M i. deborah van de leijgraaf

Transcriptie

1 M i deborah van de leijgraaf

2

3

4

5

6

7

8

9

10

11

12

13

14

15

16

17

18

19

20

21

22

23

24

25 Ik ga logeren! Thema : Familie Leeftijd : jaar Ontwikkelingsgebied : Sociaal emotioneel Soort activiteit : Rollenspel Samen Emoties Duur : half uur of langer Korte omschrijving Logeren vinden heel veel kinderen leuk, maar ook wel spannend! Hieronder staan verschillende activiteiten beschreven die iets te maken hebben met het thema logeren. Je kunt er een ochtendje mee vullen of er gewoon af en toe eentje doen. De kinderen leren zo wat logeren precies betekent. Wat heb je nodig? Voorleesboek Grote koffer (evt. met wieltjes) Logeerspulletjes zoals een tandenborstel, knuffelbeer, pyjama, kleren, een spelletje enz. Schoenendozen Papier Kleurpotloden Stukjes stof Evt. watten Voorbereiding Bedenk welke spelletjes/activiteiten je wilt doen en zet de benodigde materialen daar voor klaar. Inleiding Je kunt de activiteiten inleiden met een gesprekje over logeren. Wie heeft er wel eens gelogeerd? En bij wie? Hoe was dat? Wat had je allemaal meegenomen? Lees daarna een boekje over logeren voor zoals Bobbi gaat logeren of Nijntje gaat logeren. Uitvoering Activiteit 1: Ik ga logeren en neem mee... Ga in een kring zitten en leg allerlei logeerspulletjes in het midden. Zeg: 'Ik ga logeren en neem mee' en pak één van de spulletjes uit het midden van de kring zoals bijvoorbeeld een tandenborstel. Nu is de volgende aan de beurt. Hij/zij zegt nu: 'Ik ga op logeren en neem mee', herhaalt het voorwerp van zijn buurman (de tandenborstel) en pakt zelf een ander voorwerp zoals bijvoorbeeld een knuffel. Herhaal dit totdat alle voorwerpen op zijn. Dit spelletje is eenvoudiger dan het gewone 'ik ga op reis en ik neem mee' omdat de kinderen de voorwerpen kunnen zien. Uiteraard kun je de kinderen ook nog een beetje helpen.

26 Activiteit 2: Rara, wat zit er in mijn koffer Zorg voor een mooie grote koffer en stop er steeds zonder dat de kinderen het zien een 'logeervoorwerp' in die je uit de ruimte haalt. Laat een van de kinderen zijn hand in de koffer steken en zonder te kijken raden wat hij voelt. Weet hij wat het voorwerp is, dan mag hij het uit de koffer pakken. Weet hij het niet, dan is de volgende aan de beurt. Als het voorwerp geraden is, doe je een nieuw voorwerp in de koffer enzovoorts. Activiteit 3: Bedjes maken Geef elk kind een schoenendoos en laat de kinderen hun ideale logeerbedje maken. Dit kan door te plakken, te kleuren of stukjes stof en watten te gebruiken voor bijvoorbeeld de dekens. Activiteit 4: Knuffel gaat uit logeren Speel samen met de kinderen dat knuffel uit logeren gaat. Waar gaat hij logeren en wat moet hij allemaal meenemen? Gaat hij bijvoorbeeld logeren bij opa en oma, wijs dan twee kinderen aan die opa en oma spelen. Laat ze een bedje voor bijvoorbeeld de beer maken. Geef de andere kinderen een koffer en laat ze de koffer van beer inpakken. Wat moet hij allemaal mee? Stimuleer zo de kinderen tot rollenspel. Tips en suggesties Boeken Bobbi gaat logeren van Monica Maas ISBN Nijntje gaat logeren van Dick Bruna ISBN

27 De familie-verstop-boom Thema Leeftijd Ontwikkelingsgebied Soort activiteit Duur : Familie : vanaf 1 jaar tot ± 2 jaar 2-4 jaar : Sociaal emotioneel : Zintuigen Rekenen en ordenen Samen : 15 minuten of langer Korte omschrijving Deze familieboom is makkelijk te maken en zal voor een hoop plezier zorgen. Daarnaast is het goed voor de fijne motoriek van de kinderen. Je kunt deze activiteit op verschillende manieren aanbieden. Individueel (dus een boom met eigen familie voor ieder kind), gezamenlijk (hierbij gebruiken we algemene plaatjes van familie) of in groepsverband (hierbij gebruiken we foto's van familieleden van verschillende kinderen). Wat heb je nodig? Foto's van familieleden Deksels van billendoekjes (of dubbelgevouwen papier) Groen papier Bruin papier of karton Etiketten Stift Lijm Posterbuddy's Voorbereiding Vraag de ouders of ze foto's willen meenemen van de familieleden van hun kindje. Denk aan papa, mama, oma, opa enz. Uitvoering Beslis welke boom je wilt maken. Je hebt keus uit de volgende opties: 1. Individuele boom voor elk kind Maak voor elk kind een boom van groen papier (bladeren) en bruin papier (stam). Kijk voor een voorbeeld op de bijgevoegde foto. Schrijf op de etiketten de namen van de familieleden waar je foto's van hebt (bv. mama, papa, opa, oma, oom, tante, broer, zus enz.). Plak deze etiketten op de deksels van de billendoekjes. Als je gevouwen papier gebruikt kun je de namen rechtstreeks op het papier schrijven en heb je geen etiketten nodig. Plak de boom op de muur met posterbuddy's. Plak de deksels op de boom (met tape of ook met posterbuddy's). Plak onder het deksel de foto van het desbetreffende familielid. Laat het kind vervolgens de deksels open doen en benoemen wie hij of zij ziet. 2. Maak één boom voor de hele groep. Volg dezelfde stappen als bij variant 1, maar vul de boom met foto's van familieleden van verschillende

28 kinderen. B.v. de opa van kind A, de oma van kind B enzovoorts. Laat de kinderen samen op onderzoek uitgaan naar hun familieleden. 3. Maak een boom met de plaatjes uit de bijlage. Gebruik de plaatjes uit de bijlage om de boom te vullen. Het leukste is als je de kinderen betrekt bij het vullen van de boom. Houd foto's omhoog en vraag of iemand zijn of haar familielid herkent. De kinderen zullen misschien namen gaan noemen, maar vul die zelf aan met termen als broer, zus, oom, tante, neef, nicht enzovoorts. Vastleggen / zichtbaar maken voor kinderen en ouders Hang de familieboom of bomen op in je groep. Bron

29

30