Het onderzoek is uitgevoerd door een projectgroep bestaande uit:

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Het onderzoek is uitgevoerd door een projectgroep bestaande uit:"

Transcriptie

1 Publicatieversie van het onderzoek van het LCP naar de positionering van de P&O werkzaamheden in Limburgse organisaties en de tevredenheid van de werknemers over de uitvoering van de P&O taken. Het onderzoek is uitgevoerd door een projectgroep bestaande uit: LCP: Jack Mestrom, Hans Brassé Rockwool: Joep Mooren Scope Peoples Business: Roel Custers Flycatcher Internet Research: Vic Damoiseaux, Aukje Aben, Ronald Piters. Graag wil ik de leden van deze projectgroep en de collega s van het LCP bedanken voor hun tomeloze inzet, hun suggesties en commentaren, hun bijdragen aan het formuleren van de stellingen en het verduren van de spanning die tijdens de voorbereiding van het congres ook bij mij invloed heeft gehad. Hans Brassé Directeur LCP Roermond, 30 oktober

2 1. Inleiding Aan de basis voor dit onderzoek naar de positionering en beleving van personeelsafdelingen staat de constatering van een veranderd denken over het personeelsbeleid in ondernemingen. Het personeel wordt tegenwoordig meer en meer als een bepalende factor gezien voor het succes van een onderneming. De sleutel tot huidig succesvol en efficiënt opereren van organisaties is het creëren van samenhang tussen structuur, strategie, cultuur en mensen in een organisatie. In de huidige Human Resourcement benadering is de mens daarvoor de centrale factor en wordt gestreefd naar een integrale aanpak van personeelsvraagstukken. In opdracht van het LCP (Limburgs Centrum voor Personeel en Organisatie) heeft Flycatcher Internet Research een onderzoek uitgevoerd onder topmanagers en directies, functionarissen en werknemers naar de positionering van de personeelsafdeling. Het onderzoek vindt zijn grondslag in het model van professor Ulrich dat vier kwadranten van rollen onderscheidt die de afdeling Personeel & Organisatie (P&O) kan aannemen: - administratief expert, - belangenbehartiger van de werknemer, - veranderingsmedium en - strategisch partner. Het eerste kwadrant legt de nadruk op het personeelsbeheer en de afwikkeling van administratieve zaken. In het tweede kwadrant gaat het om de personeelszorg, de belangenbehartiging van de medewerker. Het kwadrant veranderingsmedium doelt op de (mate van) implementatie van veranderingsprocessen en bij het vierde en laatste kwadrant staat de realisatie van strategische organisatiedoelen centraal. Het idee achter Ulrich s model is dat een personeelsafdeling in de invulling van haar werkzaamheden tot een van deze kwadranten wordt gerekend. Daarbij kan een personeelsafdeling de vier kwadranten slechts in de genoemde volgorde doorlopen. Eerst dient het ene kwadrant goed te zijn ingevuld alvorens er sprake kan zijn van het volgende kwadrant. 1.1 Doelstelling van het onderzoek Het onderzoek bekijkt in hoeverre medewerkers van organisaties (topmanagers en directeuren, P&O-functionarissen en werknemers) vinden dat de kwadranten van Ulrich binnen hun personeelsafdeling voorkomen: welke aspecten van de kwadranten vinden zij in welke mate van toepassing en in welke mate hechten ze er belang aan? Het gaat daarbij nadrukkelijk niet om de tevredenheid met (het functioneren van) de afdeling P&O, althans niet in het onderzoek onder de topmanagers en P&O-functionarissen. Hier is geen tevredenheid gemeten en de gedane analyses mogen niet vanuit deze optiek worden geïnterpreteerd. Een topmanager of functionaris kan een aspect van toepassing D. Ulrich, Human Resource Champions: the next agenda for adding value and delivering results. 58

3 vinden op de organisatie en dat van groot belang achten, maar tevens vinden dat het aspect niet naar tevredenheid wordt uitgevoerd of niet in een tot tevredenheid stemmende wijze binnen de organisatie aanwezig is. Tevredenheid is wel gemeten onder de werknemers van de ondervraagde organisaties door te vragen naar hoe tevreden men is over de taken die de P&O-afdeling binnen de organisatie uitvoert. Met deze rapportage biedt Flycatcher Internet Research het LCP een handreiking om de taken en functies van P&O-professionals te optimaliseren en personeelsmangement voor organisaties verder te ontwikkelen. 1.2 De vragenlijsten Er zijn dus drie groepen waaronder de rol van de personeelsafdeling onderzocht wordt: topmanagers/directies, P&O-functionarissen, en werknemers. Voor deze groepen heeft Flycatcher Internet Research in samenwerking met het LCP afzonderlijke vragenlijsten opgesteld om de visie op de vier kwadranten van personele rollen in kaart te brengen. De vragen gingen over de beleving van de werkzaamheden en over het beleid door de personeelsafdeling en bij de werknemers - over de tevredenheid met de dienstverlening. De vragenlijsten waren niet helemaal hetzelfde voor de drie groepen maar aspecten die in alledrie de vragenlijsten aan bod kwamen waren: de eigen beleving ten aanzien van werkzaamheden, werkdruk, werkplezier, beloning en waardering, vakontwikkeling, bijscholing en deskundigheidsbevordering. Als basis voor de vragenlijsten diende de Human Resource Role Assessment Survey, die ontwikkeld is door Ulrich. Deze vragen bestrijken de vier kwadranten van personele rollen die een P&O-afdeling kan aannemen. 1.3 Toegepaste methodiek en steekproef De onderzoeken zijn online uitgevoerd. Respondenten zijn via benaderd om mee te werken aan het onderzoek. Door in de te klikken op een voor elke respondent unieke hyperlink kwamen ze bij de vragenlijst terecht. Het LCP heeft de adressen ter beschikking gesteld van de topmanagers en de P&O-functionarissen. Voor het onderzoek onder de werknemers is het panel van Flycatcher gebruikt. Als selectiecriterium voor deelname aan het onderzoek is hierbij de aanwezigheid van een personeelsafdeling gehanteerd Respons Het onderzoek onder het topmanagement is gestart op 21 mei 2003 en afgesloten op 13 juni. Er zijn 377 mensen aangeschreven. In totaal hebben 120 topmanagers aan het onderzoek deelgenomen, wat een respons van 32% betekent. 59

4 Het functionarissenonderzoek begon op 28 mei en sloot af op 24 juni. Hier zijn 838 personen aangeschreven en hebben 296 functionarissen gereageerd, een respons van 35%. Het onderzoek onder de werknemers is ook van start gegaan op 21 mei. Het is 2 juni beëindigd. Van de 860 werknemers die op het onderzoek zijn geattendeerd, hebben 549 personen de vragenlijst ingevuld, maar slechts 385 gaven aan in een organisatie te werken met een personeelsafdeling. De overige respondenten zijn niet meegenomen in de analyses. Een overzicht is te vinden in onderstaande tabel. 60

5 Tabel 1: de respons topmanager s p&o-functionarissen werknemers steekproef netto verzonden aantallen* respons (385) relatief 32% 35% 64% (45%) * Na aftrek van foutieve adressen Betrouwbaarheid Bij het generaliseren van de uitkomsten naar de gehele populatie medewerkers (topmanagement, P&O-functionarissen en werknemers) dient een bepaalde waarschijnlijkheid (betrouwbaarheid) in acht te worden genomen. Betrouwbaarheid is belangrijk omdat het de mogelijkheid geeft om door middel van een steekproef met een bepaalde zekerheid uitspraken te kunnen doen over de gehele populatie. Indien er generalisaties worden gedaan met behulp van het nomogram (zie bijlage1) zullen de uitspraken gedaan worden met een betrouwbaarheid van 95%. Afhankelijk van het aantal respondenten en het gevonden antwoord in het onderzoek, kunnen aan de hand van het nomogram de marges bepaald worden die betrekking hebben op de totale populatie. Als bijvoorbeeld 84 van de 384 werknemers (22%) aangeven dat zij tevreden zijn over de coaching, valt aan het nomogram af te lezen dat de marge voor de populatie werknemers dan ongeveer 4,1 % is. In dit geval kan met 95% zekerheid worden geconcludeerd dat het percentage personen in de gehele populatie werknemers dat tevreden is over het coachingaspect, zal liggen tussen 17,9% en 26,1%. Indien het aantal respondenten groter is, verandert de betrouwbaarheid niet, maar worden de marges kleiner zodat de uitspraken specifieker worden. 3. Nadere analyses Dit hoofdstuk toont de resulaten van de nadere analyses die zijn gedaan om mogelijke verbanden op grond van de resultaten uit hoofdstuk 2 te onderzoeken. Hiertoe zijn in samenspraak met het LCP een aantal hypothesen geformuleerd. Deze worden hieronder weergegeven en vergezeld van een korte toelichting. 3.1 Hypothesen De volgende hypothesen zijn nader onderzocht: 61

6 - er bestaat samenhang tussen de grootte van de organisatie en de scores op de kwadranten: administratief expert, belangenbehartiger van de werknemer, veranderingsmedium en strategisch partner Grotere organisaties scoren wellicht beter op het eerste kwadrant omdat zij een groter administratief apparaat hebben, maar slechter op het tweede kwadrant omdat de verantwoordelijkheid voor het welzijn van de medewerker bij de leidinggevende ligt en niet bij de afdeling P&O. - er zijn verschillen tussen de scores van jongere en oudere werknemers en P&O-functionarissen op de kwadranten Oudere werknemers zien de afdeling P&O waarschijnlijk nog echt als een administratief apparaat, terwijl jongere medewerkers ook oog hebben voor andere aspecten van hun takenpakket. - jongere en oudere werknemers en P&O-functionarissen antwoorden verschillend op de afzonderlijke vragen Jongere medewerkers zullen meer belang hechten aan ontwikkeling en functioneringsgesprekken dan oudere medewerkers. - het soort CAO dat binnen een organisatie geldt is gerelateerd aan de scores op de kwadranten, en aan de antwoorden op de afzonderlijke vragen Voorstelbaar is dat bedrijven met een branchecao hoger scoren op het kwadrant administratief expert omdat deze bedrijven vaak groter zijn en dientengevolge een groter administatief apparaat hebben. Wat de afzonderlijke vragen betreft zou er bijvoorbeeld een verband kunnen zijn tussen het soort cao dat een organisatie hanteert en de aanzet tot maximale prestaties van medewerkers. - er zijn verschillen tussen functie van de werknemers binnen het bedrijf in de scores op de kwadranten en in antwoorden op de afzonderlijke vragen Leidinggevende medewerkers scoren hoger op de kwadranten drie en vier, terwijl niet-leidinggevenden meer inzicht hebben in de taken die tot de eerste twee kwadranten behoren. - topmanagers en P&O-functionarissen hebben verschillende opvattingen over de rol van de afdeling P&O. Topmanagers lijken de personeelsafdeling meer dan functionarissen te zien als een veranderingsmedium binnen de organisatie. Daarnaast heerst de gedachte dat de afdeling P&O door beide groepen meer wordt beschouwd als administratief orgaan. - er bestaat een discrepantie tussen de werkelijkheid, dat wat men van toepassing vindt op de organisatie, en de persoonlijke beleving, dat wat men van belang acht. 62

7 P&O-ers vinden meer zaken van belang dan dat ze in hun organisatie doorgevoerd zien. 3.2 Gebruikte analysetechnieken Om de gemaakte assumpties te beantwoorden en te toetsen is gebruik gemaakt van Chi-kwadraattoetsing en regressieanalyse. Chi-kwadraattoetsing wordt toegepast om een verband tussen twee nominale of ordinale variabelen te toetsen. Bij een significant verband is er een verschil tussen de verwachte aantallen (dat wat men op grond van de nulhypothese verwacht: geen verband tussen de ene en de andere variabele) en de feitelijke aantallen (de uitkomsten van de toetsing). Wanneer er gesproken wordt over significantie, wordt bedoeld de statistische significantie met een betrouwbaarheid van 95%. Regressieanalyse wordt gebruikt wanneer men met één of meer onafhankelijke variabelen het effect op een of meer afhankelijke variabelen wil voorspellen. Ten behoeve van de aanvullende analyses is zo onder meer het effect voorspeld van organisatiegrootte op bijvoorbeeld een grote of minder grote rol van de afdeling P&O als administratief expert. Voor de interpretatie wordt gekeken naar de R kwadraat als maat voor verklaarde variantie. Deze waarde toont de sterkte van het verband tussen de onafhankelijke en de afhankelijke variabele. De gestandaardiseerde regressiecoëfficient Bèta toont de verwachte toename in de afhankelijke variabele bij toename van de onafhankelijke variabele. Als toets van significantie geldt de t-waarde. Het significantieniveau, dat voor een significant resultaat kleiner moet zijn dan 0.05, wordt in dit rapport aangegeven met rood. 63

8 3.3 Topmanagers Administrative expert Er is geen significant verband tussen de grootte van de organisatie en het soort CAO dat een organisatie voert met de administratieve rol van de afdeling P&O binnen de organisatie. Employee champion De rol van de afdeling P&O als belangenbehartiger van de werknemers hangt niet significant samen met de grootte van de organisatie, en het soort CAO binnen de organisatie. Change agent De mate waarin de afdeling P&O een veranderingsmedium binnen een organisatie is, staat los van de grootte van de organisatie, maar houdt wel significant verband met de CAO die binnen de organisatie geldt. De verklaarde variantie (R-square) is weliswaar laag (7%) maar de afzonderlijke variabele CAO is significant. Beta t sig. grootte van de organisatie soort CAO dat geldt binnen de organisatie Strategic partner Grootte van de organisatie en het soort CAO binnen de organisatie hebben ook op deze personele rol geen invloed. Met behulp van kruistabellen is een chi-kwadraat toets uitgevoerd. Hiermee wordt bekeken of de grootte van de organisatie significant samenhangt met de antwoorden die de topmanagers hebben gegeven op de afzonderlijke vragen. Alleen de significante resulaten zijn hieronder weergegeven. 64

9 3.3.1 Organisatiegrootte vraag 2.2. Human Resources draagt bij aan het uitvoeren van Human Resources processen. Iedere respondent (100%) heeft aangegeven dat deze stelling op zijn/haar organisatie van toepassing is. vraag 6.2. De afdeling Human Resources besteedt haar tijd aan operationele zaken. Iedere respondent (100%) heeft aangegeven dat deze stelling op zijn/haar organisatie van toepassing is. vraag 5.1. De afdeling Human Resources wordt gezien als een zakenpartner. De grootte van de organisatie hangt significant samen met de antwoorden die topmanagers geven op de vraag in hoeverre de effectiviteit van de afdeling P&O binnen hun organisatie wordt bepaald door haar vaardigheid om de organisatie te helpen met anticiperen op toekomstige ontwikkelingen.topmanagers die in kleine bedrijven werken (tot 200 werknemers), vinden deze stelling significant vaker niet van toepassing op hun organisatie, terwijl topmanagers uit middelgrote en grote bedrijven (vanaf 200 werknemers) de stelling juist vaker wel van toepassing op hun organisatie vinden. niet van toepassing wel van toepassing totaal minder dan 200 werknemers tussen de 200 en 500 werknemers meer dan 500 werknemers niet van toepassing wel van toepassing Totaal minder dan 200 werknemers 14% 86% 100% tussen de 200 en 500 werknemers 0% 100% 100% meer dan 500 werknemers 0% 100% 100% OrganisatieCAO vraag 2.2. Human Resources draagt bij aan het uitvoeren van Human Resources processen. Iedere respondent (100%) heeft aangegeven dat deze stelling op zijn/haar organisatie van toepassing is. vraag 6.2. De afdeling Human Resources besteedt haar tijd aan operationele zaken. Iedere respondent (100%) heeft aangegeven dat deze stelling op zijn/haar organisatie van toepassing is. vraag 5.1. De afdeling Human Resources wordt gezien als een zakenpartner. Welke soort CAO er binnen een organisatie gevoerd wordt, hangt significant samen met de antwoorden die de topmanagers hebben gegeven op vraag 5.1. Topmanagers die in 65

10 bedrijven werken die een bedrijfscao handhaven, zien hun P&O-afdeling significant vaker als zakenpartner dan topmanagers die in bedrijven werken die een branche-cao hebben. niet van toepassing wel van toepassing Totaal bedrijfscao branchecao niet van toepassing wel van toepassing Totaal bedrijfscao 22% 78% 100% branchecao 45% 55% 100% 3.4 Functionarissen Administrative expert Van de variabelen die ten behoeve van de administratieve rol in de regressieanalyse zijn meegenomen is alleen de grootte van de organisatie er van significante invloed op. De totale verklaarde variantie is laag (8%). Beta t sig. grootte van de organisatie soort CAO dat geldt binnen de organisatie functie branche leeftijd Employee champion Voor de rol van P&O als belangenbehartiger geldt dat de branche waarin de organisatie zich bevindt, er significant verband mee houdt. De verklaarde variantie is opnieuw laag (9%). Beta t sig. grootte van de organisatie soort CAO dat geldt binnen de organisatie functie branche leeftijd

11 Change agent Ook voor de rol van veranderend medium geldt dat alleen de branche van een organisatie er een significante invloed op uitoefent. De verklaarde variantie is 9%. Beta T sig. grootte van de organisatie soort CAO dat geldt binnen de organisatie functie branche leeftijd Strategic partner De branche waarin een organisatie opereert is ook bij de rol van strategisch partner het meest van invloed. De totale verklaarde variantie is echter opnieuw laag: 6%. Beta t sig. grootte van de organisatie soort CAO dat geldt binnen de organisatie functie branche leeftijd Functie Met behulp van kruistabellen en een chi-kwadraat toets is onderzocht of de functie die de P&O-functionaris bekleedt binnen het bedrijf, samenhangt met de antwoorden die hij/zij geeft op de afzonderlijke vragen. Geen enkele analyse bleek echter een significant resultaat te hebben, waardoor gesteld kan worden dat de functie die een P&Ofunctionaris heeft, niet van invloed is op de antwoorden die de functionarissen gegeven hebben. Vervolgens is gekeken naar de samenhang tussen de grootte van de organisatie en de antwoorden van de P&O-functionarissen op de afzonderlijke vragen Organisatiegrootte vraag 4. Onze organisatie streeft bewust naar het imago van goede werkgever. P&O-functionarissen in relatief kleine bedrijven zijn het significant vaker oneens met bovenstaande stelling (12%). Volgens de P&O-functionarissen streven bedrijven met meer dan 100 werknemers vaker naar het imago van goede werkgever. 67

12 minder dan 100 werknemers tussen 100 en 500 werknemers meer dan 500 werknemers minder dan 100 werknemers 88% 12% 100% tussen 100 en 500 werknemers 99% 1% 100% meer dan 500 werknemers 98% 2% 100% vraag 9. Onze organisatie zoekt bewust naar medewerkers die, mogelijk in de toekomst, essentiële functies kunnen bekleden. Ook hier zijn functionarissen uit de kleinere bedrijven het significant vaker dan de overige respondenten oneens met de stelling dat hun organisatie bewust zoekt naar medewerkers die essentiële functies kunnen bekleden: ruim zes van de tien functionarissen geven aan dat deze stelling niet op hun organisatie van toepassing is. minder dan 100 werknemers tussen 100 en 500 werknemers meer dan 500 werknemers minder dan 100 werknemers 38% 62% 100% tussen 100 en 500 werknemers 62% 38% 100% meer dan 500 werknemers 60% 40% 100% vraag 10. De regels en procedures met betrekking tot personele zaken die in onze organisatie gelden, zijn op schrift gesteld en voor iedereen beschikbaar. P&O-functionarissen die in grote organisaties werkzaam zijn, geven significant vaker dan de overige respondenten aan dat regels en procedures over personeelszaken op schrift staan en voor iedereen beschikbaar zijn (97%). Volgens de functionarissen is deze stelling op kleinere organisaties significant minder vaak van toepassing (88%). minder dan 100 werknemers tussen 100 en 500 werknemers meer dan 500 werknemers minder dan 100 werknemers 88% 13% 101% tussen 100 en 500 werknemers 91% 9% 100% meer dan 500 werknemers 97% 3% 100% 68

13 vraag 11. De manier van belonen in onze organisatie stimuleert tot maximale prestaties. P&O-functionarissen in grote bedrijven zijn significant vaker ontevreden over de manier van belonen in hun organisatie dan functionarissen die in kleinere en middelgrote bedrijven werken. Zeven van de tien functionarissen in deze groep geven aan dat bovenstaande stelling niet op hun organisatie van toepassing is. Kleinere organisaties hebben volgens de respondenten significant vaker een manier van belonen die wel tot maximale prestaties stimuleert. minder dan 100 werknemers tussen 100 en 500 werknemers meer dan 500 werknemers minder dan 100 werknemers 58% 42% 100% tussen 100 en 500 werknemers 44% 56% 100% meer dan 500 werknemers 30% 70% 100% vraag 13. Functies worden in onze organisatie gewaardeerd met behulp van een functiewaarderingssysteem. Functiewaarderingssystemen worden in grote organisaties volgens de functionarissen significant vaker gebruikt dan in kleinere en middelgrote bedrijven: bijna alle respondenten in deze groep geven aan dat de stelling van toepassing is op hun organisatie (97%). Meer dan een derde deel van de functionarissen uit kleinere organisaties (37%) geeft aan dat in hun bedrijf geen functiewaarderingssysteem bestaat, hetgeen significant meer is dan bij de overige respondenten. minder dan 100 werknemers tussen 100 en 500 werknemers meer dan 500 werknemers minder dan 100 werknemers 63% 37% 100% tussen 100 en 500 werknemers 78% 22% 100% meer dan 500 werknemers 97% 3% 100% vraag 19. Er wordt gericht beleid gevoerd om deel te nemen aan trainingen en opleidingen. Er is geen gerichte beleidsvoering met betrekking tot trainingen en opleidingen in bedrijven met minder dan 100 werknemers, volgens de respondenten. P&Ofunctionarissen in deze bedrijven geven significant vaker dan de overige functionarissen aan dat bovenstaande stelling niet van toepassing is op de organisatie waarin zij werkzaam zijn (41%). P&O-functionarissen in middelgrote bedrijven zeggen echter 69

14 significant vaker het tegendeel: ruim acht van de tien respondenten in deze groep bevestigt de stelling (82%). minder dan 100 werknemers tussen 100 en 500 werknemers meer dan 500 werknemers minder dan 100 werknemers 59% 41% 100% tussen 100 en 500 werknemers 82% 18% 100% meer dan 500 werknemers 71% 29% 100% vraag 24. Betrouwbare cijfers over ziekteverzuim, verloop, bezetting etc. zijn in onze organisatie altijd en voor iedereen beschikbaar. P&O-functionarissen in middelgrote bedrijven geven significant vaker dan de overige respondenten aan dat deze stelling van toepassing is op hun organisatie (88%). minder dan 100 werknemers tussen 100 en 500 werknemers meer dan 500 werknemers minder dan 100 werknemers 73% 27% 100% tussen 100 en 500 werknemers 88% 13% 100% meer dan 500 werknemers 71% 29% 100% vraag 25. Informatie over personele aangelegenheden (reglementen, formulieren etc.) worden digitaal (via internet/intranet, ) beschikbaar gesteld. In grote bedrijven wordt informatie over personele aangelegenheden volgens de respondenten significant vaker digitaal beschikbaar gesteld (71%) dan in kleinere en middelgrote organisaties. Kleinere bedrijven hebben significant minder vaak een digitaal informatiesysteem (37%). minder dan 100 werknemers tussen 100 en 500 werknemers meer dan 500 werknemers minder dan 100 werknemers 37% 63% 100% tussen 100 en 500 werknemers 61% 39% 100% meer dan 500 werknemers 71% 29% 100% 70

15 vraag 32. P&O heeft voldoende kennis op arbeidsrechtelijk- en sociale zekerheidsvlak. Volgens de P&O-functionarissen in kleinere bedrijven heeft hun afdeling significant vaker onvoldoende kennis op arbeidsrechtelijk- en sociale zekerheidsvlak. Ruim één op de tien respondenten in deze groep geeft aan dat de stelling niet op hun organisatie van toepassing is (13%). minder dan 100 werknemers tussen 100 en 500 werknemers meer dan 500 werknemers minder dan 100 werknemers 87% 13% 100% tussen 100 en 500 werknemers 96% 4% 100% meer dan 500 werknemers 98% 2% 100% vraag 33. P&O helpt op een klantvriendelijke manier bij individuele vragen of problemen. P&O-afdelingen in kleinere bedrijven zijn volgens de respondenten significant vaker niet klantvriendelijk genoeg wanneer werknemers bij hen aankloppen met vragen of problemen (9%). minder dan 100 werknemers tussen 100 en 500 werknemers meer dan 500 werknemers minder dan 100 werknemers 91% 9% 100% tussen 100 en 500 werknemers 99% 1% 100% meer dan 500 werknemers 97% 3% 100% Onderstaande kruistabellen laten een significant verband zien tussen de leeftijd van de P&O-functionarissen en de antwoorden van de functionarissen op deze vragen Leeftijd vraag 11. De manier van belonen in onze organisatie stimuleert tot maximale prestaties. Jongere P&O-functionarissen zijn significant vaker ontevreden over het beloningssysteem binnen hun organisatie, ruim acht van de tien respondenten in deze groep geven aan dat deze stelling niet van toepassing is op hun bedrijf (84%). Daarentegen vinden veertigers significant vaker dat het beloningssysteem in hun organisatie wel stimuleert tot maximale prestaties (51%). 71

16 jonger dan 30 jaar tot en met 39 jaar tot en met 49 jaar jaar of ouder jonger dan 30 jaar 16% 84% 100% 30 tot en met 39 jaar 43% 57% 100% 40 tot en met 49 jaar 51% 49% 100% 50 jaar of ouder 33% 67% 100% vraag 15. Naast het volgen van cursussen, wordt de ontwikkeling van medewerkers in onze organisatie bewust gestimuleerd door bijvoorbeeld deelname in projecten met andere afdelingen of het uitwisselen van ervaringen met andere specialisten. Wederom vinden de jongere functionarissen significant vaker een stelling niet van toepassing op hun organisatie dan de andere respondenten (73%). Oudere P&O-ers vinden echter significant vaker dat de ontwikkeling van medewerkers in hun organisatie wel bewust op verschillende manieren gestimuleerd wordt (79%). jonger dan 30 jaar tot en met 39 jaar tot en met 49 jaar jaar of ouder jonger dan 30 jaar 27% 73% 100% 30 tot en met 39 jaar 52% 48% 100% 40 tot en met 49 jaar 59% 41% 100% 50 jaar of ouder 79% 21% 100% Tenslotte is onderzocht of het soort CAO dat binnen een organisatie geldt verband houdt met de antwoorden die de P&O-functionarissen geven op de afzonderlijke vragen. Hieronder zijn alleen de significante resultaten weergegeven OrganisatieCAO vraag 3. Bij de selectie van een kandidaat wordt in het bijzonder gelet op zijn/haar vermogen om door te groeien naar een andere functie. Ruim driekwart van de P&O-ers die onder een bedrijfscao vallen, geeft aan dat bovenstaande stelling van toepassing is op hun organisatie. Dit is significant vaker dan de overige respondenten, van wie slechts ongeveer een derde deel dit aangeeft. 72

17 bedrijfscao kaderstellende branchecao algemeen verbindende branchecao geen CAO bedrijfscao 79% 21% 100% kaderstellende branchecao 32% 68% 100% algemeen verbindende branchecao 38% 63% 101% geen CAO 36% 64% 100% vraag 4. Onze organisatie streeft bewust naar het imago van goede werkgever. Volgens de respondenten streven organisaties die geen CAO handhaven, significant minder vaak naar het imago van goede werkgever (89%) dan organisaties die wel een CAO voeren. Alle P&O-functionarissen die in bedrijven werken die een eigen CAO hebben, geven zelfs aan dat bovenstaande stelling van toepassing is op hun organisatie. bedrijfscao kaderstellende branchecao algemeen verbindende branchecao geen CAO bedrijfscao 100% 0% 100% kaderstellende branchecao 96% 4% 100% algemeen verbindende branchecao 96% 4% 100% geen CAO 89% 11% 100% vraag 9. Onze organisatie zoekt bewust naar medewerkers die, mogelijk in de toekomst, essentiële functies kunnen bekleden. Wederom zijn functionarissen die onder een bedrijfscao vallen, het significant vaker oneens met een stelling: ruim driekwart van hen (77%) vindt dat hun organisatie bewust zoekt naar medewerkers die essentiële functies kunnen bekleden. Functionarissen in bedrijven die geen CAO hebben, vinden significant vaker dat de stelling niet op hun organisatie van toepassing is (66%). 73

18 bedrijfscao kaderstellende branchecao algemeen verbindende branchecao geen CAO bedrijfscao 77% 23% 100% kaderstellende branchecao 42% 58% 100% algemeen verbindende branchecao 50% 50% 100% geen CAO 34% 66% 100% vraag 10. De regels en procedures met betrekking tot personele zaken die in onze organisatie gelden, zijn op schrift gesteld en voor iedereen beschikbaar. In bedrijven die geen CAO voeren, zijn regels en procedures met betrekking tot personele zaken volgens de respondenten significant vaker niet op schrift gesteld en niet voor iedereen beschikbaar (15%) dan in bedrijven die wel een CAO hebben. bedrijfscao kaderstellende branchecao algemeen verbindende branchecao geen CAO bedrijfscao 96% 4% 100% kaderstellende branchecao 100% 0% 100% algemeen verbindende branchecao 93% 7% 100% geen CAO 85% 15% 100% vraag 11. De manier van belonen in onze organisatie stimuleert tot maximale prestaties. P&O-ers die in organisaties werken die geen CAO handhaven, vinden significant minder vaak dan de overige respondenten, dat bovenstaande stelling niet van toepassing is op hun organisatie. Zij zijn dus tevredener over dit aspect dan functionarissen die wel onder een CAO vallen. 74

19 bedrijfscao kaderstellende branchecao algemeen verbindende branchecao geen CAO bedrijfscao 46% 54% 100% kaderstellende branchecao 12% 88% 100% algemeen verbindende branchecao 31% 69% 100% geen CAO 65% 35% 100% vraag 12. Als iemand door zijn functioneren bijzondere successen voor de organisatie oogst, bijvoorbeeld in een kostenbesparend project, wordt dat beloond. P&O-functionarissen die onder een bedrijfscao vallen, zijn significant vaker tevreden over de beloningsmanier bij bijzondere successen dan andere P&O-ers: twee derde deel van hen (67%) geeft aan dat bovenstaande stelling van toepassing is op hun organisatie. bedrijfscao kaderstellende branchecao algemeen verbindende branchecao geen CAO bedrijfscao 67% 33% 100% kaderstellende branchecao 48% 52% 100% algemeen verbindende branchecao 44% 56% 100% geen CAO 51% 49% 100% vraag 13. Functies worden in onze organisatie gewaardeerd met behulp van een functiewaarderingssysteem. Bijna de helft van de P&O-ers die werkzaam zijn in een organisatie zonder CAO (46%) geeft aan dat er in hun bedrijf geen functiewaarderingssysteem gebruikt wordt. Dit is significant meer dan bij de andere functionarissen. bedrijfscao kaderstellende branchecao algemeen verbindende branchecao geen CAO bedrijfscao 96% 4% 100% kaderstellende branchecao 97% 3% 100% algemeen verbindende branchecao 84% 16% 100% geen CAO 54% 46% 100% 75

20 vraag 19. Er wordt gericht beleid gevoerd om deel te nemen aan trainingen of opleidingen. Volgens de respondenten wordt er in bedrijven met een eigen CAO significant vaker een gericht opleidingsbeleid gevoerd (87%) dan in andere bedrijven. Bijna de helft van de P&O-ers in bedrijven met een kaderstellende branchecao (48%) geeft aan dat de stelling juist niet van toepassing is op hun organisatie, en ook ruim vier van de tien respondenten (41%) zonder CAO antwoorden dit. bedrijfscao kaderstellende branchecao algemeen verbindende branchecao geen CAO bedrijfscao 87% 13% 100% kaderstellende branchecao 52% 48% 100% algemeen verbindende branchecao 72% 28% 100% geen CAO 59% 41% 100% vraag 23a. In onze organisatie wordt veel aandacht besteed aan veiligheid. In bedrijven die geen CAO voeren wordt volgens de respondenten significant minder aandacht besteed aan veiligheid (71%). Bedrijven met een bedrijfscao of een algemeen verbindende branchecao besteden volgens de functionarissen juist wel veel aandacht aan veiligheid (93%). bedrijfscao kaderstellende branchecao algemeen verbindende branchecao geen CAO bedrijfscao 93% 7% 100% kaderstellende branchecao 84% 16% 100% algemeen verbindende branchecao 93% 7% 100% geen CAO 71% 29% 100% vraag 23b. In onze organisatie wordt veel aandacht besteed aan welzijn en gezondheid. In bedrijven die geen CAO hebben, wordt volgens de functionarissen tevens minder aandacht besteed aan welzijn aan gezondheid dan in organisaties die een bedrijfscao of een algemeen verbindende branchecao voeren. Ook functionarissen die onder een kaderstellende branchecao vallen, geven significant vaker aan dat deze stelling niet van toepassing is op hun organisatie (14%). 76

21 bedrijfscao kaderstellende branchecao algemeen verbindende branchecao geen CAO bedrijfscao 97% 3% 100% kaderstellende branchecao 86% 14% 100% algemeen verbindende branchecao 95% 5% 100% geen CAO 83% 17% 100% vraag 24. Betrouwbare cijfers over ziekteverzuim, verloop, bezetting etc. zijn in onze organisatie altijd en voor iedereen beschikbaar. Bijna de helft van de P&O-ers die onder een kaderstellende branchecao vallen (45%), geeft aan dat er in hun organisatie geen betrouwbare cijfers over ziekteverzuim, verloop en bezetting voorhanden zijn. Dit is significant meer dan bij de andere respondenten. bedrijfscao kaderstellende branchecao algemeen verbindende branchecao geen CAO bedrijfscao 83% 17% 100% kaderstellende branchecao 55% 45% 100% algemeen verbindende branchecao 82% 18% 100% geen CAO 69% 31% 100% vraag 25. Informatie over personele aangelegenheden (reglementen, formulieren etc.) worden digitaal (via internet/intranet, ) beschikbaar gesteld. In organisaties die geen CAO voeren, wordt informatie over personele aangelegenheden volgens de P&O-functionarissen significant minder vaak digitaal beschikbaar gesteld (46%), terwijl dit in bedrijven met een eigen CAO juist significant vaker gebeurt (72%). 77

22 bedrijfscao kaderstellende branchecao algemeen verbindende branchecao geen CAO bedrijfscao 72% 28% 100% kaderstellende branchecao 68% 32% 100% algemeen verbindende branchecao 53% 47% 100% geen CAO 46% 54% 100% Scoreprofielen afzonderlijke vragen per kwadrant Voor een beter inzicht in de scores op de afzonderlijke vragen per kwadrant is gekeken naar de spreiding rondom het gemiddelde. Het begin van elk staafje in de onderstaande grafieken representeert de gemiddelde score per vraag en de lengte geeft de standaarddeviatie aan. Administratieve Expert Administrative Expert Vragen Gemiddelde Standaard deviatie Score 78

23 Employee champion Belangenbehartiger Gemiddelde Standaard deviatie Change Agent Veranderingsmedium Gemiddelde Standaard deviatie 79

24 Strategisch partner Strategisch Partner Gemiddelde Standaard deviatie Uit de grafieken is af te lezen dat P&O-functionarissen zichzelf het meest zien als veranderingsmedium en als strategisch partner, hoewel er op deze laatste rol gevarieerd gescoord wordt. Minder ziet men zichzelf de rol van belangenbehartiger uitoefenen of de rol van administratief expert aannemen. Wel is de spreiding rondom het gemiddelde en de variatie in scores bij de rol van administratief expert groot Een vergelijking met de topmanagers per kwadrant Topmanagers zouden meer dan functionarissen de P&O afdeling zien als een veranderingsmedium binnen de organisatie. Daarnaast heerst de gedachte dat de afdeling P&O door beide groepen wordt beschouwd als administratief orgaan. Analyse per kwadrant laat zien dat topmanagers de personeelsafdeling het meest zien als een administratief orgaan en als een veranderingsmedium. P&O functionarissen daarentegen, beschouwen de P&O-afdeling het meest als veranderingsmedium en als strategisch partner. Verschillen tussen de groepen zijn significant. Binnen de groep P&O functionarissen is het verschil tussen change agent en administrative expert significant. De onderstaande grafiek visualiseert dit. 80

25 Strategic partner Change agent Employee champion Functionarissen Topmanagers Administratief expert 0,0 10,0 20,0 30,0 40,0 3.5 Werknemers Administrative Expert Er bestaat een significant verband tussen de functie die de werknemer heeft binnen de organisatie, diens leeftijd en de grootte van de organisatie op de mate waarin de afdeling P&O een administratief expert wordt gevonden. De totale verklaarde variantie is 42%. Beta t sig. grootte van de organisatie soort CAO dat geldt binnen de organisatie functie branche leeftijd Employee champion De functie die een medewerker bekleedt binnen een bedrijf is van invloed op de mate waarin werknemers de afdeling P&O een belangenbehartiger van de werknemer vinden. Hetzelfde geldt voor de organisatiegrootte. De verklaarde variantie is 40%. Beta t sig. grootte van de organisatie soort CAO dat geldt binnen de organisatie functie branche leeftijd

26 Change agent De branche waarin de organisatie zich bevindt, de grootte van de organisatie en de functie die de medewerker uitoefent hebben invloed op de mate waarin de werknemers de afdeling P&O een veranderingsmedium binnen de organisatie vinden. De verklaarde variantie is 36%. Beta T sig. grootte van de organisatie soort CAO dat geldt binnen de organisatie functie branche leeftijd Strategic partner De functie die een medewerker bekleedt binnen een bedrijf, hangt ook hier significant samen met de mate waarin de afdeling P&O als een strategisch partner van de organisatie wordt gezien. Ook de grootte van een organisatie heeft opnieuw effect op de rol van de P&O afdeling als strategisch partner. De verklaarde variantie is 32%. Beta t sig. grootte van de organisatie soort CAO dat geldt binnen de organisatie functie branche leeftijd Een chi-kwadraat toets met behulp van kruistabellen is uitgevoerd om te onderzoeken of de functie die de werknemer heeft binnen het bedrijf samenhangt met de antwoorden die de werknemer geeft op de afzonderlijke vragen. Hieronder worden alleen de significante resultaten weergegeven. 82

27 3.5.1 Functie Vraag 18. Naast het volgen van cursussen wordt de ontwikkeling van medewerkers in onze organisatie bewust gestimuleerd door bijvoorbeeld deelname in projecten met andere afdelingen of het uitwisselen van ervaringen met andere specialisten. Leidinggevenden zijn het significant vaker eens met deze stelling dan medewerkers die geen leiding geven, meer dan de helft van hen (57%) vindt dat de ontwikkeling van medewerkers in hun organisatie inderdaad op verschillende manieren gestimuleerd wordt. niet-leidinggevende medewerker leidinggevende niet-leidinggevende medewerker 55% 45% 100% leidinggevende 43% 57% 100% Vraag 19. Bij het opstellen van de opleidingsplannen voor een afdeling wordt ook rekening gehouden met de persoonlijke wensen van de werknemers van die afdeling. Ruim driekwart van de leidinggevende werknemers (78%) is het eens met deze stelling. De niet-leidinggevende medewerkers denken hier significant anders over: van hen vindt slechts minder dan twee derde deel (63%) dat er bij het opstellen van opleidingsplannen rekening gehouden wordt met de wensen van de betrokken werknemers. niet-leidinggevende medewerker leidinggevende niet-leidinggevende medewerker 37% 63% 100% leidinggevende 22% 78% 100% Vraag 20. Er wordt een gericht beleid gevoerd om werknemers te stimuleren om deel te nemen aan trainingen en opleidingen. Wederom zijn leidinggevende werknemers significant positiever dan niet-leidinggevende werknemers: ruim zes van de tien leidinggevenden (61%) zijn het eens met de stelling, terwijl dit bij de niet-leidinggevenden minder dan de helft is (49%). 83

28 niet-leidinggevende medewerker leidinggevende niet-leidinggevende medewerker 51% 49% 100% leidinggevende 39% 61% 100% Vraag 22. De belangrijkste taak van de afdeling P&O binnen onze organisatie is de administratieve afhandeling van personeelsaangelegenheden. Driekwart van de werknemers die geen leidinggevende functie hebben, vindt administratie de belangrijkste taak van de afdeling P&O. Leidinggevenden zijn het significant vaker oneens met deze stelling, maar liefst vier van de tien leidinggevenden vinden administratie niet de belangrijkste taak van deze afdeling, ten opzichte van een kwart van de niet-leidinggevenden. niet-leidinggevende medewerker leidinggevende niet-leidinggevende medewerker 25% 75% 100% leidinggevende 40% 60% 100% Vraag 23. Een belangrijke taak van de afdeling P&O binnen onze organisatie is het bijdragen aan de ontwikkeling en zelfontplooïng van medewerkers. Leidinggevende medewerkers vinden het bijdragen aan de ontwikkeling en zelfontplooïng van medewerkers significant vaker een belangrijke taak van de afdeling P&O dan medewerkers die geen leiding geven. Ruim de helft van hen (55%) is het eens met bovenstaande stelling, terwijl dit bij de niet-leidinggevenden ruim vier van tien medewerkers zijn (42%). niet-leidinggevende medewerker leidinggevende niet-leidinggevende medewerker 58% 42% 100% leidinggevende 45% 55% 100% 84

29 Vraag 28. In onze organisatie wordt veel aandacht besteed aan de veiligheid van werknemers. Een overgrote meerderheid van de leidinggevende medewerkers (87%) vindt dat in hun organisatie veel aandacht wordt besteed aan de veiligheid van werknemers. Van de werknemers die geen leidinggevende functie hebben is ruim driekwart (76%) het eens met deze stelling, hetgeen significant minder is als bij de leidinggevenden. niet-leidinggevende medewerker leidinggevende niet-leidinggevende medewerker 24% 76% 100% leidinggevende 13% 87% 100% Vraag 29. In onze organisatie wordt veel aandacht besteed aan de gezondheid van werknemers. Van de niet-leidinggevende werknemers vindt bijna twee derde deel (63%) dat in hun organisatie veel aandacht wordt besteed aan de gezondheid van werknemers. De werknemers die een leidinggevende functie bekleden zijn het ook significant vaker eens met deze stelling: acht van de tien leidinggevenden vinden dat er in hun organisatie veel aandacht wordt besteed aan de gezondheid van werknemers. niet-leidinggevende medewerker leidinggevende niet-leidinggevende medewerker 37% 63% 100% leidinggevende 20% 80% 100% Medewerkers uit kleine organisaties die geen P&O afdeling hebben, hebben een groot deel van de vragenlijst niet ingevuld. Omdat hierdoor niet alle categorieën van de variabele grootte van de organisatie met voldoende respondenten zijn vertegenwoordigd, is statistische toetsing niet toegepast. Derhalve is niet onderzocht of grootte van de organisatie verband houdt met de antwoorden op de afzonderlijke vragen. 85

30 3.5.2 OrganisatieCAO vraag 2. De werving en selectie van nieuwe medewerkers is binnen onze organisatie goed georganiseerd. Medewerkers van organisaties die een branchecao handhaven, vinden de werving en selectie van nieuwe medewerkers significant vaker niet goed georganiseerd dan medewerkers in organisaties die een bedrijfscao voeren of die geen CAO hebben. Ruim een derde deel van de medewerkers die onder een branchecao vallen, is het oneens met de bovenstaande stelling. Een overgrote meerderheid van de overige werknemers (81%) is het echter eens met de stelling. bedrijfscao algemeen verbindende branchecao kaderstellende branche CAO geen CAO bedrijfscao 19% 81% 100% algemeen verbindende branchecao 36% 64% 100% kaderstellende branche CAO 38% 63% 100% geen CAO 19% 81% 100% vraag 3. Nieuwe medewerkers moeten in ons bedrijf altijd een introductieprogramma volgen. Wederom zijn de medewerkers die onder een branchecao vallen, het significant vaker oneens met de stelling dan de overige respondenten: ongeveer de helft van hen geeft aan dat nieuwe medewerkers in hun organisatie niet altijd een introductieprogramma hoeven te volgen. Medewerkers van bedrijven die een bedrijfscao hebben of die geen CAO voeren, zeggen over het algemeen dat een introductieprogramma wel standaard is. Zij zijn het vaker eens met de stelling. bedrijfscao algemeen verbindende branchecao kaderstellende branche CAO geen CAO bedrijfscao 29% 71% 100% algemeen verbindende branchecao 46% 54% 100% kaderstellende branche CAO 50% 50% 100% geen CAO 23% 77% 100% 86

31 vraag 4. Bij de selectie van een nieuwe werknemer wordt in het bijzonder gelet op zijn/haar vermogen om door te groeien naar een andere functie. De meningen van medewerkers in bedrijven die een eigen CAO hebben of geen enkele CAO voeren, zijn verdeeld. Medewerkers die onder een algemeen verbindende branchecao vallen, vinden echter significant vaker dat er in hun organisatie bij de selectie van nieuwe werknemers niet echt gelet wordt op zijn of haar vermogen om door te groeien, want bijna driekwart van hen (71%) is het niet eens met bovenstaande stelling. bedrijfscao algemeen verbindende branchecao kaderstellende branche CAO geen CAO bedrijfscao 50% 50% 100% algemeen verbindende branchecao 71% 29% 100% kaderstellende branche CAO 60% 40% 100% geen CAO 47% 53% 100% vraag 5. Onze organisatie streeft ernaar dat alle medewerkers in principe kunnen doorgroeien naar een andere (hogere) functie. Het grootste deel van de werknemers die onder een algemeen verbindende branchecao vallen (64%), vindt dat hun organisatie er niet naar streeft dat medewerkers doorgroeien naar andere functies. De meeste medewerkers van organisaties met een eigen CAO of helemaal geen CAO vinden echter dat hun organisatie er wel degelijk naar streeft dat medewerkers kunnen doorgroeien naar andere functies (resp. 51% en 67%). bedrijfscao algemeen verbindende branchecao kaderstellende branche CAO geen CAO bedrijfscao 49% 51% 100% algemeen verbindende branchecao 64% 36% 100% kaderstellende branche CAO 54% 46% 100% geen CAO 33% 67% 100% 87

32 vraag 11. De manier van belonen in onze organisatie stimuleert tot maximale prestaties. Volgens de medewerkers hebben organisaties die geen CAO voeren, significant vaker een manier van belonen die tot maximale prestaties stimuleert (54%). Bedrijven die een algemeen verbindende branchecao handhaven, hebben volgens de medewerkers significant vaker geen goed beloningssysteem, want ruim driekwart van hen (77%) is het oneens met bovenstaande stelling. bedrijfscao algemeen verbindende branchecao kaderstellende branche CAO geen CAO bedrijfscao 70% 30% 100% algemeen verbindende branchecao 77% 23% 100% kaderstellende branche CAO 69% 31% 100% geen CAO 46% 54% 100% vraag 12. In het jaarlijkse functioneringsgesprek worden de persoonlijke doelstellingen voor de komende periode afgesproken. Bedrijven die een branchecao hebben, komen minder goed uit de bus: ruim een derde deel van de medewerkers die onder een algemeen verbindende branchecao vallen (34%), is het oneens met bovenstaande stelling, van de medewerkers onder een kaderstellende branchecao geven zelfs ruim vier van de tien respondenten (42%) aan het ermee oneens te zijn. De overige respondenten vinden significant vaker dat de stelling wel op hun organisatie van toepassing is, vooral de werknemers die niet onder een CAO vallen, antwoorden opvallend vaak dat zij het eens zijn met deze stelling. bedrijfscao algemeen verbindende branchecao kaderstellende branche CAO geen CAO bedrijfscao 21% 79% 100% algemeen verbindende branchecao 34% 66% 100% kaderstellende branche CAO 42% 58% 100% geen CAO 14% 86% 100% 88

33 vraag 13. Als iemand door zijn functioneren bijzondere successen voor de organisatie oogst, bijvoorbeeld in een kostenbesparend project, wordt dat beloond. De medewerkers zonder CAO reageren significant positiever op de stelling over het beloningssysteem binnen de organisatie: bijna twee derde deel van hen (64%) geeft aan het eens te zijn met de stelling. Ook degenen die onder een bedrijfscao vallen, zijn het significant vaker eens met deze stelling (54%). Medewerkers van bedrijven met een branchecao zijn duidelijk minder tevreden: een ruime meerderheid vindt niet dat bijzonder functioneren beloond wordt binnen hun organisatie. bedrijfscao algemeen verbindende branchecao kaderstellende branche CAO geen CAO bedrijfscao 46% 54% 100% algemeen verbindende branchecao 70% 30% 100% kaderstellende branche CAO 73% 27% 100% geen CAO 36% 64% 100% vraag 17. Medewerkers worden begeleid bij het ontwikkelen van persoonlijke eigenschappen en vaardigheden die voor de functie vereist zijn. Werknemers die onder een kaderstellende branchecao vallen, zijn significant vaker ontevreden over de begeleiding van medewerkers bij het ontwikkelen van persoonlijke eigenschappen en vaardigheden die voor de functie vereist zijn. Terwijl van de overige medewerkers ruim een derde deel het eens is met bovenstaande stelling, is van deze respondenten ongeveer de helft het oneens met de stelling. oneens eens Total bedrijfscao algemeen verbindende branchecao kaderstellende branche CAO geen CAO oneens eens Total bedrijfscao 32% 68% 100% algemeen verbindende branchecao 47% 53% 100% kaderstellende branche CAO 55% 45% 100% geen CAO 31% 69% 100% 89

34 vraag 21. Door regelmatige scholing en/of training wordt ervoor gezorgd dat medewerkers breed inzetbaar zijn. Vooral werknemers van organisaties met een eigen (bedrijfs-)cao vinden dat er in hun organisatie veel gebruik wordt gemaakt van scholing en training om een brede inzetbaarheid te bewerkstelligen (68%). Volgens de werknemers worden scholing en training in organisaties die een algemeen verbindende branchecao hebben, minder vaak ingezet voor een brede inzetbaarheid. bedrijfscao algemeen verbindende branchecao kaderstellende branche CAO geen CAO bedrijfscao 32% 68% 100% algemeen verbindende branchecao 54% 46% 100% kaderstellende branche CAO 44% 56% 100% geen CAO 41% 59% 100% vraag 22. De belangrijkste taak van de afdeling P&O binnen onze organisatie is de administratieve afhandeling van personeelsaangelegenheden. Medewerkers van organisaties die een algemeen verbindende branchecao voeren, vinden significant vaker (78%) dat administratieve afhandeling van personeelsaangelegenheden, de belangrijkste taak van de afdeling P&O is. Medewerkers die onder een bedrijfscao vallen, zijn het hier significant vaker mee oneens (37%). bedrijfscao algemeen verbindende branchecao kaderstellende branche CAO geen CAO bedrijfscao 37% 63% 100% algemeen verbindende branchecao 22% 78% 100% kaderstellende branche CAO 33% 67% 100% geen CAO 34% 66% 100% 90

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Hoge verwachtingen over pas gediplomeerden. Utrecht: NIVEL, 2010

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Hoge verwachtingen over pas gediplomeerden. Utrecht: NIVEL, 2010 Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Hoge verwachtingen over pas gediplomeerden. Utrecht: NIVEL, 2010) worden gebruikt.

Nadere informatie

Internetpeiling ombuigingen

Internetpeiling ombuigingen Internetpeiling ombuigingen In opdracht van: Gemeente Sittard-Geleen januari 2012 Flycatcher Internet Research, 2004 Dit materiaal is auteursrechtelijk beschermd en kopiëren zonder schriftelijke toestemming

Nadere informatie

Opzet en uitvoering onderzoek 'Motie Straus'

Opzet en uitvoering onderzoek 'Motie Straus' Opzet en uitvoering onderzoek 'Motie Straus' Aansluiting mbo-opleidingen op de arbeidsmarkt gev16-0731mr/bes_alg 1 1. Inleiding Aanleiding en achtergrond onderzoek Op 14 oktober 2015 heeft Tweede Kamerlid

Nadere informatie

Een vragenlijst voor de Empowerende Omgeving

Een vragenlijst voor de Empowerende Omgeving Een vragenlijst voor de Empowerende Omgeving Introductie Met de REQUEST methode wordt getracht de participatie van het individu in hun eigen mobiliteit te vergroten. Hiervoor moet het individu voldoende

Nadere informatie

Voorzieningen Bewonerspanel Roerdalen

Voorzieningen Bewonerspanel Roerdalen Voorzieningen april 2011 Flycatcher Internet Research, 2004 Dit materiaal is auteursrechtelijk beschermd en kopiëren zonder schriftelijke toestemming van de uitgever is dan ook niet toegestaan. P.O. Box

Nadere informatie

FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE. Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek mei 2016

FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE. Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek mei 2016 ARBEIDSMARKTPLATFORM PO. Van en voor werkgevers en werknemers FORMELE GESPREKKEN, REGELDRUK EN REGELRUIMTE Analyse op basis van het Personeels- en Mobiliteitsonderzoek 2014 mei 2016 1 Arbeidsmarktplatform

Nadere informatie

Rapportage Medewerkerstevredenheidsonderzoek

Rapportage Medewerkerstevredenheidsonderzoek Rapportage Medewerkerstevredenheidsonderzoek 2017 Versie 1.0.0 Drs. J.J. Laninga maart 2016 MTO-CQI www.triqs.nl Voorwoord Met genoegen bieden wij u hierbij de rapportage aan over het uitgevoerde medewerkerstevredenheidsonderzoek

Nadere informatie

Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties

Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties in de architectenbranche QUICKSCAN mei 2013 Inhoud Monitor Volwaardige Arbeidsrelaties 3 Resultaten 6 Bureau-intermediair I Persoonlijk urenbudget 6 Keuzebepalingen

Nadere informatie

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking, G. Waverijn & M. Rijken, NIVEL, januari

Nadere informatie

MENSENRECHTEN & BEDRIJFSLEVEN. ICCO Onderzoek 2015

MENSENRECHTEN & BEDRIJFSLEVEN. ICCO Onderzoek 2015 MENSENRECHTEN & BEDRIJFSLEVEN ICCO Onderzoek 2015 Inhoud 1. Uitgangspunten 2. Onderzoek Demografie Bedrijfsgegevens Functie van de respondent Landen Wat zijn mensenrechten? Waarom mensenrechten? Six step

Nadere informatie

Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's

Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's Versie 5.0.0 Drs. J.J. Laninga December 2015 www.triqs.nl Voorwoord Met genoegen bieden wij u hierbij de rapportage aan over het uitgevoerde ervaringsonderzoek naar

Nadere informatie

Behoeftes rijksambtenaren in kaart Flitspanelonderzoek oktober Een uitgave in het kader van het strategisch personeelsbeleid Rijk

Behoeftes rijksambtenaren in kaart Flitspanelonderzoek oktober Een uitgave in het kader van het strategisch personeelsbeleid Rijk Behoeftes rijksambtenaren in kaart Flitspanelonderzoek oktober 2017 Een uitgave in het kader van het strategisch personeelsbeleid Rijk Managementsamenvatting In het kader van de totstandkoming van het

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Cliëntervaringsonderzoek Wmo RAPPORTAGE Cliëntervaringsonderzoek Wmo Gemeente Stichtse Vecht november 2018 RESULTAAT KWALITEIT CONTACT Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2017 Gemeente Stichtse Vecht Deze samenvatting presenteert de belangrijkste

Nadere informatie

Tevredenheid Abw-cliënten. Benchmark rapportage gemeente Maassluis. December 2003

Tevredenheid Abw-cliënten. Benchmark rapportage gemeente Maassluis. December 2003 Tevredenheid Abw-cliënten Benchmark rapportage gemeente Maassluis December 2003 Benchmark Werk, Inkomen en Zorg Postbus 85932 2508CP Den Haag telefoon (070) 346 93 00 e-mail: gsd.benchmark@vng.nl website:

Nadere informatie

Centrum van Horst Wonen Limburg

Centrum van Horst Wonen Limburg Centrum van Horst Wonen Limburg januari 2013 Flycatcher Internet Research, 2004 Dit materiaal is auteursrechtelijk beschermd en kopiëren zonder schriftelijke toestemming van de uitgever is dan ook niet

Nadere informatie

Algemene tevredenheidsmeting UM Medewerkers. Deelrapport: Faculty of Arts and Social Sciences (FASoS)

Algemene tevredenheidsmeting UM Medewerkers. Deelrapport: Faculty of Arts and Social Sciences (FASoS) Algemene tevredenheidsmeting UM Medewerkers Deelrapport: Faculty of Arts and Social Sciences (FASoS) juli 2010 Inhoudsopgave 1 Inleiding 1 1.1 Doelstelling van het onderzoek 1 1.2 De vragenlijst 1 1.3

Nadere informatie

Onderzoek naar de effectiviteit van Business Control 2018

Onderzoek naar de effectiviteit van Business Control 2018 Onderzoek naar de effectiviteit van Business Control 2018 Eerste inzichten v Rotterdam, december 2018 Inleiding tot deze eerste inzichten Inleiding tot ons onderzoek FinTouch doet 2-jaarlijks onderzoek

Nadere informatie

Case Medewerkerstevredenheiden betrokkenheidscan

Case Medewerkerstevredenheiden betrokkenheidscan Case Medewerkerstevredenheiden betrokkenheidscan Hoe tevreden zijn de medewerkers met en hoe betrokken zijn zij bij de organisatie en welke verbeterpunten ziet men voor de toekomst? Wat is medewerkerstevredenheid

Nadere informatie

Werkbelevingsonderzoek 2013

Werkbelevingsonderzoek 2013 Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:

Nadere informatie

TEVREDENHEIDSONDERZOEK ZAANLANDS LYCEUM 2014

TEVREDENHEIDSONDERZOEK ZAANLANDS LYCEUM 2014 TEVREDENHEIDSONDERZOEK ZAANLANDS LYCEUM 2014 Inleiding In maart van dit jaar heeft adviesbureau Van Beekveld en Terpstra in opdracht van het College van Bestuur van OVO Zaanstad op de scholen van OVO een

Nadere informatie

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting

A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (A.J.E. de Veer, R. Verkaik & A.L. Francke. Stagiairs soms slecht voorbereid op praktijk. Zorgverleners over de aansluiting

Nadere informatie

BURGERPANEL OIRSCHOT PEILING 4 2015 DIENSTVERLENING

BURGERPANEL OIRSCHOT PEILING 4 2015 DIENSTVERLENING BURGERPANEL OIRSCHOT PEILING 4 2015 DIENSTVERLENING Gemeente Oirschot Oktober 2015 Colofon Uitgave: Research 2Evolve Tesselschadelaan 15A 1217 LG Hilversum Tel: (035) 623 27 89 info@research2evolve.nl

Nadere informatie

Resultaten nationaal onderzoek over duurzame inzetbaarheid 2016

Resultaten nationaal onderzoek over duurzame inzetbaarheid 2016 Resultaten Nationaal Onderzoek Over 2016 inzetbaarheid: de basis is gelegd inzet staat op de strategische agenda van het management bij de helft van de Nederlandse bedrijfsorganisaties. Dit blijkt uit

Nadere informatie

Peiling Flexibel werken in de techniek 2015

Peiling Flexibel werken in de techniek 2015 Peiling Flexibel werken in de techniek 2015 Peiling Flexibel werken in de techniek 2015 Inleiding Voor goede bedrijfsresultaten is het voor bedrijven van belang om te kunnen beschikken over voldoende goede,

Nadere informatie

Resultaten uit het onderzoek naar de opleidingsbehoefte van wethouders

Resultaten uit het onderzoek naar de opleidingsbehoefte van wethouders Resultaten uit het onderzoek naar de opleidingsbehoefte van wethouders 15 december 2010 Keuze van trainingen, opleidingen en cursussen Van de 275 respondent heeft 35% geen enkele scholingsactiviteit gevolgd.

Nadere informatie

Werkdruk in het onderwijs

Werkdruk in het onderwijs Rapportage Werkdruk in het primair en voortgezet onderwijs DUO ONDERWIJSONDERZOEK drs. Vincent van Grinsven dr. Eric Elphick drs. Liesbeth van der Woud Maart 2012 tel: 030-2631080 fax: 030-2616944 email:

Nadere informatie

Rapportage Medewerkersonderzoek 2013 de DCW medewerkers gedetacheerd

Rapportage Medewerkersonderzoek 2013 de DCW medewerkers gedetacheerd Rapportage Medewerkersonderzoek 2013 de DCW medewerkers gedetacheerd 0 Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 Samenvatting 3 Resultaten 6 Respons Over de respondenten Rapportcijfer Werkbeleving 10 Leidinggeven(den)

Nadere informatie

WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID

WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID WERKNEMERS EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID In opdracht van Delta Lloyd Maart 2015 1 Inhoudsopgave 1. Management Summary 2. Onderzoeksresultaten Verzuim Kennis en verzekeringen Communicatie Opmerkingen 3. Onderzoeksverantwoording

Nadere informatie

HR & Participatie 2014-2015

HR & Participatie 2014-2015 HR & Participatie 2014-2015 samenvatting Het onderzoek naar de Participatiewet 2015 is een kwantitatief online onderzoek uitgevoerd onder Nederlandse bedrijven (verdeeld naar de categorieën 50-99 werk

Nadere informatie

Loopbanen in het onderwijs? Analyse van de loopbaanontwikkeling van onderwijspersoneel

Loopbanen in het onderwijs? Analyse van de loopbaanontwikkeling van onderwijspersoneel Loopbanen in het onderwijs? Analyse van de loopbaanontwikkeling van onderwijs 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding 2. Resultaten Karin Jettinghoff en Jo Scheeren, SBO Januari 2010 2 1. Inleiding Tot voor kort

Nadere informatie

Landelijk cliëntervaringsonderzoek

Landelijk cliëntervaringsonderzoek Landelijk cliëntervaringsonderzoek Monitor Januari t/m december 2016 Ons kenmerk: 17.0010587 Datum: 22-09-2017 Contactpersoon: Rosan Hilhorst E-mail: Contractbeheer@regiogv.nl Inhoud 1. Inleiding... 3

Nadere informatie

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN

ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer Definitieve versie 27 oktober 2014 ARGO BV Inhoudsopgave 1. INLEIDING EN VRAAGSTELLING... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Vraagstelling...

Nadere informatie

Praktische tips voor succesvol marktonderzoek in de land- en tuinbouwsector

Praktische tips voor succesvol marktonderzoek in de land- en tuinbouwsector marktonderzoek in de land- en tuinbouwsector Marktonderzoek kunt u prima inzetten om informatie te verzamelen over (mogelijke) markten, klanten of producten, maar bijvoorbeeld ook om de effectiviteit van

Nadere informatie

Rapportage Leerlingtevredenheid. Samenvatting van leerlingtevredenheidsmetingen onder 57 ECABO- leerbedrijven

Rapportage Leerlingtevredenheid. Samenvatting van leerlingtevredenheidsmetingen onder 57 ECABO- leerbedrijven Rapportage Leerlingtevredenheid Samenvatting van leerlingtevredenheidsmetingen onder 57 ECABO- leerbedrijven Rob Swager ECABO, mei 2011 1. Inleiding... 3 2. Tevredenheid algemeen.... 4 3. Aspecten die

Nadere informatie

Onderzoek Passend Onderwijs

Onderzoek Passend Onderwijs Rapportage Onderzoek passend onderwijs In samenwerking met: Algemeen Dagblad Contactpersoon: Ellen van Gaalen Utrecht, augustus 2015 DUO Onderwijsonderzoek drs. Liesbeth van der Woud drs. Tanya Beliaeva

Nadere informatie

Strategie en resultaat

Strategie en resultaat Strategie en resultaat Hoe goed zijn Nederlandse organisaties in het omzetten van strategie in resultaat? Het antwoord op die vraag krijgen, dat was het doel van het onderzoek van Yvonne Nijkamp Msc, dat

Nadere informatie

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers

Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers Evaluatie Back to Basics: De Nieuwe Koers nderzoek uitgevoerd in opdracht van: Gemeente Goirle DIMENSUS beleidsonderzoek April 2012 Projectnummer 488 Het onderzoek De gemeente Goirle is eind april 2010

Nadere informatie

Nationaal Onderzoek Over Duurzame Inzetbaarheid 2017

Nationaal Onderzoek Over Duurzame Inzetbaarheid 2017 Nationaal Onderzoek Over Duurzame Inzetbaarheid 2017 1 Resultaten Nationaal Onderzoek Duurzame Inzetbaarheid 2017 Nationaal Onderzoek Over Duurzame Inzetbaarheid 2017 2 Duurzame inzet in 2017 blijft een

Nadere informatie

Resultaat tevredenheidsonderzoek externe relaties Odion

Resultaat tevredenheidsonderzoek externe relaties Odion Resultaat tevredenheidsonderzoek externe relaties Odion Resultaat externe tevredenheidsmeting Pagina 1 Rinske Rill en Dea Bobeldijk. 21 mei 1 Inhoud Samenvatting... 1. Inleiding... 4 2. Aantallen respondenten...

Nadere informatie

Jaarrapport Het Voorbeeld BV 2007

Jaarrapport Het Voorbeeld BV 2007 Jaarrapport Het Voorbeeld BV 2007 Copyright Niets uit deze uitgave mag zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Cenzo worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt. Voor het gebruik van

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Jeugd. Gemeente Bloemendaal. 5 oktober 2016 V1.0

Cliëntervaringsonderzoek Jeugd. Gemeente Bloemendaal. 5 oktober 2016 V1.0 Cliëntervaringsonderzoek 2015 Jeugd Gemeente Bloemendaal 5 oktober 2016 V1.0 Inhoudsopgave Doelstelling Blz. 3 Werkwijze Blz. 4 Onderzoeksdoelgroep Blz. 5 Resultaten cliëntervaringsonderzoek Blz. 6 Toegang

Nadere informatie

Enquête herinrichting Botenbuurt 2016

Enquête herinrichting Botenbuurt 2016 Enquête herinrichting Botenbuurt 2016 December 2016 Kenniscentrum MVS Gemeente Schiedam E n q u ê t e h e r i n r i c h t i n g B o t e n b u u r t P a g i n a 1 Inleiding De gemeente Schiedam voert in

Nadere informatie

Nederlandse werkgevers en duurzame inzetbaarheid

Nederlandse werkgevers en duurzame inzetbaarheid 1 Nederlandse werkgevers en duurzame inzetbaarheid Inleiding Het streven naar gezonde werknemers die zo weinig mogelijk ziek zijn is een streven van iedere werkgever. Het werken aan duurzame inzetbaarheid

Nadere informatie

rapportage Advisering over duurzamere alternatieven voor de cv-ketel april 2018

rapportage Advisering over duurzamere alternatieven voor de cv-ketel april 2018 rapportage Advisering over duurzamere alternatieven voor de cv-ketel april 2018 01 Inleiding 2 Aanleiding Ingegeven door de wens om de aardgaswinning in Nederland verder te verminderen, neemt de druk op

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek. Compagnon

Klanttevredenheidsonderzoek. Compagnon Klanttevredenheidsonderzoek Compagnon 1-4-2016 Inhoudsopgave A. Cedeo-erkenning B. Klanttevredenheidsonderzoek Opdrachtgevers C. Conclusie Cedeo 2016 Compagnon 2 A. Cedeo-erkenning 1. Achtergrond Er zijn

Nadere informatie

Klanttevredenheid consultatiebureaus Careyn

Klanttevredenheid consultatiebureaus Careyn Klanttevredenheid consultatiebureaus Careyn Klanten van Careyn over het consultatiebureau Inhoud: 1. Conclusies 2. Algemene dienstverlening 3. Het inloopspreekuur 4. Telefonische dienstverlening 5. Persoonlijk

Nadere informatie

Rapportage Wmo onderzoek Communicatie

Rapportage Wmo onderzoek Communicatie Rapportage Wmo onderzoek Communicatie Cliënten zijn tevreden over hoe het proces nu verloopt, voornamelijk door de inzet van traditionele communicatiekanalen 23 juli 2014 Versie 1,0 Inhoudsopgave Doelstelling

Nadere informatie

Toelichting op Medewerkeronderzoek door H&S Adviesgroep

Toelichting op Medewerkeronderzoek door H&S Adviesgroep Toelichting op Medewerkeronderzoek door H&S Adviesgroep H&S Adviesgroep kan u ondersteunen bij het uitvoeren van een Medewerkeronderzoek. Organisaties zetten deze onderzoeken in om bijvoorbeeld de werkbeleving,

Nadere informatie

Resultaten vrijwilligerstevredenheidsonderzoek SZMK 2013

Resultaten vrijwilligerstevredenheidsonderzoek SZMK 2013 Resultaten vrijwilligerstevredenheidsonderzoek SZMK 21 Oktober 21 1 Inhoudsopgave H1 Inleiding H2 Aantal vrijwilligers per sector/locatie en respons H Resultaten vrijwilligerstevredenheidsonderzoek 21

Nadere informatie

Samenvatting en rapportage Klanttevredenheidsonderzoek PPF 2011/2012

Samenvatting en rapportage Klanttevredenheidsonderzoek PPF 2011/2012 Samenvatting en rapportage Klanttevredenheidsonderzoek PPF 0/0 Stichting Personeelspensioenfonds Cordares (PPF) Astrid Currie, communicatieadviseur Maart 0 versie.0 Pagina versie.0 Inleiding Op initiatief

Nadere informatie

Jaarrapport Cenzo totaal 2013

Jaarrapport Cenzo totaal 2013 Jaarrapport Cenzo totaal 2013 Copyright Niets uit deze uitgave mag zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Cenzo worden verveelvoudigd en/of openbaar worden gemaakt. Voor het gebruik van de informatie

Nadere informatie

Mate van tevredenheid van deelnemers aan de training in de cursuskalender

Mate van tevredenheid van deelnemers aan de training in de cursuskalender Mate van tevredenheid van deelnemers aan de training in de cursuskalender Digitaal Cursisten - Panelonderzoek 1 WoonWerk Jonna Stasse Woerden, mei 2007 In geval van overname van het datamateriaal is bronvermelding

Nadere informatie

Resultaten onderzoek: Redenen waarom mensen niet-presteren

Resultaten onderzoek: Redenen waarom mensen niet-presteren Resultaten onderzoek: Redenen waarom mensen niet-presteren 305 respondenten hebben deelgenomen aan de enquête rond redenen waarom mensen niet-presteren. De resultaten van deze enquête worden o.a. gebruikt

Nadere informatie

Marktonderzoek en kwaliteitsmeting nova uitzendbureau 2003-2004

Marktonderzoek en kwaliteitsmeting nova uitzendbureau 2003-2004 Marktonderzoek en kwaliteitsmeting nova uitzendbureau 2003-2004 1 Inleiding 1.1 Achtergrond en doelstellingen nova heeft de afgelopen jaren haar dienstenpakket steeds verder uitgebreid. Het was nu tijd

Nadere informatie

Innovatie, ontwikkelingen en samenwerking. Een blik op het micro-mkb op basis van de Innovatief Personeelsbeleid-vragenlijst.

Innovatie, ontwikkelingen en samenwerking. Een blik op het micro-mkb op basis van de Innovatief Personeelsbeleid-vragenlijst. Innovatie, ontwikkelingen en samenwerking. Een blik op het micro-mkb op basis van de Innovatief Personeelsbeleid-vragenlijst. Ferry Koster, Daan Bloem en Petra van de Goorbergh ICOON#11 November 2017 Het

Nadere informatie

Bijlage A: Aanbevelingen

Bijlage A: Aanbevelingen Bijlage A: Aanbevelingen Reeds goede bekendheid en status Het CJG is goed bekend onder Apeldoornse professionals. Daarnaast is het deel van de professionals die al eens hebben doorverwezen naar het CJG,

Nadere informatie

Medewerkersonderszoek 2012/2013. Hoofdrapportage MBO branche

Medewerkersonderszoek 2012/2013. Hoofdrapportage MBO branche Medewerkersonderszoek 2012/2013 Hoofdrapportage MBO branche Inleiding Voor u ligt het medewerkerstevredenheidsonderzoek (MTO) in het bekostigd middelbaar beroepsonderwijs (mbo). Dit eerste MTO is sectorbreed

Nadere informatie

Rapportage Peiling Duurzame Inzetbaarheid onder leden van SIGRA. 14 februari 2018

Rapportage Peiling Duurzame Inzetbaarheid onder leden van SIGRA. 14 februari 2018 Rapportage Peiling Duurzame Inzetbaarheid onder leden van SIGRA 14 februari 2018 Inhoud 1. Inleiding... 2 2. Resultaten... 3 2.1 Aandacht voor duurzame inzetbaarheid... 3 2.2 Directie is enthousiast over

Nadere informatie

Ervaringen Wmo. Cliëntervaringsonderzoek Berg en Dal 2017

Ervaringen Wmo. Cliëntervaringsonderzoek Berg en Dal 2017 Ervaringen Wmo Cliëntervaringsonderzoek Berg en Dal 2017 Inhoud 1. Achtergrond van het onderzoek... 2 2. Het regelen van ondersteuning... 4 3. Kwaliteit van de ondersteuning... 6 4. Vergelijking regio...

Nadere informatie

Meting tevredenheid werkgevers AANSLUITING MBO-ARBEIDSMARKT [ ]

Meting tevredenheid werkgevers AANSLUITING MBO-ARBEIDSMARKT [ ] Meting tevredenheid werkgevers AANSLUITING MBO-ARBEIDSMARKT [12-3-2018 ] 1. Inleiding Op 14 oktober 2015 heeft Tweede Kamerlid Straus een motie ingediend om een indicator voor de tevredenheid van werkgevers

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Cliëntervaringsonderzoek Wmo Cliëntervaringsonderzoek Wmo WIJ-gebieden 2017 Laura de Jong Marjolein Kolstein Oktober 2018 Inge de Vries www.oisgroningen.nl Inhoud Samenvatting... 2 2.9 Tot slot... 20 Bijlage 1: de WIJ-gebieden...

Nadere informatie

Resultaten Monitor Combifuncties Onderwijs Projectgroep Combifuncties Onderwijs

Resultaten Monitor Combifuncties Onderwijs Projectgroep Combifuncties Onderwijs Resultaten Monitor Combifuncties Onderwijs 2011 Projectgroep Combifuncties Onderwijs Resultaten Monitor Combifuncties Onderwijs 2011 1. Inleiding De projectgroep Combifuncties Onderwijs wil in de periode

Nadere informatie

Verslag Gastouderonderzoek Ziezo B.V.

Verslag Gastouderonderzoek Ziezo B.V. Verslag Gastouderonderzoek Ziezo B.V. Mark Paardekooper 1 Inleiding Voor u ligt het verslag van het onderzoek dat is uitgevoerd in opdracht van gastouderbureau Ziezo B.V. onder haar gastouders. De gastouderopvang,

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Cliëntervaringsonderzoek Wmo RAPPORTAGE Gemeente IJsselstein mei 2018 RESULTAAT KWALITEIT CONTACT 2017 Gemeente IJsselstein Deze samenvatting presenteert de belangrijkste uitkomsten van het cliëntervaringsonderzoek (CEO) Wmo over

Nadere informatie

In 2015 is NV schade opnieuw goed beoordeeld door werknemers en werkgevers

In 2015 is NV schade opnieuw goed beoordeeld door werknemers en werkgevers In 2015 is NV schade opnieuw goed beoordeeld door werknemers en werkgevers Samenvatting KTO NV schade 2015 31 maart 2016 Situatie en centrale vraagstelling Onderzoek naar de tevredenheid en loyaliteit

Nadere informatie

Onderzoek naar de effectiviteit van Business Control 2016

Onderzoek naar de effectiviteit van Business Control 2016 Onderzoek naar de effectiviteit van Business Control 2016 Eerste inzichten v Rotterdam, december 2016 Inleiding tot deze eerste inzichten Inleiding tot ons onderzoek FinTouch doet 2-jaarlijks onderzoek

Nadere informatie

Kwaliteit van Goed Werkgeverschap

Kwaliteit van Goed Werkgeverschap Kwaliteit van Goed Werkgeverschap Meting KWH-Goed Werkgeverschaplabel Rapportage opgesteld door KWH in samenwerking met EVZ organisatie-advies Bijlagen Corporatie Rotterdam, 20xx Inhoudsopgave

Nadere informatie

UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Thuisvester

UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Thuisvester UW IMAGO ONDER UW HUURDERS? Resultaten imago-onderzoek Thuisvester Over het onderzoek Thuisvester heeft in juni 2017 deelgenomen aan het imago-onderzoek dat KWH uitvoerde voor s. Dit imago-onderzoek voerden

Nadere informatie

De gegevens die worden gebruikt door de benchmark worden door de gemeente zelf aangeleverd. De burgerpeiling levert een deel van deze gegevens aan.

De gegevens die worden gebruikt door de benchmark worden door de gemeente zelf aangeleverd. De burgerpeiling levert een deel van deze gegevens aan. Burgerpeiling 2013 Eind 2013 is onder 2000 inwoners van de gemeente Noordoostpolder een enquete verspreid ten behoeve van de benchmark waarstaatjegemeente.nl. De enquete vormt een onderdeel van de benchmark.

Nadere informatie

Innovatie, ontwikkelingen en samenwerking. Een blik op het micro-mkb op basis van de Innovatief Personeelsbeleid-vragenlijst.

Innovatie, ontwikkelingen en samenwerking. Een blik op het micro-mkb op basis van de Innovatief Personeelsbeleid-vragenlijst. Innovatie, ontwikkelingen en samenwerking. Een blik op het micro-mkb op basis van de Innovatief Personeelsbeleid-vragenlijst. Het onderzoeksproject Innovatief Personeelsbeleid richt zich op de vraag hoe

Nadere informatie

Wat kunnen bedrijven doen? Hoe beginnen aan een leeftijdsbewust personeelsbeleid?

Wat kunnen bedrijven doen? Hoe beginnen aan een leeftijdsbewust personeelsbeleid? Wat kunnen bedrijven doen? Hoe beginnen aan een leeftijdsbewust personeelsbeleid? Kernpunt van een gezond leeftijdsbewust personeelsbeleid is dat werknemers tijdens de hele loopbaan blijven leren en ontwikkelen

Nadere informatie

Inventarisatie medewerkers met een arbeidsbeperking in openbare bibliotheken

Inventarisatie medewerkers met een arbeidsbeperking in openbare bibliotheken Inventarisatie medewerkers met een arbeidsbeperking in openbare bibliotheken Januari 2015 2 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 5 1.1 Opzet... 5 1.2 Leeswijzer... 6 2. Inventarisatie medewerkers arbeidsbeperking...

Nadere informatie

Ervaringen en trainingsbehoefte professionals jeugdzorg

Ervaringen en trainingsbehoefte professionals jeugdzorg Ervaringen en trainingsbehoefte professionals jeugdzorg transformatie jeugdzorg FoodValley INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding... 2 1.1. Aanleiding... 2 1.2. Doel- en probleemstelling... 2 1.3. Methode... 2 1.4.

Nadere informatie

BURGERPANEL OIRSCHOT PEILING 2 2015 GROOT BIJSTERVELT

BURGERPANEL OIRSCHOT PEILING 2 2015 GROOT BIJSTERVELT BURGERPANEL OIRSCHOT PEILING 2 2015 GROOT BIJSTERVELT Gemeente Oirschot Mei/Juni 2015 Colofon Uitgave: Research 2Evolve Tesselschadelaan 15A 1217 LG Hilversum Tel: (035) 623 27 89 info@research2evolve.nl

Nadere informatie

Life event: Een nieuwe baan

Life event: Een nieuwe baan Life event: Een nieuwe baan Inhoudsopgave 1 Belangrijke bevindingen 2 Achtergrond en verantwoording 3 Onderzoeksresultaten Arbeidsvoorwaarden en pensioenregeling Pensioeninformatie Pensioenkennis Waardeoverdracht

Nadere informatie

M Scholing in het MKB. Waarom, hoe gevonden en bekostigd en wat knelt er? drs. W.D.M. van der Valk

M Scholing in het MKB. Waarom, hoe gevonden en bekostigd en wat knelt er? drs. W.D.M. van der Valk M200605 Scholing in het MKB Waarom, hoe gevonden en bekostigd en wat knelt er? drs. W.D.M. van der Valk Zoetermeer, juli 2006 Scholing in het MKB Een overgrote meerderheid van de bedrijven in het MKB besteedt

Nadere informatie

Het Koffie Op De Zaak onderzoek. De ondernemer aan het woord over de koffie op zijn of haar kantoor

Het Koffie Op De Zaak onderzoek. De ondernemer aan het woord over de koffie op zijn of haar kantoor Het Koffie Op De Zaak onderzoek De ondernemer aan het woord over de koffie op zijn of haar kantoor Onderzoek uitgevoerd door Dutch Network Group In opdracht van PerTazza Datum: februari 2016 Inleiding

Nadere informatie

Gemeente Houten: Onderzoek Kieskompas. Den Dolder, 26 januari 2011 Ir. Martine van Doornmalen Rianne van Beek Msc.

Gemeente Houten: Onderzoek Kieskompas. Den Dolder, 26 januari 2011 Ir. Martine van Doornmalen Rianne van Beek Msc. Gemeente Houten: Onderzoek Kieskompas Den Dolder, 26 januari 2011 Ir. Martine van Doornmalen Rianne van Beek Msc. 2 Het auteursrecht op dit rapport berust bij ADV Market Research (ADV). De opdrachtgever

Nadere informatie

9. Lineaire Regressie en Correlatie

9. Lineaire Regressie en Correlatie 9. Lineaire Regressie en Correlatie Lineaire verbanden In dit hoofdstuk worden methoden gepresenteerd waarmee je kwantitatieve respons variabelen (afhankelijk) en verklarende variabelen (onafhankelijk)

Nadere informatie

Rapportage. Onderzoek: Toekomst van het Communicatievak

Rapportage. Onderzoek: Toekomst van het Communicatievak Rapportage Onderzoek: Toekomst van het Communicatievak In opdracht van: DirectResearch & Logeion en d Associatie van hoofden Communicatie Datum: 15 september 2014 Projectnummer: 2013008 Auteur(s): John

Nadere informatie

M200616. De winstpotentie van personeelsbeleid in het MKB

M200616. De winstpotentie van personeelsbeleid in het MKB M200616 De winstpotentie van personeelsbeleid in het MKB dr. J.M.P. de Kok drs. J.M.J. Telussa Zoetermeer, december 2006 Prestatieverhogend HRM-systeem MKB-bedrijven met een zogeheten 'prestatieverhogend

Nadere informatie

Door Cliënten Bekeken voor tandartspraktijken. Informatie en stappenplan

Door Cliënten Bekeken voor tandartspraktijken. Informatie en stappenplan Door Cliënten Bekeken voor tandartspraktijken December 2012 Informatie en stappenplan Door Cliënten Bekeken voor tandartspraktijken is hét traject voor kwaliteitsverbetering van de mond zorg vanuit het

Nadere informatie

BURGERPANEL LANSINGERLAND

BURGERPANEL LANSINGERLAND BURGERPANEL LANSINGERLAND Evaluatie deelname burgerpanel November 2015 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563 7500 AN Enschede Rapportnummer 2015 / 164 Datum November 2015

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek

Klanttevredenheidsonderzoek Klanttevredenheidsonderzoek Particulier 2012, Leven Erasmus Vertrouwelijk Disclaimer Alle resultaten van het Klanttevredenheidsonderzoek Particulier 2012, sector Leven staan onder embargo tot 20 december

Nadere informatie

Dit werk is gelicenseerd onder een Creative Commons Naamsvermelding-GeenAfgeleideWerken 3.0 Unported licentie. Resultaten SJBN Enquête 2012

Dit werk is gelicenseerd onder een Creative Commons Naamsvermelding-GeenAfgeleideWerken 3.0 Unported licentie. Resultaten SJBN Enquête 2012 Dit werk is gelicenseerd onder een Creative Commons Naamsvermelding-GeenAfgeleideWerken 3.0 Unported licentie Resultaten SJBN Enquête 2012 Inhoudsopgave Achtergrond Resultaten enquête Steekproef Algehele

Nadere informatie

Klanttevredenheidsonderzoek

Klanttevredenheidsonderzoek Klanttevredenheidsonderzoek Particulier 2013, Leven VvAA Disclaimer Alle resultaten van het Klanttevredenheidsonderzoek Particulier 2013, sector leven staan onder embargo tot 19 december 2013. De inhoud

Nadere informatie

Cliëntervaringsonderzoek Wmo

Cliëntervaringsonderzoek Wmo Cliëntervaringsonderzoek Wmo Gemeente Ten Boer Laura de Jong Marjolein Kolstein Oktober 2018 Inge de Vries www.oisgroningen.nl Inhoud Inhoud... 1 2.8 Effect van de ondersteuning... 11 3. Conclusie... 13

Nadere informatie

Rapportage tevredenheidsonderzoek onder cliënten en opdrachtgevers van. Artemis Coaching

Rapportage tevredenheidsonderzoek onder cliënten en opdrachtgevers van. Artemis Coaching Rapportage tevredenheidsonderzoek onder cliënten en opdrachtgevers van Artemis Coaching Juni 2008 1 Bedrijfsnaam: Artemis Coaching Inleiding Voor u ligt het rapport van het tevredenheidsonderzoek van Blik

Nadere informatie

Alfahulp en huishoudelijke hulp. Rapportage Ons kenmerk: 11110 Juni 2014

Alfahulp en huishoudelijke hulp. Rapportage Ons kenmerk: 11110 Juni 2014 Alfahulp en huishoudelijke hulp Rapportage Ons kenmerk: 11110 Juni 2014 Inhoudsopgave Geschreven voor Achtergrond & doelstelling 3 Conclusies 5 Resultaten 10 Bereidheid tot betalen 11 Naleven regels 17

Nadere informatie

VNG Uitgevoerd door Dimensus Tevredenheidsmonitor Kenniscentrum Handhaving & Naleving 1/17

VNG Uitgevoerd door Dimensus Tevredenheidsmonitor Kenniscentrum Handhaving & Naleving 1/17 VNG Uitgevoerd door Dimensus Tevredenheidsmonitor Kenniscentrum Handhaving & Naleving 1/17 Inhoudsopgave o Onderzoeksbeschrijving Tevredenheidsmonitor p. 3 o Contact p. 4 o Presentatie van de adviseur

Nadere informatie

Wat motiveert u in uw werk?

Wat motiveert u in uw werk? Wat motiveert u in uw werk? Begin dit jaar heeft u kunnen deelnemen aan een online onderzoek naar de motivatie en werktevredenheid van actuarieel geschoolden. In dit artikel worden de resultaten aan u

Nadere informatie

Mobiliteit & flexibiliteit Medewerkers en hun vervoerskeuze. www.alphabet.com

Mobiliteit & flexibiliteit Medewerkers en hun vervoerskeuze. www.alphabet.com Mobiliteit & flexibiliteit Medewerkers en hun vervoerskeuze www.alphabet.com Onderzoek Behoefte van zakelijke rijders aan variatie in vervoersmiddelen Flexibele mobiliteit Keuzevrijheid vooral voor jongeren

Nadere informatie

Wat draagt bij aan een gelukkig pensioen? Een vergelijking tussen Nederland, België, Denemarken en Zweden

Wat draagt bij aan een gelukkig pensioen? Een vergelijking tussen Nederland, België, Denemarken en Zweden Wat draagt bij aan een gelukkig pensioen? Een vergelijking tussen Nederland, België, Denemarken en Zweden Onderzoek van GfK november 2015 Inleiding Delta Lloyd is continu bezig het pensioenbewustzijn te

Nadere informatie

Situatie 1 Denkt u dat er een communicatie probleem bestaat? Dan voer ik analyses binnen de dimensie communicatie.

Situatie 1 Denkt u dat er een communicatie probleem bestaat? Dan voer ik analyses binnen de dimensie communicatie. Voorbeeld Verzuimonderzoeksrapport (beknopt) Indeling 1. Theoretische achtergrond 2. Werkwijze 3. Analyses 4. Conclusies en aanbevelingen 1. De theoretische achtergrond wordt specifiek voor uw organisatie

Nadere informatie

Rapportage Quickscan welzijn personeel

Rapportage Quickscan welzijn personeel Aangemaakt door: Dennis Burger Rapportage is aangemaakt op: 29 15 Betreft rapport van: Naam school: Heilige Henricus School Brinnummer: 04BD Locatie: Heilige Henricusschool Deze school maakt onderdeel

Nadere informatie

Mislukken in nieuwe baan veroorzaakt door verschil in stijl en gedrag en botsen met organisatiecultuur

Mislukken in nieuwe baan veroorzaakt door verschil in stijl en gedrag en botsen met organisatiecultuur PERSBERICHT REFQ 9 op de 10 HR-managers en topbestuurders geconfronteerd met kostbare mismatch Mislukken in nieuwe baan veroorzaakt door verschil in stijl en gedrag en botsen met organisatiecultuur Leiden,

Nadere informatie

ONDERZOEK LANGDURIG ZIEKTEVERZUIM Onder werkgevers klein MKB (2 tot 20 werknemers)

ONDERZOEK LANGDURIG ZIEKTEVERZUIM Onder werkgevers klein MKB (2 tot 20 werknemers) ONDERZOEK LANGDURIG ZIEKTEVERZUIM Onder werkgevers klein MKB (2 tot 20 werknemers) September 2014 GfK 2014 Kennis langdurig ziekteverzuim september 2014 1 Inhoudsopgave 1. Management Summary 2. Onderzoeksresultaten

Nadere informatie

Nieuwe schooltijden in het basisonderwijs

Nieuwe schooltijden in het basisonderwijs Rapportage Nieuwe schooltijden in het basisonderwijs Utrecht, december 2016 DUO Onderwijsonderzoek drs. Liesbeth van der Woud drs. Vincent van Grinsven Postbus 681 3500 AR Utrecht telefoon: 0302631080

Nadere informatie

Jongeren & hun financiële verwachtingen

Jongeren & hun financiële verwachtingen Nibud, februari Jongeren & hun financiële verwachtingen Anna van der Schors Daisy van der Burg Nibud in samenwerking met het 1V Jongerenpanel van EenVandaag Inhoudsopgave 1 Onderzoeksopzet Het Nibud doet

Nadere informatie

Het Nationale Klantbelevingsonderzoek 2012 (preview) Beleef en beïnvloed de klant!

Het Nationale Klantbelevingsonderzoek 2012 (preview) Beleef en beïnvloed de klant! Het Nationale Klantbelevingsonderzoek 2012 (preview) Beleef en beïnvloed de klant! Klantenbinding is essentieel voor organisaties om te overleven. Klanten worden steeds veeleisender; naast een goede functionele

Nadere informatie