1. Procedure. Tabel 1: vergunde situatie. Ammoniakemissie Geuremissie Fijn stofemissie Ammoniakemissiefactor. Geur- Emissiefacto r OU/sec/dier

Transcriptie

1 Zaaknumme : Vegunninghoude : L.J.J. Hatzmann Pojectomschijving : het doen van een bepekte milieutoets t.b.v. het bouwen van een kapschuu 1. Pocedue 1.1 Pojectbeschijving De voogenomen veandeing heeft betekking op het veandeen van de voomalige melkvee- en vakenshoudeij in een vleeskalveen- en geitenhoudeij. Daanaast zal e een wektuigenbeging woden gebouwd. Gelet op bovenstaande omschijving wodt een vegunning gevaagd voo de volgende activiteiten genoemd in atikel 2.2.a van het Bo: eeste lid onde d en i (activiteit, bedoeld in categoie 14, van ondedeel D van de bijlage bij het Besluit milieueffectappotage); OBM voo het aspect MeR-beoodeling - het opichten, wijzigen of uitbeiden van een installatie voo het houden van 275 vleesundeen; - het opichten, wijzigen of uitbeiden van een installatie voo het houden van 310 geiten Huidige vegunningsituatie Voo de inichting is op 19 juli 2012 een omgevingsvegunning milieu veleend voo de gehele inichting voo het in weking hebben van een melkvee- en vakenshoudeij. Tabel 1: vegunde situatie Diecategoie / huisvestingssystee Rav-code m A4.100 Vleeskalveen tot 8 maanden, oveig A A 3 Melk- en kalfkoeien, oveig met beweiding Vouwelijk jongvee tot 2 jaa, oveig Aanta l diee n Ammoniakemissie Geuemissie Fijn stofemissie Ammoniakemissiefacto kg NH 3/diepl/j ammonia k kg NH 3/j 125 3,5 437, ,35 864, ,1 1291, ,5 Geu- Emissiefacto OU/sec/die Totaa l geu Units totaal 35, Fijn stofemissiefacto g/die/j Totaa l fijn stof kg/j

2 1.3. Bevoegd gezag Bugemeeste en wethoudes van de gemeente Midden-Denthe zijn het bevoegd gezag voo de inichting Dit volgt uit atikel 2.4 eeste lid 1 van de Wabo. De activiteiten van de inichting zijn genoemd in Bijlage I ondedeel C van het Bo, waaonde: categoie 1.1 (aanwezigheid elektomotoen, vebandingsmotoen en voozieningen/installaties voo het vestoken van bandstoffen); categoie 5.1 (opslag diesel in bovengondse tank); categoie 7.1 onde a (opslaan van dielijke meststoffen); categoie 8.1 onde a (houden van dieen). Deze OBM heeft geen betekking op activiteiten die binnen de inichting plaatsvinden, die deel uitmaken van een IPPC-installatie Volledigheid van de aanvaag en opschoting pocedue Na ontvangst van de aanvaag is deze getoetst op volledigheid. De aanvaag bevat voldoende infomatie voo een goede beoodeling van de gevolgen van de activiteit op de fysieke leefomgeving. De aanvaag is dan ook in behandeling genomen. Voo de behandeling van de aanvaag is de eguliee voobeeidingspocedue van paagaaf 3.2 van de Wabo van toepassing. Tevens is de aanvaag getoetst aan het Bo, het Mo en atikel 8.41 a Wet milieubehee. De ontvangst van de aanvaag is op 31 juli 2018 bevestigd Advies In de Wabo en het Bo woden bestuusoganen vanwege hun specifieke deskundigheid of betokkenheid aangewezen als adviseu. Gelet op het bepaalde in atikel 2.26 Wabo juncto atikel 6.1 van het Bo, is geen advies gevaagd Activiteitenbesluit milieubehee Op gond van atikel 8.41a van de Wet milieubehee moet een melding op gond van atikel 1.10 van het Activiteitenbesluit milieubehee gelijktijdig met de aanvaag om een omgevingsvegunning woden ingediend indien het poject activiteiten bevat waavoo ook een melding is veeist. Bij de ondehavige aanvaag om een omgevingsvegunning is tevens een melding op gond van atikel 1.10 van het Activiteitenbesluit milieubehee gedaan. Op gond van atikel 5.13a van het Bo mogen aan de omgevingsvegunning met bepekte milieutoets geen vooschiften woden vebonden. Voo de m.e..-obm ligt dit echte andes (zie inhoudelijke ovewegingen onde hoofdstuk 2). Nadat deze vegunning is veleend, zijn op de activiteit de algemene egels van het Activiteitenbesluit van toepassing.

3 2 Inhoudelijke ovewegingen 2.1 Pojectomschijving De voogenomen veandeing is samengevat in ondestaande tabel. Tabel: gewenste situatie Diecategoie / huisvestingssystee m Zoogkoeien > 2 jaa, oveig Jongvee < 2 jaa Vleeskalveen tot 8 mnd, oveig Geiten > 1 jaa, oveig Opfokgeiten 61 dagen 1 jaa Opfokgeiten 0 t/m 60 dagen Aanta l diee n Ammoniakemissie Geuemissie Fijn stofemissie Ravcode Stal 1 A A en A en C C C Ammoniakemissiefacto kg NH 3/diepl/j ammonia k kg NH 3/j 10 4, ,4 26, ,5 962, , , , ,9 Geu- Emissiefacto OU/sec/die geu Units totaal 35, , ,3 1977, 5 5,7 199, Fijn stofemissiefacto g/die/j fijn stof kg/j Omgevingsvegunning bepekte milieutoets (OBM) fijn stof Op gond van atikel 5.13b, zesde lid, van het Bo moet de aangevaagde omgevingsvegunning woden geweiged in het geval de activiteiten leiden tot een oveschijding van de genswaaden bedoeld in bijlage 2 van de Wet milieubehee (de Wet luchtkwaliteit). Als e spake is van de activiteit als bedoeld in atikel 2.1 lid 1 onde i Wabo, moet de omgevingsvegunning woden geweiged als spake is van de bij de categoie behoende weigeingsgond als bedoeld in at. 5.13b Besluit omgevingsecht (Bo). De aanvaag heeft betekking op de in atikel 2.2a lid 4 onde a 4ᴼ Bo bedoelde categoie van activiteiten die van invloed kunnen zijn op de fysieke leefomgeving. Dit beteft het houden van 500 landbouwhuisdieen andes dan pluimvee en gespeende biggen. Op gond van at. 5.13b lid 6 Bo moet de vegunning geweiged moet woden als de activiteit leidt tot een oveschijding van de genswaaden voo zwevende deeltjes (PM10), bedoeld in bijlage 2, vooschift 4.1 van de Wet milieubehee, voo zove de veplichting tot het in acht nemen daavan is vastgelegd bij of kachtens atikel 5.16 van die wet. Een toetsing of deze weigeingsgonden aanwezig zijn heeft plaatsgevonden. Omdat e 275 vleeskalveen woden gehouden en 310 geiten, dient het bedijf een OBM voo het aspect luchtkwaliteit (fijn stof) in te dienen op gond van atikel 2.1a lid 4 onde a, ondedeel 4 van het Besluit omgevingsecht (BOR).

4 BBT dieenveblijven voo zwevende deeltjes Toetsingskade Voo zove het de toepassing van de Beste Beschikbae Technieken in de dieenveblijven beteft, is de aanvaag getoetst aan het Besluit emissieame huisvesting, de Wabo (atikel 2.22, dede lid) en het Bo (atikelen 5.3 en 5.4). Voo diecategoieën waavoo het edelijk is om emissie-eisen te stellen voo zwevende deeltjes (PM10) zijn maximale emissiewaaden opgenomen in het Besluit emissieame huisvesting. Het besluit geeft een goed beeld van de 'stand de techniek'. Het pincipe van het besluit is dat alleen huisvestingssystemen met een emissiefacto die lage is dan of gelijk is aan de maximale emissiewaade zijn toegestaan. De diecategoie en het tijdstip waaop het dieenveblijf is opgeicht bepalen of en welke maximale emissiewaade van toepassing is. Wannee een huisvestingsysteem voldoet aan de in het Besluit emissieame huisvesting gestelde eisen kan evan woden uitgegaan dat dit huisvestingsysteem een voo de inichting in aanmeking komende BBT is. Wannee op basis van dit besluit geen maximale emissiewaade van toepassing is moet elk huisvestingssysteem woden aangemekt als de BBT. Voo de diecategoieën vleeskalveen en geiten gelden geen maximale emissiewaade. De voogestelde huisvestingssystemen voldoen daamee aan de eis van het toepassen van BBT. Voo melk- en kalfkoeien en vouwelijk jongvee gelden geen maximale emissiewaaden. De voogestelde huisvestingssystemen in stal 1 en 2 voldoen daamee aan de eis van het toepassen van de BBT. Conclusie De dieenveblijven voldoen daamee voo het ondedeel zwevende deeltjes aan de eisen van het Besluit emissieame huisvesting. Luchtkwaliteitseisen Toetsingskade Op gond van atikel 5.13b, zesde lid, van het Bo moet de aangevaagde omgevingsvegunning woden geweiged in het geval de activiteiten leiden tot een oveschijding van de genswaaden bedoeld in bijlage 2 van de Wet milieubehee (de Wet luchtkwaliteit). In Titel 5.2 Wet milieubehee en de bijbehoende bijlage 2 bij de Wet milieubehee zijn gens- en ichtwaaden gesteld aan de concentaties van een aantal stoffen in de buitenlucht op leefniveau, die als toetsingsciteia woden gehanteed. De genswaaden hebben betekking op de stoffen zwaveldioxide, stikstofdioxide, zwevende deeltjes (PM2,5 en PM10), lood, koolmonoxide en benzeen. Tevens is in deze bijlage een ichtwaade voo ozon gedefinieed en zijn ichtwaaden gegeven voo het totale gehalte in de PM10 factie voo aseen, cadmium, nikkel en benzo(a)pyeen.

5 Toetsing De meest elevante luchtkwaliteitseisen voo agaische inichtingen hebben betekking op zwevende deeltjes (PM2,5 en PM10). De stof stikstofdioxide komt voonamelijk vij bij vebandingspocessen. Gezien de activiteiten van de inichting kan woden gesteld dat geen of nauwelijks stikstofdioxide wodt uitgestoten. De andee genoemde stoffen (zwaveldioxide, lood, koolmonoxide, benzeen en ozon) zijn niet elevant bij een agaisch bedijf. Aan de genswaaden die voo deze stoffen zijn vastgesteld, is niet getoetst. Gezien de aad van de inichting (veehoudeij) zullen deze niet woden ovescheden. Voo zwevende deeltjes zijn de volgende genswaaden opgenomen: - 24 uugemiddelde genswaade van 50 g/nm 3 voo PM10, waabij geldt dat deze maximaal 35 kee pe jaa mag woden ovescheden; - jaagemiddelde genswaade van 40 g/nm 3 voo PM10; - jaagemiddelde genswaade van 25 g/nm 3 voo PM2,5. Uit toetsing blijkt dat de fijn stof emissie niet toeneemt ten opzichte van de geldende vegunning. De vemindeing bedaagt gam pe jaa. Conclusie Op basis van vespeidingsbeekeningen kan woden geconcludeed dat wodt voldaan aan de genswaaden in Bijlage 2 van de Wet milieubehee voo zwevende deeltjes. Luchtkwaliteit (fijn stof) vomt geen eden de gevaagde vegunning te weigeen. 2.3 Omgevingsvegunning bepekte milieutoets (OBM) M.e. Een belangijk element in het Besluit m.e.. is het indicatief maken van de dempelwaaden in kolom 2 in de D-lijst. Ook voo activiteiten onde deze dempelwaade moet het bevoegd gezag een toets uitvoeen. Voo deze toets wodt de tem vom-vije m.e.. -beoodeling gehanteed. Op 19 juli 2018 is doo het college van bugemeeste en wethoudes van de gemeente Midden- Denthe besloten dat e geen bijzondee omstandigheden zijn, die het uitvoeen van een milieu effectappotage nodig maken. De gevaagde vegunning kan dan ook voo dit aspect woden veleend. 2.4 Conclusie Vanuit het toetsingskade dat betekking heeft op de OBM zijn e geen edenen om de omgevingsvegunning te weigeen. Omdat dit voo deze activiteit niet is toegestaan, zijn e in deze vegunning geen vooschiften vebonden aan deze activiteit.