Beantwoording technische vragen forumavond 7 april 2015

Transcriptie

1 Beantwoording technische vragen forumavond 7 april 2015 Forum 2B: Vaststellen Huisvestingsverordening Langedijk 2015 Nr. Fractie Vraag Antwoord 1 RVS: bij het lijstje verschillen ontbreekt het fenomeen loting (uit 3.8 van de notitie). Waarom wordt dit niet aangemerkt als verschil of nieuw? 2 Kleurrijk Langedijk RVS: pagina 2, punt 6. Hoe wordt er gemonitord/ gecontroleerd of er werkelijk sprake is van mantelzorg. Hangt er ook een termijn aan dat beide partijen moeten blijven wonen in de toegewezen woning? 3 Kleurrijk Langedijk Raadsbesluit: pagina 1 bullet 3 staat huidhouding in plaatst van huishouding, gaarne aanpassen 4 Kleurrijk Langedijk Raadsbesluit: pagina 3 artikel 6 punt 3. Wat is de reden dat dit percentage op 10% wordt gesteld? Met de 5% loting, blijft er in dat geval nog 85% over voor de reguliere toewijzing. Daarvan gaat nog de urgentieregeling af. Hoeveel blijft er dan nog effectief over voor de 'standaard' woningzoekende? 5 Kleurrijk Langedijk Artikel 9 van de Algemene bepalingen: welk college v besluit tot urgentie bij een woningzoekende van buiten de regio? Het college van buiten de regio waar de woningzoekende vandaan komt of het College van de gemeente waar de woningzoekende van buiten zich wil vestigen? Dit staat wel genoemd bij punt 1: Inschrijftijd + 5% loting In het keukentafelgesprek/wmo-gesprek wordt bepaald of er sprake is van mantelzorg, mede op basis van de definitie. Bij twijfel kan er een bevestiging gevraagd worden aan de wijkverpleegkundige/huisarts dat iemand (mantel)zorg nodig heeft. Er hangt geen termijn aan de duur van het bewonen van de huurwoning. Akkoord Maximaal 10% van de specifieke toewijzing is voor speciale categorieën; dat is inclusief de 5% Onder de pannen (o.a. personen uit instellingen/ex-gedetineerden). In artikel 3.2 is aangegeven dat er met 20% van de toewijzingen in de huidige praktijk iets specifieks aan de hand is. Dit betekent dat er minimaal 80% voor reguliere toewijzing is, daarvan maakt de 5% loting deel uit. In de regio Alkmaar kunnen alleen urgentie aanvragen: Ingezetenen van de regio die langer dan 1 jaar in het GBA van één of meer van de gemeenten in de regio Alkmaar staan ingeschreven. Dat is in de huidige Huisvestinsgverordening ook het geval. Urgenten zijn ook vergunninghouders; mensen uit Blijf van mijn lijf huizen en mantelzorgers. 1

2 6 Kleurrijk Langedijk Pagina 1 van de notitie: De gemeente stelt zelf vast wat de schaarse, goedkope voorraad is en maakt deze vergunningsplichtig. Betekent dit dat de gemeente ook gaat over woningen van particulieren die onder de huurgrens verhuurd worden? Of woningen die via de leegstandswet verhuurd worden onder de sociale huurgrens? 7 Kleurrijk Langedijk Pagina 7 toelichting onder 3.3. wat betreft 50% etc. Betekent dit dat er juist in de nieuwe wet en dus verordening mogelijkheden zijn om bijv. Langedijker woningen aan Langedijkers te verhuren? Pagina 12, 3.10: via keukentafelgesprek kan urgentie worden toegekend. Zijn de criteria hiervoor binnen de regio eenduidend? Hoe is dat geborgd? 1 tav de notitie Welke concrete maatregelen ( beleidsmatig) worden genomen om de vastgestelde en langjarig voortdurende tekort aan betaalbare woningen terug te dringen? Welke prestatieafspraken zijn hierover met de betrokken partijen ( woningcorporaties, Strikt genomen gaat de Huisvestingsverordening ook over woningen van particulieren die onder de maximale huurgrens verhuurd worden. In de Huisvestingsverordening wordt in artikel 2 lid 2a verhuurde woonruimte op basis van de Leegstandwet uitgesloten van de huisvestingsvergunning. De nieuwe Huisvestingswet gaat uit van vrije vestiging. Omdat er bijzondere woongemeenschappen zijn (denk aan bijv. de Waddeneilanden) is daarnaast de mogelijkheid opgenomen om voor een kern met voorrang toe te wijzen uit de eigen gemeente. Daarvoor moet wel aangetoond worden dat er voor deze specifieke kern sprake is van schaarste. In dat geval zal er een systeem moeten worden uitgewerkt om bij te houden wie voor de specifieke kern in aanmerking komt en of de 25% (50% van 50%) van de vrijkomende woningen in die specifieke kern al gehaald is. In de huidige Huisverordening zijn de uitvoeringsregels voor urgentie in de verordening zelf opgenomen in Bijlage 3 Uitvoeringsvoorschrift urgentiebepaling. Dat mag onder de nieuwe wetgeving niet meer waardoor er hiervoor apart beleidsregels worden opgesteld. Er wordt naar gestreefd om deze beleidsregels voor 1 juli 2015 door de colleges van de verschillende regiogemeente vast te laten stellen. In de Regionale en Lokale Woonvisie is opgenomen dat er bij nieuwbouw minimaal 30% aan betaalbare woningen moet worden gerealiseerd. Daarnaast zullen er hierover door de regiogemeenten met de corporaties nadere afspraken gemaakt worden. Nieuwe (regionale) prestatieafspraken op basis van de Regionale en Lokale Woonvisie, nieuwe Woningwet en Huisvestingwet 2014 moeten nog gemaakt worden. 2

3 ontwikkelaars) gemaakt cq worden gemaakt? Welke maatschappelijke effecten worden verwacht van het instrument loting voor woningzoekenden? Welke maatregelen worden genomen opdat woningen behorend tot de kernvoorraad aan de kernvoorraad onttrokken worden? 2 GroenLinks Tav de voorgestelde verordening: Wat is de reden dat een deel van de artikelen in voorliggende verordening cursief gezet is? 3 Artikel 2. Aanwijzing vergunningplichtige woonruimte 1. De volgende categorieën goedkope woonruimte mogen enkel voor bewoning in gebruik worden genomen of gegeven als daarvoor een huisvestingsvergunning is verleend: a. woonruimten met een huurprijs beneden de huurtoeslaggrens als bedoeld in artikel 13, eerste lid, onder a, van de Wet op de huurtoeslag. 2. Het eerste lid is niet van toepassing op: a. woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, onder a tot en met c, van de Leegstandwet; b. onzelfstandige woonruimten; c. woonschepen; d. woonwagens; e. monumenten; f. woonruimten in een complex van beschut wonen; g. studentenwoonruimte; Meer betrokkenheid van pas ingeschrevenen (meestal jongeren). Dit onderwerp zal worden meegenomen bij de nieuwe prestatieafspraken. Dit is niet de bedoeling, blijkbaar is dit gebeurd tijdens omzetting van Word naar PDF. 3

4 h. woonruimte in een complex voor een woongroep. Wat zijn de criteria om een woonruimte als goedkoop te kwalificeren? Welke regeling is van toepassing op Recreatiewoningen? 4 Artikel 3. Criteria voor verlening huisvestingsvergunning Onverminderd het bepaalde in artikel 10, tweede lid, van de wet, komen voor een huisvestigingsvergunning in aanmerking: a. woningzoekenden met een inkomen lager dan het maximale huishoudinkomen volgens de Tijdelijke regeling diensten van algemeen economisch belang toegelaten instellingen volkshuisvesting, art 4, lid 1 onder a, vermeerderd met 10%, een en ander met inachtneming van het daaromtrent bepaalde in de Woningwet; b. meerderjarige woningzoekenden, en c. een geldig bewijs van inschrijving heeft zoals bedoeld in het derde lid van artikel 4. Wilt u dit artikel nalezen op consistentie en desgewenst aanpassen? Goedkope woonruimte is opgenomen in de Huisvestingswet (artikel 4 en 7). De gemeenteraad kan zelf de categorieën (goedkope) woonruimte aanwijzen. Een recreatiewoning valt onder de huisvestingsverordening als deze valt in de definitie woonruimte (begripsbepaling Huisvestingswet) en daarvoor een huur gevraagd wordt die valt onder de sociale huurprijsgrens. Punt c volgt niet logisch op het gestelde in dit artikel. Dit zal worden aangepast in overleg met de regio. 5 Artikel 4. Inschrijfsysteem van woningzoekenden 1. Woningcorporaties dragen in het kader van 4

5 deze verordening zorg voor het aanleggen en bijhouden van een uniform inschrijfsysteem van woningzoekenden. 2. Zij stellen regels op over de wijze van inschrijving, registratie van gegevens, opschorting en einde van de inschrijving. 3. De woningzoekende ontvangt een bewijs van inschrijving. Wie geeft het bewijs van inschrijving af? Welke criteria worden hierbij gesteld? Zijn hier kosten aan verbonden? De corporaties. De criteria zoals genoemd in artikel 3. Dit kost na inschrijving 7,50 (2015) per jaar. Forum 2B: Op verzoek van de ChristenUnie bespreking Notitie stimulering lokale economie Nr. Fractie Vraag Antwoord 1 Vraag aan College: op pagina 2 van uw notitie stelde u dat het keurmerk een positief effect heeft op het vestigingsklimaat. In wat voor getallen moeten we dan denken? Gaarne voorbeelden? Het positieve effect laat zich niet vangen in getallen, evenmin in voorbeelden. Het gaat meer om de bijdrage aan het algemene beeld van Breekland als een hoogwaardige en veilige vestigingslocatie. Eveneens aan College: Langedijk kent veel startende ondernemers die behoefte hebben aan kleinschalige ruimtes en kraamkamers. Is hier onderzoek naar gedaan? Hoeveel van deze ondernemers zijn er? Hoeveel m2 ruimte zoeken zij? Eveneens aan College: de glossy Langedijk Hier is in Langedijk geen onderzoek naar gedaan. E.e.a. berust op de algemene veronderstelling dat startende bedrijven specifieke huisvestingswensen hebben, waarbij zij na een startfase op de zolderkamer of in de garage, graag de beschikking zouden hebben over een volgende huisvestingssituatie die niet te duur is en waar contact met andere (startende) bedrijvigheid een factor is. Hier is geen aantal aan te verbinden. Het gaat meer om algemene reacties vanuit de 5

6 Leeft heeft positieve reacties ontvangen? Hoeveel positieve reacties zijn er ontvangen? Deze glossy is indertijd als een toeristisch item aangeboden aan de STPL, stichting toeristische promotie Langedijk. Is ook betaald van subsidie wat bedoeld was voor dit toeristisch platform. Nu lezen we hier dat het vooral ging om wonen en recreëren. Graag uw toelichting. samenleving in de contacten met de gemeente op bestuurlijk en ambtelijk niveau die overwegend positief waren over het magazine. Het eerste exemplaar van het magazine is symbolisch aangeboden aan STPL. Het magazine was een initiatief van tekstbureau Koeienletters en Hanenpoten (K&H), dat ook financieel verantwoordelijk was voor kosten en (advertentie)opbrengsten. De gemeente heeft redactionele ondersteuning geleverd. De verkoop van bedrijfs- en bouwkavels, alsmede de algemene toeristische promotie van de gemeente werden beoogd met de productie van het magazine. Er zijn geen subsidiegelden gebruikt om het magazine tot stand te brengen. 6