Sterilisatie bij de man (vasectomie) Afdeling Urologie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Sterilisatie bij de man (vasectomie) Afdeling Urologie"

Transcriptie

1 Sterilisatie bij de man (vasectomie) Afdeling Urologie

2 Inleiding In overleg met uw arts heeft u besloten een vasectomie te ondergaan. Er zijn verschillende mogelijkheden om ongewenste zwangerschap te voorkomen, zoals de pil, het condoom of spiraaltje. Het grote verschil met sterilisatie is, dat dit een definitieve anticonceptiemethode is. Dat wil zeggen dat de ingreep niet eenvoudig ongedaan kan worden gemaakt. Een sterilisatie is dan ook alleen een goede keuze wanneer u zeker weet dat u geen kinderen (meer) wilt. Sterilisatie is een eenvoudige ingreep en is niet van invloed op uw seksuele leven. Het is een zeer veilige vorm van anticonceptie. Voorbereiding De dag van de ingreep moet u vrij nemen. Om infectie te voorkomen wordt de ingreep onder steriele omstandigheden uitgevoerd. Daarom is het nodig dat u het operatiegebied op de avond vóór de ingreep onthaart, van de balzak tot twee centimeter boven de penis. Maak hierbij gebruik van een tondeuze en niet van een scheermesje. Deze laatste techniek veroorzaakt namelijk kleine wondjes en verhoogt daarmee de kans op een postoperatieve wondinfectie. Om die reden is het ook wenselijk dat u het operatiegebied minimaal een week voor de ingreep niet meer met een scheermesje onthaart. U kunt het operatiegebied bij uzelf wel op een andere wijze ontharen. U hoeft voor de ingreep niet nuchter te zijn. Als u bloedverdunnende middelen gebruikt (zoals Sintrom, Acetylsalicylzuur etc.) is het belangrijk dit aan te geven tijdens het maken van de afspraak. Dit geldt ook voor de aanwezigheid van een pacemaker/icd. Er worden in overleg met de uroloog afspraken gemaakt betreffende stoppen van de bloedverdunnende middelen. De ingreep De sterilisatie wordt op de polikliniek gedaan. U wordt plaatselijk verdoofd.

3 Na ontsmetting van de balzak krijgt u een injectie links en rechts in de huid van de balzak. Dan maakt de arts in de verdoofde huid een kleine snede (links en rechts, zie afb. 1). Hier worden de zaadleiders blootgelegd en er wordt een stukje tussenuit gehaald (afb. 2 en 3). Vervolgens worden de uiteinden van de zaadleiders dichtgebrand (coaguleren) of dichtgeknoopt met niet-oplosbare hechtingen. De huidwondjes worden gehecht met oplosbare hechtingen die na tien dagen verdwijnen en er dus niet apart uitgehaald hoeven te worden. Tijdens de ingreep kunt u een trekkend, pijnlijk gevoel ervaren, met name in de liezen. Dit komt omdat de zaadleider door het lieskanaal loopt. De ingreep duurt in totaal ongeveer 15 minuten. Afb. 2 Afb. 3 Na de ingreep Na de ingreep komen er pleisters op de beide wondjes. Deze moet u een dag laten zitten. Het beste kunt u een aansluitende onderbroek dragen. De rest van de dag kunt u het beter rustig aan doen; zo loopt u de minste kans op een nabloeding. Als de verdoving uitgewerkt is kan het gebied van de balzak en liezen gevoelig worden. U kunt hiervoor een gewone pijnstiller nemen, bijvoorbeeld Paracetamol. Na een dag kunt u de pleister

4 zelf verwijderen. U mag nu ook douchen. De dag na de ingreep kunt u in het algemeen weer uw gewone werkzaamheden verrichten. Wel moet u de eerste dagen zware werkzaamheden achterwege laten. De eerste vijf dagen is het beter om niet te fietsen, sporten, zwemmen of zwaar te tillen. Na deze vijf dagen is er geen bezwaar meer tegen geslachtsgemeenschap. Nazorg Na afloop kunt u vrijwel meteen naar huis. Het advies is om na de ingreep voor vervoer te zorgen. Vruchtbaarheid Na de ingreep bent u niet meteen onvruchtbaar! De eerste maanden na de ingreep komen er bij de zaadlozing nog steeds zaadcellen vrij. Daarom moet u in deze periode nog een voorbehoedmiddel blijven gebruiken. Na tenminste zaadlozingen, die u in ongeveer drie maanden na de ingreep moet hebben, zijn de zaadcellen meestal verdwenen. Na drie maanden wordt uw sperma onderzocht. Dit onderzoek is belangrijk om de onvruchtbaarheid vast te stellen. Voor dit onderzoek krijgt u van ons een laboratoriumformulier, potje en het informatieformulier: Spermaonderzoek na vasectomie mee. U kunt voor het spermaonderzoek een afspraak maken bij het laboratorium van het Waterlandziekenhuis te Purmerend (Poli 5). Telefoonnummer: (0299) Tijdens de gemaakte belafspraak bij de uroloog hoort u de uitslag. Wanneer er geen zaadcellen meer te zien zijn is de sterilisatie geslaagd en is de behandeling ten einde. In dit geval kan het gebruik van voorbehoedsmiddelen stoppen. Het kan gebeuren dat u meerdere malen zaad moet inleveren, totdat de uitslag laat zien dat er geen zaadcellen meer aanwezig zijn. Controle Zonodig wordt een afspraak gemaakt voor controle bij uw uroloog. Complicaties Het komt vaak voor dat de balzak en/ of de basis van de penis een beetje blauw wordt. Ook eventueel bloed- of vochtverlies uit de wondjes is niet verontrustend en gaat in de regel vanzelf snel over. Het komt zelden voor dat er een nabloeding of wondinfectie optreedt. Pijn na de ingreep komt vaak voor en gaat gepaard met een beurs gevoel in de zaadballen en pijn bij het lopen. Meestal duurt dit slechts enkele dagen. In een aantal gevallen moet u uw behandelend arts waarschuwen: als u

5 koorts krijgt boven de 38.5 ºC, als de balzak sterk zwelt, het wondje blijft bloeden of als u erg veel pijn heeft. Ook kan na de sterilisatie een gevoel van stuwing optreden. Dit kan leiden tot een pijnlijk gevoel voorafgaand aan de zaadlozing. Maar dit is zeldzaam en meestal tijdelijk. Wat verder van belang kan zijn Er is een uiterst geringe kans dat de uiteinden van de zaadleiders weer aan elkaar groeien en er opnieuw doorgankelijkheid (en dus vruchtbaarheid) ontstaat. Ook al laat controle van het zaad zien dat er geen zaadcellen aanwezig zijn, dan nog is hernieuwde vruchtbaarheid na langere tijd mogelijk. Dit komt bij ongeveer 1 à 3 op de 1000 patiënten voor. Het is mogelijk dat in de zaadlozing steeds enkele zaadcellen aanwezig blijven. Soms dient dan na overleg met uw uroloog opnieuw een sterilisatie te worden gedaan. Sterilisatie is in principe en definitieve ingreep. In voorkomende gevallen kan een sterilisatie wel eens ongedaan gemaakt worden. De ingreep heeft geen invloed op het mechanisme en het gevoel bij de zaadlozing. Na de sterilisatie worden nog steeds zaadcellen in de testikels gevormd; deze worden echter door het lichaam afgebroken. Aan de zaadlozing is met het blote oog niet te zien of iemand gesteriliseerd is. De zaadlozing bestaat na de sterilisatie voornamelijk uit prostaatvocht. De hoeveelheid vocht blijft vrijwel gelijk als voor de sterilisatie. Wie van beide partners zich laat steriliseren is een persoonlijke keuze. Het voordeel van vasectomie is, dat het een relatief lichte ingreep is, die op de polikliniek onder plaatselijke verdoving kan worden gedaan. Sterilisatie geeft geen enkele bescherming tegen seksueel overdraagbare aandoeningen, zoals aids, gonorroe of syfilis. Om de kans hierop te verminderen is het raadzaam een condoom te gebruiken. In 1993 werden twee Amerikaanse artikelen gepubliceerd, waarin een relatief verhoogd risico op prostaatkanker na vasectomie werd beschreven. Hierna zijn echter diverse andere publicaties bekend geworden, waarin geen verhoogd risico werd gevonden. De Nederlandse Vereniging voor Urologie en het Nederlands Huisartsen Genootschap zijn dan ook van mening dat er geen aannemelijke verklaring voor de grotere kans op prostaatkanker na

6 vasectomie bestaat en dat vasectomie onverminderd als één van de meest effectieve en minst belastende vormen van anti-conceptie kan worden beschouwd. Verhindering Als u door ziekte of om een andere reden niet op uw afspraak kunt komen, neem dan zo snel mogelijk contact op met de polikliniek Urologie. In uw plaats kan dan een andere patiënt geholpen worden. Tot slot Deze brochure is bedoeld als een algemene voorlichting en dient als extra informatie, naast het gesprek met uw arts. Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, dan kunt u met ons contact opnemen. (0299) voor vragen of problemen zijn we elke werkdag telefonisch bereikbaar van uur. Buiten kantoortijden kunt u bellen naar (0299) U kunt dan vragen naar de afdeling Spoedeisende hulp die, zonodig, contact opneemt met de dienstdoende uroloog.

7 Colofon Dit is een publicatie voor patiënten van het Waterlandziekenhuis Informatie adres: september 2014