Vrijwilligersbeleid

Transcriptie

1 Vrijwilligersbeleid

2 VRIJWILLIGERSBELEID INLEIDING De werkzaamheden van HvE kunnen grotendeels enkel uitgevoerd worden door de inzet van vrijwilligers. Vandaar dat aandacht voor deze vrijwilligers belangrijk is. Zowel de vrijwilligers zelf als ook de organisatie hebben belang bij goed geformuleerde voorwaarden. Naast onkostenvergoeding, verzekering, deskundigheidsbevordering, zijn ook goede voorzieningen en een adequate ondersteuning belangrijk. Vrijwilligerswerk vraagt daarmee om een beleid waarin deze zaken goed geregeld zijn, zodat de continuïteit van de (taakstelling van de) organisatie is verzekerd. MAATSCHAPPELIJKE ONTWIKKELINGEN IN HET VRIJWILLIGERSWERK Veel vrijwilligersorganisaties kampen nu al met het probleem dat zij moeilijker geschikte vrijwilligers kunnen vinden. Er dreigt een tekort aan vrijwilligers te ontstaan terwijl onderkend wordt dat het vrijwilligerswerk een belangrijke bijdrage levert aan de leefbaarheid van de samenleving. Ook de Wet Maatschappelijke Ondersteuning is op dit gegeven vormgegeven. Als HvE erkennen we dit probleem, maar ervaren dit gelukkig (nog) niet. Om tijdig op deze ontwikkelingen te kunnen inspelen is dit voorstel geformuleerd. Welke trends dragen nu bij aan de terugloop van het aantal vrijwilligers?

3 De nieuwe vrijwilliger Een eerste ontwikkeling betreft de veranderende vrijetijdscultuur. Het aantal manieren waarop mensen hun vrije tijd kunnen besteden is (mede door de groeiende welvaart) in de afgelopen jaren drastisch toegenomen. Mensen kiezen daardoor minder vanzelfsprekend en minder snel voor het verrichten van vrijwilligerswerk in hun vrije tijd. Een kenmerk van jonger ouderen (50-plussers) is dat zij vaak andere eisen stellen aan het werk dan de reeds werkzame vrijwilligers. Ze willen zich minder binden, willen meer inspraak en soms ook een ander takenpakket. Ten aanzien van het vrijwilligerswerk hebben zij behoefte aan overzichtelijke, kortdurende werkzaamheden, die passen binnen de andere invullingen van hun vrije tijd. Dit betekent ook dat men minder snel kiest voor werkzaamheden die een grote emotionele belasting met zich meebrengen. Voor de welzijnsorganisaties zou deze ontwikkeling kunnen betekenen dat het kortdurende vrijwilligerswerk met afgebakende taken (zoals vervoersdienst, klussendienst, gastvrouw, burgeradvisering etc.) in de lift zit. Het relatie georiënteerde vrijwilligerswerk daarentegen (zoals activerend huisbezoek) zal dan naar verwachting afnemen. Hiervoor is immers juist een binding voor langere tijd nodig en hiertoe zijn vrijwilligers minder snel bereid. Onderliggend aan deze verandering zijn een aantal algemene ontwikkelingen die belangrijke invloed hebben op deze nieuwe vrijwilliger: Vergrijzing: dit leidt tot toename in vraag naar zorg en welzijn. Ofschoon (deze potentiële groep vrijwilligers) jongere ouderen veelal rijkere en gezonde ouderen zijn (die nu eindelijk willen genieten van het leven en bijvoorbeeld gaan reizen), worden ook deze mensen vroeg of laat geconfronteerd met een situatie waarin zij (weer) moeten gaan zorgen (als mantelzorger) of verzorgd worden.

4 Individualisering: ieder vult zijn eigen leven naar goeddunken in. Een tegenreactie hierop is de wens om toch wel met elkaar in contact te blijven. Digitalisering: nieuwe media om informatie aan te bieden en zelfhulp te stimuleren. Arbeidsparticipatie: meer dan vroeger nemen vrouwen, gehandicapten, allochtonen en studenten deel aan het arbeidsproces, in betaalde of onbetaalde vorm. De behoefte om (langer) maatschappelijk betrokken te zijn en te werken kan ook bij ouderen een rol spelen. Privatisering (verzelfstandiging): ook wordt er een groter beroep door de overheid gedaan op zelfstandigheid van burgers, vindt er verschuiving plaats van zorg in instellingen naar zorg in eigen huis en andere zelfstandige woonvormen (extramuralisering). Hierdoor zal de behoefte aan vrijwillige zorg en mantelzorg toenemen. Kwaliteitsverhoging van het vrijwilligerswerk Momenteel is een ontwikkeling zichtbaar dat steeds hogere eisen worden gesteld aan de capaciteiten en zelfstandigheid van vrijwilligers. Dit komt onder ander door nieuwe regelgeving. Er worden hogere (kwaliteits)eisen gesteld aan vrijwilligersorganisaties en dus ook aan hun vrijwilligers. Een voorbeeld hiervan is de veranderde wet- en regelgeving ten aanzien van vergoedingen en belastingen. Ook verwacht de overheid steeds meer van vrijwilligers dat zij meepraten en meedenken over beleid. Ook deze ontwikkeling is op zichzelf een positieve. Voor een deel van de potentiële vrijwilligers sluiten de hoge eisen wat betreft deskundigheid, inzetbaarheid en duur van de overeenkomst wellicht goed aan bij hun motivatie (ze willen gericht leren en er verder mee komen óf hun specifieke deskundigheid in deze inzetten). Voor anderen vormen de eenvoudigste eisen al een grote drempel. Het is dus van essentieel belang dat goed geluisterd wordt naar de wensen en motieven van zowel nieuwe als huidige vrijwilligers.

5 NAAR VRAAGGESTUURD VRIJWILLIGERSWERK Uitdagingen in het vrijwilligersbeleid: Flexibele inzet van vrijwilligers Kwaliteitsverhoging van het vrijwilligerswerk Gezien bovengenoemde ontwikkelingen zal er een cultuuromslag moeten plaatsvinden in het denken over vraag en aanbod rond vrijwilligers, willen we ook in de toekomst verzekerd blijven van voldoende vrijwilligers. Niet alleen de behoefte van de organisatie aan vrijwilligers moet centraal staan, maar ook de mogelijkheden en interesses van de vrijwilliger. Allereerst betekent dit dat de instellingen zich meer moeten gaan verdiepen in de achtergronden van potentiële vrijwilligers om hen te interesseren voor hun organisatie. Tevens zal in de dagelijkse uitoefening van het werk ruimte moeten zijn om specifieke wensen en behoeften van vrijwilligers te signaleren. Dit kan bijvoorbeeld door het houden van voortgangs- en functioneringsgesprekken. Op grond van deze gesprekken kan dan op flexibele wijze invulling gegeven worden aan het werk van een specifieke vrijwilliger. Tegelijkertijd zal er in het vrijwilligerswerk ruime aandacht moeten zijn voor scholing om in de professionaliseringsbehoefte te voorzien. Dit kan door cursussen, maar ook door intervisie: gevorderde en ervaren vrijwilligers scholen (nieuwe) vrijwilligers. Mogelijkerwijs zal kwaliteitsverhoging, net als flexibilisering, bijdragen tot het aantrekkelijker maken van het vrijwilligerswerk. Het moge duidelijk zijn dat al deze aspecten ook een organisatorische verandering vergen, die het mogelijk maken om in te spelen op individuele wensen van vrijwilligers. Daarnaast zal HvE zich blijvend actief moeten profileren richting de samenleving als een aantrekkelijke organisatie die veel (flexibele) mogelijkheden biedt aan verschillende groepen vrijwilligers.

6 Conclusie Op naar vraaggestuurd vrijwilligerswerk voor het bereiken van flexibiliteit en kwaliteitsverhoging van het vrijwilligerswerk. VISIE EN BELEIDSUITGANGSPUNTEN Definitie vrijwilligerswerk Werk dat in enig georganiseerd verband onverplicht en onbetaald wordt verricht ten behoeve van anderen of de samenleving. Definitie vrijwilligersbeleid Vrijwilligersbeleid is het geheel aan voorwaarden dat nodig is om vrijwilligers binnen een organisatie tot hun recht te laten komen en hun eigen doelen na te laten streven op een zodanige wijze dat ook de doelstellingen van de organisatie daarmee gediend worden. De meerwaarde van vrijwilligersbeleid Voor HvE heeft het formuleren van vrijwilligersbeleid meerwaarde op een groot aantal punten. De belangrijkste is dat de instelling door het formuleren en het uitvoeren van vrijwilligersbeleid alle medewerkers binnen de organisatie dwingt om na te denken over de rol, positie en bijdrage die vrijwilligers leveren.

7 Visitekaartje Vrijwilligers komen een organisatie binnen met hun eigen wensen en verlangens. Om te kunnen inschatten of deze binnen de instelling vervuld kunnen worden, is het vrijwilligersbeleid een leidraad en hulpmiddel. Tevens dient een vrijwilligersbeleid als visitekaartje voor subsidieverleners. Het biedt inzicht in welke ondersteuning, begeleiding en deskundigheidsbevordering vrijwilligers nodig hebben bij het realiseren van de organisatiedoelstellingen, zodat subsidie-aanvragen goed kunnen worden. Toetsingsinstrument Een vrijwilligersbeleid maakt het beleid openbaar en geeft alle betrokkenen, onder wie de vrijwilligers zelf, een instrument in handen om het beleid te controleren. Daarnaast verschaft het vrijwilligersbeleid de directie duidelijkheid over de bijdrage die vrijwilligers leveren aan het verwezenlijken van de doelstellingen van de organisatie. Binding Vrijwilligersbeleid is tevens een instrument om vrijwilligers aan de organisatie te binden. HvE investeert veel in het werven, selecteren, inwerken en begeleiden van haar vrijwilligers. Het rendement hiervan is de hoop en verwachting dat vrijwilligers zich voor langere tijd zullen inzetten voor de organisatie. Een vrijwilligersbeleid geeft duidelijkheid over de wederzijdse verwachtingen van de vrijwilliger en de organisatie. VISIE OP DE POSITIE, BETEKENIS EN BIJDRAGE VAN VRIJWILLIGERS Visie De visie op het vrijwilligerswerk is van groot belang voor de keuzen die HvE wenst te maken. Bij dit onderdeel zijn opvattingen terug te vinden over de bijdrage van vrijwilligers aan het realiseren van de doelstellingen van de organisatie én over wat de organisatie voor de vrijwilligers betekent.

8 Vanuit het perspectief van de instelling Vanuit het perspectief van de instellingen gaat het om de volgende motieven om vrijwilligers in te schakelen: Door de inzet van vrijwilligers (meer tijd en aandacht voor cliënten) kan HvE diensten aanbieden die zonder vrijwilligers niet mogelijk zouden zijn. Tevens wordt HvE door de inzet van vrijwilligers laagdrempeliger voor cliënten. De kennis en ervaring van de huidige vrijwilligers is erg waardevol voor HvE, ook omdat deze goed aansluit op de belevingswereld van de cliënten. HvE bevordert de maatschappelijke participatie door vrijwilligers een zinvolle tijdsbesteding te geven. Vrijwilligers kunnen problemen bij cliënten signaleren, waardoor activiteiten en diensten aangepast of ontwikkeld kunnen worden. Gemotiveerde vrijwilligers zijn de beste ambassadeurs van de organisatie. Dit heeft vervolgens weer een positief effect op de beeldvorming van HvE. Vanuit het perspectief van de vrijwilligers Vanuit het perspectief van de vrijwilligers gaat het om de volgende motieven om vrijwilligerswerk te doen: Mogelijkheden tot persoonlijke ontplooiing en vervanging van betaald werk, het verder ontwikkelen of behouden van vaardigheden. Vrijwilligerswerk verhoogd het gevoel van eigenwaarde van veel vrijwilligers. De sociale functie. Bijvoorbeeld door sociale contacten op te doen, iets te betekenen voor anderen of een goede dagindeling te hebben. Het verkleint tevens de kans dat mensen in een sociaal isolement terecht komen. Ideële opvattingen uitdragen, zoals de bestrijding van onrechtvaardigheid of van bepaalde misstanden.

9 Vanuit het perspectief van de cliënten Wat levert de inzet van vrijwilligers(werk) voor de doelgroepen en cliënten van HvE op? De ervaring en kennis van vrijwilligers sluit aan op de belevingswereld van de cliënten. Dit wordt door deze cliënten als prettig ervaren. Vrijwilligers bieden cliënten tijd en aandacht. Door de inzet van vrijwilligers blijft de dienstverlening relatief betaalbaar voor de cliënten. De plaats van de vrijwilliger binnen HvE Binnen de organisatie van HvE hebben vrijwilligers een dubbele plaats. Enerzijds behoren zij tot de groep die, onder begeleiding van een beroepskracht, rechtstreeks producten en diensten levert aan de cliënt. Anderzijds vinden vrijwilligers in het vrijwilligerswerk zelf een zinvol middel tot tijdsbesteding, zingeving en deelname aan het maatschappelijk leven. HvE is zich ervan bewust dat vrijwilligers ook om deze redenen kiezen voor vrijwilligerswerk binnen HvE.

10 TAKEN, VERANTWOORDELIJKHEDEN EN BEVOEGDHEDEN VAN VRIJWILLIGERS Taakverdeling tussen beroepskrachten en vrijwilligers HvE is een professionele organisatie. Dit betekent dat beroepskrachten beleidsbepalend zijn. Vrijwilligers verrichten hun werkzaamheden binnen de door beroepskrachten gestelde kaders. Er zal echter altijd afstemming nodig zijn tussen de werkzaamheden van vrijwilligers onderling en de werkzaamheden van vrijwilligers en beroepskrachten ten opzichte van elkaar. De taakverdeling moet in elk geval functioneel zijn, met een zo hoog mogelijk rendement voor de organisatie. Daarnaast moet de taakverdeling recht doen aan de kwaliteiten, deskundigheden én de persoonlijke voorkeuren van de beroepskrachten en vrijwilligers. Voor de diversiteit in wensen en behoeften van vrijwilligers dient ruimte te zijn. Sommige functies staan vast, maar er kan ook een takenpakket samengesteld worden op basis van de wensen en behoeften van een individuele vrijwilliger. Deze benadering biedt HvE de kans om je juiste mensen met een goede motivatie en deskundigheid aan taken te koppelen. Deze werkwijze biedt bovendien mogelijkheden voor vrijwilligers om na verloop van tijd andere werkzaamheden op te pakken, of juist een stapje terug te doen omdat bijvoorbeeld privébezigheden (tijdelijk) meer tijd vragen. Op deze wijze kunnen vrijwilligers behouden worden die bij een strakke omgang met taken wellicht het vrijwilligerswerk binnen HvE zouden beëindigen. HvE moet zich ervan bewust zijn dat dit tevens kan betekenen dat hierdoor flexibilisering zal moeten ontstaan in het takenpakket van de beroepskracht.

11 Verantwoordelijkheid werkzaamheden Het beleid is er op gericht om vrijwilligers zelfstandig te laten functioneren bij het organiseren en uitvoeren van activiteiten. Hierbij dient rekening gehouden te worden met hetgeen de vrijwilliger aankan. De beroepskracht/projectleider is altijd eindverantwoordelijk voor de kwaliteit van een betreffend product of dient. WERVING, SELECTIE EN INTRODUCTIE Werving Werving is in feite een doorlopende activiteit om het vrijwilligersbestand op peil te houden. Zeker nu het huidige vrijwilligersbestand dreigt te vergrijzen, is het belangrijk om op gestructureerde wijze aandacht te besteden aan de werving van nieuwe vrijwilligers. Dit gebeurt op de volgende manieren: Een van de beste vormen van werving blijkt nog altijd te zijn dat mensen gevraagd worden voor bepaalde functies. Het is hierbij van belang om niet alleen in te gaan op de betreffende functie, maar ook te vragen naar de eigen wensen en behoeften van de kandidaat-vrijwilliger. Vacatureplaatsing van vrijwilligersfuncties op de digitale vacaturebank die door HvE voor alle vrijwilligersorganisaties wordt onderhouden ( Vacatureplaatsing middels persberichten, in eigen nieuwsbrieven, en op de eigen website ( Daarnaast is het van belang om omstandigheden te scheppen waardoor HvE als organisatie aantrekkelijk is voor nieuwe vrijwilligers en dit ook te communiceren naar de samenleving.

12 Selectie Capaciteiten, motieven en beschikbaarheid zijn elementen die bij vrijwilligers sterk uiteen kunnen lopen. Bij de selectie zal hiermee rekening gehouden moeten worden, zodat de juiste vrijwilliger op de juiste plek terechtkomt. Daarnaast is het van belang dat de vrijwilliger getoetst wordt op kenmerken die nodig zijn om de gewenste diensten te kunnen leveren aan de doelgroep. Mocht de vrijwilliger niet beschikken over de juiste kennis of vaardigheden die nodig zijn voor een bepaalde taak, dan is het uitgangspunt dat er gekeken wordt naar andere mogelijkheden binnen het vrijwilligerswerk van HvE óf dat de vrijwilliger hiervoor wordt bijgeschoold. Tijdens de selectieprocedure zal hierover duidelijkheid moeten ontstaan. Tot slot zijn er een aantal verwachtingen die HvE heeft van vrijwilligers. De vrijwilliger moet: Zich kunnen vinden in de doelstelling van de organisatie. Belangstelling hebben voor en affiniteit hebben met de doelgroep waarmee hij/zij gaat werken. Gemotiveerd zijn en reële verwachtingen hebben van de uit te voeren taak. Bereid zijn om samen te werken. Aanspreekbaar zijn op de werkzaamheden die hij of zij gaat verrichten. Zich realiseren dat het werk vrijwillig maar niet vrijblijvend is. Afspraken nakomen.

13 Introductie Als de samenwerkingsafspraken zijn gemaakt en de vrijwilliger en instelling zich aan elkaar verbonden hebben, volgt de introductieperiode. Deze heeft een drieledig doel: Inwerken in de taken. Kennismaken met de andere vrijwilligers. Kennismaken met de organisatie. BEGELEIDING EN DESKUNDIGHEIDSBEVORDERING Begeleiding Uitgangspunt bij begeleiding van de vrijwilliger is dat de vrijwilliger zijn of haar taak zelfstandig kan uitvoeren. Een goede begeleiding is bevorderlijk voor de motivatie en de betrokkenheid van de vrijwilligers. Iedere vrijwilliger heeft een aanspreekpunt nodig binnen de organisatie waar hij of zij terecht kan met vragen. Taakgerichte begeleiding Bij de taakgerichte begeleiding staan het werk, de voortgang, de middelen en de samenwerking centraal. Het gaat om zaken die een directe relatie hebben met het doel van de organisatie.

14 Vrijwilligersgerichte begeleiding Hierbij staat het functioneren en het welbevinden van de vrijwilliger centraal. Aan dit aspect zal, gezien de ontwikkeling van de nieuwe vrijwilliger meer aandacht aan besteed moeten worden. Bovendien, ook de huidige vrijwilligers hebben behoefte om na verloop van tijd te kunnen veranderen van werkzaamheden. Het is de taak van de beroepskracht om deze behoefte onder vrijwilligers te signaleren. Dit kan bijvoorbeeld door het voeren van voortgangsgesprekken met de vrijwilliger. Eisen aan begeleidende beroepskrachten Een goede begeleiding stelt eisen aan de beroepskracht. Deze moet zich kunnen verplaatsen in zowel de vrijwilliger als in de doelstelling van de organisatie. Tevens dient men een duidelijke visie te hebben op de plaats en de positie van de vrijwilliger binnen de organisatie. De beroepskracht moet zicht hebben op de taken en werkzaamheden van de vrijwilliger en vertrouwen op de deskundigheid van de vrijwilliger. Niet in de laatste plaats moet de beroepskracht kundig zijn, zowel in de taak- en persoonsgerichte begeleiding, als ook in de individuele en groepsgewijze begeleiding. De organisatie stelt de beroepskracht in staat om relevante trainingen en cursussen te volgen die de kwaliteit en de deskundigheid van de beroepskracht waarborgen. Tot stand brengen van betrokkenheid Begeleiding van vrijwilligers is niet alleen een middel om de uitvoering van de taken te verbeteren. Het is ook een middel het welzijn van de vrijwilligers te bevorderen. Als er tijdig ingespeeld wordt op vragen en problemen die vrijwilligers aankaarten, hebben zij het gevoel dat ze serieus genomen worden. De betrokkenheid van vrijwilligers wordt tevens vergroot door het zorgvuldig terugkoppelen van gemaakte keuzes, het kunnen beargumenteren en verantwoorden van beslissingen én het nakomen van afspraken.

15 Deskundigheidsbevordering De kwaliteit van het werk van HvE wordt in aanzienlijke mate bepaald door de beschikbare capaciteiten van de vrijwilligers. Deskundigheid vraagt om onderhoud. Uitgaande van en gebaseerd op functie en taak van de vrijwilliger, zal deskundigheidsbevordering nadrukkelijk worden aangeboden. Daarnaast hoeft leren niet altijd via cursussen of themabijeenkomsten te gaan. Ook informeel leren, leren door te doen, te praten en na te denken, is belangrijk. De beroepskrachten besteden hier met de vrijwilligers aandacht aan. INFORMATIE EN COMMUNICATIE Om goed te kunnen functioneren hebben vrijwilligers informatie nodig. Elke vrijwilliger heeft recht op alle informatie die nodig is om het werk te kunnen uitvoeren. Gedeeltelijk zal dat schriftelijk gaan, voor een groot gedeelte ook mondeling. Ook de informele kanalen (tijdens de koffiepauzes, in de wandelgangen) en formele kanalen (vergaderingen, werkbesprekingen, jaarverslag, mailings). Vrijwilligers moeten op de hoogte gehouden worden van alle informatie die van belang is van hen. Enerzijds gaat het hierbij om functionele informatie: zoals gezegd, alles wat ze moeten weten om hun taak goed te kunnen uitvoeren. Anderzijds algemene informatie: alles wat vrijwilligers moeten weten om op de hoogte te blijven van wat er in de organisatie gebeurt. Het vrijwilligersblad Graag Gedaan dat HvE meerdere malen per jaar uitbrengt, heeft hierin een belangrijke functie. Vrijwilligers die nieuw zijn binnen de organisatie krijgen informatie over hun rechten en plichten binnen de organisatie (door bijvoorbeeld de eerder genoemde wegwijzer voor vrijwilligers ). Hierin is ook informatie opgenomen over de organisatie.

16 ORGANISATORISCHE VOORWAARDEN EN REGELINGEN Onkostenvergoeding HvE kent geen algemene vrijwilligersvergoeding. De onkosten die gemaakt worden in verband met het vrijwilligerswerk worden daarom vergoed op basis van de werkelijk gemaakte kosten. Reiskosten De kilometervergoeding wordt jaarlijks afgestemd met belastingbeleid. Verzekeringen HvE heeft voor al haar vrijwilligers de volgende verzekeringen afgesloten: WA-verzekering Deze verzekering stelt HvE in staat om schade aan derden te vergoeden die door vrijwilligers tijdens de uitvoering van hun vrijwilligerswerk is veroorzaakt. Ongevallenverzekering Deze verzekering garandeert een uitkering in geval van blijvend lichamelijk letsel of dood als gevolg van een ongeval dat de vrijwilliger tijdens de werkzaamheden is overkomen. Beide verzekeringen gelden gedurende de uitvoering van het vrijwilligerswerk en op weg van de woning naar de plaats van het werk en terug.

17 Waarderingsbeleid Om de betrokkenheid bij de organisatie en het werk te vergroten én om waardering voor de inzet van vrijwilligers te laten blijken, hanteert HvE een waarderingsbeleid. Er zijn vaste momenten waarop HvE extra aandacht heeft voor de vrijwilliger. Tot deze momenten behoren: Jubileum als vrijwilliger Kerstattentie Huwelijk (Langdurige) ziekte Overlijden van de vrijwilliger of diens partner/kind Jaarlijkse vrijwilligersbijeenkomst Afscheid Vrijwilligersovereenkomst Een overeenkomst is een middel om aan beide partijen duidelijkheid te verschaffen over de wederzijdse verwachtingen. Afhankelijk van de verantwoordelijkheid en taken van de betreffende vrijwilliger sluit HvE een overeenkomst af. Toch is HvE terughoudend in het afsluiten van een dergelijke overeenkomst, omdat is gebleken dat dit door vele vrijwilligers als drempelverhogend wordt ervaren. Enkel bij vrijwilligerstaken met een bepaald risico (zoals burgeradvisering ) heeft HvE een dergelijke overeenkomst een verplichtend karakter gegeven. Tevens beschikt HvE over veel vrijwilligers die slechts enkele malen per jaar een (kleine) taak verrichten voor de organisatie. Ook daarom ziet men, mede vanwege efficiency en laagdrempeligheid, af van een overeenkomst.

18 Beëindiging vrijwilligerswerk De samenwerkingsrelatie kan om uiteenlopende redenen worden beëindigd. Dit kan meerdere oorzaken hebben: beëindiging van een bepaald project, ziekte of overlijden van de vrijwilliger, het verstrijken van de zittingstermijn van de vrijwilliger (bijvoorbeeld in bestuur), het niet langer willen of kunnen uitvoeren van de vrijwilligerstaken door de vrijwilliger, of wegens disfunctioneren van de vrijwilliger. HvE gaat zorgvuldig om met de beëindiging van het werk door de vrijwilliger. Desgewenst, worden mogelijke alternatieven besproken met de vrijwilliger, binnen of buiten HvE. Afhankelijk van de taken van de vrijwilliger, wordt met elke vertrekkende vrijwilliger een exit-gesprek gehouden. Hierdoor kan HvE achterhalen wat de beweegredenen zijn voor diens vertrek. Als de oorzaak voor vertrek bij HvE ligt, dan is het zaak om herhaling daarvan te voorkomen. Tevens geeft het HvE mogelijk inzicht in de wensen en behoeften van (toekomstige) vrijwilligers. Getuigschrift Wanneer de vrijwilliger dit op prijs stelt, kan HvE een getuigschrift afgeven waarop de aard en de duur van het vrijwilligerswerk staan aangegeven en de wijze waarop de vrijwilliger binnen HvE heeft gefunctioneerd.

19 Arbo-beleid Vrijwilligers hebben het recht op goede arbeidsomstandigheden. De arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) verplicht de organisatie beleid te voeren om de veiligheid, de gezondheid en het welzijn van vrijwilligers te bevorderen. Dit arbo-beleid maakt deel uit van het vrijwilligersbeleid. De arbowet schrijft voor dat het bestuur van de organisatie in nauwe samenwerking met de vrijwilligers: Moet (laten) onderzoeken of het werk de gezondheid van vrijwilligers kan schaden of anderszins gevaren met zich mee kan brengen. (Als daar aanleiding toe is) moet werken aan de verbetering van de arbeidsomstandigheden. De vereiste aanpak voor het onderzoeken en verbeteren van de arbeidsomstandigheden is de zogeheten risico-inventarisatie en evaluatie (RI&E). Toezicht op bijstelling en naleving vrijwilligersbeleid Vrijwilligers vinden en binden kost steeds meer moeite. Dat kan op termijn gevolgen hebben voor HvE. Er moeten nieuwe wegen bewandeld worden om vrijwilligers te werven en te behouden, er moet voldoende tijd besteed blijven worden aan het omgaan met de vrijwilligers en blijvend ruimte gecreëerd worden voor hun eigen inbreng. De verwachtingen van de vrijwilliger en die van HvE moeten met elkaar in evenwicht blijven. Dat kost inspanning en middelen. HvE zal zich moeten blijven inspannen om voldoende uren in te kunnen zetten om het vrijwilligersbeleid goed uit te voeren. Binnen HvE dient de directie te bewaken dat er gevolg wordt gegeven aan afspraken en beloftes die zijn opgenomen in dit vrijwilligersbeleid. Uiteraard blijven bestuur en directie eindverantwoordelijk voor het algehele beleid van HvE, inclusief het vrijwilligersbeleid.