Buitengebied Oisterwijk

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Buitengebied Oisterwijk"

Transcriptie

1

2

3 Buitengebied Oisterwijk Oisterwijk bestemmingsplan identificatie planstatus identificatiecode: datum: status: NL.IMRO.0824.BPBuitengebied2010-GC geconsolideerd projectnummer: opdrachtleider: ir. C.A. Louws opdrachtgever gemeente Oisterwijk

4 Adviesbureau RBOI

5 3 Inhoudsopgave Toelichting 7 Hoofdstuk 1 Planopgave Aanleiding nieuw bestemmingsplan buitengebied Ontwikkelingen in het Oisterwijkse buitengebied Doelen bestemmingsplan Aanpak en bestemmingsmethodiek Communicatie en draagvlak Opzet plantoelichting / leeswijzer 13 Hoofdstuk 2 Plangebied Ligging en begrenzing plangebied Kenschets plangebied 16 Hoofdstuk 3 Beleidskader Rijksbeleid Provinciaal beleid Regionaal beleid Gemeentelijk beleid Conclusie beleidskader 43 Hoofdstuk 4 Inventarisatie en analyse van functies en ontwikkelingen Ontginningsgeschiedenis Bodem en water Natuur Landschap, archeologie en cultuurhistorie Landbouw Recreatie Infrastructuur Wonen Niet-agrarische bedrijven, horecabedrijven en overige functies Leidingen Inrichting LOG Overige functies 81 Hoofdstuk 5 Gebiedsvisie Gebiedsvisie: doel en opzet Ruimtelijk ontwikkelingsperspectief Gebiedsvisie 88 Adviesbureau RBOI

6 4 Hoofdstuk 6 Beleidsthema's buitengebied Water Natuur en landschap Agrarisch gebruik Cultuurhistorie en archeologie Recreatie Wonen Niet-agrarische bedrijven en overige functies Nieuwe economische dragers en bebouwingsconcentraties Samenvattend overzicht toelaatbare functiewijzigingen 117 Hoofdstuk 7 Bestemmingsregeling Algemeen Systematiek en aard van de bestemmingsregeling Artikelsgewijze toelichting 128 Hoofdstuk 8 Sectorale toetsen Inleiding Water Bodem Ecologie Wegverkeer- en spoorweglawaai Luchtkwaliteit Externe veiligheid PlanMER LOG Stille Wille en Molenakkers 150 Hoofdstuk 9 Economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid 153 Hoofdstuk 10 Handhaving bestemmingsplan Buitengebied 157 Hoofdstuk 11 Bij de vaststelling aangebrachte wijzigingen 159 Bijlagen bij toelichting Bijlage 1 Literatuurlijst beleidskader Bijlage 2 Toelichting reconstructieplannen Bijlage 3 Gemeentelijke en rijksmonumenten en cultuurhistorisch waardevolle panden Bijlage 4 Inventarisatie niet-agrarische bedrijven Bijlage 5 Toelichting Staat van Bedrijfs- en Horeca-activiteiten Bijlage 6 Bebouwingsconcentraties Bijlage 7 Ecologisch, sociaal-cultureel en economisch kapitaal Bijlage 8 Resultaten akoestisch onderzoek Bijlage 9 Retrospectieve toets Eindnoten Adviesbureau RBOI

7 7 Toelichting In deze geconsolideerde versie van het bestemmingsplan Buitengebied is in de regels en op de verbeelding van het moederplan, zoals vastgesteld op 29 juni 2011, verwerkt: de reactieve aanwijzing van de provincie Noord-Brabant (2 augustus 2011; NL.IMRO.9930.ra0824bgoisterwijk-va01); de gedeeltelijke intrekking van de reactieve aanwijzing (23 april 2013; NL.IMRO.9930.intrekra0824bgois-va01); de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State inzake de reactieve aanwijzing (ABRvS 14 augustus 2013: zaaknummer /1/R3); de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State inzake het vastgestelde bestemmingsplan Buitengebied (ABRvS 14 augustus 2013: zaaknummer /1/R3). De toelichting van het moederplan is niet aangepast. Adviesbureau RBOI

8 Adviesbureau RBOI

9 9 Hoofdstuk 1 Planopgave 1.1 Aanleiding nieuw bestemmingsplan buitengebied Nu de reconstructieplannen voor het Brabantse Buitengebied zijn vastgesteld c.q. in werking zijn getreden wil de gemeente Oisterwijk voor haar gehele buitengebied één nieuw bestemmingsplan opstellen. Daarmee wordt gevolg gegeven aan de wettelijke verplichting om de reconstructieplannen te vertalen in de bestemmingsplannen voor het buitengebied 1. Daarnaast komt het opstellen van een nieuw bestemmingsplan Buitengebied voort uit de wens om de gemeentelijke Structuurvisie Plus te vertalen en de noodzaak om voor het totale gemeentelijk grondgebied te komen tot actuele en digitale bestemmingsplannen. Actualisering van de geldende bestemmingsregeling voor het buitengebied vormt het sluitstuk van de herzieningsoperatie van de bestemmingsplannen in Oisterwijk. Het nieuwe bestemmingsplan zal de volgende geldende bestemmingsplannen vervangen: buitengebied Oisterwijk, deel Moergestel (1998); buitengebied Oisterwijk, deel Oisterwijk (1999) en de partiële herziening Oliviersweg en omgeving (2007); buitengebied '94 (Berkel-Enschot 1996); diverse verouderde plannen in het gebied rondom Hoevenseweg / Voorste Stroom; plan in Hoofdzaken voor landgoed de Hooge Braaken. Deze geldende bestemmingsplannen zijn hoofdzakelijk consoliderend van karakter. Zowel wat betreft de feitelijk bestaande situatie als wat betreft beleidskader en bestemmingsregeling zijn deze plannen onvoldoende toegesneden op de actuele situatie. Zowel de gemeente als de provincie hebben onder andere met de StructuurvisiePlus, de Structuurvisie Ruimtelijke Ordening, de reconstructieplannen en de Verordening Ruimte belangrijke beleidsnota's opgesteld, die vertaald moeten worden in dit bestemmingsplan. Daarnaast is sinds het opstellen van de geldende bestemmingsplannen de positie en functie van het buitengebied door de volgende ontwikkelingen sterk veranderd: schaalvergroting, vernieuwing en verbreding van de landbouw; toename van niet-grondgebonden landbouw; wens tot realisatie ecologische hoofdstructuur; behoefte aan waterberging; toename van niet-agrarische bedrijvigheid; toename van burgerwoningen; toename van recreatieve en toeristische voorzieningen en gebruiksmogelijkheden. De geldende bestemmingsplannen zijn niet op deze ontwikkelingen afgestemd. Adviesbureau RBOI

10 Ontwikkelingen in het Oisterwijkse buitengebied Het opstellen van een bestemmingsplan Buitengebied is een uitdagende opgave, zowel inhoudelijk als wat betreft werk- en planproces. Het gaat om een groot gebied (de totale oppervlakte van de gemeente, inclusief de kernen bedraagt ha, de oppervlakte van het buitengebied bedraagt circa ha) dat deel uitmaakt van het waardevolle Brabantse dekzandlandschap. Het is ook een gevarieerd gebied met betekenis voor zowel landbouw, landschap, ecologie en recreatie. Elk van deze sectoren heeft zijn eigen belangen, wensen en dynamiek, die allemaal moeten worden verenigd in het bestemmingsplan. Daarnaast komen in het buitengebied steeds meer woningen en (niet-agrarische) bedrijven voor. Als gevolg daarvan doen zich uiteenlopende functieveranderingen en ruimteclaims voor in de planperiode. Daar komt bij dat een grote hoeveelheid onderliggende beleidsstukken richting geeft aan de inhoud van het bestemmingsplan. De ruimtelijke dynamiek in het buitengebied van Oisterwijk kan op hoofdlijnen in vijf categorieën worden ingedeeld: agrarische ontwikkelingen; plattelandsverbreding; plattelandsvernieuwing; landschaps- en natuurontwikkeling; (her)inrichtingsprojecten. Agrarische ontwikkelingen De betekenis van de gangbare landbouw als sociaaleconomische drager voor het buitengebied is sterk aan het veranderen. De economische toekomst en de ruimtelijke ontwikkeling van het buitengebied hangen niet meer alleen af van ontwikkelingen in de landbouw; de betekenis van het buitengebied voor andere gebruiksvormen, zoals wonen, toerisme en recreatie en niet-agrarische bedrijvigheid, is sterk toegenomen. Desondanks zal de agrarische sector een sleutelrol behouden als belangrijkste beheerder van het buitengebied. Voor de ruimtelijke kwaliteit en behoud van de omgevingskwaliteiten van het buitengebied is dat ook een essentiële voorwaarde. Ruime ontwikkelingsmogelijkheden voor de (grondgebonden) agrarische sector zoals schaalvergroting, specialisatie en intensivering zijn dan ook van groot belang. Plattelandsverbreding (ondersteunende nevenactiviteiten bij agrarische bedrijven) Naast de strikt agrarische ontwikkelingsrichtingen richten veel agrarische bedrijven zich op economische en functionele verbreding met aan het agrarisch bedrijf en het buitengebied verwante niet-agrarische activiteiten. In Oisterwijk zijn er daarbij vooral kansen voor toeristisch-recreatieve ontwikkelingen (plattelandstoerisme), maar ook voor natuur- en landschapsbeheer, energieproductie, zorgactiviteiten en het verwerken en vermarkten van eigen producten. Er zijn diverse actuele initiatieven in deze richting. Door het proces van plattelandsverbreding ontstaan multifunctionele landbouwbedrijven (rurale ondernemingen) die aansluiten bij de veranderende betekenis van het buitengebied. Deze ontwikkelingen bieden kansen op een wederzijdse meerwaarde: zowel voor de landbouw en voor de met de landbouw te combineren functies als voor de ruimtelijke kwaliteit van het buitengebied. Naast de beschreven plattelandsverbreding kiest een deel van de agrarische bedrijven ook voor nevenactiviteiten die niet primair aan het buitengebied gebonden zijn (nieuwe economische dragers) Adviesbureau RBOI

11 11 Plattelandsvernieuwing (nieuwe functies in het buitengebied) Parallel aan de ontwikkelingen in de landbouw is het platteland aan het veranderen van een primair agrarische productieruimte in een multifunctionele gebruiksruimte. Deze ontwikkeling zal zich de komende jaren versterkt doorzetten. De ruimtelijke dynamiek door niet (primair) aan het buitengebied gebonden functies is als gevolg daarvan sterk toegenomen: recreatief (mede)gebruik, wonen, bedrijvigheid. Actuele voorbeelden zijn het gebruik van vrijkomende agrarische bedrijven als woning (vaak in combinatie met kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten of hobbymatig agrarisch gebruik) en diverse recreatieve initiatieven. Landschaps- en natuurontwikkeling Het toenemende belang van en de waardering voor natuur en landschap heeft geleid tot concreet beleid en het vrijmaken van financiële middelen voor het behoud en de ontwikkeling van landschap en natuur. Het gaat daarbij om de ontwikkeling van bestaande natuurgebieden, om het verbinden van deze gebieden door het inrichten van ecologische verbindingszones en om het ontwikkelen van natuur- en landschapswaarden in het agrarische gebied. Ook met de ontwikkeling van landgoederen kan een bijdrage worden geleverd aan de natuur- en landschapsontwikkeling. (Her)inrichtingsprojecten In het kader van de twee voor Oisterwijk van toepassing zijnde reconstructieplannen en de uitvoering van landinrichtingsplan de Hilver zullen in het buitengebied van Oisterwijk diverse projecten worden gerealiseerd. Het gaat daarbij onder andere om: de landbouwontwikkelingsgebieden Molenakkers en Stille Wille (ontwikkelingsgebied voor intensieve veehouderij); realisatie van waterberging en beekherstel langs onder andere de Voorste Stroom, Achterste Stroom, Essche Stroom, Rosep en Reusel (inclusief het Spruitenstroompje); ontwikkelen van substantiële natuurgebieden langs de Reusel; realisering van groene poorten en recreatieve entrees op diverse plaatsen. Deze ontwikkelingen illustreren dat de ruimtelijke dynamiek in het buitengebied aanzienlijk zal zijn de komende jaren. Ook zullen zich binnen de plantermijn nieuwe ontwikkelingen aandienen. Het bestemmingsplan Buitengebied moet dan ook een ontwikkelingsgericht karakter krijgen. Sterker dan in het verleden moet in het bestemmingsplan rekening worden gehouden met bekende en onbekende ontwikkelingen. Het is in dat verband noodzakelijk om een heldere gemeentelijke visie op de ruimtelijke ontwikkeling van het buitengebied op te stellen, waarin de inhoudelijke koers en strategische visie voor de langere termijn worden uitgezet. De basis daarvoor is gelegd in de gemeentelijke StructuurvisiePlus. 1.3 Doelen bestemmingsplan Gelet op het voorgaande zal het bestemmingsplan gericht moeten worden op de volgende doelen: in stand houden en versterken van de ruimtelijke identiteit en kwaliteit van het landelijk gebied, door behoud en versterking van de natuurgebieden en het karakteristieke landschapspatroon, aandacht voor beekherstel en waterberging en het veiligstellen van de ecologische hoofdstructuur; bieden van bouw- en gebruiksmogelijkheden afgestemd op bestaande functies en gebruik; bieden van ruimte en flexibiliteit aan de landbouw om in te kunnen spelen op aanpassingen, veranderingen en perspectieven binnen de sector (zowel voor schaalvergroting en specialisatie binnen de agrarische sector als voor verbreding en vernieuwing van de landbouw); Adviesbureau RBOI

12 12 verruimen en verbeteren van de recreatieve gebruiksmogelijkheden; waarborgen van de economische vitaliteit van het landelijk gebied (waaronder het bieden van ontwikkelingsmogelijkheden in bebouwingsconcentraties en op voormalige agrarische bedrijfslocaties). Samenvattend kan de volgende hoofddoelstelling voor het bestemmingsplan worden geformuleerd: het versterken van de economische vitaliteit en de ruimtelijke kwaliteit van het buitengebied. Hiertoe worden de hoofdzonering uit de Structuurvisie Ruimtelijk Ordening (vertaald in de Verordening Ruimte) de relevante onderdelen van de reconstructie en de StructuurvisiePlus vertaald in een gebiedsvisie die de planologisch gewenste ontwikkeling van het plangebied aangeeft en de onderbouwing biedt voor beleid en regeling van het plangebied. 1.4 Aanpak en bestemmingsmethodiek Beleids- en ontwikkelingsgerichte aanpak De opgave voor het opstellen van een nieuw bestemmingsplan Buitengebied maakt duidelijk dat er zwaardere eisen worden gesteld aan het bestemmingsplan dan voorheen het geval was. Het instrument bestemmingsplan buitengebied is belangrijker maar ook ingewikkelder geworden. De toekomstmogelijkheden, die door steeds meer factoren worden beïnvloed, komen meer centraal te staan. Een en ander verlangt een beleids- en ontwikkelingsgericht plan. Dat wil zeggen een bestemmingsplan dat naast een adequate en flexibele regeling van de feitelijke situatie ook gericht is op het oplossen van specifieke en actuele planologische problemen en vraagstukken in het plangebied en het benutten van kansen en mogelijkheden. Met andere woorden: geen bestemmingsplan dat uitsluitend de huidige situatie vastlegt (behoud en bescherming, tegengaan ongewenste ontwikkelingen, vastleggen van een "eindbeeld") maar een bestemmingsplan dat vooral ook een beleids- en toetsingskader biedt voor sturing van gewenste ontwikkelingen en veel meer een (gewenst) ruimtelijk proces aangeeft. Van belang daarbij is ook dat aandacht geschonken wordt aan de vertaling van het beleid in een handhaafbare regeling. Bestemmingsmethodiek Voor het nieuw op te stellen plan is naar een planopzet gezocht waarbij de ontwikkelingsdimensie van het beleid goed tot uitdrukking komt. Hierbij wordt nadrukkelijk rekening gehouden met de reikwijdte van het instrument bestemmingsplan ("wat kan en moet geregeld worden"). Deze aanpak leidt tot een bestemmingsmethodiek waarbij: het bestaande gebruik wordt vastgelegd: bestemming van de huidige gebruiksvormen en de mate waarin deze zich rechtstreeks kunnen ontwikkelen; de ontwikkelingsmogelijkheden worden aangegeven voor bestaande en nieuwe functies en onderscheiden deelgebieden: toetsingskader voor toekomstige ontwikkelingen en functieveranderingen. Met deze bestemmingsmethodiek wordt getracht het onderscheid tussen huidige gebruiksvormen, nieuwe gebruiksvormen en beleidsintenties zo scherp mogelijk in de regeling te vertalen Adviesbureau RBOI

13 Communicatie en draagvlak Zeker een bestemmingsplan voor het buitengebied is meer dan alleen een plankaart met regels en toelichting. Het gaat ook om een proces waarbij beleidsvorming, besluitvorming en draagvlak voor uitvoering essentieel zijn. Het bestemmingsplan moet een bijdrage leveren aan versteviging van draagvlak bij bestuurders, instanties en (vooral) gebruikers van het buitengebied. Bij voldoende draagvlak kan het beleid beter worden uitgevoerd en is het perspectief op een duurzaam behoud van kwaliteiten en ontwikkelingsmogelijkheden het grootst. Bij de opstelling van de reconstructieplannen is aan het belang van het draagvlak en de creativiteit in de betreffende reconstructiegebieden invulling gegeven door de instelling van klankbordgroepen. Deze vorm van communicatie heeft goed gewerkt en de gemeente heeft voor het planproces van het buitengebied dan ook besloten tot het instellen van een klankbordgroep. Deze klankbordgroep is samengesteld uit vertegenwoordigers van waterschap De Dommel, ZLTO, Natuurmonumenten, Recron, Brabants Particulier Grondbezit, Heemkundekring De Kleine Meijerij, IVN en Brabants Landschap. Daarnaast zijn bewoners en andere belanghebbenden in een vroegtijdig stadium bij de planvorming betrokken door middel van inloopbijeenkomsten op 15 en 23 mei Voor deze inloopbijeenkomsten zijn, naast de gebruikelijke publicaties in het huis-aan-huis- blad, geadresseerde uitnodigingen verstuurd, voorzien van een uitsnede van de inventarisatie die ten grondslag ligt aan het bestemmingsplan. Tijdens de bijeenkomsten en in de periode daarna zijn de belangstellenden in de gelegenheid gesteld om de inventarisatie die aan het plan ten grondslag ligt te controleren en wensen ten aanzien van het bestemmingsplan naar voren te brengen. De betrokkenheid van de bewoners van het buitengebied was groot aangezien circa 275 personen een reactie op het plan aan de gemeente hebben toegezonden. In de periode van 29 mei tot en met 26 juni 2009 heeft het voorontwerpplan ter inzage gelegen en zijn in het kader van de inspraakprocedure twee inloopbijeenkomsten georganiseerd. Ook deze bijeenkomsten zijn druk bezocht (zie hoofdstuk 9). Met ingang van 25 juni 2010 is het ontwerpbestemmingsplan ter inzage gelegd. 1.6 Opzet plantoelichting/leeswijzer De toelichting van het bestemmingsplan is opgebouwd uit een analysegedeelte (wat zijn de kenmerken en kwaliteiten van het buitengebied?), een gebiedsvisie (wat is het gemeentelijk beleid voor het buitengebied?) en een vertaling van de visie in een bestemmingsregeling (hoe wordt de beleidsvisie vertaald in bestemmingen en regels?). De kern van de toelichting bestaat uit de gebiedsvisie, deze is beschreven in hoofdstuk 5. In paragraaf 5.1. worden doel en opzet van de gebiedsvisie toegelicht. In paragraaf 5.2. wordt de hoofddoelstelling voor de ruimtelijke ontwikkeling en inrichting van het landelijk gebied geformuleerd en beschreven. In paragraaf 5.3. is deze hoofddoelstelling uitgewerkt tot een gebiedsvisie. In aanvulling op de gebiedsvisie worden in hoofdstuk 6 een aantal beleidsthema's verder uitgediept. Adviesbureau RBOI

14 14 De informatie die is gebruikt om tot de gebiedsvisie te komen, staat weergegeven in het analysedeel, de hoofdstukken 2, 3 en 4. Hoofdstuk 2 bevat een korte beschrijving (kenschets) van het plangebied. In hoofdstuk 3 worden de voor het gebied belangrijkste beleidsvoornemens uit het geldend beleid van rijk, provincie en gemeente samengevat. Met name de doorwerking van Interimstructuurvisie "Brabant in ontwikkeling'' en Paraplunota 2008, StructuurvisiePlus en de reconstructieplannen namen een belangrijke plaats in bij het opstellen van het voorontwerp- en ontwerpbestemmingsplan. Bij de vaststelling van het bestemmingsplan is de provinciale Structuurvisie Ruimtelijke Ordening en de Verordening Ruimte doorvertaald in het plan. Hoofdstuk 4 beschrijft de functies die in het plangebied voorkomen. Van elke functie worden beschreven de huidige situatie, het toekomstperspectief en de bouwstenen voor beleid c.q. de opgave waarvoor de gemeente staat met betrekking tot de betreffende functie. Daarbij is nog niet beoordeeld of de wensbeelden / opgaven onderling strijdig zijn, elkaar juist versterken of in overeenstemming zijn met het geschetste beleidskader. Deze afweging is beschreven in hoofdstuk 5. De wijze waarop de vertaling van de gebiedsvisie (met thema-uitwerking) in regels en plankaart heeft plaatsgevonden, is beschreven in hoofdstuk 7. In dit hoofdstuk wordt een toelichting gegeven op de gekozen planvorm, de toegepaste bestemmingsmethodiek en de belangrijkste regels. In hoofdstuk 8 vindt een sectorale toetsing plaats van de ontwikkelingen die met het bestemmingsplan mogelijk worden gemaakt. In hoofdstuk 9 wordt ingegaan op de maatschappelijke en economische uitvoerbaarheid van (onderdelen) van het bestemmingsplan. In hoofdstuk 10 komt de wijze waarop het plan zal worden uitgevoerd, toegepast en gehandhaafd aan de orde. In hoofdstuk 11 tenslotte wordt een kort overzicht gegeven van de belangrijkste wijzigingen die bij de vaststelling in het bestemmingsplan zijn aangebracht Adviesbureau RBOI

15 15 Hoofdstuk 2 Plangebied 2.1 Ligging en begrenzing plangebied Plangrens en plankaarten Het plangebied van het bestemmingsplan Buitengebied Oisterwijk omvat het gehele grondgebied van de gemeente Oisterwijk met uitzondering van de woon- en werkgebieden van de kernen Oisterwijk en Moergestel en de recreatieterreinen. De begrenzing van het plangebied is aangegeven op figuur 2.1. De buitengrens spreekt voor zich, deze volgt de gemeentegrens. De begrenzing rond de kernen Moergestel en Oisterwijk is afgestemd op de geldende bestemmingsplannen voor deze kernen, waarbij tevens zoveel mogelijk rekening wordt gehouden met voorgenomen stedelijke ontwikkelingen. Recreatieterreinen Voor de in het buitengebied gelegen recreatieterreinen wordt een afzonderlijk bestemmingsplan opgesteld, afgestemd op de specifieke problematiek en beleidsvragen van deze terreinen. De recreatieterreinen zijn divers van omvang en gebruik (tenten/toercaravans, stacaravans, chalets en recreatiewoningen). Voor de planologische regeling van de recreatieterreinen zijn voor 3 aspecten specifieke aandachtspunten van belang. Gebruik: Op een aantal terreinen komt permanente bewoning voor. Deels is daarvoor een persoonsgebonden gedoogbeschikking afgegeven. In een aantal van dergelijke gevallen zijn deze gedoogbeschikkingen echter alweer "overgedragen". Ten behoeve van een nieuwe planologische regeling is een grondige inventarisatie nodig, gekoppeld aan een scherp handhavingsbeleid. Bouwen: Met relatief beperkte maximaal toegestane oppervlaktematen voor recreatieverblijven wordt in het vigerende bestemmingsplan geprobeerd permanente bewoning te ontmoedigen. In een onbekend aantal gevallen zijn recreatieverblijven echter illegaal vergroot en zijn illegale bijgebouwen gerealiseerd. Ook hier vergt een goede bestemmingsplanregeling een gedetailleerde inventarisatie en een scherp handhavingsbeleid. Kwaliteitsverbetering: Gelet op het belang van de verblijfsrecreatie voor de gemeentelijke economie en het huidige kwaliteitsniveau van een aantal bedrijven, is kwaliteitsverbetering een belangrijk aandachtspunt. Gelet op de daarvoor vaak gewenste uitbreidingsmogelijkheden is kwaliteitsverbetering een ingrijpend proces dat veel tijd vraagt. Het opstellen van een nieuwe bestemmingsregeling vergt dan ook een dermate specifieke inventarisatie, beleidsvoorbereiding, juridische regeling en communicatie (met exploitanten en gebruikers) dat daarvoor een zelfstandig proces noodzakelijk is. Het opnemen van de recreatieterreinen in het bestemmingsplan Buitengebied is in dat licht niet doelmatig en zou naar alle waarschijnlijkheid tot substantiële vertraging leiden. Adviesbureau RBOI

16 Kenschets plangebied Het buitengebied van Oisterwijk is een zeer gevarieerd gebied met belangrijke landbouwkundige kwaliteiten, landschappelijke en cultuurhistorische waarden en bijzondere ecologische en recreatieve betekenis. Het gebied is in drie deelgebieden onder te verdelen: het centrale bos- en heidegebied en de voornamelijk agrarische gebieden ten noorden en ten zuiden ervan. Oisterwijkse bossen en vennen Het hart van het buitengebied omvat de Oisterwijkse vennen en bossen, die aansluiten op het westelijke deel van het heidegebied Kampina. Samen vormen ze een goed en fraai voorbeeld van het Brabantse dekzandlandschap met bossen, vennen, heide en overgangen naar beekdalen. De Oisterwijkse vennen en Kampina vormen een natuur- en recreatiegebied van nationale en internationale betekenis, dat is aangewezen als Natura 2000-gebied 2. De recreatieve betekenis blijkt uit de in het buitengebied aanwezige campings, recreatiewoningenterreinen 3, horeca- en dagrecreatieve voorzieningen en de aanwezige toeristisch-recreatieve infrastructuur van wandel-, fiets- en ruiterpaden. De recreatieve voorzieningen zijn vooral geconcentreerd ten zuidoosten van Oisterwijk en ook in belangrijke mate op deze kern georiënteerd. Moergestel en de zuidrand van de bos- en natuurzone liggen relatief in de (recreatieve) luwte. Agrarisch gebied De gebieden ten noorden en zuiden van de zone met de Oisterwijkse bossen en vennen hebben een agrarische hoofdfunctie. Beide gebieden hebben echter een geheel eigen karakter. Het agrarische cultuurlandschap ten noorden en westen van Oisterwijk (Heukelom-Kerkhoven) is relatief kleinschalig door de aanwezigheid van wegbeplanting, bebouwing en landschapselementen. Het agrarische buurtschap Heukelom en de beek de Voorste Stroom zijn kenmerkende elementen in dit deelgebied. Door de ligging tussen Oisterwijk en Berkel-Enschot en aan de N65 is in dit deel van het buitengebied sprake van een zekere stedelijke druk. Het agrarisch gebied ten oosten en zuiden van Moergestel is in het algemeen grootschaliger van karakter. Ten zuiden van Moergestel zijn de oude toegangswegen Heuvelstraat en Broekzijde-Vinkenberg de linten waarlangs de bebouwing is geconcentreerd. Van oudsher werden de lager gelegen gronden, nabij de beken, niet bebouwd. Dit is nog duidelijk herkenbaar in de verkaveling en het onbebouwde karakter ten oosten van de Reusel. Ten oosten van Moergestel (Oirschotseweg-Oirschotsebaan) is sprake van een overgangszone naar de Oisterwijkse bossen en vennen met een kleinschaliger landschap en landschapselementen. Beken Kenmerkend voor het Oisterwijkse buitengebied zijn verder de beken (Voorste Stroom, Reusel, Achterste Stroom, Essche Stroom, Rosep). Deze beken hebben een belangrijke functie in de regionale waterafvoer en zijn daarnaast van belang als verbindingszones in de Ecologische Hoofdstructuur. De Reusel wordt ook recreatief gebruikt (kanovaren). Het wegenpatroon in het buitengebied wordt grotendeels als karakteristiek voor het plangebied gezien, zij het dat het karakter van deze wegen sterk veranderd is. Later aangelegde regionale infrastructurele verbindingen zijn van invloed op de structuur en beleving van het buitengebied. In het zuidelijk deel betreft dit de rijksweg A58 en in het noordelijk deel de spoorlijn Eindhoven-Tilburg en de N65. Deze wegen vormen harde, dominante en op zich zelf staande lijnen (barrières) in het landschap. Ook de Oirschotsebaan vormt een infrastructurele lijn in het landschap Adviesbureau RBOI

17 17 Figuur 2.1. Ligging en begrenzing plangebied Adviesbureau RBOI

18 Adviesbureau RBOI

19 19 Hoofdstuk 3 Beleidskader Het gemeentelijk beleid voor het plangebied en de verwerking daarvan in een actueel bestemmingsplan voor het buitengebied dient vorm en inhoud te krijgen binnen het door het rijk en de provincie ontwikkelde beleid voor het landelijk gebied. Dat beleidskader is vervat in een groot aantal documenten. Het is niet doelmatig en ook niet noodzakelijk om dat beleidskader uitvoerig en volledig te beschrijven. In dit hoofdstuk wordt volstaan met het vermelden van essenties van rechtstreeks voor het plangebied relevante beleidsvoornemens uit het ruimtelijk beleid van rijk, provincie en gemeente. In hoofdstuk 4 (inventarisatie en analyse) worden voor zover relevant ook andere beleidsdocumenten vermeld. In bijlage 1 is een literatuurlijst beleidskader opgenomen. 3.1 Rijksbeleid Nota Ruimte (2005) Met de Nota Ruimte verschuift het accent in het nationale ruimtelijk beleid van "het stellen van beperkingen" naar "het stimuleren van ontwikkelingen". Kernbegrippen in de Nota Ruimte zijn: ontwikkelingsplanologie; afstemming ruimtelijke beleid op maatschappelijke wensen en komen tot een snellere/slagvaardiger uitvoering van beleid (integrale benadering plangebied; partijen bij elkaar brengen); decentralisatie; rijksoverheid is verantwoordelijk voor de (nationale) prioriteiten als mainports, economische kerngebieden, nationale stedelijke netwerken, EHS en Vogel- en Habitatrichtlijngebieden, veiligheid tegen overstromingen; daarnaast wordt veel overgelaten aan provincies, gemeenten en waterschappen, ruimte voor decentrale / regionale afwegingen en maatwerk; deregulering; minder aanwijzingen vanuit het Rijk; minder regels en eenvoudige procedures (onder andere nieuwe WRO); uitvoeringsgerichtheid; accent op uitvoering; regelen van uitvoering, geen beleid "op krediet". In de Nota Ruimte zijn de Oisterwijkse bossen en vennen en het heidegebied Kampina opgenomen als onderdelen van de landelijke Ecologische Hoofdstructuur. Rijk, provincie en gemeente zijn verantwoordelijk voor bescherming, instandhouding en ontwikkeling van de aanwezige bijzondere waarden en kenmerken van dit gebied. Om de ruimtelijke samenhang binnen de landelijke Ecologische Hoofdstructuur te verbeteren realiseert het rijk samen met de provincies voorts twaalf robuuste ecologische verbindingen. Eén van deze robuuste verbindingen betreft de Beerze, een robuuste ecologische verbinding die loopt van de grens met België tot 's Hertogenbosch en door het oostelijk deel van het plangebied loopt. Het Groene Woud De Oisterwijkse bossen en vennen en de Kampina maken onderdeel uit van het Groene Woud, een van de 20 Nationale Landschappen die in de Nota Ruimte zijn aangewezen. Adviesbureau RBOI

20 20 Nationale landschappen zijn gebieden met internationaal zeldzame of unieke en nationaal kenmerkende landschapskwaliteiten, en in samenhang daarmee bijzondere natuurlijke en recreatieve kwaliteiten. Landschappelijke, cultuurhistorische en natuurlijke kwaliteiten van nationale landschappen moeten behouden blijven, duurzaam beheerd en waar mogelijk worden versterkt. In samenhang hiermee zal de toeristisch-recreatieve betekenis moeten toenemen. Binnen nationale landschappen is daarom "behoud door ontwikkeling" het uitgangspunt voor het ruimtelijke beleid. De landschappelijke kwaliteiten zijn medesturend voor de wijze waarop de gebiedsontwikkeling plaatsvindt. Voor Nationaal Landschap Het Groene Woud zijn in de Nota Ruimte de volgende kernkwaliteiten aangeduid: het groene karakter; de kleinschalige openheid; het samenhangende geheel van beken, essen, kampen, bossen en heidevelden. Het gebied bestaat uit een complex van grote natuurgebieden met bossen, heidevelden en stuifzanden, en kleinschalige, agrarische gebieden waarin populieren de wegen en perceelscheidingen accentueren. Het klassieke landschap van de zandgebieden met beekdalen en hoger gelegen essen en kampen is hier nog gaaf aanwezig. De definitieve begrenzing van het Groene Woud is een taak van de provincie; de provincie heeft met de Interimstructuurvisie "Brabant in ontwikkeling" de definitieve begrenzing van het Groene Woud vastgelegd. Er worden geen planologische consequenties verbonden aan de begrenzing van het Groene Woud; voor dit bestemmingsplan zijn de actuele natuur- en landschapswaarden en de voorziene ontwikkeling van deze waarden uit de Interimstructuurvisie en de reconstructieplannen uitgangspunt. In de Nota Ruimte worden voorts de volgende kwalitatieve constateringen/uitgangspunten genoemd voor het landelijk gebied. Ruimte voor hergebruik van bebouwing en nieuwbouw in het buitengebied Het economisch draagvlak en de vitaliteit van de meer landelijke gebieden staan onder druk. Om deze te vergroten, wil het rijk de mogelijkheden voor zowel hergebruik, als (vervangende) nieuwbouw in het buitengebied verruimen, gekoppeld aan ontwikkeling van de landschappelijke kwaliteit en realisatie van bijvoorbeeld nieuwe natuurgebieden of extra capaciteit voor waterberging. Duurzame en vitale landbouw Van de provincies wordt verwacht dat zij in hun ruimtelijke plannen meer mogelijkheden voor een bredere bedrijfsvoering creëren en rekening houden met de eisen die de wereldmarkt stelt aan agrarische bedrijven. Toeristisch-recreatief gebruik van de groene ruimte De recreatiesector moet de ruimte krijgen om te kunnen anticiperen op de veranderende behoefte van de samenleving en om zich tot een economische drager van (delen) van het platteland te ontwikkelen. Water en groene ruimte Het nationaal ruimtelijk beleid voor water en groene ruimte richt zich op borging en ontwikkeling van natuurwaarden, de ontwikkeling van landschappelijke kwaliteit, en van bijzondere, ook internationaal erkende, landschappelijke en cultuurhistorische waarden. Tevens is borging van veiligheid tegen overstromingen, voorkoming van wateroverlast en watertekorten en verbetering van water- en bodemkwaliteit van groot belang Adviesbureau RBOI

21 21 Natura 2000-gebieden Om de natuur in Europa als geheel te beschermen en te ontwikkelen, wijzen alle Europese lidstaten zogenoemde Natura 2000-gebieden aan. Door Nederland zijn in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998, 111 gebieden aangewezen waaronder de Oisterwijkse vennen & Kampina. De aangewezen gebieden zijn het waard om bewaard te worden vanwege de ecologische betekenis, maar ook vanwege de toegevoegde waarde van het gebied voor de omgeving (recreatieve activiteiten, gezondheid, vestigingsklimaat). Voor de aanwijzing van de Natura 2000-gebieden zijn door het Ministerie van LNV ontwerpbesluiten opgesteld. In ieder ontwerpbesluit zijn vermeld een gebiedsbeschrijving, de begrenzing van het gebied en de voor het gebied van toepassing zijnde kernopgaven en instandhoudingsdoelen. Op figuur 3.1 is de ontwerpbegrenzing van het Natura 2000 gebied weergegeven. In de volgende tekst is de gebiedsbeschrijving uit het ontwerpbesluit voor Kampina & Oisterwijkse Vennen integraal opgenomen. "Kampina en de naastgelegen Oisterwijkse vennen en bossen vormen samen een van de fraaiste voorbeelden van een Brabants dekzandlandschap, met bossen, vennen, heide en overgangen naar beekdalen. Kampina is vooral van belang vanwege de natte heide en de fraaie overgangen naar schraallanden (Smalbroeken). Het gehele gebied is van groot belang voor de vennen; het betreft zowel doorstroomvennen (onder andere de Centrale Vennen in de Oisterwijkse Bossen, geïsoleerde zure vennen), als vennen in beekdalflanken die (van oorsprong) onder invloed staan van inundatie met beekwater. De vennen in de Oisterwijkse Bossen zijn merendeels ontstaan als uitgestoven laagten in een stuifzandlandschap, waar veentjes in ontstonden. Door vervening is hierin sinds de Middeleeuwen weer open water ontstaan. In het gebied zijn reeds in 1950 de eerste herstelmaatregelen in de vennen uitgevoerd." Het in de Interimstructuurvisie en Paraplunota beschreven beleid voor de GHS is gericht op bescherming van de Natura 2000-gebieden (zie paragraaf 3.2.). Dit geldt echter niet voor de externe werking (de bescherming tegen ingrepen buiten de aangewezen gebieden die de natuurlijke kenmerken van die gebieden kunnen aantasten). Hiervoor moet beoordeeld worden of sprake is van significante gevolgen voor de instandhouding van de beoogde natuurwaarden en of er mogelijkheden zijn deze gevolgen te voorkomen of te compenseren. Voor de landbouw blijken de beperkingen vooral te liggen in mogelijke gevolgen van ammoniakuitstoot en daarmee voor de ontwikkelingsmogelijkheden van met name de intensieve veehouderij. Reconstructiewet concentratiegebieden Op 1 april 2002 is de Reconstructiewet Concentratiegebieden in werking getreden. Deze wet heeft tot doel het verbeteren van de ruimtelijke structuur in gebieden met veel intensieve veehouderij (de zogenoemde concentratiegebieden). De provincie Noord-Brabant (met uitzondering van West-Brabant, waar de kleigronden overheersen en geen grote concentratie van intensieve veehouderij aanwezig is) is aangewezen als concentratiegebied. Op grond van de Reconstructiewet heeft de provincie reconstructieplannen opgesteld (zie verder onder provinciaal beleid). Adviesbureau RBOI

22 22 Figuur 3.1. Natura 2000 (voorlopige begrenzing) Adviesbureau RBOI

23 Provinciaal beleid Het provinciale ruimtelijk beleid is in de loop van het planproces aangepast. Uitgangspunt voor het opstellen van het voorontwerp- en ontwerpbestemmingsplan is het provinciale beleid zoals vastgelegd in de Interimstructuurvisie "Brabant in ontwikkeling" en de nota "Buitengebied in ontwikkeling". Bij de vaststelling van het bestemmingsplan is de provinciale Structuurvisie Ruimtelijke Ordening en de Verordening Ruimte vertaald. De Structuurvisie Ruimtelijke Ordening zoals vastgesteld op 1 oktober 2010 en in werking sinds 1 januari 2011 is grotendeels een voortzetting van eerder geformuleerd beleid. In deze paragraaf wordt zowel het oude als nieuwe provinciale beleid beschreven. Interimstructuurvisie "Brabant in ontwikkeling", 2008 Met de inwerkingtreding van de Wet op de Ruimtelijke Ordening heeft de provincie Noord-Brabant een interimstructuurvisie vastgesteld die vooralsnog een voortzetting en op onderdelen actualisering betreft van het Streekplan "Brabant in Balans" uit De Interimstructuurvisie van de provincie Noord-Brabant werkt vanuit een zogenaamde "lagenbenadering". In de eerste laag zijn de natuurlijke bodemtypologie en de watersystemen bepalend, de tweede laag betreft de infrastructuur en de derde laag het occupatiepatroon (deze indeling wordt ook gehanteerd in de beschrijving van de functies in hoofdstuk 4). Het landelijk gebied is in vier zones verdeeld: de groene hoofdstructuur (GHS), onderverdeeld naar GHS-natuur en GHS-landbouw (beide verder onderverdeeld in subzones); de agrarische hoofdstructuur (AHS), onderverdeeld naar AHS-landschap en AHS-landbouw (met onderverdeling in subzones). Naast deze ruimtelijke zonering zijn de volgende onderwerpen uit de Interimstructuurvisie relevant voor het plangebied: Regionale natuur- en landschapseenheden (RNLE), zoekgebied regionale waterberging, cultuurhistorie en aardkundige waarden, niet-agrarische bedrijvigheid, waterwinning en boringsvrije zone. Op figuur 3.2 is ter verduidelijking een voor het plangebied van toepassing zijnde kaartfragment uit de Interimstructuurvisie opgenomen. Groene Hoofdstructuur (GHS) Het uitgestrekte gebied van de Oisterwijkse bossen en vennen alsmede het stroomgebied van de Reusel zijn gelegen in de GHS. Het bossen- en vennencomplex is aangeduid als GHS-natuur (met de subzone "natuurparel" en "overig bos en natuurgebied") en GHS-landbouw (subzones "leefgebied kwetsbare soorten", "leefgebied struweelvogels" en "natuurontwikkelingsgebied"). Het stroomgebied van de Reusel is opgenomen als GHS-natuur ("natuurparel") en GHS-landbouw ("leefgebied kwetsbare soorten"). De Voorste Stroom en Achterste Stroom zijn aangewezen als ecologische verbindingszone alsmede het gedeelte van de Reusel, gelegen ten noorden van de kern Moergestel. GHS-natuur-"Natuurparel" Natuurparels zijn alle begeleid natuurlijke eenheden en de daarbuiten gelegen bos- en natuurgebieden die een bijzondere natuurwaarde hebben vanwege specifieke omstandigheden van de bodem of het (grond)water. Het beleid voor de natuurparels is gericht op maximale rust en ruimte voor de ontwikkeling van natuur- en landschapswaarden. Adviesbureau RBOI

24 24 GHS-natuur-"Overig bos- en natuurgebied" De overige bos- en natuurgebieden bevatten minder hoge natuurwaarden dan de natuurparels. Ook hier geldt het streven naar rust en ontwikkeling van natuur- en landschapswaarden. GHS-landbouw-"Leefgebied kwetsbare soorten" Het leefgebied kwetsbare soorten omvat met name landbouwgronden waarop zeldzame planten of dieren voorkomen (of wordt nagestreefd) die hoge eisen stellen aan de inrichting en het gebruik van hun omgeving. Rust, beslotenheid, hoge waterpeilen en stabiliteit in de inrichting en het beheer zijn belangrijke voorwaarden voor deze dieren en planten. GHS-landbouw-"Leefgebied struweelvogels" Het leefgebied struweelvogels omvat met name landbouwgronden waarop struweelvogels kunnen gedijen. Deze vogels hebben rust en ruimte nodig maar zijn minder gevoelig voor ruimtelijke ingrepen door onder andere landbouw. Het gaat met name om handhaving van een besloten of halfopen landschap met een kleinschalige percelering, houtwallen, ruige perceelsranden en slootkanten, overhoekjes, solitaire bomen, dijken en onverharde wegen en paden. GHS-landbouw-"Natuurontwikkelingsgebieden" Natuurontwikkelingsgebieden bestaan uit landbouwgronden die bijzonder geschikt zijn voor het ontwikkelen van nieuwe natuur en waar ruimtelijke ingrepen die deze natuurontwikkeling in de nabij of verre toekomst kunnen frustreren, achterwege blijven. Ecologische verbindingszones Ecologische verbindingszones (EVZ) zijn veelal langgerekte (deels nog aan te leggen) landschapselementen langs bijvoorbeeld waterlopen, wegen, spoor- en vaarwegen, door middel waarvan natuurgebieden met elkaar kunnen worden verbonden. In Oisterwijk zijn delen van de Voorste en Achterste Stroom en delen van de Reusel aangemerkt als EVZ. De Beerze is aangemerkt als 'robuuste verbinding'. Agrarische hoofdstructuur (AHS) Een relatief klein deel van het plangebied is aangeduid als Agrarische hoofdstructuur, landbouw (AHS-landbouw). Het betreft hier de gebieden globaal gelegen ten noorden van Oisterwijk, ten zuid-westen van Moergestel (omgeving Heuvelstraat) en ten zuiden van de A58 (omgeving Hertgangseweg). Als doelstelling geldt het in standhouden en versterken van de landbouw, waarnaast ruimte wordt geboden voor toerisme en recreatie. Deze functies worden beschouwd als een nevengeschikte activiteit in het buitengebied, welke de economische vitaliteit bevorderen in de vorm van verbrede landbouw. In het plangebied komen ook drie gebieden voor die zijn aangemerkt als AHS-landschap, subzone RNLE-landschapsdeel. Het betreft een klein gebied ten zuiden van de kern Oisterwijk, een gebied ten noordoosten van Moergestel en een relatief groot gebied ten noorden van de Oirschotseweg. Deze gronden, grenzend aan belangrijke bos- en natuurgebieden, zijn aangewezen om de ontwikkeling van natuur en landschap in de regionale eenheid als geheel te ondersteunen. RNLE's De regionale natuur- en landschapseenheden (RNLE's) zijn gebieden van ten minste enkele duizenden hectaren die voor circa twee derde uit bos en natuur bestaan met daaromheen landbouwgronden. Door versterking van de onderliggende relaties kunnen ze zich op termijn ontwikkelen tot zelfstandige eenheden waar natuur, landschap en landbouw centraal staan Adviesbureau RBOI

25 25 Deze gebieden moeten groen en landelijk blijven. De Oisterwijkse bossen en vennen zijn gelegen in een RNLE. De RNLE omvat daarbij gebieden die zijn aangeduid als GHS en AHS-landschap. Figuur 3.2.A Fragment Interimstructuurvisie Adviesbureau RBOI

26 26 Figuur 3.2.B Fragment Paraplunota Adviesbureau RBOI

27 27 Zoekgebied regionale waterberging Een gedeelte van het stroomgebied van de Reusel is aangewezen als regionaal waterbergingsgebied. Voorts zijn de stroomgebieden van de Voorste Stroom, de Reusel en de Rosep aangewezen als "reserveringsgebied waterberging". Cultuurhistorie en archeologie In het bestemmingsplan dient rekening te worden gehouden met aanwezige (hoge en zeer hoge) cultuurhistorische waarden. Ook moet rekening worden gehouden met de aanwezige archeologische monumenten en met de (hoge of middelhoge) archeologische (verwachtings)waarden. Het gedeelte van de Oisterwijkse bossen en vennen ten oosten van de Reusel is aangewezen als aardkundig waardevol gebied. Hier is het uitgangspunt "behoud door ontwikkeling", waarbij in het geval van een ruimtelijke ingreep hoogwaardige inpassing moet worden verzekerd. Infrastructuur De provincie is van mening dat de infrastructuur meer dan in het verleden sturend moet zijn voor ruimtelijke ontwikkelingen, bestaande infrastructuur beter benut moet worden en nieuwe infrastructuur duurzaam moet worden ingepast. Voor de langere termijn dient rekening te worden gehouden met een eventuele capaciteitsvergroting van de A58. Bedrijvigheid, voorzieningen en kantoren In principe hoort deze vorm van bedrijvigheid niet thuis in het buitengebied maar in de kern of op een bedrijventerrein. Reeds gevestigde bedrijvigheid wordt uitbreidingsruimte geboden. Voormalige agrarische bedrijven Buiten de locaties waarvan de agrarische bestemming kan worden gehandhaafd voor de opvang van te verplaatsen agrarische bedrijven, is hergebruik van voormalige agrarische bedrijfswoningen voor burgerbewoning aanvaardbaar. Speciale regels gelden voor de agrarisch-technische en agrarisch aanverwante bedrijvigheid. Vestiging van agrarisch-technische hulpbedrijven en agrarisch verwante bedrijven in voormalige agrarische bedrijfslocaties is mogelijk waarbij voor de agrarisch verwante bedrijven geldt dat deze thuis horen in de kernrandzone. Locaties waar met de ruimte-voor-ruimte regeling stallen zijn gesloopt komen niet voor (her)vestiging van deze niet- agrarische bedrijven in aanmerking. Voorts is het in bebouwingsconcentraties buiten de GHS mogelijk dat vrijkomende agrarische bebouwing wordt benut voor niet aan het buitengebied gebonden bedrijvigheid, bijvoorbeeld startende bedrijven. Hiervoor gelden echter een aantal voorwaarden. Het bedrijf mag in beginsel niet meer ruimte in beslag nemen dan het voormalig agrarisch bouwblok. Buitenopslag is niet toegestaan, tenzij deze rechtstreeks voortvloeit uit de aard van het bedrijf. Teneinde een passend antwoord te kunnen geven op ontwikkelingen in het landelijk gebied hebben Gedeputeerde Staten het verwoorde beleid inzake vrijkomende agrarische bedrijfslocaties nader beoordeeld in het licht van actuele vragen en geconstateerde knelpunten. Zie hiervoor de beschrijving van de nota Buitengebied in ontwikkeling. Burgerwoningen Bestaande burgerwoningen in het buitengebied worden uitbreidingsmogelijkheden geboden. Toevoegingen van burgerwoningen in het buitengebied is toegestaan door splitsing van boerderijgebouwen en gebouwen voor zorg of religieuze doeleinden. Voorwaarde is dat het hier Adviesbureau RBOI

28 28 karakteristieke gebouwen betreft dan wel de splitsing bijdraagt aan het behoud van het karakter van het buitengebied. Ruimte-voor-ruimte De regeling ruimte-voor-ruimte heeft tot doel de toename van ruimtelijke kwaliteit door de bouw van (burger)woningen mogelijk te maken, in ruil voor de sloop van agrarische bedrijfsgebouwen, die in gebruik waren voor de intensieve veehouderij. Deze regeling is aan een aantal voorwaarden verbonden. Van belang is dat de sloop plaatsvindt in de reconstructiegebieden (Midden- en Oost-Brabant), maar dat de woning in de hele provincie mag worden teruggebouwd. Deze woning mag alleen in de bebouwde kom of in de kernrandzone worden geplaatst. Bouw van een woning in de GHS is niet toegestaan. In het kader van deze ruimte-voor-ruimteregeling zijn in Oisterwijk (peildatum augustus 2007) plannen (in verschillende stadia van ontwikkeling) voor de bouw van circa 25 woningen. Naar schatting is er binnen de gemeentegrenzen voor meer dan 3 ha aan stallen gesloopt (peildatum januari 2010). Windturbines Het provinciaal beleid is gericht op het bevorderen van windenergie. Bundeling van windturbines bij bedrijventerreinen of langs infrastructuur in de stedelijke regio's heeft de voorkeur. Voor de oprichting van windturbineparken en het plaatsen van windturbines in lijnopstelling in een RLNE of in de GHS geldt het "nee, tenzij"-principe. Solitaire windturbines zijn niet toegestaan in de RLNE en in de GHS. De provincie is verder terughoudend als het om solitaire windturbines in de AHS gaat. Waterwinning en boringsvrije zone Het waterpompstation aan de Heibloemdijk-Broekstraat is buiten het plangebied gelegen. De bijbehorende boringsvrije zone ligt gedeeltelijk in het plangebied. Het beleid voor de waterwingebieden is gericht op het garanderen van een zodanige grondwaterkwaliteit dat zuivering tot een minimum beperkt kan blijven. In de boringsvrije zones gaat het erom dat fysieke aantastingen van de bodem worden vermeden. Dit is geregeld middels de Provinciale Milieuverordening. In bijzondere situaties kan het nodig zijn om ook door middel van het ruimtelijk beleid bepaalde bouwwerken of werkzaamheden geheel te weren. In de vigerende plannen is een dergelijke regeling voor de boringsvrije zone niet opgenomen. Buitengebied in ontwikkeling (juli 2004) Deze beleidsnota is gericht op het bieden van ruimte aan een vitaal platteland en daarbij passende economische dragers voor het buitengebied. Bestaande economische dragers krijgen daarbij ontwikkelingsmogelijkheden en alternatieve economische functies worden gestimuleerd. Deze verruiming van activiteiten heeft een duidelijk doel: bijdragen aan duurzaam beheer en versterking van de ruimtelijke kwaliteit van het landelijk gebied. In de nota is een ten opzichte van het toenmalige Streekplan verruimd beleid ontwikkeld voor kernrandzones en andere bebouwingsconcentraties. Daarnaast is het provinciale beleid inzake hergebruik van vrijkomende agrarische bedrijfslocaties op onderdelen aangepast waarbij mede een koppeling is gelegd met specifieke gebiedsdoelen die in de reconstructie- en gebiedsplannen zijn opgenomen. Specifieke aspecten voor vertaling in het bestemmingsplan zijn de volgende. Binnen bebouwingsconcentraties Uitgangspunt bij verruimde mogelijkheden is de verbetering van de ruimtelijke kwaliteit in brede zin. Er worden vanuit de provincie geen beperkingen gesteld aan functies en / of maximale maten. De ontwikkelingsmogelijkheden worden gekoppeld aan een door de Adviesbureau RBOI

29 29 gemeente op te stellen gebiedsgerichte visie. Van de gemeente wordt wel verwacht dat zij een maximaal bouwvolume vaststelt, verruiming alleen bij verbeteringen met rood-voor-groen toestaat en verruiming van bouwmogelijkheden uitsluit voor bouwblokken waar met ruimte-voor-ruimte- regeling stallen zijn gesloopt. Deze visie moet vergezeld gaan van een ruimtelijke onderbouwing waarin meerdere aspecten aan de orde moeten komen: onder andere beschrijving van gebied, na te streven doelen en de wijze waarop de gemeente deze wil bereiken (ontwikkeling, versterking, behoud, sanering), inrichtingsschets en onderbouwing. De visie moet door GS geaccordeerd worden. Zonder goedgekeurde visie gelden de bepalingen uit de Interimstructuurvisie. Buiten de bebouwingsconcentraties Hergebruiksmogelijkheden voor voormalig agrarische bedrijfsbebouwing (VAB's) buiten de bebouwingsconcentraties moeten passen binnen de functies die het buitengebied vervult (landbouw, natuur, recreatie en stedelijk uitloopgebied) en zijn daarom beperkt. Verruiming van mogelijkheden is niet toegestaan op bouwblokken die nodig zijn voor de opvang van te verplaatsen bedrijven en op bouwblokken waar stallen zijn gesloopt met ruimte-voor-ruimte-regeling. Er wordt door de provincie een verruiming voorgestaan van recreatieve voorzieningen (niet in de landbouwontwikkelingsgebieden (LOG) zoals deze in het kader van de reconstructie zijn vastgesteld), hergebruik cultuurhistorisch waardevolle bebouwing (eventuele woningsplitsing) en opslag (niet in GHS of LOG). Sloop van overtollige, niet waardevolle bebouwing wordt voorgestaan. Paardenhouderijen worden speciaal genoemd; de noodzaak om verschillende vormen van paardenhouderij te onderscheiden is in de opvatting van de provincie niet meer aanwezig. Het heeft de voorkeur om de mogelijkheden voor paardenhouderij in AHS en bebouwingsconcentraties te vergroten. Paardenhouderij is ook toegestaan in GHS-landbouw (maar niet met grote rijhal en publieks- en verkeersaantrekkende werking); maneges met een recreatieve functie zijn ook buiten bebouwingsconcentraties toegestaan, echter niet in GHS-natuur en LOG. Nevenfuncties (activiteiten die niet rechtsreeks de uitoefening van de agrarische bedrijfsvoering betreffen) op agrarische bedrijven Nevenfuncties op agrarische bedrijven worden beoordeeld als zijnde vervolgfuncties; toelaatbaar als nevenfunctie zijn derhalve alleen de toelaatbare vervolgfuncties. Toelaatbare vervolg- en nevenfuncties zijn recreatieve functies, agrarisch verwante bedrijvigheid, agrarische technische bedrijvigheid en statische binnenopslag. Het opnemen van een passende maximale maatvoering is gewenst en er mag geen vergroting plaats vinden van het bouwblok. Een wijzigingsbevoegdheid mag worden opgenomen voor de doorgroei van een nevenfunctie naar een hoofdfunctie. De ontwikkeling van nevenfuncties in landbouwontwikkelingsgebieden is in principe niet mogelijk. Verbrede landbouw Verbrede landbouw wordt gedefinieerd als een specifieke nevenfunctie, direct gerelateerd aan het in stand houden van het bedrijf of de agrarische bedrijfsvoering (bijvoorbeeld minicampings, agrarisch natuurbeheer, verkoop van streekeigen producten en zorgboerderijen). Verbrede landbouw is in principe op alle agrarische bouwblokken toelaatbaar mits de ontwikkelingsmogelijkheden van omliggende agrarische bedrijven niet worden beperkt. Voor de inpasbaarheid van een activiteit dienen voorts de effecten op natuur, landschap, cultuurhistorie en mobiliteit inzichtelijk te worden gemaakt. Niet elk gebied heeft derhalve dezelfde ontwikkelingsmogelijkheden voor verbrede landbouw (zonering aansluitend op de reconstructie). Er dient een passende maximale maatvoering te worden gesteld, noodzaak tot vergroting van het bouwblok moet worden voorkomen en er mag een wijzigingsbevoegdheid worden opgenomen voor doorgroei naar hoofdfunctie. Adviesbureau RBOI

Bestemmingsplan buitengebied

Bestemmingsplan buitengebied Bestemmingsplan buitengebied Voorontwerp Informatieavond dinsdag 26 juni 2012 Wat is een bestemmingsplan? Plan met regels over het gebruik van de ruimte Waar en hoe mag wat worden gebouwd? Welke functies

Nadere informatie

1. Streekplan Brabant in balans

1. Streekplan Brabant in balans 1. Streekplan Brabant in balans Het plangebied is gelegen in de AHS-landschap; subzone leefgebied dassen en voor een deel (duinrand) binnen de GHS-natuur. De Interimstructuurvisie Noord-Brabant Brabant

Nadere informatie

Etten-Leur. (Bron: www. nederland-in-beeld.nl)

Etten-Leur. (Bron: www. nederland-in-beeld.nl) Etten-Leur (Bron: www. nederland-in-beeld.nl) Introductie Etten-Leur is een middelgrote gemeente in Brabant, gelegen ten westen van Breda. De gemeente bestaat uit één kern van ruim 40.000 inwoners. Door

Nadere informatie

Concrete begrenzing EHS en GHS in het plangebied Voorste Stroom te Tilburg

Concrete begrenzing EHS en GHS in het plangebied Voorste Stroom te Tilburg Concrete begrenzing EHS en GHS in het plangebied Voorste Stroom te Tilburg Opdrachtgever: gemeente Tilburg Maart 2009 Antonie van Diemenstraat 20 5018 CW Tilburg 013-5802237 Eac@home.nl Pagina 1 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Bijlage: beoordeling duurzame locatie

Bijlage: beoordeling duurzame locatie Bijlage: beoordeling duurzame locatie Het bedrijf is gelegen in een verwevingsgebied. In een verwevingsgebied is een bouwblokvergroting voor intensieve veehouderijen toegestaan indien het bedrijf is gelegen

Nadere informatie

Gebiedvisie op het. buitengebied van de. gemeente Drimmelen

Gebiedvisie op het. buitengebied van de. gemeente Drimmelen Gebiedvisie op het buitengebied van de gemeente Drimmelen Door de ZLTO Afdeling Drimmelen Gebiedsvisie voor de gemeente Drimmelen Vanuit de ZLTO-afdeling Drimmelen is het idee gekomen om in navolging van

Nadere informatie

Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant

Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant Bijlage 3 Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant Artikel 2.1 - Zorgplicht voor ruimtelijke kwaliteit 1. Een bestemmingsplan dat voorziet in een ruimtelijke ontwikkeling buiten bestaand stedelijk

Nadere informatie

Bijlage B Provincie Fryslân 25-11-2014 Toepassing Bro, art. 3.1.1, onder 2 Gevallen waarin wel /geen vooroverleg is vereist.

Bijlage B Provincie Fryslân 25-11-2014 Toepassing Bro, art. 3.1.1, onder 2 Gevallen waarin wel /geen vooroverleg is vereist. Bijlage B Provincie Fryslân 25-11-2014 Toepassing Bro, art. 3.1.1, onder 2 Gevallen waarin wel /geen vooroverleg is vereist. Ten behoeve van de stroomlijning van het vooroverleg over: - voorontwerpbestemmingsplannen

Nadere informatie

ACTUALISATIE STRUCTUURVISIE BLADEL

ACTUALISATIE STRUCTUURVISIE BLADEL ACTUALISATIE STRUCTUURVISIE BLADEL Gemeente Bladel Memo wijzigingen in Ruimtelijk Casco ten opzichte van DRS en Dorpenplan Medio 2004 heeft de gemeenteraad van Bladel de StructuurvisiePlus, bestaande uit

Nadere informatie

Retrospectieve toets : Verbeelding algemeen

Retrospectieve toets : Verbeelding algemeen Bestemmingen algemeen Diverse benamingen Wettelijke verplichting 2011 Diverse benamingen De benaming van de bestemmingen, de volgorde en de opzet en deels de inhoud van de regels zijn afgestemd op de standaarden

Nadere informatie

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE

Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE Format Ruimtelijke Onderbouwing (versie 1, aug 2014) INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 1.1. Algemeen 1.2. Aanleiding en doel 1.3. Plangebied 1.4. Leeswijzer 2. PLANBESCHRIJVING 2.1. Bestaande situatie 2.2. Gewenste

Nadere informatie

HOOFDSTUK 3 Beleid. 3.2 Rijksbeleid. 3.3 Provinciaal beleid

HOOFDSTUK 3 Beleid. 3.2 Rijksbeleid. 3.3 Provinciaal beleid HOOFDSTUK 3 Beleid 3.1 Inleiding De beleidscontext voor het plangebied wordt gevormd door (Europese,) landelijke, provinciale, en gemeentelijke beleidsrapportages. In dit hoofdstuk is het relevante (Europees-,)

Nadere informatie

Begrenzing Primair agrarisch gebied (Primag)

Begrenzing Primair agrarisch gebied (Primag) Begrenzing Primair agrarisch gebied (Primag) 1.1 Inleiding Het buitengebied van de gemeente Deurne, dat behalve de kernen van Deurne, Vlierden, Liessel, Neerkant en Helenaveen, het gehele grondgebied van

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing

Bestemmingsplan Buitengebied Zundert, vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing vormverandering agrarisch bouwblok Hazeldonksestraat 2B, Rijsbergen. Toelichting/ ruimtelijke onderbouwing Opgesteld door: Provincie Noord-Brabant 19-05-2016 S.M.Verhaart- Menken Versie: 3_19-05-2016 Inhoud

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree

Ruimtelijke onderbouwing. Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree Ruimtelijke onderbouwing Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree 16-08-2011 1. Inleiding Algemeen De heer Wijnen heeft het verzoek gedaan om een loods op het perceel

Nadere informatie

WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 2 februari 2016 vastgesteld

WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 2 februari 2016 vastgesteld WIJZIGINGSPLAN ZORGBOERDERIJ BROEK 4, MARIAHOUT 2 februari 2016 vastgesteld 52-007 GEMEENTE LAARBEEK 2 INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding... 5 1.1 Algemeen... 5 1.2 Aanleiding en doel... 5 1.3 Plangebied... 6 1.4

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24

Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 1 van 5 Ruimtelijke onderbouwing kleinschalige uitbreiding olfantenstal Heiderschoor 24 te Mierlo Luchtfoto perceel Heiderschoor 24 Pagina 2 van 5 Inleiding Op donderdag 3 april 2014 is door Dierenrijk

Nadere informatie

Lijst van gebruikte afkortingen

Lijst van gebruikte afkortingen Bijlage 1 Lijst van gebruikte afkortingen AHS Agrarische hoofdstructuur AO Autonome ontwikkeling EHS Ecologische hoofdstructuur GHS Groene hoofdstructuur GS Gedeputeerde Staten HS Huidige situatie IKAW

Nadere informatie

Proactieve aanwijzing recreatieve zone De Heihorsten, Someren

Proactieve aanwijzing recreatieve zone De Heihorsten, Someren Proactieve aanwijzing recreatieve zone De Heihorsten, Someren Proactieve aanwijzing recreatieve zone De Heihorsten, Someren ONTWERP Inhoudsopgave Regels 3 Hoofdstuk 1 Inleidende regels 4 Artikel 1 Begripsbepalingen

Nadere informatie

Bijlage 1. Onderbouwing Zuidrand De Mortel, fase 1 volgens de Verordening Ruimte

Bijlage 1. Onderbouwing Zuidrand De Mortel, fase 1 volgens de Verordening Ruimte Bijlage 1 Onderbouwing Zuidrand De Mortel, fase 1 volgens de Verordening Ruimte Onderbouwing Zuidrand De Mortel, fase 1 volgens Verordening Ruimte, fase 2 In onderstaande tabel geeft de gemeente Gemert-Bakel

Nadere informatie

Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2

Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2 Landelijk gebied, percelen rond Kiebergerweg 2 NL.IMRO.0037.BP1303-vs01 25 augustus 2014 blz. 2 Gemeente Stadskanaal Inhoudsopgave Toelichting 3 Hoofdstuk 1 Inleiding 5 1.1 Aanleiding 5 1.2 Plangebied

Nadere informatie

Structuurvisie Buitengebied in Ontwikkeling. Martijn Gerards Arjan van Dooren Arjan van der Hout

Structuurvisie Buitengebied in Ontwikkeling. Martijn Gerards Arjan van Dooren Arjan van der Hout Structuurvisie Buitengebied in Ontwikkeling Martijn Gerards Arjan van Dooren Arjan van der Hout Inhoud presentatie BIO Landerd Algemeen Wat is een Structuurvisie Provinciale beleidsnota buitengebied in

Nadere informatie

Zienswijze ontwerp-bestemmingsplan Molenweg 5-5a Hoogeloon

Zienswijze ontwerp-bestemmingsplan Molenweg 5-5a Hoogeloon Van Provincie Noord-Brabant Aan Gemeente Bladel Onderwerp Zienswijze ontwerp-bestemmingsplan Molenweg 5-5a Hoogeloon Ter attentie van Zaak identificatie 07-11-2017

Nadere informatie

Ruimtelijke ordening. Ruimtelijke Ordening

Ruimtelijke ordening. Ruimtelijke Ordening Ruimtelijke ordening Ruimtelijke Ordening Ruimtelijke ordening (RO) in Nederland Vanuit de geschiedenis is RO al belangrijk in Nederland, denk bijvoorbeeld aan landinrichting en optimaliseren van de waterhuishouding.

Nadere informatie

Vergelijking wijzigingsbevoegdheden en gedelegeerde bevoegdheden

Vergelijking wijzigingsbevoegdheden en gedelegeerde bevoegdheden Vergelijking wijzigingsbevoegdheden en gedelegeerde bevoegdheden In onderstaande tabel is een overzicht opgenomen van de meest belangrijke wijzigingen in bevoegdheden en procedures die worden toegepast

Nadere informatie

CDA Zundert. Thema avond. Bestemmingsplan buitengebied

CDA Zundert. Thema avond. Bestemmingsplan buitengebied CDA Zundert Thema avond Bestemmingsplan buitengebied programma Presentatie 15 minuten pauze Gelegenheid tot het stellen van vragen Einde officieel programma Gelegenheid tot het bekijken van de plankaarten

Nadere informatie

Welkom in Gemeente Haaren

Welkom in Gemeente Haaren Welkom in Gemeente Haaren Programma Themabijeenkomst Vrijkomende Agrarische Bebouwing Programma 1 2 3 4 5 6 Welkom en inleiding Aanleiding en doel van het project Het proces tot nu toe Toelichting op het

Nadere informatie

Inrichting Ecologische verbindingszone Sparrenrijk Kampina

Inrichting Ecologische verbindingszone Sparrenrijk Kampina Inrichting Ecologische verbindingszone Sparrenrijk Kampina Ruimtelijke onderbouwing bij aanvraag omgevingsvergunning Boxtel, januari 2013 1 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1. Inleiding... 3 1.1 Aanleiding...

Nadere informatie

WIJZIGINGSPLAN NATUURONTWIKKELING BOSRAND 25 EN OMGEVING, LIESHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 30 augustus 2016 vastgesteld

WIJZIGINGSPLAN NATUURONTWIKKELING BOSRAND 25 EN OMGEVING, LIESHOUT GEMEENTE LAARBEEK. 30 augustus 2016 vastgesteld WIJZIGINGSPLAN NATUURONTWIKKELING BOSRAND 25 EN OMGEVING, LIESHOUT 30 augustus 2016 vastgesteld 52-027 GEMEENTE LAARBEEK 2 INHOUDSOPGAVE 1 Inleiding... 5 1.1 Algemeen... 5 1.2 Aanleiding en doel... 5 1.3

Nadere informatie

bestemmingsplan Ammerzoden herziening 2013, Hoge Heiligenweg 12 datum: 5 september 2013 projectnummer: R.2011 gemeente Maasdriel

bestemmingsplan Ammerzoden herziening 2013, Hoge Heiligenweg 12 datum: 5 september 2013 projectnummer: R.2011 gemeente Maasdriel bestemmingsplan Ammerzoden herziening 2013, Hoge Heiligenweg 12 status: vastgesteld datum: 5 september 2013 projectnummer: 202360R.2011 adviseurs: Jke / Wle gemeente Maasdriel Inhoudsopgave Hoofdstuk

Nadere informatie

moerdijk buitengebied ontwerpbestemmingsplan - toelichting procedure 10404.00 4 juni 2004 plannummer datum raad gedeputeerde staten beroep

moerdijk buitengebied ontwerpbestemmingsplan - toelichting procedure 10404.00 4 juni 2004 plannummer datum raad gedeputeerde staten beroep moerdijk buitengebied ontwerpbestemmingsplan - toelichting procedure plannummer datum raad gedeputeerde staten beroep 10404.00 4 juni 2004 opdrachtleider : drs A.Th.M. Hoedemaker toelichting Inhoud van

Nadere informatie

Gemeente Houten Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening

Gemeente Houten Afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening ** Vastgesteld oktober 2014 Cluster Ontwikkeling, Sectie Ruimtelijke Ordening Visie verplaatsing nietagrarische bedrijven binnen het buitengebied Status: vastgesteld door de gemeenteraad van Houten d.d.

Nadere informatie

GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied 2000, herziening 2002 Locatie Marmelhorstweg 2a

GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied 2000, herziening 2002 Locatie Marmelhorstweg 2a Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Oude IJsselstreek d.d. nr., G.H. Tamminga secretaris J.P.M. Alberse burgemeester GEMEENTE OUDE IJSSELSTREEK Plan van wijziging Buitengebied

Nadere informatie

Levende Beerze. Informatieavond Esche Stroom 9 juni 2009

Levende Beerze. Informatieavond Esche Stroom 9 juni 2009 Levende Beerze Informatieavond Esche Stroom 9 juni 2009 Vanavond: Den Bosch De Levende Beerze structuurvisie planmer Esche Stroom en De Levende Beerze Procedure Bergeijk Waarom aan de slag? Nota Ruimte:

Nadere informatie

Provinciaal blad van Noord-Brabant

Provinciaal blad van Noord-Brabant Provinciaal blad van Noord-Brabant ISSN: 0920-1408 Onderwerp Wijziging Verordening ruimte i.v.m. bp Broeksche Erven, Nuenen Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Bijlage(n) 3 - gelezen het verzoek van

Nadere informatie

Hergebruik Vrijgekomen Agrarische Bedrijfsbebouwing Nieuwe Landgoederen & Landelijk wonen

Hergebruik Vrijgekomen Agrarische Bedrijfsbebouwing Nieuwe Landgoederen & Landelijk wonen Beleidskader Hergebruik Vrijgekomen Agrarische Bedrijfsbebouwing Nieuwe Landgoederen & Landelijk wonen In het buitengebied 1. Inleiding Het Streekplan Gelderland (2005) biedt nieuwe beleidsruimte voor

Nadere informatie

1 Inleiding 2. 2 Ladder voor duurzame verstedelijking 3. 3 Uitgangspunten 5. 4 Marktanalyse Laddertoets 19. Bijlage A 25.

1 Inleiding 2. 2 Ladder voor duurzame verstedelijking 3. 3 Uitgangspunten 5. 4 Marktanalyse Laddertoets 19. Bijlage A 25. Laddertoets De Smaragd Waalre Laddertoets De Smaragd Waalre 1 Inleiding 2 2 Ladder voor duurzame verstedelijking 3 3 Uitgangspunten 5 4 Marktanalyse 11 5 Laddertoets 19 Bijlage A 25 Artikel 4.3 Nieuwbouw

Nadere informatie

GEMEENTE SON EN BREUGEL

GEMEENTE SON EN BREUGEL GEMEENTE SON EN BREUGEL Bestemmingsplan Buitengebied; Driehoek 7 Toelichting NL.IMRO.0848.BP813BUITENGEBIED-VA01/ Vastgesteld Projectnr. 021-012 / 19 december 2013 INHOUD BLZ 1. INLEIDING... 3 2. BESTAANDE

Nadere informatie

Presentatie dorpsraad Lith Bestemmingsplan Buitengebied. Bestemmingsplan Buitengebied. Lith 2013

Presentatie dorpsraad Lith Bestemmingsplan Buitengebied. Bestemmingsplan Buitengebied. Lith 2013 Presentatie dorpsraad Lith Bestemmingsplan Buitengebied Lith 2013 26 januari 2012 Inhoud presentatie 1. Voortraject 2. Wat is een bestemmingsplan? 3. Inhoud van het voorontwerp Bestemmingsplan Buitengebied

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1 Inleiding

HOOFDSTUK 1 Inleiding HOOFDSTUK 1 Inleiding 1.1 Aanleiding en doel In 2010 is het voormalige perceel Strijbeekseweg 23 te Ulvenhout gesplitst in twee percelen, te weten Strijbeekseweg 23 met daarop een boerderij (rijksmonument),

Nadere informatie

Aanvraag om afgifte van een ontheffing op grond van artikel 2.5 (Ruimtelijke Verordening Gelderland)

Aanvraag om afgifte van een ontheffing op grond van artikel 2.5 (Ruimtelijke Verordening Gelderland) Aanvraag om afgifte van een ontheffing op grond van artikel 2.5 (Ruimtelijke Verordening Gelderland) De gemeente Berkelland vraagt voor het nieuwe bestemmingsplan Buitengebied, Kieftendijk Haaksbergseweg

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel

Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Ruimtelijke onderbouwing speelterrein Netersel Inleiding en planbeschrijving In Netersel is in de huidige situatie een speelterrein gelegen (zie figuur 1). Dat speelterrein is deels binnen het plangebied

Nadere informatie

2 BELEIDSKADER EN WETGEVING

2 BELEIDSKADER EN WETGEVING 2 BELEIDSKADER EN WETGEVING De kern van deze bewonersvisie is dat natuur de belangrijkste beleidsfunctie is van het gebied waarbij de gebiedswaarden rust, stilte en donkerte centraal moeten staan en dat

Nadere informatie

Heukelum. Zicht op de Linge

Heukelum. Zicht op de Linge Heukelum Zicht op de Linge Het stadje Heukelum is een van de vijf kernen van de gemeente Lingewaal. Heukelum ligt in de Tielerwaard, aan de zuidoever van de rivier de Linge, in een van de meest westelijke

Nadere informatie

In het kader van het wettelijk vooroverleg heeft u ons om een reactie gevraagd op de voorontwerp-omgevingsvergunning Oirschotsedijk 52, Wintelre.

In het kader van het wettelijk vooroverleg heeft u ons om een reactie gevraagd op de voorontwerp-omgevingsvergunning Oirschotsedijk 52, Wintelre. Brabantlaan 1 Postbus 90151 5200 MC s-hertogenbosch Telefoon (073) 681 28 12 Fax (073) 614 11 15 Gemeente Eersel Postbus 12 5520 AA EERSEL info@brabant.nl www.brabant.nl IBAN NL86INGB0674560043 3825558

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing

Ruimtelijke onderbouwing Ruimtelijke onderbouwing De Kouwe Noord 3, Geffen Gemeente Oss Raadhuislaan 2 5341 GM Oss T: 14 0412 F: 0412 642605 www.oss.nl RUIMTELIJKE ONDERBOUWING De Kouwe Noord 3 te Geffen Februari maart 2016 1

Nadere informatie

Bouwplan voor het realiseren van een werktuigenberging

Bouwplan voor het realiseren van een werktuigenberging Ruimtelijke Onderbouwing Bouwplan voor het realiseren van een werktuigenberging Gemeente Tynaarlo September 2012 NL.IMRO.1730.ABYdermade3depunt-0301 Inhoudsopgave 2.1 Beschrijving van het projectgebied,

Nadere informatie

Beoordelingssystematiek niet-agrarische bedrijven en niet-agrarische nevenactiviteiten in het buitengebied van Deurne.

Beoordelingssystematiek niet-agrarische bedrijven en niet-agrarische nevenactiviteiten in het buitengebied van Deurne. . Beoordelingssystematiek niet-agrarische bedrijven en niet-agrarische nevenactiviteiten in het buitengebied van Deurne. Voorwoord. Tijdens de behandeling van het voorontwerpbestemmingsplan Buitengebied

Nadere informatie

15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14

15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14 15003 RO VERPLAATSEN VLAAMSE SCHUUR LANGEREIT 14 Ordito b.v. Postbus 94 5126 ZH Gilze E info@ordito.nl T 0161 801 022 I www.ordito.nl KVK 54 811 554 1. Inleiding 3 1.1 Aanleiding 3 1.2 Ligging en begrenzing

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg

Ruimtelijke onderbouwing. Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg Ruimtelijke onderbouwing Plattelandswoning Eilandseweg 18 a, Nederhorst den Berg In opdracht van G.C. Nagel december 2013 Ruimtelijke onderbouwing Plattelandswoning Eilandseweg 18 a Nederhorst den Berg

Nadere informatie

Presentatie Ruimtelijk Beleidskader BP Buitengebied Neerijnen

Presentatie Ruimtelijk Beleidskader BP Buitengebied Neerijnen Presentatie Ruimtelijk Beleidskader BP Buitengebied Neerijnen Ir. E. de Groot Croonen Adv. 073-52.33.900 Dhr. J. Janssen Neerijnen, 07-03-2013 Doel en opzet presentatie 1. 2. 3. 4. 5. 6. Vraagstelling/Opgave

Nadere informatie

s t r u c t u u r v i s i e G o o r Goor 202

s t r u c t u u r v i s i e G o o r Goor 202 VISIEKAART 8 9 s t r u c t u u r v i s i e G o o r 2 0 2 5 structuu Goor 202 rvisie 5 1. Structuurvisie Goor 2025 2. Analyse 3. Visie en ambitie: Goor in 2025 4. Ruimtelijke kwaliteit 5. Wonen 6. Economie

Nadere informatie

Proactieve aanwijzing Windpark Kabeljauwbeek, Woensdrecht

Proactieve aanwijzing Windpark Kabeljauwbeek, Woensdrecht Proactieve aanwijzing Windpark Kabeljauwbeek, Woensdrecht Inhoudsopgave Regels Bookmark not defined. 3 Error! Hoofdstuk 1 Inleidende regels 3 Artikel 1 Begripsbepalingen 3 Hoofdstuk 2 Algemene regels Artikel

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren. Gemeente Someren

Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren. Gemeente Someren Ruimtelijke onderbouwing Hollandseweg 19, Someren Gemeente Someren Opdrachtgever: Projectlocatie: Dhr. N.H.L. Michiels Hollandseweg 19 5712RM Someren Hollandseweg 19, Someren Projectnummer: 16418-001 Datum:

Nadere informatie

College van Burgemeester en Wethouders Gemeente Leudal Postbus ZG Heythuysen. Geacht College,

College van Burgemeester en Wethouders Gemeente Leudal Postbus ZG Heythuysen. Geacht College, Bergs Advies B.V. Leveroyseweg 9a 6093 NE Heythuysen Telefoon (0475) 49 44 07 Fax (0475) 49 23 63 E-mail info@bergsadvies.nl Internet www.bergsadvies.nl BIC code: RABONL2U IBAN: NL76RABO0144217414 K.v.K.

Nadere informatie

NOTA ZIENSWIJZE BESTEMMINGSPLAN Molenweg 5-5a Hoogeloon.

NOTA ZIENSWIJZE BESTEMMINGSPLAN Molenweg 5-5a Hoogeloon. NOTA ZIENSWIJZE BESTEMMINGSPLAN Molenweg 5-5a Hoogeloon. *17it.02805* Inleiding Het ontwerpbestemmingsplan Molenweg 5-5a Hoogeloon heeft van 5 oktober tot en met 15 november 2017 ter inzage gelegen. Gedurende

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING T.B.V. HET PLAATSEN VAN (MODEL) TUINHUISJES AAN DE NIEUWE RIJKSWEG 25 TE S-HEER HENDRIKSKINDEREN

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING T.B.V. HET PLAATSEN VAN (MODEL) TUINHUISJES AAN DE NIEUWE RIJKSWEG 25 TE S-HEER HENDRIKSKINDEREN RUIMTELIJKE ONDERBOUWING T.B.V. HET PLAATSEN VAN (MODEL) TUINHUISJES AAN DE NIEUWE RIJKSWEG 25 TE S-HEER HENDRIKSKINDEREN Versie 2, d.d. 18 augustus 2011 Afdeling Stadsontwikkeling M. Jonker Inhoud 1.

Nadere informatie

1. Eindhovenseweg 39 Boxtel

1. Eindhovenseweg 39 Boxtel 1. Eindhovenseweg 39 Boxtel Ontwikkeling Realisatie van een bed&breakfast of kleinschalig motel, alsmede het bestemmingsplan in overeenstemming brengen met de vergunde situatie op het gebied van de bestaande

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN WESTELIJK BUITENGEBIED, PARTIËLE HERZIENING NIJKERKERSTRAAT 35 - BIJZONDERE PARTICULIERE BEGRAAFPLAATS LANDGOED BIJSTEIN

BESTEMMINGSPLAN WESTELIJK BUITENGEBIED, PARTIËLE HERZIENING NIJKERKERSTRAAT 35 - BIJZONDERE PARTICULIERE BEGRAAFPLAATS LANDGOED BIJSTEIN Zaaknummer *190812* BESTEMMINGSPLAN WESTELIJK BUITENGEBIED, PARTIËLE HERZIENING NIJKERKERSTRAAT 35 - BIJZONDERE PARTICULIERE BEGRAAFPLAATS LANDGOED BIJSTEIN VASTGESTELD TOELICHTING Inleiding In 2007 heeft

Nadere informatie

Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst

Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst Perceel L 534 NL.IMRO.1507.BPGRBUITENGEBL534 Bestemmingsplan Buitengebied Grubbenvorst, Perceel L 534 Vastgesteld 13 september 2013 NL.IMRO.1507.BPGRBUITENGEBL534-VA01

Nadere informatie

Notitie oppervlakteregeling aan- en uitbouwen en bijgebouwen Buitengebied Steenwijkerland

Notitie oppervlakteregeling aan- en uitbouwen en bijgebouwen Buitengebied Steenwijkerland Notitie oppervlakteregeling aan- en uitbouwen en bijgebouwen Buitengebied Steenwijkerland Notitie oppervlakteregeling aan- en uitbouwen en bijgebouwen Buitengebied Steenwijkerland Code 03-61-02 / 09-06-03

Nadere informatie

Beleidskader. Vrijkomende Agrarische Bebouwing

Beleidskader. Vrijkomende Agrarische Bebouwing Beleidskader Vrijkomende Agrarische Bebouwing Beleidskader December 2016 3 Beleid Vrijkomende Agrarische Bebouwing Inhoudsopgave 1. Inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Doelstellingen 1.3 Relatie met ander beleid

Nadere informatie

Gebiedsontwikkeling De Logt / Landgoed Rozephoeve Raadsvergadering Oirschot 24 januari Arend Dijkstra, rentmeester Landgoed Rozephoeve

Gebiedsontwikkeling De Logt / Landgoed Rozephoeve Raadsvergadering Oirschot 24 januari Arend Dijkstra, rentmeester Landgoed Rozephoeve Gebiedsontwikkeling De Logt / Landgoed Rozephoeve Raadsvergadering Oirschot 24 januari 2012 Arend Dijkstra, rentmeester Landgoed Rozephoeve Landgoed Rozephoeve Landgoed Rozephoeve Oppervlakte Landgoed

Nadere informatie

Bestemmingsplan VAB-beleid. Gemeente Neder-Betuwe

Bestemmingsplan VAB-beleid. Gemeente Neder-Betuwe Bestemmingsplan VAB-beleid Bestemmingsplan VAB-beleid Toelichting Regels Verbeelding A3 schaal 1: 50.000 Vastgesteld: 9 maart 2017 Projectgegevens: 0253739 - BP VAB-beleid Identificatienummer: NL.IMRO.1740.bpBGvabbeleid-vst1

Nadere informatie

Toelichting. vastgesteld 23 februari Meeuwisdijk 9

Toelichting. vastgesteld 23 februari Meeuwisdijk 9 Toelichting vastgesteld 23 februari 2016 Meeuwisdijk 9 Hoofdstuk 1 Inleiding Het perceel Meeuwisdijk 9 in het noordelijk buitengebied van Etten-Leur heeft in het geldende bestemmingsplan Buitengebied (2013)

Nadere informatie

Beleidskader Vrijkomende Agrarische Bebouwing

Beleidskader Vrijkomende Agrarische Bebouwing GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Haaren. Nr. 21696 15 februari 2017 Beleidskader Vrijkomende Agrarische Bebouwing 1. Inleiding 1.1 Aanleiding De afgelopen decennia is het aantal agrarische bedrijven

Nadere informatie

Referentienummer Datum Kenmerk GM-0055696 16 februari 2012 313182

Referentienummer Datum Kenmerk GM-0055696 16 februari 2012 313182 Notitie Referentienummer Datum Kenmerk GM-0055696 16 februari 2012 313182 Betreft Actualisatie locatieonderzoek natuurwaarden 1 Aanleiding In 2007 is door Grontmij het Locatieonderzoek natuurwaarden Projectlocatiegebied

Nadere informatie

Wijzigingsplan Buitengebied Goirle, Burgerwoningen Gemeente Goirle

Wijzigingsplan Buitengebied Goirle, Burgerwoningen Gemeente Goirle ! " Wijzigingsplan Buitengebied Goirle, Burgerwoningen 2014 Gemeente Goirle Wijzigingsplan Buitengebied Goirle, Burgerwoningen 2014 Toelichting Regels Verbeelding schaal 1 : 5.000 Projectgegevens: TOE02-0252672-01a

Nadere informatie

Beleidsnotitie nieuwe denkrichting Vrijkomende (Agrarische) Bebouwing (VAB) in het buitengebied

Beleidsnotitie nieuwe denkrichting Vrijkomende (Agrarische) Bebouwing (VAB) in het buitengebied Beleidsnotitie nieuwe denkrichting Vrijkomende (Agrarische) Bebouwing (VAB) in het buitengebied 1. Inleiding In het buitengebied is een groot aantal voormalige agrarische locaties en woningen waar veel

Nadere informatie

Bijlage 1: kwaliteitsverbetering

Bijlage 1: kwaliteitsverbetering Bijlage 1: kwaliteitsverbetering Aanleiding De kwaliteit van het landelijk gebied is belangrijk voor een hoogwaardig leef- en vestigingsklimaat en draagt daardoor bij aan de economische ontwikkeling van

Nadere informatie

Provincie Noord-Brabant VERBETERD EXEJVI ÜT A A " De gemeenteraad van Dongen Postbus GE DONGEN. Geachte gemeenteraad,

Provincie Noord-Brabant VERBETERD EXEJVI ÜT A A  De gemeenteraad van Dongen Postbus GE DONGEN. Geachte gemeenteraad, De gemeenteraad van Dongen Postbus 10153 5100 GE DONGEN VERBETERD EXEJVI ÜT A A " 200910456 Brabantlaan 1 Postbus 90151 5200 MC 's-hertogenbosch Telefoon (073)681 28 12 Fax (073) 614 11 15 info@brabant.nl

Nadere informatie

Bijlage 1: Topografische kaart van het studiegebied (2008)

Bijlage 1: Topografische kaart van het studiegebied (2008) Bijlagen Gebiedsvisie Bethlehem Bijlage 1: Topografische kaart van het studiegebied (2008) J F Kennedylaan Terborgseweg Ondernemingsweg Lijsterbeslaan Abdijlaan Bedrijvenweg Oude Terborgseweg Rekhemseweg

Nadere informatie

Bijlage 1: Overzicht belangrijkste wijzigingen

Bijlage 1: Overzicht belangrijkste wijzigingen Bijlage 1: Overzicht belangrijkste wijzigingen Bestemmingsplan Wergea Voorontwerp Bestemmingsplan Wergea Voorontwerp Overzicht belangrijkste wijzigingen* In dit overzicht zijn de belangrijkste wijzigingen

Nadere informatie

Nota functieverandering buitengebied Oost Gelre

Nota functieverandering buitengebied Oost Gelre Nota functieverandering buitengebied Oost Gelre ROBGB-1100019 maart 2011 Nota functieverandering buitengebied Oost Gelre 1. Samenvatting Oost Gelre heeft beleid voor functieverandering van vrijkomende

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing

Ruimtelijke onderbouwing Ruimtelijke onderbouwing Vijf onderkomens voor recreatieve overnachtingen bij camping aan Drachtster Heawei 38 De Veenhoop 1 2 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING VIJF RECREATIEVE ONDERKOMENS DRACHTSTER HEAWEI 38

Nadere informatie

Ruimte voor Limburg. Limburg in VORm: Ruimtelijke ontwikkelingen in balans

Ruimte voor Limburg. Limburg in VORm: Ruimtelijke ontwikkelingen in balans Ruimte voor Limburg Limburg in VORm: Ruimtelijke ontwikkelingen in balans Colofon Uitgave: Provincie Limburg Postbus 5700 6202 MA Maastricht Tel.: +31 (0)43 389 99 99 Fax: +31 (0)43 361 80 99 E-mail: postbus@prvlimburg.nl

Nadere informatie

Regels. Provinciaal blad van Noord-Brabant. Hoofdstuk 1 Inleidende regels. Wijziging Verordening ruimte 2012 ivm plan Herperduin 2013 Oss

Regels. Provinciaal blad van Noord-Brabant. Hoofdstuk 1 Inleidende regels. Wijziging Verordening ruimte 2012 ivm plan Herperduin 2013 Oss Provinciaal blad van Noord-Brabant ISSN: 0920-1408 Onderwerp Wijziging Verordening ruimte 2012 ivm plan Herperduin 2013 Oss Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant Gelet op artikel 4.8 en 13.2 van de Verordening

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing Bûtewei 14A Ureterp (agrarische bedrijfswoning) Gemeente Opsterland

Ruimtelijke onderbouwing Bûtewei 14A Ureterp (agrarische bedrijfswoning) Gemeente Opsterland Ruimtelijke onderbouwing Bûtewei 14A Ureterp (agrarische bedrijfswoning) Gemeente Opsterland INHOUDSOPGAVE pagina HOOFDSTUK 1 INLEIDING 5 1.1 Aanleiding voor het plan 5 1.2 Plangebied 5 1.3 Leeswijzer

Nadere informatie

Toetsingskader. Ruimte voor ruimteregeling. Gemeente Heumen

Toetsingskader. Ruimte voor ruimteregeling. Gemeente Heumen Toetsingskader Ruimte voor ruimteregeling Gemeente Heumen Vastgesteld: 20 december 2011 Inleiding In de raadsvergadering van 21 april is toegezegd dat er vooruitlopend op de structuurvisie die de gehele

Nadere informatie

wijzigingsplan Boerderijsplitsing Bemmerstraat 7, Beek en Donk gemeente Laarbeek

wijzigingsplan Boerderijsplitsing Bemmerstraat 7, Beek en Donk gemeente Laarbeek wijzigingsplan Boerderijsplitsing Bemmerstraat 7, Beek en Donk gemeente Laarbeek document: toelichting status: vastgesteld datum: 2 september 2014 projectnummer: 200770R.2020 adviseur: Jke toelichting

Nadere informatie

Neereind Middelbeers. Bestaande situatie en analyse LEGENDA. Ruimtelijke elementen. Kwaliteiten. grens onderzoeksgebied. agrarisch bedrijf.

Neereind Middelbeers. Bestaande situatie en analyse LEGENDA. Ruimtelijke elementen. Kwaliteiten. grens onderzoeksgebied. agrarisch bedrijf. LEGENDA grens onderzoeksgebied agrarisch bedrijf Ruimtelijke elementen Hoogdijk / Steenfortseweg Neereind bebouwing dorpsrand - hard opgaande beplanting - lijn opgaande beplanting - blok Kwaliteiten gave

Nadere informatie

Nota van Beantwoording Zienswijzen. Ontwerpbestemmingsplan. Ruimte voor de Grecht

Nota van Beantwoording Zienswijzen. Ontwerpbestemmingsplan. Ruimte voor de Grecht Nota van Beantwoording Zienswijzen Ontwerpbestemmingsplan Ruimte voor de Grecht DSPDF_1CB_31313139393036373432.doc Afdeling Ruimtelijke ontwikkeling vakgroep Ruimtelijke ordening Mei 2013 Gemeente Woerden,

Nadere informatie

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen

Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen Verlengen stal op het perceel Dorpsstraat 74 te Zuidlaarderveen NL.IMRO.1730.ABdorpsstr74zuidlv-0301 Projectgebied Situatie Dorpsstraat 74 Zuidlaarderveen 2 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Huidige en beoogde

Nadere informatie

Middelburg Loods Muidenweg. Wijzigingsplan

Middelburg Loods Muidenweg. Wijzigingsplan Middelburg Loods Muidenweg Wijzigingsplan Wijzigingsplan Loods Muidenweg Middelburg identificatie planstatus identificatiecode: datum: status: NL.IMRO.0687.BPWBGMMUI ON01 23 02 2015 ontwerp projectnummer:

Nadere informatie

Gemeente Haaksbergen. Rood voor Rood beleid 2015

Gemeente Haaksbergen. Rood voor Rood beleid 2015 Gemeente Haaksbergen Rood voor Rood beleid 2015 Ruimtelijke ontwikkeling 20-8-2015 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2 2. Begrippen 3 3. Beleidskaders 4 3.1 Kaders 4 3.2 Voorwaarden 4 3.3 Bijzondere gevallen

Nadere informatie

Ruimtelijke Onderbouwing. Eikenkamp 5 te Hattemerbroek

Ruimtelijke Onderbouwing. Eikenkamp 5 te Hattemerbroek Ruimtelijke Onderbouwing Eikenkamp 5 te Hattemerbroek Beschrijving van de ontwikkeling Algemeen De initiatiefnemer heeft een stratenmakersbedrijf dat gevestigd is op het perceel aan de Eikenkamp te Hattemerbroek,

Nadere informatie

Raadsvoorstel. 1. Samenvatting. Agenda nr. 9

Raadsvoorstel. 1. Samenvatting. Agenda nr. 9 Raadsvoorstel Agenda nr. 9 Onderwerp: Vaststellen bestemmingsplan Ruiter 10 Someren Soort: Kaderstellend en besluitvormend Opsteller: M. ter Avest Portefeuillehouder: W.L.G. Hanssen Zaaknummer: SOM/2015/019808

Nadere informatie

Op het voorstel van Gedeputeerde Staten van 8 november 2016, afdeling FLO, 819F8D33;

Op het voorstel van Gedeputeerde Staten van 8 november 2016, afdeling FLO, 819F8D33; Besluit Provinciale Staten van Utrecht; Op het voorstel van Gedeputeerde Staten van 8 november 2016, afdeling FLO, 819F8D33; Gelezen het concept van de Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie 2013-2028

Nadere informatie

GEBIEDSVISIE VOOR BEBOUWINGSCONCENTRATIES MILL EN SINT HUBERT GEMEENTE MILL EN SINT HUBERT

GEBIEDSVISIE VOOR BEBOUWINGSCONCENTRATIES MILL EN SINT HUBERT GEMEENTE MILL EN SINT HUBERT GEBIEDSVISIE VOOR BEBOUWINGSCONCENTRATIES MILL EN SINT HUBERT GEMEENTE MILL EN SINT HUBERT Gemeente Mill en Sint Hubert Gebiedsvisie voor bebouwingsconcentraties projectgegevens: BEL03-MLH00002-01d Rosmalen,

Nadere informatie

Nota van Zienswijzen behorende bij het Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, De Leijkens

Nota van Zienswijzen behorende bij het Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, De Leijkens Nota van Zienswijzen behorende bij het Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, De Leijkens Rucphen, 7 november 2012 INHOUD; 1. Procedure 2. Ingediende zienswijzen 3. Inhoud zienswijzen en inhoudelijke

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED GEMEENTE HAAREN

BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED GEMEENTE HAAREN BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED GEMEENTE HAAREN Gemeente Haaren Bestemmingsplan Buitengebied Toelichting bijlagen Regels bijlage Plankaarten schaal 1:5.000 projectgegevens: TOE05-HAA00015-01A REG05-HAA00015-01A

Nadere informatie

Bestemmingsplan 1e partiële herziening BP Oosteindsepolder en Warmoeziersweg (caravanstalling Oosteindseweg 155b)

Bestemmingsplan 1e partiële herziening BP Oosteindsepolder en Warmoeziersweg (caravanstalling Oosteindseweg 155b) Bestemmingsplan 1e partiële herziening BP Oosteindsepolder en Warmoeziersweg (caravanstalling Oosteindseweg 155b) 29 juli 2014 ontwerp Gemeente Lansingerland Bestemmingsplan 1e partiële herziening BP

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED PLANTLOON BEANTWOORDING ZIENSWIJZEN

BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED PLANTLOON BEANTWOORDING ZIENSWIJZEN BESTEMMINGSPLAN BUITENGEBIED PLANTLOON BEANTWOORDING ZIENSWIJZEN Vastgesteld in de vergadering van de raad van de gemeente Loon op Zand van 5 juni 2014 1. INLEIDING Het ontwerpbestemmingsplan Buitengebied:

Nadere informatie

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING T.B.V. HET BOUWEN VAN EEN LOODS AAN DE WESTHOFSEZANDWEG 9 TE S- HEER ARENDSKERKE

RUIMTELIJKE ONDERBOUWING T.B.V. HET BOUWEN VAN EEN LOODS AAN DE WESTHOFSEZANDWEG 9 TE S- HEER ARENDSKERKE RUIMTELIJKE ONDERBOUWING T.B.V. HET BOUWEN VAN EEN LOODS AAN DE WESTHOFSEZANDWEG 9 TE S- HEER ARENDSKERKE Versie 2, d.d. 6 oktober 2011 Afdeling Stadsontwikkeling M. Jonker 1 Inhoud Hoofdstuk 1. Inleiding

Nadere informatie

GEMEENTE BUREN. Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem

GEMEENTE BUREN. Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem GEMEENTE BUREN Ruimtelijke onderbouwing Hendriklaan 15 16, Beusichem Projectnr. 061-076 / 27 januari 2016 INHOUD BLZ 1 INLEIDING... 3 1.1 Aanleiding en doelstelling... 3 1.2 Plangebied... 4 1.3 Geldend

Nadere informatie

Visie op Zuid-Holland Ontwerp Actualisering 2011

Visie op Zuid-Holland Ontwerp Actualisering 2011 Visie op Zuid-Holland Ontwerp Actualisering 2011 Verordening Ruimte ontwerp wijzigingsbesluit ONTWERP VERORDENING TOT WIJZIGING VAN DE VERORDENING RUIMTE Provinciale Staten van Zuid-Holland; Gelezen het

Nadere informatie

Bijlage 2 Uitwerking uitbreidingsmogelijkheden Rooye Hoefsedijk 38 in Gemert

Bijlage 2 Uitwerking uitbreidingsmogelijkheden Rooye Hoefsedijk 38 in Gemert Bijlage 2 Uitwerking uitbreidingsmogelijkheden Rooye Hoefsedijk 38 in Gemert Bestemmingsplan: Oud bestemmingsplan: Gemert-Bakel Buitengebied 2006 Bouwblok: Agrarisch bedrijf, met de aanduiding Intensieve

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN REPARATIEPLAN BUITENGEBIED NOORD TOELICHTING

BESTEMMINGSPLAN REPARATIEPLAN BUITENGEBIED NOORD TOELICHTING BESTEMMINGSPLAN REPARATIEPLAN BUITENGEBIED NOORD TOELICHTING 5 MAART 2015 2 INHOUDSOPGAVE PAGINA HOOFDSTUK 1: INLEIDING 1.1 Aanleiding en doel van het plan 4 1.2 Ligging en begrenzing plangebied 4 1.3

Nadere informatie

BESTEMMINGSPLAN REPARATIEPLAN BUITENGEBIED MIDDEN TOELICHTING

BESTEMMINGSPLAN REPARATIEPLAN BUITENGEBIED MIDDEN TOELICHTING BESTEMMINGSPLAN REPARATIEPLAN BUITENGEBIED MIDDEN TOELICHTING 5 MAART 2015 INHOUDSOPGAVE PAGINA HOOFDSTUK 1: INLEIDING 1.1 Aanleiding en doel van het plan 4 1.2 Ligging en begrenzing plangebied 4 1.3 Geldende

Nadere informatie

Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug

Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug Notitie Contactpersoon Gosewien van Eck Datum 14 november 2013 Kenmerk N001-1220333GGV-evp-V01-NL Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug 1 Inleiding De gemeente

Nadere informatie