Ontslag simpeler na WW in deeltijd

Transcriptie

1 DD-NR Regelingen en voorzieningen CODE Ontslag simpeler na WW in deeltijd bronnen Brief vakbonden aan de Tweede Kamer d.d over verlenging deeltijd WW Bedrijven kunnen werknemers makkelijker ontslaan dankzij de aangescherpte regeling voor deeltijd-ww. Zij krijgen geen boete als zij werknemers ontslaan, onmiddellijk na gebruik van de deeltijd-ww. Dit schrijven vakcentrales FNV, CNV en MHP in een brief aan de Tweede Kamer.

2 FNV Naritaweg 10 Postbus AL Amsterdam T F Postadres Postbus AL Amsterdam CNV Tiberdreef 4 Postbus GL Utrecht T F Aan de Vaste Commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid uit de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag MHP Multatulilaan 12 Postbus AN Culemborg T F Datum Onderwerp Verlenging regeling deeltijd WW Uw kenmerk Telefoonnr Eelco.Tasma@vc.fnv.nl Geachte dames en heren, FNV, CNV en MHP vragen uw aandacht voor de vergaand negatieve gevolgen van de aangepaste regeling deeltijd WW zoals die per 23 juli is ingevoerd. Wij maken ons zorgen over de kwetsbare positie waarin grote groepen werknemers in de deeltijd WW terecht zijn gekomen door deze aanpassingen. De belangrijkste ingrepen zijn: Beperking van de maximale duur van deeltijd WW voor bedrijven die relatief veel werknemers in de deeltijd WW hebben. Eenmalig geen boete voor bedrijven die werknemers bij de tweede verlenging ontslaan om het aantal werknemers in de deeltijd WW te beperken. Meer aandacht voor uitvoering scholing. Meer aandacht voor bestrijding oneigenlijk gebruik en fraude. Onze zorgen hebben uiteraard geen betrekking op de beslissing om de deeltijd WW te verlengen. Net als de meeste andere partijen zien wij in de deeltijd WW een middel dat -in beperkte mate- de negatieve gevolgen van de kredietcrisis in de bedrijven kan verkleinen. Het gaat ons om de veranderingen die zijn doorgevoerd om te voorkomen dat er voor een te groot deel van het werknemersbestand deeltijd WW wordt aangevraagd. Het betreft hier de maatregelen waarin de splitsing wordt gemaakt tussen bedrijven die voor minder dan 30%, tussen de 30 en de 60% van hun werknemers of voor meer dan 60% van de werknemers deeltijd WW aanvragen in relatie tot de maximale duur dat de regeling gebruikt kan worden. Deze regeling is nodeloos complex, dient niet echt aantoonbaar een doel en kan zeer nadelig uitpakken voor werknemers. Daarnaast ondermijnen de veranderingen de eerder gemaakte afspraken. En ze zijn in tegenspraak met de wensen van uw Kamer en de Stichting van de Arbeid. Het gaat daarbij zowel over de nieuwe aanvragen van na 23 juli, als over de verandering in de regeling voor oude aanvragen van voor 20 juni.

3 2 van 2 Uit evaluatie van de vakbeweging en de Stichting én uit evaluatie van het ministerie van SZW blijkt dat de oude regeling deeltijd WW grotendeels heeft voldaan aan de doelstellingen. De regeling helpt veel bedrijven en haar werknemers op een fatsoenlijke wijze door een moeilijke periode heen zonder dat er onnodige ontslagen vallen. Bijkomend voordeel is dat er geïnvesteerd wordt in scholing. De Stichting heeft in haar brief aan uw Kamer van 25 juni gerefereerd aan het onderzoek van Research voor Beleid. Dat onderzoek maakt duidelijk dat de regeling werkt, en dat Nederland vergeleken met de ons omringende landen een veel kleiner deel van de beroepsbevolking op deze manier tegemoetkomt. In deze landen is er bovendien sprake van een structurele regeling bij economische terugslag, in tegenstelling tot de tijdelijke die wij kennen. Onze grieven sluiten aan bij de opmerkingen die MKB Nederland bij u heeft aangegeven in haar brief van 27 juli. Wij voegen daaraan toe dat de problematiek in alle sectoren speelt en niet alleen in het MKB. Net als MKB Nederland verwijzen wij naar de STAR-verklaring van 14 juli en de motie- Ortega 1. Beide roepen op de regeling niet inhoudelijk te veranderen. Op 10 augustus hebben werkgevers en werknemers in de Bouw-sector 2 zich tot de minister gericht met een gezamenlijk appèl om de bestaande deelnemers onder de oude voorwaarden gebruik te laten blijven maken van de deeltijd WW. Over de boeteclausule het volgende: De aandacht bij de veranderingen in de deeltijd WW is voor een belangrijk deel uitgegaan naar de verhoging van het budget, fraude bestrijding en de genoemde 30%-60% regeling. Echter, er zijn nog meer wijzigingen doorgevoerd waarvan er één zeer pijnlijk voor betrokken werknemers kan uitpakken. Hiervoor vragen FNV, CNV en MHP expliciet aandacht. In de nieuwe regeling staat voor oude aanvragen van voor 20 juni: Brengt u minder dan 30% van uw werknemers onder de regeling voor deeltijd-ww dan is de maximale duur van de regeling voor uw bedrijf 65 weken. Bij 30-60% wordt de duur 52 weken en bij meer dan 60% 39 weken. Als hierdoor voor bepaalde werknemers de deelname aan de regeling wordt beëindigd en zij in verband daarmee worden ontslagen, dan bent u voor hen geen vergoeding verschuldigd aan UWV. De vergoedingen aan het UWV (de boetes) waren in de regeling opgenomen om te voorkomen dat er deeltijd WW zou worden aangevraagd voor werknemers die vervolgens alsnog worden ontslagen. Hoewel er wat nadelen aan deze regeling plakten, omdat het vaak moeilijk is om de toekomst te voorspellen, was dit wat de vakcentrales betreft een adequate buffer tegen wat al te opportunistische aanvragen. Werknemers souperen immers WWrechten op gedurende de deeltijd WW. Deze rechten worden hersteld na een periode van 26 weken werkhervatting, maar vervallen bij eerder ontslag. Dan worden de betrokken werknemers gedupeerd. Als de drempel van een boete bij dergelijk ontslag wordt weggenomen vervalt een van de belangrijkste beschermingsmaatregelen voor werknemers. Bovendien is deze beschermingsmaatregel vaak een belangrijke overweging geweest voor 1 Kamerstukken II 2008/09, , nr Brief dd. 10 augustus met kenmerk ABB/LEB/kai/195 van Bouwend Nederland, FNV Bouw en CNV Hout en Bouw

4 3 van 3 bonden en personeelsvertegenwoordigingen om akkoord te gaan met de aanvraag. Ook om die reden moet deze bescherming overeind blijven. Voor de duidelijkheid schetsen wij de situaties die nu gaan ontstaan: Werkgevers kunnen aangeven dat ze gedwongen worden een reorganisatie door te voeren. Immers, ze zitten niet voor niets in de deeltijd WW en als ze langer dan 9 maanden van de regeling gebruik willen maken, moeten ze voor veel minder werknemers (<30%) deeltijd WW aanvragen. De regeling nodigt in dit soort gevallen expliciet uit om te reorganiseren. De boete voor werkgevers komt te vervallen. Grote delen van de WW-rechten zijn al opgebruikt. Er zijn vaak beperkte middelen, dus ook geen geld voor een gedegen sociaal plan. In combinatie met de veranderingen in het Ontslagbesluit, die willekeur mogelijk maken, kunnen de gevolgen voor de betrokken werknemers dramatisch uitpakken. Overigens hebben de vakbonden in de meeste gevallen additionele ontslagbescherming als voorwaarde voor de aanvraag van deeltijd WW in de afgesloten convenanten afgesproken. Alleen gaat het daarbij bijna altijd om de wat grotere bedrijven waar voor meer dan 20 werknemers deeltijd WW is afgesproken. Bij het merendeel van de aanvragen (met ongeveer de helft van de betrokken werknemers) zijn de vakbonden niet betrokken en zal een dergelijke afspraak meestal niet gemaakt zijn. Daar ontbreken vaak ook de middelen om een goed sociaal plan af te sluiten. FNV, CNV en MHP zijn er vanuit gegaan dat, als na evaluatie mocht blijken dat de regeling deeltijd WW zou voldoen, deze onverkort zou worden voortgezet. De uitkomst van de evaluatie zou dan gebruikt kunnen worden om de regeling op detail wat aan te scherpen. Vanuit deze gedachte vinden wij het dan ook logisch dat er enkele aanpassingen plaatsvinden vanuit het oogpunt van fraudebestrijding en gedegen uitvoering van scholingsdoelstellingen. Echter, de substantiële beperking van de regeling voor nieuwe en oude aanvragen is ronduit een verslechtering. Deze verslechtering komt bovendien neer op het veranderen van de regels tijdens het spel. Vakbonden, maar vooral ook tientallen personeelsvertegenwoordigingen in kleine bedrijven, zijn akkoord gegaan met de regeling deeltijd WW op basis van de toen geldende regels. Ontslagbescherming op basis van de boeteclausule speelde daarin een essentiële rol; die regeling verkleinde immers de kans dat gedurende of kort na de deeltijd WW werknemers zouden worden ontslagen en werknemers met vergaand beperkte WW-rechten op straat zouden komen te staan. Nu wordt deze beschermingsmaatregel met een pennestreek van tafel gehaald. Als personeelsvertegenwoordigingen dit hadden geweten waren ze in veel gevallen niet akkoord gegaan met de aanvraag of hadden zij additionele ontslagbescherming afgesproken. De vakcentrales willen overigens met nadruk bevestigen dat de deeltijd WW alleen moet worden toegepast bij bedrijven waarbij de economische noodzaak op dit moment én een reëel en aantoonbaar perspectief op herstel van de productie en een gezonde bedrijfsvoering

5 4 van 4 na ommekomst van de crisis objectief aangetoond kunnen worden. Bij de toepassing van de regeling nemen de bonden hun rol in dat opzicht ook zeer serieus. FNV, CNV en MHP roepen de Kamer op te zorgen dat uitvoering wordt gegeven aan de inhoud van de motie Ortega en de inbreng vanuit de Stichting van de Arbeid. Dat wil zeggen: - geen aanpassing van regels bij bestaande situaties, - geen regeling die bij gelijke verdeling van de deeltijd WW over grote groepen werknemers tot kortere duur leidt, en - behoud van de boeteclusule, om oneigenlijk gebruik tegen te gaan. Een afschrift van deze brief sturen wij naar minister Donner van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Uiteraard zijn wij graag bereid een en ander nader bij u toe te lichten. Met vriendelijke groet, Agnes Jongerius, voorzitter FNV René Paas, voorzitter CNV Richard Steenborg, voorzitter MHP