105372/ Beroep tegen schorsing en ontslag wegens ongeschiktheid, subsidiair wegens redenen van gewichtige aard; BVE
|
|
- Gerrit de Groot
- 4 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 105372/ Beroep tegen schorsing en ontslag wegens ongeschiktheid, subsidiair wegens redenen van gewichtige aard; Aan het einde van het schooljaar is een aantal klachten van leerlingen en collega's over grensoverschrijdend gedrag van werknemer gekomen. Eerst in december van dat jaar is de werknemer formeel door de opleidingsmanager in de gelegenheid gesteld zijn zienswijze op de klachten te geven. Nu de werkgever het dienstverband daadwerkelijk heeft opgezegd, heeft hij de werknemer in redelijkheid kunnen schorsen voor de duur van de beëindiging van het dienstverband. Wat betreft het ontslag is de inhoud van het overgelegde dossier niet van dien aard dat daaruit geconcludeerd kan worden dat de werknemer onverbeterlijk gedrag vertoont en dat hij niet bereid is om mee te werken aan een verbetertraject. De werkgever heeft zich onvoldoende ingespannen om tot een verbetering van het gedrag van werknemer te komen. Dat de werknemer bepaalde essentiële eigenschappen zou ontberen die nodig zijn voor het functioneren als docent in het MBO, is evenmin voldoende onderbouwd. Aan de subsidiaire ontslaggrond komt onvoldoende zelfstandige betekenis toe zodat het ontslag evenmin door deze reden gedragen wordt. Bovendien is niet gebleken dat de verhoudingen tussen partijen zodanig geschaad zijn dat de werknemer niet binnen het ROC werkzaam kan blijven. Beroep tegen schorsing ongegrond, tegen ontslag gegrond / UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellant, hierna te noemen A gemachtigde: de heer mr. drs. G.A.M.C. Verschuren en het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. R.J. Wiebosch 1. VERLOOP VAN DE PROCEDURE Bij beroepschrift met bijlagen van 18 april 2012, ingekomen op 19 april 2012 en aangevuld bij brief van 24 april 2012, heeft A beroep ingesteld tegen de beslissing van de werkgever d.d. 9 maart 2012 om hem per 1 juli 2012 te ontslaan op grond van artikel H-57 sub b juncto sub e CAO, primair wegens onbekwaamheid of ongeschiktheid anders dan door ziekte, en subsidiair wegens andere redenen van gewichtige aard (zaaknummer ) alsmede tegen de beslissing van de werkgever d.d. 21 maart 2012 om hem met onmiddellijke ingang te schorsen voor de resterende duur van de arbeidsovereenkomst op grond van artikel H-40 sub c juncto sub d CAO (zaaknummer ). Pagina 1 van 6
2 De werkgever heeft een verweerschrift met bijlagen ingediend, gedateerd 9 mei 2012, ingekomen op 10 mei Met instemming van partijen zijn de beroepen gevoegd mondeling behandeld op 21 mei 2012 te Utrecht. A verscheen in persoon en werd bijgestaan door zijn gemachtigde. De werkgever werd vertegenwoordigd door D, opleidingsmanager en E, personeelsadviseur, daartoe bijgestaan door de gemachtigde. A heeft een pleitnotitie overgelegd. 2. DE FEITEN A, geboren op 5 november 1957, is sinds 1 augustus 1999 als docent Engels MBO Administratie werkzaam bij C in een vast dienstverband. Op de arbeidsverhouding is van toepassing de verlengde CAO. Aan het einde van het schooljaar 2010/2011 heeft een aantal leerlingen en collega s van A geklaagd over gedragingen van A, betreffende - onder andere - het maken van ongepaste/seksueel getinte opmerkingen tegen de leerlingen. Op 6 december 2011 hebben A, de opleidingsmanager, de personeelsadviseur en de vertrouwenspersoon hierover een gesprek gehad. Aan het eind van dit gesprek hebben de opleidingsmanager en de personeelsadviseur A meegedeeld in overleg te zullen treden met de juridisch adviseur van de werkgever over eventuele vervolgstappen in het kader van het opleggen van een disciplinaire maatregel. Bij brief van 8 december 2011 heeft de werkgever A meegedeeld hem op grond van artikel H-39 van de CAO te schorsen in het belang van de instelling voor de duur van maximaal vier weken. Bij brief die eveneens gedateerd is op 8 december 2011, maar enkele weken later persoonlijk is overhandigd aan A zonder dat A voorafgaand de gelegenheid is gegeven daarover zijn opvatting te geven, is de schorsing verlengd met maximaal vier weken. Tegen beide beslissingen heeft A beroep ingesteld bij de Commissie (105251). De Commissie heeft het beroep tegen deze schorsingen bij uitspraak van 27 april 2012 gegrond verklaard omdat de werkgever naar het oordeel van de Commissie niet heeft voldaan aan de formele verplichtingen die voor hem voortvloeien uit artikel H-39 CAO. Op 13 december 2011 vond een gesprek plaats met drie van de vijf leerlingen die een klacht tegen A hebben ingediend, in aanwezigheid van de vertrouwenspersonen en de opleidingsmanager. In dit gesprek heeft A zijn excuses aangeboden. Op 17 januari 2012 heeft wederom een gesprek met A plaatsgevonden, in welk gesprek de werkgever A heeft medegedeeld dat de directie van de werkmaatschappij zich zou beraden over zijn positie als docent en dat hij hierover voor 2 februari 2012 bericht zou ontvangen. Op 30 januari 2012 heeft de werkgever A het voornemen medegedeeld om de arbeidsovereenkomst met hem op te zeggen op grond van artikel H-50 juncto H-57 CAO alsmede om hem in het belang van de instelling te schorsen op grond van artikel H-40 sub c CAO. A heeft hiertegen bij brief van 17 februari 2012 verweer gevoerd. Bij beslissing van 9 maart 2012 heeft de werkgever A medegedeeld het dienstverband met hem op te zeggen op grond van artikel H-57 sub b juncto sub e CAO, primair wegens onbekwaamheid of ongeschiktheid anders dan door ziekte, en subsidiair wegens andere redenen van gewichtige aard. Bij beslissing van 21 maart 2012 heeft de werkgever A medegedeeld hem met onmiddellijke ingang te schorsen voor de resterende duur van de arbeidsovereenkomst op grond van artikel H-40 sub c juncto sub d CAO. Tegen beide beslissingen is het beroep gericht. Pagina 2 van 6
3 3. STANDPUNTEN VAN PARTIJEN A geeft aan dat hij een beginnend docent in het MBO is; hij wil verbeteren maar moet daartoe wel de mogelijkheden krijgen. Het staat niet vast dat een verbetertraject geen zin heeft, zoals de werkgever stelt. A meent dat er geen dringende reden was hem in december 2011 te schorsen omdat de klachten al in juni/juli 2011 bij de opleidingsmanager bekend waren. Toen is hij niet geschorst. A heeft nog tot 8 december 2011 les gegeven en daarbij ook contact met deelnemers gehad, zonder dat er (nieuwe) klachten gekomen zijn. De werkgever heeft de kwestie onnodig lang laten voortduren. De klachten hebben een hoog van horen zeggen -gehalte en er is geen hoor en wederhoor toegepast. Bovendien zijn de klachten afkomstig van leerlingen uit dezelfde klas (klas 2SA1B). Er zijn geen klachten bekend uit de andere klassen waaraan A lesgeeft. A had niet de intentie seksueel getinte uitlatingen te doen; hij beoogde slechts grapjes te maken. A realiseert zich dat hij beter op zijn woorden moet letten en dat hij als docent een voorbeeldfunctie heeft. Hij zal dergelijke grapjes in de toekomst achterwege laten. A betwist dan ook een gebrek aan zelfreflectie te hebben en voorts is geen sprake van onverbeterlijk gedrag. A heeft wel degelijk zijn excuses aan de leerlingen aangeboden; dit is op 13 december 2011 gebeurd in een gesprek met drie van de vijf betrokken leerlingen. De werkgever had ook een minder ingrijpende maatregel kunnen nemen; ontslag is een te verregaande maatregel. Op grond van de door hem gedane uitlatingen/gedragingen kan de werkgever niet de conclusie trekken dat A onbekwaam/ongeschikt is voor zijn functie. Voorts heeft de werkgever geen enkele poging gedaan om te komen tot een herstel van verhoudingen, zo deze al verstoord zijn. Ook heeft de werkgever geen verbetertraject voorgesteld en heeft hij dat dus ook niet van de hand gewezen zoals de werkgever stelt. Met betrekking tot de klachten over zijn lichaamsgeur geeft A aan inmiddels een huisarts en een dermatoloog te hebben bezocht. Ten aanzien van de schorsing voert A aan dat de werkgever verzuimd heeft de voornemenprocedure te volgen die is voorgeschreven bij een schorsing op grond van artikel H-40 sub d CAO. De werkgever voert daartegen aan dat A tegenover ten minste één klas gedurende geruime tijd ontoelaatbare opmerkingen heeft gemaakt en ontoelaatbaar gedrag heeft vertoond. A is meer dan eens tevergeefs op zijn wijze van omgang met de leerlingen aangesproken. In eerste instantie is dit door collega s gebeurd en later pas door de opleidingsmanager. Desondanks heeft hij volhard in zijn gedrag, zelfs nadat zijn functioneren meerdere malen formeel aan de orde was gesteld. A heeft aldus herhaaldelijk blijk gegeven geen besef te hebben van het ontoelaatbare karakter van zijn gedrag en de invloed daarvan op minderjarige leerlingen. Gezien de ernst en het persisterende karakter van het gedrag en het gebrek aan inzicht is er sprake van kennelijk onverbeterlijk gedrag zodat het aanbieden van een formeel verbetertraject niet meer van de werkgever kan worden gevergd. Bovendien is een eerder aangeboden verbetertraject door A van de hand gewezen. De werkgever achtte het niet verantwoord dat A nog voor de klas zou komen te staan. A is een ervaren docent en is bij zijn herplaatsing naar het MBO voldoende begeleid. Deze begeleiding was juist gericht op de omgang met de voor A nieuwe doelgroep en de denk- en belevingswereld van deze doelgroep. Ook nadien heeft hij steeds kunnen rekenen op collegiale bijstand. Tevens zijn er klachten over de persoonlijke hygiëne van A; een aantal leerlingen en collega s wil niet met hem in een ruimte zijn vanwege zijn lichaamsgeur. A neemt deze klachten niet serieus. A mist bepaalde essentiële eigenschappen die nodig zijn voor het functioneren als docent in het MBO. De vraag is of een verbetertraject hiervoor een oplossing zou kunnen zijn, aldus de werkgever. Ten aanzien van de subsidiaire ontslaggrond voert de werkgever aan dat A er door zijn gedrag blijk van heeft gegeven het vertrouwen van de werkgever niet waard te zijn geweest. De werkgever erkent dat het proces in aanloop tot de bestreden beslissing rafels vertoont, maar dit is deels ook veroorzaakt doordat de tweelingbroer van A gedurende die periode is overleden en men hem daarvoor ook rust heeft willen gunnen. Zo heeft het in september 2011 geplande functioneringsgesprek eerst in december 2011 kunnen plaatsvinden. Pagina 3 van 6
4 Met betrekking tot de schorsing geeft de werkgever aan de voornemenprocedure te hebben gevolgd. 4. OVERWEGINGEN VAN DE COMMISSIE De bevoegdheid en de ontvankelijkheid Aangezien de instelling is aangesloten bij deze Commissie en de beroepen zijn gericht tegen beslissingen, genoemd in artikel lid 1 van de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB), en deze binnen de daartoe geldende termijn zijn ingesteld, is de Commissie bevoegd van de beroepen kennis te nemen en zijn deze ontvankelijk. Het ontslag De Commissie constateert allereerst dat de werkgever de voornemenprocedure van artikel H-45 CAO heeft gevolgd. De werkgever heeft de opzegging gebaseerd op twee gronden. Primair op grond van artikel H-57 onder b CAO-, zijnde onbekwaamheid of ongeschiktheid van de werknemer voor de door hem uitgeoefende functie anders dan ten gevolge van ziels- of lichaamsgebreken. Subsidiair op grond van artikel H-57 onder e CAO-, andere redenen van gewichtige aard. De werkgever heeft als motivering van de ontslagbeslissing aangegeven dat A bepaalde uitlatingen heeft gedaan naar leerlingen die zijn te kwalificeren als grensoverschrijdend en ontoelaatbaar. Vakinhoudelijk heeft de werkgever geen kritiek op het functioneren van A. Ten aanzien van de door de werkgever gestelde onbekwaamheid of ongeschiktheid van A voor de door hem uitgeoefende functie van docent, overweegt de Commissie dat A al ruim twaalf jaar in dienst is bij de werkgever. De Commissie acht het zeker in een geval als deze, waarbij sprake is van een langdurig dienstverband, noodzakelijk dat de werkgever helder en overtuigend aantoont dat sprake is van zodanig disfunctioneren dat voortzetting van het dienstverband in redelijkheid niet van hem gevergd kan worden alsook dat de werkgever zich maximaal inspant om A in een gewenst verandertraject te begeleiden. De door vijf leerlingen tegen A ingediende klachten dateren van eind juni 2011, het einde van het schooljaar 2010/2011. Bij brief van 15 juli 2011 hebben twee collega-docenten zich beklaagd over het gedrag van A. Op grond van de overgelegde stukken en het verhandelde ter zitting is gebleken dat A eerst formeel op 6 december 2011 in de gelegenheid is gesteld zijn visie op de klachten van deze leerlingen te geven. Dit is met zoveel woorden gesteld in de bijlage bij de beslissing van 30 januari 2012 van de werkgever om de arbeidsovereenkomst met hem op te zeggen en hem, in afwachting daarvan, te schorsen. Hoewel eerder met A over de tegen hem ingediende klachten is gesproken, ligt hieraan geen formele status ten grondslag en heeft de werkgever A gedurende de periode tot aan 8 december 2011 gewoon lessen laten verzorgen. Op 8 december 2011 is A geschorst als ordemaatregel in het belang van de instelling. Een dergelijke schorsing is in beginsel bedoeld om gedurende de periode van schorsing nader onderzoek te kunnen verrichten. De Commissie is niet gebleken dat de werkgever dit daadwerkelijk heeft gedaan. De aanleiding voor het op 17 januari 2012 met A gevoerde gesprek is volgens het verslag van deze bijeenkomst geweest om de bevindingen te bespreken die zijn gedaan tijdens de schorsing van A. Deze bevindingen lijken niet meer te zijn geweest dan een (nadere) bestudering van het dossier van A en gaan vooral terug naar de klachten van de leerlingen uit juni 2011 en de klachten van twee collega- Pagina 4 van 6
5 docenten uit juli Pas tijdens voornoemd gesprek heeft A een afschrift van de klachtbrief van zijn collega s ontvangen. Voorts volgt uit voornoemd gespreksverslag dat door de werkgever nader bekeken zou worden welke maatregelen er genomen zouden kunnen worden. A heeft hieruit naar het oordeel van de Commissie in redelijkheid niet hoeven opmaken dat de werkgever voornemens was om tot een beëindiging van het dienstverband met hem te komen. Evenmin wordt van de zijde van de werkgever over de mogelijkheid van een verbetertraject gesproken terwijl die mogelijkheid wel door A naar voren is gebracht. Aldus is sprake van klachten over A uit juni/juli 2011 welke eerst in december 2011 formeel door de werkgever met A zijn besproken en waarbij geen verbetertraject aan de orde is geweest. De Commissie acht de inhoud van het thans door de werkgever overgelegde dossier niet van dien aard dat daaruit geconcludeerd kan worden dat A onverbeterlijk gedrag vertoont en dat hij niet bereid is om mee te werken aan een verbetertraject. Van de werkgever had verwacht mogen worden dat hij binnen een afzienbare periode na indiening van de klachten met A heldere afspraken gemaakt zou hebben over een te volgen verbetertraject met daarbij de procedure en mogelijke gevolgen voor A indien hij daaraan niet dan wel onvoldoende zou meewerken. Door dit na te laten heeft de werkgever zich naar het oordeel van de Commissie onvoldoende ingespannen om tot een verbetering van het gedrag van A te komen. Dat A, zoals door de werkgever aangevoerd, bepaalde essentiële eigenschappen zou ontberen die nodig zijn voor het functioneren als docent in het MBO, is evenmin voldoende onderbouwd. Zoals hiervoor aangegeven heeft A jarenlang goed gefunctioneerd als docent. Aldus is naar het oordeel van de Commissie uit de overgelegde stukken weliswaar gebleken dat het functioneren van A verbetering behoeft en dat A dit zelf ook onderkent, maar daaruit valt niet op te maken dat A zodanig onverbeterlijk disfunctioneert dat voortzetting van het dienstverband niet in redelijkheid van de werkgever gevraagd kan worden. Evenmin is gebleken dat de werkgever voldoende inspanningen heeft verricht om het functioneren van A naar een voor hem aanvaardbaar niveau te brengen. Op grond van bovenstaande concludeert de Commissie dat de door de werkgever aan de opzegging van het dienstverband met A ten grondslag gelegde reden van onbekwaamheid of ongeschiktheid voor de uitgeoefende functie van docent onvoldoende aannemelijk is geworden. De opzegging van de arbeidsovereenkomst is subsidiair gebaseerd op andere redenen van gewichtige aard als bedoeld in artikel H-57 onder e CAO-. De door de werkgever aangevoerde argumenten ten aanzien van deze ontslaggrond zijn naar het oordeel van de Commissie geplaatst of te plaatsen in het kader van de gestelde onbekwaamheid en ongeschiktheid van A voor zijn functie. Aldus komt aan deze subsidiaire ontslaggrond onvoldoende zelfstandige betekenis toe zodat het ontslag evenmin door deze reden gedragen wordt. Bovendien is de Commissie niet gebleken dat de verhoudingen tussen partijen zodanig geschaad zijn dat A niet binnen het ROC werkzaam kan blijven. Het voorgaande leidt tot de conclusie dat het beroep tegen de ontslagbeslissing gegrond is. De schorsing De werkgever heeft A op 30 januari 2012 medegedeeld voornemens te zijn hem te schorsen op grond van artikel H-40 sub c CAO. Deze schorsing kan worden opgelegd wanneer sprake is van een voornemen tot onvrijwillige beëindiging op grond van plichtsverzuim, onbekwaamheid of ongeschiktheid, anders dan op grond van ziels- of lichaamsgebreken, dan wel andere redenen van Pagina 5 van 6
6 gewichtige aard. Indien een dergelijk voornemen niet binnen 6 weken gevolgd wordt door een (..) ontslagbesluit door de werkgever, vervalt de schorsing. A heeft bij brief van 17 februari 2012 verweer gevoerd tegen dit voornemen, waarna op 9 maart 2012 de definitieve ontslagbeslissing is gevolgd. Hiermee is het voornemen binnen 6 weken gevolgd door een ontslagbesluit waarmee de schorsing niet is komen te vervallen. Op 21 maart 2012 is de definitieve schorsingsbeslissing genomen. Middels deze beslissing is A voor de resterende duur van het dienstverband geschorst op grond van artikel H-40 sub c en sub d CAO. Het gegeven dat de werkgever de schorsingsbeslissing in de definitieve beslissing mede stoelt op artikel H-40 sub d CAO, zijnde voor de duur van de beëindiging van het dienstverband, acht de Commissie gezien de daarna genomen ontslagbeslissing niet een dermate substantiële wijziging dan wel uitbreiding van de schorsingsgrond dat daarvoor de voornemenprocedure van artikel H-45 CAO nogmaals had moeten worden gevolgd. Nu de werkgever het dienstverband met A ook daadwerkelijk heeft opgezegd, heeft hij A bij beslissing van 21 maart 2012 in redelijkheid kunnen schorsen voor de duur van de beëindiging van het dienstverband. Dat de Commissie, zoals hierboven overwogen, het beroep tegen de ontslagbeslissing gegrond acht, doet daaraan niet af. Dientengevolge oordeelt de Commissie het beroep tegen de schorsingsbeslissing ongegrond. 5. OORDEEL Op grond van bovenstaande overwegingen verklaart de Commissie het beroep tegen de ontslagbeslissing gegrond en het beroep tegen de schorsingbeslissing ongegrond. Aldus gedaan te Utrecht op datum uitspraak door mr. L.C.J. Sprengers, voorzitter, drs. J.A.M. van Agt, mr. E.M.W.P. Hermans, drs. P. Koppe en mr. drs. B.H. van Velzen leden, in aanwezigheid van mr. R.M. de Bekker, secretaris. mr. L.C.J. Sprengers voorzitter mr. R.M. de Bekker secretaris Pagina 6 van 6
UITSPRAAK. het College van Bestuur van het ROC D, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. A.
106562 - Ontslag wegens gewichtige omstandigheden (verstoorde arbeidsrelatie) dan wel ongeschiktheid niet toegestaan omdat deze onvoldoende zijn gebleken. Beroep tegen de schorsing houdt evenmin stand
Nadere informatie105753 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en tegen ontslag wegens gewichtige reden; hbo
105753 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en tegen ontslag wegens gewichtige reden; De werknemer is geschorst vanwege het opnemen van gesprekken met leidinggevenden en het delen van deze opnamen.
Nadere informatieSAMENVATTING. 105871/105939 - Beroep (2) tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging schorsing; BVE
SAMENVATTING 105871/105939 - Beroep (2) tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging schorsing; Gelet op de mogelijke onregelmatigheden in leerlingdossiers bestond er op zichzelf voldoende reden voor
Nadere informatieSAMENVATTING. 104280 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en tegen ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid; BVE
SAMENVATTING 104280 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en tegen ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid; De werknemer is ontslagen omdat hij de eigenschappen, mentaliteit en instelling zou
Nadere informatiehet College van Bestuur van C, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. dr. J.H. van Gelderen
104967 - Beroep tegen ontslag wegens arbeidsongeschiktheid; De werknemer is 50% arbeidsongeschikt en de werkgever ontslaat hem voor 0,5 fte. De werkgever heeft ter zitting gesteld dat de ontslagbeslissing
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. C.A.C.M.
107626 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellante, gemachtigde: de heer mr. J. Roose en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde:
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK
SAMENVATTING 106285/106286/106287 Beroepen (3) tegen ontslag wegens opheffing van de betrekking;. Werkneemster is ontslagen op grond van opheffing van de betrekking als bedoeld in artikel 3.8 lid 3 cao
Nadere informatieSAMENVATTING Beroep tegen ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid, subsidiair wegens gewichtige redenen; BVE
SAMENVATTING 105569 - Beroep tegen ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid, subsidiair wegens gewichtige redenen; Onvoldoende is vast komen te staan dat werkneemster disfunctioneerde of als ongeschikt
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van Stichting C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. J.A.
107540 - De berisping wegens het niet naleven van het programma van toetsing en afsluiting is terecht; het beroep tegen schorsing is niet-ontvankelijk. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende
Nadere informatieCommissie van Beroep HBO
106043 - Beroep tegen ontslag wegens ongeschiktheid/onbekwaamheid dan wel gewichtige reden; SAMENVATTING De werknemer is docent en is ontslagen omdat hij stelselmatig interne afspraken en regels niet heeft
Nadere informatieUITSPRAAK. de Vereniging B, gevestigd te C, verweerster, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. M. De Vita
107818 - Beroep tegen schriftelijke berisping. De werkgever heeft een te groot verschil gemaakt in sanctionering van de werknemer en diens collega, terwijl sprake was van gelijke omstandigheden. in het
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting D, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr.
SAMENVATTING 105421 - Beroep tegen beëindiging dienstverband; De werkgever stelt dat geen sprake is van ontslag maar van het van rechtswege eindigen van een verlengd tijdelijk dienstverband wegens onbevoegdheid.
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. J.J.
106846-106966 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellant, hierna te noemen A gemachtigde: de heer mr. T.G.J. Horlings en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. drs. C.A.H.
104900 SAMENVATTING Ontslag is primair gebaseerd op plichtsverzuim, subsidiair op onbekwaamheid of ongeschiktheid en meer subsidiair op grond van andere redenen van gewichtige aard, zijnde een vertrouwensbreuk.
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van B, gevestigd te G, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. G.M.
106879 - Uitspraak voor zover er nog een ontslagbesluit zou zijn: het ontslag wegens arbeidsongeschiktheid kan niet in stand blijven, omdat herstel binnen 26 weken na het ontslagbesluit niet uitgesloten
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK
SAMENVATTING 105659 - Beroep tegen ontslag wegens opheffing betrekking/gewichtige reden; De werknemer kan na een periode van detachering niet terugkeren in zijn oude functie van manager bedrijfsvoering.
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever
106918 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellant, hierna te noemen A en het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever 1. VERLOOP VAN DE PROCEDURE
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van het E, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr.
SAMENVATTING 105464 - Beroep tegen beëindiging verlengd tijdelijk dienstverband; De werknemer heeft bij de werkgever vier tijdelijke dienstverbanden gehad. Tussen het tweede en derde dienstverband zat
Nadere informatieSAMENVATTING. 106233 - Beroep ontslag wegens arbeidsongeschiktheid, subsidiair wegens gewichtige redenen; BVE
SAMENVATTING 106233 - Beroep ontslag wegens arbeidsongeschiktheid, subsidiair wegens gewichtige redenen; De werkgever heeft de arbeidsovereenkomst wegens blijvende arbeidsongeschiktheid opgezegd op het
Nadere informatieDe werkgever heeft de werknemer nogmaals mogen schorsen om nader onderzoek te doen naar zijn mogelijk onrechtmatig handelen.
107674 - De werkgever heeft de werknemer nogmaals mogen schorsen om nader onderzoek te doen naar zijn mogelijk onrechtmatig handelen. in het geding tussen: UITSPRAAK de heer A, wonende te B, appellant,
Nadere informatieCommissie van Beroep BVE
105933 - Beroep tegen ontslag wegens dringende reden, subsidiair wegens andere redenen van gewichtige aard; SAMENVATTING De werkgever kocht stageplaatsen in bij de fietsenwinkel van werknemer, die de bij
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. P.T.M.
106809 - Ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid houdt geen stand omdat de ongeschiktheid onvoldoende is onderbouwd en een duidelijk verbetertraject ontbreekt. Ontslag wegens vertrouwensbreuk als gewichtige
Nadere informatieBeroep tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging daarvan is gegrond, omdat de werknemer niet vooraf zijn zienswijze kon indienen
108216 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging daarvan is gegrond, omdat de werknemer niet vooraf zijn zienswijze kon indienen in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats],
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK
SAMENVATTING 105576/105577 - Beroep tegen ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid en tegen schorsing; De werknemer is ontslagen omdat hij onvoldoende geschikt zou zijn voor zijn functie van Onderwijsassistent.
Nadere informatieCommissie van Beroep VO
105601 SAMENVATTING Werknemer heeft Niet Aangeboren Hersenletsel en er dient op advies van de bedrijfsarts een goede werkbalans te zijn. De werknemer wordt verweten dat zich een aantal incidenten hebben
Nadere informatie107991/ Beroep tegen schorsingen als ordemaatregel ongegrond omdat daarvoor voldoende redenen waren. UITSPRAAK
107991/108080 Beroep tegen schorsingen als ordemaatregel ongegrond omdat daarvoor voldoende redenen waren. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen
Nadere informatieBeroep tegen ontslag wegens plichtsverzuim en onvoldoende functioneren: BVE SAMENVATTING
106172 - Beroep tegen ontslag wegens plichtsverzuim en onvoldoende functioneren: SAMENVATTING De opzegging kan niet worden gegrond op plichtsverzuim omdat dit plichtsverzuim in de bestreden beslissing
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting D, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr.
SAMENVATTING 105957 - Beroep tegen ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid; PO In geval van ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid is het, zeker bij een langdurig dienstverband, noodzakelijk dat
Nadere informatieBeroep tegen overplaatsing gegrond vanwege het ontbreken van de instemming van de werkneemster.
108379 - Beroep tegen overplaatsing gegrond vanwege het ontbreken van de instemming van de werkneemster. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellante], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen
Nadere informatieBeroep tegen berisping is gegrond omdat het plichtsverzuim niet ernstig genoeg is. UITSPRAAK
107912 - Beroep tegen berisping is gegrond omdat het plichtsverzuim niet ernstig genoeg is. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende te C, appellante, hierna te noemen A, gemachtigde: mevrouw
Nadere informatie106099 - Beroep tegen ontslag wegens gewichtige reden/plichtsverzuim/onbekwaamheid; BVE
106099 - Beroep tegen ontslag wegens gewichtige reden/plichtsverzuim/onbekwaamheid; SAMENVATTING De werknemer is docent en is primair ontslagen wegens gewichtige reden, bestaande uit een verlies aan vertrouwen,
Nadere informatieCommissie van Beroep PO
106226 - Beroepen tegen vermindering betrekkingsomvang; SAMENVATTING Werknemers zijn bij de werkgever in vaste dienst met een betrekkingsomvang boven de normbetrekking van 1 wtf. Omdat de werkgever vele
Nadere informatiehet College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. B.J. van Hees
106796 - Beroep tegen ontslag wegens opheffing van de betrekking gegrond omdat de werkgever een onjuiste afvloeiingssystematiek hanteert; BVE in het geding tussen: UITSPRAAK de heer A, wonende te B, appellant,
Nadere informatieSAMENVATTING. 106049/106052 - Beroep tegen ontslag wegens gewichtige reden en tegen vrijstelling van werkzaamheden; HBO
SAMENVATTING 106049/106052 - Beroep tegen ontslag wegens gewichtige reden en tegen vrijstelling van werkzaamheden; De aan het ontslag ten grondslag gelegde gewichtige reden houdt verband met het functioneren
Nadere informatieSAMENVATTING. 104944/104968 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging daarvan; VO
SAMENVATTING 104944/104968 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging daarvan; Werkgever heeft werkneemster bij wijze van ordemaatregel geschorst voor de duur van 4 weken omdat hij een onderzoek
Nadere informatie108490/ Beroep tegen schorsingen als ordemaatregel gegrond vanwege niet volgen verweerprocedure respectievelijk gebrek aan noodzaak.
108490/108540 - Beroep tegen schorsingen als ordemaatregel gegrond vanwege niet volgen verweerprocedure respectievelijk gebrek aan noodzaak. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellante], wonende te [woonplaats],
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. drs. M.
107486 - De ontheffing uit de taken wordt gelijkgesteld aan een schorsing. Omdat de voorgeschreven verweerprocedure niet is gevolgd, houdt deze schorsing geen stand. in het geding tussen: UITSPRAAK de
Nadere informatieSAMENVATTING U I T S P R A AK
SAMENVATTING 103720/103727 Twee Beroepen tegen ontslag wegens reorganisatie BVE Het dienstverband is opgezegd tijdens ziekte van de werknemer. De Commissie overweegt dat de werkgever ingevolge artikel
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van de D, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw F
SAMENVATTING 106011 - Beroep tegen ontslag primair wegens plichtsverzuim, subsidiair wegens ongeschiktheid voor de functie en meer subsidiair om andere redenen van gewichtige aard, te weten verlies van
Nadere informatieSAMENVATTING Beroep tegen ontslag wegens gewichtige reden/plichtsverzuim/onbekwaamheid en tegen schorsing; BVE
SAMENVATTING 106255 - Beroep tegen ontslag wegens gewichtige reden/plichtsverzuim/onbekwaamheid en tegen schorsing; De docent is primair ontslagen wegens gewichtige reden, bestaande uit een verlies aan
Nadere informatieSAMENVATTING U I T S P R A AK
SAMENVATTING 104265 - Geschil over de toepassing van artikel I-12b lid 2 De werkgever kent de werkneemster geen bindingstoelage toe omdat zij niet op alle beoordelingscriteria van de functie positief beoordeeld
Nadere informatie106593 - Docente terecht op staande voet ontslagen omdat zij stagebezoeken heeft gefingeerd en hiervoor reiskostendeclaraties heeft ingediend.
106593 - Docente terecht op staande voet ontslagen omdat zij stagebezoeken heeft gefingeerd en hiervoor reiskostendeclaraties heeft ingediend. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende te B, appellante,
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK
105209 - Beroep tegen onthouden promotie; SAMENVATTING Getoetst wordt of de procedure in het door de werkgever opgestelde implementatieplan salarismix zorgvuldig en correct is gevolgd en of de werkgever
Nadere informatieDe berisping houdt geen stand omdat niet vaststaat dat de werknemer de geheimhoudingsplicht heeft geschonden.
108160 - De berisping houdt geen stand omdat niet vaststaat dat de werknemer de geheimhoudingsplicht heeft geschonden. in het geding tussen: UITSPRAAK de heer [appellant], wonende te [woonplaats], appellant,
Nadere informatieUITSPRAAK. [appellant], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. E.A.C. Sietsma
107969 UITSPRAAK in het geding tussen: [appellant], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. E.A.C. Sietsma en het College van Bestuur van [school], gevestigd
Nadere informatie107502/ De twee schorsingen van de werknemer zijn onjuist; de eerste vanwege een vormfout en de tweede omdat daarvoor onvoldoende grond was.
107502/107581 - De twee schorsingen van de werknemer zijn onjuist; de eerste vanwege een vormfout en de tweede omdat daarvoor onvoldoende grond was. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende te
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK
102474 en 102493 SAMENVATTING Beroep tegen ontslag wegens gewichtige omstandigheid en tegen 2 orde-schorsingen PO Appellant is aanvankelijk benoemd op basis van 'melkertbaanregeling'. Functiebenoeming
Nadere informatieBeroep tegen ontslag wegens plichtsverzuim/gewichtige omstandigheden en tegen schorsing als ordemaatregel; PO
106238- Beroep tegen ontslag wegens plichtsverzuim/gewichtige omstandigheden en tegen schorsing als ordemaatregel; SAMENVATTING Het dienstverband is primair opgezegd wegens plichtsverzuim, kortweg bestaande
Nadere informatieCommissie van Beroep VO
105924 - Beroep tegen schriftelijke berisping; SAMENVATTING De gymleraar heeft bezittingen van leerlingen in bewaring genomen. Na de les ontbreekt een ipod. De werkgever stelt dat de werknemer in strijd
Nadere informatieSAMENVATTING U I T S P R A AK
SAMENVATTING 105014 - Beroep tegen ontslag wegens dringende reden; Werknemer, docent, is wegens een dringende reden ontslagen op grond van fraude bij de schoolexamens. De aan het ontslag ten grondslag
Nadere informatieBeroep tegen een disciplinaire overplaatsing is niet-ontvankelijk omdat de overplaatsing geen disciplinair karakter heeft.
108604 - Beroep tegen een disciplinaire overplaatsing is niet-ontvankelijk omdat de overplaatsing geen disciplinair karakter heeft. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats],
Nadere informatieSAMENVATTING. 103768/103769 Beroep tegen opschorting bezoldiging, berisping en ontslag op staande voet PO.
SAMENVATTING 103768/103769 Beroep tegen opschorting bezoldiging, berisping en ontslag op staande voet PO. De werknemer meldt zich herhaaldelijk ziek. Naar aanleiding van de laatste ziekmelding gaat de
Nadere informatieSAMENVATTING U I T S P R A AK
SAMENVATTING 105044 - Beroep tegen ontslag wegens arbeidsongeschiktheid; De arbeidsongeschiktheid van werkneemster heeft langer dan twee jaar geduurd en herstel binnen zes maanden is niet te verwachten.
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting D, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr.
SAMENVATTING 105397 - Beroep tegen ontslag wegens plichtsverzuim; De werknemer is disciplinair ontslagen vanwege grensoverschrijdend gedrag tegen een minderjarige leerling. Voor de werkgever ligt deze
Nadere informatieSAMENVATTING / Beroepen (2) tegen rddf-plaatsingen; PO
SAMENVATTING 105366 / 105383 Beroepen (2) tegen rddf-plaatsingen; PO De werkgever heeft de in de CAO PO voorgeschreven procedure om tot een rddf plaatsing te besluiten op een juiste wijze gevolgd. Op grond
Nadere informatieSAMENVATTING / Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en ontslag wegens gewichtige redenen; VO
SAMENVATTING 105229/105230 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en ontslag wegens gewichtige redenen; Werkneemster is uitgevallen als gevolg van een arbeidsconflict. Het re-integratieproces verloopt
Nadere informatieCommissie van Beroep PO
106228 - Beroep tegen vermindering betrekkingsomvang; SAMENVATTING De werkgever heeft vele werknemers in dienst die, om verschillende redenen, een betrekkingsomvang van meer dan 1,0 wtf hebben. De werkgever
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. Y.E.M.
103369 SAMENVATTING Verzoek voorlopige voorziening HBO De werkgever heeft de werkneemster meegedeeld dat haar tijdelijk dienstverband van rechtswege eindigt. De werkneemster stelt dat zij in vaste dienst
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. F.J.
107289 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, verzoeker, hierna te noemen A gemachtigde: de heer mr. S.L. Knols en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen
Nadere informatiehet College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. K.A.P. Moonen
105081 - Beroep tegen schriftelijke berisping; De werkgever heeft aan de disciplinaire maatregel ten grondslag gelegd dat de docent in de lessen allerlei privézaken bespreekt en in de lessen en tijdens
Nadere informatieSAMENVATTING. 105493 - Beroep tegen ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid/gewichtige redenen; HBO
SAMENVATTING 105493 - Beroep tegen ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid/gewichtige redenen; De werkgever heeft het dienstverband met de werknemer beëindigd, primair wegens ongeschiktheid voor de
Nadere informatieSAMENVATTING. 105940 - Beroep tegen ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid en wegens gewichtige redenen; BVE
SAMENVATTING 105940 - Beroep tegen ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid en wegens gewichtige redenen; De werknemer, hoofd PZ, is ontslagen wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid voor zijn functie en
Nadere informatieSAMENVATTING t/m , t/m en Beroepen tegen ontslag wegens opheffing van de school; VO
SAMENVATTING 104994 t/m 104997,104999 t/m 105002 en 105007 - Beroepen tegen ontslag wegens opheffing van de school; De werknemers voeren aan dat voortzetting van de school mogelijk is, dat de werkgever
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. A.
107773 - Beroep tegen onthouding van promotie. Terugplaatsing van docent LD naar docent LC mocht, omdat de werknemer niet voldeed aan de functievereisten docent LD UITSPRAAK in het geding tussen: de heer
Nadere informatieCommissie van Beroep voor het Protestants Christelijk Voortgezet en Hoger Beroepsonderwijs
Beroep tegen besluit tot opzegging arbeidsovereenkomst o.g.v. 9.a.5 sub a dan wel artikel 9.a.5 sub i In het ontslagbesluit noemt verweerster als gronden voor het aan appellant gegeven ontslag de artikelen
Nadere informatiehet College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. S.A. van Lammeren
SAMENVATTING 104767 Werkneemster is wegens plichtsverzuim ontslagen omdat zij weigerde in gesprek te gaan over de aard van haar problemen, over mediation, over werkhervatting en over de aangeboden passende
Nadere informatiehet College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. B. van Meurs
105288 - Beroep tegen ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid; Het dienstverband met de docent is opgezegd wegens onbekwaamheid of ongeschiktheid voor de uitgeoefende functie. De werkgever heeft geen
Nadere informatieCommissie van Beroep BVE
SAMENVATTING 105083 De werknemer is op staande voet ontslagen omdat hij zich niet op correcte wijze had ziek gemeld, omdat hij ondanks deze ziekmelding en zonder toestemming op studiereis naar Londen is
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever
106842 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellante, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. drs. M.C.J. Reijrink en het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna
Nadere informatieVerzoek voorlopige voorziening tot wedertewerkstelling, vacant houden functie en loondoorbetaling; HBO SAMENVATTING
106426 - Verzoek voorlopige voorziening tot wedertewerkstelling, vacant houden functie en loondoorbetaling; SAMENVATTING De werkgever heeft de werknemer meegedeeld dat de (verlengde) arbeidsovereenkomst
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK
SAMENVATTING 105600 - Ontslag op staande voet wegens werkweigering; Naast haar functie bij de werkgever is werkneemster werkzaam in haar eigen agrarisch bedrijf. In verband met oogstwerkzaamheden heeft
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. J.A.
107669 - De terugplaatsing in de oude LB-functie komt neer op de onthouden van promotie. Terugplaatsing mocht omdat de werkneemster niet voldeed aan de functievereisten docent LD. in het geding tussen:
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK. het bestuur van de Stichting C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
SAMENVATTING 104274 - Beroep tegen ontslag wegens opheffing betrekking; PO Werkneemster is als onderwijsassistente werkzaam op basis van de zgn. regeling Voor- en Vroegschoolse Educatie. De subsidie daarvoor
Nadere informatieUITSPRAAK. [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. G. Deibel
108311 - Beroep tegen disciplinaire overplaatsing is gegrond omdat de klachten geen plichtsverzuim opleveren en er sprake lijkt te zijn van functioneringsproblematiek waarvoor een disciplinaire maatregel
Nadere informatieV E R E N I G I N G V O O R O N D E R W IJS R E C H T I N T H E O R I E E N P R A K T I J K
V E R E N I G I N G V O O R O N D E R W IJS R E C H T I N T H E O R I E E N P R A K T I J K Bijeenkomst Werkgroep Leiding en staf in het VO op 15 januari 2013 Het ongeschiktheidsontslag Een personeelslid
Nadere informatieBeroep tegen schorsing als ordemaatregel gegrond, omdat er onvoldoende grond voor de schorsing was.
108550 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel gegrond, omdat er onvoldoende grond voor de schorsing was. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats], hierna te noemen [appellant]
Nadere informatieSAMENVATTING. 105658 - Beroep tegen ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid/gewichtige redenen; HBO
SAMENVATTING 105658 - Beroep tegen ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid/gewichtige redenen; De werkgever heeft het dienstverband met de werknemer beëindigd, primair wegens ongeschiktheid voor de
Nadere informatiehet College van Bestuur van de Stichting C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
106484 - Door werkneemster niet te belasten met lesuren in de bovenbouw is haar ten onrechte promotie in het kader van het entreerecht onthouden. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende te B,
Nadere informatiehet College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
106808 UITSPRAAK in het geding tussen: mevrouw A, wonende te B, appellante, hierna te noemen A gemachtigde: de heer mr. F.E.R.M. Lathouwers en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder,
Nadere informatiehet College van bestuur van het C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
Samenvatting 02073 Commissie voor geschillen Geschil omtrent inschaling van de functie. De werknemer treedt in tijdelijke dienst van de werkgever en ontvangt eerst een salarisstrook met vermelding van
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van het C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
107780 - De cao mbo is niet goed toegepast, omdat de werknemer ten onrechte is aangemerkt als betrokken bij het primaire proces en de werkgever de afwijzing van het (on)betaald verlof onvoldoende heeft
Nadere informatiehet College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. G. Ham
104618 - Beroep tegen ontslag op staande voet; Werknemer is op staande voet ontslagen vanwege een strafrechtelijke veroordeling voor het downloaden en in bezit hebben van kinderporno. De werkgever heeft
Nadere informatieBeroep tegen berisping gegrond. De verzonden kritische levert geen plichtsverzuim op. UITSPRAAK
108343 - Beroep tegen berisping gegrond. De verzonden kritische e-mail levert geen plichtsverzuim op. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, gemachtigde: mevrouw
Nadere informatieLandelijke Bezwarencommissie Schoolbestuursbeslissingen (mr. B.K. Olivier, D. van As, mr.drs. F.H.J.G. Brekelmans)
Landelijke Bezwarencommissie Schoolbestuursbeslissingen (mr. B.K. Olivier, D. van As, mr.drs. F.H.J.G. Brekelmans) LBS 08.001 Advies inzake het geschil tussen de heer A (bezwaarde) -ende stichting B(bevoegd
Nadere informatie105077 - Beroep tegen ontslag op staande voet, subsidiair ontslag wegens gewichtige redenen; VO
105077 - Beroep tegen ontslag op staande voet, subsidiair ontslag wegens gewichtige redenen; Werknemer is op staande voet ontslagen omdat hij een langdurige vertrouwelijke relatie met een minderjarige
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van het ROC C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
SAMENVATTING 105696 - Beroep tegen disciplinaire overplaatsing; De werkgever heeft werknemer bij wijze van disciplinaire maatregel overgeplaatst wegens plichtsverzuim, bestaande uit onder meer het zich
Nadere informatiein het geding tussen: de heer [appellant], wonende te [woonplaats], hierna te noemen [appellant]
108047 UITSPRAAK in het geding tussen: de heer [appellant], wonende te [woonplaats], hierna te noemen [appellant] en het College van Bestuur van [de werkgever], gevestigd te [vestigingsplaats], verweerder,
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
107334 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellant, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. L. Stové en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK. het College van Bestuur van het ROC D, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer F
SAMENVATTING 105474 - Geschil over toepassing van art. H-60 CAO BVE Werknemer heeft jarenlang gewerkt als docent maar is, na een periode van arbeidsongeschiktheid, werkzaam als onderwijsassistent. De werkgever
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK
SAMENVATTING 105540 - Beroep tegen beëindiging verlengd tijdelijk dienstverband; De werknemer is sinds indiensttreding werkzaam op basis van een (verlengde) arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd, wegens
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van het ROC D, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr.
SAMENVATTING 105514 - Verzoek voorlopige voorziening om opheffing schorsing; Verzoekster is geschorst voor de duur van de procedure tot ontbinding dan wel beëindiging van de Omdat de werkgever heeft nagelaten
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. J.M. Frons
SAMENVATTING Beroep tegen ontslag wegens andere redenen van gewichtige aard; De reden van gewichtige aard is het niet meewerken aan re-integratie als gevolg waarvan het vertrouwen in een verdere samenwerking
Nadere informatieUITSPRAAK. de heer [appellant], wonende te [plaatsnaam], appellant, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. R.H.M.
108633 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel ongegrond; de inhoud van de e- mailwisseling tussen de docent en een minderjarige leerlinge was voldoende reden om een onderzoek in te stellen. in het
Nadere informatieSAMENVATTING Beroep tegen disciplinair ontslag wegens plichtsverzuim en/of andere redenen van gewichtige aard; BVE.
SAMENVATTING 104279 - Beroep tegen disciplinair ontslag wegens plichtsverzuim en/of andere redenen van gewichtige aard;. Sinds 2006 is de werkneemster arbeidsongeschikt, naar later blijkt vanwege de ziekte
Nadere informatieDe aangeboden school voor so is voor de leerling voldoende nabij, waardoor op dit punt is voldaan aan de zorgplicht van de school.
107612 De aangeboden school voor so is voor de leerling voldoende nabij, waardoor op dit punt is voldaan aan de zorgplicht van de school. in het geding tussen: de heer A en mevrouw B, verzoekers, gemachtigde:
Nadere informatieSAMENVATTING. 104206 - Beroep tegen mededeling beëindiging verlengd tijdelijk dienstverband; HBO
SAMENVATTING 104206 - Beroep tegen mededeling beëindiging verlengd tijdelijk dienstverband; Werknemer voert aan dat er sprake is geweest van een doorlopend dienstverband waardoor er na 36 maanden een dienstverband
Nadere informatieCommissie van Beroep VO
106114 - Beroep tegen inhouding loon als disciplinaire maatregel; SAMENVATTING Het plichtsverzuim dat de werknemer wordt verweten bestaat uit het (onrechtmatig) in bezit hebben van een screenprint uit
Nadere informatieSAMENVATTING U I T S P R A AK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
SAMENVATTING 104467 - Beroep tegen een ontslag wegens arbeidsongeschiktheid; Werkneemster is sedert 2002 arbeidsongeschikt en ontvangt een WAO-uitkering naar een arbeidsongeschiktheidspercentage van 45-55%.
Nadere informatieHet Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. S.A. Geerdink
104966 - Beroep tegen ontslag wegens plichtsverzuim, subsidiair ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid, meer subsidiair vanwege zwaarwegende omstandigheden; PO Werknemer is algemeen directeur van
Nadere informatie106706 - Ontslag wegens reorganisatie houdt stand omdat de functie van werkneemster is vervallen en er geen andere passende functie voor haar is.
106706 - Ontslag wegens reorganisatie houdt stand omdat de functie van werkneemster is vervallen en er geen andere passende functie voor haar is. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende te B,
Nadere informatie