CITROENZUUR MONOHYDRAAT VAST

Transcriptie

1 Bladzijde : 1 / 8 Revisie nr : 3 BLAD Datum : 29/3/2012 VEILIGHEIDSINFORMATIE CITROENZUUR MONOHYDRAAT VAST Vervangt : 24/6/2008 Code : Verantwoordelijke verdeler: In geval van nood: BRENNTAG N.V. België: Nijverheidslaan 38 - BE-8540 DEERLIJK Antigifcentrum - Brussel : TEL: +32(0)56/ FAX: +32(0)56/ TEL: 070/ info@brenntag.be - Website: BRENNTAG Nederland B.V. Nederland: Donker Duyvisweg 44 - NL-3316 BM DORDRECHT Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum - Bilthoven : TEL: +31(0)78/ FAX: +31(0)78/ TEL: 030/ info@brenntag.nl - Website: 1. Identificatie van de stof of het mengsel en van de vennootschap/onderneming 1.1. Productidentificatie * Chemische omschrijving :, 2-Hydroxy-1,2,3-propaantricarbonzuur, monohydraat. Aard van het product : Zuivere stof. * Reach registratienummer : Relevant geïdentificeerd van de stof of het mengsel en ontraden * Geïdentificeerd(e) (en) : Zie tabel op de eerste pagina van de bijlage. * Ontraden (en) : Dit product wordt niet aanbevolen voor industrieel, beroepsmatig of consumenten anders dan vermeld in tabel op de eerste pagina van de bijlage Details betreffende de verstrekker van het veiligheidsinformatieblad Identificatie van de onderneming 1.4. Telefoonnummer voor noodgevallen Telefoonnummer in geval van nood 2. Identificatie van de gevaren : Zie hoofding veiligheidsinformatieblad. : Zie hoofding veiligheidsinformatieblad. * * 2.1. Indeling van de stof of het mengsel Indeling overeenkomstig Richtlijn 67/548/EEG of 1999/45/EG Irriterend (Xi; R36) Indeling overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1272/2008 Oogirritatie - Categorie 2 - Waarschuwing (Eye Irrit. 2; H319) 2.2. Etiketteringselementen Etikettering overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1272/2008 Gevaarlijke bestandde(e)l(en) : monohydraat Gevarenpictogram(men) * Signaalwoord : Waarschuwing * Gevarenaanduidingen : H319 - Veroorzaakt ernstige oogirritatie. * Voorzorgsmaatregelen * - Preventie : P264 - Na het werken met dit product grondig wassen. P280 - Beschermende handschoenen, beschermende kleding, oog- of gelaatsbescherming dragen. * - Reactie : P305+P351+P338 - BIJ CONTACT MET DE OGEN : Voorzichtig afspoelen met water gedurende een aantal minuten. Contactlenzen verwijderen, indien mogelijk. Blijven spoelen. P337+P313 - Bij aanhoudende oogirritatie : een arts raadplegen. BRENNTAG

2 Bladzijde : 2 / 8 Revisie nr : 3 BLAD Datum : 29/3/2012 VEILIGHEIDSINFORMATIE CITROENZUUR MONOHYDRAAT VAST Vervangt : 24/6/2008 Code : Identificatie van de gevaren (vervolg) 2.3. Andere gevaren * Fysische/chemische gevaren : De stof ontleedt bij verhitting of verbranding onder vorming van giftige dampen. Gevaren voor de gezondheid : Verdampt praktisch niet bij 20 C; zal als poeder bij verstuiven echter snel een gevaarlijke concentratie in de lucht ontstaan. * Gevaren voor het milieu : Product veroorzaakt een sterke daling van de ph van water en bodem. Dit product is geen of bevat geen stof dat een PBT of een zpzb is (overeenkomstig bijlage XIII). * Gevaren voor de veiligheid : Stofexplosie mogelijk, wanneer het product in fijn verdeelde vorm gemengd is met lucht. 3. Samenstelling en informatie over de bestanddelen * * 3.1. Stoffen CAS nr EINECS nr Index nr Naam component(en) gew. % Reach nr INDELING monohydraat : > 99.5 % Xi; R Eye Irrit. 2; H319 De volledige tekst van de R-zinnen en (EU)H-verklaringen vindt men in rubriek Eerstehulpmaatregelen 4.1. Beschrijving van de eerstehulpmaatregelen Algemeen : Bij twijfel of bij aanhoudende verschijnselen, steeds een arts raadplegen. Nooit iets toedienen langs de mond bij een bewusteloos persoon. Eerstehulpmaatregelen bij - Inademing : Het slachtoffer in de frisse lucht brengen. Slachtoffer rustig houden, in halfzittende houding. Als het slachtoffer niet of onregelmatig ademt, kunstmatige beademing toepassen. Een arts raadplegen. - Contact met de huid : Verontreinigde kledij uittrekken. Huid onmiddellijk spoelen met veel water. (ev. douchen). Bij (blijvende) irritatie, een arts raadplegen. - Contact met de ogen : Onmiddellijk grondig en langdurig (minstens 15 min.) spoelen met veel water. Contactlenzen verwijderen. Oogarts consulteren. Geen neutralisatiemiddel en. * - Inslikken : NIET LATEN BRAKEN. De mond spoelen met water. Slachtoffer veel water laten drinken. Een arts raadplegen. * * 4.2. Belangrijkste acute en uitgestelde symptomen en effecten Zie rubriek Vermelding van de vereiste onmiddellijke medische verzorging en speciale behandeling Voor specialistisch advies dient de arts contact op te nemen met het NVCI of het Belgisch Antigifcentrum. BRENNTAG

3 Bladzijde : 3 / 8 Revisie nr : 3 BLAD Datum : 29/3/2012 VEILIGHEIDSINFORMATIE CITROENZUUR MONOHYDRAAT VAST Vervangt : 24/6/2008 Code : Brandbestrijdingsmaatregelen 5.1. Blusmiddelen Blusmiddelen * - Geschikte blusmiddelen : Bluspoeder, Alcoholbestendig schuim, Koolstofdioxide (CO2), Verneveld water. * - Ongeschikte blusmiddelen : Geen gekend Speciale gevaren die door de stof of het mengsel worden veroorzaakt Speciale srisico's 5.3. Advies voor brandweerlieden : Bij brand kunnen koolstofoxiden (o.a. CO) en rook vrijkomen. * Beschermende uitrusting : In de onmiddellijke nabijheid van het vuur een onafhankelijk ademhalingstoestel en beschermende kledij dragen. Speciale maatregelen : Gebruik (verneveld) water om de naburige verpakkingen en constructies af te koelen. Vermijd dat bluswater in het milieu terechtkomt. 6. Maatregelen bij het accidenteel vrijkomen van de stof of het mengsel * 6.1. Persoonlijke voorzorgsmaatregelen, beschermde uitrusting en noodprocedures Persoonlijke voorzorgsmaatregelen 6.2. Milieuvoorzorgsmaatregelen Maatregelen ter bescherming van het milieu 6.3. Insluitings- en reinigingsmethoden en -materiaal Reinigingsmethode 6.4. Verwijzing naar andere rubrieken Voor persoonlijke bescherming, zie rubriek 8. Voor verwijdering van het afvalproduct, zie rubriek 13. : Ontruim onmiddellijk de besmette ruimtes en zorg voor voldoende ventilatie. Vermijd inademing van het product en aanraking met de ogen en de huid. Draag geschikte, persoonlijke veiligheidsuitrusting. (Zie rubriek 8) : Verhinder dat het product in open water, riolering of de bodem terechtkomt. De overheid informeren indien het product in de riolering of in open water terechtkomt. : Gemorst product verzamelen in afsluitbare afvalvaten. Restant met veel water wegspoelen. Neutraliseer de spoelvloeistof met base. 7. Hantering en opslag 7.1. Voorzorgsmaatregelen voor het veilig hanteren van de stof of het mengsel * Hantering : Vermijd stofvorming. Vermijd inademing van het product en aanraking met de ogen en de huid. Draag geschikte, persoonlijke veiligheidsuitrusting. (Zie rubriek 8) De handen wassen voor en na het werken met het product. Niet eten, drinken, of roken tijdens. In de onmiddellijke nabijheid van elke mogelijke sbron moeten veiligheidsoogdouches en nooddouches aanwezig zijn Voorwaarden voor een veilige opslag, met inbegrip van incompatibele producten * Opslagcondities : Uitsluitend in de oorspronkelijke, goed gesloten verpakking bewaren op een koele, goed geventileerde en droge plaats. Alle gevaarlijke producten dienen op een lekbak geplaatst of ingekuipt te worden. Verwijderd houden van : Oxidatiemiddelen, Basen, Metaalnitraten. Opslagtemperatuur: C BRENNTAG

4 Bladzijde : 4 / 8 Revisie nr : 3 BLAD Datum : 29/3/2012 VEILIGHEIDSINFORMATIE CITROENZUUR MONOHYDRAAT VAST Vervangt : 24/6/2008 Code : Hantering en opslag (vervolg) Brand- en explosiepreventie : Maatregelen nemen tegen elektrostatische ontlading. Stofexplosie mogelijk, wanneer het product in fijn verdeelde vorm gemengd is met lucht. Gebruik altijd explosieveilige elektrische apparatuur. Vonk-arm gereedschap en. * Geschikt verpakkingsmateriaal : Polyethyleen, Polypropyleen. * Ongeschikt verpakkingsmateriaal : Diverse metalen, Diverse kunststoffen. * 7.3. Specifiek eind Voor geïdentificeerde en, zie punt 1.2 en/of sscenario's. 8. Maatregelen ter beheersing van /persoonlijke bescherming 8.1. Controleparameters Beroepsmatige slimieten : Niet vastgesteld. * Biologische grenswaarden : Deze zullen toegevoegd worden van zodra deze beschikbaar zijn. * DNELs : Niet van toepassing. * PNECs : monohydraat : Zoetwater : 0,44 mg/l monohydraat : Zeewater : 0,044 mg/l monohydraat : Zoetwaterafzetting : 3,46 mg/kg monohydraat : Zeewaterafzetting : 34,6 mg/kg monohydraat : Bodem : 33,1 mg/kg monohydraat : Rioolwaterzuiveringsinstallatie : > 1000 mg/l 8.2. Maatregelen ter beheersing van * Technische maatregelen : Ventilatie. Persoonlijke beschermingsmiddelen - Inhalatiebescherming : Goedgekeurd stofmasker ( Filtertype P2). - Huidbescherming : Geschikte beschermingskledij. * - Handbescherming : Geschikt materiaal voor veiligheidshandschoenen (EN 374): Butylrubber, PVC. - Oog-/Gezichtbescherming : Chemische stofbril. * Beheersing van milieu : Zie rubrieken 6, 7, 12 en Fysische en chemische eigenschappen 9.1. Informatie over fysische en chemische basiseigenschappen * Zie technische fiche voor gedetailleerde inlichtingen. Fysische toestand (20 C) : Vast. Uitzicht/Kleur : Wit. Geur : Reukloos. * Geurdrempel : Niet van toepassing. * ph-waarde : Sterk zuur. * Smelt-/Vriespunt : 100 C * Kookpunt/Kooktraject (1013 hpa) : 175 C Vlampunt : Niet van toepassing. * Brandgevaar : Niet van toepassing. * Verdampingssnelheid : Niet van toepassing. BRENNTAG

5 Bladzijde : 5 / 8 Revisie nr : 3 BLAD Datum : 29/3/2012 VEILIGHEIDSINFORMATIE CITROENZUUR MONOHYDRAAT VAST Vervangt : 24/6/2008 Code : Fysische en chemische eigenschappen (vervolg) * Explosiegrenzen in lucht : 100 g/m³ - Niet vastgesteld. * Dampspanning : Geen gegevens beschikbaar. * Relatieve dampdichtheid (lucht=1) : Geen gegevens beschikbaar. Relatieve dichtheid (water=1) : 1,5 * Oplosbaarheid in water : 163 g/100ml * Oplosbaar in : Alcohol. Log P octanol/water (20 C) : -1,7 * Zelfontbrandingstemperatuur : > 345 C * Minimale ontstekingsenergie : > 1000 mj * Ontbindingstemperatuur : > 100 C * Viscositeit : Niet van toepassing. * Explosieve eigenschappen : Geen chemische groep geassocieerd met ontplofbare eigenschappen. * Oxiderende eigenschappen : Geen chemische groep geassocieerd met oxiderende eigenschappen Overige informatie Overige : Hygroscopisch. 10. Stabiliteit en reactiviteit Reactiviteit * Reactiviteit : Reageert heftig met oxidatiemiddelen en basen Chemische stabiliteit Stabiliteit : Stabiel bij normale omstandigheden Mogelijke gevaarlijke reacties * Gevaarlijke reacties : Reageert heftig met: Metaalnitraten => Kans op brand en explosie! Te vermijden omstandigheden Te vermijden omstandigheden Chemisch op elkaar inwerkende materialen : Vocht, Hoge temperaturen (> 40 C). * Te vermijden stoffen : Oxidatiemiddelen, Basen, Metaalnitraten, Diverse kunststoffen Gevaarlijke ontbindingsproducten * Gevaarlijke ontbindingsproducten : Bij brand kunnen koolstofoxiden (o.a. CO) en rook vrijkomen. De stof ontleedt bij verhitting boven het smeltpunt onder vorming van methylmaleïnezuuranhydride. 11. Toxicologische informatie Informatie over toxicologische effecten Acute toxiciteit * - Inademing : Irriterend voor de ademhalingswegen. Symptomen: Hoesten, Pijnlijke keel. * - Contact met de huid : Irriterend voor de huid. Symptomen: Roodheid. monohydraat : LD50 (Rat, dermaal) : 2000 mg/kg - Contact met de ogen : Irriterend voor de ogen. Symptomen: Roodheid, Pijn. BRENNTAG

6 Bladzijde : 6 / 8 Revisie nr : 3 BLAD Datum : 29/3/2012 VEILIGHEIDSINFORMATIE CITROENZUUR MONOHYDRAAT VAST Vervangt : 24/6/2008 Code : Toxicologische informatie (vervolg) * - Inslikken : Symptomen: Pijnlijke keel. monohydraat : LD50 (Rat, oraal) : 3000 mg/kg monohydraat : LD50 (Muis, oraal) : 5400 mg/kg * Huidcorrosie/-irritatie : Licht irriterend. * Ernstig oogletsel/oogirritatie : Sterk irriterend. * Gevaar bij inademing : Niet als gevaarlijk beschouwd. * Sensibilisatie van de luchtwegen/de huid : Niet sensibiliserend. * Carcinogene werking : Niet ingedeeld als carcinogeen (kankerverwekkend). * Mutagene werking : Niet ingedeeld als mutageen. * Toxische effecten op de reproductie : Niet ingedeeld voor reprotoxiciteit. * Specifieke doelorgaantoxiciteit - : Bij de mens : Niet ingedeeld voor orgaantoxiciteit. eenmalige Bij dieren : Geen effecten gekend. * Specifieke doelorgaantoxiciteit - : Bij de mens : Niet ingedeeld voor orgaantoxiciteit. herhaalde Bij dieren : Geen effecten gekend. 12. Ecologische informatie Toxiciteit Ecotoxiciteit Persistentie en afbreekbaarheid Persistentie en afbreekbaarheid Bioaccumulatie : monohydraat : LC50 (Vis, 96 u) : > 400 mg/l (Leusiscus idus) : monohydraat : Persistentie en afbreekbaarheid : Gemakkelijk biologisch afbreekbaar. Bioaccumulatie : monohydraat : Bioaccumulatie : Geen bioaccumulatie verwacht Mobiliteit in de bodem * Mobiliteit : monohydraat : Mobiliteit : Zeer goed oplosbaar in water Resultaten van PBT- en zpzb-beoordeling * Beoordeling : monohydraat : PBT/zPzB : Nee Andere schadelijke effecten WGK-klasse (DE) : 1 ( Zwak watervervuilend product ). Waterbezwaarlijkheid (NL) : 11 Saneringsinspanning (NL) : B * Vermogen tot vorming van : Geen gegevens beschikbaar. fotochemische ozon * Ozonafbrekend vermogen : Geen gegevens beschikbaar. * Hormoonontregelend vermogen : Geen gegevens beschikbaar. * Broeikaseffect : Geen gegevens beschikbaar. 13. Instructies voor verwijdering Afvalverwerkingsmethoden Productverwijdering : Het product moet vernietigd worden volgens de nationale en lokale wettelijke bepalingen, door een wettelijk erkende verwerver van gevaarlijke afvalproducten. * Europese afvalstoffenlijst : XXXXXX - Europese afvalstoffencode. Deze code wordt toegewezen op basis van de meest courante toepassingen en kunnen niet representatief zijn voor de verontreinigingen die bij het effectief van het product ontstaan. De producent van het afval moet zelf zijn proces evalueren en de gepaste afval BRENNTAG

7 Bladzijde : 7 / 8 Revisie nr : 3 BLAD Datum : 29/3/2012 VEILIGHEIDSINFORMATIE CITROENZUUR MONOHYDRAAT VAST Vervangt : 24/6/2008 Code : Instructies voor verwijdering (vervolg) Verwijdering van de verpakking codering toekennen. Zie Beschikking 2001/118/EG. : De te verpakking is uitsluitend bedoeld voor het verpakken van dit product. Na de verpakking goed leegmaken en afsluiten. Wanneer het om een retourverpakking gaat, kan de ledige verpakking terug aan de leverancier aangeboden worden. 14. Informatie met betrekking tot het vervoer VN-nummer UN-nummer : Juiste ladingnaam overeenkomstig de modelreglementen van de VN ADR-benaming : - * ADN-benaming : - IMDG-benaming : Transportgevarenklasse(n) Klasse : Verpakkingsgroep Verpakkingsgroep : Milieugevaren * Milieugevaar : Nee Mariene verontreiniging : Nee Bijzondere voorzorgen voor de er Gevaarsaanduiding : - Gevaarsymbo(o)l(en) : - EmS-N : Vervoer in bulk overeenkomstig bijlage II van MARPOL 73/78 en de IBC-code * Type schip : Niet van toepassing. * Verontreinigingscategorie : Niet van toepassing. 15. Regelgeving Specifieke veiligheids-, gezondheids- en milieureglementen en -wetgeving voor de stof of het mengsel * Inventarisaties : Europese inventarisatie (EINECS): Niet opgenomen in inventarisatie. NFPA-nr. : * Van toepassing zijnde EU : Richtlijn 98/24/EG van de Raad van 7 april 1998 betreffende de bescherming van Reglementering(en) de gezondheid en de veiligheid van werknemers tegen risico's van chemische agentia op het werk Beschikking 2001/118/EG van de Commissie van 16 januari 2001 tot wijziging van Beschikking 2000/532/EG betreffende de lijst van afvalstoffen Verordening (EG) nr. 1272/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 betreffende de indeling, etikettering en verpakking van stoffen en mengsels tot wijziging en intrekking van de Richtlijnen 67/548/EEG en 1999/45/EG en tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006 Verordening (EU) nr. 453/2010 van de Commissie van 20 mei 2010 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (Reach) BRENNTAG

8 Bladzijde : 8 / 8 Revisie nr : 3 BLAD Datum : 29/3/2012 VEILIGHEIDSINFORMATIE CITROENZUUR MONOHYDRAAT VAST Vervangt : 24/6/2008 Code : Regelgeving (vervolg) * Chemische veiligheidsbeoordeling Er is een chemische veiligheidsbeoordeling uitgevoerd voor de component(en) van dit product of voor het product zelf. 16. Overige informatie * Dit veiligheidsinformatieblad werd opgesteld conform Verordening (EU) nr. 453/2010. Dit veiligheidsinformatieblad is uitsluitend bedoeld voor industrieel/professioneel. * Wijziging t.o.v. de vorige revisie. Reden wijziging : Algemene herziening. * Informatiebronnen : Deze informatie is gebaseerd op de huidige beschikbare gegevens ( Producent(en), Chemiekaarten,...). Zie ook op het internetadres: R-zin(nen) : R36 - Irriterend voor de ogen. * (EU)H-verklaring(en) : H319 - Veroorzaakt ernstige oogirritatie. * Lijst van afkortingen en acroniemen : ADN (Accord européen relatif au transport international des marchandises Dangereuses par voies de Navigation intérieur) : Europees verdrag over het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de binnenwateren ADR (Accord européen relatif au transport international des marchandises Dangereuses par Route) : Europees verdrag betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de weg CO : Koolstofmonoxide DNEL (Derived No Effect Level) : een geschat veilig sniveau EmS (Emergency Schedule) : de eerste code verwijst naar de correspondere brandindeling en de tweede code verwijst naar de corresponderende lekindeling IMDG (International Maritime Dangerous Goods code) : Internationale code voor het vervoer van gevaarlijke stoffen over zee NFPA (National Fire Protection Association) of gevarendiamant NVCI : Nationaal Vergiftigingen Informatie Centrum PBT : persistent, bioaccumulerend en toxisch PNEC (Predicted No Effect Concentration) : concentratie waaronder tot een stof geen effect optreedt REACH : Registratie, Evaluatie en Autorisatie van Chemicaliën zpzb : zeer persistent en zeer bioaccumulerend WGK (Wassergefahrdungsklasse) : een in Duitsland elijke classificatie van stoffen, die het milieugevaar voor oppervlaktewater aangeeft De hier verstrekte informatie is naar ons weten juist en volledig op de datum van uitgifte van dit veiligheidsgegevensblad. De informatie betreft enkel het genoemde product en geeft geen garantie voor de kwaliteit en de volledigheid van de eigenschappen van het product, of voor het geval dat het product samen met andere producten of in enig ander proces t wordt. Het blijft de verantwoordelijkheid van de er om zich ervan te verzekeren dat de informatie van toepassing en volledig is m.b.t. het speciale dat hij van het product maakt. BRENNTAG wijst iedere verantwoordelijkheid af voor verlies of schade die voortvloeit uit het van deze gegevens. Einde van document BRENNTAG

9 N. Korte titel Hoofdg ebruike rsgroep (SU) Gebruik ssector Productca tegorie (PC) 1 Productie van de stof Toepassing als tussenproduct Preparatie en (om)pakken van stoffen en mengels Gebruik in polymeren en plastiek Toepassingen in coatings Toepassingen in coatings Toepassingen in coatings Toepassing in reinigingsmiddelen Toepassing in reinigingsmiddelen Toepassing in reinigingsmiddelen Toepassing in agrochemicaliën Toepassing in agrochemicaliën Toepassing in agrochemicaliën 3 8, , 10, 13, 20 1, 3, 9a, 9b, 9c, 12, 18, 30, 31, 35, 39 3 NA , 18, 19 17, 18, NA NA NA 9a, 9b, 18, 34 3 NA NA 22 NA NA 21 NA 3, 28, 31, 35, 36, NA 22 1 NA Gebruik in laboratoria 3 NA 15 Weg- en bouwtoepassingen 3 2, 10, 19 8, 9a, 9b, 9c, 12, 21 4, 16, 20, 37 NA Procescate gorie (PROC) 1, 2, 3, 4, 8b 1, 2, 3, 4, 8b 1, 2, 3, 4, 5, 7, 8a, 8b, 9, 13, 14, 15, 19 3, 5, 8a, 8b 7, 8a, 8b, 10, 19, 24 8a, 8b, 24 Milieuemissieca tegorie (ERC) Voorwerp categorie (AC) Specificatie 1 NA ES a NA ES1617 1, 2, 3, 4 NA ES1638 6b NA ES NA ES2145 8c, 8f, 10a, 10b, 11a, 11b P1074_002 1/81 NL NA 1, 2, 4, 5, 7, 8a, 8b, 9, 10, 13, 19 1, 2, 4, 5, 8a, 8b, 9, 10, 11, 13, 19 NA 3, 5, 8a, 8b, 10, 14, 15, 19 3, 5, 8a, 8b, 10, 11, 14, 19 10a, 10b, 11a, 11b NA ES2147 4, 11 ES2149 2, 4 NA ES2064 8a, 8d, 9a, 9b 8a, 8d, 9a, 9b NA NA ES2068 ES2097 2, 4 NA ES2238 8b, 8d NA ES2249 NA 8b, 8d NA ES2252 1, 2, 3, 4, 8a 2, 4, 5, 7, 8a, 8b, 10, 13, 14, 19, 21, 24 4, 7 NA ES2190 5, 12a 4 ES Weg- en 22 10, 19 NA 2, 4, 5, 8c, 8f NA ES2136

10 bouwtoepassingen 8a, 8b, 10, 11, 13, 14, 19, 21, 24 Weg- en bouwtoepassingen Gebruik in behandeling van proceswater Gebruik in de olie industrie Gebruik voor het behandelen van metalen oppervlakken. Gebruik voor het behandelen van metalen oppervlakken. Gebruik voor het behandelen van metalen oppervlakken. 21 NA 1, 9b NA , 15, 16, 17 2a, 2b, 10, 19 3 NA 22 NA 21 NA 4, 7, 14, 16, 17, 20, 25, 26, 35, 37 20, 40 7, 14, 25, 31, 35 7, 14, 25, 31, 35 7, 14, 25, 31, Gebruik in cosmetica NA 1, 2, 3, 4, 7, 8a, 8b, 9, 10, 13, 17, 18, 20, 23, 25 3, 4, 5, 8a, 8b 2, 3, 4, 7, 8a, 8b, 9, 10, 13, 17, 18, 23 2, 3, 4, 7, 8a, 8b, 9, 10, 13, 17, 18, 23 10a, 10b, 11a, 11b 4 ES2138 4, 6b, 7 NA ES NA ES2143 4, 6b NA ES2219 8a NA ES10730 NA 8a NA ES , 11, 19 8a, 11a 8 ES Gebruik in cosmetica , 3, 39 NA 8a, 11a 8 ES Gebruik in papierindustrie Gebruik in de textielindustrie Gebruik in fotografieproducten Gebruik in fotografieproducten Gebruik in fotografieproducten 3 6a, 6b 26 5, 8a 4 NA ES , 23, 24 8a, 8b, 10, 13, 22 4 NA ES NA 5, 9, 13 8a NA ES NA 30 NA 8a NA ES NA 5, 9, 13 4 NA ES2153 P1074_002 2/81 NL

11 1. Verkorte titel van het sscenario 1: Productie van de stof Hoofdersgroepen Eindsectoren Chemisch product-categorie Procescategorieën Milieu-emissiecategorieën SU 3: Industrieel : Gebruik van stoffen als zodanig of in preparaten in een industriële omgeving SU8: Vervaardiging van chemische stoffen op grote schaal (waaronder geraffineerde aardolieproducten) PC19: Tussenproducten PROC1: Gebruik in een gesloten proces, niet waarschijnlijk PROC2: Gebruik in een gesloten, continu proces met incidentele, beheerste PROC3: Gebruik in een gesloten batchproces (synthese of formulering) PROC4: Gebruik in een batchproces of ander proces (synthese) met kans op PROC8b: Overbrengen van een stof of preparaat (vullen/leeg laten lopen) van/naar vaten/grote containers in gespecialiseerde voorzieningen ERC1: Vervaardiging van stoffen 2.1 bijdragescenario dat de milieu beheerst voor: ERC1 Gebruikte hoeveelheid Frequentie en duur van het Milieufactoren niet beïnvloed door risicomanagement Andere aanvaarde operationele omstandigheden die de van het milieu beïnvloeden maatregelen op procesniveau (bron) ter verhindering van vrijkomingen Technische locatievoorwaarden en maatregelen ter reductie en beperking van uitleidingen, Gebruikte hoeveelheden in de EU (ton/jaar) Regionale shoeveelheid: Plaatselijk t aandeel van de regionale tonnage: Jaarlijkse hoeveelheid per locatie Dagelijkse hoeveelheid per locatie Voortdurende Verdunningfactor (rivier) 900 Verdunningfactor (kustregio) Emissie of vrijkoming factor: Lucht Emissie of vrijkoming factor: Water Water 1000 ton(nen)/jaar ton(nen)/jaar ton(nen)/jaar kg/dag 350 Emissiedagen (dagen/jaar): 0 % 0,01 % Niet naar het oppervlaktewater of de riolering laten afvloeien., mag niet onverdund resp. niet geneutraliseerd in het afvalwater of de ontvangende wateren terecht komen., Een regelmatige controle van de ph waarde tijdens de invoering in open wateren is vereist. De stof is biologisch afbreekbaar, heeft een lage Kow en wordt niet verwacht om P1074_002 3/81 NL

12 luchtemissies en vrijkomingen in de grond vrijkomen van de werkplek te met betrekking tot afvalwaterzuiveringsinstallatie met betrekking tot externe behandeling van afval voor verwerking te bioaccumuleren. Type afvalwaterreinigingsinstall atie Stroomsnelheid van de waterstroom van de afvalwaterbehandelingins tallatie Slibbehandeling Afvalverwerking Plaatselijke waterreinigingsinstallatie (onsite) m3/d Terugwinning van modder voor land- of tuinbouw. Vast afval zou via stortplaats of verbranding moeten worden weggedaan., Afvalwaterbehandeling kan variëren op verschillende plaatsen. Afvalwater zou op zijn minst behandeld moeten worden in een onsite of in een gemeentelijke secundaire biologische behandelingsinstallatie voorafgaand aan lozing. Het afval insluiten en afvoeren overeenkomstig de milieuwetgeving en de lokale regelgevingen 2.2 Bijdragescenario dat de van de werknemer beheerst voor: PROC1, PROC2, PROC3, PROC4, PROC8b Productkarakteristieken Frequentie en duur van het Menselijke factoren niet beïnvloed door risicomanagement maatregelen voor de dispersiecontrole uit de bron ten opzichte van de arbeider Concentratie van de stof in het mengsel/artikel Fysische vorm (tijdens ) Blootstellingsduur per dag Gebruiksfrequentie Blote huid Blote huid Ademvolume Lichte activiteit Omvat concentraties van maximaal 90% vast, vloeibaar P1074_002 4/81 NL > 4 h 1 Keren per dag Handpalm van één hand (240cm²) (PROC1, PROC3) Palmen van beide handen (480 cm2) (PROC2, PROC4, PROC8b) 10 m3/dag Lichaamsgewicht 70 kg De stof bewerken in een voornamelijk gesloten systeem dat is voorzien van extra ventilatie. bewerken in een zuurkast of onder afzuiging. Stof moet direct bij punt van herkomst verwijderd worden. Maatregelen nemen om het ontstaan van elektrostatische lading te voorkomen. Ontploffingsbestendige uitrusting en. Spatten voorkomen. Voorzie lokale afzuiging (LEV). (Efficiëntie: 90 %)(PROC2, PROC3, PROC4)

13 vrijkomen, dispersie en te met betrekking tot persoonlijke bescherming, hygiëne en gezondheidsevaluatie Voorzie lokale afzuiging (LEV). (Efficiëntie: 95 %)(PROC8b) Apparatuur en werkplek iedere dag schoonmaken. Voorzie een basisopleiding voor de werknemer om te verhinderen/minimaliseren Controle of de maatregelen om risico s te minimaliseren correct worden t en de saanwijzigingen worden gevolgd Als technische afzuig- of ventilatiemaatregelen niet mogelijk of onvoldoende zijn, moet adembescherming gedragen worden. Gelaatsbescherming dragen. Butylrubber handschoenen bieden een goede bescherming Beschermende kleding dragen. LEV en ademhalingsbescherming moeten van toepassing zijn in gebieden waar werknemers in contact kunnen komen met stof. Vermijd contact met de stof of vervuilde objecten. Gebruik van PPE om het hanteren en het contact te minimaliseren. 3. Schatting van de en aangeven van de bron ervan Milieu EUSES Scenario van het bijdragen Specifieke omstandigheden Compartiment Waarde Niveau van Zoetwater PEC 0,0153mg/L 0, Jaarlijks gemiddelde Water PEC 0,0153mg/L Zoetwater afzetting P1074_002 5/81 NL PEC 0,261mg/kg wwt 0, Zeewater PEC 0,00180mg/L 0, Jaarlijks gemiddelde Zeewater PEC 0,00718mg/L Zeeafzetting PEC dagen Landbouwgrond PEC dagen Landbouwgrond PEC dagen Grasland PEC Werknemers Poriënwater van landbouwgrond Poriënwater van grasland Grondwater onder landbouwgrond 0,0307mg/kg wwt 0,0227mg/kg wwt 0,00743mg/kg wwt 0,00297mg/kg wwt 0,0408 RCR 0, PEC 0,000112mg/L --- PEC 0, mg/ L --- PEC 0,000112mg/L ---

14 ECETOC TRA-model t. Scenario van het bijdragen Specifieke omstandigheden Blootstellingsroute Niveau van PROC1 --- Dermaal 0,3mg/kg/dag --- PROC2 --- Dermaal 0,14mg/kg/dag --- PROC3 --- Dermaal 0,03mg/kg/dag --- PROC4, PROC8b --- Dermaal 0,69mg/kg/dag --- PROC1 --- Inhalatie 0,01mg/m³ --- PROC2, PROC3 --- Inhalatie 0,1mg/m³ --- PROC4 --- Inhalatie 2,5mg/m³ --- PROC8b --- Inhalatie 1,25mg/m³ --- In the ECETOC TRA model, LEV is not considered for PROC1 4. Aanbevelingen voor ers in de keten (ers downstream) om een inschatting te kunnen maken in hoeverre hij werkt binnen de grenzen van het scenario RCR de richtlijnen baseren op hypothetische bedrijfsvoorwaarden die niet op alle locaties van toepassing hoeven te zijn; om deze reden kan een scalering noodzakelijk zijn om adequate risicomanagementmaatregelen te kunnen vastleggen. Indien verdere risicomanagementmaatregelen / operationele voorwaarden dienen te worden overgenomen, dienen de ers te waarborgen dat risico's tot een ten minste gelijkwaardig niveau worden beperkt. Health de verwachte overstijgt de DNEL/DMEL-waarden niet, wanneer de in hoofdstuk 2 vermelde risicomanagementmaatregelen/bedrijfsvoorwaarden in acht worden genomen. Voor afstemming zie: Milieu Er wordt verwacht dat de geschatte en de PNECs niet zullen overschrijden wanneer de geïdentificeerde risicobeheersmaatregelen / operationele omstanigheden worden toegepast, zoals vermeld in sectie 2 Aanvullende adviezen voor goede praktijken ter aanvulling van de REACH Chemische veiligheidbeoordeling Van de implementatie van een geschikte standaard voor de arbeidshygiëne wordt uitgegaan. P1074_002 6/81 NL

15 1. Verkorte titel van het sscenario 2: Toepassing als tussenproduct Hoofdersgroepen Eindsectoren Chemisch product-categorie Procescategorieën Milieu-emissiecategorieën SU 3: Industrieel : Gebruik van stoffen als zodanig of in preparaten in een industriële omgeving SU8: Vervaardiging van chemische stoffen op grote schaal (waaronder geraffineerde aardolieproducten) SU9: Vervaardiging van fijnere chemische stoffen PC19: Tussenproducten PROC1: Gebruik in een gesloten proces, niet waarschijnlijk PROC2: Gebruik in een gesloten, continu proces met incidentele, beheerste PROC3: Gebruik in een gesloten batchproces (synthese of formulering) PROC4: Gebruik in een batchproces of ander proces (synthese) met kans op PROC8b: Overbrengen van een stof of preparaat (vullen/leeg laten lopen) van/naar vaten/grote containers in gespecialiseerde voorzieningen ERC6a: Industrieel dat resulteert in de vervaardiging van een andere stof ( van tussenproducten) 2.1 bijdragescenario dat de milieu beheerst voor: ERC6a Gebruikte hoeveelheid Frequentie en duur van het Milieufactoren niet beïnvloed door risicomanagement Andere aanvaarde operationele omstandigheden die de van het milieu beïnvloeden maatregelen op procesniveau (bron) ter verhindering van vrijkomingen Gebruikte hoeveelheden in de EU (ton/jaar) Regionale shoeveelheid (tonnen/jaar): Plaatselijk t aandeel van de regionale tonnage: Jaarlijkse hoeveelheid per locatie Dagelijkse hoeveelheid per locatie Voortdurende Verdunningfactor (rivier) 40 Verdunningfactor (kustregio) 100 Emissie of vrijkoming factor: Lucht Emissie of vrijkoming factor: Water Water ton(nen)/jaar 3000 ton(nen)/jaar ton(nen)/jaar kg/dag 300 Emissiedagen (dagen/jaar): 0 % 0,7 % Niet naar het oppervlaktewater of de riolering laten afvloeien., mag niet onverdund resp. niet geneutraliseerd in het afvalwater of de ontvangende wateren terecht komen., Een regelmatige controle P1074_002 7/81 NL

16 Technische locatievoorwaarden en maatregelen ter reductie en beperking van uitleidingen, luchtemissies en vrijkomingen in de grond vrijkomen van de werkplek te met betrekking tot afvalwaterzuiveringsinstallatie met betrekking tot externe behandeling van afval voor verwerking van de ph waarde tijdens de invoering in open wateren is vereist. De stof is biologisch afbreekbaar, heeft een lage Kow en wordt niet verwacht om te bioaccumuleren. Type afvalwaterreinigingsinstall atie Stroomsnelheid van de waterstroom van de afvalwaterbehandelingins tallatie Slibbehandeling Afvalverwerking Plaatselijke waterreinigingsinstallatie (onsite) m3/d Terugwinning van modder voor land- of tuinbouw. Vast afval zou via stortplaats of verbranding moeten worden weggedaan., Afvalwaterbehandeling kan variëren op verschillende plaatsen. Afvalwater zou op zijn minst behandeld moeten worden in een onsite of in een gemeentelijke secundaire biologische behandelingsinstallatie voorafgaand aan lozing. Het afval insluiten en afvoeren overeenkomstig de milieuwetgeving en de lokale regelgevingen 2.2 Bijdragescenario dat de van de werknemer beheerst voor: PROC1, PROC2, PROC3, PROC4, PROC8b Productkarakteristieken Frequentie en duur van het Menselijke factoren niet beïnvloed door risicomanagement maatregelen voor de dispersiecontrole uit de bron ten opzichte van de arbeider Concentratie van de stof in het mengsel/artikel Fysische vorm (tijdens ) Blootstellingsduur per dag Gebruiksfrequentie Blote huid Blote huid Lichaamsgewicht Omvat stofaandelen in het product tot 100 % (voor zover niet anders vermeld). vast, vloeibaar > 4 h 1 Keren per dag Handpalm van één hand (240cm²) (PROC1, PROC3) Palmen van beide handen (480 cm2) (PROC2, PROC4, PROC8b) 70 kg Ademhalingsvolume onder 10 m3/dag somstandigheden De stof bewerken in een voornamelijk gesloten systeem dat is voorzien van extra ventilatie. bewerken in een zuurkast of onder afzuiging. Stof moet direct bij punt van herkomst verwijderd worden. P1074_002 8/81 NL

17 vrijkomen, dispersie en te met betrekking tot persoonlijke bescherming, hygiëne en gezondheidsevaluatie Maatregelen nemen om het ontstaan van elektrostatische lading te voorkomen. Ontploffingsbestendige uitrusting en. Spatten voorkomen. Voorzie lokale afzuiging (LEV). (Efficiëntie: 90 %)(PROC2, PROC3, PROC4) Voorzie lokale afzuiging (LEV). (Efficiëntie: 95 %)(PROC8b) Apparatuur en werkplek iedere dag schoonmaken. Voorzie een basisopleiding voor de werknemer om te verhinderen/minimaliseren Controle of de maatregelen om risico s te minimaliseren correct worden t en de saanwijzigingen worden gevolgd Als technische afzuig- of ventilatiemaatregelen niet mogelijk of onvoldoende zijn, moet adembescherming gedragen worden. Gelaatsbescherming dragen. Butylrubber handschoenen bieden een goede bescherming Beschermende kleding dragen. LEV en ademhalingsbescherming moeten van toepassing zijn in gebieden waar werknemers in contact kunnen komen met stof. Vermijd contact met de stof of vervuilde objecten. Gebruik van PPE om het hanteren en het contact te minimaliseren. 3. Schatting van de en aangeven van de bron ervan Milieu EUSES Scenario van het bijdragen Specifieke omstandigheden Compartiment Waarde Niveau van Zoetwater PEC 0,0154mg/L 0, Jaarlijks gemiddelde Zoetwater PEC 0,0154mg/L 0, Zoetwater afzetting P1074_002 9/81 NL PEC 0,263mg/kg wwt 0, Zeewater PEC 0,0084mg/L 0, Jaarlijks gemiddelde Zeewater PEC 0,00716mg/L Zeeafzetting PEC dagen Landbouwgrond PEC dagen Landbouwgrond PEC dagen Grasland PEC Poriënwater van landbouwgrond Poriënwater van grasland 0,144mg/kg wwt 0,0411mg/kg wwt 0,0135mg/kg wwt 0,00539mg/kg wwt 0,191 RCR 0, PEC 0,000203mg/L --- PEC 0, mg/ L Grondwater onder PEC 0,000203mg/L

18 landbouwgrond Werknemers ECETOC TRA-model t. Scenario van het bijdragen Specifieke omstandigheden Blootstellingsroute Niveau van PROC1 --- Dermaal 0,3mg/kg/dag --- PROC2 --- Dermaal 0,14mg/kg/dag --- PROC3 --- Dermaal 0,03mg/kg/dag --- PROC4, PROC8b --- Dermaal 0,69mg/kg/dag --- PROC1 --- Inhalatie 0,01mg/m³ --- PROC2, PROC3 --- Inhalatie 0,1mg/m³ --- PROC4 --- Inhalatie 2,5mg/m³ --- PROC8b --- Inhalatie 1,25mg/m³ --- In the ECETOC TRA model, LEV is not considered for PROC1 4. Aanbevelingen voor ers in de keten (ers downstream) om een inschatting te kunnen maken in hoeverre hij werkt binnen de grenzen van het scenario RCR de richtlijnen baseren op hypothetische bedrijfsvoorwaarden die niet op alle locaties van toepassing hoeven te zijn; om deze reden kan een scalering noodzakelijk zijn om adequate risicomanagementmaatregelen te kunnen vastleggen. Indien verdere risicomanagementmaatregelen / operationele voorwaarden dienen te worden overgenomen, dienen de ers te waarborgen dat risico's tot een ten minste gelijkwaardig niveau worden beperkt. Health de verwachte overstijgt de DNEL/DMEL-waarden niet, wanneer de in hoofdstuk 2 vermelde risicomanagementmaatregelen/bedrijfsvoorwaarden in acht worden genomen. Voor afstemming zie: Milieu Er wordt verwacht dat de geschatte en de PNECs niet zullen overschrijden wanneer de geïdentificeerde risicobeheersmaatregelen / operationele omstanigheden worden toegepast, zoals vermeld in sectie 2 Aanvullende adviezen voor goede praktijken ter aanvulling van de REACH Chemische veiligheidbeoordeling Van de implementatie van een geschikte standaard voor de arbeidshygiëne wordt uitgegaan. P1074_002 10/81 NL

19 1. Verkorte titel van het sscenario 3: Preparatie en (om)pakken van stoffen en mengels Hoofdersgroepen Eindsectoren Chemisch product-categorie Procescategorieën Milieu-emissiecategorieën SU 3: Industrieel : Gebruik van stoffen als zodanig of in preparaten in een industriële omgeving SU5: Vervaardiging van textiel, leer en bont SU 10: Formuleren [mengen] van preparaten en/ of ompakken (geen legeringen) SU13: Vervaardiging van andere niet-metaalhoudende minerale producten, waaronder gips en cement SU20: Gezondheidszorg PC1: Kleefmiddelen, afdichtingsmiddelen PC3: Luchtverfrissers PC9a: Coatings en verven, verdunners, verfafbijtmiddelen PC9b: Vulmiddelen, kit, gips, modelleerklei PC9c: Vingerverf PC12: Gazon-en tuinpreparaten, inclusief bemestingsmiddelen (- Meststoffen) PC18: Inkt en toners PC30: Fotochemische producten PC31: Glansmiddelen en wasmengsels PC35: Was- en reinigingsmiddelen (inclusief op oplosmiddelbasis) PC39: Cosmetica, persoonlijke verzorgingsproducten PROC1: Gebruik in een gesloten proces, niet waarschijnlijk PROC2: Gebruik in een gesloten, continu proces met incidentele, beheerste PROC3: Gebruik in een gesloten batchproces (synthese of formulering) PROC4: Gebruik in een batchproces of ander proces (synthese) met kans op PROC5: Mengen in batchprocessen om preparaten en voorwerpen te formuleren (multistage en/of aanzienlijkcontact) PROC7: Spuiten in een industriële omgeving PROC8a: Overbrengen van een stof of preparaat (vullen/leeg laten lopen) van/naar vaten/grote containers in nietgespecialiseerde voorzieningen PROC8b: Overbrengen van een stof of preparaat (vullen/leeg laten lopen) van/naar vaten/grote containers in gespecialiseerde voorzieningen PROC9: Overbrengen van een stof of preparaat naar kleine containers (gespecialiseerde vullijn, inclusief wegen) PROC13: Behandelen van voorwerpen door onderdompelen of overgieten PROC14: Productie van preparaten of voorwerpen door tabletteren, comprimeren, extruderen en pelletiseren PROC15: Gebruik als laboratoriumreagens PROC19: Handmatig mengen met intiem contact en uitsluitend persoonlijke beschermingsmiddelen beschikbaar ERC1: Vervaardiging van stoffen ERC2: Formulering van preparaten ERC3: Formulering in materialen ERC4: Industrieel van verwerkingshulpmiddelen in processen en producten die geen onderdeel worden van voorwerpen 2.1 bijdragescenario dat de milieu beheerst voor: ERC1, ERC2, ERC3, ERC4 P1074_002 11/81 NL

20 Gebruikte hoeveelheid Frequentie en duur van het Andere aanvaarde operationele omstandigheden die de van het milieu beïnvloeden maatregelen op procesniveau (bron) ter verhindering van vrijkomingen Technische locatievoorwaarden en maatregelen ter reductie en beperking van uitleidingen, luchtemissies en vrijkomingen in de grond vrijkomen van de werkplek te met betrekking tot afvalwaterzuiveringsinstallatie met betrekking tot externe behandeling van afval voor verwerking Gebruikte hoeveelheden in de EU (ton/jaar) Regionale shoeveelheid (tonnen/jaar): Regionaal t aandeel van de EUtonnage: Jaarlijkse hoeveelheid per locatie Dagelijkse hoeveelheid per locatie Voortdurende Emissie of vrijkoming factor: Lucht Emissie of vrijkoming factor: Water Water ton(nen)/jaar ton(nen)/jaar P1074_002 12/81 NL 0, ton(nen)/jaar kg/dag 300 Emissiedagen (dagen/jaar): 0,25 % 0,05 % Verwijdering van vaste stoffen in bezinkingstank. Niet naar het oppervlaktewater of de riolering laten afvloeien., mag niet onverdund resp. niet geneutraliseerd in het afvalwater of de ontvangende wateren terecht komen., Een regelmatige controle van de ph waarde tijdens de invoering in open wateren is vereist. De stof is biologisch afbreekbaar, heeft een lage Kow en wordt niet verwacht om te bioaccumuleren. Type afvalwaterreinigingsinstall atie Stroomsnelheid van de waterstroom van de afvalwaterbehandelingins tallatie Slibbehandeling Afvalverwerking Gemeentelijke waterreinigingsinstallatie m3/d Terugwinning van modder voor land- of tuinbouw. Vast afval zou via stortplaats of verbranding moeten worden weggedaan., Afvalwaterbehandeling kan variëren op verschillende plaatsen. Afvalwater zou op zijn minst behandeld moeten worden in een onsite of in een gemeentelijke secundaire biologische behandelingsinstallatie voorafgaand aan lozing. Het afval insluiten en afvoeren overeenkomstig de milieuwetgeving en de lokale regelgevingen

21 2.2 Bijdragescenario dat de van de werknemer beheerst voor: PROC1, PROC2, PROC3, PROC4, PROC5, PROC7, PROC8a, PROC8b, PROC9, PROC13, PROC14, PROC15, PROC19 Productkarakteristieken Frequentie en duur van het Menselijke factoren niet beïnvloed door risicomanagement maatregelen voor de dispersiecontrole uit de bron ten opzichte van de arbeider vrijkomen, dispersie en te met betrekking tot persoonlijke bescherming, hygiëne en gezondheidsevaluatie Concentratie van de stof in het mengsel/artikel Fysische vorm (tijdens ) Blootstellingsduur per dag Gebruiksfrequentie Blote huid Blote huid Lichaamsgewicht Omvat stofaandelen in het product tot 100 % (voor zover niet anders vermeld). vast, vloeibaar > 4 h 1 Keren per dag Handpalm van één hand (240cm²) (PROC1, PROC3, PROC15) Palmen van beide handen (480 cm2) (PROC2, PROC4, PROC5, PROC8b, PROC9, PROC13, PROC14) 70 kg Ademvolume 10 m3/dag Zorg voor geschikte afzuigventilatie op plaatsen waar stof ontstaat. De stof bewerken in een voornamelijk gesloten systeem dat is voorzien van extra ventilatie. bewerken in een zuurkast of onder afzuiging. Maatregelen nemen om het ontstaan van elektrostatische lading te voorkomen. Ontploffingsbestendige uitrusting en. Spatten voorkomen. Voorzie lokale afzuiging (LEV). (Efficiëntie: 90 %) Apparatuur en werkplek iedere dag schoonmaken. Voorzie een basisopleiding voor de werknemer om te verhinderen/minimaliseren Controle of de maatregelen om risico s te minimaliseren correct worden t en de saanwijzigingen worden gevolgd Butylrubber handschoenen bieden een goede bescherming Beschermende kleding dragen. Veiligheidsbril Gelaatsbescherming dragen. Vermijd contact met de stof of vervuilde objecten. Gebruik van PPE om het hanteren en het contact te minimaliseren. 3. Schatting van de en aangeven van de bron ervan Milieu EUSES Scenario van het bijdragen Specifieke omstandigheden Compartiment Waarde Niveau van Zoetwater PEC 0,0158mg/L 0, Jaarlijks gemiddelde Zoetwater PEC 0,0157mg/L --- P1074_002 13/81 NL RCR

22 Zoetwater afzetting PEC 0,27mg/kg wwt 0, Zeewater PEC 0,0194mg/L 0, Jaarlijks gemiddelde Zeewater PEC 0,0162mg/L Zeeafzetting PEC dagen Landbouwgrond PEC dagen Landbouwgrond PEC dagen Grasland PEC Werknemers ECETOC TRA-model t. Scenario van het bijdragen Specifieke omstandigheden Poriënwater van landbouwgrond Poriënwater van grasland Blootstellingsroute 0,331mg/kg wwt 0,106mg/kg wwt 0,347mg/kg wwt 0,0139mg/kg wwt P1074_002 14/81 NL --- 0, PEC 0,000523mg/L --- PEC 0,000209mg/L --- Niveau van PROC1 --- Dermaal 0,34mg/kg/dag --- PROC2 --- Dermaal 0,14mg/kg/dag --- PROC3, PROC15 PROC4, PROC8b, PROC9, PROC13 PROC5, PROC8a --- Dermaal 0,034mg/kg/dag Dermaal 0,69mg/kg/dag Dermaal 1,37mg/kg/dag --- PROC7 --- Dermaal 4,29mg/kg/dag --- PROC Dermaal 0,34mg/kg/dag --- PROC Dermaal 14,1mg/kg/dag --- PROC1, PROC Inhalatie 0,01mg/m³ --- PROC2, PROC3 --- Inhalatie 0,1mg/m³ --- PROC4, PROC5, PROC8b --- Inhalatie 2,5mg/m³ --- PROC7 --- Inhalatie 10mg/m³ --- PROC8a --- Inhalatie 5mg/m³ --- PROC9 --- Inhalatie 2mg/m³ --- RCR

23 PROC Inhalatie 1mg/m³ --- PROC Inhalatie 0,5mg/m³ --- PROC Inhalatie 0,05mg/m³ Aanbevelingen voor ers in de keten (ers downstream) om een inschatting te kunnen maken in hoeverre hij werkt binnen de grenzen van het scenario de richtlijnen baseren op hypothetische bedrijfsvoorwaarden die niet op alle locaties van toepassing hoeven te zijn; om deze reden kan een scalering noodzakelijk zijn om adequate risicomanagementmaatregelen te kunnen vastleggen. Indien verdere risicomanagementmaatregelen / operationele voorwaarden dienen te worden overgenomen, dienen de ers te waarborgen dat risico's tot een ten minste gelijkwaardig niveau worden beperkt. Health de verwachte overstijgt de DNEL/DMEL-waarden niet, wanneer de in hoofdstuk 2 vermelde risicomanagementmaatregelen/bedrijfsvoorwaarden in acht worden genomen. Voor afstemming zie: Milieu Er wordt verwacht dat de geschatte en de PNECs niet zullen overschrijden wanneer de geïdentificeerde risicobeheersmaatregelen / operationele omstanigheden worden toegepast, zoals vermeld in sectie 2 Aanvullende adviezen voor goede praktijken ter aanvulling van de REACH Chemische veiligheidbeoordeling Van de implementatie van een geschikte standaard voor de arbeidshygiëne wordt uitgegaan. P1074_002 15/81 NL

24 1. Verkorte titel van het sscenario 4: Gebruik in polymeren en plastiek Hoofdersgroepen Chemisch product-categorie Procescategorieën Milieu-emissiecategorieën SU 3: Industrieel : Gebruik van stoffen als zodanig of in preparaten in een industriële omgeving PC32: Polymeerpreparaten en polymeerverbindingen PROC3: Gebruik in een gesloten batchproces (synthese of formulering) PROC5: Mengen in batchprocessen om preparaten en voorwerpen te formuleren (multistage en/of aanzienlijkcontact) PROC8a: Overbrengen van een stof of preparaat (vullen/leeg laten lopen) van/naar vaten/grote containers in nietgespecialiseerde voorzieningen PROC8b: Overbrengen van een stof of preparaat (vullen/leeg laten lopen) van/naar vaten/grote containers in gespecialiseerde voorzieningen ERC6b: Industrieel van reactieve verwerkingshulpmiddelen 2.1 bijdragescenario dat de milieu beheerst voor: ERC6b Gebruikte hoeveelheid Frequentie en duur van het Andere aanvaarde operationele omstandigheden die de van het milieu beïnvloeden maatregelen op procesniveau (bron) ter verhindering van vrijkomingen Technische locatievoorwaarden en maatregelen ter reductie en beperking van uitleidingen, luchtemissies en vrijkomingen in de grond vrijkomen van de werkplek te Gebruikte hoeveelheden in de EU (ton/jaar) Regionale shoeveelheid (tonnen/jaar): Plaatselijk t aandeel van de regionale tonnage: Jaarlijkse hoeveelheid per locatie Dagelijkse hoeveelheid per locatie Voortdurende Emissie of vrijkoming factor: Lucht Emissie of vrijkoming factor: Water enkel regionaal Water 200 ton(nen)/jaar 20 ton(nen)/jaar P1074_002 16/81 NL 1 20 ton(nen)/jaar 67 kg/dag 300 dagen/ jaar 0 % 0,65 % Voor weggieten in zuiveringsinstallatie moet men het product neutraliseren. Vermijd verspreiding van gemorst materiaal en afvoer en contact met de bodem, waterwegen, afvoerkanalen en riolen. De stof is biologisch afbreekbaar, heeft een lage Kow en wordt niet verwacht om te bioaccumuleren.

25 met betrekking tot externe behandeling van afval voor verwerking Afvalverwerking Afvalwaterbehandeling kan variëren op verschillende plaatsen. Afvalwater zou op zijn minst behandeld moeten worden in een on-site of in een gemeentelijke secundaire biologische behandelingsinstallatie voorafgaand aan lozing. Het afval insluiten en afvoeren overeenkomstig de milieuwetgeving en de lokale regelgevingen 2.2 Bijdragescenario dat de van de werknemer beheerst voor: PROC3, PROC5, PROC8a, PROC8b Productkarakteristieken maatregelen voor de dispersiecontrole uit de bron ten opzichte van de arbeider vrijkomen, dispersie en te met betrekking tot persoonlijke bescherming, hygiëne en gezondheidsevaluatie Concentratie van de stof in het mengsel/artikel Betreft een percentage van de stof in het product tot 1 %. Fysische vorm (tijdens vast, vloeibaar ) Maatregelen nemen om het ontstaan van elektrostatische lading te voorkomen. Spatten voorkomen. Zorg voor voldoende luchtverversing. Apparatuur en werkplek iedere dag schoonmaken. Voorzie een basisopleiding voor de werknemer om te verhinderen/minimaliseren Controle of de maatregelen om risico s te minimaliseren correct worden t en de saanwijzigingen worden gevolgd Als technische afzuig- of ventilatiemaatregelen niet mogelijk of onvoldoende zijn, moet adembescherming gedragen worden. Gelaatsbescherming dragen. Butylrubber handschoenen bieden een goede bescherming LEV en ademhalingsbescherming moeten van toepassing zijn in gebieden waar werknemers in contact kunnen komen met stof. Vermijd contact met de stof of vervuilde objecten. Gebruik van PPE om het hanteren en het contact te minimaliseren. 3. Schatting van de en aangeven van de bron ervan Milieu Geen gegevens beschikbaar. Werknemers Kwalitatieve benadering voor het concluderen van veilig toegepast. 4. Aanbevelingen voor ers in de keten (ers downstream) om een inschatting te kunnen maken in hoeverre hij werkt binnen de grenzen van het scenario Geen specifiek advies beschikbaar Aanvullende adviezen voor goede praktijken ter aanvulling van de REACH Chemische veiligheidbeoordeling Van de implementatie van een geschikte standaard voor de arbeidshygiëne wordt uitgegaan. P1074_002 17/81 NL

26 1. Verkorte titel van het sscenario 5: Toepassingen in coatings Hoofdersgroepen Eindsectoren Procescategorieën Milieu-emissiecategorieën SU 3: Industrieel : Gebruik van stoffen als zodanig of in preparaten in een industriële omgeving SU17: Vervaardiging van machines, apparaten, voertuigen en andere transportmiddelen voor algemeen SU18: Vervaardiging van meubelen SU19: Bouwnijverheid PROC7: Spuiten in een industriële omgeving PROC8a: Overbrengen van een stof of preparaat (vullen/leeg laten lopen) van/naar vaten/grote containers in nietgespecialiseerde voorzieningen PROC8b: Overbrengen van een stof of preparaat (vullen/leeg laten lopen) van/naar vaten/grote containers in gespecialiseerde voorzieningen PROC10: Met roller of kwast aanbrengen PROC19: Handmatig mengen met intiem contact en uitsluitend persoonlijke beschermingsmiddelen beschikbaar PROC24: Hoogenergetische (mechanische) veredeling van in materialen of voorwerpen gebonden stoffen ERC5: Industrieel dat leidt tot opname in of op een matrix 2.1 bijdragescenario dat de milieu beheerst voor: ERC5 Gebruikte hoeveelheid Frequentie en duur van het maatregelen op procesniveau (bron) ter verhindering van vrijkomingen Technische locatievoorwaarden en maatregelen ter reductie en beperking van uitleidingen, luchtemissies en vrijkomingen in de grond vrijkomen van de werkplek te Gebruikte hoeveelheden in de EU (ton/jaar) Regionale shoeveelheid (tonnen/jaar): Plaatselijk t aandeel van de regionale tonnage: Jaarlijkse hoeveelheid voor breed verspreid Voortdurende Water 300 ton(nen)/jaar 40 ton(nen)/jaar P1074_002 18/81 NL 0,25 10 ton(nen)/jaar 365 dagen/ jaar Voor weggieten in zuiveringsinstallatie moet men het product neutraliseren. Vermijd verspreiding van gemorst materiaal en afvoer en contact met de bodem, waterwegen, afvoerkanalen en riolen. De stof is biologisch afbreekbaar, heeft een lage Kow en wordt niet verwacht om te bioaccumuleren. Afvalverwerking Afvalwaterbehandeling kan variëren op