Groepswerkplan, kinderopvang De Bonte Vlinder LOCATIE: t Want

Transcriptie

1 Groepswerkplan, kinderopvang De Bonte Vlinder LOCATIE: t Want

2 Inhoud 1.Opvoedingsdoelen. 2.Inrichting. 3. Veiligheid 4. Hygiëne. 5. Voeding. 6. Ziekte. 7. Kennismaking met de Buitenschoolse opvang. 8. Gewenningsperiode. 9. groepssamenstelling. 10. Zindelijkheid. 11. Rust momenten. 12. Zelfstandigheid en zelfredzaamheid. 13. Buiten spelen. 14. Sociale en emotionele ontwikkeling. 15. Verstandelijk creatief. 16. Lichamelijke ontwikkeling. 17. Gedragsproblemen. 18. Dagindeling vakantie periode. 19. Achterwacht. 20. Voorschoolse opvang 21. Naschoolse opvang. 22. Schoonmaak regels. 23. leefregels. 24 leefregels buiten.

3 1 Opvoedingsdoelen: Kinderen leren omgaan met andere culturen. Kinderen leren respect te hebben voor alles wat groeit en bloeit. Kinderen leren vertrouwen te hebben in anderen. Kinderen gevoel van eigenwaarde laten ervaren. Kinderen leren zich zelfstandig op te kunnen stellen binnen de buitenschoolse opvang en daar buiten. Begeleiden naar zelfstandigheid en zelfredzaamheid. Leren omgaan met emoties van anderen. Het kind wordt geleerd, om te gaan met emoties van anderen. Sociaal functioneren, delen met elkaar en luisteren naar elkaar. De kinderen de voldoening te laten kennen van het leven, van prestaties, zichzelf leren uiten. Hoe gaan we met deze opvoedingsdoelen om Er wordt met de kinderen in de groep of individueel over gepraat en er wordt samen met de kinderen naar oplossingen gezocht. Vaak blijkt uit een gesprek met de kinderen dat ze zelf een prima oplossing kunnen bedenken die beide partijen tevreden stemt. Kan een kind dit in de groep niet aan dan wordt het individueel met het kind opgelost. Het is van belang dat er vertrouwen is tussen de ouders, het kind en de groepsleiding, alles moet bespreekbaar zijn en blijven. 2 Inrichting: Op locatie t Want werken we met 1 groepsruimte + een computerhoek. Er mogen totaal 20 kinderen worden opgevangen op locatie t Want. De groepsruimte is geschikt voor 17 kinderen maar er kan gebruik gemaakt worden van de computerruimte en het gymlokaal. Op de gang naast de groepsruimte kan er ook geruik gemaakt worden van de computers. Er wordt gekeken naar de uitdaging voor de kinderen, hoe het speelgoed het best kan worden aangeboden. Er zijn verschillende speelhoeke gecreëerd: Poppenhoek. Hier staat een poppenwagen, liggen poppen, verschillende poppenkleertjes, het staat uitnodigend opgesteld. Bouwhoek. Lego,Duplo, Kapla, Knex. Er kan zowel op de tafel als op de grond gespeeld/ gebouwd worden. Leeshoek. Een hoekje met een zachte banken, er staat een boekenrek met boeken voor alle leeftijden. Kinderen kunnen zich hier terugtrekken als ze daar behoefte aan hebben.

4 Computerhoek er zijn met de kinderen afspraken gemaakt over het gebruik van de computers (leefregels). 3 Veiligheid: De kinderen worden bekend gemaakt met het aanwezige brand en vluchtplan. Iedere maand vindt er een brandoefening plaats met de kinderen, telkens op een andere dag/groep. Op ieder BSO is er een calamiteitenplan aanwezig en een vluchtplan. Het speelgoed wordt gecontroleerd en waar nodig gerepareerd. De BSO ruimte bevind zich direct aan het schoolplein aan de achterzijde van de school. In de Bso zijn twee deuren die tijdens calamiteiten gebruikt kunnen worden als vluchtdeur. 4 Hygiëne: De kinderen wordt geleerd en gestimuleerd om hun omgeving op te ruimen. Houd je leefomgeving schoon en gooi dus ook geen rommel op de straat. Na het bezoeken van het toilet en voor en na het eten handen wassen. Voor de hygiëne van de ruimten zijn afspraken gemaakt met de huishoudelijke medewerkers. Eventueel extra werkzaamheden worden besproken met de huishoudelijke dienst. Dagelijkse/maandelijkse schoonmaakwerkzaamheden staan vermeld in het schoonmaakprotocol.

5 Voeding: De kinderen eten alleen tijdens studiedagen op de locatie. De kinderen krijgen een gezonde en gevarieerde voeding, een lunch bestaat uit bruin brood, beleg; kaas, worst, en enkele zoetwaren als pindakaas, appelstroop of jam. Bij de boterham worden melkproducten geschonken en eventueel siroop. We stimuleren de kinderen om zelf hun brood klaar te maken. In de groep wordt aandacht geschonken aan tafel manieren b.v. niet met volle mond praten. De maaltijd wordt tevens gebruikt als rust moment in de groep. Maaltijden worden gezamenlijk gebruikt met de leidsters. 6 Ziekte Kinderen die ziek zijn kunnen niet worden opgevangen bij de BSO daar zijn op de locaties geen faciliteiten voor aanwezig. Wordt een kind op school ziek dan wordt er door de school contact opgenomen met de ouders. Als het kind 38.5 of hoger heeft betekend dit dat het kind koorts heeft en kan dan niet opgevangen worden, het kind moet een dag koorts vrij zijn voor het weer opgevangen kan worden bij de BSO. Bij hevige diaree kan het kind ook niet worden opgevangen op de BSO i.v.m. besmettinggevaar. 7 Kennismaking met de Buitenschoolse opvang. Shoppers zijn van harte welkom, de groepsleidster maakt een afspraak met de ouders voor een bezoekje aan de BSO er is dan even de tijd om eventuele vragen van deze ouders te beantwoorden. De eerste kennismaking tussen de BSO en ouders /verzorgers vindt plaats door middel van een telefonische intake. Tijdens deze intake worden de gegevens van het inschrijfformulier gecontroleerd. Als de contracten op kantoor gemaakt zijn of er van kantoor goedkeuring gegeven wordt om een intake afspraak te maken met de ouders/verzorgers,ivm een spoedplaatsing wordt er door de leidster een afspraak gemaakt met de ouders/verzorgers om kennis te maken met de BSO. Voor een intake gesprek dienen de ouders een kopie van het inentingsbewijs en een pasfoto van het kind mee te nemein het intake gesprek wordt het wennen besproken en er worden afspraken over gemaakt. Tevens wordt het huishoudelijk reglement mee gegeven aan de ouders/ verzorgers.

6 8 Gewenning periode: De gewenning periode begint met een gezamenlijke kennismaking van de ouders en het kind met de leidsters en de kinderen van de BSO, er is een vaste leidster die de ouder en het kind begeleid tijdens deze gewenningsperiode. De kinderen komen na het intake gesprek wennen in een periode van twee weken. De wen periode verloopt als volgt; De eerste keer komt de ouder met het kind voor een kennismaking op de BSO. De tweede keer wordt het kind door de BSO leidster opgehaald uit de groep en wordt er kennis gemaakt met de leerkracht. De leidster geeft de leerkracht de informatie folder scholen met de gegevens van het kind met betrekking op de BSO. De derde keer haalt de leidster het kind uit de groep en blijft het kind op de BSO tot dat de ouder/verzorger het kind komt ophalen. Voor de kinderen die moeite hebben met wennen kan de wen periode eventueel, na overleg met de ouders/verzorgers verlengd worden. In deze twee weken worden de ouders en het kind vertrouwd gemaakt met de groep en de groepsleiding. 9 Samenstelling van de groep De BSO maakt gebruik van 1 vaste stamgroepruimte en een computerhoek. In een stamgroep mogen maximaal 20 kinderen opgevangen worden. De kinderen die opgevangen worden zijn in de leeftijd van 4 tot 12 jaar. Onze groepssamenstelling is opgebouwd uit een meerderheid van 4 tot 8-jarigen. Er is een klein groepje kinderen van 8 tot 10 jarigen, de kinderen in de leeftijd van 10 tot 12 jaar zijn over het algemeen in de minderheid. 10 Zindelijkheid: Als de kinderen uit school komen wordt er met de jongste kinderen naar het toilet gegaan voor we gaan eten en drinken. Een verschoning op de BSO voor uw kind is erg prettig voor een eventueel ongelukje, maar ook handig bij een buiten activiteit b.v. de kinder boerderij of ongelukje op school. 11 Rustmomenten: Rustmomenten voor de kinderen bestaan onder andere uit een boekje lezen. Het gebruiken van de maaltijd en het drinken en fruit eten zijn rust momenten voor de kinderen. Als de kinderen moe zijn worden er rust momenten ingebouwd door voor te lezen voor de kinderen.

7 12 Zelfstandigheid en zelfredzaamheid: De kinderen wordt geleerd en ze worden gestimuleerd zich zelfstandig aan en uit te kleden. Het gebeurt spelender wijs b.v. in de verkleedhoek. Er wordt op de BSO met zelfstandigheidsovereenkomsten gewerkt. De ouders geven de kinderen, in overleg met de BSO leidsters toestemming om buiten de BSO aan activiteiten te mogen deelnemen (zoals sport, club, of in de wijk) Kinderen van groep 1,2 en 3 worden door de leidster opgehaald bij de klas. Vanaf groep vier komen de kinderen zelfstandig naar de Bso ruimte toe. Kinderen vanaf groep zes van de basisschool gaan zelfstandig sportclubs en verenigingen bezoeken (mits dit in Zwartewaal is)en eventueel van de Buitenschoolse opvang naar huis of spelen bij een vriendje. Dit in overleg met de ouders/verzorgers en leidsters. 13 Buiten spelen Als het weer het toelaat gaan we allemaal naar buiten. Er gaat altijd een leidster/ stagiaire mee met de jonge kinderen die niet alleen op het schoolplein mogen spelen. Vanuit het BSO lokaal hebben we uitzicht op een groot gedeelte van de aangrenzende openbare speeltuin. In de openbare speeltuin kunnen de kinderen op de schommels, kabelbaan en op de klimrekken of met de bal spelen. Oudere kinderen mogen alléén in de speeltuin en het plein spelen, zonder dat er een leidster bij aanwezig is wel met toestemming van de ouders ( zelfstandigheidovereenkomst). Op de groep hangt een lijst met welke kinderen waarvoor toestemming hebben van de ouders. Ieder kind kan zien waarvoor ouders toestemming hebben gegeven. De leidsters gaan regelmatig met alle kinderen naar het speeltuintje. 14 Ontwikkeling Sociaal emotioneel: De groepsleiding biedt voldoende continuïteit voor het aan gaan van een diep gaande relatie tussen opvoeders en de kinderen. De groepsleiding is wezenlijk geïnteresseerd in de kinderen en stralen dit ook uit zowel verbaal als non verbaal. De leidsters staan open voor de gevoelens en emoties van de kinderen. Het wordt de kinderen geleerd en gestimuleerd hun verlangens onder woorden te brengen en deze te realiseren of er van af te zien. Er wordt de kinderen geleerd te communiceren met kinderen en volwassenen en de Nederlandse taal te spreken.

8 Vriendschappen binnen de groep of met andere kinderen b.v. uit de buurt worden aangemoedigd, in overleg met de leidsters zijn vriendjes en vriendinnetjes van harte welkom op de buitenschoolse opvang. Er zal door de leidsters een toestemmingbriefje worden meegegeven dat door de ouder van het vriendje ingevuld dient te worden zodat wij bij eventuele calamiteiten beschikken over de juiste gegevens van het kind. 15 Verstandelijk creatief: Kinderen zelf laten nadenken over oplossingen b.v. bij een ruzie. De kinderen krijgen verschillende knutsel materialen aangeboden om daar creatief mee aan de gang te gaan (b.v. kosteloos materiaal) De kinderen vrij laten in hun spelkeuze mocht dit niet lukken dan worden de kinderen daarbij geholpen. Er is voldoende materiaal voor alle leeftijden aanwezig om creatief bezig te kunnen zijn. Er zijn ook voldoende spelletjes en puzzels die aansluiten bij de verschillende leeftijden van de kinderen. Buitenschoolse opvang is een vrije tijd besteding kinderen worden wel gestimuleerd maar worden niet verplicht aan activiteiten deel te nemen. We werken op de BSO met een activiteitenplan dit maakt deel uit van thema s meestal volgen we de seizoenen van het jaar. De kinderen kunnen ook deelnemen aan activiteiten buiten de Bso bijvoorbeeld sportclubs en verenigingen. Sportclubs/verenigingen in Zwartewaal bezoeken is vrijwel altijd mogelijk. Als Uw kind een vereniging of sportclub buiten Zwartewaal bezoekt kan dit alleen als de groep en bezetting personeel dit toelaat. De oudere kinderen mogen zelfstandig naar een vereniging (overleg met ouders/verzorgers), de jongste kinderen gaan onder begeleiding van een leidster/stagiaire. In de toekomst is het mogelijk op de locatie aan diverse activiteiten die door derden worden aangeboden deel te nemen ( brede school activiteiten) De brede school activiteiten worden gecoordineerd door de leidster van de buitenschoolse opvang.. Signaleren is een taak van de ouders en leidsters. Het kind is er bij gebaat dat er actie wordt ondernomen als het kind aangeeft, op welke manier dan ook als dat hij of zij hulp nodig heeft. Het is dan ook van belang dat het contact met de ouders goed is zodat het in een open sfeer bespreekbaar is.

9 Wij werken met een gedeelde opvoeding verantwoording, maar waar de ouder altijd de eindverantwoording draagt over zijn kind. Bij het signaleren van een ontwikkelingachterstand wordt er met de ouders een plan gemaakt. Het kind wordt gestimuleerd met verschillende materialen, als deze niet aanwezig zijn kunnen deze in overleg door de BSO worden aangeschaft, of geleend worden van een andere locatie. 16 Lichamelijke ontwikkeling: De kinderen wordt geleerd hun uiterlijk en kleding te verzorgen. Er wordt met de kinderen geknuffeld en gestoeid lichamelijk contact is voor kinderen belangrijk bijvoorbeeld het troosten na verdriet. Op de locatie leren wij de kinderen wat kan wel en wat kan niet waar liggen de lichamelijke grenzen. Wij leren kinderen die grenzen te durven aangeven en er mee om te gaan. 17 Gedragsproblemen: Het kind wordt aangesproken op zijn gedrag en het wordt duidelijk gemaakt aan het kind waarom zijn gedrag niet kan in de groep. Met de ouders en eventueel het kind wordt de aanpak van het gedrag besproken voor zowel op de BSO en thuis. De ouders moeten zoveel mogelijk betrokken zijn en zich betrokken voelen bij de opvang van hun kind. Als er op school/thuis gedragsproblemen zijn en het is in het belang van het kind dat er een eenduidend plan van aanpak komt, dan kan een leidster van de Bso samen met de ouders/school een plan van aanpak maken. Voorbeelden: Als een kind passief is en niets wil wordt er met het kind gekeken wat er voor andere mogelijkheden zijn voor het kind binnen of buiten de BSO dit wordt dan besproken met de ouders als dat nodig mocht zijn. Straffen het kind wordt aangesproken op zijn gedrag en eventueel even op een stoel gezet om na te denken over zijn gedrag, waarna het gedrag met het kind wordt besproken en er afspraken gemaakt worden met elkaar. Straffen van thuis of school worden niet doorgetrokken op de buitenschoolse opvang en dit is anders om ook niet de bedoeling.

10 Belonen Het is voor kinderen erg belangrijk ze te belonen voor goed gedrag. Voor het ene kind is een aai over de bol of even de duim omhoog steken voldoende, er zijn ook kinderen die we belonen door middel van een stikers. 18 Vakantie periode: In de vakantie/studiedagen is het mogelijk dat de groepen worden samen gevoegd. Op de locatie in Zwartewaal wordt GEEN vakantieopvang geboden. De kinderen worden tijdens de vakanties altijd opgevangen op de locatie in Heenvliet. De leidsters van Heenvliet hebben op de locatie een aparte map van de vakantiekinderen met de gegevens van het kind en bijzonderheden. Nieuwe vakantie kinderen worden besproken met de leidsters van locatie Heenvliet zodat zij op de hoogte zijn van eventuele bijzonderheden van het kind. Voor iedere vakantie krijgen ouders een overzicht: Welke kinderen maken gebruik van de opvang tijdens de vakantie (kinderen weten dat graag) Welke leidsters kunnen de kinderen verwachten. De locatie die voor team Noord gebruikt wordt is de BSO in basisschool de Tweespan in Heenvliet daar wordt de opvang tijdens de vakantie aangeboden. Welke activiteiten staan er gepland voor de vakantie. Als er in de vakantie twee locaties open zijn dan kunnen de kinderen in overleg deelnemen aan de activiteiten op beide locaties. Het is wel van belang dat U dit tijdig doorgeeft aan de planner op kantoor of de leidster op de locatie i.v.m. de planning en de te maken afspraken met U. 19 Achterwacht De achterwacht is geregeld met de leidsters van locatie Bso de tweespan en eventueel kantoor. Indien er een calamiteit is nemen de leidsters contact op met de collega s van de Tweespan. Indien de leidsters geen gehoor kunnen geven aan de oproep wordt er contact opgenomen met kantoor. Een medewerker van kantoor in bezit van spw diploma kan binnen 15 min op de locatie zijn als dat noodzakelijk is. 20 Voorschoolse opvang: Op locatie Tweespan wordt voorschoolse opvang geboden aan de kinderen t Want. De kinderen worden door hun ouders bij de BSO in Heenvliet gebracht,deze BSO is gevestigd in basisschool de Tweespan. Bloemendeale 2.

11 Er vindt (indien mogelijk) overdracht plaats tussen ouders en leidster die aanwwezig is. De kinderen mogen dan even rustig hun meegebrachte boterham opeten of even spelen. De kinderen van Zwartewaal worden door een leidster opgehaalt en weggebracht uur: de kinderen worden naar de groep gebracht. De kinderen van groep 1 en 2 worden geholpen met jassen ophangen en naar binnen gaan. De kinderen van groep 3 t/m 8 gaan zelfstandig naar hun groep. 21 Naschoolse opvang: uur Er wordt door de leidsters bekeken hoeveel, en welke kinderen er deze dag opgehaald moeten worden en wie er zelfstandig naar de BSO komt Er is een kort overleg tussen de leidsters en de stagiaire, wat voor activiteiten worden er aangeboden en aan welke kinderen. Welke leidster is verantwoordelijk voor welke activiteit en wat is hun taak voor deze middag. Als de stagiaire een opdracht wil (moet) doen wordt deze besproken en eventueel begeleid. Als er groepshulpen zijn op de locatie kunnen deze ook betrokken worden in de activiteiten. ( voorbereidende werkzaamheden.) uur De kinderen van de groepen 1 t/m 3worden bij de groep opgehaald. Wij streven ernaar om dagelijks dezelfde leidster dezelfde groep te hebben voor het ophalen van de kinderen. Duidelijk voor de kinderen en voor de school uur Komen de kinderen aan bij het bso lokaal, dan worden de jassen en tassen opgehangen aan de kapstok bij het Bso lokaal. Daarna plassen, handenwassen en aan tafel gaan zitten op een stoel. We gaan drinken en eten fruit met de kinderen. De leidster controleert nogmaals of alle kinderen aanwezig zijn. Daarna kunnen de kinderen kiezen voor een activiteit. De activiteiten worden aangeboden in de bso lokalen maar de kinderen kunnen ook onder begeleiding naar buiten.. Er worden activiteiten aangeboden voor de verschillende leeftijden. De kinderen kunnen ook in overleg naar een vereniging of sportclub gaan uur Kinderen ruimen de activiteit op waar ze mee bezig zijn en gaan

12 nog even vrij spelen of een boekje lezen. De leidster schrijft de overdracht. De leidster doet de overdracht naar ouder(s). daarna wordt de ruimte schoongemaakt De schoonmaaklijsten worden ingevuld. Alle leidsters + stagiaire zijn verantwoordelijk voor alle ruimten uur: worden de ruimten gecontroleerd of de ramen en deuren gesloten zijn. De locatie wordt afgesloten en het alarm ingeschakeld. Zie afsluitprotocol. Vergeet niet te controleren of iedereen weg is. 22 Schoonmaakregels, Elke Dag Werkzaamheden voor de groep, 08:00 uur Kinderen bij de locatie heenvliet ophalen. 17:00 uur Vuilnis weggooien en vuilnisbak schoonmaken Tafels en stoelen schoonmaken. De aangebroken voedingsmiddelen voorzien van openingsdatum. Toilet schoonmaken Keuken opruimen, afwassen, aanrecht schoon maken en de vloer Vloer stofzuigen/zwifferen. Op donderdag stoelen omhoog zodat er vrijdag gedweilt kan worden uur Sluit ramen en deuren controleer of iedereen weg is en zet het alarm aan.

13 EXTRA werkzaamheden: Speelgoedbakken uitzoeken. Defect speelgoed weggooien en vermelden in de overdracht Speelgoed en bakken schoonmaken Verkleedkleren wassen Luizenzakken wassen Verfpotten/kwasten/schorten schoonmaken/wassen Kasten opruimen en schoonmaken Magazijn/schuur opruimen en schoonmaken Koelkast schoonmaken Controleren op producten over de datum Keuken opruimen en schoonmaken Zie schoonmaaklijsten. 23. Leefregels, Wij lopen in de gangen en bij de BSO,rennen doen we buiten. Spelen doen we in de BSO ruimte of buiten, niet in de gangen of bij de deur. Ballen daar spelen we buiten of in de gymzaal mee. We gooien niet met speelgoed of andere materialen. We klimmen niet op stoelen,tafels en kasten. Afval doen we netjes in de daarvoor aanwezige afvalbakken. Na toilet bezoek wassen we altijd onze handen met zeep en water en gebruiken papieren handboekjes om onze handen te drogen. Als we moeten hoesten houden we netjes onze elleboog voor onze mond. We praten op normalen toon met elkaar,we gillen niet en noemen elkaar bij de voornaam.

14 Wanneer we klaar zijn met spelen,ruimen we alles op waar het hoort. We gaan nog niet met iets nieuws spelen als het vorige nog niet opgeruimd is Tijdens het eten of drinken lopen we niet zonder toestemming van de tafel. We duwen en trekken niet aan elkaar. 24. Leefregels buiten, We houden rekening met elkaar zodat we niet botsen. Rennen doen we op het plein niet tussen de speeltoestellen. We blijven op het schoolplein zonder toestemming van de leidster verlaten we niet het schoolplein. We klimmen niet over of op het hek. De tafeltennistafel is NIET om op te zitten. Tijdens het skeeleren dragen we bescherming op de knieën, elleboog en pols. Wanneer er een bal op het dak gaat halen we die er niet zelf af. Ik mag zelfstandig naar de speeltuin als ik daarvoor toestemming heb van mijn ouders Gebruiken de materialen alleen waarvoor ze bedoelt zijn,tennisracket om te tennissen enz.

15