Evaluatie Schipholbeleid. Omwonenden over Schiphol. In opdracht van

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Evaluatie Schipholbeleid. Omwonenden over Schiphol. In opdracht van"

Transcriptie

1 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol In opdracht van

2

3 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol Telefonische enquête over houding en beleving in het kader van de evaluatie van het Schipholbeleid Dit rapport is opgesteld door in opdracht van de ministeries van Verkeer en Waterstaat en van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

4 Inhoud Samenvatting 3 Inleiding Kern van het beleid Aanleiding voor de evaluatie Aanpak van het effectiviteitsonderzoek Doelstellingen deelopdracht houding en beleving Onderzoeksopzet 1.6 Over dit rapport Houding ten opzichte van Schiphol 14 3 Informatievoorziening 17 4 Ondervonden last van vliegverkeer 19 5 Normen en regels 24 6 Verantwoordelijkheid organisaties 27 7 Bekendheid met en verwachting van Evaluatie Schipholbeleid 33 Bijlagen: 1 Onderzoeksverantwoording 34 2 Non-responseanalyse en onderzoek 39 3 Kenmerken van de respondenten 43 4 Vragenlijst 44 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

5 Samenvatting Kern van het beleid Op 20 februari 2003 zijn de Schipholwet en de Luchthavenbesluiten van kracht geworden en is het vijfbanenstelsel van Schiphol in gebruik genomen. De essentie daarvan is dat het Rijk met regels en grenzen randvoorwaarden stelt aan de effecten van de luchtvaart op de omgeving. Binnen die randvoorwaarden heeft de luchtvaartsector de vrijheid zich te ontwikkelen. Met het beleid voor Schiphol behartigt de Rijksoverheid twee belangen: ruimte geven aan de mainport Schiphol, vanwege het economisch belang van de luchthaven voor Nederland: werkgelegenheid, mobiliteit, bereikbaarheid. de overlast (geluid en uitstoot) en veiligheidsrisico s die de luchtvaart onvermijdelijk veroorzaakt in de omgeving zo veel mogelijk beperken. Aanleiding en aanpak van het evaluatieonderzoek Als vervolg op de motie Baarda c.s is afgesproken dat het Schipholbeleid zoals vastgelegd in de wet en besluiten binnen drie jaar na inwerkingtreding moet zijn geëvalueerd. Het Plan van aanpak Evaluatie Schipholbeleid stelt dat het Kabinet in die evaluatie onder andere wil toetsen of het beleid voor Schiphol effectief is. De hoofdvragen van het effectiviteitsonderzoek zijn: leiden de regels en grenzen in de Schipholwet en de luchthavenbesluiten tot beheersing van geluidsoverlast, risico s en luchtverontreiniging? kan de mainport zich ontwikkelen binnen de regels en grenzen in de Schipholwet en de luchthavenbesluiten? Deelopdracht houding en beleving ; de onderzoeksvragen Het effectiviteitsonderzoek bestaat uit een aantal deelopdrachten. interview* nss is gevraagd een deelopdracht over houding en beleving uit te voeren. In deze deelopdracht staan drie hoofdvragen centraal: welke houding nemen de omwonenden tegenover Schiphol in en wat is hun betrokkenheid bij deze luchthaven? hoe beleven de omwonenden van Schiphol het vliegtuiggeluid, de luchtverontreiniging, de geurhinder en de veiligheid? welke vertrouwen heeft men in de wet- en regelgeving rondom Schiphol en de luchtvaart, en in de daarbij betrokken instanties? Tegelijk met dit onderzoek heeft het rivm drie vragen uitvoerig onderzocht: hoe worden de feitelijke milieueffecten beleefd? hoe verhoudt deze beleving zich tot de overlast die op grond van de blootstelling verwacht mag worden? hoe kunnen de eventuele verschillen tussen feitelijke milieueffecten en beleving worden verklaard? In de integrale eindrapportage van dit onderzoek zullen de resultaten van de opdracht aan interview* nss worden meegenomen. Methode en opzet Het onderzoek is uitgevoerd door middel van een telefonische enquête onder inwoners rond Schiphol (omwonenden). Onder omwonenden wordt verstaan die mensen die op grond van berekeningen voorafgaand aan de ingebruikneming van de Polderbaan al ervaring hebben met vliegtuiggeluid en die er na ingebruikneming mee te maken hebben gekregen. Tevens is er voor vergelijk 3 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

6 een steekproef onder inwoners van de stadscentra van Amsterdam, Haarlem en Leiden en onder inwoners in de rest van Nederland uitgevoerd. Dit onderzoek is uitgevoerd in juni Twee vergelijkbare metingen zijn eerder uitgevoerd, in 2003, vlak voor en na de openstelling van de Polderbaan (de vijfde baan). Op de kaart is het onderzoeksgebied in kaart gebracht (omwonenden + inwoners van stadscentra). De cijfers komen overeen met de eerst drie cijfers van de postcode. Kaart 1. Kaart met postcodegebieden omwonenden (= alle mensen die wonen dichtbij of binnen 20 Ke of 20 L Aeq - nacht voor en na ingebruikname van de Polderbaan*) PC3-gebieden (*): -108 (excl en 1087) -111 (excl. 1117, 1118, 1119) -139 (excl t/m 1396) -154 (excl. 1546) -206 (excl. 2061) -214 (excl. 2144) -244 (excl. 2445) * Ten tijde van de opzet van de 0-meting in 2002 werd nog gebruik gemaakt van de geluidsbelastings maten Ke en LAeq-nacht. Antwoorden op de onderzoeksvragen 1. Welke houding nemen de omwonenden tegenover Schiphol in en wat is hun betrokkenheid bij deze luchthaven? 23% van de omwonenden voelt zich sterk betrokken bij de ontwikkelingen rondom Schiphol, 77% staat in het algemeen (zeer) positief ten opzichte van Schiphol, en 48% kijkt (zeer) positief aan tegen de verdere groei of uitbreiding van Schiphol. Voor dat laatste bestaat wel wat minder steun dan begin 2003 (52%). Tweederde van de omwonenden (exclusief stadscentra) woont al 20 jaar of langer in de omgeving van Schiphol. In circa 1 op de 10 huishoudens in de omgeving van Schiphol (omwonenden inclusief stadscentra) werkt een lid van het huishouden op de luchthaven Schiphol of bij een bedrijf dat daaraan verbonden is. De helft van de omwonenden (exclusief stadscentra) heeft in de afgelopen 12 maanden minimaal 1 vliegreis gemaakt via de luchthaven Schiphol. In de stadscentra is dat zelfs 63%. 68% van de omwonenden vindt dat zij voldoende geïnformeerd worden over de ontwikkelingen rondom Schiphol en het vliegverkeer. 4 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

7 Kranten en televisie zijn de belangrijkste informatiebronnen, naast Schipholland (een door Schiphol uitgegeven krant). 2. Hoe beleven de omwonenden van Schiphol het vliegtuiggeluid, de luchtverontreiniging, de geurhinder en de veiligheid? MERKT (heel) veel van.. Heeft (heel) veel LAST van.. Geluid overdag 41% 26% Geluid s nachts 13% 10% Luchtverontreiniging 19% 16% Geur 7% 6% 12% van de omwonenden voelt zich (zeer) onveilig. Het meest bezorgd of ongerust maken de omwonenden zich over de luchtverontreiniging (16%). Ten opzichte van de eerste meting begin 2003 (vóór de opening van de Polderbaan), heeft er voor alle omwonenden tezamen géén verandering plaatsgevonden in het merken van geluid overdag, de last van geluid overdag, het merken van geluid s nachts, de last van geluid s nachts en het veiligheidsgevoel. Alleen de last die men heeft van luchtverontreiniging is toegenomen (van 9% naar 16%). Toch meent 32% van de omwonenden dat zij na opening van de Polderbaan méér last van het vliegverkeer hebben gekregen; 16% meent dat die last is afgenomen. Het percentage van de mensen die overdag (heel) veel last hebben van geluid is toegenomen waar na ingebruikname van de Polderbaan en toename van de geluidsbelasting werd verwacht. In het gebied waar een afname van de geluidsbelasting werd verwacht is dit juist gelijk gebleven. 3. Welk vertrouwen heeft men in de wet- en regelgeving rondom Schiphol en de luchtvaart, en in de daarbij betrokken instanties? 83% van de omwonenden weet vrij weinig tot helemaal niets van de normen en regels in de Schipholwet (vinden zij zelf). 29% van de resterende omwonenden vindt deze regels (zeer) duidelijk. Er zijn méér omwonenden die vinden dat deze normen en regels weinig of geen waarborgen bieden voor bescherming, dan omwonenden die menen dat ze (heel) veel waarborgen bieden. Daarentegen is men positiever over de normen en regels voor de veiligheid van het vliegverkeer rondom Schiphol. weinig / geen waarborg voor (heel) veel waarborg voor de bescherming tegen geluidshinder 49% 26% de bescherming tegen luchtverontreiniging 47% 23% de bescherming tegen geurhinder 44% 22% de veiligheid 30% 40% 5 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

8 Onder de omwonenden is het aandeel dat meent dat de regels en normen (heel) veel waarborgen bieden voor de bescherming tegen geluidshinder en voor de veiligheid toegenomen ten opzichte van de vorige meting (met 5%-punten resp. 8%-punten). Verantwoordelijkheid organisaties De luchthaven Schiphol is de -spontaan- meest genoemde instantie, zowel als het gaat om de instantie die aanspreekbaar is als veiligheid of hinder in het geding is (40%), maar zeker ook als organisatie die verantwoordelijk is voor de informatievoorziening aan de omwonenden (64%). Als het gaat om de taakvervulling van het ministerie van Verkeer en Waterstaat en van Schiphol, zijn er per saldo meer omwonenden die daar weinig of geen vertrouwen in hebben, dan die daar (heel) veel vertrouwen in hebben: weinig / geen vertrouwen (heel) veel vertrouwen dat V&W zorgt voor het vastleggen en bijstellen van normen en regels 51% 32% dat V&W omwonenden informeert over normen en regels 58% 28% dat Schiphol binnen de gestelde normen blijft 46% 35% dat Schiphol omwonenden voldoende informeert over haar activiteiten 48% 34% Na de ingebruikname van de Polderbaan is het vertrouwen in het ministerie van V&W en in Schiphol gedaald. Dat vertrouwen heeft zich niet hersteld. Méér vertrouwen hebben de omwonenden in de Inspectie van Verkeer en Waterstaat, zeker als het gaat om de controle en handhaving van de regels op het terrein van veiligheid. weinig/geen vertrouwen (heel) veel vertrouwen geluid 38% 48% luchtverontreiniging 40% 40% geur 37% 39% veiligheid 22% 60% De omwonenden geven zowel het ministerie van Verkeer en Waterstaat als Schiphol een 5,6 als rapportcijfer voor hun open en eerlijke samenwerking met alle belanghebbenden als het gaat om de ontwikkeling van Schiphol. Van de omwonenden meent 77% dat bij de groei van Schiphol de economische belangen vóór gaan en 18% denkt dat er een goed evenwicht is 6 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

9 gevonden tussen de economische belangen en de geluidsoverlast. 49% van de omwonenden meent dat de overheid zich in sterke of in voldoende mate inzet voor het beperken van de overlast als gevolg van vliegverkeer. Echter, 81% meent dat de overheid zich in sterke of in voldoende mate inzet voor het stimuleren van Schiphol als economisch belangrijke luchthaven. Groei van Schiphol binnen de gestelde milieugrenzen acht 37% van de omwonenden mogelijk (54% niet). Bekendheid en verwachting Evaluatie Schipholbeleid 14% van de omwonenden is er bekend mee dat de evaluatie van het Schipholbeleid in 2006 zal plaatsvinden. Van de informatiemogelijkheden voor de burger is het kunnen indienen van verbetervoorstellen nog het meest bekend (18%). 41% van de omwonenden verwacht een positief resultaat van de evaluatie. Daarnaast verwacht 32% niet direct een positief resultaat, maar wel (enige) verbeteringen ná die evaluatie. Conclusies Hoofdvraag 1. Welke houding nemen de omwonenden tegenover Schiphol in en wat is hun betrokkenheid bij deze luchthaven? Ruim driekwart van de omwonenden staat positief ten opzichte van Schiphol en circa de helft staat eveneens positief ten opzichte van de verdere groei en uitbreiding van Schiphol. Daarnaast vindt tweederde van de omwonenden dat zij voldoende wordt geïnformeerd over de ontwikkelingen rondom Schiphol. interview* nss concludeert dat er geen negatieve houding is en dat de betrokkenheid met Schiphol relatief hoog is. Hoofdvraag 2. Hoe beleven de omwonenden van Schiphol het vliegtuiggeluid, de luchtverontreiniging, de geurhinder en de veiligheid? De grootste irritatie is het geluid overdag; een kwart van de omwonenden heeft daar last van. Ten opzichte van de eerste meting in 2003 (vóór de ingebruikname van de polderbaan) is de (over)last van geluid en geur gelijkgebleven in het totale gebied dat valt binnen de in dit onderzoek gehanteerde geluidscontouren van Schiphol. Tevens is het gevoel van veiligheid onveranderd gebleven. De last van luchtverontreiniging is toegenomen en daar maakt men zich ook het meeste zorgen over. Hoofdvraag 3. Welk vertrouwen heeft men in de wet- en regelgeving rondom Schiphol en de luchtvaart, en in de daarbij betrokken instanties? Ondanks het feit dat de respondenten weinig van de normen en regels in de Schipholwet weten, overheerst toch twijfel aan de waarborgen die zij bieden; die voor veiligheid vormen een gunstige uitzondering. Die argwaan spreekt ook uit het feit dat méér mensen menen ná de Polderbaan er op achteruit dan er op vooruit te zijn gegaan. Het vertrouwen in instanties die verantwoordelijkheden dragen in het kader van de Schipholwet is beperkt, zeker waar het gaat om het ministerie van Verkeer en Waterstaat en Schiphol zelf. Maar binnen dat ministerie krijgt de Inspectie duidelijk méér vertrouwen, vooral als het gaat om hun controle- en handhavingswerkzaamheden op het gebied van veiligheid en geluid. 7 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

10 1 Inleiding 1.1 Kern van het beleid Op 20 februari 2003 zijn de Schipholwet en de Luchthavenbesluiten van kracht geworden en is het vijfbanenstelsel van Schiphol in gebruik genomen. De kern van het beleid in de wet en luchthavenbesluiten is het bieden van een duurzame balans tussen ruimte voor de mainport Schiphol en de negatieve effecten van het vliegverkeer op de omgeving. Het beleid is er op gericht de effecten van het vliegverkeer zo te beheersen dat in de omgeving zo min mogelijk overlast en risico s optreden. Het beleid stelt daarom regels en grenzen aan de effecten van het luchtverkeer voor geluid, risico s en de uitstoot van luchtverontreinigende stoffen. Regels en grenzen moeten er ook voor zorgen dat er wordt gevlogen waar dat zo min mogelijk overlast veroorzaakt; en dat juist daar wordt gebouwd waar weinig wordt gevlogen. Dat wil niet zeggen dat er géén overlast en risico s zijn. Die zaken zijn een onvermijdelijk gevolg van de keuze voor een mainport. Binnen de gestelde regels en grenzen heeft de luchtvaart de vrijheid zich te ontwikkelen. Groei binnen regels en grenzen is mogelijk als het vliegverkeer stiller, schoner en veiliger wordt. Er zijn dus geen eisen gesteld aan de hoeveelheid vliegverkeer, noch aan het aantal passagiers of de hoeveelheid vracht, maar wel aan de effecten op de omgeving. Samenvattend, met het Schipholbeleid behartigt het Rijk twee publieke belangen: (I) bescherming van omwonenden tegen negatieve effecten van de luchtvaart, en (II) het veiligstellen van het economisch belang van de luchthaven voor Nederland. 1.2 Aanleiding voor de evaluatie Bij het opstellen van de Schipholwet en de Luchthavenbesluiten is bepaald dat de nieuwe regels en grenzen de omgeving een bescherming moeten bieden die gelijkwaardig is aan de beoogde bescherming van de Planologische Kernbeslissing Schiphol en omgeving uit Of die regels en grenzen een gelijkwaardige bescherming bieden, is vooraf getoetst in een milieueffectrapportage. Dat bleek op basis van gedetailleerde verkeersscenario s, rekenmodellen en toekomstverwachtingen over onder andere de technologische ontwikkeling inderdaad het geval. Daarmee was de zorg niet weggenomen, want zou die gelijkwaardige bescherming straks in de praktijk ook kunnen worden waargemaakt? De Eerste Kamer heeft deze zorg verwoord in de motie Baarde c.s.. Conform deze motie zal op uiterlijk 20 februari 2006, drie jaar na ingebruikname van het vijfbanenstelsel, deze vraag kunnen worden beantwoord. Daarmee wordt antwoord gegeven op de vraag of de Schipholwet en de luchthavenbesluiten in de praktijk de beoogde bescherming bieden. Naast de uitvoering van de motie Baarda c.s. heeft het kabinet aangegeven óók te willen toetsen of het beleid voor Schiphol effectief is. Heeft de luchtvaart binnen de gestelde regels en grenzen de mogelijkheid zich te ontwikkelen en dragen de regels en grenzen bij aan het beheersen van overlast en risico s? Het kabinet heeft eveneens te kennen gegeven dat het mogelijke verbeteringen van het beleid wil verkennen. Daarom zijn de ministeries van VenW en VROM benieuwd naar de praktijkervaringen en voorstellen voor verbetering van alle belanghebbenden. Dat kan enerzijds gaan om verbetering van de uitvoering van bestaande regels en grenzen en anderzijds om verbeteringen die een aanpassing van de wet vragen. In alle gevallen worden 8 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

11 ze getoetst aan de doelstellingen van de huidige wet dat groei mogelijk moet zijn binnen de gestelde beperkingen aan overlast en risico s. Samenvattend bevat de evaluatie van het Schipholbeleid drie onderdelen: onderzoeken of regels en grenzen in de Schipholwet en de luchthavenbesluiten in de praktijk een bescherming bieden die gelijkwaardig is met de PKB Schiphol en omgeving; onderzoeken wat het effect is van regels en grenzen op het beheersen van overlast en de mainportontwikkeling; verzamelen en beoordelen van voorstellen voor verbetering van het beleid. 1.3 Aanpak van het effectiviteitsonderzoek Het Plan van aanpak Evaluatie Schipholbeleid stelt dat het Kabinet wil toetsen of het beleid voor Schiphol effectief is. Dit plan is najaar 2004 met de Tweede Kamer besproken. De hoofdvragen van het effectiviteitsonderzoek zijn: leiden de regels en grenzen in de Schipholwet en de luchthavenbesluiten tot beheersing van geluidsoverlast, risico s en luchtverontreiniging; kan de mainport zich ontwikkelen binnen de regels en grenzen in de Schipholwet en de luchthavenbesluiten? In de Onderzoeksagenda effectiviteit zijn deze hoofdvragen nader uitgewerkt. De onderzoeksagenda is aangeboden aan de Tweede Kamer (maart 2005). In februari 2006 ontvangt de Kamer de onderzoeksresultaten. Feitelijke milieueffecten en mainportontwikkeling Als eerste moet worden vastgesteld wat in de voorbije uitvoeringsjaren de feitelijke overlast, risico s en emissies van verontreinigende stoffen waren ten gevolge van het luchtverkeer enerzijds, en anderzijds wat de ontwikkeling van de luchthaven en het luchtverkeer is geweest. Vervolgens is het de vraag wat het effect is van alle instrumenten - gezamenlijk en elk afzonderlijk - op het luchtverkeer van en naar Schiphol en daarmee op overlast en risico s en de ontwikkeling van de mainport. Zowel de effecten van het beleid vanaf het moment dat het in werking trad tot op heden, als de effecten bij het te verwachten gebruik van de luchthaven na 2008/2012 worden onderzocht. Oftewel: ook de effectiviteit op de middellange termijn is onderwerp van onderzoek. Overheidsbeleid is één van de krachten die invloed hebben op luchtvaart en mainport. Er zijn ook andere krachten die soms sterker, of tegengesteld zijn. Zo hadden een stagnerende economie en terreuraanslagen tot gevolg dat groeiprognoses voor de luchtvaart niet volledig werden gerealiseerd. Gevolg: minder vliegtuigbewegingen, ook minder overlast. Van een beleidseffect is echter geen sprake. Anders gezegd: maakt het beleid het verschil? Beleving van omwonenden en opinies over mainport en beleid Feitelijke milieueffecten hoeven niet één op één aan te sluiten bij de beleefde milieueffecten. Om inzicht te krijgen in de overlast en de oorzaken daarvan, wordt daarom niet alleen gekeken naar geluidsbelasting en de daarbij behorende hinder, maar wordt ook de beleving in kaart gebracht. Hoe worden geluidsbelasting en risico s door omwonenden ervaren? Zijn er verschillen tussen berekende en beleefde overlast, en zo ja, zijn die verschillen te verklaren? Wat is de opinie van omwonenden over luchtvaart, mainport en het Schipholbeleid? Is dat van invloed op beleving van overlast? 9 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

12 Gerelateerde vragen, efficiëntie van beleid, praktijk in het buitenland. Aanvullend op deze effectiviteitvragen zal worden onderzocht: (i) of met de Schipholwet en de Luchthavenbesluiten de bezwaren van destijds over het PKB-stelsel daadwerkelijk zijn opgelost, (ii) of de gekozen vorm - een wet en twee algemene maatregelen van bestuur - een efficiënte vorm van regelgeving is, (iii) wat van ervaringen met luchthavenbeleid voor luchthavens in het buitenland kan worden geleerd en (iv) welke ervaringen vanaf 2003 zijn opgedaan met het beleid in de praktijk en hoe daarvan in de toekomst kan worden geleerd? 1.4 Doelstellingen deelopdracht houding en beleving Het effectiviteitsonderzoek bestaat uit een aantal deelopdrachten. interview* nss is gevraagd de deelopdracht over de houding en beleving uit te voeren. Het betreft de 2-meting, als vervolg op de 0- en 1-meting. 0-meting: februari 2003, vlak voor de invoering van de nieuwe wetgeving en de opening van de vijfde baan (Polderbaan) 1-meting: december 2003, enkele maanden na de ingebruikname van de vijfde baan, met als doelstelling om te meten of de genomen maatregelen effect hebben gehad op de mate van last die de omwonenden ervaren (in vergelijking met de de 0-meting). De 2-meting is daarmee de tweede effectmeting en heeft als doel de volgende kernvragen te beantwoorden: welke houding nemen de omwonenden tegenover Schiphol in en wat is hun betrokkenheid bij deze luchthaven? hoe beoordelen de omwonenden de informatievoorziening over de ontwikkelingen rondom Schiphol? Hoe beleven de omwonenden van Schiphol het vliegtuiggeluid, de luchtverontreiniging, de geurhinder en de veiligheid? welke vertrouwen heeft men in de wet- en regelgeving rondom Schiphol en de luchtvaart, en in de daarbij betrokken instanties? Hoe bekend zijn de omwonenden met de normen en regels in de Schipholwet? in hoeverre bieden deze normen en regels volgens de burgers voldoende waarborgen voor de bescherming van de omwonenden? welke organisaties zijn volgens de burgers verantwoordelijk voor de veiligheid, de beperking van overlast en voor de informatievoorziening? En hoeveel vertrouwen heeft men erin dat deze organisaties deze taken naar behoren vervullen? is de beleving van overlast, veiligheid en het vertrouwen in de betrokken overheidsinstanties ten opzichte van 2003 verbeterd, gelijk gebleven of verslechterd? Tegelijk met dit onderzoek heeft het rivm drie vragen uitvoerig onderzocht: hoe worden de feitelijke milieueffecten beleefd? hoe verhoudt deze beleving zich tot de overlast die op grond van de blootstelling verwacht mag worden? hoe kunnen de eventuele verschillen tussen feitelijke milieueffecten en beleving worden verklaard? In de integrale eindrapportage van dit onderzoek zullen de resultaten van de opdracht aan interview* nss worden meegenomen. 10 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

13 1.5 Onderzoeksopzet De tweede effectmeting is uitgevoerd onder 1296 omwonenden en 286 inwoners van drie stadscentra rond Schiphol. Als referentiekader is een deel van de vragen tevens gesteld aan 282 inwoners van de rest van Nederland. * Ten tijde van de opzet van de 0-meting in 2002 werd nog gebruik gemaakt van de geluidsmaten Ke en L Aeq-nacht. Onder omwonenden van Schiphol wordt verstaan die mensen die op grond van berekeningen voorafgaand aan de ingebruikneming van de Polderbaan al ervaring hebben met vliegtuiggeluid en die er na ingebruikneming mee te maken hebben gekregen (geluidsbelasting voor en na opening van de Polderbaan ongeveer gelijk aan of groter dan 20 Ke en in de nacht ongeveer gelijk of groter dan 20 L Aeq -nacht*. Dit onderzoek is uitgevoerd door middel van telefonische ondervraging. Daarbij is gebruik gemaakt van het European Data Collection Center van interview* nss in Amsterdam, waar 120 belposities voor computergestuurd telefonisch enquêteren ( CATI ) beschikbaar zijn. De interviews zijn uitgevoerd in de periode van 7 juni tot en met 9 juli Bij dit onderzoek is een vragenlijst gebruikt die in overleg met de opdrachtgever is opgesteld. Het gaat hier om een effectmeting, waarbij vergelijkingen moeten worden gemaakt met de metingen in Om zuivere vergelijkingen te kunnen maken met deze eerdere metingen, was het noodzakelijk om de in 2003 gebruikte vragenlijsten zoveel mogelijk te kopiëren. Het is daarbij niet noodzakelijk om álle vragen over te nemen. Maar de vragen die men overneemt, moet men letterlijk overnemen, zowel qua vraagstelling als qua antwoordmogelijkheden. De gebruikte vragenlijst, waarvan een exemplaar als bijlage in dit rapport is opgenomen, kent een modulaire opbouw: A houding ten opzichte van Schiphol en de informatievoorziening; B ondervonden last van vliegverkeer rondom Schiphol; C normen en regels; D verantwoordelijkheid organisaties; E evaluatie Schipholbeleid; F kenmerken respondent. In het kader van dit onderzoek zijn in totaal personen ondervraagd. Daarbinnen zijn drie doelgroepen te onderscheiden: * Voor het onderzoek in 2005 is het onderzoeksgebied iets uitgebreid (zie onderzoeksverantwoording). Doelgroepen Steekproefomvang Omwonenden binnen de gehanteerde geluidscontouren van Schiphol 1.296* Inwoners centra van Amsterdam, Haarlem en Leiden 286 Rest van Nederland 282 Totaal De eerste categorie betreft inwoners van gebieden rondom Schiphol, die in de bij dit onderzoek gehanteerde geluidscontouren van Schiphol vallen en in theorie enige vorm van hinder zouden kunnen ondervinden. Het is de vraag òf en in welke mate deze inwoners in de praktijk zèlf ervaren dat zij hinder ondervinden; het is het doel van dit onderzoek om dat laatste vast te stellen. Bovengenoemde omwonenden van Schiphol vormen natuurlijk de belangrijkste doelgroep binnen dit onderzoek. Daarnaast zijn bewoners ondervraagd van de centra van een aantal grote steden rond Schiphol: Amsterdam, Haarlem en 11 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

14 Leiden. In de februari 2003-meting ging het nog alleen om het centrum van Amsterdam. Er is een kleine steekproef uit de rest van Nederland ondervraagd. Deze dient als referentiekader. Voor meer gedetailleerde informatie over de wijze van steekproeftrekking en de herweging van de resultaten naar populatieniveau, verwijzen wij naar de technische bijlage. 1.6 Over dit rapport De uitkomsten in de meest gedetailleerde vorm zijn terug te vinden in de tabellen. De belangrijkste uitkomsten worden in de navolgende hoofdstukken besproken. Er worden in dit rapport alleen (statistisch) significante verschillen benoemd, tenzij anders vermeld. Een centraal onderdeel in dit onderzoek is het meten van de subjectieve last die omwonenden hebben van het vliegverkeer rondom Schiphol. De module B in de vragenlijst omvat 15 vragen die gaan over de last van geluid, zowel overdag als s nachts, over de last van luchtverontreiniging en geur, en over de mogelijke gevoelens van onveiligheid. Er zijn punten toegekend aan de antwoorden die de respondenten op de 15 hinder vragen hebben gegeven. Hoe meer last men heeft, of hoe onveiliger men zich voelt, des te meer punten zijn er toegewezen. Op basis van hun totaalscore zijn de respondenten in 5 groepen ingedeeld: Respondenten % Met veel meer dan gemiddelde last 12 Met meer dan gemiddelde last 14 Met gemiddelde last 22 Met minder dan gemiddelde last 27 Met veel minder dan gemiddelde last 25 Totaal 100 In ieder hoofdstuk worden -aan het eind- vergelijkingen gemaakt met de vorige twee metingen. Daarbij wordt waar relevant ook gekeken naar regionale verschillen. Voor dat laatste zijn er twee invalshoeken gebruikt: verandering in geluidsbelasting vóór en na ingebruikneming van de Polderbaan gedurende het gehele etmaal (20 Ke contour) en in de nacht (20 L Aeq -nacht contour); drie-cijferige postcodegebieden. De eerste indeling omvat 2x vier gebieden. Het gaat hier om een indeling die al bij de 0-meting is geconstrueerd en gebaseerd is op berekeningen van de geluidsbelasting in een gebied. Ná de ingebruikname van de Polderbaan was er een verschuiving te verwachten in de regionale geluidsbelasting. Daarbij zijn vier varianten onderscheiden: van belast naar (meer) belast = gebieden met een hoge geluidsbelasting vóór de Polderbaan en een naar verwachting hoge of nog hogere geluidsbelasting ná ingebruikname van de Polderbaan (groter dan 20 Ke of 20 L Aeq -nacht); van gematigd belast naar belast = gebieden met een gematigde geluidsbelasting vóór de Polderbaan en een naar verwachting hoge geluidsbelasting ná ingebruikname van de Polderbaan (groter dan 20 Ke of 20 L Aeq -nacht); 12 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

15 van weinig belast naar gematigd belast = gebieden met een lage geluidsbelasting vóór de Polderbaan en een naar verwachting hogere geluidsbelasting ná ingebruikname van de Polderbaan (kleiner of bijna 20 Ke of 20 L Aeq -nacht); van belast naar minder belast = gebieden met een hoge geluidsbelasting vóór de Polderbaan en naar verwachting minder hoge geluidsbelasting ná ingebruikname van de Polderbaan (kleiner dan 20 Ke of 20 L Aeq -nacht). Er is gekozen voor deze vierdeling voor de verschuiving gedurende een vol etmaal en een vierdeling voor de verschuiving alleen gedurende de nacht. Kaart 2. Postcodegebieden met vierdeling voor verandering in etmaalbelasting belast > minder belast weinig belast > gematigd belast gematigd belast > belast belast > (meer) belast Kaart 3. Postcodegebieden met vierdeling voor verandering in nachtbelasting belast > minder belast weinig belast > gematigd belast gematigd belast > belast belast > (meer) belast 13 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

16 2 Houding ten opzichte van Schiphol Wat is in het algemeen de betrokkenheid en de houding ten aanzien van Schiphol? * Het betreft de antwoorden op de vraag: Als het gaat om de ontwikkelingen rondom Schiphol, is dat dan een onderwerp waarbij u zich betrokken voelt?. Van de omwonenden voelt 23% zich sterk betrokken* bij de ontwikkelingen rondom Schiphol, 48% voelt zich enigszins betrokken en 29% voelt zich helemaal niet betrokken. De rest van Nederland voelt zich duidelijk minder betrokken bij de ontwikkelingen rondom Schiphol. Tabel 1: Betrokkenheid bij ontwikkelingen rondom Schiphol (in %). Omwonenden Drie stadscentra Rest Nederland Sterk betrokken Enigszins betrokken Helemaal niet betrokken Totaal Ruim driekwart (77%) van de omwonenden staat in het algemeen (zeer) positief ten opzichte van Schiphol. Slechts 10% neemt een negatieve houding in. In de drie stadscentra is men kritischer. In de rest van Nederland is een negatieve houding ten opzichte van Schiphol een zeldzaamheid. Tabel 2: Houding in het algemeen ten opzichte van Schiphol (in %). Omwonenden Drie stadscentra Rest Nederland Zeer positief Positief Neutraal Negatief Zeer negatief Totaal In de rest van Nederland kijkt men in overwegend positieve zin aan tegen de verdere groei en uitbreiding van Schiphol. De omwonenden en zeker de bewoners van de drie stadscentra zijn duidelijk negatiever gestemd: 37% respectievelijk 42% staat daar (zeer) negatief tegenover. Tabel 3: Houding t.a.v. verdere groei of uitbreiding van Schiphol (in %). Omwonenden Drie stadscentra Rest Nederland Zeer positief Positief Neutraal Negatief Zeer negatief Totaal Zijn er nog verschillen tussen subgroepen als het gaat om betrokkenheid en de houding ten opzichte van Schiphol? De meest opvallende verschillen zijn: hoger opgeleiden zijn sterker betrokken bij de ontwikkelingen rondom Schiphol, maar staan negatiever tegenover verdere groei of uitbreiding daarvan; jongeren (onder de 35 jaar) voelen zich minder sterk betrokken bij de ontwikkelingen rondom Schiphol, maar staan in het algemeen positiever tegenover deze luchthaven; mannen zijn wat sterker betrokken bij Schiphol dan vrouwen en staan positiever tegenover verdere groei of uitbreiding daarvan. 14 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

17 Vergelijking in de tijd Als het gaat om de betrokkenheid bij en de houding ten opzichte van Schiphol, zijn er nauwelijks verschillen tussen de 3 metingen. Onder de omwonenden is de steun voor verdere groei en uitbreiding van de luchthaven wel iets afgenomen (indicatief). Betrokkenheid (% sterk) bij en houding (% positief) tegenover Schiphol onder de omwonenden februari 2003 december 2003 juni % 25% 23% 78% 78% 77% 52% 51% 47% betrokkenheid houding algemeen houding t.a.v. groei Basis: omwonenden (n=1.296) Conclusie: Licht dalende steun voor verdere groei of uitbreiding van Schiphol De grootste verschillen worden veroorzaakt door de mate van last die men van het luchtverkeer ondervindt. Naarmate men in brede zin méér last heeft van Schiphol (van het luchtverkeer), voelt men zich sterker betrokken bij de ontwikkelingen rond Schiphol, kent men een negatievere houding in het algemeen ten aanzien van Schiphol, en staat men negatiever tegenover de verdere groei en uitbreiding van deze luchthaven. Betrokkenheid bij ontwikkelingen rondom Schiphol naar de mate van last van Schiphol 11% 33% 20% 28% 29% 38% helemaal niet betrokken 54% enigszins betrokken 55% 55% 48% sterk betrokken 56% 26% 17% 16% 14% veel meer meer gemiddeld minder veel minder Mate van last van Schiphol Basis: omwonenden + drie stadscentra (n=1.582) Conclusie: Hoe meer last van Schiphol, hoe meer betrokken 15 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

18 Houding in het algemeen ten aanzien van Schiphol 40% 19% 8% 17% 5% 8% 4% 5% 21% (zeer) negatief neutraal 19% 75% 87% 91% (zeer) positief 60% 41% veel meer meer gemiddeld minder veel minder Mate van last van Schiphol Basis:omwonenden + drie stadscentra (n=1.582) Conclusie: Hoe meer last van Schiphol, des te negatievere houding in het algemeen 16 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

19 3 Informatievoorziening Kranten en televisie zijn de belangrijkste bronnen over de ontwikkelingen rond Schiphol en vliegverkeer. Daarnaast is Schipholland een relatief vaak door omwonenden genoemde bron. Internet neemt een opvallend bescheiden plaats in. Ook in 2003 waren de landelijke krant en de landelijke televisie (publiek + commercieel) en Schipholland de belangrijkste informatiebronnen. Alleen Schipholland lijkt licht te zijn afgenomen als informatiebron ten opzichte van Tabel 4: Informatiebronnen over ontwikkelingen rond Schiphol en vliegverkeer (in %). Omwonenden Drie stadscentra Rest Nederland Landelijke krant Regionale of lokale krant Landelijke televisie - publiekszenders Schipholkrant ( Schipholland ) Landelijke televisie - commerciële zenders Regionale of lokale televisie Radio Huis-aan-huisbladen Van horen zeggen / via-via Internet Tijdschriften Nieuwsbrief Schipholbeleid Schiphol algemeen Via het eigen werk * Familie / kennissen TV (alg.) / teletekst Andere bronnen Weet niet Totaal antwoorden * bijvoorbeeld werkzaam bij Schiphol, KLM, douane, gemeente Rond de 70% van de respondenten is van mening dat zij voldoende worden geïnformeerd over de ontwikkelingen rond Schiphol en vliegverkeer. Rond de 30% wordt onvoldoende geïnformeerd. Dat was ook in de vorige meting (dec. 2003) het geval. Vooral de respondenten die (veel) méér dan gemiddeld last hebben van Schiphol, vinden dat zij onvoldoende geïnformeerd worden: 48%! Onder de respondenten die (veel) minder dan gemiddeld last hebben, is slechts 18% niet te spreken over de informatievoorziening. Tabel 5: Krijgt men voldoende informatie over ontwikkelingen rond Schiphol en vliegverkeer (in %). Omwonenden Drie stadscentra Rest Nederland Ja, wordt voldoende geïnformeerd Nee, wordt onvoldoende geïnformeerd Weet niet Totaal Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

20 Respondenten die menen dat zij onvoldoende geïnformeerd worden, zouden toch ook vooral via kranten en televisie méér informatie over de ontwikkelingen rond Schiphol en vliegverkeer willen ontvangen. Tabel 6: Gewenste informatiebronnen over ontwikkelingen rond Schiphol en vliegverkeer (in %) Basis = respondenten die onvoldoende geïnformeerd worden. Omwonenden Drie stadscentra Rest Nederland Landelijke krant Regionale of lokale krant Schipholkrant ( Schipholland ) Landelijke televisie - publiekszenders Landelijke televisie - commerciële zenders Gemeente (ook: Gemeentekrant) Schiphol algemeen Regionale of lokale televisie Huis-aan-huisbladen Nieuwsbrief Schipholbeleid Ministerie van Verkeer en Waterstaat Folders / brochures / nieuwsbrieven Overheid (in het algemeen) Radio Internet Commissie Geluidshinder Schiphol Andere ministeries Tijdschriften Website Evaluatie Schipholbeleid Pers / media / journalistiek Onafhankelijk instituut TV (alg.) / teletekst Andere bronnen Weet niet Totaal antwoorden Minder dan de helft van de respondenten heeft informatie genoemd over vliegverkeer die men graag zou willen ontvangen; in de rest van Nederland is de belangstelling daarvoor duidelijk minder. Een beeld dat vergelijkbaar is met de vorige meting. Tabel 7: Aan welke informatie over vliegverkeer in de omgeving heeft men behoefte (in %). Omwonenden Drie stadscentra Rest Nederland Noemt een of meer onderwerpen Noemt geen onderwerpen Totaal Onderwerpen waar de meeste belangstelling naar uitgaat, zijn: gebruik van banen en vliegroutes, vliegtijden (18%) uitbreidingsplannen, extra banen (7%) vliegverwachting (zoals de weersverwachting) (5%) geluidshinder/-overlast (5%) regels voor het baangebruik overdag (3%) regels voor het baangebruik s nachts (3%) ontwikkelingen in het algemeen, toekomstplannen (3%) handhaving van de normen (2%) economische aspecten van Schiphol (2%) milieu, luchtverontreiniging, gezondheid (2%) 18 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

21 4 Ondervonden last van vliegverkeer * Niet gemeten onder de rest van Nederland. In dit onderzoek is vastgesteld wat de subjectieve mate van last is die omwonenden van het vliegverkeer rondom Schiphol hebben*. Die last wordt vaak objectief gemeten met behulp van meetapparatuur en computermodellen, maar hier zijn de mensen zèlf aan het woord geweest. De last is op verschillende terreinen gemeten: Geluid Wat merkt men overdag van geluid In hoeverre heeft men daar last van, van geluid overdag Wat merkt men s nachts van geluid Wordt men daardoor in de slaap gestoord, van dat geluid s nachts In hoeverre wordt men gespannen of nerveus van geluidshinder Luchtverontreiniging Wat merkt men van luchtverontreiniging In hoeverre heeft men daar last van, van luchtverontreiniging In hoeverre wordt men bezorgd of ongerust van luchtverontreiniging Geur Wat merkt men van geur In hoeverre heeft men daar last van, van geur In hoeverre wordt men bezorgd of ongerust van geur Veiligheid Hoe (on)veilig voelt men zich In hoeverre wordt men bezorgd of ongerust van de veiligheid Tabel 8: Ondervonden last en mate van zorg (in %). Geluid Omwonenden Drie stadscentra Merkt daar overdag (heel) veel van Heeft daar overdag (heel) veel last van 26 8 Merkt daar s nachts (heel) veel van 13 3 Wordt (heel) veel in de slaap gestoord 10 3 Wordt daar (heel) erg gespannen of nerveus van 9 5 Luchtverontreiniging Merkt daar (heel) veel van 19 5 Heeft daar (heel) veel last van 16 7 Wordt daar (heel) erg bezorgd of ongerust van 16 8 Geur Merkt daar (heel) veel van 7 2 Heeft daar (heel) veel last van 6 2 Wordt daar (heel) erg bezorgd of ongerust van 7 4 Veiligheid Voelt zich (zeer) onveilig Wordt daar (heel) erg bezorgd of ongerust van Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

22 Over de hele linie geldt dat de omwonenden méér last hebben van het vliegverkeer, of méér bezorgd of ongerust zijn dan de bewoners van de 3 omliggende stadscentra. De meeste last hebben de omwonenden van geluid, met name overdag (26% heeft daar -heel- veel last van) en van luchtverontreiniging (16% heeft daar -heel- veel last van). Het meest bezorgd of ongerust maken de omwonenden zich over de luchtverontreiniging (16% wordt daar -heel- erg bezorgd of ongerust van). Een grote meerderheid van de omwonenden heeft weinig of helemaal geen last van het vliegverkeer rondom Schiphol en maakt zich daar niet meer dan een beetje, maar veelal helemaal niet bezorgd of ongerust over. Dit blijkt uit de onderstaande twee illustraties. Mate van last van vliegverkeer rondom Schiphol onder omwonenden (totaalscore) heel veel 7% 19% 7% 34% 33% last van geluid overdag veel neutraal 7% 3% 2% 16% 72% door geluid in slaap gestoord weinig helemaal niets 4% 12% 11% 18% 55% last van luchtverontreiniging 5% 5% 16% 1% 73% last van geur Basis: omwonenden (n=1.296) Conclusie: De meeste last komt van geluid overdag en van luchtverontreiniging Mate waarin omwonenden bezorgd of ongerust zijn (of gespannen of nerveus bij geluidshinder) heel erg 6% 3% 23% 68% geluidshinder erg 6% 10% 23% 61% luchtverontreiniging een beetje (helemaal) niet 4% 3% 14% 79% geur 7% 2% 21% 70% veiligheid Basis: omwonenden (n=1.296) Conclusie: Omwonenden maken zich het meest bezorgd over luchtverontreiniging Ook het gevoel van veiligheid dat men in de eigen woonomgeving ervaart als men denkt aan het vliegverkeer van en naar Schiphol, is op hetzelfde -hoge- niveau 20 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

23 gebleven. In februari 2003 voelden 81% van de omwonenden zich (zeer) veilig, in december 2003 was dat 83% en in juni 2005 betreft dat 80% van de omwonenden. Is de last die men van het vliegverkeer ondervindt sinds de eerste meting in februari 2003 toegenomen? Dat geldt alleen voor de last die men heeft van de luchtverontreiniging. De last van geluid, overdag en s nachts, is constant gebleven. Aandeel omwonenden dat (heel) veel last heeft van geluid februari december 2003 juni % 27% 26% 10% 14% 10% 9% 10% 16% last geluid overdag last geluid s nachts last luchtverontreiniging Basis: omwonenden (n=1.296) Conclusie: De last van geluid is gelijk gebleven, die van luchtverontreiniging is toegenomen Begin 2003 is de Polderbaan in gebruik genomen. Die leidt tot een andere verdeling van de last van het vliegverkeer. Er wordt méér gevlogen over dunbevolkte gebieden en minder over dichtbevolkte gebieden. Onderkend werd dat een deel van de omwonenden méér last van het vliegverkeer zou ondervinden, terwijl een ander deel juist ontlast zou worden. Het gaat hier om de subjectieve inschatting van de lastenverschuiving na openstelling van de Polderbaan, waarbij de respondenten zèlf terugblikken in de tijd. Die evaluatie pakt negatief uit. Meer objectief is het als we de mate van last, zoals gemeten op drie verschillende tijdstippen, naast elkaar leggen. Daarbij detailleren wij die resultaten naar de verwachte veranderingen in geluidsbelasting, zoals omschreven in paragraaf 1.6. (zie kaarten 2 en 3). Aan de omwonenden is gevraagd of men iets merkt van geluid en of men last heeft van geluid. Er zijn meer omwonenden die iets merken van geluid dan er last van hebben, maar de trend is hetzelfde. interview* nss geeft daarom alleen de grafieken weer die de last van geluid overdag en s nachts weergeven. Voor het hele gebied geldt derhalve dat hetgeen men overdag merkt van geluid en de last die men daarvan heeft, door de openstelling van de Polderbaan niet (significant) is toegenomen. De verschuivingen per deelgebied volgen min of meer de verwachtingen, hoewel niet in het gebied belast > minder belast (gelijk gebleven). 21 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

24 Heeft overdag (heel) veel last van geluid februari 2003 december 2003 juni % 27% 26% 32% 36% 35% 25% 32% 35% 15% 21% 27% 26% 26% 24% totaal belast > (meer) belast gematigd belast > belast weinig belast > gematigd belast belast > minder belast Basis: omwonenden (n=1.296) Etmaalbelasting Conclusie: In totale gebied geen verschuiving, maar geen afname waar die wel werd verwacht (belast>minder belast) Voor het hele gebied geldt derhalve dat hetgeen men s nachts merkt van geluid en de last die men daarvan heeft, door de openstelling van de Polderbaan ongewijzigd is gebleven. De verschuivingen per deelgebied botsen niet met de verwachtingen, maar zijn alleen bij last in gematigd belast > belast significant. Heeft s nachts (heel) veel last van geluid februari 2003 december 2003 juni % 14% 10% 6% 13% 7% 10% 21% 20% 7% 8% 5% 18% 19% 15% totaal belast > (meer) belast gematigd belast > belast gematigd belast > gematigd belast belast > minder belast Basis: omwonenden (n=1.296) Nachtbelasting Conclusie: In totale gebied geen verschuiving, volgt redelijk het verwachtingspatroon. Het was de bedoeling dat er méér mensen op vooruit zouden gaan dan er op achteruit, maar die wens is naar het idee van de omwonenden niet in vervulling gegaan. Meer of minder last van vliegverkeer na ingebruikneming Polderbaan (veel) meer last (veel) minder last Omwonenden % 16% % 15% Drie stadscentra % 14% % 11% Basis: omwonenden + drie stadscentra (n=1.582) Conclusie: Omwonenden (in totaal) ervaren meer last na in gebruik nemen van de Polderbaan. Dit was ook in december 2003 al zo. 22 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

25 Wat zijn de ontwikkelingen als het gaat om ingediende klachten over hinder? Slechts 3% van de omwonenden en 2% van de stadscentrabewoners heeft naar eigen zeggen de laatste 6 maanden een klacht ingediend over Schiphol. Dat aandeel ligt beduidend lager dan bij de meting in februari 2003 (omwonenden: 16%, stadscentra: 15%) en ook lager dan bij de meting in december 2003 (omwonenden: 9%, stadscentra: 3%). Omdat de periode van datacollectie verschillend is geweest tussen de laatste twee metingen kunnen we deze cijfers niet goed vergelijken. We vragen de respondent terug te blikken naar de afgelopen 6 maanden. Bij de meting in juni 2005 zit de winter en het voorjaar in deze periode. Bij een meting in december zit de zomer en het najaar in deze periode. Mogelijke verklaring is dat men in de zomer vaker buiten is en meer last heeft van vlieggeluid. 23 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

26 5 Normen en regels In de Schipholwet zijn normen en regels vastgelegd voor de hoeveelheid geluid, luchtverontreiniging, geur en het maximale risico voor omwonenden dat het vliegverkeer mag veroorzaken. Meer dan 80% van de omwonenden en 90% van de rest van Nederland weet daar vrij weinig tot helemaal niets van af. De bewoners van de drie stadscentra zijn -naar hun zeggen- nog het meest bekend met deze normen en regels. Ook vinden zij deze normen en regels het meest duidelijk. Mannen menen beter bekend te zijn met deze normen en regels dan vrouwen. Ook hoger opgeleiden weten hier relatief meer van af. De 65-plussers zijn naar hun idee het minst bekend hiermee. Tabel 9: Bekendheid en duidelijkheid normen en regels in de Schipholwet (in %) Omwonenden Drie stadscentra Rest Nederland Bekendheid Weet daar inhoudelijk vrij veel van af Ken die regels in grote lijnen Weet daar vrij weinig van af Zegt mij helemaal niets Totaal Duidelijkheid Zeer duidelijk Duidelijk Onduidelijk Zeer onduidelijk Weet niet Zegt mij helemaal niets Totaal De vraag is in hoeverre deze normen en regels in de Schipholwet een waarborg bieden voor: de bescherming tegen geluidshinder rondom Schiphol; de bescherming tegen luchtverontreiniging rondom Schiphol; de bescherming tegen geur rondom Schiphol; de veiligheid rondom Schiphol. Daar zijn de respondenten verre van overtuigd. Zie navolgende grafiek. Als het gaat om geluidshinder, luchtverontreiniging en geur, dan zijn er méér mensen die menen dat de Schipholwet weinig of geen waarborgen biedt, dan mensen die menen dat deze wet (heel) veel waarborgen biedt. De bewoners van de drie stadscentra zijn nog het minst overtuigd. Gaat het om de veiligheid rondom Schiphol, dan zou de Schipholwet duidelijk méér waarborgen bieden. 24 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

27 Mate waarin normen en regels een waarborg bieden voor... weinig of geen waarborgen (heel) veel waarborgen bescherming tegen geluidshinder omwonenden stadscentra rest Nederland 49% 26% 54% 25% 42% 27% bescherming tegen luchtverontreiniging omwonenden stadscentra rest Nederland 47% 23% 56% 18% 46% 24% bescherming tegen geur omwonenden stadscentra rest Nederland 44% 22% 48% 19% 42% 21% veiligheid omwonenden stadscentra rest Nederland 29% 42% 37% 37% 23% 50% Basis: alle respondenten (n=1.864) Conclusie: Normen en regels bieden nog het meest een waarborg voor veiligheid Naarmate men in brede zin méér last heeft van Schiphol, hoe minder vertrouwen men er in heeft dat de Schipholwet voldoende waarborgen in zich heeft. Dat illustreren we hierna voor geluidshinder. In welke mate biedt de Schipholwet waarborgen voor de bescherming tegen geluidshinder 49% 43% 31% 67% weinig of geen waarborgen 82% 28% neutraal/weet niet (heel) veel waarborgen 27% 28% 10% 23% 8% 10% 24% 29% 41% Basis: omwonenden + drie stadscentra (n=1.582) veel meer meer gemiddeld minder veel minder Mate van last van Schiphol Conclusie: Hoe meer last van Schiphol, des te meer twijfel aan het bieden van waarborgen door de Schipholwet Over het geheel genomen is het vertrouwen in waarborgen voor bescherming relatief laag. Onder de omwonenden is het aandeel dat meent dat de regels en normen (heel) veel waarborgen bieden voor de bescherming tegen geluidshinder en voor de veiligheid, wel significant toegenomen ten opzichte van de vorige meting. De bewoners van de drie stadscentra hebben ook duidelijk meer vertrouwen in de regels en normen gekregen. Dat geldt in wat mindere mate ook voor de rest van Nederland (die verschillen zijn niet significant). 25 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

28 Tabel 10: Vergelijking waarborgen in de tijd (in %). Regels en normen bieden (heel) veel waarborgen voor (bescherming tegen). Omwonenden Drie stadscentra Rest Nederland Geluid Juni December Februari # Luchtverontreiniging Juni December Februari # Veiligheid Juni December Februari # # = niet vastgesteld 26 Evaluatie Schipholbeleid Omwonenden over Schiphol

BELEVINGSONDERZOEK CONTOUREN SCHIPHOL. 1-meting december Een telefonisch onderzoek uitgevoerd door Intomart GfK te Hilversum.

BELEVINGSONDERZOEK CONTOUREN SCHIPHOL. 1-meting december Een telefonisch onderzoek uitgevoerd door Intomart GfK te Hilversum. BELEVINGSONDERZOEK CONTOUREN SCHIPHOL 1-meting december 2003 Een telefonisch onderzoek uitgevoerd door Intomart GfK te Hilversum in opdracht van Ministerie van Verkeer en Waterstaat Directie Communicatie

Nadere informatie

Evaluatie Schipholbeleid. Eindrapport

Evaluatie Schipholbeleid. Eindrapport Evaluatie Schipholbeleid Eindrapport Evaluatie Schipholbeleid Eindrapport Inhoud Samenvatting 5 1 Inleiding 11 1.1 Aanleiding en doel van de evaluatie van het Schipholbeleid 12 1.2 Context en vervolg

Nadere informatie

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Geachte voorzitter,

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Geachte voorzitter, Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Contactpersoon Doorkiesnummer Datum 16 mei 2006 Ons kenmerk DGTL/06.007918 Onderwerp "Buitengebied" Schiphol Bijlage(n)

Nadere informatie

Informatiesessie gelijkwaardige bescherming. Omgevingsraad Schiphol 10 september 2015

Informatiesessie gelijkwaardige bescherming. Omgevingsraad Schiphol 10 september 2015 Informatiesessie gelijkwaardige bescherming Omgevingsraad Schiphol 10 september 2015 Gelijkwaardigheid Uitgangspunt voor een nieuw geluidstelsel voor Schiphol: Het stelsel biedt bescherming tegen de negatieve

Nadere informatie

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 8 t/m 11. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers.

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 8 t/m 11. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers. Rapport monitor Opvang asielzoekers week 8 t/m 11 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 18 maart 2016 Projectnummer: 20672 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting Resultaten

Nadere informatie

April Effecten van salderen tussen handhavingspunten

April Effecten van salderen tussen handhavingspunten April 2006 Effecten van salderen tussen handhavingspunten Effecten van salderen tussen handhavingspunten Opdrachtgever Ministerie van Verkeer en Waterstaat Directoraat Generaal Transport en Luchtvaart

Nadere informatie

Belevingsonderzoek hinder en slaapverstoring Schiphol

Belevingsonderzoek hinder en slaapverstoring Schiphol Geachte raadsleden, Naar aanleiding van het belevingsonderzoek hinder en slaapverstoring Schiphol van de GGD Zuid- Kennemerland zijn in de commissie Ruimte enkele vragen gesteld over het karakter van de

Nadere informatie

Belevingsonderzoek Rotterdam The Hague Airport 2012

Belevingsonderzoek Rotterdam The Hague Airport 2012 Belevingsonderzoek Rotterdam The Hague Airport 2012 (Aanvullende analyses op enkele geografische factoren) Rotterdam, 25 juni 2015 1 Probleemstelling. In 2012 onderzocht MEIJERS RESEARCH in hoeverre bewoners

Nadere informatie

Eisen voor gelijkwaardige bescherming bij wijziging van de Luchthavenbesluiten

Eisen voor gelijkwaardige bescherming bij wijziging van de Luchthavenbesluiten Eisen voor gelijkwaardige bescherming bij wijziging van de Luchthavenbesluiten Bescherming van de eerste Luchthavenbesluiten met meest recente inzichten In opdracht van: De ministeries van Verkeer en Waterstaat

Nadere informatie

Markt- en Opinieonderzoek. Zeker Meten. OPTIMALISATIE UITVLIEGROUTES ZWANENBURGBAAN

Markt- en Opinieonderzoek. Zeker Meten. OPTIMALISATIE UITVLIEGROUTES ZWANENBURGBAAN Markt- en Opinieonderzoek. Zeker Meten. OPTIMALISATIE UITVLIEGROUTES ZWANENBURGBAAN 1 Project i1427 Rapportagedatum : 24 mei 2011 Opdrachtgever Contactpersonen bij opdrachtgever Contactpersonen bij Team

Nadere informatie

Gedragscode Defensie. Draagvlakmeting. Ministerie van Defensie. Defensie Personele Diensten Gedragswetenschappen

Gedragscode Defensie. Draagvlakmeting. Ministerie van Defensie. Defensie Personele Diensten Gedragswetenschappen Bezoekadres: Van Alkemadelaan 357 Postadres: MPC 58 A Postbus 90701 2509 LS Den Haag Nederland www.cdc.nl Draagvlakmeting TNS NIPO: Drs. Anneloes Klaassen Lisanne van Thiel GW: Drs. Amber Vos +31 (070)

Nadere informatie

Hoofdstuk 24 Financiële situatie

Hoofdstuk 24 Financiële situatie Hoofdstuk 24 Financiële situatie Samenvatting De gemeente voert diverse inkomensondersteunende maatregelen uit die bedoeld zijn voor huishoudens met een lager inkomen. Zes op de tien Leidenaren zijn bekend

Nadere informatie

Hoofdstuk 14 Meeuwenoverlast

Hoofdstuk 14 Meeuwenoverlast Hoofdstuk 14 Meeuwenoverlast Samenvatting Twee derde van alle Leidenaren geeft aan bij hen in de buurt overlast van meeuwen te hebben. Vergeleken met voorgaande jaren is vooral het aandeel bewoners dat

Nadere informatie

Hoofdstuk 43. Financiële situatie

Hoofdstuk 43. Financiële situatie Stadsenquête Leiden Hoofdstuk 43. Financiële situatie Samenvatting Circa tweederde van de Leidenaren geeft aan gemakkelijk rond te komen met het huishoudinkomen, ruim een kwart komt net rond en kan moeilijk

Nadere informatie

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 28 t/m 39. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers.

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 28 t/m 39. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers. Rapport monitor Opvang asielzoekers week 28 t/m 39 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 29 september 2016 Projectnummer: 20672 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting

Nadere informatie

Ministerie van Verkeer en Waterstaat

Ministerie van Verkeer en Waterstaat Ministerie van Verkeer en Waterstaat Aan Stichting Platform Leefmilieu Regio Schiphol t.a.v. de heer drs. J.H. Griese Kerklaan 14 1189 WC AMSTELVEEN Contactpersoon J. Gosse Datum 17 maart 2005 1 Ons kenmerk

Nadere informatie

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder allochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder allochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder allochtonen 1) Integratiecampagne

Nadere informatie

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 4 t/m 7. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers.

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 4 t/m 7. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers. Rapport monitor Opvang asielzoekers week 4 t/m 7 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 19 februari 2016 Projectnummer: 20672 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting Resultaten

Nadere informatie

Hoofdstuk 10. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 11. Financiële situatie

Hoofdstuk 10. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 11. Financiële situatie Hoofdstuk 10. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 11. Financiële situatie Samenvatting Hfst 10. Trendvragen financiële situatie Jaarlijks worden drie trendvragen gesteld die inzicht geven in de financiële

Nadere informatie

Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden

Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden Evaluatie hinder bij wegwerkzaamheden Projectnummer: 10203 In opdracht van: Dienst Infrastructuur, Verkeer en Vervoer drs. Merijn Heijnen dr. Willem Bosveld Oudezijds Voorburgwal 300 Postbus 658 1012 GL

Nadere informatie

1. Kent u het bericht Amsterdam klaagt over geluidsoverlast Schiphol?

1. Kent u het bericht Amsterdam klaagt over geluidsoverlast Schiphol? Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Contactpersoon - Datum 22 april 2008 Ons kenmerk VenW/DGTL-2008/1760 Onderwerp Kamervragen experimenten Schiphol Doorkiesnummer

Nadere informatie

Risico- en Crisisbarometer Basismeting november 2011

Risico- en Crisisbarometer Basismeting november 2011 Risico- en Crisisbarometer Basismeting november 2011 16 december 2011 Inhoudsopgave 1. Doelstelling Colofon in opdracht van NCC/cRC 2. Resultaten 3. Bijlagen Onderzoeksopzet MarketResponse Nederland BV

Nadere informatie

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 44 t/m Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers.

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 44 t/m Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers. Rapport monitor Opvang asielzoekers week 44 t/m 47 2015 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 23 november 2015 Projectnummer: 20645 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting

Nadere informatie

trntrtrtr V td L O\'ERLASTMETINGEN IN DE GRAVII\TNESTEEG EN OMGEVING

trntrtrtr V td L O\'ERLASTMETINGEN IN DE GRAVII\TNESTEEG EN OMGEVING trntrtrtr V td L O\'ERLASTMETINGEN IN DE GRAVII\TNESTEEG EN OMGEVING : COLOFON St. INTRAVAL Postadres: Postbus 1781 9701 BT Groningen E-mail info@intraval.nl Kantoor Groningen: Kantoor Rotterdam: St. Jansstraat

Nadere informatie

Hoofdstuk 10. Financiële situatie

Hoofdstuk 10. Financiële situatie Hoofdstuk 10. Financiële situatie Samenvatting Hfst 9. Trendvragen financiële situatie Jaarlijks worden drie trendvragen gesteld die inzicht geven in de financiële positie van de Leidenaar. De resultaten

Nadere informatie

Gemiddeld gebruik van internet via verschillende media, in procenten (meer antwoorden mogelijk) 52% 37% 0% 20% 40% 60% 80% 100%

Gemiddeld gebruik van internet via verschillende media, in procenten (meer antwoorden mogelijk) 52% 37% 0% 20% 40% 60% 80% 100% 6 GEBRUIK VAN INTERNET EN SOCIAL MEDIA De gemeente is benieuwd of alle bewoners beschikking hebben over en gebruik maken van internet en van social media en of men belemmerd wordt als het gaat om informatie

Nadere informatie

Maatschappelijke waardering van Nederlandse Landbouw en Visserij

Maatschappelijke waardering van Nederlandse Landbouw en Visserij Nederlandse Landbouw en Visserij Inhoud 1 Inleiding 03 2 Samenvatting en conclusies landbouw en visserij 3 Maatschappelijke waardering landbouw 09 4 Associaties agrarische sector 13 5 Waardering en bekendheid

Nadere informatie

Stadswerven Zuid 2014 Een jaar na opening van het Energiehuis

Stadswerven Zuid 2014 Een jaar na opening van het Energiehuis Stadswerven Zuid Een jaar na opening van het Energiehuis Stadswerven Zuid is het tol van verschillende ontwikkelingen, met een gerenoveerd Energiehuis en de komst van een bioscoop met parkeergarage. In

Nadere informatie

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 40 t/m 51. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers.

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 40 t/m 51. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers. Rapport monitor Opvang asielzoekers week 40 t/m 51 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 27 december 2016 Projectnummer: 20672 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting Resultaten

Nadere informatie

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week t/m week Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week t/m week Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers Rapport monitor Opvang asielzoekers week 52 2016 t/m week 13 2017 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 13 april 2017 Projectnummer: 20672 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting

Nadere informatie

4.3 Veiligheidsbeleving

4.3 Veiligheidsbeleving 4.3 Veiligheidsbeleving Samenvatting: Het gevoel van veiligheid in het algemeen is sinds 2002 vrij constant. Iets meer dan één op de drie bewoners voelt zich vaak of soms onveilig. Het gevoel van onveiligheid

Nadere informatie

Ministerie van Infrastructuur en Milieu t.a.v. mevrouw W.J. Mansveld Postbus EX S-GRAVENHAGE

Ministerie van Infrastructuur en Milieu t.a.v. mevrouw W.J. Mansveld Postbus EX S-GRAVENHAGE Ministerie van Infrastructuur en Milieu t.a.v. mevrouw W.J. Mansveld Postbus 20904 2500 EX S-GRAVENHAGE Onze ref. ORS15.027 Datum 16 april 2015, Hoofddorp Advies Omgevingsraad inzake vervroegen nachtprocedures

Nadere informatie

Hoofdstuk 6. Gemeentelijke informatievoorziening en Stadskrant

Hoofdstuk 6. Gemeentelijke informatievoorziening en Stadskrant Hoofdstuk 6. Gemeentelijke informatievoorziening en Stadskrant Samenvatting Vergelijkbaar met voorgaande jaren vindt ruim acht op de tien Leidenaren dat de gemeente hen voldoende op de hoogte houdt van

Nadere informatie

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 16 t/m 19. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers.

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 16 t/m 19. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers. Rapport monitor Opvang asielzoekers week 16 t/m 19 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 17 mei 2016 Projectnummer: 20672 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting Resultaten

Nadere informatie

Belevingsonderzoek luchtkwaliteit. geluidsbelasting gemeente Woensdrecht

Belevingsonderzoek luchtkwaliteit. geluidsbelasting gemeente Woensdrecht Belevingsonderzoek luchtkwaliteit en geluidsbelasting gemeente Woensdrecht Regionale Milieudienst West-Brabant September 2009 2 Inhoudsopgave SAMENVATTING...5 1 INLEIDING...11 1.1 Aanleiding...11 1.2 Doel

Nadere informatie

Rapport Consumentenonderzoek 2016 Keurmerk Klantgericht Verzekeren

Rapport Consumentenonderzoek 2016 Keurmerk Klantgericht Verzekeren Rapport Consumentenonderzoek 2016 Keurmerk Klantgericht Verzekeren Stichting toetsing verzekeraars Datum: 8 februari 2016 Projectnummer: 2015522 Auteur: Marit Koelman Inhoud 1 Achtergrond onderzoek 3 2

Nadere informatie

Schiphol en omgeving. Aanpassing vertrekroutes Zwanenburgbaan. Regionale beelden. Inleiding. Achtergrond. Vliegverkeer boven de regio

Schiphol en omgeving. Aanpassing vertrekroutes Zwanenburgbaan. Regionale beelden. Inleiding. Achtergrond. Vliegverkeer boven de regio Schiphol en omgeving Regionale beelden Inleiding Deze factsheet heeft als doel om u te informeren over de wijziging in de ligging van vertrekroutes van de Zwanenburgbaan. De factsheet gaat daarbij in op

Nadere informatie

INSIGHTSCAN VNO-NCW WEST - ONDERNEMERS ROTTERDAM THE HAGUE AIRPORT 2016 MeMo². All rights reserved.

INSIGHTSCAN VNO-NCW WEST - ONDERNEMERS ROTTERDAM THE HAGUE AIRPORT 2016 MeMo². All rights reserved. INSIGHTSCAN VNO-NCW WEST - ONDERNEMERS ROTTERDAM THE HAGUE AIRPORT 2016 MeMo². All rights reserved. Voor meer informatie over de onderzoeksmethode, zie disclaimer. INTRODUCTIE & METHODOLOGIE InsightScan

Nadere informatie

Beleving windmolens A1. Onderzoek Deventer Digipanel en inwoners Epse

Beleving windmolens A1. Onderzoek Deventer Digipanel en inwoners Epse Onderzoek Deventer Digipanel en inwoners Epse Aanleiding en methodiek Aanleiding onderzoek In augustus 2015 zijn er twee windmolens gebouwd langs de A1. De voorbereiding daarvan heeft tot veel discussies

Nadere informatie

Risico- en Crisisbarometer Basismeting november 2012

Risico- en Crisisbarometer Basismeting november 2012 Risico- en Crisisbarometer Basismeting november 2012 november 2012 Inhoudsopgave 1. Doelstelling Colofon in opdracht van NCC/CRC 2. Resultaten 3. Bijlagen Onderzoeksopzet MarketResponse Nederland BV Projectleider:

Nadere informatie

SCHONERE LUCHT, SCHONERE VLIEGTUIGEN, MEER UITSTOOT LUCHTVERKEER

SCHONERE LUCHT, SCHONERE VLIEGTUIGEN, MEER UITSTOOT LUCHTVERKEER Invloed beleid zeer beperkt SCHONERE LUCHT, SCHONERE VLIEGTUIGEN, MEER UITSTOOT LUCHTVERKEER Beoordeling beleid uitstoot vervuilende stoffen luchtverkeer en luchtkwaliteit omgeving Schiphol Colofon Opdrachtgever

Nadere informatie

Risico- en Crisisbarometer

Risico- en Crisisbarometer Rapport Risico- en Crisisbarometer Basismeting november 2013 Voor: NCTV Door: Ipsos Datum: 18 december 2013 Project: 13090735 0 Inhoudsopgave Samenvatting 2 Inleiding 4 Resultaten: de zorgen van Nederland

Nadere informatie

Toezichthouders in de wijk

Toezichthouders in de wijk Toezichthouders in de wijk Hoe ervaren inwoners uit Dordrecht, Hendrik-Ido-Ambacht en Zwijndrecht de aanwezigheid van Toezichthouders? Inhoud: 1 Conclusies 2 Bekendheid 3 Effect 4 Waardering taken Hondengerelateerde

Nadere informatie

BELEVINGSONDERZOEK VLIEGVELD EINDHOVEN: 2 e METING 2014 met vergelijkende analyse 1 e meting 2012 Concept versie GGD

BELEVINGSONDERZOEK VLIEGVELD EINDHOVEN: 2 e METING 2014 met vergelijkende analyse 1 e meting 2012 Concept versie GGD BELEVINGSONDERZOEK VLIEGVELD EINDHOVEN: 2 e METING 2014 met vergelijkende analyse 1 e meting 2012 Concept versie GGD 27-5-15 Dit onderzoek is een vervolg op het belevingsonderzoek van begin 2012 (dat ging

Nadere informatie

Grafiek 26.1a Het vóórkomen van verschillende vormen van discriminatie in Leiden volgens Leidenaren, in procenten 50% 18% 19% 17% 29%

Grafiek 26.1a Het vóórkomen van verschillende vormen van discriminatie in Leiden volgens Leidenaren, in procenten 50% 18% 19% 17% 29% 26 DISCRIMINATIE In dit hoofdstuk wordt ingegaan op het vóórkomen en melden van discriminatie in Leiden en de bekendheid van en het contact met het Bureau Discriminatiezaken. Daarnaast komt aan de orde

Nadere informatie

Rapportage. opiniepeiling Lelystad Airport

Rapportage. opiniepeiling Lelystad Airport Rapportage opiniepeiling Lelystad Airport RTV Oost, Omroep Flevoland en Omroep Gelderland hebben een opiniepeiling laten uitvoeren om inzicht te verkrijgen in de mening van inwoners van Flevoland, Overijssel

Nadere informatie

rapportage Producentenvertrouwen kwartaal 1. Deze resultaten zijn tevens gepubliceerd in de tussenrapportage economische barometer (5 juni 2002)

rapportage Producentenvertrouwen kwartaal 1. Deze resultaten zijn tevens gepubliceerd in de tussenrapportage economische barometer (5 juni 2002) Rapportage producentenvertrouwen oktober/november 2002 Inleiding In de eerste Economische Barometer van Breda heeft de Hogeschool Brabant voor de eerste keer de resultaten gepresenteerd van haar onderzoek

Nadere informatie

Uitgevoerd door Dimensus Huishoudelijke Hulp gemeente Oosterhout 2016

Uitgevoerd door Dimensus Huishoudelijke Hulp gemeente Oosterhout 2016 Uitgevoerd door Dimensus Huishoudelijke Hulp gemeente Oosterhout 2016 Inleiding Met de transities in het sociale domein in 2015 zijn de voorwaarden en criteria voor het verkrijgen van huishoudelijke hulp

Nadere informatie

Overlast van meeuwen in de buurt, 2007 t/m 2013*, in procenten van alle Leidenaren

Overlast van meeuwen in de buurt, 2007 t/m 2013*, in procenten van alle Leidenaren 16 MEEUWENOVERLAST Meeuwen zorgen voor de nodige overlast in Leiden. Dit geldt vooral in het broedseizoen waarin meeuwen om hun kuikens te beschermen, lawaai maken en schijnaanvallen uitvoeren naar mensen.

Nadere informatie

Grafiek 20.1a Belangrijkste aspecten die Leidenaren prettig vinden aan de eigen buurt, * (meer antwoorden mogelijk) 16% 15% 10% 10%

Grafiek 20.1a Belangrijkste aspecten die Leidenaren prettig vinden aan de eigen buurt, * (meer antwoorden mogelijk) 16% 15% 10% 10% 20 ONDERHOUD EN NETHEID EIGEN BUURT In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de prettige en de mindere prettige kanten van de openbare ruimte in de eigen buurt of wijk. Vervolgens wordt gekeken hoe men verschillende

Nadere informatie

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten

Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Gemeente s-hertogenbosch, afdeling Onderzoek & Statistiek, februari 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Vrijwilligerswerk... 4 3. Mantelzorg... 8

Nadere informatie

Fries burgerpanel Fryslân inzicht

Fries burgerpanel Fryslân inzicht Fries burgerpanel Fryslân inzicht Wij gaan er van uit dat we zo lang mogelijk in onze eigen woonomgeving kunnen blijven. Wij gaan er van uit dat we zo lang mogelijk in onze eigen woonomgeving kunnen blijven.

Nadere informatie

Bestuurlijke toekomst gemeente Nuenen c.a.: de opvattingen van de inwoners

Bestuurlijke toekomst gemeente Nuenen c.a.: de opvattingen van de inwoners Bestuurlijke toekomst gemeente Nuenen c.a.: de opvattingen van de inwoners Onderzoek uitgevoerd in opdracht van Provincie Noord-Brabant Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda T 076 515 13 88 info@dimensus.nl

Nadere informatie

BUURTONDERZOEK BP. BP Buurtonderzoek 2014

BUURTONDERZOEK BP. BP Buurtonderzoek 2014 BUURTONDERZOEK BP 2014 1 INHOUDSTAFEL Inleiding Doelstelling Methodologie Bespreking resultaten Besluit Aanbevelingen 2 INLEIDING 2 à 3 jaarlijks onderzoek Veiligheid- en communicatiebeleid 600 enquêtes

Nadere informatie

PLAN VAN AANPAK EVALUATIE SCHIPHOLBELEID

PLAN VAN AANPAK EVALUATIE SCHIPHOLBELEID PLAN VAN AANPAK EVALUATIE SCHIPHOLBELEID Samenvatting Voor u ligt het plan van aanpak voor de evaluatie van het Schipholbeleid, zoals dat is vastgelegd in de Schipholwet en de twee Luchthavenbesluiten.

Nadere informatie

Beleving leefomgeving

Beleving leefomgeving Beleving leefomgeving rondom vliegveld Eindhoven derde meting 2016 Eindhoven, juli 2017 Drs. AM van Gestel en Drs. MJM van Duijnhoven GGD Brabant-Zuidoost Inhoudsopgave Management samenvatting 3 1. Aanleiding

Nadere informatie

Standaard Eurobarometer 84. Die publieke opinie in de Europese Unie

Standaard Eurobarometer 84. Die publieke opinie in de Europese Unie Die publieke opinie in de Europese Unie Opiniepeiling besteld en gecoördineerd door de Europese Commissie, Directoraat-generaal Communicatie. Dit werd opgesteld voor de Vertegenwoordiging van de Europese

Nadere informatie

53% 47% 51% 54% 54% 53% 49% 0% 25% 50% 75% 100% zeer moeilijk moeilijk komt net rond gemakkelijk zeer gemakkelijk

53% 47% 51% 54% 54% 53% 49% 0% 25% 50% 75% 100% zeer moeilijk moeilijk komt net rond gemakkelijk zeer gemakkelijk 30 FINANCIËLE SITUATIE In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de financiële situatie van de Leidse burgers. In de enquête wordt onder andere gevraagd hoe moeilijk of gemakkelijk men rond kan komen met het

Nadere informatie

Communicatie, lokale media en samenwerking 2015

Communicatie, lokale media en samenwerking 2015 Communicatie, lokale media en samenwerking 2015 Gemeente Amersfoort Dymphna Meijneken April 2016 De Stadsberichten, een aantal pagina s in het lokale blad Amersfoort Nu, is al jaren de meest benutte bron

Nadere informatie

Waardering van voorzieningen, vervoer en werk

Waardering van voorzieningen, vervoer en werk Waardering van voorzieningen, vervoer en werk Burgerpeiling Woon- en Leefbaarheidsmonitor Eemsdelta 2015 Een afname van het inwoneraantal heeft gevolgen voor het voorzieningenniveau. Er zal immers niet

Nadere informatie

Ervaren hinder omwonenden Rotterdam The Hague Airport

Ervaren hinder omwonenden Rotterdam The Hague Airport Ervaren hinder omwonenden Rotterdam The Hague Airport Gezondheidsmonitor Aanleiding De GGD Rotterdam-Rijnmond heeft in februari 2017 een advies opgesteld over gezondheidseffecten van vliegverkeer van de

Nadere informatie

Meeuwenoverlast Het vervolg-2

Meeuwenoverlast Het vervolg-2 Meeuwenoverlast Het vervolg-2 Introductie en samenvatting Achtergrond van het onderzoek Inwoners van Haarlem klagen regelmatig over overlast van meeuwen. Dat blijkt uit klachten die de gemeente ontvangt

Nadere informatie

Gelijkwaardigheid oude en nieuwe normenstelsel Schiphol Toetsingsadvies over de rapportage

Gelijkwaardigheid oude en nieuwe normenstelsel Schiphol Toetsingsadvies over de rapportage Gelijkwaardigheid oude en nieuwe normenstelsel Schiphol Toetsingsadvies over de rapportage 22 maart 2006 / rapportnummer 1454-376 Toetsingsadvies over de rapportage Gelijkwaardigheid oude en nieuwe normenstelsel

Nadere informatie

Schiphol beleefd door omwonenden

Schiphol beleefd door omwonenden Evaluatie Schipholbeleid Schiphol beleefd door omwonenden In opdracht van Evaluatie Schipholbeleid Schiphol beleefd door omwonenden Dit rapport is opgesteld door Rijksinstituut voor Volksgezondheid en

Nadere informatie

Rapportage onderzoek lidmaatschap een onderzoek onder klanten naar verschillende aspecten van het lidmaatschap van de bibliotheek en van BiebPanel

Rapportage onderzoek lidmaatschap een onderzoek onder klanten naar verschillende aspecten van het lidmaatschap van de bibliotheek en van BiebPanel Rapportage onderzoek lidmaatschap een onderzoek onder klanten naar verschillende aspecten van het lidmaatschap van de bibliotheek en van BiebPanel Algemeen rapport Inhoud Samenvatting onderzoeksresultaten

Nadere informatie

Hoofdstuk 9. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 10. Financiële situatie

Hoofdstuk 9. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 10. Financiële situatie Hoofdstuk 9. Trendvragen financiële situatie Hoofdstuk 10. Financiële situatie Samenvatting Hfst 9. Trendvragen financiële situatie Jaarlijks worden drie trendvragen gesteld die inzicht geven in de financiële

Nadere informatie

F a c t s h e e t Voorstel voor een nieuw normen- en handhavingstelsel Schiphol

F a c t s h e e t Voorstel voor een nieuw normen- en handhavingstelsel Schiphol ALDERSADVIES F a c t s h e e t Voorstel voor een nieuw normen- en handhavingstelsel Schiphol Aldersadvies: Voorstel voor een nieuw normen- en handhavingstelsel voor Schiphol Als onlosmakelijk onderdeel

Nadere informatie

Risico- en Crisisbarometer

Risico- en Crisisbarometer Rapport Risico- en Crisisbarometer Basismeting juni 2014 Voor: NCTV Door: Ipsos Datum: 3 juli 2014 Project: 14040093 0 Inhoudsopgave Samenvatting 2 Inleiding 4 Resultaten: de zorgen van Nederland 6 Resultaten:

Nadere informatie

Onderzoek Zondagopenstelling Gemeente Borger-Odoorn

Onderzoek Zondagopenstelling Gemeente Borger-Odoorn Onderzoek Zondagopenstelling Gemeente Borger-Odoorn Oktober 2015 2 Management Summary Inleiding Ongeveer een jaar geleden heeft de gemeenteraad van Borger-Odoorn besloten om de winkels in haar gemeente

Nadere informatie

CONSUMER CONFIDENCE SCAN

CONSUMER CONFIDENCE SCAN CONSUMER CONFIDENCE SCAN September 2014 Stephan Dijcks GfK 2014 Consumer Confidence Scan augustus 2014 1 Inhoud 1. Inzichten consumentenvertrouwen 2. Consumentenvertrouwen in beeld 3. Onderzoeksverantwoording

Nadere informatie

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Inleiding Chris M. Jager In mei en juni 2015 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) een groot aantal bedrijven benaderd met vragenlijsten. Doel

Nadere informatie

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder autochtone Nederlanders

Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne. Onderzoek onder autochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder autochtone Nederlanders Samenvatting 3-meting effectonderzoek integratiecampagne Onderzoek onder autochtonen 1) Integratiecampagne

Nadere informatie

Recente Ontwikkelingen. Schiphol Kees van Kuijen. m.b.t de Toekomst van

Recente Ontwikkelingen. Schiphol Kees van Kuijen. m.b.t de Toekomst van Recente Ontwikkelingen m.b.t de Toekomst van Schiphol Kees van Kuijen Lid Commissie Regionaal Overleg Luchthaven Schiphol (CROS) en Clustervertegenwoordiger bewoners Zuid-West (Leiden en Bollenstreek)

Nadere informatie

Jongeren en de sociale druk om (niet) te roken

Jongeren en de sociale druk om (niet) te roken Jongeren en de sociale druk om (niet) te roken Veranderingen tussen 1998 en 2005 Cyrille Koolhaas en Dr. Marc Willemsen Dit is een publicatie van STIVORO voor een rookvrije toekomst Correspondentieadres

Nadere informatie

Nederlanders aan het woord

Nederlanders aan het woord Nederlanders aan het woord Veteranen en de Nederlandse Veteranendag 2014 Trends, Onderzoek en Statistiek (TOS) Directie Communicatie Documentnummer: TOS-14-066a Belangrijkste inzichten Nederlander hecht

Nadere informatie

Stand van zaken rond geluidhinder in Nederland. Oscar Breugelmans Centrum voor Duurzaamheid, Milieu en gezondheid

Stand van zaken rond geluidhinder in Nederland. Oscar Breugelmans Centrum voor Duurzaamheid, Milieu en gezondheid Stand van zaken rond geluidhinder in Nederland Oscar Breugelmans Centrum voor Duurzaamheid, Milieu en gezondheid oscar.breugelmans@rivm.nl Inhoud 1. WHO environmental noise guidelines 2. Resultaten hinderinventarisatie

Nadere informatie

Briefrapport /2008 R. van Poll O. Breugelmans L. Dreijerink. Samenvatting Belevingsonderzoek vliegbasis Geilenkirchen

Briefrapport /2008 R. van Poll O. Breugelmans L. Dreijerink. Samenvatting Belevingsonderzoek vliegbasis Geilenkirchen Briefrapport 630310002/2008 R. van Poll O. Breugelmans L. Dreijerink Samenvatting Belevingsonderzoek vliegbasis Geilenkirchen RIVM Briefrapport 630310002/2008 Samenvatting Belevingsonderzoek Vliegbasis

Nadere informatie

Waardering van leefbaarheid en woonomgeving

Waardering van leefbaarheid en woonomgeving Waardering van leefbaarheid en woonomgeving Burgerpeiling Woon- en Leefbaarheidsmonitor Eemsdelta 2015 In de Eemsdelta zijn verschillende ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op de leefbaarheid.

Nadere informatie

Kijk- en luisteronderzoek 2013b

Kijk- en luisteronderzoek 2013b Kijk- en luisteronderzoek 2013b eindrapport januari 2014 OWP research Wethouder van Caldenborghlaan 76-6226 BV - Maastricht - www.owp.nl Inhoud Samenvatting 3 1 Inleiding 6 1.1 Aanleiding onderzoek 6 1.2

Nadere informatie

Hoofdstuk 7. Financiële situatie

Hoofdstuk 7. Financiële situatie Stadsenquête Leiden Hoofdstuk 7. Financiële situatie Samenvatting Bijna driekwart van de Leidenaren geeft aan gemakkelijk rond te komen met het huishoudinkomen, twee op de tien komt net rond en bijna een

Nadere informatie

Presentatie: woensdag 17 oktober Schiphol

Presentatie: woensdag 17 oktober Schiphol Presentatie: woensdag 17 oktober 2018 Schiphol 1. Wat is er aan de hand? 2. Het Aldersakkoord 2. MER en eigen onderzoek 3. Wat vinden wij? 4. Wat doen wij? Inhoud presentatie 1. Wat is er aan de hand?

Nadere informatie

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 12 t/m 15. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers.

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 12 t/m 15. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers. Rapport monitor Opvang asielzoekers week 12 t/m 15 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 15 april 2016 Projectnummer: 20672 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting Resultaten

Nadere informatie

PEILING OVER DE TOEKOMST VAN ROTTERDAM THE HAGUE AIRPORT

PEILING OVER DE TOEKOMST VAN ROTTERDAM THE HAGUE AIRPORT PEILING OVER DE TOEKOMST VAN ROTTERDAM THE HAGUE AIRPORT Overschie Januari 2017 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Piet Heinkade 55 1019 GM Amsterdam 020-3330670 Rapportnummer 2017/concept

Nadere informatie

FLASH EB Consumer Survey - Netherlands

FLASH EB Consumer Survey - Netherlands WARNING This study was produced by an organisation or an external contractor of the European Commission. These views have not been adopted or in any way approved by the Commission and should not be relied

Nadere informatie

Hoofdstuk 18. Meeuwenoverlast

Hoofdstuk 18. Meeuwenoverlast Stadsenquête Leiden Hoofdstuk 18. Meeuwenoverlast Samenvatting Evenals in eerdere jaren geeft bijna de helft van de Leidenaren aan overlast te ondervinden van meeuwen bij hen in de buurt. In de binnenstad

Nadere informatie

Risico- en Crisisbarometer

Risico- en Crisisbarometer Rapport Risico- en Crisisbarometer Basismeting oktober 2014 Voor: NCTV Door: Ipsos Datum: 29 oktober 2014 Project: 14070175 0 Inhoudsopgave Samenvatting 2 Inleiding 4 Resultaten: de zorgen van Nederland

Nadere informatie

Landelijke peiling Nijmegen 2000. Resultaten eindmeting, januari 2006

Landelijke peiling Nijmegen 2000. Resultaten eindmeting, januari 2006 Resultaten eindmeting, januari 2006 O&S Nijmegen januari 2006 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Onderzoeksresultaten 5 2.1 Eerste gedachte bij de stad Nijmegen 5 2.2 Bekendheid met gegeven dat Nijmegen de

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2012 Wmo-hulpmiddelen onder de loep. Gemeente Ubbergen Juni 2013

Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2012 Wmo-hulpmiddelen onder de loep. Gemeente Ubbergen Juni 2013 Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2012 Wmo-hulpmiddelen onder de loep Gemeente Ubbergen Juni 2013 Colofon Uitgave I&O Research BV Zuiderval 70 7543 EZ Enschede tel. (053) 4825000 Rapportnummer 2013/033 Datum

Nadere informatie

Overlast park Lepelenburg

Overlast park Lepelenburg Overlast park Lepelenburg 1-meting oktober 2014 www.onderzoek.utrecht.nl Colofon Uitgave Afdeling Onderzoek Gemeente Utrecht Postbus 16200 3500 CE Utrecht 030 286 1350 onderzoek@utrecht.nl in opdracht

Nadere informatie

Hoofdstuk 23 Discriminatie

Hoofdstuk 23 Discriminatie Hoofdstuk 23 Discriminatie Samenvatting Van de zes voorgelegde vormen van discriminatie komt volgens Leidenaren discriminatie op basis van afkomst het meest voor en discriminatie op basis van sekse het

Nadere informatie

Een nadere analyse van de ontwikkeling van de franchise in de periode

Een nadere analyse van de ontwikkeling van de franchise in de periode Een nadere analyse van de ontwikkeling van de franchise in de periode 1998-2001 Uitgevoerd door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Den Haag, september 2003 Inleiding In juni 2001 is de

Nadere informatie

Maatschappelijke waardering van Nederlandse landbouw en visserij 2017

Maatschappelijke waardering van Nederlandse landbouw en visserij 2017 Nederlandse landbouw en visserij 2017 Inhoud 1 Inleiding 03 2 Samenvatting en conclusies landbouw en visserij 3 Maatschappelijke waardering landbouw 09 4 Associaties agrarische sector 14 5 Waardering en

Nadere informatie

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer Definitieve versie 27 oktober 2014 ARGO BV Inhoudsopgave 1. INLEIDING EN VRAAGSTELLING... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Vraagstelling...

Nadere informatie

Hoofdstuk 34. Meeuwenoverlast

Hoofdstuk 34. Meeuwenoverlast Stadsenquête Leiden Hoofdstuk 34. Meeuwenoverlast Samenvatting Dit jaar geeft bijna zes op de tien Leidenaren aan overlast te ondervinden van meeuwen bij hen in de buurt. Dit is vergelijkbaar met eerdere

Nadere informatie

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 20 t/m 23. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers.

Rapport monitor Opvang asielzoekers. week 20 t/m 23. Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers. Rapport monitor Opvang asielzoekers week 20 t/m 23 Onderzoek naar houding van Nederlanders t.a.v. de opvang van asielzoekers 10 juni 2016 Projectnummer: 20672 Inhoudsopgave Voorwoord Samenvatting Resultaten

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 29 665 Evaluatie Schipholbeleid Nr. 46 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT Aan de Voorzitter de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den

Nadere informatie

Windenergie in Noord. 5 e panelmeting stadsdeel Noord. Inleiding

Windenergie in Noord. 5 e panelmeting stadsdeel Noord. Inleiding Windenergie in Noord 5 e panelmeting stadsdeel Noord Inleiding Eind 2009 heeft O+S voor stadsdeel Noord een bewonerspanel opgezet. Dit panel telt momenteel 344 leden. O+S heeft vier keer een enquête uitgezet

Nadere informatie

De gegevens die worden gebruikt door de benchmark worden door de gemeente zelf aangeleverd. De burgerpeiling levert een deel van deze gegevens aan.

De gegevens die worden gebruikt door de benchmark worden door de gemeente zelf aangeleverd. De burgerpeiling levert een deel van deze gegevens aan. Burgerpeiling 2013 Eind 2013 is onder 2000 inwoners van de gemeente Noordoostpolder een enquete verspreid ten behoeve van de benchmark waarstaatjegemeente.nl. De enquete vormt een onderdeel van de benchmark.

Nadere informatie

Risico- en Crisisbarometer

Risico- en Crisisbarometer Rapport Risico- en Crisisbarometer Basismeting juni 2013 Voor: NCTV Door: Ipsos Datum: 25 juni 2013 Project: 13027217 0 Inhoudsopgave Samenvatting 2 Inleiding 4 Resultaten: de zorgen van Nederland 6 Resultaten:

Nadere informatie