Verlichting of verduistering

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Verlichting of verduistering"

Transcriptie

1 Verlichting of verduistering Cornelis Kruijmer Wetenschappelijk Bureau OSF

2

3

4

5 Verlichting of verduistering Drs. C. Kruijmer IJdel is het woord van de filosoof, die geen enkel lijden van de mens heelt.

6

7 In herinnering aan mijn vader Hendrik Kruijmer ( )

8

9

10

11 Inhoudsopgave Voorwoord Inleiding De komst van de moderne filosofie Inleiding De middeleeuwen / scholastiek Thomas van Aquino Copernicus Galileï Kepler Herleving van het scepticisme Humanisme Montaigne Reformatie Ontdekkingsreizen Descartes Pascal Spinoza Leibniz De Verlichting, de karakteristieken De rede De vooruitgang...56 De natuur Verlichting in Engeland en het empirisme Locke Berkeley Hume Reid De Franse Verlichting Voltaire Rousseau De Duitse Verlichting Lessing Kant Hamann Schleiermacher Het Duitse idealisme Inleiding Fichte Hegel Marx Drie eenzame denkers Schopenhauer Nietzsche Kierkegaard Het positivisme Het beginsel van het positivisme

12 Comte De fenomenologie Inleiding Husserl Christelijke filosofie Dooyeweerd Plantinga Het postmodernisme en terugblik Terugblik De balans opgemaakt Waarden en normen Voorbeelden van waarden Hiërarchie tussen waarden Moraal als afgeleide van lijfsbehoud Rechtvaardig leven hoogste waarde Geneigd tot alle kwaad Traditionele deugden Deugd als wapen tegen het kwaad De zeven kardinale ondeugden Conclusie Deugden, plichten en rechten Griekse oorsprong Breuken in het ethisch denken De Reformatie / deugden en plichten De Verlichting / mensenrechten Morele orde De Romantiek / uniciteit Conservatisme en de solide duisternis van de Verlichting Het conservatisme De Verlichtingsdoctrine Sociaal-ethische systemen van de Verlichting De rede meer dan inductief en deductief vermogen Bij de Verlichting is de notie van het kwaad verdampt De overheid, de publieke opinie en de innerlijke controle Gevolg verval gewetenscontrole Botsing van culturen en economie, ethiek en politiek Inleiding Vrijheid van het individu / overwinning van het kapitalisme De keerzijde van de markt De Islam in het Westen Integratie en de eigen desintegratie De deugd als mogelijke basis voor een ontmoeting met de Islam? Integratie op basis van gemeenschappelijke vormen Verlichting, religie en de toekomst van het Westen Inleiding Geen rationele fundering voor de moraal binnen de Verlichting Wetenschap, techniek en het probleem van de vrijheid Verdwijnen heiligheid in de samenleving Heilig verklaring mensenrechten is en de kosmopolitische mens

13 Dramatische demografische aardverschuiving in Europa De roep om verandering in de jaren zestig Herinrichting samenleving Achtergrond jaren zestig Culturele eenheid verbroken De heropleving van de religie Afkeer bij de islam van de westerse cultuur Sociaal kapitaal in een etnisch en culturele samenleving minder De vooruitgang van onze beschaving onzeker De Verlichting of verduistering Menselijkheid De overheid De verduistering van de Verlichting Geraadpleegde literatuur Bijlage Enkele gedachten over de problematiek van minderheden en integratie

14 14

15 Voorwoord De oorsprong van dit onderzoek is gelegen in een artikel dat ik in 2002 geschreven met als titel: Enkele gedachten over de problematiek van minderheden en integratie (zie de bijlage aan het eind van dit werk). Daarin komt naar voren, dat de hoofdreden van de verschillen tussen de vooral islamitische minderheden en de Nederlandse cultuur gevormd wordt door het feit dat deze minderheden en hun thuislanden de Verlichting niet hebben meegemaakt. Dit punt is ook meerdere malen in de media naar voren gebracht, tot op de dag van vandaag. Onwillekeurig komt dan ook de gedachte op: wat houdt die Verlichting nu precies in, hoe is deze in de geschiedenis ontstaan. Weer een stap verder is dan de gedachte om de ontstaansgeschiedenis van de Verlichting eens wat nader te onderzoeken, temeer daar er ook geluiden te beluisteren zijn, dat niet alle gevolgen van de Verlichting als positief zijn te beschouwen. Deze laatste gedachte is ook om omgezet in actie en het is een echt onderzoek geworden. Een plezierige bijeenkomst daarbij is, dat het Wetenschappelijk Bureau van de Onafhankelijke Senaats Fractie in de Eerste Kamer, het WB-OSF, het belang van dit onderzoek heeft ingezien en dat ook heeft willen ondersteunen, daarvoor mijn dank. Het werk valt uiteen in drie delen: 1. de inleiding 2., de hoofdstukken 1 t/m het hoofdstuk 21 Verlichting of verduistering Ad1. Dit onderdeel is vrij lang (20 pagina s). Het kan gezien worden als een groot uittreksel van de hoofdstukken 1 t/ m 20. Ad2 De hoofdstukken 1 t/m 20 vormen het eigenlijke onderzoek (115 pagina s). Ad3. Hoofdstuk 21 is weer een uittreksel van hoofdstuk 1 t/m 20 maar dan zeer globaal. Verder wordt ingegaan op de laatste maatschappelijke ontwikkelingen. Ook de rol van de overheid komt aan de orde. Verder wordt aangegeven dat de Verlichting ook verduistering heeft opgeleverd (20 pagina s). De genoemde drie delen worden afgesloten met de geraadpleegde literatuur en bovengenoemde bijlage. Met opzet wordt hier gesproken over Geraadpleegde litera- 15

16 tuur en niet over Literatuur. Hoewel niet door verwijzingen aangegeven is toch veel gebruik gemaakt van de opgegeven literatuur. Tenslotte Veel wordt gesproken over de waarden van de Verlichting, maar waarden zijn nooit neutrale grootheden, waarover iedereen hetzelfde overdenkt en waar iedereen dezelfde waarde aan toekent. Dit geldt natuurlijk ook voor dit onderzoek. Ik hoop echter dat, waar ik een oordeel uitspreek over de waarden van de Verlichting, dit gefundeerd overkomt. Drs. C(ornelis). Kruijmer (Kees) 9 december

17 17

18 18

19 Inleiding Eind 2002 heb ik een notie geschreven met als titel Enkele gedachten over de problematiek van minderheden en integratie, zie bijlage 1. Na aanslag op de WTC-gebouwen op 11 september 2001 in New-York en na de moord op Pim Fortuyn op 6 mei 2002 in Hilversum stond natuurlijk de verhouding van het Westen (Amerika / West-Europa) met de islamitische wereld in de belangstelling. En natuurlijk ging de discussie ook over de vraag hoe de grote islamitische minderheden in de Westerse landen zich zouden ontwikkelen. Jarenlang was de discussie over de minderheden een groot taboe en vooral in stand gehouden door de linkse politieke partijen. Echter Pim Fortuyn doorbrak in zijn ééntje het taboe op kritiek te leveren op het minderhedenbeleid in Nederland. Voor de burger was dit een enorme opluchting, zijn onbehagen o.a. over dat minderhedenbeleid kreeg een stem in het politieke en publieke domein. Dit was van Pim Fortuyn een formidabele prestatie. In 2004 kwam het rapport uit van de parlementaire commissie, die onderzoek verricht had over het minderhedenbeleid van de afgelopen 30 jaar. De conclusie was vernietigend. Veelvuldig kwam in die tijd de vraag naar voren, waarom de islamitische landen zo achter waren gebleven op het Westen, terwijl zij toch in de 15-de eeuw en in de eeuwen daarvoor een hoog niveau van ontwikkeling hadden. In de genoemde notitie wordt op deze vraag ingegaan. In vogelvlucht wordt daarin de ontwikkeling van het Westen en de islamitische wereld geschetst met o.a. de conclusie dat de geestelijke stroming van de Verlichting zoals wij die in het Westen gekend hebben en nog kennen aan de islamitische wereld voorbij is gegaan. Veelvuldig werd in die jaren en nu nog de opmerking gemaakt dat de islamitische wereld nodig de Verlichting zou moeten doormaken. Met het noemen van de Verlichting komt natuurlijk ook de vraag op wat we onder de Verlichting moeten verstaan. Een vaag antwoord in de trant van dat men zich niet alles door de traditie en/of de religie moet laten voorschrijven, maar dat men zelf door redelijk na te denken tot een mening moet komen, gaat dan rond. Het klimaat van de Verlichting is door de grote Kant ( ) op nog altijd onovertroffen wijze hieronder getypeerd. Verlichting is het uittreden van de mens uit de onmondigheid die hij aan zichzelf te wijten heeft. Onmondigheid is het onvermogen om zich zonder leiding van een ander van zijn verstand te bedienen. Aan zichzelf te wijten is deze onmondigheid, als haar oorzaak niet ligt in een gebrek aan verstand, maar in een gebrek aan beslistheid en moed om zich van dat verstand zonder leiding van een ander te bedienen. Sapere Aude (Durf na te denken). Heb de moed, je van je eigen verstand te bedienen! is derhalve de zinspreuk van de Verlichting. 19

20 Kant heeft een rake typering van de Verlichting gegeven, maar ook niet meer dan dat. De vraag hoe de Verlichting in de geschiedenis van het denken in West-Europa precies is ontstaan, is natuurlijk van andere orde. Dit nu is de vraag die in dit boekwerk aan de orde komt. Hoe heeft het kunnen gebeuren, dat in de afgelopen eeuwen stap voor stap de centrale positie van kerk en godsdienst voor het leven van de burger is overgenomen door de rede / het denken van de mens. Veelal laat men die ontwikkeling aanvangen met de het denken van Descartes, echter reeds in de Middeleeuwen zijn er al zaken aan te wijzen, die een mogelijke spanning kunnen veroorzaken tussen de religie en het denken van de mens. Daarom is er in dit onderzoek voor gekozen om te beginnen met de Middeleeuwen. Dit onderzoek valt uiteen in drie delen: 1. In de hoofdstukken 1 t/m 10 vinden we ontwikkelingen in de geschiedenis van het denken in West-Europa, waardoor de Verlichting is ontstaan. Een aantal denkers komen aan de orde zoals Thomas van Aquino, Descartes, Locke, Hume, Reid, Kant, Rousseau, Comte enz.. Het geheel wordt afgesloten met het postmodernisme en de huidige status van de Verlichting. 2. Het gedrag van de mens en de daarmee verbonden ethiek komen aan de orde in de hoofdstukken 11 t/m 14. Geschetst worden de ontwikkelingen op dat terrein, van een deugdethiek naar een plichtenethiek en daarna naar het systeem van mensenrechten. En het huidige gedrag van de mens moet vooral origineel en authentiek, waarbij vooral genoten moet worden. In hoofdstuk 14 wordt ingegaan op de politieke vertaling van het Verlichtingsdenken in het liberalisme en socialisme en dan vooral in vergelijking met het denken van het conservatisme. 3. In de laatste hoofdstukken wordt ingegaan op de huidige samenleving. De belangrijkste ontwikkelingen van de laatste tientallen jaren komen aan de orde. De enorme dominantie van de economie in de samenleving kunnen we noemen en verder is daar het probleem van de multiculturele samenleving en de integratie. Dit is vooral veroorzaakt door de groei van de islam in West-Europa door de komst van miljoenen Turken en Marokkanen. En dan hebben we nog de europese burger die vooral vrij wil en moet zijn in zijn denken en gedrag. Hieronder volgt nu een korte inhoud van de verschillende hoofdstukken. Hoofdstuk 1 De komst van de moderne filosofie start dan met de grootste denker uit de Middeleeuwen Thomas van Aquino ( ). Thomas geeft met zijn theorie over natuur en bovennatuur al de mogelijkheid tot een tegenstelling tussen geloof en denken. Bij natuur moeten we denken aan de wereld 20

21 van het denken, waarnemen, onderzoek, het dagelijkse leven van de gewone burger met zijn wil, gevoel en harsttochten. Op terrein van de den natuur heerst de rede. Het denken is mits juist toegepast op dat terrein autonoom. Bij bovennatuur hebben we de wereld van geloof, godsdienst en wat daarover in de bijbel te vinden is op het oog. Deze wereld wordt volledig bepaald door de theologie van die tijd. Rede en theologie staan naast elkaar, waarbij de theologie uiteindelijk wel het laatste woord heeft. Dit wordt gevolgd door iets te noemen over de grote ontdekkingen op het terrein van de sterrenkunde. De drie bekendste onderzoekers van die tijd komen dan aan de orde en wel Copernicus ( ), Galileï ( ) en Kepler ( ). Het blijkt dat het geocentrisch wereldbeeld (aarde in het middelpunt) niet meer houdbaar is en vervangen moet worden door het heliocentrische wereldbeeld (zon in het middelpunt). Gecombineerd met de nieuwe ideeën afkomstig van het humanisme, de reformatie en andere culturen (ontdekkingsreizen) ontstaat een gevoel van onzekerheid en scepticisme. Er is onzekerheid over de vraag wat is nu waar en wat is onwaar. Of anders geformuleerd: wat nu waar is, is dat over een aantal jaren ook nog waar, wordt het dan weer achterhaald door bijv. nieuwe ontdekkingen op het terrein van de natuurwetenschappen? Het is in deze tijd dat Descartes ( ) opkomt en zijn zekerheid vindt in zijn denken. Aan alles kan getwijfeld worden maar dat ik twijfel en dat is denken daar twijfel ik niet aan, Cogito ergo sum (ik denk dus ik ben). Met Descartes komt de moderne filosofie op. Het rationele denken en het scherpe onderscheid tussen het lichaam en de geest, het dualisme, doet zijn intrede in het denken van West-Europa. De karakteristieken van het denken van Descartes zijn dualisme, rationalisme en individualisme. Pascal ( ) ook een rationalist en wetenschapper verwerpt echter de dominantie van het rationele denken bij Descartes. Beroemd is zijn uitspraak: 'Het hart heeft zijn redenen die de rede niet kent.' Hoofdstuk 2 De Verlichting, opkomst in Engeland gaat over de opkomst van de Verlichting. De plaats van de rede/het denken, de vooruitgang en de natuur worden in dit denken aangegeven. Men heeft het gevoel dat men met de mogelijkheden van de rede iets in handen heeft, waarmee de mensheid een rooskleurige toekomst van vooruitgang tegemoet gaat. Algemeen wordt aangegeven dat de Verlichting in Engeland begint met de persoon van Locke ( ). Van Locke is de opvatting dat de kennis volledig afkomstig is van de waarnemingen door de zintuigen gedaan. Dit wordt wel het empirisme genoemd. En aan de hand van die kennis moet we leven. De menselijke geest is bij de geboorte een onbeschreven blad, tabula rasa. Alleen van de kennis, die we door de waarnemingen verkregen hebben, kunnen we zeker zijn. 21

22 Berkeley ( ) en Hume ( ) vinden ook dat alles wat we kunnen waarnemen en wat we daar van kunnen leren de echte betrouwbare kennis, maar gaan een stapje verder. De waarneming is voor hun de echte werkelijkheid, maar of de materiële wereld, die daar achter zit, nu echt bestaat wordt in twijfel getrokken. De Schotse filosoof Reid ( ) kiest voor een gezondere aanpak. Aanvankelijk was hij een enthousiast volgeling van Berkeley, maar de twijfel over het bestaan van de wereld om ons heen vindt hij absurd. Reid is van mening dat elk filosofisch stelsel dat onverenigbaar is met de praktijk van ons leven, waardeloos is. Op theologisch terrein zien we dat in Engeland het deïsme opkomt. God heeft de wereld geschapen, maar bemoeit zich er verder niet meer mee. God wordt op grote afstand gezet. Het horloge is gemaakt en opgewonden en verder is het nu een zaak van aflopen. In hoofdstuk 3 De Franse Verlichting komt de Verlichting in Frankrijk aan de orde. Zodra de Verlichting voet aan de grond krijgt in Frankrijk radicaliseert zij uiteindelijk tot openlijke spot en vijandschap jegens kerk en theologie. Die vijandschap vond mede haar oorzaak in het feit dat kerk en godsdienst in Frankrijk nauw verbonden waren met het absolutistische regime van koningen en edelen. Twee Franse denkers komen aan de orde en wel Voltaire ( ) en Rousseau ( ). De Franse filosofen stellen zich ook nadrukkelijk ten doel de maatschappelijke verhoudingen te beïnvloeden. Voltaire was geen oorspronkelijk of systematisch denker, maar was wel een groot (toneel)schrijver, waardoor zijn denkbeelden in brede kring ingang vonden. Hij had een open oog voor andere beschavingen dan de westerse, echter de westerse beschaving zag hij wel als superieur en de Verlichting weer als de climax in de ontwikkeling van de westerse beschaving. Hij deelde dus volop in het vooruitgangsgeloof van de Verlichting. In de laatste periode van zijn leven werden Voltaire's aanvallen op de godsdienst steeds feller. Rousseau ( ) was optimistisch over de mens, hij is immers van nature goed en het gaat er slechts om die goedheid terug te winnen door een leven volgens de natuur. Het slechte in de mens komt door de cultuur van de samenleving. Rousseau heeft door zijn werk het fundament gelegd de moderne democratie en de theoretische basis voor de moderne pedagogiek. Hij kan ook gezien worden als een wegbereider voor de Franse revolutie. Tegenover een koele verstandsreligie van andere filosofen stelt hij het kennen van God in de diepten van het gevoel. De 'religie van het hart' geeft meer zekerheid dan argumenten kunnen doen. In hoofdstuk 4 De Duitse Verlichting wordt ingegaan op de Verlichting in Duitsland aan de hand van een viertal personen te weten Lessing, Kant, Hamann en Schleiermacher. De Duitse Verlichting heeft een relatief 'vriendelijke' aanblik. Een openlijk atheïsme wordt hier vooralsnog niet gepropageerd, evenmin als een grof materialisme. Wel krijgt de Verlichting in Duitsland een brede maatschappelijke doorwerking, bijvoorbeeld in de verbetering van het onderwijssysteem. 22

23 Deze praktische inslag treffen we ook aan in het werk van Lessing ( ). Hij is vooral bekend geworden vanwege zijn bijdragen aan kunst en cultuur (m.n. op het gebied van theater en esthetica). Het deïsme van de Verlichting moet plaats maken voor het tijdperk van het idealisme, waarin God gezien wordt als de alomvattende Geest die zich in de wereldgeschiedenis ontwikkelt. Dat tijdperk kondigt zich bij Lessing ( ) in elk geval reeds aan. Kant behoort met Plato ( ), Aristoteles ( ), Augustinus ( ), Thomas van Aquino en enkele anderen tot de grootste en meest invloedrijke filosofen uit de Westerse denktraditie. Over de filosofie zegt Kant, dat het daar eigenlijk om drie zaken namelijk: Wat kan ik weten, wat moet ik doen en wat mag ik hopen. Eén van Kants belangrijkste verdiensten is geweest, dat hij de beide lijnen die sinds de renaissance door de geschiedenis van de Westerse filosofie lopen, het continentaal rationalisme, de rede / het denken centraal en het empirisme, de waarneming centraal, in een grootse synthese weet te verenigen. Hij doet dat met name in zijn hoofdwerk, de Kritik der reinen Vernunft. Met de Britse empiristen is hij het eens dat kennis begint met waarnemingen, maar in tegenstelling tot de empiristen stelt Kant echter, dat de zintuiglijke ervaringen die wij opdoen niet simpelweg als indrukken geregistreerd worden op een 'leeg blad' maar geordend worden door vaste kaders in de menselijke geest. Die kaders zijn al voorafgaand aan de ervaringen in het bewustzijn aanwezig. Ze zijn universeel en gelden voor iedereen. Ook op het terrein van de ethiek heeft Kant veel werk verricht. Bekend is van hem het categorische imperatief. De mens moet ethisch handelen volgens regels, die eigenlijk voor een ieder zouden moeten gelden. Vrijheid, onsterfelijkheid van de ziel en God vormen voor Kant de drie 'postulaten' voor het ethische handelen. Op allerlei manieren wordt het wijsgerig gedachtegoed van Kant in de negentiende eeuw uitgewerkt, aangepast, bediscussieerd en bekritiseerd, maar het fundamenteelrationalistische uitgangspunt van Kant wordt slechts zelden verworpen. Toch zijn er ook stemmen, Hamann ( ) en Schleiermacher ( ), die de rationalistisch aanpak van Kant fundamenteel afwijzen. Hamanns heeft vooral kritiek op Kants gepassioneerde zoektocht naar een zuivere ('reine') rede. Hij wilde de menselijke rede uitzuiveren van alle vermenging met overlevering, traditie en geloof, maar ook van alle zintuiglijke ervaring. De zuivere rede is een hersenschim. Onze rede is niet 'zuiver', ze is juist onlosmakelijk verweven met het geheel van ons menselijk ervaren en handelen. De rede is niet meer dan een instrument in de hand van het totale individu. Voor Schleiermacher had geloof zeker een geheel eigen en zelfstandige reden van bestaan in het menselijk leven. Het ware geloof is als een onmiddellijk bewustzijn, dat de mens van zichzelf heeft als zijnde geheel en al afhankelijk van God. Het is niet alleen een derde 'provincie' van ons bewustzijn naast redelijkheid en zedelijkheid, 23

24 maar als het erop aankomt het meest fundamentele kenmerk van ons menselijk bestaan. Hoofdstuk 5 Het Duitse idealisme Voor de filosofie van de negentiende eeuw moeten we met name drie ontwikkelingen in het achterhoofd houden die in cultureel opzicht het specifieke aanzien van deze eeuw bepalen: de industriële revolutie, de opkomst van de biologie als beeldbepalende wetenschap (evolutietheorie van Darwin). Na het wankele evenwicht tussen geest en materie, rede en waarneming van Kant is het deze geest die in het Duitse idealisme haar allesomvattende plaats op eist. De eerste grote stap in de richting van het idealisme werd gezet door Fichte ( ). Fichte had een sterke wil en geloofde in de scheppende kracht van de mens en daarbij paste precies de ordenende kracht van de menselijke geest zoals Kant dat naar voren had gebracht. Fichte ziet de individuele menselijke geest dan ook als onderdeeltje van het al het geestelijke omvattende 'absolute Ik', dat over alle mensen verdeeld is. Als goed idealist gaat Hegel ( ) mee in Fichte's verabsolutering van het geestelijke. De gehele wereldgeschiedenis bestaat ten diepste uit de zelfontvouwing van de Geest. Hegel legt het accent op de mens en een wereldomvattende Geest, de absolute Geest. Deze absolute Geest is voor Hegel dan ook goddelijk. Het is de taak van de filosofie deze machtige omvattende beweging van de Geest in kaart te brengen. Overal in de geschiedenis is die geweldige dynamische beweging in drieën (these, antithese, synthese) gaande. De ontwikkeling van de filosofie na Hegel laat nu zien dat Hegels idealisme de these bleek te zijn, die de antithese van het materialisme van Feuerbach ( ) opriep. De synthese van Hegel en Feuerbach, die we daarna aantreffen in het denken van Karl Marx ( ) heeft het aanzien van de wereld grondig veranderd, denk aan socialisme en communisme. Karl Marx ( ) was geen filosoof, wenste dat in elk geval pertinent niet te zijn. In de eerste plaats wordt de mens volgens Marx niet alleen bepaald door de stoffelijke natuur, maar vooral ook door de maatschappelijk-economische wereld van arbeid en arbeidsverhoudingen. Het is de 'onderbouw' van de productieverhoudingen in het arbeidsproces, die de 'bovenbouw' van alle geestelijke activiteiten (waaronder ook alle godsdienst) bepaalt. Marx voorziet een ontwikkeling in de geschiedenis van de mensheid als gevolg van de ontwikkeling van wetenschap en techniek (bijv. het uitvinden van machines) en dat leidt weer tot veranderingen in de productieverhoudingen Uiteindelijk zal volgens Marx dit leiden naar een socialistische maatschappij, waarin geen klassentegenstellingen meer zijn en geen privé-eigendom is. Hoofdstuk 6 Drie eenzame denkers Behalve door idealisme en materialisme werd het aanzien van de filosofie in de negentiende eeuw ook in belangrijke mate bepaald door drie eenzame denkers, wier invloed zich overigens pas in de twintigste eeuw echt zou doen gelden. Van het rati- 24

25 onalisme van Descartes en Kant moeten ze niets hebben. Het denkenvermogen is niet meer dan een middel in dienst van de totale mens We hebben het dan over Schopenhauer ( ), Kierkegaard ( ) en Nietzsche ( ). Deze drie denkers vertonen qua levensloop, karakter en stijl van filosoferen zoveel opmerkelijke overeenkomsten, dat het verhelderend is om hen gezamenlijk aan de orde te stellen. Schopenhauer ( ) betoogd in zijn werk, dat een ieder de onmiddellijke ervaring van de wil als het allesbepalende principe heeft. Niet het denken - oeroude dwaling van alle filosofen! -, niet het Ik of de Geest, maar de wil is ons diepste wezen. Schopenhauers wijsgerig denken berust inderdaad op één enkele gedachte, die van de wereld als wil, waarbij hij niet moe wordt het irrationele karakter van de werkelijkheid te beklemtonen. Bij Kierkegaard ( ) zien we een concentratie op de existentie van de enkeling, wat we in de twintigste eeuw terug vinden bij het existentialisme. Begrippen als eenzaamheid, 'geworpenheid', het absurde, de angst en het geloof zijn door hem voor het eerst grondig gethematiseerd en evenals overigens hieraan tegengestelde begrippen als humor en ironie. Nietzsche ( ) werd sterk beïnvloed door de filosoof Arthur Schopenhauer, wiens metafysica van de Wil hij min of meer overnam. Dit strijdlustige concept werd belichaamd door de Übermensch: het in de toekomst levende resultaat van de voortdurende bevestiging van de wil tot macht. De levensontkennende slavenmentaliteit van de joods-christelijke traditie heeft volgens Nietzsche afgedaan en staat in de ogen van Nietzsche symbool voor alles wat zwak en vooral sluw, is. Hier tegenover stelde hij de heersersmoraal, de moraal die zonder invloeden van buitenaf ontstond en voor diegenen is, die zich als sterk, mooi en voornaam herkennen. De slavenmoraal is altijd tegen de heersersmoraal gekeerd. Beroemd is zijn constatering dat God dood is. Meer in het bijzonder: de mens heeft God vermoord. Nietzsche voorspelde echter dat in het kielzog van het verdwijnen van het godsgeloof onvermijdelijk alle hogere idealen, inclusief de moraal en de humaniteit, teloor zouden gaan. Met zijn grondige verwerping van de moraal voltooide hij het grote ontmantelingsproces van geloof en metafysica, dat bij Descartes was ingezet. Misschien moet de grote klap die Nietzsche voorspelde nog wel komen, als in een ontkerstende samenleving de moraal en de humaniteit op den duur inderdaad niet veilig blijken. Hoofdstuk 7 Het positivisme Er is nog één ontwikkeling in de geschiedenis van de wijsbegeerte van de negentiende eeuw, die we moeten noemen. Dat is de opkomst van het positivisme. De meest energieke propagandist van deze stroming is de Franse denker Auguste Comte ( ). De door Comte ingevoerde term 'positivisme' houdt allereerst een afwijzing in van de metafysica in. Geloof, religie en traditie hebben afgedaan. Het grondbeginsel van het positivisme is: uitgaan van het gegevene, feitelijke, 'positieve' en alle uitweidingen en 25

26 vragen die daarboven uitgaan afwijzen als nutteloos. Het heeft geen zin naar het 'wezen' of de 'werkelijke' oorzaak van iets te vragen. Hij droomde van een op wetenschappelijke leest geschoeide reorganisatie van het maatschappelijke leven en werkte dat uit tot zijn wet van de drie stadia. Door middel van waarneming en experimenten groeit het wetenschappelijk inzicht hierin, en ontstaat bijgevolg ook maatschappelijke vooruitgang. Want wetenschap staat dankzij haar voorspellend vermogen in dienst van de samenleving; het gaat om savoir pour prévoir, weten om vooruit te kunnen zien. Comte stond geheel achter het vooruitgangsgeloof van de Verlichting. Hoofdstuk 8 Rond de eeuwwisseling van 1900 / opkomst fenomenologie De veelheid van uiteenlopende wijsgerige stromingen en stelsels die de negentiende eeuw heeft voortgebracht, kwam het aanzien van de filosofie uiteraard niet ten goede en de ontwikkeling van het denken in allerlei richtingen ging gewoon door. Maar terwijl de status en invloed van de natuurwetenschap steeg, daalde die van de filosofie. Het algehele klimaat rondom de eeuwwisseling kan men wellicht nog het beste als volgt typeren: optimisme over de resultaten van wetenschap en techniek, scepticisme op de terreinen van filosofie, moraal en religie. De meest populaire filosofie is dan ook het positivisme. Het scepticisme ten aanzien van de eigen mogelijkheden van de filosofie werd nog versterkt door de in de loop der negentiende eeuw tot bloei gekomen geschiedwetenschap. Men raakte diep onder de indruk van het cultuurgebonden karakter van allerlei samenlevingsverbanden, normen en waarden, wijsgerige en godsdienstige wereldbeschouwingen. Overal zag men op deze wijze de wet van opgaan-blinkenen-verzinken terugkeren. Illustratief is in dit verband het beroemde boek van Oswald Spengler Untergang des Abendlandes (1918) waarin hij de ondergang van de westerse beschaving rond het jaar 2000 voorspelt naar analogie van het lot van andere beschavingen. In deze context van twijfel over de mogelijkheden en richting van de filosofie komt de fenomenologie op, als een krachtige poging om de filosofie weer een duidelijke positie te geven. Husserl ( ) is daar de grondlegger van. Grondstelling van de fenomenologie is dat de dingen zijn zoals ze aan ons verschijnen. Nog bondiger: zijn = verschijnen. Laat de dingen nu eens gewoon tot je bewustzijn doordringen zoals ze zich daaraan voordoen, zonder er eerst allerlei theorieën op los te laten over hun wel bestaan of niet bestaan (realisme resp. idealisme), over hun gekend worden door het verstand of door de ervaring (rationalisme resp. empirisme), zo luidt Husserls devies. Alleen het bewustzijn van de dingen blijft dan over. Uiteindelijk komt Husserl zo uit bij wat hij noemt het 'zuivere bewustzijn', ook wel: het 'ik'. Hoofdstuk 9 Christelijke filosofie In de moderne tijd blijken ook zeer vitale vormen van filosofie voor, die zich expliciet oriënteren aan de christelijke traditie. Zowel binnen het Katholicisme als het Protestantisme vinden we daar voorbeelden van. Het eerste is genoegzaam bekend: vrijwel alle overzichten van de geschiedenis van de filosofie besteden wel aandacht 26

27 aan in elk geval de stroming van het neo-thomisme c.q. de neo-scholastiek. Onder invloed van de encycliek Aeterni Patris (1879) van Paus Leo XIII ontstond er een terugkeer naar de scholastieke filosofie van Thomas van Aquino. Het protestantisme daarentegen geldt voor velen juist als een filosofievijandige stroming. Dat deze opvatting berust op een vertekend beeld en dan ook de nodige bijstelling behoeft, bewijzen de twee filosofen Dooyeweerd ( ) en Plantinga ( ). Dooyeweerd is volgens velen de meest oorspronkelijke Nederlandse filosoof sinds Spinoza; Plantinga is weliswaar Amerikaan, maar heeft zijn wortels in Friesland. De filosofie van Herman Dooyeweerd ( staat bekend onder de naam De Wijsbegeerte der Wetsidee. Hierin werkte hij de gedachte van Abraham Kuyper over de soevereiniteit in eigen kring verder uit. Maar waar Kuyper deze term beperkt had tot sociaal-maatschappelijke instellingen, paste Dooyeweerd de soevereiniteitsgedachte toe op alles; op de gehele kosmos. Plantinga wordt alom gezien als een van de vooraanstaandste filosofische apologeten van het christelijk geloof. In de negentiger jaren richt Plantinga zich bij uitstek tegen het zogeheten naturalisme dat is een vorm van atheïsme die alles (niet slechts de ontwikkeling der biologische soorten, maar ook. het ontstaan van normen en waarden, godsdienstig geloof enz.) op evolutionistische wijze tracht te verklaren. Dit naturalisme vormt de dominante levensbeschouwingen aan de hedendaagse Amerikaanse en West-Europese universiteiten en strekt zijn invloed uiteraard uit tot ver daarbuiten. Hoewel hij nog volop werkzaam is, staat nu al vast, dat Plantinga als één van de waarlijk grote Amerikaanse filosofen de geschiedenis in zal gaan. Hoofdstuk 10 Het postmodernisme en terugblik Wat postmoderne filosofen te midden van alle diversiteit gemeenschappelijk hebben, is het besef dat het met Descartes begonnen en door de Verlichting gestempelde tijdperk van de moderniteit in een enorme crisis is geraakt. Het zijn dus vooral de pretenties van de menselijke rede die onder verdenking zijn komen te liggen juist in de tweede helft van de twintigste eeuw sterk. Het enthousiasme waarmee indertijd de menselijke rede op de troon gezet werd en onder haar leiding, het juk van de traditie afgeworpen, de vooruitgang gepredikt en het drievoudig ideaal van vrijheid, gelijkheid en broederschap omhelsd heeft, verdween definitief met de vernietigingskampen van Hitler en Stalin. O.a. Lyotard ( ) wijst, ter beantwoording van de vraag hoe dit allemaal in het verlichte Europa kon gebeuren, op het totalitaire karakter van het moderne denken, grote wijsgerige systemen die de neiging in zich hebben heel de werkelijkheid onder één noemer te vangen en trekt de conclusie dat de grote verhalen van de Verlichting definitief afgedaan hebben. Ook de moraal was bij de Verlichtingsfilosofen niet meer in goede handen. De onmogelijkheid van een ontwerp van een nieuwe moraal op basis van een neutrale Rede is door MacIntyre ( ) aangetoond. Vanuit de neutraal geachte rede is geen visie af te leiden wat het doel van het leven is. Vergelijk: binnen de wiskunde zal nooit bewezen kunnen worden bijv. Gij zult niet liegen. 27

28 Evaluerend moeten we zeggen dat de overgang van moderniteit naar postmoderniteit een stap is in de richting van voortgaande geestelijke ontworteling, waaraan onze cultuur ten prooi gevallen is. Talloze filosofen sinds Descartes streefden hetzelfde na als deze: de filosofie op geheel nieuwe leest te schoeien, onder afwijzing van het meeste wat voor hen in de filosofie was bereikt. Telkens opnieuw bleek de uitgevoerde herijking echter verre van definitief te zijn. In plaats van het beoogde beslissende woord, sprak men slechts woorden van voorbijgaande betekenis, die al spoedig weer door nieuwe ontwikkelingen ingehaald werden. Op deze wijze werd Kant ingehaald door Fichte en Fichte door Hegel. Hegel is misschien wel het beste voorbeeld van een filosoof die meende het laatste woord gesproken te hebben, echter zijn filosofie bleek niet meer dan de doorgangsfase naar een nieuwe verrassende wending in de geschiedenis van de filosofie, namelijk die in de richting van materialisme en marxisme. Marx bracht een revolutie als nooit te voren. De balans opgemaakt De drie grote wijsgerige vragen van Kant waarmee wij onze oriëntatie inzetten staan nog altijd levensgroot voor ons: Wat kan ik weten, wat moet ik doen, en wat mag ik hopen? En eensluidende antwoorden lijken verder weg dan ooit. De oogst van eeuwen filosofie is, in zijn algemeenheid gezegd, teleurstellend. De filosofie is kennelijk niet in staat onze diepste zinvragen op een overtuigende manier te beantwoorden. Hoofdstuk 11 Waarden en normen Er is de laatste jaren veel te doen om 'waarden en normen'. Velen van ons hebben het gevoel dat er 'iets aan de hand is' met de waarden en normen. We hebben het dan over de morele waarden en normen zoals rechtvaardigheid, naastenliefde, dapperheid, trouw, bescheidenheid, oprechtheid, vriendelijkheid, enz. op het oog. Er zijn ook andere normen en waarden zoals esthetische (een mooi schilderij), economische (de waarde van een auto), vitale (genot) en religieuze (geloof, hoop). Morele waarden sturen ons handelen niet direct, maar indirect. Ze moeten al op de een of andere wijze in de persoon 'aanwezig zijn' alvorens het tot handelen komt, teneinde dat handelen in de moreel goede richting te kunnen bijsturen. Verder wordt ingegaan op de vraag welke hiërarchie er bestaat tussen de verschillende soorten waarden en wat de plaats van de morele waarden daarin is. Thomas Hobbes ( ).beredeneert in zijn hoofdwerk Leviathan, dat de mens zich, ook al is het tegen zijn zin, aan een aantal morele regels dient te houden teneinde zijn overleven veilig te stellen. Socrates verkondigt ondubbelzinnig, dat niet aan leven, maar aan rechtvaardig leven de hoogste waarde moet worden toegekend. Christus zegt vier eeuwen later niets anders. Ook hij preekt dat we altijd het moreel goede moeten doen, onafhankelijk van wat anderen ons aandoen, zelfs al moet men het met zijn leven bekopen. Wanneer Kant het morele gebod bestempelt als een absoluut gebod, geeft hij daarmee aan ook nog in deze Socratisch-christelijke traditie te staan. 28

29 Hoofdstuk 12 Geneigd tot alle kwaad De traditionele deugden zoals bezonnenheid, rechtschapenheid, moed en gematigdheid zijn zo goed als verdwenen uit het levend taalgebruik om maar te zwijgen van deugden als bijvoorbeeld kuisheid, trouw en nederigheid. Deugden zijn tot een tweede natuur geworden goede gewoontes, ze zijn niet aangeboren, maar kunnen door vrijwel iedereen middels voortdurende oefening verworven worden. In de traditionele ethiek ligt sterk de nadruk op de deugden, omdat de mens een aantal aangeboren kwade aandriften bezit, die door deugden te temperen en soms wellicht zelfs te smoren zijn. De deugden ontlenen hun betekenis en belang aan de tegenwoordigheid van het kwaad in de mens. Tegenwoordig lijkt het wel of er nog maar één deugd is en wel tolerantie en het kwaad ineen geschrompeld is tot vrijwel niets meer dan intolerantie. Het traditionele begrip van het kwaad staat voor de krachten van de chaos, dissonantie en ontbinding. Het zijn ondeugden, die ontspruiten vanuit het hart van de mens. Ze kunnen zich uiten in innerlijke onrust en neurose, maar bederven ook de verhouding tussen mensen, omdat ze onenigheid, verwijten en spanningen bewerkstelligen, debet zijn aan ruzie, guerrilla, oorlog, aanzetten tot plundering, uitbuiting, verwoesting enz.. Er is in de traditie veel geschreven over de ondeugden en deugden. Vanouds kennen we zeven kardinale ondeugden of hoofdzonden. Ze worden aangeduid als hoogmoed, hebzucht, wellust, toorn, gulzigheid, afgunst en traagheid. Het zijn de ondeugden waaruit alle, of althans de belangrijkste andere ondeugden en kwade handelingen voortvloeien: moeders die elk diverse dochters baren. Het geeft te denken dat historisch gesproken het besef van die traditionele ethiek met de teruggang van het geloof in het Westen sterk is afgenomen. Oprecht en duurzaam menselijk geluk is alleen mogelijk als we erin slagen de chaos, dissonantie en ontbinding in onszelf in te tomen en de krachten van orde, harmonie en bloei een centrale plaats te geven in ons leven. Dit vereist bovenal het besef dat de deugd onmisbaar is, omdat we geneigd zijn tot alle kwaad en de wil om naar dit inzicht te leven. Hoofdstuk 13 Deugden, plichten en rechten De traditie waarnaar in voorgaande hoofdstukken steeds weer is verwezen, is van Griekse oorsprong. De deugd is daarin, zo is gebleken, de centrale categorie. Plato en Aristoteles hebben daarbij een zeer belangrijke rol gespeeld. Van Aristoteles is de opvatting dat de goede deugd altijd het midden is tussen twee uitersten bijv. dapperheid het midden tussen roekeloosheid (teveel) en lafheid (te weinig) en vriendelijkheid tussen verlegen en onbeschoft. Drie historische breuken kunnen worden aangewezen, die het ethische denken op een ander spoor hebben gezet. De eerste breuk vindt plaats in de Reformatie, wanneer 'deugd' als centrale ethische categorie wordt vervangen door 'plicht'. 29

30 Toch is er een overeenkomst tussen beide ethieken. Min of meer zijn plichten te vertalen in deugden. Bijv. de plicht 'Gij zult geen overspel plegen', kan óók worden uitgedrukt in termen van deugden als trouw, gematigdheid, bezonnenheid. Toch fundamentele verschillen: de deugdethiek legt de nadruk op de innerlijke gesteldheid van de mens en dat houdt morele vorming in. De plichtsethiek daarentegen is uitgesproken wettisch. De tweede breuk vindt plaats in de Verlichting, wanneer de 'plicht' op haar beurt weer terzijde wordt geschoven door de 'rechten' van de mens. We zien dan de volgende verschuiving optreden: het denken vanuit de plichtsethiek zet aan tot bezinning op de rechten van anderen, het denken vanuit de mensenrechtenethiek tot bezinning op de plichten van anderen. Het aantal rechten van de mens is nog steeds stijgend. Met deze rechten gaat het Westen de wereld rond. De derde en laatste breuk staat op het conto van de Romantiek, waarin de Platoonse notie van een morele orde wordt verworpen, ten gunste van noties als individualiteit, creativiteit en subjectiviteit, de meest ernstigste breuk van de drie. Leven is ongebaande paden betreden, taboes doorbreken, steeds breken met het verleden. Dit is de visie op goed en kwaad die anno nu dominant is. Subjectivisme en relativisme vieren hoogtij. Goed en kwaad: dat ligt voor iedereen anders. De mensenrechtenethiek, de plichtsethiek en de deugdethiek zijn drie verschillende 'landkaarten' van een objectieve morele orde. Het zijn, anders gezegd, drie verschillende vormen van natuurrechtelijk denken. Hoofdstuk 14 Conservatisme en de solide duisternis van de Verlichting De oorsprong van het conservatisme ligt in de oppositie tegen Verlichting en Revolutie. Met name de nadruk die het Verlichtingsdenken legt op de redelijke vermogens van het individu wordt door het conservatisme afgewezen. Volgens het conservatisme is de geschiedenis niet een opeenstapeling van ongerijmdheden, maar een bron van inzicht en wijsheid. Echter de kern van het conservatieve bezwaar tegen de Verlichting en Revolutie is de ontkenning dat de mens van nature geneigd is tot het kwade. Deze ontkenning is de bron en oorsprong van het grootste deel van maatschappelijke en individuele misère. Waar het op aankomt volgens de conservatieven is de innerlijke strijd tegen het kwaad in onszelf. Wat gevraagd wordt is een zeker wantrouwen jegens onszelf, een zekere wilskracht en doorzettingsvermogen en de principiële weigering zich door kwaadwilligheid te laten leiden. Deze zelfdwang is een taak die moet worden vervuld door het geweten, dat de innerlijke bewaarplaats van de moraal is. Volgens de Verlichting moet het kwaad niet in de mens, maar in de maatschappij gezocht worden - de beschaving, het christendom, het feodalisme, de eigendom, het kapitalisme, de wet, de opvoeding en wat dies meer zij - en dat het derhalve teniet kan worden gedaan door een betere maatschappij tot stand te brengen. 30

31 Met de nieuwe natuurwetenschappelijke methode, zoals bijv. door Newton in praktijk gebracht, moest het kwaad in de maatschappij aangepakt worden. Net zoals de natuur causaal gedetermineerd is door verschillende natuurkrachten (zwaartekracht, electrostatische kracht) is ook volgens Bentham ( ) de mens door de natuur onder de macht geplaatst van twee soevereine meesters, namelijk pijn en genot. Het is aan hen alleen aan te geven wat we behoren te doen als ook te bepalen wat we gaan doen In feite is het verlichtingsdenken gericht tegen de traditionele opvatting, van klassieke en christelijke makelij, dat de mens moet waken voor wat hem als genot voorkomt en pijn niet moet schuwen, om een goed leven te leiden. Het is eigenlijk pas in onze tijd dat deze opvatting van klassieke en christelijke oorsprong als gevolg van het Verlichtingsdenken zo goed als verdwenen is uit het bewustzijn van de meerderheid van de westerse bevolking. In de ogen van de conservatief is dat erg en het vormt zelfs de grootste bedreiging voor de mensheid anno nu. Hoe het zal aflopen, is nog verborgen in de toekomst echter nu al moet volgens de conservatief geconcludeerd dat de twintigste eeuw een dieptepunt in de mensheidsgeschiedenis is, honderdzeventig miljoen doden waarvan een groot deel in Europa. En dit alles in de rotsvaste overtuiging dat de twintigste eeuw ten opzichte van het verleden een flinke sprong voorwaarts was qua beschaving, menselijkheid en vrijheid. Verder zien we in de samenleving toenemende sociale problemen, waarvoor de hulp van de staat wordt ingeroepen. Een lawine aan regelgeving en beleid is het gevolg. De maatschappij zoals die zich de komende decennia zal ontwikkelen, zal ook in het teken staan van het Verlichtingsdenken. En we zullen dus in staat zijn en gesteld te beoordelen of het Verlichtingsdenken ten langen leste waar kan maken wat het belooft: geluk en vrijheid voor iedereen. Hoofdstuk 15 De dominante economie, botsing van culturen, ethiek en politiek De huidige economische toestand is reeds door Friedrich Nietzsche aan het eind van de negentiende eeuw voorzien als de 'wirtschaftliche Gesamtverwaltung der Erde' - de totaaleconomische exploitatie en beheersing van de gehele aarde en alle levensgebieden. Het succes van de neoliberale, marktgerichte globalisering leek op het eerste gezicht onbetwistbaar - ook in Nederland, maar daarbij zien we ook dat de mens door de ontketende macht van de vrije markt steeds meer wordt geëxploiteerd vanuit de economische idee van een oneindige behoefte bevrediging. Het centraal stellen van de moraal van de vrijheid en autonomie van het individu, heeft echter tot gevolg dat de overheid niet verder kan moraliseren. Er zijn geen algemeen geaccepteerde normen en waarden meer. 31

32 De islamitische wereld die in de westerse geseculariseerde samenleving veel zaken ontmoet die voor hen verboden zijn, zal licht een afkeer van die wereld krijgen. Bij het integratieprobleem moet ook naar de eigen samenleving gekeken worden. We zien dat een levenswijze, waarin rijkdom, genot, macht en loos amusement voor het individu vooropstaan, een toename van vervreemding, vereenzaming, criminaliteit en geweld geeft te zien. Omdat momenteel de controle over de deugdelijkheid van het handelen niet vanuit een autonome levenshouding geschiedt, moet zij in (grootschalige) uitwendige controles worden gelegd, die zelf weer een enorme beveiligingsindustrie tot gevolg hebben. We moeten weer meer en meer naar en samenleving die is gebaseerd op de deugd. Het gezin, opvoeding en ouders kunnen daar een essentiële rol in spelen. Dit houdt ook in dat de samenleving gedragen wordt door één cultuur met gedeelde normen en waarden. Daarom is ook de multiculturele samenleving tot mislukken gedoemd, zij valt in losse brokstukken uiteen. Juist de multiculturele samenleving staat de integratie in de weg. Hoofdstuk 16 De dood van God volgens Nietzsche, de Verlichting, religie Lang voordat Nietzsche in zijn Zarathustra de dood van God verkondigde, was het vooral in de begintijd van de Verlichting dat enkele filosofen en schrijvers deze gedachte ventileerden. Het was de tijd van de deïsten en de tijd waarin de schrift- en overleveringskritiek opbloeide. God heeft de wereld nog wel geschapen, maar bemoeit zich er niet meer mee. Ondertussen is de islam volop in Europa aanwezig en zij ziet het eigen geloof allerminst als een overblijfsel uit het verleden. De toestand van het verdwijnen van de religie laat echter langer op zich wachten dan gehoopt en verwacht door velen. In hoeverre de 'hedendaagse' Verlichting weerwerk kan bieden aan het hernieuwde opleven van de culturele identiteit, temeer daar door de secularisering Europa zijn eigen grondslag en bezieling verliest, is maar de vraag. Ook de funderen van een moraal door Verlichting is problematisch. Een moraal gefundeerd in de traditie (bijbel, koran) wordt door de Verlichtingdenkers verworpen. Ook de teleologische opvatting van de natuur (Aristoteles) wordt verworpen. Hij vat de natuur op als een welgeordend geheel waarin ieder onderdeel (zijnde) streeft naar de realisering van zijn wezen. Het goede handelen ziet hij als het doel van het menselijke leven, waarbij hij de rechtvaardigheid als de volkomen deugd zag. De Verlichting heeft twee grote sociaal-ethische systemen voortgebracht: het utilitarisme ( grootste geluk voor het grootste aantal), waarvan Jeremy Bentham een van de grondleggers is, en Kants praktische filosofie van de autonome persoon met zijn categorisch imperatief: het richtsnoer van de handeling van de mens zou een algemene wet moeten zijn. 32

33 Beide systemen zijn achterhaald. Zoals Hegel en Alasdair MacIntyre hebben aangetoond, is de Verlichting er niet geslaagd een de rationele fundering van moraal te bieden. De wetmatige, mathematisch berekenbare werkelijkheid is zogezegd van meet af aan een ethisch neutrale werkelijkheid. Binnen de wiskunde is nooit te bewijzen: Gij zult niet doden. Er is alleen nog de waarderende mens zelf die waarden aan iets toekent en dat is vooral in termen van nut. De categorie van het 'nut', die in de praktische filosofie van de Verlichting is opgekomen en door de economische wetenschap is overgenomen, viert haar zegetocht in de moderne techniek. Het economisch vrijheidsbeginsel is het uitgangspunt geworden en in ieder geval niet de ethieken van de Verlichting. De gelijkwaardigheid van het individu en de vrijheid van de persoon zijn door de Verlichting voorondersteld, maar zijn niet rationeel te waarderen. De poging van de Verlichting om de metafysica, geloof en traditie, uit te bannen was een metafyische daad, met grote praktische consequenties. Het hedendaagse beroep op de onaantastbare 'waarden van de Verlichting' is problematisch geworden. Hoofdstuk 17 De culturele en religieuze oorsprong van de verlichting De filosofie als een vragen naar de plaats van de mens in deze wereld zal de onbewijsbare uitgangspunten voor die vragen ontlenen aan de levenssfeer die zich reeds op deze totaliteit betrekt, en dat is de religieuze geest van een cultuur. Descartes als grondlegger van de filosofie van de moderne tijd, waarin de mens als subject centraal komt te staan, denkt dus in wezen vanuit de geest van Luther en het protestantisme, waarin een grote nadruk werd gelegd op het innerlijke leven van de mens, de individuele verhouding tot God. Het ideaal van een 'redelijke religie' is een motief dat we in Europa vanaf de zeventiende eeuw naar voren zien komen en dat tot op de dag van vandaag in de theologie aanwijsbaar is. Met name de filosofen van de Verlichting wilden de religie aan de maatstaven van de menselijke rede onderwerpen. De overtuigde protestant John Locke, founding father' van de Verlichting, was een van de velen die de redelijkheid van het (protestantse) christendom trachtten te bewijzen en tevens een krachtig pleidooi hielden voor tolerantie. David Hume probeert de wortel van de moraal te funderen in de menselijke 'sympathy', maar gaat wel uit van een religieus en cultureel bepaald moraliteitsbewustzijn, waarin de gelijkwaardigheid van individuen is voorondersteld. In wezen gebeurt hetzelfde bij Jeremy Bentham en Adam Smith: het grootste geluk voor het grootste aantal De geest van het protestantisme heeft dus een belangrijk aandeel gehad in de opkomst en aard van het Verlichtingsdenken. Het is door de religie dat de mens / een volk zich zelfverzekerd herkent in de wereld en zijn plaats weet in de kosmos. 33

Ter inleiding (tot een inleiding)

Ter inleiding (tot een inleiding) Inhoud Voorwoord 3 Aanvullende lectuur 4 Ter inleiding (tot een inleiding) 1. Wijsbegeerte, haar begin(sel) en doelstelling 5 2. Waarom filosofie altijd een inleiding blijft 7 3. Waarom een historische

Nadere informatie

Geloven en redeneren. Religie en filosofie

Geloven en redeneren. Religie en filosofie Geloven en redeneren Religie en filosofie Historisch overzicht Pantheïsme en polytheïsme De spiltijd Het oosten Boeddhisme Confucianisme Taoïsme Het westen Jodendom, christendom, islam Filosofie Het begin

Nadere informatie

11 De ontdekking van de mens en de wereld - internet oefentoets

11 De ontdekking van de mens en de wereld - internet oefentoets 11 De ontdekking van de mens en de wereld - internet oefentoets Opdracht 1 Wat is de Sokratische methode? Opdracht 2 Waarom werd Sokrates gedwongen de gifbeker te drinken? Opdracht 3 Waarom zijn onze zintuigen

Nadere informatie

AANTEKENINGEN WAAROM WERD GOD EEN MENS?

AANTEKENINGEN WAAROM WERD GOD EEN MENS? AANTEKENINGEN Alles draait om de visie op Jezus Christus. Door de eeuwen heen is er veel discussie geweest over Jezus. Zeker na de Verlichting werd Hij zeer kritisch bekeken. De vraag is waar je je op

Nadere informatie

INLEIDING Over verwondering, contingentie en denken-als-ordenen 13

INLEIDING Over verwondering, contingentie en denken-als-ordenen 13 INHOUD VOORWOORD 11 INLEIDING Over verwondering, contingentie en denken-als-ordenen 13 HOOFDSTUK 1. Op zoek naar een stabiele werkelijkheid. De Oudheid (6 de eeuw v.c. 6 de eeuw n.c.) 25 1. Het ontstaan

Nadere informatie

Levenskunst en ethiek 13 Bouwstenen voor iedereen 14 Zestien filosofen 14 De hoofdstukken 15

Levenskunst en ethiek 13 Bouwstenen voor iedereen 14 Zestien filosofen 14 De hoofdstukken 15 Inleiding 13 Levenskunst en ethiek 13 Bouwstenen voor iedereen 14 Zestien filosofen 14 De hoofdstukken 15 1 Plato: rechtvaardigheid als harmonie 19 Wat is rechtvaardigheid? 20 De rechtvaardige staat 25

Nadere informatie

Samenvatting Filosofie Wegen naar wijsheid, hoofdstuk 4 en 5

Samenvatting Filosofie Wegen naar wijsheid, hoofdstuk 4 en 5 Samenvatting Filosofie Wegen naar wijsheid, hoofdstuk 4 en 5 Samenvatting door een scholier 1742 woorden 4 juli 2010 4,3 21 keer beoordeeld Vak Filosofie Hoofdstuk 4 Denken over de mens Filosofische vragen

Nadere informatie

TIJD VAN PRUIKEN EN REVOLUTIES

TIJD VAN PRUIKEN EN REVOLUTIES TIJD VAN PRUIKEN EN REVOLUTIES Hoofdstuk 4 PARAGRAAF 4.1 Pruikentijd Standenmaatschappij De verlichting VERVAL EN RIJKDOM In de 17 e eeuw was Nederland het rijkste land ter wereld Van stilstand komt achteruitgang

Nadere informatie

Tijd van pruiken en revoluties 1700 1800

Tijd van pruiken en revoluties 1700 1800 Onderzoeksvraag: Op welke gebieden wilden de Verlichtingsfilosofen de bestaande maatschappij veranderen? Rationalisme = het gebruiken van gezond verstand (rede/ratio) waarbij kennis gaat boven tradities

Nadere informatie

Ethische optiek = hoe is de benadering dat mensen het uiteindelijk goede behoren te doen.

Ethische optiek = hoe is de benadering dat mensen het uiteindelijk goede behoren te doen. Samenvatting door A. 1576 woorden 4 december 2014 1,3 2 keer beoordeeld Vak Levensbeschouwing Paragraaf 2 De ethische optiek 1 inleiding Ethiek gaat over goed en kwaad in het menselijk handelen. Onderscheid

Nadere informatie

Inhoud. 1. Protagoras Gorgias Thrasymachus, Callicles en Hippias 13

Inhoud. 1. Protagoras Gorgias Thrasymachus, Callicles en Hippias 13 Voorwoord XIII Deel 1 Oudheid Historische situering 1 I. De natuurfilosofen of presocratici Inleiding 3 Het veranderlijke en het blijvende 5 II. De sofisten en Socrates Inleiding 9 A. De sofisten 10 1.

Nadere informatie

Ethiek (ethos = gewoonte/zede) wil nadenken over en zich bezinnen op de levenshouding, het handelen en de gewoonte.

Ethiek (ethos = gewoonte/zede) wil nadenken over en zich bezinnen op de levenshouding, het handelen en de gewoonte. Samenvatting door A. 2079 woorden 29 juni 2014 6,4 2 keer beoordeeld Vak Anders H1 Ethiek (ethos = gewoonte/zede) wil nadenken over en zich bezinnen op de levenshouding, het handelen en de gewoonte. Moraal

Nadere informatie

Eindexamen filosofie vwo 2011 - I

Eindexamen filosofie vwo 2011 - I Opgave 3 Vreemder dan alles wat vreemd is 12 maximumscore 3 de twee manieren waarop je vanuit zingevingsvragen religies kunt analyseren: als waarden en als ervaring 2 een uitleg van de analyse van religie

Nadere informatie

Van Bethlehem tot Golgotha

Van Bethlehem tot Golgotha Van Bethlehem tot Golgotha Het Mysterie van Inwijding Esoterische Begrippen Elly Lichtenberg De Bijbel, een mystiek verhaal of..? Deel I De Bijbel: een mystiek verhaal of..? Is het evangelieverhaal juist?

Nadere informatie

Hoofdstuk 3. Geloof, waarden, ervaringen

Hoofdstuk 3. Geloof, waarden, ervaringen Hoofdstuk 3 Geloof, waarden, ervaringen Kennis en geloof Kennis is descriptief Heeft betrekking op feiten Is te rechtvaardigen Geloof is normatief Heeft betrekking op voorschriften Is subjectief Geldt

Nadere informatie

Descartes schreef dat er geen ander land was "où l'on puisse jouir d'une liberté si entière" (waar men een zo volledige vrijheid kan genieten)

Descartes schreef dat er geen ander land was où l'on puisse jouir d'une liberté si entière (waar men een zo volledige vrijheid kan genieten) Verslag 25 mei 2018, Salon der Verdieping: Spinoza s politieke filosofie De bespreking van de politieke filosofie doe ik aan de hand van zijn belangrijkste politieke werk, te weten het Theologisch-politiek

Nadere informatie

cultuur & media hoorcollege moderniteit en postmoderniteit theo ploeg

cultuur & media hoorcollege moderniteit en postmoderniteit theo ploeg cultuur & media hoorcollege moderniteit en postmoderniteit theo ploeg 1 Wat ga ik behandelen? moderniteit versus postmoderniteit korte geschiedenis verlichting en romantiek modernisme postmodernisme postmoderniteit

Nadere informatie

FILOSOFIE TUSSEN DE PALMEN II EMMANUEL LEVINAS

FILOSOFIE TUSSEN DE PALMEN II EMMANUEL LEVINAS FILOSOFIE TUSSEN DE PALMEN II EMMANUEL LEVINAS onderwijs trainingen gesprekken EMMANUEL LEVINAS filosofische en maatschappelijk-historische context Emmanuel Levinas - leven - werk leren luisteren naar

Nadere informatie

naar: Jed McKenna, Jed McKenna s theorie van alles, Samsara, 2014

naar: Jed McKenna, Jed McKenna s theorie van alles, Samsara, 2014 Opgave 2 Spiritueel scepticisme tekst 6 Jed McKenna is de schrijver van verschillende boeken over spiritualiteit. In zijn boeken speelt hij de hoofdrol als leraar van een leefgemeenschap. McKenna is spiritueel

Nadere informatie

SOEFISME IN HET DAGELIJKS LEVEN

SOEFISME IN HET DAGELIJKS LEVEN SOEFISME IN HET DAGELIJKS LEVEN Een leerling van Hazrat Inayat Khan (Een kopie van de uitgave van) The Sufi International Headquarters Publishing Society 1 Liefde ontwikkelt zich tot harmonie en uit harmonie

Nadere informatie

Het begrip natuur in techniek, filosofie en religie. Deel I: Van voormodern naar modern denken

Het begrip natuur in techniek, filosofie en religie. Deel I: Van voormodern naar modern denken Het begrip natuur in techniek, filosofie en religie Deel I: Van voormodern naar modern denken 1. Inleiding 2. Franciscus 3. Descartes 4. Pascal 5. Conclusies Inleiding Lynn White in Science (1967): Christendom

Nadere informatie

Eindexamen filosofie vwo 2010 - II

Eindexamen filosofie vwo 2010 - II Opgave 2 Religie in een wetenschappelijk universum 6 maximumscore 4 twee redenen om gevoel niet te volgen met betrekking tot ethiek voor Kant: a) rationaliteit van de categorische imperatief en b) afzien

Nadere informatie

INLEIDING Plato's grot Filosofie en ideologie De hermeneutische cirkel DEEL 1. DE LOTGEVALLEN VAN DE FILOSOFISCHE RATIONALITEIT

INLEIDING Plato's grot Filosofie en ideologie De hermeneutische cirkel DEEL 1. DE LOTGEVALLEN VAN DE FILOSOFISCHE RATIONALITEIT INLEIDING Plato's grot Filosofie en ideologie De hermeneutische cirkel DEEL 1. DE LOTGEVALLEN VAN DE FILOSOFISCHE RATIONALITEIT HOOFDSTUK 1. Wijsbegeerte binnen de antieke bestaanshorizon: zijn en worden

Nadere informatie

Rene Descartes. René Descartes, een interview door Roshano Dewnarain

Rene Descartes. René Descartes, een interview door Roshano Dewnarain Rene Descartes René Descartes, een interview door Roshano Dewnarain Cogito ergo sum, ik denk dus ik ben. Een uitspraak van René Descartes. Een belangrijk wiskundige en filosoof in de geschiedenis. Volgens

Nadere informatie

Thije Adams KUNST. Wordt een mens daar beter van? vangennep amsterdam

Thije Adams KUNST. Wordt een mens daar beter van? vangennep amsterdam Thije Adams KUNST Wordt een mens daar beter van? vangennep amsterdam Inhoud Vooraf 5 I. Inleiding 7 II. Wat doen wij met kunst? 9 III. Wat doet kunst met ons? 42 IV. Plato en Rousseau 59 V. Onzekerheid

Nadere informatie

Nederlands (nieuwe stijl) en Nederlands, leesvaardigheid (oude stijl)

Nederlands (nieuwe stijl) en Nederlands, leesvaardigheid (oude stijl) Nederlands (nieuwe stijl) en Nederlands, leesvaardigheid (oude stijl) Examen VWO Vragenboekje Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs Tijdvak 1 Maandag 19 mei 9.00 12.00 uur 20 03 Voor dit examen zijn

Nadere informatie

Tijd van jagers en boeren? 3000 v. Chr. Prehistorie. Kenmerkende aspecten. Begrippen

Tijd van jagers en boeren? 3000 v. Chr. Prehistorie. Kenmerkende aspecten. Begrippen Tijd van jagers en boeren? 3000 v. Chr. Prehistorie 1. De levenswijze van jager-verzamelaars. 2. Het ontstaan van landbouw en landbouwsamenlevingen. 3. Het ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen.

Nadere informatie

Politieke Filosofie Oudheid en Middeleeuwen

Politieke Filosofie Oudheid en Middeleeuwen Politieke Filosofie Oudheid en Middeleeuwen Geschiedenis en politieke filosofie Geschiedenis Beschrijving feitelijke gebeurtenissen. Verklaring in termen van oorzaak en gevolg of van bedoelingen. Politieke

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE 5 DEEL I KENNIS... 6 DEEL II WETENSCHAP... 76

INHOUDSOPGAVE 5 DEEL I KENNIS... 6 DEEL II WETENSCHAP... 76 INHOUDSOPGAVE 5 DEEL I KENNIS... 6 DEEL II WETENSCHAP... 76 Vergeten... 7 Filosofie... 9 Een goed begin... 11 Hoofdbreker... 13 Zintuigen... 15 De hersenen... 17 Zien... 19 Geloof... 21 Empirie... 23 Ervaring...

Nadere informatie

Eindexamen filosofie vwo 2011 - I

Eindexamen filosofie vwo 2011 - I Beoordelingsmodel Opgave 1 Het bestaan van God en het voortbestaan van religie 1 maximumscore 3 een uitleg hoe het volgens Anselmus mogelijk is dat Pauw en Witteman het bestaan van God ontkennen: het zijn

Nadere informatie

Descartes inspirator van de Verlichting

Descartes inspirator van de Verlichting Descartes inspirator van de Verlichting Granada Columbus Copernicus veroordeling Galileï Newton Revolutie 1492 1509 1666 Aristoteles Descartes Moderne wetenschap 1776 1789 N = x+ 3y + 5z Moderne filosofie

Nadere informatie

Spinoza s Visie. Dag 1. Wie is Spinoza en wat is ware kennis?

Spinoza s Visie. Dag 1. Wie is Spinoza en wat is ware kennis? Spinoza s Visie Dag 1 Wie is Spinoza en wat is ware kennis? Opzet cursus Dag 1 Dag 2 Dag 3 Dag 4 Over God Over de mens Over het geluk Inleiding Hoe zit de wereld in elkaar? Hoe verhoudt de mens zich tot

Nadere informatie

Tijd van burgers en stoommachines De sociale kwestie.

Tijd van burgers en stoommachines De sociale kwestie. Onderzoeksvraag: Waardoor ontstonden het liberalisme en het socialisme, en hoe dachten liberalen en socialisten over de sociale kwestie? Kenmerkende aspect: De opkomst van de politiek maatschappelijke

Nadere informatie

De Verlichting. De Verlichting

De Verlichting. De Verlichting De Verlichting =18 de eeuwse filosofische stroming die de nadruk legt op rationaliteit (zelf nadenken), vrijheid en gelijkheid en dit toepast in alle maatschappelijke velden (politiek, economie, religie

Nadere informatie

Voorwoord 7. Inleiding 9. Renaissance, humanisme, verlichting 13 Renaissance en humanisme 15 Verlichting 20

Voorwoord 7. Inleiding 9. Renaissance, humanisme, verlichting 13 Renaissance en humanisme 15 Verlichting 20 Inhoud Voorwoord 7 Inleiding 9 Renaissance, humanisme, verlichting 13 Renaissance en humanisme 15 Verlichting 20 David Hume 35 Hume en Kant 37 Het postume werk 45 Korte levensloop 49 James Boswell 59 Laatste

Nadere informatie

Samenvatting Levensbeschouwing Mens en Maatschappij

Samenvatting Levensbeschouwing Mens en Maatschappij Samenvatting Levensbeschouwing Mens en Ma Samenvatting door Sophie 1047 woorden 6 februari 2017 8,8 3 keer beoordeeld Vak Levensbeschouwing Levensbeschouwing Mens & Ma Mensbeeld hoe je jezelf ziet, de

Nadere informatie

Maarten Luther 1483-1546

Maarten Luther 1483-1546 Maarten Luther 1483-1546 Eén van de belangrijkste ontdekkingen van Maarten Luther - (1483-1546) is het onderscheid tussen wet en evangelie. Voor Luther is de onderscheiding van wet en evangelie

Nadere informatie

REFORMATORISCHE WIJSBEGEERTE IN DE ONTWIKKELING VAN DE TIJD DE WAARDERING VAN DE VERLICHTING

REFORMATORISCHE WIJSBEGEERTE IN DE ONTWIKKELING VAN DE TIJD DE WAARDERING VAN DE VERLICHTING REFORMATORISCHE WIJSBEGEERTE IN DE ONTWIKKELING VAN DE TIJD DE WAARDERING VAN DE VERLICHTING door prof. dr. H. G. Geertsema Enige tijd geleden werd door enkele jongeren die zich nauw betrokken weten bij

Nadere informatie

WIJ zijn hier gekomen niet alleen om jullie en alle anderen hier te

WIJ zijn hier gekomen niet alleen om jullie en alle anderen hier te SAMENVATTING VAN DE REDEVOERINGEN GEHOUDEN VOOR DE JEUGD IN SURINAME EN DE NEDERLANDSE ANTILLEN Willemstad, 19 oktober 1955, Oranjestad, 22 oktober 1955. Paramaribo, 5 november t 955 WIJ zijn hier gekomen

Nadere informatie

Mediasociologie Hoorcollege Iedereen is vrij! Theo Ploeg

Mediasociologie Hoorcollege Iedereen is vrij! Theo Ploeg Mediasociologie Hoorcollege Iedereen is vrij! Theo Ploeg 1 2 wat ga ik behandelen? wat is mediasociologie bij CMDA/IAM? wat gaan we doen en hoe doen we dat? wat is sociologie eigenlijk en hoe zien wij

Nadere informatie

Achtergrond bij het lezen van Schiller extra info:

Achtergrond bij het lezen van Schiller extra info: Achtergrond bij het lezen van Schiller extra info: De werkelijkheid wordt door Schiller op anders beschreven dan door Kant, hoewel hij sterk op Kant verder bouwt. Schiller gebruikt twee modellen: het model

Nadere informatie

Historische context. Verlich/ngsideeën en de democra/sche revolu/es

Historische context. Verlich/ngsideeën en de democra/sche revolu/es Historische context Verlich/ngsideeën en de democra/sche revolu/es 1650 1848 Kenmerkende aspecten 23. Het streven van vorsten naar absolute macht 26. Wetenschappelijke revolu/e 27. Ra/oneel op/misme en

Nadere informatie

Doel van Bijbelstudie

Doel van Bijbelstudie Bijbelstudie Hebreeën 4:12 Want het woord Gods is levend en krachtig en scherper dan enig tweesnijdend zwaard en het dringt door, zó diep, dat het vaneen scheidt ziel en geest, gewrichten en merg, en het

Nadere informatie

Geloven en redeneren. Samenvatting

Geloven en redeneren. Samenvatting Geloven en redeneren Samenvatting Historisch overzicht Pantheïsme en polytheïsme De spiltijd Het oosten Boeddhisme Confucianisme Taoïsme Het westen Jodendom, christendom, islam Filosofie Ontwikkelingen

Nadere informatie

Eindexamen filosofie vwo I

Eindexamen filosofie vwo I Opgave 3 Ramadan in de post-seculiere samenleving 12 maximumscore 4 verlichtingsfundamentalisme: laïciteit: verbannen van religie uit openbaar onderwijs en politiek 1 verlichtingsvijandig multiculturalisme:

Nadere informatie

Samenvatting Filosofie Berkely, Hume, Kant

Samenvatting Filosofie Berkely, Hume, Kant Samenvatting Filosofie Berkely, Hume, Kant Samenvatting door een scholier 1736 woorden 8 juni 2003 6,5 67 keer beoordeeld Vak Filosofie George Berkeley (Ier, bisschop) Dacht dat de toenmalige filosofie

Nadere informatie

De Jefferson Bijbel. Thomas Jefferson

De Jefferson Bijbel. Thomas Jefferson De Jefferson Bijbel Thomas Jefferson Vertaald en ingeleid door: Sadije Bunjaku & Thomas Heij Inhoud Inleiding 1. De geheime Bijbel van Thomas Jefferson 2. De filosofische president Het leven van Thomas

Nadere informatie

4. Welk geloof wordt bedoeld? Het gaat om het zaligmakende geloof. Dus niet om een historiëel, tijd- of wondergeloof.

4. Welk geloof wordt bedoeld? Het gaat om het zaligmakende geloof. Dus niet om een historiëel, tijd- of wondergeloof. NGB artikel 1: DE ENIGE GOD Wij geloven allen met het hart en belijden met de mond, dat er een Enig en eenvoudig geestelijk Wezen is, dat wij God noemen: eeuwig, ondoorgrondelijk, onzienlijk, onveranderlijk,

Nadere informatie

Over Plantinga s argument voor de existentie van een noodzakelijk bestaand individueel ding. G.J.E. Rutten

Over Plantinga s argument voor de existentie van een noodzakelijk bestaand individueel ding. G.J.E. Rutten 1 Over Plantinga s argument voor de existentie van een noodzakelijk bestaand individueel ding G.J.E. Rutten Introductie In dit artikel wil ik het argument van de Amerikaanse filosoof Alvin Plantinga voor

Nadere informatie

Samenvatting Filosofie Wijsgerige ethiek

Samenvatting Filosofie Wijsgerige ethiek Samenvatting Filosofie Wijsgerige ethiek Samenvatting door een scholier 1751 woorden 21 mei 2003 7,2 53 keer beoordeeld Vak Methode Filosofie ViaDELTA Filosofie: Wijsgerige ethiek Paragraaf 1: Het morele

Nadere informatie

Geachte lezer, Voor meer uitleg over mijn presentatie Ga kathedralen bouwen! verwijs ik u graag naar de website http://www.quakernaat.nl.

Geachte lezer, Voor meer uitleg over mijn presentatie Ga kathedralen bouwen! verwijs ik u graag naar de website http://www.quakernaat.nl. Geachte lezer, Voor meer uitleg over mijn presentatie Ga kathedralen bouwen! verwijs ik u graag naar de website http://www.quakernaat.nl. Deze presentatie is bedoeld als naslagwerkje voor aanwezigen. Daan

Nadere informatie

Wat is realiteit? (interactie: vraagstelling wie er niet gelooft en wie wel)

Wat is realiteit? (interactie: vraagstelling wie er niet gelooft en wie wel) Wat is realiteit? De realiteit is de wereld waarin we verblijven met alles wat er is. Deze realiteit is perfect. Iedere mogelijkheid die we als mens hebben wordt door de realiteit bepaald. Is het er, dan

Nadere informatie

Leren Filosoferen. Tweede avond

Leren Filosoferen. Tweede avond Leren Filosoferen Tweede avond Website Alle presentaties zijn te vinden op mijn website: www.wijsgeer.nl Daar vind je ook mededelingen over de cursussen. Hou het in de gaten! Vragen n.a.v. vorige keer

Nadere informatie

Eindexamen filosofie vwo 2009 - I

Eindexamen filosofie vwo 2009 - I Beoordelingsmodel Opgave 1 Religieuze ervaring 1 maximumscore 5 een bruikbare definitie van religie 1 drie problemen die zich kunnen voordoen bij het definiëren van religie 3 meerdere religieuze tradities;

Nadere informatie

Theorieën en hoofdfiguren uit de sociologie?

Theorieën en hoofdfiguren uit de sociologie? Theorieën en hoofdfiguren uit de sociologie? Deel 1 Theorie... Eenvoudig netwerk van met elkaar verbonden hypothesen (beweringen over waarschijnlijke relaties tussen twee of meer variabelen acties of kenmerken

Nadere informatie

Boekverslag Overigetaal De wereld van Sofie door Jostein Gaarder

Boekverslag Overigetaal De wereld van Sofie door Jostein Gaarder Boekverslag Overigetaal De wereld van Sofie door Jostein Gaarder Boekverslag door een scholier 1287 woorden 20 maart 2006 7 16 keer beoordeeld Auteur Jostein Gaarder Eerste uitgave 1994 Vak Overigetaal

Nadere informatie

GELOOF EN WETENSCHAP. Modellen over de relatie tussen geloof en (natuur)wetenschap in historisch perspectief.

GELOOF EN WETENSCHAP. Modellen over de relatie tussen geloof en (natuur)wetenschap in historisch perspectief. GELOOF EN WETENSCHAP Modellen over de relatie tussen geloof en (natuur)wetenschap in historisch perspectief. 1. HET HARMONIEMODEL De leer van de twee boeken Het Ptolemaeïsche of Aristotelische wereldbeeld

Nadere informatie

Liefde. De sociale leer van de Kerk

Liefde. De sociale leer van de Kerk Liefde De sociale leer van de Kerk De sociale leer van de Kerk Over de liefde Het evangelie roept ons op om ons in te zetten voor onze naasten. Maar hoe weet je nu wat er gedaan moet worden, zeker in een

Nadere informatie

Woordenlijst Het oog in de storm

Woordenlijst Het oog in de storm Woordenlijst Het oog in de storm Hoofdstuk 7 absolutisme een situatie waarbij een bepaalde persoon of groep het volstrekte gezag heeft, en geen ruimte is voor andere ideeën. amusement vermaak animal rationale

Nadere informatie

Eindexamen vwo filosofie II

Eindexamen vwo filosofie II Opgave 2 Leven vanuit vrije wil 7 maximumscore 3 een weergave van een overeenkomst tussen de Avatar-training en Sartre wat betreft de opvatting over vrijheid als zelfverwerkelijking: beiden lijken uit

Nadere informatie

Sprekende Spreuken. Levenslessen uit het boek Spreuken. Kris Tavernier. Het kennen van de Hoogheilige

Sprekende Spreuken. Levenslessen uit het boek Spreuken. Kris Tavernier. Het kennen van de Hoogheilige Kris Tavernier Sprekende Spreuken Levenslessen uit het boek Spreuken - Het boek Spreuken leert ons heel wat over het gedrag van gelovigen, en hoe dit kan zijn in allerlei omstandigheden van dit leven.

Nadere informatie

LEVINAS EN SPINOZA EEN (ONVERWACHTSE) ONTMOETING

LEVINAS EN SPINOZA EEN (ONVERWACHTSE) ONTMOETING LEVINAS EN SPINOZA EEN (ONVERWACHTSE) ONTMOETING Emmanuel Levinas Een kennismaking Bento de Spinoza Een geheugensteuntje Levinas en Spinoza Een ontmoeting Discussie EMMANUEL LEVINAS EMMANUEL LEVINAS LEVEN

Nadere informatie

Sessie 1 De eudaimonistische ethiek van Aristoteles

Sessie 1 De eudaimonistische ethiek van Aristoteles Sessie 1 De eudaimonistische ethiek van Aristoteles Wat vertelde Aristoteles lang geleden in Athene in zijn colleges aan het Lyceum over ethiek? Wat beschouwde hij als het doel van handelen? Wat verstond

Nadere informatie

Inleiding 11 Hans Alma & Adri Smaling

Inleiding 11 Hans Alma & Adri Smaling Inleiding 11 Hans Alma & Adri Smaling Referenties 15 Hoofdstuk 1. Zingeving en levens beschouwing: een conceptuele en thematische verkenning 17 Adri Smaling & Hans Alma 1. Wat kan onder zingeving worden

Nadere informatie

De klassieke tijdlijn

De klassieke tijdlijn De klassieke tijdlijn In de lessen geschiedenis heb je waarschijnlijk al gehoord over de tijdlijnen, of de historische periodes en waarschijnlijk ook over exacte datums zoals 476. In dit documentje kom

Nadere informatie

Religie, christendom en politiek vanuit filosofisch perspectief

Religie, christendom en politiek vanuit filosofisch perspectief Religie, christendom en politiek vanuit filosofisch perspectief - Het christelijke belemmert de politiek niet, maar maakt haar juist mogelijk en waardevol - Pieter Jan Dijkman Vereniging voor Wijsbegeerte

Nadere informatie

Wijziging pagina 5: het centraal examen duurt 180 minuten FILOSOFIE HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V

Wijziging pagina 5: het centraal examen duurt 180 minuten FILOSOFIE HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V Wijziging pagina 5: het centraal examen duurt 180 minuten FILOSOFIE HAVO VAKINFORMATIE STAATSEXAMEN 2018 V17.09.1 De vakinformatie in dit document is vastgesteld door het College voor Toetsen en Examens

Nadere informatie

Wat is de mens? - Context. De opkomst van de filosofische antropologie

Wat is de mens? - Context. De opkomst van de filosofische antropologie De menselijke natuur, week 9 De opkomst van de filosofische antropologie Overzicht van reeds behandelde mensbeelden en de mechanistische visie uit de late 19e eeuw Wat is de mens? - Context Plato / Descartes

Nadere informatie

Opgave 1: Vrije wil als zelfverwerkelijking

Opgave 1: Vrije wil als zelfverwerkelijking * PTA code: ED/st/05 * Docent: MLR * Toetsduur: 100 minuten. * Deze toets bestaat uit 11 vragen. Het totaal aantal punten dat je kunt behalen is: 32. * Kijk voor je begint telkens eerst de vraag kort door,

Nadere informatie

Inhoud. Hoofdstuk 1. Recht en existentie in filosofie en literatuur: redactionele inleiding 13. Claudia Bouteligier & Timo Slootweg

Inhoud. Hoofdstuk 1. Recht en existentie in filosofie en literatuur: redactionele inleiding 13. Claudia Bouteligier & Timo Slootweg Inhoud Voorwoord 11 Hoofdstuk 1. Recht en existentie in filosofie en literatuur: redactionele inleiding 13 & 1.1 Inleiding 13 1.2 Rechtsfilosofie als pleitrede 16 1.3 Strijd tussen filosofie en kunst 18

Nadere informatie

Kennis, hoe te benaderen en hoe te funderen..? Violette van Zandbeek Social research Datum: 15 april 2011

Kennis, hoe te benaderen en hoe te funderen..? Violette van Zandbeek Social research Datum: 15 april 2011 Kennis, hoe te benaderen en hoe te funderen..? Naam: Violette van Zandbeek Vak: Social research Datum: 15 april 2011 1 Kennis, hoe te benaderen en hoe te funderen..? Als onderdeel van het vak social research

Nadere informatie

WIJ DENKEN OVER DENKEN, HANDELEN EN VOELEN. Verwerkingsboek. Philippe Boekstal DAMON. WD wb 4sept vsb.indd 1 05-09-2008 10:21:08

WIJ DENKEN OVER DENKEN, HANDELEN EN VOELEN. Verwerkingsboek. Philippe Boekstal DAMON. WD wb 4sept vsb.indd 1 05-09-2008 10:21:08 WIJ DENKEN OVER DENKEN, HANDELEN EN VOELEN Verwerkingsboek Philippe Boekstal DAMON WD wb 4sept vsb.indd 1 05-09-2008 10:21:08 VOORWOORD Dit verwerkingsboek bevat teksten en opdrachten die aansluiten bij

Nadere informatie

Durf te denken. Oriëntatie in geloof, wetenschap en cultuur. Roel Kuiper Robert van Putten Maarten Vogelaar. Herziene uitgave

Durf te denken. Oriëntatie in geloof, wetenschap en cultuur. Roel Kuiper Robert van Putten Maarten Vogelaar. Herziene uitgave Durf te denken Oriëntatie in geloof, wetenschap en cultuur Roel Kuiper Robert van Putten Maarten Vogelaar Herziene uitgave Deze publicatie is mede mogelijk gemaakt door bijdragen van de Templeton World

Nadere informatie

NOSTALGIE. HvA - IAM - workshop - Mediatheorie - nostalgie. dinsdag 24 november 2009

NOSTALGIE. HvA - IAM - workshop - Mediatheorie - nostalgie. dinsdag 24 november 2009 NOSTALGIE HvA - IAM - workshop - Mediatheorie - nostalgie 1 HYPERRETRO: AGENT SIDE GRINDER HvA - IAM - workshop - Mediatheorie - nostalgie 2 WAT IS NOSTALGIE? (uit het Grieks: noostol = thuiskomst en algia

Nadere informatie

geloof en wetenschap Prof.dr. Cees Dekker Kavli Institute of NanoScience Delft http://www.mb.tn.tudelft.nl

geloof en wetenschap Prof.dr. Cees Dekker Kavli Institute of NanoScience Delft http://www.mb.tn.tudelft.nl geloof en wetenschap Prof.dr. Cees Dekker Kavli Institute of NanoScience Delft http://www.mb.tn.tudelft.nl Utrecht, 16-6-2006 1. Is het waar, dat recente vondsten in de wetenschap Godsgeloof verzwakken?

Nadere informatie

2 keer beoordeeld 22 maart Sociale filosofie gaat over de maatschappij, het gaat over hoe je een goede samenleving kan hebben.

2 keer beoordeeld 22 maart Sociale filosofie gaat over de maatschappij, het gaat over hoe je een goede samenleving kan hebben. 7,8 Aantekening door Sara 1516 woorden 2 keer beoordeeld 22 maart 2017 Vak Filosofie Methode Durf te denken Hoofdstuk 7 Sociale filosofie. Sociale filosofie gaat over de maatschappij, het gaat over hoe

Nadere informatie

Eindexamen filosofie vwo II

Eindexamen filosofie vwo II Opgave 2 Over wetenschap en religie: zij die uit de hemel kwamen 7 maximumscore 2 een argumentatie waarom wetenschappelijke kennis niet als probleemloze bron van vooruitgang kan worden beschouwd: wetenschap

Nadere informatie

Op reis door het rijk der Letteren en der Godgeleerdheid

Op reis door het rijk der Letteren en der Godgeleerdheid History Christiane Simone Stadie Op reis door het rijk der Letteren en der Godgeleerdheid Herinneringen van mijne academiereis in 1843 (Abraham Des Amorie van der Hoeven Jr.) Seminar paper Christiane

Nadere informatie

Immanuel Kant Kritiek van het oordeelsvermogen

Immanuel Kant Kritiek van het oordeelsvermogen Ten geleide Kants derde Kritiek: hoe kan de vrijheid worden verwerkelijkt? 15 Geraadpleegde literatuur 46 Verantwoording bij de vertaling 49 Immanuel Kant aan Johann Friedrich Reichardt 51 Immanuel Kant

Nadere informatie

Zin in filosofie. Ludo Abicht en Hendrik Opdebeeck. Acco Leuven / Den Haag

Zin in filosofie. Ludo Abicht en Hendrik Opdebeeck. Acco Leuven / Den Haag Zin in filosofie Ludo Abicht en Hendrik Opdebeeck Acco Leuven / Den Haag Inhoud Inleiding 11 1 Zin, in- en uitzicht 13 1.1 De filosofische vragen 15 1.2 Filosofie en mythologie 16 1.3 Filosofie en godsdienst

Nadere informatie

Naar een beleidsplan voor de PG Lemmer

Naar een beleidsplan voor de PG Lemmer Naar een beleidsplan voor de PG Lemmer Inleiding In de komende maanden willen we als kerkenraad een beleidsplan opstellen voor de komende vijf jaar. Iedereen die op dit moment op de één of andere manier

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores

Vraag Antwoord Scores Opgave 2 Spiritueel scepticisme 6 maximumscore 4 een uitleg dat McKenna in tekst 6 vanuit epistemologisch perspectief over solipsisme spreekt: hij stelt dat de kennisclaim over het bestaan van andere mensen

Nadere informatie

Democratie als cultus

Democratie als cultus SUB Hamburg A/570762 Marin Terpstra Democratie als cultus Over politiek en religie BOOM AMSTERDAM IN HOUD Voorwoord 9 Hoofdstuk 1 De democratie en het probleem van de theolo^ia politikê. Varro, Augustinus,

Nadere informatie

Proeftentamen 2010-2011 deel Wetenschapsfilosofie. 20102011proef_deel_Wetenschapsfilosofie.pdf

Proeftentamen 2010-2011 deel Wetenschapsfilosofie. 20102011proef_deel_Wetenschapsfilosofie.pdf Proeftentamen 2010-2011 deel Wetenschapsfilosofie 20102011proef_deel_Wetenschapsfilosofie.pdf Tilburg University Sociale Filosofie en Wetenschapsfilosofie Proeftentamen Sociale Filosofie en wetenschapsfilosofie

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores. Opgave 3 De (on)werkelijkheid in Goodbye, Lenin!

Vraag Antwoord Scores. Opgave 3 De (on)werkelijkheid in Goodbye, Lenin! Opgave 3 De (on)werkelijkheid in Goodbye, Lenin! 12 maximumscore 2 een uitleg dat volgens Hume het uniformiteitsprincipe filosofisch niet te verantwoorden is: omdat het uniformiteitsprincipe niet is te

Nadere informatie

ROMANTIEK. het tijdperk van de. De Verlichting ontspoord

ROMANTIEK. het tijdperk van de. De Verlichting ontspoord ROMANTIEK het tijdperk van de De Verlichting ontspoord Edmund Burke 1729-1797 De geschiedenis bestaat voor het grootste deel uit de ellende, over de wereld gebracht door trots, eerzucht, hebzucht, wraak,

Nadere informatie

Filosofische temperamenten

Filosofische temperamenten Peter Sloterdijk Filosofische temperamenten Van Plato tot Foucault Vertaald door Mark Wildschut boom amsterdam inhoud Woord vooraf [7] Plato [13] Aristoteles [37] Augustinus [43] Bruno [53] Descartes [57]

Nadere informatie

ROMANTIEK. het tijdperk van de. Sturm und Drang

ROMANTIEK. het tijdperk van de. Sturm und Drang ROMANTIEK het tijdperk van de Sturm und Drang Friedrich von Schiller leest Die Räuber voor Goethe & Schiller (1749-1832 / 1759-1805) Johann Gottfried von Herder (1744-1803) Johann Georg Hamann (1730-1788)

Nadere informatie

Studies in Adventistische Geloofsverwoording

Studies in Adventistische Geloofsverwoording Studies in Adventistische Geloofsverwoording Als u alles op een rijtje hebt, hoedt u dan voor het domino-effect Voorplaat: Jacob Jordaens, De Vier Evangelisten, 1625, Louvre, Parijs Laatste versie 2011-07

Nadere informatie

Spinoza s Visie. Dag 1. Wie is Spinoza en wat is ware kennis?

Spinoza s Visie. Dag 1. Wie is Spinoza en wat is ware kennis? Spinoza s Visie Dag 1 Wie is Spinoza en wat is ware kennis? Opzet cursus Dag 1 Dag 2 Dag 3 Dag 4 Over God Over de mens Over het geluk Inleiding Hoe zit de wereld in elkaar? Hoe verhoudt de mens zich tot

Nadere informatie

Wat Verlichtingsfilosofen over Geert Wilders zouden hebben gedacht

Wat Verlichtingsfilosofen over Geert Wilders zouden hebben gedacht 'Wat Verlichtingsfilosofen over Geert Wilders zouden hebben gedacht' - Mattijs Glas 1 Wat Verlichtingsfilosofen over Geert Wilders zouden hebben gedacht Volgens de invloedrijke Franse denker Michel Foucault

Nadere informatie

Ouder worden en de kracht van verhalen. Levensverwachting bij geboorte. Ingesleten opvattingen uit de 19 e eeuw

Ouder worden en de kracht van verhalen. Levensverwachting bij geboorte. Ingesleten opvattingen uit de 19 e eeuw Ouder en de kracht van verhalen Lezing door Prof. dr. Jan Baars Universiteit voor Humanistiek www.janbaars.nl Op uitnodiging van Stichting Levensverhalen Inspiratiemiddag in Zaandam, 2 oktober 2014 Levensverwachting

Nadere informatie

Denken met het hart. Christelijke filosofie in de traditie van Augustinus en Calvijn. Bas Hengstmengel. Buijten & Schipperheijn Motief Amsterdam

Denken met het hart. Christelijke filosofie in de traditie van Augustinus en Calvijn. Bas Hengstmengel. Buijten & Schipperheijn Motief Amsterdam Denken met het hart Denken met het hart Christelijke filosofie in de traditie van Augustinus en Calvijn Bas Hengstmengel Buijten & Schipperheijn Motief Amsterdam Deze publicatie is mede mogelijk gemaakt

Nadere informatie

GROTE-LIJN-OVERZICHT VAN TIJDVAKKEN BEHANDELD IN LEERJAAR 1

GROTE-LIJN-OVERZICHT VAN TIJDVAKKEN BEHANDELD IN LEERJAAR 1 GROTE-LIJN-OVERZICHT VAN TIJDVAKKEN BEHANDELD IN LEERJAAR 1 Tijdvak Jagers en boeren; van de eerste mensen 3000 v. C. prehistorie; van de eerste mensen - 3000 v.c. Samenlevingstype: eerst jagers/verzamelaars,

Nadere informatie

MIRARI Van kritiek naar dialoog.

MIRARI Van kritiek naar dialoog. MIRARI Van kritiek naar dialoog. Door Tomas Serrien Verwondering is het begin van alle wijsheid. (Aristoteles) Mirari - 1 HET WAT en HET WAAROM: Het grondidee van Mirari. Het is tijd voor een filosofisch

Nadere informatie

Oefening baart ethiek Neurobiologie, boeddhisme en ethiek

Oefening baart ethiek Neurobiologie, boeddhisme en ethiek Oefening baart ethiek Neurobiologie, boeddhisme en ethiek Wat heb je nodig om ethisch te handelen? De geschiedenis van de Westerse filosofie kent op deze vraag vele antwoorden: morele principes, voorbeeldige

Nadere informatie

Pinksteren 2015 -- oogst van de vruchten. Bij Exodus 20 : 1 20 - Handelingen 2 : 1-11

Pinksteren 2015 -- oogst van de vruchten. Bij Exodus 20 : 1 20 - Handelingen 2 : 1-11 Pinksteren 2015 -- oogst van de vruchten Bij Exodus 20 : 1 20 - Handelingen 2 : 1-11 Als wij Pinksteren vieren, dan vieren we toch ook dat de boodschap van Gods liefde wereldwijd rondgaat. Dat we in het

Nadere informatie

Latijn: iets voor jou?

Latijn: iets voor jou? : n j i t a L r o o v s iet jou? De Romeinen en wij Waar komen onze letters vandaan? Hoe komen we aan de namen van de maanden? De antwoorden op vele van deze vragen vind je vaak in het verleden bij de

Nadere informatie

filosofie vwo 2016-II

filosofie vwo 2016-II Opgave 2 Theoriegeladenheid van de waarneming 5 maximumscore 3 Een goed antwoord bevat een uitleg met de afbeelding van het eend-konijn van: Kuhns Aristoteles-ervaring: plotselinge perspectiefverandering

Nadere informatie