Profielwerkstuk Natuurkunde Wrijving op een karretje

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Profielwerkstuk Natuurkunde Wrijving op een karretje"

Transcriptie

1 Profielwerkstuk Natuurkunde Wrijving op een k Profielwerkstuk door een scholier 5455 woorden 11 mei ,7 66 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Wrijvingskracht op een k Inhoudsopgave Inleiding Onderzoeksplan - korte beschrijving proef - onderzoeksvragen - literatuurbronnen - beschrijving experiment Verslag - theorie - meetmethode - meetresultaten - uitwerking en conclusies Evaluatie Logboek Bijlage - Grafieken PWS - Zonder oppervlak - Oppervlak 15 cm * 5 cm = 75 cm Oppervlak 15 cm * 10 cm = 150 cm2 - Oppervlak 15 cm * 15 cm = 225 cm2 - Oppervlak 15 cm * 20 cm = 300 cm2 - Oppervlak 15 cm * 15 cm = 375 cm2 - Grafieken EXO: Pagina 1 van 15

2 - Hout, Kunststof, Karton g - Hout, Kunststof, Karton g - Hout, Kunststof, Karton g - Hout, Kunststof, Karton g - Hout, Kunststof, Karton g - Hout, Kunststof, Karton g Inleiding We gingen dit jaar ons profielwerkstuk doen en besloten om dit te combineren met het EXO. Voor het EXO konden we kiezen uit verschillende onderwerpen. Het onderwerp wat we hadden gekozen was wrijving op een k. Dit kozen we omdat daar veel in te variëren was zoals gewicht, frontaal oppervlakte, afstand en ondergrond. Ook konden we hiervoor het programma Coach 5 gebruiken dus was het zeker een interessant onderwerp. Om dit onderwerp ook geschikt te maken voor een profielwerkstuk moesten we het onderwerp uitbreiden. Korte Beschrijving Onderwerp: Wij hebben gekozen voor het onderwerp Wrijving op een k. Dit onderwerp gaat over een k dat wordt aangedreven door een gewichtje. Op dit k staat een frontaal oppervlak dat voor de toename van de wrijvingskracht zorgt. Dit willen wij doen d.m.v. een tafel waarop wij het k laten rijden. Aan het eind van deze tafel is dan een gatenwiel bevestigd. Op het k wordt dan vervolgens een frontaal oppervlak bevestigd. Het k wordt aangedreven door een touwtje waaraan een gewichtje hangt. Als tweede proef hebben we de wrijvingskracht gemeten over verschillende ondergronden. Dit hebben we gedaan door het k over verschillende ondergronden te laten rijden. We hebben bij elke ondergrond 6 metingen gedaan namelijk 1 meting zonder extra gewicht en daarna telkens 100 g aan het k toegevoegd. Onderzoeksvragen: Hoofdvraag: Wat is het verband tussen de wrijvingskracht en de grootte van het frontale oppervlak? Hypothese Wij denken dat als naarmate het oppervlak van het frontale schermpje toeneemt dat de wrijvingskracht niet rechtevenredig toeneemt. Dit komt omdat de rolwrijving vrijwel hetzelfde blijft en alleen de luchtwrijving zou toe moeten nemen. De grafiek van het verband zal waarschijnlijk een kromme zijn. Het zou kunnen zijn dat er geen kromme ontstaat. Dit kan dan veroorzaakt worden door meetonnauwkeurigheden en onregelmatigheden. Deelvragen: 1 Wat is het verband tussen de massa van het k en de wrijvingskracht? 2 Wat is het verband tussen de wrijvingskracht en de tijd als we de afstand variëren 3 Wat is het verband tussen de snelheid en de wrijvingskracht? 4 Wat is het verband tussen de wrijvingskracht en de tijd als het k zich over verschillende oppervlakten voortbeweegt? Pagina 2 van 15

3 Literatuurbronnen/Informatie: Natuurkundeboek N1-1 Hoofdstuk 2 Beweging Natuurkundeboek N1-1 Hoofdstuk 3 Kracht en Moment Natuurkundeboek N1-1 Hoofdstuk 4 Arbeid en Energie Natuurkundeboek N2-1 Hoofdstuk 1 Kracht en Impuls Natuurkundeboek N2-1 Hoofdstuk 6 Numerieke Natuurkunde Beschrijving van het experiment Benodigdheden: - k - touw (± 2,5m) - aandrijvinggewichtje (20g) - gewichten (25g, 50g, 100g en 200g) - ondergrond (hout, plastic, karton) - frontale oppervlakken (verschillende grootten) - katrollen/ gatenwiel - Coach 5 Hier volgt de proefopstelling in een tekening: Zoals je ziet willen wij een k aandrijven met een gewichtje. Op het k staat een schermpje dat voor de wrijvingskracht zorgt samen met de ondergrond natuurlijk. De wrijvingskracht willen we bepalen via het principe van de formule Fres= Faandrijf (Fw,lucht + Fw,ondergrond). Eerst moeten we dan de Zwaartekracht weten die op het gewichtje staat want dat is de aandrijvende kracht (F= m. g). Als tweede proef hebben we de wrijvingskracht gemeten over verschillende ondergronden. Dit hebben we gedaan door het k over verschillende ondergronden te laten rijden. We hebben bij elke ondergrond 6 metingen gedaan namelijk 1 meting zonder extra gewicht en daarna telkens 100 g aan het k toegevoegd. Als je een (s,t) grafiek hebt kun je een (v,t) grafiek maken door de afgeleide te nemen. Als je de dubbele afgeleide neemt kun je een (a,t) grafiek maken. Hiermee kun je de versnelling berekenen op een bepaald tijdstip. Dan de resulterende kracht berekenen met F = m*a. Uiteindelijk kun je dan dus de totale wrijvingskracht uitrekenen met de eerder genoemde formule: Fres= Faandrijf (Fw,lucht + Fw,ondergrond) Door een gatenwiel te bevestigen aan de rand van de tafel kunnen we met het programma Coach 5 allerlei dingen berekenen en/of hierbij een grafiek maken. Een voorbeeld van een nuttige grafiek kan dus een (s,t), (v,t) en (a,t) diagram zijn. Theorie Wrijving Wrijving ontstaat wanneer twee oppervlakten langs elkaar bewegen of tegen elkaar aan. We nemen als voorbeeld twee situaties. In het eerste geval, doos A, wordt deze over de grond getrokken door een persoon. In het tweede geval, doos B, valt de doos van het plateau door de lucht. In beide gevallen werkt er wrijvingskracht. In het geval van doos A werkt de wrijvingskracht doordat twee oppervlakken (doos en grond) langs elkaar bewegen. De wrijvingskracht is tegengesteld aan de trekkracht van de persoon. Het houdt het voortbewegen van de doos tegen. Pagina 3 van 15

4 In het geval van doos B werkt de wrijvingskracht doordat twee oppervlakken tegen elkaar aan bewegen of botsen. De wrijvingskracht is tegengesteld aan de zwaartekracht het houdt het vallen van de doos tegen. De wrijvingskracht is dus afhankelijk van het contactoppervlak tussen de twee objecten. Hoe groter het contactoppervlak, hoe groter de wrijvingskracht. Een manier om dus de wrijving te verminderen is het verkleinen van het contactoppervlak. Het is echter ook zo dat de grootte van de wrijving afhangt van de kracht tussen de objecten. Hoe harder de objecten tegen elkaar drukken, hoe groter de wrijving. Een goede manier om de wrijving ook te verminderen is de oppervlakten te smeren met bijvoorbeeld olie. In dat geval rollen de oliedeeltjes mee met het bewegende oppervlak en dit vermindert op die manier een deel van de wrijving. Bij luchtwrijving is het mogelijk deze te verminderen door het oppervlak gestroomlijnder te maken, dwz het oppervlak niet meer haaks maar schuin zodat de kracht haaks op het oppervlak vermindert. Het bronnenboek (zie pag. 4) heeft ons best veel opgeleverd. Uit het bronnenboek hebben we bijvoorbeeld de regels over de zwaartekracht gehaald. Het bronnenboek van Natuurkunde 2 hebben we gebruikt om met Coach 5 te werken en daarmee grafieken op te stellen. Rolwrijving Omdat het autootje over een ondergrond rolt ondervindt de auto wrijving. Deze wrijving heet rolwrijving. Deze wrijving wordt meer naarmate we er meer gewicht op zetten. Dit komt omdat dan meer wieloppervlak de grond raakt. Deze oppervlakte ondervindt helemaal rolwrijving. Het k heeft wel harde banden dus zal de toename van deze rolwrijving minimaal zijn. Luchtwrijving Samen met rolwrijving heeft de luchtwrijving een belangrijke rol bij ons onderzoek. Luchtwrijving is de wrijving die het k ondervindt als het k beweegt. De lucht duwt dan als het ware tegen het autootje waardoor het autootje wat langzamer gaat dan in een luchtledige ruimte. Naarmate het autootje sneller gaat bewegen zal het autootje meer weerstand ondervinden. Dit is te zien in de volgende figuur. Hier is te zien dat de luchtweerstand een essentieel deel is van de totale wrijving. Als het object gestroomlijnder is dan heeft dit object minder last van de luchtwrijving, want dan glijdt het object veel makkelijker door de lucht. De lucht gaat er dan gewoon overheen zonder voor al te veel wrijving te zorgen. Omdat we gewichten gebruiken om het autootje zwaarder te maken zal de luchtweerstand groter zijn, dit komt omdat de gewichten natuurlijk ook een lengte hebben. Dit is dan een meet onnauwkeurigheid De hypothesen die we uit onze informatie hebben kunnen halen waren erg nuttig. De hypothese over de soorten ondergronden kwam namelijk redelijk uit. Wij dachten namelijk ook dat op kunststof het k minder wrijving zou ondervinden dan op hout. Maar in de werkelijkheid bleek uit onze resultaten dat hout minder wrijving opwekt. Wij hebben een belangrijke formule moeten gebruiken om ons experiment te laten slagen dit was de formule n*0,0157. Deze formule hebben we verkregen door de omtrek van het gatenwiel ( 0,157 m). Omdat het gaten wiel 10 gaten had moest je dit delen door 10 en dan krijg je de grootte van de stappen en dit was dan 0,0157 m. Deze formule was belangrijk omdat we anders Coach 5 niet hadden kunnen gebruiken. Deze formule hebben we al gebruikt toen we een paar proeven moesten doen voor dat we aan het EXO begonnen. Hier moest je ook gebruik maken van het gatenwiel dus die proeven kwamen erg van pas. Pagina 4 van 15

5 Andere formules die we hebben gebruikt zijn Fres= Faandrijf (Fw,lucht + Fw,ondergrond) Met deze formule konden we namelijk deze krachten berekenen die het k ondervond. Meetmethode Onze opstelling was als volgt: De middelen die we hebben gebruikt waren een tafel, een statief, een gatenwiel, een koord, een gewichtje van 20g, een k en gewichten van 2*100g, 2*200g. Op het k hebben we een frontaal oppervlakte bevestigd. Dit bestond uit een kartonnen plaatje dat verschillende afmetingen heeft: 15 cm * 5 cm, 15 cm * 10 cm, 15 cm * 15 cm 15 cm * 20 cm en 15 cm * 25 cm. We begonnen zonder een frontaal oppervlakte en daarna namen we het frontaal oppervlakte 15 cm * 5 cm en daarna steeds een maal groter. Ook hebben we metingen gedaan met een verschillende ondergrond (hout, perspex en karton/papier). Daarna hebben we het gewicht van het k gevarieerd. Er is elke keer 100 g bij gekomen. Daarna hebben wel het k naar het gatenwiel laten rijden doordat het aangedreven werd door een gewichtje dat aan het uiteinde van het koord vastzat. Deze opstelling hebben we gebruikt voor alle ondergronden waar we op hebben gemeten. (Deze proefopstelling was gelijk bij de proef met het frontale oppervlakte maar dan is er op het k een frontaal oppervlakte bevestigd. Deze verschilde elke meting van grote en is daarom niet weergegeven.) We hebben alle metingen gedaan door het gatenwiel te linken aan CoachLab hierdoor kun je met Coach5 het de afstand als functie van de tijd laten meten. Dus een (s,t) grafiek. Met behulp van deze grafiek hebben we een snelheid als functie van de tijd laten tekenen. Dus een (v,t) grafiek. Na filteren kregen we een mooie en duidelijke grafiek. Doormiddel van deze grafiek hebben we nog een grafiek kunnen tekenen namelijk de versnelling uitgezet tegenover de tijd (a,t) grafiek. Uit deze grafiek konden we onze meetresultaten halen voor het bereken van de wrijvingskracht op een bepaald tijdstip. Wij kozen voor de snelheid v = 0,3 m/s. met deze meetwaarde konden we het tijdstip bepalen wat bij deze snelheid hoorde. Met dit tijdstip hebben we de versnelling op dat tijdstip bepaald. Hiermee konden we de wrijvingskracht berekenen door de formule F = m*a te nemen. Hierdoor rekende we F uit en deze F vulden we in als Fres in de formule Fres = Fz Fw. Fz (= de zwaartekracht) is bekend namelijk het gewicht van het k en van het gewichtje samen genomen en dit vermenigvuldigd met de valversnelling (= 9,81) en daardoor hadden we de mogelijkheid om de Fw (= de wrijvingskracht) te berekenen bij een snelheid v = 0,3 m/s. Meetresultaten PWS Mauto= g Maandrijf = 20,00 g Opp, frontaal = 75, 150, 225, 300, 374 (cm2) + 18 cm2 (frontaal oppervlak autootje) Frontaal Oppervlak (cm2) v (m/s) s (m) t (s) a (m/s2) 18 (eigen oppervlak autootje) 0,3 0,12 0,55 0, (15 cm * 25 cm) 0,3 0,13 0,70 0, (15 cm * 20 cm) 0,3 0,14 0,75 0,310 Pagina 5 van 15

6 243 (15 cm * 15 cm) 0,3 0,16 0,76 0, (15 cm * 10 cm) 0,3 0,18 0,77 0, (15 cm * 5 cm) 0,3 0,19 0,71 0,281 (s,t), (v,t), (a,t) grafieken zie bijlage Meetresultaten EXO (deelvraag 4) Mauto= g Maandrijf = 20 g Mgewicht = 100g, 200g, 300g, 400g, 500g De afstand is telkens gelijk namelijk 1.0 m Gewichten (g) Ondergrond Hout Karton Kunststof t(s) t(s) t(s) ,95 3,46 3, ,18 3,60 3, ,05 3, ,79 4,37 3, ,12 4,61 4, ,25 5,00 4,23 Grafieken Zie Bijlage: (s,t) grafieken Uitwerking Deelvraag 1: Wat is het verband tussen de massa van het k en de wrijvingskracht? Als we de massa van het k verhogen ervaren we dat het k meer tijd nodig heeft met overbruggen van de afstand (zie tabel). Het k ondervindt dus meer wrijving als het k meer massa heeft. Ik pak een punt in de grafiek t = 1,0 en kijk hoe groot de afstand is die het k op dat tijdstip heeft afgelegd. Massa Tijd (s) Afstand (m) ,0 0, ,0 0, ,0 0, ,0 0, ,0 0, ,0 0,100 (Ik heb voor deze gegevens de grafieken van hout gebruikt.) Als je nu een lijn pakt door deze punten. Zie je dat je ongeveer een rechte lijn krijgt. Deelvraag 2: Wat is het verband tussen de wrijvingskracht en de tijd als we de afstand variëren? In de a,t grafieken in de bijlage is zichtbaar dat de versnelling in het begin even groeit maar na deze top Pagina 6 van 15

7 zie je dat de versnelling gelijkmatig afneemt tot het ongeveer een rechte lijn blijft. Dan is de versnelling telkens gelijk. Dit is dus zichtbaar door de bijna vlakke horizontale lijn in de a,t grafiek. Dit betekent dat de versnelling na het tijdstip t = 0,4 s niet meer toeneemt. Als we dus in de formule F = m*a na het tijdstip t = 0,4 s versnelling in vullen blijft de F gelijk en zal er in de formule Fres = Fz Fw ook geen verandering meer optreden. In het begin van de grafiek klopt de uitwerking van deze grafiek niet omdat dan de Fres groter is dan de wrijvingskracht. Het verband tussen de wrijvingskracht en de tijd (als we de afstand variëren) is dat naarmate de afstand toeneemt (na t=0,4) de wrijvingskracht constant blijft en geeft dus een horizontale lijn rechte lijn in de (a,t) grafiek. Deelvraag 3: Wat is het verband tussen de snelheid en de wrijvingskracht? De invloed van snelheid op de wrijvingskracht hebben we getest doormiddel van de v,t en a,t grafiek die we gebruikten bij de proefjes met het frontaal oppervlakte. In de v,t grafiek is duidelijk te zien dat de snelheid steeds meer toeneemt maar dat deze wel evenredig toeneemt. Dit is zichtbaar doordat het een rechte lijn is en een kromme. Door het lineaire gedeelte in de (v,t) grafiek krijg je in de (a,t) grafiek een horizontaal gedeelte in dit gegevensbereik. En dus blijft de versnelling gelijk over de gehele resterende gedeelte van de grafiek. Deelvraag 4: Wat is het verband tussen de wrijvingskracht en de tijd als het k zich over verschillende oppervlakten voortbeweegt? Rolweerstand (zie nummer 3 tekening) en luchtweerstand (zie nummer 1 tekening) De rolweerstand zorgt ervoor dat het k met meer gewicht langzamer vooruit ging. Naarmate we meer gewichten op het k plaatste ging het k langzamer. Ook de luchtweerstand zorgde hiervoor. Doordat het k steeds meer en grotere gewichten meedroeg werd ook het frontale oppervlakte groter. Dit zorgt dus voor meer luchtwrijving. Aandrijvingskracht De aandrijvingskracht werkt ook op het k. Het gewichtje aan het einde van het koord zorgde voor het aandrijving. Door de grootte van het gewichtje te veranderen is het mogelijk de aandrijfkracht groter of kleiner te maken. Als je het gewichtje zwaarder is dan gaat het k harder. Zwaartekracht (zie nummer 2 tekening) De zwaartekracht is beïnvloedbaar door het gewicht van het voorwerp te veranderen. In dit geval het toevoegen/verwijderen van de gewichten op het k. Dus als er minder gewicht op het k staat zal het k minder zwaartekracht ondervinden en zal het dus minder afremmen door deze kracht. Ideale omstandigheden Om het k met zo min mogelijk energie zo snel mogelijk te laten rijden. Moet de wrijvingskracht worden geminimaliseerd. Het is het dus nodig om verschillende factoren te behandelen namelijk: Luchtwrijving, rolwrijving, zwaartekracht en aandrijvingskracht. Om het k zo snel mogelijk te laten gaan moet er dunnen banden op het k (rolwrijving) en moet er en gestroomlijnd frame met een zo klein mogelijk frontaal oppervlak (luchtwrijving) zijn. Maak je het k dan ook nog van een licht materiaal dan minimaliseer je de zwaartekracht die naar het grondvlak wijst en het k dus afremt. Al laatste maak je dan de aandrijvingskracht (het gewichtje aan het einde van het koord) zo groot mogelijk dit zorgt ervoor dar het k harder gaat. Pagina 7 van 15

8 Hoofdvraag Wat is het verband tussen de wrijvingskracht en de grootte van het frontale oppervlak? Uit onze meetresultaten blijkt dat naarmate de grote van het frontale oppervlak toeneemt de wrijvingskracht op het voorwerp ook toeneemt. De grote van het frontale oppervlak had echter bijna geen invloed op de afname van de luchtwrijving. Dit komt omdat het k klein was en de oppervlakken relatief ook klein waren. We hebben de wrijvingskracht van elke situatie die we hebben gebruikt uitgerekend op het tijdstip v = 0,3 m/s Dit zijn de resultaten met Fz = 9,81 * 0,02 = 0,20 N : Zonder extra frontaal oppervlak (18 cm2): v = 0,3 m/s dan t = 0,55 s en a = 0,331 m/s2 Fres = m*a = (0, ,02) * 0,331 = 0,1803 N Dus Fw= 0,20-0,18 = 0,0197 N Frontaal oppervlak (93 cm2) v = 0,3 m/s dan t = 0,7 s en a = 0,320 m/s2 Fres = m*a = (0, ,02) * 0,320 = 0,1748 N Dus Fw = 0,20 0,1748 = 0,0252 N Frontaal oppervlak (168 cm2): v = 0,3 m/s dan t = 0,75 s en a = 0,31 m/s2 Fres = m*a = (0, ,02) * 0,31= 0,1693 N Dus Fw = 0,20 0,1693 = 0,0310 N Frontaal oppervlak (243 m/s2) v = 0,3 m/s dan t = 0,76 s en a = 0,300 m/s2 Fres = m*a = (0, ,02) * 0,300 = 0,1638 N Dus Fw = 0,20 0,1638 = 0,0361 N Frontaal oppervlak (318 cm2) v = 0,3 m/s dan t = 0,77 s en a = 0,295 m/s2 Fres = m*a = (0, ,02) * 0,295= 0,1611 N Dus Fw = 0,20 0,1611 = 0,0389 N Frontaal oppervlak (393 cm2) v= 0,3 m/s dan t = 0,71 s en a = 0,281 m/s2 Fres = m*a = (0, ,02) * 0,281 = 0,1534 N Dus Fw = 0,20 0,1693 = 0,0466 N Dus de tabel is dan: Frontaal Oppervlak (cm2) v (m/s) s (m) t (s) a (m/s2) Fw (N) 18 (eigen oppervlak autootje) 0,3 0,12 0,55 0,331 0, (15 cm * 25 cm) 0,3 0,13 0,70 0,320 0, Pagina 8 van 15

9 (15 cm * 20 cm) 0,3 0,14 0,75 0,310 0, (15 cm * 15 cm) 0,3 0,16 0,76 0,300 0, (15 cm * 10 cm) 0,3 0,18 0,77 0,295 0, (15 cm * 5 cm) 0,3 0,19 0,71 0,281 0,0466 Een Grafiek van dan Wrijvingskracht als functie van de oppervlakte van het frontale oppervlak is hiervan dan Omdat het k zelf ook een frontaal oppervlak heeft en kun je dus in de grafiek extrapoleren wat de rol wrijving zou zijn geweest. Dit is dan namelijk ongeveer 0,0140 N Conclusie Deelvraag 1: Wat is het verband tussen de massa van het k en de wrijvingskracht? Uit onze meetresultaten is gebleken dat het k met een grotere massa langer doet over een vaste afstand dan een k met een kleinere massa. Het gewicht op het k drukt het k naar beneden en zorgt ervoor dat de zwaartekracht groter is en zorgt ook voor meer rolwrijving. Een groter deel van de band ondervindt hiermee rolwrijving omdat er een groter deel van de band op de ondergrond wordt gedrukt. Bij deze proef hebben we het gewicht vergroot door meer gewichten op het k te plaatsen. Hierdoor werd de frontaal oppervlakte van het k ook groter en ondervond het k dus ook meer luchtwrijving. Het k ondervindt dus door de toename van gewicht meer luchtwrijving en meer rolwrijving. Doordat we de gewichten erop hebben gezet. Als je een zwaarder k had kunnen gebruiken hadden we geen last gehad van de extra luchtwrijving. Dit is eigenlijk dus ook een meetonnauwkeurigheid. Dit samen resulteert in een grotere wrijvingskracht en dus legt het k de afstand in een langere tijd af. Als je kijkt naar het grafiekje dat we hebben gemaakt van massa als functie van de afstand zie je dat de afstand rechtevenredig toeneemt bij het telkens toevoegen van een even grote massa. Als je zo dus kan redeneren, kun je de grafiek dus extrapoleren naar grotere massa s op een bepaald tijdstip. Deelvraag 2: Wat is het verband tussen de wrijvingskracht en de tijd als we de afstand variëren? Het blijkt dat de Fw niet meer verandert hoe je de afstand ook aanpast. Je moet er wel voor zorgen dat je niet voor het tijdstip t = 0,4 komt want daar is de versnelling wel anders dan in de rest van de grafiek. Dit komt doordat het k vanuit stilstand moet beginnen met versnellen. Op het k werkt na dit tijdstip de gehele resterende weg die het k nog moet afleggen de zelfde wrijvingskracht. De wrijvingskracht voor dit tijdstip is een beetje een raadsel want als de Fres groter is dan de zwaartekracht/aandrijfkracht die op het k werkt dan moet de wrijvingskracht werken volgens Fres = Fz Fw. Deelvraag 3: Wat is het verband tussen de snelheid en de wrijvingskracht? We hebben ondervonden dat de versnelling gelijk blijft over de gehele resterende grafiek en dus blijkt ook dat de snelheid die toeneemt naarmate het k langer rijd niet van invloed is op de wrijvingskracht. Pagina 9 van 15

10 Zolang de versnelling maar gelijk blijft zal de versnelling in de formule F = m*a ook gelijk blijven. Hierdoor blijft F gelijk (indien je de massa niet verandert zie deelvraag 1) en zal de wrijvingskracht in de formule Fres = Fz Fw ook niet veranderen. Dus heb je geen verandering in de wrijvingskracht als de snelheid hoger wordt. Deelvraag 4: Wat is het verband tussen de ondergrond waarover het k zich voortbeweegt en de wrijvingskracht? Uit onze meetresultaten blijkt dat als het k zich voortbeweegt over een ruwere oppervlakte de wrijvingskracht groter is dan op een gladdere ondergrond. We hebben dus ondervonden dat het k op het karton er veel langer over deed dan op kunststof en hout. Dit is hetzelfde voor zachtere ondergronden. Als je op een zachte ondergrond rijdt is er meer rolweerstand dan dat je over een harde ondergrond een k laat voort bewegen. De luchtweerstand is in beide gevallen natuurlijk gelijk. Wat wel een verrassing was dat op het kunststof het k niet sneller voortbewoog dan op het hout. Want je zou denken dan kunststof een gladdere oppervlakte heeft dan hout. Dit komt omdat je met veel meetnauwkeurigheden rekening moet houden. De omstandigheden is ook iets waar je rekening mee moet houden omdat temperatuur ook invloed heeft op de ondergronden, als een ondergrond warmer is dan kan die ondergrond zachter zijn en dus zal er meer rolwrijving zijn. De conclusie op deze deelvraag is daarom ook dat op een ondergrond die zacht/grof is meer wrijving hebt dan dat je op een harde/gladde ondergrond een k laat rijden Hoofdvraag: Wat is het verband tussen de wrijvingskracht en de grootte van het frontale oppervlak? Uit de uitwerking van de hoofdvraag blijkt dus dat als de grootte van het frontale oppervlak toeneemt neemt de wrijvingskracht ook toe. Er is eigenlijk bijna geen verband te omschrijven omdat het verschil tussen de wrijvingskrachten van verschillende grootten oppervlakten telkens anders van elkaar verschilt Soms wat meer en soms wat minder. Als de het verschil in wrijvingskracht minder is dan de keer ervoor, zoals je kunt zien bij de berekeningen van het oppervlak 15*15, kun je dit zien als een meetonnauwkeurigheid. Dit is dan een punt wat een beetje van de oorspronkelijke lijn af ligt. Dit kun je zien als ik de punten netjes op een grafiek uitzet en niet als de globale grafiek bij de uitwerking. Dit is dan de grafiek: Zoals je ziet valt het punt bij 318 cm2 uit de maat. Bij dit soort proefjes heb je dus eenmaal last van meetonnauwkeurigheden. Als de wrijvingskracht toeneemt zie je dat het frontale oppervlak rechtevenredig mee toeneemt. Met deze proef kun je dus de rolwrijving die op een k werkt op elke ondergrond bepalen d.m.v. de verschillende berekeningen die we hebben gedaan bij ons profielwerkstuk. Evaluatie Roel Steenbakkers Vorig jaar moesten we kiezen met wie we het profielwerkstuk zouden doen en ik had met Mark afgesproken om dat te doen. Toen hij bleef zitten kregen we al wat problemen. Toen ik het Exo eigenlijk alleen moest doen mocht het ook om het samen te doen met Mark. Dus omdat we niet bij elkaar in de klas zitten hadden we wat problemen met het plannen van spullen. Dit hebben we toch redelijk goed op kunnen lossen door veel op school te doen. Nog iets wat erg tegenviel Pagina 10 van 15

11 was ons plan om in de vakantie te werken. Dit kwam omdat we onze resultaten op een diskette hadden opgeslagen. Toen we dit thuis wilden openen kon dat niet omdat de diskette het niet meer deed. Verder hebben we goed samen kunnen werken en iedereen heeft zich aan de afspraak gehouden. Wat zeker wel beter had gekund was de planning, maar op dat moment konden we er niet veel aan doen. Wat ook beter had gekund was het backuppen van onze bestanden zodat we geen problemen hadden gehad met het maken van het verslag. Coach 5 was een erg grote hulp bij onze proeven, omdat het redelijk nauwkeurig kan meten, maar omdat het k abrupt stopt kun je niet helemaal zeker weten of je conclusies kloppen. Er is natuurlijk ook nog een onnauwkeurigheid. Dat zijn de gewichtjes op het k. De luchtweerstand neemt toe dus zal de snelheid in werkelijkheid iets hoger moeten zijn dan dat het met deze methode was. Het gehele onderzoek is dus niet helemaal naar wens verlopen, maar er is zeker iets moois uitgekomen dat klopt. Mark Haerkens Bij het maken van het EXO zijn een aantal dingen niet helemaal ideaal verlopen. Doordat we niet bij elkaar in de klas zitten zijn de roosters heel verschillend en dan is het lastig om tijd voor het EXO te creëren. Maar dit kon door werken na school redelijk goed opgelost worden en ook mocht ik hier een aantal lesuren voor gebruiken. De verdere samenwerking verliep goed en we hebben er beide hard aan gewerkt. Het doen van de proeven met Coach 5 en het gatenwiel verliep uitermate goed. Ik had zelf nog nooit met het programma gewerkt maar het is zeker een duidelijke manier om de gegevens weer te geven op papier. Ook was er goed aan de beschikbare materialen te komen. De meeste dingen waren aanwezig maar een stuk karton om de ondergrond mee te variëren konden we bij de handarbeid verkrijgen. Doormiddel van het Coach 5 te gebruiken konden we de tijd meten die het k voor de afstand nodig heeft. Ik denk dat het einde van de grafiek niet helemaal betrouwbaar is omdat bij sommige grafieken daar de snelheid afneemt terwijl het logischer zou zijn al deze toe nam. Ook zal de luchtweerstand toenemen al we er meer of grotere gewichtjes op zetten dus dat zal ook enigszins de meting minder betrouwbaar maken. Maar doordat de gebruikte gewichten bij elk materiaal het zelfde zijn is het verschil heel klein. Ik vind dat het onderzoek goed verlopen is en dat er geen grote problemen zijn tegengekomen die we niet op konden lossen. Bij het maken van het profielwerkstuk ondervonden we veel soortgelijke problemen als bij het EXO. Bijvoorbeeld het probleem dat we weinig gemeenschappelijke tijd hadden om het te maken. Roel zit in een andere klas en daardoor verschilde de roosters en dus ook de vrije uren. Dit zorgde ervoor dat er na de uren op school ook nog de nodige tijd aan het profielwerkstuk besteed moest worden en dat was niet altijd even goed te combineren maar is toch nog zeer redelijk gelukt. De samenwerking verliep goed. De tijd die we samen eraan konden besteden probeerde we dan ook zo effectief mogelijk te besteden. Ook hebben we delen apart gemaakt, zodat ook al waren we niet samen, iets konden doen. Ik ben door dit profielwerkstuk toch meer te weten gekomen over de wrijvingskracht. Naast dit heb ik ook nog het nodige geleerd over de werking van coach 5. Over het algemeen is het een zeer nuttige opdracht geweest en heb ik er ook nog het nodige van opgestoken. Logboek Wat Wie Wanneer/Datum Tijd (min) Pagina 11 van 15

12 Gedacht over onderwerp + nagedacht over combinatie profiel werkstuk Samen Gesprek met W. Rindt onderwerp gekozen. Nl. "wrijving op een K" Samen Onderzoeksplan gemaakt + nagedacht over hoofd- en deelvragen Samen Onderzoeksplan verbeterd Deelvragen + hoofdvragen Nu alleen Hoofdvraag Samen Beoordeling onderzoeksplan gehad 4/10 punten Hierover gesprekje gehad Samen Practijk gedaan in Natuurkunde kabinet met Mr. Bos Samen Resultaten mee naar Huis genomen (Diskette werkte niet meer) Opgehaald vanaf computer in Natuurkunde kabinet Samen Verder gegaan met het theoretische deel van het EXO Samen Samen gewerkt aan het verslag bij Roel thuis. Inhoudsopgave Theorie en Meetmethode erin gezet Samen Theoretisch deel gedaan. Meetresultaten, Uitwerking en Conclusies, Bijlagen erin Samen Verslag bijna helemaal af. Alles netjes gemaakt Samen Maken Evaluatie EXO Roel Aan Evaluatie gewerkt Mark Logboek EXO computeriseren Roel Totale Afronding EXO Mark Onderzoeksplan uitbreiden naar dat van PWS Samen Gesprekje met Rindt over PWS Samen Maken van de proefjes in kabinet Samen Onderzoeksplan en logboek PWS ingeleverd bij mr. Rindt Samen Weer gesprekje met Rindt over het PWS Samen Proefjes opnieuw gedaan voor betere filtering en meer grafieken zoals (v,t) en (a,t) Samen Het onderzoeksplan verbeterd en weer ingeleverd met ons logboek Samen Presentatie EXO Samen Begin aan het maken van het theoretische deel Roel Theorie van EXO omgezet naar PWS Samen Uit de grafieken van het PWS doormiddel van formules de wrijvingskracht uitgerekend Roel Meetresultaten van het PWS ingevoerd Samen De meetresultaten verbeterd nu d.m.v. tabellen van de grafieken en de tabel netjes gemaakt Samen Gesprek over voortgang van het PWS met mr. Rindt Samen Deelvraag 1,2 beantwoord (uitwerking/conclusie) Mark Deelvraag 3,4 beantwoord (uitwerking en conclusies) Mark Deelvragen verbeterd en uitgebreid met plaatjes etc. Roel Hoofdvraag beantwoord (uitwerking en conclusie) Roel Hoofdvraag uitgebreid met nette grafiek volgens Excel Roel Evaluatie gemaakt Mark Evaluatie gemaakt Roel Logboek bijgewerkt en gecomputeriseerd Roel Pagina 12 van 15

13 Verslag mooi gemaakt en verschillende delen geïntegreerd uit verschillende bestanden Roel Alles nog een keer gecontroleerd/ verbeterd Roel Alles is nu klaar geprint en in een mapje gedaan Samen Verbeteringen aan zinsbouw en Nederlandse spelling Samen Verbeteren grafieken deelvragen Samen Verbeteren van de meetresultaten PWS Samen Verbeteren van de grafieken en berekeningen Hoofdvraag Roel Totaal Tijd min 75 Totaal Tijd Uur Bijlagen Profielwerkstuk Zonder Oppervlak (s,t) (v,t) (a,t) Oppervlak (15*5) (s,t) (v,t) (a,t) 100 Oppervlak (10*15) (s,t) (v,t) (a,t) Oppervlak (15*15) (s,t) (v,t) Pagina 13 van 15

14 (a,t) Oppervlak (20*15) (s,t) (v,t) (a,t) t = 0,6 Fres = m*a = (0, ,02) * 0,295= 0,1748 N Dus Fw = 0,20 0,1693 = 0,20-0,1693 = 0,0389 N Oppervlak (25*15) (s,t) (v,t) (a,t) Bijlagen EXO Mauto= g Maandrijf = 20 g 0.0 (Hout) 0.1 (Karton) 0.2 (Kunststof) Mauto= g 1.0 (Hout) 1.1(Karton) 1.2 (Kunststof) Mauto= g 2.0 (Hout) 2.1 (Karton) 2.2 (Kunststof) Pagina 14 van 15

15 Mauto= g 3.0 (Hout) 3.1 (Karton) 3.2 (Kuststof) Mauto= g 4.0 (Hout) 4.1 (Karton) 4.2 (Kunststof) Mauto= g 5.0 (Hout) 5.1 (Karton) 5.2 (Kunststof) Pagina 15 van 15

4,4. Praktische-opdracht door een scholier 2528 woorden 23 juni keer beoordeeld. Natuurkunde. De Veer. Het bepalen van de veerconstante,

4,4. Praktische-opdracht door een scholier 2528 woorden 23 juni keer beoordeeld. Natuurkunde. De Veer. Het bepalen van de veerconstante, Praktische-opdracht door een scholier 2528 woorden 23 juni 2004 4,4 127 keer beoordeeld Vak Natuurkunde De Veer Het bepalen van de veerconstante, Het bepalen van de trillingstijd van een veer, Het bepalen

Nadere informatie

Verslag Natuurkunde De snelheid van een karretje.

Verslag Natuurkunde De snelheid van een karretje. Verslag Natuurkunde De snelheid van een karre. Verslag door een scholier 1241 woorden 23 januari 2017 6 10 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Pulsar De snelheid van een karre Namen uitvoeren van proef:

Nadere informatie

Samenvatting snelheden en 6.1 6.3

Samenvatting snelheden en 6.1 6.3 Samenvatting snelheden en 6.1 6.3 Boekje snelheden en bewegen Een beweging kan je op verschillende manieren vastleggen: Fotograferen met tussenpozen, elke foto is een gedeelte van een beweging Stroboscopische

Nadere informatie

Proef Natuurkunde Warmteafgifte weerstand

Proef Natuurkunde Warmteafgifte weerstand Proef Natuurkunde Warmteafgifte weerstand Proef door een scholier 1229 woorden 12 december 2003 5,7 31 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Inleiding Wij hebben ervoor gekozen om ons met onze natuurkunde EXO

Nadere informatie

Theorie: Snelheid (Herhaling klas 2)

Theorie: Snelheid (Herhaling klas 2) Theorie: Snelheid (Herhaling klas 2) Snelheid en gemiddelde snelheid Met de grootheid snelheid geef je aan welke afstand een voorwerp in een bepaalde tijd aflegt. Over een langere periode is de snelheid

Nadere informatie

Naam: Klas: Practicum veerconstante

Naam: Klas: Practicum veerconstante Naam: Klas: Practicum veerconstante stap Bouw de opstelling zoals hiernaast is weergegeven. stap 2 Hang achtereenvolgens verschillende massa's aan een spiraalveer en meet bij elke massa de veerlengte in

Nadere informatie

VAK: natuurkunde KLAS: Havo 4 DATUM: 20 juni 2013. TIJD: 10.10 11.50 uur TOETS: T1 STOF: Hfd 1 t/m 4. Opmerkingen voor surveillant XXXXXXXXXXXXXXXXXXX

VAK: natuurkunde KLAS: Havo 4 DATUM: 20 juni 2013. TIJD: 10.10 11.50 uur TOETS: T1 STOF: Hfd 1 t/m 4. Opmerkingen voor surveillant XXXXXXXXXXXXXXXXXXX VAK: natuurkunde KLAS: Havo 4 DATUM: 20 juni 2013 TIJD: 10.10 11.50 uur TOETS: T1 STOF: Hfd 1 t/m 4 Toegestane hulpmiddelen: Binas + (gr) rekenmachine Bijlagen: 2 blz Opmerkingen voor surveillant XXXXXXXXXXXXXXXXXXX

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie

Samenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie Samenvatting Natuurkunde Syllabus domein C: beweging en energie Samenvatting door R. 2564 woorden 31 januari 2018 10 2 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Subdomein C1. Kracht en beweging Specificatie De kandidaat

Nadere informatie

Een kogel die van een helling afrolt, ondervindt een constante versnelling. Deze versnelling kan berekend worden met de formule:

Een kogel die van een helling afrolt, ondervindt een constante versnelling. Deze versnelling kan berekend worden met de formule: Voorbeeldmeetrapport (eenparig versnelde beweging stopwatch en meetlat) Eenparig versnelde beweging stopwatch en meetlat. Doel van de proef Een kogel die van een helling afrolt, voert een eenparig versnelde

Nadere informatie

We hebben 3 verschillende soorten van wrijving, geef bij elk een voorbeeld: - Rollende wrijving: - Glijdende wrijving: - Luchtweerstand:

We hebben 3 verschillende soorten van wrijving, geef bij elk een voorbeeld: - Rollende wrijving: - Glijdende wrijving: - Luchtweerstand: Lespakket wrijving Inleiding Wrijving is een natuurkundig begrip dat de weerstandskracht aanduidt, die ontstaat als twee oppervlakken langs elkaar schuiven, terwijl ze tegen elkaar aan gedrukt worden.

Nadere informatie

Praktische opdracht Natuurkunde Domino

Praktische opdracht Natuurkunde Domino Praktische opdracht Natuurkunde Domino Praktische-opdracht door een scholier 4194 woorden 10 augustus 2010 7 42 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Inhoudsopgave Inleiding blz. 3 Onderzoeksvragen & Hypothesen

Nadere informatie

Naam van de kracht: Uitleg: Afkorting: Spierkracht De kracht die wordt uitgeoefend door spieren van de mens. F spier

Naam van de kracht: Uitleg: Afkorting: Spierkracht De kracht die wordt uitgeoefend door spieren van de mens. F spier Samenvatting door F. 823 woorden 3 maart 2015 7,4 32 keer beoordeeld Vak NaSk Sport, kracht en beweging 1 Naam van de kracht: Uitleg: Afkorting: Spierkracht De kracht die wordt uitgeoefend door spieren

Nadere informatie

Proef Natuurkunde Vallen en zwaartekracht

Proef Natuurkunde Vallen en zwaartekracht Proef Natuurkunde Vallen en zwaartekracht Proef door een scholier 1883 woorden 19 januari 2005 5,4 91 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Verband tussen massa en zwaartekracht Wat

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 2. Materiaal & Methode 3. Resultaten 5. Theoretisch Kader 6. Discussie 7. Bronnen 9. Appendix Onderzoeksvraag 2

Inhoud. Inleiding 2. Materiaal & Methode 3. Resultaten 5. Theoretisch Kader 6. Discussie 7. Bronnen 9. Appendix Onderzoeksvraag 2 Bifilaire slinger De invloed van de slingerlengte, de lengte van en afstand tussen de draden op de trillingstijd van een bifilaire slinger. Kiki de Boer, Sitti Romijn, Thomas Markhorst & Lucas Cohen Calandlyceum

Nadere informatie

jaar: 1990 nummer: 06

jaar: 1990 nummer: 06 jaar: 1990 nummer: 06 In een wagentje zweeft een ballon aan een koord en hangt een metalen kogel via een touw aan het dak (zie figuur). Het wagentje versnelt in de richting en in de zin aangegeven door

Nadere informatie

Samenvatting NaSk 1 Natuurkrachten

Samenvatting NaSk 1 Natuurkrachten Samenvatting NaSk 1 Natuurkrachten Samenvatting door F. 1363 woorden 30 januari 2016 4,1 5 keer beoordeeld Vak NaSk 1 Krachten Op een voorwerp kunnen krachten werken: Het voorwerp kan een snelheid krijgen

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 7, Krachten

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 7, Krachten Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 7, Krachten Samenvatting door een scholier 1845 woorden 20 juni 2008 6,1 99 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Natuurkunde samenvatting hoofdstuk

Nadere informatie

Werkblad 3 Bewegen antwoorden- Thema 14 (NIVEAU BETA)

Werkblad 3 Bewegen antwoorden- Thema 14 (NIVEAU BETA) Werkblad 3 Bewegen antwoorden- Thema 14 (NIVEAU BETA) Theorie In werkblad 1 heb je geleerd dat krachten een snelheid willen veranderen. Je kunt het ook omdraaien, als er geen kracht werkt, dan verandert

Nadere informatie

Verslag Natuurkunde De uitrekking van veren

Verslag Natuurkunde De uitrekking van veren Verslag Natuurkunde De uitrekking van veren Verslag door Evelien 582 woorden 2 februari 2017 6,5 71 keer beoordeeld Vak Natuurkunde De uitrekking van veren Literatuuronderzoek Massa heeft als eenheid kg,

Nadere informatie

Havo 4 - Practicumwedstrijd Versnelling van een karretje

Havo 4 - Practicumwedstrijd Versnelling van een karretje Havo 4 - Practicumwedstrijd Versnelling van een karretje Vandaag gaan jullie een natuurkundig experiment doen in een hele andere vorm dan je gewend bent, namelijk in de vorm van een wedstrijd. Leerdoelen

Nadere informatie

Fase 2: De waarnemingen... 4. Fase 3: De resultaten... 4

Fase 2: De waarnemingen... 4. Fase 3: De resultaten... 4 NAAM: Onderzoek doen HAVO versie Fase 1. Plan van aanpak (De voorbereiding)... 2 1.1 Het onderwerp:... 2 1.2 De hoofdvraag:... 2 1.3 De deelvragen:... 2 1.4 Een meetplan... 2 1.5 De theorie... 3 Fase 2:

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 8, Bewegen in functies

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 8, Bewegen in functies Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 8, Bewegen in functies Samenvatting door een scholier 1016 woorden 19 januari 2003 5,6 80 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Samenvatting hoofdstuk

Nadere informatie

Lessen in Krachten. Door: Gaby Sondagh en Isabel Duin Eckartcollege

Lessen in Krachten. Door: Gaby Sondagh en Isabel Duin Eckartcollege Lessen in Krachten Door: Gaby Sondagh en Isabel Duin Eckartcollege Krachten werken op alles en iedereen. Sommige krachten zijn nodig om te blijven leven. Als er bijv. geen zwaartekracht zou zijn, zouden

Nadere informatie

Case 1 en Simulink. 1. Diodefactor bepalen. I = I sc - I s (e!

Case 1 en Simulink. 1. Diodefactor bepalen. I = I sc - I s (e! Case 1 en Simulink 1. Diodefactor bepalen Om de diodefactor te berekenen werden eerst een aantal metingen gedaan met het zonnepaneel en de DC- motor. Er werd een kring gemaakt met het zonnepaneel en een

Nadere informatie

Waterweerstand. 1 Inleiding. VWO Bovenbouwpracticum Natuurkunde Practicumhandleiding

Waterweerstand. 1 Inleiding. VWO Bovenbouwpracticum Natuurkunde Practicumhandleiding VWO Bovenbouwpracticum Natuurkunde Practicumhandleiding Waterweerstand 1 Inleiding Een bewegend vaartuig ondervindt altijd weerstand van het langsstromende water: het water oefent een wrijvingskracht uit

Nadere informatie

Verslag Natuurkunde Versnelling Karretje

Verslag Natuurkunde Versnelling Karretje Verslag Natuurkunde Versnelling Karretje Verslag door B. 1773 woorden 9 november 2014 6,1 14 keer beoordeeld Vak Natuurkunde 2. Inleiding De rede dat ik dit proefje heb gedaan is om te onderzoeken wat

Nadere informatie

Meting zonnepaneel. Voorbeeld berekening diodefactor: ( ) Als voorbeeld wordt deze formule uitgewerkt bij een spanning van 7 V en 0,76 A:

Meting zonnepaneel. Voorbeeld berekening diodefactor: ( ) Als voorbeeld wordt deze formule uitgewerkt bij een spanning van 7 V en 0,76 A: Meting zonnepaneel Om de beste overbrengingsverhouding te berekenen, moet de diodefactor van het zonnepaneel gekend zijn. Deze wordt bepaald door het zonnepaneel te schakelen aan een weerstand. Een multimeter

Nadere informatie

DE TWEEDE WET VAN NEWTON

DE TWEEDE WET VAN NEWTON DE TWEEDE WET VAN NEWTON Natuurkunde PO4 Roshano Dewnarain, G3a 21 06 2017 In samenwerking met Romée Danoe, Oscar Zwagers, Ewoud van der Straten, Ruben Bouwsma en Eva Stok INHOUDS OPGAVE INLEDING... 1

Nadere informatie

De hoogte tijd grafiek is ook gegeven. d. Bepaal met deze grafiek de grootste snelheid van de vuurpijl.

De hoogte tijd grafiek is ook gegeven. d. Bepaal met deze grafiek de grootste snelheid van de vuurpijl. et1-stof Havo4: havo4 A: hoofdstuk 1 t/m 4 Deze opgaven en uitwerkingen vind je op www.agtijmensen.nl Bij het et krijg je in 1 minuten ongeveer deelvragen. Oefen-examentoets et-1 havo 4 1/11 1. Een lancering.

Nadere informatie

Opgave 1 Afdaling. Opgave 2 Fietser

Opgave 1 Afdaling. Opgave 2 Fietser Opgave 1 Afdaling Een skiër daalt een 1500 m lange helling af, het hoogteverschil is 300 m. De massa van de skiër, inclusief de uitrusting, is 86 kg. De wrijvingskracht met de sneeuw is gemiddeld 4,5%

Nadere informatie

NASK1 - SAMENVATTING KRACHTEN en BEWEGING. Snelheid. De snelheid kun je uitrekenen door de afstand te delen door de tijd.

NASK1 - SAMENVATTING KRACHTEN en BEWEGING. Snelheid. De snelheid kun je uitrekenen door de afstand te delen door de tijd. NASK1 - SAMENVATTING KRACHTEN en BEWEGING Snelheid De snelheid kun je uitrekenen door de afstand te delen door de tijd. Stel dat je een uur lang 40 km/h rijdt. Je gemiddelde snelheid in dat uur is dan

Nadere informatie

Verslag: Case 1 Team: Hyperion

Verslag: Case 1 Team: Hyperion Verslag: Case 1 Team: Hyperion Glenn Sommerfeld Jeroen Vandebroeck Ilias viaene Christophe Vandenhoeck Jelle Smets Tom Wellens Jan Willems Gaetan Rans 1. Zonnepaneel 1.1 Meetwaarden Om de eigenschappen

Nadere informatie

Sheets inleiding ontwerpen

Sheets inleiding ontwerpen Sheets inleiding ontwerpen Boten bouwen Periode 4 themaklas Doel van het project Bedenk een ontwerp voor een boot Verkoop dit ontwerp aan de baas (ik) Bouw je eigen ontwerp De winnaars winnen een bouwpakket

Nadere informatie

ATWOOD Blok A en blok B zijn verbonden door een koord dat over een katrol hangt. Er is geen wrijving in de katrol. Het stelsel gaat bewegen.

ATWOOD Blok A en blok B zijn verbonden door een koord dat over een katrol hangt. Er is geen wrijving in de katrol. Het stelsel gaat bewegen. ATWOOD Blok A en blok B zijn verbonden door een koord dat over een katrol hangt. Er is geen wrijving in de katrol. Het stelsel gaat bewegen. Bereken de spankracht in het koord. ATWOOD Over een katrol hangt

Nadere informatie

5,7. Samenvatting door L woorden 14 januari keer beoordeeld. Natuurkunde

5,7. Samenvatting door L woorden 14 januari keer beoordeeld. Natuurkunde Samenvatting door L. 2352 woorden 14 januari 2012 5,7 16 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Natuurkunde hst 4 krachten 1 verrichten van krachten Als je fietst verbruik je energie, die vul je weer aan door

Nadere informatie

Van slinger. tot seismograaf

Van slinger. tot seismograaf Van slinger tot seismograaf Leerlingenhandleiding Inleiding In de komende weken gaan jullie werken aan een mini-profielwerkstuk (mini- PWS). Het mini-pws is een voorbereiding voor je uiteindelijke PWS,

Nadere informatie

Leerstof: Hoofdstukken 1, 2, 4, 9 en 10. Hulpmiddelen: Niet grafische rekenmachine, binas 6 de druk. Let op dat je alle vragen beantwoordt.

Leerstof: Hoofdstukken 1, 2, 4, 9 en 10. Hulpmiddelen: Niet grafische rekenmachine, binas 6 de druk. Let op dat je alle vragen beantwoordt. Oefentoets Schoolexamen 5 Vwo Natuurkunde Leerstof: Hoofdstukken 1, 2, 4, 9 en 10 Tijdsduur: Versie: A Vragen: Punten: Hulpmiddelen: Niet grafische rekenmachine, binas 6 de druk Opmerking: Let op dat je

Nadere informatie

- KLAS 5. a) Bereken de hellingshoek met de horizontaal. (2p) Heb je bij a) geen antwoord gevonden, reken dan verder met een hellingshoek van 15.

- KLAS 5. a) Bereken de hellingshoek met de horizontaal. (2p) Heb je bij a) geen antwoord gevonden, reken dan verder met een hellingshoek van 15. NATUURKUNDE - KLAS 5 PROEFWERK H6 22-12-10 Het proefwerk bestaat uit 3 opgaven met in totaal 31 punten. Gebruik van BINAS en grafische rekenmachine is toegestaan. Opgave 1: De helling af (16p) Een wielrenner

Nadere informatie

2QGHU]RHNGRHQ. VWO-versie Onderzoek doen

2QGHU]RHNGRHQ. VWO-versie Onderzoek doen NAAM: 2QGHU]RHNGRHQ Fase 1. Plan van aanpak (De voorbereiding)...2 1.1 Het onderwerp:...2 1.2 De hoofdvraag:...2 1.3 De deelvragen:...2 1.4 Een meetplan....2 1.5 De theorie...3 Fase 2: De waarnemingen....4

Nadere informatie

Praktische opdracht Natuurkunde Ballon vlucht

Praktische opdracht Natuurkunde Ballon vlucht Praktische opdracht Natuurkunde Ballon vlucht Praktische-opdracht door een scholier 5680 woorden 10 augustus 2010 7 22 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Natuurkunde proef: Ballon vlucht Liselotte & Nina

Nadere informatie

Uitwerkingen opgaven hoofdstuk 4

Uitwerkingen opgaven hoofdstuk 4 Uitwerkingen opgaven hoofdstuk 4 4.1 De eerste wet van Newton Opgave 7 Opgave 8 a F zw = m g = 45 9,81 = 4,4 10 N b De zwaartekracht werkt verticaal. Er is geen verticale beweging. Er moet dus een tweede

Nadere informatie

Het berekenen van de componenten: Gebruik maken van sinus, cosinus, tangens en/of de stelling van Pythagoras. Zie: Rekenen met vectoren.

Het berekenen van de componenten: Gebruik maken van sinus, cosinus, tangens en/of de stelling van Pythagoras. Zie: Rekenen met vectoren. 3.1 + 3.2 Kracht is een vectorgrootheid Kracht is een vectorgrootheid 1 : een grootheid met een grootte én een richting. Bij het tekenen van een krachtpijl geldt: De pijl begint in het aangrijpingspunt

Nadere informatie

Natuurkunde practicum 1: Rekken, breken, buigen, barsten

Natuurkunde practicum 1: Rekken, breken, buigen, barsten Natuurkunde practicum 1: Rekken, breken, buigen, barsten Gemaakt door: Julia Hoffmann & Manou van Winden Uitvoeringsdatum: 05-10-2018 Inleverdatum: 31-10-2018 Docent: LOD Inhoud 1. Onderzoeksvraag Blz.

Nadere informatie

Kracht en beweging (Mechanics Baseline Test)

Kracht en beweging (Mechanics Baseline Test) Kracht en beweging (Mechanics Baseline Test) Gegevens voor vragen 1, 2 en 3 De figuur stelt een stroboscoopfoto voor. Daarin is de beweging te zien van een voorwerp over een horizontaal oppervlak. Het

Nadere informatie

Proefopstelling Tekening van je opstelling en beschrijving van de uitvoering van de proef.

Proefopstelling Tekening van je opstelling en beschrijving van de uitvoering van de proef. Practicum 1: Meetonzekerheid in slingertijd Practicum uitgevoerd door: R.H.M. Willems Hoe nauwkeurig is een meting? Onderzoeksvragen Hoe groot is de slingertijd van een 70 cm lange slinger? Waardoor wordt

Nadere informatie

UITWERKINGEN OEFENVRAAGSTUKKEN 5 HAVO. natuurkunde

UITWERKINGEN OEFENVRAAGSTUKKEN 5 HAVO. natuurkunde UITWERKINGEN OEFENVRAAGSTUKKEN voor schoolexamen (SE0) en examen 5 HAVO natuurkunde katern 1: Mechanica editie 01-013 UITWERKINGEN OEFENVRAAGSTUKKEN voor schoolexamen (SE0) en examen 5 HAVO natuurkunde

Nadere informatie

CRUESLI. Een pak Cruesli heeft een massa van 375 gram. De bodem van het pak is 4,5 cm breed en 14 cm lang. 1. Bereken de oppervlakte van de bodem.

CRUESLI. Een pak Cruesli heeft een massa van 375 gram. De bodem van het pak is 4,5 cm breed en 14 cm lang. 1. Bereken de oppervlakte van de bodem. CRUESLI Een pak Cruesli heeft een massa van 375 gram. De bodem van het pak is 4,5 cm breed en 14 cm lang. 1. Bereken de oppervlakte van de bodem. gegeven: b = 4,5 cm l = 14 cm gevraagd: A formule: A =

Nadere informatie

Krachten (4VWO) www.betales.nl

Krachten (4VWO) www.betales.nl www.betales.nl Grootheden Scalairen Vectoren - Grootte - Eenheid - Grootte - Eenheid - Richting Bv: m = 987 kg x = 10m (x = plaats) V = 3L Bv: F = 17N s = Δx (verplaatsing) v = 2km/h Krachten optellen

Nadere informatie

Practicumtoets natuurkunde De Boksbal 5-havo deel 1 duur: 25 minuten

Practicumtoets natuurkunde De Boksbal 5-havo deel 1 duur: 25 minuten Practicumtoets natuurkunde De Boksbal 5-havo deel 1 duur: 25 minuten touw bal rubberkoord riem Figuur 1 Boksbal. Inleiding Boksers oefenen hun slagen niet alleen op levende tegenstanders, maar ook op muurmatten,

Nadere informatie

* Bij de laatste deelvraag voeren we een proef uit, waar we het vermogen van een scooter zelf berekenen.

* Bij de laatste deelvraag voeren we een proef uit, waar we het vermogen van een scooter zelf berekenen. Profielwerkstuk door een scholier 2014 woorden 30 november 2005 7,1 76 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Inhoudsopgave Inleiding Wat is vermogen? Hoeveel vermogen mag een scooter hebben? Hoe werkt een politie-rollenbank?

Nadere informatie

Titel: De titel moet kort zijn en toch aangeven waar het onderzoek over gaat. Een subtitel kan uitkomst bieden. Een bijpassend plaatje is leuk.

Titel: De titel moet kort zijn en toch aangeven waar het onderzoek over gaat. Een subtitel kan uitkomst bieden. Een bijpassend plaatje is leuk. Het maken van een verslag voor natuurkunde Deze tekst vind je op www.agtijmensen.nl: Een voorbeeld van een verslag Daar vind je ook een po of pws verslag dat wat uitgebreider is. Gebruik volledige zinnen

Nadere informatie

Als l groter wordt zal T. Als A groter wordt zal T

Als l groter wordt zal T. Als A groter wordt zal T Naam: Klas: Practicum: slingertijd Opstelling en benodigdheden: De opstelling waarmee gewerkt wordt staat hiernaast (schematisch) afgebeeld. Voor de opstelling zijn nodig: statief met dwarsstaaf, dun touw

Nadere informatie

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1977 MAVO4 NATUUR- EN SCHEIKUNDE I. Zie ommezijde. Vrijdag 19 augustus,

EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1977 MAVO4 NATUUR- EN SCHEIKUNDE I. Zie ommezijde. Vrijdag 19 augustus, EXAMEN MIDDELBAAR ALGEMEEN VOORTGEZET ONDERWIJS IN 1977 MAVO4 Vrijdag 19 augustus, 9.30-11.30 uur \,._, NATUUR- EN SCHEIKUNDE I (Natuurkunde) Zie ommezijde Deze opgaven zijn vastgesteld door de commissie

Nadere informatie

Proef Natuurkunde Massa en zwaartekracht; veerconstante

Proef Natuurkunde Massa en zwaartekracht; veerconstante Proef Natuurkunde Massa en zwaartekracht; ve Proef door een scholier 1568 woorden 20 januari 2003 4,9 273 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Natuurkunde practicum 1.3 Massa en zwaartekracht; ve De probleemstelling

Nadere informatie

Hoe groot is de nettokracht van het autootje wanneer de helling 30 graden is en het autootje een aanloop van 30 cm heeft gehad?

Hoe groot is de nettokracht van het autootje wanneer de helling 30 graden is en het autootje een aanloop van 30 cm heeft gehad? Hoi iedereen Stel dat de onderzoeksvraag dit is: Hoe groot is de nettokracht van het autootje wanneer de helling 30 graden is en het autootje een aanloop van 30 cm heeft gehad? Wat denken jullie daarvan?

Nadere informatie

Extra opdrachten Module: bewegen

Extra opdrachten Module: bewegen Extra opdrachten Module: bewegen Opdracht 1: Zet de juiste letters van de grootheden in de driehoeken. Opdracht 2: Zet boven de pijl de juiste omrekeningsfactor. Opdracht 3: Bereken de ontbrekende gegevens

Nadere informatie

Proef Natuurkunde Stoot en impuls verandering

Proef Natuurkunde Stoot en impuls verandering Proef Natuurkunde Stoot en impuls verandering Proef door een scholier 986 woorden 29 januari 2004 6,6 15 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Stoot en Impulsverandering Datum: woensdag 28 mei 2003 Docent: R.

Nadere informatie

Mooie samenvatting: http://members.ziggo.nl/mmm.bessems/kinematica%20 Stencil%20V4%20samenvatting.doc.

Mooie samenvatting: http://members.ziggo.nl/mmm.bessems/kinematica%20 Stencil%20V4%20samenvatting.doc. studiewijzer : natuurkunde leerjaar : 010-011 klas :6 periode : stof : (Sub)domeinen C1 en A 6 s() t vt s v t gem v a t s() t at 1 Boek klas 5 H5 Domein C: Mechanica; Subdomein: Rechtlijnige beweging De

Nadere informatie

Inleiding kracht en energie 3hv

Inleiding kracht en energie 3hv Inleiding kracht en energie 3hv Opdracht 1. Wat doen krachten? Leg uit wat krachten kunnen doen. Opdracht 2. Grootheden en eenheden. Vul in: Grootheid Eenheid Andere eenheid Naam Symbool Naam Symbool Naam

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 Kracht en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 3 Kracht en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 3 Kracht en beweging Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 3.1 Soorten krachten Twee soorten grootheden Scalars - Grootte - Eenheid Vectoren - Grootte - Eenheid - Richting Bijvoorbeeld:

Nadere informatie

Een verslag van de slingerproef en de proef over de slingertijd van de eigen benen. Het verslag bevat de volgende onderdelen:

Een verslag van de slingerproef en de proef over de slingertijd van de eigen benen. Het verslag bevat de volgende onderdelen: LOPEN ALS EEN MENS KORTE BESCHRIJVING: LOPEN ALS EEN MENS Bedoeld voor VO onderbouw Doelgroep Vmbo TL/Havo/VWO Thema Bionica, robot denise, slingerproef Soort lesmateriaal Practicum Waardering Verdieping

Nadere informatie

VAARDIGHEDEN EXCEL. MEETWAARDEN INVULLEN In de figuur hieronder zie je twee keer de ingevoerde meetwaarden, eerst ruw en daarna netjes opgemaakt.

VAARDIGHEDEN EXCEL. MEETWAARDEN INVULLEN In de figuur hieronder zie je twee keer de ingevoerde meetwaarden, eerst ruw en daarna netjes opgemaakt. VAARDIGHEDEN EXCEL Excel is een programma met veel mogelijkheden om meetresultaten te verwerken, maar het was oorspronkelijk een programma voor boekhouders. Dat betekent dat we ons soms in bochten moeten

Nadere informatie

3 Veranderende krachten

3 Veranderende krachten 3 Veranderende krachten B Modelleren Een computermodel van bewegingen in SCYDynamics NLT-module Het lesmateriaal bij deze paragraaf vormt een onderdeel van de NLT-module Dynamische Modellen VWO. Wat gaan

Nadere informatie

Profielwerkstuk Gekoppelde slingers havovwo.nl januari 2003

Profielwerkstuk Gekoppelde slingers havovwo.nl januari 2003 , www.havovwo.nl Door welke variabelen wordt hun beweging bepaald? Auteurs Simone Geerts & Anouk Loonen, Klas 6F Vakken natuurkunde & wiskunde Inleverdatum woensdag 15 januari 11.00 uur, www.havovwo.nl

Nadere informatie

Bestaan uit een of meerdere voorwerpen,die samen een geheel vormen.uitwendige krachten=van buitenaf op systeem werken.inwendige binnen het systeem

Bestaan uit een of meerdere voorwerpen,die samen een geheel vormen.uitwendige krachten=van buitenaf op systeem werken.inwendige binnen het systeem Samenvatting door een scholier 1061 woorden 21 oktober 2003 3,9 55 keer beoordeeld Vak Natuurkunde H 4 Kracht Vectorgrootheid waarbij de richting van belang is Scalaire grootheid alleen de grootte Relevante

Nadere informatie

Mkv Dynamica. 1. Bereken de versnelling van het wagentje in de volgende figuur. Wrijving is te verwaarlozen. 10 kg

Mkv Dynamica. 1. Bereken de versnelling van het wagentje in de volgende figuur. Wrijving is te verwaarlozen. 10 kg Mkv Dynamica 1. Bereken de versnelling van het wagentje in de volgende figuur. Wrijving is te verwaarlozen. 10 kg 2 /3 g 5 /6 g 1 /6 g 1 /5 g 2 kg 2. Variant1: Een wagentje met massa m1

Nadere informatie

Een model voor een lift

Een model voor een lift Een model voor een lift 2 de Leergang Wiskunde schooljaar 213/14 2 Inhoudsopgave Achtergrondinformatie... 4 Inleiding... 5 Model 1, oriëntatie... 7 Model 1... 9 Model 2, oriëntatie... 11 Model 2... 13

Nadere informatie

snelheid in m/s Fig. 2

snelheid in m/s Fig. 2 Dit oefen-vt en de uitwerking vind je op Itslearning en op www.agtijmensen.nl 1. Oversteken. Een BMW nadert eenparig met 21 m/s een 53 m verder gelegen zebrapad. Ria die bij de zebra stond te wachten steekt

Nadere informatie

Hoofdstuk 3 Kracht en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 3 Kracht en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 3 Kracht en beweging Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 3.1 Soorten krachten Twee soorten grootheden Scalars - Grootte - Eenheid Vectoren - Grootte - Eenheid - Richting Bijvoorbeeld:

Nadere informatie

Rekenmachine met grafische display voor functies

Rekenmachine met grafische display voor functies Te gebruiken rekenmachine Duur Rekenmachine met grafische display voor functies 100 minuten 1/5 Opgave 1. Een personenauto rijdt met een beginsnelheid v 0=30 m/s en komt terecht op een stuk weg waar olie

Nadere informatie

Bepaal k met behulp van de grafiek. Geef de uitkomst in twee significante cijfers.

Bepaal k met behulp van de grafiek. Geef de uitkomst in twee significante cijfers. Natuurkunde Havo 1999-II Opgave 1 Fietser Bij het fietsen speelt wrijving een belangrijke rol. In de grafiek van figuur 1 is de grootte van de totale wrijvingskracht uitgezet tegen de snelheid waarmee

Nadere informatie

Lesbrief Hellingproef

Lesbrief Hellingproef Lesbrief Hellingproef Korte beschrijving van een kant en klare praktische opdracht. Op het Comenius College (Hilversum) wordt met succes een zelfgemaakte rail gebruikt om een verband te vinden tussen de

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 Beweging in beeld. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 1 Beweging in beeld. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 1 Beweging in beeld Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 1.1 Beweging vastleggen Het verschil tussen afstand en verplaatsing De verplaatsing (x) is de netto verplaatsing en de

Nadere informatie

NATUURKUNDE OLYMPIADE EINDRONDE 2013 PRAKTIKUMTOETS

NATUURKUNDE OLYMPIADE EINDRONDE 2013 PRAKTIKUMTOETS NATUURKUNDE OLYMPIADE EINDRONDE 13 PRAKTIKUMTOETS Opmerkingen 1. Schrijf bovenaan elk papier je naam.. Nummer elke bladzijde. 3. Schrijf op de eerste pagina het totale aantal bladen dat je inlevert. 4.

Nadere informatie

4. Maak een tekening:

4. Maak een tekening: . De versnelling van elk deel van de trein is hetzelfde, dus wordt de kracht op de koppeling tussen de 3e en 4e wagon bepaald door de fractie van de massa die er achter hangt, en wordt dus gegeven door

Nadere informatie

vwo: Het maken van een natuurkunde-verslag vs 21062011

vwo: Het maken van een natuurkunde-verslag vs 21062011 Het maken van een verslag voor natuurkunde, vwo versie Deze tekst vind je op www.agtijmensen.nl: Een voorbeeld van een verslag Daar vind je ook een po of pws verslag dat wat uitgebreider is. Gebruik volledige

Nadere informatie

Proef Natuurkunde Positieve lens

Proef Natuurkunde Positieve lens Proef Natuurkunde Positieve lens Proef door een scholier 1325 woorden 30 juni 2001 5,3 100 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Practicum 5.6 De proef met de positieve lens Inleiding: - Onderzoeksvragen Hoe

Nadere informatie

An analytical algebraic approach to determining differences in oscillation data between observed, computed and simulated environments

An analytical algebraic approach to determining differences in oscillation data between observed, computed and simulated environments Practicum Trillen en Slingeren 5VWO Natuurkunde Totaal An analytical algebraic approach to determining differences in oscillation data between observed, computed and simulated environments (PO Trillingen

Nadere informatie

BEWEGING HAVO. Raaklijnmethode Hokjesmethode

BEWEGING HAVO. Raaklijnmethode Hokjesmethode BEWEGING HAVO Foton is een opgavenverzameling voor het nieuwe eindexamenprogramma natuurkunde. Foton is te downloaden via natuurkundeuitgelegd.nl/foton Uitwerkingen van alle opgaven staan op natuurkundeuitgelegd.nl/uitwerkingen

Nadere informatie

Profielwerkstuk Natuurkunde Weerstand en temperatuur

Profielwerkstuk Natuurkunde Weerstand en temperatuur Profielwerkstuk Natuurkunde Weerstand en tem Profielwerkstuk door een scholier 1083 woorden 10 maart 2016 6 7 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Weerstand en tem Hoe heeft de tem invloed op de weerstand van

Nadere informatie

OEFENEN SNELHEID EN KRACHTEN VWO 3 Na Swa

OEFENEN SNELHEID EN KRACHTEN VWO 3 Na Swa v (m/s) OEFENEN SNELHEID EN KRACHTEN VWO 3 Na Swa Moeite met het maken van s-t en v-t diagrammen?? Doe mee, werk de vragen uit en gebruik je gezonde verstand en dan zul je zien dat het allemaal niet zo

Nadere informatie

Auteur(s): Harry Oonk Titel: In de afdaling Jaargang: 10 Jaartal: 1992 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 67-76

Auteur(s): Harry Oonk Titel: In de afdaling Jaargang: 10 Jaartal: 1992 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 67-76 Auteur(s): Harry Oonk Titel: In de afdaling Jaargang: 10 Jaartal: 1992 Nummer: 2 Oorspronkelijke paginanummers: 67-76 Deze online uitgave mag, onder duidelijke bronvermelding, vrij gebruikt worden voor

Nadere informatie

Natuurwetten »NIEUWE NATUURKUNDE VWO6 »UITWERKINGEN. a. = b. = = c. = = = d. = = Boorplatform naar links, Dan afstand = = Kabel is dan dus uitgerekt!

Natuurwetten »NIEUWE NATUURKUNDE VWO6 »UITWERKINGEN. a. = b. = = c. = = = d. = = Boorplatform naar links, Dan afstand = = Kabel is dan dus uitgerekt! »NIEUWE NATUURKUNDE VWO6 Natuurwetten»UITWERKINGEN HOOFDSTUK 1 - MODELLEN 1. a. A F shorizontaal F s vraag 1a C 40m Pythagoras: B Met gelijkvormigheid driehoeken vind je veerconstante (BINAS 35A-4 ) C

Nadere informatie

Onderzoek van de vrije valbeweging

Onderzoek van de vrije valbeweging Onderzoek van de vrije valbeweging 1. Doel Hierbij gaan we gaan kijken naar de eenparige rechtijnige beweging waarvan g de versnelling van de zwaartekracht is De oorzaak dat het balletje naar beneden valt

Nadere informatie

Uit de definitie van arbeid volgt dat de eenheid van arbeid newton * meter is, afgekort [W] = Nm.

Uit de definitie van arbeid volgt dat de eenheid van arbeid newton * meter is, afgekort [W] = Nm. Samenvatting door C. 1902 woorden 28 februari 2013 5,7 13 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Systematische natuurkunde Het verrichten van arbeid Als je fietst verbruik je energie. Dit voel je na het

Nadere informatie

Uitwerkingen van 3 klas NOVA natuurkunde hoofdstuk 6 arbeid en zo

Uitwerkingen van 3 klas NOVA natuurkunde hoofdstuk 6 arbeid en zo Uitwerkingen van 3 klas NOVA natuurkunde hoofdstuk 6 arbeid en zo 1 Arbeid verrichten 1 a) = 0 b) niet 0 en in de richting van de beweging c) =0 d) niet 0 e tegengesteld aan de beweging 2 a) De wrijvingskracht

Nadere informatie

Workshop natuurkunde, wiskunde

Workshop natuurkunde, wiskunde RUG2 Workshop natuurkunde, wiskunde Gehoord van een leerling Mag ik alles wat ik bij natuurkunde geleerd heb ook bij wiskunde gebruiken? Enno van der Laan Gerrit Roorda Rijksuniversiteit Groningen Andersom

Nadere informatie

jaar: 1989 nummer: 17

jaar: 1989 nummer: 17 jaar: 1989 nummer: 17 De snelheidscomponent van een deeltje voldoet aan : v x = a x t, waarin a x constant is en negatief. De plaats van het deeltje wordt voorgesteld door x. Aangenomen wordt dat x= 0

Nadere informatie

Aan de slag met de nieuwe leerplannen fysica 2 de graad ASO

Aan de slag met de nieuwe leerplannen fysica 2 de graad ASO Aan de slag met de nieuwe leerplannen fysica 2 de graad ASO M. De Cock, G. Janssens, J. Vanhaecht zaterdag 17 november 2012 Specifieke Lerarenopleiding Natuurwetenschappen: Fysica http://fys.kuleuven.be/alon

Nadere informatie

LESBRIEF LOPEN ALS EEN MENS

LESBRIEF LOPEN ALS EEN MENS LESBRIEF LOPEN ALS EEN MENS OPDRACHT 1: SLINGERPROEF De slingertijd is de tijdsduur wanneer de slinger heen en weer is gegaan. De slinger wordt ook wel periode genoemd. Een slinger is een voorwerp dat

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Kracht

Samenvatting Natuurkunde Kracht Samenvatting Natuurkunde Kracht Samenvatting door een scholier 1634 woorden 16 oktober 2003 5,7 135 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Samenvatting Practicum 48 Kracht: Heeft een grootte en een richting.

Nadere informatie

Beste leerling, Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën.

Beste leerling, Om een zo duidelijk mogelijk verslag te maken, hebben we de vragen onderverdeeld in 4 categorieën. Beste leerling, Dit document bevat het examenverslag van het vak Natuurkunde vwo eerste tijdvak (2018) In dit examenverslag proberen we een zo goed mogelijk antwoord te geven op de volgende vraag: In hoeverre

Nadere informatie

Natuurkunde Olympiade 2018 UITWERKING

Natuurkunde Olympiade 2018 UITWERKING Natuurkunde Olympiade 2018 UITWERKING Onderdeel A: Blackbox Vanwege de vier restricties geldt dat er geen parallelle schakelingen gemeten kunnen worden. Tussen 2 aansluitpunten kan dus 1 weerstand dan

Nadere informatie

Beoordelingsmodel Profielwerkstuk HAVO/ VWO

Beoordelingsmodel Profielwerkstuk HAVO/ VWO Beoordelingsmodel Profielwerkstuk HAVO/ VWO 201-201 Begeleider: Naam: Examennummer: Profielvak: Het profielwerkstuk is een onderdeel van het examendossier en wordt beoordeeld met een cijfer. Het is een

Nadere informatie

TENTAMEN NATUURKUNDE

TENTAMEN NATUURKUNDE CENTRALE COMMISSIE VOORTENTAMEN NATUURKUNDE TENTAMEN NATUURKUNDE Voorbeeldtentamen 2 tijd : 3 uur aantal opgaven : 5 aantal antwoordbladen : 3 (bij opgave 1, 4 en 5) Iedere opgave dient op een afzonderlijk

Nadere informatie

natuurkunde vwo 2017-I

natuurkunde vwo 2017-I Cessna In figuur 1 staat een foto van een Cessna, een eenmotorig vliegtuig. figuur 1 In tabel 1 staan gegevens van deze Cessna. tabel 1 figuur 2 Cessna lengte 7,3 m spanwijdte 10,7 m hoogte 3,0 m tankinhoud

Nadere informatie

Werkstuk Natuurkunde Breking van perspex Brekingsindex

Werkstuk Natuurkunde Breking van perspex Brekingsindex Werkstuk Natuurkunde Breking van perspex Bre Werkstuk door K. 1108 woorden 26 mei 2013 7,6 2 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Gemaakt door Shakila Hodge & Sjarmen Dompig Breking

Nadere informatie

Working with parents. Models for activities in science centres and museums

Working with parents. Models for activities in science centres and museums Working with parents. Models for activities in science centres and museums 1 Indice VOERTUIGEN DIE ROLLEN MECHANICA... 3 1. Kort overzicht van de activiteiten in de workshop... 3 2. Doelstellingen... 3

Nadere informatie

TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT Faculteit der Civiele Techniek en Geowetenschappen

TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT Faculteit der Civiele Techniek en Geowetenschappen TECHNISCHE UNIVERSITEIT DELFT Faculteit der Civiele Techniek en Geowetenschappen TENTAMEN CTB1210 DYNAMICA en MODELVORMING d.d. 28 januari 2015 van 9:00-12:00 uur Let op: Voor de antwoorden op de conceptuele

Nadere informatie

5.1 De numerieke rekenmethode

5.1 De numerieke rekenmethode Uitwerkingen opgaven hoofdstuk 5 Opgave 1 a Zie tabel 5.1. 5.1 De numerieke rekenmethode tijd aan begin van de tijdstap (jaar) tijd aan eind van de tijdstap (jaar) bedrag bij begin van de tijdstap ( )

Nadere informatie