: Achmea Schadeverzekeringen N.V., gevestigd te Apeldoorn, verder te noemen Verzekeraar

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download ": Achmea Schadeverzekeringen N.V., gevestigd te Apeldoorn, verder te noemen Verzekeraar"

Transcriptie

1 Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. dr. S.O.H. Bakkerus en mr. B.F. Keulen, leden en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Klacht ontvangen op : 19 november 2016 Ingediend door : Consument Tegen Datum uitspraak : 16 januari 2018 Aard uitspraak : Bindend advies Samenvatting : Achmea Schadeverzekeringen N.V., gevestigd te Apeldoorn, verder te noemen Verzekeraar Motorrijtuigenverzekering. Aanrijding. Uit een ongevallenanalyse is gebleken dat de door Consument opgegeven datum en tijdstip van de aanrijding onjuist zijn. Consument heeft hiervoor geen plausibele verklaring kunnen geven en tegenstrijdig verklaard over de omstandigheden waaronder het ongeval heeft plaatsgevonden. De Commissie oordeelt dat sprake is van een gegronde verdenking van fraude. De afwijzing van de claim, registratie van de persoonsgegevens in het Incidentenregister en EVR en de terugvordering van de onderzoekskosten zijn terecht. De duur van de registraties wordt teruggebracht van acht naar drie jaar. 1. Procesverloop De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: het door Consument (digitaal) ingediende klachtformulier met bijlagen; de klachtbrief van Consument; het verweerschrift van Verzekeraar; de repliek van Consument; de dupliek van Verzekeraar. De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies. Partijen zijn opgeroepen voor een hoorzitting op 13 december 2017 en zijn aldaar verschenen. 2. Feiten De Commissie gaat uit van de volgende feiten. 2.1 Consument heeft via een gevolmachtigde een motorrijtuigenverzekering bij Verzekeraar voor zijn personenauto van het merk [naam merk], type [type auto 1] met kenteken [kentekennummer]. De auto is per 21 juli 2014 verzekerd met een WA en casco dekking. 2.2 Consument heeft met een op 13 oktober 2014 gedateerd aanrijdingsformulier bij Verzekeraar schade aan de auto gemeld.

2 Op het aanrijdingsformulier staat dat op 12 oktober 2014 om uur een aanrijding met een ander voertuig, van het merk [naam merk], type [type auto 2], heeft plaatsgevonden in [plaatsnaam 1]. Op het formulier heeft Consument in antwoord op de vraag naar de toedracht vermeld dat hij rechtdoor reed en dat de wederpartij van rechts kwam, links wilde afslaan en Consument ten onrechte geen voorrang heeft verleend. De zichtbare schade aan de auto van Consument, voertuig A, is voorschade en airbag open. Bij de zichtbare schade aan voertuig B is links voor aangeduid. Consument heeft in het formulier als opmerking vermeld: Die voorrang waren voor mij waar die voertuig B geeft geen voorrang. De wederpartij heeft als opmerking vermeld: Zag voertuig A te laat In opdracht van Verzekeraar heeft een schade-expert de schade vastgesteld. De expert heeft de expertise op 21 oktober 2014 uitgevoerd en de reparatiekosten vastgesteld op 9.999, In opdracht van Verzekeraar is een toedrachtonderzoek gedaan. Op 2 december 2014 heeft ten behoeve van dit onderzoek een interview met Consument plaatsgevonden. In het interview staat, voor zover relevant: V: Wat kunt u mij vertellen over de gebeurtenissen van 12 oktober 2014? A: Op die dag, zondag 12 oktober 2014, ben ik met de auto naar [plaatsnaam 1] gereden. Ik ben daar om ongeveer aangekomen. Ik had met een vriend afgesproken bij de bioscoop in [plaatsnaam 1]. Ik weet daar het adres niet meer van. Ik heb die vriend nog gebeld maar hij nam niet op. Ik ben nog kort bij de bioscoop gebleven, ben vervolgens ingestapt en wilde naar huis gaan. Toen ik over de [straatnaam 1] in [plaatsnaam 1] reed kwam ik bij een kruispunt. Ik had daar voorrang. De tegenpartij kwam van rechts en zou moeten wachten voor de haaientanden. Hij moest mij voorrang verlenen. Dat deed hij niet en opeens zag ik de auto van de tegenpartij voor mij. Ik heb nog kort geremd maar kon de aanrijding niet voorkomen. Ik botste met mijn voorzijde tegen de linker voorzijde van de auto van de tegenpartij. Bij de aanrijding werden allebei de frontairbags van mijn auto geactiveerd. Ik weet niet meer precies hoe laat het ongeluk gebeurd is, maar ik schat dat dit tussen en gebeurd is. Na de aanrijding hebben we ter plekke het schadeformulier ingevuld. V: Waar kwam u vandaag? A: Ik kwam bij de bioscoop vandaan in [plaatsnaam 1]. V: Waar ging u naartoe? A: Ik was weer op weg naar huis. V: Kende u de bestuurder van het voertuig van de tegenpartij en zo ja, waarvan? A: Ik kende deze persoon niet. V: Had u het voertuig van de tegenpartij voor de aanrijding van 12 oktober 2014 eerder gezien? A: Ik kende ook deze auto niet. V: Wat gebeurde er precies? A: Ik kwam in de bocht aanrijden en ik had voorrang moeten krijgen maar dat kreeg ik niet. De tegenpartij stak de weg over en kon hem niet meer ontwijken. V: Was de locatie waar de aanrijding plaatsvond overzichtelijk? A: Het is daar vrij overzichtelijk. Hij had mij makkelijk moeten zien aankomen. Kennelijk had hij mij helemaal niet gezien. V: Wat heeft u gedaan om de aanrijding te voorkomen?

3 A: Ik heb nog heel kort kunnen remmen. Ik schat dat ik toch wel tegen de 50 km per uur reed toen de botsing plaatsvond. V: Wat heeft de tegenpartij gedaan om de aanrijding te voorkomen? A: Dat weet ik niet. Toen de aanrijding plaatsvond was zijn auto ook in beweging. V: Welke beschadigingen heeft uw voertuig opgelopen tijdens de aanrijding? A: Beide frontairbags waren afgegaan de koplampen branden niet meer en waren kapot, de voorbumper. Er zat schade aan de motorkap. Ook zag ik water onder de auto liggen. Nadat de auto verplaatst had heb ik de auto niet meer gestart. V: Is alle schade die u opgeeft tijdens het evenement van 12 oktober 2014 ontstaan? A: De auto van de tegenpartij kon nog gewoon rijden. Ik zag dat het wiel linksvoor wel wat scheef stond. Ik zag dat er schade zat aan de voorbumper en het linker voorscherm. Volgens mij viel de schade aan de [type auto 2] nog wel mee. Ik heb er niet echt goed op gelet. V: Hoe heeft u na de aanrijding de plaats van het ongeval verlaten? A: De auto is afgesleept door een kennis van een vriend van mij. Ik heb een vriend gebeld en hij een kennis gebeld die de auto heeft opgehaald. Volgens mij heb ik daar nog een bon van, die zal ik u toesturen. Ik heb er niet aan gedacht om gelijk de verzekering te bellen. Ik heb de schade de volgende dag bij mijn tussenpersoon gemeld. 2.5 In opdracht van Verzekeraar is een ongevallenanalyse uitgevoerd. In het rapport van 16 januari 2015 stelt de verkeersongevallendeskundige dat de [type auto 1] met de voorzijde tegen de linker voorflank van de [type auto 2] kan zijn of is gebotst. Vervolgens heeft de deskundige onderzocht of het schadebeeld aan de [type auto 1] kan zijn ontstaan door de omstandigheden zoals gemeld in het aanrijdingsformulier en ook verklaard door Consument. Hiertoe is de voertuigelektronica van de [type auto 1] uitgelezen. In de airbagregeleenheid van de [type auto 1] werd de melding ongevalgegevens opgeslagen c.q. een crash melding gelezen. Indien de airbagregeleenheid een crash waarneemt, worden de passieve veiligheidssystemen (airbags en gordelspanners) geacteerd. Ook wordt de melding Ongevaluitschakeling is geactiveerd c.q. een zogenoemde crash shut down naar de motorregeleenheid verstuurd. De motor c.q. brandstoftoevoer zal na het ontvangen van deze boodschap worden uitgeschakeld. De crash en crash shut down werden waargenomen op 13 oktober 2014, om 6:38:14 uur, bij een kilometerstand van km. De onderzoeker heeft ook vastgesteld dat de tijd die wordt weergegeven in het display van het instrumentenpaneel was gereset. De oorzaak daarvan is zeer waarschijnlijk dat de accuminpool was losgekoppeld. Toen deze tijdens de inspectie weer werd vastgekoppeld, begon de klok weer bij 0:00 uur. Uit de informatie van het systeem kon worden herleid dat de accuminpool op 19 oktober 2014 om uur nog niet was losgekoppeld. Dit betekent dat de datum wel correct was weergegeven. Omdat de klok zeer waarschijnlijk was gereset door het loskoppelen van de accuminpool is niet te verwachten dat de waargenomen tijdsachterstand ook al tijdens de gemelde aanrijding aan de orde was.

4 In het rapport staat verder dat het passieve veiligheidssysteem, de gordelspanners en de bijrijderairbag, volgens de datum, tijd en kilometerstand 3 seconden na de crash melding, door de airbagregeleenheid als geactiveerd werden waargenomen. De datum was 13 oktober 2014, het tijdstip 6:38:17 en de kilometerstand km. De stuurwielairbag werd als geactiveerd waargenomen op 13 oktober 2014, om 6:36:26 uur bij een kilometerstand van km. Dit is +/- 1 minuut en 48 seconden eerder dan de crash melding en 1 minuut en 51 seconden eerder dan de storingen van de gordelspanners en de bijrijderairbag. Dit betekent dat de stuurwielairbag 1 minuut en 48 seconden vóór de crash melding in de airbagregeleenheid al als geactiveerd zou zijn waargenomen en dit is niet mogelijk omdat de volgorde verkeerd is. Het rapport vermeldt daarover nog het volgende: Van belang is nu te weten dat een gedemonteerde c.q. elektronische losgekoppelde stuurwielairbag in de airbagregeleenheid met dezelfde storingscode wordt waargenomen als een geactiveerde stuurwielairbag. Gezien deze omstandigheid kan het niet anders dan dat de stuurwielairbag kort voor de crash gedemonteerd c.q. elektronisch werd losgekoppeld. Deze vaststelling wordt verder ondersteund door een storing die werd gelezen in de stuurwielelektronica regeleenheid. In deze regeleenheid werd een storing gelezen betreffende de stuurwielbedieningseenheid. Uit het freezeframe van deze storing U108E00: Bedieningseenheid in stuurwiel Geen communicatie, zie onderstaande figuur, kan worden herleid dat de stuurwielbedieningseenheid op , om 6:36:23 uur bij een kilometerstand van km, +/- 3 seconden voor de stuurwielairbag, elektronisch werd losgekoppeld. Het rapport vermeldt verder dat de onderzoeker het radio-/navigatiesysteem niet in de [type auto 1] heeft aangetroffen. Volgens de opgave van de medewerker van de garage was deze al vóór de aanrijding uit voorzorg uit de auto gehaald in verband met diefstalgevaar. Consument heeft verklaard dat hij de avond van de aanrijding de weg naar huis volgde via de route die het navigatiesysteem voorstelde. Volgens het systeem werd het radio- /navigatiesysteem op 4 september 2014, om 11:36 uur bij een kilometerstand van km als elektronisch losgekoppeld of onderbroken waargenomen. In het rapport staat de volgende conclusie: A. Conclusie: Op basis van vorenstaand onderzoek en analyse wordt het volgende geconcludeerd: - De [type auto 1] is met de voorzijde tegen de linker voorflank van de [type auto 2] gebotst. - De datum en tijd van de aanrijding zoals vermeld in het aanrijdingsformulier en verklaard door de Passatbestuurder ( om uur of tussen en uur) komen niet overeen met de datum en tijd ( om 6:38 uur) waarbij in de airbagregeleenheid een crash en in de motorregeleenheid de crash shut down melding werden waargenomen. - De stuurwielairbag werd 1 minuut en 48 seconde vóór de crash melding in de airbagregeleenheid als zijnde geactiveerd waargenomen. Dit is niet mogelijk. Gezien de omstandigheid dat een gedemonteerde c.q. elektronisch losgekoppelde stuurwielairbag in de airbagregeleenheid met dezelfde storingscode wordt waargenomen als een geactiveerde stuurwielairbag kan het niet anders dan dat de stuurwielairbag kort voor de waargenomen crash gedemonteerd c.q. elektronisch werd losgekoppeld. - Het radio-navigatiesysteem werd niet na gemelde aanrijding, maar ervoor op , om 11:36 uur en bij een kilometerstand van km elektronisch losgekoppeld danwel als zijnde elektronisch onderbroken waargenomen.

5 2.6 Verzekeraar heeft de expert op 12 november 2014 verzocht nader onderzoek te doen naar de feiten en omstandigheden van de aanrijding. In het aanvullend rapport van 16 februari 2015 staat, voor zover relevant, dat na het onderzoek de ongevallenanalist aan Consument heeft gevraagd welk type navigatie werd gebruikt en dat Consument daarop heeft geantwoord dat hij de route in een van een vriend geleende [navigatiesysteem] had ingevoerd. Daarover staat in het rapport dat uit onderzoek naar de afgelegde route is gebleken dat de schadelocatie niet op de kortste of de snelste route ligt en dat de gekozen route zeer onlogisch en niet aannemelijk is. 2.7 Bij brief van 18 maart 2015 heeft Verzekeraar Consument bericht dat hij de schade niet vergoedt en dat hij maatregelen neemt omdat uit onderzoek is gebleken dat de gegevens die Consument over de schadedatum en tijd heeft verstrekt niet juist zijn en de route die Consument zou hebben gereden niet aannemelijk is. Verzekeraar concludeert dat Consument opzettelijk onjuiste opgave over de schade heeft gedaan. Hij heeft de door hem gemaakte onderzoekskosten van 3.082,39 van Consument gevorderd, de persoonsgegevens van Consument geregistreerd in het Incidentenregister en het Extern Verwijzingsregister en de incidentenregistratie gemeld bij het Centrum Bestrijding Verzekeringscriminaliteit. 2.8 In het toepasselijke Protocol Incidentenwaarschuwingssysteem Financiële Instellingen van 23 oktober 2013 (hierna: het Protocol) is voor zover van belang het volgende opgenomen: 2. Begripsbepalingen In dit protocol wordt verstaan onder: Incident: een gebeurtenis die als gevolg heeft, zou kunnen hebben of heeft gehad dat de belangen, integriteit of veiligheid van de cliënten of medewerkers van een Financiële Instelling, de Financiële Instelling zelf of de financiële sector als geheel in het geding zijn of kunnen zijn, zoals het falsificeren van nota s, identiteitsfraude, skimming, verduistering in dienstbetrekking, phishing en opzettelijke misleiding. 3.1 Incidentenregister en Extern Verwijzingsregister Iedere Deelnemer heeft een Incidentenregister, waarin door de betreffende Deelnemer gegevens van (rechts)personen worden vastgelegd ten behoeve van het in artikel Protocol genoemde doel, naar aanleiding van of betrekking hebbend op een (mogelijk) Incident Aan het Incidentenregister is een Extern Verwijzingsregister gekoppeld. 4 Incidentenregister 4.1 Doel Incidentenregister Met het oog op het kunnen deelnemen aan het Waarschuwingssysteem is iedere Deelnemer gehouden de volgende doelstelling voor het vastleggen van gegevens in het Incidentenregister te hanteren: Het geheel aan verwerkingen ten aanzien van het Incidentenregister heeft tot doel het ondersteunen van activiteiten gericht op het waarborgen van de veiligheid en de integriteit van de financiële sector, daaronder mede begrepen (het geheel van) activiteiten die gericht zijn:

6 - op het onderkennen, voorkomen, onderzoeken en bestrijden van gedragingen die kunnen leiden tot benadeling van de branche waar de financiële instelling deel van uitmaakt, van de economische eenheid (groep) waartoe de financiële instelling behoort, van de financiële instelling zelf, alsmede van haar cliënten en medewerkers; - op het onderkennen, voorkomen, onderzoeken en bestrijden van oneigenlijk gebruik van producten, diensten en voorzieningen en/of (pogingen) tot strafbare of laakbare gedragingen en/of overtreding van (wettelijke) voorschriften, gericht tegen de branche waar de financiële instelling deel van uitmaakt, de economische eenheid (groep) waartoe de financiële instelling behoort, de financiële instelling zelf, alsmede haar cliënten en medewerkers; - op het gebruik van en de deelname aan waarschuwingssystemen. 5 Extern Verwijzingsregister 5.2 Vastlegging van gegevens in het Extern Verwijzingsregister De Deelnemer dient de Verwijzingsgegevens van (rechts)personen die aan de hierna onder a en b vermelde criteria voldoen en na toepassing van het onder c genoemde proportionaliteitsbeginsel op te nemen in het Extern Verwijzingsregister. a) De gedraging(en) van de (rechts)persoon vormden, vormen of kunnen een bedreiging vormen voor (I) de (financiële) belangen van cliënten en/of medewerkers van een Financiële instelling, alsmede de (Organisatie van de) Financiële instelling(en) zelf of (II) de continuïteit en/of de integriteit van de financiële sector. b) In voldoende mate staat vast dat de betreffende (rechts)persoon betrokken is bij de onder a bedoelde gedraging(en). Deze vaststelling betekent dat van strafbare feiten in principe aangifte of klachten wordt gedaan bij een opsporingsambtenaar. c) Het proportionaliteitsbeginsel wordt in acht genomen. Dit houdt in dat Veiligheidszaken vaststelt, dat het belang van opname in het Externe Verwijzingsregister prevaleert boven de mogelijk nadelige gevolgen voor de Betrokkene als gevolg van opname van zijn Persoonsgegevens in het Extern Verwijzingsregister. 3. Vordering, klacht en verweer Vordering Consument 3.1 Consument vordert betaling van een bedrag van als uitkering onder de verzekering voor de schade aan de auto, het door hem aan Verzekeraar reeds terugbetaalde bedrag van voor de onderzoekskosten en vergoeding van de schade ter hoogte van als gevolg van de registratie van de persoonsgegevens, een en ander vermeerderd met wettelijke rente vanaf 18 maart Consument vordert verder doorhaling van de registratie van de persoonsgegevens in het Incidentenregister en het Extern Verwijzingsregister en een verklaring voor recht dat Consument niet is gehouden tot betaling van de onderzoekskosten. Grondslagen en argumenten daarvoor 3.2 Consument voert ter onderbouwing van zijn vordering de volgende argumenten aan. Consument heeft een juiste opgave van de schade gedaan. Consument reed op 12 oktober 2014 omstreeks uur op de [straatnaam 2]/ [straatnaam 1], komende uit de richting van [plaatsnaam 2] en gaande in de richting van [plaatsnaam 2]. De wederpartij reed over de [straatnaam 3], komende uit de richting van [plaatsnaam 3] en kwam, voor Consument van rechts. Consument heeft met de voorzijde van zijn auto de linkerzijde van de auto van de wederpartij geraakt. De wederpartij heeft direct erkend dat hij de auto van Consument te laat zag.

7 Dit staat ook op het aanrijdingsformulier vermeld. Doordat de airbag was uitgeklapt, heeft Consument geen letsel opgelopen. Omdat geen van beide partijen letsel had opgelopen en de wederpartij aansprakelijkheid had erkend, was het niet nodig de politie te bellen en hebben partijen een aanrijdingsformulier ingevuld. De auto is daarna weggesleept. Consument heeft de nota voor het wegslepen via zijn tussenpersoon aan Verzekeraar toegestuurd. De op het aanrijdingsformulier vermelde datum en tijd zijn juist. Consument heeft geen baat bij het verstrekken van onjuiste gegevens. De wederpartij heeft de datum en tijd bevestigd en deze informatie is ook door een vriend van Consument, die hem van de plaats van het ongeval heeft opgehaald, bevestigd. Consument kan de gegevens van de voertuigelektronica niet verklaren, hij heeft hier geen kennis van. Hij heeft de stuurwielairbag niet voor of na de waargenomen crash gedemonteerd of elektronisch losgekoppeld. Het is niet aannemelijk dat dit zomaar kan en al helemaal niet binnen 1 minuut en 48 seconden. Het rapport geeft hiervoor ook geen verklaring. Een en ander zou verklaard kunnen worden door een storing in de elektronica maar hier gaan de onderzoeker en Verzekeraar niet op in. Hij weet niet wat de garage na de schade heeft losgekoppeld. Het is niet uitgesloten dat in de garage met het systeem is geknoeid. Hij is hier niet bij aanwezig geweest. Consument heeft ongeveer 2 maanden voor de schade het radio-/navigatiesysteem uit voorzorg uit zijn auto laten halen in verband met een diefstalgeval. Consument heeft van een vriend een [navigatiesysteem] geleend om naar de bioscoop in [plaatsnaam 1] te rijden. Consument heeft de instructies van het [navigatiesysteem] gevolgd, hij weet niet of die route onlogisch of onaannemelijk is. De conclusie van Verzekeraar op basis van het onderzoek is onjuist. Consument heeft niet gefraudeerd en is ook nooit eerder met politie in aanraking geweest. Het rapport is onjuist en onsamenhangend en niet gericht geweest op het achterhalen van de waarheid. In het onderzoek is gezocht naar argumenten om niet tot uitkering te hoeven overgaan. Consument voelde zich tijdens het onderzoek als een misdadiger behandeld en beledigd maar hij heeft toch alle medewerking verleend. De tussenpersoon van Consument heeft hem niet professioneel begeleid en geadviseerd in dit proces. Hierdoor heeft Consument niet de nodige stappen kunnen nemen naar aanleiding van beslissing van Verzekeraar en wist hij bijvoorbeeld niet van de mogelijkheid van contraexpertise. Pas nadat hij zijn gemachtigde hierover heeft gesproken en deze hem adviseerde een klacht in te dienen heeft hij bij Verzekeraar een klacht ingediend. Verweer Verzekeraar 3.3 Verzekeraar heeft, kort en zakelijk weergegeven, de volgende verweren gevoerd: Uit de ongevallenanalyse blijkt dat het uitlezen van de voertuigelektronica laat zien dat de datum en tijd van de aanrijding zoals door Consument opgegeven niet overeenkomen met de datum en tijd in de data van de airbagregeleenheid en de motorregeleenheid. Daarnaast is de stuurwielairbag 1 minuut en 48 seconde vóór de waargenomen crash gedemonteerd dan wel elektronisch losgekoppeld. Hieruit volgt dat Consument opzet heeft gehad Verzekeraar te misleiden. Consument is met deze bevindingen geconfronteerd maar hij heeft geen onderbouwde alternatieve verklaring gegeven voor de bevindingen van het onderzoek met betrekking tot de stuurwielairbag en de datum en tijd van de aanrijding.

8 Uit het onderzoek blijkt dat de wederpartij bij het opzettelijk veroorzaken van de schade was betrokken. Uit het onderzoek is gebleken dat de airbageenheid 1 minuut en 48 seconden voor de aanrijding is losgekoppeld. Dit kan alleen zijn gedaan met het oog op de aanrijding waarvan Consument moet hebben geweten dat deze ging plaatsvinden. De wederpartij heeft aansprakelijkheid erkend. Omdat het wel mogelijk is dat de aanrijding heeft plaatsgevonden, heeft Verzekeraar de verdere rol van de wederpartij niet onderzocht en niet gesproken met de wederpartij. Verzekeraar weet niet waarom de vermelde gegevens op het schadeformulier niet kloppen met de gegevens die de onderzoeker heeft uitgelezen. Mogelijk heeft Consument verklaard dat de airbag open was om een hogere uitkering te krijgen. Het opzettelijk veroorzaken van de schade en het samenspannen met de wederpartij zijn in de proportionaliteitsafweging voor de externe registratie als verzwarende omstandigheden aangemerkt terwijl geen verzachtende omstandigheden aanwezig zijn. Volgens de proportionaliteitsmatrix leidt dit tot 14 punten waaraan een registratieduur van 8 jaar is gekoppeld. De door Consument ingevoerde route op het navigatiesysteem is gelet op het vertrekpunt en de bestemming van Consument niet aannemelijk. Deze omstandigheid heeft evenwel niet mede geleid tot de conclusie dat Consument het opzet tot misleiding heeft gehad. 4. Beoordeling 4.1 Volgens Consument is de schade aan de auto als gevolg van de aanrijding ontstaan op de op het aanrijdingsformulier vermelde datum en tijd, 12 oktober 2014 om uur en heeft hij over de toedracht een juiste verklaring gegeven. Verzekeraar stelt dat Consument een onware opgave heeft gedaan met het opzet hem te misleiden. Verzekeraar beroept zich hierbij op de ongevallenanalyse waarin staat dat de door Consument opgegeven datum en tijd van het ongeval niet overeenkomen met de uitgelezen gegevens van de airbagregeleenheid en de motorregeleenheid. Volgens deze gegevens is op 13 oktober 2014 om 6.38 uur een crash geregistreerd en is de stuurwielairbag 1 minuut en 48 seconde vóór deze crash losgekoppeld. 4.2 Het gaat in deze zaak in de kern om drie vragen: heeft Consument recht op uitkering onder zijn verzekering voor de schade aan zijn auto, heeft Verzekeraar de registraties van de persoonsgegevens van Consument terecht gedaan en wanneer de registraties onterecht zijn, is Verzekeraar dan gehouden tot vergoeding van een schade van 1.900, en is Consument gehouden tot betaling van de onderzoekskosten aan Verzekeraar. Voor een antwoord op deze vragen is bepalend of Consument Verzekeraar opzettelijk heeft misleid bij het melden van de schade. Recht op dekking 4.3 De Commissie gaat in de eerste plaats in op de vraag of Consument recht heeft op dekking onder de verzekering voor de schade aan de auto. Verzekeraar heeft niet betwist dat een aanrijding heeft plaatsgevonden tussen Consument en de wederpartij. Evenmin is in geschil dat de auto van Consument door die aanrijding beschadigd is geraakt.

9 Verzekeraar heeft de claim afgewezen omdat hij van mening is dat Consument opzettelijk onware opgave over de schade heeft gedaan. Daarmee is aan de orde een beroep op verval van recht op uitkering ex. artikel 7:941 lid 5 Burgerlijk Wetboek (BW). Gezien de verstrekkende gevolgen van een geslaagd beroep op dit artikel, dienen hoge eisen aan die gronden te worden gesteld wil dat beroep slagen. Dit betekent dat minimaal sprake moet zijn van een gegronde verdenking van fraude. Het ligt op de weg van Verzekeraar om concrete feiten en omstandigheden te stellen - en bij betwisting door Consument ook te bewijzen - waaruit het bestaan van het genoemde opzet te misleiden kan blijken. Zie GC Kifid en GC Kifid De Commissie overweegt als volgt. Uit de ongevallenanalyse blijkt dat de ongevalsregistratie in de voertuigelektronica - de crash is geregistreerd op 13 oktober 2014 om 6.38 uur - niet overeenkomt met de door Consument opgegeven datum en tijd van het ongeval, te weten 12 oktober 2014 om uur (schadeformulier) of tussen en uur (interview). Ook volgt uit de uitgelezen informatie dat de stuurwielairbag 1 minuut en 48 seconden voor de crashmelding is geactiveerd. Een geactiveerde stuurwielairbag wordt met dezelfde storingscode waargenomen als een gedemonteerde of elektronisch losgekoppelde stuurwielairbag. Een activering van de stuurwielairbag vóór de crash is niet mogelijk. Dit brengt mee dat de conclusie is dat de stuurwielairbag kort voor de waargenomen crash is gedemonteerd of elektronisch werd losgekoppeld. Deze vaststelling wordt bevestigd door de storing die werd gelezen in de stuurwielelektronische regeleenheid. Consument heeft in reactie op de in de voertuigelektronica geregistreerde informatie onder meer aangevoerd dat de uitkomst van het onderzoek verklaard zou kunnen worden door storingen in dit systeem en dat op basis van het onderzoek niet kan worden uitgesloten dat daarvan sprake was. 4.5 Ter zitting heeft de onderzoeker een nadere toelichting gegeven. Hij heeft verklaard dat de stuurwielairbag niet spontaan ruim anderhalve minuut voor een crash-registratie activeert. Storingen in het systeem worden gemeld en in dit geval zijn geen storingen geregistreerd. De enige geregistreerde storing is de activering van de stuurwielairbag 1 minuut en 48 seconden voor de crash-registratie. De enige mogelijke conclusie is dat de stuurwielairbag kort voor de crash is gedemonteerd of elektronisch werd losgekoppeld. Onder normale omstandigheden wordt de activatie van de passieve veiligheidssystemen (bijrijdersairbag en gordelspanners) kort na de crash geregistreerd. Bij controle van de datum en tijd bleek dat de datumweergave betrouwbaar was. Omdat de datum van het ongeval zoals door Consument opgegeven en de datum waarop het ongeval in de airbagregeleenheid werd waargenomen niet overeenkomen, is de conclusie dat zowel Consument als de wederpartij onwaar hebben verklaard. Hieruit volgt ook dat sprake is van samenspanning, aldus Verzekeraar. 4.6 Gelet op de uitkomst van het onderzoek is de Commissie van oordeel dat Consument over de datum en het tijdstip waarop het ongeval heeft plaatsgevonden onwaar heeft verklaard. De door Consument opgeworpen suggestie dat de uitgelezen gegevens in de voertuigelektronica als gevolg van een storing onjuist zijn, heeft Verzekeraar voldoende gemotiveerd weersproken. Consument heeft geen contra-expertise laten uitvoeren zodat ook daaruit niet blijkt dat de bevindingen van de ongevallenanalist onjuist zijn.

10 Consument is in de gelegenheid gesteld om uit te leggen wat er de avond waarop het ongeval zou hebben plaatsgevonden is gebeurd en wat de omstandigheden waren waaronder het ongeval heeft plaatsgevonden. Consument heeft in aanvulling op de schriftelijke stukken ter zitting een toelichting gegeven. Hij stelt dat hij op 12 oktober 2014 met een vriend naar de bioscoop zou gaan in [plaatsnaam 1] en daarna weer naar huis zou gaan. Consument verklaarde dat hij om uur in [plaatsnaam 1] was aangekomen en dat de vriend daar niet was. Nadat Consument de vriend had gebeld is deze alsnog gekomen. De derde persoon die mee naar de film zou gaan, is niet gekomen. Consument en de vriend zijn niet meer naar de film gegaan en zijn huiswaarts gekeerd. Dit was omstreeks uur. Op de terugweg heeft de aanrijding plaatsgevonden. Consument kende de wederpartij niet en had hem nooit eerder gezien. In het aanrijdingsformulier staat als tijdstip van de aanrijding uur vermeld en Consument heeft daarover verklaard dat hij het exacte tijdstip niet meer weet. Als gevolg van de aanrijding kon niet meer met de auto worden gereden en is de auto weggesleept. Verzekeraar heeft ter zitting gemeld dat hij heeft gelezen dat de nota van het wegslepen van de auto is toegestuurd maar had deze ter zitting niet in het dossier. Desgevraagd heeft Consument ter zitting verder verklaard dat hij de WAM-verzekeraar van de wederpartij niet heeft aangesproken en naar aanleiding van het standpunt van Verzekeraar geen verklaring van de wederpartij heeft gevraagd. 4.7 De Commissie stelt vast dat de ter zitting gegeven toelichting van Consument afwijkt van de verklaring die Consument in het interview heeft gegeven. In het interview staat dat Consument bij de bioscoop de vriend heeft gebeld, deze niet is gekomen en Consument nog kort bij de bioscoop was gebleven om vervolgens terug naar huis te gaan. Dit wijkt af van de verklaring ter zitting dat Consument had afgesproken met twee vrienden, één vriend wel naar de bioscoop is gekomen maar dat zij vervolgens toch niet naar de film zijn geweest. Ook heeft Consument verschillend verklaard over het tijdstip waarop hij van de bioscoop terug naar huis heeft gereden en het tijdstip waarop het ongeval heeft plaatsgevonden. Consument heeft geen verklaring kunnen geven voor de discrepantie tussen de onderzoeksresultaten en de door hem verstrekte informatie over het ongeval. De verklaringen die Consument wel heeft gegeven over de omstandigheden waaronder het ongeval heeft plaatsgevonden, zijn niet met elkaar in overeenstemming. Consument heeft zich erop beroepen dat het tijdstip van het ongeval in het aanrijdingsformulier is bevestigd door de wederpartij en dat de wederpartij direct na het ongeval aansprakelijkheid heeft erkend. Consument heeft evenwel naar aanleiding van het standpunt van Verzekeraar dat hij opzettelijk onjuiste informatie heeft verstrekt en dat sprake was van samenspanning met de wederpartij, geen contact opgenomen met de wederpartij of diens WAM-verzekeraar. De Commissie is van oordeel dat dat gelet op de uitkomst van het onderzoek wel op zijn weg lag. Het argument van Consument dat het om een schade gaat waarvoor hij bij Verzekeraar is verzekerd, kan hem niet baten. Bovengenoemde omstandigheden in onderlinge samenhang bezien leiden tot de conclusie dat sprake is van een gegronde verdenking van fraude door Consument. Daarbij heeft de Commissie voorts mee in overweging genomen dat de schade aan de auto aanzienlijk was. Deze was vastgesteld op een bedrag van 9.999,74, zodat het voor de hand lag dat Consument zich zou inspannen een vergoeding voor deze schade te krijgen of Verzekeraar aan te tonen dat hij niet het opzet tot misleiding heeft gehad. De conclusie is dat Verzekeraar het verzoek om dekking van de schade aan de auto van Consument op juiste gronden heeft afgewezen.

11 Registratie persoonsgegevens 4.8 Verzekeraar heeft zich verplicht bij de verwerking van persoonsgegevens te handelen conform het Protocol. Gelet op de mogelijk verstrekkende gevolgen voor een betrokkene van een registratie in het EVR, moeten hoge eisen worden gesteld aan de gronden van Verzekeraar voor opname van de persoonsgegevens van Consument in het EVR. De vereisten die het Protocol in artikel sub a en b stelt, houden in dat in voldoende mate moet vaststaan dat de gedraging van de betreffende persoon een bedreiging voor de continuïteit en integriteit van de financiële sector vormt. Dit houdt in dat de gestelde feiten op grond waarvan de gegevens zijn geregistreerd, een gegronde verdenking van fraude ( opzet tot misleiding ) moeten vormen. Er moet sprake zijn van een zwaardere verdenking dan een redelijk vermoeden van schuld. Enkele verdachte omstandigheden zijn voor opname in het EVR onvoldoende. Zie de door het Verbond van Verzekeraars opgestelde Handreiking ten behoeve van toepassing van interne en externe waarschuwingssystemen conform de bindende zelfregulering voor verzekeraars, p. 34 en HR 29 mei 2009, ECLI:NL:HR:2009:BH4720, r.o. 4.4., Hof Amsterdam 30 november 2010, ECLI:NL:GHAMS:2010:BO7581, r.o. 3.5 en GC Kifid 5 juli 2016, , r.o. 4.6 en de daar genoemde uitspraken. 4.9 Het is aan Verzekeraar om feiten te stellen die een gegronde verdenking van fraude opleveren. De Commissie is van oordeel dat Verzekeraar hierin met zijn beroep op de rapporten van de door hem ingeschakelde expert en ongevallenanalist, op basis van welke rapporten kan worden vastgesteld dat Consument onware informatie heeft verstrekt over het ongeval, voldoende is geslaagd. Gelet op hetgeen de Commissie hierboven onder 4.7 heeft overwogen is aan de vereisten voor registratie in het EVR genoemd in artikel onder a en b van het Protocol voldaan. Op grond van artikel onder c van het Protocol dient Verzekeraar bij de registratie van persoonsgegevens in het EVR een proportionaliteitsafweging te maken en bij de beoordeling van de vraag of hij gegevens in het EVR registreert, en zo ja, voor welke duur, de belangen van de betrokkene mee te wegen. Vgl. GC Kifid 5 juli 2016, , r.o Verzekeraar heeft de gegevens geregistreerd voor een periode van acht jaar. Daarbij heeft hij meegewogen dat sprake was van het opzettelijk veroorzaken van de schade en samenspannen met de wederpartij. Verzekeraar heeft daarvoor aangevoerd dat de airbageenheid 1 minuut en 48 seconden voor de aanrijding is losgekoppeld en dit alleen kan zijn gedaan met het oog op de aanrijding waarvan Consument wist dat deze ging komen. Hieruit volgt ook dat de wederpartij bij het opzettelijk veroorzaken van de schade betrokken was. De erkenning van de aansprakelijkheid door de wederpartij is hiervan een bevestiging. Omdat uit onderzoek is gebleken dat de crash op een andere datum en tijd is geregistreerd dan bij melding van de schade is opgegeven en de wederpartij het schadeformulier mede heeft ingevuld, was ook de wederpartij bij de opzettelijke misleiding betrokken, aldus Verzekeraar. De Commissie is van oordeel dat niet is gebleken dat sprake is geweest van een opzetaanrijding. Anders dan Verzekeraar stelt, is de airbageenheid niet losgekoppeld vlak voordat de aanrijding ging plaatsvinden en mogelijk in de wetenschap dat die aanrijding ging plaatsvinden, maar vlak voordat de crash is geregistreerd in de voertuigelektronica. Dit was op een later moment dan de aanrijding, volgens de verklaring van Consument, zou hebben plaatsgevonden.

12 Ook de betrokkenheid van de wederpartij bij de opzet tot misleiding van Verzekeraar is onvoldoende komen vast te staan en Verzekeraar heeft deze betrokkenheid van de wederpartij niet onderzocht. Dit brengt mee dat het opzettelijk veroorzaken van de schade en samenspanning met de wederpartij niet als verzwarende omstandigheden mogen worden meegewogen. Ter zitting heeft Consument aangevoerd dat hij door de registratie onevenredig hard in zijn belangen wordt geraakt. Zijn ouders wensen als gevolg van deze registratie geen contact meer met hem en Consument is werkzaam als zelfstandige zonder personeel en kan de voor zijn werk noodzakelijke auto nu niet verzekeren. Verzekeraar heeft gemotiveerd aangevoerd waarom het belang van de financiële sector bij registratie zwaarder weegt dan het belang van Consument bij het niet-registreren van zijn persoonsgegevens. De Commissie is van oordeel dat de belangen van de financiële sector bij registratie van de persoonsgegevens gerechtvaardigd zijn. Omdat de door Verzekeraar genoemde omstandigheden die als verzwarend zijn meegewogen niet vast staan, dient de duur van de registratie te worden verkort. De Commissie acht, daarbij ook de proportionaliteitsmatrix van Verzekeraar in ogenschouw genomen, een registratieduur van drie jaar redelijk. De omstandigheid dat het voor Consument gedurende de registratie onmogelijk is om zich elders te verzekeren tegen normale premies maakt de registratie en de duur daarvan van drie jaar gelet op de gerechtvaardigde belangen van de financiële sector niet disproportioneel Gelet op het bovenstaande dient ook de registratie in het Incidentenregister te worden gehandhaafd. Het EVR is gekoppeld aan het Incidentenregister (artikel van het Protocol). Dit brengt mee dat zolang registratie in het EVR terecht en proportioneel is, de gegevens ook in het Incidentenregister blijven staan. De Commissie is niet gebleken van omstandigheden die rechtvaardigen dat de incidentenregistratie langer blijft gehandhaafd dan de registratie in het EVR. Dit leidt tot de conclusie dat Verzekeraar de registratie in het Incidentenregister op de hiervoor aangegeven gronden dient te beperken tot drie jaar Omdat Verzekeraar terecht is overgegaan tot registratie van de persoonsgegevens, dient de vordering van Consument tot vergoeding van schade als gevolg van deze registraties, door Consument begroot op 1.900, te worden afgewezen. Onderzoekskosten 4.13 Verzekeraar heeft de door hem gemaakte onderzoekskosten van 3.082,39 van Consument gevorderd. Consument heeft een deel van dit bedrag reeds aan Verzekeraar betaald. De door Consument gegeven onjuiste voorstelling van zaken kan gekwalificeerd worden als wanprestatie ex artikel 6:74 van het Burgerlijk Wetboek. Vgl. GC Kifid nr r.o Vanwege deze toerekenbare tekortkoming in de nakoming van de verzekeringsovereenkomst door Consument, is hij gehouden de schade die Verzekeraar als gevolg hiervan heeft geleden, te vergoeden. De onderzoekskosten worden door de Commissie als schade aangemerkt en Consument kan worden gehouden deze te vergoeden. Vergelijk art. 6:96 lid 2 sub b BW. Vgl. GC Kifid De vordering van Consument tot kwijtschelding van de onderzoekskosten komt derhalve niet voor toewijzing in aanmerking.

13 5. Beslissing De Commissie beslist dat Verzekeraar de duur van de registraties in het Incidentenregister en het EVR verkort tot drie jaar en Consument daarvan, binnen vier weken na de dag waarop een afschrift van deze beslissing aan partijen is verstuurd, schriftelijk een bevestiging stuurt. De Commissie wijst de overige vorderingen af. In artikel 5 van het Reglement van de Commissie van Beroep Financiële Dienstverlening is bepaald in welke gevallen beroep openstaat van bindende beslissingen van de Geschillencommissie Financiële Dienstverlening bij de Commissie van Beroep Financiële Dienstverlening. Daarbij geldt een termijn van zes weken na verzending van deze uitspraak. Op de website van Kifid vindt u praktische informatie over het instellen van beroep. Zie hiervoor U kunt, binnen twee weken na de verzenddatum van deze uitspraak, bij de Voorzitter van de Geschillencommissie Financiële Dienstverlening schriftelijk een verzoek indienen tot herstel van kennelijke vergissingen in de uitspraak. U moet daarbij met name denken aan correctie van reken- of schrijffouten en verbetering van namen en data. De volledige procedure met de termijnen die daarbij in acht moeten worden genomen staat beschreven in artikel 46 van het Reglement.

de naamloze vennootschap ING Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

de naamloze vennootschap ING Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2014-090 d.d. 21 februari 2014 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. E.C. Aarts, secretaris) Samenvatting Consument is begunstigde geworden

Nadere informatie

1.2 Partijen zijn opgeroepen voor een hoorzitting op 2 april 2019 en zijn aldaar verschenen.

1.2 Partijen zijn opgeroepen voor een hoorzitting op 2 april 2019 en zijn aldaar verschenen. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-397 (mr. R.J. Verschoof, voorzitter, prof. mr. M.L. Hendrikse, mr. G.R.B. van Peursem, leden en mr. R.A. Blom, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

De Commissie stelt vast dat Consument heeft gekozen voor een niet-bindend advies. De uitspraak is daardoor niet-bindend.

De Commissie stelt vast dat Consument heeft gekozen voor een niet-bindend advies. De uitspraak is daardoor niet-bindend. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-743 (mr. R.J. Paris, voorzitter, mr. drs. R. Knopper en mr. C.E. Polak, leden en mr. R.E. van Lambalgen, secretaris) Klacht ontvangen op

Nadere informatie

De Bank heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om te reageren op de aanvullende stukken van Consument.

De Bank heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om te reageren op de aanvullende stukken van Consument. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-405 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. M.C.M van Dijk en mr. E.C. Ruinaard, leden en mr. F. Faes, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid De Nederlandse Voorschotbank B.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen de Bank.

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid De Nederlandse Voorschotbank B.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen de Bank. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2015-202 d.d. 9 juli 2015 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. E.C. Aarts, secretaris) Samenvatting Op naam van Consument is een krediet

Nadere informatie

de coöperatie Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Boerenleenbank B.A., gevestigd te Utrecht, hierna te noemen Aangeslotene.

de coöperatie Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Boerenleenbank B.A., gevestigd te Utrecht, hierna te noemen Aangeslotene. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2015-082 d.d. 16 maart 2015 (mr. C.E. du Perron, voorzitter, mr. J.S.W. Holtrop en mr. A.M.T. Wigger, leden en mr. E.C. Aarts, secretaris) Samenvatting

Nadere informatie

Samenvatting. 1. Procedure

Samenvatting. 1. Procedure Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 209 d.d. 17 juli 2012 (mr. P.A. Offers, voorzitter, B.F. Keulen en prof. mr. M.L. Hendrikse, leden en mevrouw mr. F.E. Uijleman, secretaris)

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. T. Boerman, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. T. Boerman, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr. 2017-232 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. T. Boerman, secretaris) Klacht ontvangen op : 30 juni 2016 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

de naamloze vennootschap ING Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

de naamloze vennootschap ING Bank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2014-425 d.d. 2 december 2014 (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter, terwijl mr. E.C. Aarts als secretaris) Samenvatting Op de betaalrekening van

Nadere informatie

: AEGON Schadeverzekering N.V., gevestigd te Den Haag, verder te noemen Verzekeraar

: AEGON Schadeverzekering N.V., gevestigd te Den Haag, verder te noemen Verzekeraar Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-853 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. dr. S.O.H. Bakkerus en mr. E.C. Ruinaard, leden en mr. R.G. de Kruif, secretaris) Klacht

Nadere informatie

1.2 Verzekeraar beschuldigt Consument van fraude en heeft, voor zover in de procedure van belang, de volgende maatregelen genomen:

1.2 Verzekeraar beschuldigt Consument van fraude en heeft, voor zover in de procedure van belang, de volgende maatregelen genomen: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-186 (mr. drs. B. van Merwijk, voorzitter, mr. M.C.M. van Dijk, mr. dr. S.O.H. Bakkerus, leden en mr. S. Rutten, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. I.M.L. Venker, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-256 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Klacht ontvangen op : 1 december 2016 Ingediend door : de heer

Nadere informatie

de naamloze vennootschap Unigarant N.V., gevestigd te Hoogeveen, hierna te noemen Aangeslotene.

de naamloze vennootschap Unigarant N.V., gevestigd te Hoogeveen, hierna te noemen Aangeslotene. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2013-339 d.d. 22 november 2013 (prof.mr. M.M. Mendel, voorzitter, prof.mr. M.L. Hendrikse en mr. P.A. Offers, leden en mevrouw mr. M. van Pelt,

Nadere informatie

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-475 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. W.F.C. Baars en mw. mr. E.C. Ruinaard, leden en mw. mr. M. Nijland, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr d.d. 25 juni 2015 (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. E.C. Aarts, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr d.d. 25 juni 2015 (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. E.C. Aarts, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2015-181 d.d. 25 juni 2015 (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. E.C. Aarts, secretaris) Samenvatting Consument is begunstigde geworden van een

Nadere informatie

Samenvatting. 1. Procesverloop

Samenvatting. 1. Procesverloop Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-311 (mr. B.F. Keulen, voorzitter, en mr. J.W.M. Lenting en mr. C.E. Polak, leden en mr. F. Faes, secretaris) Klacht ontvangen op : 11 oktober

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mr. A.C. de Bie, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mr. A.C. de Bie, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr. 2016-509 (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mr. A.C. de Bie, secretaris) Klacht ontvangen op : 16 juni 2016 Ingediend door : Consument Tegen

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mevrouw mr. S.N. Poyraz, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mevrouw mr. S.N. Poyraz, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2016-344 (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mevrouw mr. S.N. Poyraz, secretaris) Klacht ontvangen op : 6 maart 2016 Ingesteld door : Consument

Nadere informatie

de naamloze vennootschap Interbank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene.

de naamloze vennootschap Interbank N.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2014-420 d.d. 28 november 2014 (mr. R.J. Paris, voorzitter, drs. A. Adriaansen en mr. W.H.G.A. Filott mpf, leden en mr. E.C. Aarts, secretaris)

Nadere informatie

: Unigarant N.V., gevestigd te Hoogeveen, verder te noemen Verzekeraar Datum uitspraak : 26 januari 2017

: Unigarant N.V., gevestigd te Hoogeveen, verder te noemen Verzekeraar Datum uitspraak : 26 januari 2017 Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr. 2017-077 (mr. B.F. Keulen, voorzitter, prof. mr. M.L. Hendrikse, mr. A.M.T. Wigger en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Klacht ontvangen op :

Nadere informatie

Partijen zijn opgeroepen voor een hoorzitting op 24 februari 2017 en zijn aldaar verschenen.

Partijen zijn opgeroepen voor een hoorzitting op 24 februari 2017 en zijn aldaar verschenen. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-169 (mr. R.J. Paris, voorzitter, mr. drs. R. Knopper, mr. S. Riemens, leden en mw. mr. D.W.Y. Sie, secretaris) Klacht ontvangen op : 8

Nadere informatie

De Commissie stelt vast dat Consument heeft gekozen voor een niet-bindend advies. De uitspraak is daardoor niet-bindend.

De Commissie stelt vast dat Consument heeft gekozen voor een niet-bindend advies. De uitspraak is daardoor niet-bindend. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-667 (mr. B.F. Keulen, voorzitter, mr. C.E. Polak en drs. L.B. Lauwaars, leden en mr. M. Veldhuis, secretaris) Klacht ontvangen op : 13

Nadere informatie

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken en de bijlagen daarbij:

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken en de bijlagen daarbij: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-786 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. E.C. Ruinaard en mr. B.F. Keulen, leden en mr. M.H.P. Leijendekker, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. D.B. Holthinrichs, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. D.B. Holthinrichs, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-396 (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. D.B. Holthinrichs, secretaris) Klacht ontvangen op : 22 februari 2017 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. R.G. de Kruif, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. R.G. de Kruif, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-323 (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. R.G. de Kruif, secretaris) Klacht ontvangen op : 27 juli 2017 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

: N.V. Noordhollandsche van 1816, Algemene Verzekeringsmaatschappij, gevestigd te Oudkarspel, verder te noemen Verzekeraar

: N.V. Noordhollandsche van 1816, Algemene Verzekeringsmaatschappij, gevestigd te Oudkarspel, verder te noemen Verzekeraar Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-134 (mr. A.W.H. Vink, voorzitter, mr. dr. S.O.H. Bakkerus, mr. C.E. Polak, leden en mr. D.B. Holthinrichs, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. M.J. Vlasveld, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. M.J. Vlasveld, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-666 (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. M.J. Vlasveld, secretaris) Klacht ontvangen op : 4 augustus 2016 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mw. mr. D.W.Y.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mw. mr. D.W.Y. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-131 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mw. mr. D.W.Y. Sie, secretaris) Klacht ontvangen op : 8 april 2015 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

: DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringmaatschappij N.V., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen Rechtsbijstandverzekeraar

: DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringmaatschappij N.V., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen Rechtsbijstandverzekeraar Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-045 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. C.E. Polak, en mr. dr. S.O.H. Bakkerus, leden en mr. M.H.P. Leijendekker, secretaris) Klacht

Nadere informatie

Samenvatting. 1. Procesverloop

Samenvatting. 1. Procesverloop Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-151 (mr. R.J. Paris, voorzitter, mr. B.F. Keulen, mr. W.H.G.A. Filott, leden en mr. D.W.Y. Sie, secretaris) Klacht ontvangen op : 6 april

Nadere informatie

: Achmea Schadeverzekeringen N.V., handelende onder de naam Interpolis Schade, gevestigd te Apeldoorn, verder te noemen Verzekeraar

: Achmea Schadeverzekeringen N.V., handelende onder de naam Interpolis Schade, gevestigd te Apeldoorn, verder te noemen Verzekeraar Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr. 2017-717 (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter, mr. C.E. Polak en E.C. Ruinaard, leden en mr. M. Veldhuis, secretaris) Klacht ontvangen op : 24 januari

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr d.d. 29 april 2015 (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. E.C. Aarts, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr d.d. 29 april 2015 (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. E.C. Aarts, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2015-134 d.d. 29 april 2015 (mr. R.J. Paris, voorzitter en mr. E.C. Aarts, secretaris) Samenvatting Voor een betaalrekening van een derde is,

Nadere informatie

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies.

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-616 (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter, mr. W.F.C. Baars en mr. W.H.G.A. Filott mpf, leden en mr. R.P.W. van de Meerakker, secretaris) Klacht

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. A.M.S. Westenbrink, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. A.M.S. Westenbrink, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-601 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. A.M.S. Westenbrink, secretaris) Klacht ontvangen op : 23 oktober 2017 Ingediend door :

Nadere informatie

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies.

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-190 (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter, mr. M.C.M. van Dijk, mr. A.P. Luitingh, leden en mr. F. Faes, secretaris) Klacht ontvangen op :

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. I.M.L. Venker, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2016-469 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Klacht ontvangen op : 21 januari 2016 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

: Hypodroom Financiële Dienstverlening B.V., handelend onder de naam Ben s Hypotheekhuis, gevestigd te Leeuwarden, verder te noemen Tussenpersoon

: Hypodroom Financiële Dienstverlening B.V., handelend onder de naam Ben s Hypotheekhuis, gevestigd te Leeuwarden, verder te noemen Tussenpersoon Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-635 (mr. J.S.W Holtrop, voorzitter, mr. dr. S.O.H Bakkerus, lid, drs. J.H. Paulusma-de Waal M&G RGA, arts en mr. R.A. Blom, secretaris)

Nadere informatie

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor een bindend advies.

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor een bindend advies. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr-2018-749 (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter, mr. B.F. Keulen, mr. dr. S.O.H. Bakkerus, leden en mr. Z. Bonoo, secretaris) Klacht ontvangen op :

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. M. Veldhuis, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. M. Veldhuis, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-239 (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. M. Veldhuis, secretaris) Klacht ontvangen op : 22 februari 2017 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

: Achmea Schadeverzekeringen N.V., h.o.d.n. Interpolis, gevestigd te Apeldoorn, verder te noemen Verzekeraar

: Achmea Schadeverzekeringen N.V., h.o.d.n. Interpolis, gevestigd te Apeldoorn, verder te noemen Verzekeraar Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-253 (prof. mr. drs. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. A.W.H. Vink en mr. S.W.A. Kelterman, leden en mr. L.P. Stapel als secretaris) Klacht

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. M.J. Vlasveld, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. M.J. Vlasveld, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening 2018-275 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. M.J. Vlasveld, secretaris) Klacht ontvangen op : 23 mei 2017 Ingediend door : Consument Tegen

Nadere informatie

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-017 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. dr. S.O.H. Bakkerus en mr. A.M.T. Wigger, leden en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Klacht

Nadere informatie

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies.

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-107 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. B.F. Keulen en mr. A.M.T. Wigger, leden en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. A.M.S. Westenbrink, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. A.M.S. Westenbrink, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening 2019-135 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. A.M.S. Westenbrink, secretaris) Klacht ontvangen op : 4 april 2018 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

: Nationale-Nederlanden Schadeverzekering Maatschappij N.V., gevestigd te Den Haag, verder te noemen Verzekeraar

: Nationale-Nederlanden Schadeverzekering Maatschappij N.V., gevestigd te Den Haag, verder te noemen Verzekeraar Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-243 (mr. B.F. Keulen, voorzitter, mr. A.M.T. Wigger, mr. C.E. Polak, leden en mr. T. Boerman, secretaris) Klacht ontvangen op : 23 juni

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. B.I. Bethlehem, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. B.I. Bethlehem, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2016-317 (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. B.I. Bethlehem, secretaris) Klacht ontvangen op : 12 mei 2015 Ingesteld door : Consument Tegen

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. S.J.A. Koster, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. S.J.A. Koster, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-021 (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. S.J.A. Koster, secretaris) Klacht ontvangen op : 24 oktober 2017 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mw. mr. D.W.Y.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mw. mr. D.W.Y. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-177 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mw. mr. D.W.Y. Sie, secretaris) Klacht ontvangen op : 28 oktober 2016 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies.

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-209 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. dr. S.O.H. Bakkerus, mr. B.F. Keulen, leden en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor niet-bindend advies. De uitspraak is daardoor niet bindend.

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor niet-bindend advies. De uitspraak is daardoor niet bindend. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-087 (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. A.W.H. Vink, drs. A. Paulusma- de Waal, arts en mr. G.A. van de Watering, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. R.G. de Kruif, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. R.G. de Kruif, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-847 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. R.G. de Kruif, secretaris) Klacht ontvangen op : 26 april 2017 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Partijen zijn opgeroepen voor een hoorzitting op 19 februari 2018 en zijn aldaar verschenen.

Partijen zijn opgeroepen voor een hoorzitting op 19 februari 2018 en zijn aldaar verschenen. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-353 (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter, mr. E.C. Ruinaard en mr. S.W.A. Kelterman, leden en mr. L.P. Stapel, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. F.M.M.L. Fleskens, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. F.M.M.L. Fleskens, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-143 (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. F.M.M.L. Fleskens, secretaris) Klacht ontvangen op : 10 juli 2017 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. F.M.M.L. Fleskens, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. F.M.M.L. Fleskens, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-319 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. F.M.M.L. Fleskens, secretaris) Klacht ontvangen op : 28 juli 2016 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. R. de Kruif, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. R. de Kruif, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-206 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. R. de Kruif, secretaris) Klacht ontvangen op : 15 januari 2017 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. W.H.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. W.H. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-560 (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. W.H. Luk, secretaris) Klacht ontvangen op : 17 juli 2017 Ingediend door : Consument Tegen

Nadere informatie

: Goudse Schadeverzekeringen N.V., gevestigd te Gouda, verder te noemen Verzekeraar Datum uitspraak : 8 februari 2019

: Goudse Schadeverzekeringen N.V., gevestigd te Gouda, verder te noemen Verzekeraar Datum uitspraak : 8 februari 2019 Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-098 (mr. A.W.H. Vink, voorzitter en mr. J.S.W. Holtrop en mr. S.W.A. Kelterman, leden en mr. Z. Bonoo, secretaris) Klacht ontvangen op

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. W.H. Luk, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. W.H. Luk, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2016-340 (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. W.H. Luk, secretaris) Klacht ontvangen op : 27 juli 2015 Ingediend door : Consument Tegen Datum

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. J.J. Guijt, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. J.J. Guijt, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr. 2016-446 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. J.J. Guijt, secretaris) Klacht ontvangen op : 29 december 2015 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

: BNP Paribas Cardif Schadeverzekeringen N.V., gevestigd te Oosterhout, verder te noemen Verzekeraar.

: BNP Paribas Cardif Schadeverzekeringen N.V., gevestigd te Oosterhout, verder te noemen Verzekeraar. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr. 2017-644 (mr. B.F. Keulen, voorzitter, J.H. Paulusma-de Waal RGA en mr. dr. S.O.H. Bakkerus, leden en mr. G.A. van de Watering, secretaris)

Nadere informatie

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies.

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-567 (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. S. Rutten, secretaris) Klacht ontvangen op : 15 januari 2018 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. D.P. van Strien, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. D.P. van Strien, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-168 (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. D.P. van Strien, secretaris) Klacht ontvangen op : 22 mei 2018 Ingediend door : Consument Tegen

Nadere informatie

Samenvatting. 1. Procesverloop. De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

Samenvatting. 1. Procesverloop. De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-172 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. P. van Haastrecht-van Kuilenburg, secretaris) Klacht ontvangen op : 1 februari 2017 Ingediend

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. I.M.L. Venker, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-149 (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Klacht ontvangen op : 24 augustus 2018 Ingediend door : Consument Tegen

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr ( prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. Z. Bonoo, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr ( prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. Z. Bonoo, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr.2019-490 ( prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. Z. Bonoo, secretaris) Klacht ontvangen op : 24 december 2018 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

: DAS Nederlandse Rechtsbijstandverzekeringmaatschappij N.V., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen Rechtsbijstanduitvoerder

: DAS Nederlandse Rechtsbijstandverzekeringmaatschappij N.V., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen Rechtsbijstanduitvoerder Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening 2017-761 (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. W.H. Luk, secretaris) Klacht ontvangen op : 30 januari 2017 Ingediend door : Consument Tegen Datum

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. S.N. Dupain, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. S.N. Dupain, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-166 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. S.N. Dupain, secretaris) Klacht ontvangen op : 10 juli 2017 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter, mr. Z. Bonoo, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter, mr. Z. Bonoo, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-751 (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter, mr. Z. Bonoo, secretaris) Klacht ontvangen op : 4 januari 2018 Ingediend door : Consument Tegen

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter, terwijl mr. I.M.L. Venker als secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter, terwijl mr. I.M.L. Venker als secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr. 2017-429 (mr. B.F. Keulen, voorzitter, terwijl mr. I.M.L. Venker als secretaris) Klacht ontvangen op : 24 maart 2016 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Samenvatting. 1. Procesverloop. De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

Samenvatting. 1. Procesverloop. De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-387 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. dr. drs. H.M.B. Brouwer, secretaris) Klacht ontvangen op : 5 oktober 2017 Ingediend door

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof.mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. B.I. Bethlehem, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof.mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. B.I. Bethlehem, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2015-143 (prof.mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. B.I. Bethlehem, secretaris) Klacht ontvangen op : 20 oktober 2014 Ingesteld door : Consument

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. M.J. Vlasveld, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. M.J. Vlasveld, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-756 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. M.J. Vlasveld, secretaris) Klacht ontvangen op : 23 oktober 2016 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-821 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. E.C. Ruinaard en mr. dr. S.O.H. Bakkerus, leden en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Klacht

Nadere informatie

Samenvatting. 2. Feiten

Samenvatting. 2. Feiten 1 Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 173 d.d. 14 juli 2011 (prof. mr. drs. M.L. Hendrikse, voorzitter, mr. B.F. Keulen en mr. A.W.H. Vink) Samenvatting Autoverzekering. Consument

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. L.P. Stapel, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. L.P. Stapel, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-131 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. L.P. Stapel, secretaris) Klacht ontvangen op : 29 april 2017 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof.mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. B.I. Bethlehem, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof.mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. B.I. Bethlehem, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2016-138 (prof.mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. B.I. Bethlehem, secretaris) Klacht ontvangen op : 1 juni 2015 Ingesteld door : Consument

Nadere informatie

De Commissie stelt vast dat Consument heeft gekozen voor een niet-bindend advies. De uitspraak is daardoor niet-bindend.

De Commissie stelt vast dat Consument heeft gekozen voor een niet-bindend advies. De uitspraak is daardoor niet-bindend. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening uitspraak nr. 2019-373 (mr. B.F. Keulen, voorzitter, mr. A.W.H. Vink, mr. A.M.T. Wigger, leden en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, terwijl mr. I.M.L. Venker als secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, terwijl mr. I.M.L. Venker als secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr 2017-079 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter, terwijl mr. I.M.L. Venker als secretaris) Klacht ontvangen op : 22 maart 2016 Ingediend door

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. S.W.A. Kelterman, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. S.W.A. Kelterman, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-115 (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. S.W.A. Kelterman, secretaris) Klacht ontvangen op : 19 oktober 2015 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. C.A. Koopman, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. C.A. Koopman, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr. 2016-487 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. C.A. Koopman, secretaris) Klacht ontvangen op : 23 januari 2016 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

ABN Amro Bank B.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene I, en

ABN Amro Bank B.V., gevestigd te Amsterdam, hierna te noemen Aangeslotene I, en Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2014-113 d.d. 4 maart 2014 (mr. R.J. Paris, voorzitter en mevrouw mr. L.T.A. van Eck, secretaris) Samenvatting Consument heeft een derde (via

Nadere informatie

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-345 (mr. A.W.H. Vink, voorzitter, mr. E.C. Ruinaard, mr. drs. S.F. van Merwijk, leden en mr. D.G. Rosenquist MSc, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. L.P. Stapel, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. L.P. Stapel, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-532 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. L.P. Stapel, secretaris) Klacht ontvangen op : 26 oktober 2017 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

De Commissie stelt vast dat Consument heeft gekozen voor een niet-bindend advies. De uitspraak is daardoor niet-bindend.

De Commissie stelt vast dat Consument heeft gekozen voor een niet-bindend advies. De uitspraak is daardoor niet-bindend. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-010 (mr. R.J. Paris, voorzitter, mr. E.C. Ruinaard, mr. W.F.C. Baars, leden en mr. C.I.S. Dankelman, secretaris) Klacht ontvangen op :

Nadere informatie

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies.

De Commissie stelt vast dat partijen hebben gekozen voor bindend advies. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-845 (mr. A.W.H. Vink, voorzitter, mr. dr. S.O.H. Bakkerus en mr. R.J. Verschoof, leden en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. AM.T. Wigger, voorzitter en mr. Z. Bonoo, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. AM.T. Wigger, voorzitter en mr. Z. Bonoo, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-102 (mr. AM.T. Wigger, voorzitter en mr. Z. Bonoo, secretaris) Klacht ontvangen op : 3 juli 2017 Ingediend door : Consument Tegen Datum

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. M.H.P. Leijendekker, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. M.H.P. Leijendekker, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening 2017-158 (mr. B.F. Keulen, voorzitter en mr. M.H.P. Leijendekker, secretaris) Klacht ontvangen op : 24 maart 2016 Ingediend door : Consument Tegen

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. W.H.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. W.H. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-728 (mr. dr. S.O.H. Bakkerus, voorzitter en mr. W.H. Luk, secretaris) Klacht ontvangen op : 4 oktober 2017 Ingediend door : Consument Tegen

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter en mr. A.M.S. Westenbrink, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter en mr. A.M.S. Westenbrink, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-804 (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter en mr. A.M.S. Westenbrink, secretaris) Klacht ontvangen op : 25 april 2017 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (J.S.W. Holtrop, voorzitter en mevrouw mr. D.W.Y.

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (J.S.W. Holtrop, voorzitter en mevrouw mr. D.W.Y. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-027 (J.S.W. Holtrop, voorzitter en mevrouw mr. D.W.Y. Sie, secretaris) Klacht ontvangen op : 25 augustus 2016 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

: DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringmaatschappij N.V., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen Verzekeraar

: DAS Nederlandse Rechtsbijstand Verzekeringmaatschappij N.V., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen Verzekeraar Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2016-339 (mr. P.A. Offers, voorzitter, mr. E.L.A. van Emden, drs. L.B. Lauwaars, leden en mr. B.I. Bethlehem, secretaris) Klacht ontvangen op

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mr. D.J. Olthoff, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mr. D.J. Olthoff, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-313 (mr. E.L.A. van Emden, voorzitter en mr. D.J. Olthoff, secretaris) Klacht ontvangen op : 27 oktober 2015 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

: Klaverblad Schadeverzekeringsmaatschappij N.V., gevestigd te Zoetermeer, verder te noemen Verzekeraar

: Klaverblad Schadeverzekeringsmaatschappij N.V., gevestigd te Zoetermeer, verder te noemen Verzekeraar Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-437 (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter, mr. A.M.T. Wigger en mr. dr. S.O.H. Bakkerus, leden en mr. R. de Kruif, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

: ASR Schadeverzekering N.V., gevestigd te Utrecht, verder te noemen Verzekeraar

: ASR Schadeverzekering N.V., gevestigd te Utrecht, verder te noemen Verzekeraar Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr. 2017-527 (mr. J.S.W. Holtrop, voorzitter, mr. dr. S.O.H. Bakkerus en mr. A.M.T. Wigger en mr. drs. H.M.B. Brouwer, secretaris) Klacht ontvangen

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. M.H.P. Leijendekker, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. M.H.P. Leijendekker, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-647 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. M.H.P. Leijendekker, secretaris) Klacht ontvangen op : 26 april 2017 Ingediend door :

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. I.M.L. Venker, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2018-543 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. I.M.L. Venker, secretaris) Klacht ontvangen op : 8 november 2017 Ingediend door : Consument

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. A.M.T. Wigger, voorzitter en mr. Z. Bonoo, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (mr. A.M.T. Wigger, voorzitter en mr. Z. Bonoo, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-192 (mr. A.M.T. Wigger, voorzitter en mr. Z. Bonoo, secretaris) Klacht ontvangen op : 5 juli 2016 Ingediend door : Consument Tegen Datum

Nadere informatie

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2019-293 (mr. drs. S.F. van Merwijk, voorzitter, mr. B.F. Keulen, mr. L. van Berkum, leden en mw. mr. P. van Haastrecht-van Kuilenburg, secretaris)

Nadere informatie

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. T. Boerman, secretaris)

Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. T. Boerman, secretaris) Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 2017-468 (prof. mr. M.L. Hendrikse, voorzitter en mr. T. Boerman, secretaris) Klacht ontvangen op : 9 augustus 2016 Ingediend door : Consument

Nadere informatie