningen (DM type 2 1, CVR 2 ) REGELING CV/NR-100.106 Declaratievoorschrift multidisciplinaire zorgverlening chronische aandoeningen (DM type 2 1, CVR 2 ) Gelet op artikel 37 van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), heeft de

Nadere informatie

> Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

> Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX DEN HAAG T 070 340 79 11 F 070 340

Nadere informatie

Brief - Integrale bekostiging geboortezorg vanaf /

Brief - Integrale bekostiging geboortezorg vanaf / Brief - Integrale bekostiging geboortezorg vanaf 2022-0284412/0426998 Versie 2 Dit document is gepubliceerd door NZa op het publicatie platform voor uitvoering (PUC). Dit document is een afdruk van de

Nadere informatie

Multidisciplinaire zorg en huisartsenzorg Nza-bekostigingsregels vanaf 2015

Multidisciplinaire zorg en huisartsenzorg Nza-bekostigingsregels vanaf 2015 Multidisciplinaire zorg en huisartsenzorg Nza-bekostigingsregels vanaf 2015 Bijeenkomst InEen, 28 oktober 2014 Ambities regeerakkoord Gemeenten AWBZ Zvw Wmo Wpg Extramuraal Intramuraal Eerstelijns zorg

Nadere informatie

BELEIDSREGEL AL/BR-0040

BELEIDSREGEL AL/BR-0040 BELEIDSREGEL Verpleging in de thuissituatie, noodzakelijk in verband met medisch specialistische zorg Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg

Nadere informatie

Transitiemodel voor gebudgetteerde zorgaanbieders van gespecialiseerde curatieve ggz Kenmerk

Transitiemodel voor gebudgetteerde zorgaanbieders van gespecialiseerde curatieve ggz Kenmerk Transitiemodel voor gebudgetteerde zorgaanbieders van gespecialiseerde curatieve ggz 2015-2017 Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg),

Nadere informatie

Het Nederlandse Zorgstelsel

Het Nederlandse Zorgstelsel Het Nederlandse Zorgstelsel Een heldere blik op de regels in de gezondheidszorg Corné Adriaansen 12 september 2012 Door de bomen het bos niet meer te zien? Zorgstelsel Nederland 2012 Financieringsstromen

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-5060

BELEIDSREGEL BR/CU-5060 BELEIDSREGEL Rentevergoeding opbrengstverrekening GGZ Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

Nadere informatie

SGE70\'DHEID ^ SEP.20B SCANPLAZA

SGE70\'DHEID ^ SEP.20B SCANPLAZA Nederlandse Zorgautoriteit Aan de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport mevrouw drs. E.L Schippers Postbus 20350 W 0 L K SGE70\'DHEID ^ SEP.20B Newtonlaan 1-41 3584 BX Utrecht Postbus 3017 3502

Nadere informatie

Wijkverpleging. Verpleging en Verzorging 9 april 2014

Wijkverpleging. Verpleging en Verzorging 9 april 2014 Wijkverpleging Onderhandelingsresultaat transitie Verpleging en Verzorging 9 april 2014 Onderwerpen Aanspraak wijkverpleging Toegang Overgang voor cliënten 2014-2015 Transitieperiode Nieuwe bekostigingssystematiek

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/REG-17106

BELEIDSREGEL BR/REG-17106 BELEIDSREGEL Prestatiebeschrijvingen voor logopedie Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

Behandeld door Telefoonnummer adres Kenmerk l / Ervaringen invoering Wlz 16 september 2015

Behandeld door Telefoonnummer  adres Kenmerk l / Ervaringen invoering Wlz 16 september 2015 Aan alle Wlz-uitvoerders Newtonlaan 1-41 3584 BX Utrecht Postbus 3017 3502 GA Utrecht T 030 296 81 11 F 030 296 82 96 E info@nza.nl I www.nza.nl Behandeld door Telefoonnummer E-mailadres l Onderwerp Datum

Nadere informatie

Zorgautoriteit. Nederlandse. gereguleerde segment. Voor het overige deel, het vrije segment,

Zorgautoriteit. Nederlandse. gereguleerde segment. Voor het overige deel, het vrije segment, 770? /. Het ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport Minister mr. drs. B.J. Bruins Postbus 20350 2500 EJ DEN HAAG Newtonlaan 1-41 3584 BX Utrecht Postbus 3017 3502 GA Utrecht T 030 296 81 11 F 030

Nadere informatie

Macrobeheersinstrument geneeskundige geestelijke gezondheidszorg 2017

Macrobeheersinstrument geneeskundige geestelijke gezondheidszorg 2017 NADERE REGEL Macrobeheersinstrument geneeskundige geestelijke gezondheidszorg 2017 Gelet op de artikelen 36, 62 en 68 van de Wet marktordening gezondheidszorg besluit de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

Nadere informatie

2.3 Ontwikkelingen mbt financiering, wet- en regelgeving

2.3 Ontwikkelingen mbt financiering, wet- en regelgeving Kennis over Ketenzorg Externe analyse, financiering 2.3 Ontwikkelingen mbt financiering, wet- en regelgeving In dit hoofdstuk verkennen we de externe omgeving die van invloed is op de vraag of het voor

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg;

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op artikel 7 van de Wet marktordening gezondheidszorg; STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 16992 23 juni 2015 Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 16 juni 2015, kenmerk 776212-137548-MC,

Nadere informatie

BELEIDSREGEL CA Nationaal Programma Ouderenzorg 2014

BELEIDSREGEL CA Nationaal Programma Ouderenzorg 2014 BELEIDSREGEL Nationaal Programma Ouderenzorg 2014 Ingevolge artikel 57, eerste lid, onderdeel b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

Geachte leden van de Vaste Commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

Geachte leden van de Vaste Commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Sparrenheuvel 16 Postbus 520 3700 AM ZEIST Telefoon (030) 698 89 11 Telefax (030) 698 83 33 E-mail info@zn.nl Contactpersoon Doorkiesnummer

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/REG Beschikbaarheidbijdrage ambtshalve

BELEIDSREGEL BR/REG Beschikbaarheidbijdrage ambtshalve BELEIDSREGEL Beschikbaarheidbijdrage ambtshalve Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) beleidsregels

Nadere informatie

Bijlage 11 zorginkoopbeleid Huisartsenzorg en multidisciplinaire zorg

Bijlage 11 zorginkoopbeleid Huisartsenzorg en multidisciplinaire zorg Bijlage 11 zorginkoopbeleid 2018-2019 Huisartsenzorg en multidisciplinaire zorg Bijlage 11 Organisatie & Infrastructuur De organisatie en infrastructuur (O&I) van samenwerkingsverbanden worden bekostigd

Nadere informatie

Aanvraag MRI door een huisarts in de Zorgverzekeringswet

Aanvraag MRI door een huisarts in de Zorgverzekeringswet Onderwerp: Samenvatting: Aanvraag voor een MRI door een huisarts in voorgeschreven situaties is zorg zoals huisartsen plegen te bieden Indien een MRI wordt aangevraagd door een huisarts voor indicaties

Nadere informatie

Financiering van gezondheidszorg. Jaap Doets consultant VVAA

Financiering van gezondheidszorg. Jaap Doets consultant VVAA Financiering van gezondheidszorg Jaap Doets consultant VVAA Het Nederlandse zorgstelsel Zorgstelsel -Collectief gefinancierde wettelijk vastgelegde zorg aanspraak -vraagsturing -prestatiebekostiging -maatschappelijke

Nadere informatie

BELEIDSREGEL BR/CU-5105

BELEIDSREGEL BR/CU-5105 BELEIDSREGEL Beleidsregel Beschikbaarheidbijdrage curatieve zorgfuncties GGZ 2014 Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20017 2500 EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20017 2500 EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20017 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Rijnstraat 50 2515 XP Den Haag www.rijksoverheid.nl Correspondentie

Nadere informatie

3.2 Prestatie extreme kosten van geneesmiddelen (NZa-code M002) Het leveren van geneesmiddelen noodzakelijk voor de zorg, onder

3.2 Prestatie extreme kosten van geneesmiddelen (NZa-code M002) Het leveren van geneesmiddelen noodzakelijk voor de zorg, onder Bijlage 9 bij circulaire AWBZ/Care/11/9c BELEIDSREGEL Extreme kosten zorggebonden materiaal en geneesmiddelen Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 68712 20 december 2016 Regeling van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 6 december 2016, kenmerk

Nadere informatie

Deze beleidsregel is van toepassing op Zintuiglijk gehandicaptenzorg als omschreven bij of krachtens de Zorgverzekeringswet (Zvw).

Deze beleidsregel is van toepassing op Zintuiglijk gehandicaptenzorg als omschreven bij of krachtens de Zorgverzekeringswet (Zvw). BELEIDSREGEL Prestaties en tarieven Zintuiglijk gehandicaptenzorg Ingevolge artikel 57, eerste lid, onderdeel b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

Veelgestelde vragen. Eigen risico en eigen bijdrage bij een zorgverzekering

Veelgestelde vragen. Eigen risico en eigen bijdrage bij een zorgverzekering Veelgestelde vragen Eigen risico en eigen bijdrage bij een zorgverzekering Iedereen van 18 jaar en ouder in Nederland is verplicht zich te verzekeren voor de zorgverzekering. De overheid stelt vast welke

Nadere informatie

Contracteerbeleid Medisch Specialistische Zorg

Contracteerbeleid Medisch Specialistische Zorg Contractering 2019 DSW Zorgverzekeraar (DSW) en Ziektekosten () contracteren vanaf 2018 namens elkaar een aantal zorgaanbieders voor Medisch Specialistische Zorg (MSZ). Onder MSZ verstaan wij: Ziekenhuizen;

Nadere informatie

Macrobeheersinstrument multidisciplinaire zorg 2016

Macrobeheersinstrument multidisciplinaire zorg 2016 BELEIDSREGEL Macrobeheersinstrument multidisciplinaire zorg 2016 Ingevolge artikel 57, eerste lid, aanhef en onder d van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit

Nadere informatie

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 14 september 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 14 september 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter, > Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 2008 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 25 VX Den Haag T 070 340 79 F 070 340 78 34

Nadere informatie

Juridische aspecten van behandel- en vergoedingsbeslissingen

Juridische aspecten van behandel- en vergoedingsbeslissingen Juridische aspecten van behandel- en vergoedingsbeslissingen NVTAG Symposium Juridische kaders van HTA 7 juni 2007 Koosje van Lessen Kloeke k.vanlessenkloeke@leijnseartz.com 1 Inleiding -Welke partijen

Nadere informatie