BURGERRECHTELIJKE EN FISCALE ASPECTEN VAN MAATSCHAP EN STICHTING ALS VEHIKEL IN DE FAMILIALE VERMOGENSPLANNING

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "BURGERRECHTELIJKE EN FISCALE ASPECTEN VAN MAATSCHAP EN STICHTING ALS VEHIKEL IN DE FAMILIALE VERMOGENSPLANNING"

Transcriptie

1 UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR BURGERRECHTELIJKE EN FISCALE ASPECTEN VAN MAATSCHAP EN STICHTING ALS VEHIKEL IN DE FAMILIALE VERMOGENSPLANNING Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master of Science in de Handelswetenschappen Alexander D havé onder leiding van Mevr. Sarah Van Bree

2 Vertrouwelijkheidsclausule Vertrouwelijkheidsclausule PERMISSION Ondergetekende verklaart dat de inhoud van deze masterproef mag geraadpleegd en/of gereproduceerd worden, mits bronvermelding. Alexander D havé I

3 Woord vooraf Woord vooraf Geachte lezer, Voor u ligt de masterproef die het finaal werkstuk vormt van mijn opleiding Master in de Handelswetenschappen, optie Accountancy en Fiscaliteit, aan de Faculteit Economie en Bedrijfskunde van de Universiteit Gent. Bij het schrijven van deze masterproef heb ik getracht om de relevante rechtsleer zo accuraat mogelijk weer te geven in het voetnotenapparaat. Het was geenszins de bedoeling om een encyclopedische benadering te bekomen, doch om alle tegenstellingen en verschillende standpunten weer te geven. Dit finaal werk probeert een afspiegeling te zijn van een goed theoretisch onderbouwd kader met verwijzingen naar de praktische aanwendingsmodaliteiten van de maatschap en de private stichting in de vermogensplanning. Graag had ik bij de aanvang van deze masterproef enkele mensen bedankt. Meer in het bijzonder gaat een woord van dank uit naar mijn promotor, mevrouw SARAH VAN BREE, voor de goede opvolging en ondersteuning. Daarnaast had ik ook graag de heer JAN DERMAUX (Director Tax & Legal) van kantoor Vandelanotte bedankt voor het uitgebreid beantwoorden van mijn vragen. Ten slotte gaat ook een bijzonder woord van dank uit naar LOUISE BERRIER. Naast de nuttige hulp bij de redactie van dit werk zorgde zij voor een omvangrijke meerwaarde door het verstrekken van haar kritische visie op de inhoud. Alexander D havé II

4 Inhoudsopgave Inhoudsopgave VERTROUWELIJKHEIDSCLAUSULE... I WOORD VOORAF... II INHOUDSOPGAVE... III LIJST MET GEBRUIKTE AFKORTINGEN... VII INLEIDING... 1 DEEL I: DE MAATSCHAP ALS VEHIKEL IN DE FAMILIALE VERMOGENSPLANNING... 2 HOOFDSTUK 1: INLEIDING... 2 HOOFDSTUK 2: DEFINITIE EN WETTELIJK KADER... 4 HOOFDSTUK 3: KENMERKEN... 6 Afdeling 1: Het intuïtu personae-karakter... 6 Afdeling 2: Het maatschapsvermogen als doelgebonden onverdeeldheid... 6 Afdeling 3: Gebrek aan rechtspersoonlijkheid... 9 HOOFDSTUK 4: OPRICHTING Afdeling 1: Formele geldigheidsvereisten Afdeling 2: Materiële geldigheidsvereisten Meerhoofdigheid Inbreng Winstoogmerk Winstverdeling Affectio societatis Afdeling 3: Burgerlijk doel Afdeling 4: Maatschappelijke zetel en benaming Afdeling 5: Toepassing HOOFDSTUK 5: BESTUUR EN VERTEGENWOORDIGING Afdeling 1: De zaakvoerder Algemeen Soorten zaakvoerders en aanstelling Afzetting en ontslag Afdeling 2: Bestuurs- en vertegenwoordigingsbevoegdheid Afdeling 3: Algemene vergadering Afdeling 4: Toepassing HOOFDSTUK 6: AANSPRAKELIJKHEID Afdeling 1: Aansprakelijkheid van de vennoten Schuldeisers van de vennootschap III

5 Inhoudsopgave 2 Persoonlijke schuldeisers Afdeling 2: Aansprakelijkheid van de zaakvoerder Interne aansprakelijkheid ten aanzien van de vennoten Externe aansprakelijkheid ten aanzien van derden HOOFDSTUK 7: AANDELEN Afdeling 1: Begrip Afdeling 2: Omvang Afdeling 3: Disproportionele toebedeling van de aandelen als planningstechniek HOOFDSTUK 8: ONTBINDING Afdeling 1: Nietigheid van de maatschapsovereenkomst Afdeling 2: Ontbinding van rechtswege Verstrijken van de duur Eenhoofdigheid Overlijden of onbekwaamverklaring van een vennoot Afdeling 3: Gerechtelijke ontbinding Afdeling 4: Conventionele ontbinding en ontbinding door opzegging Afdeling 5: Enkele andere ontbindingsgronden Afdeling 6: Vereffening en scheidingsaandeel HOOFDSTUK 9: CONTINUÏTEITSCLAUSULES Afdeling 1: Verhouding continuïteitsclausule verboden erfovereenkomst Verblijvingbeding Voortzettingbeding Beding van aanwas HOOFDSTUK 10: BURGERLIJKE MAATSCHAP EN SCHENKING: HET PERFECTE HUWELIJK Afdeling 1: Meerwaarde maatschap Afdeling 2: Schenking als planningstechniek Aan de oprichting voorafgaande schenking Schenking na de oprichting Afdeling 3: Toepassing HOOFDSTUK 11: FISCAALRECHTELIJKE ASPECTEN VAN DE MAATSCHAP Afdeling 1: De boekhouding Afdeling 2: De oprichting fiscaalrechtelijk Registratierechten Inkomstenbelastingen Afdeling 3: De werking fiscaalrechtelijk Inkomstenbelastingen Registratierechten Afdeling 4: De ontbinding fiscaalrechtelijk Registratierechten IV

6 Inhoudsopgave DEEL II: DE PRIVATE STICHTING ALS VEHIKEL IN DE FAMILIALE VERMOGENSPLANNING HOOFDSTUK 1: INLEIDING HOOFDSTUK 2: DEFINITIE EN WETTELIJK KADER HOOFDSTUK 3: KENMERKEN Afdeling 1: Omschrijving van artikel 27 V&S-Wet Afdeling 2: Onderscheid met vereniging zonder winstoogmerk Afdeling 3: Onderscheid met stichting van openbaar nut HOOFDSTUK 4: WETTELIJKE SPECIALITEIT Afdeling 1: Omschrijving Afdeling 2: Belangeloos doel Afdeling 2: Uitkeringsverbod Afdeling 3: Mogelijkheden tot aanwending in de familiale vermogensplanning HOOFDSTUK 5: OPRICHTING Afdeling 1: Rechtshandeling van één of meer personen Afdeling 2: Authentieke akte Afdeling 3: Het verwerven van rechtspersoonlijkheid Afdeling 4: Statutaire specialiteit Afdeling 5: Maatschappelijke zetel en benaming Afdeling 6: Toepassing Private stichting voor de zorg van een gehandicapt kind HOOFDSTUK 6: VORMING VAN HET DOELVERMOGEN Afdeling 1: Vermogen bij de oprichting Afdeling 2: Vereiste van minimumvermogen Afdeling 3: De inbreng Aard en modaliteiten van de inbreng Juridische kwalificatie van de inbrenghandeling Verhouding inbreng reservataire erfgenamen Afdeling 4: Toepassing Private stichting voor de zorg van een gehandicapt kind HOOFDSTUK 7: INTERNE ORGANISATIE Afdeling 1: Raad van bestuur Collegiaal orgaan Bestuurs- en vertegenwoordigingsbevoegdheid Benoeming en ontslag Duur van het mandaat en opvolging Belangenconflict Vergoeding Afdeling 2: Dagelijks bestuur Facultatief orgaan Bevoegdheid en vertegenwoordiging V

7 Inhoudsopgave Afdeling 3: Orgaan van vertegenwoordiging Afdeling 4: Andere organen Afdeling 5: Aansprakelijkheid van bestuurders en dagelijks bestuurders Aansprakelijkheid ten aanzien van de stichting Aansprakelijkheid ten aanzien van de medecontractant van de stichting en ten aanzien van derden Afdeling 6: Statutenwijziging Afdeling 6: Toepassing Private stichting voor de zorg van een gehandicapt kind HOOFDSTUK 8: ONTBINDING Afdeling 1: Verplichte rechterlijke tussenkomst Afdeling 2: Belangeloze bestemming van het liquidatiesaldo en terugnamerecht Afdeling 3: Toepassing Private stichting voor de zorg van een gehandicapt kind HOOFDSTUK 9: FISCAALRECHTELIJKE ASPECTEN VAN DE PRIVATE STICHTING Afdeling 1: Oprichting van een private stichting Afdeling 2: Vermogensaffectatie Schenking Legaat Inbreng om niet Inbreng onder bezwarende titel Afdeling 3: Bestaan en werking van de private stichting Rechtspersonenbelasting of vennootschapsbelasting BTW Taks tot vergoeding van de successierechten Uitkeringen door de stichting Afdeling 4: Ontbinding van de private stichting met recht van terugname Afdeling 5: Toepassing Private stichting voor de zorg van een handicapt kind HOOFDSTUK 10: AANWENDING VAN DE STICHTING ALS ADMINISTRATIEKANTOOR Afdeling 1: Uitgangshypothese overdracht aandelen van familiebedrijf Afdeling 2: Certificatie van aandelen basisbegrippen en werking Afdeling 3: Concentratie van de macht, gelijke verdeling van financiële belangen Continuïteit van het bestuur aanwendingsopportuniteit private stichting Overdracht gecertificeerde aandelen en certificaten Decertificering of royering Afdeling 4: Specifieke fiscale gevolgen bij de aanwending als administratiekantoor Overdracht van de aandelen Rechtspersonenbelasting of vennootschapsbelasting Fiscale transparantie Taks tot vergoeding van de successierechten Gunstige regeling inzake schenking en vererving van certificaten Afdeling 5: Verhouding met erfrechtelijke reserve Afdeling 6: België versus Nederland VI

8 Inhoudsopgave ALGEMEEN BESLUIT LIJST VAN DE GERAADPLEEGDE WERKEN... VIII DE MAATSCHAP... VIII Wetgeving... VIII Rechtspraak... VIII Rechtsleer... IX DE STICHTING... XIV Wetgeving... XIV Rechtspraak... XV Rechtsleer... XV VII

9 Lijst met gebruikte afkortingen Lijst met gebruikte afkortingen BTW Bvba BW CBN Belasting over de Toegevoegde Waarde Besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Burgerlijk Wetboek Commissie van Boekhoudkundige Normen CommIB Commentaar op het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992 Cvba DVB Faill.W. Ger.W. KB OM V&S-Wet Vzw WAO WBTW Coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Dienst voorafgaande beslissingen in fiscale zaken Faillissementswet Gerechtelijk Wetboek Koninklijk besluit Openbaar Ministerie Wet van 2 mei 2002 betreffende de vereniging zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen en de stichtingen Vereniging zonder winstoogmerk Wet betreffende de Arbeidsovereenkomsten Wetboek van de Belasting over de Toegevoegde Waarde WIB Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992 W.Succ. W.Venn. Wetboek der Successierechten Wetboek van Vennootschappen VII

10 Inleiding Inleiding 1. Familiale vermogensplanning is een brandend actueel onderwerp. De wetgeving wordt steeds complexer en onverzichterlijker, denk hierbij bijvoorbeeld aan de regionalisering van de fiscaliteit. Vermogende families wensen hun vermogen zo te organiseren dat zij de overdracht ervan naar de volgende generatie op een fiscaalvriendelijke manier kunnen laten gebeuren zonder dat zij de controle erover verliezen. Hiervoor doen zij veelal beroep op een vehikel dat rechtszekerheid en bijgevolg gemoedsrust met zich meebrengt. Een dusdanige planning kan zowel bij leven als bij overlijden effect sorteren. 2. Waar het doel van de maatschap er meestal in bestaat om roerende goederen, zoals een beleggingsportefeuille, over te dragen naar de volgende generatie mits behoud van de controle tijdens het leven, wordt een stichting vaak aangewend als administratiekantoor. In deze bijdrage wordt betracht na te gaan in welke mate het interessant is om te kiezen voor een burgerlijke maatschap dan wel een private stichting. 3. In het eerste deel wordt de burgerlijke maatschap besproken. Het vehikel wordt gedefinieerd en het toepasselijk wettelijk kader wordt onder de loep genomen. Ook wordt nagegaan welke kenmerken de maatschap typeren. Vervolgens komen de relevante vennootschapsrechtelijke aspecten aan bod zoals formele en materiële geldigheidsvereisten bij de oprichting, bestuur en vertegenwoordiging, alsook de ontbinding wordt uitgebreid besproken. Evenwel wordt er uiteengezet in welke mate de vennoten en de zaakvoerder gehouden zijn jegens elkaar en jegens derden. Gelet op het praktisch belang wordt er een hoofdstuk gewijd aan de aandelen van de maatschap. Men kan hier immers een planning mee opzetten door de techniek van de disproportionele toebedeling. Daarnaast wordt besproken welke meerwaarde een maatschap heeft ten aanzien van een schenking met modaliteiten. Ten slotte worden de fiscaalrechtelijke aspecten uitgediept, zowel bij de oprichting als bij de werking en ontbinding. 4. Het tweede deel wordt de stichting behandeld. Essentiële begrippen zoals de wettelijke en statutaire specialiteit worden van naderbij bekeken. In deze context wordt dieper ingegaan op wat de wetgever precies bedoelt met belangeloos doel. De uitlegging van deze notie zal de stichting immers maken of kraken als planningsvehikel. Daarnaast wordt er in het bijzonder stilgestaan bij het vermogen van de stichting, haar bestuur en haar ontbinding. Net zoals bij de maatschap wordt als laatste ook nagegaan wat de fiscale gevolgen van dit alles zijn. 1

11 Deel I Hoofdstuk 1: Inleiding DEEL I: DE MAATSCHAP ALS VEHIKEL IN DE FAMILIALE VERMOGENSPLANNING Hoofdstuk 1: Inleiding 5. In de familiale vermogensplanning is de burgerlijke maatschap een vaak aangewende controlestructuur. Vermogende families zijn op zoek naar een vehikel dat toelaat om hun vermogen zodanig te structureren dat de overgang naar de volgende generatie zo gunstig mogelijk kan gebeuren op fiscaal vlak. Niettegenstaande het voorgaande wensen zij vaak een zo absoluut mogelijke controle te blijven uitoefenen over dit vermogen. Bijkomend maar niet onbelangrijk is het kostenplaatje en de discretie van deze controlestructuur. Het is immers niet de bedoeling dat een substantieel deel van het vermogen naar bijkomende overdreven onderhoudskosten gaat. Daarnaast wordt er veelal naar een uiterst discreet vehikel gezocht. Om privacyredenen verkiezen sommige families vaak voor een gelijkaardige buitenlandse rechtsfiguur. De centrale vraag is of de maatschap aan deze vereisten kan tegemoetkomen. 6. Het eerste deel van deze masterproef gaat na of de maatschap kan fungeren als een solide instrument in de familiale vermogensplanning. Zowel de burger- en vennootschapsrechtelijke aspecten als de fiscale implicaties komen aan bod. 7. Om bepaalde aandachtspunten bij de aanwending van de maatschap als planningsinstrument praktisch toe te lichten, wordt gebruik gemaakt van een uitgangshypothese in de vorm van een casus. Het is niet de intentie om een volledig overzicht te geven van alle specifieke juridische vragen en problemen, doch ligt het in de ambitie van deze praktische aanwending om bepaalde cruciale aandachtspunten toepassingsgericht weer te geven. 8. Jasper en Murielle, respectievelijk 45 en 50 jaar oud, zijn gehuwd onder het wettelijk stelsel, bij gebreke aan een huwelijkscontract. Zij hebben één kind: Maarten (17 jaar oud). Maarten is een goede student en zit in zijn laatste jaar Economie-Wiskunde. Jasper is geïnteresseerd in de beurs. Hij krijgt iedere dinsdag De Belegger in zijn brievenbus en leest dit magazine met volle aandacht. Dit laat hem geen windeieren na. Door de jaren heen heeft hij een aanzienlijke portefeuille kunnen opbouwen. De waarde bedraagt Dit behoort tot het gemeenschappelijk vermogen van het echtpaar. Jasper en Murielle beseffen dat 2

12 Deel I Hoofdstuk 1: Inleiding in geval van hun overlijden de successierechten, die hun kind zal dienen te betalen, substantieel zullen zijn. Deze substantiële successierechten kunnen vermeden worden door (een deel van) het vermogen reeds te schenken. De nalatenschap waarop de successierechten berekend worden, zal immers veel kleiner zijn. Het echtpaar is bereid om te schenken maar zij willen volledige controle behouden over het beheer van de effectenportefeuille. Ook wensen zij de vruchten ervan te dragen teneinde zichzelf te voorzien in levensonderhoud. Indien de omstandigheden het toelaten, wensen ze tevens om de drie jaar een cruise naar de Bahamas te maken. 3

13 Deel I Hoofdstuk 2: Definitie en wettelijk kader Hoofdstuk 2: Definitie en wettelijk kader 9. De maatschap is slechts beperkt geregeld door de wet en bovendien zijn de bestaande wettelijke bepalingen voor het grootste deel suppletief van aard. Dit impliceert dat een afwijkende regeling in de statuten mogelijk is. Zo kan de structuur aangepast worden aan de specifieke vereisten van de partijen. 1 Wanneer van deze wettelijke bepalingen niet statutair wordt afgeweken, vigeert het gemeen recht Vandaag vindt de burgerlijke maatschap haar juridische grondslag in het Wetboek van Vennootschappen. 3 Voor de invoering van dit wetboek 4 werd de regeling van de vroegere maatschap als burgerlijke vennootschap opgenomen in de artikelen BW. 5 Aangezien de vroegere burgerlijke vennootschap ook een commercieel doel kon hebben, was de mogelijkheid tot verwarring niet veraf. Zo koos de vennootschapswetgever er voor om de nieuwe benaming maatschap over te nemen uit het Nederlandse recht. 6 Dit is dan ook de verklaring voor het feit dat in de rechtsleer daterend van vóór de invoering van het Wetboek van Vennootschappen, over de burgerlijke vennootschap wordt gesproken in plaats van over de maatschap. 11. Artikel 46 W.Venn. definieert de maatschap als volgt: De maatschap is een vennootschap met een burgerlijk of handelsdoel die geen rechtspersoonlijkheid bezit. Verder hanteert het wetboek de volgende begripsomschrijving: Een vennootschap wordt opgericht door een contract op grond waarvan twee of meer personen overeenkomen iets in gemeenschap te brengen met als doel één of meer nauwkeurig omschreven activiteiten uit te oefenen en met het oogmerk aan de vennoten een rechtstreeks of onrechtstreeks voordeel te bezorgen. 7 Deze begripsbepaling vormt dan ook het gemeen recht voor alle vennootschapstypes. 8 1 D. ANECA, J. DEMAN en W. BLONDE, De burgerlijke vennootschap: een thuishaven voor uw vermogen, Mechelen, Kluwer, 2003, 11; M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, 265; D. DE MAREZ en B. KEIRSBILCK, "De maatschap als instrument van successieplanning", in Vennootschapsrecht, Brugge, die Keure, 2012, 2, nr. 2; B. SMETS en J.P. VINCKE, De maatschap. De burgerlijke vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid, Antwerpen, Standaard, 2000, M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, Wet van 7 mei 1999 houdende het Wetboek van Vennootschappen, BS 6 augustus In werking getreden op 6 februari M. DELBOO De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, 265; S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001, S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001, Art. 1 W.Venn. 8 M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, 266; S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001,

14 Deel I Hoofdstuk 2: Definitie en wettelijk kader 12. Wanneer een maatschap wordt gebruikt in de familiale vermogensplanning zal het doel in de regel burgerrechtelijk van aard zijn. Daarom spreekt men over een burgerlijke maatschap. 9 9 D. DE MAREZ en B. KEIRSBILCK, "De maatschap als instrument van successieplanning", in Vennootschapsrecht, Brugge, die Keure, 2012, 4, nr. 5. 5

15 Deel I Hoofdstuk 3: Kenmerken Hoofdstuk 3: Kenmerken 13. De burgerlijke maatschap heeft drie belangrijke kenmerken die bepaalde typische burgerrechtelijke gevolgen hebben. Deze zijn het intuïtu personae-karakter, de doelgebonden onverdeeldheid die ontstaat bij de inbreng door de vennoten en de ontstentenis van rechtspersoonlijkheid. Afdeling 1: Het intuïtu personae-karakter 14. Het persoonsgebonden karakter van de burgerlijke maatschap houdt in dat de maatschapsovereenkomst wordt geacht te zijn afgesloten door ieder van de vennoten vanwege de identiteit van de andere vennoten. Dit wordt uitgedrukt met de term intuïtu personae. 10 Het concrete gevolg hiervan is dat derden slechts vennoot kunnen worden mits akkoord van de andere vennoten. 11 Anders gezegd zullen de aard en de hoedanigheid van de medevennoten doorslaggevende factoren zijn bij het aangaan van het samenwerkingscontract Omwille van dit persoonsgebonden karakter zijn de aandelen in beginsel niet overdraagbaar, behoudens met unanimiteit van de vennoten. De vennootschap eindigt 13 bij het overlijden, het kennelijk onvermogen of bij de onbekwaamheidsverklaring van één der vennoten. 14 Niettemin is het ten stelligste aan te raden hier statutair van af te wijken. Afdeling 2: Het maatschapsvermogen als doelgebonden onverdeeldheid 16. Artikel 46 W.Venn. bepaalt dat de burgerlijke maatschap niet beschikt over rechtspersoonlijkheid. Om die reden vormen de door de vennoten gedane inbrengen een onverdeeldheid of een propriété collective, ook maatschapsvermogen genoemd. 15 De rechtsleer is het erover eens dat het niet om een gewone zakenrechtelijke onverdeeldheid gaat maar om een doelgebonden onverdeeldheid. 16 DELBOO, DEKNUDT en NELIS spreken over een 10 M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, 269; M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, W. PINTENS, C. DECLERCK, J. DU MONGH en K. VANWINCKELEN, Familiaal vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2010, 1313, nr D. ANECA, J. DEMAN en W. BLONDE, De burgerlijke vennootschap: een thuishaven voor uw vermogen, Mechelen, Kluwer, 2003, Art. 39 W.Venn. 14 M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, 269; M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, 96; S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001, D. DE MAREZ en B. KEIRSBILCK, "De maatschap als instrument van successieplanning", in Vennootschapsrecht, Brugge, die Keure, 2012, 10, nr D. DE MAREZ en B. KEIRSBILCK, "De maatschap als instrument van successieplanning", in Vennootschapsrecht, Brugge, die Keure, 2012, 10, nr. 18. Vgl. onder meer met M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, 270; S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001, 272; A. NIJS, A. VAN ZANTBEEK en A. 6

16 Deel I Hoofdstuk 3: Kenmerken onverdeeldheid met een vennootschapsrechtelijk jasje rond. 17 Het gaat immers om een duurzame en vrijwillig georganiseerde vorm, aangegaan in het gemeenschappelijke belang van de vennoten. 18 Dit laatste overstijgende kenmerk wordt omvat onder de notie affectio societatis. 17. Wanneer de statuten geen afwijkende regeling bevatten, zijn een aantal regels met betrekking tot de gemeenrechtelijke onverdeeldheid, zoals bepaald in artikel BW, van toepassing op het maatschapsvermogen. 19 Artikel 577-2, 1 BW voorziet immers dat bij ontstentenis van overeenkomsten en bijzondere bepalingen de eigendom van een zaak die onverdeeld aan verscheidene personen toebehoort, geregeld wordt door de bepalingen in de paragrafen die volgen. Zo zou volgens een deel van de rechtsleer artikel 577-2, 2 BW uitwerking hebben op deze doelgebonden onverdeeldheid. Daarnaast zouden de artikelen 577-2, 3 BW en 577-2, 7 BW ook van toepassing zijn. 20 Artikel 577-2, 3 BW stelt dat elke mede-eigenaar deel heeft in de rechten en bijdraagt in de lasten van de eigendom naar verhouding van zijn aandeel. De wetgever bepaalt in artikel 577-2, 7 BW dat iedere mede-eigenaar bijdraagt in de nuttige uitgaven tot behoud en onderhoud, alsook in de kosten van beheer, de belastingen en andere lasten betreffende de gemeenschappelijke zaak. Deze twee paragrafen betreffen een participerend kenmerk van de zakenrechtelijke onverdeeldheid dat evenzeer van toepassing is op de burgerlijke maatschap. Iedere vennoot moet, behoudens afwijkende statutaire bepalingen, naar verhouding van zijn aandeel delen in de winst en bijdragen in de verliezen en lasten. 21 In deze context dient steeds rekening te worden gehouden met het verbod op het zogenaamd leonijns beding. VERBEKE, "Statuten van een Burgerlijke Maatschap, TEP 2006, 34, nr. 30; J. VANOVERBEKE, De familiale burgerlijke vennootschap Een instrument voor successieplanning, TFR 2000, M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, 270; M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, 96; M. DELBOO en S. NELIS, Burgerlijke maatschap en administratiekantoor: controlevehikels bij uitstek in een klassieke successieplanning, in Fiscaal Praktijkboek Indirecte belastingen, Kluwer, Mechelen, 2009, M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, 270; M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, 96; S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001, 272; J. VANOVERBEKE, De familiale burgerlijke vennootschap Een instrument voor successieplanning, TFR 2000, A. NIJS, A. VAN ZANTBEEK en A. VERBEKE, "Statuten van een Burgerlijke Maatschap, TEP 2006, 34, nr. 30; J. VANOVERBEKE, De familiale burgerlijke vennootschap Een instrument voor successieplanning, TFR 2000, D. DE MAREZ en B. KEIRSBILCK, "De maatschap als instrument van successieplanning", in Vennootschapsrecht, Brugge, die Keure, 2012, 10, nr. 18 en de verwijzingen aldaar. 21 J. VANOVERBEKE, De familiale burgerlijke vennootschap Een instrument voor successieplanning, TFR 2000,

17 Deel I Hoofdstuk 3: Kenmerken 18. Zoals reeds vermeld zijn slechts een aantal regels van de gemeenrechtelijke onverdeeldheid van toepassing op de doelgebonden onverdeeldheid die het maatschapsvermogen uitmaakt. De bepalingen die geen toepassing vinden, zijn namelijk strijdig met de essentiële kenmerken van een vennootschapsovereenkomst waarbij het gemeenschappelijke belang primeert boven het individuele belang van de vennoten. 22 In die zin gelden enerzijds de artikelen 577-2, 8 BW, 815 BW en 1561 Ger.W. en anderzijds artikel 577-2, 4 BW niet voor de onverdeeldheid van de burgerlijke maatschap. 23 De rechtsleer 24 is het er over eens dat artikel 577-2, 8 juncto artikel 815 BW niet zomaar kan doorgetrokken worden naar de doelgebonden onverdeeldheid van de burgerlijke maatschap. Bij het aangaan van een vennootschapsovereenkomst hebben partijen voor ogen een vermogensbestanddeel voor een langere termijn in te brengen. Deze duurzaamheid als hoger doel is echter niet verenigbaar met het feit dat elke deelgenoot eenvoudigweg te allen tijde de uit onverdeeldheidtreding zou kunnen eisen. Artikel 577-2, 8 BW schrijft voor dat de verdeling van de gemeenschappelijke zaak 25 onderworpen is aan de regels die gelden voor erfenissen. Er wordt verwezen naar artikel 815 BW. Dit artikel bepaalt dat in beginsel niemand kan genoodzaakt worden om in onverdeeldheid te blijven. De verdeling kan te allen tijde gevorderd worden behoudens hiermee strijdige verbodsbepaling of overeenkomst. De tweede paragraaf van hetzelfde artikel zorgt niettemin voor enige mildering. Het schept de mogelijkheid een overeenkomst te sluiten die de verdeling voor een bepaalde tijd uitstelt. Een dusdanige overeenkomst mag evenwel niet langer dan vijf jaar bindend zijn. Er is wel een mogelijkheid tot hernieuwing. Zowel de mogelijkheid om uit onverdeeldheid te treden (artikel 815, lid 1 BW) als het sluiten van een pactum van onverdeeldheid voor maximum vijf jaar (artikel 815, lid 2 BW) zijn niet van toepassing op de burgerlijke maatschap. De wetgever legt nergens een beperkte duur op voor de maatschap maar bepaalt expliciet dat deze pas eindigt na het verstrijken van de duur 22 M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, D. DE MAREZ en B. KEIRSBILCK, "De maatschap als instrument van successieplanning", in Vennootschapsrecht, Brugge, die Keure, 2012, 10, nr M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, 270; S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001, 273; J. VANANROYE, Technieken van vermogensafscheiding, vermogensovergang en vermogensvereffening in het burgerlijk- en ondernemingsrecht in JAN RONSE INSTITUUT (ed.), Onverdeelde boedel en rechtspersoon in Vennootschaps- en Financieel Recht, Kalmthout, Biblio, 2014, , nr ; J. VANOVERBEKE, De familiale burgerlijke vennootschap Een instrument voor successieplanning, TFR 2000, Vgl. ook met W. PINTENS, C. DECLERCK, J. DU MONGH en K. VANWINCKELEN, Familiaal vermogensrecht, Antwerpen, Intersentia, 2010, , nr Hiermee wordt het einde van de zakenrechtelijke onverdeeldheid bedoeld: De onverdeeldheid wordt als het ware verdeeld onder de mede-eigenaars. 8

18 Deel I Hoofdstuk 3: Kenmerken waarvoor ze is aangegaan, ook al bedraagt deze langer dan vijf jaar. 26 In de eerder uitzonderlijke situatie waarin de maatschap werd opgericht voor een onbepaalde duur, zal deze in principe slechts eindigen bij de opzegging ervan. 27 In het kader van successieplanning zal de duur veelal gekoppeld worden aan de het overlijden van de schenker. 28 Afdeling 3: Gebrek aan rechtspersoonlijkheid 19. Zoals aangegeven heeft de burgerlijke maatschap geen rechtspersoonlijkheid. Zij kan als dusdanig geen rechten en plichten verwerven, bezitten of afdwingen omdat zij geen afzonderlijke juridische entiteit is. 29 De oprichtingsovereenkomst zal steeds in hoofde van de vennoten tot stand komen. Bijgevolg zijn zij drager van rechten en plichten ten aanzien van het ingebrachte maatschapsvermogen. De burgerlijke maatschap kan dan ook niet als dusdanig optreden in het kader van een procedure. 30 Zo zal een derde die de maten van de burgerlijke maatschap wenst te dagvaarden in principe verplicht zijn om hen allen afzonderlijk te dagvaarden en dus niet de burgerlijke maatschap op zich, tenzij hij er in slaagt het bestaan van een mandaat vanwege de gezamenlijke maten aan één van hen te achterhalen De mogelijkheid bestaat dat de verschillende maten aan elkaar of aan één van hen een volmacht verlenen om vorderingen te stellen namens hen. Doorgaans wordt een dusdanige volmacht verleend aan de zaakvoerder. Hierbij dient wel rekening gehouden te worden met het adagium Nul ne plaide par procureur, wat betekent dat een anonieme vordering niet mogelijk is. De namen van de lastgevers moeten bekend gemaakt worden. De vertegenwoordiger treedt immers op in naam van de maten-lastgevers en niet in naam van de maatschap als zodanig De activa van de maatschap maken deel uit van het vermogen van de maten zelf, net zoals zij met hun persoonlijk vermogen instaan voor het passief van de vennootschap. 33 Sinds kort 26 S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001, M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, D. ANECA, J. DEMAN en W. BLONDE, De burgerlijke vennootschap: een thuishaven voor uw vermogen, Mechelen, Kluwer, 2003, 12; M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, 140; A. VAN ZANTBEEK en S. SLAETS, Keuze voor een vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid in A. VERBEKE en D. VAN GERVEN (eds.), Handboek estate planning Vermogensplanning met Effect bij Leven: Rechtspersoon, Brussel, Larcier, 2009, 200, nr M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, D. ANECA, J. DEMAN en W. BLONDE, De burgerlijke vennootschap: een thuishaven voor uw vermogen, Mechelen, Kluwer, 2003, 12. 9

19 Deel I Hoofdstuk 3: Kenmerken wordt in de rechtsleer 34 veel aandacht besteed aan het statuut van het maatschapsvermogen. 35 Vroeger werd integraal aangenomen dat de maatschap niet over een eigen afgescheiden vermogen beschikte. 36 Een strekking in de recente rechtsleer nuanceert dit laatste. 37 Gelet op het doelgebonden karakter van het maatschapsvermogen, zou de ontstentenis van rechtspersoonlijkheid niet wegnemen dat de maatschap toch over een soort afgescheiden vermogen beschikt. 34 Zie bijvoorbeeld J. VANANROYE, Technieken van vermogensafscheiding, vermogensovergang en vermogensvereffening in het burgerlijk en ondernemingsrecht in JAN RONSE INSTITUUT (ed.), Onverdeelde boedel en rechtspersoon in Vennootschaps- en Financieel Recht, Kalmthout, Biblio, 2014, 411 p; J. VANANROYE, Slingerende toerekening: de zakelijke rechten van een maatschap, TRV 2014, D. DE MAREZ en B. KEIRSBILCK, "De maatschap als instrument van successieplanning", in Vennootschapsrecht, Brugge, die Keure, 2012, 11-12, nr D. ANECA, J. DEMAN en W. BLONDE, De burgerlijke vennootschap: een thuishaven voor uw vermogen, Mechelen, Kluwer, 2003, Zie bijvoorbeeld ook: A. VAN ZANTBEEK en S. SLAETS, Keuze voor een vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid in A. VERBEKE en D. VAN GERVEN (eds.), Handboek estate planning Vermogensplanning met Effect bij Leven: Rechtspersoon, Brussel, Larcier, 2009, 200, nr Zie bijvoorbeeld J. VANANROYE, Technieken van vermogensafscheiding, vermogensovergang en vermogensvereffening in het burgerlijk en ondernemingsrecht in JAN RONSE INSTITUUT (ed.), Onverdeelde boedel en rechtspersoon in Vennootschaps- en Financieel Recht, Kalmthout, Biblio, 2014, 411 p; J. VANANROYE, Slingerende toerekening: de zakelijke rechten van een maatschap, TRV 2014,

20 Deel I Hoofdstuk 4: Oprichting Hoofdstuk 4: Oprichting Afdeling 1: Formele geldigheidsvereisten 22. De burgerlijke maatschap is een consensueel contract dat zijn oorsprong vindt in het loutere akkoord tussen de oprichters. Anders gezegd kan een maatschap opgericht worden enkel op basis van een wilsovereenstemming tussen de oprichtende partijen, zonder naleving van enige vormvereiste. 38 Om die reden kan een burgerlijke maatschap bestaan zonder dat de partijen zich daarvan rekenschap geven. Van het moment dat in hoofde van deze partijen een affectio societatis (zie infra) kan vastgesteld worden, kunnen de door hen bedongen afspraken als vennootschapscontract kwalificeren. 39 Dit heeft ook tot gevolg dat de potentiële akte van oprichting niet hoeft verleden te worden voor een notaris. Wanneer een in België gelegen onroerend goed wordt ingebracht is dit echter wel het geval. 40 Omwille van het bovenstaande is zelfs een mondelinge overeenkomst voldoende, een geschreven onderhands contract is dus niet noodzakelijk. Toch is een (onderhandse) akte, overeenkomstig artikel 1325 BW, aangewezen met het oog op de bewijsvoering. Een geschrift is, conform artikelen 49 W.Venn. juncto artikel 1341 BW, vereist voor het bewijs van het bestaan van de burgerlijke maatschap als de waarde van de akte hoger ligt dan 375 euro. 41 Vermits de maatschap ingevolge artikel 46 W.Venn. niet over rechtspersoonlijkheid beschikt, is dit bewijs van primordiaal belang. Derden kunnen het contract bewijzen met alle middelen van recht Aangezien er geen openbaarmakingsverplichtingen met betrekking tot de vennootschapsovereenkomst of een latere wijzing ervan gelden, fungeert de burgerlijke maatschap als een zeer discreet controlevehikel binnen de familiale vermogensplanning. Evenmin dient er een jaarrekening te worden opgesteld. De enige verplichting tot registratie die 38 D. DE MAREZ en B. KEIRSBILCK, "De maatschap als instrument van successieplanning", in Vennootschapsrecht, Brugge, die Keure, 2012, 8, nr. 13; S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001, 271; B. SMETS en J.P. VINCKE, De maatschap. De burgerlijke vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid, Antwerpen, Standaard, 2000, M. MOREAU en J. VANOVERBEKE, De burgerlijke vennootschap. De oplossing voor familiale vermogensplanning, Diegem, Ced. Samsom, 1997, D. ANECA, J. DEMAN en W. BLONDE, De burgerlijke vennootschap: een thuishaven voor uw vermogen, Mechelen, Kluwer, 2003, 18; M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, 97; M. MOREAU en J. VANOVERBEKE, De burgerlijke vennootschap. De oplossing voor familiale vermogensplanning, Diegem, Ced. Samsom, 1997, D. DE MAREZ en B. KEIRSBILCK, "De maatschap als instrument van successieplanning", in Vennootschapsrecht, Brugge, die Keure, 2012, 8, nr. 13; M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, 271; B. SMETS en J.P. VINCKE, De maatschap. De burgerlijke vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid, Antwerpen, Standaard, 2000, S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001,

21 Deel I Hoofdstuk 4: Oprichting de maatschap kent, bestaat uit de inbreng van een onroerend goed. (zie infra) Dit heeft naast de zeer hoge mate van discretie eveneens een kostenbesparend effect tot gevolg. Ook de fiscale transparantie (zie infra) die gepaard gaat met de burgerlijke maatschap draagt bij tot het vertrouwelijk karakter van deze vennootschapsvorm. 43 Daarnaast wordt er in heel wat statuten een uitdrukkelijke discretieverplichting tussen de vennoten opgenomen. 44 Afdeling 2: Materiële geldigheidsvereisten 24. Gelet op het feit dat de burgerlijke maatschap een contract is, moet er voldaan worden aan de algemene geldigheidsvereisten 45 uit het verbintenissenrecht, met name een geldige wilsovereenstemming, bekwaamheid, voorwerp en oorzaak. 25. Bovendien is het merendeel van de rechtsleer 46 het eens dat, behoudens uitzonderingen, aan vier vennootschapsrechtelijke voorwaarden moet voldaan worden om te kunnen spreken van een valabele vennootschapsovereenkomst. Deze zijn meerhoofdigheid, inbreng, winstoogmerk en winstverdeling. Naast deze vier kenmerken die voortvloeien uit artikel 1 W.Venn. wordt ook de affectio societatis besproken. Samen vormen zij de vijf geldigheidsvereisten waaraan een maatschap dient te voldoen. 1 Meerhoofdigheid 26. De maatschap vereist minstens twee contractanten, wat de meerhoofdigheid van dit samenwerkingsverband inhoudt. De pluraliteitsvereiste van dit contract is een kenmerk van openbare orde en is fundamenteel voor het bestaan en voortbestaan van de vennootschap. 47 Wanneer de maatschap in een situatie van eenhoofdigheid terecht komt, heeft dit de ontbinding van rechtswege tot gevolg. 48 Een voorzettings- of verblijvingsbeding kan een oplossing bieden om het eenhoofdig worden en kan derhalve de ontbinding van rechtswege voorkomen. 27. Op grond van de letterlijke interpretatie van het begrip eenhoofdigheid, is een maatschap eenhoofdig wanneer één persoon het eigendomsrecht bezit van alle aandelen. Volgens DELBOO, DEKNUDT en NELIS mag de eenhoofdigheid van een maatschap niet al te letterlijk 43 M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, Art BW. 46 D. DE MAREZ en B. KEIRSBILCK, "De maatschap als instrument van successieplanning", in Vennootschapsrecht, Brugge, die Keure, 2012, 8, nr. 6 met verwijzing aldaar. 47 M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, 268; S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001, M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, 268; S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001, 268; M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010,

22 Deel I Hoofdstuk 4: Oprichting worden opgenomen. 49 Ook bij meerdere hoofden, kan er volgens deze auteurs sprake zijn van eenhoofdigheid. Gelet op het belang voor de praktijk, wordt hierna dieper op ingegaan. 28. In beginsel beschikt een vennoot over zowel lidmaatschapsrechten als vermogensrechten die verbonden zijn aan een aandeel. Aldus voorgaande auteurs stelt zich een probleem in het geval de rechten van een aandeel verdeeld zijn over meerdere personen. Dit is bijvoorbeeld zo bij een opsplitsing van de delen in vruchtgebruik en blote eigendom onder verschillende personen. Het vruchtgebruik, dat recht geeft op het ontvangen van dividenden en winsten, is een vermogensrecht en niet louter een lidmaatschapsrecht. 50 Bijgevolg stelt zich geen probleem in het kader van eenhoofdigheid bij het opdelen van de rechten over de aandelen tussen meerdere naakte eigenaars en vruchtgebruikers aangezien niet alle vermogensrechten in het bezit van eenzelfde persoon zijn. In de situatie waarbij slechts één persoon het vruchtgebruik heeft over alle aandelen en één andere persoon de naakte eigendom over alle aandelen zou de maatschap kunnen beschouwd worden als eenhoofdig. De naakte eigenaar en de vruchtgebruiker hebben immers samen de rechten die één volle eigenaar zou hebben. In dezelfde context zouden er zich ook problemen voordoen in een situatie met één blote eigenaar en meerdere vruchtgebruikers. Zij voeren per slot van rekening allen samen de rechten uit van één volle eigenaar. 51 Omwille van het voorgaande is het aangewezen om minstens twee blote eigenaars te hebben. Zo stelt het probleem van de eenhoofdigheid zich niet. 29. Daarnaast is extra voorzichtigheid aangewezen wanneer twee echtgenoten een inbreng doen. Als een bestanddeel bestaande uit louter gemeenschappelijk vermogen ingebracht wordt, zouden de echtgenoten samen gezien kunnen worden als één inbrenger en overeenkomstig als één vennoot. 52 In dit geval kan een situatie van eenhoofdigheid ontstaan. 49 M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, ; K. VERHEYDEN, De burgerlijke maatschap bij de familiale opvolging, in Fiscaal Praktijkboek Indirechte belastingen, Kluwer, Mechelen, 2004, 166; L. WEYTS, Vennootschappen en patrimoniaal familierecht, TPR 1985, 268 e.v. 13

23 Deel I Hoofdstuk 4: Oprichting Deze hypothese doet zich mogelijk voor wanneer de ouders eerst een burgerlijke maatschap oprichten door middel van een inbreng die uitsluitend bestaat uit gemeenschappelijk vermogen en vervolgens de delen van deze maatschap schenken aan hun kinderen. Als de inbreng ook eigen goederen bevat, stelt dit probleem zich niet aangezien deze onder het exclusieve beheer van elke echtgenoot vallen. 53 Evenwel is er geen sprake van eenhoofdigheid als samen met gemeenschappelijke goederen van de echtgenoten, eveneens een inbreng wordt gedaan door een derde, bijvoorbeeld een toekomstige begiftigde Door de wet van 1 april werd een vijfde lid toegevoegd aan artikel 1401 BW waarin bepaald wordt dat de lidmaatschapsrechten verbonden aan gemeenschappelijke aandelen in vennootschappen waarin alle aandelen op naam zijn, indien die toebedeeld zijn aan of ingeschreven zijn op naam van één echtgenoot alleen, eigen zijn. 56 Ouders die een inbreng doen met gemeenschappelijke goederen zullen als afzonderlijke vennoten beschouwd worden als aan de twee voorwaarden van voorgaande bepaling is voldaan. 57 Enerzijds dienen de delen van de burgerlijke maatschap op naam te zijn, wat geen probleem vormt aangezien er geen mogelijkheid meer bestaat om toonderstukken uit te geven. Anderzijds dienen de delen van de burgerlijke maatschap toegekend te zijn aan iedere echtgenoot afzonderlijk of ingeschreven te zijn in het delenregister op naam van iedere echtgenoot apart. De stemrechten die verbonden zijn aan de aandelen dienen bijgevolg verdeeld te worden over beide echtgenoten. Anders gezegd: iedere echtgenoot oefent zijn stemrecht individueel uit. 58 De betreffende bepaling voorziet niet in een expliciete regeling van de vermogensrechten van de aandelen. Volgens MAELFAIT mag ervan uitgegaan worden dat zij onderdeel zijn van het gemeenschappelijk vermogen, ongeacht het toebehoren van de stemrechten tot het eigen vermogen. 59 DELBOO stelt dienaangaande dat de vermogensrechten van de delen dus nog perfect in het gemeenschappelijke vermogen van beide echtgenoten mogen vallen, zonder dat het risico bestaat dat de maatschap vervalt in een situatie van eenhoofdigheid M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, 268; M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, Wet 1 april 1987, BS 22 april Art. 1401, 5 lid BW. 57 M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, Ibid. Zie ook: A. MAELFAIT, Kan een maatschap de positie van de langstlevende echtgenoot versterken in het geval van stiefkinderen? in W. PINTENS en J. DU MONGH (eds.), Patrimonium 2006, Antwerpen, Intersentia, 2006, 477, nr A. MAELFAIT, Kan een maatschap de positie van de langstlevende echtgenoot versterken in het geval van stiefkinderen? in W. PINTENS en J. DU MONGH (eds.), Patrimonium 2006, Antwerpen, Intersentia, 2006, 477, nr M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003,

24 Deel I Hoofdstuk 4: Oprichting 31. Over de interpretatie van artikel 1401, lid 5 BW en over de toepassing van deze bepaling op vennootschappen zonder rechtspersoonlijkheid zoals de burgerlijke maatschap bestaat er echter geen eensgezindheid. 61 Zoals reeds aangegeven is het in deze context aan te raden om naast gemeenschapsgoederen ook een (eventueel kleine) inbreng van eigen vermogen te doen. Zo is er geen discussie mogelijk. 2 Inbreng 32. Er kan slechts sprake zijn van een burgerlijke maatschap wanneer er door de vennoten een inbreng van een vermogensbestanddeel plaatsvindt. Overeenkomstig artikel 19 W.Venn. kan een inbreng bestaan uit geld, andere goederen of nijverheid. Alles met een vermogenswaarde kan het voorwerp van de inbreng uitmaken. Zo kunnen bijvoorbeeld immateriële activa zoals een niet-concurrentieverbintenis ingebracht worden De verbintenis tot inbreng berust louter op de aanwezigheid van een wilsovereenstemming 63 en heeft bijgevolg geen zakelijk karakter. 64 Een materiële overhandiging (traditio) is dus niet nodig om de inbreng te doen ontstaan. 65 Dit betekent in concreto dat er geen onmiddellijke volstorting dient te gebeuren, wat nuttig kan zijn in het geval dat de schenker twijfelt aan de bereidwilligheid tot medewerking van de begiftigde bij de oprichting van de maatschap (zie infra) Het is geen vereiste dat de inbreng evenwaardig, proportioneel of gelijkaardig is aan de inbreng van een andere vennoot maar toch betreft zij een noodzakelijkheid om vennoot te worden van de maatschap. 67 Na de toezegging van de inbrenger om een inbreng te doen, wordt hij schuldenaar van de andere vennoten tot op het moment van de effectieve terbeschikkingstelling van het vermogensbestanddeel. 68 Afwijkend van het gemeen recht bepaalt artikel 23 W.Venn. dat de inbrenger van een geldsom van rechtswege en zonder ingebrekestelling interest is verschuldigd op die som, te rekenen van de dag dat deze betaald moest worden. 61 M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001, M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, 266; S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001, D. DE MAREZ en B. KEIRSBILCK, "De maatschap als instrument van successieplanning", in Vennootschapsrecht, Brugge, die Keure, 2012, 6, nr M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, 266; S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001, M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, 266 en M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, 268; S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001, M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, 93; S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001,

25 Deel I Hoofdstuk 4: Oprichting 35. Zowel een inbreng in eigendom als een inbreng in genot zijn uitvoerbaar. Een inbreng in genot kan bestaan uit het inbrengen van enerzijds een zakelijk recht (bv. vruchtgebruik) en anderzijds een persoonlijk genotsrecht. Bij de inbreng van een persoonlijk genotsrecht dient er extra aandacht besteed te worden aan de vergoeding van de inbrenger. Deze mag niet vast zijn. De uitkering dient immers afhankelijk te zijn van de winst of het verlies (zie infra), anders bestaat de mogelijkheid dat de inbreng als een lening of huur wordt gekwalificeerd Een inbreng in nijverheid is mogelijk onder de vorm van een toezegging door de inbrenger van een persoonlijk vorderingsrecht op zijn inkomen uit een activiteit die hij in eigen naam uitvoert. Daarnaast zou de inbrenger zijn nijverheid rechtstreeks ter beschikking kunnen stellen aan de vennootschap. In dit geval int de vennootschap rechtstreeks de inkomsten. Een combinatie van de twee methodes is ook mogelijk Wanneer de aard van de inbreng niet vastgelegd wordt in het vennootschapscontract zou er mogelijks twijfel kunnen ontstaan of de betreffende inbreng in eigendom dan wel in genot werd gedaan. Zo is het aangewezen om in de statuten te verduidelijken wat de aard van de inbreng is. 71 De wet bevat immers geen aanvullende regeling hierover. Het probleem omtrent de aard van de inbreng doet zich vooral voor bij roerende goederen. Bij een inbreng van een onroerend goed zal de notariële akte zorgen voor duidelijkheid. Wanneer er onduidelijkheid heerst, zal via feitelijke aanwijzingen moeten aangetoond worden of de inbreng in eigendom dan wel in genot plaatsvond. Het tijdelijk karakter van de vennootschap zou bijvoorbeeld kunnen aangeven dat het om een inbreng in genot gaat. 72 Het is dus aangewezen om de aard van de inbreng statutair te verduidelijken. 3 Winstoogmerk 38. Artikel 1 W.Venn. omschrijft het winstoogmerk als het oogmerk van de vennoten een rechtstreeks of onrechtstreeks vermogensvoordeel te bezorgen. Dit is een zeer ruime definiëring. Er wordt aangenomen dat een risicospreiding en het oogmerk om kosten te besparen ook kunnen kwalificeren als winstoogmerk. 73 Deze vereiste wordt echter niet altijd gerespecteerd zoals bijvoorbeeld in het arrest Malou. 74 In deze zaak ging het om een burgerlijke 69 M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, 93; S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001, S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001, M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, 93; S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001, S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001, M. DELBOO, De familiale burgerlijke maatschap, Not.Fisc.M. 2003, 266; M. DELBOO, G. DEKNUDT en S. NELIS, Vermogensplanning en burgerlijke maatschap: uw 65 antwoorden, Antwerpen, Intersentia, 2010, 92; S. DEVOS, Een maatschap is maatwerk, TRV 2001, Cass. 30 juli 1868, Pas. 1869, I.,

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN CBN-advies 2012/8 De boekhoudkundige verwerking van de inbreng in eigendom in een Belgische burgerlijke maatschap die niet de rechtsvorm heeft aangenomen van een handelsvennootschap

Nadere informatie

Inhoudstafel. De Bibliotheek Handelsrecht Larcier... Voorwoord bij de Reeks Vennootschaps- en Financieel Recht... Ten geleide... enkele cijfers...

Inhoudstafel. De Bibliotheek Handelsrecht Larcier... Voorwoord bij de Reeks Vennootschaps- en Financieel Recht... Ten geleide... enkele cijfers... v De Bibliotheek Handelsrecht Larcier................................. Voorwoord bij de Reeks Vennootschaps- en Financieel Recht............... i iii Ten geleide... enkele cijfers.........................................

Nadere informatie

Het gebruik van de maatschap bij vermogensplanning met bijzondere aandacht voor aanwasbedingen

Het gebruik van de maatschap bij vermogensplanning met bijzondere aandacht voor aanwasbedingen Faculteit Rechtsgeleerdheid MASTERPROEF NOTARIAAT Het gebruik van de maatschap bij vermogensplanning met bijzondere aandacht voor aanwasbedingen Academiejaar 2008-2009 DEBAETS CHARLOTTE Stamnummer: 20032054

Nadere informatie

Inhoud. Inhoud... Titel 1. Juridische aspecten... 1. Hoofdstuk 1. Algemeen... 1

Inhoud. Inhoud... Titel 1. Juridische aspecten... 1. Hoofdstuk 1. Algemeen... 1 p. Inhoud... V Titel 1. Juridische aspecten.... 1 Hoofdstuk 1. Algemeen... 1 Hoofdstuk 2. Algemene beschouwingen over de schenking onder de levenden... 2 Afdeling 1. Definitie...... 2 Afdeling 2. Grondvereisten

Nadere informatie

A. Algemeen 13. B. Vorm en voorwerp van de schenking 15. C. Grenzen en modaliteiten 32

A. Algemeen 13. B. Vorm en voorwerp van de schenking 15. C. Grenzen en modaliteiten 32 Inhoud 1. Voorwoord 11 2. De schenking 13 A. Algemeen 13 Vraag 1 Wat is een schenking? 13 B. Vorm en voorwerp van de schenking 15 Vraag 2 Onder welke vorm kan men een schenking verrichten? 15 Vraag 3 Zijn

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE ADLOCUTIO ROGERUM DILLEMANS HONORIFICANS FAMILIAAL VERMOGENSBEHEER IN RECENTE NATIONALE EN EUROPESE RECHTSPRAAK

INHOUDSOPGAVE ADLOCUTIO ROGERUM DILLEMANS HONORIFICANS FAMILIAAL VERMOGENSBEHEER IN RECENTE NATIONALE EN EUROPESE RECHTSPRAAK INHOUDSOPGAVE ADLOCUTIO ROGERUM DILLEMANS HONORIFICANS... v FAMILIAAL VERMOGENSBEHEER IN RECENTE NATIONALE EN EUROPESE RECHTSPRAAK Walter PINTENS...1 I. Inleiding...3 II. Huwelijksvoordelen...4 1. Artikel

Nadere informatie

DE MAATSCHAP, DE STICHTING EN DE TRUST ALS INSTRUMENTEN VAN FAMILIALE VERMOGENSPLANNING

DE MAATSCHAP, DE STICHTING EN DE TRUST ALS INSTRUMENTEN VAN FAMILIALE VERMOGENSPLANNING Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2008-09 DE MAATSCHAP, DE STICHTING EN DE TRUST ALS INSTRUMENTEN VAN FAMILIALE VERMOGENSPLANNING Masterproef van de opleiding Master in de rechten

Nadere informatie

1. HET ERFRECHT VAN DE LANGSTLEVENDE ECHTGENOOT EN HET WETTELIJK OF CONVENTIONEEL RECHT VAN TERUG- KEER 2

1. HET ERFRECHT VAN DE LANGSTLEVENDE ECHTGENOOT EN HET WETTELIJK OF CONVENTIONEEL RECHT VAN TERUG- KEER 2 HOOFDSTUK 1 DE WISSELWERKING TUSSEN SCHENKINGEN EN UITERSTE WILSBESCHIKKINGEN Annelies Wylleman Hoofddocent Vakgroep Burgerlijk Recht Universiteit Gent Notaris Lise Voet Assistent Vakgroep Burgerlijk Recht

Nadere informatie

De Private Stichting als modern alternatief voor successieplanning van ouders met een zorgenkind

De Private Stichting als modern alternatief voor successieplanning van ouders met een zorgenkind De Private Stichting als modern alternatief voor successieplanning van ouders met een zorgenkind Annick Buggenhout Adviseur Estate Planning 18/10/2014 1 Agenda Uitgangspunt (praktijkvoorbeeld) Geen planning:

Nadere informatie

DE OPRICHTING VAN EEN MAATSCHAP IN HET KADER VAN EEN SUCCESSIEPLANNING

DE OPRICHTING VAN EEN MAATSCHAP IN HET KADER VAN EEN SUCCESSIEPLANNING Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2015-2016 DE OPRICHTING VAN EEN MAATSCHAP IN HET KADER VAN EEN SUCCESSIEPLANNING Masterproef van de opleiding Master in het Notariaat Ingediend

Nadere informatie

INHOUD VOORWOORD... KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS...

INHOUD VOORWOORD... KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS... INHOUD VOORWOORD... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH... 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS... 3 I. Algemeen... 3 II. Verplichting

Nadere informatie

DOSSIER. De Burgerlijke Maatschap

DOSSIER. De Burgerlijke Maatschap DOSSIER De Burgerlijke Maatschap U wil uw beleggingsportefeuille nu al aan uw kinderen schenken, maar tegelijk wenst u ook controle te blijven houden en inkomsten te ontvangen? In dat geval kan de burgerlijke

Nadere informatie

Beobank en EY slaan de handen in elkaar voor nieuwe dienst inzake schenkingen en successieplanning

Beobank en EY slaan de handen in elkaar voor nieuwe dienst inzake schenkingen en successieplanning Beobank en EY slaan de handen in elkaar voor nieuwe dienst inzake schenkingen en successieplanning Marc Danneels Head of Investment Products & Advisory Beobank 15 november 2014 Beobank geeft zelf geen

Nadere informatie

INHOUD. HOOFDSTUK 1 De rechtsfiguur van de burgerlijke vennootschap Definitie Wettelijke bepalingen 11

INHOUD. HOOFDSTUK 1 De rechtsfiguur van de burgerlijke vennootschap Definitie Wettelijke bepalingen 11 HOOFDSTUK 1 De rechtsfiguur van de burgerlijke vennootschap 11 1. Definitie 11 2. Wettelijke bepalingen 11 3. Kenmerken 12 3.1. De burgerlijke vennootschap heeft geen rechtspersoonlijkheid 12 3.2. De burgerlijke

Nadere informatie

I. Inleiding: de maatschap: successie planning met behoud van inkomsten en controle. 2. Belangrijkste kenmerken van een burgerlijke maatschap...

I. Inleiding: de maatschap: successie planning met behoud van inkomsten en controle. 2. Belangrijkste kenmerken van een burgerlijke maatschap... Inhoudstafel I Inleiding: de maatschap: successie planning met behoud van inkomsten en controle II De burgerlijke maatschap 1 Wat is een maatschap wettelijk kader 2 2 Belangrijkste kenmerken van een burgerlijke

Nadere informatie

INHOUD. Deel I. Privaatrechtelijke aspecten... 1

INHOUD. Deel I. Privaatrechtelijke aspecten... 1 Deel I. Privaatrechtelijke aspecten..... 1 Hoofdstuk 1. Wettelijk kader van het samenwonen.... 3 1. Wet inwerkingtreding......... 5 2. Civielrechtelijk begrip wettelijke samenwoning..... 5 3. Verklaring

Nadere informatie

Deel 1. Naar wie gaat uw nalatenschap?

Deel 1. Naar wie gaat uw nalatenschap? INHOUDSTAFEL Deel 1. Naar wie gaat uw nalatenschap? 1. Een aantal principes.................................................... 1 2. De zeven basisregels van het erfrecht....................................

Nadere informatie

Auteurs... Voorwoord bij de tweede editie Handboek Estate Planning... Voorwoord... Afdeling 1 Nut van de rechtspersoon binnen Estate Planning...

Auteurs... Voorwoord bij de tweede editie Handboek Estate Planning... Voorwoord... Afdeling 1 Nut van de rechtspersoon binnen Estate Planning... Auteurs.................................................. Voorwoord bij de tweede editie Handboek Estate Planning.......... Voorwoord............................................... i iii ix Afdeling 1

Nadere informatie

HANDBOEK BURGERLIJK RECHT

HANDBOEK BURGERLIJK RECHT RENE DEKKERS HANDBOEK BURGERLIJK RECHT DEEL IV Huwelijksstelsels - Erfrecht - Giften DERDE UITGAVE BEWERKT DOOR HELENE CASMAN Gewoon Hoogleraar Vrije Universiteit Brussel Hoogleraar Université Libre de

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 11. 1 Beweegreden voor de oprichting van een managementvennootschap. 2 Managementvennootschap en oprichting 27

Inhoud. Inleiding 11. 1 Beweegreden voor de oprichting van een managementvennootschap. 2 Managementvennootschap en oprichting 27 Inhoud Inleiding 11 DEEL I JURIDISCHE EN FISCALE ASPECTEN 1 Beweegreden voor de oprichting van een managementvennootschap 17 2 Managementvennootschap en oprichting 27 Vraag 1 Kan ik mijn managementvennootschap

Nadere informatie

Inhoudstafel. iii. Ten geleide... HOOFDSTUK 1. TOEPASSELIJKE WETGEVING OP VASTGOEDCONTRACTEN

Inhoudstafel. iii. Ten geleide... HOOFDSTUK 1. TOEPASSELIJKE WETGEVING OP VASTGOEDCONTRACTEN Inhoudstafel Ten geleide...................................................... i HOOFDSTUK 1. TOEPASSELIJKE WETGEVING OP VASTGOEDCONTRACTEN GESLOTEN DOOR EEN RECHTSPERSOON.................. 1 Dirk MEULEMANS,

Nadere informatie

Seminarie Estate Planning

Seminarie Estate Planning Seminarie Estate Planning Uw Vermogen, mooi gestructureerd Wat is Estate Planning? Vermogensbeheer in de ruime zin van het woord > beleggingsadvies (banken), >pure successieplanning (louter fiscaal), Planning

Nadere informatie

VOORWOORD...v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH...1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS...

VOORWOORD...v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH...1. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS... VOORWOORD...v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Coördinatie Prof. Dr. JOHAN DU MONGH...1 Hfdst I. Primair huwelijksvermogensstelsel VEERLE ALLAERTS...3 I. Algemeen...3 II. Verplichting tot hulp

Nadere informatie

Wetshistoriek. Hoofdkenmerken. Waarom de Belgsche Private Stichting?

Wetshistoriek. Hoofdkenmerken. Waarom de Belgsche Private Stichting? Waarom de Belgsche Private Stichting? Wetshistoriek - Wet van 27 juni 1921 (VZW-Wet) «instelling van openbaar nut» - Wet van 2 mei 22 (B.S., 18 oktober 22 ; in werking getreden op 1 juli 23) «instelling

Nadere informatie

Estate Planning. crashed.life / photocase.com HOEZO, GEGEVEN IS GEGEVEN?

Estate Planning. crashed.life / photocase.com HOEZO, GEGEVEN IS GEGEVEN? Estate Planning crashed.life / photocase.com HOEZO, GEGEVEN IS GEGEVEN? ONS ADVIES OM CONTROLE TE HOUDEN OVER UW GESCHONKEN BELEGGINGSPORTEFEUILLE Vermogen overhevelen naar een volgende generatie is relatief

Nadere informatie

Deel 1 - Waarom zou een vennootschap hiervoor interessant kunnen zijn?

Deel 1 - Waarom zou een vennootschap hiervoor interessant kunnen zijn? Inhoudstafel Voorwoord... 1 Deel 1 - Waarom zou een vennootschap hiervoor interessant kunnen zijn? 1. Belastingen besparen?.... 5 1.1. Alle kosten van onroerende goederen in principe aftrekbaar... 5 1.1.1.

Nadere informatie

Erfrecht. Wie erft wat?

Erfrecht. Wie erft wat? Erfrecht. Wie erft wat? Alle vragen rond erfenis en testament, kort en begrijpelijk uitgelegd. Iven De Hoon Wie erft wat? Alle vragen rond erfenis en testament, kort en begrijpelijk uitgelegd. Lees nu

Nadere informatie

ALGEMENE INHOUDSTAFEL

ALGEMENE INHOUDSTAFEL VOORWERK 5 ALGEMENE INHOUDSTAFEL (Deze inhoudstafel geeft weer welke artikelen reeds becommentarieerd zijn.) Wetboek van vennootschappen (Wet van 7 mei 1999, B.S. 6 augustus 1999 (tweede uitg.)) Boek I.

Nadere informatie

Hoe beveilig ik mijn partner?

Hoe beveilig ik mijn partner? Hoe beveilig ik mijn partner? Brussel, 22 oktober 2011 2 Agenda Planning tussen partners Samenwonenden Echtgenoten Civiel- en fiscaal statuut Instrumenten Van testament tot contract 3 Wettelijke bescherming

Nadere informatie

privé-vermogenvermogen

privé-vermogenvermogen FAMILIAAL VERMOGENSRECHT VENNOOTSCHAPSRECHT Inleiding Prof. Dr. Johan Du Mongh KU Leuven Advocaat Johan Du Mongh 1 Johan Du Mongh 2 Het huwelijksgoederenrecht speelt op het ogenblik van inbreng van privé-vermogenvermogen

Nadere informatie

1. Wettelijke context Europa België Vennootschap... 3

1. Wettelijke context Europa België Vennootschap... 3 Inhoud 1. Wettelijke context... 1 1.1. Europa... 1 1.2. België... 1 2. Vennootschap... 3 2.1. Begrip... 3 2.1.1. Algemeen... 3 2.1.2. Afwijkende bepalingen... 4 2.2. Categorieën van vennootschappen...

Nadere informatie

INHOUD. VOORWOORD... v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh Primair huwelijksvermogensstelsel Veerle Allaerts...

INHOUD. VOORWOORD... v. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh Primair huwelijksvermogensstelsel Veerle Allaerts... INHOUD VOORWOORD.................................................... v DEEL I. KRONIEK FAMILIAAL VERMOGENSRECHT Prof. Dr. Johan Du Mongh.............................. 1 Hfdst. I. Primair huwelijksvermogensstelsel

Nadere informatie

INHOUD. Hoofdstuk IV. Ongeldigheid van het huwelijkscontract... 48 TITEL II DE VERSCHILLENDE HUWELIJKSSTELSELS... 51

INHOUD. Hoofdstuk IV. Ongeldigheid van het huwelijkscontract... 48 TITEL II DE VERSCHILLENDE HUWELIJKSSTELSELS... 51 INHOUD BOEK VIII. HUWELIJKSSTELSELS.... 1 Inleiding... 3 TITEL I HET HUWELIJKSCONTRACT.... 5 Hoofdstuk I. Inleiding.... 5 Hoofdstuk II. Inhoud van het huwelijkscontract.... 10 Afdeling I. Huwelijksovereenkomsten....

Nadere informatie

Enkele belangrijke begrippen en afkortingen

Enkele belangrijke begrippen en afkortingen 35 Enkele belangrijke begrippen en afkortingen De volgende lijst geeft een beknopte omschrijving 3 van enkele juridische termen die in dit boek aan bod komen, en dient enkel om die begrippen beter te kunnen

Nadere informatie

Inhoud. INLEIDING... v. 1. WETTELIJKE CONTEXT Europa België... 1

Inhoud. INLEIDING... v. 1. WETTELIJKE CONTEXT Europa België... 1 INLEIDING................................................................ v 1. WETTELIJKE CONTEXT.................................................. 1 1.1. Europa.................................................................

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2016/XX Vergoedingen aan bestuurders en werkende vennoten. Ontwerpadvies van 4 mei 2016

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2016/XX Vergoedingen aan bestuurders en werkende vennoten. Ontwerpadvies van 4 mei 2016 COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN CBN-advies 2016/XX Vergoedingen aan bestuurders en werkende vennoten Ontwerpadvies van 4 mei 2016 I. Algemeen 1. In onderhavig advies wordt de boekhoudkundige verwerking

Nadere informatie

2.3.2. Wie is er bevoegd om het huishoudelijk reglement op te stellen?

2.3.2. Wie is er bevoegd om het huishoudelijk reglement op te stellen? DEEL 1: DE IDENTITEITSKAART VAN DE VZW 23 de wijze van benoeming, ambtsbeëindiging en afzetting van de bestuurders, de omvang van hun bevoegdheden en de wijze waarop zij die uitoefenen, ofwel alleen, ofwel

Nadere informatie

Bart VAN HYFTE Gauthier ERVYN Laurent DELMOTTE Johan VANDEN EYNDE

Bart VAN HYFTE Gauthier ERVYN Laurent DELMOTTE Johan VANDEN EYNDE 77, Gulden Vlieslaan 1060 Brussel Tel 02 290 04 00 Fax 02 290 04 10 info@vdelegal.be 19 / 03 / 2009 Bart VAN HYFTE Gauthier ERVYN Laurent DELMOTTE Johan VANDEN EYNDE Inleiding - Uitgangspunt : o valorisatie

Nadere informatie

De gecertificeerde maatschap onderworpen aan de kaaimantaks. De rulingcommissie schept duidelijkheid in twee beslissingen

De gecertificeerde maatschap onderworpen aan de kaaimantaks. De rulingcommissie schept duidelijkheid in twee beslissingen De gecertificeerde maatschap onderworpen aan de kaaimantaks De rulingcommissie schept duidelijkheid in twee beslissingen Gerd D. GOYVAERTS 1 Zoals algemeen bekend en aanvaard werd een burgerlijke maatschap

Nadere informatie

4.1. Vooraf: soorten adoptie... 4. 4.2. De adoptanten gezamenlijk... 4 4.3. Eén adoptant... 5. 5.1. Wat is voogdij?... 5

4.1. Vooraf: soorten adoptie... 4. 4.2. De adoptanten gezamenlijk... 4 4.3. Eén adoptant... 5. 5.1. Wat is voogdij?... 5 Inhoudstafel Deel 1: Het beheer over de goederen van het minderjarige kind 1. Belang... 1 2. Wie is minderjarig?... 1 3. Bevoegdheid van de ouders... 2 3.1. Ouderlijk gezag... 2 3.2. Wettelijk genot...

Nadere informatie

Uittreksel uit het verslag van de algemene vergadering van 11 april 2008. Art. 1. De vereniging zonder winstoogmerk draagt als naam Zevenbunder.

Uittreksel uit het verslag van de algemene vergadering van 11 april 2008. Art. 1. De vereniging zonder winstoogmerk draagt als naam Zevenbunder. vzw Zevenbunder, NIEUWE STATUTEN Uittreksel uit het verslag van de algemene vergadering van 11 april 2008 De statuten van de vzw worden gewijzigd door de volledige vervanging van de teksten, zoals gepubliceerd

Nadere informatie

INHOUDSTAFEL VOORWOORD... DANKWOORD... LIJST VAN DE MEEST GEBRUIKTE AFKORTINGEN... INLEIDING...1 I. VOORSTELLING VAN HET ONDERWERP...3 II. METHODE...

INHOUDSTAFEL VOORWOORD... DANKWOORD... LIJST VAN DE MEEST GEBRUIKTE AFKORTINGEN... INLEIDING...1 I. VOORSTELLING VAN HET ONDERWERP...3 II. METHODE... INHOUDSTAFEL VOORWOORD... DANKWOORD... LIJST VAN DE MEEST GEBRUIKTE AFKORTINGEN... ix xi xix INLEIDING...1 I. VOORSTELLING VAN HET ONDERWERP...3 II. METHODE...7 DEEL I. DE ERFOVERGANG VAN AANDELEN AB INTESTATO...9

Nadere informatie

www.mentorinstituut.be

www.mentorinstituut.be www.mentorinstituut.be Weg met Napoleon erfenissen op maat! Finance Day, 1 juni 2013 2 Agenda Voorstellen justitieminister Beleidsnota 9 januari 2013 Belgisch erfrecht: ingewikkeld star niet aangepast

Nadere informatie

Handelaars en ambachtslieden, nijveraars en landbouwers. 2

Handelaars en ambachtslieden, nijveraars en landbouwers. 2 www.vdvaccountants.be 7 1. DEFINITIES Om de omzetting van éénmanszaak tot vennootschap te begrijpen is het nodig om eerst enkele begrippen gedefinieerd te zien vanuit wettelijk perspectief. In dit hoofdstuk

Nadere informatie

Inhoud. Deel 1 Analyse van de situatie 17. Woord vooraf 3 Inleiding 11

Inhoud. Deel 1 Analyse van de situatie 17. Woord vooraf 3 Inleiding 11 Inhoud Woord vooraf 3 Inleiding 11 Deel 1 Analyse van de situatie 17 Hoofdstuk 1 Inleiding 19 Hoofdstuk 2 De persoonlijke situatie 23 1 Inleiding 23 2 De familiale aspecten 23 2.1 De huidige burgerlijke

Nadere informatie

BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE VERMOGENSRECHTELIJKE RELATIES TUSSEN ECHTGENOTEN

BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE VERMOGENSRECHTELIJKE RELATIES TUSSEN ECHTGENOTEN BEGINSELEN VAN EUROPEES FAMILIERECHT BETREFFENDE VERMOGENSRECHTELIJKE RELATIES TUSSEN ECHTGENOTEN PREAMBULE Erkennende dat ondanks de bestaande verschillen in de nationale familierechten er evenwel een

Nadere informatie

Akte Oprichting gecoördineerde versie

Akte Oprichting gecoördineerde versie Akte Oprichting gecoördineerde versie Benaming: OVED: Overlegplatform voor energiedeskundigen Rechtsvorm: Vereniging zonder Winstoogmerk Zetel: 9050 Gentbrugge, Kerkstraat 108 TITEL 1 NAAM ZETEL DOEL -

Nadere informatie

CONCEPT UITSLUITEND VOOR DISCUSSIEDOELEINDEN

CONCEPT UITSLUITEND VOOR DISCUSSIEDOELEINDEN O P T I E O V E R E E N K O M S T De ondergetekenden: 1. [ ] B.V., gevestigd te en kantoorhoudende te [ ], aan [ ], hierna te noemen: Optieverlener, ten deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door haar statutair

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2016/15 Vergoedingen aan bestuurders en werkende vennoten. Advies van 7 september

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies 2016/15 Vergoedingen aan bestuurders en werkende vennoten. Advies van 7 september COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN CBN-advies 2016/15 Vergoedingen aan bestuurders en werkende vennoten Advies van 7 september 2016 1 I. Algemeen 1. In onderhavig advies wordt de boekhoudkundige verwerking

Nadere informatie

Begripsbepaling H OOFDSTUK

Begripsbepaling H OOFDSTUK H OOFDSTUK Begripsbepaling I 1. WETTELIJKE DEFINITIE Artikel 1075 van het Belgisch Burgerlijk Wetboek (hierna BW) bepaalt: De vader, de moeder en andere bloedverwanten in de opgaande lijn kunnen hun goederen

Nadere informatie

Tax Shelter voor Starters - Checklist met betrekking tot RECHTSTREEKSE INVESTERINGEN in Startersvennootschappen

Tax Shelter voor Starters - Checklist met betrekking tot RECHTSTREEKSE INVESTERINGEN in Startersvennootschappen 13 mei 2019 - update n.a.v. de wijzigingen door de wet van 28 april 2019 Tax Shelter voor Starters - Checklist met betrekking tot RECHTSTREEKSE INVESTERINGEN in Startersvennootschappen Deze checklist heeft

Nadere informatie

Auteur. Onderwerp. Datum

Auteur. Onderwerp. Datum Auteur Alain Verbeke Buitengewoon Hoogleraar Leuven, Antwerpen, Tilburg Advocaat Philippe & Partners Onderwerp Vruchtgebruik: creatief met rechthebbenden Datum 1999 Copyright and disclaimer Gelieve er

Nadere informatie

- OVEREENKOMST - Schenking onder bewind van effecten ouder aan een meerderjarig kind

- OVEREENKOMST - Schenking onder bewind van effecten ouder aan een meerderjarig kind - OVEREENKOMST - Schenking onder bewind van effecten ouder aan een meerderjarig kind ONDERGETEKENDEN: De heer/mevrouw, geboren op. 19 te, wonende aan de.., ( ).., hierna ook te noemen "de Schenker", en

Nadere informatie

Feitelijke vereniging of VZW? Een overzicht

Feitelijke vereniging of VZW? Een overzicht Feitelijke vereniging of VZW? Een overzicht Ouders die zich willen engageren in de school van hun kind verenigen zich vaak in een ouderraad, oudervereniging, oudercomité. Verschillende begrippen die meestal

Nadere informatie

EVA ALBOORT & BART BELLEN

EVA ALBOORT & BART BELLEN Wet 7 mei 1999 (Art. 40) mag enkel een afradend effect hebben (T. TILQUIN en V. SIMONART, Traité des sociétés Tomé 2, Diegem, Kluwer, 1997, 302). Art. 40. De verlenging van een vennootschap die voor een

Nadere informatie

Omzendbrief 2014/2 ///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

Omzendbrief 2014/2 /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Omzendbrief 2014/2 /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// Omzendbrief betreffende art. 3.17.0.0.2 van de Vlaamse Codex

Nadere informatie

Auteur. Elfri De Neve. Onderwerp. Geregistreerde schenkingen om successierechten te vermijden. Copyright and disclaimer

Auteur. Elfri De Neve.  Onderwerp. Geregistreerde schenkingen om successierechten te vermijden. Copyright and disclaimer Auteur Elfri De Neve www.elfri.be Onderwerp Geregistreerde schenkingen om successierechten te vermijden Copyright and disclaimer Gelieve er nota van te nemen dat de inhoud van dit document onderworpen

Nadere informatie

Statuten Lubko vzw. 1 De vereniging heeft tot doel de beoefening en bevordering van korfbal.

Statuten Lubko vzw. 1 De vereniging heeft tot doel de beoefening en bevordering van korfbal. Statuten Lubko vzw Titel I NAAM - ZETEL - DOEL DUUR Artikel 1 1 De vereniging wordt genoemd Korfbalclub Lubko, afgekort Lubko. 2 Deze naam moet voorkomen in alle akten, facturen, aankondigingen, bekendmakingen,

Nadere informatie

Auteur. Onderwerp. Datum

Auteur. Onderwerp. Datum Auteur Christine Van Heuverswyn Uittreksel Handboek Estate Planning Vermogensplanning met effect bij leven Huwelijk en samenwoning www.larcier.be Onderwerp Huwelijksvermogensrecht en vennootschap: ongewenste

Nadere informatie

DE VEREFFENING VAN DE BVBA EN DE NV

DE VEREFFENING VAN DE BVBA EN DE NV DE VEREFFENING VAN DE BVBA EN DE NV J. LAMBRECHTS Juridisch adviseur-bedrijfsjurist 2007 a Wolters Kluwer business Voorwoord 1 Hoofdstuk 1. Begripsomschrijving 3 Hoofdstuk 2. Wanneer moet een BVBA/NV vereffend

Nadere informatie

nr. 360 van BART SOMERS datum: 16 juli 2015 aan ANNEMIE TURTELBOOM Overdracht familiebedrijf - Schenkingsrechten

nr. 360 van BART SOMERS datum: 16 juli 2015 aan ANNEMIE TURTELBOOM Overdracht familiebedrijf - Schenkingsrechten SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 360 van BART SOMERS datum: 16 juli 2015 aan ANNEMIE TURTELBOOM VICEMINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIËN EN ENERGIE Overdracht familiebedrijf

Nadere informatie

De maatschap nieuwe stijl: nieuw wetgevend kader

De maatschap nieuwe stijl: nieuw wetgevend kader De maatschap nieuwe stijl: nieuw wetgevend kader Mr. Frederik Van Overtveldt Inleiding: historische relevantie De burgerlijke maatschap is in het verleden altijd een relevante structuur voor vermogens-

Nadere informatie

Dossier De maatschap 2.0

Dossier De maatschap 2.0 Dossier De maatschap 2.0 Schenken met behoud van zeggenschap én successierechten besparen Eén van de belangrijkste beweegredenen om met gebruik van een maatschap uw vermogen door te geven aan de volgende

Nadere informatie

OVEREENKOMST TOT OVERDRACHT VAN AANDELEN (Kort naamloze vennootschap)

OVEREENKOMST TOT OVERDRACHT VAN AANDELEN (Kort naamloze vennootschap) 1 OVEREENKOMST TOT OVERDRACHT VAN AANDELEN (Kort naamloze vennootschap) TUSSEN : De naamloze vennootschap naar Belgisch recht,, met maatschappelijke zetel te, en ingeschreven bij de Kruispuntbank der Ondernemingen

Nadere informatie

HEBT U AL EEN PRIVATE STICHTING? Eric Spruyt 23.09.2012

HEBT U AL EEN PRIVATE STICHTING? Eric Spruyt 23.09.2012 Misschien bezocht u in Zuid-Frankrijk de kunstcollectie van de Fondation Maeght nabij het schilderachtige kunstenaarsdorpje St. Paul-de-Vence al eens? En wie kent de befaamde Guggenheim-foundation niet?

Nadere informatie

Vermogensrechtelijke aspecten voor aandeelhouders Natuurlijke personen

Vermogensrechtelijke aspecten voor aandeelhouders Natuurlijke personen 203 H o o f d s t u k V I I I Vermogensrechtelijke aspecten voor aandeelhouders Natuurlijke personen In hetgeen volgt zullen we enkele technieken van vermogensplanning bespreken die interessant kunnen

Nadere informatie

HOOFDSTUK II. DE VOORAFGAANDE VERSLAGPLICHT

HOOFDSTUK II. DE VOORAFGAANDE VERSLAGPLICHT INHOUD VOORWOORD....................................................... v HOOFDSTUK I. DE VERBETERING VAN DE WETTELIJKE REGELING INZAKE VEREFFENING VAN VENNOOTSCHAPPEN: VAN EEN SUMMIERE REGELING NAAR BELANGRIJKE

Nadere informatie

VERGELIJKING HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMEWONEN

VERGELIJKING HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMEWONEN VERGELIJKING HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMEWONEN HUWELIJK WETTELIJK SAMENWONEN FEITELIJK SAMENWONEN = verbintenis tussen 2 ongehuwde personen van verschillend of hetzelfde geslacht die een

Nadere informatie

Levering van aandelen Artikel 7 1. Voor de levering van een aandeel, waaronder begrepen de verkrijging van een aandeel door de vennootschap, en de

Levering van aandelen Artikel 7 1. Voor de levering van een aandeel, waaronder begrepen de verkrijging van een aandeel door de vennootschap, en de STATUTEN Naam en zetel Artikel 1 1. De vennootschap draagt de naam: [ ]. 2. De vennootschap heeft haar zetel in de gemeente [ ]. Doel Artikel 2 De vennootschap heeft ten doel: a. [ ]; b. het oprichten

Nadere informatie

IAB-Info. Inhoud. Beroep. Economie

IAB-Info. Inhoud. Beroep. Economie Nummer 4 16 29 februari 2004 IAB-Info Inhoud 16e jaargang Beroep c Bestuur en aandeelhouderschap van erkende professionele vennootschappen Deze bijdrage strekt ertoe een overzicht te bieden van zowel de

Nadere informatie

www.mentorinstituut.be Een goed plan draagt inzicht en perspectief

www.mentorinstituut.be Een goed plan draagt inzicht en perspectief www.mentorinstituut.be Een goed plan draagt inzicht en perspectief vastgoed Brussel, 16 november 2013 J. Ruysseveldt 2 Agenda Problematiek bij overdracht Via klassieke technieken: schenking, verkoop, inbreng,

Nadere informatie

DE BURGERLIJKE MAATSCHAP IN HET KADER VAN FAMILIALE VERMOGENSPLANNING: VAN- DAAG HET INSTRUMENT BIJ UITSTEK VOOR CONTROLE- EN INKOMSTENBEHOUD?

DE BURGERLIJKE MAATSCHAP IN HET KADER VAN FAMILIALE VERMOGENSPLANNING: VAN- DAAG HET INSTRUMENT BIJ UITSTEK VOOR CONTROLE- EN INKOMSTENBEHOUD? Faculteit Rechtsgeleerdheid Universiteit Gent Academiejaar 2014-2015 DE BURGERLIJKE MAATSCHAP IN HET KADER VAN FAMILIALE VERMOGENSPLANNING: VAN- DAAG HET INSTRUMENT BIJ UITSTEK VOOR CONTROLE- EN INKOMSTENBEHOUD?

Nadere informatie

Duifhuisstraat 75, 9000 GENT Ondernemingsnummer 450.728.613 http://www.gamagent.be/

Duifhuisstraat 75, 9000 GENT Ondernemingsnummer 450.728.613 http://www.gamagent.be/ Duifhuisstraat 75, 9000 GENT Ondernemingsnummer 450.728.613 http://www.gamagent.be/ 19/06/2013 Titel I: Benaming Zetel Doel Duur Artikel 1: De vereniging draagt als naam Gentse Amateurtheaters vereniging

Nadere informatie

HET ENE VRUCHTGEBRUIK IS HET ANDERE NIET.

HET ENE VRUCHTGEBRUIK IS HET ANDERE NIET. HET ENE VRUCHTGEBRUIK IS HET ANDERE NIET. R. KUMPEN Wanneer in erfrechtelijke dossiers het woord vruchtgebruik (VG) opduikt ontstaat vaak de grootste verwarring, vandaar deze nota voor enige toelichting.

Nadere informatie

HOOFDSTUK I. Definities. Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

HOOFDSTUK I. Definities. Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : Koninklijk besluit van 15 februari 2005 betreffende de uitoefening van het beroep van erkend boekhouder en erkend boekhouder-fiscalist in het kader van een rechtspersoon Bron : Koninklijk besluit van 15

Nadere informatie

INBRENG IN de besloten vennootschap: UNIVÉ HET ZUIDEN BEMIDDELING B.V. gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal)

INBRENG IN de besloten vennootschap: UNIVÉ HET ZUIDEN BEMIDDELING B.V. gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal) Blad 1 INBRENG IN de besloten vennootschap: UNIVÉ HET ZUIDEN BEMIDDELING B.V. gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal) Heden, ***, verscheen voor mij, mr. **, notaris te **: **, te dezen handelend als schriftelijk

Nadere informatie

Voorwoord... 1. De gebruiksaanwijzing... 3

Voorwoord... 1. De gebruiksaanwijzing... 3 i INHOUDSTAFEL Voorwoord................................................. 1 De gebruiksaanwijzing....................................... 3 Deel 1: De identiteitskaart van de vzw..........................

Nadere informatie

INHOUDSTAFEL WOORD VOORAF... CONTRACTEN ONDER VOORWAARDE ALAIN VERBEKE & IRIS VERVOORT... 1

INHOUDSTAFEL WOORD VOORAF... CONTRACTEN ONDER VOORWAARDE ALAIN VERBEKE & IRIS VERVOORT... 1 voorwerk.fm Page vii Monday, October 11, 2004 3:26 PM INHOUDSTAFEL WOORD VOORAF....................................... v CONTRACTEN ONDER VOORWAARDE ALAIN VERBEKE & IRIS VERVOORT.........................

Nadere informatie

Akte Oprichting TITEL 1 NAAM ZETEL DOEL - DUUR. De vereniging heeft als naam overlegplatform voor energiedeskundigen, afgekort OVED.

Akte Oprichting TITEL 1 NAAM ZETEL DOEL - DUUR. De vereniging heeft als naam overlegplatform voor energiedeskundigen, afgekort OVED. Akte Oprichting Benaming: OVED: Overlegplatform voor energiedeskundigen Rechtsvorm: Vereniging zonder Winstoogmerk Zetel: 9000 Gent, Kortrijksesteenweg 1007 De ondergetekenden, - E-STER bvba, Koning Albertlaan

Nadere informatie

Artikel 60bis tot 60bis/3 van het Wetboek der Successierechten

Artikel 60bis tot 60bis/3 van het Wetboek der Successierechten Artikel 60bis tot 60bis/3 van het Wetboek der Successierechten (van toepassing vanaf 01.01.2017) Artikel 60bis 1. In afwijking van de artikelen 48 en 48², worden het successierecht en het recht van overgang

Nadere informatie

Deel 1 - U bent gehuwd. Wat betekent dit voor uw bezittingen?

Deel 1 - U bent gehuwd. Wat betekent dit voor uw bezittingen? Inhoudstafel Voorwoord 1 Deel 1 - U bent gehuwd Wat betekent dit voor uw bezittingen? 1 U bent gehuwd zonder huwelijks contract 5 11 Wat betekent dit eigenlijk? 5 12 Welke goederen zijn van wie? 5 121

Nadere informatie

Bedrijfstichtingen in de praktijk. Business & Society Belgium 17 maart 2011

Bedrijfstichtingen in de praktijk. Business & Society Belgium 17 maart 2011 Bedrijfstichtingen in de praktijk Business & Society Belgium 17 maart 2011 22/03/2011 Overzicht van de presentatie 1. De stichting -rechtsregeling 2. In de praktijk 3. VZW vs stichting 22/03/2011 2 Wat

Nadere informatie

Inhoud. Hoofdstuk 1 INLEIDING EN ENKELE PRINCIPES... 1 Frederik Tack. Hoofdstuk 2 STATUUT VAN DE AANDELEN EN KWALIFICATIE...

Inhoud. Hoofdstuk 1 INLEIDING EN ENKELE PRINCIPES... 1 Frederik Tack. Hoofdstuk 2 STATUUT VAN DE AANDELEN EN KWALIFICATIE... Inhoud Hoofdstuk 1 INLEIDING EN ENKELE PRINCIPES....................... 1 1.1. Inleiding Afbakening............................... 1 1.2. Enkele principes..................................... 2 1.2.1.

Nadere informatie

Persoonlijke kopie van ()

Persoonlijke kopie van () PATRIMONIUM 2007 REDACTIERAAD PATRIMONIUM Prof. Dr. Walter Pintens (voorzitter redactieraad) Prof. Dr. Johan Du Mongh (hoofdredacteur) Charlotte Declerck PATRIMONIUM 2007 Prof. Dr. WALTER PINTENS Prof.

Nadere informatie

VZW: nieuwe ontwikkelingen

VZW: nieuwe ontwikkelingen VZW: nieuwe ontwikkelingen Sylvia Thienpont Johanna Waelkens SBB Accountants & Adviseurs Overzicht I. Kader II. Nieuw insolventierecht III. Nieuw ondernemingsrecht IV. Nieuw Wetboek Vennootschappen en

Nadere informatie

DE OVERGANG ONDER LEVENDEN OM NIET VAN ROERENDE GOEDEREN DE VORM VAN EEN SCHENKING

DE OVERGANG ONDER LEVENDEN OM NIET VAN ROERENDE GOEDEREN DE VORM VAN EEN SCHENKING DE OVERGANG ONDER LEVENDEN OM NIET VAN ROERENDE GOEDEREN DE VORM VAN EEN SCHENKING De wettelijke vorm om een schenking te doen is de notariële akte. De uitzonderingen op dit principe zijn onder andere:

Nadere informatie

De algemene vergadering van heeft in haar zitting besloten nieuwe statuten aan te nemen als volgt:

De algemene vergadering van heeft in haar zitting besloten nieuwe statuten aan te nemen als volgt: Adventure Diving vzw H. Theresialaan 79, bus 3 1700 Dilbeek NIEUWE STATUTEN De algemene vergadering van heeft in haar zitting besloten nieuwe statuten aan te nemen als volgt: HOOFDSTUK I Naam, zetel, doel

Nadere informatie

HOOFDSTUK I. Definities. Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

HOOFDSTUK I. Definities. Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : Koninklijk besluit van 15 februari 2005 betreffende de uitoefening van het beroep van erkend boekhouder en erkend boekhouder-fiscalist in het kader van een rechtspersoon Bron : Koninklijk besluit van 15

Nadere informatie

Managementvennootschappen

Managementvennootschappen Managementvennootschappen INHOUDSTAFEL 1. INLEIDING... 4 2. MANAGEMENTVENNOOTSCHAP HET BEGRIP... 5 2.1. Definiëring... 5 2.2. Functie van de managementvennootschap... 6 2.2.1. De managementvennootschap

Nadere informatie

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST

SAMENWERKINGSOVEREENKOMST SAMENWERKINGSOVEREENKOMST Gesloten tussen: Knooppunt vzw, Met maatschappelijke zetel te 2140 Borgerhout, Te Boelaerlei 37, KBO 0818.484.416 Hier rechtsgeldig vertegenwoordigd door [naam], [functie] Hierna:

Nadere informatie

BRUS. Gislenus BATS Ere-bedrijfsrevisor. ~~I~D. bergstr

BRUS. Gislenus BATS Ere-bedrijfsrevisor. ~~I~D. bergstr ~~I~D. bergstr BRUS EN Gislenus BATS Ere-bedrijfsrevisor Niets uit deze opgave, inclusief de specifieke vormgeving, mag door middel van elektronische of andere middelen, met inbegrip van automatische informatiesystemen,

Nadere informatie

INHOUD. Huwelijk en fiscus

INHOUD. Huwelijk en fiscus Hoofdstuk 1. De periode voorafgaandelijk aan het huwelijk......... 1 Sectie 1. Het samenwonen van de toekomstige echtgenoten... 3 A. het vertrek uit de ouderlijke woonst... 3 B. Betaling van een onderhoudbijdrage....

Nadere informatie

I. Hervorming vennootschapsrecht een vooruitblik

I. Hervorming vennootschapsrecht een vooruitblik I. Hervorming vennootschapsrecht een vooruitblik naar een nieuw wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (WVV) 1 DOORGEDREVEN VEREENVOUDIGING 11 afschaffing onderscheid handelsvennootschappen - burgerlijke

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN De boekhoudkundige verwerking met betrekking tot de toepassing van de overgangsregeling zoals vermeld in artikel 537 WIB 92 Ontwerpadvies van X november 2013 I. Inleiding

Nadere informatie

RECHTSTREEKSE INVESTERINGEN

RECHTSTREEKSE INVESTERINGEN 13 mei 2019 - Aanpassing na de wet van 28 april 2019 Tax Shelter voor Groeibedrijven - Checklist met betrekking tot RECHTSTREEKSE INVESTERINGEN in Groeibedrijven Deze checklist heeft betrekking op rechtstreekse

Nadere informatie

Artikel 140/1 tot 140/6 van het Wetboek der registratie-, hypotheeken griffierechten

Artikel 140/1 tot 140/6 van het Wetboek der registratie-, hypotheeken griffierechten Artikel 140/1 tot 140/6 van het Wetboek der registratie-, hypotheeken griffierechten (van toepassing vanaf 01.01.2017) Artikel 140/1 1. In afwijking van artikel 131, wordt van het schenkingsrecht vrijgesteld:

Nadere informatie

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN CBN-advies 2017/XX Verenigingen en Stichtingen Verwerving door de erfpachthouder van het met een erfpacht bezwaard onroerend goed (verwerving tréfonds) Hereniging

Nadere informatie

4. Verschillende schenkings- en successietarieven per gewest... 12

4. Verschillende schenkings- en successietarieven per gewest... 12 Inhoudstafel Deel I - Wat u vooraf moet weten 1. Uw vermogen als samenwonende....................... 3 2. Uw vermogen als gehuwde... 4 2.1. U bent gehuwd zonder huwelijks contract... 4 2.1.1. Het principe...

Nadere informatie

STATUTEN VAN HET BELGISCH ARBITRAGEHOF VOOR DE SPORT (BAS)

STATUTEN VAN HET BELGISCH ARBITRAGEHOF VOOR DE SPORT (BAS) STATUTEN VAN HET BELGISCH ARBITRAGEHOF VOOR DE SPORT (BAS) I. Rechtsvorm, benaming, maatschappelijke zetel, duur, doel artikel 1: rechtsvorm - benaming De vereniging is opgericht als een vereniging zonder

Nadere informatie

Art. 1.: De vereniging draagt de naam: Olympia Badmintonclub, vereniging zonder winstoogmerk, afgekort: "Olympia B.C.", v.z.w.

Art. 1.: De vereniging draagt de naam: Olympia Badmintonclub, vereniging zonder winstoogmerk, afgekort: Olympia B.C., v.z.w. Olympia Badmintonclub Vereniging zonder winstoogmerk Oogststraat 1A bus 6B 2600 Berchem Verenigingsnummer : 865787 Ondernemingsnummer : 433509034 Tel. : 03/440.34.19 e-mail : cornelis.vanlaer@skynet.be

Nadere informatie