Antwoord. van Gedeputeerde Staten op vragen van. A.H.K. van Viegen (Partij voor de Dieren) (d.d. 10 januari 2010) Nummer 2340

Transcriptie

1 van Gedeputeerde Staten op vragen van A.H.K. van Viegen (Partij voor de Dieren) (d.d. 10 januari 2010) Nummer 2340 Onderwerp Sluiting jacht op wilde eend en fazanthaan Aan de leden van Provinciale Staten Toelichting In een bericht van de provincie Zuid-Holland¹ wordt aangegeven dat per 9 januari 2010 de jacht op de wilde eend en de fazanthaan wordt gesloten tot 3 januari U geeft in dit bericht verder aan dat er sprake is van een periode met aanhoudende vorst met een beperkte oppervlakte open water ten gevolge van ijsontwikkeling en dat de langetermijnontwikkeling aangeeft dat er gerede kans bestaat dat de winterse omstandigheden nog geruime tijd voortduren. De beschikbaarheid van voedsel en schuilmogelijkheden voor de diersoorten wilde eend en fazanthaan is hierdoor zodanig beperkt dat er voldoende aanleiding is om over te gaan tot sluiting van de jacht. Onnodig verder energieverlies ten gevolge van de jacht dient voorkomen te worden. Wij verzoeken u vriendelijk om de vragen i.v.m. de urgentie z.s.m. te beantwoorden. 1. Waarom bent u van mening dat er voor konijnen en de houtduif wel voldoende voedsel en schuilmogelijkheden zijn? Ons beleid (vastgelegd in het Beleidsplan uitvoering Flora- en faunawet) beschrijft twee situaties van winterse omstandigheden waarin jacht gesloten wordt, te weten sneeuw en ijs. Bij sneeuw moet het provinciale grondoppervlak circa 90% met sneeuw bedekt zijn over een periode langer dan 14 dagen. De wildsoorten waarop bij sneeuw de jacht gesloten kan worden zijn fazant, haas, houtduif, konijn en wilde eend. In de afgelopen periode is niet voldaan aan de criteria voor sneeuwbedekking. Wij hebben de jacht op konijn en houtduif dan ook niet gesloten. Voor de fazant is een uitzondering gemaakt. Dit omdat in het veld juist bij de fazant een verminderde conditie was waargenomen, mogelijk door de beperkte beschikbaarheid van voedsel en schuilmogelijkheden. Dit was voor ons voldoende aanleiding om tot sluiting van de jacht op de fazant over te gaan. In het geval van ijs moet circa 50% van het openwater, rivieren, sloten en kanalen bedekt zijn met ijs. De wildsoort waarop bij ijs de jacht gesloten kan worden is de wilde eend. Omdat aan de criteria voor ijsbedekking werd voldaan hebben wij besloten de jacht op de eend te sluiten. ' TVC/MD FZ/alg

2 Pagina 2/5 2. Waarom bent u van mening dat voor de diersoorten wilde eend en fazanthaan energieverlies ten gevolge van de jacht voorkomen moet worden en voor de diersoorten konijn en houtduif niet? Zie beantwoording bij vraag Op welke wijze weegt u de belangen van een bepaalde soort? Kunt u uitleggen hoe u de populatieomvang en -sterkte afweegt tegen winterse weersomstandigheden en waarom is er voor u geen reden om de jacht te sluiten voor het konijn en de houtduif? Zie beantwoording bij vraag Waar baseert u zich op met de opmerking: Bij hoefdieren is het huidige winterweer niet van toepassing op de conditie van de dieren. Waarom zouden deze dieren geen nadelige invloed hebben van het huidige winterweer en waarom heeft u de ontheffingen voor het schieten van deze dieren niet opgeschort? Deze dieren zijn bestand tegen kou en bijvoorbeeld sneeuw. Ook onder dit soort omstandigheden zijn zij in de regel goed in staat voedsel te vinden, in conditie en weerbaar te blijven. 5. Waarom heeft u de ontheffingen voor het schieten van andere soorten zoals ganzen, smienten, meerkoeten, knobbelzwanen, niet gesloten? De aan verjaging ondersteunende ontheffingen voor de diersoorten grauwe gans, kolgans, smient, knobbelzwaan en meerkoet zijn niet opgeschort gezien de weersverwachting met temperaturen die overdag niet onder nul zakken. Hierdoor kan schade aan landbouwgrond en -gewassen ontstaan in de vorm van bijvoorbeeld verslemping. 6. Kunt u ons een overzicht verstrekken van KNMI gegevens en andere gegevens over de afgelopen periode waarop u uw besluiten heeft gebaseerd? Indien u uw besluiten baseert op andere informatiebronnen welke zijn dit en wat zijn hiervan de gegevens? Voor het nemen van een besluit in verband met extreme weersomstandigheden is gekeken naar sneeuwbedekking en temperatuur. Voor de sneeuwbedekking zijn de Geografische overzichten van het weer van het KNMI geraadpleegd. In de perioden van 17 december 2009 tot en met 26 december 2009 en van 5 januari 2010 tot en met 16 januari 2010 was sneeuw aanwezig met een bedekking van circa 90%. Deze perioden waren te kort om de jacht te sluiten op basis van sneeuwbedekking. Van deze gegevens is geen overzicht te geven omdat deze dagelijks op de KNMI-site werden geïnterpreteerd.

3 Pagina 3/5 Ook voor de temperatuur zijn de Geografische overzichten van het weer van het KNMI geraadpleegd. Hieronder een tabel met de maximum-, minimum- en etmaalgemiddelde temperatuur. De gegevens zijn van het weerstation te Rotterdam (meest centraal gelegen weerstation in Zuid-Holland). Datum Maximumtemperatuur ( o C) Minimumtemperatuur ( o C) Etmaalgemiddelde temperatuur ( o C) ,3-4 0, ,2-5 -2, ,7-7,1-3, ,8-7 -0, ,1-1,4-0, ,9-6,4-3, ,6-9,7-5, ,5-3,8-0, ,3-4,3-1, ,8-2,1 0, ,2 0, ,4-1,4 0, ,8 0,2 2, ,1 2,4 4, ,2 3,3 4, ,5-1,8 3, ,0 0,1 1, ,3-0,1 0, ,0-0,3 0, ,3-6,1-1, ,2-4,6 0, ,0-6,1-3, ,4-5,2-1, ,2-2,4 0, ,2-3,9-2, ,8-8,5-3,8 Daarnaast zijn voor de weersverwachting (14 dagen vooruit) dagelijks de gegevens geraadpleegd van WeerOnline. Van deze gegevens is geen overzicht te geven. 7. Hoe waarborgt u op dit moment dat jagers en andere betrokkenen volledig op de hoogte zijn van (gedeeltelijke) sluiting van de jacht? Telefonisch dan wel per zijn door medewerkers van onder andere de Faunabeheereenheid Zuid-Holland, de afdeling Handhaving van de provincie Zuid-Holland en de Koninklijke Nederlandse Jagers Vereniging de wildbeheereenheden/jagers en andere betrokkenen op de hoogte gesteld van het besluit. Daarnaast is het besluit op de internetsite van de provincie Zuid-Holland geplaatst, waarna het ook in de media is overgenomen en gepubliceerd.

4 Pagina 4/5 8. Kunt u toelichten welke schade wilde dieren onder deze weersomstandigheden nog kunnen aanrichten aan landbouwgewassen en andere percelen? Hoe verhoudt deze schade zich tot de schade aan een diersoort door winters weer? Schade die wilde dieren kunnen aanrichting is afhankelijk van het gewas dat op het land staat. Te denken valt aan bijvoorbeeld gras, wintertarwe, kolen en spruiten. Ter voorkoming van belangrijke schade aan landbouwgewassen verlenen wij ontheffingen voor verjaging en afschot. Deze ontheffingen worden opgeschort wanneer sprake is van extreme winterse omstandigheden die een aanslag zijn op de conditie van deze dieren. 9. Bent u met ons van mening dat als gevolg van jacht en schadebestrijding met het geweer ook andere diersoorten worden verstoord die in de omgeving aanwezig zijn? Zo ja, waarom houdt u dan geen rekening met deze andere dieren, die soms nog veel kwetsbaarder zijn waar het gaat om energieverlies en waarvoor het beschikbare voedsel nog schaarser is dan voor soorten als wilde eend en fazant, en hebt u de jacht niet volledig gesloten en alle ontheffingen opgeschort? Dat door jacht en schadebestrijding ook andere diersoorten verstoord kunnen worden die zich in de directe omgeving van de te verjagen diersoorten ophouden is mogelijk. Voor deze onopzettelijke verstoring is volgens de Flora- en faunawet echter geen ontheffing vereist. 10. Vanwege de winterse weersomstandigheden heeft de provincie Noord-Holland besloten om vanaf vrijdag 8 januari 2010 de jacht op wildsoorten (fazanthaan, wilde eend, konijn en houtduif) te sluiten. Ook de geldende ontheffingen voor het doden van overwinterende ganzen en smienten zijn per 8 januari tijdelijk opgeschort. De provincie heeft dit besluit genomen in overleg met verschillende organisaties, zoals het Faunafonds, de Faunabeheereenheid, LTO en de KNJV. Waarom volgt u niet het besluit van de provincie Noord-Holland? Provincies zijn autonoom in het nemen van beslissingen over het wel of niet sluiten van de jacht dan wel het opschorten van ontheffingen in het kader van schadebestrijding. Weersomstandigheden kunnen per regio sterk verschillen. Dit kan tot verschil in advies leiden van de genoemde organisaties. 11. Hoe verklaart u het verschil in adviezen door het Faunafonds, LTO en de KNJV aan de provincies Noord-Holland en Zuid-Holland? Zie beantwoording bij vraag 10.

5 Pagina 5/5 12. Waarom heeft u geen dierenbeschermingsorganisaties, vogelopvangcentra en dierenambulances geraadpleegd over de sluiting van de jacht? Ons beleid voor sluiten van de jacht dan wel het opschorten van ontheffingen in het kader van schadebestrijding is vooral gebaseerd op weersomstandigheden (sneeuwen ijsbedekking). Daarover was voldoende informatie voorhanden waardoor het raadplegen van andere organisaties niet nodig was. Den Haag, 9 februari 2010 Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, secretaris, voorzitter, M.H.J. van Wieringen-Wagenaar J. Franssen