Veiligheidsgordels ALGEMENE INFORMATIE

Transcriptie

1 ALGEMENE INFORMATIE oefenen hun werking uit via het beendergestel van het lichaam en horen laag over de voorkant van het bekken, de borstkas en de schouders gedragen te worden. Draag het heupgedeelte van de gordel nooit over de onderbuik. Trek veiligheidsgordels altijd zo stevig mogelijk aan als comfortabel is, zodat ze de bescherming kunnen bieden waarvoor ze zijn ontworpen. Een losse gordel biedt de drager nauwelijks voldoende bescherming. Zorg dat er geen poetsmiddelen, oliën en chemicaliën, en vooral geen accuzuur op de veiligheidsgordels komen. Om de veiligheidsgordels op een veilige manier schoon te maken, kunt u milde zeep en water gebruiken. Vervang de gordel als de riem gerafeld of vuil is of beschadigingen vertoont. Het is uiterst belangrijk dat u de volledige veiligheidsgordel door een Land Rover-dealerbedrijf/erkende reparateur laat vervangen als u de gordel tijdens een zware botsing hebt gedragen, ook al is de schade aan de veiligheidsgordel niet zichtbaar. Draag nooit een veiligheidsgordel terwijl de gordelriem verdraaid zit. Draag nooit harde, breekbare of scherpe voorwerpen tussen uzelf en de veiligheidsgordel. Bij een botsing kan de druk van de veiligheidsgordel dergelijke voorwerpen breken. Dit kan vervolgens ernstig letsel of zelfs de dood tot gevolg hebben. Elke veiligheidsgordel mag door slechts één persoon worden gebruikt. Het is gevaarlijk om een passagier met een kind op schoot één veiligheidsgordel om te gespen. De inzittenden van de voorstoelen mogen niet rijden terwijl de rugleuning meer dan 30 graden achterover staat. Als dit toch gebeurt, wordt de door de veiligheidsgordel gegeven bescherming verkleind. Alle inzittenden van het voertuig moeten de veiligheidsgordel altijd en bij elke rit dragen, hoe kort de rit ook is. Als u dit niet in acht neemt, zal bij een ongeluk het risico op ernstig letsel of zelfs de dood aanzienlijk groter zijn. U mag nooit alleen het heupgordel- of schoudergordelgedeelte van een heup-/schoudergordel omdoen. Deze beide acties zijn uitermate gevaarlijk en kunnen uw risico op letsel vergroten. Er mogen geen modificaties worden uitgevoerd of toevoegingen worden aangebracht, die het strak trekken van de veiligheidsgordel voorkomen, of waardoor de veiligheidsgordel niet aangepast kan worden, zodat hij strak komt te zitten. Een veiligheidsgordel die onvoldoende strak zit, kan bij een botsing veel minder bescherming aan de inzittende bieden. Indien u schade, slijtage, scheurtjes, defecten of een slechtere werking bij de veiligheidsgordels opmerkt, dient u de Land Rover naar een Land Roverdealerbedrijf/erkende reparateur te brengen om hem meteen te laten inspecteren. U mag de Land Rover niet gebruiken wanneer de veiligheidsgordels niet goed werken. 62

2 Als u de veiligheidsgordels gebruikt om andere voorwerpen dan inzittenden vast te zetten, dient u erop te letten dat u de riemen niet beschadigt of over scherpe randen aanbrengt. Zorg dat de riemen en de mechanismen van de veiligheidsgordels niet met chemicaliën, vloeistoffen, korrels, vuil of reinigingsproducten vervuild raken. Mochten de veiligheidsgordels toch vervuild raken, dan dient u ze onmiddellijk te vervangen. Vervuilde veiligheidsgordels zullen bij een botsing misschien niet goed werken en zijn onbetrouwbaar. Het aanvullende beveiligingssysteem voor inzittenden (SRS) is bedoeld als aanvulling op de totale effectiviteit van de veiligheidsgordels. Het is geen vervanging. U moet de veiligheidsgordel altijd dragen. Indien de veiligheidsgordel niet kan worden opgerold, moet u uw Land Rover-dealerbedrijf/erkende reparateur raadplegen. Gebruik indien mogelijk de veiligheidsgordels om grote stukken bagage vast te zetten die u op de achterbank wilt vervoeren. Bij een ongeluk kunnen losse voorwerpen projectielen worden, die ernstig letsel kunnen veroorzaken. Op alle zitposities zijn driepuntsveiligheidsgordels met een oprolmechanisme gemonteerd. Het oprolmechanisme van de veiligheidsgordels zorgt dat de dragers hun bovenlichaam kunnen bewegen, zodat ze bij de verschillende bedieningselementen kunnen komen. De veiligheidsgordels hebben ook een gordelslotsensor die waarneemt of de veiligheidsgordel is bevestigd. Onderhoud van de veiligheidsgordels U moet de veiligheidsgordels regelmatig controleren om te kijken of er in de riem losse draadjes, scheurtjes of slijtplekken zitten en of het mechanisme, de gordelsloten, afstellers en bevestigingspunten nog in orde zijn en goed vastzitten. Bleek of verf de riem niet en zorg dat de riem niet vuil wordt door poetsmiddel, olie of chemicaliën. Raadpleeg DE VEILIGHEIDSGORDELS OMDOEN (bladzijde 65). met een oprolmechanisme testen Geef met de veiligheidsgordel om een snelle opwaartse ruk aan de riem in de buurt van het gordelslot. Het gordelslot moet goed vast blijven zitten. Terwijl de veiligheidsgordel niet omgegespt is, trekt u de veiligheidsgordel helemaal tot aan de aanslag uit de oprolautomaat. Controleer of de gordel soepel uitrolt, zonder haperingen. Laat de riem helemaal oprollen, waarbij u nogmaals controleert of hij soepel loopt. Trek de veiligheidsgordel gedeeltelijk uit, houd de sluitplaat stevig vast en geef een snelle ruk naar voren. Het mechanisme van de oprolautomaat moet vergrendelen en verder uittrekken onmogelijk maken. Als een van de veiligheidsgordels niet aan de criteria voldoet, moet u onmiddellijk contact opnemen met uw Land Rover-dealerbedrijf/ erkende reparateur. Opmerking: als u de Land Rover op een helling hebt geparkeerd, kan het gordelmechanisme blokkeren. Dit is geen defect en u dient de gordel voorzichtig uit de bovenste verankering te trekken. 63

3 Gordelspanners De gordelspanners kunnen slechts één keer worden geactiveerd en moeten daarna worden vervangen door een Land Rover-dealerbedrijf/erkende reparateur. Als de gordelspanners niet worden vervangen, wordt de werking van het beveiligingssysteem voorin negatief beïnvloed. Laat na een aanrijding altijd de veiligheidsgordels en de gordelspanners controleren en eventueel vervangen door een Land Roverdealerbedrijf/erkende reparateur. Uit veiligheidsoverwegingen raden wij u aan de voorstoelen en veiligheidsgordels alleen door een Land Rover-dealerbedrijf/erkende reparateur te laten verwijderen of vervangen. De gordelspanners van de veiligheidsgordels worden samen met het airbagsysteem geactiveerd en bieden extra bescherming bij een ernstige frontale aanrijding. De gordelspanners trekken automatisch de veiligheidsgordels voor de voorstoelen in. Hierdoor zit er geen speling in de heup- en diagonale riemen van de veiligheidsgordels, zodat de voorwaartse beweging van de gordeldrager wordt verminderd. Het airbagcontrolelampje in de instrumentengroep waarschuwt voor eventuele storingen in de gordelspanners van de veiligheidsgordels. Wanneer de gordelspanners zijn geactiveerd, werken de veiligheidsgordels nog wel en moeten ze worden gedragen wanneer er nog met het voertuig kan worden gereden. Opmerking: de gordelspanners van de veiligheidsgordels worden geactiveerd bij ernstige zij- en frontale aanrijdingen en bij het over de kop slaan van het voertuig. VEILIGHEIDSGORDELS NIET OMGEGESPT De veiligheidsgordelherinnering wordt geactiveerd wanneer de contactschakelaar in stand II wordt gezet en de bestuurder de veiligheidsgordel niet heeft omgedaan. Afhankelijk van de markt gaat het waarschuwingslampje in de instrumentengroep branden en verschijnt het bericht FASTEN SEAT BELTS (veiligheidsgordels vastmaken) op het message centre. Ook klinkt er een geluidssignaal. De zichtbare en hoorbare alarmsignalen van de veiligheidsgordelherinneringsfunctie voldoen aan de nationale vereisten van elk land. Het alarmsignaal kan ook verschillen, afhankelijk van het feit of het voertuig stil staat of sneller rijdt dan een van tevoren bepaalde drempelsnelheid. In bepaalde markten functioneert de veiligheidsgordelherinnering ook bij de passagiersstoel. Opmerking: op de voorpassagiersstoel geplaatste voorwerpen kunnen het geluidssignaal en het waarschuwingslampje van de veiligheidsgordel soms ook activeren. Wij bevelen u aan eventueel op de voorpassagiersstoel geplaatste voorwerpen met de veiligheidsgordel vast te zetten. 64

4 DE VEILIGHEIDSGORDELS OMDOEN DE HOOGTE VAN DE VEILIGHEIDSGORDEL AFSTELLEN 2 1 WAARSCHUWING De juiste afstelling van de veiligheidsgordel is voor de veiligheid en het comfort onontbeerlijk. Zorg dat de hoogte goed is afgesteld en het mechanisme op zijn plaats is vergrendeld, voordat u met de Land Rover gaat rijden. Probeer de hoogte van de veiligheidsgordel niet tijdens het rijden aan te passen. Als u dit toch doet, kunt u de macht over het stuur verliezen of de veiligheidsgordel verkeerd afstellen. LAN Trek de gordel soepel uit en zorg dat de gordelhoogte, de stoel en uw positie in de stoel juist zijn. De gordel moet plat over het bekken, de borstkas en het midden van het sleutelbeen, tussen de nek en de schouder lopen. 2. Steek terwijl de veiligheidsgordel goed om u heen zit, de metalen sluiting in het dichtstbijzijnde gordelslot. Druk deze naar binnen totdat u een klik hoort. De gordel losmaken Opmerking: wanneer u de veiligheidsgordel losmaakt, raden wij u aan de riem bij de sluiting vast te houden voordat u op de ontgrendelknop drukt. Hiermee voorkomt u dat de riem te snel wordt opgerold. U kunt de veiligheidsgordel losmaken door de rode knop in te drukken. E80375 Druk op de knop (met pijl aangegeven) om de verankering te ontgrendelen. Zet de verankering naar wens omlaag of omhoog. Zorg voordat u gaat rijden dat de verankering in een van de vergrendelde posities is vastgeklikt. Zo mogelijk moeten de passagiers hun positie op de stoel veranderen, zodat de riem van de veiligheidsgordel over de schouder ligt en niet tegen de nek drukt. 65

5 VEILIGHEIDSGORDELS GEBRUIKEN TIJDENS ZWANGERSCHAP Plaats de veiligheidsgordel op de juiste manier voor de veiligheid van de moeder en het ongeboren kind; draag nooit alleen de heupriem en ga nooit op de heupriem zitten terwijl u alleen de schouderriem gebruikt. Deze beide handelingen zijn uiterst gevaarlijk en kunnen de kans op ernstig letsel in geval van een verkeersongeluk of tijdens een noodstop vergroten. U mag nooit iets zachts tussen uzelf en de veiligheidsgordel steken om de stoot bij een eventueel ongeluk op te vangen. Dit kan erg gevaarlijk zijn en vermindert de doeltreffendheid van de veiligheidsgordel bij het voorkomen van letsel. E80374 Leg de heupriem comfortabel over de heupen, onder de buik. Leg de diagonale riem tussen de borsten en tegen de zijkant van de buik aan. Zorg dat de veiligheidsgordel niet los of verdraaid zit. 66