Gegevensvergelijk Belgische Spoedgevallendiensten

Transcriptie

1 Gegevensvergelijk Belgische Spoedgevallendiensten Er is weinig beschikbaar vergelijkend cijfermateriaal voor spoedgevallendiensten in ons land. In dit preliminair studie-opzet willen we ter zake een verkennende prospectie doen aangaande een minimaal gegevensvergelijk. Verdere uitwerking en periodieke update lijken wenselijk en noodzakelijk. Beter wetenschappelijke onderbouwing is m.i. nodig in deze. Update bevraging VVVS 2008 De voorbije periode gingen we proberen door éénvoudige bevraging (via provinciale contactpersonen vanuit onze beroepsvereniging VVVS) een aantal gegevens hierover in te zamelen betreffende het werkjaar Met enige voorzichtigheid graag volgende gegevens die toch wel duidelijk een aantal trends weergeven. Spreiding spoedgevallendiensten: In Vlaanderen zijn er (actueel?) 61 spoedgevallendiensten 100 (12 gemiddeld per provincie), West-Vlaanderen heeft er het meeste in aantal, Limburg en Vlaams- Brabant t minst. In West-Vlaanderen is er één spoedgevallendienst op gemiddeld inwoners en/of Km2 In Vlaams-Brabant is er één spoedgevallendienst op gemiddeld inwoners en/of Km2 Ook het in kaart brengen van de spreiding spoedgevallendiensten i f v bevolkingsdichtheid is een wenselijk gegeven, alsmede in verhouding met het aantal ziekenhuisbedden, de capaciteit en grootte van ziekenhuizen. Antwerpen werkte t moeilijkst mee aan deze spontane enquête, Limburg en Vlaams- Brabant t best. Gemiddeld rukt een MUG bij onze respondenten 1034 x/jaar uit, in Vlaams-Brabant t frequentst in Limburg t minst vaak. In West-Vlaanderen participeren ziekenhuizen weinig in de ziekenwagendienst 100, in Limburg en Oost-Vlaanderen t meest. Iedere provincie heeft minstens één PIT. De spoedgevallengerelateerde ziekenwagendiensten rukken gemiddeld 1570 x/jaar uit. Gemiddeld verwerken de respondenten spoedgevallenpatiënten per jaar (60 per dag), in Oost-Vlaanderen gemiddeld het laagste aantal in Vlaams-Brabant het hoogste aantal. 2/3 v onze spoedgevallenpatiënten worden ambulant afgewerkt, 1/3 als opname (3% v deze opnames gaan naar IZ, 12% wordt aangevoerd via ziekenwagen 100). 62% v d spoedgevallenbezoekers (patiënten) komt zelfverwijzend. Is er de voorbije tien jaar een stijging met x2.6 van het aantal spoedgevallenpatiënten? Vlaams gemiddeld werken er 20 tot 31 FTEn verpleegkundigen per spoedgevallendienst, 22 tot 37 koppen. 1/5 v d verpleegkundigen op spoedgevallendiensten heeft geen BBT. De meeste spoedgevallenverpleegkundigen zijn tussen de 21 en 40j.

2 Enkel in Antwerpen en Vlaams-Brabant zijn er niet ingevulde vacatures spoedgevallenverpleegkundigen. Gemiddeld verwerken de verpleegkundigen spoedgevallen 916 patiënten per jaar (Limburg 788 en Antwerpen 1041). Enkel in Antwerpen en Limburg zijn er ziekenhuizen, telkens één per provincie, die extra verloning voor de verpleegkundigen met BBT spontaan voorzien (onder de respondenten). Late shift-uren en dag-uren worden duidelijk het best voorzien van verpleegkundige personeelsstaffing op spoedgevallendiensten (atypisch maar tegelijkertijd begrijpelijk en logisch fenomeen in vergelijk met andere diensten). 6.5 FTEn, 8.5 koppen, artsen spoedgevallen per spoedgevallendienst bij de respondenten. Gemiddeld verwerken deze 3087 patiënten per jaar (Oost-Vlaanderen 2500 en Antwerpen 3525). De inwerktijden voor nieuw personeel op spoed is erg uiteenlopend, voor artsen veel beperkter dan voor verpleegkundigen (3 tot 60 werkdagen). Volgende gegevens zouden wenselijker wijze best beter in kaart gebracht: aantal opnames die doorstromen naar medium of high care bezettingsgraad bedden spoed aantal FTEn gefinancierd vanuit de eigen middelen ZH aantal FTEn artsen per spoedgevallendienst aantal spoedgevallen gemiddeld per acuut bed werklastmeting spoed aantal spoedgevallen per medisch specialisme én per urgentiecategorie. A pen Limb O-Vl Vl-Br W-Vl Vlaams n gespec functies =>21? =>68(12) n respondenten 4 (29%) 5 (62%) 5 (36%) 5 (62%) 9 (53%) 28(47%) MUG-diensten Gem MUG-oproepen ZH-ZWDn (26%) ZWDn PIT (11%) Gem N ZW-oproepen Gem n spg-patn % ambul patn % opname-patn % opname IZ 2.4? 2, % opname via ZW % zelfverwijzers FTEn vpkn / /18 62/18 21/19 31/19,6 Koppen vpkn /25 24/20 73/20 26/23 37/22 % Nt BBT-vpkn , Grootste leeftijdsgroep vpkn 21-30j 21-30j 31-40j 41-50j j 31-40j N nt ingevulde vacatures vpk 2 ZHn 0 ZHn 0 ZHn 2 ZHn 0 2 prov 2 ZHn FTEn artsen spg?? 6, Koppen artsen spg ,3 Gem n patn / vpk / jr Gem n patn / arts / jr

3 Toch blijft het een erg moeilijk en complex gegeven, actueel zeker, om volledige gegevens te achterhalen. Moeten we voorzichtig, genuanceerd benaderen. Hierover worden door verschillende betrokkenen en beleidsorganen nogal eens tegenstrijdige gegevens gecommuniceerd? Is de insteek van Gemeenschap, Provincie, Taalgebied, Federaal of andere meest opportuun? Wat is de ideale situatie inzake beschikbaarheid en ontdubbeling van ziekenwagens en MUGs (PITs), de spreiding van spoedgevallendiensten? De beschikbaarheid van diverse personeelspermanenties? Antwerpen Gemiddeld beschikken de Antwerpse spoedgevallendiensten over vijf hospitalisatiebedden. In één ziekenhuis is er een aanvullende verloning v d BBT-verpleegkundigen via een diplomatoeslag voor de eerste acht jaar dat men werkt. Het aantal verpleegkundige werkuren (per FTE) wordt gerekend op 1500 tot 1655 per jaar. De meerderheid v d verpleegkundigen spoed in Antwerpen zijn 21 tot 30j (39%), 29% is tussen de 41 en 50j, 21% tussen de 31 en 40j, 11% tussen de 51 en 60j. Vooral de late shiften blijken extra van personeel (verpleegkundige) voorzien. 2 Antwerpse ziekenhuizen hebben niet ingevulde vacatures verpleegkundigen spoedgevallen? Slechts één v d vier respondenten beschikt niet over een ondersteunend personeelskader op spoed van ambulanciers, logistieke assistenten of verpleeghulpen. De inlooptijd voor nieuwe verpleegkundigen bedraagt hier drie tot 20 dagen, voor spoedartsen één tot vijf dagen. Drie van de vier spoedgevallendiensten fungeren als stageplaatsen BBT-opleidingen (verpleegkundigen). De verpleegkundige werklast fluctueert v 900 tot 1340 patiënten per verpleegkundige per jaar; voor artsen 1553 tot 10279? Limburg Allen exploiteren een MUG-functie. 50% participeert in de ziekenwagenfunctie 100 binnen hun regio, één heeft een erkenning Pit. De meeste spoedgevallendiensten exploiteren 4 reguliere verblijfsbedden spoed. Activiteiten spoed: Gemiddeld aantal spoedgevallen dat verwerkt werd binnen de Limburgse spoedgevallendiensten in 2008: (53/dag) (- exclusie groot ZH: ) (42/dag)

4 Vroegere bevragingen leerden ons: (provisorisch): (45/dag) (Vlaanderen): (26/dag) (Limburg): (21/dag) Dus euh in Limburg ging op ruim 10 jaar tijd het aantal spoedgevallenpatiënten meer dan verdubbelen (stijging met een factor +/- 2.6) Op één na kenden de Limburgse spoedgevallendiensten allemaal een stijging v h aantal verwerkte spoedgevallenpatiënten het voorbije kalenderjaar. Gemiddeld: verwerken de spoeds 41 interne MUG-oproepen per jaar rukken de MUGs 846 keer per jaar, 2.3/dag, (grote 758, 2.3/dag) uit rijden de 100-ziekenwagendiensten v d ziekenhuizen 1750/jaar uit (4.8/dag). Verpleegkundigen op spoed: In één ziekenhuis wordt het BBT-personeel extra verloont (één jaar anciënniteit extra). Een lichte meerderheid (35%) v d verpleegkundigen is gesitueerd tussen de leeftijd van 21 tot 30 j, 31% tussen 30 en 40 j, 29% tussen 40 en 50 j, 5% tussen 50 en 60j. De staffing v verpleegkundigen op spoed varieert voor de meeste tussen 3 en 4 koppen per shift. De dag en late dienst is duidelijk het ruimst in staffing voorzien (cfr drukte). De gemiddelde inlooptijd v verpleegkundigen op onze spoed fluctueert v 3 dagen tot 40 werkdagen. Op alle spoedgevallendiensten lopen studenten BBT (verpleegkunde) stage. De gemiddeld verpleegkundige werkbelasting (aantal spoedgevallen per jaar gedeeld door het aantal FTE verpleegkundigen) bedraagt 788 spoedgevallen / jaar, met begrenzing v 588 tot In 1995 bedroeg deze belasting nog 836 in Limburg per verpleegkundige. Enkel de loopwachtfunctie wordt door verschillende spoedgevallendiensten opgegeven als gecombineerde functie. Artsen op spoed: Gemiddeld werken er 7.4 spoedartsen (koppen) per spoedgevallendienst. Daar waar in 1995 er in 40% v d spoedgevallendiensten een arts continu aanwezig was is dat nu in principe 100%. De gemiddelde inlooptijd voor spoedartsen varieert v geen tot 3 dagen. De gemiddelde werkbelasting van artsen spoed (aantal spoedgevallen per jaar delen door aantal koppen artsen spoed) bedraagt 2766 spoedgevallen / jaar, met begrenzing van tot Andere personeelsondersteuning spoed: Vrijwel alle spoedgevallendiensten hebben ondersteunend personeel: - vrijwel allen beschikken over eigen administratieve krachten (één niet) - slechts één spoedgevallendienst heeft geen aanvullende zorgondersteuning; deze zorgondersteuning wordt binnen de ziekenhuizen met ziekenwagenfunctie vertrekt door minstens ambulancehulpverleners, op de andere door logistiek zorgpersoneel. Oost-Vlaanderen Er zijn gemiddeld 4.2 hospitalisatiebedden op spoedgevallendiensten in deze provincie. Deze zouden gemiddeld 73% bezettingsgraad hebben. Verpleegkundige staffing: Verpleegkundigen BBT krijgen nergens in Oost Vlaanderen extra verloning. Men rekent op 1572 tot 1976 werkuren per jaar voor een verpleegkundigen?

5 19% v d verpleegkundigen heeft de leeftijd 21-30j, 34% 31-40j, 30% 41-50j, 16% is tussen de 51-60j. De spreiding v d verpleegkundige staffing is homogeen met een klein overwicht naar late en daguren. Staffing artsen: De staffing v deze is voor één v d vijf erg opvallend laag (2?), deze werd geëxtrapoleerd uit de cijferverwerking. 4 v d 5 hebben een kader ambulanciers. Slechts 2 v d 5 een administratief kader Op 2 diensten zijn er logistieke assistenten beschikbaar in de staffing. De inlooptijd nieuwe verpleegkundigen werd voor drie diensten opgegeven en bedroeg minimaal 14 en maximaal 40 werkdagen. Voor artsen slechts voor 2 diensten opgegeven, op één dienst één dag, de ander 14 dagen. Op 4 v d 5 spoedgevallendiensten in Oost-Vlaanderen lopen er studenten verpleegkunde BBT stage. Vlaams-Brabant 1 UZ heeft een opvallend laag aantal zelfverwijzers. De niet UZn hebben gemiddeld 4,5 hospitalisatiebedden op spoed, de UZn 17. Deze hebben een bezettingsgraad van 55% gem. Verpleegkundige staffing: FTEN UZn: 62 gemiddeld (73 koppen), niet-uzn: 17.7 gemiddeld (20 koppen). De verpleegkundigen worden nergens in Vlaams-Brabant extra verloond. 61,5% v d verpleegkundigen op de niet-uzn zouden op spoed dr het ZH zelf gefinancierd worden, voor de UZn 99%? Men telt op 1650 tot 1983 werkuren per jaar voor een FTE verpleegkundige. 34% v d verpleegkundigen spoed is tussen de 40 en 50 jaar oud, 29% tussen de 30 en 40, 25 tussen de 20 en 30, 14% tussen de 50 en 60j. 3 v d 5 ziekenhuizen staffen duidelijk het ruimst in de late (en dag-) uren, voor 2 is deze staffing overal gelijk in aantal. 2 ziekenhuizen zitten met niet ingevulde vacatures voor verpleegkundigen spoed. Artsen: (9 koppen) voor deze vijf ziekenhuizen: 12 FTEn (13,5 kop) per UZ en 5 FTEn (6 koppen) voor de niet UZn. 2 v d vijf hebben een kader eigen ambulanciers, 4 van de vijf een eigen administratief kader en 4 v d vijf een logistiek kader (logistiek werker, hulpverpleegkundige). 12 dagen werkt een nieuwe spoedgevallenverpleegkundige in, de artsen krijgen slechts op 2 v d 5 plaatsen inwerktijd (gemiddeld 10 dagen). Op 3 v d vijf spoedgevallendiensten in Vlaams-Brabant lopen studenten verpleegkunde BBT stage. Gemiddeld wordt per FTE verpleegkundige spoed 994 spoedgevallenpatiënten verwerkt (fluctuerend van 721 tot 1251); voor de artsen op spoedgevallen is dit gemiddeld 3168 patiënten per FTE per jaar (UZn 4676, nt-uzn 2163) (fluctuerend van 1338 tot 5100).

6 West-Vlaanderen Gemiddeld kende de spoedgevallendiensten in West-Vlaanderen het voorbije jaar een stijging v 5% v hun spoedgevallenaantal. Gemiddeld zijn er in West-Vlaanderen 83 interne reanimaties per jaar. Er zij gemiddeld 5 hospitalisatiebedden per spoedgevallendienst in West-Vlaanderen, met een bezettingsgraad van 66,5%? Verpleegkundigen BBT worden in deze provincie nergens extra verloond. Men rekent 922 tot 1976 werkuren per jaar per verpleegkundige spoed? De grootste groep verpleegkundigen spoed is hier tussen de 31 en 40 j (29%), 27% tussen de 21 en 30j, 24% tussen de 41 en 50j, 17% van +50 en 2% + 60j. De verpleegkundigen spoed blijken vrij homogeen verspreid over late en vroege shiften, geen duidelijke trend in deze provincie tot meer-staffing in late uren. Meer dan de helft van de spoedgevallendienst beschikt over een extra ondersteunend personeelskader (ambulanciers, verpleeghulpen). Gemiddeld krijgen de nieuwe verpleegkundigen hier over 20 inwerkdagen variërend van 0 tot 60. Spoedartsen 0 tot 7 dagen. De verpleegkundige werklast fluctueert tussen 595 en 1182 patiënten per jaar, deze voor artsen van 1187 tot 5377 patiënten per jaar. Wat zeggen andere spoedgevallen-cijfers? Gegevens FOD VGH Op de FOD Volksgezondheid DG1 is volgende informatie te vinden: 1) Spoedgevallenregistraties: Ik verwijs u hiervoor door naar de maxifeedback (Minimale Klinische Gegevens) voor de acute en subacute ziekenhuizen voor de jaren :zie: systems/mcd(minimumclinicaldata)/publications/maxifeedback/index.htm Als u hier dan op Maxi feedback acute ziekenhuizen 2007 onderaan klikt en op groep 1: ziekenhuisverblijf: en op aantal verblijven volgens aard van opname dan vindt u hier de gegevens over spoedopnames in acute ziekenhuizen terug voor de verschillende jaren. Hetzelfde dan voor de subacute ziekenhuizen. De richtlijnen voor de MKG vindt U terug in: systems/mcd(minimumclinicaldata)/guidelines/index.htm Klik: Richtlijnen voor registratie minimale klinische gegevens nieuw concept spoedgevallenregistratie en daghospitalisatie. Hier kan u dan de definities vinden van wat er onder spoed begrepen is binnen de Minimale Klinische Gegevens (ambulante spoed (p. 6); diagnose en informatie spoed (p 50), code hoofd en nevendiagnose spoed (p.52)

7 2) In de klassieke registratie vragenlijst systems/hospitalstatistics/questionnaire/index.htm vindt u ook nog informatie over de spoedgevallendiensten in België: Een voorbeeld van informatie over spoedgevallendiensten vindt u in Feedback : zie en klik bv. Feedback 2001: systems/hospitalstatistics/feedback/index.htm en klik op zoek: spoed: en u vindt informatie over de Belgische spoeddiensten. Recente informatie via deze vragenlijst kan u bekomen bij Mevr. D. Dicker als contactpersoon: Dominique.Dicker@health.fgov.be 3) In de Gezondheidsenquête 2008 vindt u ook gegevens over de spoedgevallen: zie: Rapport III: Gebruik van Gezondheidszorgen: pport%20iii_nl.pdf Zie: contact met de dienst spoedgevallen: Blz hier vindt u ook vergelijkingen tussen de drie gezondheidsenquêtes over spoedgevallen. website FOD Volksgezondheid over de MUG-registratie: systems/mes(medicalemergencyservices)/index.htm vier MUG registratierapporten 2004, 2005, 2006 en 2008: systems/mes(medicalemergencyservices)/publications/index.htm referentielijsten MUG systems/mes(medicalemergencyservices)/references/index.htm Verder bestaat er ook nog op het niveau van de FOD Volksgezondheid de colleges van geneesheren ex.htm?fodnlang=nl Met hierin ook een college van gespecialiseerde spoedgevallenzorg: ecialisedemergencycare/index.htm Mij laten bovenstaande gegevens FOD VGH toe volgende gegevens spoed te distilleren met enige voorzichtigheid en voorbehoud? Gegevens 2001: Er zijn 120 acute ziekenhuizen in België. Of zijn het er 146 zoals een andere bron beweert? Elk van hen beschikt over een functie gespecialiseerde spoedgevallenzorg. 99% van hen is erkend voor de dienst 100 en 80% neemt deel aan de MUG-functie. Op jaarbasis verwerkte de spoedgevallendiensten van deze gemiddeld patn: - 27% van deze werd gehospitaliseerd - 2% van hen werd opgenomen op IZ (8% van de opname-patn-populatie) - 0,5% werd getransfereerd naar een ander ziekenhuis - 2% v d spoedgevallenpatn wordt aangevoerd door een MUG (8% v d opnamepatn) - 28% van de patn aangevoerd via een MUG worden ook daadwerkelijk op IZ opgenomen - 6% van de spoedgevallenpatn worden aangevoerd via een ziekenwagen 100

8 - 10% van de patn die aangevoerd worden via een ziekenwagen 100 komen op IZ terecht - 5% van de opnamepatn via spoed komt op spoed niet via het net 100 en wordt toch opgenomen op IZ - 92% van de spoedgevallendiensten heeft een specifieke registratie van zijn activiteiten en 83% van hen verwerkt dit in een jaarlijks rapport. Gegevens maxi feedback 2007 (?) - van de opnamepatn komt 42% via spoed in het ZH terecht voor de verblijvenden tot 90 dagen, 60% v d verblijvenden langer dan 90 dagen - slechts 1,5% van de daghospitalisatie-patn komt door via spoed. Het is helaas een te complex kluwen tot op heden om via de globale MKG-gegevens te distilleren welke ziektebeelden via spoedgevallendiensten worden verwerkt? Gezondheidsenquête 2008 Deze beperkt zich voor de bruikbare spoedgevallengerelateerde patiënten voornamelijk tot de ambulante spoedgevallenpatn! Maar biedt over deze patn-populatie toch ongetwijfeld interessante gegevens. 13,5% van de bevolking had het voorbije jaar contact met de dienst spoed, bijna 2% van hen zelfs enkel met spoed en niet hun huisarts. Vier van de vijf ambulante spoedgevallenpatn komt door zonder voorafgaandelijk contact met de huisarts. De drie belangrijkste redenen waarom mensen zich rechtstreeks naar spoedgevallendiensten begeven: - ze ervaren hun probleem als ernstig / dringend (40%) - 24u beschikbaarheid van spoedgevallendiensten (30%) - Alle nodige onderzoeken kunnen op hetzelfde moment (12%). Voor 2% van de ambulante spoedbezoekers speelt de uitgestelde betalersregeling mee in de motivatie. Drie van de vijf contacten met spoed betreft daguren op weekdagen. Mannen blijken frequenter naar spoed te komen dan vrouwen. De spoeddiensten worden het minst geconsulteerd door mensen tussen de 45 en 74 jaar. Tot 45 jaar komen ze meestal onverwezen op spoed, vanaf 65 jaar meer met huisartsverwijzing. De socio-economische status (in termen van opleiding) heeft een invloed op het consulteren van de spoeddienst. Het gemiddeld aantal contacten met de spoeddienst hoger bij lager opgeleiden. Stedelijk trekt men frequenter naar spoed dan landelijk. Het Brussels Gewest springt eruit wat de contacten met spoed betreft (40 contacten gemiddeld per jaar per 100 personen), maar ook in het Waals Gewest (25 contacten) wordt er duidelijk vaker naar spoed gegaan dan in het Vlaams Gewest (15 contacten). Er is een stijging van het aantal patn dat de spoed bezoekt sinds 2001 (in het Brussels Gewest een verdubbeling in 8 jaar). Vlaamse Gemeenschap De beschikbare cijfergegevens spoed zijn voor deze overheid gebundeld in een rapport monitoring MUG en gespecialiseerde spoedgevallenzorg activiteitenjaar en gezondheid.be/v2_default.aspx?id=26286 In deze spreekt men van 41 MUG-functies in Vlaanderen, gemiddeld 1 MUG per inwoners. West-Vlaanderen heeft daarbij de dichtste beschikbaarheid qua bevolkingsaantal (omgekeerd evenredig in oppervlakte?) en Vlaams-Brabant dekt het gemiddelde per MUG het grootst aantal inwoners (maar het minst naar oppervlakte?).

9 Inzake medische permanenties en kwalificaties geeft dit rapport het meest gedetailleerd overzicht. In 2004 werden er in Vlaanderen 758 verpleegkundigen ingezet op MUG. 66% v d verpleegkundigen actief binnen de functies gespecialiseerde spoedgevallenzorg participeert aan de functie MUG. In 1994 rukte de Vlaamse MUGs gemiddeld 709 keer uit per jaar, in In Vlaanderen zijn er 66 algemene of universitaire ziekenhuizen. 44% Van hen is actief op meerdere sites (campussen) hetgeen resulteert in 103 vestigingsplaatsen. Er zouden alzo 71 gespecialiseerde spoedgevallendiensten zijn in Vlaanderen en 20 eerste opvang diensten. Dit zou resulteren in één gespecialiseerde functie spoed per gemiddeld inwoners. 1 per inwoners in West-Vlaanderen en 1 per in Vlaams-Brabant. De gespecialiseerde functies spoed beschikken gemiddeld over vijf hospitalisatie bedden (therapeutische oriëntatie), twee van deze gemonitord. In deze is er sprake van 23 artsen die gemiddeld actief zijn op de Vlaamse functies gespecialiseerde spoedgevallenzorg. Van de verpleegkundigen spoed werkt 72% gemiddeld voltijds. 44% van de spoedgevallenverpleegkundigen is van het mannelijke geslacht. Het ingezet aantal verpleegkundigen is volgens dit rapport sterk wisselend. Minstens 12 VTE voor spoed en 5.8 VTE voor een voltijdse MUG-functie. Gemiddeld zouden er 24 VTE verpleegkundige werken op Vlaamse spoedgevallendiensten met MUG-functie (voltijds), 63% van hen beschikt over de BBT Spoed. 46% van de spoedgevallendiensten vult s nachts een gecombineerde verpleegkundige taak in (loopwacht). In 2001 werd 37,2% van de patiënten die zich gingen aanmelden op spoedgevallendiensten in Vlaanderen gehospitaliseerd worden, opnieuw 8% van deze gehospitaliseerden kwam terecht op een dienst IZ. 2,6% van de via spoed gehospitaliseerden werden getransfereerd naar een ander ziekenhuis. 51% van de Vlaamse ziekenhuizen bekomt een financiering die onvoldoende is om het aantal VTE verpleegkundigen te financieren. 21% van de Vlaamse ziekenhuizen zetten minder verpleegkundigen dan ze gefinancierd krijgen. Binnen het besluit van dit rapport werden volgende ziekenhuisspecifieke aandachtspunten geformuleerd: artsen verbonden aan spoed dienen minimaal 19 uur per week actief te zijn binnen de respectievelijke instellingen de beschikbaarheid van een overdrachtsdocument MUG één op vier beschikt niet over een tijdelijke hospitalisatie één op drie beschikt niet over een isoleerruimte voor acuut psychiatrische/emotionele problemen één op twee beschikt niet over een ingerichte ruimte voor de opvang van kinderen de formatie BBT de verpleegkundige staffing dringende ziekenwagendiensten. Sectorbrede aandachtspunten binnen dit rapport: 4 op 10 ziekenhuizen zijn niet in de regel met de juridische bepalingen inzake het cumuleren van de medische permanentie spoed en MUG (en de 15 regel)

10 de financiering VTE verpleegkundigen gespecialiseerde spoed de sterk wisselende activiteit gespecialiseerde functies spoed o Gemiddeld 50 patn per dag (piekend v 17 tot 183) o 37% van de spoedgevallenpatn worden opgenomen (piekend v 10 tot 100%) o 8% v d gehospitaliseerden naar IZ (piekend v 0 tot 28%) o 2,6% v d opnamepatn worden getransfereerd nr andere ziekenhuizen (piekend v 0 tot 31%). Intussen zijn ook via MKG-gegevens de opname-gegevens spoed beschikbaar ( ): Absolute cijfers: 2007 amb. klas. tot. spoedopname via dienst '100' andere spoedopname spoedopname zonder dienst '100' of ambulance spoedopname zonder dienst '100', met ambulance, zonder MUG spoedopname met dienst '100', met ambulance, zonder MUG spoedopname met ambulance en met eigen MUG spoedopname met ambulance en met MUG van ander ziekenhuis spoedopname, n.n.b % cijfers 2007 amb. klas. tot. spoedopname via dienst '100' 0,00% 0,00% 0,00% andere spoedopname 0,00% 0,00% 0,00% spoedopname zonder dienst '100' of ambulance 59,75% 21,31% 81,06% spoedopname zonder dienst '100', met ambulance, zonder MUG 1,38% 4,10% 5,48% spoedopname met dienst '100', met ambulance, zonder MUG 4,58% 5,77% 10,35% spoedopname met ambulance en met eigen MUG 0,76% 1,50% 2,27% spoedopname met ambulance en met MUG van ander ziekenhuis 0,16% 0,69% 0,85% spoedopname, n.n.b. 66,62% 33,38% 100,00% Besedim Andere? - => welke ziekenhuizen zijn waarvoor erkend - Feedback MUG-registratie (?) - WIV en Hoge Gezondheidsraad: advies préhospitaalsetting? - Cijfers HC Registratie ziekenhuizen DG1? - anderen Feedback 2010 nov 26