ECLI:NL:RBALM:2012:BW1493
|
|
- Marina Pieters
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 ECLI:NL:RBALM:2012:BW1493 Instantie Rechtbank Almelo Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 08/ Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerkeneerste aanleg meervoudig Inhoudsindicatie Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan doodslag door het slachtoffer zodanig hard te schudden en/of op andere wijze geweld heeft toegepast, dat hij daardoor ernstig hersenletsel heeft opgelopen, in comateuze toestand is geraakt en op 31 maart 2012 is overleden. De rechtbank legt een gevangenisstraf op van drie jaar en zes maanden. Hoewel er aanwijzingen zijn dat verdachte, mede om herhaling te voorkomen, gebaat is bij hulp voor haar persoonlijkheidsproblematiek, ziet de rechtbank daarin onvoldoende aanleiding een deel van die straf voorwaardelijk op te leggen met daaraan gekoppeld een behandelverplichting als bijzondere voorwaarde, nu verdachte iedere betrokkenheid ontkent en de reclassering daartoe (om die reden) ook niet heeft geadviseerd. Vindplaatsen Rechtspraak.nl Uitspraak Rechtbank Almelo Sector strafrecht Parketnummer: 08/ Datum vonnis: 3 april 2012 Vonnis (promis) op tegenspraak van de rechtbank Almelo, meervoudige kamer voor strafzaken, rechtdoende in de zaak van de officier van justitie in het arrondissement Almelo tegen: [verdachte], geboren op [1985] in [geboorteplaats], wonende in [woonplaats], nu verblijvende in de PI Overijssel, PIV Zwolle te Zwolle. 1. Het onderzoek op de terechtzitting Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van 16 september 2011, 20 december 2011, 14 februari 2012 en 20 maart De rechtbank heeft kennis genomen van de vordering van de officier van justitie mr. Y. Oosterhof en van wat door de verdachte en haar raadsman mr. R. Kaya, advocaat te Enschede, naar voren is gebracht. 2. De tenlastelegging De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte: Primair: haar kind heeft gedood, of subsidiair: haar kind zo zwaar heeft mishandeld, dat het is overleden, of meer subsidiair: haar kind heeft mishandeld, waardoor het is overleden, of nog meer subsidiair: zo roekeloos met haar kind is omgegaan, dat het daardoor is overleden, of meest subsidiair: zo onvoorzichtig met haar kind is omgegaan, dat het daardoor is overleden. Voluit luidt de tenlastelegging na wijziging/aanvulling aan de verdachte, dat: te [woonplaats] in de [gemeente], opzettelijk een kind, genaamd [slachtoffer], van het leven heeft beroofd, immers heeft verdachte toen en daar met dat opzet meermalen, althans eenmaal, (het hoofd van) die [slachtoffer] hevig en/of met kracht (door elkaar) geschud, 1/7
2 en/of al dan niet met een voorwerp tegen (het hoofd van) die [slachtoffer] geslagen of gestompt en/of (met) (het hoofd van) die [slachtoffer] tegen een vast voorwerp gestoten en/of (met kracht en/of snelheid) tegen een vast voorwerp geduwd en/of (met kracht en/of snelheid) op/tegen een vast voorwerp laten vallen en/althans dusdanig/enig geweld op (het hoofd van) die [slachtoffer] uitgeoefend, tengevolge waarvan voornoemde [slachtoffer] is overleden; kunnen volgen, SUBSIDIAIR, terzake dat aan haar, verdachte's, kind, althans aan een kind, genaamd [slachtoffer], opzettelijk zwaar lichamelijk letsel (te weten een subduraal hematoom en/althans (andere) hersenschade), heeft toegebracht, door toen en daar opzettelijk meermalen, althans eenmaal, (het hoofd van) die [slachtoffer] hevig en/of met kracht (door elkaar) te schudden, en/of al dan niet met een voorwerp tegen (het hoofd van) die [slachtoffer] te slaan of te stompen en/of (met) (het hoofd van) die [slachtoffer] tegen een vast voorwerp te stoten en/of (met kracht en/of snelheid) tegen een vast voorwerp te duwen en/of (met kracht en/of snelheid) op/tegen een vast voorwerp te laten vallen en/althans dusdanig/enig geweld op (het hoofd van) die [slachtoffer] uit te oefenen, terwijl het feit de dood tengevolge heeft gehad; kunnen volgen, MEER SUBSIDIAIR, terzake dat opzettelijk heeft mishandeld haar, verdachte's, kind, althans een kind, genaamd [slachtoffer], immers heeft verdachte toen en daar opzettelijk meermalen, althans eenmaal, (het hoofd van) die [slachtoffer] hevig en/of met kracht (door elkaar) geschud, en/of al dan niet met een voorwerp tegen (het hoofd van) die [slachtoffer] geslagen of gestompt en/of (met) (het hoofd van) die [slachtoffer] tegen een vast voorwerp gestoten en/of (met kracht en/of snelheid) tegen een vast voorwerp geduwd en/of (met kracht en/of snelheid) op/tegen een vast voorwerp laten vallen en/althans dusdanig/enig geweld op (het hoofd van) die [slachtoffer] uitgeoefend, tengevolge waarvan voornoemde [slachtoffer] is overleden; kunnen volgen, NOG MEER SUBSIDIAIR, terzake dat door roekeloos, in elk geval zeer, althans aanmerkelijk, onvoorzichtig en/of onoplettend, meermalen, althans eenmaal, (het hoofd van) een kind genaamd [slachtoffer] hevig en/of met kracht (door elkaar) te schudden, en/of al dan niet met een voorwerp tegen (het hoofd van) die, althans een kind genaamd, [slachtoffer] te slaan of te stompen en/of (met) (het hoofd van) die, althans een kind genaamd, [slachtoffer] tegen een vast voorwerp te stoten en/of (met kracht en/of snelheid) tegen een vast voorwerp te duwen en/of (met kracht en/of snelheid) op/tegen een vast voorwerp te laten vallen en/althans dusdanig/enig geweld op (het hoofd van) die, althans een kind genaamd, [slachtoffer] uit te oefenen, waardoor het aan haar schuld te wijten is geweest dat die [slachtoffer], althans dat kind, zodanig letsel, te weten een subduraal hematoom en/althans (andere) hersenschade, heeft bekomen, dat deze aan de gevolgen daarvan is overleden; kunnen volgen, MEEST SUBSIDIAIR, terzake dat 2/7
3 grovelijk, althans aanmerkelijk onvoorzichtig en/of onachtzaam en/of nalatig meermalen, althans eenmaal, (het hoofd van) een kind genaamd [slachtoffer] hevig en/of met kracht (door elkaar) te schudden, en/of al dan niet met een voorwerp tegen (het hoofd van) die, althans een kind genaamd, [slachtoffer] te slaan of te stompen en/of (met) (het hoofd van) die, althans een kind genaamd, [slachtoffer] tegen een vast voorwerp te stoten en/of (met kracht en/of snelheid) tegen een vast voorwerp te duwen en/of (met kracht en/of snelheid) op/tegen een vast voorwerp te laten vallen en/althans dusdanig/enig geweld op (het hoofd van) die, althans een kind genaamd, [slachtoffer] uit te oefenen, waardoor het aan haar schuld te wijten is geweest dat die [slachtoffer], althans dat kind, zodanig letsel, te weten een subduraal hematoom en/althans (andere) hersenschade, heeft bekomen, dat deze aan de gevolgen daarvan is overleden; 3. De vordering van de officier van justitie De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte voor het primair tenlastegelegde wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf jaar, met aftrek van het voorarrest. 4. De voorvragen De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is, dat zij bevoegd is tot kennisneming van deze zaak, dat de officier van justitie ontvankelijk is in haar vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging. 5. De beoordeling van het bewijs 5.1 De vaststaande feiten De onderstaande feiten volgen rechtstreeks uit de bewijsmiddelen en hebben bij de behandeling van de zaak niet ter discussie gestaan. Het vaststellen van deze feiten behoeft daarom geen andere motivering door de rechtbank dan een verwijzing naar de betreffende bewijsmiddelen. Verdachte heeft op 23 maart 2011 in [woonplaats] een 112 melding gedaan dat haar zoontje [slachtoffer] van bijna twee maanden oud niet meer ademde. Kort na deze melding arriveerden zogenaamde AED ers (lekenhulpverleners) die begonnen met het reanimeren van [slachtoffer]. De kort daarna gearriveerde ambulancebroeders constateerden dat [slachtoffer] verwondingen had en brachten hem met spoed naar het ziekenhuis te Almelo. Daar werd een hersenbloeding geconstateerd. [slachtoffer] werd in comateuze toestand overgebracht naar het academisch ziekenhuis in Groningen waar hij aan de beademing werd gelegd. Nadat er op een hersenfilm (EEG) zeer weinig hersenactiviteit zichtbaar was, is op 30 maart 2011 de beademingsbuis verwijderd. [slachtoffer] is op 31 maart 2011 overleden. Tijdens de sectie op het stoffelijk overschot van [slachtoffer] is een bloeduitstorting onder het harde hersenvlies en bloeduitstortingen op het netvlies van beide ogen vastgesteld. Volgens de artspatholoog zijn deze letsels bij leven ontstaan door inwerking van heftig uitwendig mechanisch geweld, zoals door heftig schudden kan ontstaan, al dan niet in combinatie met botsende geweldsinwerking (impact) op het hoofd. Haar conclusie is, dat [slachtoffer] is overleden als gevolg van verwikkelingen van inwerking van heftig uitwendig mechanisch geweld op het hoofd. Op 5 september 2011 heeft een forensisch arts van het Nederlands Forensisch Instituut een forensisch medisch rapport opgesteld waarin hij concludeert dat de combinatie van bevindingen (fataal hersenletsel met een bloeding onder het harde hersenvlies en netvliesbloedingen) veel waarschijnlijker het gevolg is van menselijk handelen, specifiek van een contacttrauma, van schudden of van een combinatie van beide, dan het gevolg van een ongeval of ongeluk. Volgens deze arts kan de val van het hoofd van [slachtoffer] uit zijn moeders arm tegen de rand van de bank (wat volgens verdachte is voorgevallen), niet geleid hebben tot deze combinatie van bevindingen. 5.2 De standpunten van de officier van justitie en de verdediging Het standpunt van de officier van justitie De officier van justitie stelt zich op het standpunt dat de acuut ontstane klinische noodsituatie (bewusteloosheid en het niet ademen) van [slachtoffer] op 23 maart 2011 is veroorzaakt door hersenletsel, zoals is geconstateerd door de patholoog A. Maes en dr. Karst van het NFI. Deze deskundigen concluderen, aldus de officier van justitie, dat het hersenletsel zeer waarschijnlijk moet zijn ontstaan door een contacttrauma, van krachtig schudden of een combinatie daarvan. [slachtoffer] was een normaal functionerende, gezonde baby en volgens de vader, die [slachtoffer] de ochtend voor de ziekenhuisopname de fles heeft gegeven, was er toen niets met [slachtoffer] aan de hand. Daarnaast stelt de deskundige dat de klinische verschijnselen intreden kort na (orde grootte van seconden) het (contact)trauma. Aangezien verdachte, toen de alarmerende klinische verschijnselen zich voordeden en een korte tijdspanne voordien, alleen met [slachtoffer] in de woning 3/7
4 was, is volgens de officier van justitie uit te sluiten dat iemand anders dan zij dat letsel heeft toegebracht. Uit de gedragingen van verdachte valt volgens de officier van justitie af te leiden dat zij op die dag wanhopig en boos was, wat uiteindelijk heeft geleid tot gewelddadige handelingen ten opzichte van [slachtoffer]. Aanwijzingen voor zijn stellingen ziet de officier van justitie in uitingen van verdachte via Hyves over haar wanhoop door het in haar ogen problematische drinkgedrag van [slachtoffer] en was zij panisch en woedend over een brief van Bureau Jeugdzorg die op 23 maart 2011 bij haar bezorgd werd en waarin een onderzoek naar de situatie rond [slachtoffer] werd aangekondigd. Ook is uit onderzoek van de bij verdachte in gebruik zijnde computer vastgesteld dat zij een internetsite getiteld: ik sla mijn kind.nl heeft geraadpleegd. De officier van justitie komt tot de conclusie dat het primair tenlastegelegde wettig en overtuigend bewezen is. Het standpunt van de verdediging Volgens de raadsman is de verdenking tegen verdachte gebaseerd op veronderstellingen en kan de medisch vastgestelde doodsoorzaak van [slachtoffer] niet leiden tot een bewezenverklaring van het tenlastegelegde. Dat verdachte weinig emoties toont en soms een afstandelijke indruk maakt, heeft volgens de raadsman te maken met haar problematische verleden, waarin zij uit zelfbescherming geleerd heeft om haar emoties te onderdrukken, wat onder meer tot uiting kwam toen [slachtoffer] gereanimeerd werd. Haar afstandelijkheid heeft echter geenszins invloed gehad op haar omgang met [slachtoffer], aldus de verdediging. Verdachtes omgeving was positief over de wijze waarop verdachte [slachtoffer] verzorgde: zowel professionele hulpverleners, te weten de kraamverzorgster en een jeugdgezondheidsverpleegkundige, als de vader van [slachtoffer] en diens familie was te spreken over de liefdevolle en zorgzame behandeling van [slachtoffer] door verdachte. De doodsoorzaak van [slachtoffer] kan volgens de raadsman ook verklaard worden uit andere oorzaken dan door uitwendig geweld op het hoofd, namelijk: Aan [slachtoffer] werd vitamine K toegediend om de stolling van het bloed te verbeteren; door verminderde stolling van het bloed kan een gering letsel van het hoofd al leiden tot een subdurale bloeding; Deze bloeding is volgens de deskundigen circa twee weken voor het overlijden van [slachtoffer] ontstaan, zodat niet uit te sluiten is dat iemand anders dan verdachte het letstel heeft toegebracht, waarbij de val uit de armen van verdachte op de leuning van de bank de al bestaande bloeding heeft versterkt; Uit onderzoek blijkt dat enkel onvoldoende toevoer van zuurstof naar de hersenen kan leiden tot een bloeding onder het harde hersenvlies, zodat niet vaststaat dat het letsel van [slachtoffer] is ontstaan door schudden/een trauma; Er zijn geen vingerafdrukken of letsel aan hals en/of nekspieren geconstateerd, wat wel typerend is bij het hard schudden van een baby; [slachtoffer] is overleden nadat de kunstmatige beademing werd beëindigd, wat niet de beslissing van verdachte was. De raadsman concludeert op grond van het voorgaande dat niet wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte zich aan het tenlastegelegde heeft schuldig gemaakt, zodat zij dient te worden vrijgesproken. Hij is overigens van mening dat de politie tijdens het verhoor van verdachte teveel pressie op haar heeft uitgeoefend en vraagt de rechtbank zich daarover uit te laten. Indien verdachte zou worden veroordeeld, stelt de verdediging dat verdachte ten tijde van het gebeuren ontoerekeningsvatbaar moet worden geacht. 5.3 De bewijsoverwegingen van de rechtbank De rechtbank baseert de oorzaak van het overlijden van [slachtoffer] op de bevindingen van de deskundigen, zoals neergelegd in het op 5 september 2011 uitgebrachte deskundigenrapport van forensisch arts dr. W.A. Karst en dat van het op 23 september 2011 uitgebrachte Pathologieonderzoek naar aanleiding van een mogelijk niet natuurlijke dood, opgesteld door dr. A. Maes, arts en patholoog. Tevens betrekt de rechtbank de verklaring van dr. Karst voornoemd, gehoord als deskundige ter terechtzitting van 20 maart 2012, bij die beoordeling. De rechtbank stelt tegenover de conclusies van deze deskundigen de scenario s die de verdediging omtrent de (mogelijke) oorzaken van [slachtoffer]s overlijden naar voren heeft gebracht. Dr. Maes, die het stoffelijk overschot van [slachtoffer] op 31 maart 2011 onderzocht, heeft bij sectie een normaal ontwikkeld, goed verzorgd en goed gevoed jongetje gezien, zonder aangeboren misvormingen of afwijkingen. Bij sectie en neuropathologisch onderzoek werd zoals onder vaststaande feiten reeds is gemeld een bloeduitstorting onder het harde hersenvlies vastgesteld. Overigens meldt het rapport het volgende: Volgens de neuropatholoog was deze bloeduitstorting enkele dagen oud met recente re bloeding. Daarnaast werden bloeduitstortingen in de netvliezen van beide oogbollen vastgesteld (sub C3), volgens de oogpatholoog 3 tot 5 dagen oud. Deze letsels waren bij leven ontstaan door inwerking van heftig uitwendig mechanisch geweld, zoals door heftig schudden (acceleratie deceleratie ofwel niet accidenteel trauma) kan ontstaan, al dan niet in combinatie met botsende geweldsinwerking (impact) op het hoofd. Hierdoor zijn verwikkelingen ontstaan, waaronder zuurstofgebrek (sub C2), met als gevolg hersenfunctiestoornissen door zuurstofgebrek en longstoornissen door dubbelzijdige longontsteking (sub B5), waarmee het intreden van de dood wordt verklaard. 4/7
5 In genoemd rapport van dr. Karst geeft hij op de volgende schriftelijke vraag van forensisch arts van de GGD Regio Twente, dhr. R.C.A. Santing: Acht u het mogelijk dat de letsels van [slachtoffer] zijn ontstaan door uitwendig geweld? het volgende antwoord: De rapporteur concludeert dat de combinatie van bevindingen (fataal hersenletsel met een bloeding onder het harde hersenvlies en netvliesbloedingen) veel waarschijnlijker is bij een niet accidentele toedracht (het gevolg van menselijk handelen, specifiek van een contacttrauma, van schudden (acceleratie deceleratietrauma) of van een combinatie van beide) dan bij een (al dan niet gemelde) accidentele toedracht (het gevolg van een ongeval of ongeluk). De beschreven val van het hoofd van [slachtoffer] uit zijn moeders arm tegen de rand van de bank kan, gezien de beperkte valhoogte, niet geleid hebben tot de beschreven combinatie van bevindingen. Ter zitting heeft dr. Karst verklaard nog steeds achter zijn rapport te staan. Hij heeft zijn rapport toegelicht, waarbij hij onder meer verklaarde zakelijk weergegeven dat een netvliesbloeding en een bloeding onder het harde hersenvlies aanwijzingen geven over de wijze waarop hersenletsel is ontstaan. Bij geweldsinwerking van buiten af aldus dr. Karst is voorstelbaar dat de grote afvoerbloedvaten scheuren, terwijl zich netvliesbloedingen voordoen. Dat kan voorkomen bij het schudden van een baby, of bij botsend geweld. Dergelijk letstel kan volgens dr. Karst niet ontstaan door een val van bijvoorbeeld een commode. Op de vraag of er alternatieve oorzaken kunnen zijn die tot een [slachtoffer]s letsel hebben kunnen leiden antwoordde Karst, dat hij daarvoor in zijn onderzoek geen aanwijzingen heeft gevonden. Op de vraag van de raadsman of zuurstoftekort, mogelijk ontstaan door de longontsteking van [slachtoffer], tot hersenletsel kan leiden, antwoordde Karst dat het weliswaar niet uitgesloten is, maar niet aannemelijk. Zuurstoftekort kan volgens hem echter niet leiden tot de bij [slachtoffer] geconstateerde bloeding onder het harde hersenvlies. Dat [slachtoffer] eerder hersenbloedingen heeft gehad, sluit dr. Karst niet uit, maar de acute klinische verschijnselen, zoals bewusteloosheid en ademstilstand, moeten seconden na een traumatisch incident zijn ontstaan. Deze conclusie baseert hij op diverse wetenschappelijke onderzoeken, die dr. Karst in zijn rapport met bronvermelding heeft opgenomen. Uit de hiervoor genoemde en geciteerde conclusies van de rapporteurs leidt de rechtbank het volgende af: [slachtoffer] is overleden aan zuurstofgebrek, dat is ontstaan door ernstig hersenletsel met een bloeding onder het harde hersenvlies en netvliesbloedingen; Seconden voor zijn acute ademnood was [slachtoffer] het slachtoffer van een traumatisch incident, waarbij hij hevig is geschud en/of onderhevig was aan een botsend incident; Een val van de arm van zijn moeder op de leuning van de bank kan niet hebben geleid tot genoemd letsel. De these van de raadsman dat mogelijk een ander verantwoordelijk is voor het trauma dat [slachtoffer] heeft opgelopen, is door de tijdspanne, die tussen dat trauma en de acute ademnood die tot [slachtoffer]s ziekenhuisopname heeft geleid, niet aannemelijk geworden. De vader heeft [slachtoffer] die ochtend nog de fles gegeven en hij heeft geen letsel bij zijn zoontje geconstateerd. Daarna is verdachte alleen met [slachtoffer] geweest en ontstond de acute ademnood. Het leidt tot de conclusie dat verdachte [slachtoffer] kort voor de acute noodsituatie hevig heeft geschud en/of op andere wijze gewelddadig heeft bejegend. De rechtbank acht het een feit van algemene bekendheid dat een baby van drie maanden kwetsbaar is, met name het hoofdje en de nek, en dat in de omgang met een baby uiterste behoedzaamheid geboden is. Door [slachtoffer] met kracht te schudden en/of op andere wijze gewelddadig te bejegenen, heeft zij evident in strijd met deze voorzichtigheid gehandeld. Deze gedraging ten opzichte van een zeer kwetsbare baby van de leeftijd van [slachtoffer], is naar het oordeel van de rechtbank zozeer gericht op het toebrengen van dodelijk letsel, dat het niet anders kan zijn dan dat verdachte hiermee de aanmerkelijke kans op het overlijden van [slachtoffer] heeft aanvaard. Dit brengt de rechtbank tot de conclusie dat verdachte voorwaardelijk opzet heeft gehad op de dood van [slachtoffer]. Op grond van wat hiervoor is overwogen acht de rechtbank daarom wettig en overtuigen bewezen dat verdachte [slachtoffer] van het leven heeft beroofd door genoemd geweld op hem uit te oefenen. De stelling dat de verhorende verbalisanten teveel pressie hebben uitgeoefend op verdachte snijdt naar het oordeel van de rechtbank geen hout. Het is niet ongebruikelijk om tijdens het verhoor van een verdachte enige pressie uit te oefenen: als dat binnen redelijke grenzen blijft, is dat niet verwerpelijk. Er zijn geen aanwijzingen dat verdachte op onoirbare wijze is verhoord. Bovendien heeft verdachte steeds volhard in haar stelling dat zij niet verantwoordelijk was voor het overlijden van [slachtoffer]. 5.4 De conclusie De rechtbank is door de inhoud van de wettige bewijsmiddelen tot de overtuiging gekomen, dat de verdachte het primair tenlastegelegde heeft begaan, met dien verstande dat: zij op 23 maart 2011 opzettelijk een kind, genaamd [slachtoffer], van het leven heeft beroofd, immers heeft verdachte toen en daar met dat opzet het hoofd van die [slachtoffer] hevig en met kracht geschud, althans dusdanig geweld op het hoofd van die [slachtoffer] uitgeoefend, tengevolge waarvan voornoemde [slachtoffer] is overleden. De rechtbank heeft de eventueel in de bewezenverklaring voorkomende schrijffouten verbeterd. Verdachte wordt hierdoor niet in zijn verdediging geschaad. De rechtbank acht niet bewezen wat aan de verdachte primair meer of anders is tenlastegelegd, zodat 5/7
6 zij haar daarvan zal vrijspreken. 6. De strafbaarheid van het bewezenverklaarde Het bewezenverklaarde is strafbaar gesteld bij artikel 287 Wetboek van Strafrecht (Sr). Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten. Het bewezenverklaarde levert op: Primair het misdrijf: doodslag. 7. De strafbaarheid van de verdachte Het standpunt van de officier van justitie Aangezien verdachte ontkent zich schuldig te hebben gemaakt aan enig strafbaar feit en dat deskundigen daarom niets kunnen zeggen over haar toerekeningsvatbaarheid, gaat de officier van justitie uit van volledige toerekeningsvatbaarheid. Het standpunt van de verdediging De raadsman is van mening dat verdachte ten tijde van het tenlastegelegde ontoerekeningsvatbaar was, welke stelling hij niet nader heeft onderbouwd. De conclusie van de rechtbank In het op 17 juni 2011 over verdachte uitgebrachte reclasseringsadvies stelt de reclasseringswerker mevr. J. de Jong Stoel onder meer dat de jeugd van verdachte wordt gekenmerkt door negatieve gebeurtenissen, waarbij verdachte het slachtoffer is geworden van lichamelijk en seksueel misbruik door haar stiefvader. Haar moeder overleed vrij jong aan kanker en haar biologische vader had een alcoholprobleem en speelde geen rol in haar vroege jeugd. Haar puberteit wordt gekenmerkt door verkeerde partnerkeuzes, waar huiselijk geweld ook aan de orde was. De basis van verdachte wordt als instabiel gekenmerkt en vanuit dit standpunt is, aldus rapporteur, niet ondenkbaar dat betrokkene over onvoldoende pedagogische vaardigheden beschikt. Op 12 september 2011 is een door de psychiater drs. L.P. Heinsman een rapport over verdachte uitgebracht, waarin hij tot de conclusie komt dat verdachte lijdende is aan een gebrekkige ontwikkeling van haar geestvermogens in de zin van een persoonlijkheidsstoornis niet anderszins omschreven (NAO) met borderline, afhankelijke en ontwijkende trekken, die ten tijde van het bewezenverklaarde aanwezig waren. Aangezien verdachte ontkent dat zij zich aan het tenlastegelegde heeft schuldig gemaakt kan er in beginsel geen uitspraak kon worden gedaan over haar toerekeningsvatbaarheid. Niettemin ziet de rechtbank in de door de reclassering beschreven, zeer problematische jeugd van verdachte en wat drs. Heinsman heeft opgemerkt over haar geestvermogens en persoonlijkheid, aanleiding om verdachte niet volledig toerekeningsvatbaar te achten. Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. De rechtbank oordeelt daarom dat verdachte strafbaar is voor het bewezenverklaarde feit. 8. De op te leggen straf of maatregel De standpunten van de officier van justitie en de verdediging Het standpunt van de officier van justitie met betrekking tot de strafmaat is reeds uiteengezet onder punt 3. De raadsman heeft zich over een eventuele straf niet uitgelaten. De overwegingen van de rechtbank Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan doodslag door [slachtoffer] zodanig hard te schudden en/of op andere wijze geweld heeft toegepast, dat hij daardoor ernstig hersenletsel heeft opgelopen, in comateuze toestand is geraakt en op 31 maart 2012 is overleden. Verdachte heeft door haar onbeheerste handelen [slachtoffer] het meest elementaire recht, te weten het recht op leven, ontnomen en intens verdriet veroorzaakt bij de vader en de naaste familie van [slachtoffer]. De rechtbank rekent het verdachte aan dat zij haar zeer jonge en weerloze kind, dat voor zijn welzijn volledig van verdachte afhankelijk was, niet de geborgenheid en veiligheid heeft geboden die [slachtoffer] nodig had. De rechtbank heeft bij het bepalen van de hoogte van de straf rekening gehouden met de ernst van het bewezenverklaarde feit in verhouding tot andere strafbare feiten, zoals deze onder meer tot uitdrukking komen in de hierop gestelde wettelijke strafmaxima en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd. Naar het oordeel van de rechtbank brengt de ernst van het onderhavige feit met zich dat niet kan worden volstaan met een andere sanctie dan vrijheidsbenemende straf. Bij de strafbepaling weegt de rechtbank tevens mee dat verdachte geen justitiële documentatie heeft. De rechtbank neemt voorts in aanmerking dat ook verdachte is geconfronteerd met de dood van haar zoontje en dat verdachte dit verlies en haar aandeel daarin, haar verdere leven met zich zal moeten meedragen. Tenslotte houdt de rechtbank zoals onder 7. is overwogen er rekening mee dat verdachte niet volledig toerekeningsvatbaar is. Gelet op wat hiervoor is overwogen, zal de rechtbank een gevangenisstraf opleggen van drie jaar en zes maanden. Hoewel er aanwijzingen zijn dat verdachte, mede om herhaling te voorkomen, gebaat 6/7
7 is bij hulp voor haar persoonlijkheidsproblematiek, ziet de rechtbank daarin onvoldoende aanleiding een deel van die straf voorwaardelijk op te leggen met daaraan gekoppeld een behandelverplichting als bijzondere voorwaarde, nu verdachte iedere betrokkenheid ontkent en de reclassering daartoe (om die reden) ook niet heeft geadviseerd. 11. De toegepaste wettelijke voorschriften De hierna te nemen beslissing berust op de hiervoor genoemde wetsartikelen. Daarnaast berust deze beslissing op de artikelen 10 en 27 Sr. 12. De beslissing De rechtbank: vrijspraak/bewezenverklaring verklaart bewezen, dat verdachte het primair tenlastegelegde heeft begaan, zoals hierboven omschreven; verklaart niet bewezen wat aan verdachte primair meer of anders is tenlastegelegd en spreekt haar daarvan vrij; strafbaarheid verklaart het bewezenverklaarde strafbaar; verklaart dat het bewezenverklaarde het volgende strafbare feit oplevert: het misdrijf: doodslag; verklaart verdachte strafbaar voor het bewezenverklaarde; straf veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van drie jaren en zes maanden; bepaalt dat de tijd die de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht, bij de uitvoering van de gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht. Dit vonnis is gewezen door mr. H. Bloebaum, voorzitter, mr. M. Melaard en mr. N.R. Visser, rechters, in tegenwoordigheid van E.P. Endlich, griffier, en is in het openbaar uitgesproken op 3 april /7
ECLI:NL:RBALM:2011:BU2161
ECLI:NL:RBALM:2011:BU2161 Instantie Rechtbank Almelo Datum uitspraak 28 10 2011 Datum publicatie 28 10 2011 Zaaknummer 08/700391 10 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerkeneerste aanleg meervoudig
Nadere informatieECLI:NL:RBUTR:2005:AU7293
ECLI:NL:RBUTR:2005:AU7293 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 01-12-2005 Datum publicatie 01-12-2005 Zaaknummer 16/501029-05 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675
ECLI:NL:RBUTR:2011:BT1675 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 07-09-2011 Datum publicatie 15-09-2011 Zaaknummer 16-600572-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBUTR:2010:BN2158
ECLI:NL:RBUTR:2010:BN2158 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 14-07-2010 Datum publicatie 22-07-2010 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 16-711123-09 [P] Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377
ECLI:NL:RBASS:2011:BQ1377 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 15-04-2011 Datum publicatie 15-04-2011 Zaaknummer 19.605555-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieUitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 3 november 2016 TEGENSPRAAK
ECLI:NL:GHAMS:2016:5390 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 03-11-2016 Datum publicatie 21-12-2016 Zaaknummer 23-003117-15 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieZoekresultaat - inzien document. ECLI:NL:RBOBR:2015:5776 Permanente link: Uitspraak. Rechtbank Oost-Brabant
Zoekresultaat - inzien document ECLI:NL:RBOBR:2015:5776 Permanente link: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ec Instantie Datum uitspraak 07-10-2015 Datum publicatie 07-10-2015 Rechtbank Oost-Brabant
Nadere informatieECLI:NL:RBDHA:2014:1006
ECLI:NL:RBDHA:2014:1006 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 29-01-2014 Datum publicatie 29-01-2014 Zaaknummer 09/818467-13 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBUTR:2011:BR2992
ECLI:NL:RBUTR:2011:BR2992 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 14-07-2011 Datum publicatie 26-07-2011 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 16/600081-11; 16/600434-10 (tul)
Nadere informatieDit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzitting van 26 maart 2013 in de zaak tegen: thans gedetineerd in de.
vonnis RECHTBANK NOORD-HOLLAND Afdeling Publiekrecht, Sectie Straf Locatie Schiphol Meervoudige strafkamer Parketnummer: Uitspraakdatum: 8 april 2013 Tegenspraak Strafvonnis Dit vonnis is gewezen naar
Nadere informatieECLI:NL:RBARN:2001:AD4391
ECLI:NL:RBARN:2001:AD4391 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 10-10-2001 Datum publicatie 10-10-2001 Zaaknummer 05.096060-01 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieECLI:NL:GHDHA:2015:84
ECLI:NL:GHDHA:2015:84 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 27-01-2015 Datum publicatie 27-01-2015 Zaaknummer 22000511-14 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:RBAMS:2011:BU5011
ECLI:NL:RBAMS:2011:BU5011 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 16-11-2011 Datum publicatie 18-11-2011 Zaaknummer 13/656781-11 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieECLI:NL:OGEAA:2016:411
ECLI:NL:OGEAA:2016:411 Instantie Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba Datum uitspraak 05-02-2016 Datum publicatie 22-06-2016 Zaaknummer 426 van 2015, P-2015/06927 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken
Nadere informatieECLI:NL:RBOVE:2016:1480. Datum uitspraak: Datum publicatie: Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg - meervoudig.
ECLI:NL:RBOVE:2016:1480 Instantie: Rechtbank Overijssel Datum uitspraak: 26-04-2016 Datum publicatie: 26-04-2016 Zaaknummer: 08.910038-15 (P) Rechtsgebieden: Strafrecht Bijzondere kenmerken: Eerste aanleg
Nadere informatieECLI:NL:GHLEE:2011:BU1518
ECLI:NL:GHLEE:2011:BU1518 Instantie Datum uitspraak 17-10-2011 Datum publicatie 25-10-2011 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-003332-09 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBNNE:2017:1473
ECLI:NL:RBNNE:2017:1473 Instantie Datum uitspraak 20-04-2017 Datum publicatie 21-04-2017 Rechtbank Noord-Nederland Zaaknummer 18/830019-17 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBASS:2007:BB8355
ECLI:NL:RBASS:2007:BB8355 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 20-11-2007 Datum publicatie 21-11-2007 Zaaknummer 19.830186-07 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012
ECLI:NL:GHSGR:2003:AI1012 Instantie Datum uitspraak 11-06-2003 Datum publicatie 12-08-2003 Zaaknummer 2200326602 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-gravenhage
Nadere informatieECLI:NL:RBALK:2010:BO9234
ECLI:NL:RBALK:2010:BO9234 Instantie Rechtbank Alkmaar Datum uitspraak 07-12-2010 Datum publicatie 29-12-2010 Zaaknummer 14.701344-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:GHARL:2013:CA1193
ECLI:NL:GHARL:2013:CA1193 Instantie Datum uitspraak 12-02-2013 Datum publicatie 28-05-2013 Zaaknummer 21-004366-12 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBMAA:2005:AU2647
ECLI:NL:RBMAA:2005:AU2647 Instantie Rechtbank Maastricht Datum uitspraak 14-09-2005 Datum publicatie 14-09-2005 Zaaknummer 03-700145-05 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420
ECLI:NL:GHARN:2011:BQ0420 Instantie Gerechtshof Arnhem Datum uitspraak 05-04-2011 Datum publicatie 07-04-2011 Zaaknummer 21-002244-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2016:5635 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHAMS:2016:5635 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 10-11-2016 Datum publicatie 29-12-2016 Zaaknummer 23-000872-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061
ECLI:NL:GHSGR:2009:BH2061 Instantie Datum uitspraak 03-02-2009 Datum publicatie 05-02-2009 Gerechtshof 's-gravenhage Zaaknummer 22-002670-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBUTR:2011:BQ9715
ECLI:NL:RBUTR:2011:BQ9715 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 26-05-2011 Datum publicatie 29-06-2011 Zaaknummer 16-504228-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBROT:2017:6331
ECLI:NL:RBROT:2017:6331 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 09-08-2017 Datum publicatie 18-08-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 10/049808-15 en 10/231146-15
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2014:3775
ECLI:NL:GHAMS:2014:3775 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 01-07-2014 Datum publicatie 05-12-2014 Zaaknummer 23-004323-13 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieLJN: BX2217, Rechtbank Almelo, 08/710213-12 Print uitspraak. Datum uitspraak: 20-07-2012. Datum publicatie: 20-07-2012.
LJN: BX2217, Rechtbank Almelo, 08/710213-12 Print uitspraak Datum uitspraak: 20-07-2012 Datum publicatie: 20-07-2012 Rechtsgebied: Soort procedure: Inhoudsindicatie: Vindplaats(en): Straf Eerste aanleg
Nadere informatieUitspraak. Parketnummer: Datum uitspraak: 17 november 2016 VERSTEK
ECLI:NL:GHAMS:2016:5593 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 17-11-2016 Datum publicatie 29-12-2016 Zaaknummer 23-001668-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:GHDHA:2016:935
ECLI:NL:GHDHA:2016:935 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 31-03-2016 Datum publicatie 06-04-2016 Zaaknummer 22-004068-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:RBOVE:2014:6970
ECLI:NL:RBOVE:2014:6970 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 30-12-2014 Datum publicatie 30-12-2014 Zaaknummer 08.770060.14 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieUitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Datum uitspraak: 1 november TEGENSPRAAK (gemachtigd raadsman)
ECLI:NL:GHAMS:2016:5673 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 01-11-2016 Datum publicatie 30-12-2016 Zaaknummer 23-003159-15 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:RBMNE:2016:5688
ECLI:NL:RBMNE:2016:5688 Instantie Datum uitspraak 26-10-2016 Datum publicatie 22-12-2016 Zaaknummer 16/703291-13 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Midden-Nederland Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBZUT:2010:BL3511
ECLI:NL:RBZUT:2010:BL3511 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 10-02-2010 Datum publicatie 10-02-2010 Zaaknummer 06/800866-09 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBUTR:2008:BC6472
ECLI:NL:RBUTR:2008:BC6472 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 01-02-2008 Datum publicatie 12-03-2008 Zaaknummer 16-604030-07 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieECLI:NL:RBUTR:2008:BD7407
ECLI:NL:RBUTR:2008:BD7407 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 15-07-2008 Datum publicatie 16-07-2008 Zaaknummer 16/600554-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBHAA:2006:AZ5994
ECLI:NL:RBHAA:2006:AZ5994 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 22-12-2006 Datum publicatie 11-01-2007 Zaaknummer 15/645076-06 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBDHA:2017:1714
ECLI:NL:RBDHA:2017:1714 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 21-02-2017 Datum publicatie 24-02-2017 Zaaknummer 09/797150-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieECLI:NL:RBUTR:2004:AR8109
ECLI:NL:RBUTR:2004:AR8109 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 23 12 2004 Datum publicatie 23 12 2004 Zaaknummer 16/028249 04 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerkeneerste aanleg meervoudig
Nadere informatieECLI:NL:RBUTR:2010:BL4830
ECLI:NL:RBUTR:2010:BL4830 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 12-02-2010 Datum publicatie 19-02-2010 Zaaknummer 16/604126-08 [P] Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2016:3674
ECLI:NL:GHAMS:2016:3674 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 12-09-2016 Datum publicatie 12-09-2016 Zaaknummer 23-004422-15 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:RBNHO:2015:7578
ECLI:NL:RBNHO:2015:7578 Instantie Datum uitspraak 03-09-2015 Datum publicatie 04-09-2015 Rechtbank Noord-Holland Zaaknummer 15/871690-14 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBAMS:2015:10245
ECLI:NL:RBAMS:2015:10245 Instantie Rechtbank Amsterdam Datum uitspraak 25-11-2015 Datum publicatie 23-06-2017 Zaaknummer 13/845106-15 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieECLI:NL:RBZUT:2007:BB4499
ECLI:NL:RBZUT:2007:BB4499 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 25-09-2007 Datum publicatie 28-09-2007 Zaaknummer 06/580261-07 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273
ECLI:NL:RBZUT:2004:AO7273 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 31-03-2004 Datum publicatie 08-04-2004 Zaaknummer 06/060115-03 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBZUT:2008:BD0696
ECLI:NL:RBZUT:2008:BD0696 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 29-04-2008 Datum publicatie 29-04-2008 Zaaknummer 06/460549-07 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993
ECLI:NL:GHLEE:2009:BK2993 Instantie Datum uitspraak 11-11-2009 Datum publicatie 11-11-2009 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-002029-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBBRE:2005:AU8189
ECLI:NL:RBBRE:2005:AU8189 Instantie Rechtbank Breda Datum uitspraak 15-12-2005 Datum publicatie 15-12-2005 Zaaknummer 02/801139-05 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieUitspraak. parketnummer: datum uitspraak: 29 november 2016 TEGENSPRAAK
ECLI:NL:GHAMS:2016:5286 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 29-11-2016 Datum publicatie 13-12-2016 Zaaknummer 23-000227-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:GHARL:2013:BZ1390
ECLI:NL:GHARL:2013:BZ1390 Instantie Datum uitspraak 18 02 2013 Datum publicatie 18 02 2013 Zaaknummer 21 003023 12 Formele relaties Rechtsgebieden Gerechtshof Arnhem Leeuwarden Eerste aanleg: ECLI:NL:RBUTR:2012:BX0829,
Nadere informatieStrafprocesrecht Bijzondere kenmerken: Hoger beroep Wetsverwijzingen: Wetboek van Strafrecht 197a, geldigheid: 2014-05-11
ECLI:NL:GHSHE:2015:3566 Instantie: Gerechtshof 's-hertogenbosch Datum uitspraak: 16-09-2015 Datum publicatie: 17-09-2015 Zaaknummer: 20-002514-14 Rechtsgebieden: Materieel strafrecht Strafprocesrecht Bijzondere
Nadere informatieDe verdachte heeft tegen het hiervoor genoemde vonnis hoger beroep ingesteld.
arrest GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN locatie Arnhem Afdeling strafrecht Parketnummer: X Uitspraak d.d.: 15 juni 2016 TEGENSPRAAK Verkort arrest van de meervoudige kamer voor strafzaken gewezen op het hoger
Nadere informatieECLI:NL:GHSHE:2012:BW5999
ECLI:NL:GHSHE:2012:BW5999 Instantie Datum uitspraak 16-05-2012 Datum publicatie 16-05-2012 Zaaknummer 20-002733-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-hertogenbosch Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBOVE:2015:1985
ECLI:NL:RBOVE:2015:1985 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 17-04-2015 Datum publicatie 20-04-2015 Zaaknummer 08/951389-13 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:GHAMS:2015:5213 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHAMS:2015:5213 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 16-12-2015 Datum publicatie 16-12-2015 Zaaknummer 23-000433-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:RBMNE:2016:4569
ECLI:NL:RBMNE:2016:4569 Instantie Datum uitspraak 16-08-2016 Datum publicatie 17-08-2016 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Midden-Nederland 16/652521-15 (P) Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBSGR:2003:AN7090
ECLI:NL:RBSGR:2003:AN7090 Instantie Datum uitspraak 03-11-2003 Datum publicatie 03-11-2003 Rechtbank 's-gravenhage Zaaknummer 09/753285-03 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBHAA:2006:AX9578
ECLI:NL:RBHAA:2006:AX9578 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 11-04-2006 Datum publicatie 29-06-2006 Zaaknummer 15/502438-05 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBNNE:2015:6277
ECLI:NL:RBNNE:2015:6277 Instantie Datum uitspraak 13-11-2015 Datum publicatie 17-03-2016 Zaaknummer 18.720178-14 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Noord-Nederland Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:GHDHA:2017:2291
ECLI:NL:GHDHA:2017:2291 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 24-05-2017 Datum publicatie 09-08-2017 Zaaknummer 22-005150-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Hoger
Nadere informatieECLI:NL:RBMAA:2011:BP5002
ECLI:NL:RBMAA:2011:BP5002 Instantie Rechtbank Maastricht Datum uitspraak 16-02-2011 Datum publicatie 17-02-2011 Zaaknummer 03-702714-08 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieECLI:NL:GHSGR:2010:BN2157
ECLI:NL:GHSGR:2010:BN2157 Instantie Datum uitspraak 26-05-2010 Datum publicatie 22-07-2010 Gerechtshof 's-gravenhage Zaaknummer 22-004149-09 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBHAA:2006:AY6694
ECLI:NL:RBHAA:2006:AY6694 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 16-08-2006 Datum publicatie 22-08-2006 Zaaknummer 15/500918-06 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBOBR:2017:4416
ECLI:NL:RBOBR:2017:4416 Instantie Datum uitspraak 17-08-2017 Datum publicatie 17-08-2017 Rechtbank Oost-Brabant Zaaknummer 01/860063-17 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBONE:2013:BY9769
ECLI:NL:RBONE:2013:BY9769 Instantie Datum uitspraak 28-01-2013 Datum publicatie 29-01-2013 Rechtbank Oost-Nederland Zaaknummer 05/901294-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieUitspraak. Afdeling strafrecht. Parketnummer: Uitspraak d.d.: 2 februari 2016 TEGENSPRAAK Promis
ECLI:NL:GHARL:2016:10657 Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum uitspraak 02-02-2016 Datum publicatie 15-05-2017 Zaaknummer 21-002071-15 Formele relaties Cassatie: ECLI:NL:HR:2017:789, Niet ontvankelijk
Nadere informatieECLI:NL:RBGEL:2014:6552
ECLI:NL:RBGEL:2014:6552 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 16-10-2014 Datum publicatie 16-10-2014 Zaaknummer 05/840573-14 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBSHE:2008:BG5264
ECLI:NL:RBSHE:2008:BG5264 Instantie Datum uitspraak 26-11-2008 Datum publicatie 26-11-2008 Rechtbank 's-hertogenbosch Zaaknummer 01/825102-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieLJN: BF8034, Rechtbank Arnhem, 05/
LJN: BF8034, Rechtbank Arnhem, 05/800863-08 Datum uitspraak: 08-09-2008 Datum publicatie: 13-10-2008 Rechtsgebied: Straf Soort procedure: Eerste aanleg - meervoudig Inhoudsindicatie: De militaire kamer
Nadere informatieVerkort vonnis van de rechtbank 's-hertogenbosch, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:
ECLI:NL:RBSHE:2003:AN9844 Instantie Rechtbank 's-hertogenbosch Datum uitspraak 02-12-2003 Datum publicatie 11-12-2003 Zaaknummer 01/025326.03 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg
Nadere informatieECLI:NL:GHLEE:2010:BO7907
ECLI:NL:GHLEE:2010:BO7907 Instantie Datum uitspraak 30-11-2010 Gerechtshof Leeuwarden Datum publicatie 20-12-2010 Zaaknummer 24-001016-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:GHARL:2013:BZ2970
ECLI:NL:GHARL:2013:BZ2970 Instantie Datum uitspraak 04-03-2013 Datum publicatie 04-03-2013 Zaaknummer 21-003585-10 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
Nadere informatieECLI:NL:RBMAA:2006:AY6572
ECLI:NL:RBMAA:2006:AY6572 Instantie Rechtbank Maastricht Datum uitspraak 21-07-2006 Datum publicatie 21-08-2006 Zaaknummer 03/703565-05 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBHAA:2011:BU4938
ECLI:NL:RBHAA:2011:BU4938 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 17-11-2011 Datum publicatie 17-11-2011 Zaaknummer 15-801142-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBOVE:2016:1117
ECLI:NL:RBOVE:2016:1117 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 04-04-2016 Datum publicatie 04-04-2016 Zaaknummer 08/993061-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBGRO:2011:BU3998
ECLI:NL:RBGRO:2011:BU3998 Instantie Rechtbank Groningen Datum uitspraak 10 11 2011 Datum publicatie 10 11 2011 Zaaknummer 18/670085 10 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerkeneerste aanleg meervoudig
Nadere informatieECLI:NL:RBROT:2016:10161
ECLI:NL:RBROT:2016:10161 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 04-11-2016 Datum publicatie 13-01-2017 Zaaknummer 10/710336-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBASS:2011:BR5599
ECLI:NL:RBASS:2011:BR5599 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 23-08-2011 Datum publicatie 23-08-2011 Zaaknummer 19.810178-11 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBOVE:2016:5187
ECLI:NL:RBOVE:2016:5187 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 29-12-2016 Datum publicatie 29-12-2016 Zaaknummer 08/955001-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBALM:2010:BM0983
ECLI:NL:RBALM:2010:BM0983 Instantie Rechtbank Almelo Datum uitspraak 13-04-2010 Datum publicatie 13-04-2010 Zaaknummer 08.720098-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatiepagina 1 van 7 ECLI:NL:RBOVE:2015:1405 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 20-03-2015 Datum publicatie 20-03-2015 Zaaknummer 08/955595-13 en 08/955368-14 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere
Nadere informatieECLI:NL:RBOVE:2015:3293
ECLI:NL:RBOVE:2015:3293 Instantie Rechtbank Overijssel Datum uitspraak 09-07-2015 Datum publicatie 09-07-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 08.730622-14 (P) Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:GHARL:2017:2188
ECLI:NL:GHARL:2017:2188 Instantie Datum uitspraak 15-03-2017 Datum publicatie 15-03-2017 Zaaknummer 21-006632-16 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBASS:2012:BW7835
ECLI:NL:RBASS:2012:BW7835 Instantie Rechtbank Assen Datum uitspraak 08-06-2012 Datum publicatie 08-06-2012 Zaaknummer 19.830044-12 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:GHLEE:2011:BP4388
ECLI:NL:GHLEE:2011:BP4388 Instantie Datum uitspraak 10-02-2011 Datum publicatie 14-02-2011 Gerechtshof Leeuwarden Zaaknummer 24-001943-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatie1. Het onderzoek ter terechtzitting Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 23 mei 2013.
ECLI:NL:RBMNE:2013:CA2571 Instantie Rechtbank Midden-Nederland Datum uitspraak 06-06-2013 Datum publicatie 10-06-2013 Zaaknummer 16/661190-13 (P) Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg
Nadere informatieECLI:NL:GHSGR:2000:AD9850
ECLI:NL:GHSGR:2000:AD9850 Instantie Datum uitspraak 06-10-2000 Datum publicatie 11-10-2004 Zaaknummer 0975730199 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof 's-gravenhage Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:GHDHA:2015:2221 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 18-08-2015 Datum publicatie 18-08-2015 Zaaknummer 22-002511-14 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerkenhoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:GHLEE:2009:BH4974 Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer
ECLI:NL:GHLEE:2009:BH4974 Instantie Gerechtshof Leeuwarden Datum uitspraak 05-03-2009 Datum publicatie 05-03-2009 Zaaknummer 24-002073-08 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBGEL:2016:1041
ECLI:NL:RBGEL:2016:1041 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 22-02-2016 Datum publicatie 25-02-2016 Zaaknummer 05/840508-15 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieDit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van 24 augustus 2016.
ECLI:NL:GHAMS:2016:5663 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 07-09-2016 Datum publicatie 30-12-2016 Zaaknummer 23-000259-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Hoger beroep Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:RBUTR:2010:BN9578
ECLI:NL:RBUTR:2010:BN9578 Instantie Rechtbank Utrecht Datum uitspraak 27-09-2010 Datum publicatie 06-10-2010 Zaaknummer 16/600652-10 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBROT:2017:2554
ECLI:NL:RBROT:2017:2554 Instantie Rechtbank Rotterdam Datum uitspraak 05-04-2017 Datum publicatie 06-04-2017 Zaaknummer 10/740353-16 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieECLI:NL:RBZUT:2005:AU3810
ECLI:NL:RBZUT:2005:AU3810 Instantie Rechtbank Zutphen Datum uitspraak 05-10-2005 Datum publicatie 05-10-2005 Zaaknummer 06-0604540-04 Rechtsgebieden Strafrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg - meervoudig
Nadere informatieECLI:NL:GHSHE:2015:738
ECLI:NL:GHSHE:2015:738 Instantie Datum uitspraak 09-03-2015 Datum publicatie 09-03-2015 Gerechtshof 's-hertogenbosch Zaaknummer 20-003525-14 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie
Nadere informatieECLI:NL:GHSGR:2010:BO0993
ECLI:NL:GHSGR:2010:BO0993 Instantie Datum uitspraak 07-09-2010 Datum publicatie 18-10-2010 Gerechtshof 's-gravenhage Zaaknummer 22-005986-09 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht
Nadere informatieECLI:NL:RBDOR:2003:AN9902
ECLI:NL:RBDOR:2003:AN9902 Instantie Rechtbank Dordrecht Datum uitspraak 11-12-2003 Datum publicatie 12-12-2003 Zaaknummer 11/006376-02 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBGEL:2013:BZ8371
ECLI:NL:RBGEL:2013:BZ8371 Instantie Rechtbank Gelderland Datum uitspraak 19-04-2013 Datum publicatie 24-04-2013 Zaaknummer 05/700947-12 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Strafrecht Eerste
Nadere informatieECLI:NL:RBMAA:2005:AT2876
ECLI:NL:RBMAA:2005:AT2876 Instantie Rechtbank Maastricht Datum uitspraak 25-03-2005 Datum publicatie 31-03-2005 Zaaknummer 008231-04 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie
Nadere informatie