Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Transcriptie

1 STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Nr januari 2018 Call for proposals KIEM-hbo 2018, Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek Handleiding 2018 Utrecht, januari 2018 Nationaal Regieorgaan Praktijkgericht Onderzoek SIA (onderdeel van NWO) Inhoud Inhoud 1 1. Inleiding Achtergrond Doel Informatie thema s Beschikbaar budget Geldigheidsduur call for proposals 2 2. Richtlijnen voor aanvragers Wie kan subsidie aanvragen? Wanneer kan worden aangevraagd? Hoe wordt de aanvraag opgesteld en ingediend? Algemene subsidievoorwaarden Specifieke subsidievoorwaarden Financiële en administratieve subsidievoorwaarden 4 3. Procedure Ontvankelijkheid Beoordeling Beoordelingscriteria Besluitvorming 7 4. Uitvoering 7 5. Contact en overige informatie Contact Overige informatie 7 Bijlage 1 Directe links naar indieningspagina s in ISAAC per thema 8 1. Inleiding 1.1 Achtergrond De regeling KIEM-hbo stimuleert samenwerking tussen het mkb, de publieke sector en hogescholen gericht op het ontwikkelen van nieuwe methoden, technieken en het realiseren van nieuwe producten en diensten. De regeling KIEM-hbo staat open voor aanvragen die aansluiten op de innovatieagenda s van de topsectoren of onderwerpen op het gebied van 21st Century Skills of Circulaire Economie. 1.2 Doel De regeling KIEM-hbo heeft als doelstelling het stimuleren en opzetten van nieuwe samenwerkingsverbanden gericht op het uitvoeren van innovatieprojecten. Deze samenwerkingsverbanden bestaan uit hogescholen, het midden- en kleinbedrijf en publieke en/of private partijen. Gemeenschappelijke activiteiten worden uitgevoerd op het gebied van praktijkgericht onderzoek en innovatie. Aanvragen hebben betrekking op verkennend onderzoek zoals haalbaarheidsstudies. Mogelijke uitkomsten van projecten zijn nieuwe onderzoeksaanvragen, netwerkactiviteiten, prototypes, testen, (business)modellen, methoden, werkwijzen, demonstrators, processen, productconcepten en dienstconcepten. 1.3 Informatie thema s Informatie over de topsectoren en de innovatieagenda is te vinden via de webportal Over de onderwerpen 21st Century Skills en Circulaire Economie vindt u hieronder meer informatie. 1 Staatscourant 2018 nr januari 2018

2 21st Century Skills De subsidieaanvragen (verder te noemen als aanvragen) voor het thema 21st Century Skills sluiten aan op de gezamenlijke Human Capital Agenda van de topsectoren. Deze agenda staat beschreven op De snelle economische en maatschappelijke veranderingen doen een steeds groter beroep op de vaardigheden van mensen om de veranderingen te begrijpen, het hoofd te bieden en te handelen. Daartoe dient men in toenemende mate belangrijke vaardigheden en leermogelijkheden te ontwikkelen. Het gaat bijvoorbeeld over het versterken van kritisch denken, reflecteren, samenwerken en creatief vermogen. De ontwikkeling die op dit gebied plaatsvindt, krijgt vorm door vernieuwing van vakmanschap, talentontwikkeling en specifieke skills. De snelle veranderingen op dit gebied vinden zowel in een fysieke als virtuele context plaats. KIEM-hbo stimuleert de samenwerking tussen hogescholen, andere onderwijsinstellingen, mkb of publieke sector door gezamenlijk te experimenteren in de praktijk. Doel van de aanvragen is het verdiepen van de kennis over 21st Century Skills aan de hand van interventies in een leer- en experimenteeromgeving. Bijvoorbeeld op welke manier richt je een leer en/of onderzoeksomgeving in zodat deelnemers nieuwe vaardigheden en kennis verwerven? Circulaire Economie De aanvragen voor het thema Circulaire Economie sluiten aan op het Rijksbrede programma Nederland Circulair in Dat zet in op een circulaire economie waarbij het gebruik van primaire grondstoffen wordt teruggedrongen, door efficiente inzet en hergebruik, met zo min mogelijk waardeverlies, en door geen afval meer te produceren. De economie wordt circulair om ervoor te zorgen dat er in 2050 genoeg grondstoffen, goederen en voedsel beschikbaar zijn. Dit wordt gerealiseerd door producten efficiënter te ontwerpen en materialen zo veel mogelijk te benutten en hergebruiken. De aanvragen dienen verbonden te zijn met de transitieagenda s die de overgang naar een circulaire economie versnellen. Er zijn vijf transitieagenda s op de thema s biomassa en voedsel, kunststoffen, de maakindustrie, de bouw en consumptiegoederen. De informatie over de transitieagenda s is te vinden op: Beschikbaar budget Het totaal beschikbare budget voor deze call is 1,5 miljoen. Per KIEM-hbo projectvoorstel kan maximaal subsidie worden aangevraagd. Aanvragen worden in behandeling genomen op basis van het moment van ontvangst en de beschikbaarheid van budget op dat moment (first come, first served-principe). 1.5 Geldigheidsduur call for proposals Aanvragen kunnen vanaf de publicatiedatum van de call doorlopend worden ingediend. Op de website van Regieorgaan SIA worden de data van de ophaalmomenten vermeld. De call sluit uiterlijk op donderdag 15 november 2018, uur Nederlandse tijd. Indien de beschikbare middelen vóór 15 november 2018 zijn uitgeput, wordt de call for proposals eerder gesloten. 2. Richtlijnen voor aanvragers 2.1 Wie kan subsidie aanvragen? De hoofdaanvrager dient een door de overheid bekostigde hogeschool te zijn, zoals bedoeld in artikel 1.8 van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek. De hoofdaanvrager van de KIEM-hbo subsidie treedt op als penvoerder, hierna te noemen de penvoerder. Het College van Bestuur van de penvoerder benoemt een projectleider die gemachtigd is om de aanvraag in te dienen. Deze projectleider is tevens het aanspreekpunt voor Regieorgaan SIA. De aanvraag dient te zijn opgesteld onder verantwoordelijkheid van een lector of senior onderzoeker, die aan de penvoerende hogeschool is verbonden. De lector of senior onderzoeker kan als projectleider optreden. De mogelijkheid bestaat om (ook) een contactpersoon te machtigen om de aanvraag in te dienen. Dit dient dan ook expliciet op het aanvraagformulier te worden aangegeven. 2 Staatscourant 2018 nr januari 2018

3 De penvoerder ontvangt alle correspondentie met betrekking tot het project en is verantwoordelijk voor de verspreiding van de relevante informatie onder de partners en overige betrokken partijen 2.2 Wanneer kan worden aangevraagd? Aanvragen kunnen doorlopend worden ingediend tot donderdag 15 november 2018, uur Nederlandse tijd. Indien de beschikbare middelen vóór 15 november 2018 zijn uitgeput, wordt de call for proposals voor deze datum gesloten. 2.3 Hoe wordt de aanvraag opgesteld en ingediend? Een volledige aanvraag omvat de volgende stukken: het volledig ingevulde en mede door de partners ondertekende aanvraagformulier; het projectvoorstel; de begroting met kostenonderbouwing, aangevraagde subsidie en cofinanciering (zowel in Excel als in pdf). De pdf-versie dient ondertekend te zijn door de projectleider. Het projectvoorstel omvat een: beschrijving van het samenwerkingsverband, met daarin: C het vraagstuk van de nieuwe netwerkpartners; C de rollen van de netwerkpartners en de benodigde expertise die zij inbrengen; beschrijving van de aanpak, met daarin: C de aansluiting op een topsector of op de thema s 21st Century Skills of Circulaire Economie; C de innovatiepotentie; het activiteitenplan met doelen en beoogde resultaten. De handleiding, het aanvraagformulier en het begrotingsformat worden beschikbaar gesteld via ISAAC, het elektronisch aanvraag- en rapportagesysteem van NWO. Let op! U dient voorafgaand aan de indiening het juiste thema (topsector, 21st Century Skills of Circulaire Economie) te selecteren. Het advies is om hiervoor de links vanaf de pagina KIEM-hbo 2018 op de website van Regieorgaan SIA te gebruiken of de links in bijlage 1 (pag. 14) van deze handleiding. Het is verplicht de via ISAAC beschikbare formulieren en formats te gebruiken. Het indienen van een aanvraag bij NWO kan alleen via ISAAC. Aanvragen die niet via ISAAC zijn ingediend, worden niet in behandeling genomen. Een hoofdaanvrager is verplicht de aanvraag via het eigen ISAAC-account in te dienen. Voor vragen van technische aard verzoeken wij u contact op te nemen met de ISAAC-helpdesk. Het inlogscherm van ISAAC is bereikbaar via: De handleiding van ISAAC is bereikbaar via: De helpdesk van ISAAC is bereikbaar via: isaac.helpdesk@nwo.nl U wordt verzocht de aanvraag en registratie volledig in te vullen. Ook dient u het aanvraagformulier, projectplan en de begroting, voorzien van alle benodigde handtekeningen, digitaal toe te voegen bij de aanvraag. 2.4 Algemene subsidievoorwaarden De looptijd van het project bedraagt maximaal twaalf maanden. Inzet van subsidie buiten de looptijd van het project is niet mogelijk. De subsidiegelden zijn uitsluitend bestemd voor het uitvoeren van de werkzaamheden conform het projectvoorstel zoals dat is ingediend bij de aanvraag. De omvang van de cofinanciering wordt bij de aanvraag opgegeven. Subsidiëring van (deel)projectactiviteiten die reeds zijn gesubsidieerd vanuit andere bronnen, is niet mogelijk. Uitgesloten zijn aanvragen die zich uitsluitend richten op deskundigheidsbevordering van personeel of het ontwikkelen van een nieuwe opleiding/curriculum voor de hogeschool en/of aanvragen die behoren tot reguliere activiteiten van een hogeschool. De penvoerder is verantwoordelijk voor het maken van afspraken met de projectpartners over onder andere de rechten op producten of zaken die binnen het project worden ontwikkeld (waaronder begrepen intellectueel eigendom). 3 Staatscourant 2018 nr januari 2018

4 Ethische aspecten Voor bepaalde onderzoeksprojecten is een goedkeurende verklaring van een erkende Medisch Ethische Toetsingscommissie (METC) of een Dier Experimenten Commissie (DEC) nodig. Daarnaast is voor bepaalde onderzoeksvoorstellen een vergunning nodig op grond van de Wet Bevolkingsonderzoek (WBO). Meer informatie over de METC is beschikbaar bij de Centrale Commissie Mensgebonden onderzoek (CCMO). Informatie over DEC is te vinden bij de Nederlandse Vereniging voor Dierexperimentencommissies. Bij o.a. de Gezondheidsraad is informatie over de WBO beschikbaar. Let op: Is voor uw onderzoeksproject goedkeuring van een ethische toetsings- commissie of anderszins noodzakelijk? In dat geval wordt uw aanvraag voorwaardelijk toegekend. Pas wanneer Regieorgaan SIA een kopie van de goedkeuring heeft ontvangen, wordt de toekenning definitief. Mocht de goedkeuring van toepassing zijn op een deel van het project dat later van start gaat, dan dient de aanvrager aan te geven wanneer hij/zij de ethische goedkeuring verwacht op te vragen. In het subsidiebesluit wordt deze voorwaarde expliciet aangegeven. 2.5 Specifieke subsidievoorwaarden Samenwerkingsverband In het project gaat de hogeschool een samenwerkingsverband aan met minimaal twee externe organisaties uit de beroepspraktijk (projectpartners). Minimaal één daarvan is een mkb-onderneming. De andere projectpartner kan ook een publieke of private organisatie zijn. Samenwerkingsverbanden van projecten binnen het thema 21st Century Skills bestaan uit minimaal twee publieke organisaties. Daarnaast kunnen ook mkb- organisaties participeren. Gedurende het project is toetreding van nieuwe deelnemers mogelijk. De deelnemers hebben voldoende innovatiekennis en -kunde om het activiteitenplan uit te voeren. Bij aanvang van het project hebben de projectpartners met de ondertekening van het aanvraagformulier de participatie in het KIEM-hbo project bevestigd. Midden- en kleinbedrijf Midden- en kleinbedrijven die participeren in de aanvraag voldoen aan de volgende criteria: er is sprake van een onderneming, te weten: een eenheid, ongeacht haar rechtsvorm, die een economische activiteit uitvoert; de onderneming staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel; de deelname is gericht op het bewerkstelligen van innovatie en/of economische groei van de betreffende onderneming. Een bovengrens is vastgesteld: bedrijven boven de 250 werknemers of met een hogere jaaromzet dan 50 miljoen, komen niet in aanmerking. Zzp ers kunnen deelnemen aan een aanvraag wanneer zij deel uitmaken van een collectief dat zich aantoonbaar richt op innovatie en/of economische groei. Cofinanciering De hogeschool en de deelnemers dragen bij aan de kosten van het project. Deze cofinanciering bedraagt minimaal De cofinanciering (de eigen bijdrage) kan zowel in-cash als in-kind (op geld waardeerbare zaken, uren, natura) plaatsvinden. 2.6 Financiële en administratieve subsidievoorwaarden De projectkosten die kunnen worden gefinancierd betreffen de noodzakelijke, rechtstreeks aan de uitvoering van een project toe te rekenen gemaakte en/of betaalde kosten, gebaseerd op kostprijs, inclusief eventuele niet-verrekenbare btw. De volgende kostenposten worden onderscheiden: Loonkosten hogeschool Voor de loonkosten worden de tarieven conform de Handleiding Overheidstarieven (HOT) uit het jaar 2017 gehanteerd. De tarieven 2017 mogen voor de gehele looptijd van het project worden toegepast. De toegestane tarieven in de HOT betreffen uitsluitend de tarieven conform de volgende tabel, kolom Kostendekkend tarief per uur. Deze tarieven zijn als volgt: 4 Staatscourant 2018 nr januari 2018

5 Tabel Integrale loonkosten per salarisschaal 2017 (loonkosten per mensjaar afgerond op euro) Schaal Loonkosten per mensjaar Overhead Totale kosten Kostendekken d tarief per uur Kosten-plus tarief, excl. btw Kosten-plus tarief, incl. btw Deze tarieven zijn integraal toepasbaar en het hanteren van deze tarieven is zonder toelichting of berekening toegestaan. Het tarief van een medewerker wordt bepaald op basis van de cao hbo inschaling van de betreffende medewerker. Hogere tarieven dan de HOT zijn niet toegestaan. Lagere tarieven dan de HOT zijn wel toegestaan, maar mogen niet willekeurig worden opgevoerd. Eventuele lagere tarieven moeten kunnen worden onderbouwd, bijvoorbeeld op basis van een interne kostprijsberekening. De instellingsaccountant hoeft hier geen accountantscontrole toe te passen; tarieven lager dan de HOT zijn voor Regieorgaan SIA altijd akkoord. Alleen consistente toepassing is vereist. Kosten studenten Het is toegestaan studenten, verbonden aan de hogeschool, in te zetten voor het project en de kosten hiervan binnen het project op te voeren. Per subsidiejaar kan het volgende worden opgevoerd: Inzet van uren van studenten waarbij geldt dat deze geschiedt als onderdeel van de opleiding (de studenten dienen in dat geval ook studiepunten te krijgen voor hun activiteiten). Alleen de stagevergoeding zoals gebruikelijk binnen de instelling is declarabel. Aan het aantal in te zetten uren per student is een maximum verbonden van Inzet van uren van studenten die extra-curriculair worden ingezet in het traject. Per student kan maximaal 250 uur per subsidiejaar ten laste van het project worden gebracht. In beide situaties geldt dat uitsluitend de werkelijke aan de student uitbetaalde bedragen met een maximaal uurtarief van 25 als kosten kunnen worden opgevoerd. Uren en uurtarieven boven de genoemde maxima kunnen niet als kosten worden opgevoerd. Aan het aantal in te zetten studenten in het traject is geen maximum verbonden. Loonkosten projectpartners Bepaling van het uurtarief van de partners is als volgt: Universiteiten: aio s en postdocs VSNU-akkoord Universiteiten: overige wetenschappelijke functies Handleiding Overheidstarieven 2017 TO2-instituten Handleiding Overheidstarieven 2017 Overige partners Bepaling uurtarief is vrij, met een maximum van 130 per uur, excl btw Binnen de groep projectpartners vallen ook: onderwijsinstellingen anders dan een door de overheid bekostigde hogeschool zoals gedefinieerd in par. 3.1; projectmedewerkers die gedetacheerd zijn bij een hogeschool en die alleen voor dit project worden ingeleend. Een uitzondering geldt voor projectmedewerkers die een detacheringsovereenkomst hebben met een hogeschool die niet alleen betrekking heeft op detachering binnen dit 5 Staatscourant 2018 nr januari 2018

6 project; de kosten van deze projectmedewerkers mogen onder de loonkosten van de hogeschool worden opgevoerd. Materiële kosten De aan de uitvoering van het project verbonden kosten als verbruik van materialen, hulpmiddelen, prototypes, testopstellingen en overige kosten zoals dienstreizen en publicaties. Aanschaffingen van machines en apparatuur kunnen niet tot de projectkosten worden gerekend. Voor machines en apparatuur kunnen slechts de aan het project toe te rekenen afschrijvingskosten of leasetermijnen worden opgevoerd. Afschrijvingstermijnen worden berekend op basis van de historische aanschafprijs exclusief financieringskosten, een lineaire afschrijvingsmethode en een levensduur van vijf jaar. Opvoering van kosten voor gebruik van apparatuur ouder dan vijf jaar is dus niet mogelijk. In totaal mag maximaal 25% van het subsidiebedrag worden besteed aan de loonkosten van projectpartners en/of materiële kosten. 3. Procedure 3.1 Ontvankelijkheid De regeling KIEM-hbo kent diverse ophaalmomenten. De ophaalmomenten worden bekendgemaakt via de website van Regieorgaan SIA. De aanvragen worden na het ophaalmoment in volgorde van binnenkomst behandeld. Allereerst wordt de juistheid ten aanzien van volledigheid en vormvereisten gecontroleerd. Indien de aanvraag hieraan voldoet, wordt deze ontvankelijk verklaard, geregistreerd en in behandeling genomen. De penvoerder krijgt daarvan bericht. Voldoet de aanvraag niet aan de volledigheid en vormvereisten, dan wordt de penvoerder de mogelijkheid geboden de ontbrekende gegevens te verstrekken. Indien de gegevens binnen de gestelde termijn worden aangeleverd en akkoord worden bevonden, wordt de aanvraag alsnog ontvankelijk verklaard, geregistreerd en in behandeling genomen. De penvoerder krijgt daarvan bericht. Indien deze gegevens niet binnen de gestelde termijn zijn verstrekt, wordt de aanvraag nietontvankelijk verklaard. De penvoerder krijgt daarvan bericht. Het dossiernummer geldt als vast kenmerk voor alle verdere correspondentie. 3.2 Beoordeling Voor de beoordeling wordt een externe beoordelingscommissie ingesteld. Wanneer een aanvraag in behandeling is genomen, wordt de gehele aanvraag ter beoordeling voorgelegd aan de beoordelingscommissie. Voor alle bij de beoordeling en/of besluitvorming betrokken personen is de NWO-code Belangenverstrengeling van toepassing. De beoordelingscommissie beoordeelt de projecten met een voldoende of onvoldoende op basis van de twee beoordelingscriteria zoals hieronder beschreven. 3.3 Beoordelingscriteria Aanvragen worden getoetst aan de hand van de kwaliteit van het samenwerkings- verband en het innovatiepotentieel. Op beide criteria moet voldoende worden gescoord om in aanmerking te komen voor honorering. Vernieuwing en kwaliteit van het samenwerkingsverband De mate waarin nieuwe partners aan het netwerk en/of het samenwerkingsverband deelnemen. De mate waarin het projectplan uitvoerbaar en haalbaar is. De mate waarin de benodigde expertise voor de uitvoering van het project bij aanvang van het project beschikbaar is. De mate waarin de benodigde middelen in verhouding staan tot de aard en omvang van het project. 6 Staatscourant 2018 nr januari 2018

7 Innovatiepotentieel De mate waarin de innovatievraag vernieuwend is voor het netwerk en/of het samenwerkingsverband. De mate waarin het voorstel aansluit en/of voortbouwt op bestaande kennis en kunde. De mate waarin de projectresultaten zijn gericht op nieuwe concepten, producten en/of diensten die bijdragen aan de impact van de kennis en innovatieagenda van de topsector en/of de genoemde twee thema s. 3.4 Besluitvorming De beoordelingscommissie brengt een advies uit aan het bestuur van Regieorgaan SIA. Het bestuur van Regieorgaan SIA toetst de gevolgde procedure en besluit op basis van het advies van de beoordelingscommissie. De beschikbaarheid van middelen is bepalend voor het aantal aanvragen dat voor subsidie in aanmerking komt. Het subsidiebesluit van het bestuur van Regieorgaan SIA wordt schriftelijk meegedeeld, in geval van honorering inhoudende een subsidievastellingsbesluit en in geval van niet-honorering inhoudende een afwijzingsbesluit. In een bezwaar- en beroepsprocedure is voorzien. De bezwaarprocedure is te vinden op de website van NWO. Vanaf het moment van ontvankelijkheidsverklaring, na een ophaalmoment, wordt gestreefd een aanvraag binnen acht weken af te handelen. 4. Uitvoering De penvoerder draagt de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van het project en het projectmanagement, inclusief de inhoudelijke samenhang, de voortgang en de resultaten van het project. Na toekenning van de gelden is de projectuitvoering dan ook de verantwoordelijkheid van de penvoerende hogeschool. Het subsidiebedrag wordt binnen vier weken na de start van de looptijd van het project overgemaakt. De projectleider zal gevraagd worden om medewerking te verlenen aan een (jaarlijkse) enquête die Regieorgaan SIA zal uitzetten onder de penvoerende hogescholen van de KIEM-hbo projecten, met als doel om inzicht te krijgen in de resultaten van zowel de individuele projecten als de regeling. 5. Contact en overige informatie 5.1 Contact Inhoudelijke vragen Voor inhoudelijke vragen over deze call for proposals, aanvullende informatie over de indieningsprocedure en -voorwaarden en/of inhoudelijke vragen kan contact worden opgenomen met: Rolf Bossert, programmamanager telefoon Vragen van technische aard Bij technische vragen betreffende het gebruik van ISAAC neemt u contact op met de ISAAC-helpdesk. Leest u alstublieft eerst de handleiding voordat u de helpdesk om raad vraagt. Bereikbaarheid ISAAC-helpdesk: van maandag t/m vrijdag van tot uur, telefoonnummer Helaas ondersteunen niet alle buitenlandse providers het bellen naar 0900-nummers. U kunt ook uw vraag per sturen aan isaac.helpdesk@nwo.nl 5.2 Overige informatie Op de pagina KIEM-hboop de website van Regieorgaan SIA is de meest recente informatie te vinden. 7 Staatscourant 2018 nr januari 2018

8 BIJLAGE 1 DIRECTE LINKS NAAR INDIENINGSPAGINA S IN ISAAC PER THEMA S Topsector URL Agri & Food Chemie Creatieve Industrie Energie High Tech Systemen & Materialen Life Sciences & Health Logistiek Tuinbouw en Uitgangsmaterialen Water & Maritiem Thema 21ste Century skills Circulaire economie Staatscourant 2018 nr januari 2018