Factsheet: NL07_0001 Grenskanaal

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Factsheet: NL07_0001 Grenskanaal"

Transcriptie

1 Factsheet: NL07_0001 Grenskanaal -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Grenskanaal Code: NL07_0001 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Montferland, Oude IJsselstreek Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Grenskanaal Code waterlichaam: NL07_0001 pagina 1 van 263

2 Karakterschets: Het waterlichaam Grenskanaal behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het watersysteem behoort tot het waterlichaam type R5: langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Het Grenskanaal is in gezamenlijk beheer bij Waterschap Rijn en IJssel en het Deichverband Bislich-Landesgrenze. Het waterlichaam valt binnen de gemeenten Montferland en Oude IJsselstreek. Het waterlichaam ligt in de provincie Gelderland. Het waterlichaam Grenskanaal heeft een lengte van 14 kilometer en een stroomgebied van 2684 hectare. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. De watergang vindt zijn oorsprong in het stroomgebied van het Grenskanaal in Duitsland en mondt uit in de Oude Rijn. Om het peil te regelen zijn in de Grenskanaal twee regelbare stuwen geplaatst. Deze stuwen zijn niet vispasseerbaar. In het waterlichaam Grenskanaal wordt per peilvak één vast maximum streefpeil gehanteerd, met behulp van de stuwen. Het waterlichaam Grenskanaal is niet het gehele jaar watervoerend. Tijdens droge periodes vallen de bovenstroomse delen van de watergangen droog. Er zijn geen RWZI s of IBA s in het stroomgebied, ook niet in Duitsland. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Grenskanaal Code waterlichaam: NL07_0001 pagina 2 van 263

3 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Motivering: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Naam waterlichaam: Grenskanaal Code waterlichaam: NL07_0001 pagina 3 van 263

4 Beschouwde alternatieven: Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect regulering waterbeweging regulering waterbeweging regulering waterbeweging wateroverdracht stroomgebieden (wateraanvoer en/of waterafvoer) verlies oeverzones en overstromingsvlaktes barrières (niet of moeilijk (vis)passeerbare gemalen, stuwen, dammen etc.) Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Vis, Stikstof, Zuurstofverzadiging Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Vis Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Vis overige belastingen uitheemse dieren/planten Overig Macrofauna, Vis overige belastingen bovenstroomse aanvoer (voorbelasting buitenland) Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Vis, Stikstof, Zuustrofverzadiging Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose 2021 (geen normoverschrijdingen) (geen normoverschrijdingen) Motivering chemische toestand: Er zijn geen norm overschrijdende stoffen aangetroffen in het Grenskanaal. Naam waterlichaam: Grenskanaal Code waterlichaam: NL07_0001 pagina 4 van 263

5 Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,30 ontoereiken Overige waterflora (EKR) 0,25 E- E- Vis (EKR) 0,30 ontoereiken matig Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 E- matig DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 (geen normoverschrijdingen) Naam waterlichaam: Grenskanaal Code waterlichaam: NL07_0001 pagina 5 van 263

6 Motivering ecologische toestand: De macrofauna voldoet bijna aan het GEP. De verwachting is dat het GEP voor macrofauna in 2021 wel gehaald wordt door verbetering in het beheer en onderhoud en overige generieke maatregelen. Vis voldoet nog niet maar hier worden in de komende planperiode maatregelen voor genomen. Lozingen van stadwater hebben invloed op de ecologie hier is echter niks aan te doen. Schijnbare achteruitgang vis: Sinds de beoordeling bij de aanvang van de vorige planperiode zijn de maatlatten waarmee de toestand wordt bepaald aangepast. Dit heeft er toe geleid dat er na toetsing met nieuwe maatlatten voor vis een slechtere score is bepaald dan bij de eerste beoordeling. In de praktijk blijkt de werkelijke toestand na toetsing met de oude maatlatten niet te zijn verslechterd. Schijnbare achteruitgang stikstof: Sinds de beoordeling bij de aanvang van de vorige planperiode zijn de normen waaraan de toestand wordt bepaald aangepast. Dit heeft er toe geleid dat er na toetsing aan de nieuwe normen een slechtere score is bepaald dan bij de eerste beoordeling. In de praktijk blijkt de werkelijke toestand juist te zijn verbeterd. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet Ecologie Totaal ontoereiken* ontoereiken Biologie ontoereiken* ontoereiken Fysische chemie E- * Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Maatregelen gepland voor de periode Oorspronkelijke naam: Stuwen vispasseerbaar maken Omvang: 5 stuks SGBP omschrijving: vispasseerbaar maken kunstwerk Initiatiefnemer: Waterschap Rijn en IJssel ism Duitse partners. Andere richtlijn: Toelichting: De lander, Netterden, 's Heerenberg, Voorhuisen, Spijk Naam waterlichaam: Grenskanaal Code waterlichaam: NL07_0001 pagina 6 van 263

7 Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement stikstof totaal, Vis-kwaliteit stikstof totaal Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Fasering doelbereik vis: Uit onderzoek is gebleken dat het een aantal jaar kan duren voordat het ecosysteem zich volledig heeft aangepast aan een nieuwe situatie, bijvoorbeeld omdat het tijd kost voor bepaalde soorten om nieuw habitat te koloniseren. Om deze redenen worden effecten van getroffen maatregelen pas later zichtbaar. Geforceerd ingrijpen in de biologie zelf is voor zover al uitvoerbaar kostbaar en roept vaak veel maatschappelijke weerstand op. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Fasering doelbereik stikstof: Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Fasering doelbereik stikstof: Voor dit waterlichaam is bemesting door de landbouw de belangrijkste bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Hoewel het generieke mestbeleid significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Grenskanaal Code waterlichaam: NL07_0001 pagina 7 van 263

8 Factsheet: NL07_0002 Oude Rijn -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Oude Rijn Code: NL07_0002 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Duiven, Rijnwaarden, Zevenaar Type: Status: R6 (Langzaam stromend riviertje op zand/klei) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Oude Rijn Code waterlichaam: NL07_0002 pagina 8 van 263

9 Karakterschets: Het waterlichaam Oude Rijn behoort tot de KRW categorie meren. Het watersysteem behoort tot het waterlichaam type M3. Het waterlichaam Oude Rijn is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam valt binnen de gemeenten Rijnwaarden en Zevenaar. Het waterlichaam in de provincie Gelderland. Het waterlichaam, de Oude Rijn, heeft een lengte van 21,7 kilometer en een stroomgebied van 6546 hectare aan Nederlandse zijde. Het waterlichaam bestaat uit twee watergangen. De Oude Rijn wordt gevoed door het Grenskanaal (Duitse benaming Die Wild) die zich grotendeels op de grens tussen Nederland en Duitsland ligt. De Oude Rijn mondt uit in het Pannerdensch Kanaal. De Oude Rijn is het gehele jaar watervoerend. s Zomers kunnen wel afvoerloze perioden voor komen. In het stroomgebied van de Oude Rijn ligt geen RWZI. Er zijn binnendijks geen IBA s. Het gebied van de Oude Rijn kenmerkt zich door een afwisseling van geïsoleerde poelen en rivierarmen, stromend water en moeras. Het bestaat uit een complex van gedeeltelijk verlande stroombeddingen en meanderrichels van de Rijn.In het Rijnstrangengebied wateren meerdere peilgebieden via slootjes en kunstwerken af op de Oude Rijn. Bij hoge rivierstanden treedt kwel op vanuit de grote rivieren. Bij lage rivierstanden treedt wegzijging op. Beschermde gebieden: - Vogelrichtlijn Gelderse Poort (NL_VOG_67) Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Oude Rijn Code waterlichaam: NL07_0002 pagina 9 van 263

10 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Motivering: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Naam waterlichaam: Oude Rijn Code waterlichaam: NL07_0002 pagina 10 van 263

11 Beschouwde alternatieven: Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect regulering waterbeweging verlies oeverzones en overstromingsvlaktes Waterhuishouding (overig) Overige waterflora regulering waterbeweging versnelde waterafvoer Waterhuishouding (overig) Overige waterflora regulering waterbeweging barrières (niet of moeilijk (vis)passeerbare gemalen, stuwen, dammen etc.) Waterhuishouding (overig) Overige waterflora regulering waterbeweging sluis (ook gemaal): verlagen waterstand (peilbeheersing) Waterhuishouding (overig) - Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose 2021 (geen normoverschrijdingen) (geen normoverschrijdingen) Motivering chemische toestand: Er zijn geen chemische stoffen die de normen overschrijden. Naam waterlichaam: Oude Rijn Code waterlichaam: NL07_0002 pagina 11 van 263

12 Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,60 E- E- Overige waterflora (EKR) 0,40 E- Vis (EKR) 0,60 E- E- Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,15 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,80 E- E- DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 300 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier M3) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 (geen normoverschrijdingen) Motivering ecologische toestand: In het waterlichaam Oude Rijn voldoet overige waterflora (0,39) bijna aan het GEP 0,40. De verwachting is dat het GEP in 2021 gehaald zal worden. Schijnbare achteruitgang Overige waterflora: Sinds de beoordeling bij de aanvang van de vorige planperiode zijn de maatlatten waarmee de toestand wordt bepaald aangepast. Dit heeft er toe geleid dat er na toetsing met nieuwe maatlatten voor overige waterflora een slechtere score is bepaald dan bij de eerste beoordeling. In de praktijk blijkt de werkelijke toestand na toetsing met de oude maatlatten juist te zijn verbeterd ten opzichte van Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype of splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Naam waterlichaam: Oude Rijn Code waterlichaam: NL07_0002 pagina 12 van 263

13 Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet Ecologie Totaal E- * Biologie E- * Fysische chemie E- * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet * C-voldoet Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Maatregelen opgevoerd in SGBP 2009 voor de periode t/m 2015 Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: N Rijnstrangen gewenste grond- en oppervlaktewaterregime Rijn en IJssel Voortgang: ha Motivering: Uitgevoerd: Het GGOR-onderzoek is uitgevoerd. Toelichting: Inrichting Rijnstrangen tbv voldoen aan N2000 doelstellingen NB Kosten zijn ingeschat door Provincie Gelderland Omvang: ha Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Stuwen vispasseerbaar maken vispasseerbaar maken kunstwerk Rijn en IJssel Voortgang: stuks Motivering: Omvang: In uitvoering: 1 Naar verwachting gerealiseerd in de periode 2014 t/m Toelichting: Oude Rijn. Stuw Erfkamerlingschap. Uitvoering door Staatsbosbeheer. Maatregelen gepland voor de periode stuks Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Andere richtlijn: Toelichting: Stuwen vispasseerbaar maken vispasseerbaar maken kunstwerk Waterschap Rijn en IJssel Omvang: 1 stuks Vispasseerbaar maken Kandia (verbinding met de Pannerdenskanaal) in samenwerking met Rijkswaterstaat. Naam waterlichaam: Oude Rijn Code waterlichaam: NL07_0002 pagina 13 van 263

14 Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.4 KRW. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Oude Rijn Code waterlichaam: NL07_0002 pagina 14 van 263

15 Factsheet: NL07_0003 Wijdewetering-Zevenaarsewetering -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Wijdewetering-Zevenaarsewetering Code: NL07_0003 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Duiven, Zevenaar Type: Status: M3 (Gebufferde (regionale) kanalen) Kunstmatig Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Wijdewetering-Zevenaarsewetering Code waterlichaam: NL07_0003 pagina 15 van 263

16 Karakterschets: Het waterlichaam Wijde Wetering-Zevenaarse Wetering behoort tot de KRW categorie Meren. Het waterlichaam behoort tot het waterlichaam type M3: gebufferde (regionale) kanalen. Het waterlichaam Wijde Wetering-Zevenaarse Wetering is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam valt binnen de gemeenten Westervoort, Duiven en Zevenaar. Ten slotte ligt het waterlichaam in de provincie Gelderland. Het waterlichaam, de Wijde Wetering-Zevenaarse Wetering, heeft een lengte van 12,8 kilometer en een stroomgebied van 6644 hectare. Het waterlichaam bestaat uit twee watergangen. De watergangen vinden hun oorsprong in het stroomgebied van de Wijdewetering en de Zevenaarsewetering en monden uit in de IJssel. Om het peil te regelen zijn in de Wijde Wetering-Zevenaarse Wetering 15 stuwen geplaatst. Geen van de stuwen zijn vispasseerbaar. In het waterlichaam Wijde Wetering-Zevenaarse Wetering wordt per peilvak één vast minimum streefpeil gehanteerd, met behulp van de stuwen. De Wijde Wetering-Zevenaarse Wetering is voor het grootste deel het gehele jaar watervoerend. Echter vallen tijdens droge periodes de bovenstroomse delen van de watergangen droog. De Wijde Wetering-Zevenaarse Wetering werkt hoofdzakelijk drainerend. In het stroomgebied ligt de RWZI Nieuwgraaf. Deze RWZI loost zijn effluent echter direct op de IJssel. Er is daardoor geen beïnvloeding van deze RWZI op de Wijde Wetering-Zevenaarse Wetering. Beschermde gebieden: - Vogelrichtlijn Uiterwaarden IJssel (NL_VOG_38) Status: Kunstmatig Het waterlichaam is door mensen gegraven op een plaats waar voorheen geen water was. 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen door landbouwgronden Landbouw Macrofauna regulering waterbeweging verlies oeverzones en overstromingsvlaktes Waterhuishouding (overig) Macrofauna Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose 2021 (geen normoverschrijdingen) (geen normoverschrijdingen) Naam waterlichaam: Wijdewetering-Zevenaarsewetering Code waterlichaam: NL07_0003 pagina 16 van 263

17 Motivering chemische toestand: Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam koper als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof is koper niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de norm. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,60 Overige waterflora (EKR) 0,50 E- Vis (EKR) 0,60 E- E- Fytoplankton (EKR) 0,60 E- * E- * Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,15 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,80 E- E- DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 300 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) 0,65 Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier M3) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 (geen normoverschrijdingen) Motivering ecologische toestand: Het waterlichaam Wijdewetering-Zevenaarsewetering scoort door afronding (score is 0,5 en GEP is 0,5)onvoldoende op overige waterflora. Het GEP voor vis wordt op 0,01 niet gehaald waardoor ook hier een matige score te zien is. De verwachting is dat het GEP in 2021 gehaald wordt. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Naam waterlichaam: Wijdewetering-Zevenaarsewetering Code waterlichaam: NL07_0003 pagina 17 van 263

18 Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet Ecologie Totaal * Biologie * Fysische chemie * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet * Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.4 KRW. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Naam waterlichaam: Wijdewetering-Zevenaarsewetering Code waterlichaam: NL07_0003 pagina 18 van 263

19 Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Wijdewetering-Zevenaarsewetering Code waterlichaam: NL07_0003 pagina 19 van 263

20 Factsheet: NL07_0004 Didamse Wetering -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Didamse Wetering Code: NL07_0004 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Type: Status: M3 (Gebufferde (regionale) kanalen) Kunstmatig Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Bronckhorst, Doesburg, Doetinchem, Montferland, Zevenaar Nee Naam waterlichaam: Didamse Wetering Code waterlichaam: NL07_0004 pagina 20 van 263

21 Karakterschets: Het waterlichaam Didamse Wetering behoort tot de KRW categorie Meren. Het watersysteem behoort tot het waterlichaam type M3: gebufferde (regionale) kanalen. Het waterlichaam Didamse Wetering is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam ligt in de Provincie Gelderland en valt binnen de gemeenten Montferland, Doesburg, Bronckhorst, Zevenaar en Doetinchem. Het waterlichaam Didamse Wetering, heeft een lengte van 26,5 kilometer en een stroomgebied van 9,192 hectare. Het waterlichaam bestaat uit twee hoofdwatergangen: de HengelderLeigraaf/Didamse Wetering en de Didamse Leigraaf. Bij het gemaal Bevermeer komen de Didamse Wetering en de Didamse Leigraaf samen, waarna ze via het Broekhuizerwater uitmonden in de IJssel. Het waterlichaam Wehlse Beek komt uit op de Didamse Leigraaf, de oostelijke hoofdwatergang van het waterlichaam Didamse Wetering. Het stroomgebied ontvangt deels water uit Duitsland. Om het peil te regelen zijn in het waterlichaam de Didamse Wetering twaalf stuwen geplaatst, waarvan tien regelbaar en twee vast. Geen van de stuwen zijn vispasseerbaar. In het waterlichaam Didamse Wetering wordt via de regelbare stuwen een streefpeil gehandhaafd en bij de overige stuwen zal bij hogere afvoeren een hoger peil ontstaan. Het gehele waterlichaam Didamse Wetering is niet het gehele jaar watervoerend. Tijdens droge periodes vallen de bovenstroomse delen zoals de Hengelder Leigraaf, van de watergangen droog. De Didamse Wetering werkt hoofdzakelijk drainerend. In het stroomgebied van de Didamse Wetering ligt geen RWZI. Er zijn geen IBA s. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Kunstmatig Het waterlichaam is door mensen gegraven op een plaats waar voorheen geen water was. 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen door landbouwgronden Landbouw Overige waterflora, Stikstof, Ammonium regulering waterbeweging oeververdediging, duikers, overkluizing, kribben Waterhuishouding (overig) Overige waterflora overige belastingen intensief beheer en onderhoud (incl. oevers) Waterhuishouding (overig) Overige waterflora Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Naam waterlichaam: Didamse Wetering Code waterlichaam: NL07_0004 (geen normoverschrijdingen) pagina 21 van 263

22 Prognose 2021 (geen normoverschrijdingen) Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. De normoverschrijding van ammonium wordt waarschijnlijk veroorzaakt door de landbouw. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,60 E- Overige waterflora (EKR) 0,50 E- matig Vis (EKR) 0,60 E- E- Fytoplankton (EKR) 0,60 E- E- * Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,15 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,80 matig DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 300 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) 0,65 E- Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier M3) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand ammonium (NH4) Naam waterlichaam: Didamse Wetering Code waterlichaam: NL07_0004 pagina 22 van 263

23 Motivering ecologische toestand: Het waterlichaam Didamse Wetering scoort onvoldoende op Overige waterflora. Het is nog niet duidelijk waardoor dit komt. Wel vindt door neerslag afspoeling plaats van rijke kleigronden. De gemeten waarden aan stikstof overschrijden de norm. Diffuse bronnen vanuit de landbouw zijn de belangrijkste belasting. Schijnbare achteruitgang overige waterflora: Sinds de beoordeling bij de aanvang van de vorige planperiode zijn de maatlatten waarmee de toestand wordt bepaald aangepast. Dit heeft er toe geleid dat er na toetsing met nieuwe maatlatten voor overige waterflora een slechtere score is bepaald dan bij de eerste beoordeling. In de praktijk blijkt de werkelijke toestand na toetsing met de oude maatlatten juist te zijn verbeterd ten opzichte van Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet Ecologie Totaal * Biologie * Fysische chemie * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet * C-voldoet nie Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Naam waterlichaam: Didamse Wetering Code waterlichaam: NL07_0004 pagina 23 van 263

24 Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement stikstof totaal, Overige waterflora, Overige relevante verontreinigende stoffen stikstof totaal, Overige waterflora, Overige relevante verontreinigende stoffen Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Voor dit waterlichaam is bemesting door de landbouw de belangrijkste bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Hoewel het generieke mestbeleid significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Didamse Wetering Code waterlichaam: NL07_0004 pagina 24 van 263

25 Factsheet: NL07_0005 Wehlsebeek -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Wehlsebeek Code: NL07_0005 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Bronckhorst, Doetinchem Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Wehlsebeek Code waterlichaam: NL07_0005 pagina 25 van 263

26 Karakterschets: Het waterlichaam Wehlse Beek behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het watersysteem behoort tot het waterlichaam type R5: langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Het waterlichaam Wehlse Beek is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam valt binnen de gemeenten Doetinchem, Bronckhorst, Montferland. Ten slotte ligt het waterlichaam in de provincie Gelderland. Het waterlichaam, de Wehlse Beek, heeft een lengte van 5,9 kilometer en een stroomgebied van 2168 hectare. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. De watergang vindt zijn oorsprong in het stroomgebied van de Wehlse Beek en mondt uit in de Hoge Leiding en vervolgens in de IJssel. Om het peil te regelen is in de Wehlse Beek één regelbare stuw geplaatst. Deze stuw is niet vispasseerbaar. In het waterlichaam Wehlse Beek wordt per peilvak één vast maximum streefpeil gehanteerd, met behulp van de stuw. De Wehlse Beek is het gehele jaar watervoerend en tijdens droge periodes vallen de bovenstroomse delen van de watergangen niet droog. In het stroomgebied van de Wehlse Beek ligt één RWZI (Wehl).Er zijn een paar IBA s. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Aankoppelen van beektrajecten/aanleg nevengeul in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hermeandering beken in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Wehlsebeek Code waterlichaam: NL07_0005 pagina 26 van 263

27 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Naam waterlichaam: Wehlsebeek Code waterlichaam: NL07_0005 pagina 27 van 263

28 Motivering: Aankoppelen van beektrajecten / aanleg nevengeul in agrarisch gebied Het aantakken van beektrajecten of de aanleg van nevengeulen in landbouwgebied heeft als gevolg dat areaal dat in gebruik is bij (intensieve) landbouw moet worden vrijgemaakt ten behoeve van beektrajecten / nevengeulen. Hierdoor gaat areaal voor landbouw verloren. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een redelijke prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hermeanderen beken in agrarisch gebied Het hermeanderen van beken heeft als doel meer variatie te creëren in het stromingspatroon en substraat van beken. Om dit te realiseren en eventuele negatieve effecten op de waterhuishouding te compenseren, moet areaal worden vrijgemaakt ten behoeve van het verleggen van de beek en wellicht voor mogelijke inundaties die zullen plaatsvinden vanwege het gewijzigde profiel. Hierdoor gaat areaal voor de landbouw verloren, dat in het dichtbevolkte Nederland slechts beperkt en tegen relatief hoge kosten beschikbaar is. Bovendien worden inundaties vanwege de water- / slibkwaliteit op veel plaatsen uit milieuoverwegingen ongewenst geacht. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een acceptabele prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door Naam waterlichaam: Wehlsebeek Code waterlichaam: NL07_0005 pagina 28 van 263

29 Beschouwde alternatieven: stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect puntbronnen rioolwaterzuiveringsinstallaties Afvalwaterzuivering Vis, Stikstof, Ammonium diffuse bronnen door landbouwgronden Landbouw Vis, Stikstof, Ammonium Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose 2021 (geen normoverschrijdingen) (geen normoverschrijdingen) Naam waterlichaam: Wehlsebeek Code waterlichaam: NL07_0005 pagina 29 van 263

30 Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Belangrijkste bron van ammonium in de Wehlse beek is waarschijnlijk landbouw. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,35 E- E- Overige waterflora (EKR) 0,45 E- Vis (EKR) 0,20 E- ontoereiken ntoereiken Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 ontoereiken E-slecht slecht DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) ontoereiken E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand ammonium (NH4) Naam waterlichaam: Wehlsebeek Code waterlichaam: NL07_0005 pagina 30 van 263

31 Motivering ecologische toestand: Het waterlichaam Wehlsebeek voldoet nog niet aan het GEP voor vissen. Dit is mogelijk te wijten aan de RWZI die een lager zuurstofgehalte veroorzaakt. De slechte score op stikstof is echter niet te verklaren door de RWZI doordat het meetpunt voor stikstof bovenstrooms van de RWZI ligt. Schijnbare achteruitgang vis: De slechtere score voor vis ten opzichte van 2009 is deels te wijten aan de aangepaste maatlat. Sinds de beoordeling bij de aanvang van de vorige planperiode zijn de maatlatten waarmee de toestand wordt bepaald aangepast. Dit heeft er toe geleid dat er na toetsing met nieuwe maatlatten een slechtere score is bepaald dan bij de eerste beoordeling. Door deze aanpassing is een groot deel van de achteruitgang te verklaren. Echter blijkt in de praktijk blijkt de werkelijke toestand na toetsing met de oude maatlatten ook licht te zijn verslechterd. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet Ecologie Totaal * ontoereiken Biologie * ontoereiken Fysische chemie ontoereiken* E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet nie Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Naam waterlichaam: Wehlsebeek Code waterlichaam: NL07_0005 pagina 31 van 263

32 Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement stikstof totaal, Overige relevante verontreinigende stoffen, Vis-kwaliteit stikstof totaal, Overige relevante verontreinigende stoffen, Vis-kwaliteit Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Voor dit waterlichaam is bemesting door de landbouw een belangrijke bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Hoewel het generieke mestbeleid significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Voor dit waterlichaam is effluent van de RWZI een belangrijke bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Voor de zuivering van het afvalwater worden hoge kosten gemaakt. De verdere aanpak van de zuiveringsinstallatie is disproportioneel kostbaar. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Wehlsebeek Code waterlichaam: NL07_0005 pagina 32 van 263

33 Factsheet: NL07_0006 Oude IJssel -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Oude IJssel Code: NL07_0006 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Type: Status: R6 (Langzaam stromend riviertje op zand/klei) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Aalten, Bronckhorst, Doesburg, Doetinchem, Montferland, Oude IJsselstreek Nee Naam waterlichaam: Oude IJssel Code waterlichaam: NL07_0006 pagina 33 van 263

34 Karakterschets: Het waterlichaam Oude IJssel behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het watersysteem behoort tot het waterlichaam type R6 (Langzaam stromend riviertje op zand/klei). Het waterlichaam Oude IJssel is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam valt binnen de gemeenten Doesburg, Zevenaar, Doetinchem, Oude IJsselstreek, Montferland en Aalten. Ten slotte ligt het waterlichaam binnen de provincie Gelderland. Het waterlichaam de Oude IJssel heeft een lengte van 36,8 kilometer en een stroomgebied van hectare. Het waterlichaam bestaat uit twee watergangen de hoofdwatergang Oude IJssel en de Aastrang in het bovenstroomse gedeelte. Het waterlichaam vindt zijn oorsprong in Duitsland en mondt uit in de IJssel. Tweederde deel van het stroomgebied ligt in Duitsland. De kwaliteit wordt dus sterk bepaald door de aanvoer vanuit Duitsland. Om het peil te regelen zijn in de Oude IJssel vier stuwen aanwezig en één stuw in de Aastrang. De stuw te Ulft is vispasseerbaar ook stuw de Pol en de Kleefse Graaf worden voor het einde van 2015 vispasseerbaar gemaakt. Het is niet nodig de Oude IJssel te maaien. Er zijn weinig waterplanten als gevolg van diepte en stroming die niet optimaal is voor plantengroei. Voor de scheepvaart is voldoende waterdiepte nodig. De waterdiepte ter hoogte van Doesburg bedraagt vijf meter. De Oude IJssel is het gehele jaar watervoerend. In het stroomgebied van de Oude IJssel liggen 2 RWZI s (Etten en Dinxperlo). Er zijn een paar IBA s in Doetinchem. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Aankoppelen van beektrajecten/aanleg nevengeul in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Beperken van scheepvaart in grote kanalen Fal Tru Fal Fal Fal Fal Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hermeandering beken in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hermeandering beken in stedelijk gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen sluizen Fal Tru Fal Fal Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Oude IJssel Code waterlichaam: NL07_0006 pagina 34 van 263

35 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Motivering: Scheepvaart, met inbegrip van havenfaciliteiten, of recreatie Beperken van scheepvaart in grote kanalen De beroepsscheepvaart heeft een belangrijke economische functie in Nederland, niet alleen als sector op zichzelf, maar ook omdat veel bedrijfstakken afhankelijk zijn van aanvoer / afvoer van grondstoffen of producten per schip. Slechts een beperkt aantal wateren is toegerust op deze scheepvaartfunctie. Verminderen van de scheepvaart betekent dat het transport, gezien het economisch belang, op andere manieren plaats zal moeten vinden en dat sprake zal zijn van inkomstenderving voor de sector zelf. De alternatieven (meestal vervoer per weg) hebben in verhouding tot de scheepvaart een negatievere invloed op het milieu en leiden tot meer energieverbruik. Daarom wordt het beperken van scheepvaart vanwege deze effecten als schadelijk voor het milieu beschouwd. Verwijderen sluizen Sluizen zijn in het verleden aangelegd om de waterstand en de stroomsnelheid te reguleren op een zodanige wijze dat de passeerbaar voor schepen gewaarborgd blijft. Het verwijderen van de sluis heeft tot gevolg dat de waterstand stroomopwaarts van het kunstwerk wordt verlaagd en de waterdiepte wordt verkleind. De mogelijkheden voor de scheepvaart worden door deze ingreep beperkt. De alternatieven (meestal vervoer per weg) hebben in verhouding tot de scheepvaart een negatievere invloed op het milieu en leiden tot meer energieverbruik. Daarom wordt het beperken van scheepvaart vanwege deze effecten als schadelijk voor het milieu beschouwd. Door het verwijderen van sluizen kan tevens niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De oppervlaktewater- en grondwaterstand worden in een groot deel van het jaar lager en extreem lage standen houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Gebruiksfunctie: Motivering: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Naam waterlichaam: Oude IJssel Code waterlichaam: NL07_0006 pagina 35 van 263

36 Beschouwde alternatieven: Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect puntbronnen rioolwaterzuiveringsinstallaties Stikstof puntbronnen riooloverstorten Afwatering Stikstof, Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen diffuse bronnen door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen diffuse bronnen door landbouwgronden Landbouw Stikstof diffuse bronnen regulering waterbeweging regulering waterbeweging door verkeer (weg/rail) en infrastructuur wateroverdracht stroomgebieden (wateraanvoer en/of waterafvoer) barrières (niet of moeilijk (vis)passeerbare gemalen, stuwen, dammen etc.) Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Waterhuishouding (overig) Stikstof, Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Waterhuishouding (overig) overige belastingen bovenstroomse aanvoer (voorbelasting buitenland) Waterhuishouding (overig) Stikstof, Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen overige belastingen scheepvaart Scheepvaart Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Naam waterlichaam: Oude IJssel Code waterlichaam: NL07_0006 pagina 36 van 263

37 Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam een aantal metalen zoals koper en zink als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof zijn de stoffen niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de normen. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,40 E- E- Overige waterflora (EKR) 0,45 * E- Vis (EKR) 0,20 E- E- Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 matig DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R6) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Naam waterlichaam: Oude IJssel Code waterlichaam: NL07_0006 pagina 37 van 263

38 Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 (geen normoverschrijdingen) Motivering ecologische toestand: De Oude IJssel voldoet aan het GEP en het streefbeeld. Wel is de concentratie stikstof nog te hoog. Dit wordt waarschijnlijk veroorzaakt door bovenstroomse aanvoer vanuit Duitsland, de RWZI en de landbouw. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * E- * Biologie * E- Fysische chemie * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet * Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Naam waterlichaam: Oude IJssel Code waterlichaam: NL07_0006 pagina 38 van 263

39 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Maatregelen opgevoerd in SGBP 2009 voor de periode t/m 2015 Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Beekherstel/meanderen (binnen EVZ-profiel) verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Rijn en IJssel Voortgang: km Motivering: Omvang: 23 km In uitvoering: 5 Naar verwachting gerealiseerd in de periode 2014 t/m Uitgevoerd: 10 Ingetrokken: 8 De Oude IJssel voldoet aan ecologische doelstellingen en de inrichting voldoet aan het gewenste beeld. Toelichting: Oude IJssel Project is toegekend in kader van synergiegelden ,- toegekend voor grondverwerving en investeringskosten (excl. voorbereidingskosten). Uitgegaan van 15% voorbereidingskosten resulteert dit in aan investeringskosten en ,- aan grondkosten. Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Voor de Oude IJssel stond een totale opgave van 26 hectares voor de planperiode t/m 2015 gepland. In deze periode worden 35,5 hectares gerealiseerd over een lengte van 15 kilometer. Waarmee de Oude IJssel aan het gewenste beeld voldoet. De oorspronkelijke opgave in kilometers bedroeg echter 23 kilometer, de 8 niet gerealiseerde kilometers worden ingetrokken. Stuwen vispasseerbaar maken vispasseerbaar maken kunstwerk Waterschap Rijn en IJssel Voortgang: stuks Motivering: Omvang: 2 stuks In uitvoering: 1 Naar verwachting gereed in de periode 2014 t/m Uitgevoerd: 1 Toelichting: Oude IJssel Project is toegekend in kader van synergiegelden ,- toegekend voor vispassages (excl. voorbereidingskosten). Uitgegaan van 15% voorbereidingskosten resulteert dit in aan investeringskosten Naam waterlichaam: Oude IJssel Code waterlichaam: NL07_0006 pagina 39 van 263

40 Maatregelen gepland voor de periode Oorspronkelijke naam: Stuwen vispasseerbaar maken Omvang: 1 stuks SGBP omschrijving: vispasseerbaar maken kunstwerk Initiatiefnemer: Waterschap Rijn en IJssel Andere richtlijn: Toelichting: Doesburg (verbinding IJssel ism Rijkswaterstaat) Oorspronkelijke naam: Stuwen vispasseerbaar maken Omvang: 1 stuks SGBP omschrijving: vispasseerbaar maken kunstwerk Initiatiefnemer: Waterschap Rijn en IJssel ism Duitse partners Andere richtlijn: Toelichting: Hardenbergersluis (in Duitsland) Maatregelen gepland voor de periode Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Andere richtlijn: Toelichting: Beekherstel bovenlopen verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Waterschap Rijn en IJssel Omvang: 2 km Wooldse waterleiding (HEN) Beschoeiing verwijderen en bosstrook aanplanten traject 1,5 km. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, stikstof totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Chemische toestand, stikstof totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Naam waterlichaam: Oude IJssel Code waterlichaam: NL07_0006 pagina 40 van 263

41 Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Voor dit waterlichaam is bemesting door de landbouw een belangrijke bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Hoewel het generieke mestbeleid significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Voor dit waterlichaam is effluent van de RWZI de belangrijkste bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Voor de zuivering van het afvalwater worden hoge kosten gemaakt. De verdere aanpak van de zuiveringsinstallatie is disproportioneel kostbaar. Daarnaast vormt afwenteling vanuit Duitsland een belangrijke bron van nutriënten. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Oude IJssel Code waterlichaam: NL07_0006 pagina 41 van 263

42 Factsheet: NL07_0007 Keizersbeek -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Keizersbeek Code: NL07_0007 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Aalten, Oude IJsselstreek Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Keizersbeek Code waterlichaam: NL07_0007 pagina 42 van 263

43 Karakterschets: Het waterlichaam Keizersbeek behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het watersysteem behoort tot het waterlichaam type R5: langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Het waterlichaam Keizersbeek is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam valt binnen de gemeenten Oude IJsselstreek, Aalten en Winterswijk. Ten slotte ligt het waterlichaam binnen de provincie Gelderland. Het waterlichaam, de Keizersbeek, heeft een lengte van 18,3 kilometer en een stroomgebied van 8276 hectare. Het waterlichaam behoort tot het rapportagegebied van de Oude IJssel. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. Binnen het waterlichaam Dambeek (HEN) Haartse Waterleiding (SED) en de Schaarsbeek (middendeel SED, bovendeel HEN). De watergang vindt zijn oorsprong in het stroomgebied van de Keizersbeek en mondt uit in de Oude IJssel. Het waterlichaam bestaat uit vier afwateringseenheden. Om het peil te regelen zijn in de Keizersbeek 15 regelbare stuwen aanwezig. Geen van de stuwen zijn vispasseerbaar. Tijdens droge periodes is het steefpeil niet te handhaven, de watergang valt echter niet droog. In het stroomgebied van de Keizersbeek ligt één RWZI (RWZI te Aalten). Er zijn geen IBA s Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Aankoppelen van beektrajecten/aanleg nevengeul in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hermeandering beken in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Motivering: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Naam waterlichaam: Keizersbeek Code waterlichaam: NL07_0007 pagina 43 van 263

44 Beschouwde alternatieven: Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect puntbronnen rioolwaterzuiveringsinstallaties Afvalwaterzuivering Vis, Fosfor, Stikstof, Ammonium diffuse bronnen diffuse bronnen regulering waterbeweging door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) door verkeer (weg/rail) en infrastructuur oeververdediging, duikers, overkluizing, kribben Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Waterhuishouding (overig) Vis Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Naam waterlichaam: Keizersbeek Code waterlichaam: NL07_0007 pagina 44 van 263

45 Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Normoverschrijding van ammonium wordt in de keizersbeek waarschijnlijk veroorzaakt door landbouw en de RWZI. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,35 E- E- Overige waterflora (EKR) 0,45 E- E- Vis (EKR) 0,10 Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- matig Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 E- matig DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand ammonium (NH4) Naam waterlichaam: Keizersbeek Code waterlichaam: NL07_0007 pagina 45 van 263

46 Motivering ecologische toestand: In de Keizersbeek voldoet de vis bijna aan het GEP. De slechte score voor vis wordt veroorzaakt door de RWZI waardoor het zuurstofgehalte laag is. Ook valt de beek periodiek droog op een tweetal plaatsen in de beek. De overschrijdingen van stikstof en fosfaat zijn te verklaren door de RWZI en de intensieve landbouw in dit gebied. Schijnbare achteruitgang nutriënten: Vanwege de natuurlijke variatie in meetdata ten gevolge van toevalligheden bij de bemonstering en/of weersomstandigheden en vanwege de betrekkelijk lage monitoringfrequentie kan een beoordeling van de huidige toestand slechter uitvallen dan de eerste beoordeling. Uit de trendanalyse blijkt dat de toestand van stikstof en fosfaat in de praktijk niet verslechterd. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * Biologie * Fysische chemie E- * Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet nie Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Naam waterlichaam: Keizersbeek Code waterlichaam: NL07_0007 pagina 46 van 263

47 Maatregelen gepland voor de periode Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Andere richtlijn: Toelichting: Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Andere richtlijn: Toelichting: Beekherstel bovenlopen verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Waterschap Rijn en IJssel Omvang: 14 km Dambeek (HEN) Bosstroken aanplanten 3,3 km, beschoeiing verwijderen en bosstroken aanplanten,1,2 km. Haartse Waterleiding (SED) Stenen bedding verwijderen en bosstrook beplanten 1,7 km, stenen bedding verwijderen 2,7 km. Schaarsbeek midden(sed) 2 km, Schaarsbeek boven (HEN) 2,8 km. Verbeteren hydrologie bovenlopen overige inrichtingsmaatregelen Waterschap Rijn en IJssel Omvang: 1 stuks Voor de bovenlopen is verbeteren van het afvoerregime nodig d.m.v. extensiveren onderhoud in zijwatergangen, aanpassen drainage in stroomgebied en water vasthouden in komvormige laagtes. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, stikstof totaal, fosfor totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Chemische toestand, stikstof totaal, fosfor totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen Naam waterlichaam: Keizersbeek Code waterlichaam: NL07_0007 pagina 47 van 263

48 Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Fasering maatregelen in bovenlopen: Waterschap Rijn en IJssel heeft als taken het zuiveren van afvalwater en het onderhouden en waar nodig verbeteren van het watersysteem. Voor beide taken wordt apart belasting geheven. De watersysteemheffing dekt de kosten voor de taak watersysteembeheer. In de planperiode zijn deze kosten geraamd op gemiddeld 40 mln Euro per jaar. Het investeringsvolume voor verbetering van het watersysteem voor deze periode is geraamd op gemiddeld 6 mln Euro per jaar, waarvan 2 mln. wordt ingezet voor verbetering van de waterkwaliteit (KRW). Het investeringsvolume dat nodig is voor uitvoering van alle (resterende) KRW-maatregelen vanaf 2016 bedraagt 29,7 mln. Zonder fasering betekent dit voor de 6-jaarsperiode een jaarlijkse investering van ca 5 mln. per jaar voor KRW-maatregelen, in plaats van de huidige geraamde 2 mln. per jaar. Als gevolg van deze verhoging zouden de totale kosten elk jaar stijgen met gemiddeld 1% t.o.v. het voorgaande jaar. Deze kostenstijging is hoger dan nu jaarlijks wordt aangehouden en daarmee disproportioneel. Daarom wordt de uitvoering van de maatregelen gefaseerd over de planperioden en , vooralsnog in een verdeling van 50-50% over beide periodes. Dit leidt tot een stijging van 0,5% per jaar t.o.v. het voorgaande jaar. Deze stijging is proportioneel, want deze past binnen de geraamde ontwikkeling van de watersysteemheffing. Fasering doelbereik fosfor, stikstof, overige relevante verontreinigende stoffen: Voor dit waterlichaam is bemesting door de landbouw een belangrijke bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Hoewel het generieke mestbeleid significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Voor dit waterlichaam is effluent van de RWZI een belangrijke bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Voor de zuivering van het afvalwater worden hoge kosten gemaakt. De verdere aanpak van de zuiveringsinstallatie is disproportioneel kostbaar. Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot specifiek verontreinigende stoffen en prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Keizersbeek Code waterlichaam: NL07_0007 pagina 48 van 263

49 Factsheet: NL07_0008 Bergerslagbeek -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Bergerslagbeek Code: NL07_0008 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Aalten, Oude IJsselstreek Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Bergerslagbeek Code waterlichaam: NL07_0008 pagina 49 van 263

50 Karakterschets: Het waterlichaam Bergerslagbeek behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het watersysteem behoort tot het waterlichaamtype R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand). Het waterlichaam Bergerslagbeek is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam valt binnen de gemeenten Oude IJsselstreek en Aalten. Het waterlichaam ligt binnen de provincie Gelderland. Het waterlichaam, de Bergerslagbeek, heeft een lengte van 8,6 kilometer en een stroomgebied van 1835 hectare. Het waterlichaam behoort tot het rapportagegebied van de Oude IJssel. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. Het deel van de Bergerslagbeek dat als waterlichaam is aangemerkt, is een afvoersloot met een afvoerfunctie. Hiermee is het een beek, afgestemd op de landbouw. De watergang vindt zijn oorsprong in het bovenstrooms afwateringsgebied, in de zomer wordt water ingelaten vanuit waterlichaam Bielheimerbeek. De Bergerlagbeek mondt uit in de Oude IJssel.. Het waterlichaam bestaat uit één afwateringseenheid. Om het peil te regelen zijn in de Bergerslagbeek zes regelbare stuwen aanwezig. Er zijn geen stuwen aanwezig die vispasseerbaar zijn. Het peil is in het voorjaar erg hoog en in de zomer te laag. De Bergerslagbeek is niet het gehele jaar watervoerend. Tijdens droge periodes vallen de bovenstroomse delen van de watergangen droog. De Bergerslagbeek werkt hoofdzakelijk afvoerend. In het stroomgebied van de Bergerslagbeek ligt geen RWZI. Er zijn een geen IBA s. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Aankoppelen van beektrajecten/aanleg nevengeul in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hermeandering beken in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Bergerslagbeek Code waterlichaam: NL07_0008 pagina 50 van 263

51 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Naam waterlichaam: Bergerslagbeek Code waterlichaam: NL07_0008 pagina 51 van 263

52 Motivering: Aankoppelen van beektrajecten / aanleg nevengeul in agrarisch gebied Het aantakken van beektrajecten of de aanleg van nevengeulen in landbouwgebied heeft als gevolg dat areaal dat in gebruik is bij (intensieve) landbouw moet worden vrijgemaakt ten behoeve van beektrajecten / nevengeulen. Hierdoor gaat areaal voor landbouw verloren. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een redelijke prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hermeanderen beken in agrarisch gebied Het hermeanderen van beken heeft als doel meer variatie te creëren in het stromingspatroon en substraat van beken. Om dit te realiseren en eventuele negatieve effecten op de waterhuishouding te compenseren, moet areaal worden vrijgemaakt ten behoeve van het verleggen van de beek en wellicht voor mogelijke inundaties die zullen plaatsvinden vanwege het gewijzigde profiel. Hierdoor gaat areaal voor de landbouw verloren, dat in het dichtbevolkte Nederland slechts beperkt en tegen relatief hoge kosten beschikbaar is. Bovendien worden inundaties vanwege de water- / slibkwaliteit op veel plaatsen uit milieuoverwegingen ongewenst geacht. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een acceptabele prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Naam waterlichaam: Bergerslagbeek Code waterlichaam: NL07_0008 pagina 52 van 263

53 Beschouwde alternatieven: Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect puntbronnen riooloverstorten Afwatering Macrofauna, Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen diffuse bronnen door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen diffuse bronnen door landbouwgronden Landbouw Macrofauna diffuse bronnen door verkeer (weg/rail) en infrastructuur Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Naam waterlichaam: Bergerslagbeek Code waterlichaam: NL07_0008 pagina 53 van 263

54 Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,35 Overige waterflora (EKR) 0,40 E- E- Vis (EKR) 0,20 E- E- Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 E- E- DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 (geen normoverschrijdingen) Motivering ecologische toestand: De Bergerslagbeek voldoet bijna aan het gestelde doel voor macrofauna. De verwachting is dat dit doel in 2021 gehaald zal worden. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Naam waterlichaam: Bergerslagbeek Code waterlichaam: NL07_0008 pagina 54 van 263

55 Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * Biologie * Fysische chemie E- * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Motivering per motiveringsgrond: Onevenredig kostbaar Fasering doelen chemische toestand Voor dit waterlichaam maken diffuse bronnen het bereiken van de biologische doelen nog niet mogelijk. Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot specifiek verontreinigde stoffen en prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Naam waterlichaam: Bergerslagbeek Code waterlichaam: NL07_0008 pagina 55 van 263

56 Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Bergerslagbeek Code waterlichaam: NL07_0008 pagina 56 van 263

57 Factsheet: NL07_0009 Boven Slinge -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Boven Slinge Code: NL07_0009 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Winterswijk Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Boven Slinge Code waterlichaam: NL07_0009 pagina 57 van 263

58 Karakterschets: Het waterlichaam Boven Slinge (bovenstrooms Miste) behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het waterlichaam behoort tot het waterlichaam type R5: langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Het waterlichaam Boven Slinge is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam valt binnen de gemeente Winterswijk en binnen de provincie Gelderland. Het waterlichaam de Boven Slinge heeft een lengte van 12,5 kilometer en een stroomgebied van 2915 hectare. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. De watergang vindt zijn oorsprong in het stroomgebied van de Schlinge in Duitsland. De Boven Slinge mondt via de Bielheimerbeek uit in de Oude IJssel. Om het peil te regelen zijn in de Boven Slinge (stroomopwaarts) 7 stuwen geplaatst. Waarvan 1 in 2016 nog niet vispasseerbaar. De Boven Slinge is het gehele jaar watervoerend. In de zomer komen geen afvoerloze perioden voor. De zijbeken van de Boven Slinge, de Osinkbemersbeek, Scheperswaterleiding en de Limbeek kunnen zomers droogvallen. In Duitsland ligt bovenstrooms een RWZI in Südlohn en enkele IBA s. Beschermde gebieden: - Habitatrichtlijn Bekendelle (NL_HAB_63) Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Boven Slinge Code waterlichaam: NL07_0009 pagina 58 van 263

59 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Motivering: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Naam waterlichaam: Boven Slinge Code waterlichaam: NL07_0009 pagina 59 van 263

60 Beschouwde alternatieven: Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep regulering waterbeweging Belasting Functie Effect versnelde waterafvoer Waterhuishouding (overig) Overige waterflora overige belastingen bovenstroomse aanvoer (voorbelasting buitenland) Waterhuishouding (overig) Overige waterflora, Fosfor, Stikstof, Ammonium, Zink Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose 2021 (geen normoverschrijdingen) (geen normoverschrijdingen) Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Vanwege de natuurlijke variatie in (ecologische) meetdata ten gevolge van toevalligheden bij de bemonstering en/of weersomstandigheden en vanwege de betrekkelijk lage monitoringfrequentie kan een beoordeling van de huidige toestand slechter uitvallen dan de eerste beoordeling. In de praktijk is de toestand niet verslechterd. Belangrijkste bron voor ammonium en zink is afwenteling vanuit Duitsland. Naam waterlichaam: Boven Slinge Code waterlichaam: NL07_0009 pagina 60 van 263

61 Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,60 E- E- Overige waterflora (EKR) 0,55 Vis (EKR) 0,50 E- Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 ontoereiken matig Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 ontoereiken ntoereiken DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand ammonium (NH4) - zink (Zn) Motivering ecologische toestand: De Bovenslinge voldoet bijna aan het gestelde doel voor Overige waterflora. Er is een wisselende score voor diatomeën waarneembaar, waardoor het GEP nu net niet gehaald wordt. Nutriënten zijn nog wel een probleem in de Boven Slinge. De te hoge concentraties stikstof en fosfaat worden veroorzaakt door afwenteling vanuit Duitsland. Schijbare achteruitgang stikstof: Sinds de beoordeling bij de aanvang van de vorige planperiode zijn de normen waarmee de toestand wordt bepaald aangepast. Dit heeft er toe geleid dat er na toetsing met nieuwe maatlatten een slechtere score is bepaald dan bij de eerste beoordeling. In de praktijk blijkt de werkelijke toestand na toetsing met de oude maatlatten niet te zijn verslechterd. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Naam waterlichaam: Boven Slinge Code waterlichaam: NL07_0009 pagina 61 van 263

62 Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet Ecologie Totaal * Biologie * Fysische chemie ontoereiken* Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet nie Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Maatregelen opgevoerd in SGBP 2009 voor de periode t/m 2015 Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: N Bekkendelle gewenste grond- en oppervlaktewaterregime Voortgang: ha Motivering: In uitvoering: 99 Toelichting: Inrichting Bekkendelle tbv voldoen aan N2000 doelstellingen NB Kosten zijn ingeschat door Provincie Gelderland Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Stuwen vispasseerbaar maken vispasseerbaar maken kunstwerk Waterschap Rijn en IJssel Voortgang: stuks Motivering: Omvang: Omvang: In uitvoering: 1 Naar verwachting gereliseerd in de periode t/m Uitgevoerd: 1 Toelichting: Bovenslinge Overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m ha 2 stuks Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Toelichting: Beekherstel/meanderen (RC-pakket) verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Waterschap Rijn en IJssel Omvang: 6 km De totale opgave in 2009 voorzien voor de periode bedraagt 10 km beekherstel. In de periode 2009 t/m 2015 wordt er naar verwachting al 6 km uitgevoerd. Naam waterlichaam: Boven Slinge Code waterlichaam: NL07_0009 pagina 62 van 263

63 Maatregelen gepland voor de periode Oorspronkelijke naam: Beekherstel waterlichaam Omvang: 4 km SGBP omschrijving: verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Initiatiefnemer: Waterschap Rijn en IJssel Andere richtlijn: Toelichting: Bovenslinge beekherstel waterlichaam Oorspronkelijke naam: Stuwen vispasseerbaar maken Omvang: 1 stuks SGBP omschrijving: vispasseerbaar maken kunstwerk Initiatiefnemer: Waterschap Rijn en IJssel Andere richtlijn: Toelichting: Zandvang Miste Maatregelen gepland voor de periode Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Andere richtlijn: Toelichting: Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Andere richtlijn: Toelichting: Beekherstel bovenlopen verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Waterschap Rijn en IJssel Omvang: 7 km Limbeek (HEN) Bosstroken aanplanten: 2 km. Beschoeiing verwijderen en bosstroken aanplanten: 0,8 km. Siepersbeek (HEN) Bosstroken aanplanten: 2 km. Beschoeiing verwijderen en bosstroken aanplanten: 2,4 km. Verbeteren hydrologie bovenlopen overige inrichtingsmaatregelen Waterschap Rijn en IJssel Omvang: 1 stuks Voor de bovenlopen met HEN-satuts is verbeteren van het afvoerregime nodig d.m.v. extensiveren onderhoud in zijwatergangen, aanpassen drainage in stroomgebied en water vasthouden in komvormige laagtes. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement stikstof totaal, fosfor totaal, Overige relevante verontreinigende stoffen Biologie totaal, stikstof totaal, fosfor totaal, Overige relevante verontreinigende stoffen Naam waterlichaam: Boven Slinge Code waterlichaam: NL07_0009 pagina 63 van 263

64 Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Fasering maatregelen bovenlopen ten behoeve van ecologische toestand: Waterschap Rijn en IJssel heeft als taken het zuiveren van afvalwater en het onderhouden en waar nodig verbeteren van het watersysteem. Voor beide taken wordt apart belasting geheven. De watersysteemheffing dekt de kosten voor de taak watersysteembeheer. In de planperiode zijn deze kosten geraamd op gemiddeld 40 mln Euro per jaar. Het investeringsvolume voor verbetering van het watersysteem voor deze periode is geraamd op gemiddeld 6 mln Euro per jaar, waarvan 2 mln. wordt ingezet voor verbetering van de waterkwaliteit (KRW). Het investeringsvolume dat nodig is voor uitvoering van alle (resterende) KRW-maatregelen vanaf 2016 bedraagt 29,7 mln. Zonder fasering betekent dit voor de 6-jaarsperiode een jaarlijkse investering van ca 5 mln. per jaar voor KRW-maatregelen, in plaats van de huidige geraamde 2 mln. per jaar. Als gevolg van deze verhoging zouden de totale kosten elk jaar stijgen met gemiddeld 1% t.o.v. het voorgaande jaar. Deze kostenstijging is hoger dan nu jaarlijks wordt aangehouden en daarmee disproportioneel. Daarom wordt de uitvoering van de maatregelen gefaseerd over de planperioden en , vooralsnog in een verdeling van 50-50% over beide periodes. Dit leidt tot een stijging van 0,5% per jaar t.o.v. het voorgaande jaar. Deze stijging is proportioneel, want deze past binnen de geraamde ontwikkeling van de watersysteemheffing. Fasering doelen nutriënten en overige relevante verontreinigde stoffen: Voor dit waterlichaam is bemesting door de landbouw een bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Hoewel het generieke mestbeleid significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Daarnaast vormt afwenteling vanuit Duitsland een belangrijke bron van nutriënten en overige relevante verontreinigde stoffen. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Boven Slinge Code waterlichaam: NL07_0009 pagina 64 van 263

65 Factsheet: NL07_0010 Waalse water -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Waalse water Code: NL07_0010 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Montferland, Oude IJsselstreek Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Waalse water Code waterlichaam: NL07_0010 pagina 65 van 263

66 Karakterschets: Het waterlichaam Waalse Water behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het waterlichaam behoort tot het type R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand). Het Waalse water is een oude rivierarm die in het verleden water van de Rijn afvoerde naar de Oude IJssel. Het Waalse Water is grotendeels als oude rivierarm intact gebleven, het benedenstroomse deel heeft daardoor een natuurvriendelijk karakter. Het waterlichaam Waalse Water is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam valt binnen de gemeenten Oude IJsselstreek en Montferland. Het waterlichaam ligt binnen de provincie Gelderland. Het waterlichaam Waalse Water heeft een lengte van 5,3 kilometer en bestaat uit de watergangen Waalse water (vanaf stuw Hommeken tot de Oude IJssel) en Vethuizense Reefse Wetering. Het waterlichaam heeft en een stroomgebied van 4589 hectare. De watergang heeft zijn oorsprong in het bovenstroomse afwateringsgebied en mondt uit in de Oude IJssel. Dit is tevens het waterlichaam Oude IJssel. Om het peil te regelen zijn in het Waalse Water twee regelbare stuwen aanwezig. Geen van de stuwen is vispasseerbaar. In het waterlichaam Waalse Water wordt voor 2 van de 3 peilvakken een zomer en winterpeil gehanteerd, met behulp van de stuwen. Het Waalse Water is het gehele jaar watervoerend. Er is geen sprake van droogval tijdens droge periodes. Het Waalse Water werkt hoofdzakelijk drainerend. In het stroomgebied van het Waalse Water ligt geen RWZI. Er zijn geen IBA s. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Waalse water Code waterlichaam: NL07_0010 pagina 66 van 263

67 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Motivering: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Naam waterlichaam: Waalse water Code waterlichaam: NL07_0010 pagina 67 van 263

68 Beschouwde alternatieven: Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen diffuse bronnen regulering waterbeweging regulering waterbeweging regulering waterbeweging regulering waterbeweging door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) door verkeer (weg/rail) en infrastructuur stuw: verschil waterstand : verhogen waterstand (peilbeheersing) kanalisatie c.q. normalisatie van de waterloop verlies oeverzones en overstromingsvlaktes oeververdediging, duikers, overkluizing, kribben Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Overige waterflora, Vis Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Overige waterflora, Vis Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Overige waterflora, Vis Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Overige waterflora, Vis regulering waterbeweging barrières (niet of moeilijk (vis)passeerbare gemalen, stuwen, dammen etc.) Waterhuishouding (overig) Vis overige belastingen intensief beheer en onderhoud (incl. oevers) Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Overige waterflora, Vis Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Naam waterlichaam: Waalse water Code waterlichaam: NL07_0010 pagina 68 van 263

69 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,45 Overige waterflora (EKR) 0,45 Vis (EKR) 0,20 ontoereiken ontoereiken * matig Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 E- matig DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand ammonium (NH4) Naam waterlichaam: Waalse water Code waterlichaam: NL07_0010 pagina 69 van 263

70 Motivering ecologische toestand: Het Waalse water scoort nog onvoldoende op macrofauna, overige waterflora en vis. Dit is te verklaren door onlangs uitgevoerde herinrichting. De herinrichting moet nog gaan doorwerken op de levensgemeenschap, daarnaast is het maaibeheer mogelijk te intensief in de bovenloop. Dit wordt aangepast. Schijnbare achteruitgang stikstof: Sinds de beoordeling bij de aanvang van de vorige planperiode zijn de normen waarmee de toestand wordt bepaald aangepast. Dit heeft er toe geleid dat er na toetsing met nieuwe normen een slechtere score is bepaald dan bij de eerste beoordeling. In de praktijk blijkt de werkelijke toestand na toetsing met de oude normen niet te zijn verslechterd Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal ontoereiken* ontoereiken * Biologie ontoereiken* ontoereiken * Fysische chemie E- * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet nie Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Maatregelen gepland voor de periode Oorspronkelijke naam: Stuwen vispasseerbaar maken Omvang: 1 stuks SGBP omschrijving: vispasseerbaar maken kunstwerk Initiatiefnemer: Waterschap Rijn en IJssel Andere richtlijn: Toelichting: Spaan Toelichting: Naam waterlichaam: Waalse water Code waterlichaam: NL07_0010 pagina 70 van 263

71 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, stikstof totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen, Vis-kwaliteit Chemische toestand, stikstof totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Fasering doelbereik vis door trage effecten maatregelen: Uit onderzoek is gebleken dat het een aantal jaar kan duren voordat het ecosysteem zich volledig heeft aangepast aan een nieuwe situatie, bijvoorbeeld omdat het tijd kost voor bepaalde soorten om nieuw habitat te koloniseren. Om deze redenen worden effecten van getroffen maatregelen pas later zichtbaar. Geforceerd ingrijpen in de biologie zelf is voor zover al uitvoerbaar kostbaar en roept vaak veel maatschappelijke weerstand op. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Fasering stikstof en chemische toestand door nalevering/historische belasting: Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Voor dit waterlichaam is bemesting door de landbouw de belangrijkste bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Hoewel het generieke mestbeleid significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot specifiek verontreinigende stoffen en prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Waalse water Code waterlichaam: NL07_0010 pagina 71 van 263

72 Factsheet: NL07_0011 Grote beek -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Grote beek Code: NL07_0011 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Bronckhorst, Doetinchem Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Grote beek Code waterlichaam: NL07_0011 pagina 72 van 263

73 Karakterschets: Het waterlichaam Grote Beek behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het waterlichaam behoort tot het waterlichaam type R5: langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Het waterlichaam Grote Beek is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam valt binnen de gemeenten Bronckhorst en Doetinchem. Het waterlichaam ligt binnen de provincie Gelderland. Het waterlichaam, de Grote Beek, heeft een lengte van 20,5 kilometer en een stroomgebied van hectare. Het waterlichaam, dat bestaat uit twee watergangen. Het waterlichaam mondt uit in de IJssel Om het peil te regelen zijn in het waterlichaam de Grote Beek zeven regelbare en twee vaste stuwen aanwezig. Vier stuwen zijn vispasseerbaar. In het waterlichaam Grote Beek wordt per peilvak één vast maximum streefpeil gehanteerd, met behulp van de stuwen. Het waterlichaam de Grote Beek is het gehele jaar watervoerend. Bovenstroomse delen zijn in de zomermaanden afvoerloos maar vallen niet droog. In het stroomgebied van de Grote Beek liggen geen RWZI s of IBA s. Beschermde gebieden: - Vogelrichtlijn Uiterwaarden IJssel (NL_VOG_38) Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Beperken piekafvoeren in bovenlopen agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen waterkeringen Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Grote beek Code waterlichaam: NL07_0011 pagina 73 van 263

74 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Motivering: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Het vasthouden van water in de bovenlopen van het watersysteem door middel van stuwen en verondiepen van waterlopen heeft in dit gebied aanzienlijke gevolgen voor de landbouw. Door deze ingrepen wordt optimale waterhuishoudkundige situatie verstoord en treedt opbrengstderving op als gevolg van vernatting. Bovendien leidende afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. Deontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk.gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegenonevenredig hoge kosten. Beschouwde alternatieven: Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen waterkeringen Het verwijderen van waterkeringen heeft via het mechanisme veiligheid nagenoeg altijd negatieve consequenties op één of meerdere gebruiksfuncties. Omdat het areaal waar schade optreedt bij het verwijderen van de waterkering over het algemeen vele hectaren bedraagt, is het verplaatsen van gebruiksfuncties alleen tegen onevenredig hoge kosten mogelijk. Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). Naam waterlichaam: Grote beek Code waterlichaam: NL07_0011 pagina 74 van 263

75 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect regulering waterbeweging regulering waterbeweging regulering waterbeweging regulering waterbeweging regulering waterbeweging verlies oeverzones en overstromingsvlaktes oeververdediging, duikers, overkluizing, kribben barrières (niet of moeilijk (vis)passeerbare gemalen, stuwen, dammen etc.) stuw: verschil waterstand : verhogen waterstand (peilbeheersing) kanalisatie c.q. normalisatie van de waterloop Waterhuishouding (overig) Macrofauna Waterhuishouding (overig) Macrofauna Waterhuishouding (overig) Macrofauna Waterhuishouding (overig) Macrofauna Waterhuishouding (overig) Macrofauna Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose 2021 (geen normoverschrijdingen) (geen normoverschrijdingen) Motivering chemische toestand: Er zijn geen normoverschrijdende stoffen aangetroffen in de Grote Beek. Naam waterlichaam: Grote beek Code waterlichaam: NL07_0011 pagina 75 van 263

76 Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,45 matig Overige waterflora (EKR) 0,25 E- E- Vis (EKR) 0,20 E- E- Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 E- E- DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 (geen normoverschrijdingen) Motivering ecologische toestand: In de Grote Beek is de macrofauna nog onvoldoende. Het profiel is nog te breed en te diep waardoor de stroomsnelheid te laag is. In de komende periode wordt onderzocht welke maatregelen nodig zijn om verbetering te bewerkstelligen en worden de nodige beekherstelmaatregelen uitgevoerd. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Naam waterlichaam: Grote beek Code waterlichaam: NL07_0011 pagina 76 van 263

77 Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet Ecologie Totaal * Biologie * Fysische chemie E- * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet * C-voldoet Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m 2015 Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Toelichting: Stuwen vispasseerbaar maken vispasseerbaar maken kunstwerk Omvang: 4 stuks De totale opgave in 2009 voorzien voor de periode bedraagt 3 vispassages. In de periode 2009 t/m 2015 worden er naar verwachting al 4 stuwen vispasseerbaar gemaakt. Naam waterlichaam: Grote beek Code waterlichaam: NL07_0011 pagina 77 van 263

78 Maatregelen gepland voor de periode Oorspronkelijke naam: Beekherstel waterlichaam Omvang: 8 km SGBP omschrijving: verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Initiatiefnemer: Waterschap Rijn en IJssel Andere richtlijn: Toelichting: Grote beek beekherstel waterlichaam. Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Andere richtlijn: Toelichting: Uitvoeren onderzoek uitvoeren onderzoek Waterschap Rijn en IJssel Omvang: 1 stuks Om uit te zoeken waar welke maatregelen het meeste effect hebben zal verdere studie moeten plaats vinden. Dit geldt ook voor de SED-beken in het gebied. Maatregelen gepland voor de periode Oorspronkelijke naam: Beekherstel waterlichaam Omvang: 8 km SGBP omschrijving: verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Initiatiefnemer: Waterschap Rijn en IJssel Andere richtlijn: Toelichting: Grote beek beekherstel waterlichaam. Oorspronkelijke naam: Stuwen vispasseerbaar maken Omvang: 1 stuks SGBP omschrijving: vispasseerbaar maken kunstwerk Initiatiefnemer: Waterschap Rijn en IJssel Andere richtlijn: Toelichting: Stuw in Rode Beek. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Macrofauna-kwaliteit Naam waterlichaam: Grote beek Code waterlichaam: NL07_0011 pagina 78 van 263

79 Motivering per motiveringsgrond: Onevenredig kostbaar Fasering deel van maatregelen ten behoeve van macrofauna-kwaliteit: Waterschap Rijn en IJssel heeft als taken het zuiveren van afvalwater en het onderhouden en waar nodig verbeteren van het watersysteem. Voor beide taken wordt apart belasting geheven. De watersysteemheffing dekt de kosten voor de taak watersysteembeheer. In de planperiode zijn deze kosten geraamd op gemiddeld 40 mln Euro per jaar. Het investeringsvolume voor verbetering van het watersysteem voor deze periode is geraamd op gemiddeld 6 mln Euro per jaar, waarvan 2 mln. wordt ingezet voor verbetering van de waterkwaliteit (KRW). Het investeringsvolume dat nodig is voor uitvoering van alle (resterende) KRW-maatregelen vanaf 2016 bedraagt 29,7 mln. Zonder fasering betekent dit voor de 6-jaarsperiode een jaarlijkse investering van ca 5 mln. per jaar voor KRW-maatregelen, in plaats van de huidige geraamde 2 mln. per jaar. Als gevolg van deze verhoging zouden de totale kosten elk jaar stijgen met gemiddeld 1% t.o.v. het voorgaande jaar. Deze kostenstijging is hoger dan nu jaarlijks wordt aangehouden en daarmee disproportioneel. Daarom wordt de uitvoering van de maatregelen gefaseerd over de planperioden en , vooralsnog in een verdeling van 50-50% over beide periodes. Dit leidt tot een stijging van 0,5% per jaar t.o.v. het voorgaande jaar. Deze stijging is proportioneel, want deze past binnen de geraamde ontwikkeling van de watersysteemheffing. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Grote beek Code waterlichaam: NL07_0011 pagina 79 van 263

80 Factsheet: NL07_0012 Oosterwijksevloed -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Oosterwijksevloed Code: NL07_0012 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Bronckhorst Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Oosterwijksevloed Code waterlichaam: NL07_0012 pagina 80 van 263

81 Karakterschets: Het waterlichaam Oosterwijkse Vloed behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het watersysteem behoort tot het waterlichaam type R5: langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Het waterlichaam Oosterwijkse Vloed is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam valt binnen de gemeente Bronckhorst. Het waterlichaam ligt in de provincie Gelderland. Het waterlichaam, de Oosterwijkse Vloed, heeft een lengte van 13,2 kilometer en een stroomgebied van 5005 hectare. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. De Oosterwijkse Vloed mondt via de Baakse Beek uit in de IJssel. Om het peil te regelen zijn in de Oosterwijkse Vloed 17 regelbare stuwen en één vaste stuw geplaatst. Geen van de stuwen zijn vispasseerbaar. In het waterlichaam Oosterwijkse Vloed wordt per peilvak één vast maximum streefpeil gehanteerd met behulp van de stuwen. De Oosterwijkse Vloed is niet het gehele jaar watervoerend. Tijdens droge periodes vallen de delen van de watergangen bovenstrooms van Hengelo Gld. droog. Benedenstrooms blijft de beek waterhoudend, niet watervoerend. Het benedenstroomse deel is een kwelgebied, de kwel is sterk genoeg om de beek niet droog te laten vallen. In het stroomgebied van de Oosterwijkse vloed ligt geen RWZI. Er zijn geen IBA s. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Aankoppelen van beektrajecten/aanleg nevengeul in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hermeandering beken in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Oosterwijksevloed Code waterlichaam: NL07_0012 pagina 81 van 263

82 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Naam waterlichaam: Oosterwijksevloed Code waterlichaam: NL07_0012 pagina 82 van 263

83 Motivering: Aankoppelen van beektrajecten / aanleg nevengeul in agrarisch gebied Het aantakken van beektrajecten of de aanleg van nevengeulen in landbouwgebied heeft als gevolg dat areaal dat in gebruik is bij (intensieve) landbouw moet worden vrijgemaakt ten behoeve van beektrajecten / nevengeulen. Hierdoor gaat areaal voor landbouw verloren. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een redelijke prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hermeanderen beken in agrarisch gebied Het hermeanderen van beken heeft als doel meer variatie te creëren in het stromingspatroon en substraat van beken. Om dit te realiseren en eventuele negatieve effecten op de waterhuishouding te compenseren, moet areaal worden vrijgemaakt ten behoeve van het verleggen van de beek en wellicht voor mogelijke inundaties die zullen plaatsvinden vanwege het gewijzigde profiel. Hierdoor gaat areaal voor de landbouw verloren, dat in het dichtbevolkte Nederland slechts beperkt en tegen relatief hoge kosten beschikbaar is. Bovendien worden inundaties vanwege de water- / slibkwaliteit op veel plaatsen uit milieuoverwegingen ongewenst geacht. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een acceptabele prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk Naam waterlichaam: Oosterwijksevloed Code waterlichaam: NL07_0012 pagina 83 van 263

84 Beschouwde alternatieven: bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen diffuse bronnen regulering waterbeweging door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) door verkeer (weg/rail) en infrastructuur verlies oeverzones en overstromingsvlaktes Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Waterhuishouding (overig) Macrofauna overige belastingen intensief beheer en onderhoud (incl. oevers) Waterhuishouding (overig) Macrofauna Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Naam waterlichaam: Oosterwijksevloed Code waterlichaam: NL07_0012 pagina 84 van 263

85 Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,35 Overige waterflora (EKR) 0,40 E- E- Vis (EKR) 0,20 E- Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 E- E- DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand ammonium (NH4) Naam waterlichaam: Oosterwijksevloed Code waterlichaam: NL07_0012 pagina 85 van 263

86 Motivering ecologische toestand: De Oosterwijkse vloed voldoet bijna aan de gestelde doelen. Enkel de score voor macrofauna is nog net niet voldoende. Mogelijk is het onderhoud nog te intensief. Dit wordt onderzocht en eventueel aangepast. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * Biologie * Fysische chemie E- * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet nie Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Onevenredig kostbaar Naam waterlichaam: Oosterwijksevloed Code waterlichaam: NL07_0012 Kwaliteitselement Chemische toestand, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen pagina 86 van 263

87 Motivering per motiveringsgrond: Onevenredig kostbaar Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot specifiek verontreinigende stoffen en prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Oosterwijksevloed Code waterlichaam: NL07_0012 pagina 87 van 263

88 Factsheet: NL07_0013_1 Veengoot -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Veengoot Code: NL07_0013_1 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Type: Status: Aalten, Berkelland, Bronckhorst, Oost Gelre, Zutphen M1a (Zoete gebufferde sloten) Kunstmatig Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Veengoot Code waterlichaam: NL07_0013_1 pagina 88 van 263

89 Karakterschets: Het waterlichaam Veengoot behoorde tot het type R5: langzaam lopende middenloop/benedenloop op zand. Geadviseerd wordt om het type te wijzigen in waterlichaamtype M1a (gebufferde sloten) (zie motivering hieronder). Het waterlichaam Veengoot is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam valt binnen de gemeenten Bronckhorst, Berkelland, Oost-Gelre, en Zutphen. Het waterlichaam Veengoot ligt in de provincie Gelderland. Het waterlichaam, de Veengoot, heeft een lengte van 33,8 kilometer en een stroomgebied van 5924 hectare. Het waterlichaam bestaat uit twee watergangen. Eén watergang vindt zijn oorsprong in het stroomgebied van de Veengoot; de andere watergang vormt een verbinding met het stroomgebied van de Baakse Beek. De Veengoot mondt uit in het waterlichaam Baakse beek benedenstrooms. De Baakse Beek mondt uit in de IJssel. Bij hoogwater op de IJssel watert de Baakse beek af via het Groene Kanaal op de IJssel. Om het peil te regelen zijn in de Veengoot twaalf regelbare stuwen en één vaste stuw geplaatst. Geen van de stuwen zijn vispasseerbaar. In het waterlichaam Veengoot wordt per peilvak één vast maximum streefpeil gehanteerd, met behulp van de stuwen. De Veengoot is niet het gehele jaar watervoerend en tijdens droge periodes vallen de bovenstroomse delen van de watergangen droog. Uit de Veengoot wordt, ter hoogte van t Sikkeler, water opgemalen om te infiltreren in de onttrekkingskegel van drinkwaterpompstation het Klooster, dit als compensatie van de drinkwaterwinning. Zodra stuw t Sikkeler (in de Veengoot) niet meer overstort dan stopt deze infiltratieactiviteit In het stroomgebied van de Veengoot ligt geen RWZI. Indirect via de Baakse Beek komt er wel water vanuit de RWZI Lichtenvoorde in de Veengoot terecht. Er zijn geen IBA s.. Motivering verandering type De keuze voor het watertype wordt volgens de systematiek van de Kaderrichtlijn Water gebaseerd op de historische ontstaansgeschiedenis en de kenmerken van het waterlichaam. De Veengoot is in de eerste stroomgebied-beheerplannen als een sterk veranderde r5 getypeerd, dat wil zeggen een sterk veranderde langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Deze typering betekent dat ervan uit wordt gegaan dat er van oorsprong een beek was, die ten behoeve van de omliggende gebiedsfuncties sterk veranderd is ten opzichte van de originele situatie van de beek (nu genormaliseerd, gekanaliseerd, gestuwd). Deze typering als r5 brengt volgens de systematiek van de Kaderrichtlijn ook met zich mee, dat nagegaan moet worden in welke mate de watergang hersteld kan worden als langzaam stromende middenloop/benedenloop.in de praktijk is het zo dat de Veengoot in zijn historische geschiedenis nooit helemaal als een langzaam stromende middenloop/benedenloop heeft gefunctioneerd. Het kleine beekje dat oorspronkelijk aanwezig was is kilometerslang kunstmatig verlengd, om ook het bovenstroomse gebied beter te ontwateren. De watergang is dus eigenlijk deels sterk veranderd ten opzichte van de originele situatie en deels kunstmatig ontstaan. De KRW systematiek van watertypering is feitelijk een versimpeling van de variatie in ontstaansgeschiedenis en kenmerken van een watergang. De keuze voor een passend type voor de watergang is daarom sowieso nogal arbitrair, gelet op ontstaansgeschiedenis en kenmerken. Uit monitoringsgegevens van de Veengoot blijkt inmiddels dat deze ecologisch meer functioneert als een sloot (m1 type) dan als een middenloop/benedenloop op zand (r5). Wanneer nagedacht wordt over zinvolle toekomstperspectieven voor de Veengoot dan past ook eerder een sloottype dan een middenloop/ benedenloop voor deze watergang.in deze ontwikkeling stellen we voor om voor de Veengoot waarvan nu al duidelijk is dat die, gelet op ontstaansgeschiedenis, ecologisch functioneren en toekomstperspectief, beter als een m1 getypeerd kan worden dan als een r5. Beschermde gebieden: - Vogelrichtlijn Uiterwaarden IJssel (NL_VOG_38) Status: Kunstmatig Het waterlichaam is door mensen gegraven op een plaats waar voorheen geen water was. Naam waterlichaam: Veengoot Code waterlichaam: NL07_0013_1 pagina 89 van 263

90 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen diffuse bronnen door verkeer (weg/rail) en infrastructuur door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen overige belastingen intensief beheer en onderhoud (incl. oevers) Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Overige waterflora Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam koper als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof is koper niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de norm. Naam waterlichaam: Veengoot Code waterlichaam: NL07_0013_1 pagina 90 van 263

91 Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,55 Overige waterflora (EKR) 0,55 Vis (EKR) 0,60 E- E- Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,22 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,40 E- E- DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier M1a) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 (geen normoverschrijdingen) Motivering ecologische toestand: De Veengoot voldoet bijna aan de gestelde doelen. De verwachting is dat dit doel in 2021 wel gehaald zal worden. Daarnaast is onderzoek van belang naar de monsterlocaties in de Veengoot i.v.m. aggregatie. (verdeling mosterpunten over kwel en niet-kwel plekken.) Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. De sloot ligt in intensief landbouwgebied. Vanwege de geringe beschikbaarheid van water in het gebied, weinig verversing en droogval. Daarom wordt afgeweken van de defaultwaarden. Naam waterlichaam: Veengoot Code waterlichaam: NL07_0013_1 pagina 91 van 263

92 Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * Biologie * Fysische chemie E- * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet * Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Maatregelen gepland voor de periode Oorspronkelijke naam: Beekherstel bovenlopen Omvang: 3 km SGBP omschrijving: verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Initiatiefnemer: Waterschap Rijn en IJssel Andere richtlijn: Toelichting: Zilverbeek (SED) 3,4 km. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Biologie totaal, Chemische toestand, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Naam waterlichaam: Veengoot Code waterlichaam: NL07_0013_1 pagina 92 van 263

93 Motivering per motiveringsgrond: Onevenredig kostbaar Fasering maatregelen in bovenloop van de Veengoot ten behoeve van verbetering ecologische kwaliteit: Waterschap Rijn en IJssel heeft als taken het zuiveren van afvalwater en het onderhouden en waar nodig verbeteren van het watersysteem. Voor beide taken wordt apart belasting geheven. De watersysteemheffing dekt de kosten voor de taak watersysteembeheer. In de planperiode zijn deze kosten geraamd op gemiddeld 40 mln Euro per jaar. Het investeringsvolume voor verbetering van het watersysteem voor deze periode is geraamd op gemiddeld 6 mln Euro per jaar, waarvan 2 mln. wordt ingezet voor verbetering van de waterkwaliteit (KRW). Het investeringsvolume dat nodig is voor uitvoering van alle (resterende) KRW-maatregelen vanaf 2016 bedraagt 29,7 mln. Zonder fasering betekent dit voor de 6-jaarsperiode een jaarlijkse investering van ca 5 mln. per jaar voor KRW-maatregelen, in plaats van de huidige geraamde 2 mln. per jaar. Als gevolg van deze verhoging zouden de totale kosten elk jaar stijgen met gemiddeld 1% t.o.v. het voorgaande jaar. Deze kostenstijging is hoger dan nu jaarlijks wordt aangehouden en daarmee disproportioneel. Daarom wordt de uitvoering van de maatregelen gefaseerd over de planperioden en , vooralsnog in een verdeling van 50-50% over beide periodes. Dit leidt tot een stijging van 0,5% per jaar t.o.v. het voorgaande jaar. Deze stijging is proportioneel, want deze past binnen de geraamde ontwikkeling van de watersysteemheffing. Fasering doelbereik chemische toestand: Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Veengoot Code waterlichaam: NL07_0013_1 pagina 93 van 263

94 Factsheet: NL07_0014_1 Baakse Beek Bovenstrooms -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Baakse Beek Bovenstrooms Code: NL07_0014_1 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Berkelland, Oost Gelre Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Baakse Beek Bovenstrooms Code waterlichaam: NL07_0014_1 pagina 94 van 263

95 Karakterschets: Het waterlichaam Baakse Beek bovenstrooms behoort tot de KRW categorie Rivieren en behoort tot het waterlichaam type R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand). Het waterlichaam Baakse Beek is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam valt binnen de gemeenten Oost Gelre en Berkelland. Het waterlichaam Baakse Beek ligt binnen de provincie Gelderland. Het waterlichaam is het bovenstroomse deel van het oorspronkelijke KRW-waterlichaam Baakse Beek. De splitsing licht ter hoogte van de watermolen in Ruurlo. Het waterlichaam Baakse Beek bovenstrooms heeft een lengte van 15,3 kilometer. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. Het waterlichaam vindt zijn oorsprong in het stroomgebied van de Baakse Beek en mondt via het benedenstroomse deel uit in de Gelderse IJssel. Om het peil te regelen zijn in het waterlichaam Baakse Beek bovenstrooms 7 stuwen aanwezig, allen niet vispasseerbaar. De Baakse Beek kent zomers afvoerloze perioden. Tijdens droge perioden vallen de bovenstroomse delen van het waterlichaam droog. In het stroomgebied van de Baakse Beek bovenstrooms ligt één RWZI (Lichtenvoorde). Er zijn geen IBA s. Motivering voor splitsing Baakse Beek De reden voor de splitsing is dat uit onze GGOR-studie voor het stroomgebied Baakse Beek-Veengoot (ambtelijk afgerond in 2012) blijkt dat deze watergang feitelijk uit twee verschillend functionerende beeksystemen bestaat. Het bovenstroomse deel, tussen Lichtenvoorde en Ruurlo, is een zeer traag stromende en vaak stagnante beek, die gegraven is om het moerasgebied ten oosten van Ruurlo droog te leggen. Op historische kaarten (beschikbaar vanaf ca. 1800) is nooit een beekloop zichtbaar, hooguit rechte ontginningssloten. In de huidige situatie is sprake van een intensie landbouwgebied dat de mogelijkheden voor natuurherstel sterk beperkt. Bovendien is er nauwelijks sprake van kwelstromen die de beek jaarrond voeden. Het benedenstroomse deel, tussen Ruurlo en de IJssel, stroomt voor een belangrijk deel door de landerenzone. Planologisch is hier veel meer mogelijk, bijvoorbeeld door de functie van het gebied als (natte) natuur en de functie ecologische verbindingszone (onderdeel Gelders Natuurnetwerk [GNN]). Bovendien wijzen historische kaarten ook op een andere voorgeschiedenis als het bovenstroomse traject. Al vroeg in de 19e eeuw waren meanderende trajecten aanwezig. Zie hiervoor ook het rapport Landerenzone Baakse Beek; Ontwerpstudie waterbeheer, Cultuurhistorie als inspiratiebron voor ruimtelijke ontwikkeling (Vista Landscape and Urban design, 2006). Verder is de landschappelijke constellatie hier anders. Benedenstrooms loopt de Baakse Beek door een kleinschalig landschap met zandkopjes en laagtes met uittredende kwel. De voeding is hier dus sterker dan bovenstrooms van Ruurlo, al is deze ook hier ontoereikend om jaarrond afvoer te genereren (Jansen et al. 2013). Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Baakse Beek Bovenstrooms Code waterlichaam: NL07_0014_1 pagina 95 van 263

96 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Motivering: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Beschouwde alternatieven: Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect puntbronnen rioolwaterzuiveringsinstallaties Afvalwaterzuivering Fosfor, Stikstof diffuse bronnen door landbouwgronden Landbouw Fosfor, Stikstof diffuse bronnen diffuse bronnen regulering waterbeweging door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) door verkeer (weg/rail) en infrastructuur wateroverdracht stroomgebieden (wateraanvoer en/of waterafvoer) Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Waterhuishouding (overig) Fosfor, Stikstof, Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand Naam waterlichaam: Baakse Beek Bovenstrooms Code waterlichaam: NL07_0014_1 pagina 96 van 263

97 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) (geen normoverschrijdingen) Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Voor koper kwam een overschrijding naar voren. Deze overschrijding is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof zijn de stoffen niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de normen. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,30 ontoereiken E- Overige waterflora (EKR) 0,40 E- Vis (EKR) 0,10 E- Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- ontoereiken ntoereiken Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 E- matig DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens Naam waterlichaam: Baakse Beek Bovenstrooms Code waterlichaam: NL07_0014_1 pagina 97 van 263

98 *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 (geen normoverschrijdingen) Motivering ecologische toestand: 2009 is de toestand voor het waterlichaam Baakse Beek voor de splitsing. Het beneden en bovenstroomse deel zijn voor de KRW nu twee aparte waterlichamen en worden afzonderlijk getoetst. Het nutriëntengehalte in het bovenstroomse deel van de Baakse Beek is normoverschrijdend. Belangrijkste bron voor fosfaat is waarschijnlijk de RWZI en voor stikstof de landbouw. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal ontoereiken* Biologie ontoereiken* E- Fysische chemie E- * Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet * Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Naam waterlichaam: Baakse Beek Bovenstrooms Code waterlichaam: NL07_0014_1 pagina 98 van 263

99 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Maatregelen opgevoerd in SGBP 2009 voor de periode t/m 2015 Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Beekherstel/meanderen (RC-pakket) verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Omvang: Voortgang: km Motivering: Uitgevoerd: 2 Naast deze 2 kilometer worden extra kilometers gereliseerd in de periode t/m 2015, zie overige maatregelen. Toelichting: Baakse beek NB tbv beekherstel langs de Baakse beek ,- tbv synergiegelden aangemerkt, incl voorbereidingskosten zijn de totale kosten tbv synergie ,- Overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m km Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Toelichting: Stuwen vispasseerbaar maken vispasseerbaar maken kunstwerk Omvang: 7 stuks Waterlichaam Baakse beek (voor splitsing) De totale opgave in 2009 voorzien voor de periode bedraagt 17 vispassages. In de periode 2009 t/m 2015 worden er naar verwachting al 7 stuwen vispasseerbaar gemaakt (allen in het benedenstroomse deel van de Baakse Beek). Door de splitsing van het waterlichaam Baakse Beek wordt de nieuwe opgave voor de periode en opgenomen in het waterlichaam Baakse Beek bovenstrooms (NL07_014_1) en Baakse Beek benedenstrooms (NL07_014_2). Maatregelen gepland voor de periode Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Andere richtlijn: Toelichting: Beekherstel bovenlopen verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Waterschap Rijn en IJssel Omvang: 6 km Voor de Baakse Beek Bovenstrooms worden geen beekherstelmaatregelen meer voorgesteld. Bovenstaande maatregelen richten zich op de bovenlopen met SED functie. Dit geldt voor de Wijenborgerbeek, Lievelderbeek en Visserijbeek. De Vragenderbeek voldoet aan het streefbeeld. De trajecten waar maatregelen gewenst zijn hebben een lengte van in totaal 5,6 km. Oorspronkelijke naam: Stuwen vispasseerbaar maken Omvang: 1 stuks SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Andere richtlijn: Toelichting: vispasseerbaar maken kunstwerk Waterschap Rijn en IJssel Kasteel Ruurlo Toelichting: Naam waterlichaam: Baakse Beek Bovenstrooms Code waterlichaam: NL07_0014_1 pagina 99 van 263

100 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement stikstof totaal, fosfor totaal Biologie totaal, stikstof totaal, fosfor totaal Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Fasering van maatregelen ten behoeve van ecologische toestand bovenlopen: Waterschap Rijn en IJssel heeft als taken het zuiveren van afvalwater en het onderhouden en waar nodig verbeteren van het watersysteem. Voor beide taken wordt apart belasting geheven. De watersysteemheffing dekt de kosten voor de taak watersysteembeheer. In de planperiode zijn deze kosten geraamd op gemiddeld 40 mln Euro per jaar. Het investeringsvolume voor verbetering van het watersysteem voor deze periode is geraamd op gemiddeld 6 mln Euro per jaar, waarvan 2 mln. wordt ingezet voor verbetering van de waterkwaliteit (KRW). Het investeringsvolume dat nodig is voor uitvoering van alle (resterende) KRW-maatregelen vanaf 2016 bedraagt 29,7 mln. Zonder fasering betekent dit voor de 6-jaarsperiode een jaarlijkse investering van ca 5 mln. per jaar voor KRW-maatregelen, in plaats van de huidige geraamde 2 mln. per jaar. Als gevolg van deze verhoging zouden de totale kosten elk jaar stijgen met gemiddeld 1% t.o.v. het voorgaande jaar. Deze kostenstijging is hoger dan nu jaarlijks wordt aangehouden en daarmee disproportioneel. Daarom wordt de uitvoering van de maatregelen gefaseerd over de planperioden en , vooralsnog in een verdeling van 50-50% over beide periodes. Dit leidt tot een stijging van 0,5% per jaar t.o.v. het voorgaande jaar. Deze stijging is proportioneel, want deze past binnen de geraamde ontwikkeling van de watersysteemheffing. Fasering doelen stikstof en fosfor: Voor dit waterlichaam is bemesting door de landbouw de belangrijkste bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Hoewel het generieke mestbeleid significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Baakse Beek Bovenstrooms Code waterlichaam: NL07_0014_1 pagina 100 van 263

101 Factsheet: NL07_0014_2 Baakse Beek Benedenstrooms -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Baakse Beek Benedenstrooms Code: NL07_0014_2 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Berkelland, Bronckhorst Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Baakse Beek Benedenstrooms Code waterlichaam: NL07_0014_2 pagina 101 van 263

102 Karakterschets: Het waterlichaam Baakse Beek benedenstrooms behoort tot de KRW categorie Rivieren tot het waterlichaam type R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand). Het waterlichaam Baakse Beek is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam valt binnen de gemeenten Berkelland, Bronckhorst. Het waterlichaam Baakse Beek ligt in de provincie Gelderland. Het waterlichaam, de Baakse Beek benedenstrooms is het benedenstroomse deel van het oorspronkelijke KRW-waterlichaam Baakse Beek. De splitsing ligt bij de watermolen in Ruurlo. Baakse Beek benedenstrooms heeft een lengte van 19,1 kilometer. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. Het waterlichaam heeft zijn oorsprong in het stroomgebied van de Baakse Beek en mondt uit in de Gelderse IJssel. Bij hoogwater op de IJssel watert de Baakse beek af via het Groene Kanaal op de IJssel. Om het peil te regelen zijn in het waterlichaam Baakse Beek Benedenstrooms 14 stuwen aanwezig waarvan 7 nog niet vispasseerbaar. De Baakse Beek kent s zomers afvoerloze perioden. In het stroomgebied van de Baakse Beek benedenstrooms ligt één RWZI s (RWZI Ruurlo). Er zijn geen IBA s. Motivering voor splitsing Baakse Beek De reden voor de splitsing is dat uit onze GGOR-studie voor het stroomgebied Baakse Beek-Veengoot (ambtelijk afgerond in 2012) blijkt dat deze watergang feitelijk uit twee verschillend functionerende beeksystemen bestaat. Het bovenstroomse deel, tussen Lichtenvoorde en Ruurlo, is een zeer traag stromende en vaak stagnante beek, die gegraven is om het moerasgebied ten oosten van Ruurlo droog te leggen. Op historische kaarten (beschikbaar vanaf ca. 1800) is nooit een beekloop zichtbaar, hooguit rechte ontginningssloten. In de huidige situatie is sprake van een intensie landbouwgebied dat de mogelijkheden voor natuurherstel sterk beperkt. Bovendien is er nauwelijks sprake van kwelstromen die de beek jaarrond voeden. Het benedenstroomse deel, tussen Ruurlo en de IJssel, stroomt voor een belangrijk deel door de landerenzone. Planologisch is hier veel meer mogelijk, bijvoorbeeld door de functie van het gebied als (natte) natuur en de functie ecologische verbindingszone (onderdeel Gelders Natuurnetwerk [GNN]). Bovendien wijzen historische kaarten ook op een andere voorgeschiedenis als het bovenstroomse traject. Al vroeg in de 19e eeuw waren meanderende trajecten aanwezig. Zie hiervoor ook het rapport Landerenzone Baakse Beek; Ontwerpstudie waterbeheer, Cultuurhistorie als inspiratiebron voor ruimtelijke ontwikkeling (Vista Landscape and Urban design, 2006). Verder is de landschappelijke constellatie hier anders. Benedenstrooms loopt de Baakse Beek door een kleinschalig landschap met zandkopjes en laagtes met uittredende kwel. De voeding is hier dus sterker dan bovenstrooms van Ruurlo, al is deze ook hier ontoereikend om jaarrond afvoer te genereren (Jansen et al. 2013). Beschermde gebieden: - Vogelrichtlijn Uiterwaarden IJssel (NL_VOG_38) Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen waterkeringen Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Baakse Beek Benedenstrooms Code waterlichaam: NL07_0014_2 pagina 102 van 263

103 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Motivering: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen waterkeringen Het verwijderen van waterkeringen heeft via het mechanisme veiligheid nagenoeg altijd negatieve consequenties op één of meerdere gebruiksfuncties. Omdat het areaal waar schade optreedt bij het verwijderen van de waterkering over het algemeen vele hectaren bedraagt, is het verplaatsen van gebruiksfuncties alleen tegen onevenredig hoge kosten mogelijk. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Naam waterlichaam: Baakse Beek Benedenstrooms Code waterlichaam: NL07_0014_2 pagina 103 van 263

104 Beschouwde alternatieven: Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect puntbronnen rioolwaterzuiveringsinstallaties Afvalwaterzuivering Macrofauna, Overige Waterflora, Vis diffuse bronnen regulering waterbeweging regulering waterbeweging door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) barrières (niet of moeilijk (vis)passeerbare gemalen, stuwen, dammen etc.) kanalisatie c.q. normalisatie van de waterloop Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Overige Waterflora, Vis Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Overige Waterflora, Vis regulering waterbeweging omleiden piekafvoer Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Overige Waterflora, Vis regulering waterbeweging regulering waterbeweging stuw: verschil waterstand : verhogen waterstand (peilbeheersing) verlies oeverzones en overstromingsvlaktes Macrofauna, Overige Waterflora, Vis Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Overige Waterflora, Vis regulering waterbeweging versnelde waterafvoer Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Overige Waterflora, Vis regulering waterbeweging wateroverdracht stroomgebieden (wateraanvoer en/of waterafvoer) Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Overige Waterflora, Vis, Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Naam waterlichaam: Baakse Beek Benedenstrooms Code waterlichaam: NL07_0014_2 pagina 104 van 263

105 Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend is de toestand voor het waterlichaam Baakse Beek voor de splitsing. Het beneden en bovenstroomse deel zijn voor de KRW nu twee aparte waterlichamen en worden afzonderlijk getoetst. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,35 ontoereiken Overige waterflora (EKR) 0,45 Vis (EKR) 0,25 Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 E- E- DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Naam waterlichaam: Baakse Beek Benedenstrooms Code waterlichaam: NL07_0014_2 pagina 105 van 263

106 Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 (geen normoverschrijdingen) Motivering ecologische toestand: In het benedenstroomse deel van de Baakse beek is de inrichting nog te eenvormig.hierdoor wordt niet vodaan aan het GEP. Meer doorstroming is wenselijk bij hoge afvoeren bovenstrooms. Hiervoor zijn maatregelen gepland is de toestand voor het waterlichaam Baakse Beek voor de splitsing. Het beneden en bovenstroomse deel zijn voor de KRW nu twee aparte waterlichamen en worden afzonderlijk getoetst. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype en of splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: 'Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel' (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal ontoereiken* Biologie ontoereiken* Fysische chemie E- * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Naam waterlichaam: Baakse Beek Benedenstrooms Code waterlichaam: NL07_0014_2 pagina 106 van 263

107 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Maatregelen opgevoerd in SGBP 2009 voor de periode t/m 2015 Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Beekherstel/meanderen (RC-pakket) verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Omvang: Voortgang: km Motivering: Uitgevoerd: 2 Naast deze 2 kilometer worden extra kilometers gereliseerd in de periode t/m 2015, zie overige maatregelen. Toelichting: Baakse beek NB tbv beekherstel langs de Baakse beek ,- tbv synergiegelden aangemerkt, incl voorbereidingskosten zijn de totale kosten tbv synergie ,- Overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m km Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Toelichting: Stuwen vispasseerbaar maken vispasseerbaar maken kunstwerk Omvang: 7 stuks Waterlichaam Baakse beek (voor splitsing) De totale opgave in 2009 voorzien voor de periode bedraagt 17 vispassages. In de periode 2009 t/m 2015 worden er naar verwachting al 7 stuwen vispasseerbaar gemaakt (allen in het benedenstroomse deel van de Baakse Beek). Door de splitsing van het waterlichaam Baakse Beek wordt de nieuwe opgave voor de periode en opgenomen in het waterlichaam Baakse Beek bovenstrooms (NL07_014_1) en Baakse Beek benedenstrooms (NL07_014_2). Maatregelen gepland voor de periode Oorspronkelijke naam: Beekherstel waterlichaam Omvang: 5 km SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Andere richtlijn: Toelichting: verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Waterschap Rijn en IJssel Baakse Beek benedenstrooms Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Andere richtlijn: Toelichting: Stuwen vispasseerbaar maken vispasseerbaar maken kunstwerk Waterschap Rijn en IJssel Omvang: 7 stuks Schooneveldsdijk, Velsbrug, Vischbrug, Kamperman, Medler, Wientjesvoort en Horsterkamp Toelichting: Naam waterlichaam: Baakse Beek Benedenstrooms Code waterlichaam: NL07_0014_2 pagina 107 van 263

108 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Motivering per motiveringsgrond: Onevenredig kostbaar Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Baakse Beek Benedenstrooms Code waterlichaam: NL07_0014_2 pagina 108 van 263

109 Factsheet: NL07_0015 Vierakkerselaak -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Vierakkerselaak Code: NL07_0015 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Bronckhorst, Zutphen Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Vierakkerselaak Code waterlichaam: NL07_0015 pagina 109 van 263

110 Karakterschets: Het waterlichaam Vierakkerselaak behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het waterlichaam behoort tot het waterlichaam type R5: Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Het waterlichaam Vierakkerselaak (ook bekend als Afwatering van de Boggelaar) is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam ligt in de provincie Gelderland en valt binnen de gemeenten Zutphen en Bronckhorst. Het waterlichaam, de Vierakkerselaak, heeft een lengte van 5,1 kilometer en een stroomgebied van 3024 hectare. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. Het waterlichaam vindt zijn oorsprong in het stroomgebied en mondt uit in de IJssel. Om het peil te regelen zijn in het waterlichaam vijf regelbare stuwen aanwezig. De stuwen zijn niet vispasseerbaar. In het waterlichaam Vierakkerselaak wordt per peilvak één vast maximum streefpeil gehanteerd, met behulp van de stuwen. De Vierakkerselaak is het gehele jaar watervoerend. In de zomerperiode wordt water ingelaten vanuit de Berkel.. In het stroomgebied van de Vierakkerselaak liggen geen RWZI s of IBA s. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Aankoppelen van beektrajecten/aanleg nevengeul in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hermeandering beken in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Vierakkerselaak Code waterlichaam: NL07_0015 pagina 110 van 263

111 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Naam waterlichaam: Vierakkerselaak Code waterlichaam: NL07_0015 pagina 111 van 263

112 Motivering: Aankoppelen van beektrajecten / aanleg nevengeul in agrarisch gebied Het aantakken van beektrajecten of de aanleg van nevengeulen in landbouwgebied heeft als gevolg dat areaal dat in gebruik is bij (intensieve) landbouw moet worden vrijgemaakt ten behoeve van beektrajecten / nevengeulen. Hierdoor gaat areaal voor landbouw verloren. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een redelijke prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hermeanderen beken in agrarisch gebied Het hermeanderen van beken heeft als doel meer variatie te creëren in het stromingspatroon en substraat van beken. Om dit te realiseren en eventuele negatieve effecten op de waterhuishouding te compenseren, moet areaal worden vrijgemaakt ten behoeve van het verleggen van de beek en wellicht voor mogelijke inundaties die zullen plaatsvinden vanwege het gewijzigde profiel. Hierdoor gaat areaal voor de landbouw verloren, dat in het dichtbevolkte Nederland slechts beperkt en tegen relatief hoge kosten beschikbaar is. Bovendien worden inundaties vanwege de water- / slibkwaliteit op veel plaatsen uit milieuoverwegingen ongewenst geacht. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een acceptabele prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door Naam waterlichaam: Vierakkerselaak Code waterlichaam: NL07_0015 pagina 112 van 263

113 Beschouwde alternatieven: stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect puntbronnen riooloverstorten Afwatering Macrofauna, Vis, Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen diffuse bronnen diffuse bronnen diffuse bronnen door verkeer (weg/rail) en infrastructuur overige diffuse bronnen (vooral atmosferische depositie) door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen regulering waterbeweging kanalisatie c.q. normalisatie van de waterloop Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Vis regulering waterbeweging regulering waterbeweging verlies oeverzones en overstromingsvlaktes oeververdediging, duikers, overkluizing, kribben Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Vis Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Vis overige belastingen intensief beheer en onderhoud (incl. oevers) Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Vis Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. Naam waterlichaam: Vierakkerselaak Code waterlichaam: NL07_0015 pagina 113 van 263

114 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam koper als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof is koper niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de norm. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,35 E- Overige waterflora (EKR) 0,35 E- E- Vis (EKR) 0,25 Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 E- E- DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens Naam waterlichaam: Vierakkerselaak Code waterlichaam: NL07_0015 pagina 114 van 263

115 *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 (geen normoverschrijdingen) Motivering ecologische toestand: De Vierakkerselaat voldoet bijna aan de gestelde doelen. Onderhoud is mogelijk nog te intensief. Naar verwachting worden de doelen in 2021 gehaald. Schijnbare achteruitgang: Voor de macrofauna is een achteruitgang ten opzichte van Vanwege de natuurlijke variatie in (ecologische) meetdata ten gevolge van toevalligheden bij de bemonstering en/of weersomstandigheden en vanwege de betrekkelijk lage monitoringfrequentie valt de beoordeling van de huidige toestand slechter uit dan de eerste beoordeling. In de praktijk is de toestand niet verslechterd. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * Biologie * Fysische chemie E- * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet * Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Toelichting: Naam waterlichaam: Vierakkerselaak Code waterlichaam: NL07_0015 pagina 115 van 263

116 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Motivering per motiveringsgrond: Onevenredig kostbaar Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Vierakkerselaak Code waterlichaam: NL07_0015 pagina 116 van 263

117 Factsheet: NL07_0016 Berkel -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Berkel Code: NL07_0016 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Berkelland, Lochem, Zutphen Type: Status: R6 (Langzaam stromend riviertje op zand/klei) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Berkel Code waterlichaam: NL07_0016 pagina 117 van 263

118 Karakterschets: Het waterlichaam Berkel behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het waterlichaam behoort tot het waterlichaam type R6: Langzaam stromend riviertje op zand/klei. Het Nederlandse deel van de Berkel is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam ligt in de Provincie Gelderland en valt binnen de gemeenten Lochem, Zutphen en Berkelland. Het waterlichaam, de Berkel, heeft een lengte van 48,2 kilometer en een stroomgebied van 9924 hectare. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. De watergang vindt zijn oorsprong in Duitsland en mondt uit in de IJssel. Om het peil te regelen zijn in de Berkel 16 stuwen aanwezig. Waarvan er, naar verwachting in 2016, 15 vispasseerbaar gemaakt zijn (deels door bypass Ramsbeek en afwatering Zuid-Rekken). In het waterlichaam Berkel wordt per peilvak één vast maximum streefpeil gehanteerd. Het waterlichaam de Berkel is het gehele jaar watervoerend. Er is geen sprake van afvoerloze periodes tijdens de zomer, maar wel van periodes met heel weinig afvoer waardoor we keuzes moeten maken in afvoer over de Berkel of afvoer door de bypass Ramsbeek/Afwatering van Zuid-Rekken. In het stroomgebied van de Berkel liggen twee RWZI s (Haarlo en Borculo). Er zijn geen of weinig IBA s. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Berkel Code waterlichaam: NL07_0016 pagina 118 van 263

119 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Motivering: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Naam waterlichaam: Berkel Code waterlichaam: NL07_0016 pagina 119 van 263

120 Beschouwde alternatieven: Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect puntbronnen rioolwaterzuiveringsinstallaties Afvalwaterzuivering Overige Waterflora, Fosfor, Stikstof, Ammonium diffuse bronnen diffuse bronnen door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) door verkeer (weg/rail) en infrastructuur Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen regulering waterbeweging omleiden piekafvoer Waterhuishouding (overig) Overige waterflora regulering waterbeweging kanalisatie c.q. normalisatie van de waterloop Waterhuishouding (overig) Overige waterflora regulering waterbeweging verlies oeverzones en overstromingsvlaktes Waterhuishouding (overig) Overige waterflora regulering waterbeweging regulering waterbeweging oeververdediging, duikers, overkluizing, kribben barrières (niet of moeilijk (vis)passeerbare gemalen, stuwen, dammen etc.) Waterhuishouding (overig) Overige waterflora Waterhuishouding (overig) Overige waterflora Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose 2021 Naam waterlichaam: Berkel Code waterlichaam: NL07_ som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) (geen normoverschrijdingen) pagina 120 van 263

121 Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Belangrijkste bron van ammonium in de Berkel is afwenteling vanuit Duitsland, landbouw en de RWZI. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,45 E- Overige waterflora (EKR) 0,45 E- Vis (EKR) 0,30 ontoereiken E- Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 ontoereiken matig Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 ontoereiken ntoereiken DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R6) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand ammonium (NH4) Naam waterlichaam: Berkel Code waterlichaam: NL07_0016 pagina 121 van 263

122 Motivering ecologische toestand: Meer structuurvariatie met ondieptes is wenselijk. Na beekherstelmaatregelen is het GEP haalbaar. Nutriënten vormen nog een probleem voor de Berkel. Dit is met name het gevolg landbouw en van afwenteling vanuit Duitsland en de RWZI. Schijnbare achteruitgang overige waterflora: De achteruitgang van de score voor overige waterflora is grotendeels te verklaren door de aangepaste maatlat. Sinds de beoordeling bij de aanvang van de vorige planperiode zijn de maatlatten waarmee de toestand wordt bepaald aangepast. Dit heeft er toe geleid dat er na toetsing met nieuwe maatlatten voor overige waterflora een slechtere score is bepaald dan bij de eerste beoordeling. De toestand na toetsing met de oude maatlatten blijkt slechts licht te zijn verslechterd. Deze lichte verslechtering wordt veroorzaakt door natuurlijke variatie. Vanwege de natuurlijke variatie in (ecologische) meetdata ten gevolge van toevalligheden bij de bemonstering en/of weersomstandigheden en vanwege de betrekkelijk lage monitoringfrequentie kan een beoordeling van de huidige toestand slechter uitvallen dan de eerste beoordeling. In de praktijk is de toestand voor overige waterflora in de Berkel niet verslechterd. Schijnbare achteruitgang stikstof: Sinds de beoordeling bij de aanvang van de vorige planperiode zijn de normen waarmee de toestand wordt bepaald aangepast. Dit heeft er toe geleid dat er na toetsing aan de nieuwe normen een slechtere score is bepaald dan bij de eerste beoordeling. In de praktijk blijkt de werkelijke toestand juist te zijn verbeterd. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal ontoereiken* Biologie ontoereiken* Fysische chemie ontoereiken* Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet nie Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Naam waterlichaam: Berkel Code waterlichaam: NL07_0016 pagina 122 van 263

123 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Maatregelen opgevoerd in SGBP 2009 voor de periode t/m 2015 Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Beekherstel/meanderen (binnen EVZ-profiel) verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Waterschap Rijn en IJssel Omvang: 23 km Voortgang: km Motivering: In uitvoering: 16 Naar verwachting is deze maatregel voor 2015 gerealiseerd. Uitgevoerd: 7 Toelichting: Berkel Project is toegekend in kader van synergiegelden ,- toegekend voor grondverwerving en investeringskosten (excl. voorbereidingskosten). Uitgegaan van 15% voorbereidingskosten resulteert dit in aan investeringskosten en ,- aan grondkosten. Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Stuwen vispasseerbaar maken vispasseerbaar maken kunstwerk Omvang: 7 stuks Voortgang: stuks Motivering: In uitvoering: 1 Naar verwachting is deze vispassage vóór 2015 gerealiseerd. Uitgevoerd: 6 Toelichting: Berkel Project is toegekend in kader van synergiegelden ,- toegekend voor vispassages (excl. voorbereidingskosten). Uitgegaan van 15% voorbereidingskosten resulteert dit in aan investeringskosten Maatregelen gepland voor de periode Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Andere richtlijn: Beekherstel waterlichaam verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Waterschap Rijn en IJssel Omvang: 13 km Toelichting: Prioriteit ligt op het herinrichten van traject tussen Almen en Lochem. Dit traject is 9,6 km lang. Daarnaast zijn er nog mogelijkheden voor verbeteringen op het traject Lochem-Beekvliet. Oorspronkelijke naam: Stuwen vispasseerbaar maken Omvang: 1 stuks SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Andere richtlijn: Toelichting: vispasseerbaar maken kunstwerk Waterschap Rijn en IJssel Hoge Weide Toelichting: Naam waterlichaam: Berkel Code waterlichaam: NL07_0016 pagina 123 van 263

124 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement stikstof totaal, fosfor totaal, Overige relevante verontreinigende stoffen stikstof totaal, fosfor totaal, Overige relevante verontreinigende stoffen Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Voor dit waterlichaam is bemesting door de landbouw een belangrijke bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Hoewel het generieke mestbeleid significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Voor dit waterlichaam is effluent van de rwzi de belangrijkste bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Voor de zuivering van het afvalwater worden hoge kosten gemaakt. De verdere aanpak van de zuiveringsinstallatie is disproportioneel kostbaar. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Berkel Code waterlichaam: NL07_0016 pagina 124 van 263

125 Factsheet: NL07_0017 Ramsbeek -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Ramsbeek Code: NL07_0017 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Berkelland Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Ramsbeek Code waterlichaam: NL07_0017 pagina 125 van 263

126 Karakterschets: Het waterlichaam Ramsbeek behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het waterlichaam behoort tot het waterlichaam type R5: langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Het waterlichaam Ramsbeek is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam ligt in de Provincie Gelderland en valt binnen de gemeente Berkelland. Het waterlichaam, de Ramsbeek, heeft een lengte van 5,2 kilometer en een stroomgebied in Nederland van 2334 ha. De Ramsbeek heeft haar oorsprong deels in Duitsland en wordt daarnaast gevoed door de Veengoot die ontspringt nabij de Leemputten en het Zwillbrocker Venn. Het totale stroomgebied van de Ramsbeek is 4152 ha waarvan 1818 ha in Duitsland ligt. De Ramsbeek mondt uit in de Berkel. Om het peil te regelen zijn er in de Ramsbeek één regelbare stuw en zes vaste stuwen. In 2013 zijn de stuwen vispasseerbaar gemaakt of verwijderd. In het waterlichaam Ramsbeek wordt per peilvak een vast maximum streefpeil gehanteerd, als gevolg van de vaste stuwen. Het peil is afhankelijk van de bovenstroomse aanvoer. In de stuwpanden met de variabele stuwen is het peil variabel. Deze stuwen zijn in de afgelopen planperiode verwijderd in het kader van de herinrichting van de beek. Het waterlichaam Ramsbeek is het gehele jaar watervoerend. Tijdens droge periodes vallen de bovenstroomse delen van de watergangen niet droog. In het stroomgebied van de Ramsbeek liggen geen RWZI s of IBA s. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Ramsbeek Code waterlichaam: NL07_0017 pagina 126 van 263

127 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Motivering: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Naam waterlichaam: Ramsbeek Code waterlichaam: NL07_0017 pagina 127 van 263

128 Beschouwde alternatieven: Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen diffuse bronnen regulering waterbeweging regulering waterbeweging door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) door verkeer (weg/rail) en infrastructuur verlies oeverzones en overstromingsvlaktes barrières (niet of moeilijk (vis)passeerbare gemalen, stuwen, dammen etc.) Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Waterhuishouding (overig) Overige waterflora, VIs Waterhuishouding (overig) Overige waterflora, Vis overige belastingen intensief beheer en onderhoud (incl. oevers) Waterhuishouding (overig) Overige waterflora, Vis Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Naam waterlichaam: Ramsbeek Code waterlichaam: NL07_0017 pagina 128 van 263

129 Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam een aantal metalen zoals koper en zink als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof zijn de stoffen niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de normen. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,45 E- Overige waterflora (EKR) 0,55 E- Vis (EKR) 0,30 Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 E- ontoereiken ntoereiken DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 (geen normoverschrijdingen) Naam waterlichaam: Ramsbeek Code waterlichaam: NL07_0017 pagina 129 van 263

130 Motivering ecologische toestand: De Ramsbeek voldoet bijna aan het GEP. De diatomeenscore is wisselend. De normoverschrijding wordt door stikstof veroorzaakt. Een belangrijke bron is hier waarschijnlijk landbouw en afwenteling vanuit Duitsland. Schijnbare achteruitgang overige waterflora: Sinds de beoordeling bij de aanvang van de vorige planperiode zijn de maatlatten waarmee de toestand wordt bepaald aangepast. Dit heeft er toe geleid dat er na toetsing met nieuwe maatlatten een slechtere score is bepaald voor overige waterflora dan bij de eerste beoordeling. In de praktijk blijkt de werkelijke toestand na toetsing met de oude maatlatten niet te zijn verslechterd. Schijnbare achteruitgang stikstof: Vanwege de natuurlijke variatie in meetdata ten gevolge van toevalligheden bij de bemonstering en/of weersomstandigheden en vanwege de betrekkelijk lage monitoringfrequentie kan een beoordeling van de huidige toestand slechter uitvallen dan de eerste beoordeling. Trendanalyse laat zien dat in de praktijk is de toestand niet verslechterd. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * Biologie * Fysische chemie E- * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet * Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m 2015 Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Toelichting: Beekherstel/meanderen (binnen EVZ-profiel) verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Waterschap Rijn en IJssel Omvang: 4 km De totale opgave in 2009 voorzien voor de periode bedraagt 4 kilometer beekherstel. In de periode 2009 t/m 2015 wordt er naar verwachting al 4 kilometer gerealiseerd. Naam waterlichaam: Ramsbeek Code waterlichaam: NL07_0017 pagina 130 van 263

131 Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, stikstof totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Chemische toestand, stikstof totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Afwenteling vanuit Duitsland vormt de belangrijkste bron van nutriënten. Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Ramsbeek Code waterlichaam: NL07_0017 pagina 131 van 263

132 Factsheet: NL07_0018 Bolksbeek -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Bolksbeek Code: NL07_0018 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Type: Status: M3 (Gebufferde (regionale) kanalen) Kunstmatig Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Provincie Overijssel, Provincie Gelderland Berkelland, Hof van Twente, Lochem Nee Naam waterlichaam: Bolksbeek Code waterlichaam: NL07_0018 pagina 132 van 263

133 Karakterschets: Het waterlichaam Bolksbeek behoort tot de KRW categorie Meren. Het waterlichaam behoort tot het waterlichaam type M3: Gebufferde (regionale) kanalen. Het waterlichaam Bolksbeek is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam valt binnen de gemeenten Berkelland, Lochem en Hof van Twente en in de provincie Gelderland en Overijssel. Het waterlichaam, de Bolksbeek, heeft een lengte van 12,3 kilometer en een stroomgebied van 37 hectare. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. Het waterlichaam vindt zijn oorsprong in de Berkel en mondt uit in het Twentekanaal. De Bolksbeek was oorspronkelijk een aftakking van de Berkel en mondde voor de aanleg van het Twentekanaal uit in de Schipbeek. De Bolksbeek heeft een erg hoge ligging. Het waterlichaam voert water vanuit de Berkel in het Twentekanaal. Door deze verbinding tussen de Berkel en het Twentekanaal is de Bolksbeek het gehele jaar watervoerend. Het waterlichaam Bolksebeek bevat acht stuwen, waarvan drie regelbare stuwen. Er bevinden zich geen vispasseerbare stuwen in het waterlichaam. In het waterlichaam Bolksbeek wordt per peilvak een vast maximum streefpeil gehanteerd, met behulp van de stuwen. In het stroomgebied van de Bolksbeek liggen geen RWZI s of IBA s. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Kunstmatig Het waterlichaam is door mensen gegraven op een plaats waar voorheen geen water was. 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen door landbouwgronden Landbouw Stikstof, Ammonium diffuse bronnen door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen diffuse bronnen door verkeer (weg/rail) en infrastructuur Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen wateronttrekkingen door overdracht (watervoorziening wateren) Waterhuishouding (overig) Stikstof, Ammonium, Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen regulering waterbeweging overige belastingen wateroverdracht stroomgebieden (wateraanvoer en/of waterafvoer) bovenstroomse aanvoer (voorbelasting buitenland) Waterhuishouding (overig) Stikstof, Ammonium, Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Waterhuishouding (overig) Stikstof, Ammonium, Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. Naam waterlichaam: Bolksbeek Code waterlichaam: NL07_0018 pagina 133 van 263

134 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam een aantal metalen zoals koper en zink als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof zijn de stoffen niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de normen. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,60 E- E- Overige waterflora (EKR) 0,20 ontoereiken E- Vis (EKR) 0,60 E- E- Fytoplankton (EKR) 0,60 E- * * Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,15 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,80 E- matig DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 300 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) 0,65 E- Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens Naam waterlichaam: Bolksbeek Code waterlichaam: NL07_0018 pagina 134 van 263

135 *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier M3) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand ammonium (NH4) Motivering ecologische toestand: De concentratie stikstof is nog te hoog in de Bolksbeek. Dit is voornamelijk het gevolg van bovenstroomse aanvoer vanuit de Berkel en landbouw. Schijnbare achteruitgang fytoplankton: Door verbeterde inzichten in het watersysteem en verbeterde monitoring is een nauwkeurigere toestandbepaling mogelijk dan bij de eerste beoordeling, die vaak is ingeschat op basis van expert judgement en niet op basis van kennis van kwantitatieve gegevens per waterlichaam. Als de eerste beoordeling te positief was kan de nieuwe beoordeling slechter uitvallen. In de praktijk hoeft de toestand niet te zijn verslechterd. Schijnbare achteruitgang stikstof: Vanwege de natuurlijke variatie in meetdata ten gevolge van toevalligheden bij de bemonstering en/of weersomstandigheden en vanwege de betrekkelijk lage monitoringfrequentie kan een beoordeling van de huidige toestand slechter uitvallen dan de eerste beoordeling. Uit de trendanalyse blijkt dat de toestand niet verslechterd. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal ontoereiken* Biologie ontoereiken* E- Fysische chemie E- * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet nie Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Naam waterlichaam: Bolksbeek Code waterlichaam: NL07_0018 pagina 135 van 263

136 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, stikstof totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen Chemische toestand, stikstof totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Fasering doel stikstof en overige relevante verontreinigende stoffen: Voor dit waterlichaam is bemesting door de landbouw de belangrijkste bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Hoewel het generieke mestbeleid significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot specifiek verontreinigde stoffen en prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Naam waterlichaam: Bolksbeek Code waterlichaam: NL07_0018 pagina 136 van 263

137 Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Bolksbeek Code waterlichaam: NL07_0018 pagina 137 van 263

138 Factsheet: NL07_0019 Leerinkbeek -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Leerinkbeek Code: NL07_0019 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Berkelland Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Leerinkbeek Code waterlichaam: NL07_0019 pagina 138 van 263

139 Karakterschets: Het waterlichaam Leerinkbeek behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het waterlichaam behoort tot het waterlichaam type R5: langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Het waterlichaam Leerinkbeek is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam ligt in de Provincie Gelderland en valt binnen de gemeente Berkelland. Het waterlichaam de Leerinkbeek heeft een lengte van 8,4 kilometer en een stroomgebied van 4051 hectare. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. Het waterlichaam vindt zijn oorsprong in de Hupselse Beek, ter hoogte van de Leemputten nabij Zwilbrock. De Leerinkbeek mondt uit in de Berkel. Om het peil te regelen zijn in de Leerinkbeek zes regelbare stuwen aanwezig. Geen van de stuwen zijn vispasseerbaar. In het waterlichaam Leerinkbeek wordt per peilvak één vast maximum streefpeil gehanteerd, met behulp van de stuwen. Tijdens droge periodes vallen de bovenstroomse delen van het waterlichaam droog. In het stroomgebied van de Leerinkbeek liggen geen RWZI s of IBA s. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Aankoppelen van beektrajecten/aanleg nevengeul in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hermeandering beken in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Leerinkbeek Code waterlichaam: NL07_0019 pagina 139 van 263

140 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Naam waterlichaam: Leerinkbeek Code waterlichaam: NL07_0019 pagina 140 van 263

141 Motivering: Aankoppelen van beektrajecten / aanleg nevengeul in agrarisch gebied Het aantakken van beektrajecten of de aanleg van nevengeulen in landbouwgebied heeft als gevolg dat areaal dat in gebruik is bij (intensieve) landbouw moet worden vrijgemaakt ten behoeve van beektrajecten / nevengeulen. Hierdoor gaat areaal voor landbouw verloren. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een redelijke prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hermeanderen beken in agrarisch gebied Het hermeanderen van beken heeft als doel meer variatie te creëren in het stromingspatroon en substraat van beken. Om dit te realiseren en eventuele negatieve effecten op de waterhuishouding te compenseren, moet areaal worden vrijgemaakt ten behoeve van het verleggen van de beek en wellicht voor mogelijke inundaties die zullen plaatsvinden vanwege het gewijzigde profiel. Hierdoor gaat areaal voor de landbouw verloren, dat in het dichtbevolkte Nederland slechts beperkt en tegen relatief hoge kosten beschikbaar is. Bovendien worden inundaties vanwege de water- / slibkwaliteit op veel plaatsen uit milieuoverwegingen ongewenst geacht. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een acceptabele prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de Naam waterlichaam: Leerinkbeek Code waterlichaam: NL07_0019 pagina 141 van 263

142 Beschouwde alternatieven: grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen door landbouwgronden Landbouw Stikstof, Ammonium diffuse bronnen diffuse bronnen regulering waterbeweging door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) door verkeer (weg/rail) en infrastructuur wateroverdracht stroomgebieden (wateraanvoer en/of waterafvoer) Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Stikstof, Ammonium, Zink, Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Naam waterlichaam: Leerinkbeek Code waterlichaam: NL07_0019 pagina 142 van 263

143 Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam koper als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof is koper niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de norm. Ammonium en zink overschrijden nog wel de norm dus zorgen voor de onvoldoende score op specifiek verontreinigde stoffen. Dit wordt waarschijnlijk veroorzaakt door landbouw. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,35 E- E- Overige waterflora (EKR) 0,35 E- E- Vis (EKR) 0,20 E- Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 matig DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand ammonium (NH4) - zink (Zn) Naam waterlichaam: Leerinkbeek Code waterlichaam: NL07_0019 pagina 143 van 263

144 Motivering ecologische toestand: Stikstof is nog een probleem in de Leerinkbeek dit wordt waarschijnlijk veroorzaakt door de landbouw. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * Biologie * E- Fysische chemie * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet nie Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Naam waterlichaam: Leerinkbeek Code waterlichaam: NL07_0019 pagina 144 van 263

145 Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, stikstof totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen Chemische toestand, stikstof totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Fasering doelbereik stikstof, overige relevante verontreinigende stoffen en chemische toestand: Voor dit waterlichaam is bemesting door de landbouw de belangrijkste bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Hoewel het generieke mestbeleid significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot specifiek verontreinigende stoffen en prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Leerinkbeek Code waterlichaam: NL07_0019 pagina 145 van 263

146 Factsheet: NL07_0020 Groenlose Slinge -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Groenlose Slinge Code: NL07_0020 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Berkelland, Lochem, Oost Gelre, Winterswijk Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Groenlose Slinge Code waterlichaam: NL07_0020 pagina 146 van 263

147 Karakterschets: Het waterlichaam Groenlose Slinge behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het waterlichaam behoort tot het waterlichaam type R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand). Het waterlichaam Groenlose Slinge is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam ligt in de Provincie Gelderland en valt binnen de gemeenten Lochem, Berkelland, Oost-Gelre en Winterswijk. Het waterlichaam, de Groenlose Slinge, heeft een lengte van 34,1 kilometer en een stroomgebied van hectare. Het waterlichaam bestaat uit de Groenlose Slinge en een zijtak nabij Winterswijk: de Beurzerbeek. De Beurzerbeek vindt zijn oorsprong in Duitsland. De Groenlose Slinge wordt gevoed door de Ratumse- en Willinkbeek, welke hun oorsprong in Duitsland vinden (Wehmerbeek en Vossenveldsbeek). Het waterlichaam Groenlose Slinge mondt uit in de Berkel. Om het peil te regelen zijn in de Groenlose Slinge 32 stuwen aanwezig. Dit zijn bijna allemaal vaste stuwen, stuw Beekvliet is een uitzondering, dit is een regelbare stuw. Alle stuwen, met uitzondering van stuw Beekvliet en de stuwen in de Beurzerbeek zijn vispasseerbaar gemaakt. In het waterlichaam Groenlose Slinge wordt als gevolg van de vaste stuwen per peilvak één vast maximum streefpeil gehanteerd, met behulp van de vaste stuwen. Het waterlichaam Groenlose Slinge is het gehele jaar watervoerend. Er is geen sprake van droogval. In het stroomgebied van de Groenlose Slinge ligt één RWZI (RWZI Winterswijk). Er zijn geen IBA s. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Groenlose Slinge Code waterlichaam: NL07_0020 pagina 147 van 263

148 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Motivering: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Naam waterlichaam: Groenlose Slinge Code waterlichaam: NL07_0020 pagina 148 van 263

149 Beschouwde alternatieven: Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect puntbronnen rioolwaterzuiveringsinstallaties Afvalwaterzuivering Macrofauna, Vis, Fosfor, Stikstof, Ammonium diffuse bronnen diffuse bronnen regulering waterbeweging door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) door verkeer (weg/rail) en infrastructuur verlies oeverzones en overstromingsvlaktes Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Vis regulering waterbeweging versnelde waterafvoer Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Vis regulering waterbeweging barrières (niet of moeilijk (vis)passeerbare gemalen, stuwen, dammen etc.) Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Vis overige belastingen intensief beheer en onderhoud (incl. oevers) Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Vis Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Naam waterlichaam: Groenlose Slinge Code waterlichaam: NL07_0020 pagina 149 van 263

150 Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. De normoverschrijding van ammonium wordt waarschijnlijk veroorzaakt door de RWZI en door afwenteling vanuit Duitsland en de landbouw. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam een aantal metalen zoals koper en zink als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof zijn de stoffen niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de normen. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,45 matig Overige waterflora (EKR) 0,35 E- Vis (EKR) 0,30 ontoereiken matig Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E-slecht matig Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 ontoereiken ntoereiken DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand ammonium (NH4) Naam waterlichaam: Groenlose Slinge Code waterlichaam: NL07_0020 pagina 150 van 263

151 Motivering ecologische toestand: Herinrichtingen hebben op een aantal plaatsen tot verslechtering geleid; waarom dit het geval is vergt nader onderzoek, mogelijk is het waterlichaam te ondiep geworden. De te hoge stikstof en fosfaat gehalten worden veroorzaakt door afwenteling vanuit Duitsland (via Ratumse en Willinkbeek) de RWZI in Winterswijk en de landbouw. Schijnbare achteruitgang vis: Sinds de beoordeling bij de aanvang van de vorige planperiode zijn de maatlatten waarmee de toestand wordt bepaald aangepast. Dit heeft er toe geleid dat er na toetsing met nieuwe maatlatten voor vis een slechtere score is bepaald dan bij de eerste beoordeling. In de praktijk blijkt de werkelijke toestand na toetsing met de oude maatlatten niet te zijn verslechterd. Schijnbare achteruitgang stikstof: Sinds de beoordeling bij de aanvang van de vorige planperiode zijn de normen waaraan de toestand wordt bepaald aangepast. Dit heeft er toe geleid dat er na toetsing aan de nieuwe normen een slechtere score is bepaald dan bij de eerste beoordeling. In de praktijk blijkt de werkelijke toestand juist te zijn verbeterd. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * ontoereiken Biologie * ontoereiken Fysische chemie E-slecht * Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet nie Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Maatregelen opgevoerd in SGBP 2009 voor de periode t/m 2015 Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Beekherstel/meanderen (binnen EVZ-profiel) verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Waterschap Rijn en IJssel Voortgang: km Motivering: Omvang: In uitvoering: 2 Naar verwachting gerealiseerd in de periode 2014 t/m Uitgevoerd: 1 Toelichting: Groenlose Slinge 3 km Naam waterlichaam: Groenlose Slinge Code waterlichaam: NL07_0020 pagina 151 van 263

152 Maatregelen gepland voor de periode Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Andere richtlijn: Toelichting: Uitvoeren onderzoek uitvoeren onderzoek Waterschap Rijn en IJssel Omvang: 1 stuks De opgave in 2009 voorzien voor de periode bedraagt 25 km. Echter zijn voor 2009 over het gehele traject al maatregelen uitgevoerd muv de Beurzerbeek. De Groenlose Slinge voldoet nog niet aan de ecologische en chemische doelstelling. Het grootste probleem is de watervoerendheid. Aanpassingen in beheer en onderhoud zijn gewenst. De haalbaarheid hiervan behoeft, vanwege hydrologische bezwaren, verder onderzoek. Daarom wordt geadviseerd om studie uit te voeren naar mogelijke oplossingen. Ook de mogelijkheden voor maatregelen aan de RWZI in Winterswijk die voor een groot deel bij draagt aan de kwaliteit in de Groenlose Slinge moeten in dit onderzoek meegenomen worden. Maatregelen gepland voor de periode Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Andere richtlijn: Toelichting: Stuwen vispasseerbaar maken vispasseerbaar maken kunstwerk Waterschap Rijn en IJssel Omvang: 8 stuks Stuwen in de Beurzerbeek. Mogelijkheden worden verkend in studie Groenloseslinge/Ratumse en Willinkbeek. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Technisch onhaalbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, stikstof totaal, fosfor totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen Chemische toestand, stikstof totaal, fosfor totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen, Vis-kwaliteit Macrofauna-kwaliteit, Overige waterflora Naam waterlichaam: Groenlose Slinge Code waterlichaam: NL07_0020 pagina 152 van 263

153 Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Fasering doelbereik Vis: Waterschap Rijn en IJssel heeft als taken het zuiveren van afvalwater en het onderhouden en waar nodig verbeteren van het watersysteem. Voor beide taken wordt apart belasting geheven. De watersysteemheffing dekt de kosten voor de taak watersysteembeheer. In de planperiode zijn deze kosten geraamd op gemiddeld 40 mln Euro per jaar. Het investeringsvolume voor verbetering van het watersysteem voor deze periode is geraamd op gemiddeld 6 mln Euro per jaar, waarvan 2 mln. wordt ingezet voor verbetering van de waterkwaliteit (KRW). Het investeringsvolume dat nodig is voor uitvoering van alle (resterende) KRW-maatregelen vanaf 2016 bedraagt 29,7 mln. Zonder fasering betekent dit voor de 6-jaarsperiode een jaarlijkse investering van ca 5 mln. per jaar voor KRW-maatregelen, in plaats van de huidige geraamde 2 mln. per jaar. Als gevolg van deze verhoging zouden de totale kosten elk jaar stijgen met gemiddeld 1% t.o.v. het voorgaande jaar. Deze kostenstijging is hoger dan nu jaarlijks wordt aangehouden en daarmee disproportioneel. Daarom wordt de uitvoering van de maatregelen gefaseerd over de planperioden en , vooralsnog in een verdeling van 50-50% over beide periodes. Dit leidt tot een stijging van 0,5% per jaar t.o.v. het voorgaande jaar. Deze stijging is proportioneel, want deze past binnen de geraamde ontwikkeling van de watersysteemheffing. Fasering doelbereik stikstof, fosfor en overige relevante verontreinigende stoffen: Voor dit waterlichaam is bemesting door de landbouw de belangrijkste bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Hoewel het generieke mestbeleid significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Voor dit waterlichaam is effluent van de RWZI de belangrijkste bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Voor de zuivering van het afvalwater worden hoge kosten gemaakt. De verdere aanpak van de zuiveringsinstallatie is disproportioneel kostbaar. Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot specifiek verontreinigende stoffen en prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Technisch onhaalbaar Fasering doelbereik macrofauna en overige waterflora: Onzekerheid over effectiviteit of uitvoerbaarheid Maatregelen zijn vermoedelijk effectief, maar voordat deze in de praktijk worden toegepast moet de effectiviteit of toepasbaarheid daarvan in de desbetreffende situatie nader worden onderzocht, in de komende planperiode is hiervoor een onderzoeksmaatregel opgenomen. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Groenlose Slinge Code waterlichaam: NL07_0020 pagina 153 van 263

154 Factsheet: NL07_0021 Ratumsebeek-Willinkbeek -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Ratumsebeek-Willinkbeek Code: NL07_0021 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Winterswijk Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Ratumsebeek-Willinkbeek Code waterlichaam: NL07_0021 pagina 154 van 263

155 Karakterschets: Het waterlichaam Ratumsebeek-Willinkbeek behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het waterlichaam behoort tot het waterlichaam type R5: Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Het waterlichaam Ratumsebeek-Willinkbeek is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam ligt in de Provincie Gelderland en valt binnen de gemeente Winterswijk. Het waterlichaam de Ratumsebeek-Willinkbeek bestaat uit twee watergangen, de Ratumsebeek en de Willinkbeek. Het totale waterlichaam heeft een lengte van 18,6 kilometer (Ratumsebeek 11,3km, Willinkbeek 7,4 km) en een stroomgebied van 1867 hectare. De genoemde lengte van de watergangen en omvang van het stroomgebied betreft enkel het Nederlandse deel. De omvang van het stroomgebied in het Duitse deel is voor de Ratumsebeek 1232 ha en voor de Willinkbeek 1728 ha. Het waterlichaam mondt uit in de Groenlose Slinge. In de Ratumsebeek zijn twee knijpstuwen aanwezig en één cascadetrap, welke allemaal vispasseerbaar zijn. De benedenstroomse trajecten van de Ratumsebeek en de Willinkbeek zijn het hele watervoerend bovenstroomse delen vallen s zomers regelmatig droog. In het stroomgebied van de Ratumsebeek en Willinkbeek liggen geen RWZI s. Er zijn drie IBA s. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Ratumsebeek-Willinkbeek Code waterlichaam: NL07_0021 pagina 155 van 263

156 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Motivering: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Naam waterlichaam: Ratumsebeek-Willinkbeek Code waterlichaam: NL07_0021 pagina 156 van 263

157 Beschouwde alternatieven: Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen diffuse bronnen door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) door verkeer (weg/rail) en infrastructuur Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen diffuse bronnen door landbouwgronden Landbouw Fosfor, Stikstof, Ammonium regulering waterbeweging versnelde waterafvoer Waterhuishouding (overig) regulering waterbeweging wateroverdracht stroomgebieden (wateraanvoer en/of waterafvoer) Waterhuishouding (overig) Fosfor, Stikstof, Ammonium, Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen overige belastingen bovenstroomse aanvoer (voorbelasting buitenland) Waterhuishouding (overig) Fosfor, Stikstof, Ammonium, Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Naam waterlichaam: Ratumsebeek-Willinkbeek Code waterlichaam: NL07_0021 pagina 157 van 263

158 Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. De normoverschrijding van ammonium wordt waarschijnlijk veroorzaakt door afwenteling vanuit Duitsland. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam koperals overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof is koper niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de norm. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,60 E- E- Overige waterflora (EKR) 0,40 E- Vis (EKR) 0,60 E- Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- matig Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 ontoereiken ntoereiken DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand ammonium (NH4) Naam waterlichaam: Ratumsebeek-Willinkbeek Code waterlichaam: NL07_0021 pagina 158 van 263

159 Motivering ecologische toestand: De normoverschrijdende stikstof- en fosfaatwaarden komen waarschijnlijk door afwenteling vanuit Duitsland. Schijnbare achteruitgang stikstof: Sinds de beoordeling bij de aanvang van de vorige planperiode zijn de normen waarmee de toestand wordt bepaald aangepast. Dit heeft er toe geleid dat er na toetsing met nieuwe maatlatten een slechtere score is bepaald dan bij de eerste beoordeling. In de praktijk blijkt de werkelijke toestand na toetsing met de oude maatlatten niet te zijn verslechterd. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * Biologie * E- Fysische chemie * Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet nie Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Naam waterlichaam: Ratumsebeek-Willinkbeek Code waterlichaam: NL07_0021 pagina 159 van 263

160 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Maatregelen opgevoerd in SGBP 2009 voor de periode t/m 2015 Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Beekherstel/meanderen (RC-pakket) verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Waterschap Rijn en IJssel Omvang: Voortgang: km Motivering: Planvoorbereiding: 1 Trajecten binnen de turbokavelruil worden uitgevoerd. Daarna uitvoeren onderzoek in periode om verder mogelijkheden te bepalen. Toelichting: Ratumse en Willinkbeek De opgave voor de periode 2009 t/m 2015 bedraagt 1 kilometer. De opgave in 2009 voorzien voor de periode bedraagt 15 kilometer. In de periode 2009 t/m 2015 worden er in het project turbokavelruil al een aantal kilometers gerealiseerd (het exacte aantal kilometers is momenteel (dec. 2013) nog niet bekend. De overige kilometers beekherstel binnen het turbokavelruil project worden uitgevoerd in het begin van de periode Deze maatregelen zijn dus opgenomen in het maatregelenpakket voor de periode De nieuwe opgave voor de periode is het uitvoeren van onderzoek om de mogelijkheden ná uitvoering van de projecten uit de turbokavelruil te verkennen. Maatregelen gepland voor de periode km Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Andere richtlijn: Toelichting: Uivoeren onderzoek uitvoeren onderzoek Waterschap Rijn en IJssel Omvang: 1 stuks De Ratumse en Willinkbeek voldoet nog niet aan de ecologische doelstelling. De beek voldoet nog niet aan streefbeeld wat past bij een hoog ambitieniveau. Onderzocht moet worden welke maatregelen effectief en mogelijk zijn. Dit onderzoek kan gezamenlijk uitgevoerd worden in het onderzoek naar mogelijke maatregelen voor de Groenlose Slinge. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Naam waterlichaam: Ratumsebeek-Willinkbeek Code waterlichaam: NL07_0021 pagina 160 van 263

161 Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, stikstof totaal, fosfor totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen Chemische toestand, stikstof totaal, fosfor totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Afwenteling vanuit Duitsland vormt de belangrijkste bron van nutriënten en overige relevante verontreinigde stoffen. Voor dit waterlichaam is bemesting door de landbouw een belangrijke bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Hoewel het generieke mestbeleid significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot specifiek verontreinigende stoffen en prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Ratumsebeek-Willinkbeek Code waterlichaam: NL07_0021 pagina 161 van 263

162 Factsheet: NL07_0022 Meibeek-Nieuwe Waterleiding -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Meibeek-Nieuwe Waterleiding Code: NL07_0022 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Berkelland Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Meibeek-Nieuwe Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0022 pagina 162 van 263

163 Karakterschets: Het waterlichaam Meibeek - Nieuwe Waterleiding behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het waterlichaam behoort tot het waterlichaam type R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand). Het waterlichaam Meibeek - Nieuwe Waterleiding is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam ligt in de Provincie Gelderland en valt binnen de gemeente Berkelland. Het waterlichaam, de Meibeek - Nieuwe Waterleiding, heeft een lengte van 10,3 kilometer en een stroomgebied van 3426 hectare. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. Het waterlichaam mondt uit in het waterlichaam Groenlose Slinge. Om het peil te regelen zijn in de Meibeek- Nieuwe Waterleiding vier stuwen (waarvan drie regelbare) aanwezig. Er bevinden zich in het waterlichaam geen stuwen die vispasseerbaar zijn. In het waterlichaam Meibeek - Nieuwe Waterleiding wordt per peilvak één vast maximum streefpeil gehanteerd, met behulp van de stuwen. Tijdens de zomer komen afvoerloze periodes voor. De beek valt niet droog dankzij waterinlaat uit de Groenlose Slinge. In het stroomgebied van de Meibeek - Nieuwe Waterleiding liggen geen RWZI s of IBA s. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Aankoppelen van beektrajecten/aanleg nevengeul in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hermeandering beken in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Meibeek-Nieuwe Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0022 pagina 163 van 263

164 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Naam waterlichaam: Meibeek-Nieuwe Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0022 pagina 164 van 263

165 Motivering: Aankoppelen van beektrajecten / aanleg nevengeul in agrarisch gebied Het aantakken van beektrajecten of de aanleg van nevengeulen in landbouwgebied heeft als gevolg dat areaal dat in gebruik is bij (intensieve) landbouw moet worden vrijgemaakt ten behoeve van beektrajecten / nevengeulen. Hierdoor gaat areaal voor landbouw verloren. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een redelijke prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hermeanderen beken in agrarisch gebied Het hermeanderen van beken heeft als doel meer variatie te creëren in het stromingspatroon en substraat van beken. Om dit te realiseren en eventuele negatieve effecten op de waterhuishouding te compenseren, moet areaal worden vrijgemaakt ten behoeve van het verleggen van de beek en wellicht voor mogelijke inundaties die zullen plaatsvinden vanwege het gewijzigde profiel. Hierdoor gaat areaal voor de landbouw verloren, dat in het dichtbevolkte Nederland slechts beperkt en tegen relatief hoge kosten beschikbaar is. Bovendien worden inundaties vanwege de water- / slibkwaliteit op veel plaatsen uit milieuoverwegingen ongewenst geacht. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een acceptabele prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de Naam waterlichaam: Meibeek-Nieuwe Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0022 pagina 165 van 263

166 Beschouwde alternatieven: grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen door landbouwgronden Landbouw Overige waterflora, Vis diffuse bronnen diffuse bronnen regulering waterbeweging regulering waterbeweging door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) door verkeer (weg/rail) en infrastructuur wateroverdracht stroomgebieden (wateraanvoer en/of waterafvoer) stuw: verschil waterstand : verhogen waterstand (peilbeheersing) Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Waterhuishouding (overig) Overige waterflora, Vis, Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Waterhuishouding (overig) Overige waterflora, Vis regulering waterbeweging kanalisatie c.q. normalisatie van de waterloop Waterhuishouding (overig) Overige waterflora, Vis regulering waterbeweging verlies oeverzones en overstromingsvlaktes Waterhuishouding (overig) Overige waterflora, Vis Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Naam waterlichaam: Meibeek-Nieuwe Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0022 pagina 166 van 263

167 Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam koper als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof is koper niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de norm. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,35 E- E- Overige waterflora (EKR) 0,40 E- matig Vis (EKR) 0,30 Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 E- E- DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Naam waterlichaam: Meibeek-Nieuwe Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0022 pagina 167 van 263

168 Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 (geen normoverschrijdingen) Motivering ecologische toestand: Het GEP voor vis wordt op 0,02 niet gehaald. De verwachting is dat het GEP in 2021 wel gehaald zal worden. Schijnbare achteruitgang overige waterflora: Sinds de beoordeling bij de aanvang van de vorige planperiode zijn de maatlatten waarmee de toestand wordt bepaald aangepast. Dit heeft er toe geleid dat er na toetsing met nieuwe maatlatten voor overige waterflora een slechtere score is bepaald dan bij de eerste beoordeling. In de praktijk blijkt de werkelijke toestand na toetsing met de oude maatlatten niet te zijn verslechterd. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * Biologie * Fysische chemie E- * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet * Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Toelichting: Naam waterlichaam: Meibeek-Nieuwe Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0022 pagina 168 van 263

169 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, Overige waterflora, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Motivering per motiveringsgrond: Onevenredig kostbaar Fasering doelbereik overige waterflora en chemische toestand: Voor dit waterlichaam maken diffuse bronnen het bereiken van de biologische doelen nog niet mogelijk. Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot specifiek verontreinigende stoffen en prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Meibeek-Nieuwe Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0022 pagina 169 van 263

170 Factsheet: NL07_0023_1 Grote Waterleiding -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Grote Waterleiding Code: NL07_0023_1 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Lochem Type: Status: M1a (Zoete gebufferde sloten) Kunstmatig Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Grote Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0023_1 pagina 170 van 263

171 Karakterschets: Het waterlichaam Grote Waterleiding behoorde tot de KRW type R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand). Voorgesteld wordt om hier het waterlichaam type M1a (gebufferde sloten) van te maken (zie motivering hieronder). Het waterlichaam Grote Waterleiding is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam ligt in de Provincie Gelderland en valt binnen de gemeenten Lochem en Berkelland. Het waterlichaam, de Grote Waterleiding, heeft een lengte van 4,9 kilometer en een stroomgebied van 4032 hectare. Het waterlichaam bestaat uit 1 watergang. Het waterlichaam vindt zijn oorsprong in het afwateringsgebied en mondt uit in het Twentekanaal. Er liggen geen waterlichamen boven en benedenstrooms van waterlichaam Grote Waterleiding. Het waterlichaam Grote Waterleiding kruist waterlichaam de Berkel door middel van een duiker/sifon. Om het peil te regelen zijn in het waterlichaam Grote Waterleiding drie stuwen (waarvan twee regelbare) aanwezig. Er bevinden zich geen vispasseerbare stuwen in het waterlichaam. In het waterlichaam Grote Waterleiding wordt per peilvak één vast maximum streefpeil gehanteerd, met behulp van de stuwen. Daarnaast zijn er inlaatmogelijkheden vanuit de Groenlose Slinge, Bolksbeek en de Berkel om het streefpeil te handhaven. Het waterlichaam Grote Waterleiding kent in de zomer afvoerloze periodes. Tijdens droge periodes valt het waterlichaam niet droog. In het stroomgebied van de Grote Waterleiding liggen geen RWZI s of IBA s. Motivering verandering type De keuze voor het watertype wordt volgens de systematiek van de Kaderrichtlijn Water gebaseerd op de historische ontstaansgeschiedenis en de kenmerken van het waterlichaam. De Grote Waterleiding is in de eerste stroomgebied-beheerplannen als een sterk veranderde r5 getypeerd, dat wil zeggen een sterk veranderde langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Deze typering betekent dat ervan uit wordt gegaan dat er van oorsprong een beek was, die ten behoeve van de omliggende gebiedsfuncties sterk veranderd is ten opzichte van de originele situatie van de beek (nu genormaliseerd, gekanaliseerd, gestuwd). Deze typering als r5 brengt volgens de systematiek van de Kaderrichtlijn ook met zich mee, dat nagegaan moet worden in welke mate de watergang hersteld kan worden als langzaam stromende middenloop/benedenloop.in de praktijk is het zo dat de Grote Waterleiding in zijn historische geschiedenis nooit helemaal als een langzaam stromende middenloop/benedenloop heeft gefunctioneerd. Het kleine beekje dat oorspronkelijk aanwezig was is kilometerslang kunstmatig verlengd, om ook het bovenstroomse gebied beter te ontwateren. De watergang is dus eigenlijk deels sterk veranderd ten opzichte van de originele situatie en deels kunstmatig ontstaan. De KRW systematiek van watertypering is feitelijk een versimpeling van de variatie in ontstaansgeschiedenis en kenmerken van een watergang. De keuze voor een passend type voor de watergang is daarom sowieso nogal arbitrair, gelet op ontstaansgeschiedenis en kenmerken. Uit monitoringsgegevens van de Grote Waterleiding blijkt inmiddels dat deze ecologisch meer functioneert als een sloot (m1 type) dan als een middenloop/benedenloop op zand (r5). Wanneer nagedacht wordt over zinvolle toekomstperspectieven voor de Grote Waterleiding dan past ook eerder een sloottype dan een middenloop/ benedenloop voor deze watergang.in deze ontwikkeling stellen we voor om voor de Grote Waterleiding waarvan nu al duidelijk is dat die, gelet op ontstaansgeschiedenis, ecologisch functioneren en toekomstperspectief, beter als een m1 getypeerd kan worden dan als een r5. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Kunstmatig Het waterlichaam is door mensen gegraven op een plaats waar voorheen geen water was. Naam waterlichaam: Grote Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0023_1 pagina 171 van 263

172 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen diffuse bronnen door landbouwgronden Landbouw Macrofauna, Overige waterflora, Stikstof diffuse bronnen regulering waterbeweging regulering waterbeweging regulering waterbeweging door verkeer (weg/rail) en infrastructuur stuw: verschil waterstand : verhogen waterstand (peilbeheersing) kanalisatie c.q. normalisatie van de waterloop verlies oeverzones en overstromingsvlaktes Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Overige waterflora Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Overige waterflora Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Overige waterflora Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam koper als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof is koper niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de norm. Naam waterlichaam: Grote Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0023_1 pagina 172 van 263

173 Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,55 Overige waterflora (EKR) 0,55 E- matig Vis (EKR) 0,60 E- E- Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,22 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,40 E- matig DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier M1a) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 (geen normoverschrijdingen) Motivering ecologische toestand: De Grote Waterleiding ligt geheel in landbouwgebied. De hoge stikstofwaarde wordt waarschijnlijk ook door de landbouw veroorzaakt. Onderzocht moet worden of er verbetering van de ecologie mogelijk is in de bovenloop van de Grote Waterleiding: de Heksenlaak. Schijnbare achteruitgang overige waterflora en stikstof: Verbeterde inzichten hebben geleid tot een nieuwe typering van het waterlichaam. Bij een ander type waterlichaam horen ook andere maatlatten en normen. Toetsing aan deze maatlatten en normen hebben geleid tot een slechtere score voor overige waterflora en stikstof dan bij de eerste beoordeling. In de praktijk is de toestand niet verslechterd. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. In het GEP voor macrofauna en overige waterflora wordt afgeweken van de defaultwaarden omdat de sloot in intensief landbouwgebied ligt. Vanwege de geringe beschikbaarheid van water in het gebied, weinig verversing en droogval. Naam waterlichaam: Grote Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0023_1 pagina 173 van 263

174 Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * Biologie * Fysische chemie E- * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet * Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Maatregelen gepland voor de periode Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Andere richtlijn: Toelichting: Uitvoeren onderzoek Omvang: 1 stuks uitvoeren onderzoek Waterschap Rijn en IJssel Onderzoek naar effectieve maatregelen Heksenlaak (SED). Grondwaterbeek. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Naam waterlichaam: Grote Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0023_1 pagina 174 van 263

175 Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Technisch onhaalbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, stikstof totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Chemische toestand, stikstof totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen Biologie totaal Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Fasering doelbereik stikstof en overige waterflora en chemische toestand: Voor dit waterlichaam is bemesting door de landbouw de belangrijkste bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Hoewel het generieke mestbeleid significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Technisch onhaalbaar Onzekerheid over effectiviteit of uitvoerbaarheid maatregelen in bovenloop de Heksenlaak. Maatregelen zijn vermoedelijk effectief, maar voordat deze in de praktijk worden toegepast moet de effectiviteit of toepasbaarheid daarvan in de desbetreffende situatie nader worden onderzocht. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Grote Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0023_1 pagina 175 van 263

176 Factsheet: NL07_0024_1 Barchemse Veengoot -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Barchemse Veengoot Code: NL07_0024_1 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Berkelland, Bronckhorst, Lochem Type: Status: M1a (Zoete gebufferde sloten) Kunstmatig Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Barchemse Veengoot Code waterlichaam: NL07_0024_1 pagina 176 van 263

177 Karakterschets: Het waterlichaam Barchemse Veengoot behoort tot het waterlichaam type M1a gebufferde sloten. Het watertype was voorheen type R5 (zie motivatie aanpassing type hieronder). Het waterlichaam Barchemse Veengoot is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam valt in de Provincie Gelderland binnen de gemeenten Lochem, Bronckhorst en Berkelland. Het waterlichaam, de Barchemse Veengoot, heeft een lengte van 3 kilometer en een stroomgebied van 2371 hectare. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. Het waterlichaam vindt zijn oorsprong in het stroomgebied van de Barchemse Veengoot en mondt uit in de Berkel. Om het peil te regelen zijn in het waterlichaam Barchemse Veengoot twee regelbare stuwen aanwezig. Deze stuwen zijn niet vispasseerbaar. In het waterlichaam Barchemse Veengoot wordt per peilvak één vast maximum streefpeil gehanteerd met behulp van de stuwen. Het waterlichaam Barchemse Veengoot is niet het gehele jaar watervoerend. Tijdens droge periodes vallen de bovenstroomse delen van het waterlichaam droog, in de benedenstroomse peilvakken wordt water ingelaten/opgepomt. In het stroomgebied van de Barchemse Veengoot liggen geen RWZI s of IBA s. Motivering verandering type De keuze voor het watertype wordt volgens de systematiek van de Kaderrichtlijn Water gebaseerd op de historische ontstaansgeschiedenis en de kenmerken van het waterlichaam. De Barchemse Veengoot is in de eerste stroomgebied-beheerplannen als een sterk veranderde r5 getypeerd, dat wil zeggen een sterk veranderde langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Deze typering betekent dat ervan uit wordt gegaan dat er van oorsprong een beek was, die ten behoeve van de omliggende gebiedsfuncties sterk veranderd is ten opzichte van de originele situatie van de beek (nu genormaliseerd, gekanaliseerd, gestuwd). Deze typering als r5 brengt volgens de systematiek van de Kaderrichtlijn ook met zich mee, dat nagegaan moet worden in welke mate de watergang hersteld kan worden als langzaam stromende middenloop/benedenloop.in de praktijk is het zo dat de Barchemse Veengoot in zijn historische geschiedenis nooit helemaal als een langzaam stromende middenloop/benedenloop heeft gefunctioneerd. Het kleine beekje dat oorspronkelijk aanwezig was is kilometerslang kunstmatig verlengd, om ook het bovenstroomse gebied beter te ontwateren. De watergang is dus eigenlijk deels sterk veranderd ten opzichte van de originele situatie en deels kunstmatig ontstaan. De KRW systematiek van watertypering is feitelijk een versimpeling van de variatie in ontstaansgeschiedenis en kenmerken van een watergang. De keuze voor een passend type voor de watergang is daarom sowieso nogal arbitrair, gelet op ontstaansgeschiedenis en kenmerken. Uit monitoringsgegevens van de Barchemse Veengoot blijkt inmiddels dat deze ecologisch meer functioneert als een sloot (m1 type) dan als een middenloop/benedenloop op zand (r5). Wanneer nagedacht wordt over zinvolle toekomstperspectieven voor de Barchemse Veengoot dan past ook eerder een sloottype dan een middenloop/ benedenloop voor deze watergang.in deze ontwikkeling stellen we voor om voor de Barchemse Veengoot waarvan nu al duidelijk is dat die, gelet op ontstaansgeschiedenis, ecologisch functioneren en toekomstperspectief, beter als een m1 getypeerd kan worden dan als een r5. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Kunstmatig Het waterlichaam is door mensen gegraven op een plaats waar voorheen geen water was. Naam waterlichaam: Barchemse Veengoot Code waterlichaam: NL07_0024_1 pagina 177 van 263

178 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen diffuse bronnen door landbouwgronden Landbouw Macrofauna, Overige Waterflora regulering waterbeweging verlies oeverzones en overstromingsvlaktes Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Overige waterflora regulering waterbeweging versnelde waterafvoer Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Overige waterflora Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam koper als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof zijn de stoffen niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de normen. Naam waterlichaam: Barchemse Veengoot Code waterlichaam: NL07_0024_1 pagina 178 van 263

179 Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,55 matig Overige waterflora (EKR) 0,55 matig Vis (EKR) 0,60 * E- Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,22 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,40 E- E- DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier M1a) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 (geen normoverschrijdingen) Motivering ecologische toestand: De macrofauna en overige waterflora voldoen nog niet in de Barchemse Veengoot. Regelmatige stagnantie en zelfs droogval zijn de grootste beperking. De sloot ligt in intensief landbouwgebied. Vanwege de geringe beschikbaarheid van water in het gebied, weinig verversing en droogval. Daarom wordt afgeweken van de defaultwaarden. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten en een veranderd watertype zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Naam waterlichaam: Barchemse Veengoot Code waterlichaam: NL07_0024_1 pagina 179 van 263

180 Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * Biologie * Fysische chemie E- * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet * Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Chemische toestand, Macrofauna-kwaliteit, Overige waterflora, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Naam waterlichaam: Barchemse Veengoot Code waterlichaam: NL07_0024_1 pagina 180 van 263

181 Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Nadat bronnen van verontreinigingen zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Fasering doelen macrofauna, overige waterflora en chemische toestand Voor dit waterlichaam maken diffuse bronnen het bereiken van de biologische doelen nog niet mogelijk. Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot specifiek verontreinigde stoffen en prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Barchemse Veengoot Code waterlichaam: NL07_0024_1 pagina 181 van 263

182 Factsheet: NL07_0025 Eefsebeek -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Eefsebeek Code: NL07_0025 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Lochem Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Eefsebeek Code waterlichaam: NL07_0025 pagina 182 van 263

183 Karakterschets: Het waterlichaam Eefse Beek behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het waterlichaam behoort tot het waterlichaam type R5: langzaam stromende middenloop/ benedenloop op zand. Het waterlichaam Eefse Beek is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam ligt in de Provincie Gelderland en valt binnen de gemeente Lochem. Het waterlichaam, de Eefse Beek, heeft een lengte van 12,1 kilometer en een stroomgebied van 4080 hectare. Het waterlichaam bestaat uit de watergangen de Eefse Beek, de Molenbeek en de Huurnerbeek. Het waterlichaam vindt zijn oorsprong in het eigen stroomgebied en mondt uit via het Twentekanaal in de IJssel. Om het peil te regelen zijn in het waterlichaam Eefse Beek drie regelbare stuwen aanwezig. Er zijn geen vispasseerbare stuwen. In het waterlichaam Eefse Beek wordt per peilvak één vast streefpeil gehanteerd. Het waterlichaam Eefse Beek is het gehele jaar watervoerend. Er is wel een afvoerloze periode in de zomer. In het stroomgebied van de Eefse Beek liggen geen RWZI s of IBA s. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Aankoppelen van beektrajecten/aanleg nevengeul in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hermeandering beken in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Eefsebeek Code waterlichaam: NL07_0025 pagina 183 van 263

184 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Naam waterlichaam: Eefsebeek Code waterlichaam: NL07_0025 pagina 184 van 263

185 Motivering: Aankoppelen van beektrajecten / aanleg nevengeul in agrarisch gebied Het aantakken van beektrajecten of de aanleg van nevengeulen in landbouwgebied heeft als gevolg dat areaal dat in gebruik is bij (intensieve) landbouw moet worden vrijgemaakt ten behoeve van beektrajecten / nevengeulen. Hierdoor gaat areaal voor landbouw verloren. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een redelijke prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hermeanderen beken in agrarisch gebied Het hermeanderen van beken heeft als doel meer variatie te creëren in het stromingspatroon en substraat van beken. Om dit te realiseren en eventuele negatieve effecten op de waterhuishouding te compenseren, moet areaal worden vrijgemaakt ten behoeve van het verleggen van de beek en wellicht voor mogelijke inundaties die zullen plaatsvinden vanwege het gewijzigde profiel. Hierdoor gaat areaal voor de landbouw verloren, dat in het dichtbevolkte Nederland slechts beperkt en tegen relatief hoge kosten beschikbaar is. Bovendien worden inundaties vanwege de water- / slibkwaliteit op veel plaatsen uit milieuoverwegingen ongewenst geacht. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een acceptabele prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de Naam waterlichaam: Eefsebeek Code waterlichaam: NL07_0025 pagina 185 van 263

186 Beschouwde alternatieven: grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen diffuse bronnen door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) door verkeer (weg/rail) en infrastructuur Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen diffuse bronnen door landbouwgronden Landbouw Overige waterflora, Vis Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Naam waterlichaam: Eefsebeek Code waterlichaam: NL07_0025 pagina 186 van 263

187 Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam koper als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof is koper niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de norm. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,35 E- E- Overige waterflora (EKR) 0,55 E- Vis (EKR) 0,10 Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 E- E- DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 (geen normoverschrijdingen) Naam waterlichaam: Eefsebeek Code waterlichaam: NL07_0025 pagina 187 van 263

188 Motivering ecologische toestand: Stagnantie is de het grootste probleem in de Eefsebeek. Het GEP voor vis wordt op 0,01 niet gehaald. De verwachting is dat het GEP in 2021 wel gehaald wordt. Schijnbare achteruitgang overige waterflora: Sinds de beoordeling bij de aanvang van de vorige planperiode zijn de maatlatten waarmee de toestand wordt bepaald aangepast. Dit heeft er toe geleid dat er na toetsing met de nieuwe maatlat voor overige waterflora een slechtere score is bepaald dan bij de eerste beoordeling. In de praktijk blijkt de werkelijke toestand na toetsing met de oude maatlatten niet te zijn verslechterd. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * Biologie * Fysische chemie E- * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet * Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Naam waterlichaam: Eefsebeek Code waterlichaam: NL07_0025 pagina 188 van 263

189 Motiveringsgrond Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Motivering per motiveringsgrond: Onevenredig kostbaar Fasering doelbereik chemische toestand: Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot specifiek verontreinigende stoffen en prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Eefsebeek Code waterlichaam: NL07_0025 pagina 189 van 263

190 Factsheet: NL07_0026_1 Zuidelijk Afwateringskanaal -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Zuidelijk Afwateringskanaal Code: NL07_0026_1 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Type: Status: M1a (Zoete gebufferde sloten) Kunstmatig Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Provincie Overijssel, Provincie Gelderland Berkelland, Hof van Twente Nee Naam waterlichaam: Zuidelijk Afwateringskanaal Code waterlichaam: NL07_0026_1 pagina 190 van 263

191 Karakterschets: Het waterlichaam Zuidelijk Afwateringskanaal behoorde tot het KRW-type R5: langzaam stromende middenloop/ benedenloop op zand. In 2014 is voorgesteld het type aan te passen naar een M1a type: Gebufferde sloten (zie onderstaande motivatie). Het waterlichaam Zuidelijk Afwateringskanaal is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam ligt deels in de Provincie Overijssel en deels in Gelderland en valt binnen de gemeenten Berkelland en Hof van Twente. Het waterlichaam, het Zuidelijk Afwateringskanaal, heeft een lengte van 10,7 kilometer en een stroomgebied van 4449 hectare. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. Het Zuidelijk afwateringskanaal is een cultuurtechnisch kanaal. Het Zuidelijk Afwateringskanaal watert af op het Twentekanaal. Om het peil te regelen zijn in de Zuidelijk Afwateringskanaal vier regelbare (waarvan één automatische) en vijf vaste stuwen aanwezig. Geen van de stuwen zijn vispasseerbaar. In het waterlichaam Zuidelijk Afwateringskanaal wordt per peilvak één vast minimaal streefpeil gehanteerd, met behulp van stuwen. Het waterlichaam Zuidelijk Afwateringskanaal is niet het gehele jaar watervoerend. Tijdens droge periodes vallen de bovenstroomse delen van het waterlichaam droog. De Zuidelijk Afwateringskanaal werkt hoofdzakelijk drainerend. Vanuit de Bolksbeek wordt bij droge perioden water ingelaten. In het stroomgebied van de Zuidelijk Afwateringskanaal liggen geen RWZI s of IBA s. Motivering verandering type De keuze voor het watertype wordt volgens de systematiek van de Kaderrichtlijn Water gebaseerd op de historische ontstaansgeschiedenis en de kenmerken van het waterlichaam. Het Zuidelijk Afwateringskanaal is in de eerste stroomgebied-beheerplannen als een sterk veranderde r5 getypeerd, dat wil zeggen een sterk veranderde langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Deze typering betekent dat ervan uit wordt gegaan dat er van oorsprong een beek was, die ten behoeve van de omliggende gebiedsfuncties sterk veranderd is ten opzichte van de originele situatie van de beek (nu genormaliseerd, gekanaliseerd, gestuwd). Deze typering als r5 brengt volgens de systematiek van de Kaderrichtlijn ook met zich mee, dat nagegaan moet worden in welke mate de watergang hersteld kan worden als langzaam stromende middenloop/benedenloop.in de praktijk is het zo dat het Zuidelijk Afwateringskanaal in zijn historische geschiedenis nooit helemaal als een langzaam stromende middenloop/benedenloop heeft gefunctioneerd. Het kleine beekje dat oorspronkelijk aanwezig was is kilometerslang kunstmatig verlengd, om ook het bovenstroomse gebied beter te ontwateren. De watergang is dus eigenlijk deels sterk veranderd ten opzichte van de originele situatie en deels kunstmatig ontstaan. De KRW systematiek van watertypering is feitelijk een versimpeling van de variatie in ontstaansgeschiedenis en kenmerken van een watergang. De keuze voor een passend type voor de watergang is daarom sowieso nogal arbitrair, gelet op ontstaansgeschiedenis en kenmerken. Uit monitoringsgegevens van het Zuidelijk Afwateringskanaal blijkt inmiddels dat deze ecologisch meer functioneert als een sloot (m1 type) dan als een middenloop/benedenloop op zand (r5). Wanneer nagedacht wordt over zinvolle toekomstperspectieven voor het Zuidelijk Afwateringskanaal dan past ook eerder een sloottype dan een middenloop/ benedenloop voor deze watergang. In deze ontwikkeling stellen we voor om voor het Zuidelijk Afwateringskanaal waarvan nu al duidelijk is dat die, gelet op ontstaansgeschiedenis, ecologisch functioneren en toekomstperspectief, beter als een m1 getypeerd kan worden dan als een r5. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Kunstmatig Het waterlichaam is door mensen gegraven op een plaats waar voorheen geen water was. 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen diffuse bronnen door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) door verkeer (weg/rail) en infrastructuur Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Naam waterlichaam: Zuidelijk Afwateringskanaal Code waterlichaam: NL07_0026_1 pagina 191 van 263

192 Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam koper als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof is koper niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de norm. Naam waterlichaam: Zuidelijk Afwateringskanaal Code waterlichaam: NL07_0026_1 pagina 192 van 263

193 Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,55 Overige waterflora (EKR) 0,40 E- E- Vis (EKR) 0,60 E- Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,22 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,40 E- matig DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier M1a) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 (geen normoverschrijdingen) Motivering ecologische toestand: Het Zuidelijk Afwateringskanaal voldoet bijna aan de gestelde ecologische doelen. Wel is het water te voedselrijk door landbouw. Dit is te zien aan het te hoge stikstof gehalte in de beek. Schijnbare achteruitgang stikstof: Verbeterde inzichten hebben geleid tot een nieuwe typering van het waterlichaam. Bij een ander type waterlichaam horen ook andere normen. Toetsing aan deze normen heeft geleid tot een slechtere score dan bij de eerste beoordeling. In de praktijk is toestand juist verbeterd. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. De sloot ligt in intensief landbouwgebied. Vanwege de geringe beschikbaarheid van water in het gebied, weinig verversing en droogval. Daarom wordt afgeweken van de defaultwaarden. Naam waterlichaam: Zuidelijk Afwateringskanaal Code waterlichaam: NL07_0026_1 pagina 193 van 263

194 Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * Biologie * Fysische chemie E- * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet * Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, stikstof totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Chemische toestand, stikstof totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Naam waterlichaam: Zuidelijk Afwateringskanaal Code waterlichaam: NL07_0026_1 pagina 194 van 263

195 Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Voor dit waterlichaam is bemesting door de landbouw de belangrijkste bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Hoewel het generieke mestbeleid significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Zuidelijk Afwateringskanaal Code waterlichaam: NL07_0026_1 pagina 195 van 263

196 Factsheet: NL07_0027 Dommerbeek -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Dommerbeek Code: NL07_0027 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Lochem Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Dommerbeek Code waterlichaam: NL07_0027 pagina 196 van 263

197 Karakterschets: Het waterlichaam Dommerbeek behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het waterlichaam behoort tot het waterlichaam type R5: langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Het waterlichaam Dommerbeek is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam ligt in de Provincie Gelderland en valt binnen de gemeente Lochem. Het waterlichaam, de Dommerbeek, heeft een lengte van 3,6 kilometer en een stroomgebied van 2185 hectare. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. De watergang mondt uit in de IJssel. Om het peil te regelen zijn in de Dommerbeek 2 regelbare stuwen aanwezig, waarvan er geen vispasseerbaar is. Met deze stuwen wordt er in de het waterlichaam Dommerbeek per peilvak één vast minimum streefpeil gehandhaafd. Tijdens hoogwater op de IJssel voert de Dommerbeek het overtollige water af via een gemaal. De Dommerbeek is niet het gehele jaar watervoerend. Tijdens droge periodes vallen eerst de bovenstroomse delen van de watergangen droog en het benedenstrooms deel van de Dommerbeek. De Dommerbeek werkt hoofdzakelijk drainerend. In het stroomgebied van de Dommerbeek ligt geen RWZI. Wel zijn er een paar IBA s. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Aankoppelen van beektrajecten/aanleg nevengeul in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hermeandering beken in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Dommerbeek Code waterlichaam: NL07_0027 pagina 197 van 263

198 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Naam waterlichaam: Dommerbeek Code waterlichaam: NL07_0027 pagina 198 van 263

199 Motivering: Aankoppelen van beektrajecten / aanleg nevengeul in agrarisch gebied Het aantakken van beektrajecten of de aanleg van nevengeulen in landbouwgebied heeft als gevolg dat areaal dat in gebruik is bij (intensieve) landbouw moet worden vrijgemaakt ten behoeve van beektrajecten / nevengeulen. Hierdoor gaat areaal voor landbouw verloren. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een redelijke prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hermeanderen beken in agrarisch gebied Het hermeanderen van beken heeft als doel meer variatie te creëren in het stromingspatroon en substraat van beken. Om dit te realiseren en eventuele negatieve effecten op de waterhuishouding te compenseren, moet areaal worden vrijgemaakt ten behoeve van het verleggen van de beek en wellicht voor mogelijke inundaties die zullen plaatsvinden vanwege het gewijzigde profiel. Hierdoor gaat areaal voor de landbouw verloren, dat in het dichtbevolkte Nederland slechts beperkt en tegen relatief hoge kosten beschikbaar is. Bovendien worden inundaties vanwege de water- / slibkwaliteit op veel plaatsen uit milieuoverwegingen ongewenst geacht. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een acceptabele prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de Naam waterlichaam: Dommerbeek Code waterlichaam: NL07_0027 pagina 199 van 263

200 Beschouwde alternatieven: grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen diffuse bronnen door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) door verkeer (weg/rail) en infrastructuur Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen regulering waterbeweging versnelde waterafvoer Waterhuishouding (overig) Vis regulering waterbeweging stuw: verschil waterstand : verhogen waterstand (peilbeheersing) Waterhuishouding (overig) Vis Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Naam waterlichaam: Dommerbeek Code waterlichaam: NL07_0027 pagina 200 van 263

201 Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam koper als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof is koper niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de norm. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,30 E- Overige waterflora (EKR) 0,45 E- Vis (EKR) 0,15 ontoereiken Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 E- E- DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 (geen normoverschrijdingen) Naam waterlichaam: Dommerbeek Code waterlichaam: NL07_0027 pagina 201 van 263

202 Motivering ecologische toestand: De Dommerbeek voldoet bijna aan het GEP voor vissen (0,02 onder GEP). De verwachting is dat het GEP in 2021 wel gehaald zal worden. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal ontoereiken* Biologie ontoereiken* Fysische chemie * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet * Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Naam waterlichaam: Dommerbeek Code waterlichaam: NL07_0027 pagina 202 van 263

203 Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Chemische toestand, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Nadat bronnen van verontreinigingen zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot specifiek verontreinigde stoffen en prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Dommerbeek Code waterlichaam: NL07_0027 pagina 203 van 263

204 Factsheet: NL07_0028 Schipbeek -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Schipbeek Code: NL07_0028 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Type: Status: R6 (Langzaam stromend riviertje op zand/klei) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Provincie Overijssel, Provincie Gelderland Berkelland, Deventer, Haaksbergen, Hof van Twente, Lochem, Rijssen-Holten Nee Naam waterlichaam: Schipbeek Code waterlichaam: NL07_0028 pagina 204 van 263

205 Karakterschets: Tot het waterlichaam Schipbeek behoort ook het benedenstroomse deel van de Buurserbeek vanaf de N18 Haaksbergerstraat. Het oostelijke bovenstroomse deel is het waterlichaam Buurserbeek. De Buurserbeek ontspringt in Duitsland (Duitse deel heet Ahauser Aa). Bij Deventer mondt de Schipbeek uit in de IJssel. In de Schipbeek monden in benedenstroomse richting achtereenvolgens de volgende waterlichamen uit: Elsbeek, Dortherbeek Oost, Oude Schipbeek en Dortherbeek. Het waterpeil in de Schipbeek is relatief hoog om landbouwgebieden van water te voorzien. Bij droogte en wordt het waterpeil op hoogte gehouden en de watergang doorgespoeld met water uit het Twentekanaal. Daarnaast wordt bij hoge afvoeren en bij calamiteiten het water van de Schipbeek afgelaten op het Twentekanaal. In de Schipbeek vormt het effluent van de RWZI Holten en de RWZI Ahaus in Duitsland nog een bron van wateraanvoer. Er zijn geen IBA s. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Schipbeek Code waterlichaam: NL07_0028 pagina 205 van 263

206 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Motivering: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Naam waterlichaam: Schipbeek Code waterlichaam: NL07_0028 pagina 206 van 263

207 Beschouwde alternatieven: Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect puntbronnen rioolwaterzuiveringsinstallaties Afvalwaterzuivering Stikstof diffuse bronnen door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen diffuse bronnen door landbouwgronden Landbouw Stikstof diffuse bronnen regulering waterbeweging overige belastingen door verkeer (weg/rail) en infrastructuur wateroverdracht stroomgebieden (wateraanvoer en/of waterafvoer) bovenstroomse aanvoer (voorbelasting buitenland) Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Waterhuishouding (overig) Stikstof, Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Waterhuishouding (overig) Stikstof, Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Naam waterlichaam: Schipbeek Code waterlichaam: NL07_0028 pagina 207 van 263

208 Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam een aantal metalen zoals koper en zink als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof zijn de stoffen niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de normen. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,45 E- Overige waterflora (EKR) 0,50 E- E- Vis (EKR) 0,20 E- Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 matig DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R6) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 (geen normoverschrijdingen) Naam waterlichaam: Schipbeek Code waterlichaam: NL07_0028 pagina 208 van 263

209 Motivering ecologische toestand: De Macrofauna in de schipbeek voldoet aan het gestelde GEP (0,45). De score is 0,445, en laat daardoor dit jaar door afronding naar beneden een matige score zien. De verwachting is dat het GEP in 2021 wel gehaald zal worden. De hoge concentratie stikstof wordt waarschijnlijk veroorzaakt door landbouw en de RWZI. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * Legenda: - Chemie: Biologie * Fysische chemie * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet * blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. rood = slecht/voldoet niet 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Maatregelen opgevoerd in SGBP 2009 voor de periode t/m 2015 Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Stuwen vispasseerbaar maken vispasseerbaar maken kunstwerk Waterschap Rijn en IJssel Voortgang: stuks Motivering: Omvang: In uitvoering: 1 Naar verwachting gerealiseerd in de periode 2014 t/m Uitgevoerd: 1 Toelichting: Schipbeek Maatregelen gepland voor de periode stuks Oorspronkelijke naam: Stuwen vispasseerbaar maken Omvang: 1 stuks SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Andere richtlijn: Toelichting: vispasseerbaar maken kunstwerk Waterschap Rijn en IJssel Nieuwe Sluis Naam waterlichaam: Schipbeek Code waterlichaam: NL07_0028 pagina 209 van 263

210 Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, stikstof totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Chemische toestand, stikstof totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Voor dit waterlichaam is bemesting door de landbouw de belangrijkste bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Hoewel het generieke mestbeleid significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Voor dit waterlichaam is effluent van de rwzi de belangrijkste bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Voor de zuivering van het afvalwater worden hoge kosten gemaakt. De verdere aanpak van de zuiveringsinstallatie is disproportioneel kostbaar. Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot specifiek verontreinigende stoffen en prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Schipbeek Code waterlichaam: NL07_0028 pagina 210 van 263

211 Factsheet: NL07_0029 Buurserbeek -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Buurserbeek Code: NL07_0029 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Overijssel Haaksbergen Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Buurserbeek Code waterlichaam: NL07_0029 pagina 211 van 263

212 Karakterschets: Het waterlichaam Buurserbeek behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het waterlichaam behoort tot het type R5: langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Het waterlichaam Buurserbeek is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam ligt in de provincie Overijssel en valt binnen de gemeente Haaksbergen. Het waterlichaam, de Buurserbeek, heeft een lengte van 16,2 kilometer en een stroomgebied van 1799 hectare. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. De watergang vindt zijn oorsprong in Duitsland (Alstätter) en gaat ter hoogte van de Diepenheimse Molenbeek te Diepenheim over in de Schipbeek. Het totale stroomgebied in Duitsland is ongeveer ha groot. De Schipbeek mondt uit in de IJssel bij Deventer. In de Buurserbeek mondt de Zoddebeek uit. Om het peil te regelen zijn in de Buurserbeek 22 stuwen/overlaten aanwezig. Hiervan zijn er na 2015 naar verwachting 18 vispasseerbaar. Met deze stuwen/overlaten wordt in het waterlichaam Buurserbeek per peilvak één vast minimum streefpeil gehandhaafd. De Buurserbeek is het gehele jaar watervoerend. De Buurserbeek werkt gedeeltelijk drainerend. In het stroomgebied van de Buurserbeek liggen in het Nederlandse deel geen RWZI s en IBA s. Dit is wel het geval in het Duitse deel bij Ahaus. Beschermde gebieden: - Habitatrichtlijn Buurserzand & Haaksbergerveen (NL_HAB_53) Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Buurserbeek Code waterlichaam: NL07_0029 pagina 212 van 263

213 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Motivering: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Naam waterlichaam: Buurserbeek Code waterlichaam: NL07_0029 pagina 213 van 263

214 Beschouwde alternatieven: Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen door landbouwgronden Landbouw Overige waterflora, Vis, Fosfor, Stikstof, Zink diffuse bronnen diffuse bronnen regulering waterbeweging regulering waterbeweging regulering waterbeweging regulering waterbeweging door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) door verkeer (weg/rail) en infrastructuur stuw: verschil waterstand : verhogen waterstand (peilbeheersing) kanalisatie c.q. normalisatie van de waterloop verlies oeverzones en overstromingsvlaktes oeververdediging, duikers, overkluizing, kribben Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Waterhuishouding (overig) Overige waterflora, Vis Waterhuishouding (overig) Overige waterflora, Vis Waterhuishouding (overig) Overige waterflora, Vis Waterhuishouding (overig) Overige waterflora, Vis regulering waterbeweging versnelde waterafvoer Waterhuishouding (overig) Overige waterflora, Vis regulering waterbeweging barrières (niet of moeilijk (vis)passeerbare gemalen, stuwen, dammen etc.) Waterhuishouding (overig) Overige waterflora, Vis overige belastingen bovenstroomse aanvoer (voorbelasting buitenland) Waterhuishouding (overig) Overige waterflora, Vis, Fosfor, Stikstof, Zink, Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen overige belastingen intensief beheer en onderhoud (incl. oevers) Waterhuishouding (overig) Overige waterflora Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. Naam waterlichaam: Buurserbeek Code waterlichaam: NL07_0029 pagina 214 van 263

215 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(b)fluorantheen en benzo(k)fluorantheen (sbbkf) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. De belangrijkste bron voor zink is in de Buurserbeek afwenteling vanuit Duitsland en mogelijk de landbouw. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam koper als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof is koper niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de norm. Naam waterlichaam: Buurserbeek Code waterlichaam: NL07_0029 pagina 215 van 263

216 Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,60 E- E- Overige waterflora (EKR) 0,30 matig Vis (EKR) 0,35 Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- matig Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 ontoereiken ntoereiken DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand zink (Zn) Motivering ecologische toestand: De Buurserbeek voldoet nog niet aan de gestelde ecologische doelen. De beek is te diep en er is te weinig structuurvariatie. Ook zijn er nog enkele knelpunten voor vispasseerbaarheid. Daarom worden voor de komende periode maatregelen voorzien. Nutriëntgehalten zijn ook nog te hoog in de Buurserbeek. Dit wordt waarschijnlijk veroorzaakt door afwenteling vanuit Duitsland. Schijnbare achteruitgang stikstof: Vanwege de natuurlijke variatie in meetdata ten gevolge van toevalligheden bij de bemonstering en/of weersomstandigheden en vanwege de betrekkelijk lage monitoringfrequentie kan een beoordeling van de huidige toestand slechter uitvallen dan de eerste beoordeling. Trendanalyse laat zien dat de toestand niet verslechterd. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Naam waterlichaam: Buurserbeek Code waterlichaam: NL07_0029 pagina 216 van 263

217 Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * Biologie * Fysische chemie * Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet nie Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Maatregelen opgevoerd in SGBP 2009 voor de periode t/m 2015 Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Beekherstel/meanderen (RC-pakket) verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Waterschap Rijn en IJssel Voortgang: km Motivering: Omvang: 4 km In uitvoering: 4 Naar verwachting gerealiseerd in de periode 2014 t/m Toelichting: Buurserbeek Project is toegekend in kader van synergiegelden ,- toegekend voor grondverwerving en investeringskosten (excl. voorbereidingskosten). Uitgegaan van 15% voorbereidingskosten resulteert dit in aan investeringskosten en ,- aan grondkosten Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Stuwen vispasseerbaar maken vispasseerbaar maken kunstwerk Waterschap Rijn en IJssel Voortgang: stuks Motivering: Omvang: 14 stuks In uitvoering: 13 Naar verwachting gerealiseerd in de periode 2014 t/m Gefaseerd: 1 Gefaseerd naar planperiode Stuwen vispasseerbaar maken (4). Toelichting: Buurserbeek Project is toegekend in kader van synergiegelden ,- toegekend voor vispassages(excl. voorbereidingskosten). Uitgegaan van 15% voorbereidingskosten resulteert dit in aan investeringskosten Naam waterlichaam: Buurserbeek Code waterlichaam: NL07_0029 pagina 217 van 263

218 Maatregelen gepland voor de periode Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Andere richtlijn: Toelichting: Beekherstel waterlichaam verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Waterschap Rijn en IJssel Omvang: 4 km Beekherstel waterlichaam Buurserbeek. Traject van 3,5 km tussen de N2000-gebieden Buurserzand-Haaksbergerveen en het Lankheet. Oorspronkelijke naam: Stuwen vispasseerbaar maken Omvang: 4 stuks SGBP omschrijving: vispasseerbaar maken kunstwerk Initiatiefnemer: Waterschap Rijn en IJssel Andere richtlijn: Toelichting: Schipbeekweg, Veddersweg, Aaftinksweg, Assinkweg Sluis Maatregelen gepland voor de periode Oorspronkelijke naam: Beekherstel waterlichaam Omvang: 1 km SGBP omschrijving: verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Initiatiefnemer: Waterschap Rijn en IJssel Andere richtlijn: Toelichting: Buurserbeek beekherstel waterlichaam Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, stikstof totaal, Overige waterflora, fosfor totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen Chemische toestand, stikstof totaal, Overige waterflora, fosfor totaal, som benzo(b)fluorantheen en benzo(k)fluorantheen, Overige relevante verontreinigende stoffen Naam waterlichaam: Buurserbeek Code waterlichaam: NL07_0029 pagina 218 van 263

219 Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden De waterkwaliteit van het oppervlaktewater wordt negatief beïnvloed doordat nutriënten via het grondwater uitspoelen. De hoge concentraties in het grondwater zijn onder andere het gevolg van overmatige belasting met meststoffen in het verleden. Aanscherpingen van het mestbeleid en een zorgvuldigere bemesting in de praktijk heeft tot gevolg dat de bron voor beïnvloeding van het grondwater afneemt, maar de doorwerking van grond- naar oppervlaktewater is een traag proces. Om deze reden zal in 2021 nog niet het volledige effect van deze maatregelen merkbaar zijn. Onevenredig kostbaar Fasering maatregelen ten behoeve van (oa) overige waterflora: Waterschap Rijn en IJssel heeft als taken het zuiveren van afvalwater en het onderhouden en waar nodig verbeteren van het watersysteem. Voor beide taken wordt apart belasting geheven. De watersysteemheffing dekt de kosten voor de taak watersysteembeheer. In de planperiode zijn deze kosten geraamd op gemiddeld 40 mln Euro per jaar. Het investeringsvolume voor verbetering van het watersysteem voor deze periode is geraamd op gemiddeld 6 mln Euro per jaar, waarvan 2 mln. wordt ingezet voor verbetering van de waterkwaliteit (KRW). Het investeringsvolume dat nodig is voor uitvoering van alle (resterende) KRW-maatregelen vanaf 2016 bedraagt 29,7 mln. Zonder fasering betekent dit voor de 6-jaarsperiode een jaarlijkse investering van ca 5 mln. per jaar voor KRW-maatregelen, in plaats van de huidige geraamde 2 mln. per jaar. Als gevolg van deze verhoging zouden de totale kosten elk jaar stijgen met gemiddeld 1% t.o.v. het voorgaande jaar. Deze kostenstijging is hoger dan nu jaarlijks wordt aangehouden en daarmee disproportioneel. Daarom wordt de uitvoering van de maatregelen gefaseerd over de planperioden en , vooralsnog in een verdeling van 50-50% over beide periodes. Dit leidt tot een stijging van 0,5% per jaar t.o.v. het voorgaande jaar. Deze stijging is proportioneel, want deze past binnen de geraamde ontwikkeling van de watersysteemheffing. Fasering doelen fosfor, stikstof en overige relevante verontreinigingen: Voor dit waterlichaam is bemesting door de landbouw een bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Hoewel het generieke mestbeleid significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Daarnaast vormt afwenteling vanuit Duitsland een belangrijke bron van nutriënten en overige relevante verontreinigde stoffen. Fasering chemische toestand: Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot specifiek verontreinigde stoffen en prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Buurserbeek Code waterlichaam: NL07_0029 pagina 219 van 263

220 Factsheet: NL07_0030 Zoddebeek -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Zoddebeek Code: NL07_0030 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Overijssel Haaksbergen Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Zoddebeek Code waterlichaam: NL07_0030 pagina 220 van 263

221 Karakterschets: Het waterlichaam Zoddebeek behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het waterlichaam behoort tot het waterlichaam type R5: Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Het waterlichaam Zoddebeek is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam ligt in de provincie Overijssel en valt binnen de gemeente Haaksbergen. Het waterlichaam, de Zoddebeek, heeft een lengte van 3,3 kilometer en een stroomgebied van 1582 hectare. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. Het waterlichaam vindt zijn oorsprong in Duitsland en mondt uit in de Buurserbeek, dit vormt tevens het benedenstroomse waterlichaam. Om het peil te beheersen zijn in de Zoddebeek peilbeheersingwerken in de vorm van cascades aanwezig. Alle vaste stuwen zijn in de Zoddebeek vervangen door cascades en daarmee passeerbaar voor vis. Tijdens droge periodes vallen de bovenstroomse delen van de watergangen droog. In het stroomgebied van de Zoddebeek liggen geen RWZI s of IBA s. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Zoddebeek Code waterlichaam: NL07_0030 pagina 221 van 263

222 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Motivering: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Naam waterlichaam: Zoddebeek Code waterlichaam: NL07_0030 pagina 222 van 263

223 Beschouwde alternatieven: Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen diffuse bronnen door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) door verkeer (weg/rail) en infrastructuur Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen diffuse bronnen door landbouwgronden Landbouw Macrofauna, Overige waterflora, Vis, Fosfor, Stikstof regulering waterbeweging versnelde waterafvoer Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Overige waterflora, Vis overige belastingen intensief beheer en onderhoud (incl. oevers) Waterhuishouding (overig) Macrofauna, Overige waterflora, Vis Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Naam waterlichaam: Zoddebeek Code waterlichaam: NL07_0030 pagina 223 van 263

224 Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Belangrijkste bron van zink in de Zoddebeek is afwenteling vanuit Duitsland en mogelijk de landbouw. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam koper als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof is koper niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de norm. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,45 Overige waterflora (EKR) 0,45 E- Vis (EKR) 0,45 E- Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- matig Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 ontoereiken ntoereiken DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- * Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand zink (Zn) Naam waterlichaam: Zoddebeek Code waterlichaam: NL07_0030 pagina 224 van 263

225 Motivering ecologische toestand: Natuurvriendelijke inrichtingen komen plaatselijk niet tot ontwikkeling door te intensief onderhoud, plaatselijk groeit de de beek geheel dicht. Hier moet de beek juist dieper gemaakt worden. In het regulier onderhoud wordt gekeken wat er nog aan de inrichting verbeterd kan worden. Hiermee verwachten we het GEP in 2021 te halen. Nutriëntgehalten zijn ook nog te hoog in de Zoddebeek. Dit wordt waarschijnlijk veroorzaakt door afwenteling vanuit Duitsland. Schijnbare achteruitgang overige waterflora, vis, fosfor en stikstof: Sinds de beoordeling bij de aanvang van de vorige planperiode zijn de maatlatten en de normen waarmee de toestand wordt bepaald aangepast. Dit heeft er toe geleid dat er na toetsing met nieuwe maatlatten en normen voor overige waterflora, vis, fosfor en stikstof een slechtere score is bepaald dan bij de eerste beoordeling. In de praktijk blijkt de werkelijke toestand na toetsing met de oude maatlatten niet te zijn verslechterd. Schijnbare achteruitgang fostaat en stikstof: Sinds de beoordeling bij de aanvang van de vorige planperiode zijn de normen waarmee de toestand wordt bepaald aangepast. Dit heeft er toe geleid dat er na toetsing met nieuwe normen een slechtere score is bepaald dan bij de eerste beoordeling. In de praktijk blijkt de werkelijke toestand na toetsing met de oude normen niet te zijn verslechterd. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * Biologie * Fysische chemie * Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet nie Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Toelichting: Naam waterlichaam: Zoddebeek Code waterlichaam: NL07_0030 pagina 225 van 263

226 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, stikstof totaal, fosfor totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen Chemische toestand, stikstof totaal, fosfor totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Voor dit waterlichaam is bemesting door de landbouw de belangrijkste bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Hoewel het generieke mestbeleid significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Daarnaast vormt afwenteling vanuit Duitsland een belangrijke bron van nutriënten en overige relevante verontreinigde stoffen Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Zoddebeek Code waterlichaam: NL07_0030 pagina 226 van 263

227 Factsheet: NL07_0031 Nieuwe Waterleiding -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Nieuwe Waterleiding Code: NL07_0031 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Provincie Overijssel, Provincie Gelderland Berkelland, Hof van Twente Nee Naam waterlichaam: Nieuwe Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0031 pagina 227 van 263

228 Karakterschets: Voor de KRW wordt het waterlichaam aangeduid met de naam Nieuwe Waterleiding. Binnen Waterschap Rijn en IJssel wordt de naam Elsbeek gebruikt. Het waterlichaam Elsbeek behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het waterlichaam behoort tot het waterlichaam type R5: Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Het waterlichaam Elsbeek is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam ligt in de deels in provincie Gelderland en deels in provincie Overijssel. Het waterlichaam valt binnen de gemeenten Berkelland en Haaksbergen. Het waterlichaam, de Elsbeek, heeft een lengte van 6,3 kilometer en een stroomgebied van 2182 hectare. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. Het waterlichaam ontvangt water uit een netwerk van kleine watergangen in he stroomgebied en mondt uit in de Schipbeek. Wateraanvoer is mogelijk via een duiker vanuit de Buurserbeek. De Elsbeek is de oude loop van de Buurserbeek. Om het peil te regelen zijn in het waterlichaam Elsbeek 4 regelbare stuwen aanwezig. De stuwen zijn niet vispasseerbaar. In het waterlichaam Elsbeek wordt per peilvak één vast minimum streefpeil gehanteerd, met behulp van de stuwen tenzij er extreme droogte heerst. Het waterlichaam Elsbeek is het gehele jaar watervoerend. In de zomer is wel sprake van een afvoerloze periode. De Elsbeek heeft een belangrijke afwaterende functie in het gebied. In het stroomgebied van de Elsbeek liggen geen RWZI s of IBA s. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Aankoppelen van beektrajecten/aanleg nevengeul in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hermeandering beken in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Nieuwe Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0031 pagina 228 van 263

229 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Naam waterlichaam: Nieuwe Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0031 pagina 229 van 263

230 Motivering: Aankoppelen van beektrajecten / aanleg nevengeul in agrarisch gebied Het aantakken van beektrajecten of de aanleg van nevengeulen in landbouwgebied heeft als gevolg dat areaal dat in gebruik is bij (intensieve) landbouw moet worden vrijgemaakt ten behoeve van beektrajecten / nevengeulen. Hierdoor gaat areaal voor landbouw verloren. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een redelijke prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hermeanderen beken in agrarisch gebied Het hermeanderen van beken heeft als doel meer variatie te creëren in het stromingspatroon en substraat van beken. Om dit te realiseren en eventuele negatieve effecten op de waterhuishouding te compenseren, moet areaal worden vrijgemaakt ten behoeve van het verleggen van de beek en wellicht voor mogelijke inundaties die zullen plaatsvinden vanwege het gewijzigde profiel. Hierdoor gaat areaal voor de landbouw verloren, dat in het dichtbevolkte Nederland slechts beperkt en tegen relatief hoge kosten beschikbaar is. Bovendien worden inundaties vanwege de water- / slibkwaliteit op veel plaatsen uit milieuoverwegingen ongewenst geacht. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een acceptabele prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door Naam waterlichaam: Nieuwe Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0031 pagina 230 van 263

231 Beschouwde alternatieven: stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen door landbouwgronden Landbouw Zink diffuse bronnen diffuse bronnen regulering waterbeweging door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) door verkeer (weg/rail) en infrastructuur wateroverdracht stroomgebieden (wateraanvoer en/of waterafvoer) Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Waterhuishouding (overig) Zink, Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Naam waterlichaam: Nieuwe Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0031 pagina 231 van 263

232 Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam koper als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof is koper niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de norm. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,35 E- E- Overige waterflora (EKR) 0,45 E- * E- Vis (EKR) 0,30 * E- Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 matig DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand zink (Zn) Naam waterlichaam: Nieuwe Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0031 pagina 232 van 263

233 Motivering ecologische toestand: De concentratie stikstof is nog te hoog het waterlichaam Nieuwe Waterleiding. Dit wordt waarschijnlijk veroorzaakt door landbouw. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * Biologie * E- Fysische chemie * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet nie Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Naam waterlichaam: Nieuwe Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0031 pagina 233 van 263

234 Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement stikstof totaal Chemische toestand, stikstof totaal, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Voor dit waterlichaam is bemesting door de landbouw de belangrijkste bron van nutriënten, die het bereiken van de doelen nog niet mogelijk maakt. Hoewel het generieke mestbeleid significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot specifiek verontreinigende stoffen en prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Nieuwe Waterleiding Code waterlichaam: NL07_0031 pagina 234 van 263

235 Factsheet: NL07_0032_1 Dortherbeek-Oost -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Dortherbeek-Oost Code: NL07_0032_1 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Type: Status: M1a (Zoete gebufferde sloten) Kunstmatig Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Provincie Overijssel, Provincie Gelderland Deventer, Lochem Nee Naam waterlichaam: Dortherbeek-Oost Code waterlichaam: NL07_0032_1 pagina 235 van 263

236 Karakterschets: Het watersysteem behoorde tot het waterlichaam type R5. Vanaf 2016 wordt een waterlichaam type M1a: Gebufferede sloten voorgesteld (zie motivering hieronder). Het watersysteem behoorde tot het waterlichaam type R5: Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Nu wordt een waterlichaam type M1a: Gebufferde sloten voorgesteld. Het waterlichaam Dortherbeek-Oost is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam ligt deel in de provincie Gelderland en deels in provincie Overijssel en valt binnen de gemeenten Lochem, Hof van Twente en Deventer. Het waterlichaam, de Dortherbeek-Oost, heeft een lengte van 4,9 kilometer en een stroomgebied van 2362 hectare. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. De watergang vindt zijn oorsprong in het stroomgebied maar is gekoppeld aan de Dortherbeek, Schipbeek en de Bolksbeek. Het waterlichaam mondt uit in de Schipbeek. Om het peil te regelen zijn in de Dortherbeek-Oost 3 regelbare stuwen aanwezig. De stuwen zijn niet vispasseerbaar, wel zijn langs de Dortherbeek door particulieren drie stapstenen voor amfibieën aangelegd. In het waterlichaam Dortherbeek-Oost wordt per peilvak één vast minimum streefpeil gehanteerd, met behulp van de stuwen. De Dortherbeek-Oost is het gehele jaar watervoerend door wateraanvoer vanuit het Twentekanaal via de Schipbeek. In de zomer is wel sprake van een stagnante periode. In het stroomgebied Dortherbeek-Oost liggen geen RWZI s. Er zijn ook geen IBA s. Motivering verandering type De keuze voor het watertype wordt volgens de systematiek van de Kaderrichtlijn Water gebaseerd op de historische ontstaansgeschiedenis en de kenmerken van het waterlichaam. De Dortherbeek-Oost is in de eerste stroomgebied-beheerplannen als een sterk veranderde r5 getypeerd, dat wil zeggen een sterk veranderde langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Deze typering betekent dat ervan uit wordt gegaan dat er van oorsprong een beek was, die ten behoeve van de omliggende gebiedsfuncties sterk veranderd is ten opzichte van de originele situatie van de beek (nu genormaliseerd, gekanaliseerd, gestuwd). Deze typering als r5 brengt volgens de systematiek van de Kaderrichtlijn ook met zich mee, dat nagegaan moet worden in welke mate de watergang hersteld kan worden als langzaam stromende middenloop/benedenloop.in de praktijk is het zo dat de Dortherbeek-Oost in zijn historische geschiedenis nooit helemaal als een langzaam stromende middenloop/benedenloop heeft gefunctioneerd. Het kleine beekje dat oorspronkelijk aanwezig was is kilometerslang kunstmatig verlengd, om ook het bovenstroomse gebied beter te ontwateren. De watergang is dus eigenlijk deels sterk veranderd ten opzichte van de originele situatie en deels kunstmatig ontstaan. De KRW systematiek van watertypering is feitelijk een versimpeling van de variatie in ontstaansgeschiedenis en kenmerken van een watergang. De keuze voor een passend type voor de watergang is daarom sowieso nogal arbitrair, gelet op ontstaansgeschiedenis en kenmerken. Uit monitoringsgegevens van de Dortherbeek-Oost blijkt inmiddels dat deze ecologisch meer functioneert als een sloot (m1 type) dan als een middenloop/benedenloop op zand (r5). Wanneer nagedacht wordt over zinvolle toekomstperspectieven voor de Dortherbeek-Oost dan past ook eerder een sloottype dan een middenloop/ benedenloop voor deze watergang.in deze ontwikkeling stellen we voor om voor de Dortherbeek-Oost waarvan nu al duidelijk is dat die, gelet op ontstaansgeschiedenis, ecologisch functioneren en toekomstperspectief, beter als een m1 getypeerd kan worden dan als een r5. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Kunstmatig Het waterlichaam is door mensen gegraven op een plaats waar voorheen geen water was. Naam waterlichaam: Dortherbeek-Oost Code waterlichaam: NL07_0032_1 pagina 236 van 263

237 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen door landbouwgronden Landbouw Ammonium diffuse bronnen diffuse bronnen door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) door verkeer (weg/rail) en infrastructuur Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen overige belastingen intensief beheer en onderhoud (incl. oevers) Waterhuishouding (overig) Overige waterflora Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. De normoverschrijding van ammonium wordt in de Dortherbeek-Oost waarschijnlijk veroorzaakt door landbouw. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam koper als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof is koper niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de norm. Naam waterlichaam: Dortherbeek-Oost Code waterlichaam: NL07_0032_1 pagina 237 van 263

238 Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,55 E- Overige waterflora (EKR) 0,55 ontoereiken matig Vis (EKR) 0,60 ontoereiken E- Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,22 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,40 E- E- DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier M1a) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand ammonium (NH4) Motivering ecologische toestand: Na herinrichting (uitgevoerd in de periode ) is de verwachting dat de ecologische toestand verbeterd en daardoor een klasse hoger scoort en dat er na verloop van tijd geen knelpunten meer zijn. Schijnbare achteruitgang overige waterflora: Verbeterde inzichten hebben geleid tot een nieuwe typering van het waterlichaam. Bij een ander type waterlichaam horen ook andere maatlatten. Toetsing aan deze maatlatten heeft geleid tot een slechtere score dan bij de eerste beoordeling. In de praktijk is de toestand niet verslechterd. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Naam waterlichaam: Dortherbeek-Oost Code waterlichaam: NL07_0032_1 pagina 238 van 263

239 Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal ontoereiken* ontoereiken Biologie ontoereiken* ontoereiken Fysische chemie E- * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet nie Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Natuurlijke omstandigheden Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, Overige waterflora, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen Chemische toestand, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen Naam waterlichaam: Dortherbeek-Oost Code waterlichaam: NL07_0032_1 pagina 239 van 263

240 Motivering per motiveringsgrond: Natuurlijke omstandigheden Fasering doelbereik overige waterflora: Uit onderzoek is gebleken dat het een aantal jaar kan duren voordat het ecosysteem zich volledig heeft aangepast aan een nieuwe situatie, bijvoorbeeld omdat het tijd kost voor bepaalde soorten om nieuw habitat te koloniseren. Om deze redenen worden effecten van getroffen maatregelen pas later zichtbaar. Geforceerd ingrijpen in de biologie zelf is voor zover al uitvoerbaar kostbaar en roept vaak veel maatschappelijke weerstand op. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Fasering doelbereik overige relevante verontreinigende stoffen en chemische toestand: Nadat bronnen van verontreinigingen (waaronder nutriënten) zijn beperkt of weggenomen zijn deze stoffen vaak nog lange tijd in het milieu aanwezig, en hebben effect op de ecologische en chemische toestand. De aanwezigheid en effecten verdwijnen pas op de lange termijn. Geforceerd verwijderen uit het milieu is veelal technisch onhaalbaar en/of buitensporig duur. Daardoor wordt het doel vooralsnog niet bereikt. Onevenredig kostbaar Fasering doelbereik overige relevante verontreinigende stoffen en chemische toestand: Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot specifiek verontreinigende stoffen en prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Dortherbeek-Oost Code waterlichaam: NL07_0032_1 pagina 240 van 263

241 Factsheet: NL07_0033 Oude Schipbeek Groteboerswtg -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Oude Schipbeek Groteboerswtg Code: NL07_0033 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Overijssel Deventer, Hof van Twente, Rijssen-Holten Type: Status: R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Oude Schipbeek Groteboerswtg Code waterlichaam: NL07_0033 pagina 241 van 263

242 Karakterschets: Het waterlichaam Oude Schipbeek behoort tot de KRW categorie Rivieren. Het waterlichaam behoort tot het waterlichaam type R5: langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Het waterlichaam Oude Schipbeek is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam ligt in de Provincie Overijssel en valt binnen de gemeenten Deventer, Rijssen-Holten en Hof van Twente. Het waterlichaam, de Oude Schipbeek, heeft een lengte van 10,3 kilometer en een stroomgebied van 4608 hectare. Het waterlichaam bestaat uit één watergang, het bovenstroomse deel heet de Groteboerswatergang. De Oude Schipbeek mondt uit in de Schipbeek. Om het peil te regelen zijn in het waterlichaam Oude Schipbeek 3 regelbare stuwen waarvan er geen vispasseerbaar zijn. Met deze stuwen wordt in de Oude Schipbeek per peilvak meerdere streefpeilen gehanteerd. Het waterlichaam Oude Schipbeek is het gehele jaar watervoerend. Tijdens droge periodes wordt water vanuit de Schipbeek ingelaten. In het stroomgebied van de Oude Schipbeek liggen geen RWZI s of IBA s. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Sterk Veranderd Hydromorfologische herstelmaatregelen die niet uitgevoerd kunnen worden vanwege significante negatieve effecten aan gebruiksfuncties en/of milieu in bredere zin: Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar gebruiksfuncties Milieu in brede zin Scheepvaart, havens, recreatie Activiteiten waarvoor water wordt opgeslagen Waterhuishouding en bescherming tegen overstromingen Overige duurzame activiteiten Aankoppelen van beektrajecten/aanleg nevengeul in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Dempen watergangen in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Hermeandering beken in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Verwijderen stuwen in intensief agrarisch gebied Fal Fal Fal Tru Fal Fal Naam waterlichaam: Oude Schipbeek Groteboerswtg Code waterlichaam: NL07_0033 pagina 242 van 263

243 Motivering per gebruiksfunctie: Gebruiksfunctie: Waterhuishouding, bescherming tegen overstromingen, afwatering Naam waterlichaam: Oude Schipbeek Groteboerswtg Code waterlichaam: NL07_0033 pagina 243 van 263

244 Motivering: Aankoppelen van beektrajecten / aanleg nevengeul in agrarisch gebied Het aantakken van beektrajecten of de aanleg van nevengeulen in landbouwgebied heeft als gevolg dat areaal dat in gebruik is bij (intensieve) landbouw moet worden vrijgemaakt ten behoeve van beektrajecten / nevengeulen. Hierdoor gaat areaal voor landbouw verloren. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een redelijke prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Dempen watergangen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensieve agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Het dempen van waterlopen heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoord en opbrengstderving aan de orde is. Bovendien leiden de afgenomen mogelijkheden voor waterafvoer ertoe dat regenwater plaatselijk lang op het land blijft staan. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit in dit gebied alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hanteren natuurlijk waterpeil in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebieden met een intensief agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. In gebieden met een landbouwfunctie betreft het bijvoorbeeld de teelt van gewassen die optimaal renderen bij een bepaalde grondwaterstand, maar ook aan de berijdbaarheid van percelen die nodig is voor een e bedrijfsvoering. Een natuurlijke fluctuatie van het peil heeft tot gevolg dat de optimale waterhuishoudkundige situatie wordt verstoort en opbrengstderving aan de orde is. De ontstane opbrengstderving is meestal niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie in dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Hermeanderen beken in agrarisch gebied Het hermeanderen van beken heeft als doel meer variatie te creëren in het stromingspatroon en substraat van beken. Om dit te realiseren en eventuele negatieve effecten op de waterhuishouding te compenseren, moet areaal worden vrijgemaakt ten behoeve van het verleggen van de beek en wellicht voor mogelijke inundaties die zullen plaatsvinden vanwege het gewijzigde profiel. Hierdoor gaat areaal voor de landbouw verloren, dat in het dichtbevolkte Nederland slechts beperkt en tegen relatief hoge kosten beschikbaar is. Bovendien worden inundaties vanwege de water- / slibkwaliteit op veel plaatsen uit milieuoverwegingen ongewenst geacht. Aanpassen van de gebruiksfuncties is slechts mogelijk als grondeigenaren tegen een acceptabele prijs schadeloos worden gesteld of functieverplaatsing mogelijk is. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de landbouwfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verhogen drainagebasis in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laag grondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Verwijderen stuwen in agrarisch gebied De waterhuishouding in gebied met een agrarische functie vraagt om een gereguleerd grondwaterpeil. Een te laaggrondwaterpeil is ongewenst in gebieden met een landbouwfunctie (verminderde opbrengsten). Het peil van het oppervlaktewater is sterk bepalend voor de grondwaterstand. Dit oppervlaktewaterpeil wordt gereguleerd door Naam waterlichaam: Oude Schipbeek Groteboerswtg Code waterlichaam: NL07_0033 pagina 244 van 263

245 Beschouwde alternatieven: stuwen. Het verwijderen van deze stuwen heeft daarmee een verstoring van de grondwaterstand tot gevolg. Bovendien kan door het ontbreken van stuwen niet meer worden ingespeeld op situaties van langdurige droogte of hoge afvoeren. De grondwaterstand wordt in groot deel van het jaar lager en extreem lage grondwaterstanden houden langer aan. De ontstane opbrengstderving voor de landbouw is niet te mitigeren door bewezen aanpassingen in de e landbouwpraktijk. Het enige alternatief is verplaatsing van functies. Gezien het beperkt beschikbare areaal voor verplaatsing van de gebruiksfunctie is dit alleen mogelijk tegen onevenredig hoge kosten. Alternatieven voor de ingrepen die hebben geleid tot het sterk veranderde karakter van het waterlichaam zijn beschouwd, maar deze zijn verworpen om de volgende reden(en): - Ja, onevenredig hoge kosten - Ja, technisch onhaalbaar Motivering: Zie bovenstaande motivering per gebruiksfunctie (artikel 4.3a Maatregelen wel beschouwd, niet uitvoerbaar). 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen overige diffuse bronnen (vooral atmosferische depositie) Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen diffuse bronnen door landbouwgronden Landbouw Overige waterflora, Ammonium diffuse bronnen diffuse bronnen regulering waterbeweging door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) door verkeer (weg/rail) en infrastructuur oeververdediging, duikers, overkluizing, kribben Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Waterhuishouding (overig) Overige waterflora overige belastingen intensief beheer en onderhoud (incl. oevers) Waterhuishouding (overig) Overige waterflora Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Naam waterlichaam: Oude Schipbeek Groteboerswtg Code waterlichaam: NL07_0033 pagina 245 van 263

246 Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. De overschrijding van de norm voor ammonium wordt in de Oude Schipbeek waarschijnlijk veroorzaakt door landbouw. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam koper als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof is koper niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van de norm. Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,35 E- E- Overige waterflora (EKR) 0,40 E- E- * Vis (EKR) 0,20 Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,11 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,30 E- E- DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier R5) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Naam waterlichaam: Oude Schipbeek Groteboerswtg Code waterlichaam: NL07_0033 pagina 246 van 263

247 Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand ammonium (NH4) Motivering ecologische toestand: Het beheerdersoordeel voor Overige Waterflora is toegepast omwille van een fout in het meetprogramma waar ten onrechte een lagere waarde voor Overige waterflora werd gemeten. Daarom is deze score gecorrigeerd. Vis voldoet aan het GEP ( score is 0,2) maar door afronding is een matige score zichtbaar. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * Biologie * Fysische chemie E- * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet nie Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Toelichting: 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Naam waterlichaam: Oude Schipbeek Groteboerswtg Code waterlichaam: NL07_0033 pagina 247 van 263

248 Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen Motivering per motiveringsgrond: Onevenredig kostbaar Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot specifiek verontreinigende stoffen en prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Oude Schipbeek Groteboerswtg Code waterlichaam: NL07_0033 pagina 248 van 263

249 Factsheet: NL07_0034_1 Dortherbeek -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Dortherbeek Code: NL07_0034_1 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Type: Status: M1a (Zoete gebufferde sloten) Kunstmatig Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Provincie Overijssel, Provincie Gelderland Deventer, Lochem Nee Naam waterlichaam: Dortherbeek Code waterlichaam: NL07_0034_1 pagina 249 van 263

250 Karakterschets: Het waterlichaam Dortherbeek behoorde tot de KRW categorie Rivieren. Het watersysteem behoorde tot het waterlichaam type R5: langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Nu wordt een M1a type voorgesteld. (zie motivering hieronder) Het waterlichaam Dortherbeek behoorde tot de KRW categorie Rivieren. Het watersysteem behoorde tot het waterlichaam type R5: langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Nu wordt een M1a type voorgesteld. Het waterlichaam Dortherbeek is volledig in beheer bij Waterschap Rijn en IJssel. Het waterlichaam ligt in de Provincie Gelderland en Overijssel en valt binnen de gemeenten Deventer en Lochem. Het waterlichaam, de Dortherbeek, heeft een lengte van 8,4 kilometer en een stroomgebied van 4835 hectare. Het waterlichaam bestaat uit één watergang. De watergang mondt uit in het waterlichaam Schipbeek. Om het peil te regelen zijn in de Dortherbeek zes regelbare stuwen, waarvan er één vispasseerbaar is. Met deze stuwen wordt in de Dortherbeek per peilvak meerdere streefpeilen gehanteerd. Tijdens hoogwater op de Schipbeek/IJssel voert de Dortherbeek via een gemaal af op de Schipbeek. De Dortherbeek is het gehele jaar watervoerend. Tijdens droge periodes in de zomer wordt water vanuit de Schipbeek ingelaten. De Dortherbeek werkt hoofdzakelijk drainerend. In het stroomgebied van de Dortherbeek ligt geen RWZI. Er zijn geen of weinig IBA s Motivering verandering type De keuze voor het watertype wordt volgens de systematiek van de Kaderrichtlijn Water gebaseerd op de historische ontstaansgeschiedenis en de kenmerken van het waterlichaam. De Dortherbeek is in de eerste stroomgebied-beheerplannen als een sterk veranderde r5 getypeerd, dat wil zeggen een sterk veranderde langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand. Deze typering betekent dat ervan uit wordt gegaan dat er van oorsprong een beek was, die ten behoeve van de omliggende gebiedsfuncties sterk veranderd is ten opzichte van de originele situatie van de beek (nu genormaliseerd, gekanaliseerd, gestuwd). Deze typering als r5 brengt volgens de systematiek van de Kaderrichtlijn ook met zich mee, dat nagegaan moet worden in welke mate de watergang hersteld kan worden als langzaam stromende middenloop/benedenloop.in de praktijk is het zo dat de Dortherbeek in zijn historische geschiedenis nooit helemaal als een langzaam stromende middenloop/benedenloop heeft gefunctioneerd. Het kleine beekje dat oorspronkelijk aanwezig was is kilometerslang kunstmatig verlengd, om ook het bovenstroomse gebied beter te ontwateren. De watergang is dus eigenlijk deels sterk veranderd ten opzichte van de originele situatie en deels kunstmatig ontstaan. De KRW systematiek van watertypering is feitelijk een versimpeling van de variatie in ontstaansgeschiedenis en kenmerken van een watergang. De keuze voor een passend type voor de watergang is daarom sowieso nogal arbitrair, gelet op ontstaansgeschiedenis en kenmerken. Uit monitoringsgegevens van de Dortherbeek blijkt inmiddels dat deze ecologisch meer functioneert als een sloot (m1 type) dan als een middenloop/benedenloop op zand (r5). Wanneer nagedacht wordt over zinvolle toekomstperspectieven voor de Dortherbeek dan past ook eerder een sloottype dan een middenloop/ benedenloop voor deze watergang. In deze ontwikkeling stellen we voor om voor de Dortherbeek waarvan nu al duidelijk is dat die, gelet op ontstaansgeschiedenis, ecologisch functioneren en toekomstperspectief, beter als een m1 getypeerd kan worden dan als een r5. Beschermde gebieden: Er zijn geen relevante beschermde gebieden voor dit waterlichaam. Status: Kunstmatig Het waterlichaam is door mensen gegraven op een plaats waar voorheen geen water was. Naam waterlichaam: Dortherbeek Code waterlichaam: NL07_0034_1 pagina 250 van 263

251 2. Belastingen en effecten van menselijke activiteiten Voor de analyse van een waterlichaam wordt gebruik gemaakt van de DPSIR methode: Drivers - Pressures - State - Impact - Responses. Bepaalde functies (D) zorgen voor een belasting (P) die invloed heeft op de toestand (S) en het functioneren van het waterlichaam (I), die vragen om een respons (R) via maatregelen en/of toepassing van een uitzondering. Dit blok beschrijft de significante belastingen (D) op het waterlichaam en geeft informatie over de effecten ervan (P). Bij de volgende onderdelen komen S, I en R aan bod. Menselijke activiteiten en effecten Hoofdgroep Belasting Functie Effect diffuse bronnen door run-off (afstromend wegwater en regenwaterriolen) Afwatering Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen diffuse bronnen door verkeer (weg/rail) en infrastructuur Verkeer Som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen Toelichting: Bij 'Effect' in bovenstaande tabel zijn enkel de normoverschrijdende kwaliteitsparameters gegeven zie 3. toestand. 3. Doelen en toestand Dit onderdeel beschrijft doelen en toestand (S) van het waterlichaam. Daarbij wordt gemotiveerd indien wordt afgeweken van nationaal vastgestelde doelen en de toestand achteruit gaat. Duidelijk wordt voor welke biologische groepen en stoffen het waterlichaam niet voldoet (I). Chemische toestand Normoverschrijding Rapportage toestand 2014 Prognose som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) - som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen (sbghipinp) Motivering chemische toestand: Er zijn verschillende hardnekkige knelpunten in de waterkwaliteit die leiden tot (blijvende) normoverschrijdingen van verschillende stoffen. De knelpunten betreffen met name de aanpak van waterverontreiniging door diffuse bronnen vanuit de landbouw (o.a. stikstof, fosfaat, gewasbeschermingsmiddelen) en verkeer en vervoer (o.a. stikstof, PAKs) en enkele prioritaire stoffen. Dat geldt ook voor de doelstelling om de lozingen en emissies van prioritair gevaarlijke stoffen tot nul terug te dringen. Om alle doelen van de KRW voor deze stoffen te kunnen realiseren zijn in de volgende SGBP-perioden aanvullende maatregelen noodzakelijk. Dit zijn vooral brongerichte maatregelen waar de waterbeheerders weinig invloed op kunnen uitoefenen. Het nu ingezette generieke beleid is daarbij ontoereikend. De normoverschrijding van ammonium wordt in de Dortherbeek waarschijnlijk veroorzaakt door landbouw. Bij de bepaling van de toestand in 2009 kwam koper als overschrijding naar voren. Nu is gecorrigeerd voor de bio-beschikbaarheid door middel van de tweede lijnsbeoordeling. Vanwege de hoeveelheid opgeloste organische stof is koper niet meer beschikbaar en is geen sprake meer van een overschrijding van koper. Naam waterlichaam: Dortherbeek Code waterlichaam: NL07_0034_1 pagina 251 van 263

252 Ecologische toestand Biologie GEP Prognose 2021 Macrofauna (EKR) 0,55 Overige waterflora (EKR) 0,55 E- Vis (EKR) 0,60 E- E- Fytoplankton (EKR) Algemeen fysische chemie Fosfor totaal (zomergemiddelde) (mg P/l) 0,22 E- E- Stikstof totaal (zomergemiddelde) (mg N/l) 2,40 E- E- DIN (winterperiode) (mg N/l) Zoutgehalte (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 150 E- E- Temperatuur (max. waarde) (gr.c) 25,0 E- E- Zuurgraad (zomergemiddelde) (-) 5,5-8,5 E- E- Zuurstofverzadiging(sgraad)(zomergemiddelde) (%) E- E- Doorzicht (zomergemiddelde) (m) Legenda: blauw = zeer groen = geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht leeg = geen gegevens *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. Afhankelijk van het type KRW-waterlichaam dat gebruikt is voor de toestandsbeoordeling (het doeltype, hier M1a) zijn bepaalde maatlatten niet van toepassing. Deze maatlatten zijn met in de toestandskolommen gemarkeerd. Specifiek verontreinigende stoffen Normoverschrijding Rapportage toestand ammonium (NH4) Motivering ecologische toestand: De onlangs uitgevoerde herinrichtingsmaatregelen moeten nog gaan doorwerken op de levensgemeenschap. De verwachting is dat het GEP in 2021 gehaald zal worden. Schijnbare achteruitgang overige waterflora: Verbeterde inzichten hebben geleid tot een nieuwe typering van het waterlichaam. Bij een ander type waterlichaam horen ook andere maatlatten. Toetsing aan deze maatlatten heeft geleid tot een slechtere score dan bij de eerste beoordeling. In de praktijk is de toestand niet verslechterd. Motiveringen voor de aanpassingen van het GEP ten gevolge van veranderde maatlatten, een veranderd watertype, o splitsing van een waterlichaam zijn te vinden in het achtergronddocument: Achtergronddocument actualisering waterkwaliteitsbeleid Waterschap Rijn en IJssel (2014) te vinden op de website van Waterschap Rijn en IJssel. Naam waterlichaam: Dortherbeek Code waterlichaam: NL07_0034_1 pagina 252 van 263

253 Eindoordeel Chemie Totaal C-voldoet * C-voldoet nie Ecologie Totaal * Biologie * Fysische chemie E- * E- Specifiek verontreinigende stoffen C-voldoet nie* C-voldoet nie Legenda: - Chemie: blauw = /voldoet rood = niet /voldoet niet - Ecologie: blauw = zeer groen = /voldoet geel = matig oranje = ontoereikend rood = slecht/voldoet niet *: deze toestandsbeoordeling betreft een beheerdersoordeel. 4. Maatregelen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn (R). Er zijn landelijke en gebiedsgerichte maatregelen. De landelijke maatregelen staan in het maatregelprogramma bij het stroomgebiedbeheerplan. Gebiedsgerichte maatregelen staan hieronder in tabellen. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: 1. maatregelen in SGBP 2009 voor de periode t/m overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m maatregelen gepland voor de periode maatregelen gepland voor de periode Verder is aangegeven wanneer een maatregel is gericht op de opgave op grond van een beschermd gebied. Maatregelen opgevoerd in SGBP 2009 voor de periode t/m 2015 Oorspronkelijke naam: Beekherstel/meanderen (binnen EVZ-profiel) SGBP omschrijving: verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Initiatiefnemer: Waterschap Rijn en IJssel Voortgang: km Motivering: Uitgevoerd: 3 Toelichting: Dorhterbeek Overige maatregelen uitgevoerd in de periode t/m 2015 Omvang: 3 km Oorspronkelijke naam: SGBP omschrijving: Initiatiefnemer: Toelichting: Beekherstel/meanderen (binnen EVZ-profiel) verbreden / hermeanderen / nvo; (snel) stromend water Omvang: 2 km De totale opgave in 2009 voorzien voor de periode bedraagt 4 kilometer beekherstel. In de periode 2009 t/m 2015 is er naast de opgave voor (3 kilometer) al 2 kilometer uitgevoerd. Voor de periode en worden geen maatregelen meer voorgesteld. Na uitvoering van de maatregelen voldoet de beek aan het streefbeeld (M-type). Toelichting: Naam waterlichaam: Dortherbeek Code waterlichaam: NL07_0034_1 pagina 253 van 263

254 5. Toepassing uitzonderingen Als de toestand niet aan de doelen voldoet kunnen aanvullende maatregelen nodig zijn, maar er kan ook van een uitzondering gebruik gemaakt worden (R). De KRW biedt ruimte om af te wijken van de doelen. Zo kan de realisatie van doelen worden gefaseerd en kunnen doelen worden verlaagd. Ook mag rekening worden gehouden met bepaalde nieuwe ontwikkelingen. Dit alles moet wel passen binnen de randvoorwaarden van de richtlijn. Het gebruik van deze uitzonderingen en de motiveringen hierbij worden hier weergegeven. Fasering van doelbereik tot na 2021 Voor alle stoffen en kwaliteitselementen waarvoor in onderdeel '3. Status, doelen en toestand' is aangegeven dat de prognose voor 2021 niet "" is, is fasering aan de orde. Motiveringsgrond Onevenredig kostbaar Kwaliteitselement Chemische toestand, som benzo(ghi)peryleen en indeno(1,2,3-cd)pyreen, Overige relevante verontreinigende stoffen Motivering per motiveringsgrond: Onevenredig kostbaar Fasering doel overige relevante verontreinigde stoffen: Hoewel het generieke diffuse bronnenbeleid met betrekking tot specifiek verontreinigende stoffen en prioritaire stoffen significant bijdraagt aan doelrealisatie is het voor het bereiken van de doelen in 2021 naar verwachting niet voldoende. Doelverlaging Conform beleidsafspraken wordt voor 2021 niet overgegaan tot doelverlaging. Tijdelijke achteruitgang Wordt er beroep gedaan op art. 4.6 KRW m.b.t. tijdelijke achteruitgang? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.6 KRW. Nieuwe ontwikkelingen Wordt er beroep gedaan op art. 4.7 KRW m.b.t. nieuwe veranderingen in fysische omstandigheden van het waterlichaam? Er wordt geen beroep gedaan op art. 4.7 KRW. Naam waterlichaam: Dortherbeek Code waterlichaam: NL07_0034_1 pagina 254 van 263

255 Factsheet: NL07_0035 Bielheimerbeek -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode zijn gebaseerd op de meest recente gegevens. In de loop van 2015 zullen deze onderdelen worden geactualiseerd op basis van de dan beschikbare gegevens. 1. Basisgegevens Dit onderdeel beschrijft de kenmerken en de status van het waterlichaam en geeft informatie over de beschermde gebieden, die een relatie met het waterlichaam hebben. Naam: Bielheimerbeek Code: NL07_0035 Deelstroomgebied: Waterbeheerder: Provincies: Gemeenten: Rijn Oost Waterschap Rijn en IJssel Provincie Gelderland Type: Status: Aalten, Doetinchem, Oude IJsselstreek, Winterswijk R5 (Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand) Sterk Veranderd Wateronttrekking t.b.v. menselijke consumptie: Nee Naam waterlichaam: Bielheimerbeek Code waterlichaam: NL07_0035 pagina 255 van 263

Factsheet: NL04_KOLK-WETERING Kolkwetering

Factsheet: NL04_KOLK-WETERING Kolkwetering Factsheet: NL04_KOLK-WETERING Kolkwetering De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Factsheet: NL04_EMMERTOCHT-SLOOT

Factsheet: NL04_EMMERTOCHT-SLOOT Factsheet: NL04_EMMERTOCHT-SLOOT Emmertochtsloot De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Factsheet: NL04_NOORD-ZUIDLEIDING

Factsheet: NL04_NOORD-ZUIDLEIDING Factsheet: NL04_NOORD-ZUIDLEIDING Noord-Zuidleiding De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Factsheet: NL04_STEEN-WETERINGa

Factsheet: NL04_STEEN-WETERINGa Factsheet: NL04_STEEN-WETERINGa Steenwetering De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Factsheet: NL04_WITTEVEENS-LEIDING

Factsheet: NL04_WITTEVEENS-LEIDING Factsheet: NL04_WITTEVEENS-LEIDING Witteveens-leiding De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de

Nadere informatie

Factsheet: NL07_0033 Oude Schipbeek Groteboerswtg

Factsheet: NL07_0033 Oude Schipbeek Groteboerswtg Factsheet: NL07_0033 Oude Schipbeek Groteboerswtg De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Factsheet: NL04_OOSTERBROEKS-WATER

Factsheet: NL04_OOSTERBROEKS-WATER Factsheet: NL04_OOSTERBROEKS-WATER Oosterbroekswaterleiding De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld

Nadere informatie

Factsheet: NL04_SAL-SOESTWTR-MIDDEN

Factsheet: NL04_SAL-SOESTWTR-MIDDEN Factsheet: NL04_SAL-SOESTWTR-MIDDEN Soestwetering (middenloop) De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld

Nadere informatie

Factsheet: NL04_OVERIJSSELSKNL-ZWa

Factsheet: NL04_OVERIJSSELSKNL-ZWa Factsheet: NL04_OVERIJSSELSKNL-ZWa Overijssels Kanaal (Zwolle) De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld

Nadere informatie

Factsheet: NL43_04 Puttenerbeek

Factsheet: NL43_04 Puttenerbeek Factsheet: NL43_04 Puttenerbeek -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Factsheet: NL43_11 Bussloo

Factsheet: NL43_11 Bussloo Factsheet: NL43_11 Bussloo -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze

Nadere informatie

Factsheet: NL04_MARS-WETERING Marswetering

Factsheet: NL04_MARS-WETERING Marswetering Factsheet: NL04_MARS-WETERING Marswetering De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Factsheet: NL04_SAL-SOESTWTR-BO

Factsheet: NL04_SAL-SOESTWTR-BO Factsheet: NL04_SAL-SOESTWTR-BO Soestwetering (bovenloop) De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in

Nadere informatie

Factsheet: NL43_13 Oude IJssel

Factsheet: NL43_13 Oude IJssel Factsheet: NL43_13 Oude IJssel -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Factsheet: NL04_WESTERVELDSE-AA

Factsheet: NL04_WESTERVELDSE-AA Factsheet: NL04_WESTERVELDSE-AA Westerveldse Aa De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Factsheet: NL07_0028 Schipbeek

Factsheet: NL07_0028 Schipbeek Factsheet: NL07_008 Schipbeek De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze factsheet

Nadere informatie

Factsheet: NL43_10 Fliert

Factsheet: NL43_10 Fliert Factsheet: NL43_10 Fliert -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze

Nadere informatie

Factsheet: NL04_AVERLOSCHE-LEIDING

Factsheet: NL04_AVERLOSCHE-LEIDING Factsheet: NL04_AVERLOSCHE-LEIDING Averlosche Leide -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 25 april 2014. Deze factsheet dient gezien te worden als

Nadere informatie

Factsheet: NL04_DEDEMSVAARTa Dedemsvaart

Factsheet: NL04_DEDEMSVAARTa Dedemsvaart Factsheet: NL04_DEDEMSVAARTa Dedemsvaart De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze

Nadere informatie

Factsheet: NL43_09. Naam: Toevoerkanaal

Factsheet: NL43_09. Naam: Toevoerkanaal Factsheet: NL43_09 Toevoerkanaal -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Factsheet: NL04_SAL-NIEUWEWTR-BE Nieuwe Wetering (benedenloop)

Factsheet: NL04_SAL-NIEUWEWTR-BE Nieuwe Wetering (benedenloop) Factsheet: NL04_SAL-NIEUWEWTR-BE Nieuwe Wetering (benedenloop) De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld

Nadere informatie

Factsheet: NL36_OWM_015 Dooze

Factsheet: NL36_OWM_015 Dooze Factsheet: NL36_OWM_015 Dooze De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze factsheet

Nadere informatie

Factsheet: NL36_OWM_018 Dommerswijk

Factsheet: NL36_OWM_018 Dommerswijk Factsheet: NL6_OWM_018 Dommerswijk De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze factsheet

Nadere informatie

Factsheet: NL43_32 Arkervaart

Factsheet: NL43_32 Arkervaart Factsheet: NL43_32 Arkervaart -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Factsheet: NL07_0029 Buurserbeek

Factsheet: NL07_0029 Buurserbeek Factsheet: NL07_009 Buurserbeek De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze factsheet

Nadere informatie

Factsheet: NL33HM. Naam: Hondshalstermeer

Factsheet: NL33HM. Naam: Hondshalstermeer Factsheet: NL33HM Hondshalstermeer -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Factsheet: NL43_01 Schuitenbeek

Factsheet: NL43_01 Schuitenbeek Factsheet: NL43_01 Schuitenbeek -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode 2010-2015 zijn gebaseerd

Nadere informatie

Factsheet: NL05_Westerbouwlandl

Factsheet: NL05_Westerbouwlandl Factsheet: NL05_Westerbouwlandl Westerbouwlandleiding De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de

Nadere informatie

Factsheet: NL35_Reest Reest

Factsheet: NL35_Reest Reest Factsheet: NL5_Reest Reest De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze factsheet is

Nadere informatie

Factsheet: NL43_22 Middenloop Barneveldse Beek

Factsheet: NL43_22 Middenloop Barneveldse Beek Factsheet: NL43_22 Middenloop Barneveldse Beek -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld

Nadere informatie

Factsheet: NL43_01 Schuitenbeek

Factsheet: NL43_01 Schuitenbeek Factsheet: NL4_01 Schuitenbeek Deze factsheet bevat relevante informatie over het waterlichaam met uitzondering van landelijke maatregelen. Iedere overheid is verantwoordelijk voor het deel van de inhoud,

Nadere informatie

Factsheet: NL43_01 Schuitenbeek

Factsheet: NL43_01 Schuitenbeek Factsheet: NL43_01 Schuitenbeek -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 25 april 2014. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie ten behoeve

Nadere informatie

Factsheet: NL18_ADRIAAN Adriaan

Factsheet: NL18_ADRIAAN Adriaan Factsheet: NL18_ADRIAAN Adriaan -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode 2010-2015 zijn gebaseerd

Nadere informatie

Factsheet: NL43_01 Schuitenbeek

Factsheet: NL43_01 Schuitenbeek Factsheet: NL43_01 Schuitenbeek -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Factsheet KRW NL23_BRKMN -

Factsheet KRW NL23_BRKMN - Factsheet: NL23_BRKMN -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 1 april 2013. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie ten behoeve van

Nadere informatie

Factsheet KRW NL07_0001 -

Factsheet KRW NL07_0001 - Factsheet: NL07_0001 -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 1 april 2013. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie ten behoeve van het

Nadere informatie

Factsheet: NL36_OWM_001 Kanalen

Factsheet: NL36_OWM_001 Kanalen Factsheet: NL36_OWM_001 Kanalen -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 25 april 2014. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie ten behoeve

Nadere informatie

Factsheet: NL05_Elsenerbeek Elsenerbeek

Factsheet: NL05_Elsenerbeek Elsenerbeek Factsheet: NL05_Elsenerbeek Elsenerbeek De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze

Nadere informatie

Factsheet KRW NL90_1 -

Factsheet KRW NL90_1 - Factsheet: NL90_1 -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 1 april 2013. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie ten behoeve van het

Nadere informatie

Factsheet: NL38_1B. Naam: Wambergsche Beek

Factsheet: NL38_1B. Naam: Wambergsche Beek Factsheet: NL38_1B Wambergsche Beek -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven Toestand 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode 2010-2015

Nadere informatie

Factsheet: NL38_1B. Naam: Wambergsche Beek

Factsheet: NL38_1B. Naam: Wambergsche Beek Factsheet: NL38_1B Wambergsche Beek -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 25 april 2014. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie ten

Nadere informatie

Factsheet: NL37_ABC1_2013 Tochten ABC1

Factsheet: NL37_ABC1_2013 Tochten ABC1 Factsheet: NL37_ABC1_2013 Tochten ABC1 -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven Toestand 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode 2010-2015

Nadere informatie

Factsheet KRW NL36_OWM_001 -

Factsheet KRW NL36_OWM_001 - Factsheet: NL36_OWM_001 -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 1 april 2013. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie ten behoeve van

Nadere informatie

Factsheet: NL58WRO01A Maasnielderbeek Bovenloop

Factsheet: NL58WRO01A Maasnielderbeek Bovenloop Factsheet: NL58WRO01A Maasnielderbeek Bovenloop -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode 2010-2015

Nadere informatie

Factsheet KRW NL04_AVERLOSCHE-LEIDING -

Factsheet KRW NL04_AVERLOSCHE-LEIDING - Factsheet: NL04_AVERLOSCHE-LEIDING -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 1 april 2013. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie ten

Nadere informatie

Huidige situatie. G2 Totaal stikstof (zomergemiddelde) (mg N/l) 1,57 2,4 2,4. G2 Chloride (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 45,3 150 150

Huidige situatie. G2 Totaal stikstof (zomergemiddelde) (mg N/l) 1,57 2,4 2,4. G2 Chloride (zomergemiddelde) (mg Cl/l) 45,3 150 150 NL09_26 Basisgegevens Naam Code Status Type Stroomgebied Waterbeheergebied Provincie Gemeente Sloten Overbetuwe NL09_26 Kunstmatig M1a - Zoete sloten (gebufferd) Rijn-West Rivierenland Gelderland Neder-Betuwe,

Nadere informatie

Factsheet: NL36_OWM_012

Factsheet: NL36_OWM_012 Factsheet: NL6_OWM_01 Radewijkerbeek De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze factsheet

Nadere informatie

Factsheet: NLGWSC0004

Factsheet: NLGWSC0004 Factsheet: NLGWSC0004 Zout grondwater in ondiepe zandlagen Deze factsheet bevat relevante informatie over het waterlichaam met uitzondering van landelijke maatregelen. Iedere overheid is verantwoordelijk

Nadere informatie

Factsheet: NL39_01a Rotteboezem

Factsheet: NL39_01a Rotteboezem Factsheet: NL39_01a Rotteboezem -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 25 april 2014. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie ten behoeve

Nadere informatie

Factsheet: NL99_Meppelerdiep Meppelerdiep

Factsheet: NL99_Meppelerdiep Meppelerdiep Factsheet: NL99_Meppelerdiep Meppelerdiep De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze

Nadere informatie

Factsheet: NLGW0018 Maas_Slenk_diep

Factsheet: NLGW0018 Maas_Slenk_diep Factsheet: NLGW0018 Maas_Slenk_diep -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode 2010-2015 zijn gebaseerd

Nadere informatie

Factsheet: NLGWSC0004 Zout grondwater in ondiepe zandlagen

Factsheet: NLGWSC0004 Zout grondwater in ondiepe zandlagen Factsheet: NLGWSC0004 Zout grondwater in ondiepe zandlagen -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode

Nadere informatie

Factsheet: NL58WRO01A Maasnielderbeek Bovenloop

Factsheet: NL58WRO01A Maasnielderbeek Bovenloop Factsheet: NL58WRO01A Maasnielderbeek Bovenloop -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 25 april 2014. Deze factsheet dient gezien te worden als een

Nadere informatie

Factsheet KRW NL18_ADRIAAN -

Factsheet KRW NL18_ADRIAAN - Factsheet: NL18_ADRIAAN -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 1 april 2013. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie ten behoeve van

Nadere informatie

Factsheet: NLGW0018. Naam: Maas_Slenk_diep

Factsheet: NLGW0018. Naam: Maas_Slenk_diep Factsheet: NLGW0018 Maas_Slenk_diep Deze factsheet bevat relevante informatie over het waterlichaam met uitzondering van landelijke maatregelen. Iedere overheid is verantwoordelijk voor het deel van de

Nadere informatie

Factsheet: NL11_3_4. Naam: Vinkeveense Plassen

Factsheet: NL11_3_4. Naam: Vinkeveense Plassen Factsheet: NL11_3_4 Vinkeveense Plassen -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Factsheet: NL11_8_1 Tussenboezem Vinkeveen a

Factsheet: NL11_8_1 Tussenboezem Vinkeveen a Factsheet: NL11_8_1 Tussenboezem Vinkeveen a -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in

Nadere informatie

Factsheet: NL57_AALS Aalsbeek

Factsheet: NL57_AALS Aalsbeek Factsheet: NL57_AALS Aalsbeek -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 25 april 2014. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie ten behoeve

Nadere informatie

Factsheet: NL37_ABC1_2013 Tochten ABC1

Factsheet: NL37_ABC1_2013 Tochten ABC1 Factsheet: NL37_ABC1_2013 Tochten ABC1 -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 25 april 2014. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie

Nadere informatie

Factsheet: NL05_Drienerbeek Drienerbeek_Koppelleiding

Factsheet: NL05_Drienerbeek Drienerbeek_Koppelleiding Factsheet: NL05_Drienerbeek Drienerbeek_Koppelleiding De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de

Nadere informatie

Factsheet: NL27_B_1_2

Factsheet: NL27_B_1_2 Factsheet: NL27_B_1_2 Groote Beerze -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven Toestand 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode 2010-2015

Nadere informatie

Factsheet: NL35_Boezem Boezem

Factsheet: NL35_Boezem Boezem Factsheet: NL35_Boezem Boezem -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 25 april 2014. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie ten behoeve

Nadere informatie

Factsheet: NL34M100 Damsterdiep-Nieuwediep

Factsheet: NL34M100 Damsterdiep-Nieuwediep Factsheet: NL34M100 Damsterdiep-Nieuwediep -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de

Nadere informatie

Factsheet: NL05_Hammerwetering Hammerwetering

Factsheet: NL05_Hammerwetering Hammerwetering Factsheet: NL05_Hammerwetering Hammerwetering De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Factsheet: NL57_AALS Aalsbeek

Factsheet: NL57_AALS Aalsbeek Factsheet: NL57_AALS Aalsbeek -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven Toestand 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode 2010-2015 zijn gebaseerd

Nadere informatie

Factsheet: NL05_Geelebeek Geelebeek

Factsheet: NL05_Geelebeek Geelebeek Factsheet: NL05_Geelebeek Geelebeek De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze factsheet

Nadere informatie

Factsheet: NL27_B_1_2

Factsheet: NL27_B_1_2 Factsheet: NL7_B_1_ Groote Beerze Deze factsheet bevat relevante informatie over het waterlichaam met uitzondering van landelijke maatregelen. Iedere overheid is verantwoordelijk voor het deel van de inhoud,

Nadere informatie

Factsheet: NL14_31. Naam: Kamerik Teijlingens

Factsheet: NL14_31. Naam: Kamerik Teijlingens Factsheet: NL14_31 Kamerik Teijlingens -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Factsheet: NL89_grevlemr

Factsheet: NL89_grevlemr Factsheet: NL89_grevlemr Grevelingenmeer Deze factsheet bevat relevante informatie over het waterlichaam met uitzondering van landelijke maatregelen. Iedere overheid is verantwoordelijk voor het deel van

Nadere informatie

Factsheet KRW NL13_01 -

Factsheet KRW NL13_01 - Factsheet: NL13_01 -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 1 april 2013. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie ten behoeve van het

Nadere informatie

Factsheet: NL14_5 Biltse Grift

Factsheet: NL14_5 Biltse Grift Factsheet: NL14_5 Biltse Grift -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Factsheet KRW NL04_OVERIJSSELSKNL-ZW -

Factsheet KRW NL04_OVERIJSSELSKNL-ZW - Factsheet: NL04_OVERIJSSELSKNL-ZW -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 1 april 2013. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie ten

Nadere informatie

Factsheet: NL34M100. Naam waterlichaam: Damsterdiep-Nieuwediep

Factsheet: NL34M100. Naam waterlichaam: Damsterdiep-Nieuwediep Factsheet: NL4M100 Damsterdiep-Nieuwediep De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze

Nadere informatie

Factsheet: NL11_5_4 Terra Nova

Factsheet: NL11_5_4 Terra Nova Factsheet: NL11_5_4 Terra Nova -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Feitenoverzicht Kaderrichtlijn Water

Feitenoverzicht Kaderrichtlijn Water Basisgegevens Naam Code Status Type Stroom Waterbeheer Provincie Gemeente Bovenloop Donge Sterk veranderd R4 - Permanente langzaam stromende bovenloop op zand Maas Brabantse Delta Noord-Brabant Alphen-Chaam,

Nadere informatie

Factsheet: NL14_7. Naam: Merwedekanaal

Factsheet: NL14_7. Naam: Merwedekanaal Factsheet: NL14_7 Merwedekanaal -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie

Feitenoverzicht Kaderrichtlijn Water

Feitenoverzicht Kaderrichtlijn Water Basisgegevens Naam Code Status Type Stroom Waterbeheer Provincie Gemeente Boven Mark NL25_13 Sterk veranderd R6 - Langzaam stromend riviertje op zand/klei Maas Brabantse Delta Noord-Brabant Alphen-Chaam,

Nadere informatie

Factsheet: NL34M100 Damsterdiep-Nieuwediep

Factsheet: NL34M100 Damsterdiep-Nieuwediep Factsheet: NL34M100 Damsterdiep-Nieuwediep -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 25 april 2014. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie

Nadere informatie

Feitenoverzicht Kaderrichtlijn Water

Feitenoverzicht Kaderrichtlijn Water Basisgegevens Naam Code Status Type Stroom Waterbeheer Provincie Gemeente Aa of Weerijs Sterk veranderd R5 - Langzaam stromende middenloop/benedenloop op zand Maas Brabantse Delta Noord-Brabant Breda,

Nadere informatie

Factsheet: NL13_01 t Joppe

Factsheet: NL13_01 t Joppe Factsheet: NL13_01 t Joppe -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode 2010-2015 zijn gebaseerd op

Nadere informatie

Factsheet: NL13_01 t Joppe

Factsheet: NL13_01 t Joppe Factsheet: NL13_01 t Joppe -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 25 april 2014. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie ten behoeve

Nadere informatie

Factsheet: NLGW0013 Zout Maas

Factsheet: NLGW0013 Zout Maas Factsheet: NLGW0013 Zout Maas -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode 2010-2015 zijn gebaseerd

Nadere informatie

Factsheet: NL35_Boezem Boezem

Factsheet: NL35_Boezem Boezem Factsheet: NL35_Boezem Boezem -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode 2010-2015 zijn gebaseerd

Nadere informatie

Factsheet: NL39_01. Deelstroomgebied: Rijn-West Status: Sterk Veranderd

Factsheet: NL39_01. Deelstroomgebied: Rijn-West Status: Sterk Veranderd Factsheet: NL39_01 -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 1 april 2013. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie ten behoeve van het

Nadere informatie

Factsheet: NL14_28 Zegveld

Factsheet: NL14_28 Zegveld Factsheet: NL14_28 Zegveld -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze

Nadere informatie

Factsheet: NL14_3 Westerlaak

Factsheet: NL14_3 Westerlaak Factsheet: NL14_3 Westerlaak -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze

Nadere informatie

Factsheet: NL05_Poelsbeek Poelsbeek

Factsheet: NL05_Poelsbeek Poelsbeek Factsheet: NL05_Poelsbeek Poelsbeek De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze factsheet

Nadere informatie

Factsheet: NL05_Linderbeek Linderbeek

Factsheet: NL05_Linderbeek Linderbeek Factsheet: NL05_Linderbeek Linderbeek De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze

Nadere informatie

Factsheet: NL35_Boezem Boezem

Factsheet: NL35_Boezem Boezem Factsheet: NL35_Boezem Boezem De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze factsheet

Nadere informatie

Factsheet KRW NL58WRO01A -

Factsheet KRW NL58WRO01A - Factsheet: NL58WRO01A -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 1 april 2013. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie ten behoeve van

Nadere informatie

Factsheet: NL02L11 Lauwers

Factsheet: NL02L11 Lauwers Factsheet: NL02L11 Lauwers De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze factsheet is

Nadere informatie

Factsheet: NL27_B_1_2

Factsheet: NL27_B_1_2 Factsheet: NL27_B_1_2 Groote Beerze -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 25 april 2014. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie ten

Nadere informatie

Factsheet: NL02L1 Linde en Noordwoldervaart

Factsheet: NL02L1 Linde en Noordwoldervaart Factsheet: NL02L1 Linde en Noordwoldervaart -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 25 april 2014. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie

Nadere informatie

Factsheet: NL02L1. Naam: Linde en Noordwoldervaart

Factsheet: NL02L1. Naam: Linde en Noordwoldervaart Factsheet: NL02L1 Linde en Noordwoldervaart -DISCLAIMER- Deze factsheet behoort bij het ontwerp water(beheer)plan. De hier weergegeven 2014 en de realisatie van de maatregelen in de periode 2010-2015 zijn

Nadere informatie

Factsheet: NL05_Bolscherbeek Bolscherbeek

Factsheet: NL05_Bolscherbeek Bolscherbeek Factsheet: NL05_Bolscherbeek Bolscherbeek De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze

Nadere informatie

Factsheet: NL05_Elsbeek Elsbeek

Factsheet: NL05_Elsbeek Elsbeek Factsheet: NL05_Elsbeek Elsbeek De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst. Deze factsheet

Nadere informatie

Factsheet KRW NL08_01 -

Factsheet KRW NL08_01 - Factsheet: NL08_01 -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 1 april 2013. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie ten behoeve van het

Nadere informatie

Factsheet: NL19_01_2

Factsheet: NL19_01_2 Factsheet: NL19_01_2 Binnenbedijkte Maas -DISCLAIMER- De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met 25 april 2014. Deze factsheet dient gezien te worden als een werkversie

Nadere informatie

Factsheet: NLGW0013 Zout Maas

Factsheet: NLGW0013 Zout Maas Factsheet: NLGW0013 Zout Maas Deze factsheet bevat relevante informatie over het waterlichaam met uitzondering van landelijke maatregelen. Iedere overheid is verantwoordelijk voor het deel van de inhoud,

Nadere informatie

Factsheet: NL05_Ruenbergerbeek

Factsheet: NL05_Ruenbergerbeek Factsheet: NL05_Ruenbergerbeek Ruenbergerbeek De informatie die in deze factsheet wordt weergegeven is bijgewerkt tot en met het moment van het aanmaken van deze factsheet, zoals vermeld in de voettekst.

Nadere informatie