Wat doen alle leerkrachten voor een leerling met engagement?

Transcriptie

1 1. BREDE BASISZORG Schooljaar WAT DOEN WE VOOR ALLE LEERLINGEN VAN SIVIBU? 2. VERHOOGDE ZORG ENGAGEMENTSVERKLARINGEN VOOR LEERLINGEN MET ATTEST/GV Wat verwachten we van de leerling? Wat verwachten we van de ouders? Wat doen alle leerkrachten voor een leerling met engagement? - Algemene maatregelen - Specifieke, leerlinggebonden maatregelen (persoonlijk af te spreken)

2 1. Wat doet SIVIBU voor ALLE leerlingen? = BREDE BASISZORG OVERHORINGEN/EXAMENS 1. Er worden geen cijfers luidop voorgelezen in de klas en overhoringen worden in de les teruggegeven. 2. Overhoringen worden (zoveel mogelijk) achteraf verbeterd of besproken in de klas, fouten geanalyseerd, oplossingen voorgesteld. Zo leren de leerlingen uit hun fouten. 3. De leerkracht geeft duidelijk aan hoe een leerstofonderdeel getoetst zal worden, wat van de leerling verwacht wordt (= begeleiding v/h leren leren). 4. Een grote overhoring wordt in samenspraak met de leerlingen en tijdig gepland (voor een vak met meer dan 2 uur/week). 5. De vragen van een overhoring of proefwerk worden door de leerkracht voorgelezen of overlopen (1 ). 6. De leerkracht wijst de leerling erop na te lezen als hij te vroeg afgeeft (1-2 ). OPDRACHTEN 7. Bij een groepswerk, opdracht voor punten wordt nauwkeurig op papier omschreven wat van de leerling verwacht wordt, aan welke criteria hij/zij moet voldoen. 8. Gebruik van de spellingcorrector en het woordenboek (groene boekje) wordt gestimuleerd. 9. De leerlingen mogen voor een taak een tekstverwerker gebruiken. 10. De leerkrachten talen (2 en 3 ) maken afspraken i.v.m. de spreiding van lectuuropdrachten (planning). 11. Bij spreekoefeningen mag de leerling een geheugensteuntje gebruiken. LESSEN/KLASGEBEUREN 12. Notities, toetsen, opdrachten, etra s worden getypt in ARIAL 11 of Bij toetsen, opdrachten, etra s zorgt de leerkracht voor een rustige bladspiegel, voldoende schrijfruimte en witregels. 14. Taken en lessen (planningsagenda) worden op het bord genoteerd (1-2 ). 15. Lesonderwerp, grote taken en toetsen kunnen digitaal geraadpleegd worden. 16. Studiebegeleiding (leren leren): de leerlingen worden geholpen met de organisatie en planning van het werk (door de vakleerkracht in de les (1-2 ). 17. De KLKR controleerde schoolagenda wekelijks (1 ) tweewekelijks (2 ) maandelijks (3 ).

3 2. VERHOOGDE ZORG = o.a. EEN ENGAGEMENTSVERKLARING mogelijke afspraken voor leerlingen ouders - leerkrachten 1) Wat verwachten we van een leerling met algemene maatregelen voor een bepaalde leerstoornis? 1. De leerling komt de gemaakte afspraken na. 2. De leerling volgt de lessen aandachtig. 3. De leerling zorgt ervoor dat hij het nodige materiaal (voor de vakken) bij zich heeft. (3 ) / De leerling neemt zijn materiaal voor de volgende les klaar tijdens de leswisseling en bergt op wat hij tijdens het vorige lesuur nodig had (1-2 ). 4. De leerling is bereid inhaallessen te volgen als de klassenraad dit nodig acht. 5. De leerling neemt zelf verantwoordelijkheid op i.v.m. taken en lessen (2-3 ). Specifiek (alleen voor bepaalde leerlingen) 2) Wat verwachten we van de ouders? 1. De ouders bieden ondersteuning thuis: schooltas maken, materiaal in orde, (1-2 ) 2. De ouders controleren de agenda (wekelijks 2-3 ) en of de ingeschreven taken en lessen uitgevoerd zijn (dagelijks 1 ). 3. Als de ouders merken dat er iets misloopt, contacteren ze zo snel mogelijk de klassenleraar of LOS-coördinator. 4. De ouders brengen samen met de leerling de overhoringen in orde (gehandtekende overhoringen op de juiste plaats opbergen en inhoudstafels aanvullen) (1 ). Specifiek (alleen voor bepaalde leerlingen) OPM. Een engagementsverklaring is een samenwerking tussen 3 partijen. Als de leerling zijn deel niet nakomt, wordt dit besproken op de KR. Wanneer blijkt dat dit voor de meerderheid van de vakken geldt, schrijft de LOS-coördinator of graadcoördinator een nota in de schoolagenda. Wanneer de leerling zijn gedrag niet bijstuurt, kan de school terugkomen op de genomen zorgmaatregelen. Tijdens een volgende KR kan dit herbekeken worden.

4 3) ALGEMENE MAATREGELEN: wat doet SIVIBU voor ALLE leerlingen met een leerstoornis (algemeen) 1. De leerling krijgt meer tijd bij toetsen/proefwerken (20 à 30 % - geen 50%) (eerst beginnen) 2. De leerling kan de modelagenda gebruiken indien nodig. 3. De leerkracht zal de leerling wijzen op meervoudige vragen (markeren). 4. Toetsen (niet: dictees) worden op kopie gegeven, niet gedicteerd of overgeschreven v/h bord. 5. De leerkracht zal de leerling wijzen op oningevulde vragen bij toetsen en eamens. 6. De leerkracht noteert TIJDENS de correctie op de toets/het proefwerk leerstoornis (inspectie). dysleie (schrijven niet voldoende geautomatiseerd) = dysorthografie 1. Schrijffouten worden niet meegerekend. 2. Er wordt geen rekening gehouden met de spelling, alleen als er een bepaalde spellingsregel moet toegepast worden. (Wanneer een spellingsregel of de toepassing ervan gezien werd en er volgt een overhoring: punten aftrekken voor deze spellingfouten is logisch (1 regel of beperkt aantal regels wordt getest hiervoor kan de leerling studeren). Wanneer dezelfde spellingfouten later terugkomen in andere toetsen e.d. worden daarvoor geen punten afgetrokken.) (T) 3. Voor een fout die herhaaldelijk gemaakt wordt, worden slechts één keer punten afgetrokken. 4. De leerling moet geen onvoorbereide/individuele spellingopdrachten aan het bord maken. dysleie (lezen niet voldoende geautomatiseerd) 5. Als de leerling moet voorlezen in de klas, mag hij dat thuis voorbereiden. 6. Lectuuropdrachten worden ruim op voorhand meegegeven. 7. Voor lectuuropdr. mag de leerling ook kiezen uit een luisterboek of boek makkelijk lezen. (T) 8. Voor lectuuropdr. mag de leerling een deel van het boek lezen. (T) 9. Bij vreemde talen wordt de opdracht zeker ook in het Nederlands verduidelijkt. (T) 10. Voor vreemde talen mogen geluidscd s gebruikt worden als ze voorhanden zijn. (T) dyscalculie 1. De leerling komt enkel voor het bord om oef. te maken als hij daar zelf om vraagt/na voorb. (W) 2. De leerling mag bij een toets of proefwerk (waarbij het gebruik van de ZRM niet toegestaan is voor de andere leerlingen) een niet-wetenschappelijke ZRM gebruiken. (W) 3. Aan de leerling wordt duidelijk meegedeeld wat basis- en differentiatieleerstof is bij het e. (W) 4. De leerling mag altijd tabellen, tussenstappen noteren op een kladblad. (W) 5. De leerling mag hulpfiches (1 ) of het vademecum (2 ) gebruiken. 6. De leerling mag een tijdsbalk gebruiken in de les. (G) 7. De belangrijkste data worden in de notities aangeduid door de lkr. (1 ) of buddy (2-3 ). (G) T = talen W = wetenschappen G = geschiedenis (luisterboek) (TSO) (TSO) (luisterboek)

5 4) SPECIFIEKE MAATREGELEN: worden in samenspraak met ouders en leerling toegevoegd aan de algemene afspraken